JAARREKENING EN/OF ANDERE OVEREENKOMSTIG HET
JAARREKENING EN/OF ANDERE OVEREENKOMSTIG HET
WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN EN VERENIGINGEN NEER TE LEGGEN DOCUMENTEN
IDENTIFICATIEGEGEVENS (op datum van neerlegging)
NAAM: ......E...U..R...O..N...A..V....N..V............................................................................................................................................................................
...................................................................................................................................................................................................................
Rechtsvorm: .......N...a..a..m...lo..z..e...v..e..n..n..o..o..t.s..c.h..a..p..................................................................................................................................................
Adres: .......D...e...G..e..r..la..c..h..e..k..a..a..i...................................................................................................................... Nr.: ........2..0......... Bus: .............
Postnummer: ....2..0..0..0................. Gemeente: ..........A..n..t.w...e..r.p..e..n..................................................................................................................
Land: ........B...e..lg..i.ë...........................................
Rechtspersonenregister (RPR) - Ondernemingsrechtbank van ........A...n..t.w..e..r..p..e..n..,..a.f.d..e..l.i.n..g...A..n..t.w...e..r.p..e..n........................................................
Internetadres1:.....w..w..w.....e.u..r.o..n..a..v...c..o..m..............................................................................................................................................
E-mailadres1 .............................................................................................................................................................................
0860.402.767
Ondernemingsnummer
18 / 11 / 2021
DATUM van de neerlegging van het recentste stuk dat de datum van bekendmaking van
de oprichtingsakte en van de akte tot statutenwijziging vermeldt.
Deze neerlegging betreft:
X | de JAARREKENING in | USD | goedgekeurd door de algemene vergadering van | 17 | / | 05 | / | 2023 |
X | de ANDERE DOCUMENTEN |
met betrekking tot | |||||||||||
het boekjaar dat de periode dekt van | 01 | / | 01 | / | 2022 | tot | 31 | / | 12 | / | 2022 |
31 / 12 / 2021
01 / 01 / 2021
het vorig boekjaar van de jaarrekening van tot
De bedragen van het vorige boekjaar zijn X/ zXiXjnXnXiXet2 identiek met die welke eerder openbaar werden gemaakt.
Totaal aantal neergelegde bladen: .......1..4..4 Nummers van de secties van het standaardmodel die niet werden neergelegd
omdat ze niet dienstig zijn: .6....1..,..6....2....1..,..6....2....2..,..6....2....4..,..6....2....5..,..6....3....1..,..6....3....4.,..6....4....2..,..6....5....2..,..6....2..0..,..9..,..1..1..,..1..2..,..1..3..,..1..4................................................
1 Facultatieve vermelding.
2 Schrappen wat niet van toepassing is.
Xxxxx Xxxxxx Bestuurder
Xxxxx Xxxxxxx Xxxxxxx Bestuurder
OCR9002
0860.402.767 | VOL-kap 2.1 |
LIJST VAN DE BESTUURDERS, ZAAKVOERDERS EN
COMMISSARISSEN EN VERKLARING BETREFFENDE EEN AANVULLENDE OPDRACHT VOOR NAZICHT OF CORRECTIE
LIJST VAN DE BESTUURDERS, ZAAKVOERDERS EN COMMISSARISSEN
VOLLEDIGE LIJST met naam, voornamen, beroep, woonplaats (adres, nummer, postnummer en gemeente) en functie in de vennootschap
Xxxx-Xxxxxx Xxxxxxxxxx
Xxx xx Xxxxxxx 000, 00000 XXX-XX-XXXXXX, Xxxxxxxxx
Xxxxxx Xxxxx
Xxxxx Xxxxxxx 000, XX 00000 XXX XXXXXXX, Xxxxxxxxx Xxxxxx
Xxxx Xxxxx
Ryghs Xxx 0, 0000 XXXX, Xxxxxxxxx
Xxxxx Xxxxxxx Xxxxxxx
Xxxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 XXXX, Xxxxxxxxx
Xxxxx Xxxxxx
0000 Xxxx Xxx Xxxx Xxx 000, XX 00000 XXXXXXX, Xxxxxxxxx Xxxxxx
Xxxx Xxxxxxx
Xxxxxxx Xxxx 00, XX0 0XX XXXXXXXXX, Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx
Xxxxxxx Xx Xxxxxxxxxx
Xxx xx xx Xxxxxx 00, 0000 Xxxxxxxxx-Xxxxx, Xxxxxx
Xxxx Xxxxxxx
Xxxxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxxxxxxx, Xxxxxx
Xxxx Xxxxxxxxxxx
Xxx Xxxxxx Xxxxxx 00, XX0 0XX Xxxxxx, Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx
Xxxx X. Xxxxxx
Xxx Xx Xxxxx 00 bus APP 3/1, 0000 Xxxxxxx, Xxxxxx
KPMG Bedrijfsrevisoren BV Nr.: 0419.122.548
Luchthaven Brussel Nationaal 1K -, 0000 Xxxxxxxx, Xxxxxx Lidmaatschapsnr.: B00001
Vertegenwoordigd door: Xxxxxx Xxxxxxx
Luchthaven Brussel Nationaal 1K -, 0000 Xxxxxxxx, Xxxxxx
Lidmaatschapsnr.: A02326
Bestuurder
19/05/2022 - 23/03/2023
Bestuurder
19/05/2022 - 23/03/2023
Voorzitter van de Raad van Bestuur 10/05/2018 - 19/05/2022
Voorzitter van de Raad van Bestuur 19/05/2022 - 16/05/2024
Bestuurder
20/05/2021 - 17/05/2023
Bestuurder
20/05/2021 - 17/05/2023
Bestuurder
23/03/2023 - 16/05/2024
Bestuurder
23/03/2023 - 16/05/2024
Bestuurder
23/03/2023 - 16/05/2024
Bestuurder
23/03/2023 - 16/05/2024
Commissaris 20/05/2020 - 17/05/2023
VERKLARING BETREFFENDE EEN AANVULLENDE OPDRACHT VOOR NAZICHT OF CORRECTIE
Het bestuursorgaan verklaart dat geen enkele opdracht voor nazicht of correctie werd gegeven aan iemand die daar wettelijk niet toe gemachtigd is met toepassing van artikel 5 van de wet van 17 maart 2019 betreffende de beroepen van accountant en belastingadviseur.
De jaarrekening wXeXrXd / werd niet∗ geverifieerd of gecorrigeerd door een gecertificeerd accountant of door een bedrijfsrevisor die niet de commissaris is.
In bevestigend geval, moeten hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke gecertificeerde accountant of bedrijfsrevisor en zijn lidmaatschapsnummer bij zijn Instituut, evenals de aard van zijn opdracht:
A. Het voeren van de boekhouding van de vennootschap∗∗,
B. Het opstellen van de jaarrekening∗∗,
C. Het verifiëren van de jaarrekening en/of
D. Het corrigeren van de jaarrekening.
Indien taken bedoeld onder A. of onder B. uitgevoerd zijn door accountants of door fiscaal accountants, kunnen hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke accountant of fiscaal accountant en zijn lidmaatschapsnummer bij het Instituut van de Belastingadviseurs en de Accountants (IBA), evenals de aard van zijn opdracht.
Naam, voornamen, beroep en woonplaats | Lidmaatschaps- nummer | Aard van de opdracht (A, B, C en/of D) |
∗ Schrappen wat niet van toepassing is.
∗∗ Facultatieve vermelding.
JAARREKENING
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
20 | ............................. | ............................. |
21/28 | 3.158.747.213,89 | 3.243.707.676,24 |
21 | ............................. | 65.338,22 |
22/27 | 2.981.346.292,24 | 3.060.433.571,84 |
22 | ............................. | ............................. |
23 | 2.752.458.872,93 | 2.878.493.271,85 |
24 | 318.967,84 | 332.005,12 |
25 | ............................. | ............................. |
26 | 139.540,78 | 315.610,49 |
00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,38 |
00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,18 |
280/1 | 165.136.011,00 | 000.000.000,41 |
000 | 000.000.000,00 | 000.000.000,07 |
281 | ............................. | 11.465.303,34 |
282/3 | ............................. | ............................. |
282 | ............................. | ............................. |
283 | ............................. | ............................. |
284/8 | 12.264.910,00 | 00.000.000,77 |
284 | ............................. | ............................. |
285/8 | 12.264.910,00 | 00.000.000,77 |
BALANS NA WINSTVERDELING
ACTIVA
Toel.
Oprichtingskosten 6.1
VASTE ACTIVA ...........................................................................
Immateriële vaste activa 6.2
Materiële vaste activa 6.3
Terreinen en gebouwen .........................................................
Installaties, machines en uitrusting ........................................
Meubilair en rollend materieel ...............................................
Leasing en soortgelijke rechten .............................................
Overige materiële vaste activa ..............................................
Activa in aanbouw en vooruitbetalingen ................................
Financiële vaste activa 6.4/6.5.1
Verbonden ondernemingen 6.15
Deelnemingen ...................................................................
Vorderingen ......................................................................
Ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding
bestaat 6.15
Deelnemingen ...................................................................
Vorderingen ......................................................................
Andere financiële vaste activa ...............................................
Aandelen ...........................................................................
Vorderingen en borgtochten in contanten .........................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
29/00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,75 |
29 | ............................. | 467.540,98 |
290 | ............................. | ............................. |
291 | ............................. | 467.540,98 |
3 | 41.643.086,00 | 00.000.000,84 |
30/00 | 00.000.000,00 | 00.000.000,84 |
30/31 | ............................. | ............................. |
32 | ............................. | ............................. |
33 | ............................. | ............................. |
00 | 00.000.000,00 | 00.000.000,84 |
35 | ............................. | ............................. |
36 | ............................. | ............................. |
37 | ............................. | ............................. |
40/00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,69 |
00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,26 |
00 | 0.000.000,00 | 0.000.000,43 |
50/00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,86 |
00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,86 |
51/53 | ............................. | ............................. |
54/00 | 000.000.000,00 | 00.000.000,50 |
490/1 | 20.307.113,00 | 00.000.000,88 |
20/58 | 3.784.222.934,24 | 3.745.067.950,99 |
VLOTTENDE ACTIVA ...................................................................
Vorderingen op meer dan één jaar .........................................
Handelsvorderingen ..............................................................
Overige vorderingen ..............................................................
Voorraden en bestellingen in uitvoering ................................
Voorraden ..............................................................................
Grond- en hulpstoffen .......................................................
Goederen in bewerking .....................................................
Gereed product .................................................................
Handelsgoederen .............................................................
Onroerende goederen bestemd voor verkoop ..................
Vooruitbetalingen ..............................................................
Bestellingen in uitvoering .......................................................
Vorderingen op ten hoogste één jaar .....................................
Handelsvorderingen ..............................................................
Overige vorderingen ..............................................................
Geldbeleggingen ......................................................................6. 5.1/6.6
Eigen aandelen ......................................................................
Overige beleggingen .............................................................
Liquide middelen ......................................................................
Overlopende rekeningen 6.6
TOTAAL VAN DE ACTIVA ........................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
10/15 | 2.230.445.184,22 | 2.112.220.250,16 |
10/11 | 1.917.483.340,69 | 1.941.696.749,76 |
00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,82 |
000 | 000.000.000,00 | 000.000.000,82 |
101 | ............................. | ............................. |
11 | 1.678.335.834,87 | 1.702.549.243,94 |
1100/10 | 1.678.335.834,87 | 1.702.549.243,94 |
1100/19 | ............................. | ............................. |
12 | ............................. | ............................. |
00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,15 |
130/1 | 183.633.870,00 | 000.000.000,85 |
000 | 00.000.000,00 | 00.000.000,58 |
1311 | ............................. | ............................. |
1312 | 159.218.150,00 | 000.000.000,86 |
1313 | ............................. | ............................. |
1319 | 500.969,41 | 500.969,41 |
132 | 48.646.447,00 | 00.000.000,30 |
133 | ............................. | ............................. |
00 | 00.000.000,52 | -62.836.877,75 |
15 | ............................. | ............................. |
19 | ............................. | ............................. |
16 | 1.484.224,00 | 3.740.006,36 |
160/5 | 1.484.224,00 | 3.740.006,36 |
160 | ............................. | ............................. |
161 | ............................. | ............................. |
162 | ............................. | ............................. |
163 | ............................. | ............................. |
164/5 | 1.484.224,00 | 3.740.006,36 |
168 | ............................. | ............................. |
PASSIVA
EIGEN VERMOGEN .....................................................................
Inbreng 6.7.1
Kapitaal ..................................................................................
Geplaatst kapitaal .............................................................
Niet-opgevraagd kapitaal 4 ...............................................
Buiten kapitaal .......................................................................
Uitgiftepremies ..................................................................
Andere ..............................................................................
Herwaarderingsmeerwaarden .................................................
Reserves ...................................................................................
Onbeschikbare reserves ........................................................
Wettelijke reserve .............................................................
Statutair onbeschikbare reserves .....................................
Inkoop eigen aandelen .....................................................
Financiële steunverlening .................................................
Overige .............................................................................
Belastingvrije reserves ..........................................................
Beschikbare reserves ............................................................
Overgedragen winst (verlies) (+)/(-)
Kapitaalsubsidies .....................................................................
Voorschot aan de vennoten op de verdeling van het
netto-actief 5 .............................................................................
VOORZIENINGEN EN UITGESTELDE BELASTINGEN ...................
Voorzieningen voor risico's en kosten ...................................
Pensioenen en soortgelijke verplichtingen ............................
Belastingen ............................................................................
Grote herstellings- en onderhoudswerken .............................
Milieuverplichtingen ...............................................................
Overige risico's en kosten 6.8
Uitgestelde belastingen ...........................................................
4 Bedrag in mindering te brengen van het geplaatste kapitaal
5 Bedrag in mindering te brengen van de andere bestanddelen van het eigen vermogen
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
17/49 | 1.552.293.526,02 | 1.629.107.694,47 |
17 | 1.340.868.546,28 | 1.381.506.116,90 |
170/4 | 1.340.868.546,28 | 1.381.506.116,90 |
170 | ............................. | ............................. |
171 | ............................. | ............................. |
172 | ............................. | ............................. |
173 | 1.150.868.546,28 | 1.186.506.116,90 |
174 | 190.000.000,00 | 000.000.000,00 |
175 | ............................. | ............................. |
1750 | ............................. | ............................. |
1751 | ............................. | ............................. |
176 | ............................. | ............................. |
178/9 | ............................. | ............................. |
42/00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,04 |
00 | 00.000.000,00 | 00.000.000,72 |
00 | 00.000.000,00 | 000.000.000,00 |
430/8 | 50.663.500,00 | 000.000.000,00 |
439 | ............................. | 44.850.000,00 |
00 | 00.000.000,00 | 00.000.000,57 |
440/4 | 48.193.379,00 | 00.000.000,57 |
441 | ............................. | ............................. |
46 | ............................. | ............................. |
45 | 338.116,45 | 665.185,18 |
450/3 | 114.351,78 | 426.651,96 |
454/9 | 223.764,67 | 238.533,22 |
47/00 | 00.000.000,00 | 0.000.000,57 |
492/3 | 23.268.286,00 | 00.000.000,53 |
10/49 | 3.784.222.934,24 | 3.745.067.950,99 |
SCHULDEN .................................................................................
Schulden op meer dan één jaar 6.9
Financiële schulden ...............................................................
Achtergestelde leningen ...................................................
Niet-achtergestelde obligatieleningen ...............................
Leasingschulden en soortgelijke schulden .......................
Kredietinstellingen ............................................................
Overige leningen ...............................................................
Handelsschulden ...................................................................
Leveranciers .....................................................................
Te betalen wissels ............................................................
Vooruitbetalingen op bestellingen .........................................
Overige schulden ...................................................................
Schulden op ten hoogste één jaar 6.9
Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen Financiële schulden ...............................................................
Kredietinstellingen ............................................................
Overige leningen ...............................................................
Handelsschulden ...................................................................
Leveranciers .....................................................................
Te betalen wissels ............................................................
Vooruitbetalingen op bestellingen .........................................
Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 6.9
Belastingen .......................................................................
Bezoldigingen en sociale lasten .......................................
Overige schulden ...................................................................
Overlopende rekeningen 6.9
TOTAAL VAN DE PASSIVA .....................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
70/76A | 949.734.854,00 | 000.000.000,57 |
00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,59 |
71 | ............................. | ............................. |
72 | ............................. | ............................. |
00 | 00.000.000,00 | 00.000.000,94 |
76A | 106.282.680,00 | 00.000.000,04 |
60/66A | 692.340.980,00 | 000.000.000,51 |
60 | ............................. | ............................. |
600/8 | ............................. | ............................. |
609 | ............................. | ............................. |
00 | 000.000.000,00 | 000.000.000,09 |
00 | 0.000.000,00 | 0.000.000,33 |
000 | 000.000.000,00 | 000.000.000,24 |
631/4 | ............................. | ............................. |
635/8 | -2.255.782,36 | 1.232.269,41 |
640/8 | 167.369,72 | 321.581,44 |
649 | ............................. | ............................. |
66A | 236.185,99 | ............................. |
9901 | 257.393.874,12 | -189.853.492,94 |
RESULTATENREKENING
Bedrijfsopbrengsten ................................................................
Toel.
Omzet 6.10
Voorraad goederen in bewerking en gereed product en bestellingen in uitvoering: toename (afname) (+)/(-)
Geproduceerde vaste activa ..................................................
Andere bedrijfsopbrengsten 6.10
Niet-recurrente bedrijfsopbrengsten 6.12
Bedrijfskosten ..........................................................................
Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen ..............................
Aankopen ..........................................................................
Voorraad: afname (toename) (+)/(-)
Diensten en diverse goederen ...............................................
Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen ..............(+)/(-) 6.10
Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa Waardeverminderingen op voorraden, op bestellingen in uitvoering en op handelsvorderingen: toevoegingen
(terugnemingen) ..........................................................(+)/(-) 6.10
Voorzieningen voor risico's en kosten: toevoegingen
(bestedingen en terugnemingen) .................................(+)/(-) 6.10
Andere bedrijfskosten 6.10
Als herstructureringskosten geactiveerde bedrijfskosten ..(-)
Niet-recurrente bedrijfskosten 6.12
Bedrijfswinst (Bedrijfsverlies) (+)/(-)
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
75/76B | 23.330.102,00 | 00.000.000,87 |
00 | 00.000.000,00 | 00.000.000,87 |
000 | 0.000.000,00 | 0.000.000,00 |
000 | 0.000.000,00 | 0.000.000,87 |
752/9 | 11.490.537,00 | 00.000.000,00 |
76B | ............................. | ............................. |
65/66B | 118.104.466,00 | 00.000.000,66 |
00 | 000.000.000,00 | 00.000.000,00 |
000 | 00.000.000,00 | 00.000.000,63 |
651 | ............................. | -12.396.259,04 |
652/9 | 22.994.959,00 | 00.000.000,41 |
66B | 3.370.596,00 | 00.000.000,66 |
0000 | 000.000.000,63 | -248.040.640,73 |
780 | ............................. | ............................. |
680 | ............................. | ............................. |
67/77 | 3.836.700,41 | 2.669.747,17 |
670/3 | 3.836.700,41 | 3.102.237,97 |
77 | ............................. | 432.490,80 |
9904 | 158.782.809,22 | -250.710.387,90 |
789 | ............................. | ............................. |
689 | ............................. | ............................. |
9905 | 158.782.809,22 | -250.710.387,90 |
Toel.
Financiële opbrengsten ...........................................................
Recurrente financiële opbrengsten ........................................
Opbrengsten uit financiële vaste activa ............................
Opbrengsten uit vlottende activa ......................................
Andere financiële opbrengsten 6.11
Niet-recurrente financiële opbrengsten 6.12
Financiële kosten .....................................................................
Recurrente financiële kosten 6.11
Kosten van schulden .............................................................
Waardeverminderingen op vlottende activa andere dan voorraden, bestellingen in uitvoering en handels- vorderingen: toevoegingen (terugnemingen) (+)/(-)
Andere financiële kosten .......................................................
Niet-recurrente financiële kosten 6.12
Winst (Verlies) van het boekjaar vóór belasting (+)/(-)
Onttrekking aan de uitgestelde belastingen ..........................
Overboeking naar de uitgestelde belastingen .......................
Belastingen op het resultaat .........................................(+)/(-) 6.13
Belastingen ............................................................................
Regularisering van belastingen en terugneming van voorzieningen voor belastingen .............................................
Winst (Verlies) van het boekjaar (+)/(-)
Onttrekking aan de belastingvrije reserves ...........................
Overboeking naar de belastingvrije reserves ........................
Te bestemmen winst (verlies) van het boekjaar (+)/(-)
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
9906 | 95.945.931,47 | -44.685.859,46 |
(0000) | 000.000.000,22 | -250.710.387,90 |
14P | -62.836.877,00 | 000.000.000,44 |
791/2 | 1.080.060,14 | ............................. |
791 | ............................. | ............................. |
792 | 1.080.060,14 | ............................. |
691/2 | ............................. | ............................. |
691 | ............................. | ............................. |
6920 | ............................. | ............................. |
6921 | ............................. | ............................. |
(00) | 00.000.000,52 | -62.836.877,75 |
794 | ............................. | ............................. |
694/7 | 16.344.466,00 | 00.000.000,29 |
000 | 00.000.000,00 | 00.000.000,29 |
695 | ............................. | ............................. |
696 | ............................. | ............................. |
697 | ............................. | ............................. |
RESULTAATVERWERKING
Te bestemmen winst (verlies) (+)/(-)
Te bestemmen winst (verlies) van het boekjaar (+)/(-)
Overgedragen winst (verlies) van het vorige boekjaar (+)/(-)
Onttrekking aan het eigen vermogen ..............................................................
aan de inbreng ................................................................................................
aan de reserves ..............................................................................................
Toevoeging aan het eigen vermogen ..............................................................
aan de inbreng ................................................................................................
aan de wettelijke reserve ................................................................................
aan de overige reserves .................................................................................
Over te dragen winst (verlies) (+)/(-)
Tussenkomst van de vennoten in het verlies .................................................
Uit te keren winst ...............................................................................................
Vergoeding van de inbreng .............................................................................
Bestuurders of zaakvoerders ..........................................................................
Werknemers ...................................................................................................
Andere rechthebbenden .................................................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
8052P | xxxxxxxxxxxxxxx | 834.003,57 |
8022 | ........................ | |
8032 | ........................ | |
8042 | ........................ | |
8052 | 834.003,57 | |
8122P | xxxxxxxxxxxxxxx | 768.665,35 |
8072 | 65.338,22 | |
8082 | ........................ | |
8092 | ........................ | |
8102 | ........................ | |
8112 | ........................ | |
8122 | 834.003,57 | |
211 | ........................ |
CONCESSIES, OCTROOIEN, LICENTIES, KNOWHOW, MERKEN EN SOORTGELIJKE RECHTEN
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Aanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa ................
Overdrachten en buitengebruikstellingen .......................................................
Overboekingen van een post naar een andere (+)/(-)
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Teruggenomen ...............................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstellingen ..................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
8192P | xxxxxxxxxxxxxxx | 4.394.151.066,01 |
8162 | 226.997.536,34 | |
8172 | 771.571.817,93 | |
8182 | 118.110.461,90 | |
8192 | 3.967.687.246,32 | |
8252P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8212 | ........................ | |
8222 | ........................ | |
8232 | ........................ | |
8242 | ........................ | |
8252 | ........................ | |
8322P | xxxxxxxxxxxxxxx | 1.515.657.794,16 |
8272 | 188.338.891,81 | |
8282 | ........................ | |
8292 | ........................ | |
8302 | 488.768.312,58 | |
8312 | ........................ | |
8322 | 1.215.228.373,39 | |
(00) | 0.000.000.000,93 |
INSTALLATIES, MACHINES EN UITRUSTING
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Aanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa ................
Overdrachten en buitengebruikstellingen .......................................................
Overboekingen van een post naar een andere (+)/(-)
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt ........................................................................................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Teruggenomen ...............................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstellingen ..................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
8193P | xxxxxxxxxxxxxxx | 1.224.237,00 |
8163 | 96.859,27 | |
8173 | 163.264,24 | |
8183 | ........................ | |
8193 | 1.157.832,03 | |
8253P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8213 | ........................ | |
8223 | ........................ | |
8233 | ........................ | |
8243 | ........................ | |
8253 | ........................ | |
8323P | xxxxxxxxxxxxxxx | 892.231,88 |
8273 | 109.896,55 | |
8283 | ........................ | |
8293 | ........................ | |
8303 | 163.264,24 | |
8313 | ........................ | |
8323 | 838.864,19 | |
(24) | 318.967,84 |
MEUBILAIR EN ROLLEND MATERIEEL
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Aanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa ................
Overdrachten en buitengebruikstellingen .......................................................
Overboekingen van een post naar een andere (+)/(-)
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt ........................................................................................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Teruggenomen ...............................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstellingen ..................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
8195P | xxxxxxxxxxxxxxx | 746.668,99 |
8165 | ........................ | |
8175 | ........................ | |
8185 | ........................ | |
8195 | 746.668,99 | |
8255P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8215 | ........................ | |
8225 | ........................ | |
8235 | ........................ | |
8245 | ........................ | |
8255 | ........................ | |
8325P | xxxxxxxxxxxxxxx | 431.058,50 |
8275 | 176.069,71 | |
8285 | ........................ | |
8295 | ........................ | |
8305 | ........................ | |
8315 | ........................ | |
8325 | 607.128,21 | |
(26) | 139.540,78 |
OVERIGE MATERIËLE VASTE ACTIVA
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Aanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa ................
Overdrachten en buitengebruikstellingen .......................................................
Overboekingen van een post naar een andere (+)/(-)
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt ........................................................................................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Teruggenomen ...............................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstellingen ..................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
8196P | xxxxxxxxxxxxxxx | 181.292.684,38 |
8166 | 165.246.688,21 | |
8176 | ........................ | |
8186 | -118.110.461,90 | |
8196 | 228.428.910,69 | |
8256P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8216 | ........................ | |
8226 | ........................ | |
8236 | ........................ | |
8246 | ........................ | |
8256 | ........................ | |
8326P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8276 | ........................ | |
8286 | ........................ | |
8296 | ........................ | |
8306 | ........................ | |
8316 | ........................ | |
8326 | ........................ | |
(00) | 000.000.000,69 |
ACTIVA IN AANBOUW EN VOORUITBETALINGEN
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Aanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa ................
Overdrachten en buitengebruikstellingen .......................................................
Overboekingen van een post naar een andere (+)/(-)
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt ........................................................................................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Teruggenomen ...............................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstellingen ..................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar ........
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
8391P | xxxxxxxxxxxxxxx | 177.539.855,73 |
8361 | 10.000.000,00 | |
8371 | ........................ | |
8381 | ........................ | |
8391 | 187.539.855,73 | |
8451P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8411 | ........................ | |
8421 | ........................ | |
8431 | ........................ | |
8441 | ........................ | |
8451 | ........................ | |
8521P | xxxxxxxxxxxxxxx | 19.033.248,66 |
8471 | 3.370.596,05 | |
8481 | ........................ | |
8491 | ........................ | |
8501 | ........................ | |
8511 | ........................ | |
8521 | 22.403.844,71 | |
8551P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8541 | ........................ | |
8551 | ........................ | |
(280) | 165.136.011,02 | |
281P | xxxxxxxxxxxxxxx | 11.465.303,34 |
8581 | ........................ | |
8591 | 11.465.303,34 | |
8601 | ........................ | |
8611 | ........................ | |
8621 | ........................ | |
8631 | ........................ | |
(281) | ........................ | |
8651 | ........................ |
STAAT VAN DE FINANCIËLE VASTE ACTIVA
VERBONDEN ONDERNEMINGEN - DEELNEMINGEN EN AANDELEN
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Aanschaffingen ...............................................................................................
Overdrachten en buitengebruikstellingen .......................................................
Overboekingen van een post naar een andere (+)/(-)
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt ........................................................................................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Waardeverminderingen per einde van het boekjaar ......................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Teruggenomen ...............................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstellingen ..................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Waardeverminderingen per einde van het boekjaar ......................................
Niet-opgevraagde bedragen per einde van het boekjaar ...............................
Mutaties tijdens het boekjaar (+)/(-)
Niet-opgevraagde bedragen per einde van het boekjaar ...............................
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
VERBONDEN ONDERNEMINGEN - VORDERINGEN
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Toevoegingen .................................................................................................
Terugbetalingen ..............................................................................................
Geboekte waardeverminderingen ...................................................................
Teruggenomen waardeverminderingen ..........................................................
Wisselkoersverschillen (+)/(-)
Overige mutaties (+)/(-)
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
GECUMULEERDE WAARDEVERMINDERINGEN OP VORDERINGEN PER EINDE BOEKJAAR ...........................................................................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
8393P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8363 | ........................ | |
8373 | ........................ | |
8383 | ........................ | |
8393 | ........................ | |
8453P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8413 | ........................ | |
8423 | ........................ | |
8433 | ........................ | |
8443 | ........................ | |
8453 | ........................ | |
8523P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8473 | ........................ | |
8483 | ........................ | |
8493 | ........................ | |
8503 | ........................ | |
8513 | ........................ | |
8523 | ........................ | |
8553P | xxxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
8543 | ........................ | |
8553 | ........................ | |
(284) | ........................ | |
285/8P | xxxxxxxxxxxxxxx | 13.236.855,77 |
8583 | ........................ | |
8593 | 971.945,14 | |
8603 | ........................ | |
8613 | ........................ | |
8623 | ........................ | |
8633 | ........................ | |
(285/8) | 12.264.910,63 | |
8653 | ........................ |
ANDERE ONDERNEMINGEN - DEELNEMINGEN EN AANDELEN
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Aanschaffingen ...............................................................................................
Overdrachten en buitengebruikstellingen .......................................................
Overboekingen van een post naar een andere (+)/(-)
Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar .........................................
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt ........................................................................................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Meerwaarden per einde van het boekjaar .......................................................
Waardeverminderingen per einde van het boekjaar ......................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Geboekt ..........................................................................................................
Teruggenomen ...............................................................................................
Verworven van derden ....................................................................................
Afgeboekt na overdrachten en buitengebruikstellingen ..................................
Overgeboekt van een post naar een andere (+)/(-)
Waardeverminderingen per einde van het boekjaar ......................................
Niet-opgevraagde bedragen per einde van het boekjaar ...............................
Mutaties tijdens het boekjaar (+)/(-)
Niet-opgevraagde bedragen per einde van het boekjaar ...............................
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
ANDERE ONDERNEMINGEN - VORDERINGEN
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
Mutaties tijdens het boekjaar
Toevoegingen .................................................................................................
Terugbetalingen ..............................................................................................
Geboekte waardeverminderingen ...................................................................
Teruggenomen waardeverminderingen ..........................................................
Wisselkoersverschillen (+)/(-)
Overige mutaties (+)/(-)
NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR .....................................
GECUMULEERDE WAARDEVERMINDERINGEN OP VORDERINGEN PER EINDE BOEKJAAR ...........................................................................................................
0860.402.767 | VOL-kap 6.5.1 |
INLICHTINGEN OMTRENT DE DEELNEMINGEN
Deelnemingen en maatschappelijke rechten in andere ondernemingen
Hieronder worden de ondernemingen vermeld waarin de vennootschap een deelneming bezit (opgenomen in de posten 280 en 282 van de activa), alsmede de andere ondernemingen waarin de vennootschap maatschappelijke rechten bezit (opgenomen in de posten 284 en 51/53 van de activa) ten belope van ten minste 10% van het kapitaal, van het eigen vermogen of van een soort aandelen van die vennootschap
NAAM, volledig adres van de ZETEL en, zo het een onderneming naar Belgisch recht betreft, het ONDERNEMINGSNUMMER | Aangehouden maatschappelijke rechten | Gegevens geput uit de laatst beschikbare jaarrekening | ||||||
Xxxx | rechtstreeks | dochters | Xxxxxxxxxxxx per | Munt- code | Eigen vermogen | Nettoresultaat | ||
Aantal | % | % | (+) of (-) (in eenheden) | |||||
EURONAV SHIPPING NV 0544.986.976 Naamloze vennootschap Xx Xxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxxxx, Xxxxxx | 31/12/2022 | USD | 184.528.772,00 | 23.292.955,00 | ||||
Gewoon | ||||||||
aandeel | 298.236 | 100 | ||||||
EURONAV LUXEMBOURG SA LU16355562 Buitenlandse onderneming xxx xx Xxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxxxxx, Xxxxxxxxx | 31/12/2022 | USD | 8.893.827,00 | -5.935.925,00 | ||||
Gewoon | 1.544.70 | |||||||
aandeel | 5 | 100 | ||||||
EURONAV (UK) AGENCIES Ltd. GB769026702 Buitenlandse onderneming Xxxxx Xxxx 00, XX0 0XX XXXXXX, Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx | 31/12/2022 | GBP | 1.071.450,00 | -19.169,00 | ||||
Gewoon | ||||||||
aandeel | 25.000 | 100 | ||||||
EURONAV MI II Inc. Buitenlandse onderneming Trust Xxxxxxx Xxxxxxx, Xxxxxxxx Xxxx, Xxxxxxxx Xxxxxx, XX00000 XXXXXX, Xxxxxxxxxxxxxxxx | 31/12/2022 | USD | 432.088.358,00 | 472.460,00 | ||||
Gewoon | ||||||||
aandeel | 100 | 100 | ||||||
TANKERS (UK) AGENCIES Limited GB03884421 Buitenlandse onderneming 00, Xxxxx Xxxx, XX0 0XX XXXXXX, Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx | 31/12/2022 | USD | 1.934.000,00 | 171.000,00 | ||||
Gewoon | ||||||||
aandeel | 670 | 61 |
Nr. | 0860.402.767 | VOL-kap 6.5.1 |
Deelnemingen en maatschappelijke rechten in andere ondernemingen (vervolg)
NAAM, volledig adres van de ZETEL en, zo het een onderneming naar Belgisch recht betreft, het ONDERNEMINGSNUMMER | Aangehouden maatschappelijke rechten | Gegevens geput uit de laatst beschikbare jaarrekening | ||||||
Xxxx | rechtstreeks | dochters | Xxxxxxxxxxxx per | Munt- code | Eigen vermogen | Nettoresultaat | ||
Aantal | % | % | (+) of (-) (in eenheden) | |||||
TANKERS INTERNATIONAL L.L.C. Buitenlandse onderneming Xxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxx 0X, 0000 XXXXXXXX, Xxxxxx | Gewoon aandeel | 1 | 59 | 31/12/2022 | USD | 107.000,00 | -36.000,00 |
Nr. | 0860.402.767 | VOL-kap 6.6 |
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
51 | ........................ | ........................ |
8681 | ........................ | ........................ |
8682 | ........................ | ........................ |
8683 | ........................ | ........................ |
52 | ........................ | ........................ |
8684 | ........................ | ........................ |
53 | ........................ | ........................ |
8686 | ........................ | ........................ |
8687 | ........................ | ........................ |
8688 | ........................ | ........................ |
8689 | ........................ | ........................ |
OVERIGE GELDBELEGGINGEN
Aandelen en geldbeleggingen andere dan vastrentende beleggingen ......
Aandelen - Boekwaarde verhoogd met het niet-opgevraagde bedrag .........
Aandelen - Niet-opgevraagd bedrag .............................................................
Edele metalen en kunstwerken .....................................................................
Vastrentende effecten .....................................................................................
Vastrentende effecten uitgegeven door kredietinstellingen ..........................
Termijnrekeningen bij kredietinstellingen ....................................................
Met een resterende looptijd of opzegtermijn van
hoogstens één maand .............................................................................
meer dan één maand en hoogstens één jaar ..........................................
meer dan één jaar ....................................................................................
Hierboven niet-opgenomen overige geldbeleggingen .................................
Boekjaar | |
OVERLOPENDE REKENINGEN | |
Uitsplitsing van de post 490/1 van de activa indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt Over te dragen kosten (Algemeen) ................................................................................................................... | 2.048.848,37 |
Over te dragen kosten (Schepen) ..................................................................................................................... | 6.468.358,99 |
Over te dragen kosten (Schepen - contract assets) .......................................................................................... | 1.587.410,00 |
Te innen opbrengsten (Schepen) ...................................................................................................................... | 8.030.577,38 |
Te ontvangen financiële baten .......................................................................................................................... | 2.258.584,76 |
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
100P | xxxxxxxxxxxxxxx | 239.147.505,82 |
(000) | 000.000.000,82 |
STAAT VAN HET KAPITAAL EN DE AANDEELHOUDERSSTRUCTUUR
STAAT VAN HET KAPITAAL
Kapitaal
Geplaatst kapitaal per einde van het boekjaar ...............................................
Codes | Bedragen | Aantal aandelen |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
239.147.505,82 | 220.024.713 | |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
8702 | xxxxxxxxxxxxxx | 104.492.435 |
8703 | xxxxxxxxxxxxxx | 115.532.278 |
Geplaatst kapitaal per einde van het boekjaar ...............................................
Wijzigingen tijdens het boekjaar
.....................................................................................................................
.....................................................................................................................
.....................................................................................................................
.....................................................................................................................
Samenstelling van het kapitaal Soorten aandelen
Zonder vermelding van nominale waarde ..................................................
.....................................................................................................................
.....................................................................................................................
.....................................................................................................................
Aandelen op naam ..........................................................................................
Codes | Niet-opgevraagd bedrag | Opgevraagd, niet-gestort bedrag |
(101) | ........................ | xxxxxxxxxxxxxx |
8712 | xxxxxxxxxxxxxx | ........................ |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ |
Gedematerialiseerde aandelen .......................................................................
Niet-gestort kapitaal
Niet-opgevraagd kapitaal ................................................................................
Opgevraagd, niet-gestort kapitaal ...................................................................
Aandeelhouders die nog moeten volstorten
.....................................................................................................................
.....................................................................................................................
.....................................................................................................................
Codes | Boekjaar |
8721 | 19.826.558,93 |
8722 | 18.241.181 |
8731 | ........................ |
8732 | ........................ |
8740 | ........................ |
8741 | ........................ |
8742 | ........................ |
8745 | ........................ |
8746 | ........................ |
8747 | ........................ |
8751 | ........................ |
.....................................................................................................................
Eigen aandelen
Gehouden door de vennootschap zelf
Kapitaalbedrag ...............................................................................................................................
Aantal aandelen .............................................................................................................................
Xxxxxxxx door haar dochters
Kapitaalbedrag ...............................................................................................................................
Aantal aandelen .............................................................................................................................
Verplichtingen tot uitgifte van aandelen
Als gevolg van de uitoefening van conversierechten
Bedrag van de lopende converteerbare leningen ..........................................................................
Bedrag van het te plaatsen kapitaal ...............................................................................................
Maximum aantal uit te geven aandelen ..........................................................................................
Als gevolg van de uitoefening van inschrijvingsrechten
Aantal inschrijvingsrechten in omloop ............................................................................................
Bedrag van het te plaatsen kapitaal ...............................................................................................
Maximum aantal uit te geven aandelen ..........................................................................................
Toegestaan, niet-geplaatst kapitaal .....................................................................................................
Codes | Boekjaar |
8761 | ........................ |
8762 | ........................ |
8771 | ........................ |
8781 | ........................ |
Aandelen buiten kapitaal
Verdeling
Aantal aandelen .............................................................................................................................
Daaraan verbonden stemrecht .......................................................................................................
Uitsplitsing volgens de aandeelhouders
Aantal aandelen gehouden door de vennootschap zelf .................................................................
........................
........................
........................
........................
Boekjaar
Aantal aandelen gehouden door haar dochters .............................................................................
Bijkomende toelichting met betrekking tot de inbreng (waaronder de inbreng in nijverheid)
........................................................................................................................................................................
........................................................................................................................................................................
........................................................................................................................................................................
........................................................................................................................................................................
Op basis van de laatst ontvangen kennisgeving(en) van 31/12/2022, ziet de rechtstreekse aandeelhoudersstructuur er als volgt uit :
Aantal
Aandelen | |||
CMB | 50.425.600 | 22,918 % | |
C.K. Limited | |||
Famatown | 22.196.865 | 10,088 % | |
Frontline | 13.644.613 | 6,201 % | |
Euronav NV | 18.241.181 | 8,291 % |
Percentage
Total 104.508.259 47,498 %
Derden | 115.516.454 | 52,502 % | |
Total | 220.024.713 | 100,0000 % |
1.484.224,00
........................
........................
........................
Boekjaar
UITSPLITSING VAN DE POST 164/5 VAN DE PASSIVA INDIEN DAARONDER EEN BELANGRIJK BEDRAG VOORKOMT
Voorziening Stock Option Plan en long term incentive plan ..............................................................................
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
Codes | Boekjaar |
8801 | 56.792.258,62 |
8811 | ........................ |
8821 | ........................ |
8831 | ........................ |
8841 | 56.792.258,62 |
8851 | ........................ |
8861 | ........................ |
8871 | ........................ |
8881 | ........................ |
8891 | ........................ |
8901 | ........................ |
(00) | 00.000.000,62 |
8802 | 1.169.628.326,48 |
8812 | ........................ |
8822 | ........................ |
8832 | ........................ |
8842 | 979.628.326,48 |
8852 | 190.000.000,00 |
8862 | ........................ |
8872 | ........................ |
8882 | ........................ |
8892 | ........................ |
8902 | ........................ |
8912 | 1.169.628.326,48 |
8803 | 171.240.219,80 |
8813 | ........................ |
8823 | ........................ |
8833 | ........................ |
8843 | 171.240.219,80 |
8853 | ........................ |
8863 | ........................ |
8873 | ........................ |
8883 | ........................ |
8893 | ........................ |
8903 | ........................ |
8913 | 171.240.219,80 |
STAAT VAN DE SCHULDEN EN OVERLOPENDE REKENINGEN (PASSIVA)
UITSPLITSING VAN DE SCHULDEN MET EEN OORSPRONKELIJKE LOOPTIJD VAN MEER DAN ÉÉN JAAR, NAARGELANG HUN RESTERENDE LOOPTIJD
Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen
Financiële schulden ............................................................................................................................
Achtergestelde leningen .................................................................................................................
Niet-achtergestelde obligatieleningen ............................................................................................
Leasingschulden en soortgelijke schulden .....................................................................................
Kredietinstellingen ..........................................................................................................................
Overige leningen ............................................................................................................................
Handelsschulden .................................................................................................................................
Leveranciers ...................................................................................................................................
Te betalen wissels ..........................................................................................................................
Vooruitbetalingen op bestellingen .......................................................................................................
Overige schulden ................................................................................................................................
Totaal der schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen .........................................
Schulden met een resterende looptijd van meer dan één jaar doch hoogstens 5 jaar
Financiële schulden ............................................................................................................................
Achtergestelde leningen .................................................................................................................
Niet-achtergestelde obligatieleningen ............................................................................................
Leasingschulden en soortgelijke schulden .....................................................................................
Kredietinstellingen ..........................................................................................................................
Overige leningen ............................................................................................................................
Handelsschulden .................................................................................................................................
Leveranciers ...................................................................................................................................
Te betalen wissels ..........................................................................................................................
Vooruitbetalingen op bestellingen .......................................................................................................
Overige schulden ................................................................................................................................
Totaal der schulden met een resterende looptijd van meer dan één jaar doch hoogstens 5 jaar .
Schulden met een resterende looptijd van meer dan 5 jaar
Financiële schulden ............................................................................................................................
Achtergestelde leningen .................................................................................................................
Niet-achtergestelde obligatieleningen ............................................................................................
Leasingschulden en soortgelijke schulden .....................................................................................
Kredietinstellingen ..........................................................................................................................
Overige leningen ............................................................................................................................
Handelsschulden .................................................................................................................................
Leveranciers ...................................................................................................................................
Te betalen wissels ..........................................................................................................................
Vooruitbetalingen op bestellingen .......................................................................................................
Overige schulden ................................................................................................................................
Totaal der schulden met een resterende looptijd van meer dan 5 jaar ............................................
Codes | Boekjaar |
8921 | ........................ |
8931 | ........................ |
8941 | ........................ |
8951 | ........................ |
8961 | ........................ |
8971 | ........................ |
8981 | ........................ |
8991 | ........................ |
9001 | ........................ |
9011 | ........................ |
9021 | ........................ |
9051 | ........................ |
9061 | ........................ |
8922 | 1.207.660.804,90 |
8932 | ........................ |
8942 | ........................ |
8952 | ........................ |
8962 | 1.207.660.804,90 |
8972 | ........................ |
8982 | ........................ |
8992 | ........................ |
9002 | ........................ |
9012 | ........................ |
9022 | ........................ |
9032 | ........................ |
9042 | ........................ |
9052 | ........................ |
9062 | 1.207.660.804,90 |
GEWAARBORGDE SCHULDEN (begrepen in de posten 17 en 42/48 van de passiva)
Door Belgische overheidsinstellingen gewaarborgde schulden
Financiële schulden ............................................................................................................................
Achtergestelde leningen .................................................................................................................
Niet-achtergestelde obligatieleningen ............................................................................................
Leasingschulden en soortgelijke schulden .....................................................................................
Kredietinstellingen ..........................................................................................................................
Overige leningen ............................................................................................................................
Handelsschulden .................................................................................................................................
Leveranciers ...................................................................................................................................
Te betalen wissels ..........................................................................................................................
Vooruitbetalingen op bestellingen .......................................................................................................
Schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten .............................................................
Overige schulden ................................................................................................................................
Totaal van de door Belgische overheidsinstellingen gewaarborgde schulden ...............................
Schulden gewaarborgd door zakelijke zekerheden gesteld of onherroepelijk beloofd op activa van de vennootschap
Financiële schulden ............................................................................................................................
Achtergestelde leningen .................................................................................................................
Niet-achtergestelde obligatieleningen ............................................................................................
Leasingschulden en soortgelijke schulden .....................................................................................
Kredietinstellingen ..........................................................................................................................
Overige leningen ............................................................................................................................
Handelsschulden .................................................................................................................................
Leveranciers ...................................................................................................................................
Te betalen wissels ..........................................................................................................................
Vooruitbetalingen op bestellingen .......................................................................................................
Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten ........................................
Belastingen .....................................................................................................................................
Bezoldigingen en sociale lasten .....................................................................................................
Overige schulden ................................................................................................................................
Codes | Boekjaar |
9072 | ........................ |
9073 | ........................ |
450 | ........................ |
9076 | ........................ |
9077 | 223.764,67 |
Totaal der schulden gewaarborgd door zakelijke zekerheden gesteld of onherroepelijk beloofd op activa van de vennootschap ............................................................................................................
SCHULDEN MET BETREKKING TOT BELASTINGEN, BEZOLDIGINGEN EN SOCIALE LASTEN
Belastingen (post 450/3 en 179 van de passiva)
Vervallen belastingschulden ...............................................................................................................
Niet-vervallen belastingschulden ........................................................................................................
Geraamde belastingschulden .............................................................................................................
Bezoldigingen en sociale lasten (post 454/9 en 179 van de passiva)
Vervallen schulden ten aanzien van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid ......................................
Andere schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten .................................................
Boekjaar | |
OVERLOPENDE REKENINGEN | |
Uitsplitsing van de post 492/3 van de passiva indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt Toe te rekenen financiële kosten ....................................................................................................................... | 9.072.460,23 |
Over te dragen opbrengsten (Schepen) ............................................................................................................ | 12.087.842,02 |
Over te dragen opbrengsten (Schepen - DEM) ................................................................................................. | 552.367,55 |
Niet gerealiseerde positieve koersverschillen ................................................................................................... | 453.816,87 |
Niet gerealiseerde positieve koersverschillen (Commercial Paper) .................................................................. | 1.101.800,00 |
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
102.965.460,11 | 85.009.338,76 | |
359.816.211,00 | 000.000.000,86 | |
000.000.000,00 | 000.000.000,51 | |
00.000.000,00 | 00.000.000,46 | |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
........................ | ........................ | |
740 | 17.847.225,05 | 20.409.029,86 |
9086 | 43 | 40 |
9087 | 41,5 | 43,1 |
9088 | 63.636 | 65.336 |
620 | 6.633.975,60 | 5.158.602,67 |
621 | 1.321.036,43 | 1.144.582,98 |
622 | 535.825,33 | 551.946,82 |
623 | 284.414,00 | 361.908,86 |
624 | ........................ | ........................ |
BEDRIJFSRESULTATEN
Bedrijfsopbrengsten
Netto-omzet
Uitsplitsing per bedrijfscategorie
TC Out .....................................................................................................
TI Pool ......................................................................................................
Spot ..........................................................................................................
Andere .....................................................................................................
Uitsplitsing per geografische markt
...................................................................................................................
...................................................................................................................
...................................................................................................................
...................................................................................................................
Andere bedrijfsopbrengsten
Exploitatiesubsidies en vanwege de overheid ontvangen compenserende bedragen .......................................................................................................
Bedrijfskosten
Werknemers waarvoor de vennootschap een DIMONA-verklaring heeft ingediend of die zijn ingeschreven in het algemeen personeelsregister
Totaal aantal op de afsluitingsdatum ............................................................
Gemiddeld personeelsbestand berekend in voltijdse equivalenten ..............
Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren ......................................................
Personeelskosten
Bezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen .......................................
Werkgeversbijdragen voor sociale verzekeringen ........................................
Werkgeverspremies voor bovenwettelijke verzekeringen .............................
Andere personeelskosten (+)/(-)
Ouderdoms- en overlevingspensioenen .......................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
635 | ........................ | ........................ |
9110 | ........................ | ........................ |
9111 | ........................ | ........................ |
9112 | ........................ | ........................ |
9113 | ........................ | ........................ |
9115 | 1.151.733,00 | 1.232.269,41 |
9116 | 3.407.515,36 | ........................ |
640 | 39.662,19 | 257.656,53 |
641/8 | 127.707,53 | 63.924,91 |
9096 | ........................ | 1 |
9097 | 0,1 | 0,4 |
9098 | 152 | 699 |
617 | 7.385,10 | 32.401,12 |
Voorzieningen voor pensioenen en soortgelijke verplichtingen
Toevoegingen (bestedingen en terugnemingen) (+)/(-)
Waardeverminderingen
Op voorraden en bestellingen in uitvoering
Geboekt ...................................................................................................
Teruggenomen .........................................................................................
Op handelsvorderingen
Geboekt ...................................................................................................
Teruggenomen .........................................................................................
Voorzieningen voor risico's en kosten
Toevoegingen ...............................................................................................
Bestedingen en terugnemingen ....................................................................
Andere bedrijfskosten
Bedrijfsbelastingen en -taksen ......................................................................
Andere ..........................................................................................................
Uitzendkrachten en ter beschikking van de vennootschap gestelde personen
Totaal aantal op de afsluitingsdatum ............................................................
Gemiddeld aantal berekend in voltijdse equivalenten ..................................
Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren ......................................................
Kosten voor de vennootschap ......................................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
9125 | ........................ | ........................ |
9126 | ........................ | ........................ |
754 | 11.484.749,76 | ........................ |
5.778,37 | 4.676.916,54 | |
9,43 | 0,48 | |
........................ | ........................ | |
6501 | ........................ | ........................ |
6502 | ........................ | ........................ |
6510 | ........................ | ........................ |
6511 | ........................ | ........................ |
653 | ........................ | ........................ |
6560 | ........................ | ........................ |
6561 | ........................ | ........................ |
654 | 7.610.938,18 | ........................ |
655 | 5.483.166,19 | ........................ |
40.393,04 | 55.224,80 | |
119.586,41 | 126.626,22 | |
435.424,54 | 307.626,75 | |
9.305.450,78 | 8.849.798,15 |
FINANCIËLE RESULTATEN
RECURRENTE FINANCIËLE OPBRENGSTEN
Andere financiële opbrengsten
Door de overheid toegekende subsidies, aangerekend op de resultatenrekening
Kapitaalsubsidies .....................................................................................
Interestsubsidies ......................................................................................
Uitsplitsing van de overige financiële opbrengsten
Gerealiseerde wisselkoersverschillen ...........................................................
Andere
Positieve omrekeningsverschillen ............................................................
Diverse financiële opbrengsten ................................................................
...................................................................................................................
RECURRENTE FINANCIËLE KOSTEN
Afschrijving van kosten bij uitgifte van leningen .........................................
Geactiveerde interesten ..................................................................................
Waardeverminderingen op vlottende activa
Geboekt ........................................................................................................
Teruggenomen .............................................................................................
Andere financiële kosten
Bedrag van het disconto ten laste van de vennootschap bij de verhandeling van vorderingen ............................................................................................
Voorzieningen met financieel karakter
Toevoegingen ...............................................................................................
Bestedingen en terugnemingen ....................................................................
Uitsplitsing van de overige financiële kosten
Gerealiseerde wisselkoersverschillen ...........................................................
Resultaten uit de omrekening van vreemde valuta .......................................
Andere
Bankkosten ...................................................................................................
Kosten op effecten ........................................................................................
Betaalde Bankgaranties ................................................................................
Diverse financiële Kosten .............................................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
00 | 000.000.000,00 | 00.000.000,04 |
(76A) | 106.282.680,00 | 00.000.000,04 |
760 | ............................. | ............................. |
7620 | ............................. | ............................. |
7630 | 106.282.680,00 | 00.000.000,04 |
764/8 | ............................. | ............................. |
(76B) | ............................. | ............................. |
761 | ............................. | ............................. |
7621 | ............................. | ............................. |
7631 | ............................. | ............................. |
769 | ............................. | ............................. |
66 | 3.606.782,00 | 00.000.000,66 |
(66A) | 236.185,99 | ............................. |
660 | ............................. | ............................. |
6620 | ............................. | ............................. |
6630 | 236.185,99 | ............................. |
664/7 | ............................. | ............................. |
6690 | ............................. | ............................. |
(66B) | 3.370.596,00 | 00.000.000,66 |
000 | 0.000.000,00 | 00.000.000,66 |
6621 | ............................. | ............................. |
6631 | ............................. | ............................. |
668 | ............................. | ............................. |
6691 | ............................. | ............................. |
OPBRENGSTEN EN KOSTEN VAN UITZONDERLIJKE OMVANG OF UITZONDERLIJKE MATE VAN VOORKOMEN
NIET-RECURRENTE OPBRENGSTEN ....................................................................
Niet-recurrente bedrijfsopbrengsten ...............................................................
Terugneming van afschrijvingen en van waardeverminderingen op immateriële en materiële vaste activa ............................................................
Terugneming van voorzieningen voor niet-recurrente bedrijfsrisico's en
-kosten ............................................................................................................
Meerwaarden bij de realisatie van immateriële en materiële vaste activa ......
Andere niet-recurrente bedrijfsopbrengsten ...................................................
Niet-recurrente financiële opbrengsten ..........................................................
Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa .............
Terugneming van voorzieningen voor niet-recurrente financiële risico's en kosten .............................................................................................................
Meerwaarden bij de realisatie van financiële vaste activa ..............................
Andere niet-recurrente financiële opbrengsten ...............................................
NIET-RECURRENTE KOSTEN ...............................................................................
Niet-recurrente bedrijfskosten .........................................................................
Niet-recurrente afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, op immateriële en materiële vaste activa .........................
Voorzieningen voor niet-recurrente bedrijfsrisico's en -kosten: toevoegingen (bestedingen) (+)/(-)
Minderwaarden bij de realisatie van immateriële en materiële vaste activa ...
Andere niet-recurrente bedrijfskosten .............................................................
Als herstructureringskosten geactiveerde niet-recurrente bedrijfskosten ..(-)
Niet-recurrente financiële kosten .....................................................................
Waardeverminderingen op financiële vaste activa .........................................
Voorzieningen voor niet-recurrente financiële risico's en kosten: toevoegingen (bestedingen) (+)/(-)
Minderwaarden bij de realisatie van financiële vaste activa ...........................
Andere niet-recurrente financiële kosten ........................................................
Als herstructureringskosten geactiveerde niet-recurrente financiële kosten(-)
Codes | Boekjaar |
9134 | 3.810.052,82 |
9135 | 4.886.864,27 |
9136 | 1.076.811,45 |
9137 | ........................ |
9138 | 26.647,59 |
9139 | 26.647,59 |
9140 | ........................ |
-169.911.851,55 | |
592.145,95 | |
3.370.595,05 | |
1.080.060,14 |
BELASTINGEN EN TAKSEN
BELASTINGEN OP HET RESULTAAT
Belastingen op het resultaat van het boekjaar ..................................................................................
Verschuldigde of betaalde belastingen en voorheffingen ..................................................................
Geactiveerde overschotten van betaalde belastingen en voorheffingen ...........................................
Geraamde belastingsupplementen ....................................................................................................
Belastingen op het resultaat van vorige boekjaren ..........................................................................
Verschuldigde of betaalde belastingsupplementen ...........................................................................
Geraamde belastingsupplementen of belastingen waarvoor een voorziening werd gevormd ..........
Belangrijkste oorzaken van de verschillen tussen de winst vóór belastingen, zoals die blijkt uit de jaarrekening, en de geraamde belastbare winst
Resultaat onderworpen aan Tonnage Taks (+)/(-)
Verworpen uitgaven (+)/(-)
Waardevermindering participatie Euronav Luxembourg SAS (+)/(-)
........................
........................
........................
........................
Boekjaar
Minderwaarde vervreemding eigen aandelen (+)/(-)
Invloed van de niet-recurrente resultaten op de belastingen op het resultaat van het boekjaar
........................................................................................................................................................................
........................................................................................................................................................................
........................................................................................................................................................................
Codes | Boekjaar |
9141 | 98.428.907,80 |
9142 | 91.872.980,26 |
6.531.194,31 | |
24.733,23 | |
........................ | |
9144 | 53.305.380,72 |
........................ | |
........................ | |
........................ |
........................................................................................................................................................................
Bronnen van belastinglatenties
Actieve latenties ................................................................................................................................
Gecumuleerde fiscale verliezen die aftrekbaar zijn van latere belastbare winsten ......................
Andere actieve latenties
Over te dragen DBI overschot(ten) ..........................................................................................
Overige ....................................................................................................................................
...................................................................................................................................................
Passieve latenties ..............................................................................................................................
Uitsplitsing van de passieve latenties
Vrijgestelde reserves ...............................................................................................................
...................................................................................................................................................
...................................................................................................................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
9145 | 13.034.983,56 | 11.379.180,04 |
9146 | 59.092,17 | 81.958,12 |
9147 | 1.923.487,24 | 1.948.370,06 |
9148 | ........................ | ........................ |
BELASTING OP DE TOEGEVOEGDE WAARDE EN BELASTINGEN TEN LASTE VAN DERDEN
In rekening gebrachte belasting op de toegevoegde waarde
Aan de vennootschap (aftrekbaar) ...............................................................
Door de vennootschap ..................................................................................
Ingehouden bedragen ten laste van derden bij wijze van
Bedrijfsvoorheffing ........................................................................................
Roerende voorheffing ...................................................................................
Codes | Boekjaar |
9149 | 200.000.000,00 |
9150 | ........................ |
9151 | ........................ |
9153 | 200.000.000,00 |
91611 2. | 752.458.872,00 |
91621 2. | 533.953.811,74 |
91631 | ........................ |
91711 | ........................ |
91721 | ........................ |
91811 | ........................ |
91821 | ........................ |
91911 | ........................ |
91921 | ........................ |
92011 | ........................ |
92021 | ........................ |
NIET IN DE BALANS OPGENOMEN RECHTEN EN VERPLICHTINGEN
DOOR DE VENNOOTSCHAP GESTELDE OF ONHERROEPELIJK BELOOFDE PERSOONLIJKE ZEKERHEDEN ALS WAARBORG VOOR SCHULDEN OF VERPLICHTINGEN VAN DERDEN ........................
Waarvan
Door de vennootschap geëndosseerde handelseffecten in omloop ..................................................
Door de vennootschap getrokken of voor aval getekende handelseffecten ......................................
Maximumbedrag ten belope waarvan andere verplichtingen van derden door de vennootschap zijn gewaarborgd ......................................................................................................................................
ZAKELIJKE ZEKERHEDEN
Zakelijke zekerheden die door de vennootschap op haar eigen activa werden gesteld of onherroepelijk beloofd als waarborg voor schulden en verplichtingen van de vennootschap
Hypotheken
Boekwaarde van de bezwaarde activa .........................................................................................
Bedrag van de inschrijving ............................................................................................................
Voor de onherroepelijke mandaten tot hypothekeren, het bedrag waarvoor de volmachthebber krachtens het mandaat inschrijving mag nemen ..........................................................................
Pand op het handelsfonds
Maximumbedrag waarvoor de schuld is gewaarborgd en waarvoor registratie plaatsvindt .........
Voor de onherroepelijke mandaten tot verpanding van het handelsfonds, het bedrag waarvoor de volmachthebber krachtens het mandaat tot registratie mag overgaan ....................................
Pand op andere activa of onherroepelijke mandaten tot verpanding van andere activa Boekwaarde van de bezwaarde activa .........................................................................................
Maximumbedrag waarvoor de schuld is gewaarborgd .................................................................
Gestelde of onherroepelijk beloofde zekerheden op nog te verwerven activa
Bedrag van de betrokken activa ...................................................................................................
Maximumbedrag waarvoor de schuld is gewaarborgd .................................................................
Voorrecht van de verkoper
Boekwaarde van het verkochte goed ...........................................................................................
Bedrag van de niet-betaalde prijs .................................................................................................
Codes | Boekjaar |
91612 | ........................ |
91622 | ........................ |
91632 | ........................ |
91712 | ........................ |
91722 | ........................ |
91812 | ........................ |
91822 | ........................ |
91912 | ........................ |
91922 | ........................ |
92012 | ........................ |
92022 | ........................ |
Zakelijke zekerheden die door de venootschap op haar eigen activa werden gesteld of onherroepelijk beloofd als waarborg voor schulden en verplichtingen van derden
Hypotheken
Boekwaarde van de bezwaarde activa .........................................................................................
Bedrag van de inschrijving ............................................................................................................
Voor de onherroepelijke mandaten tot hypothekeren, het bedrag waarvoor de volmachthebber krachtens het mandaat inschrijving mag nemen ..........................................................................
Pand op het handelsfonds
Maximumbedrag waarvoor de schuld is gewaarborgd en waarvoor registratie plaatsvindt .........
Voor de onherroepelijke mandaten tot verpanding van het handelsfonds, het bedrag waarvoor de volmachthebber krachtens het mandaat tot registratie mag overgaan ....................................
Pand op andere activa of onherroepelijke mandaten tot verpanding van andere activa Boekwaarde van de bezwaarde activa .........................................................................................
Maximumbedrag waarvoor de schuld is gewaarborgd .................................................................
Gestelde of onherroepelijk beloofde zekerheden op nog te verwerven activa
Bedrag van de betrokken activa ...................................................................................................
Maximumbedrag waarvoor de schuld is gewaarborgd .................................................................
Voorrecht van de verkoper
Boekwaarde van het verkochte goed ...........................................................................................
Codes | Boekjaar |
........................ | |
........................ | |
........................ | |
167.880.000,00 | |
132.785.800,00 | |
103.390.000,00 | |
19.690.667,33 | |
........................ | |
........................ | |
9213 | ........................ |
9214 | ........................ |
9215 | 69.862.300,00 |
9216 | 69.257.548,00 |
Bedrag van de niet-betaalde prijs .................................................................................................
GOEDEREN EN WAARDEN GEHOUDEN DOOR DERDEN IN HUN NAAM MAAR TEN BATE EN OP RISICO VAN DE VENNOOTSCHAP, VOOR ZOVER DEZE GOEDEREN EN WAARDEN NIET IN DE BALANS ZIJN OPGENOMEN
.............................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................
BELANGRIJKE VERPLICHTINGEN TOT AANKOOP VAN VASTE ACTIVA
Aankoop 3 VLCC (Xxxxxxx Xxxxx) in aanbouw .............................................................................
Aankoop 3 Suezmax (Hyundai) in aanbouw .....................................................................................
Aankoop 2 Suezmax (Daehan) in aanbouw ......................................................................................
BELANGRIJKE VERPLICHTINGEN TOT VERKOOP VAN VASTE ACTIVA
Verkoop Cap Xxxxxxx ........................................................................................................................
.............................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................
Termijnverrichtingen
Gekochte (te ontvangen) goederen ....................................................................................................
Verkochte (te leveren) goederen .........................................................................................................
Gekochte (te ontvangen) deviezen .....................................................................................................
Verkochte (te leveren) deviezen ..........................................................................................................
........................
........................
........................
........................
Boekjaar
VERPLICHTINGEN VOORTVLOEIEND UIT DE TECHNISCHE WAARBORGEN VERBONDEN AAN REEDS GEPRESTEERDE VERKOPEN OF DIENSTEN
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
........................
........................
........................
........................
Boekjaar
BEDRAG, AARD EN VORM VAN BELANGRIJKE HANGENDE GESCHILLEN EN ANDERE BELANGRIJKE VERPLICHTINGEN
Euronav NV is, in het kader van haar dagdagelijkse activiteiten, verwikkeld in een aantal geschillen, zowel als eiser als beklaagde. Zulke geschillen, evenals de hieraan verbonden kosten voor juridische vertegenwoordiging zijn gedekt door verzekeringen. Zij zijn verder niet van een grootorde die buiten de normale gang van zaken valt of zijn niet van een omvang dat ze de financiële positie van Euronav NV in het gedrang zouden brengen ..................................................................................................................................
Euronav is momenteel verwikkeld in een geschil. Voorzieningen met betrekking tot gerechtelijke procedures en arbitrageprocedures worden aangelegd in overeenstemming met de waarderingsregels zoals beschreven in toelichting van de statutaire jaarrekening van Euronav. De claim is op 15 januari 2021 ingediend door Unicredit Bank in Londen bij de High Court of Justice of England and Wales. De claim heeft betrekking op een vermeende verkeerdelijke levering van 101.809 metrische ton laagzwavelige stookolie die werd vervoerd door ons Suezmax-schip Sienna. De bevrachter, Gulf Petrochem FZC, een bedrijf van GP Global, gaf het schip de opdracht om de lading in Sohar te lossen zonder voorlegging van de vrachtbrief, maar tegen een vrijwaringsverklaring van de bevrachter, zoals gebruikelijk is in de scheepvaartindustrie voor ruwe olie.
Unicredit bank die de lading had gefinancierd voor een bedrag van USD 26.367.200 en die de cognossementhouder was geworden, werd niet terugbetaald in overeenstemming met de financieringsafspraken die waren overeengekomen met Gulf Petrochem FZC. Als connossementhouder vordert Unicredit Bank dit bedrag terug van 26.367.200 USD samen met rente van Euronav NV. De GP Global-groep is momenteel onder een herstructureringsplan en elk verhaal onder de vrijwaringsverklaring van Gulf Petrochem FZC is daarom twijfelachtig. De zaak kwam in maart 2022 voor de rechter in Londen en in april 2022 werd het vonnis uitgesproken. Euronav heeft met succes de vorderingen verdedigd die werden afgewezen met kosten die aan Euronav werden toegekend. Unicredit diende echter een aanvraag in en kreeg toestemming om in beroep te gaan tegen de beslissing van de rechter van de handelsrechtbank. De zitting van het Hof van Beroep is gepland op 28 maart 2023. Euronav is van mening dat het de gevestigde standaardwerkpraktijken heeft gevolgd en dat het geldige argumenten heeft om zich te verdedigen. Op basis van een extern juridisch advies is het management van mening dat het sterke argumenten heeft dat het risico van een cash uitstroom minder dan waarschijnlijk is en dat er daarom geen voorziening wordt aangelegd. Aangezien de gerechtelijke procedure zich in een vroeg stadium bevindt, kunnen op dit moment geen verdere details worden bekendgemaakt. De verzekeraar Britannia heeft namens Euronav een schriftelijk verbintenis ter beschikking gesteld ten aanzien van Unicredit voor Euronav, gedekt door een bankgarantie op eerste verzoek van 22 miljoen USD van Belfius Bank. Deze garantie wordt gedekt door een borgsom van 12,3 miljoen USD. ........................................................................................................................
De Groep is momenteel verwikkeld in een rechtszaak. RMK is een gerechtelijke procedure gestart bij het Londense Hooggerechtshof tegen Euronav en eiste US$ 12.993.720 schadevergoeding in verband met onbetaalde adviesdiensten die RMK aan Euronav verleende met betrekking tot de fusie met Gener8 in 2016 en 2017. RMK argumenteert dat ze recht hebben op een aanvullende vergoeding bovenop de bedragen die ze in een schriftelijke adviesovereenkomst hebben geaccepteerd
RMK heeft de gerechtelijke procedure op 30 september 2022 ingeleid, het verweerschrift van Euronav werd op 29 december 2022 betekend en het antwoord van RMK moet op 16 februari 2023 worden ingediend.
Het management is van mening dat RMK voor een zware last staat om een rechtbank ervan te overtuigen dat zij recht moet hebben op een aanvullende vergoeding, gezien de duidelijke voorwaarden van de schriftelijke adviesovereenkomst.
Op basis van een extern juridisch advies is het management van mening dat deze sterke argumenten het risico op een uitstroom minder dan waarschijnlijk maken en daarom wordt er geen voorziening erkend. ........
.............................................................................................................................................................................
REGELING INZAKE HET AANVULLEND RUST- OF OVERLEVINGSPENSIOEN TEN BEHOEVE VAN DE PERSONEELS- OF DIRECTIELEDEN
Beknopte beschrijving
De 41 werknemers zijn aangesloten bij een groepsverzekering, Baloise, waarvan de bijdragen bepaald zijn in functie van het salaris maar ook het aantal dienstjaren van de individuele werknemer. De vennootschap heeft pensioenplannen van het type "defined contribution" (pensioentoezegging van het type vaste bijdragen) voor 39 werknemers en "defined benefit" voor 2 werknemers. De bijdragen worden betaald door de werkgever en/of de werknemer via een vast bedrag of een bepaald percentage van het loon van de werknemer. Voor het bepalen van een eventuele schuld op balansdatum maakt de onderneming de som van alle individuele verschillen tussen de wiskundige reserves en het gewaarborgd minimum als vastgesteld door artikel 24 van de Wet van Aanvullende Pensioenen ("intrinsieke waardemethode"). Bij de berekening van deze verplichting wordt enkel rekening gehouden met een gewaarborgd minimum rendement tot op datum van verslaggeving.
Genomen maatregelen om de daaruit voortvloeiende kosten te dekken
Het kapitaal leven wordt gevormd door zowel patronale- als werknemersbijdragen. Het kapitaal overlijden wordt gevormd door de patronale bijdragen.
Codes | Boekjaar |
9220 | ........................ |
Bedragen die hiervoor gestort worden, komen ten laste van de resultatenrekening van het desbetreffende jaar.
PENSIOENEN DIE DOOR DE VENNOOTSCHAP ZELF WORDEN GEDRAGEN
Geschat bedrag van de verplichtingen die voortvloeien uit reeds gepresteerd werk ...................
Basis en wijze waarop dit bedrag wordt berekend
........................................................................................................................................................
........................................................................................................................................................
........................................................................................................................................................
........................
........................
........................
Boekjaar
........................................................................................................................................................
AARD EN FINANCIËLE GEVOLGEN VAN MATERIËLE GEBEURTENISSEN DIE ZICH NA BALANSDATUM HEBBEN VOORGEDAAN EN DIE NIET IN DE RESULTATENREKENING OF BALANS WORDEN WEERGEGEVEN
Op 11 juli 2022 kondigde Euronav en Frontline aan dat er een definitieve combinatieovereenkomst werd ondertekend voor een aandeel-voor-aandeel-combinatie op basis van een ruilverhouding van 1,45 Frontline-aandelen voor 1,0 Euronav-aandeel (de “Combinatieovereenkomst”), die unaniem werd
goedgekeurd door alle leden van de Raad van Bestuur van Frontline alsook door alle leden van de Raad van Toezicht van Euronav. .......................................................................................................................................
Op 9 januari 2023 kondigde Frontline aan dat zij eenzijdig had besloten de Combinatieovereenkomst te beëindigen. Xxxxxxx stelde vast dat deze eenzijdige actie tot beëindiging van de Combinatieovereenkomst geen basis vindt in de Combinatieovereenkomst en dat Frontline geen afdoende reden heeft gegeven voor haar beslissing om de beëindiging na te streven. Op 18 januari 2023 kondigde Euronav aan dat zij een aanvraag indiende voor dringende tussentijdse en bewarende maatregelen met betrekking tot Frontline’s eenzijdige actie in het nastreven van de beëindiging van de Combinatieovereenkomst. Xxxxxxx vraagt de opschorting van deze beëindiging in afwachting van een beslissing ten gronde die voornamelijk de specifieke uitvoering van de Combinatieovereenkomst nastreeft. Op 30 januari 2023 kondigde Euronav aan dat zij een verzoek tot arbitrage ten gronde heeft ingediend met betrekking tot de eenzijdige actie van Frontline om de beëindiging van de Combinatieovereenkomst na te streven. Op 7 februari deelde de arbitrage rechtbank mee dat het verzoek van Euronav om dringende, voorlopige en bewarende maatregelen werd afgewezen op grond van specifieke procedureregels die van toepassing zijn op spoedarbitrages, meer specifiek een gebrek aan urgentie voor Euronav om de gevraagde voorlopige maatregelen te verkrijgen.
Ondertussen is Famatown Finance Limited, een verbonden partij van de grootste aandeelhouder van Frontline, aandelen van Euronav blijven aankopen. In totaal bezit Famatown Finance Limited (samen met Frontline) 50.426.748 aandelen van Euronav of 24,99% van de uitstaande aandelen (exclusief eigen aandelen). De Raad van Toezicht van Xxxxxxx heeft zich proactief tot Famatown gewend om haar intenties te begrijpen en is van plan een constructieve dialoog te blijven voeren, zoals de Raad van Toezicht dat doet met alle aandeelhouders en stakeholders van de vennootschap. .....................................................................
CMB en verbonden ondernemingen
CMB NV en de met haar verbonden ondernemingen (“CMB”) bezitten tezamen 25% van de uitstaande aandelen van Euronav (exclusief eigen aandelen). Op 16 januari 2023 ontving Xxxxxxx een brief van CMB met het verzoek aan de Raad van Toezicht om een algemene aandeelhoudersvergadering van Euronav bijeen te roepen met de bij de brief gevoegde agendapunten en voorgestelde besluiten. Een Bijzondere Algemene Aandeelhoudersvergadering (‘BAV’) zal worden bijeengeroepen overeenkomstig met het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen op 23 maart 2023. .............................................................................
........................
Tijdens de Bijzondere Algemene vergadering die plaatsvond op 23 maart 2023 werden 3 onafhankelijke bestuurders weerhouden, en werden 2 nieuwe afhankelijke bestuurders goedgekeurd die Famatown vertegenwoordigen; gecombineerd met 2 nieuwe afhankelijke bestuurders, die CMB vertegenwoordigen. ....
........................
........................
........................
........................
AAN- OF VERKOOPVERBINTENISSEN DIE DE VENNOOTSCHAP ALS OPTIESCHRIJVER VAN CALL- EN PUTOPTIES HEEFT
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
........................
........................
........................
........................
Boekjaar
AARD, ZAKELIJK DOEL EN FINANCIËLE GEVOLGEN VAN BUITENBALANS REGELINGEN
Mits de risico's of voordelen die uit dergelijke regelingen voortvloeien van enige betekenis zijn en voor zover de openbaarmaking van dergelijke risico's of voordelen noodzakelijk is voor de beoordeling van de financiële positie van de vennootschap
Contracten als huurder
De minimale huurbetalingen onder niet-opzegbare huurovereenkomsten voor kantoren en wagens zijn als volgt in duizenden USD :
Minder dan één jaar 396 Tussen 1 en 5 jaar 237
Meer dan 5 jaar 0
Totaal 633
Voor schepen (tijdbevrachtingscontracten) in duizenden USD :
Minder dan één jaar 52.715 Tussen 1 en 5 jaar 33.852
Meer dan 5 jaar 0
Totaal 86.567
Voor bepaalde hogervermelde schepen heeft Euronav NV opties om het tijdsbevrachtingscontract te verlengen, bij deze berekening van de minimale huurbetalingen werd er geen rekening gehouden noch met de optie tot verlengen noch met aankoopopties.
Contracten als verhuurder
Euronav NV verhuurt een aantal van haar schepen op basis van tijdsbevrachtingscontracten (operationele lease). De minimale huurontvangsten onder dergelijke niet-opzegbare verhuurovereenkomsten zijn als volgt in duizenden USD :
Minder dan één jaar 51.346 Tussen 1 en 5 jaar 71.817
Meer dan 5 jaar 0
Totaal 123.163
Voor bepaalde van hogervermelde schepen heeft Euronav NV opties toegestaan om het tijdsbevrachtingscontract te verlengen. Bij de berekening van de minimale verhuurontvangsten werd er geen rekening gehouden met deze opties. ................................................................................................................
Tankers International Ltd (“TIL”) werd vanaf 31 december 2017 bevrachter van alle schepen in de TI Pool welke nu op tijdsbevrachting zijn naar TIL voor een periode van minimaal1 jaar aan een vlottend tarief. Op 31 december werden 34 van onze VLCC schepen uitgebaat in de TI Pool waarvoor Euronav een vlottend tarief ontvangt. Aangezien de inkomsten van Euronav in de TI Pool afhankelijk zijn van een vollatiele spot markt kunnen deze moeilijk ingeschat worden en zijn daarom niet opgenomen in deze cijfers. ................................
Garanties
Euronav NV staat garant voor bankleningen en contracten van gemeenschappelijke dochterondernemingen voor een bedrag van : 200,000,000.00 USD USD (opgenomen onder code 9381 en 9383 - Vol 6.15). ...........
.............................................................................................................................................................................
........................
........................
........................
........................
Boekjaar
ANDERE NIET IN DE BALANS OPGENOMEN RECHTEN EN VERPLICHTINGEN (met inbegrip van deze die niet kunnen worden becijferd)
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
(280/1) | 165.136.011,02 | 169.971.910,41 |
(000) | 000.000.000,00 | 000.000.000,07 |
9271 | ........................ | ........................ |
9281 | ........................ | 11.465.303,34 |
9291 | 13.122.984,53 | 8.584.782,58 |
9301 | ........................ | ........................ |
9311 | 13.122.984,53 | 8.584.782,58 |
9321 | ........................ | ........................ |
9331 | ........................ | ........................ |
9341 | ........................ | ........................ |
9351 | 219.828.877,00 | 000.000.000,00 |
0000 | 000.000.000,00 | 000.000.000,00 |
0000 | 00.000.000,00 | 00.000.000,00 |
9381 | 200.000.000,00 | 267.296.322,00 |
9391 | ........................ | ........................ |
9401 | ........................ | ........................ |
9421 | 1.871.230,00 | 2.000.000,00 |
9431 | ........................ | ........................ |
9441 | ........................ | ........................ |
9461 | 12.739.974,00 | 00.000.000,62 |
9471 | ........................ | ........................ |
9481 | ........................ | ........................ |
9491 | ........................ | ........................ |
BETREKKINGEN MET VERBONDEN ONDERNEMINGEN, GEASSOCIEERDE ONDERNEMINGEN EN DE ANDERE ONDERNEMINGEN WAARMEE EEN DEELNEMINGSVERHOUDING BESTAAT
VERBONDEN ONDERNEMINGEN
Financiële vaste activa ....................................................................................
Deelnemingen ...............................................................................................
Achtergestelde vorderingen ..........................................................................
Andere vorderingen ......................................................................................
Vorderingen .....................................................................................................
Op meer dan één jaar ...................................................................................
Op hoogstens één jaar .................................................................................
Geldbeleggingen .............................................................................................
Aandelen .......................................................................................................
Vorderingen ..................................................................................................
Schulden ..........................................................................................................
Op meer dan één jaar ...................................................................................
Op hoogstens één jaar .................................................................................
Persoonlijke en zakelijke zekerheden
Door de vennootschap gesteld of onherroepelijk beloofd als waarborg voor schulden of verplichtingen van verbonden ondernemingen .........................
Door verbonden ondernemingen gesteld of onherroepelijk beloofd als waarborg voor schulden of verplichtingen van de vennootschap .................
Andere betekenisvolle financiële verplichtingen .........................................
Financiële resultaten
Opbrengsten uit financiële vaste activa ........................................................
Opbrengsten uit vlottende activa ..................................................................
Andere financiële opbrengsten .....................................................................
Kosten van schulden ....................................................................................
Andere financiële kosten ..............................................................................
Realisatie van vaste activa
Verwezenlijkte meerwaarden ........................................................................
Verwezenlijkte minderwaarden .....................................................................
Codes | Boekjaar | Vorig boekjaar |
9253 | ............................. | ............................. |
9263 | ............................. | ............................. |
9273 | ............................. | ............................. |
9283 | ............................. | ............................. |
9293 | ............................. | ............................. |
9303 | ............................. | ............................. |
9313 | ............................. | ............................. |
9353 | ............................. | ............................. |
9363 | ............................. | ............................. |
9373 | ............................. | ............................. |
9383 | ............................. | 19.718.305,00 |
9393 | ............................. | ............................. |
9403 | ............................. | ............................. |
9252 | ............................. | ............................. |
9262 | ............................. | ............................. |
9272 | ............................. | ............................. |
9282 | ............................. | ............................. |
9292 | ............................. | ............................. |
9302 | ............................. | ............................. |
9312 | ............................. | ............................. |
9352 | ............................. | ............................. |
9362 | ............................. | ............................. |
9372 | ............................. | ............................. |
GEASSOCIEERDE ONDERNEMINGEN
Financiële vaste activa ......................................................................................
Deelnemingen .................................................................................................
Achtergestelde vorderingen ............................................................................
Andere vorderingen ........................................................................................
Vorderingen .......................................................................................................
Op meer dan één jaar .....................................................................................
Op hoogstens één jaar ...................................................................................
Schulden ............................................................................................................
Op meer dan één jaar .....................................................................................
Op hoogstens één jaar ...................................................................................
Persoonlijke en zakelijke zekerheden
Door de vennootschap gesteld of onherroepelijk beloofd als waarborg voor schulden of verplichtingen van geassocieerde ondernemingen .....................
Door geassocieerde ondernemingen gesteld of onherroepelijk beloofd als waarborg voor schulden of verplichtingen van de vennootschap ...................
Andere betekenisvolle financiële verplichtingen ...........................................
ANDERE ONDERNEMINGEN WAARMEE EEN DEELNEMINGSVERHOUDING BESTAAT
Financiële vaste activa ......................................................................................
Deelnemingen .................................................................................................
Achtergestelde vorderingen ............................................................................
Andere vorderingen ........................................................................................
Vorderingen .......................................................................................................
Op meer dan één jaar .....................................................................................
Op hoogstens één jaar ...................................................................................
Schulden ............................................................................................................
Op meer dan één jaar .....................................................................................
........................
........................ 7.321.848,37
........................
Boekjaar
Op hoogstens één jaar ...................................................................................
TRANSACTIES MET VERBONDEN PARTIJEN BUITEN NORMALE MARKTVOORWAARDEN
Vermelding van dergelijke transacties indien zij van enige betekenis zijn, met opgave van het bedrag van deze transacties, de aard van de betrekking met de verbonden partij, alsmede andere informatie over de transacties die nodig is voor het verkrijgen van inzicht in de financiële positie van de vennootschap
De raad van bestuur stelt vast dat er geen objectieve of wettelijke criteria zijn die duidelijk omschrijven wat er wordt bedoeld met transacties buiten nromale marktvoorwaarden zoals omschreven in het KB van 10 Augustus 2009. Om deze reden heeft de Raad van Bestuur de optie gekozen om alle transacties van enige betekenis met verbonden ondernemingen te vermelden in deze toelichting, uitgezonderd transacties met 100% dochterondernemingen: ..........................................................................................................................
Bezoldigingen van leden van het directieraad ...................................................................................................
TI Administratie vergoeding T(UK)A ..................................................................................................................
.............................................................................................................................................................................
Codes | Boekjaar |
9500 | ........................ |
9501 | ........................ |
9502 | ........................ |
9503 | 14.382.592,23 |
9504 | ........................ |
FINANCIËLE BETREKKINGEN MET
BESTUURDERS EN ZAAKVOERDERS, NATUURLIJKE OF RECHTSPERSONEN DIE DE VENNOOTSCHAP RECHTSTREEKS OF ONRECHTSTREEKS CONTROLEREN ZONDER VERBONDEN ONDERNEMINGEN TE ZIJN, OF ANDERE ONDERNEMINGEN DIE DOOR DEZE PERSONEN RECHTSTREEKS OF ONRECHTSTREEKS GECONTROLEERD WORDEN
Uitstaande vorderingen op deze personen ........................................................................................
Voornaamste voorwaarden betreffende de vorderingen, interestvoet, looptijd, eventueel afgeloste of afgeschreven bedragen of bedragen waarvan werd afgezien
........................................................................................................................................................
........................................................................................................................................................
Waarborgen toegestaan in hun voordeel ...........................................................................................
Andere betekenisvolle verplichtingen aangegaan in hun voordeel ................................................
Rechtstreekse en onrechtstreekse bezoldigingen en ten laste van de resultatenrekening toegekende pensioenen, voor zover deze vermelding niet uitsluitend of hoofdzakelijk betrekking heeft op de toestand van een enkel identificeerbaar persoon
Aan bestuurders en zaakvoerders .....................................................................................................
Aan oud-bestuurders en oud-zaakvoerders ......................................................................................
Codes | Boekjaar |
9505 | 792.953,00 |
95061 | 147.070,00 |
95062 | ........................ |
95063 | 21.865,00 |
95081 | ........................ |
95082 | ........................ |
95083 | ........................ |
DE COMMISSARIS(SEN) EN DE PERSONEN MET WIE HIJ (ZIJ) VERBONDEN IS (ZIJN)
Bezoldiging van de commissaris(sen) ...............................................................................................
Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd binnen de vennootschap door de commissaris(sen)
Andere controleopdrachten ...............................................................................................................
Belastingadviesopdrachten ...............................................................................................................
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten .........................................................................
Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd binnen de vennootschap door personen met wie de commissaris(sen) verbonden is (zijn)
Andere controleopdrachten ...............................................................................................................
Belastingadviesopdrachten ...............................................................................................................
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten .........................................................................
Vermeldingen in toepassing van het artikel 3:64, §2 en §4 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen
AFGELEIDE FINANCIËLE INSTRUMENTEN DIE NIET GEWAARDEERD ZIJN OP BASIS VAN DE REËLE WAARDE VOOR IEDERE CATEGORIE AFGELEIDE FINANCIËLE INSTRUMENTEN DIE NIET GEWAARDEERD ZIJN OP BASIS VAN DE REËLE WAARDE
Categorie afgeleide financiële instrumenten | Ingedekt risico | Speculatie / dekking | Omvang | Boekjaar: Boekwaarde | Boekjaar: Reële waarde | Vorig Boekjaar: Boekwaarde | Vorig Boekjaar: Reële waarde |
FX Swaps | Wisselkoers | Dekking | 50859297 | ........................ | 277.100,00 | ........................ | -2.927.200,00 |
IRS | Intresten | Dekking | 411823183 | ........................ | 30.276.569,00 | 467.541,00 | 3.406.700,00 |
FX Forwards | Wisselkoers | Dekking | 18398250 | ........................ | 1.031.857,00 | ........................ | ........................ |
...................... | ...................... | ...................... | ...................... | ...................... | ...................... | ...................... | ...................... |
Boekwaarde | Reële waarde |
........................ ........................ ........................ ........................ | ........................ ........................ ........................ ........................ |
FINANCIËLE VASTE ACTIVA GEBOEKT TEGEN EEN HOGER BEDRAG DAN HUN REËLE WAARDE
Bedrag van de afzonderlijke activa of van passende groepen ervan
.......................................................................................................................................
.......................................................................................................................................
.......................................................................................................................................
.......................................................................................................................................
Redenen waarom de boekwaarde niet is verminderd
Elementen die toelaten te veronderstellen dat de boekwaarde zal kunnen worden gerealiseerd
VERKLARING BETREFFENDE DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING
INLICHTINGEN TE VERSTREKKEN DOOR ELKE VENNOOTSCHAP DIE ONDERWORPEN IS AAN DE BEPALINGEN VAN HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN EN VERENIGINGEN INZAKE DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING
De vennootschap heeft een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag opgesteld en openbaar gemaakt
Codes | Boekjaar |
9507 | 813.763,00 |
95071 | 147.070,00 |
95072 | ........................ |
95073 | 21.865,00 |
9509 | 188.411,00 |
95091 | ........................ |
95092 | 749,00 |
95093 | ........................ |
FINANCIËLE BETREKKINGEN VAN DE GROEP WAARVAN DE VENNOOTSCHAP AAN HET HOOFD STAAT IN BELGIË MET DE COMMISSARIS(SEN) EN DE PERSONEN MET WIE HIJ (ZIJ) VERBONDEN IS (ZIJN)
Vermeldingen in toepassing van het artikel 3:65, §4 en §5 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen
Bezoldiging van de commissaris(sen) voor de uitoefening van een mandaat van commissaris op het niveau van de groep waarvan de vennootschap die de informatie publiceert aan het hoofd staat ..............................................................................................................................................
Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd bij deze groep door de commissaris(sen)
Andere controleopdrachten .................................................................................................................
Belastingadviesopdrachten .................................................................................................................
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten ..........................................................................
Bezoldiging van de personen met wie de commissaris(sen) verbonden is (zijn) voor de uitoefening van een mandaat van commissaris op het niveau van de groep waarvan de vennootschap die de informatie publiceert aan het hoofd staat .......................................................
Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd bij deze groep door personen met wie de commissaris(sen) verbonden is (zijn)
Andere controleopdrachten .................................................................................................................
Belastingadviesopdrachten .................................................................................................................
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten ..........................................................................
Vermeldingen in toepassing van het artikel 3:64, §2 et §4 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen
WAARDERINGSREGELS
WAARDERINGSREGELS BIJ DE VERSCHILLENDE POSTEN VAN DE STATUTAIRE JAARREKENING
Oprichtingskosten
Oprichtingskosten worden in het jaar dat ze ontstaan ten laste van het resultaat genomen. Immateriële vaste activa
De immateriële vaste activa worden geboekt tegen aanschaffingswaarde en afgeschreven tegen minimum
20 % per jaar. Xxxxxxxx wordt afgeschreven volgens regels vastgesteld door de Raad van Toezicht, geval per geval, met een maximum duur van 20 jaar.
Materiële vaste activa
De overige materiële vaste activa worden lineair afgeschreven op basis van regels vastgesteld in functie van de economische levensduur van de betrokken activa zonder rekening te houden met een residuele waarde, namelijk jaarlijks :
Gebouwen 3%
Onroerende leasing 4% Machines en uitrusting 20% Dry-docking 20%-33%
Meubilair 10%
Auto's 20%
Informatica materieel 33%
De aanvullende of uitzonderlijke afschrijvingen, toegepast in functie van artikel 3:42 van het K.B. van 29 april 2019, worden vermeld in het jaarverslag dat samen met de jaarrekening wordt gepubliceerd.
Omwille van hun belangrijkheid wordt voor de schepen een afzonderlijke rubriek gebruikt. De materiële vaste activa worden geboekt tegen aanschaffingswaarde inclusief de bijkomende kosten. De intercalaire interesten met betrekking tot belangrijke investeringen worden in deze rubriek ondergebracht en afgeschreven vanaf de indienstneming van de betrokken activa. Schepen worden lineair afgeschreven in overeenstemming met hun verwachte bruikbare levensduur met rekening te houden met een residuele waarde : Tankers : maximale verwachte bruikbare levensduur van 20 jaar.
De kosten van het recycleren van een schip, met het nodige respect voor het milieu en de veiligheid van de arbeiders op gespecialiseerde werven, zijn moeilijk te voorspellen, aangezien regelgeving en goede praktijken in de sector, die tot zelfregulering leiden, in de loop van de tijd drastisch kunnen veranderen. De Groep beschouwt de recente trends in de staalindustrie en de vooruitzichten van de toekomstige vraag naar staalschroot nu echter als indicatief voor een positieve restwaarde van haar schepen, rekening houdend met verwijderingskosten.
We merken op dat de staalschroottarieven van vorig jaar ongekend hoge waarden hebben bereikt van meer dan 600 USD per Light Displacement Tonnage (LDT). Het vroegere standpunt van de Vennootschap was dat tegen de tijd dat de schepen het einde van hun nuttige levensduur bereiken, hun restwaarde waarschijnlijk gelijk zou zijn aan de kosten van de verwijdering. Dit lijkt niet langer het geval te zijn en heeft geleid tot een herbeoordeling door het management, resulterend in een schatting van de restwaarde van schepen die oploopt van nul, netto, tot een restwaarde gelijk aan het lichtgewicht tonnage van elk schip vermenigvuldigd met een voorspelde schrootwaarde per ton na ontmanteling, minder verwijderingskosten zoals herpositionering van het schip, commissies en voorbereidingskosten, en rekening houdend met de impact van (veranderingen in) wereldwijde recyclageregelgeving (EU-regelgeving versus andere) en ontwikkelingen.
De voorspelde schrootwaarde per ton werd begroot op 390 USD per ton. Deze herevaluatie werd goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 31 december 2021 met terugwerkende kracht voor het boekjaar 2021 en werd herbevestigd in januari 2023 voor het boekjaar 2022 en 2023.
Financiële vaste activa
Maatschappelijke rechten worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde. De bijkomende kosten met betrekking tot hun aanschaffing worden niet geactiveerd maar ondergebracht in de rubriek 'Andere financiële kosten' in het boekjaar waarin ze opgelopen worden.
Waardeverminderingen worden toegepast ingeval de geschatte waarde van de maatschappelijke rechten lager ligt dan de boekhoudkundige waarde en indien de aldus vastgestelde minderwaarde een duurzaam karakter heeft. De geschatte waarde van elk maatschappelijk recht wordt vastgesteld op het einde van elk boekjaar aan de hand van één of meerdere criteria. Voor beursgenoteerde waarden wordt de beurskoers in aanmerking genomen. Voor niet-beursgenoteerde waarden wordt de laatst gepubliceerde balans in aanmerking genomen, tenzij meer betekenisvolle gegevens voorhanden zijn.
Vorderingen op meer dan 1 jaar
De vorderingen worden in de balans opgenomen voor hun nominale waarde. Waardeverminderingen worden toegepast, zo er voor het geheel of een gedeelte van de vordering onzekerheid bestaat over de betaling op de vervaldag.
Voorraden en bestellingen in uitvoering
De grond- en hulpstoffen worden gewaardeerd volgens de methode van de gewogen gemiddelde prijzen. Vorderingen op ten hoogste 1 jaar
De vorderingen worden in de balans opgenomen voor hun nominale waarde. Waardeverminderingen worden toegepast zo er voor het geheel of een gedeelte van de vordering onzekerheid bestaat over de betaling op de vervaldag.
Geldbeleggingen en Liquide middelen
De geldbeleggingen worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde en de beschikbare waarden tegen hun nominale waarde. De bijkomende kosten met betrekking tot hun aanschaffing worden niet geactiveerd maar ondergebracht in de post 'Andere financiële kosten' in het boekjaar waarin ze opgelopen worden.
De geldbeleggingen en de beschikbare waarden maken het voorwerp uit van waardeverminderingen, wanneer hun realisatiewaarde lager is dan hun boekwaarde. Voor beursgenoteerde waarden wordt de beurskoers in aanmerking genomen. Voor niet-beursgenoteerde waarden wordt de laatst gepubliceerde balans in aanmerking genomen, tenzij meer betekenisvolle gegevens voorhanden zijn.
Voorzieningen voor risico's en kosten
Voorzieningen worden stelselmatig aangelegd voor de regeling van schadegevallen, hangende geschillen en andere uitbatingsrisico's.
Schulden op meer dan 1 jaar en Schulden op ten hoogste 1 jaar Schulden worden in de balans opgenomen aan hun nominale waarde. Bedrijfsresultaten
Op het einde van het boekjaar worden opbrengsten en kosten met betrekking tot niet beëindigde reizen - voor schepen die rechtstreeks door de onderneming uitgebaat worden - pro rata in de resultatenrekening opgenomen. Indien nodig, wordt een provisie aangelegd voor toekomstige verliezen op niet beëindigde reizen.
Resultaten uit de verkoop van schepen worden onder de post 'Niet-recurrente bedrijfsopbrengsten' geregistreerd.
OMZETTING VAN VREEMDE MUNTEN
Oprichtingskosten, vaste activa en voorraden
Deze activa worden geboekt voor hun tegenwaarde in US Dollar tegen de standaardkoers* behalve wanneer er overgegaan werd tot een aankoop van deviezen op termijn of op zicht, in welk geval de werkelijk betaalde koers wordt toegepast.
Vorderingen en schulden
De inkomende facturen worden ingeschreven tegen de standaardkoers van de dag van ontvangst. De uitgevoerde betalingen worden tegen dezelfde koers geboekt behalve wanneer er overgegaan werd tot een aankoop van deviezen op zicht, in welk geval de werkelijk betaalde koers wordt toegepast.
De uitgaande facturen worden ingeschreven tegen de standaardkoers van de dag van uitgifte. Eventuele koersverschillen bij ontvangst van de betaling volgen de hoofdsom.
Afsluiting van het boekjaar
De oprichtingskosten, de vaste activa (behalve de vorderingen), de voorraden evenals de schulden in vreemde valuta aangegaan voor de financiering van schepen, blijven uitgedrukt tegen de wisselkoers van de dag van hun boeking (historische koers). De andere tegoeden (vorderingen inbegrepen) en de andere schulden in deviezen worden gewaardeerd tegen slotkoers**. Indien er een wisselkoersverlies is, wordt het naar de resultatenrekening overgebracht. Is er een wisselkoerswinst dan wordt deze in de overlopende rekeningen geboekt.
* De standaardkoers wordt bij het begin van elke maand vastgesteld en is, behoudens belangrijke schommelingen, voor de ganse maand van toepassing. Zij is gelijk aan de indicatieve koers, zoals gepubliceerd door de Europese Centrale Bank, op de laatste werkdag van de vorige maand.
** Onder slotkoers verstaat men de koers van de laatste werkdag van het jaar. Afgeleide financiële instrumenten (derivaten)
Bij het afsluiten van de overeenkomsten worden de ontvangen en/of betaalde premies in de bedrijfsresultaten opgenomen. Op het einde van het boekjaar worden de nog niet afgewikkelde verrichtingen individueel gewaardeerd en wordt, indien nodig geacht, een voorziening voor risico's en kosten aangelegd. De bij het afsluiten van het boekjaar nog niet afgewikkelde operaties worden gedetailleerd in de toelichting onder de rubriek 'Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen'.
BIJKOMENDE INFORMATIE
Verklaring met betrekking tot het voeren van de boekhouding in US-DOLLAR.
De onderneming EURONAV NV heeft als referentiemunt de US-Dollar, omdat de vermogensbestanddelen en de activiteiten zich hoofdzakelijk situeren in US-Dollar. Door de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand & Energie werd ons toelating gegeven overeenkomstig artikel 3:42 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen om de boekhouding en de jaarrekening uit te drukken in US-Dollar.
ANDERE OVEREENKOMSTIG HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN EN VERENIGINGEN NEER TE LEGGEN DOCUMENTEN
Zie volgende pagina.
Activiteiten en realisaties
EBITDA reconciliatie (niet-geauditeerd):
Kerncijfers
(in duizenden USD) | YTD 2022 | YTD 2021 | |
Omzet | 854.669 | 419.770 | |
Andere bedrijfsopbrengsten | 15.141 | 10.255 | |
Reiskosten en commissies | (175.187) | (118.808) | |
Operationele kosten schepen | (216.094) | (220.706) | |
Kosten vrachthuur | (5.769) | (9.750) | |
Algemene en administratieve kosten | (51.702) | (32.408) | |
Netto meer- (minder)waarden op de verkoop van schepen/ overige materiële vaste activa | 95.813 | 15.068 | |
Afschrijvingen materiële en immateriële vaste activa | (222.597) | (344.994) | |
Financieel resultaat | (105.869) | (80.607) | |
Aandeel in resultaat van investeringen opgenomen volgens vermogensmutatiemethode | 17.650 | 22.976 | |
Resultaat vóór belasting | 206.055 | (339.204) | |
Belastingen | (2.804) | 427 | |
Resultaat van de periode | 203.251 | (338.777) | |
Toerekenbaar aan: Eigenaars van de Vennootschap | 203.251 | (338.777) | |
(in duizenden USD) | YTD 2022 | YTD 2021 | |
Resultaat van de periode | 203.251 | (338.777) | |
+ Netto rentelasten | 105.777 | 80.006 | |
+ Afschrijvingen van materiële en immateriële vaste | |||
activa | 222.597 | 344.994 | |
+ Winstbelastingen | 2.804 | (427) | |
EBITDA (niet-geauditeerd) | 534.429 | 85.796 | |
+ Netto rentelasten van investeringen opgenomen volgens vermogensmutatiemethode | (745) | 2.937 | |
+ Afschrijvingen van materiële en immateriële vaste activa van investeringen opgenomen volgens vermogensmutatiemethode | 3.149 | 12.333 | |
+ Winstbelastingen van investeringen opgenomen volgens vermogensmutatiemethode | (1.599) | 2.636 | |
Proportionele EBITDA | 535.234 | 103.702 |
Marktoverzicht
Velen verwachtten dat het jaar 2022 het jaar zou worden waarin de olie- en tankermarkten zich eindelijk zouden herstellen. Na twee jaar die werden ontsierd door COVID-beperkingen en een zwakke vraag naar olie, begon het jaar met meer vrijheid van verkeer voor mensen over de hele wereld en met een engagement van de Organisatie van olie-exporterende landen (OPEC) om de olieleveringen voortdurend op te voeren. Dit veranderde in februari toen het conflict in Oekraïne de wereld in beroering bracht.
Na het begin van het conflict gingen veel deelnemers aan de olie- en tankermarkten over tot zelfsanctionering. Hierdoor ontstond een tekort aan tankertonnage in bepaalde delen van de wereld, terwijl sommige afnemers Russische ruwe olie begonnen te mijden. Russische ruwe olie werd buiten Europa geduwd en vond zijn weg naar afnemers in het Verre Oosten, voornamelijk in China en India. Europa ging zich elders bevoorraden, voornamelijk in de VS, West-Afrika en het Midden-Oosten. Dit veroorzaakte een verandering in de handelspatronen voor alle segmenten van grotere tankers, waaronder VLCC's, die nu vanuit het Atlantische bekken naar Europa begonnen te varen op handelsroutes die normaal uitsluitend door kleinere tankers, zoals Suezmax- en Aframax-tankers, werden gebruikt. De kleinere tankers werden op langere routes ingezet en brachten Russische vaten naar het Verre Oosten, waardoor de beschikbare tonnage afnam en de prijs uiteindelijk steeg. Hierdoor werd het VLCC-segment concurrerend in het Atlantische bekken.
Toen de oliemarkten verkrapten, begonnen de VS met een programma voor het vrijgeven van hun strategische oliereserves. Dit ondersteunde een hoger dan normale uitvoer van ruwe olie uit het land en genereerde een aanhoudende vraag naar tankers. De vrijgave van 180 miljoen vaten begon in mei en duurde tot het einde van het jaar. In de eerste maanden van het programma bereikte een groot deel van de olie de Europese markten. In de tweede helft van het jaar kwam China echter met volle kracht terug met de afname van Amerikaanse vaten die via langere routes naar het Verre Oosten werden vervoerd. Dit viel samen met het feit dat China tijdens de zomermaanden zijn strenge coronabeperkingen ophief en tegelijk de quota voor de export van producten versoepelde, waardoor raffinaderijen meer ruwe olie nodig hadden.
De lockdowns waaraan we gewend waren geraakt op zowel de tanker- als de oliemarkt waren grotendeels vergeten. Tegen het einde van 2022 had de wereldwijde vraag naar olie zich hersteld tot bijna het niveau van vóór de coronacrisis. De uitzondering was China, waar door de invoering van een nul-corona-beleid de lockdowns langer duurden dan in de rest van de wereld.
Aan de aanbodzijde hield de OPEC+-alliantie vast aan haar plan om elke maand tot oktober dagelijks 400.000 vaten extra te leveren. De alliantie kondigde aan om vanaf november dagelijks 2,0 miljoen vaten minder te leveren, wat in reële termen neerkomt op een verlaging van bijna 1,0 miljoen vaten per dag wanneer rekening wordt gehouden met de onderproductie. De onderproductie was grotendeels toe te schrijven aan Rusland, om voor de hand liggende redenen, en aan West-Afrika na jaren van onderinvestering in faciliteiten.
Wat het tonnageaanbod betreft, hebben we te maken met een zeer grote tankervloot, voornamelijk doordat er nauwelijks schepen de vloot verlaten. Het gebrek aan projecten voor recycling en ombouw van schepen is vooral te wijten aan de groeiende 'dark fleet': schepen die gesanctioneerde producten vervoeren. De dark fleet is gegroeid als gevolg van het conflict in Oekraïne, waardoor er met sloopwaardige schepen lucratievere tarieven te verdienen vallen.
Wat voor de tankermarkt uitermate spannend is, is het orderboek, of beter gezegd het ontbreken daarvan. Het gerapporteerde VLCC-orderboek staat op 26 tankers en het Suezmax-orderboek op 11 schepen, wat in beide segmenten minder dan 3 % van de huidige handelsvloot is.
Dat het orderboek nagenoeg leeg is, is te wijten aan drie factoren. Ten eerste was de werfcapaciteit schaars omdat andere scheepvaartsegmenten, namelijk containers, gas en droge bulk, de laatste jaren gegroeid zijn. De orderactiviteit volgde op hogere tarieven, waardoor werfcapaciteit voor de tankersector werd ingepikt. Ten tweede zijn de nieuwbouwprijzen aanzienlijk gestegen als gevolg van het gebrek aan capaciteit op scheepswerven in combinatie met de stijgende materiaalkosten. Ten derde zijn eigenaars bezorgd over de onzekerheid over de toekomstige aandrijving en het risico om zich vast te leggen op huidige ontwerpen die mogelijk snel verouderd zullen zijn. Al deze factoren zullen naar verwachting leiden tot een gebrek aan orders in de komende jaren.
De VLCC-fundamentals en de bredere tankermarkten zien er rooskleurig uit, maar het macro-economische beeld is veel onzekerder. De hete hangijzers blijven: de energiecrisis, de sterk stijgende inflatie en een schijnbaar onvermijdelijke recessie. Historisch gezien
varieert het effect van een recessie op de vraag naar olie sterk van de ene crisis tot de andere, waarbij de coronajaren het ergst waren. In een 'normale' recessie daalt de vraag doorgaans met 1,0 tot 5,0 miljoen vaten per dag. De coronacrisis resulteerde echter in een terugval van 15,8 miljoen vaten per dag. Niemand kan de precieze impact van een mogelijke wereldwijde recessie voorspellen, maar het lijkt erop dat de tankermarkt beter dan vroeger gepositioneerd is om eventuele gevolgen op te vangen.
Tankermarkten
In USD per dag | Volledig jaar 2022 | Volledig jaar 2021 |
VLCC | ||
Gemiddeld tarief behaald op de spotmarkt (in TI Pool)* | 27.600 | 11.300 |
Gemiddeld tijdbevrachtingstarief onder langetermijnbevrachtingsovereenkomsten* | 42.900 | 46.500 |
SUEZMAX | ||
Gemiddelde tijdbevrachtingstarieven op de spotmarkt*** | 31.000 | 11.100 |
Gemiddeld tijdbevrachtingstarief onder langetermijnbevrachtingsovereenkomsten | 30.400 | 29.800 |
*Schepen in de TI Pool die in eigendom zijn van Euronav (Technische offhire dagen niet inbegrepen)
**Inclusief winstdeelname indien van toepassing
***Inclusief winstdeelname indien van toepassing (Technische offhire dagen niet inbegrepen)
Evolutie van de vloot
De markt voor grote ruweolietankers groeide met 4,1 % in het VLCC-segment en met 5,5 % in het Suezmax-segment. Deze groei weerspiegelt de scheepscontracten van twee jaar geleden. De toekomst ziet er positief uit voor tankerrederijen, waar de orderboek- vlootverhouding momenteel historisch laag is (VLCC 3 %, Suezmax 2,5 %). In 2022 werden bijna geen schepen besteld: slechts twee VLCC- en zes Suezmax-tankers. De combinatie van hoge prijzen (voor een nieuwe VLCC werd 120 miljoen USD gevraagd, de hoogste prijs sinds 2008), onzekerheid over de regelgeving en orderboeken van scheepswerven die volstaan met bestellingen voor containerschepen en LNG-tankers, zorgt voor onzekerheid die weegt op de bestelling van nieuwe schepen. Aan het eind van het jaar waren wereldwijd 885 VLCC-schepen en 656 Suezmax-schepen in de vaart, met een gemiddelde leeftijd die op het hoogste niveau in 20 jaar stond (VLCC: gemiddeld 10,9 jaar/ Suezmax: gemiddeld 10,7 jaar). In het kalenderjaar 2022 werden 41 VLCC's aan de wereldvloot toegevoegd en werden er slechts zes uit de vaart genomen. Voor de Suezmax-schepen was het patroon vergelijkbaar: 42 nieuwe schepen en eveneens zes uit de vaart genomen. Door de geringe orderactiviteit en het verouderende vlootprofiel gaan we voor beide tankersegmenten de komende jaren een periode tegemoet waarin de groei van de vloot zeer beperkt zou kunnen zijn.
Figuur 6: VLCC-vlootontwikkeling
Bron: Clarksons
Figuur 7: Suezmax-vlootontwikkeling
Bron: Clarksons
FSO en FPSO markt
In januari 2023 waren er wereldwijd 410 drijvende productiesystemen in bedrijf of beschikbaar, waaronder 164 FPSO's* en 107 FSO's* (97 voor olie en 10 voor LNG). Dit omvat niet de 18 FPSO's die beschikbaar zijn voor hergebruik. Daarnaast zijn er twee FPSO's die buiten dienst zijn voor langdurige reparaties.
59 drijvende productiesystemen, 7 FSO's en 5 Mobile Offshore Production Units zijn momenteel in bestelling. Dit is 20 meer dan in januari 2022, wat te danken is aan de heropleving van de bestellingen als gevolg van de hogere olieprijzen, projecten die wegens de coronacrisis werden opgeschort en de vraag naar FSRU's (drijvende opslag- en hervergassingsinstallaties) in Europa. Voor de rest van 2023 zijn 24 productie-eenheden gepland voor levering (11 FPSO’s, 10 FSRU’s, 2 FLNG’s, 1 SEMI). Gezien de mogelijke vertragingen in verband met COVID-19 en de toeleveringsketen is het mogelijk dat sommige van deze bestellingen naar 2024 verschuiven.
Momenteel worden er 182 floater-projecten beoordeeld – in de plannings-, biedings- of definitiefontwerpfase – waarvoor mogelijk een drijvend productie- of opslagsysteem nodig is. Van deze projecten bevinden er zich 59 in de biedings- of definitiefontwerpfase en nog eens 83 in de planningsfase. De belangrijkste hardwarecontracten voor deze projecten zijn gepland tussen 2024 en 2026. Er lopen echter nog studies om de economische levensvatbaarheid van de projecten te beoordelen, met name die in diep water en ruwe omgevingen. De overige 40 projecten bevinden zich in de beoordelingsfase.
Dit jaar blijft Afrika de meest actieve regio voor toekomstige projecten, met 41 potentieel vereiste floaters in de planningsfase gevolgd door Zuidoost-Azië met 35 projecten. Brazilië heeft 30 projecten, waarvoor 37 drijvers nodig kunnen zijn, aangezien voor velden als Buzios en Mero meerdere eenheden nodig zullen zijn. De volgende grootste regio’s zijn de Golf van Mexico met 19 projecten en Noord-Europa met 12 projecten. De overige regio’s hebben veel minder potentiële projecten: Australië en Zuidwest- Azië/Midden-Oosten hebben elk 11 projecten, het Middellandse Zeegebied heeft 8 projecten, Xxxx-Xxxxxxx 0, Xxxxxx en China elk 4.
Meer dan 70 % van de faciliteiten die drijvende productiesystemen bouwen en ombouwen, is in Azië gevestigd. Cosco en Keppel zijn de drukste werven met elk zes of meer projecten in uitvoering.
* Drijvend opslag- en verladingsplatform / Drijvend productie-, opslag- en verladingsplatform.
De Euronav-vloot
Figuur 8: Euronav’s tonnageprofiel, inclusief de schepen onder charter op 31 maart 2023
70 schepen - 6 in aanbouw - 9,1 jaar gemiddelde leeftijd - 16.690.929 dwt FSO Eigendom: 2 - dwt: 864.046 - Gemiddelde leeftijd: 20,9 jaar
V-Plus eigendom: 1 - dwt: 441.561 - leeftijd: 19,9 jaar
VLCC Volledig eigendom: 41 - op te leveren nieuwbouw: 1- dwt: 12.399.391 - Gemiddelde leeftijd: 7,9 jaar Suezmax Volledig eigendom: 21 - Op te leveren nieuwbouw: 5 - dwt: 3.293.149 - Gemiddelde leeftijd: 10,20 jaar
*Het grootste deel van de VLCC-vloot van Euronav wordt geëxploiteerd in de Tankers International (TI) Pool op de reisvrachtmarkt. De TI Pool is één van de grootste moderne vloten wereldwijd en omvatte op 7 maart 2023 65 schepen, waarvan er 38 eigendom zijn van Euronav.
*Onze resterende drie VLCC- en vijf Suezmax-nieuwbouwschepen, momenteel in aanbouw, zijn niet opgenomen in de bovenstaande berekeningen omdat ze in 2023 en 2024 moeten worden geleverd.
Euronav baat de overgrote meerderheid van haar schepen zelf uit waardoor haar vloot zich in het topsegment van de markt voor tankerproducten en -diensten bevindt. De voordelen van intern scheepsbeheer situeren zich op het vlak van onderhoud, verbeterde
klantenservice en risicobeheer. Meer dan ooit willen bevrachters immers alleen handelen met rederijen die superieure kwaliteit leveren en dat niet alleen voor langetermijnbevrachtingsovereenkomsten, maar zeker ook voor individuele opdrachten op de spotmarkt.
Activiteiten en realisaties
Overzicht van het jaar 2022
Het eerste kwartaal
Tijdens het eerste kwartaal van 2022 realiseerde de Vennootschap een nettoverlies van 43,4 miljoen USD of 0,22 USD per aandeel (eerste kwartaal 2021: een nettoverlies van 71 miljoen USD of 0,35 USD per aandeel). De proportionele EBITDA ( earnings before interest, taxes, depreciation and amortisation - een niet door IFRS gedefinieerde maatstaf) over dezelfde periode bedroeg 42,9 miljoen USD (eerste kwartaal 2021: 33,1 miljoen USD). De gemiddelde dagelijkse langetermijnbevrachtingstarieven of TCE (Time Charter Equivalent) behaald door de vloot van de Vennootschap uitgebaat binnen de TI Pool, bedroegen ongeveer 13.750 USD per dag (eerste kwartaal 2021: 14.000 USD per dag). De gemiddelde TCE van de VLCC-vloot van Euronav onder langetermijnbevrachtingcontracten, inclusief winstdeelname indien van toepassing, bedroegen 48.300 USD per dag (eerste kwartaal 2021: 39.500 USD per dag). De gemiddelde dagelijkse TCE van de Suezmax-vloot rechtstreeks verhandeld door Euronav op de spotmarkt bedroeg ongeveer 15.500 USD per dag (eerste kwartaal 2021: 11.500 USD per dag). De TCE van de Suezmax-vloot van Euronav onder langetermijnbevrachtingsovereenkomsten, inclusief winstdeelname indien van toepassing, bedroeg 30.500 USD per dag (eerste kwartaal 2021: 29.500 USD per dag).
Januari
In januari 2022 vervoegden twee nieuwbouw Suezmax-schepen, Cedar and Cypress onze vloot. Xxxxx werd geleverd op 7 januari en Cypress op 20 januari. Beide schepen werden gebouwd op Daehan Shipbuilding (DHSC) in Zuid-Korea.
Op 26 januari 2022 kondigde Euronav aan dat de Vennootschap een meerwaarde van 18 miljoen USD op de verkoop van van activa zou boeken bij de heroplevering van vier VLCC’s, die plaatsvindt op de vervaldag van een vijfjarige sale & leaseback overeenkomst. De vier VLCC’s zijn: de Nautilus (2006; 307,284 dwt), Xxxxxxx (2007; 307,284 dwt), Neptun (2007; 307,284 dwt) en Nucleus (2007;
307,284 dwt).
Op 27 januari 2022 werd Euronav voor het vijfde opeenvolgende jaar opgenomen in de jaarlijkse Bloomberg Gender-Equality Index (GEI).
Op 28 januari 2022, kondigde Euronav aan dat Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx op het einde van het tweede kwartaal zou aftreden als General Manager van Euronav Ship Management Hellas (ESMH) en als lid van de Directieraad van Euronav NV. Xxxxxxx Xxxxxxxxx, toen Fleet Personnel manager, heeft de rol van General Manager Euronav Ship Management Hellas op zich genomen.
Februari
Op 18 februari 2022 heeft Euronav maatregelen ter bescherming van walvissen verplicht gemaakt voor haar vloot. De Noord- Atlantische rechte walvis en de potvis in de oostelijke Middellandse Zee zijn door de International Union for Conservation of Nature (IUCN) geclassificeerd als "bedreigd" en er is duidelijk bewijs dat beide soorten negatieve gevolgen ondervinden van scheepvaartactiviteiten, waaronder scheepsaanvaringen. Om het risico voor deze dieren te beperken en de populatie een kans op overleven te geven, is het van essentieel belang dat schepen uit de buurt van kritieke habitats worden gehouden. Om deze bedreigde dieren te beschermen werkt Euronav samen met de Great Whale Conservancy (GWC), een milieu-NGO die zich inzet voor de bescherming van grote walvissen en hun habitat, om te onderzoeken hoe scheepsaanvaringen kunnen worden vermeden. Een eerste resultaat is de opname van de vrijwillige maatregelen van de Canadese oostkust, de wateren rond Californië (VS) en de Helleense geul in de Instructie voor Kapiteins van 2022, waardoor de maatregelen de facto verplicht worden voor haar schepen.
In februari 2022 kondigden president Xxxxx en enkele Europese leiders verschillende economische sancties aan tegen Rusland in verband met de voornoemde conflicten in de regio Oekraïne. Gezien de rol van Rusland als een belangrijke wereldwijde exporteur van ruwe olie en aardgas wordt onze industriesector getroffen door economische sancties zoals handelstarieven en handelsembargo’s die de handelsactiviteiten beperken.
Maart
Op 8 maart 2022 vaardigde president Xxxxx een uitvoerend bevel uit dat de invoer van bepaalde Russische energieproducten in de Verenigde Staten verbiedt, waaronder ruwe olie, aardolie, petroleumbrandstoffen, oliën, vloeibaar aardgas en steenkool. Bovendien verbiedt het uitvoerend bevel alle investeringen in de Russische energiesector door onder meer Amerikaanse personen. De invasie en daaropvolgende oorlog tussen Rusland en Oekraïne zal een invloed hebben op onze activiteiten op de volgende gebieden:
-Vrachttarieven: als gevolg van de zelfregulering door oliehandelaren, raffinaderijen en verschepers van Russische petroleumproducten, is de markt op korte termijn geëvolueerd naar een groter tonnage en andere vrachtspecificaties. De prognose op langere termijn is dat het aantal tonmijlen kan toenemen door de aanpassing van handelsstromen om de raffinaderijen en de markten te compenseren voor het gebrek aan Russische oliestromen. De Vennootschap heeft haar activiteiten met Russische klanten opgeschort, wat een niet-significant deel van de omzet van de Vennootschap vertegenwoordigt (minder dan 5%).
- Bunkerbrandstofkosten: de prijs van scheepsbrandstoffen is als gevolg van het conflict gestegen en zal naar verwachting hoog blijven in de nabije toekomst. Dit komt doordat Rusland de bunkermarkten voorziet van 20% van de wereldwijde vraag naar brandstof in de HSFO-, VLSFO- en MGO-markten. Deze prijsstijgingen zullen een negatieve invloed hebben op de kostenstructuur van de schepen, waardoor het duurder wordt om vracht te verschepen op langeafstandsreizen. De spreiding tussen HSFO en VLSFO was vóór de invasie op een hoog niveau, maar begint zich te herstellen nu de HSFO van Russische oorsprong van de markt is gehaald en de leveringen in Europa en het Middellandse Zeegebied worden aangescherpt.
Cyberrisico's zijn toegenomen en de Vennootschap heeft bijkomende maatregelen genomen.
-Bijkomende uitdagingen met betrekking tot de bemanning: het huidige conflict maakt het moeilijk om regelmatige wissels van de bemanning uit te voeren, aangezien reizen misschien niet mogelijk is en een bemanningslid niet naar zijn of haar huis gerepatrieerd kan worden. Dit kan gevolgen hebben op de activiteiten van de schepen, aangezien er nieuwe officieren en bemanningen bijkomen die misschien niet vertrouwd zijn met het schip. Dit kan leiden tot extra bemanningskosten van maximaal 500.000 USD per jaar.
Naar de toekomst toe blijft het moeilijk om de toekomstige impact van deze oorlogssituatie op economieën waarin wij actief zijn in te schatten, en bijgevolg moeilijk om de impact te kwantificeren die deze factoren kunnen hebben op onze financiële resultaten.
Op 18 maart 2022 kondigde de Vennootschap aan dat de Financiële Toezichthoudende Autoriteit van Noorwegen de basisprospectus met bijlagen heeft goedgekeurd, opgesteld door Euronav Luxembourg SA (“Euronav Luxembourg”) in verband met de notering op de Oslo Stock Exchange van Euronav Luxembourg' 200 miljoen USD senior ongedekte obligaties, met vervaldatum september 2026. De 200 miljoen USD senior ongedekte obligaties, uitgegeven door Euronav Luxembourg en gegarandeerd door de Vennootschap, zijn genoteerd op de beurs van Oslo vanaf 22 maart 2022.
De recente ontwikkelingen in Oekraïne en de aanhoudende conflicten in het Midden-Oosten hebben bijgedragen tot verdere economische instabiliteit op de wereldwijde financiële markten en in de internationale handel. Ten tijde van het schrijven van dit verslag was de oorlog in Oekraïne nog steeds aan de gang en de Vennootschap erkent dat elke escalatie tussen de land landen van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie en Rusland gevolgen kan hebben voor de scheepvaartsector.
Op 22 maart 2022, werd de Euronav Luxembourg S.A. senior unsecured bond issue 2021/2026 genoteerd.
Het tweede kwartaal
Voor het tweede kwartaal van 2022 noteerde de Vennootschap een nettoverlies van 4,9 miljoen USD of (0,02) USD per aandeel (eerste jaarhelft 2021: een nettoverlies van 89,7 miljoen USD of 0,44 USD per aandeel). De proportionele EBITDA (een niet door IFRS gedefinieerde maatstaf) over dezelfde periode bedroeg 74,9 miljoen USD (tweede kwartaal 2021: 22,6 miljoen USD). Voor het tweede kwartaal van 2021 bedroegen de gemiddelde dagelijkse langetermijnbevrachtingstarieven of TCE (Time Charter Equivalent) behaald door de vloot van de Vennootschap uitgebaat binnen de TI Pool, ongeveer 17.000 USD per dag (tweede kwartaal 2021:
11.250 USD per dag). Het gemiddelde TCE van de VLCC-vloot van Euronav onder langetermijnbevrachtingscontracten, inclusief winstdeelname indien van toepassing, bedroeg 45.500 USD per dag (tweede kwartaal van 2021: 51.250 USD per dag). De gemiddelde dagelijkse TCE van de Suezmax-vloot rechtstreeks verhandeld door Euronav op de spotmarkt bedroeg ongeveer 20.000 USD per dag (tweede kwartaal 2021: 10.500 USD per dag). De TCE van de Suezmax-vloot van Euronav onder langetermijnbevrachtingsovereenkomsten, inclusief winstdeelname indien van toepassing, bedroeg 30.500 USD per dag (tweede kwartaal 2021: 29.750 USD per dag).
April
Op 7 april 2022 kondigde de Vennootschap aan dat Euronav en Frontline een term sheet hebben ondertekend die unaniem is goedgekeurd door respectievelijk hun Raad van Toezicht en Raad van Bestuur, over een mogelijke aandeel-voor-aandeel- combinatie tussen de twee bedrijven, gebaseerd op een ruilverhouding van 1,45 FRO-aandelen voor elk EURN-aandeel, waardoor de aandeelhouders van Euronav en Frontline respectievelijk ongeveer 59% en 41% van de gecombineerde groep bezitten. Een combinatie blijft onderworpen aan een akkoord omtrent de transactiestructuur, een bevestigend zorgvuldigheidsonderzoek, overeenstemming over de voorwaarden van de mogelijke combinatieovereenkomst, de vereiste goedkeuringen van de raden van bestuur, aandeelhouders, klanten, kredietverleners en/of regelgevende instanties, overleg met werknemers en andere gebruikelijke voorwaarden.
Op 26 April 2022, kondigde Euronav de verkoop aan van de Suezmax Bari (2005 – 159,186 dwt). Het schip werd verkocht voor 21,5 miljoen USD. Er werd een meerwaarde op de verkoop geboekt van ongeveer 6,5 miljoen USD.
Op 29 April 2022 kondigde Euronav de verjonging van haar VLCC-vloot aan. De Vennootschap kocht twee eco-schepen aan, de Chelsea (2020– 299,995 dwt) en de Ghillie (2019 – 297,750 dwt), voor een totaalprijs van 179 miljoen USD. Deze schepen zijn zusterschepen van onze D-klasse schepen VLCC Delos (2021 – 300.200 dwt), Xxxxxxxx (2021 – 300.200 dwt), Xxxxx (2021 – 300.200 dwt) en Xxxxxxx (2021 – 299.550 dwt). Al deze schepen werden gebouwd in Korea bij DSME, zijn uitgerust met scrubbers en zijn van de laatste generatie eco-type VLCC’s. Op dezelfde dag verkocht Euronav vier oudere S-klasse VLCC’s voor een totale prijs van 198 milljoen USD. De vier schepen zijn de Xxxxxx (2011 – 323.527 dwt), Xxxx (2011 – 322.000 dwt), Xxxxxx (2012 – 315.988 dwt) en de Xxxxx (2012 – 314.000 dwt). De vier schepen waren niet-eco VLCC’s met een significant hoger verbruik en koolstofvoetafdruk dan moderne eco-VLCC’s.
Mei
Op 5 mei 2022 heeft Euronav haar decarbonisatiestrategie en -doelstellingen gepresenteerd tijdens een virtueel evenement met de naam Euronav’s Road to Decarbonisation. De presentatie is beschikbaar via xxxxx://xxxxxxx.xxxxxxxxx.xxxxx/xxxxxxxx.
Op 23 mei 2022, kondigde Xxxxxxx aan dat het lid is geworden van het Waterborne Technology Platform. Waterborne TP is opgericht als een industriegericht technologieplatform met als doelstelling een voortdurende dialoog tot stand te brengen tussen alle belanghebbenden binnen het vervoer over water. Dit is een breed doelpubliek bestaande uit o.a. classificatiebureaus, scheepsbouwers, reders, fabrikanten van maritieme uitrusting, infrastructuur- en dienstverleners, universiteiten of onderzoeksinstellingen, en EU-instellingen, inclusief de lidstaten.
Juni
Op 7 juni 2022, kondigde Euronav aan dat het de volle eigenaar is geworden van het FSO-platform dat de Vennootschap in een 50- 50 joint venture had met International Seaways, Inc. (“INSW”). De twee geconverteerde ULCC’s, de FSO Asia en FSO Africa, werden aangekocht voor een totaalbedrag van 300 miljoen USD. Euronav betaalde ongeveer 140 miljoen cash rekening houdende met het bedrijfskapitaal en de schuldpositie. Het huidige contract loopt tot Q3 2032.
Op 13 juni 2022, verkocht Euronav haar twee oudste Suezmax-schepen: de Cap Pierre (2004 - 159,048 dwt) en de Cap Leon (2003 - 159,048 dwt). De gecombineerde meerwaarde op deze verkopen bedroeg 18,4 miljoen USD. Beide schepen zijn schuldenvrij.
Op 23 juni 2022, kreeg Euronav de 2021 sustainability-linked Deal of the Year award tijdens de Marine Money Week in New York, voor de kredietfaciliteit van 80 miljoen euro die we met een aantal commerciële banken hebben ondertekend en die een partnerschap met de Vlaamse overheid omvat. De Deal of the Year awards van Marine Money erkennen de wereldwijde bankiers, financiële adviseurs en juridische teams die transacties uitvoeren die volgens hen uitzonderlijk zijn. Hun selectiecriteria waren onder meer waardecreatie voor belanghebbenden, creativiteit, het overwinnen van uitdagingen bij de uitvoering en innovatie.
Het derde kwartaal
Tijdens het derde kwartaal van 2022 behaalde de Vennootschap een nettowinst van 16,4 miljoen USD hetzij 0,08 USD per aandeel (derde kwartaal 2021: een nettoverlies van 105,9 miljoen USD hetzij 0,53 USD per aandeel). De proportionele EBITDA (een niet door IFRS gedefinieerde maatstaf) over dezelfde periode bedroeg 99,6 miljoen USD (derde kwartaal 2021: 9,1 miljoen USD).De gemiddelde dagelijkse langetermijnbevrachtingstarieven of TCE (Time Charter Equivalent) behaald door de vloot van de Vennootschap uitgebaat binnen de TI Pool, bedroeg ongeveer 22.250 USD per dag (derde kwartaal 2021: 9.000 USD per dag). Het gemiddelde TCE van de VLCC-vloot van Euronav onder langetermijnbevrachtingscontracten, inclusief winstdeelname indien van toepassing, bedroeg 47.000 USD per dag (derde kwartaal van 2021: 50.250 USD per dag). De gemiddelde dagelijkse TCE van de Suezmax-vloot rechtstreeks verhandeld door Xxxxxxx op de spotmarkt bedroeg ongeveer 34.000 USD per dag (derde kwartaal 2021: 10.250 USD per dag). De TCE van de Suezmax-vloot van Euronav onder langetermijnbevrachtingsovereenkomsten, inclusief winstdeelname indien van toepassing, bedroeg 30.500 USD per dag (derde kwartaal 2021: 29.500 USD per dag).
Juli
Op 6 juli 2022 kondigde Euronav aan dat het in het hoogste kwartiel was geplaatst van het enige grote rapport over deugdelijk bestuur in de scheepvaart, dat sinds 2016 wordt uitgevoerd door Xxxxxx Research (voorheen Wells Fargo). De Vennootschap werd in de scorekaart voor 2022 als 5de van de 52 scheepvaartmaatschappijen van verschillende sectoren (containers, bulk, tankers) genoteerd.
Het vierde kwartaal
Tijdens het vierde kwartaal van 2022 boekte de Vennootschap een nettovwinst van 234,7 miljoen USD, hetzij 1,16 USD per aandeel (vierde kwartaal 2021: een nettoverlies van 72,2 miljoen USD, hetzij 0,36 USD per aandeel). De proportionele EBITDA (een niet door IFRS gedefinieerde maatstaf) over dezelfde periode bedroeg 317,7 miljoen USD (vierde kwartaal 2021: 38,5 miljoen USD). De gemiddelde dagelijkse langetermijnbevrachtingstarieven of TCE (Time Charter Equivalent) behaald door de vloot van de Vennootschap uitgebaat binnen de TI Pool, bedroeg ongeveer 57.400 USD per dag (vierde kwartaal 2021: 12.500 USD per dag). Het gemiddelde TCE van de VLCC-vloot van Euronav onder langetermijnbevrachtingscontracten, inclusief winstdeelname indien van toepassing, bedroeg 34.400 USD per dag (vierde kwartaal van 2021: 46.900 USD per dag). De gemiddelde dagelijkse TCE van de Suezmax-vloot rechtstreeks verhandeld door Xxxxxxx op de spotmarkt bedroeg ongeveer 57.800 USD per dag (vierde kwartaal 2021: 11.300 USD per dag). De TCE van de Suezmax-vloot van Euronav onder langetermijnbevrachtingsovereenkomsten, inclusief winstdeelname indien van toepassing, bedroeg 30.400 USD per dag (vierde kwartaal 2021: 30.400 USD per dag).
Oktober
Op 17 oktober 2022 kondigde Euronav aan dat het de ULCC (Ultra Large Crude Carrier) Europe (2002– 441.561 dwt) heeft verkocht. Het schip is schuldenvrij en de verkoop leverde een meerwaarde op van 34,7 miljoen USD. Het schip werd tijdens het vierde kwartaal geleverd aan haar nieuwe eigenaar en zal ingezet worden voor opslag.
Op 19 October 2022 kondigde Euronav aan dat het de Suezmax Cap Philippe (2006 – 158.920 dwt) heeft verkocht, wat een meerwaarde opleverde van 12,9 miljoen USD. Het schip is schuldenvrij en werd geleverd aan haar nieuwe eigenaars op donderdag 13 oktober. Xxxxxxx blijft haar vloot actief beheren in afwachting van nieuwe regelgevingen zoals de EEXI (Energy Efficiency Existing Ship Index) die vanaf januari 2023 van kracht is.
Op 24 October 2022 kondigde Euronav aan dat het een overeenkomst heeft gesloten met Daehan Shipbuilding Co. Ltd. voor twee Suezmax nieuwbouwschepen. De schepen zullen zusterschepen zijn van Cedar (2022 -157.310 dwt) en Cypress (2022 –157.310 dwt), die gebouwd werden op dezelfde werf. De levering van beide schepen wordt verwacht in het derde kwartaal van 2024.
De schepen zijn de nieuwste generatie eco-Suezmax-tankers en zijn uitgerust met zowel scrubbers als ballastwaterbehandelingssystemen. De schepen hebben de structurele notatie LNG Ready, en beide partijen werken nauw samen om ook de structurele notatie van Ammoniak en Methanol Ready te bekomen. Dit biedt de optie om op een later moment over te schakelen op andere brandstoffen.
November
Op 10 November 2022 kondigde Euronav aan dat het de Suezmax Cap Guillaume (2006 - 158.889 dwt) verkocht. Deze verkoop leverde een meerwaarde op van 14,3 miljoen USD. Het schip is schuldvrij en werd tijdens het vierde kwartaal geleverd worden aan haar nieuwe eigenaren.
December
Op 16 december 2022 kondigde CDP (Carbon Disclosure Project) de CDP-score van alle deelnemnde bedrijven aan. CDP is een wereldwijde non-profitorganisatie die al meer dan 20 jaar ‘s werelds meest toonaangevende platform voor milieuopenbaarmaking beheert. In 2022 deelden meer dan 13.000 bedrijven wereldwijd gegevens over hun lmilieu-impact met betrekking tot klimaatverandering, bossen en water met het CDP. Euronav heeft van het Carbon Disclosure Project (CDP) een B-score gekregen voor het nemen van gecoördineerde actie op het gebied van klimaatkwesties. Dat onze organisatie voor het derde opeenvolgende jaar de B-score behaalt, toont onze toegenomen verantwoordelijkheid en transparantie in combinatie met een verstrekte strategie en acties om klimaatverandering tegen te gaan. Euronav is ook toegetreden tot de All Aboard Alliance, een platform van het Global Maritime Forum om diversiteit, gelijkheid en inclusiviteit in de scheepvaartindustrie en vooral aan boord te bevorderen.
Gebeurtenissen na balansdatum 31 december 2022
Op 14 december 2022 verkocht de Vennootschap de Suezmax Cap Xxxxxxx (2006 - 158.881 ton draagvermogen) voor 40,5 miljoen USD. Dit schip werd geboekt als een niet-vlottend actief aangehouden voor verkoop per 31 december 2022. Het schip werd op 16 februari 2023 aan zijn nieuwe eigenaar geleverd. In het eerste kwartaal van 2023 werd een meerwaarde van 22,1 miljoen USD opgenomen in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening.
Op 11 januari 2023 nam Euronav de nieuwgebouwde VLCC Cassius (2023 - 299.158 ton draagvermogen) en op 28 februari 2023 de nieuw gebouwde VLCC Camus (2023 - 299.158 ton draagvermogen), in ontvangst die in april 2021 werden aangekocht.
De invloed van de oorlog tussen Rusland en Oekraïne liet zich voelen op de volgende gebieden van onze bedrijfsactiviteiten, en zal dat blijven doen:
Vrachttarieven – De structurele verbetering van de tonmijlen door de Russische dislocatie heeft een positief effect gehad op de vrachttarieven. De Vennootschap heeft haar activiteiten met Russische klanten, die in het verleden een onbeduidend deel van de omzet van de Vennootschap vertegenwoordigden, opgeschort.
Prijs van bunkerbrandstof – Als gevolg van het risico op de markt en de zelfsanctionering van Russische oliestromen steeg de prijs van scheepsbrandstoffen. Ook in de nabije toekomst zal hij hoog blijven. Dit komt omdat Rusland de bunkermarkten voorziet van 20 % van de wereldwijde vraag naar hoogzwavelige stookolie (HSFO), zeer laagzwavelige stookolie (VLSFO) en gasolie voor de scheepvaart (MGO). Deze prijsstijgingen zullen een negatief effect hebben op de kostenstructuur van de schepen, waardoor het duurder wordt om vracht te verschepen over lange afstanden. De spread tussen HSFO en VLSFO was vóór de invasie groot, maar is aan een correctie begonnen nu de aanvoer in Europa en het Middellandse Zeegebied krapper begint te worden door het wegvallen van HSFO van Russische oorsprong.
De Vennootschap erkent dat de risico's op het gebied van cyberbeveiliging zijn toegenomen en heeft daarom passende risicobeperkende maatregelen genomen.
Bemanningsproblemen – aangezien we officieren en bemanning hebben die uit Rusland en Oekraïne afkomstig zijn, konden we ons uitdagende bemanningswisselingen voorstellen, maar de impact bleef zeer beperkt.
Op 11 juli 2022 maakte Xxxxxxx bekend dat het met Frontline een definitieve overeenkomst had gesloten voor een aandelen-voor- aandelencombinatie op basis van een ruilverhouding van 1,45 aandelen Frontline voor elk aandeel Euronav (de 'Combinatieovereenkomst'), die unaniem werd goedgekeurd door alle leden van de raad van bestuur van Frontline en alle leden van de raad van toezicht van Euronav. Op 9 januari 2023 kondigde Frontline aan dat het eenzijdig had besloten de Combinatieovereenkomst af te blazen. Xxxxxxx stelde vast dat een eenzijdige actie met het oog op de beëindiging van de Combinatieovereenkomst ongegrond is krachtens de voorwaarden van de Combinatieovereenkomst en dat Frontline geen bevredigende reden heeft aangevoerd voor zijn beslissing om de beëindiging voort te zetten. Op 18 januari 2023 kondigde Xxxxxxx aan dat het een verzoek om dringende voorlopige en bewarende maatregelen had ingediend in verband met de eenzijdige actie van Frontline om de beëindiging van de Combinatieovereenkomst door te zetten. Euronav verzocht deze beëindiging op te schorten in afwachting van een beslissing ten gronde die in de eerste plaats de nakoming van de Combinatieovereenkomst nastreeft. Op 30 januari 2023 kondigde Xxxxxxx aan dat het een verzoek tot arbitrage ten gronde heeft ingediend met betrekking tot de eenzijdige actie van Frontline om de beëindiging van de Combinatieovereenkomst door te zetten. Op 7 februari 2023 is uitspraak gedaan in de lopende spoedarbitrageprocedure. De noodarbiter heeft het verzoek van Xxxxxxx om voorlopige en tussentijdse maatregelen afgewezen op grond van de specifieke en procedurele regels die van toepassing zijn op de noodprocedures en in het bijzonder op grond van een gebrek aan urgentie voor Euronav om de gevraagde voorlopige en tussentijdse maatregelen te verkrijgen. Ondertussen is Famatown Finance Limited, een verbonden partij van de grootste aandeelhouder van Frontline, aandelen van Euronav blijven vergaren. Het totaal van deze transacties betekent dat Famatown (samen met Frontline) 50.426.748 aandelen in Euronav bezit, of 24,99 % van de uitstaande aandelen (exclusief eigen aandelen). De raad van toezicht van Xxxxxxx heeft Famatown proactief benaderd om zijn intenties te begrijpen en is van plan een constructieve dialoog te blijven voeren, zoals Euronav dat ook doet met alle aandeelhouders en belanghebbenden van Euronav. CMB NV en haar verbonden ondernemingen ('CMB') bezitten gezamenlijk 25 % van de stemgerechtigde aandelen van Euronav (exclusief eigen aandelen). Op 16 januari 2023 ontving Xxxxxxx
een brief van CMB, met het verzoek dat de raad van toezicht een algemene vergadering van Euronav zou bijeenroepen om de volledige huidige raad van toezicht te vervangen. Er zal een bijzondere algemene vergadering ('BAV') van aandeelhouders worden bijeengeroepen in overeenstemming met het Belgische Wetboek van vennootschappen en verenigingen. Euronav merkt op dat de agendapunten ertoe strekken de volledige huidige raad van toezicht, die uitsluitend uit onafhankelijke leden bestaat, te vervangen door leden die door CMB worden voorgedragen. Gezien de belangrijke impact die een dergelijke verandering kan hebben op Euronav, zijn activiteiten en al zijn aandeelhouders en stakeholders, heeft de raad van toezicht van Euronav een voorstel gedeeld met zijn aandeelhouders, waarbij een eerlijke vertegenwoordiging wordt aanbevolen van beide minderheidsaandeelhouders, CMB en Frontline/Famatown, door twee extra niet-onafhankelijke leden van de raad van toezicht voor elk van hen voor te stellen.
Op 23 maart 2023, hield Xxxxxxx een BAV om te stemmen over de voorstellen ingediend door Famatown Finance Ltd en CMB NV. De aandeelhouders stemden voor het behoud van onafhankelijke bestuurders Xxxxx Xxxxxxx Xxxxxxx, Xxxxx Xxxxxx, Xxxx Xxxxxxx. Zij keurden een door CMB voorgestelde agendapunt goed om de mandaten van de andere onafhankelijke bestuurders Xxxx- Xxxxxx Xxxxxxxxxx en Xxxxxx Xxxxx te beëindigen. In overeenstemming met de aanbevelingen van de Raad van Toezicht keurden de aandeelhouders ook de benoemingen van vier nieuwe bestuurders goed: Xxxx Xxxxxxxxxx en Xxxx X. Xxxxxx, die Famatown vertegenwoordigen; en Xxxx Xxxxxxx en Xxxxxxx Xx Xxxxxxxxxx, die CMB vertegenwoordigen.
Bestuurder Audit- en Risicocomité
Duurzamheid Remuneratie
comité
Corporate Governance
Raad van Toezicht
Xxxx Xxxxxxx | x | Voorzitter | x | ||
Xxxxx Xxxxxx | x | x | x | x | x |
Xxxxx Xxxxxxx | x | x | Voorzitster | x | Voorzitster |
Xxxx Xxxxxxx | x | ||||
Xxxxxxx Xx Xxxxxxxxxx | Voorzitter | x | x | x | |
Xxxx Xxxxxx | x | x | x | ||
Xxxx Xxxxxxxxxx | x |
Op 10 maart 2023, sloot Euronav een overeenkomst met de Verenigde Naties voor de verkoop van de Nautica, een VLCC, als onderdeel van een ruimere bergingsoperatie voor de FSO Safer in Jemen. Het schip zal de FSO Safer (1976 – 406,639 dwt) vervangen en daar blijven. Euronav zal , ook na de overdracht van de olie, nog enkele maanden helpen bij de exploitatie van het schip.
Op 28 en 29 maart 2023 vond de rechtszitting over de Sienna-claim plaats. De Directieraad is van mening dat het gevestigde standaardwerkwijzen heeft gevolgd en dat het geldige verdedigingsargumenten heeft. Op basis van een extern juridisch advies meent de Directieraad dat het sterke argumenten heeft dat het risico van een uitstroom minder dan waarschijnlijk is en daarom wordt er geen voorziening opgenomen.
Deugdelijk bestuur
Aanpak
Gedrags- en ethische code
Euronav heeft een gedrags- en ethische code aangenomen en hanteert deze. Het doel van de Gedrags- en ethische code is om alle werknemers te helpen om de goede reputatie van Euronav te versterken en te beschermen. De Gedrags- en ethische code formuleert de beleidslijnen en richtlijnen die de waarden van Euronav benadrukken, meer bepaald in haar relatie met klanten, leveranciers, aandeelhouders en andere belanghebbenden, alsook tot de gemeenschap in het algemeen.
De volledige tekst van onze Gedrags- en Ethische Code kan geraadpleegd worden op de website van de Vennootschap: xxx.xxxxxxx.xxx, onder de sectie Corporate Governance.
De Raad van Toezicht (de 'Raad') van Euronav NV (samen met zijn dochtervennootschappen de 'Vennootschap' genoemd) heeft een gedrags- en ethische code (de 'Code') aangenomen die geldt voor alle werknemers, bestuurders en functionarissen van de Vennootschap ('Relevante Personen').
Het gedrag van personen zoals aangegeven in deze richtlijnen heeft in dezelfde mate betrekking op de relatie met collega's, klanten, leveranciers en overheidsinstanties. Als uitgangspunt geldt dat Euronav zich moet profileren als een professionele en verantwoordelijke organisatie. Deze Code bevat een reeks basisprincipes die voor de Relevante Personen als richtsnoer moeten dienen met betrekking tot de minimumvereisten die van hen worden verwacht.
Beleid inzake risico's van derden en anti-corruptiebeleid
Euronav verbindt zich ertoe om al haar bedrijfsactiviteiten over de hele wereld op een eerlijke, correcte, transparante en ethische manier uit te voeren. Het anticorruptiebeleid is van toepassing op werknemers en personen die in een langetermijnrelatie namens Euronav handelen. Euronav heeft zich ook aangesloten bij het Maritime Anti-Corruption Network (MACN).
In het algemeen worden alle derden die willen zakendoen met Euronav onderworpen aan een grondig onderzoek door de afdeling Interne Controle. Hierbij wordt ook nagegaan of een zakenrelatie wel gepast is in het licht van het anticorruptiebeleid van de Vennootschap en van haar beleid inzake risico's met betrekking tot derde partijen. Elke bezorgdheid die verband houdt met het anticorruptiebeleid, kan worden gemeld via het klokkenluidersplatform van de Vennootschap op xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxx/xxxxxxx.
Transparantie en verantwoording
De kapitaalmarkten beschikken over bestaande structuren en controles. Deze bieden investeerders een robuust en duurzaam kader dat hen het nodige vertrouwen geeft dat de leden van zowel de Directieraad als de Raad van Toezicht zich naar behoren gedragen en de strategie uitvoeren op een correcte en meetbare manier. Verschillende instanties spelen een rol wanneer een onderneming beursgenoteerd is. Effectenbeurzen stellen hoge eisen wat boekhoudkundige discipline en naleving van de regelgeving betreft. Xxxxxxxxx zullen ook eisen dat de beste praktijken op het gebied van presentatie en detaillering van de financiële prestaties consequent worden toegepast.
Wij nemen op jaarlijkse basis deel aan een aantal initiatieven die ons helpen voortdurend in dialoog te blijven met verschillende belanghebbenden. Sommige van deze initiatieven vereisen dat we een gedetailleerde gestandaardiseerde vragenlijst invullen over een reeks onderwerpen, vervolgvragen beantwoorden en om interviews houden met verschillende van onze mensen. Als zodanig, zorgen ze voor een brede blootstelling van onze praktijken en helpen ons te benchmarken en in de loop van de tijd te verbeteren, door ons te vergelijken met andere bedrijven maar ook met de verwachtingen van deze belanghebbenden, die in de loop van de tijd kunnen toenemen. De jaarlijkse resultaten voor elk van deze initiatieven worden intern besproken en vormen een nuttig
uitgangspunt voor verbeterings- en actieplannen. Sommige andere initiatieven vereisen dat wij ons houden aan een reeks normen en standaarden en dat wij bepaalde best practices intern actief bevorderen.
De lijst van initiatieven aan welke we deelnemen is als volgt en de meesten worden elders in dit rapport besproken: Bloomberg, PP, GtZ, MACN, CDP
Onze publiek gedeelde informatie wordt ook op jaarlijkse basis beoordeeld door ratingbureaus etc.
Euronav heeft, samen met andere verantwoordelijke tankerrederijen, de verplichting en plicht om zijn bedrijfsmodellen en bredere bedrijfsreputatie te verdedigen en te promoten. Euronav is van mening dat het actief en positief bijdraagt tot het verbeteren van de reputatie van de scheepvaart en de ruweolietankvaart door de Poseidon Principles te onderschrijven, zich aan te sluiten bij organisaties zoals het Global Maritime Forum, initiatieven op te zetten zoals 'Getting to Zero' en samen te werken met een diverse groep belanghebbenden.
Xxxxxx Research-ranglijst
Normen die in andere sectoren op de kapitaalmarkten worden toegepast, worden in de scheepvaart niet altijd nageleefd of toegepast zoals dat zou kunnen, of in sommige gevallen zou moeten. Xxxxxx Research houdt sinds 2016 een corporategovernance- scorekaart bij voor beursgenoteerde rederijen. De gedachte achter de aanpak is dat na verloop van tijd betere rendementen worden behaald door de ondernemingen met een beter deugdelijk bestuur en in toenemende mate met hogere ESG-referenties en transparantie.
Euronav staat weer in het hoogste kwartiel in de Xxxxxx Research 2022 ESG scorecard.en neemt de 5de positie in als de hoogst genoteerde ruwe tankeronderneming van de 52 rederijen.
Figuur 35: Euronav percentiel ranking op Xxxxxx ESG scorecard sinds 2017
De Xxxxxx Research 2022 ESG Scorecard Report is beschikbaar via: xxxxx://xxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxxxxx-xxxxxxxx-xxx-xxxxxxxxx- 2022/
GUBERNA
Omdat Xxxxxxx sterk gelooft in de verdiensten van de principes van deugdelijk bestuur en veel belang hecht aan een verdere ontwikkeling van haar corporate governance structuur, sloot de Vennootschap zich eind 2006 als institutioneel lid aan bij GUBERNA (xxx.xxxxxxx.xx). GUBERNA is een kenniscentrum dat corporate governance in al zijn dimensies promoot en een platform biedt waar ervaringen, kennis en beste praktijken kunnen worden uitgewisseld.
Interne controle en risicobeheer
Interne controle kan worden omschreven als een door het management ontwikkeld en geïmplementeerd systeem, dat bijdraagt tot een betere controle op en overzicht van de activiteiten van de Vennootschap, haar efficiënte werking, en het efficiënte gebruik van haar middelen, en dat wordt uitgevoerd op een wijze die past bij de doelstellingen, de omvang en de complexiteit van haar activiteiten.
Risicobeheersing kan gedefinieerd worden als een gestructureerd, consistent en voortdurend proces met als doel het identificeren, evalueren, beslissen over, antwoorden op en rapporteren over opportuniteiten en bedreigingen die het bereiken van de doelstellingen van de Vennootschap kunnen beïnvloeden.
Een Risk Management Charter werd opgesteld en goedgekeurd door de Raad van Toezicht ter bevordering van het engagement van de Vennootschap om een sterke risicocultuur op te bouwen. Het Risk Management Charter beschrijft duidelijk de rollen en verantwoordelijkheden, evenals de procedures voor risicobeheer.
Het risicoregister identificeert een individuele eigenaar voor elk risico. Deze eigenaars beoordelen en certificeren hun risico’s op kwartaalbasis. De resultaten van deze driemaandelijkse certificering worden gerapporteerd aan het Audit- en Risicocomité, door de Chief Risk Officer die verantwoordelijk is voor de effectieve werking van het risicobeheer.
Euronav heeft eveneens een ‘Beheersysteem voor gezondheid, veiligheid, kwaliteit en milieu’ (GKVM) ontwikkeld dat GKVM-beheer integreert tot een systeem dat volledig in overeenstemming is met de ISM Code voor de ‘Veilige exploitatie van schepen en preventie van verontreiniging’.
Om de financiële rapportering te ondersteunen, hanteert Euronav een systeem van interne controle over financiële rapportering, met inbegrip van de beleidslijnen en procedures om de transacties en verkoop van activa van de Vennootschap correct weer te geven, om een redelijke zekerheid te bieden dat transacties geregistreerd worden in overeenstemming met algemeen aanvaarde boekhoudstandaarden, alsook een redelijke zekerheid biedt dat ongeoorloofde verwerving of gebruik of vervreemding van activa tijdig opgemerkt worden. Het toezicht op de naleving van de interne controle wordt georganiseerd door middel van jaarlijkse beoordelingen uitgevoerd door het Interne auditdepartement. De resultaten ervan worden gerapporteerd aan de corporate financiële afdeling, die een geconsolideerd rapport voorlegt aan het Audit- en Risicocomité.
Meer details over de exacte rol en de verantwoordelijkheden van het Audit- en Risicocomité inzake de interne controle en de risicobeheerssystemen zijn te vinden in het hoofdstuk over de bevoegdheden van het Audit- en Risicocomité.
Euronav heeft een Intern Auditdepartement opgericht, om strategische, financiële, operationele en IT-risico’s te beoordelen en te analyseren, om specifieke taken uit te voeren in overeenstemming met het jaarlijkse interne auditplan, om onderzoeken uit te voeren indien nodig en om de bevindingen daarvan te rapporteren en te bespreken met het Audit- en Risicocomité. Het toepassingsgebied van de interne audit betreft zowel de bedrijfsactiviteiten op zich als de interne controle over financiële rapportering. Het Intern Auditdepartement beschikt over aangewezen middelen, waaronder die van andere afdelingen en externe dienstverleners voor competenties die niet beschikbaar zijn binnen het bedrijf. Een deel van het interne auditwerk aangaande interne controle over financiële rapportering wordt uitbesteed aan een gekwalificeerde dienstverlener (EY). Het hoofd van het Intern Auditdepartement rapporteert aan de CEO en aan het Audit- en Risicocomité.
Euronav heeft KPMG aangesteld als externe auditor om de financiële resultaten en de naleving van de Belgische wetgeving te verifiëren. De externe auditor legt minstens tweemaal per jaar een verslag voor aan het Audit- en Risicocomité. Zij worden eveneens uitgenodigd om de jaarlijkse Algemene Aandeelhoudersvergadering bij te wonen om hun verslag te presenteren.
Hedging policy
Euronav kan zich gedeeltelijk indekken tegen de blootstelling aan schommelingen van de interestvoeten op haar leningen. Alle leningen die zijn aangegaan voor de financiering van schepen zijn op basis van een variabele interestvoet, verhoogd met een marge. Euronav houdt geen afgeleide financiële instrumenten aan voor speculatieve doeleinden. Euronav gebruikt afgeleide financiële
instrumenten zoals termijntransacties, renteswaps, het kopen van CAP-opties, de verkoop van FLOOR-opties, deviezenswaps en andere afgeleide financiële instrumenten, uitsluitend om haar blootstelling aan interestvoeten en wisselkoersen te beheren, en om een evenwicht te bereiken tussen blootstelling aan vaste en variabele interestvoeten, zoals gedefinieerd door de groep. Voor meer details over de financiële instrumenten van Euronav verwijzen wij naar nota 19 van het Financieel Jaarverslag.
Risicofactoren
Samenvatting
Naast belangrijke factoren en zaken die elders in dit verslag en in de documenten die door verwijzing in dit verslag zijn opgenomen, worden besproken, omvatten belangrijke factoren die er naar onze mening toe kunnen leiden dat onze werkelijke resultaten en ontwikkelingen wezenlijk verschillen van die welke in de toekomstgerichte verklaringen worden besproken:
– De sterkte van de wereldeconomieën en valuta's, met inbegrip van het beleid van de centrale banken om de algemene inflatie en de stijgende rente te bestrijden en ongunstige schommelingen van de wisselkoersen;
– De algemene marktomstandigheden, met inbegrip van de markt voor ruwe olie en voor onze schepen alsook schommelingen in bevrachtingstarieven en scheepswaarden;
– Beschikbaarheid van financiering en herfinanciering, tegen voor ons aanvaardbare tarieven en voorwaarden, alsook het vermogen van de Vennootschap om te voldoen aan de beperkende en andere convenanten in onze financieringsovereenkomsten;
– Ons vermogen om beschikbare en toekomstige subsidies en tegemoetkomingen te verkrijgen;
– Onze bedrijfsstrategie en andere plannen en doelstellingen voor groei en toekomstige activiteiten, met inbegrip van geplande en ongeplande kapitaaluitgaven;
– Ons vermogen om cash te genereren om te voldoen aan onze verplichtingen tot terugbetaling onder onze leningen en andere verplichtingen;
– Onze exploitatie- en onderhoudskosten, met inbegrip van brandstof- en bunkerprijzen, droogdok- en verzekeringskosten;
– Potentiële aansprakelijkheid uit lopende of toekomstige rechtszaken;
– Verwachtingen van beleggers, banken en andere stakeholders op ecologisch, sociaal en governancegebied (ESG) en de kosten in verband met de naleving van ESG-doelstellingen en -maatregelen;
– Onze afhankelijkheid van essentieel personeel en de beschikbaarheid van geschoolde arbeidskrachten, waaronder zeevarenden, en de daarmee verband houdende loonkosten;
– Het falen om onze informatiesystemen te beschermen tegen inbreuken op de beveiliging of falen of de onbeschikbaarheid van deze systemen gedurende een aanzienlijke periode om redenen als;
– Cyberaanvallen die onze bedrijfsactiviteiten kunnen verstoren
– De toestand van de wereldwijde financiële markten kan een nadelige invloed hebben op ons vermogen om bijkomende financiering te verkrijgen en een cyberverzekering af te sluiten tegen redelijke kosten;
– De duur en ernst van een pandemie zoals het coronavirus (COVID-19) en de reactie van de overheid daarop, met inbegrip van de impact daarvan op onze activiteiten op de vraag naar onze schepen, onze wereldwijde activiteiten, het tegenpartijrisico, alsook de verstoring van de wereldeconomie;
– Algemene binnenlandse en internationale geopolitieke omstandigheden, waaronder handelsspanningen tussen China en de Verenigde Staten, handelsoorlogen en onenigheid tussen olieproducerende landen, waaronder illegale oliehandel;
– De verschuiving van olie naar andere energiebronnen, zoals elektriciteit, aardgas, vloeibaar aardgas, waterstof of andere brandstoffen;
– Technologie- en productrisico’s met inbegrip van die welke verbonden zijn aan de energietransitie en verjonging van de vloot/systemen door over te schakelen op alternatieve aandrijvingen;
– Internationale sancties, embargo's, import- en exportbeperkingen, nationalisaties, piraterij, terroristische aanslagen en gewapende conflicten, waaronder het recente conflict tussen Rusland en Oekraïne;
– Xxxx niet-naleving van de Amerikaanse Foreign Corrupt Practices Act van 1977 (FCPA), of andere toepasselijke regelgeving met betrekking tot omkoping;
– De impact van het afschaffen van de London Interbank Offered Rate, of LIBOR, na 30 juni 2023 op al onze schulden die verwijzen naar LIBOR
– Potentiële fysieke verstoring van scheepvaartroutes door ongevallen, klimaatgerelateerde gebeurtenissen, politieke gebeurtenissen, bedreigingen voor de publieke gezondheid, internationale vijandigheden, inclusief de voortdurende ontwikkelingen in Oekraïne, daden van terroristen of piraterij op zeeschepen;
– Defecten aan onze schepen en andere gevallen van offhire;
– Het aanbod van en de vraag naar schepen die vergelijkbaar zijn met de onze, mede tegen de achtergrond van een mogelijk versnelde wereldwijde klimaattransitie, wat een versneld negatief effect zou kunnen hebben op de vraag naar olie en dus ook op het transport ervan;
– Reputatierisico's, onder meer in verband met de klimaatverandering;
– Naleving van overheids-, belasting- (inclusief koolstofgerelateerde), milieu- en veiligheidsvoorschriften en -regelingen en daarmee verband houdende kosten;
– Potentiële aansprakelijkheid die voortvloeit uit toekomstige rechtszaken aangespannen door organisaties van openbaar belang of activistische organisaties op basis van de bewering dat de Vennootschap nalaat om klimaatadaptatie- of klimaatmitigatiemaatregelen te nemen;
– Stijging van de kapitaalkosten of beperking van de toegang tot financiering als gevolg van de EU-taxonomie of relevante regionale taxonomieregelgeving;
– Technologierisico verbonden aan de energietransitie en verjonging van de vloot/systemen door over te schakelen op alternatieve aandrijvingen;
– Elke niet-naleving van de bestaande milieuvoorschriften, zoals maar niet beperkt tot i) de wijzigingen door de Internationale Maritieme Organisatie (IMO, of het agentschap van de Verenigde Naties voor maritieme veiligheid en ter voorkoming van verontreiniging door schepen) (deze wijzigingen worden hierna 'IMO 2020' genoemd) van bijlage VI bij het Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973, zoals gewijzigd bij het Protocol van 1978 daarbij, gezamenlijk MARPOL 73/78 en hierna 'MARPOL' genoemd, waarbij de maximale hoeveelheid zwavel die schepen in de lucht mogen uitstoten sinds 1 januari 2020 is verlaagd;
– (ii) het Internationaal Verdrag voor de controle en het beheer van ballastwater en sedimenten van schepen, dat sinds september 2019 op ons van toepassing is;
– (iii) EU 'Fit for 55'-verordeningt en in het bijzonder de EU-regeling voor de handel in emissierechten voor de scheepvaart en brandstof voor de scheepvaart en Fuel EU Maritime;
– (iv) de Europese verordening inzake scheepsrecyclage voor grote commerciële zeeschepen die onder de vlag van de EU of een EU-lidstaat varen, die reders verplicht hun schepen alleen te recycleren in veilige en deugdelijke werven voor recyclage die zijn opgenomen in de Europese lijst, die sinds 1 januari 2019 van toepassing is;
– Nieuwe milieuvoorschriften en beperkingen, hetzij op wereldwijd vlak, bepaald door de IMO, en/of opgelegd door regionale of nationale autoriteiten zoals de Europese Unie of individuele landen;
– Onze Belgische incorporatie met mogelijks andere rechtsmiddelen ter beschikking in vergelijking met andere landen, waaronder de Verenigde Staten;
– Behandeling van de Vennootschap als een 'passive foreign investment company' door de Amerikaanse belastingautoriteiten;
– Het falen van tegenpartijen om hun contracten met ons volledig uit te voeren;
– Toereikendheid van de verzekeringsdekking;
– Ons vermogen om schadeloosstellingen van klanten te verkrijgen;
– Wijzigingen in wetgeving, verdragen of regelgeving.
– Het onvermogen van onze dochterondernemingen om dividenden uit te keren of vast te stellen; en
– De verliezen uit afgeleide instrumenten;
Risicofactoren
Beleggen in onze effecten/aandelen houdt een risico in. We verwachten dat we bij onze toekomstige activiteiten aan sommige of alle van de hieronder beschreven risico's zullen worden blootgesteld. Risico's voor ons omvatten, maar zijn niet beperkt tot, de hieronder beschreven risicofactoren. Elk van de hieronder beschreven risicofactoren kan van invloed zijn op onze bedrijfsactiviteiten, kan een wezenlijk nadelig effect hebben op onze bedrijfsactiviteiten, financiële toestand, bedrijfsresultaten en vooruitzichten, capaciteit om dividenden ui te keren, en kan de waarde van onze aandelen doen dalen. Indien en voor zover een van de hieronder beschreven risico's zich voordoet, kan dat bovendien gebeuren in combinatie met andere risico's die het nadelige effect van dergelijke risico's op onze bedrijfsactiviteiten, financiële toestand, bedrijfsresultaten en vooruitzichten nog zouden versterken. Wie in onze effecten/aandelen belegt, kan zijn belegging geheel of gedeeltelijk verliezen. Het is aangeraden om de volgende informatie zorgvuldig te overwegen in samenhang met de andere informatie die in dit document is opgenomen of waarnaar wordt verwezen in dit document. De volgorde waarin de risicofactoren hierna worden opgesomd, is geen indicatie voor de waarschijnlijkheid dat ze zich zullen voordoen, of voor de potentiële omvang van de financiële gevolgen ervan.
Risico's met betrekking tot onze activiteiten
De tankersector is cyclisch en volatiel, wat kan leiden tot dalingen en schommelingen van de bevrachtingstarieven, scheepswaarden, inkomsten en beschikbare cashflow.
De tankersector is zowel cyclisch als volatiel in termen van bevrachtingstarieven en rentabiliteit. We verwachten dat de volatiliteit van de markttarieven voor onze schepen in de nabije toekomst zal aanhouden, wat een effect zal hebben op onze liquiditeit op korte en middellange termijn.
Schommelingen in bevrachtingstarieven en scheepswaarden vloeien voort uit veranderingen in de vraag naar en het aanbod van tankercapaciteit, veroorzaakt door veranderingen in de vraag naar en het aanbod van olie en olieproducten. De boekwaarde van onze schepen of van onze FSO-schepen (floating, storage and offloading) weerspiegelt mogelijk niet hun reële marktwaarde of het bedrag dat zou kunnen worden verkregen door de schepen op een bepaald moment te verkopen, aangezien de marktprijzen van tweedehandsschepen de neiging hebben te schommelen naarmate de evolutie van de bevrachtingstarieven en de kostprijs van nieuwbouwschepen.
We evalueren de boekwaarde van onze schepen om te bepalen of zich gebeurtenissen hebben voorgedaan die een bijzondere waardevermindering van hun boekwaarde noodzakelijk maken. De realiseerbare waarde van schepen wordt herzien op basis van gebeurtenissen en veranderingen in omstandigheden die erop zouden wijzen dat de boekwaarde van de activa mogelijk niet kan worden gerealiseerd. De beoordeling van mogelijke indicaties voor bijzondere waardevermindering en de projectie van toekomstige kasstromen met betrekking tot de schepen is complex en vereist diverse schattingen met betrekking tot onder meer de waarde van schepen, toekomstige vrachttarieven, inkomsten uit de schepen, disconteringsvoeten, restwaarden en de economische levensduur van schepen. Veel van deze posten waren in het verleden onderhevig aan volatiliteit en zowel bevrachtingstarieven als scheepswaarden hebben de neiging cyclisch te zijn. Dalingen van de bevrachtingstarieven en scheepswaarden alsook andere verslechteringen in onze sector kunnen leiden tot bijzondere waardeverminderingen.
Over het algemeen hebben we geen controle over de factoren die de vraag naar en het aanbod van tankers beïnvloeden en de aard, het tijdstip en de mate van veranderingen in de omstandigheden in de sector zijn onvoorspelbaar. Een verslechtering van de huidige wereldwijde economische omstandigheden kan leiden tot een daling van de bevrachtingstarieven en daardoor ons vermogen om onze schepen te bevrachten of opnieuw te bevrachten, nadelig beïnvloeden, en het is mogelijk dat hernieuwde of vervangende bevrachtingen die wij aangaan, niet volstaan om onze schepen op rendabele wijze te exploiteren. Bovendien verstoort het conflict in Oekraïne de energieproductie en handelspatronen, met inbegrip van de scheepvaart in de Zwarte Zee en elders, en het effect ervan op de energieprijzen en de tankertarieven, die aanvankelijk zijn gestegen, is onzeker.
De belangrijkste factoren die de vraag naar tankercapaciteit beïnvloeden, zijn onder meer:
• De vraag naar en het aanbod van olie en aardolieproducten;
• Veranderingen in het verbruik van olie en aardolieproducten als gevolg van de beschikbaarheid van nieuwe, alternatieve energiebronnen of veranderingen in de prijs van olie en aardolieproducten ten opzichte van andere energiebronnen of andere factoren die het verbruik van olie en aardolieproducten minder aantrekkelijk maken;
• Toename van de olieproductie in gebieden die door pijpleidingen met consumptiegebieden zijn verbonden, de uitbreiding van bestaande of de ontwikkeling van nieuwe pijpleidingssystemen op de markten die wij kunnen bedienen of de omschakeling van bestaande niet-oliepijpleidingen naar oliepijpleidingen op die markten;
• De regionale beschikbaarheid van raffinagecapaciteit en voorraden in vergelijking met de geografische ligging van olieproducerende regio's;
• Nationaal beleid inzake strategische olievoorraden (inclusief indien de strategische reserves in de toekomst op een lager niveau worden vastgesteld naarmate olie een minder belangrijke plaats inneemt in de energiemix);
• Wereldwijde en regionale economische en politieke omstandigheden en ontwikkelingen, gewapende conflicten waaronder het conflict tussen Rusland en Oekraïne, terroristische activiteiten, handelsoorlogen, bedreigingen voor de volksgezondheid, tariefembargo's, onwettige vervoer van ruwe olie en stakingen;
• Wisselkoersen, vooral ten opzichte van de Amerikaanse dollar;
• Veranderende handelspatronen en de afstand waarover olie en olieproducten over zee moeten worden vervoerd;
• Veranderingen in zeevervoerspatronen en patronen van andere vervoerswijzen, inclusief verschuivingen in de vraag naar transport tussen ruwe olie en geraffineerde olieproducten en de afstand waarover deze over zee worden vervoerd;
• Wijzigingen in de regels en voorschriften van gouvernementele of maritieme zelfregulerende organisaties of maatregelen van regelgevende instanties;
• Milieu- en andere wettelijke en regelgevende ontwikkelingen;
• Ontwikkelingen in de internationale handel, inclusief die met betrekking tot het opleggen van tarieven; en
• Internationale sancties, embargo's, import- en exportbeperkingen, nationalisaties en oorlogen.
De factoren die van invloed zijn op het aanbod van tankercapaciteit zijn onder meer:
• De vraag naar alternatieve energiebronnen;
• Het aantal bestellingen van nieuwbouwschepen en het aantal opleveringen daarvan, waaronder vertraging bij de leveringen, op zijn beurt beïnvloed door de beschikbaarheid van financiering voor scheepvaartactiviteiten;
• De mate waarin oudere schepen worden gerecycleerd, afhankelijk van onder meer recyclagetarieven en internationale regelgeving inzake recyclage;
• Onevenwichtigheden in de olieproducten (die het niveau van de handelsactiviteit beïnvloeden) en ontwikkelingen in de internationale handel;
• Het aantal conversies van tankers voor andere doeleinden;
• Bedrijfsstoringen, met inbegrip van problemen in de toeleveringsketen, als gevolg van een natuurramp, een andere ramp of een andere oorzaak;
• Het aantal schepen dat buiten dienst is gesteld, uit de vaart is genomen, in droogdok ligt, als opslageenheid wordt gebruikt of geblokkeerd is door opstoppingen in havens of kanalen; en
• Bezorgdheid inzake milieu en onzekerheid over nieuwe regelgeving in verband met onder meer nieuwe technologieën, waardoor de bestelling van nieuwe schepen vertraging kan oplopen.
•
Wij verwachten dat de toekomstige vraag naar onze tankers afhankelijk zal zijn van de economische groei van de wereldeconomieën, seizoensgebonden en regionale veranderingen in de vraag, veranderingen in de capaciteit van de wereldwijde tankervloot en de bronnen en het aanbod van over de zee te vervoeren olie en aardolieproducten. Gezien het aantal nieuwe tankers dat momenteel bij scheepswerven in bestelling is, lijkt het waarschijnlijk dat de capaciteit van de mondiale tankervloot zal toenemen en er kan geen zekerheid worden gegeven over het tijdstip of de omvang van de toekomstige economische groei. Ongunstige economische, politieke, sociale of andere ontwikkelingen kunnen onze activiteiten en bedrijfsresultaten wezenlijk ongunstig beïnvloeden.
Verder heeft het conflict in Oekraïne in combinatie met inflatiedruk en/of verstoringen van de toeleveringsketen in de meeste belangrijke economieën een negatief effect gehad op bepaalde landen waarin wij actief zijn en kan het leiden tot een wereldwijde economische vertraging, die op haar beurt de vraag naar onze schepen negatief kan beïnvloeden. Met name het conflict in Oekraïne en de gerelateerde sancties tegen Rusland hebben en verstoren de energieproductie en de handelspatronen, waaronder de scheepvaart in de Zwarte Zee en elders, en hebben de brandstofprijzen beïnvloed. Verschillende jurisdicties hebben sancties tegen Rusland ingesteld die rechtstreeks gericht zijn tegen het transport over zee van goederen uit Rusland, zoals olieproducten. Die maatregelen, en de reactie van de betrokken jurisdicties daarop, hebben de handelspatronen van bepaalde goederen die wij vervoeren verstoord en de bevrachtingstarieven voor het vervoer van die goederen beïnvloed. Naarmate het aantal jurisdicties dat sancties oplegt aan Rusland toeneemt en/of de aard van de opgelegde sancties evolueert, zouden de bevrachtingstarieven die wij kunnen verkrijgen/bedingen, kunnen beginnen dalen.
Dalingen van de olie- en aardgasprijzen of dalingen van de vraag naar olie en aardgas gedurende een langere periode of marktverwachtingen over mogelijke dalingen van deze prijzen en de vraag, kunnen een negatieve invloed hebben op onze toekomstige groei in de tanker- en offshoresector. Aanhoudende perioden van lage olie- en aardgasprijzen leiden doorgaans tot verminderde exploratie en winning, omdat de investeringsbudgetten van olie- en aardgasbedrijven afhankelijk zijn van de kasstroom uit dergelijke activiteiten en dus gevoelig zijn voor veranderingen in de energieprijzen. Aanhoudende periodes van hoge olieprijzen kunnen daarentegen destructief zijn voor de vraag. Deze veranderingen in grondstofprijzen kunnen een belangrijk effect hebben op de vraag naar onze diensten, en perioden van geringe vraag kunnen een overaanbod aan schepen veroorzaken en de concurrentie in de sector verscherpen, wat er vaak toe leidt dat schepen, vooral oudere en minder technologisch geavanceerde schepen, gedurende lange perioden niet worden gebruikt. We kunnen het toekomstige niveau van de vraag naar onze diensten of de toekomstige omstandigheden in de olie- en aardgasindustrie niet voorspellen. Een daling van de uitgaven voor exploratie, ontwikkeling of productie door olie- en aardgasbedrijven of een daling van de vraag naar olie en aardgas kan onze inkomsten doen dalen en onze activiteiten, bedrijfsresultaten en voor uitkering beschikbare liquide middelen wezenlijk nadelig beïnvloeden (zie ook 'Piekolie' hieronder).
Een aanzienlijk deel van onze inkomsten is afkomstig van een beperkt aantal klanten en het verlies van een van die klanten zou kunnen leiden tot een aanzienlijk verlies van inkomsten en kasstroom.
We halen momenteel een aanzienlijk deel van onze omzet uit een beperkt aantal klanten. Voor het jaar eindigend op 31 december 2022 was Valero Energy Corporation, of Valero, goed voor 8 % van onze totale inkomsten in het tankersegment. Daarnaast was North Oil Company onze enige FSO-klant voor onze twee FSO’s per 31 december 2022, die op die datum 5% van onze inkomsten vertegenwoordigden. Al onze bevrachtingsovereenkomsten hebben vaste looptijden, maar kunnen vervroegd worden beëindigd als gevolg van bepaalde gebeurtenissen, zoals het feit dat een bevrachter geen bevrachtingsbetalingen aan ons verricht wegens financieel onvermogen, onenigheid met ons of een andere reden.
Daarnaast kan een bevrachter onder meer in de volgende gevallen zijn recht uitoefenen om de bevrachtingsovereenkomst te beëindigen:
– Het schip raakt total loss of loopt onherstelbare schade op;
– We komen onze verplichtingen uit hoofde van de bevrachtingsovereenkomst niet na, inclusief langere perioden van off- hire;
– De vrije handel van het schip wordt aanzienlijk verstoord door een oorlog, sancties of vijandelijkheden;
– Het schip wordt opgevorderd door een overheidsinstantie; of
– Er doet zich een langdurige overmachtsituatie voor, zoals oorlog, piraterij, terrorisme, een wereldwijde pandemie of politieke onrust, die de bevrachting van het schip verhindert, telkens overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden van de desbetreffende bevrachtingsovereenkomst.
Bovendien kunnen de tarieven die we kunnen aanrekenen, worden verlaagd indien het schip niet presteert volgens bepaalde contractuele specificaties, bijvoorbeeld als de gemiddelde snelheid van het schip lager ligt dan de snelheid die we hebben gegarandeerd of als de hoeveelheid brandstof die het schip verbruikt, de gegarandeerde hoeveelheid overschrijdt. Bovendien is de vergoeding in het kader van onze FSO-servicecontracten gebaseerd op de dagelijkse prestaties en/of beschikbaarheid van elk FSO- schip in overeenstemming met de vereisten die in de desbetreffende FSO-dienstcontracten zijn gespecificeerd. De tarieven die we mogen aanrekenen onder onze FSO-dienstcontracten kunnen worden verminderd of opgeschort (naargelang het geval) indien het schip stilligt, maar beschikbaar is voor gebruik of indien zich een geval van overmacht voordoet, of het is mogelijk dat we geen recht hebben op enige betaling indien het FSO-schip voor een langere periode uit de vaart wordt genomen voor onderhoud en de bevrachtingsovereenkomst kan worden beëindigd indien deze gebeurtenissen gedurende een langere periode aanhouden. Daarnaast hebben onze FSO-dienstcontracten dagtarieven die vastliggen voor de duur van het contract. Om de gevolgen van de
inflatie op de inkomsten uit deze termijncontracten te beperken, bevatten onze FSO-dienstcontracten jaarlijkse escalatiebepalingen. Deze clausules zijn bedoeld om ons te compenseren voor bepaalde kostenstijgingen, waaronder lonen, verzekeringskosten en onderhoudskosten. De werkelijke kostenstijgingen kunnen echter het gevolg zijn van gebeurtenissen of omstandigheden die geen aanleiding geven tot overeenkomstige wijzigingen van de toepasselijke escalatiebepalingen.
Indien een van onze bevrachtingsovereenkomsten wordt beëindigd, is het mogelijk dat we niet in staat zijn om het betrokken schip opnieuw in te zetten of om dat te doen tegen voorwaarden die voor ons even gunstig zijn als die van onze huidige bevrachtingsovereenkomsten. We zijn blootgesteld aan veranderingen in spotmarktprijzen die verband houden met de inzet van onze schepen. Indien we niet in staat zijn een schip waarvoor de bevrachtingsovereenkomst is beëindigd opnieuw in te zetten, ontvangen we geen inkomsten uit dat schip en kunnen we ons genoodzaakt zien lopende uitgaven te doen om het schip in goede operationele staat te houden. Elk van deze factoren kan onze inkomsten en kasstromen doen dalen. Bovendien kan het verlies van een van onze bevrachters, bevrachtingsovereenkomsten of schepen, of een daling van de tarieven in het kader van een van onze bevrachtingsovereenkomsten, een wezenlijk nadelig effect hebben op onze activiteiten, bedrijfsresultaten, financiële toestand en ons vermogen om dividenden, indien die er zijn, uit te keren aan onze aandeelhouders.
We zijn afhankelijk van spotbevrachters en een daling van de spotbevrachtingstarieven in de toekomst kan een negatief effect hebben op onze winst en ons vermogen om dividenden te betalen
Per 31 maart 2022 waren 56 van onze schepen rechtstreeks ingezet op de spotmarkt, 38 van onze schepen werden ingezet in de Tankers International (TI) Pool, waarvan we in 2000 stichtend lid waren, en acht van onze schepen werden op lange termijn gechartered, waarvan de gemiddelde resterende looptijd 4.1 jaar bedraagt, waarvan 5 met winstdeling.
Wij zullen worden blootgesteld aan de geldende bevrachtingstarieven in de sector van de ruwe tankers wanneer de bestaande charters van deze schepen aflopen in de mate dat de tegenpartijen van onze vastrentende chartercontracten hun verplichtingen tegenover ons nakomen. We zullen in de toekomst ook bevrachtingsovereenkomsten op de spotmarkt aangaan. De spotmarkt voor bevrachtingsovereenkomsten kan aanzienlijk fluctueren op basis van de vraag naar en het aanbod van tankers en olie. De succesvolle exploitatie van onze schepen in de competitieve spotmarkt voor bevrachtingsovereenkomsten hangt onder meer af van het binnenhalen van winstgevende bevrachtingsovereenkomsten op de spotmarkt en het zoveel mogelijk beperken van de tijd die wordt besteed aan het wachten op bevrachtingsovereenkomsten en aan het reizen in ballast om vracht op te halen. Wanneer de huidige charters voor onze vloot aflopen of worden beëindigd, is het misschien niet mogelijk om deze schepen opnieuw te charteren tegen vergelijkbare tarieven, of helemaal niet, of om charters te verkrijgen voor schepen die wij willen verwerven tegen vergelijkbare winstgevende tarieven, of helemaal niet. Bijgevolg is het mogelijk dat wij lagere tarieven moeten aanvaarden of dat wij te maken krijgen met huuruitval voor onze schepen, hetgeen een ongunstig effect zou hebben op onze inkomsten, bedrijfsresultaten en financiële toestand.
De spotmarkt is zeer volatiel en er zijn perioden geweest, en er zullen nog perioden komen, waarin de bevrachtingstarieven op de spotmarkt dalen tot onder de operationele kosten van schepen. Als de toekomstige bevrachtingstarieven op de spotmarkt dalen, zijn we mogelijk niet in staat onze op de spotmarkt ingezette schepen winstgevend te exploiteren, onze verplichtingen na te komen, met inbegrip van aflossingen op schulden, of dividenden uit te keren in de toekomst. Aangezien de bevrachtingstarieven voor bevrachtingsovereenkomsten op de spotmarkt vastliggen voor een enkele reis die tot enkele weken kan duren, zullen we tijdens periodes waarin de bevrachtingstarieven op de spotmarkt stijgen over het algemeen vertraging oplopen bij het realiseren van de voordelen van dergelijke stijgingen.
Wij evalueren voortdurend potentiële transacties die volgens ons de winst kunnen verhogen, de aandeelhouderswaarde kunnen vergroten of in het belang van de onderneming zijn.
Wij evalueren voortdurend potentiële transacties, zoals bedrijfscombinaties, alsook de aankoop van schepen of verwante
bedrijven, de uitbreiding van onze activiteiten, de terugbetaling van bestaande schulden, de terugkoop van aandelen, kortetermijninvesteringen of andere transacties, waarvan wij menen dat zij de winst zullen verhogen, de aandeelhouderswaarde zullen verhogen of in het beste belang van de onderneming zijn. De afleiding van de aandacht van het management, vertragingen of moeilijkheden in verband met een potentiële transactie, het niet realiseren van een of alle verwachte voordelen van de transactie of het niet kunnen afsluiten van een dergelijke transactie binnen de verwachte termijnen kan een wezenlijk nadelig effect hebben op onze activiteiten, bedrijfsresultaten, financiële toestand en het vermogen om eventuele dividenden aan onze aandeelhouders uit te keren.
Mogelijke organisatorische veranderingen kunnen ons beïnvloeden, met mogelijk verlies van activiteiten en verlies van belangrijke werknemers of afname van de productiviteit van werknemers tot gevolg. Onzekerheden in verband met eventuele overgangen in het hoger management kunnen leiden tot bezorgdheid bij huidige en potentiële derde partijen waar wij zaken mee doen, wat onze bedrijfsvooruitzichten kan schaden. Een verloop in belangrijke managementposities binnen de onderneming, of het falen om belangrijke nieuwe aanwervingen of gepromoveerde werknemers te integreren, kan ons vermogen om de Vennootschap efficiënt en effectief te managen negatief beïnvloeden, kan storend en afleidend zijn voor het management en kan leiden tot bijkomstig vertrek van bestaand personeel, wat een wezenlijk nadelig effect kan hebben op onze activiteiten, bedrijfsresultaten, financiële resultaten en interne controles op de financiële verslaggeving.
Onze activiteiten worden beïnvloed door macro-economische omstandigheden, waaronder stijgende inflatie, rentetarieven, marktvolatiliteit, economische onzekerheid en beperkingen in de toeleveringsketen.
Verschillende macro-economische factoren kunnen onze activiteiten en de resultaten van onze activiteiten en financiële positie
ongunstig beïnvloeden, waaronder veranderingen in inflatie, rentevoeten en algemene economische omstandigheden en onzekerheden, zoals diegene die voortvloeien uit de huidige en toekomstige omstandigheden op de wereldwijde financiële markten. Zo heeft de inflatie ons negatief beïnvloed doordat onze arbeidskosten, via hogere lonen en hogere rentevoeten, en onze bedrijfskosten zijn gestegen. Beperkingen in de toeleveringsketen hebben geleid tot een hogere inflatie, die indien zij aanhoudt een negatief effect kan hebben op onze productontwikkeling en activiteiten. Als de inflatie of andere factoren aanzienlijk zouden toenemen, kunnen onze bedrijfsactiviteiten negatief worden beïnvloed. De rentevoeten, de liquiditeit van de kredietmarkten en de volatiliteit van de kapitaalmarkten kunnen ook een invloed hebben op de werking van ons bedrijf en op ons vermogen om tegen gunstige voorwaarden of helemaal geen kapitaal aan te trekken om onze activiteiten te financieren.
Stijgende inflatie, inclusief stijgende prijzen voor zaken als brandstof, onderdelen en componenten, vracht, verpakking, voorraden, arbeid en energie verhogen de bedrijfskosten van de Vennootschap. De Vennootschap gebruikt momenteel geen financiële derivaten om zich in te dekken tegen de volatiliteit van de grondstoffenprijzen. De Vennootschap hanteert marktprijzen voor materialen, brandstof, onderdelen en componenten. Het is mogelijk dat de Vennootschap deze stijgende kosten niet kan doorberekenen aan haar klanten. Om dit risico te beperken, tracht de Vennootschap in haar langlopende zeetransportcontracten kostenescalatieclausules op te nemen waardoor bepaalde kosten, waaronder brandstof, grotendeels aan haar klanten kunnen worden doorberekend. Het bedrijfsresultaat en de marge kunnen negatief worden beïnvloed indien de Vennootschap niet in staat is de gevolgen van deze kostenstijgingen te beperken door middel van contractuele middelen en niet in staat is de prijzen te verhogen om het effect van deze kostenstijgingen voldoende te compenseren.
De toenemende controle en veranderende verwachtingen van beleggers, kredietverstrekkers en andere marktdeelnemers met betrekking tot ons ecologisch, sociaal en governancebeleid (ESG-beleid) kunnen voor ons extra kosten met zich meebrengen of ons blootstellen aan bijkomende risico's.
Bedrijven in alle sectoren worden steeds kritischer gevolgd in verband met hun ESG-beleid. Belangengroepen van beleggers, bepaalde institutionele beleggers, beleggingsfondsen, kredietverstrekkers en andere marktdeelnemers hebben de laatste jaren steeds meer aandacht voor ESG-praktijken, vooral als die betrekking hebben op milieu, gezondheid en veiligheid, diversiteit, arbeidsomstandigheden en mensenrechten, en hechten steeds meer belang aan de implicaties en maatschappelijke kosten van hun beleggingen.
In februari 2021 heeft de waarnemend voorzitter van de SEC een verklaring afgelegd waarin hij de Division of Corporation Finance opdraagt meer aandacht te besteden aan klimaat gerelateerde openbaarmaking in openbare bedrijfsdossiers en in maart 2021 heeft de SEC de oprichting aangekondigd van een Climate and ESG Task Force bij de Division of Enforcement (the “Task Force”). Het doel van de Task Force is het ontwikkelen van initiatieven om ESG-gerelateerd wangedrag proactief op te sporen in overeenstemming met het toegenomen vertrouwen van beleggers in klimaat- en ESG-gerelateerde openbaarmaking en investeringen. Ter uitvoering van het doel van de Task Force heeft de SEC verschillende handhavingsacties ondernomen, waarvan de eerste in mei 2022, en nieuwe regels afgekondigd. Op 21 maart 2022 heeft de SEC voorgesteld dat alle overheidsbedrijven uitgebreide klimaat gerelateerde informatie in hun SEC-dossiers moeten opnemen. Op 25 mei 2022 heeft de SEC een tweede reeks regels voorgesteld om de praktijk van “greenwashing” (d.w.z. het doen van ongegronde beweringen over iemands ESG- inspanningen) te beteugelen en voorgestelde wijzigingen toe te voegen aan regels en rapportageformulieren die van toepassing zijn op geregistreerde beleggingsmaatschappijen en adviseurs, adviseurs die zijn vrijgesteld van registratie, en ondernemingen voor bedrijfsontwikkeling. Deze voorgestelde regels zijn op de datum van dit jaarverslag nog niet van kracht.
De toegenomen aandacht en het toegenomen activisme met betrekking tot ESG-kwesties en soortgelijke kwesties kunnen de toegang tot kapitaal belemmeren, aangezien beleggers en kredietverstrekkers op basis van hun beoordeling van de ESG-praktijken van een bedrijf kunnen beslissen om kapitaal te herverdelen of om geen kapitaal toe te zeggen. Als een bedrijf er niet in slaagt om zich aan te passen aan of niet te voldoen aan veranderende verwachtingen en normen van beleggers, kredietverstrekkers of andere aandeelhouders in de sector of als de perceptie bestaat dat een bedrijf niet adequaat reageert op de groeiende aandacht voor ESG- kwesties, ongeacht of dat wettelijk verplicht is, kan dat de reputatie of aandelenkoers van dat bedrijf schaden, resulterend in directe of indirecte materiële en nadelige gevolgen voor de activiteiten en de financiële toestand van dat bedrijf.
De toename van het aantal aandeelhoudersvoorstellen over milieukwesties en met name klimaat gerelateerde voorstellen in de afgelopen jaren wijst erop dat we te maken kunnen krijgen met toenemende druk van beleggers, kredietverstrekkers en andere marktdeelnemers, die zich steeds meer richten op klimaatverandering, om prioriteit te geven aan duurzame energiepraktijken, onze koolstofvoetafdruk te verkleinen en duurzaamheid te bevorderen. Als gevolg daarvan kunnen we genoodzaakt zijn strengere ESG- procedures of -normen toe te passen opdat onze bestaande en toekomstige beleggers en kredietverstrekkers in ons geïnvesteerd blijven en nog meer in ons investeren, vooral gezien de zeer gerichte en specifieke handel in het transport van ruwe olie waarin we actief zijn. Indien we niet aan deze normen voldoen, kan dat negatieve gevolgen hebben voor onze activiteiten en/of ons vermogen om toegang te krijgen tot kapitaal.
Bovendien kunnen bepaalde beleggers en kredietverstrekkers olietransportbedrijven, zoals wij, volledig uitsluiten van hun beleggingsportefeuilles op basis van ESG-criteria. Deze beperkingen op zowel de schuld- als aandeelkapitaalmarkten kunnen ons vermogen om te groeien aantasten, aangezien onze groeiplannen toegang tot de aandelen- en schuldkapitaalmarkten kunnen vereisen. Als die markten niet beschikbaar zijn of als we geen toegang hebben tot alternatieve financieringsmiddelen tegen aanvaardbare voorwaarden of helemaal niet, is het mogelijk dat we onze bedrijfsstrategie niet kunnen uitvoeren. Dit zou een wezenlijk nadelig effect hebben op onze financiële toestand en bedrijfsresultaten en zou ons vermogen om onze schulden af te lossen kunnen aantasten. Verder is het waarschijnlijk dat we extra kosten zullen moeten maken en extra middelen nodig zullen hebben om de uiteenlopende ESG-vereisten in te voeren, op te volgen, te rapporteren en na te leven. Leden van de beleggingsgemeenschap besteden ook steeds meer aandacht aan verstrekte ESG-informatie, waaronder informatie met betrekking tot broeikasgassen en klimaatverandering in de energiesector in het bijzonder, en initiatieven op het gebied van diversiteit, inclusie en bestuursnormen bij ondernemingen meer in het algemeen. Als gevolg daarvan kunnen we te maken krijgen met toenemende druk met betrekking tot de ESG-informatie die we verstrekken. Als een van de voorgaande situaties zich voordoet, kan dat een wezenlijk nadelig effect hebben op onze activiteiten en financiële toestand.
Verder streven wij ernaar om van tijd tot tijd, in overeenstemming met onze duurzaamheidsprioriteiten, doelstellingen en verbintenissen met betrekking tot bepaalde ESG-thema's vast te stellen en publiekelijk bekend te maken, zoals het koolstofvrij maken van de scheepvaart. Hoewel we van tijd tot tijd vrijwillig informatie over ESG-kwesties kunnen opstellen en publiceren, zijn veel van de verklaringen in die vrijwillige bekendmakingen gebaseerd op hypothetische verwachtingen en veronderstellingen die al dan niet representatief kunnen zijn voor huidige of feitelijke risico's of gebeurtenissen of voorspellingen van verwachte risico's of gebeurtenissen, met inbegrip van de daaraan verbonden kosten. Dergelijke verwachtingen en veronderstellingen zijn noodzakelijkerwijs onzeker en kunnen foutgevoelig zijn of verkeerd worden geïnterpreteerd, gezien de lange tijdsperioden die ermee gemoeid zijn en het ontbreken van een gevestigde, eenduidige aanpak voor het identificeren en meten van, alsook het rapporteren over, vele ESG-kwesties. Als we er niet in slagen onze milieudoelstellingen en -verbintenissen te verwezenlijken of indien wij hierover niet correct rapporteren, kan de negatieve publiciteit die daaruit voortvloeit nadelige gevolgen hebben voor onze reputatie en/of onze toegang tot kapitaal.
Ten slotte hebben organisaties die beleggers informatie verstrekken over deugdelijk bestuur en aanverwante zaken processen ontwikkeld om bedrijven te beoordelen op hun aanpak van ESG-kwesties. Dergelijke ratings worden door sommige beleggers gebruikt om hun beleggings- en stembeslissingen te onderbouwen. Ongunstige ESG-ratings en recent activisme dat erop gericht is fondsen weg te halen van bedrijven met activa die gerelateerd zijn aan fossiele brandstoffen, kunnen leiden tot een negatiever beleggerssentiment ten opzichte van ons en onze sector en tot een verschuiving van investeringen naar andere, niet-fossiele sectoren, wat een negatief effect kan hebben op onze toegang tot en kosten van kapitaal.
Het aflossen van onze huidige of toekomstige schulden beperkt de middelen die beschikbaar zijn voor andere doeleinden, en als we onze schulden niet kunnen aflossen, kunnen we onze schepen verliezen.
Op 31 december 2022 en 31 december 2021 hadden we respectievelijk 1.795,6 miljoen USD en 1.807,9 miljoen USD aan schulden en we verwachten nog meer schulden aan te gaan naarmate we onze vloot verder uitbreiden. Leningen onder onze kredietfaciliteiten worden gedekt door onze schepen en bepaalde bankrekeningen van ons en van onze dochterondernemingen die schepen bezitten. Als we onze schulden niet kunnen aflossen, kunnen we onze schepen of bepaalde van onze in pand gegeven rekeningen verliezen. Xxxxxxxx onder onze kredietfaciliteiten en andere schuldovereenkomsten vereisen dat we een deel van onze kasstroom uit operationele activiteiten besteden aan de betaling van rente en hoofdsommen op onze schulden. Deze betalingen beperken de middelen die beschikbaar zijn voor werkkapitaal, kapitaaluitgaven en andere doeleinden, waaronder verdere financiering met eigen of vreemd vermogen in de toekomst. Op de onder onze kredietfaciliteiten geleende bedragen is variabele rente verschuldigd. Stijgingen van de geldende rentetarieven kunnen de bedragen doen stijgen die we aan onze kredietverstrekkers moeten betalen, ook al blijft de uitstaande hoofdsom ongewijzigd, en kunnen onze netto-inkomsten en kasstromen doen dalen. We verwachten dat onze inkomsten en kasstromen van jaar tot jaar zullen variëren wegens de cyclische aard van de tankerindustrie. Als we niet voldoende kasstroom uit operationele activiteiten genereren of reserveren om aan onze liquiditeitsbehoeften op korte of middellange tot lange termijn te kunnen voldoen of om anderszins onze schuldverplichtingen na te komen, zullen we mogelijk alternatieve financieringsplannen moeten ondernemen. Dit zou kunnen leiden tot verwatering van aandelen of een negatieve invloed kunnen hebben op onze financiële resultaten.
Het is echter mogelijk dat deze alternatieve financieringsplannen, indien nodig, niet toereikend zijn om ons in staat te stellen onze schuldverplichtingen na te komen. Als we onze schuldverplichtingen niet kunnen nakomen of als we op een andere manier in gebreke blijven onder onze kredietfaciliteiten, zouden onze kredietverstrekkers ervoor kunnen kiezen om onze schuld geheel of gedeeltelijk, samen met de opgelopen rente en kosten, onmiddellijk opeisbaar te verklaren en een vordering in te stellen tegen de schepen in onderpand die deze schuld dekken, ook al is het grootste deel van de inkomsten die zijn gebruikt voor de aankoop van de in onderpand gegeven schepen niet afkomstig van onze kredietfaciliteiten.
Onze leningsovereenkomstenleggen ons ook bepaalde operationele en financiële beperkingen op. Deze zijn voornamelijk bedoeld om ervoor te zorgen dat de marktwaarde van het verhypothekeerde schip onder de betrokken kredietfaciliteit niet daalt tot onder een bepaald percentage van het uitstaande bedrag van de lening, we noemen dat de 'activadekkingsratio'. Dit betekent dat het bedrag van de lening kan worden verlaagd indien de waarde van de in onderpand gegeven schepen daalt onder een bepaald percentage van het uitstaande bedrag onder die lening, als gevolg waarvan een aflossing van hetzelfde bedrag kan worden geëist. Bovendien zullen we voor bepaalde van onze kredietfaciliteiten moeten voldoen aan bepaalde financiële convenanten, die ons onder meer verplichten tot het aanhouden van:
– Een bedrag aan vlottende activa, dat het niet-opgenomen bedrag van gecommitteerde doorlopende kredietfaciliteiten en kredietlijnen met een looptijd van meer dan één jaar kan omvatten, dat op geconsolideerde basis groter is dan onze kortlopende verplichtingen;
– Een totaalbedrag aan geldmiddelen, kasequivalenten en beschikbare totale niet-opgenomen bedragen van elke toegezegde lening van ten minste $ 50,0 miljoen of 5 % van onze totale schuldenlast (exclusief garanties), afhankelijk van de toepasselijke leningsfaciliteit, waarbij het hoogste van beide bedragen van toepassing is;
– Een totaal kassaldo van ten minste $ 30,0 miljoen; en
– Een verhouding tussen eigen vermogen en totale activa van ten minste 30 %.
In het algemeen kunnen de operationele beperkingen die zijn opgenomen in onze kredietfaciliteiten ons verbieden of anderszins beperken in onze mogelijkheden om, onder andere:
– Het beheer van onze schepen te wijzigen;
– Alle of een aanzienlijk deel van onze activa over te dragen, te verkopen of anderszins te vervreemden;
– Dividenden vast te stellen en uit te keren indien zich als gevolg van het dividend een geval van verzuim of schending van een leningsconvenant voordoet of zal voordoen; en
– Aanvullende schulden aan te gaan.
Een schending van een van onze financiële convenanten of operationele beperkingen in onze kredietfaciliteiten kan een geval van verzuim onder onze kredietfaciliteiten vormen dat – tenzij die schending ongedaan wordt gemaakt binnen de in de voorwaarden van de betrokken kredietfaciliteit gespecificeerde respijtperiode, indien van toepassing, of tenzij onze kredietverstrekkers afzien van het betrokken convenant of het wijzigen – onze kredietverstrekkers het recht geeft om onder meer van ons te eisen dat we bijkomende zekerheden stellen, ons eigen vermogen en onze liquiditeit verhogen, onze rentebetalingen verhogen, onze schulden afbetalen tot een niveau waarop we aan onze convenanten voldoen, schepen uit onze vloot verkopen, onze schulden herclassificeren als kortlopende schulden en versneld aflossen of hun zekerheden op onze schepen en andere activa die dienen als onderpand voor de kredietfaciliteiten uitoefenen, wat ons vermogen om onze activiteiten voort te zetten zou aantasten. Bovendien bevatten sommige van onze kredietfaciliteiten een clausule inzake kruiselings verzuim die in werking kan treden indien we in gebreke blijven onder een van onze andere kredietfaciliteiten of onder een van de kredietfaciliteiten van onze joint ventures waarin we een participatie van 50 % hebben.
Per 31 december 2022 en per de datum van dit jaarverslag voldeden we aan de financiële convenanten en andere beperkingen in onze schuldovereenkomsten.
We zijn afhankelijk van onze directieleden en werknemers op sleutelposities en het verlies van hun diensten kan op korte termijn een wezenlijk nadelig effect hebben op onze activiteiten, resultaten en financiële toestand.
We zijn afhankelijk van de inspanningen, kennis, kunde, reputaties en zakelijke contacten van onze directieleden en andere
werknemers op sleutelposities. Bijgevolg zal ons succes afhangen van de voortzetting van het dienstverband van deze personen. We kunnen te maken krijgen met het vertrek van senior directieleden en andere werknemers op sleutelposities, en we kunnen niet voorspellen welke invloed hun vertrek zou hebben op ons vermogen om onze financiële doelstellingen te realiseren. Het verlies van de diensten van een van hen kan op korte termijn een wezenlijk nadelig effect hebben op onze activiteiten, bedrijfsresultaten en financiële toestand.
Stijgende brandstofprijzen kunnen onze winst aantasten.
Aangezien wij onze schepen hoofdzakelijk op de spotmarkt inzetten, verwachten wij dat brandstof doorgaans de grootste kostenpost zal zijn bij onze scheepvaartactiviteiten van onze schepen. De brandstofkosten, met inbegrip van de brandstofefficiëntie of de mogelijkheid om goedkopere brandstof te gebruiken, kunnen ook een belangrijke factor zijn die door bevrachters in aanmerking wordt genomen bij de onderhandelingen over bevrachtingstarieven. De prijs en het aanbod van brandstof is onvoorspelbaar en schommelen onder invloed van gebeurtenissen die buiten onze macht liggen, inclusief geopolitieke ontwikkelingen (zoals de aanhoudende/lopende conflicten tussen Rusland en Oekraïne, de vraag naar en het aanbod van olie en gas, maatregelen van de Organization of the Petroleum Exporting Countries (OPEC), en andere olie- en gasproducenten, oorlog en onrust in olieproducerende landen en regio’s, regionale productiepatronen en milieuoverwegingen. Brandstof kan daarom in de toekomst veel duurder worden en het is mogelijk dat wij deze hogere kosten niet volledig kunnen terugverdienen via onze bevrachtingstarieven.
Brandstof is ook een aanzienlijke, zo niet de grootste, kostenpost in onze scheepvaartactiviteiten wanneer schepen op de spotmarkt worden geëxploiteerd in het kader van een reisbevrachtingsovereenkomst. Bijgevolg kan een stijging van de brandstofprijs die onze verwachtingen overstijgt, een negatieve invloed hebben op onze rentabiliteit op het moment dat we onderhandelen over een bevrachtingsovereenkomst. Verder is brandstof veel duurder geworden als gevolg van regelgeving die sinds januari 2020 van kracht is en die een verlaging van de zwaveluitstoot tot 0,5 % voorschrijft, waardoor de winstgevendheid en het concurrentievermogen van onze activiteiten ten opzichte van andere vormen van transport (bijv. over de weg of per spoor) kunnen afnemen. Andere toekomstige regelgeving kan een soortgelijke impact hebben.
Wegens het risico binnen de markt en de zelfbeperking van de Russische oliestromen is de prijs van scheepsbrandstoffen gestegen en zal deze in de nabije toekomst hoog blijven omdat Rusland 20% van de wereldwijde vraag naar brandstoffen op de HSFO-, VLSFO- en MGO-markten levert aan de bunkermarkten. De bunkerprijzen zijn in 2021 aanzienlijk gestegen en zijn in 2022 blijven stijgen. De prijzen voor zeer laagzwavelige stookolie (VLSFO) in Singapore begonnen in januari 2021 bij ongeveer 415 dollar per ton en bereikten eind december 2021 620 dollar per ton, een stijging van ongeveer 50%. De prijs van VLSFO is aanzienlijk gestegen als gevolg van het conflict in Oekraïne en ter indicatie: de prijs voor VLSFO in Singapore bereikte in juli 2022 ongeveer $1.100 per ton, maar is sindsdien gedaald. Op 9 februari 2023 bedroeg de prijs van VLSFO in Singapore ongeveer $656 per ton, maar er blijft onzekerheid bestaan over de toekomstige richting ervan. Deze prijsstijgingen zullen de kostenstructuur van de schepen negatief beïnvloeden, waardoor het duurder wordt om vracht over lange afstanden te vervoeren.
Met uitzondering van 12 VLCC-schepen en vier Suezmax-schepen zijn geen van onze schepen uitgerust met scrubbers en sinds 1 januari 2020 zijn we overgeschakeld op het verbranden van brandstoffen die voldoen aan de normen van de IMO. Wij blijven verschillende opties evalueren om te voldoen aan de regels en voorschriften van de IMO en andere regels en voorschriften en blijven nauw samenwerken met leveranciers en producenten van zowel scrubbers als alternatieve mechanismen.
Momenteel kopen we laagzwavelige stookolie rechtstreeks op de groothandelsmarkt om de beschikbaarheid van kwalitatief geschikte brandstof veilig te stellen en de volatiliteit van de prijzen tussen hoog- en laagzwavelige stookolie op te vangen. De aankoop van grote hoeveelheden laagzwavelige stookolie houdt een grondstofprijsrisico in wegens prijsschommelingen tussen het moment van aankoop en verbruik. Hoewel we financiële strategieën kunnen toepassen om dit risico te beperken, kunnen we niet garanderen dat die strategieën succesvol zullen zijn. Indien ze niet succesvol zijn, zouden we aanzienlijke verliezen kunnen lijden die een wezenlijke impact kunnen hebben op onze activiteiten, financiële toestand, bedrijfsresultaten en kasstroom. De opslag van de aangekochte grondstoffen en het verdere verbruik ervan op onze schepen kan vereisen dat we deze grondstoffen mengen, samenvoegen of op een andere manier combineren, behandelen of manipuleren. Dit houdt bepaalde operationele risico's in die kunnen leiden tot verlies van of schade aan de aangekochte grondstoffen of de schepen en hun machines.
We zijn afhankelijk van onze informatiesystemen om onze activiteiten uit te voeren, en als we er niet in slagen deze systemen te beschermen tegen inbreuken op de beveiliging, kan dat nadelige gevolgen hebben voor onze activiteiten en bedrijfsresultaten. Indien deze systemen uitvallen of onbeschikbaar worden gedurende een langere periode, kan dit negatieve gevolgen hebben voor onze activiteiten.
De veiligheid en beveiliging van onze schepen en de efficiënte werking van ons bedrijf, met inbegrip van de verwerking, overdracht en opslag van elektronische en financiële informatie, zijn afhankelijk van computer hardware en -softwaresystemen, die steeds kwetsbaarder worden voor inbreuken op de beveiliging en andere storingen. Onze schepen zijn voor een aanzienlijk deel van hun activiteiten afhankelijk van informatiesystemen, waaronder navigatie, dienstverlening, voortstuwing, machinebeheer, stroomregeling, communicatie en vrachtbeheer. Een storing in het informatiesysteem van een van onze schepen kan leiden tot onjuiste routering, aanvaringen, stranding en uitval van de voortstuwing.
Buiten onze schepen, krijgen wij te maken met bedreigingen voor onze gegevens en systemen, waaronder aanvallen met malware en computervirussen, scans van internetnetwerken, systeemstoringen en verstoringen. Een cyberaanval die onze IT- beveiligingssystemen omzeilt en een inbreuk op de IT-beveiliging veroorzaakt, kan leiden tot een materiële verstoring van onze IT- systemen en nadelige gevolgen hebben voor onze dagelijkse activiteiten en leiden tot het verlies van gevoelige informatie, waaronder onze bedrijfseigen informatie en die van onze klanten, leveranciers en werknemers. Dergelijke verliezen kunnen onze reputatie schaden en resulteren in concurrentienadelen, rechtszaken, handhavingsacties van regelgevende instanties, gederfde inkomsten, extra kosten en aansprakelijkheid. Hoewel we aanzienlijke middelen inzetten om een adequaat niveau van cyberbeveiliging te handhaven, is het mogelijk dat onze middelen en technische verfijning niet volstaan om alle soorten cyberaanvallen te voorkomen.
We vertrouwen op door de industrie aanvaarde beveiligings- en controlekaders en technologie om vertrouwelijke en bedrijfseigen informatie en persoonsgegevens die op onze informatiesystemen worden bewaard, veilig te bewaren. Het is echter mogelijk dat deze maatregelen en technologie inbreuken op de beveiliging niet afdoende voorkomen. Bovendien, kan de onbeschikbaarheid van de informatiesystemen of het onvermogen van deze systemen om te presteren zoals verwacht, om welke reden dan ook, onze activiteiten verstoren en resulteren in verminderde prestaties en hogere operationele kosten, wat negatieve gevolgen kan hebben voor onze activiteiten en bedrijfsresultaten. Elke belangrijke onderbreking of storing van onze informatiesystemen of elke belangrijke inbreuk op de beveiliging kan een ongunstig effect hebben op onze activiteiten, bedrijfsresultaten en financiële toestand, alsook op onze kasstromen. Bovendien kunnen sinds 25 mei 2018 inbreuken in verband met persoonsgegevens, zoals gedefinieerd in de algemene verordening gegevensbescherming (Verordening (EU) 2016/679), resulteren in administratieve boetes die kunnen oplopen tot 20 miljoen euro of tot 4 % van de totale wereldwijde jaaromzet van het bedrijf, afhankelijk van welk bedrag hoger is.
Daarnaast zijn er cyberaanvallen tegen de Oekraïense regering en andere landen in de regio gemeld in verband met de aanhoudende/lopende conflicten tussen Rusland en Oekraïne. Voor zover zulke aanvallen neveneffecten hebben op de wereldwijde kritieke infrastructuur of financiële instanties, kunnen dergelijke ontwikkelingen een nadelige invloed hebben op onze activiteiten, bedrijfsresultaten en financiële toestand. Het is moeilijk om op dit moment de waarschijnlijkheid van een dergelijke dreiging en de mogelijke impact ervan in te schatten.
Verder heeft de SEC in maart 2022 wijzigingen voorgesteld op haar regels inzake risicobeheer, strategie, bestuur, en openbaarmaking van incidenten op het gebied van cyberbeveiliging. De voorgestelde wijzigingen, indien toegepast, vereisen dat
we materiële cyberbeveiligingsincidenten met betrekking tot zijn informatiesystemen meldt en periodiek rapporteert over ons beleid en procedures om cyberbeveiligingsrisico’s vast te stellen en te beheren, naast andere openbaarmakingen.
Het is mogelijk dat wij niet in staat zijn om op de zeer competitieve internationale markt doeltreffend te concurreren voor bevrachtingsovereenkomsten.
Onze schepen worden ingezet op een zeer concurrerende markt die kapitaalintensief is. De concurrentie komt van andere eigenaars van schepen, waaronder grote oliemaatschappijen, nationale oliemaatschappijen of maatschappijen die verbonden zijn aan de autoriteiten van olieproducerende of olie-importerende landen, alsook onafhankelijke tankermaatschappijen die allen over aanzienlijk meer middelen kunnen beschikken dan wij. De concurrentie voor het vervoer van ruwe olie en andere aardolieproducten hangt af van de prijs, locatie, grootte, leeftijd, staat en aanvaardbaarheid van de scheepsexploitant voor de bevrachter. Concurrenten met meer middelen zouden door consolidaties of overnames grotere tankervloten kunnen bekomen en exploiteren, en zouden in staat kunnen zijn meer concurrerende prijzen en vloten aan te bieden. Aangezien de eigendom van de wereldwijde tankervloot sterk versnipperd is, is geen enkele eigenaar van een schip in staat is de bevrachtingstarieven te beïnvloeden.
We zijn onderhevig aan bepaalde risico's met betrekking tot onze tegenpartijen en indien onze tegenpartijen hun verplichtingen niet nakomen, kunnen we verliezen lijden of kan dat negatieve gevolgen hebben voor onze bedrijfsresultaten en kasstromen.
We zijn diverse contracten aangegaan, en zullen dat mogelijk in de toekomst nog doen, waaronder scheepsbouwcontracten of langetermijncontracten, zoals de FSO-schepen die in Qatarese wateren worden ingezet, kredietfaciliteiten, verzekeringsovereenkomsten, reis- en tijdbevrachtingsovereenkomsten en andere overeenkomsten in verband met de exploitatie van onze schepen. Dergelijke overeenkomsten stellen ons bloot aan tegenpartijrisico's.
Euronav heeft een gedetailleerd beleid opgesteld inzake tegenpartijrisico’s om het risico op wanbetaling te vermijden, op te volgen, te beperken en doeltreffend te beheren door middel van een kredietlimietsysteem dat de maximale blootstelling van Euronav aan een enkele tegenpartij beperkt, evenals andere risicobeperkende maatregelen. Deze limieten worden periodiek opgevolgd en worden berekend rekening houdend met een reeks factoren die bepalend zijn voor de goedkeuring van alle tegenpartijen, met inbegrip van een beoordeling van de financiële sterkte en financiële ratings (indien beschikbaar) van de tegenpartij, haar reputatie, het compliance-, regelgevings- en juridisch risico op basis van huidige en toekomstige risico's voor inkomsten of kapitaal voortvloeiend uit schendingen door de tegenpartij van of niet-naleving van internationale sanctielijsten (zoals de Amerikaanse Office of Foreign Assets Control (OFAC), de Britse Bribery Act en de sanctielijst van de EU), wetten, regels, voorschriften, voorgeschreven praktijken, intern beleid, interne procedures of ethische normen.
Niettegenstaande deze maatregelen zal het vermogen en de bereidheid van elk van onze tegenpartijen om haar betalings- en andere verplichtingen uit hoofde van een contract met ons na te komen, afhangen van een aantal factoren waarop we geen vat hebben, zoals de algemene economische omstandigheden, de toestand van de maritieme en offshore-industrie, de algemene financiële toestand van de tegenpartij, de voor specifieke soorten schepen ontvangen bevrachtingstarieven, de vraag naar en het aanbod van grondstoffen zoals olie en andere aardolieproducten, werkonderbrekingen of andere arbeidsongeregeldheden, onder meer als gevolg van de COVID-19-pandemie en diverse uitgaven. Mocht een tegenpartij haar verplichtingen uit hoofde van een dergelijk contract niet nakomen of proberen opnieuw te onderhandelen over onze overeenkomsten, kunnen wij aanzienlijke verliezen lijden die een wezenlijk nadelig effect kunnen hebben op onze activiteiten, financiële toestand, bedrijfsresultaten, kasstromen, ons vermogen om aan de houders van onze gewone aandelen dividenden uit te keren in de verwachte bedragen of in het geheel niet en de naleving van de convenanten in onze overeenkomsten inzake gewaarborgde leningen.
Bovendien is het mogelijk dat onze bevrachters en klanten in ongunstige marktomstandigheden niet langer een schip nodig hebben dat momenteel wordt bevracht of onder contract staat, of dat ze een vergelijkbaar schip kunnen krijgen tegen lagere tarieven. Als gevolg daarvan kunnen bevrachters en klanten proberen opnieuw te onderhandelen over de voorwaarden van hun bestaande bevrachtingsovereenkomsten of kunnen ze zich trachten te onttrekken aan hun verplichtingen onder die overeenkomsten.
De huidige toestand op de wereldwijde financiële markten en de huidige economische omstandigheden kunnen een nadelige invloed hebben op onze bedrijfsresultaten, financiële toestand, kasstromen, ons vermogen om financiering te verkrijgen of onze bestaande en toekomstige kredietfaciliteiten tegen aanvaardbare voorwaarden te herfinancieren, wat negatieve gevolgen kan hebben op onze activiteiten.
De wereldwijde financiële markten en economische omstandigheden zijn de afgelopen tien jaar soms verstoord en volatiel
geweest, onder meer in 2020, 2021 en 2022 als gevolg van de COVID-19-pandemie en het aanhoudende conflict tussen Rusland en Oekraïne. Terwijl de wereldeconomie de afgelopen jaren was verbeterd, heeft de uitbraak van COVID-19 de wereldeconomie dramatisch verstoord. Verwacht wordt dat de economische groei zal vertragen, onder meer als gevolg van de verstoring van de toeleveringsketen, de recente stijging van de inflatie en de daarmee samenhangende maatregelen van de centrale banken en de geopolitieke omstandigheden, met een aanzienlijk risico van recessie in vele delen van de wereld op korte termijn. De kredietmarkten en de schuld- en aandelenkapitaalmarkten hebben het moeilijk gehad en de onzekerheid over de toekomst van de mondiale kredietmarkten heeft geresulteerd in een verminderde toegang tot krediet wereldwijd, en met name voor de scheepvaartsector. Deze kwesties, samen met de aanzienlijke afschrijvingen in de financiële dienstensector, de herprijzing van kredietrisico en de onzekere economische omstandigheden, hebben het moeilijk gemaakt om bijkomende financiering te verkrijgen, en kunnen dat mogelijks blijven doen. De huidige toestand op de wereldwijde financiële markten en de huidige economische omstandigheden kunnen een nadelige invloed hebben op ons vermogen om bijkomend eigen vermogen uit te geven tegen prijzen die niet verwaterend zijn voor onze bestaande aandeelhouders of kunnen ons beletten om überhaupt eigen vermogen uit te geven. Economische omstandigheden kunnen ook een negatieve invloed hebben op de beurskoers van onze gewone aandelen.
Als gevolg van de bezorgdheid over de stabiliteit van de financiële markten in het algemeen en de solvabiliteit van tegenpartijen in het bijzonder, zijn de beschikbaarheid en de kosten om geld te verkrijgen van publieke en private aandelen- en schuldkapitaalmarkten moeilijker geworden. Veel kredietverstrekkers hebben de rentetarieven verhoogd, strengere kredietvoorwaarden ingevoerd, geweigerd bestaande schuld te herfinancieren of te herfinancieren tegen voorwaarden die vergelijkbaar zijn met die van de uitstaande schuld, en hebben de financiering van kredietnemers en andere marktdeelnemers, waaronder beleggers in aandelen en schuldpapier, beperkt en in sommige gevallen stopgezet, en sommige zijn niet bereid geweest om te investeren of om dat tegen aantrekkelijke voorwaarden te doen. Als gevolg van deze factoren kunnen we er niet zeker van zijn dat financiering beschikbaar zal zijn indien nodig en in de mate dat dit vereist is, of dat we in staat zullen zijn onze bestaande en toekomstige kredietfaciliteiten te herfinancieren tegen aanvaardbare voorwaarden of zelfs helemaal niet. Als financiering of herfinanciering niet beschikbaar is wanneer nodig, of alleen beschikbaar is tegen ongunstige voorwaarden, zijn wij mogelijk niet in staat om aan onze verplichtingen te voldoen op het moment dat ze verschuldigd zijn of om onze bestaande activiteiten te verbeteren, bijkomende schepen te verwerven of anderszins te profiteren van zakelijke kansen die zich aandienen.
Verder, hebben een aantal toonaangevende verstrekkers van kredieten aan de scheepvaartindustrie en andere deelnemers uit de sector in 2019 de Poseidon Principles aangekondigd, een wereldwijd kader aan de hand waarvan financiële instellingen de klimaatafstemming van hun scheepsfinancieringsportefeuilles kunnen beoordelen. Vervolgens hebben nog meer kredietverstrekkers aangekondigd zich aan die principes te willen houden. Indien de schepen in onze vloot geacht worden niet te voldoen aan de emissienormen en andere duurzaamheidsnormen die vervat zijn in de Poseidon Principles, waaraan wij deelnemen, kan dat negatieve gevolgen hebben voor de beschikbaarheid en de kosten van bankkredieten voor dergelijke schepen.
Als de economische omstandigheden wereldwijd verslechteren, zal dat een nadelige invloed hebben op onze bedrijfsresultaten, financiële toestand en kasstromen.
Historisch gezien bestaat er een sterk verband tussen de ontwikkeling van de wereldeconomie en de vraag naar energie, met inbegrip van olie en gas. Indien de vooruitzichten voor de wereldeconomie langdurig verslechteren, zou de totale vraag naar olie en gas en naar onze diensten kunnen afnemen. Dergelijke veranderingen kunnen een ongunstig effect hebben op onze bedrijfsresultaten en kasstromen.
De vrachtvolumes bleven gedurende het grootste deel van 2022 onder de niveaus van 2019 als gevolg van beperkingen op de economische activiteit en de daaruit voortvloeiende daling van zowel de vraag naar ruwe olie als het aanbod van exportvrachten, wat te wijten was aan de omikron variant van het COVID-19-virus, alsook de implementatie van het prijsplafond van de G7 voor de export van Russische ruwe olie. Als gevolg van de zeer onvoorspelbare aard van de COVID-19-pandemie kunnen we niet garanderen dat de vrachttarieven en marktactiviteit zich zullen herstellen. Zie ook 'De aanhoudende gevolgen van de COVID-19-pandemie en andere uitbraken van epidemische en pandemische ziekten en de reacties daarop van de overheid kunnen een wezenlijk en nadelig effect hebben op onze activiteiten, financiële toestand en bedrijfsresultaten'. We worden geconfronteerd met risico's die samenhangen met veranderingen in de economische omgeving, veranderingen in sanctieregelingen en handelsbeperkingen opgelegd door regeringen, vooral zoals geïmplementeerd in reactie op de invasie van Oekraïne. Wij lopen het risico van veranderende overheidsvoorschriften, veranderingen in marges of rentevoeten en instabiliteit op de bancaire en effectenmarkten
over de hele wereld. Grote marktverstoringen kunnen een nadelige invloed hebben op onze activiteiten of kunnen ons vermogen aantasten om bedragen te lenen onder onze kredietfaciliteiten of eventuele toekomstige financiële overeenkomsten. Indien geen financiering beschikbaar is, is het ook mogelijk dat we niet in staat zijn zakelijke kansen te benutten of te reageren op concurrentiedruk.
De aanhoudende bezorgdheid over COVID-19, inflatie, stijgende rentevoeten, energiekosten, geopolitieke kwesties, inclusief oorlogshandelingen en de beschikbaarheid en kost van krediet hebben bijgedragen aan een hogere volatiliteit en lagere verwachtingen voor de economie en de markten in de toekomst. Deze factoren, in combinatie met volatiele olieprijzen en een dalend vertrouwen van bedrijven en consumenten, hebben de vrees voor een mogelijke economische recessie aangewakkerd. De binnenlandse en internationale aandelenmarkten blijven een hogere volatiliteit en onrust ervaren. De zwakte in de wereldwijde economie heeft geleid, en kan blijven leiden, tot een daling in de wereldwijde vraag naar bepaalde goederen, en bijgevolg scheepvaart.
Een economische vertraging of veranderingen in het economische en politieke klimaat in de regio Azië-Stille Oceaan kunnen een wezenlijk ongunstig effect hebben op onze activiteiten, financiële toestand en bedrijfsresultaten.
We verwachten dat een aanzienlijk aantal van de havens die door onze schepen worden aangedaan, laad- of losactiviteiten in
havens in de regio Azië-Stille Oceaan zullen blijven inhouden. Bijgevolg kunnen negatieve veranderingen in de economische omstandigheden in een land in de regio Azië-Stille Oceaan, met name in China, een wezenlijk nadelig effect hebben op onze activiteiten, financiële toestand en bedrijfsresultaten, alsook op onze toekomstperspectieven.
We kunnen niet garanderen dat de Chinese economie in de toekomst niet aanzienlijk zal krimpen. Bovendien is er een toenemende dreiging van een Chinese financiële crisis door de enorme schuldenlast van particulieren en bedrijven en als gevolg van 'handelsoorlogen'. De laatste jaren hebben China en de Verenigde Staten steeds meer protectionistische handelsmaatregelen getroffen, resulterend in aanhoudende handelsspanningen tussen beide landen, met inbegrip van aanzienlijke tariefverhogingen. Hoewel de Verenigde Staten en China in januari 2020 met succes een tussentijds handelsakkoord hebben gesloten dat de handelsspanningen heeft doen afnemen, waarbij beide partijen de tarieven hebben teruggeschroefd, valt niet te voorspellen in hoeverre het handelsakkoord met succes zal worden uitgevoerd. Een daling van de Chinese in- en uitvoer kan een ongunstig effect hebben op onze activiteiten, bedrijfsresultaten en financiële toestand.
Een economische vertraging in de regio Azië-Stille Oceaan, vooral in China, kan een negatief effect heben op ons. In de recente geschiedenis, had China een van de snelst groeiende economieën ter wereld wat betreft het bruto binnenlands product, of BBP, wat een aanzienlijke invloed had op de vraag naar vervoer. De groei van het Chinese BBP voor het jaar eindigend op 31 december 2022 wordt echter geraamd op ongeveer 3,0%, tegen 8,1% voor het jaar eindigend op 31 december 2021. Na het ontstaan van COVID-19 werd China geconfronteerd met een verminderde industriële activiteit door tijdelijke sluitingen van fabrieken en andere faciliteiten, arbeidstekorten en reisbeperkingen. Als zodanig kunnen China en andere landen in de regio Azië-Stille Oceaan in de toekomst een vertraagde of zelfs negatieve economische groei blijven ondervinden. Onze financiële positie en bedrijfsresultaten, evenals onze toekomstperspectieven, zouden waarschijnlijk worden belemmerd door een economische neergang in een van deze landen.
Ook lopen er in China verschillende initiatieven om het land minder afhankelijk te maken van (buitenlandse) olie, zoals het 'Net Zero 2060'-initiatief en de ontwikkeling van schalieolie op hun eigen grondgebied, wat een invloed zou kunnen hebben op de vraag naar het vervoer van olie. De wijze waarop China tegen 2060 koolstofneutraliteit tracht te bereiken, en een daarmee gepaard gaande vermindering van de vraag naar olie, petroleum en aanverwante producten, zou een wezenlijk nadelig effect kunnen hebben op onze activiteiten, kasstromen en bedrijfsresultaten.
Daarnaast heeft president Xx Xxxxxxx zijn land tijdens de Algemene Vergadering van de VN heeft ingestemd om tegen 2060 koolstofneutraliteit in zijn te bereiken, ongeacht het feit dat koolstofemissies momenteel een prominent onderdeel zijn van de economische en industriële structuur van China, aangezien het land sterk afhankelijk is van niet-hernieuwbare energiebronnen, energie-efficiëntie over het algemeen ontbreekt en de vraag naar energie snel toeneemt. Afhankelijk van de manier waarop China tracht koolstofneutraliteit te bereiken tegen 2060, onder meer door een vermindering van het gebruik van olie, een algemene toename van het gebruik van niet-hernieuwbare energie als onderdeel van de energieconsumptiemix en via andere middelen, zou elke vermindering van de vraag naar olie en olieproducten en onze schepen een wezenlijk nadelig effect kunnen hebben op onze activiteiten, kasstromen en bedrijfsresultaten.
De Chinese overheid kan een beleid voeren dat binnenlandse olietankerbedrijven bevoordeelt en dat ons vermogen om effectief met hen te concurreren kan belemmeren. China heft bijvoorbeeld een belasting op niet-ingezeten internationale transportondernemingen die passagiers of vracht naar en vanuit China vervoeren met eigen, gecharterde of geleasede schepen. Deze verordening zou internationale transportbedrijven kunnen onderwerpen aan Chinese vennootschapsbelasting op winsten die worden gegenereerd met internationale transportdiensten via Chinese havens. Deze belasting of gelijkaardige regelgeving, zoals de onlangs afgekondigde milieubelasting op steenkool, kan leiden tot een stijging van de kosten van in China ingevoerde grondstoffen, en van de risico's die verbonden zijn aan de invoer van grondstoffen naar China, alsook tot een daling van alle grondstoffen die door onze bevrachters naar China worden verscheept. Dit zou een nadelig effect kunnen hebben op de activiteiten, bedrijfsresultaten en financiële toestand van onze bevrachters en zou daardoor hun vermogen kunnen aantasten om ons tijdig te betalen, hun tijdbevrachtingsovereenkomsten met ons te verlengen of het aantal tijdbevrachtingsovereenkomsten met ons te verhogen.
Onze activiteiten worden beïnvloed door macro-economische omstandigheden, waaronder stijgende inflatie, rentetarieven, marktvolatiliteit, economische onzekerheid en beperkingen in de toeleveringsketen.
Er is historisch gezien een sterk verband tussen de ontwikkeling van de wereldeconomie en de vraag naar energie, waaronder olie
en gas. Een langere periode van verslechtering van de vooruitzichten voor de wereldeconomie zou de totale vraag naar olie en gas en naar onze diensten kunnen doen afnemen. Hoewel de marktomstandigheden zijn verbeterd, kunnen aanhoudende ongunstige en zich ontwikkelende economische en overheidsfactoren, samen met de gelijktijdige volatiliteit van de chartertarieven en de waarde van de schepen, een wezenlijk nadelig effect hebben op onze bedrijfsresultaten, financiële toestand en kasstromen, en zou de prijs van onze gewone aandelen kunnen dalen.
Ons vermogen om financiering te verkrijgen is afhankelijk van goed functionerende kapitaalmarkten en van de bereidheid om financiering te verstrekken aan de scheepvaartsector. Momenteel functioneren de kapitaalmarkten goed en is er financiering beschikbaar voor de scheepvaartsector. Indien de wereldwijde economische omstandigheden echter verslechteren of indien geldschieters om welke reden dan ook besluiten geen schuldfinanciering aan ons te verstrekken, is het mogelijk dat wij geen aanvullende financiering kunnen verkrijgen in de vereiste mate, tegen aanvaardbare voorwaarden of helemaal niet. Als aanvullende financiering niet beschikbaar is wanneer zij nodig is, of alleen tegen ongunstige voorwaarden, is het mogelijk dat wij niet aan onze verplichtingen kunnen voldoen wanneer deze vervallen, of dat wij niet in staat zijn onze bestaande activiteiten te verbeteren, extra schepen te verwerven of anderszins zakelijke kansen te benutten wanneer deze zich voordoen. Daarnaast hebben bepaalde banken hun kredietverlening voor olieladingen verminderd of stopgezet, hetgeen een negatieve economische impact op onze klanten kan hebben.
Diverse macro-economische factoren kunnen onze activiteiten en de resultaten van onze activiteiten en financiële toestand negatief beïnvloeden, waaronder veranderingen in inflatie, rente en algemene economische omstandigheden en onzekerheden zoals die welke voortvloeien uit de huidige en toekomstige omstandigheden op de wereldwijde financiële markten. De inflatie heeft ons bijvoorbeeld negatief beïnvloed doordat onze arbeidskosten, via hogere lonen en hogere rentevoeten, en onze bedrijfskosten zijn gestegen. Beperkingen in de toeleveringsketen hebben geleid tot een hogere inflatie, die indien zij aanhoudt een negatief effect kan hebben op onze productontwikkeling en activiteiten. Indien de inflatie of andere factoren aanzienlijk zouden toenemen, kunnen onze bedrijfsactiviteiten negatief worden beïnvloed. Rentevoeten, de liquiditeit van de kredietmarkten en de volatiliteit van de kapitaalmarkten kunnen ook een invloed hebben op de werking van ons bedrijf en ons vermogen om tegen gunstige voorwaarden of helemaal geen kapitaal aan te trekken om onze activiteiten te financieren.
Een verschuiving in de consumentenvraag van olie naar andere energiebronnen kan een wezenlijk nadelig effect hebben op onze activiteiten.
Een aanzienlijk deel van onze inkomsten is gerelateerd aan de olie-industrie en ons gebrek aan diversificatie zou gevolgen kunnen hebben voor de vraag naar onze schepen. We zijn bijna uitsluitend afhankelijk van de kasstromen die worden gegenereerd uit bevrachtingsovereenkomsten voor onze schepen die worden ingezet in het tankersegment van de scheepvaartsector. Door ons gebrek aan diversificatie hebben ongunstige ontwikkelingen in de tankvaart een aanzienlijk grotere impact op onze financiële toestand en bedrijfsresultaten dan wanneer we meer gediversifieerde activa of bedrijfsactiviteiten zouden hebben. Bijgevolg kunnen ongunstige ontwikkelingen in de tankersector ons vermogen om aan onze betalingsplicht te voldoen en onze winstgevendheid verminderen.
Een verschuiving in of verstoring van de consumentenvraag van olie naar andere energiebronnen zoals elektriciteit, aardgas, vloeibaar aardgas of waterstof, zal mogelijk een invloed hebben op de vraag naar onze tankers. Een verschuiving van het gebruik van voertuigen met een verbrandingsmotor naar elektrische voertuigen kan ook de vraag naar olie doen afnemen. Deze factoren kunnen een wezenlijk nadelig effect hebben op onze toekomstige prestaties, bedrijfsresultaten, kasstromen en financiële positie.
'Piekolie' is het jaar waarin het maximale tempo van oliewinning wordt bereikt. Recente voorspellingen van de 'piekolie' lopen uiteen van eind jaren 2020 tot 2040, afhankelijk van de economie en de reactie van overheden op de opwarming van de aarde. De OPEC houdt vol dat de vraag naar olie rond 2040 een plateau zal bereiken, ondanks de overgang naar andere energiebronnen. Los van 'piekolie' kan de aanhoudende verschuiving van de consumentenvraag van olie naar andere energiebronnen zoals windenergie, zonne-energie, waterstofenergie of kernenergie, die lijkt te versnellen als gevolg van de COVID-19-pandemie, evenals de verschuiving van verbintenissen die overheden zich opleggen en steun voor energie transitie programma's, een wezenlijk nadelig effect hebben op onze toekomstige prestaties, bedrijfsresultaten, kasstromen en financiële positie.
Veranderingen in handelspatronen voor olie en olieproducten kunnen een wezenlijk nadelig effect hebben op onze activiteiten.
Handels- en distributiepatronen over zee worden hoofdzakelijk beïnvloed door het relatieve voordeel van de verschillende productiebronnen, verbruikslocaties, prijsverschillen en seizoen gebondenheid. Veranderingen in de handelspatronen van olie en olieproducten kunnen een aanzienlijke negatieve of positieve invloed hebben op het aantal ton-mijlen en bijgevolg op de vraag naar onze tankers. Dit zou een wezenlijk nadelig effect kunnen hebben op onze toekomstige prestaties, bedrijfsresultaten, kasstromen en financiële positie.
Een gebrek aan technologische innovatie om te voldoen aan kwaliteits- en efficiëntie-eisen kan onze inkomsten uit bevrachting en de waarde van onze schepen doen dalen.
Onze klanten, met name die in de olie-industrie, hebben veel – en bovendien steeds meer – aandacht voor kwaliteits- en nalevingsnormen bij hun leveranciers in de hele toeleveringsketen, met inbegrip van het scheepvaart- en transportsegment. De voortdurende naleving van deze normen en kwaliteitseisen is van vitaal belang voor onze activiteiten. De bevrachtingstarieven en de waarde en operationele levensduur van een schip worden bepaald door een aantal factoren, zoals de efficiëntie, operationele flexibiliteit en fysieke levensduur van het schip. Efficiëntie omvat snelheid, brandstofbesparing en de mogelijkheid om vrachten snel te laden en lossen. Flexibiliteit omvat de mogelijkheid om havens binnen te varen, de desbetreffende aanlegfaciliteiten te gebruiken en door kanalen en zeestraten te varen. De fysieke levensduur van een schip hangt samen met het oorspronkelijke ontwerp en de constructie, het onderhoud van het schip en de impact van de druk van de activiteiten. Er zijn meer technologisch geavanceerde tankers gebouwd sinds onze schepen gebouwd werden en er kunnen tankers met verdere vooruitgang gebouwd worden die nog efficiënter en flexibeler zijn of een langere fysieke levensduur hebben, inclusief nieuwe schepen die alternatieve brandstoffen gebruiken of die anders door bevrachters als milieuvriendelijker worden beschouwd. We ondervinden concurrentie van bedrijven met modernere schepen met een brandstofefficiënter ontwerp dan onze schepen, en als er nieuwe tankers worden gebouwd die efficiënter of flexibeler zijn of een langere fysieke levensduur hebben dan de huidige eco-schepen, kan de concurrentie van de huidige eco-schepen en van technologisch meer geavanceerde schepen een nadelige invloed hebben op de tarieven die we voor onze schepen ontvangen en kan de doorverkoopwaarde van onze schepen aanzienlijk dalen. In deze omstandigheden, kan het dat we verplicht zijn/gedwongen zijn om onze schepen te verhuren aan minder kredietwaardige bevrachters, hetzij omdat de oliemultinationals en andere bevrachters van het hoogste niveau geen oudere en technologisch minder geavanceerde schepen huren of enkel zo’n schepen willen huren aan lagere bevrachtingstarieven dan wij kunnen krijgen van deze minder kredietwaardige
bevrachters van het tweede niveau. Technologisch geavanceerde schepen zijn ook nodig om te voldoen aan milieuwetgeving. De
investering in dergelijke schepen kan samen met het voorgaande een wezenlijk nadelig effect hebben op onze bedrijfsresultaten, onze inkomsten uit bevrachting en de doorverkoopwaarde van schepen, kasstromen, financiële toestand en ons vermogen om dividenden uit te keren.
Nieuwbouwprojecten zijn onderhevig aan risico's die kunnen leiden tot vertragingen, kostenoverschrijdingen of annulering van onze nieuwbouwcontracten.
Sinds 31 December 2022, hebben we momenteel acht schepen in aanbouw. Deze bouwprojecten zijn onderhevig aan risico's op vertragingen of kostenoverschrijdingen die inherent zijn aan alle grote bouwprojecten ten gevolge van talrijke factoren, zoals tekorten aan uitrusting/apparatuur, materiaal of geschoolde arbeidskrachten, ongeplande vertragingen bij de levering van bestelde materialen en uitrusting/apparatuur of de constructie uitgetekend door de scheepswerf, het niet voldoen van de uitrusting aan kwaliteits- en/of prestatienormen, financiële of operationele moeilijkheden ondervonden door leveranciers van uitrusting of de scheepswerf zelf, onverwachte werkelijke of veronderstelde wijzigingen aan het schip in aanbouw, het onvermogen om vereiste vergunningen of goedkeuringen te verkrijgen, onverwachte kostenstijgingen tussen het moment van bestelling en levering, ontwerp- of technische wijzigingen en werkonderbrekingen en andere arbeidsgeschillen, bedreigingen voor de volksgezondheid, ongunstige weersomstandigheden of andere mogelijke gevallen van overmacht. Aanzienlijke kostenoverschrijdingen of vertragingen kunnen een ongunstig effect hebben op onze financiële positie, bedrijfsresultaten en kasstromen. Bovendien kan het niet tijdig voltooien van een project leiden tot vertraging van de inkomsten uit dat schip.
Indien we om welke reden dan ook in gebreke blijven onder een van onze nieuwbouwcontracten of indien we er anderszins niet in slagen onze nieuwbouwschepen in ontvangst te nemen, zouden we niet in staat zijn de potentiële inkomsten uit die schepen te realiseren, zouden we ook onze investering geheel of gedeeltelijk kunnen verliezen, met inbegrip van gedane termijnbetalingen, zouden we aansprakelijk kunnen worden gesteld voor boetes en schadevergoedingen uit hoofde van dergelijke contracten en zouden we reputatieschade kunnen lijden.
Indien een scheepswerf zijn verplichtingen niet nakomt, kunnen we bovendien onze investering geheel of gedeeltelijk verliezen, wat een wezenlijk nadelig effect zou hebben op onze bedrijfsresultaten, financiële toestand en kasstromen.
Indien onze schepen havens aandoen in landen of gebieden waar sancties of embargo's gelden die zijn opgelegd door de Amerikaanse regering, de Europese Unie, de Verenigde Naties of andere toepasselijke overheidsinstanties, kan dat leiden tot geldboetes of andere straffen en kan dat negatieve gevolgen hebben voor onze reputatie en de markt voor onze gewone aandelen.
Hoewel schepen die eigendom zijn van ons of die door ons worden geëxploiteerd in 2022 geen havens hebben aangedaan in landen
of regio's die het voorwerp zijn van uitgebreide nationale of regionale sancties en/of embargo's opgelegd door de Amerikaanse regering of door andere toepasselijke overheidsinstanties ('Gesanctioneerde Jurisdicties') en dus geen sanctie- of embargowetten hebben overtreden, en wij trachten om redelijke voorzorgsmaatregelen te nemen om dergelijke risico's te beperken, is het mogelijk dat onze schepen in de toekomst vracht vervoeren vanuit havens, of dat ze havens aandoen, in Gesanctioneerde Jurisdicties in opdracht van bevrachters en/of zonder onze toestemming. Indien dergelijke activiteiten resulteren in een overtreding van toepasselijke sanctie- of embargowetten, riskeren we geldboetes, straffen, de opschorting van onze exploitatievergunning of andere sancties en kan dat negatieve gevolgen hebben voor onze reputatie en de markt voor onze gewone aandelen.
De wetten en voorschriften van deze verschillende rechtsgebieden verschillen in hun toepassing en zijn niet allemaal van toepassing op dezelfde betrokken personen of verbieden dezelfde activiteiten. Bovendien kunnen de wet- en regelgeving inzake sancties en embargo’s van elk rechtsgebied worden gewijzigd om de beperkingen die zij opleggen mettertijd te verhogen pof verlagen, en de lijsten van personen en entiteiten die onder deze wetten en regelgeving worden aangewezen regelmatig gewijzigd. Bovendien bepalen de meeste sanctieregelingen dat ook entiteiten in eigendom of die gecontroleerd worden door de personen of entiteiten die op dergelijke lijsten staan, ook aan sancties onderworpen zijn. Zowel de US als de EU hebben de afgelopen jaren nieuwe sanctieprogramma’s ingevoerd. Bijkomstige landen of gebieden, alsook bijkomstige personen of entiteiten in of gerelateerd aan deze landen of gebieden zijn het doelwit geworden van sancties en zullen dat in de toekomst worden. Deze vereisen dat wij zorgvuldig toezien op de naleving van de sanctiewetgeving. Verder heeft de US haar focus op de handhaving van sancties ten aanzien van de scheepvaartsector opgevoerd. Huidige of toekomstige tegenpartijen van ons kunnen gelieerd zijn of worden aan personen of entiteiten die nu of in de toekomst het voorwerp zijn van sancties die door de Amerikaanse regering, de Europese Unie en/of andere internationale instanties zijn opgelegd. Indien we vaststellen dat dergelijke sancties of embargo's ons verplichten bestaande of toekomstige contracten waarbij wij of onze dochterondernemingen partij zijn te beëindigen, of indien we in strijd blijken te zijn met dergelijke toepasselijke sancties of embargo's, kunnen we geldboetes opgelegd krijgen, kunnen we reputatieschade oplopen en kunnen onze bedrijfsresultaten negatief worden beïnvloed.
Als gevolg van de acties van Rusland in Oekraïne, hebben de V.S., EU en het Verenigd Koninkrijk samen met tal van andere landen, aanzienlijke sancties opgelegd aan personen en entiteiten die banden hebben met Rusland en Belarus, alsook uitgebreide sancties voor bepaalde gebieden in de Donbas-regio van Oekraïne, en dergelijke sancties zijn van toepassing op entiteiten die eigendom zijn van of gecontroleerd worden door dergelijke aangewezen personen of entiteiten. Deze sancties hebben een ongunstige invloed op ons vermogen om in deze regio te opereren en leggen ook beperkingen op aan partijen van wie we de vracht mogen vervoeren.
Sancties tegen Rusland hebben ook aanzienlijke verboden ingesteld op het vervoer over zee van Russische olie, de invoer van bepaalde Russische energieproducten en andere goederen, en nieuwe investeringen in de Russische Federatie. Deze sancties beperken verder de omvang van de toegestane activiteiten en de vracht die wij mogen vervoeren.
Vanaf begin februari 2022, kondigden president Xxxxx en verschillende Europese leiders verschillende economische sancties tegen Rusland aan in verband met de bovengenoemde conflicten in Oekraïne, wat een negatieve impact kan hebben op onze bedrijfsactiviteiten, gezien de rol van Rusland als belangrijke wereldtransporteur van ruwe olie en aardgas. Zowel de EU als de Verenigde Staten hebben sanctieprogramma’s ingevoerd, waaronder een verbod op de invoer van bepaalde Russische energieproducten naar de Verenigde Staten, inclusief ruwe olie, petroleum, petroleum brandstoffen, olie, vloeibaar aardgas en steenkool, alsook verboden op nieuwe investeringen in Rusland, naast andere beperkingen. Voorts hebben de EU en de Verenigde Staten een aantal specifieke diensten verboden die gerelateerd zijn aan het maritieme transport van ruwe olie en aardolieproducten van oorsprong uit de Russische Federatie, waaronder handel/goederenmakelaardij, financiering, scheepvaart, verzekering (met inbegrip van herverzekering en bescherming en schadeloosstelling), vlaggen en douanebemiddeling. Deze verboden zijn van kracht geworden op 5 februari 2022, wat betreft het vervoer over zee van ruwe olie en op 5 februari 2023 wat betreft het vervoer over zee van andere aardolieproducten. Er bestaat een uitzondering om dergelijke diensten toe te staan wanneer de prijs van de overzeese Russische olie het desbetreffende prijsplafond niet overtreft; maar de implementatie van deze prijsuitzondering is echter afhankelijk van een registratie- en attestatieproces waarmee elke partij in de toeleveringsketen van overzeese Russische olie kan aantonen of bevestigen dat de olie is aangekocht tegen of onder het prijsplafond. Overtredingen van het prijsplafond beleid of het risico dat informatie, documentatie of attesten van de toeleveringsketen later vals blijken te zijn, kunnen bijkomende risico’s inhouden die onze activiteiten negatief beïnvloeden.
Hoewel we van mening zijn dat we in 2022 alle toepasselijke wet- en regelgeving inzake sancties en embargo's hebben nageleefd en van plan zijn dat te blijven doen, kan niet worden gegarandeerd dat we dat in de toekomst ook zullen doen, vooral omdat de reikwijdte van bepaalde wetten onduidelijk kan zijn en onderhevig kan zijn aan veranderende interpretaties. Elke dergelijke overtreding kan leiden tot reputatieschade, boetes, straffen of andere sancties die ernstige gevolgen kunnen hebben voor ons vermogen om toegang te krijgen tot de Amerikaanse kapitaalmarkten en om onze activiteiten uit te oefenen en kan ertoe leiden dat sommige beleggers besluiten, of verplicht worden, om hun belang in ons van de hand te doen of om niet in ons te investeren.
Terroristische aanslagen en internationale vijandelijkheden en instabiliteit kunnen de tankerindustrie beïnvloeden, wat een ongunstig effect kan hebben op onze activiteiten.
Terroristische aanslagen, het uitbreken van oorlog, of het bestaan van internationale vijandelijkheden kunnen de wereldeconomie
schaden en nadelige gevolgen hebben voor de beschikbaarheid van en de vraag naar ruwe olie en aardolieproducten, en een ongunstig effect hebben op zowel het vermogen van de Vennootschap om haar schepen te bevrachten als op de bevrachtingstarieven die in het kader van bevrachtingsovereenkomsten moeten worden betaald. Daarnaast is Xxxxxxx actief in een sector van de economie die waarschijnlijk negatief zal worden beïnvloed door het effect van politieke instabiliteit, terroristische of andere aanslagen, oorlog of internationale vijandelijkheden. Politieke instabiliteit heeft in het verleden ook geleid tot aanvallen op schepen, het plaatsen van mijnen in waterwegen en andere pogingen om de internationale scheepvaart te verstoren, in het bijzonder in de regio van de Arabische Golf en recent in de Zwarte Zee in verband met de aanhoudende conflicten tussen Rusland en Oekraïne.
De recente ontwikkelingen in Oekraïne en de aanhoudende conflicten in het Midden-Oosten kunnen leiden tot nog meer gewapende conflicten overal ter wereld, wat kan bijdragen tot verdere economische instabiliteit op de wereldwijde financiële markten en in de internationale handel. Daarnaast zouden eventuele escalaties tussen de landen van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie en Rusland kunnen leiden tot vergeldingsmaatregelen van Rusland die mogelijk gevolgen kunnen hebben voor de scheepvaartsector.
Onze activiteiten kunnen ook negatief worden beïnvloed door handelstarieven, handelsembargo’s of andere economische sancties die handelsactiviteiten door de Verenigde Staten of andere landen tegen landen in het Midden-Oosten, Azië of elders beperken als gevolg van terroristische aanslagen, vijandelijkheden of diplomatieke of politieke druk.
Deze onzekerheden kunnen ook een nadelige invloed hebben op ons vermogen om bijkomende kredieten of verzekeringen te verkrijgen of om deze te verkrijgen tegen voorwaarden die voor ons aanvaardbaar zijn. Elk van deze gebeurtenissen kan een wezenlijk ongunstig effect hebben op onze bedrijfsresultaten, inkomsten en kosten.
Deze factoren kunnen ook onze kosten van de bedrijfsvoering verhogen, in het bijzonder de bemannings-, verzekerings- en beveiligingskosten, en kunnen de vennootschap verhinderen of beperken in het bekomen van verzekeringsdekking; al deze factoren kunnen een wezenlijk nadelig effect hebben op onze activiteiten, financiële toestand, bedrijfsresultaten en kasstromen.
De aanhoudende gevolgen van de COVID-19-pandemie en andere uitbraken van epidemische en pandemische ziekten en de reacties daarop van de overheid kunnen een wezenlijk en nadelig effect hebben op onze activiteiten, financiële toestand en bedrijfsresultaten.
De COVID-19 pandemie en varianten die ontstaan zijn hebben geleid tot talrijke acties van regeringen en overheidsinstanties in een
poging haar verspreiding te beperken, waaronder reisverboden, quarantaines en andere noodmaatregelen op het gebied van de volksgezondheid, en heeft een aantal landen lockdown-maatregelen ingevoerd die hebben geleid tot een aanzienlijke afname van de wereldwijde economische activiteit en tot extreme volatiliteit op de wereldwijde financiële markten. Deze maatregelen hebben geleid en zullen waarschijnlijk blijven leiden tot handelsverstoringen door onder meer de onbeschikbaarheid van personeel, verstoring van de toeleveringsketen, productieverstoringen, vertragingen in geplande strategische projecten en sluiting van bedrijven en faciliteiten. In 2022, leidde een heropleving in de COVID-19-besmettingen ertoe dat de Chinese regering in bepaalde provincies van China quarantainemaatregelen oplegde in het kader van het Chinese nul-COVID-beleid. Eind 2022 werden veel van deze maatregelen, inclusief de het Chinese nul-COVID-beleid, echter versoepeld. Wij kunnen echter niet voorspellen of en in welke mate noodmaatregelen inzake volksgezondheid en andere maatregelen opnieuw zullen worden ingevoerd bij een eventuele heropflakkering van het COVID-19-virus of varianten daarvan. Indien de COVID-19-pandemie langdurig aanhoudt of ernstiger wordt, kan de negatieve impact op de wereldeconomie en op de tarieven voor tankerschepen toenemen en kan dat negatieve gevolgen hebben voor onze activiteiten en kasstromen. Relatief zwakke wereldwijde economische omstandigheden tijdens perioden van volatiliteit hebben een aantal nadelige gevolgen voor de tankersector en andere scheepvaartsectoren, en kunnen ook in de toekomst dergelijke gevolgen blijven hebben, zoals:
• Lage bevrachtingstarieven, met name voor schepen die worden ingezet in het kader van kortlopende tijdbevrachtingsovereenkomsten of op de spotmarkt;
• Daling van de marktwaarde van tankers en beperkte tweedehandsmarkt voor de verkoop van schepen;
• Beperkte financiering voor schepen;
• Het niet nakomen van convenanten onder onze financieringen; en
• Faillissementen van bepaalde scheepsexploitanten, scheepseigenaren, scheepswerven en bevrachters.
Onze bedrijfsactiviteiten en de scheepvaartindustrie als geheel kunnen blijvend worden beïnvloed door een verminderd personeelsbestand en vertragingen bij de bemanningswissels als gevolg van quarantaines in verschillende landen en havens, alsook vertragingen in de constructie van nieuwbouwschepen, geplande droogdokken, tussentijdse of speciale inspecties van schepen en geplande of ongeplande scheepsreparaties en -verbeteringen. Bovendien kan elk geval van COVID-19 onder de bemanning leiden tot een periode van quarantaine voor dat schip en daarmee tot verlies van huur en extra kosten.
De uiteindelijke impact van