HUWELIJKSE VOORWAARDEN
HUWELIJKSE VOORWAARDEN
1. @;
2. @,
hierna samen ook te noemen: de Echtgenoten.
De Echtgenoten verklaren met elkaar te willen trouwen op @ voor de ambtenaar van de Burgerlijke Stand te @.
Zij wensen niet in de wettelijke gemeenschap van goederen te trouwen, maar huwelijkse voorwaarden te maken waarin zij bij het einde van hun huwelijk, zowel in het geval van echtscheiding als in het geval van overlijden van één van hen beiden, de waarde van alle bezittingen en schulden die ieder van hen dan heeft fifty-fifty met elkaar verrekenen (finaal verrekenbeding).
In het geval van echtscheiding blijven erfenissen, schenkingen en studieschulden buiten deze verrekening. De Echtgenoten weten dat het daarbij van belang is dat zij het vermogen dat buiten de afrekening blijft apart van hun andere vermogen moeten administreren en beleggen. Anders is later niet meer goed vast te stellen om welk vermogen het hier gaat.
Op deze wijze is naar buiten toe (extern) de gemeenschap van goederen uitgesloten en kunnen deze huwelijkse voorwaarden tegenover schuldeisers worden ingeroepen. Intern (tussen de Echtgenoten onderling) komt het finaal-verrekenbeding in grote lijnen overeen met een gemeenschap van goederen. Indien het huwelijk mocht eindigen, ontvangen zij immers allebei in waarde de helft van het totale in de afrekening betrokken vermogen.
De Echtgenoten weten dat als hun situatie of hun wensen veranderen, zij altijd hun huwelijkse voorwaarden kunnen aanpassen.
Ter vastlegging van hetgeen hierboven is opgenomen wensen de Echtgenoten de volgende huwelijkse voorwaarden af te sluiten:
OF
Zij wensen niet in de wettelijke gemeenschap van goederen te trouwen, maar huwelijkse voorwaarden te maken waarin zij geen afspraken maken over het delen van inkomen of vermogen tijdens hun huwelijk respectievelijk bij een onverhoopte echtscheiding of overlijden. Zij wensen dus ieder hun eigen inkomen en vermogen op te bouwen en te behouden. De Echtgenoten zijn zich ervan bewust dat ze enkel de huishoudkosten samen betalen en dat als daarna inkomen overblijft dit inkomen is van de betreffende echtgenoot en ook het eventuele vermogen dat die echtgenoot daarmee opbouwt en dat dit ook geldt voor erfenissen en schenkingen.
De Echtgenoten weten dat als hun situatie of hun wensen veranderen, zij altijd hun huwelijkse voorwaarden kunnen aanpassen.
Ter vastlegging van hetgeen hierboven is opgenomen wensen de Echtgenoten de volgende huwelijkse voorwaarden af te sluiten:
HUWELIJKSE VOORWAARDEN
UITSLUITING GEMEENSCHAP VAN GOEDEREN
Artikel 1
De Echtgenoten sluiten elke gemeenschap van goederen uit.
VASTSTELLING EIGENDOM
Artikel 2
De Echtgenoten zijn ieder voor de onverdeelde helft gerechtigd tot:
1. de inboedelgoederen, aangeschaft voor de gemeenschappelijke huishouding;
2. het saldo van de gemeenschappelijke bankrekening(en);
Ieder van de Echtgenoten is eigenaar van de papieren en gedenkstukken, welke op zijn familie betrekking hebben, en van de kleding en de sieraden welke in zijn gebruik zijn of tot zijn gebruik bestemd zijn, ongeacht van wiens zijde deze zaken zijn opgekomen en wel zonder enige vergoeding aan de andere echtgenoot.
Rechten aan toonder en zaken die niet op naam van één van de Echtgenoten staan en behoren tot het bedrijfs- of beroepsvermogen van één van de Echtgenoten, zijn eigendom van die echtgenoot, ongeacht van wiens zijde deze goederen zijn opgekomen. Bestaat overigens tussen de Echtgenoten een geschil aan wie van hen beiden een goed dat niet op naam staat toekomt en kan geen van beiden zijn recht op dit goed bewijzen, dan wordt het goed geacht aan ieder van de Echtgenoten voor de helft toe te behoren.
INKOMEN
Artikel 3
1. Inkomen in deze huwelijkse voorwaarden is het besteedbaar inkomen uit arbeid na betaling van belastingen, premies sociale verzekeringen en de kosten die redelijkerwijs gemaakt moeten worden voor de verwerving van het inkomen.
Onder inkomen uit arbeid zijn begrepen winst uit onderneming of resultaat uit een werkzaamheid en voorts alle uitkeringen die strekken ter vervanging van inkomen uit arbeid zoals sociale uitkeringen en pensioenuitkeringen.
Tot het inkomen behoren niet de inkomsten uit vermogen.
2. Xxxxxxx een echtgenoot inkomen heeft in de vorm van winst uit onderneming of resultaat uit een werkzaamheid, dienen de Echtgenoten, naar normen die in het maatschappelijk verkeer als redelijk worden beschouwd, vast te stellen welk gedeelte van de winst of van het resultaat voor onttrekking in aanmerking komt en aldus inkomen is als hiervoor bedoeld.
De winst van een door een rechtspersoon uitgeoefende onderneming wordt uitdrukkelijk niet onder het inkomen begrepen, ook niet indien een echtgenoot in overwegende mate bij machte is te bepalen dat de winst van de betreffende rechtspersoon hem rechtstreeks of middellijk ten goede komt.
KOSTEN VAN DE HUISHOUDING
Artikel 4
1. De kosten van de gemeenschappelijke huishouding komen ten laste van de inkomens van de Echtgenoten naar evenredigheid daarvan.
Voor zover de inkomens van de Echtgenoten ontoereikend zijn, komen de kosten van de gemeenschappelijke huishouding ten laste van ieders vermogen naar evenredigheid daarvan. Een en ander geldt niet voor zover bijzondere omstandigheden zich daartegen verzetten.
2. Indien in de kosten van de huishouding niet overeenkomstig het vorenstaande werd bijgedragen kan verrekening worden gevorderd.
Dit recht tot het vorderen van verrekening vervalt indien deze verrekening niet heeft plaatsgehad of is gevorderd binnen een jaar na afloop van het betreffende kalenderjaar.
VERGOEDINGSRECHTEN
Artikel 5
Een echtgenoot heeft een vergoedingsrecht jegens de andere echtgenoot indien een bedrag of waarde ten behoeve van die andere echtgenoot aan zijn vermogen is onttrokken.
Tenzij de Echtgenoten schriftelijk anders overeenkomen, is de vergoeding gelijk aan het bedrag of de waarde ten tijde van de onttrekking.
Deze vordering is, tenzij de Echtgenoten anders overeenkomen, eerst opeisbaar bij:
1. einde van het huwelijk;
2. faillissement danwel surséance van betaling van de Echtgenoot die de vordering verschuldigd is;
3. bij verkoop en levering van het goed waarvoor de betreffende echtgenoot het vermogen aan de andere echtgenoot heeft verstrekt.
PREMIES VAN LEVENSVERZEKERINGEN
Artikel 6
Premies en koopsommen van een levensverzekering (een ongevallenverzekering
daaronder begrepen) en al hetgeen in verband hiermee is verschuldigd (dit alles hierna tezamen te noemen: premies en dergelijke), behoren niet tot de kosten van de huishouding en worden uitsluitend gedragen door de echtgenoot die deze krachtens de polis verschuldigd is.
Deze premies en dergelijke zijn en blijven uitsluitend voor rekening van de premieplichtige.
PENSIOENRECHTEN
Artikel 7
De Echtgenoten sluiten de toepasselijkheid van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding uit, zodat bij scheiding en bij scheiding van tafel en bed op geen enkele wijze verevening of verrekening van rechten op ouderdomspensioen plaats vindt. De aanspraken op nabestaandenpensioen worden hierdoor niet gewijzigd.
OF
Bij echtscheiding en scheiding van tafel en bed worden de door de Echtgenoten opgebouwde pensioenaanspraken verevend overeenkomstig het bepaalde in de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding.
Bij die verevening zullen de voor het huwelijk opgebouwde pensioenrechten niet worden betrokken.
Indien de pensioenaanspraken niet zijn ondergebracht bij een onafhankelijke verzekeringsmaatschappij kan een echtgenoot van de ander verlangen dat deze er aan meewerkt dat die aanspraken, voor zover deze hem bij echtscheiding of scheiding van tafel en bed toekomen, aan een dergelijke verzekeringsmaatschappij worden overgedragen. Het in de vorige zin bepaalde geldt niet voor zover redelijkheid en billijkheid zich tegen die overdracht verzetten.
Eventueel: FINAAL VERREKENBEDING
Artikel 8
1. Bij ontbinding van het huwelijk door echtscheiding of overlijden en bij scheiding van tafel en bed wordt tussen de Echtgenoten onderling of tussen de langstlevende echtgenoot en de erfgenamen van de overleden echtgenoot afgerekend alsof de Echtgenoten in algehele gemeenschap van goederen waren getrouwd zoals deze regeling gold op éénendertig december tweeduizend zeventien.
In geval het huwelijk eindigt door echtscheiding of in geval van scheiding van tafel en bed is/zijn hetgeen krachtens erfrecht of gift is verkregen of zal worden verkregen alsmede studieschulden van die afrekening uitgesloten. Ook al hetgeen krachtens zaaksvervanging voor het uitgesloten vermogen in de plaats is getreden doordat het voor meer dan de helft van zijn prijs ten laste is gekomen van uitgesloten vermogen, alsmede de vruchten van het uitgesloten vermogen. Vruchten van het uitgesloten vermogen voorzover niet verteerd blijven ook buiten de afrekening.
Het hiervoor omschreven uitgesloten vermogen blijft voorts buiten de afrekening indien ten tijde van het overlijden een vordering tot scheiding van tafel en bed of echtscheiding is ingesteld, dan wel een gemeenschappelijk verzoek hiertoe is ingediend.
2. Indien op het leven van de overleden echtgenoot een verzekering is afgesloten en door de langstlevende echtgenoot in verband met het overlijden van de eerst gestorven echtgenoot een uitkering wordt verkregen waarover erfbelasting verschuldigd kan zijn, blijven de premies en dergelijke alsmede een eventuele schadevergoeding die uit artikel 6 is ontstaan buiten de afrekening doordat het in de afrekening betrokken vermogen van de langstlevende wordt vermeerderd met deze te zijnen laste komende en tijdens het huwelijk betaalde premies en dergelijke en met de schadevergoeding.
3. Ten behoeve van deze afrekening zal een beschrijving worden opgemaakt van het in de afrekening betrokken vermogen van ieder van de Echtgenoten.
De beschrijving zal plaatshebben naar de toestand en waarde ten tijde van de
ontbinding van het huwelijk door overlijden, of in geval van echtscheiding of scheiding van tafel en bed, naar de toestand en waarde op de datum waarop het daartoe strekkende verzoekschrift is ingediend.
De waardering vindt plaats in onderling overleg. Indien dat onderling overleg niet plaatsvindt of niet leidt tot overeenstemming zal de waarde bindend worden vastgesteld door een of meer deskundigen, te benoemen door de kantonrechter genoemd in artikel 679 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
4. De afrekening vindt plaats doordat de ene partij aan de andere partij een zodanig bedrag uitkeert dat na uitkering ieder de helft heeft van het totale in de afrekening betrokken vermogen van de beide Echtgenoten.
Het af te rekenen bedrag zal in geld worden voldaan binnen een jaar na de ontbinding van het huwelijk of, ingeval van scheiding van tafel en bed, binnen een jaar nadat de scheiding van tafel en bed tot stand is gekomen.
Indien de redelijkheid zulks gebiedt zullen partijen een betalingsregeling treffen (al of niet met zekerheidstelling), waarbij de belangen van beide partijen in acht worden genomen.
5. Er vindt geen afrekening op grond van dit artikel plaats indien op het tijdstip van de ontbinding van het huwelijk op een echtgenoot de schuldsanering van toepassing is verklaard of een echtgenoot in staat van faillissement of surséance van betaling verkeert.
Indien na afloop van de schuldsanering, het faillissement of de surséance van betaling het vermogen van de echtgenoot positief blijkt te zijn wordt de afrekening alsnog uitgevoerd.
Afrekening vindt voorts niet plaats wanneer het vermogen van een echtgenoot zodanig negatief is dat meer dan de helft van hetgeen hij krachtens de afrekening zou ontvangen aan zijn schuldeisers ten goede zou komen.
RECHTSKEUZE
Artikel 8/9
De vermogensrechtelijke gevolgen van het huwelijk van de Echtgenoten zullen worden beheerst door het Nederlandse recht.
GESCHILLEN
Artikel 9/10
In geval de Echtgenoten in de toekomst van mening verschillen omtrent de interpretatie of uitvoering van deze huwelijkse voorwaarden zullen zij trachten door middel van onderling overleg tot een regeling te komen. Voor het geval zij hier niet in slagen, spreken zij de intentie uit dat zij zich zullen wenden tot een mediator verbonden aan het kantoor van Hermans & Schuttevaer Notarissen N.V. teneinde te trachten de gerezen geschilpunten door bemiddeling tot een oplossing te brengen. Eerst indien deze bemiddeling niet tot resultaat leidt, zullen de Echtgenoten zich elk tot een eigen advocaat wenden die dan het geschilpunt eventueel aan de rechter kan voorleggen.
SLOT
De comparanten zijn mij, notaris, bekend.
Verder heb ik, notaris, de zakelijke inhoud van de akte meegedeeld aan de comparanten en daarop een toelichting gegeven, inclusief de uit de inhoud van de akte voortvloeiende gevolgen.
De comparanten verklaren van de inhoud van de akte te hebben kennis genomen en daarmee in te stemmen. Tevens verklaren de comparanten uitdrukkelijk in te stemmen met de beperkte voorlezing van de akte. Dadelijk na beperkte voorlezing is de akte door ieder van de comparanten en door mij, notaris, ondertekend. De akte is verleden te Utrecht, op de datum aan het begin van deze akte vermeld.