Stagehandleiding

Je ontwikkelt een eigen beroepshouding, benut je eigen sterke punten, werkt aan competenties en leert nieuwe inzichten en beroepsvaardigheden aan. Je bekwaamt je in methodisch en creatief handelen. Na een korte periode van oriëntatie neem je deel aan de activiteiten van de afdeling waar je stage loopt.

Aan het einde van de stage heb je laten zien dat je in staat bent om

• De competenties, waarover je als beginnend beroepsbeoefenaar dient te beschikken, te demonstreren in een (artistieke) werkomgeving;

• Relevante kennis en inzichten uit eerdere studiejaren op een effectieve manier toe te passen in de stageorganisatie;

• Een beschrijving te geven van relevante aspecten van de organisatie en de plaats van de beroepsbeoefenaar daarin;

• Een aantal relevante werkzaamheden op operationeel en/of artistiek gebied zonder direct toezicht uit te voeren; je doet dit op vakbekwame wijze en toont de juiste communicatieve vaardigheden.

Competenties

Totaal aantal uren: 200 ECTS: 7

Competentie 6: Ondernemerschap

De student beschikt over organisatievermogen en ondernemerschap

niveau 2

De student beschikt over de ‘harde feiten’ om zich zakelijk goed te organiseren. De student beschikt over de keuze voor een zakelijke organisatievorm om in opdracht te werken.

prestatie-indicatoren:

0.Xx student organiseert zijn eigen stage/projecten en doet daar verslag van

Competentie 7: Omgevingsgerichtheid

De student heeft een breed referentiekader laat zich in zijn visie op mens en maatschappij, kunst en cultuur en

op cabaret inspireren door diverse bronnen, waaronder zowel de alledaagse maatschappelijke actualiteit, als door (multi)culturele en wetenschappelijke bronnen

niveau 2

De student reageert direct of indirect op de actualiteit en de wereld om zich heen. Hij onderzoekt bronnen indien hij in zijn product reageert op deze werkelijkheid. De student kan zijn artistiek werk vanuit zijn

persoonlijke visie relateren aan de wereld om hem heen

prestatie-indicatoren:

2. De student kan in zijn voorstelling een incidenteel publiek bereiken door verwijzingen naar het specifieke

referentiekader van dat publiek

4. De student kan binnen bepaalde grenzen een voorstelling inhoudelijk aanpassen aan de wensen van

publiek en/of opdrachtgevers

Soorten stages

Er bestaan een aantal verschillende soorten stages die een student kan doen. Zo kan je een praktijkstage, een meeloopstage, of een maatschappelijke stage lopen. Deze soorten stages zijn bedoeld voor de studenten van verschillende opleidingsniveaus, hebben hun eigen kenmerken en een eigen stageduur.

Praktijkstage

Bij een praktijkstage ga je daadwerkelijk aan de slag binnen de organisatie of bedrijf dat je hebt gekozen. Voorbeelden van praktijkstages zijn theatergezelschappen, culturele organisaties, impresariaten etc.

In een praktijkstage wordt je op de vloer begeleidt door professionals uit het bedrijf/de organisatie. In veel gevallen heeft de praktijkstage raakvlakken met het theatervak maar ook bedrijven en organisaties die daar minder sterk verwant aan zijn komen in aanmerking. Voorwaarden voor een stagebedrijf zijn een adequate onderbouwing van je keuze , een professionele organisatie van het bedrijf is waarbinnen voldoende ruimte is voor eigen inbreng en adequate begeleiding daarvan.

Meeloopstage

Meeloopstages hebben een ander karakter. Vaak zijn het stages bij cabaretgezelschappen, cabaretiers, en regisseurs. Bij een meeloopstage kijk je letterlijk de kunst van het theatermaken af van de gezelschappen/cabaretiers/regisseurs van je keuze.

Voorwaarden voor de meeloopstage zijn een adequate onderbouwing van je keuze, en een formeel akkoord van gezelschappen/cabaretiers/regisseurs van je keuze.

Maatschappelijke stage

Maatschappelijke stage is voor studenten op dit moment in de politiek en de samenleving een hot item. Het gaat om een vorm van leren buiten de muren van de school, waarbij studenten door middel van vrijwilligersactiviteiten kennis maken met allerlei aspecten en onderdelen van de samenleving. Het idee erachter is dat je het beste leert hoe de maatschappij in elkaar zit, door er actief aan mee te doen.

Een maatschappelijke stage kan ook zelf georganiseerd en uitgevoerd worden. Voorbeelden zijn het opzetten van een theater-pluktuin, opzetten van voorstellingen voor een kansarme doelgroep, lessenreeksen voor kansarme doelgroepen etc.

Voorwaarden zijn een adequate onderbouwing van je keuze. Wordt de stage gelopen binnen een organisatie dan verwachten we binnen de organisatie tenminste één professional die je begeleidt.

Zet je zelf een stage op dan zoek je naar de verbinding met professionals die jouw stage verder kunnen helpen.

Kijk voor meer informatie xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx

Tijdens je stage

Stagementor en stagedocent

Tijdens je stage heb je binnen bepaalde scholen te maken met de stagecoördinator, de programmamanager en de stagedocent. Binnen het stagebedrijf heb je te maken met de bedrijfsmentor.

De stagedocent is een docent die aan jou als stagiair wordt toegewezen voor de individuele begeleiding tijdens de stage. Dit gebeurt door twee bedrijfsbezoeken, telefonische contact, enz. De stagedocent voert met jou en met de bedrijfsmentor een evaluatiegesprek en leest het stageverslag. Het stageverslag bespreekt hij/zij met jou. Naar aanleiding hiervan vormt de stagedocent zich een oordeel over het stageverloop en het verslag. Halverwege de stageperiode wordt door de stagedocent en de bedrijfsmentor samen een tussentijdse beoordeling gegeven.

Tijdens je stage moet je de stagedocent regelmatig op de hoogte houden van je werkzaamheden. Dit kan zowel schriftelijk (of e-mail) als telefonisch.

De stagedocent is jouw aanspreekpunt tijdens je stage. Bij problemen kan je je het beste eerst tot de bedrijfsmentor wenden. Als dit niets oplost, kan de bedrijfsmentor of jij contact opnemen met de stagedocent.

Loop je stage in het buitenland, dan word je ook begeleid door een stagedocent. Deze stagedocent functioneert als contactpunt voor jou en voor het buitenlandse bedrijf. Om jouw vorderingen in het buitenland goed te kunnen volgen, dien je elke twee weken een kort verslag ( één A-4tje) van de lopende werkzaamheden naar de stagedocent te e-mailen. De taal waarin het verslag moet worden geschreven wordt in overleg tussen de student en de stagedocent bepaald.

Gewoonlijk krijg je binnen het bedrijf waar je stage loopt een vaste stagementor toegewezen.

Overigens verschilt de organisatie van een stage van bedrijf tot bedrijf en is dit afhankelijk van de ervaringen die het bedrijf al heeft met stages.

De taak van de stagementor omvat:

• De vaststelling van de stagewerkzaamheden en het formuleren van de stageopdracht.

• De introductie en begeleiding van de stagiair in de organisatie.

• Supervisie op de uitvoering van de stagewerkzaamheden.

• Beoordelen van het verslag op de inhoudelijke juistheid en controle van de inhoud met betrekking tot eventuele geheimhouding.

• Beoordeling van het stageverloop.

Beoordelingsgesprekken

Een beoordelingsgesprek heb je met je stagementor en is meestal redelijk formeel.

Bij dit beoordelingsgesprek wordt er gekeken naar hoe jij hebt gefunctioneerd in de afgelopen tijd. Het is een moment waarop zowel jij als jouw stagementor vragen stelt. Wat had er beter kunnen gaan, hoe vind je de bezigheden van het bedrijf, waren de werkzaamheden zoals je had gedacht, of was het waar je op had gehoopt? Ook worden er eventuele verbeterpunten of oplossingen aangedragen. Misschien had je bepaalde zaken anders aan moeten pakken.

Tussentijdse beoordeling

De stage wordt beoordeeld in twee delen, de tussentijdse- en de eindbeoordeling.

Meestal heeft je school een aantal formulieren aan de hand waarvan je deze beoordeling kan geven. Halverwege de stageperiode is er een tussentijdse beoordeling door de stagementor en de stagedocent gezamenlijk aan de hand van het "Tussentijds stagebeoordelingsformulier".

Indien deze tussentijdse beoordeling voldoende is, levert je dat 7.5 ects op. Indien je hierbij onvoldoende scoort, kan je bij verbetering van het stageverloop deze studiepunten alsnog verkrijgen bij de eindbeoordeling (fase 2). Op deze manier krijg je een goed idee van hoe jij, het bedrijf en de stage er voor staan.

Deze tussentijdse beoordeling lijkt een beetje op een functioneringsgesprek zoals je die later bij een echte baan zal krijgen. Het is zowel voor jou als voor je stagementor goed, omdat jij weet wat je verbeterpunten zijn en de stagementor weet wat er bij jou speelt en of alles nog goed gaat.

Wat moet er in het contract staan?

Het arbeidscontract of arbeidsovereenkomst is een afspraak tussen werkgever en werknemer. Dit moet zeker in je contract staan:

• Personalia van werkgever en werknemer.

• Plaats(en) waar het werk wordt verricht.

• Functie van de werknemer of de aard van het werk.

• Brutoloon of stagevergoeding, en eventuele reiskosten.

• De datum waarop het contract ingaat.

• Tot welke datum het contract geldig is (bij tijdelijk werk). Als er geen einddatum wordt genoemd is het een contract voor onbepaalde tijd.

• De werkuren per week of per dag (de werktijden).

• Verzekeringszaken.

• Opzegtermijn.

• Vaak zet je werkgever in je contract dat je bepaalde dingen die je op je werk hoort en leest geheim moet houden (geheimhoudingsplicht), of dat je na afloop van je contract niet meteen voor een concurrent mag gaan werken (concurrentiebeding).

• Wanneer het contract beëindigd mag worden (ook door het stage bedrijf).

• Handtekeningen!! Die van jou, je werkgever en die van je stagedocent.

• Maak ook afspraken over bijvoorbeeld overwerk, vakantiedagen, vakantiegeld, snipperdagen en pensioen, welke CAO van toepassing is. Deze zaken hoeven niet in het contract worden opgenomen, maar je moet wel weten waar je aan toe bent.

Je werkgever is verplicht om je binnen één maand na je indiensttreding een schriftelijke arbeidsovereenkomst te geven. Laat je baas deze verplichting weten. Tot die tijd zijn mondelinge afspraken ook geldig. In ieder geval moet je werkgever zich houden aan de wettelijke regels voor het minimumloon, vakantie en arbeidstijden. En als in het bedrijf een CAO (Collectieve Arbeidsovereenkomst) geldt, dan geldt die ook voor jou.

In geval van nood kun je de mondelinge afspraken zelf op papier zetten met je handtekening eronder. Vraag je werkgever deze brief voor akkoord te ondertekenen.

Je hoort regelmatig een loonstrook te ontvangen. In ieder geval bij de eerste uitbetaling en daarna minimaal wanneer er een bedrag op je loonoverzicht wijzigt. Bewaar je loonstroken als bewijs dat er een arbeidsovereenkomst is.

Contract voor bepaalde tijd

Een contract dat een bepaalde tijd geldig is, vanaf de genoemde begindatum tot aan de einddatum is ook wel een 'tijdelijk contract'. Dat einde kan een datum zijn, het einde van een bepaalde opdracht, of een bepaalde gebeurtenis (bijvoorbeeld het herstel van de collega die jij in verband met ziekte of in verband met zwangerschap hebt vervangen). Het einde van het contract is dus meteen einde dienstverband. Opzeggen is niet nodig, maar wel netjes. Van beide kanten. Een tijdelijk contract kan overigens altijd verlengd worden.

Opzegtermijn

Waar je ook terecht komt, elke bedrijf wil graag dat je van tevoren meldt dat je met je werk stopt. Een opzegtermijn is de periode die je als werknemer in acht moet nemen tussen de dag waarop je je baan opzegt en de dag waarop je echt vertrekt. Op deze manier kunnen ze nog tijdig beginnen met zoeken naar een vervanger voor jou (die jij dan eventueel nog zou kunnen inwerken). De wettelijke opzegtermijn is een maand. Een CAO of een individuele arbeidsovereenkomst kan hier twee tot maximaal zes maanden van maken.

Concurrentiebeding met boetebepaling

Deze terminologie zal je nog wel eens tegen komen. Veel bedrijven zien niet graag dat je alle kennis op doet bij dit bedrijf en dan ‘overloopt’ naar de concurrent om die kennis daar in de praktijk te brengen. Met een concurrentiebeding probeert je werkgever te voorkomen dat je overloopt naar een concurrent. Als je je handtekening onder het contract zet en je bent achttien jaar of ouder, zit je aan de afspraak vast. Denk dus goed na of de baan deze beperking waard is, voordat je je handtekening zet.

Als je door de afspraak onredelijk wordt benadeeld, kan de rechter het beding wijzigen of opheffen. Soms kan hij een compensatie voor het nadeel vaststellen.

Vaak worden stagiairs geconfronteerd met vertrouwelijke informatie, bijvoorbeeld over het bedrijf en hun software/ programma’s/ teksten en procedures. Deze dienen vertrouwelijk te worden behandeld. Van deze informatie mag niets gebruikt worden voor commerciële doeleinden zonder geschreven toestemming van het bedrijf.

Lunchpauze

Het is voor elk bedrijf weer anders hoe laat je aan je lunchpauze mag beginnen. Eigenlijk hangt het ook een beetje samen met de duur van je werk en hoe laat je begint. Als je ouder bent dan 18 en je werkt minder dan 10 uur per dag, dan heb je recht op een pauze van 45 minuten, of meerdere pauzes die bij elkaar niet meer dan 45 minuten duren. Werk je langer dan 10 uur heb je recht op een uur pauze tenzij anders aangegeven in je CAO. Xxx je jonger dan 18 en werk je meer dan 4,5 uur, dan heb je ook recht op een pauze. Vraag aan je werkgever hoe lang die pauze is. Vaak staat in je contract al aangegeven hoe lang je lunchpauze duurt.

Vakanties, vrije dagen en ziekmelding

Als je terecht komt bij een bedrijf weet je nog niet goed wat je moet doen als je met vakantie wil. Soms heb je al een vakantie geboekt voor je stage of baan rond was. Laat dit op tijd weten aan je toekomstige werkgever want dan kan deze er rekening mee houden. Eventueel is dit een criterium om jou niet aan te nemen. Misschien heb je net in een periode een vakantie geboekt waarin je onmisbaar bent voor het bedrijf. Als je dit te laat meldt heb je kans dat je werkgever het niet meer goed vindt.

Ook voor vrije dagen moet je je werkgever van tevoren op de hoogte stellen. Voor een aantal dagen is het gebruikelijk om vrij te hebben, zoals Pasen, Kerst en Oud en Nieuw. Dit is echter niet altijd zo. In de

horeca zijn dit ook wel de hoogtij dagen en hebben ze de medewerkers des te harder nodig. Vraag aan je werkgever wanneer xxx (soms verplichte) vrije dagen hebt of op mag nemen.

Ziekte is iets waar je vaak niets aan kan doen, maar dat is wel vervelend voor zowel werkgever als werknemer. Je zult ziekdagen op moeten nemen. Vraag aan je werkgever hoe dit in zijn werk gaat en bij wie je je moet ziekmelden. Als je belangrijke zaken moest doen of een belangrijke afspraak had, zorg dan in eerste instantie zelf voor een vervanger van jouw afdeling. Die zijn begaan met de opdrachten en kunnen vaak wel voor elkaar invallen. De klanten zullen op die manier wel bij iemand terecht kunnen met hun vragen.

Denk je dat de ziekte die jij hebt zo chronisch is dat je voorlopig niet meer terug komt, neem dan contact op met je werkgever (en eventueel stagedocent).

Stoppen met je stage

Stel dat jij en het bedrijf echt helemaal niet bij elkaar passen, blijf dan niet langer op die plek zitten of ga je vakantiedagen opmaken, of je zogenaamd ziek melden, want daar wordt niemand beter van. Zorg dat je voor jezelf heb besloten wat je wilt, praat met je stagedocent of met vrienden om voor xxxxxx een beter beeld te vormen waar je nou naar toe wilt. Als je halverwege je stage stopt kan dit grote gevolgen hebben en moet je weer van voren af aan beginnen. Wellicht is het een goede beslissing. Misschien krijg je nu een veel beter stagebedrijf, dat wel helemaal bij jou past. Als je stopt, moet je dit zowel aan het bedrijf als aan je opleiding schriftelijk doorgeven. Denk hier wel goed over na. Een stageplek is essentieel voor het behalen van het diploma en als je halverwege stopt duurt die studie misschien weer een jaar langer. Wellicht wil jouw school weer voor jou bemiddelen voor een nieuwe stageplaats.

Je hebt ook kans dat het stagebedrijf je stage beëindigt! Dit is ook wel een redelijk drastische maatregel. Ze kunnen je er niet zomaar uit zetten. Je moet er schriftelijk van op de hoogte gesteld worden en ze moeten met een geldige reden komen. Als je niet weet wat je hieraan kunt doen of ben je het niet eens met de aangedragen reden van de beëindiging, kijk dan eens hoe dit voor jouw school geregeld is of schrijf een bezwaarbrief tegen het ontslag. Gebruik zinnige argumenten en laat deze nog even nalezen door je stagebegeleider van je opleiding. Als je bezwaar wordt afgewezen kan je nog altijd in hoger beroep gaan bij de Commissie van Beroep.

Als dit allemaal niet lukt, zijn er nog andere instanties die je kunnen helpen. Voor het MBO is er een belangenbehartiger genaamd JOB (Jongeren Organisatie Beroepsonderwijs), en voor HBO is er de LSVB (Landelijke Studenten Vakbond).

Kijk voor meer informatie op xxx.xxx-xxxx.xx of op xxx.xxxx.xx om te zien wat zij zoal voor jullie kunnen betekenen. Daarnaast kan je advies vragen bij een Bureau voor Rechtshulp.

Nederlandse Stageovereenkomst

- Een kopie van het paspoort van de studentstagiair moet aan dit formulier worden gehecht

- Dit formulier moet aanwezig zijn op het adres waar de stage wordt vervuld

Persoonlijke informatie student/stagiair
- Familienaam	:
- Voornaam	:
- Geboortedatum	:
- Geboorteplaats	:
- Nationaliteit	:
- Is kopie paspoort aangehecht?	:Ja
- Telefoonnummer	:
- E-mail	:
- Huisadres tijdens stage (straat, postcode en plaats)	:
- Telefoonnummer huisadres	:
Informatie Nederlandse onderwijsinstelling
Bachelor of Cabaret -Koningstheateracademie Xxxxxxxxxxx 00 0000 XX ’s Hertogenbosch 073-6144313 Contactpersoon: Xxxxxxx xxx Xxxxxx E-mail: xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx

Hierbij rechtsvertegenwoordigd door Xxxx Xxxxx Haag, opleidingsdirecteur Hierna te noemen: opleiding

Informatie stagegebiedende organisatie

- Naam organisatie :

- Stageadres :

- Telefoonnummer :

- E-mail :

- Naam stagebegeleider :

- Telefoonnummer :

- E-mail :

Hierbij rechtsvertegenwoordigd door :

Functie :

Hierna te noemen stageverlener

Artikel 1. Begripsbepalingen

Opleiding: een Bacheloropleiding binnen Avans Hogeschool, zoals opgenomen in het CROHO register

Stagedocent: de docent van de opleiding die de begeleiding en de beoordeling verzorgt en toezichthouder is op de stageprocessen vanuit de opleiding.

Stagewerkplan: een door de stagiair opgesteld plan, waarin in overleg met de opleiding en de stageverlener de leer- en werkactiviteiten zijn vastgelegd die de stagiair tijdens de stage zal verrichten.

Stagementor(trix): de medewerker van de stageverlener die de stagiair op de werkplek begeleidt tijdens de stage.

Stage: beroepspraktijkvorming welke een essentieel onderdeel uitmaakt van het curriculum. Stageverlener: stagegebiedende organisatie.

Stagiair: een student inschreven bij de Bachelor of Cabaret met wie een stagecontract wordt afgesloten. De verplichte onderdelen van zijn stage zijn beschreven in de geldende stagehandleiding, de onderwijs-en examenregeling en competentiekaarten.

Onder student, stagiair, hij of hem, wordt tevens begrepen studente, stagiaire, zij of haar.

Artikel 2. Benoeming stagedocent en stagementor(trix)

De opleiding benoemt een stagedocent bij aanvang van de stage en zal de stageverlener hiervan onmiddellijk in kennis stellen, namelijk:

Naam:

Adres:

Postcode en plaats:

Telefoonnummer:

E-mail adres:

Stageverlener benoemt een stagementor(trix) als vaste begeleider van de stagiair,namelijk: Naam:

Adres:

Postcode en plaats:

Telefoonnummer:

E-mailadres:

Artikel 3. Competenties en inhoud van de stage

1. De stage is een onderdeel van het opleidingsprogramma. Een omschrijving van de competenties is opgenomen in de Onderwijs-en Examenregeling en in de stagehandleiding

2. De inhoud van de stage is omschreven in het stagewerkplan, dat als bijlage is bijgevoegd.

3. Het aantal EC’s (studiepunten) voor de stage bedraagt 15

Artikel 4. Duur van de stage

De stageactiviteiten van de stagiair vinden plaats van (dd/mm/jjjj)…………………………………………

tot en met (dd/mm/jjjj)………………………………………………………………………………………..

Indien door onvoorziene omstandigheden deze periode niet kan worden gerealiseerd, wordt in onderling overleg een andere c.q. aanvullende periode overeengekomen.

Artikel 5. Werktijden

De dagelijkse werktijden van de stagiair worden in onderling overleg bepaald. In principe wordt de student geacht uur per week aanwezig te zijn gedurende de duur van de stage.

Artikel 6. Verzekering/aansprakelijkheid

1. De stageverlener is, conform art. 7:658 lid 4 van het Burgerlijk Wetboek, aansprakelijk voor letsel of schade, welke de stagiair zelf mocht lijden tijdens de uitoefening van de stageactiviteiten. 1

2. Voor schade veroorzaakt door de stagiair jegens derden is de stageverlener overeenkomstig art. 6:170 van het Burgerlijk Wetboek aansprakelijk.

3. De stagiair is verplicht zelf een particuliere WA-verzekering en een verzekering tegen ziektekosten af te sluiten en (aan te bevelen) een ongevallenverzekering.

4. De aansprakelijksheidsverzekering van stichting koningstheateracademie heeft een secundaire dekking. De leerling welke stage loopt bij het bedrijf valt onder de aansprakelijkheidsverzekering van het bedrijf waar men stage loopt. Mocht dit bedrijf geen verzekering hebben lopen dan komt de verzekering van stichting koningstheateracademie ter sprake. 2

5. De stageverlener zal de stagiair beschermen tegen elke vorm van intimidatie of discriminatie op de werkplek.

Artikel 7. Status van de stagiair

1. De stage is gericht op het uitbreiden van eigen kennis, vaardigheden en ervaring van de stagiair, binnen het kader van het opleidingsprogramma. De stageovereenkomst beoogt daarom geen arbeidsovereenkomst te zijn in de zin van artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek en is ook niet als zodanig bedoeld.

2. Gedurende de stage blijft de stagiair ingeschreven als student van de Bachelor of Cabaret.

3. De stage wordt vervuld onder verantwoordelijkheid en supervisie van de opleiding waar de stagiair is ingeschreven

4. Uit de stage kunnen geen beperkingen voortvloeien met betrekking tot toekomstige werkzaamheden van de stagiair bij andere instellingen/bedrijven.

1 Deze aansprakelijkheid kan per definitie niet worden uitgesloten.

2 Ter toelichting:

- In eerste instantie is de stageverlener op grond van hoofdstuk 6, artikel 170 BW, aansprakelijk voor schade door ondergeschikten (in casu vallen ook stagiairs hieronder) jegens derden;

-Geeft de aansprakelijkheidsverzekering van de stageverlener geen of onvoldoende dekking, dan dient de stagiair eerst zijn eigen particuliere WA-verzekering aan te spreken; is in voormelde acties geen dekking te vinden dan kan de collectieve aansprakelijkheidsverzekering van stichting Koningstheateracademie als vangnet gelden voor acties van derden inzake wettelijke aansprakelijkheid. Deze verzekering dekt de schade aan zaken die toebehoren aan, onder beheer en/of verantwoordelijkheid zijn van stageverlener, veroorzaakt door stagiair, tijdens en in verband met zijn tewerkstelling.

-De collectieve ongevallenverzekering geeft slechts een beperkte dekking. Aan de student/stagiair wordt dan ook dringend aanbevolen om zelf een ongevallenverzekering af te sluiten.

Artikel 8. Vergoedingen

1. De stagiair ontvangt een stagevergoeding.3

Indien ja, deze bedraagt € (Bruto) per maand. Op de stagevergoeding worden de gebruikelijke premies van de sociale verzekering ingehouden.

2. De stagiair ontvangt een reis-of onkostenvergoeding. 4

Indien ja, deze bedraagt € (Bruto) per maand.

3. De Bachelor of Cabaret is niet aansprakelijk voor de door de stagiair in verband met de stage gemaakte kosten, ook niet in het geval de stage in het buitenland plaatsvindt.

Artikel 9. Verlof

1. Het opnemen van verlofdagen dient in overeenstemming te gebeuren met de stageverlener, waarbij opgemerkt moet worden dat resterende verlofdagen/uren niet worden uitbetaald als deze niet zijn opgenomen gedurende de stageperiode, tenzij de stagiair geen gelegenheid is geboden door de stageverlener om de verlofdagen op te nemen. Als de stage-instelling rond de feestdagen gesloten is, dan worden deze tot de verlofdagen van de stagiair gerekend.

2. De regeling voor buitengewoon verlof en de Wet arbeid en zorg gelden zoals die voor werknemers van de stageverlenende organisaties gelden. Verzoeken om extra verlof kunnen slechts worden toegestaan door de stagementor(trix) na overleg met de stagedocent.

3. Indien door de stagiair meer verlof wordt opgenomen dan het aantal overeengekomen verlofdagen, wordt de stageperiode ex artikel 4 verlengd met deze periode.

4. Voor onderwijsactiviteiten zoals (her)tentamens en stageterugkomdagen hoeven geen verlofdagen opgenomen te worden.

Artikel 10. Ziekte en bijzondere omstandigheden

1. Bij ziekte waarschuwt de stagiair bij aanvang van de eerste ziektedag de stagementor(trix) van de stageverlener en de stagedocent van de opleiding.

2. Indien het ernaar uitziet dat de stagewerkzaamheden moeten worden onderbroken wegens langdurige ziekte neemt de stagiair zo spoedig mogelijk contact op met de stagedocent. Deze maakt vervolgens afspraken over het wel/niet voortzetten van de werkzaamheden en de daarbij afgesproken condities. Deze worden schriftelijk vastgelegd als aanvulling op de stageovereenkomst.

3. Het Ziekteverzuim Protocol van de stageverlener is gezien lid 1 en 2 van dit artikel wel van toepassing op de stagiair.

Artikel 11. Nakoming algemene voorschriften en aanwijzingen van de stageverlener

1. De stagiair zal de in het belang van orde, veiligheid en gezondheid gegeven gedragsregels, voorschriften en aanwijzingen, zoals deze voor het personeel van stageverlener van toepassing zijn, in acht nemen.

2. Tevens wordt de stagiair geacht de aanwijzingen van de stagementor(trix) op te volgen conform geldende regels als vermeld in het eerste lid.

3 Met een stagevergoeding worden inkomsten uit arbeid bedoeld; dit veronderstelt fiscaal gezien een werknemersrelatie, op grond waarvan loon wordt uitbetaald en sociale premies (w.o. loonbelasting) worden ingehouden. Arbeidsrechtelijk gezien is er geen werknemersrelatie en geen sprake van een arbeidsovereenkomst.

4 Een reis-of onkostenvergoeding wordt niet beschouwd als inkomsten. Op een reis-of onkostenvergoeding worden door de stageverlener geen loonbelasting en premies ingehouden.

Artikel 12. Geheimhouding

De stagiair is verplicht geheim te houden datgene wat hem in de stage vertrouwelijk wordt medegedeeld, en tevens de informatie die hem ter beschikking komt en waarvan hij het vertrouwelijk karakter behoort te begrijpen.

Artikel 13. Geschillen

1. Bij problemen tijdens de stage proberen de stagiair en de stagementor(trix) deze allereerst in goed overleg op te lossen.

2. Geschillen tussen de stagiair en de stagementor(trix) worden voorgelegd aan de stagedocent.

3. Indien de stagementor(trix), de stagedocent en de stagiair niet tot een oplossing kunnen komen, wordt het geschil voorgelegd aan de opleidingsdirecteur.

Artikel 14. Begeleiding

1. In het kader van de begeleiding vinden tenminste begeleidingsgesprekken plaats.

2. Aan het eind van de stage vindt de eindbeoordeling plaats volgens de richtlijnen in de stagehandleiding.

3. De stagementor(trix) heeft wekelijks overleg met de stagiair.

4. Er zijn terugkomdagen waarop de stagiair de opleiding bezoekt.

5. De stagiair voldoet aan de voorwaarden van verslaggeving en terugkoppeling als vastgelegd in de stagehandleiding.

Artikel 15. Beoordeling

1. De stagementor(trix) stelt conform de hiervoor geformuleerde richtlijnen een beoordelingsadvies op.

2. De stagedocent stelt de eindbeoordeling op conform de richtlijnen genoemd in de stageregeling.

3. Alle evaluaties en beoordelingen worden met de stagiair besproken.

Artikel 16. Beëindiging stageovereenkomst

1. Een stage eindigt:

a. Aan het einde van de in artikel 4 overeengekomen periode,

b. Zodra de stagiair zijn inschrijving beëindigt als student van Bachelor of Cabaret

c. Bij onderling goedvinden van de stagiair

d. Bij overlijden van de stagiair

e. Bij faillissement, surseance of ontbinding van de stageverlener.

2. De stageverlener is gerechtigd, gehoord de stagementor(trix) en de betrokken stagiair, deze overeenkomst terstond te beëindigen:

a. Indien de stagiair naar het oordeel van de stageverlener herhaaldelijk – en ondanks waarschuwing-de voorschriften of aanwijzingen van de stagementor(trix) niet opvolgt en/of zich anderszins zodanig gedraagt dat van de stageverlener redelijkerwijs niet kan worden verlengd dat hij zijn medewerking aan de stage blijft verlenen.

b. Indien de stagiair zijn geheimhoudingsplicht ex artikel 12 jegens de stageverlener niet nakomt.

Van een beslissing als vermeld onder a en b geeft de stageverlener door tussenkomst van de stagementor(trix) onverwijld kennis aan de stagedocent.

3. De opleiding is gerechtigd, gehoord de stagedocent en de betrokken stagiair, deze overeenkomst terstond te beëindigen en de stagiair terug te trekken:

a. Indien naar het oordeel van de opleiding de stage niet voldoet aan de onderwijsdoelstellingen of anderszins niet verloopt in overeenstemming met wat is afgesproken in deze overeenkomst dan wel van de stagiair redelijkerwijs niet gevraagd kan worden zijn stage bij de stageverlener voort te zetten.

b. Wanneer regelingen met betrekking tot de privacy en ongewenste omgangsvormen zijn geschonden.

Van een dergelijke beslissing stelt de opleiding door tussenkomst van de stagedocent onverwijld de stagementor(trix) in kennis.

Artikel 17. Toepasselijk recht

Nederlands recht is van toepassing op de onderhavige overeenkomst. De Nederlandse rechter is bevoegd kennis te nemen van het geschil.

Artikel 18. Slotbepaling

In geval deze stageovereenkomst conflicteert met een andere door de stagiair te ondertekenen overeenkomst met de stageverlener, gaat deze (drie partijen) overeenkomst voor.

Aldus overeengekomen en ondertekend:

Namens de stageverlener Stagiair Namens de opleiding

Datum:	Datum:	Datum:
Plaats:	Plaats:	Plaats:

Alleen de originele stageovereenkomst dient te worden ondertekend door de drie betrokken partijen. De originele stageovereenkomst gaat naar het secretariaat van de opleiding, een kopie gaat naar zowel de stageverlener als de stagiair.

Stagemelding

Naam student :

Stage bij :

Telefoon organisatie :

Stagementor(trix) :

Functie :

Telefoon mentor(trix) :

Aanvang stage :

Woonadres stageperiode :

PC + Plaats :

Telefoon :

Mijn stageopdracht(en) hoofdactiviteit(en) is (zijn):

…………………………………………………………………………………………………………………..…………………………...……………………………

………………………………………………………………………………………………………………...…………………………………………………………..

Dit is wel/niet in overeenstemming met de eerder gemaakte afspraken. Indien niet in overeenstemming reden vermelden:

………………………………………………………………………………..…………………………………………………………...………………………………

……………………………………………………………………………………………………………...................................................................................

Mijn bruto maandsalaris (stagevergoeding) is: € Mijn reiskostenregeling bedraagt: €

Mijn tegemoetkoming pensionkosten (verblijfskosten) bedraagt: €

Xxxx u een schriftelijke stageovereenkomst aangegaan? Ja/Nee, waarom?

…………………………………………………………………………………………………………………..………………………….........................................

..............................................................................................................................................................................................................................

Mijn stagedocent is:…………………………………………………………………………………………………………………………………………...

Is er al (telefonisch) contact geweest tussen stagedocent en stagementor(trix)? Ja/Nee?

Datum: Handtekening:

Stageopdrachtformulier

Opdracht (voor student):……………………………………………………………………………………………………………………………………...

Stageperiode:……………………………………………………………………………………………………………………………………………………….

Gelieve zo concreet mogelijk formuleren (eventueel op een aparte bijlage).

NAAM ORGANISATIE :

ADRES ORGANISATIE :

(bezoek- en postadres Incl. postcode

ORGANISATIEONDERDEEL :

STAGEOPDRACHT……………………………………………………………………………………………………………………………...………………

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

………...………………………………………………………………................................................................................................................................

DOEL STAGEOPDRACHT:…………………………………………………………………………………………………………………………………...

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. Geschatte tijdsduur van de stageopdracht:……………………………………weken

Stagementor(trix) :

Functie :

Telefoon :

E-mail :

Terugkomdag stage

Naam student :

Stage bij :

In :

Stageopdracht :

Stagementor(trix) :

Terugkomdag op :

Afspraak met stagedocent om: ………uur.

1. Welke werkzaamheden heb je in de afgelopen periode verricht?

…………………………………………………………………………………………………………………..………………………………...………………………

……………………………………………………………………………………………………………………...……………………………………………………..

………………………………………………………………………………………...…………………………………………………………………………………..

…………………………………………………………...………………………………………………………………………………………………………………..

……..………………………...……………………………………………………………………………………………………………………………………………

2. Heb je voldoende kennis en vaardigheden om de opdracht uit te voeren? [] Ja, door vakken

als:……………………………………………………………………………………………………………….………………………………………………………

…………………………………………………………...……………………………….……...……………………………………………………………………….

…..…………………………………………………………………..…………………….………………………………………………………………………………

………………………………………...........................................................................................................................................................................

[] Nee, de volgende acties worden ondernomen ter aanvulling van het

tekort:……………………………………………………………………………………………………………………………………………...…………………

…………………………………………………………………………………………………………………………...………………………………………………

……………………………………………………………………………………………...……………………………………………………………………………

……………………………………………………………….......

3. Heb je voldoende begeleiding gehad?

Stagedocent stagementor

Ja/Nee? Ja/Nee?

…………………………………………………………………………………………………………………..…………………………...……………………………

………………………………………………………………………………………………………………...…………………………………………………………..

………………………………………………………………………………….....................................................................................................................

4. Is er al contact geweest tussen stagedocent en stagementor?

[] Ja

[] Nee

[] Niet nodig, er is overeenstemming over de uitwerking [] Nodig, ik zal contact tot stand brengen

…………………………………………………………………………………………………………………...……………………………...………………………

……………………………………………………………………………………………………………………...……………………………………………………

………………………………………………………………………………………..............................................................................................................

5. Overige op-of aanmerkingen:

…………………………………………………………………………………………………………………...……………………………...………………………...

……………………………………………………………………………………………………………………...……………………………………………………..

………………………………………………………………………………………...….…………………………...…………………………………………………..

……………………………………………………………..…..….…………………………………..………………………………………………………………….

………...……………………………..…..………………………………………………………………………………...……………………………………………..

………....................................................................................................................................................................................................................

Datum: Handtekening:

Dit formulier zenden aan het secretariaat uiterlijk zeven werkdagen voor de terugkomdag

Vragenlijst Stagiair

Naam student :

Stage gelopen bij :

Organisatieonderdeel :

Plaats :

Periode van:……………………………………………………….tot……………………………………………………………...

Stagementor(trix) :

Stagedocent :

1. Welke werkzaamheden heb je tijdens je stage verricht?

(Wil je hier de stageopdracht(en) vermelden en de activiteit(en) die daaruit voortvloeien? Het gaat alleen om die activiteiten waaraan je de meeste tijd hebt besteed.)

…………………………………………………………………………………………………………………...…………………………...………….………………..

…………………………………………………………...………………………………………………………...…………………….………………………………..

…...……………………………………………………………………………………...……………………………….………………………………………………..

……………………………………………………………................................................................................................................................................

2. Xxxxxx er op grond van uw stage ten aanzien van kennis en vaardigheden tekorten in het onderwijsprogramma te constateren?

Kennis:

[] Ja

[] Beperkt [] Geen

Vaardigheden:

[] Ja

[] Beperkt [] Geen

3. Zo ‘ja’ of ‘beperkt’, bij welke werkzaamheden en wat ontbrak?

Kennis:

…………………………………………………………………………………………………………………...……………………………...………………………

…………………………………………………………….………………………………………………………...…………………………………………………… Sociale vaardigheden (communicatieve-, houdingsvaardigheden):

…………………………………………………………………………………………………………………...…………………………...…………………………

…………………………………………………………………………………………………………………...……………………………………………………… Cognitieve vaardigheden (zelfstandig verwerven/toepassen van kennis en inzichten):

…………………………………………………………………………………………………………………..………………………………...………………………

……………………………………………………………………………………………………………………...……………………………………………………

4. Indien je op vraag 2 ‘ja’ hebt geantwoord: op welke wijze heb je geprobeerd het tekort aan te

vullen?

[] Literatuurstudie,

nl.:……………………………………………………………………………………………………………….……………………………………………………….

…………………………………………………………...................................................................................................................................................

[] Door te informeren bij stagementor(trix), stagedocent of

anderen…………………………………………………………...................................................................................................................................

[] Xxxxxx, nl.:………………………………………………………………………………………………………................................................................

5. Vond je dat je voldoende begeleiding kreeg tijdens de stage toen je daar behoefte aan had?

Extern stagementor:

[]Ja……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….. []Nee………………………………………………………………………………………………………………………………………………............................

Intern stagedocent:

[]Xx………………………………………………………………………………………………………………………………………………….............................

[]Nee………………………………………………………………………………………………………………………………………………............................

Xxxxxxx begeleidingsgesprekken heb je gehad met de stagementor? maal

6. Wat is je mening over de stageplaats?

[] Geschikt

[] Niet geschikt [] Weet niet

Wil je je mening toelichten?

…………………………………………………………………………………………………………………..……………………………..…………..……………

…………………………………………………………..…………………………………………………………..……………………..……………………………

7. Overige op-of aanmerkingen

…………………………………………………………………………………………………………………...…………………………...…………………………

…………………………………………………………………………………………………………………...………………………………………………………

Datum: Handtekening:

Dit formulier tezamen met het stageverslag zenden aan het secretariaat, binnen veertien werkdagen na beëindiging van de stage

Vragenlijst (tussentijdse beoordeling) Stagementor(trix)

Naam student :

Stagebedrijf :

Organisatieonderdeel :

Plaats :

Datum :

Stagementor(trix) :

Functie :

Telefonisch te bereiken onder nr. :

Werkzaamheden

1. Welke werkzaamheden zijn tot op heden door de stagiair verricht? (wilt u een splitsing maken tussen hoofd – en bijtaken?)

Hoofdtaken:

…………………………………………………………………………………………………………………...………………….……………………..……………..

………………………………………………………………………………………………….………………………………………..…..……………………………

…..……………………………………………………….…………………………………………………………..……..…………………………………………….

……………………………………………………………….………………………………………......................................................................................... Bijtaken:…………………………………………………………………………………………………………………….……………………..………………….

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

……..…………………………………………………………………………………………………………………..………………………………………………….

Beoordeling opdracht(en)

3. Wat is uw mening over de uitvoering van de stageopdracht (tot op heden) t.a.v.:

Opbouw: [] onvoldoende [] voldoende

[] goed

Inhoud: [] onvoldoende [] voldoende

[] goed

Eindresultaat: [] onvoldoende [] voldoende

[] goed

Wilt u uw mening toelichten?

…………………………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………

……………………………………………………….......................................................................................................................................................

(Tussentijdse) beoordeling stagiair

4. Wat is uw oordeel over het opnemingsvermogen van de stagiair? (o.m. ten aanzien van gegeven informatie)

[] onvoldoende [] voldoende

[] goed

[] zeer goed

5. Wat is uw oordeel over het incasseringsvermogen van de stagiair? (o.m. ten aanzien van het verwerken van kritiek, onverwachte problemen) [] onvoldoende

[] voldoende [] goed

[] zeer goed

6. Wat is uw oordeel over het zelfstandig functioneren en het adequaat vragen van begeleiding door de stagiair?

[] onvoldoende [] voldoende

[] goed

[] zeer goed

7. Wat is uw oordeel over het (sociaal) functioneren van de stagiair in de organisatie? [] onvoldoende

[] voldoende [] goed

[] zeer goed

8. Hoe beoordeelt u het gebruik van zijn/haar kennis en vaardigheden?

Kennis: [] onvoldoende

[] voldoende [] goed

[] zeer goed

Sociale vaardigheden [] onvoldoende [] voldoende

[] goed

[] zeer goed Cognitieve vaardigheden [] onvoldoende

[] voldoende [] goed

[] zeer goed

Toelichting beoordeling stagiair:

…………………………………………………………………………………………………………………...………………….……………………..…………….

……………………………………………………………………………………………….……………………………………………………………………………

….…………………………………………………………………………………………………………………........................................................................

9. Als u nog tips of op-of aanmerkingen hebt wilt u die dan hier vermelden?

………………………………………………………………………………………………………………………………….……………………...…………………

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….

…..........................................................................................................................................................................................................................

Datum: Handtekening:

Vragenlijst Stagementor(trix) eindbeoordeling

Naam student :

Stage gelopen bij :

Organisatieonderdeel :

Plaats :

Periode :

Stagementor(trix) :

Functie :

Telefonisch te bereiken onder nr. :

N.B. Wilt u onderstaande vragen zo volledig mogelijk invullen? De door u verstrekte gegevens zullen vertrouwelijk worden behandeld. Uw aandacht wordt gevestigd op de vragen die betrekking hebben op de vertrouwelijkheid van het stageverslag (vraag 10 en 11). Wilt u in ieder geval de antwoorden op de vragen 3 t/m 9 met de stagiair bespreken?

Werkzaamheden

1. Welke werkzaamheden zijn door de stagiair verricht? (wilt u een splitsing maken tussen hoofd – en bijtaken?) Hoofdtaken:

…………………………………………………………………………………………………………………...………………….……………………..……………...

………………………………………………………………………………………………….………………………………………..…..……………………………

…..……………………………………………………….…………………………………………………………..……..……………………………………………..

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

.……..…………………………………………………………………………………………………………………..………………………………………………....

2. Heeft uw organisatie wat gehad aan de activiteiten van de stagiair en wat gaat u met de resultaten van zijn/haar werkzaamheden doen?

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

Beoordeling opdracht(en)

3. Wat is uw mening over de uitvoering van de stageopdracht t.a.v.:

Opbouw: [] onvoldoende [] voldoende

[] goed

Inhoud: [] onvoldoende [] voldoende

[] goed

Eindresultaat: [] onvoldoende [] voldoende

[] goed

Wilt u uw mening toelichten?

…………………………………………………………………………………………………………………..…………………………………………………………

Beoordeling stagiair

4. Wat is uw oordeel over het opnemingsvermogen van de stagiair? (o.m. ten aanzien van gegeven informatie)

[] onvoldoende [] voldoende

[] goed

[] zeer goed

5. Wat is uw oordeel over het incasseringsvermogen van de stagiair? (o.m. ten aanzien van het verwerken van kritiek, onverwachte problemen) [] onvoldoende

[] voldoende [] goed

[] zeer goed

6. Wat is uw oordeel over het zelfstandig functioneren en het adequaat vragen van begeleiding door de stagiair?

[] onvoldoende [] voldoende

[] goed

[] zeer goed

7. Wat is uw oordeel over het (sociaal) functioneren van de stagiair in de organisatie? [] onvoldoende

[] voldoende [] goed

[] zeer goed

8. Hoe beoordeelt u het gebruik van zijn/haar kennis en vaardigheden?

Kennis: [] onvoldoende

[] voldoende [] goed

[] zeer goed

Sociale vaardigheden [] onvoldoende [] voldoende

[] goed

[] zeer goed Cognitieve vaardigheden [] onvoldoende

[] voldoende [] goed

[] zeer goed

Toelichting beoordeling stagiair:

…………………………………………………………………………………………………………………...………………….……………………..……………..

……………………………………………………………………………………………….……………………………………………………………………………

9. Als het aan u ligt wilt u dan in de toekomst wel weer een Koningstheateracademiestudent een stageplaats aanbieden?

[] Ja

[] Nee

[] Weet niet

Indien ‘niet’, wilt u dan een toelichting geven?

…………………………………………………………………………………………………………………..………………..…………………….…………………

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

10. Dient de uitgewerkte stageopdracht als vertrouwelijk te worden beschouwd? [] Ja

[] Nee

11. Indien u vraag 10 bevestigend hebt beantwoord. Hoe ziet u de vertrouwelijkheid het best gewaarborgd?

…………………………………………………………………………………………………………………………………..……………………..…………………

…………………………………………………………………………………………..…………………………………………..……………………………………

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

12. Als u nog op-of aanmerkingen hebt wilt u die dan hier vermelden?

………………………………………………………………………………………………………………………………….……………………...…………………

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Datum: Handtekening:

Wilt u dit formulier veertien dagen na afloop van de stage zenden aan het secretariaat van de Koningstheateracademie?

Stageplan en Stageverslag

Het stageplan

Het is van groot belang om een helder stageplan te maken. Het stageplan maak je voordat je op stage gaat. In dit stageplan beschrijf je je eigen verplichtingen en hierin geeft je opleiding doorgaans aan waar zij voor verantwoordelijk zijn. Dit stageplan biedt vooral uitkomst als er problemen zijn met bijvoorbeeld je stagebegeleider van je opleiding of de stageplek. Het is verstandig om in het stageplan minimaal de volgende zaken op te nemen:

• Een beschrijving van het stagebedrijf.

• Een formulering van je stageopdracht. Wat zijn je taken en bevoegdheden en wat is de bedoeling dat je leert en doet?

• De duur van je stageperiode en het aantal te werken uren per dag.

• De begeleiding die je van het bedrijf krijgt waar je stage gaat lopen. Wie, wanneer en hoe intensief? En ook wie zijn vervanger is.

• De begeleiding die je van je opleiding krijgt gedurende je stage en de afronding ervan. Wie, wanneer en hoe intensief? En ook wie zijn vervanger is.

• Het aantal te behalen studiepunten.

• Soms moet je ook een verslag of een scriptie ter goedkeuring indienen. Op welke termijn moet dat en aan welke eisen moet die voldoen?

Het is handig om contact op te nemen met je opleiding en met het bedrijf waar je stage gaat lopen voordat je je stageplan ter goedkeuring indient. Zo heb je minder kans op zinloze vertraging. Daarnaast gebeurt het vaak dat het stageplan ook onderdeel uitmaakt van je uiteindelijke stageverslag en overeenkomst met het bedrijf waar je stage loopt.

Stageverslag

Hoe schrijf je een stageverslag? Dit moet er instaan;

• Begin met waarom je de stage gekozen hebt. Bedank mensen bijvoorbeeld in het voorwoord.

• Gebruik je stageplan, daar staan alle voorbereidingen in die je getroffen hebt voor dat je stage ging lopen.

• Schrijf je stagedoelen op, maak daarbij gebruik van de competentiekaart opgesteld voor minor en stage. Wat was je verwachting en is dit ook uitgekomen?

• Laat de lezer kennismaken met de organisatie.

• Xxxxxx wat jouw werkzaamheden waren, welke projecten je hebt gedaan en wat er wel of niet goed ging.

• Ga na welke competentieontwikkeling je doorgemaakt hebt.

• Vertel of je meer inzicht hebt gekregen in deze beroepsgroep en de beroepsvaardigheden.

• Geef een samenvatting met eventuele aanbevelingen voor het bedrijf en de opleiding.

• Geef aan wat jij geleerd hebt, hoe jouw netwerkontwikkeling verbeterd is en laat artikelen, brochures, ontwerpen etc. zien waar jij je mee bezig hebt gehouden.

• Het stageverslag telt minimaal 10 en maximaal 20 pagina’s (exclusief bijlagen).

Voorbeeld Stageplan

Stagiair naam adres

telefoon e-mail opleiding

Stagedocent

naam functie adres telefoon e-mail

Stagebiedende organisatie

naam adres

telefoon e-mail fax

Stagebegeleider

naam functie telefoon e-mail

Verloop van de stage Bedrijfsafdeling Periode

Aantal uren per week

Omschrijving van de organisatie

…

Doel van de stage

…

Stageopdracht met fasering en tijdsplanning

…

Xxxxxxxxxx (aan de hand van competenties en prestatie-indicatoren)

…

Niet-opdrachtgebonden werkzaamheden

…

Aard en omvang van de begeleiding van de stagedocent

Bijvoorbeeld: 1 keer per vier weken overleg over de voortgang van het onderzoek aan de hand van het stageplan en een kort tussentijds verslag. Stagedocent zal tijdens de stage 1x op bezoek komen om met de stagiair en de stagebegeleider de voortgang te bespreken. De docent bepaalt de eindbeoordeling op basis van het stageverslag en de beoordeling door de stagebegeleider.

Aard en omvang van de begeleiding vanuit de organisatie

Bijvoorbeeld: 1 keer per week overleg over de voortgang van het onderzoek aan de hand van het stageplan.

Inleverdatum eindverslag

…

Voorbereidende en/of aanvullende vakken

Vak:

Bij de opleiding:

Datum afgerond:

Aantal ects:

Voorgesteld aantal studiepunten stage

7 ects

Handtekeningen

Naam Datum en plaats Handtekening

Stagiair

Stagebegeleider

Stagedocent

Een stage in het buitenland

Voor veel opleidingen is het verplicht om stage te lopen. Wil je meer halen uit je stage? Dan is een buitenlandse stage een mooie gelegenheid hiervoor. Zie jij jezelf al werken in New York of producten ontwikkelen in Rome? Tegenwoordig kiezen veel studenten voor een stage in het buitenland. Een buitenlandse stage biedt je de gelegenheid om een andere taal te leren en kennis te maken met een andere cultuur. Natuurlijk bestaat de stage niet alleen uit werken en heb je ook tijd voor andere dingen, zoals het uitgaansleven en de culturele activiteiten van het betreffende land. Hoe dan ook, zorg dat je alles op tijd regelt.

Om een stage in het buitenland volgen heb je een aanvullende verzekering nodig. Een stage is niet hetzelfde als een vakantie! Dergelijke verzekeringen worden door verschillende maatschappijen aangeboden en de tarieven en voorwaarden kunnen onderling erg verschillen.

Wat een stageverzekering in het buitenland in ieder geval moet dekken zijn de kosten voor een medische behandeling in het stageland en de kosten voor repatriëring bij overlijden of bij een ernstige ziekte. In veel landen is de medische zorg een stuk slechter dan in Nederland.

Het kan zijn dat je een doorlopende reisverzekering hebt, maar ook in dit geval zal je vaak nog een aparte stageverzekering moeten afsluiten. Er zijn ook verzekeringsmaatschappijen die de mogelijkheid bieden om je doorlopende reisverzekering uit te breiden met een tijdelijke stageverzekering. Dit kan voordeliger zijn, maar dat hoeft niet en dat verschilt per verzekeringsmaatschappij. Vergelijk verschillende verzekeringen en verzekeringsmaatschappijen om de beste prijs/kwaliteit te kunnen bepalen!

Een stage in het buitenland heeft veel meer voeten in de aarde dan een stage in Nederland. Laat je goed informeren. Het kost veel tijd om contacten te leggen, de juiste instellingen te vinden en daarmee afspraken te maken.

Waar moet je allemaal rekening mee houden?

• Xxxxxxxxxx; Je moet een woonruimte zien te vinden in het land van je stagebedrijf. In veel gevallen regelt school of je stagebedrijf dit maar zo niet, laat je dan goed informeren en vraag naar de benodigde instanties. Misschien kan je ook bepaalde sites bekijken.

• Verzekeringen; zorg dat je goed verzekerd naar het buitenland vertrekt. Informeer naar de dekking, voorwaarden en vergoedingen van je verzekeringsmaatschappij. Let wel; Het is geen vakantie! Het kan ook zijn dat je onder de verzekeringsdekking van het bedrijf valt.

• Visum; ga na of je een visum of verblijfsvergunning nodig hebt in het desbetreffende land. Binnen de Europese Unie heb je een werkvergunning vaak niet nodig, maar daarbuiten wel. Neem bij geval van twijfel contact op met het consulaat van het desbetreffende land. Houd er wel rekening mee dat het regelen van een visum best een lange tijd kan duren.

• Geld; als jij in het buitenland bent loopt je studiefinanciering gewoon door mits je aan een aantal voorwaarden voldoet. Zo moet je bijvoorbeeld nog steeds ingeschreven staan bij een Nederlandse school en moet die stage daarmee te maken hebben. Misschien heeft jouw school zelfs een beurs voor mensen die in het buitenland een stage regelen. Vraag of dit bij jou ook zo is.

• Stagecontract; regel dat deze door alle partijen ondertekend is! Zo kom je niet voor verrassingen te staan.

• Inentingen; ga naar de Gemeentelijke Gezondheids Dienst (GGD) en informeer of je inentingen nodig hebt in het land waar jij naar toe gaat.

• OV-jaarkaart; deze kan je inruilen tegen een maandelijkse vergoeding tijdens je verblijf in het buitenland. Dit moet je echter wel twee weken van tevoren aangeven. Hierbij heb je hulp van jouw opleidingsinstituut nodig voor het geven van een uitleg dat jij daadwerkelijk in het buitenland stage loopt. Let wel op dat je in deze periode je OV moet inleveren anders krijg je een boete.

• Het is handig om alvast een ticket terug te reserveren zonder datum, zodat je op elk willekeurig moment terug zou kunnen.

• Maak kopieën van je paspoort en schrijf je pasnummers op. Je hebt kans dat je ze verliest.

• Zorg dat je paspoort geldig is voor de gehele duur van je stage. Hij moet ook nog geldig zijn als je terug gaat.

• Regel een verzekeringspasje waar het nummer van de alarmcentrale op staat zodat je die kan bellen in geval van nood.

Visa en vergunningen

Als burger van de Europese Ruimte (EER) heb je geen visum nodig wanneer je gaat studeren in een ander EER-land. Xxxxxxx een werkvergunning om hier te mogen stagelopen of werken naast je studie. Andere regels gelden voor niet-EER burgers en als je vertrekt naar een land buiten de Europese Ruimte.

De EER bestaat uit de 27 landen van de Europese Unie:

België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Xxxxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxxxxx, Xxxxx, Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxxx, Xxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxxxxx, Xxxxxxx, Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx en Zweden, aangevuld met IJsland, Lichtenstein en Noorwegen.

Visa en vergunningen voor niet-EER landen

Het regelen van een visum, verblijfs,- of werkvergunning in de andere Europese landen is voor EER-burgers over het algemeen vrij gemakkelijk. Voor niet-Europese landen is dit minder eenvoudig. Vooral voor de Verenigde Staten en Canada is het erg lastig om een visum voor stage te krijgen. Van aanvraag

tot toekenning kan soms maanden tot zelfs een jaar duren! De meeste ontwikkelingslanden zijn hiervan een voorbeeld. Begin dus op tijd met je voorbereidingen! Het Fulbright Center biedt vanaf 1 januari 2012 mogelijkheden om visumdocumenten te regelen voor studenten die stage willen gaan lopen in Amerika.

Het Fulbright Center heeft jarenlange ervaring in het begeleiden van studenten en regelen van visumdocumenten voor studenten die stage willen lopen in Amerika. Ook voor afgestudeerden zijn er mogelijkheden. Daarnaast biedt het documentatiecentrum veel informatie over het regelen van een stageplek in de VS.

Handige websites

Of je een visum, werk,-of verblijfsvergunning nodig hebt, verschilt per land. Voor een aantal landen, zoals de Verenigde Staten, Canada en Australië, moet je van tevoren een visum regelen dat ook de werkvergunning inhoudt. Deze informatie over 'jouw' bestemming vind je op de landenpagina's van de Nuffic website onder 'Voorbereiding'. Je kunt de benodigde documenten aanvragen of informeren bij de ambassade van het land van je keuze .

Verzekeringen

Goed verzekerd zijn is belangrijk wanneer je tijdelijk naar het buitenland gaat voor je studie of stage. Je bent verplicht om een ziektekostenverzekering en aansprakelijkheidsverzekering voor particulieren te

hebben. Daarnaast is het ook erg verstandig om een bagage -en ongevallenverzekering af te sluiten.

Zorgverzekering

De (verplichte) basisverzekering van een Nederlandse student biedt in principe werelddekking. Echter; omdat je tegen Nederlandse tarieven en voorwaarden verzekerd bent, worden gemaakte behandelingskosten niet altijd volledig vergoed. Dit geldt als de tarieven van die behandeling in het land waar je verblijft, hoger liggen dan in Nederland. Om dit risico beter af te dekken, sluit je een aanvullende zorgverzekering met extra buitenlanddekking af. Wil je elke onaangename verrassing uitsluiten? Kies dan voor een reisverzekering met dekking tegen medische kosten.

Let op!

Je recht op de basisverzekering vervalt wanneer je tijdens je buitenlandverblijf gedurende 3 maanden of langer een bijbaan hebt of stage loopt, waarvoor je reële inkomsten ontvangt. In zo'n situatie moet je zelf een geschikte ziektekostenverzekering afsluiten! Weer terug in Nederland heb je opnieuw een basisverzekeringsplicht.

Check hoe je bent verzekerd

Wij raden iedereen dringend aan om met de eigen ziektekostenverzekeraar contact op te nemen. Vertel naar welk land je gaat, wat je daar gaat doen, hoe lang je er blijft en of je er ook inkomsten hebt. Zij kunnen zien waarvoor je precies verzekerd bent en en waarvoor niet!

Aansprakelijkheid voor particulieren

Grote kans dat een dergelijke verzekering al voor je is afgesloten door je ouders, maar controleer het voor alle zekerheid.

Ongevallen,- bagage,- buitengewone kosten- en rechtshulpverzekering

Dit alles kun je in één keer goed regelen door het afsluiten van een all-in reisverzekering. Als

je een doorlopende reisverzekering hebt, raden we je ook aan contact op te nemen met je verzekeraar. Controleer of er een maximum geldt voor de duur van je buitenlandverblijf. Indien nodig regel je een alternatief. Als stagiair moet je even nagaan of je via het bedrijf verzekerd bent tegen bedrijfsongevallen.

Studentenverzekeringen

Twee verzekeraars die pakketten aanbieden voor studenten die tijdelijk naar het buitenland gaan voor studie of stage zijn:

AON-Nederland; informatie te vinden op xxx.xxxxx.xx/xxxxxxxx Lippmann Groep B.V.; informatie te vinden op xxx.xxx-xxx-xx.xxx

Huisvesting

Huisvesting vinden in het buitenland is jouw eigen verantwoordelijkheid. Hier volgen wat tips en adviezen.

Wanneer je in het buitenland gaat studeren kun je hiervoor vaak terecht bij de buitenlandse hogescholen/universiteiten. Dikwijls hebben zij een campus waar je tijdelijk een kamer kan huren.

Bij stage lopen in het buitenland, blijken bedrijven/instellingen vaak bereid te zijn een rol te spelen in het zoeken naar huisvesting. We adviseren je dan ook om dit na te vragen bij het bedrijf waar je stage gaat lopen.

Onderhuren van student

Lijkt het tijdelijk huren van een studentenkamer je interessant? Kijk dan eens op de site van het studenten huisvesting platform Housing Anywhere. Hier bieden studenten die tijdelijk naar het buitenland gaan voor studie of stage, hun kamer aan voor onderhuur. Housing Anywhere is er voor studenten, door studenten.

Waar dan ook ter wereld. Jij kunt er dus ook je kamer te huur aanbieden voor de tijd dat je in het buitenland zit.

Meer vragen?

Het International Office is er voor informatie, advies en ondersteuning op praktisch vlak.

Het International Office van Avans helpt je met het regelen van een aantal faciliteiten zowel vóór als na je aankomst in Nederland.

Ook geeft het International Office je tips en adviezen over hoe je je het beste kunt voorbereiden op je verblijf in het buitenland.

Wil je iemand van het Avans International Office spreken? Ga dan naar de Avans Studenten Informatie Balie die je op alle locaties kunt vinden. De medewerkers helpen je meteen of ze maken een afspraak voor je met een van de medewerkers van het Avans International Office.

Of mail naar: xxxxxxxxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xx

Je kunt ook binnenlopen bij de Studenten Informatie Balie voor meer informatie. Zo is hier de brochure 'Studie en stage in het buitenland'. Neem voor nog meer handige tips en belangrijke wetenswaardigheden ook eens een kijkje op de site van de Nuffic .

Verschillend solliciteren in het buitenland

In elk land verwachten ze weer iets anders van de sollicitant. Zo is in Frankrijk een sollicitatiebrief van 25 regels al aan de lange kant. In Duitsland is het gebruikelijk dat je een aardige foto van jezelf meestuurt. In deze checklist vind je handige tips. Per e-mail solliciteren is helemaal van deze tijd, maar kan niet overal.

Open sollicitatie?

België;

Ja, maar wel in de taal van het bedrijf (dus geen Nederlands bij Waalse bedrijven).

Frankrijk;

Heel gebruikelijk in Frankrijk. Men waardeert het initiatief.

Engeland;

Wordt gewaardeerd; wel goed onderbouwen waarom je solliciteert.

Duitsland

Open sollicitaties zijn zowel voor banen als stages goed te gebruiken.

Brief schrijven of typen?

B; Xxx beide.

F; Xxxxxxxxx. CV kan getypt worden. Brief is maximaal 20 regels lang.

E; Typen. Kort en bondig. Korte, actieve zinnen.

D; Typen. Vooral nauwkeurig zijn. Verzorgde brief is noodzakelijk.

Aanhef / titels

B; Altijd een naam en titels.

F; Xxxxxx een naam in de aanhef. Titels noemen is niet gebruikelijk.

E; Bij onzekerheid over de juiste persoon: "Dear Sir / Madam".

D; Altijd naam en titels. Wordt erg veel waarde aan gehecht.

Getuigschriften en kopieën, foto

B; Alleen meesturen als daarom gevraagd wordt. Meenemen naar een gesprek.

F; In de laatste fase meenemen.

E; Foto bij brief bijvoegen kan. Eventueel dingen insluiten waaruit blijkt dat je goed in teams kunt werken.

D; Foto meesturen. Kopieën van getuigschriften en diploma’s meesturen. Maak er een keurig dossiertje van.

Referenties

B; Altijd namen en telefoonnummers meesturen.

F; Alleen op managementniveau.

E; Worden altijd gevraagd. Namen en telefoonnummers meesturen.

D; Xxxxxx helpen. Namen en adressen meesturen.

B; Opbouw van heden naar verleden. Omvang is 1 - 2 bladzijden.

F; Opbouw van verleden naar heden. Liever 1 pagina.

E; CV is 1 tot 2 pagina's. Toon je actieve kant (bijv. "ik leverde die en die bijdrage" en "ik coördineerde...").

D; Altijd van verleden naar heden. Bondig schrijven hoewel de lengte van het totale CV is minder belangrijk. Onderteken ook je CV!

Opleidingen / stages

B; Voor starters: alles vermelden, ook vakantiewerk.

F; Alleen de hoogste diploma’s noemen. Nauwkeurig de talenkennis beschrijven. Aangeven welk toekomstperspectief je voor jezelf ziet.

E; Relevante opleidingen noemen. Vooral laten zien dat je kunt samenwerken (dus werkgroepen e.d. noemen).

D; Vermeld ook de behaalde resultaten. Denk aan de bewijsstukken (cijferlijsten, getuigschriften, certificaten). Vooral vaardigheden vermelden.

Hobby's

B; Alleen vermelden als ze relevant zijn.

F; Als je ze vermeldt, dan kun je er vragen over verwachten.

E; Teamsporten scoren goed.

D; Alleen als ze relevant zijn.

Privé

B; Altijd de huwelijkse staat vermelden. Bedenk dat België niet zo progressief is als Nederland op dit gebied.

F; Burgerlijke staat noemen. Niet de geboorteplaats, wel de nationaliteit. E; Burgerlijke staat, en andere privé-gegevens hoef je niet te vermelden. D; Burgerlijke staat melden. Duitsland is niet erg progressief.

Work placement contract

-A copy of the student’s/Xxxxxxx’x passport must be attached to this form

-This form must be retained at the address where the work placement is being carried out Personal information about the student/trainee

-Surname	:
-First name	:
-Date of birth	:
-Place of birth	:
-Nationality	:
-Is a copy of the passport attached?	: Yes
-Telephone number	:
-E-mail	:
-Home address during work placement :
-Telephone number at home address	:

Information about the Dutch education institution

Bachelor of Cabaret -Koningstheateracademy

Visiting address : Xxxxxxxxxxx 00

0000 XX ’s Hertogenbosch

Tel :000-0000000

Contactperson :Xxxxxxx xxx Xxxxxx

E-mail :xxxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx

Represented in this matter by: Xxxx Xxxxx Xxxx, principal Hereinafter: Institution

Information about the organization providing the work placement

-Name of organization :

-Work placement address :

-Telephone number :

-E-mail :

-Fax :

-Name of work placement counselor :

-Telephone number :

-E-mail :

Represented in this matter by , position: Hereinafter: Work placement provider

Work placement contract

Article 1. Definitions

Study Programme: a bachelor’s degree programme within Avans University, as listed in the CROHO register.

Work Placement Lecturer: the lecturer of the Institution providing the counseling and assessment

Work Placement Plan: a plan drawn up by the Trainee in which, in consultation with the Institution and Work Placement Provider, the learning and work activities are set out which the Trainee will perform during the Work Placement.

Company Counselor: employee of the Work Placement Provider who supervises the student during the Work Placement at the company.

Work Placement: vocational training forming an essential part of the curriculum. Work Placement Provider: the company or organization offering the Trainee post.

Trainee: a student or graduate enrolled in a Study Programma at the Bachelor of Cabaret whit whom a Work Placement Contract has been concluded. The compulsory subjects of this Work Placement are outlined in the education and examination rules of the Study Programme and in the work placement memorandum and/or work placement rules as well.

‘Student’ and ‘Trainee’, ‘he’ and ‘him’ apply to both male and female candidates.

Article 2. Appointment of Work Placement Lecturer and Company Counselor

The institution appoints a Work Placement Lecturer at the start of the Work Placement and will notify the Work Placement Provider directly thereof:

Name:

Address:

Postcode and town:

Telephone number:

E-mail Address:

The Work Placement Provider appoints a Company Counselor as the Trainee’s counselor: Name:

Address:

Postcode and town: Telephone number: E-mail address:

Article 3. Objective and content of the Work Placement

1. The Work Placement forms part of the Study Programme. A comprehensive description of the objective is contained in the Education and Examination Rules and in the work placement information. The student is expected to develop the following competencies:

2. The content of the Work Placement is described in the Work Placement Plan attached as an Appendix.

3. The number of ECTS credits assigned for the Work Placement: 15

Article 4. Duration of the Work Placement or graduation project

The work placement activities undertaken by the Trainee will take place from (dd/mm/yyyy)……………………………..up to and including(dd/mm/yyyy)……………………………..

If it is not possible to complete this period due to unforeseen circumstances, another or an additional period will be agreed on in mutual consultation.

Article 5. Working hours

The Trainee’s daily working hours are determined in mutual consultation. The student is normally expected to be present hours a week for the duration of the work placement period.

Article 6. Insurance/liability

1. The Work Placement Provider carries full legal liability for injury or damage the Trainee may suffer personally during the performance of the work placement activities. 5

2. The Work Placement Provider carries full legal liability for damage caused by the Trainee vis-á-vis a third-party during the performance of the Work Placement activities.

3. The Trainee is obliged to take out a private third-party insurance and a medical expenses insurance. A personal accident insurance is recommended.

4. As secondary cover, The Bachelor of Cabaret has concluded a group third-party liability and accident insurance for its students and Trainees. 6

5 This liability can by definition not be excluded.

6 Notes:

-In the First instance, the Work Placement Provider is liable for damage caused by subordinates, to third parties;

-If the work Placement Provider’s liability insurance does not provide any or only insufficient cover, the Trainee must use his own private third-party insurance; if no cover is obtainable from the aforementioned actions, the Bachelor of Cabaret group liability insurance can apply as a safety net for actions of third parties relating to legal liability. This insurance covers damage to items belonging to, or under the control and/or responsibility of the Work Placement Provider, caused by the Trainee, during and in connection with his employment.

-The group accident insurance provides only limited cover. The student/Xxxxxxx is therefore strongly recommended to take out accident insurance himself.

5. The Work Placement Provider will protect the Trainee against any form of intimidation or discrimination in the workplace.

Article 7. Status of Trainee/graduate

1. The Work Placement is not intended to be an employment contract and as a result is not referred to in this way.

2. The Trainee remains a student of the Bachelor of Cabaret throughout the work placement period.

3. The Work Placement is geared towards extending the Trainee’s knowledge, skills and experience, within the framework of his study programme. The Work Placement Provider is fully expected to cooperate to reach the above targets.

4. The Work Placement is carried out under the responsibility and supervision of the institution where the Trainee is enrolled.

5. No restrictions can ensue from the Work Placement in relation to future activities of the Trainee at other institutions/companies.

Article 8. Remuneration

1. The Trainee receives remuneration for the Work Placement. 7

In the case of remuneration, this amount is € (Gross) per month.

The usual social security contributions will be withheld from the remuneration for the Work Placement.

2. The Trainee receives a travel or expense allowance.8

In the case of an allowance, this amount is € (Gross) per month.

3. The Bachelor of Cabaret is not liable for the costs incurred by the Trainee in connection with the Work Placement, this also applies when the Work Placement is carried out abroad.

Article 9. Leave

1. Leave must be taken in consultation with the Work Placement Provider. Note: remaining days/hours of leave are not paid out if they are not taken during the work placement period, unless the Work Placement Provider failed to provide the Trainee with an opportunity to take the leave. If the work placement institution or company is closed on days around public holidays, these are considered part of the Trainee’s leave allowance.

2. The regulation for exceptional leave apply in the same way as for employees of the organization providing the Work Placement. Requests for extra leave can only be permitted by the Company Counselor in consultation with the Work Placement Lecturer.

7 Remuneration for the Work Placement refers to income from work performed; from a fiscal perspective, this could presupposes an employee relationship, on the basis of which a wage is paid out and social security contributions (including wage tax) are withheld.

8 A travel or expense allowance is not regarded as income! No wage tax or insurance premiums are withheld on travel or expense allowances by the Work Placement Provider.

3. If the Trainee takes more days of leave than the agreed number of days, the work placement period will be extended by this period pursuant to article 4.

4. No leave is required to be taken for education activities such as interim examinations (resits) and work placement review days.

Article 10. Illness and special circumstances

1. On the first day of illness, the Trainee will notify the Company Counselor of the Work Placement Provider and the Work Placement Lecturer of the Institution.

2. If it is expected that the work placement activities will have to be interrupted due to long-term illness, the Trainee will contact the Work Placement Lecturer and/or Coordinator as soon as possible.

The latter will make arrangements for continuation or cessation of the work and the

relevant conditions. These will be set out in writing as an addition to the Work Placement Contract.

3. Work Placement Provider’s procedures in case of illness do apply to the Trainee, given paragraphs 1 and 2 of this article.

Article 11. Observance of general regulations and instructions issued by the Work Placement Provider

1. The Trainee will observe the rules of conduct, regulations and instructions in the interests of order, health and safety, as they apply to the personnel of the Work Placement Provider.

2. The Trainee will also be expected to follow the instructions of the Company Counselor pursuant to the applicable rules as specified in the first paragraph.

Article 12. Confidentiality

The Trainee is obliged to maintain secrecy on anything of which he is informed in confidence during the Work Placement and also any such information that comes to his attention and of which he ought to understand the confidential nature.

Article 13. Disputes

1. In the event of problems during the Work Placement, the Trainee and Company Counselor will try to resolve them via proper consultation in the first instance.

2. Disputes between the Trainee and the Company Counselor will be presented to the Work Placement Lecturer.

3. If the Company Counselor, Work Placement Lecturer and Trainee cannot reach a solution, the dispute will be presented to the Work Placement Coordinator.

Article 14. Counseling

1. In the context of counseling, there will be a minimum of counseling meetings.

2. At the end of the Work Placement, the final assessment takes place in accordance with the guidelines in the work placement regulations.

3. The company Counselor will have a weekly consultation with the Trainee.

4. Review days are scheduled when the Trainee attends the Study Programme.

5. The Trainee will comply with the conditions of reporting and feedback as set down in the work placement regulations.

Article 15. Assessment

1. The Company Counselor draws up an assessment recommendation in accordance with the guidelines formulated for this purpose.

2. The Work Placement Lecturer prepares the final assessment in accordance with the guidelines in the work placement regulations.

3. All evaluations and assessments are discussed with the Trainee

Article 16. Termination of the Work Placement Contract

1. A Work Placement ends:

a. at the end of the period agreed in article 4,

b. as soon as the Trainee is no longer enrolled,

c. by mutual consent of the parties concerned,

x. in the event of death of the Trainee,

e. in the event of bankruptcy, suspension of payment or dissolution of the Work Placement Provider

2. The Work Placement Provider is entitled, having heard the Company Counselor and Trainee concerned, to terminate this contract with immediate effect:

a. if in the opinion of the Work Placement Provider the Trainee has repeatedly – and despite warnings- failed to follow the regulations or instructions issued by the Company Counselor and/or behaved in such a way that the Work Placement Provider cannot reasonably be expected to cooperate in the Work Placement.

b. if the Trainee fails to comply with his duty of confidentiality under article 12 vis-á-vis the Work Placement Provider.

The Work Placement Provider will notify the Work Placement Lecturer immediately in relation to a decision as stated under a and b via the Company Counselor as intermediary.

3. The Institution is entitled, having heard the Work Placement Lecturer and the Trainee concerned, to terminate his contract with immediate effect and to withdraw the Trainee:

a. if in the Institution’s opinion the Work Placement is not meeting the educational objectives or in other respects is not proceeding in accordance with the agreements made in this contract, or if the Trainee cannot reasonably be expected to continue his Work Placement with the Work Placement Provider.

b. if rules pertaining to privacy and undesirable conduct have been infringed. The Institution will notify the Company Counselor immediately in relation to such a decision via the Work Placement as intermediary.

Article 17. Applicable law

Dutch law applies to this contract. The Dutch courts have jurisdiction in the event of disputes.

Article 18. Final provision

If this Work Placement Contract is in conflict with another contract to be signed by the Trainee with the Work Placement Provider, this (three party) contract shall prevail.

Thus agreed and signed on, (dd/mm/yyyy) at (place)

On behalf of the Work Trainee Institution Placement Provider

Name: Name: Name:

Only the original Work Placement Contract, drawn up by The Bachelor of Cabaret, should be signed by the three parties concerned. The Institution will receive the original Work Placement Contract. The Work Placement Provider and the Trainee will each receive a copy of the contract.

Practical Training Form Questionnaire for mentor‌

Name student :

Practical training at :

Department :

City :

From/to: (date):……………………………………………………………..to:……………………………………………………………..

Name mentor :

Job title/function :

Telephone :

N.B. Please fill in this questionnaire as complete as possible. It would be treated in confidence. We draw your attention to the questions about the confidentiality of the assignment report (nr. 12). We would appreciate it if you would discuss the answers to questions 3 to 10 with the trainee.

Duties

1. Which duties did the trainee perform?

Main tasks: …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

Secondary tasks: ……………………………………………………………………………………………………………………………………………….

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

2. Have the duties performed been of use to your organization and what will be done with the results of the work?

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….

………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..……

Assessment of the assignment

3. What is your opinion about the execution of the assignment in relation to:

Structure: [] insufficient

[] sufficient [] good

Content: [] insufficient [] sufficient [] good

Result: [] insufficient [] sufficient [] good

Would you elaborate on your opinion?

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

4. What is your opinion about the contemplative part of the report? [] insufficient

[] sufficient [] good

Would you elaborate on your opinion?

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

Assessment of trainee

5. What is your opinion about the ability of the trainee to absorb knowledge? (i.e. regarding information received)

[] insufficient [] sufficient [] good

[] excellent

6. What is your opinion about the resilience and flexibility of the trainee? (i.e. coping with criticism or unexpected problems)

[] insufficient [] sufficient [] good

[] excellent

7. What is your opinion about the ability of the trainee to work independently (but asking for support when appropriate)?

[] insufficient [] sufficient [] good

[] excellent

8. What is your opinion about the social functioning of the trainee in your organization? [] insufficient

[] sufficient [] good

[] excellent

9. What do you rate the way in which the trainee uses his/her knowledge and skills?

Knowledge: [] insufficient

[] sufficient [] good

[] excellent

Social skills: [] insufficient

[] sufficient [] good

[] excellent

Learning skills [] insufficient

[] sufficient [] good

[] excellent

Remarks about the assessment of the trainee:

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

Organization

10. Have you experienced problems within your organization regarding the coaching of the trainee? [] yes

[] no

If so, what problems?

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

11. If it was up to you, would you take another student from the Koningstheateracademy as a trainee? [] yes

[] no

[] don’t know

If not, then why not?

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

12. Is the assignment report or the contemplative part to be considered confidential?

Report: [] yes

[] no

Contemplative part: [] yes [] no

If yes, how could that confidentiality best be safeguarded? Report:

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

Contemplative part:

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

…………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………….

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

13. Any other remarks you wish to make?

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………..

Date: Signature:

Document Metadata

Table of Contents

Stagehandleiding

Document Metadata

Stagehandleiding

Bachelor of Cabaret Koningstheateracademie

2016-2017

Soorten stages

Dit formulier zenden aan het secretariaat uiterlijk zeven werkdagen voor de terugkomdag

Dit formulier tezamen met het stageverslag zenden aan het secretariaat, binnen veertien werkdagen na beëindiging van de stage

(Tussentijdse) beoordeling stagiair

Practical Training Form Questionnaire for mentor‌

Would you please send this form to: Koningstheateracademie Havensingel 25

5211 TX ‘s Hertogenbosch

The Netherlands

Telephone: 0000-00 0 000 000,

two weeks after the end of the practical training period?

Document Metadata