Toelichting Kaders & voorwaarden
Toelichting Kaders & voorwaarden
Anterieure overeenkomst tussen de gemeente Reusel-De Mierden en Windpark Agro-Wind Reusel B.V.
20 augustus 2019
Inleiding
• De Vereniging High Tech Agro Campus (VHTAC) heeft op 31 juli 2017 aan de gemeente gevraagd om het oprichten van een windpark in het zuiden van Reusel planologisch mogelijk te maken via een aparte omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan.
• In antwoord hierop heeft het college van de gemeente Reusel-De Mierden op 14 maart 2018 kenbaar gemaakt in principe medewerking te verlenen aan het verzoek, als aangetoond is dat het verzoek aan de gestelde kaders en randvoorwaarden voldoet die door de raad op 19 december 2017 aan het college zijn meegegeven en aan de aanvullende kaders en voorwaarden zoals vastgelegd in de brief met het principestandpunt (dd. 14-3-2018 met kenmerk18.01910).
• De afspraken met betrekking tot de procedure, de verschillende kosten die hiervoor verschuldigd zijn en de voorwaarden die gelden voor het realiseren van het windpark zijn vastgelegd in een (anterieure) overeenkomst die door beide partijen zal worden ondertekend.
Bedoeling
• Dit document vormt de toelichting op de uitwerking van de door de raad en het college gestelde kaders en randvoorwaarden zoals vastgelegd in de anterieure overeenkomst.
• Waar niet aan één van de voorwaarden kon worden voldaan zijn partijen hierover in overleg gegaan en is een gemotiveerde alternatieve oplossing overeengekomen.
Gestelde kaders en voorwaarden (brief met principestandpunt gemeente 14-3-2018)
1. Er moet een substantiële landschappelijke investering worden gedaan in de directe omgeving, naast eventuele noodzakelijk landschappelijke compensatie voor NNB gebied. Hiervoor moet onderzocht worden of er (landschappelijke ecologische, recreatieve etc.) meekoppelkansen zijn;
2. Er moet een substantiële investering worden gedaan in de leefbaarheid van de omgeving in zowel Reusel-Zuid als de rest van de gemeente. Dit via een bijdrage in het Leefbaarheidsfonds.
Er moet een substantiële investering worden gedaan in de energieambitie van de gemeente/Kempen. Dit kan via een bijdrage in het Duurzaamheidsfonds.
De afdracht aan het leefbaarheids- en duurzaamheidsfonds is gezamenlijk minimaal € 10.000,- per gerealiseerde Megawatt per jaar;
3. Participatie en de door de provincie gevraagde uitwerking van de sociale component wordt vastgelegd met de initiatiefnemers in een overeenkomst. Hier wordt in ieder geval gebruik gemaakt van een vorm van direct, danwel indirect financieel participeren in het project. Ook de eerder genoemde investeringen in leefbaarheid en duurzaamheid zijn hiervan een onderdeel;
4. Er worden beeldkwaliteitseisen gesteld aan de plaatsing van de windmolens en de directe omgeving. Er dient onderzocht te worden wat de landschappelijke impact is vanaf het maaiveld
d.m.v. een 3D onderzoek vanaf verschillende relevante waarneempunten (waaronder enkele bepalende woningen in de omgeving), zowel statisch als dynamisch. Door dit onderzoek kunnen een aantal vragen beantwoord worden die van belang zijn voor de landschappelijke impact;
5. Natuurwaarden in het gebied mogen niet onevenredig worden aangetast en hiermee moet worden voldaan aan o.a. Wet Natuurbescherming;
6. De opstelling van molens dient zodanig te zijn dat deze geen belemmering vormen voor mogelijke toekomstige ontwikkelingen van andere windmolens, zodat ook in de toekomst ruimte is voor optimaal ruimtegebruik;
7. De effecten van de windmolens op de omgeving zijn zo minimaal als mogelijk. Bij voorkeur lager dan de wettelijke kaders;
8. Een uiteindelijk vergund vermogen dient zo maximaal mogelijk (met een zo hoog mogelijke energieopbrengst) te worden benut;
9. De bouwwerken dienen aan het eind van de levensduur, danwel de vergunde periode conform beleid van de provincie te worden gesloopt;
10. Er vindt door alle betrokken partijen en met name de initiatiefnemers een maximale inzet plaats om een zo zorgvuldig mogelijk communicatie traject plaats te laten vinden tijdens de te volgen procedures;
11. Er wordt uitvoerig onderzoek gedaan door middel van de MER naar alle relevante onderdelen;
12. De opgewekte stroom wordt zoveel mogelijk in de Kempen behouden.
Uitwerking kaders en voorwaarden door partijen
Allereerst, de VHTAC, als originele initiatiefnemer voor de ontwikkeling van het windpark in Reusel Zuid, heeft op 20 februari 2019 in haar ALV besloten de verdere ontwikkeling van het windpark over te dragen aan Windpark Agro-Wind Reusel B.V. Inclusief alle daarbij behorende rechten en plichten.
De VHTAC blijft actief als vereniging en vaardigt ook een bestuurder af in de stichting die de aandelen van Windpark Agro-Wind Reusel B.V. in haar bezit heeft. In de toelichting hieronder wordt van uitgegaan van deze nieuwe organisatiestructuur.
Ad 1. De inrichting van de natuurcompensatieopgave met meerwaarde voor de Reuselse natuur en haar bewoners is uitgewerkt in een separaat plan van aanpak op hoofdlijnen samen met de Bosgroep en passend binnen de ambities voor het Natuur Netwerk Brabant van de provincie en de gemeenten Reusel-De Mierden en Bladel. Met dit plan wordt zowel invulling gegeven aan zowel de wettelijke natuurcompensatie, in verband met het bouwen in NNB gebied, als aan extra versterking van natuur door een bovenwettelijke invulling in het gebied.
Met provincie is overeenstemming bereikt over de omvang van de aantasting en verstoring van het NNB door de plaatsing van windturbines in en nabij het NNB. Deze wettelijke compensatieomvang aan toe te voegen natuuroppervlak bedraagt 6,41 ha. De intentie van Windpark Agro-Wind is deze compensatie volledig fysiek uit te voeren binnen het gebied zelf. Namelijk rondom “De Strook” dat omgeven wordt door het Natuur Netwerk Brabant.
Naast deze wettelijke compensatie is besloten op enkele punten nog bovenwettelijke compensatie toe te passen. Dit heeft als doel om het gebied een extra impuls te geven. In de visie van Windpark Agro-Wind wordt een deel van de opbrengst van het windpark besteed om het gebied voor flora en fauna uiteindelijk waardevoller te maken dan deze was vóórdat de windturbines er stonden. Daarvoor zal additioneel ten minste 1,5 ha grond op vrijwillige basis worden toegevoegd aan natuur. Gesprekken met grondeigenaren aan de Strook hebben ertoe geleid dat de ambitie om een hogere vrijwillige natuurcompensatie te realiseren kan worden uitgewerkt in namenwerking met de gemeente Reusel-de Mierden, de gemeente Bladel en de provincie. Ook de opstelplaatsen rondom de turbines zullen zodanig worden uitgevoerd dat daar een natuurlijke vegetatie ontstaat die goed is voor bijen, vlinders e.d.
Naast de wettelijke en bovenwettelijke natuurinrichting wordt er ook budget vrijgemaakt in het kader van de Landschapsinvesteringsregeling. Deze kwaliteitsverbetering van het landschap vertegenwoordigt een waarde van maximaal € 253.440,-. Dit is € 5.760/MW, op basis van 44 MW opgesteld vermogen.
Na vergunningverlening zal de gedetailleerde uitwerking van zowel de wettelijke natuurcompensatie als de aanvullende maatregelen in nauwe afstemming met de deelnemers van de Klankbordgroep, de lokale natuurorganisaties en de omwonenden in het gebied worden opgesteld. De wensen zullen worden vertaald naar een 'inrichtings- en uitvoeringsplan' dat gericht is op versterking van natuurwaarden, het verbeteren van het woongenot van direct omwonenden, maar ook de recreatieve infrastructuur. Hierbij kan gedacht worden aan landschapsaanpassingen om de turbines aan het zicht te onttrekken voor omwonenden, een betere toegankelijkheid voor recreanten als voetgangers en fietsers, maar ook ruimte voor natuurversterking voor bijvoorbeeld de gladde slang. Met de gemeente Bladel is afgesproken dat de natuurversterkingsplannen van Reusel waar mogelijk aan zullen sluiten op die van Bladel. Daarom wordt de Bosgroep Zuid proactief betrokken hierbij.
Ad 2. Een omgevings-/gebiedsfonds zal worden ingericht om bij te dragen aan verhoging van de leefbaarheid en verduurzaming van de betrokken buurten en dorpen. Onder leefbaarheid wordt in ieder geval verstaan de fysieke kwaliteit van de woonomgeving, de sociale kwaliteit (voorzieningenniveau), de sociale cohesie en de veiligheid van de omgeving. De projecten die vanuit dit fonds worden ondersteund dienen ook bij te dragen aan de verduurzaming van het gebied; het voorstel moet duurzaam zijn en een maatschappelijk belang dienen, dus het persoonlijk belang van de indiener en overige betrokkenen overstijgen. Projecten dragen bij aan de verbetering van de ecologische kwaliteit, voor zover dit aspect binnen het project een rol speelt. Tenslotte hebben de projecten aantoonbaar draagvlak onder in ieder geval de bewoners van de buurt waarin het project wordt gerealiseerd.
Windpark Agro-Wind zal jaarlijks een substantiële bijdrage leveren aan zowel de direct omwonenden (binnen een straal van 900 meter rondom het windpark) als aan een gecombineerd Leefbaarheids- en Duurzaamheidfonds (het Gebiedsfonds).
De bijdrage aan de direct omwonenden bedraagt € 8.160,- per gerealiseerde Megawatt per jaar. Daarnaast zal jaarlijks per geproduceerde MWh € 0,50 worden gestort in het Gebiedsfonds
voor de overige bewoners. De totale omvang van de uiteindelijke bedragen is afhankelijk van het aantal uiteindelijk vergunde en geplaatste turbines. Ter indicatie: bij realisatie van 11 turbines en een jaarlijkse energieproductie van 180 GWh (=180.000 MWh) zal de bijdrage in het Gebiedsfonds kunnen oplopen tot jaarlijks € 90.000,-. En bij een opgesteld vermogen van 44 MW zal jaarlijks € 359.040,- worden uitgekeerd aan de direct omwonenden als vergoeding voor de ervaren overlast.
In totaal tellen deze bedragen op tot zo’n € 10.000,- per Megawatt per jaar die in de omgeving worden geïnvesteerd. Daarnaast ontvangen de grondeigenaren die hun grond ter beschikking stellen voor de plaatsing van een turbine een compensatievergoeding hiervoor. Deze bedraagt
€ 3.840, per MW.
Ten behoeve van het Gebiedsfonds wordt overigens een apart fondsbestuur ingesteld. De Gemeente stelt in samenspraak met de Klankbordgroep en/of overige betrokken stakeholders zoals de Dorpsraad de doelstellingen en de bevoegdheden van dit bestuur vast. Dit wordt nog nader uitgewerkt.
N.B. Uitkeringen vanuit het Gebiedsfonds zijn niet bedoeld voor leden van de VHTAC.
Ad 3. De mogelijkheid om direct te participeren is opgenomen in het participatieplan van het windpark. De intentie is dat 100% van het eigen vermogen lokaal wordt ingebracht: 75% vanuit de directe omgeving (initiatiefnemers) en 25% vanuit de gemeente Reusel-De Mierden, bijvoorbeeld in de vorm van een obligatielening, waarbij inwoners en bedrijven uit de omliggende buurten
voorrang krijgen bij de toekenning.
Door Windpark Agro-Wind is hiertoe een uitgebreid Participatieplan opgesteld. In dit plan worden twee vormen van participatie beschreven:
• Procesparticipatie ‐ Informatie, communicatie en consultatie;
• Projectparticipatie ‐ Welke is onderverdeeld naar:
• Sociale participatie (maatschappelijke meerwaarde). Hiermee wordt bedoeld dat de gehele gemeenschap van Reusel moet kunnen meeprofiteren van de ontwikkeling van het windpark;
• Financiële participatie.
Met dit plan beoogt Windpark Agro-Wind een actieve bijdrage te leveren aan:
• De sociale cohesie en leefbaarheid in de directe omgeving;
• Het stimuleren van de lokale economie;
• Bewustwording van de transitie naar duurzame energie;
• Het vitaliseren van de betrokkenheid bij maatschappelijke ontwikkelingen in de gemeente.
Het participatieplan is gedeeld met de omgeving en uitgebreid besproken binnen de klankbordgroep.
Ad 4. Door Windpark Agro-Wind is een uitgebreide visuele 3D-animatie uitgevoerd waarmee een waarheidsgetrouw beeld wordt verkregen van het windpark vanuit diverse waarneempunten.
Ad 5. In het Milieueffectenrapport (MER) wordt aangetoond dat voldaan wordt aan alle vereisten
m.b.t. de impact op natuurwaarden.
Ad 6. De opstelling van de turbines is zodanig gekozen dat optimaal gebruik gemaakt wordt de beschikbare ruimte.
Ad 7. Zoals uit het MER blijkt vallen de effecten op de omgeving binnen de wettelijke eisen. Tevens zullen effecten van slagschaduw volledig worden gemitigeerd en voor geluid wordt direct omwonenden de gelegenheid geboden om in uitzonderlijke gevallen de overlast gevende turbine(s) stil te zetten.
Ad 8. De gekozen voorkeursvariant levert van alle mogelijkheden een zo hoog mogelijke energieopbrengst.
Ad 9. Conform het beleid van de provincie gaat Windpark Agro-Wind ervan uit dat uiterlijk na een periode van 25 jaar het beoogde park zal worden gesloopt.
Ad 10. Op het gebied van communicatie zijn diverse activiteiten opgepakt. Naast publieke bijeenkomsten is sinds het voorjaar van 2018 een klankbordgroep actief met relevante betrokkenen uit de omgeving welke gemiddeld elke 6 weken bij elkaar komt. Een website is gebouwd die de ruggengraat van de informatievoorziening vormt. En door middel van inloopbijeenkomsten zijn en worden omwonenden in staat gesteld om kennis te nemen van de plannen en worden zij uitgenodigd hun mening of wensen kenbaar maken.
Daarnaast vergadert de VHTAC, waarin alle direct omwonenden en betrokken grondeigenaren zijn verenigd, ook op regelmatige basis over het windinitiatief.
Ad 11. Een uitgebreid MER is opgesteld en begin maart 2019 gepubliceerd.
Ad 12. De ‘fysieke’ stroom zal worden ingevoed bij het TenneT-onderstation in Hapert, maar voor de verkoop en levering van de door het windpark opgewekte stroom zal een apart contract worden opgesteld. Daarbij zal levering aan de lokale omgeving nadrukkelijk worden meegenomen. Dit wordt nog nader uitgewerkt.