Contract
1 ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1: Begripsaanduidingen
In dit Reglement wordt verstaan onder:
a. bestuur:
het bestuur van de R.-K. parochie X. Xxxxxxxxx te Haaren, eigenaresse van de begraafplaats.
b. begraafplaats:
het terrein bestemd voor het begraven van overledenen en voor het begraven of bijzetten van asbussen van overledenen, gelegen aan de Kerkstraat te Haaren.
c. beheerder:
degene die door het bestuur is belast met de dagelijkse leiding en het beheer van de begraafplaats.
d. particulier (urnen-)graf:
een ruimte op de begraafplaats, bestemd voor het begraven van een of meer overledenen of een urnenbewaarplaats (in het columbarium of in een urnenkelder) voor hun asbussen, waarvan het uitsluitend recht voor de duur van 20 jaar is verleend aan één rechthebbende volgens de voorwaarden van dit reglement, welk recht kan worden verlengd.
e. rechthebbende:
de meerderjarige persoon of rechtspersoon aan wie het recht op een particulier(urnen-)graf is verleend.
x. xxxxxxxxx:
het recht op een particulier(urnen-) graf voor twintig jaar; het recht op bewaring van een asbus in de urnenbewaarplaats voor twintig jaar.
g. bijzetting:
1. het begraven van een overledene in een graf waarin reeds een overledene is begraven of een graf waarin reeds een urnenkelder is geplaatst;
2. Het plaatsen van een asbus in een urnenkelder in een bestaand graf.
3. het plaatsen van een 2e asbus/urn in een urnenbewaarplaats.
h. asbus:
hermetisch afgesloten koker met de as van de overledene.
i: urn:
voorwerp waarin een of meer asbussen zijn opgeborgen. De bepalingen voor asbussen in dit Reglement gelden ook voor urnen.
j: urnenbewaarplaats:
voorziening op de begraafplaats waarin asbussen of urnen in een onverbrekelijk afgesloten ruimte worden opgeborgen.
Artikel 2: Bestuur
Het bestuur is gebonden aan het Algemeen Reglement voor het bestuur van een parochie van de Rooms Katholieke Kerk in Nederland en terzake van het beheer van de begraafplaats bovendien aan dit Reglement.
Artikel 3: Beheerder
Het bestuur kan een van zijn leden of een andere persoon, in dit reglement te noemen de beheerder, belasten met de dagelijkse leiding en het beheer van de begraafplaats.
De beheerder is bevoegd om namens het bestuur opdrachten te verlenen, het beheer van de begraafplaats betreffende en om namens het bestuur grafrechten te verlenen.
Artikel 4: Regelingen vóór een begraving
1. Voor de begraving dient het verlof tot begraving en tot de bezorging van de as aan de beheerder te worden getoond.
2. De voor de begraving en bewaring van een asbus noodzakelijke bescheiden, zoals de grafakte en de kwitantie van betaling van de verschuldigde rechten of een deugdelijk bewijs van begraving of bewaring van een asbus voor rekening van derden en de eventuele autorisatie van de rechthebbende moeten vóór de begraving c.q. bewaring aan de beheerder worden overgelegd.
Artikel 4a: Bevorderen van natuurlijke ontbinding
1. Het is verboden om een overledene te begraven in een zinken of andere metalen of kunststof (binnen)kist.
2. Het is verboden om een overledene te begraven met gebruikmaking van een lijkhoes, die niet voldoet aan de voorwaarden van het Lijkomhulselbesluit 1998.
3. Het is verboden om in een kist of ander omhulsel voorwerpen of objecten bij te sluiten die niet tot de kist of de overledene behoren, anders dan kleine verteerbare grafgiften. De materialen die verwerkt zijn in de lijkkist, de lijkhoes en de kleding van de overledene dienen zoveel mogelijk van natuurlijk verteerbare aard te zijn. In geval van ernstige en gerechtvaardigde twijfel of de materialen aan deze eis voldoen, kan de beheerder een controle instellen. Blijken de gebruikte materialen niet aan de eis te voldoen dan kan begraving geweigerd worden.
4. De rechthebbende is verantwoordelijk voor het naleven van de onder lid 1 t/m 3 vermelde voorschriften. Eventuele schade en/of kosten tengevolge van niet-naleving van deze voorschriften zullen op de rechthebbende worden verhaald.
Artikel 5: De begraving van een overledene en de bewaring van een asbus
1. Een begraving of de bewaring van een asbus geschiedt op een dag en uur, met de beheerder tevoren overeen te komen en volgens aanwijzing van de beheerder.
2. De kist, dan wel het omhulsel en de asbus moeten zijn voorzien van een registratienummer welk registratienummer moet worden opgenomen in het register van overledenen.
Artikel 6: Werkzaamheden op de begraafplaats
1. Het delven en dichten van graven, het openen van een graf, het opdelven van stoffelijke resten en het bijzetten van asbussen geschieden uitsluitend door het personeel van de begraafplaats of, in opdracht van het bestuur, door derden.
2. Het bestuur geeft aan hen, die door de rechthebbenden zijn belast met de bouw, de aanleg of het onderhoud van de graftekens en/of beplantingen gelegenheid om hun werkzaamheden te verrichten op tijden dat de begraafplaats daarvoor geopend is. Zij volgen hierbij de aanwijzingen van de beheerder.
3. Geen werkzaamheden mogen worden verricht op zon- en feestdagen en tijdens begravingen. Op zaterdagen mogen geen werkzaamheden door beroepskrachten worden verricht, in opdracht van rechthebbenden, maar is uitsluitend de grafverzorging door de nabestaanden toegelaten.
4. Iedere dag dienen gereedschappen, afkomende materialen en hulpmaterialen te worden meegenomen of te worden geplaatst of gestort volgens aanwijzingen van de beheerder.
Artikel 7: Bezoekers
Het bestuur bepaalt de tijden, waarop de begraafplaats voor bezoekers toegankelijk is. De begraafplaats is voor auto's en voor fietsen (al of niet met hulpmotor) gesloten. De beheerder kan voor mindervaliden uitzondering toestaan. Honden worden niet op de begraafplaats toegelaten met uitzondering van assistenthonden of met schriftelijke toestemming van de beheerder. Bezoekers worden verzocht luidruchtigheid te vermijden.
Voor het houden van dodenherdenkingen of de plechtige onthulling van een grafteken moet tevoren schriftelijke toestemming zijn verkregen van het bestuur.
Artikel 8: Administratie
1. Het bestuur is verantwoordelijk voor de wettelijke verplichting tot het voeren van de administratie van de begraafplaats. De administratie bevat in ieder geval een register van de overledenen met vermelding van hun identiteitskenmerk en aanduiding van de plaats op de begraafplaats waar zij begraven zijn, alsmede een dergelijk register van de bewaarde asbussen. Deze registers zijn openbaar. Daarnaast bestaat er het nabestaandenbestand grafrechten, waarin de namen en adressen van alle rechthebbenden worden geregistreerd.
2. Het boekjaar van de begraafplaats loopt van 1 januari tot en met 31 december. Alle rechten, verleend in een jaar worden geacht te zijn verleend per 1 januari daaropvolgend.
2 HET VESTIGEN VAN GRAFRECHTEN
Artikel 9: Schriftelijke overeenkomst
1. Een grafrecht wordt gevestigd door een schriftelijke overeenkomst met het bestuur, genaamd grafakte. Zie bijlage 1 en bijlage 2.
2. Op de begraafplaats kunnen begraven worden:
- zij die als parochiaan staan ingeschreven bij de parochie en zij die met een parochiaan gehuwd waren of die met een parochiaan duurzaam een huishouden vormden;
- oud-parochianen die in een instelling voor gezondheidszorg verblijven en die voorheen tot de parochie behoorden.
- Inwoners van de kern Haaren
3. Het bestuur kan van lid 2 in uitzonderlijke gevallen afwijken en toestaan dat anderen op de begraafplaats worden begraven.
Artikel 10: Uitgifte van graven
1. De graven van een gravenveld worden in volgorde, door de beheerder te bepalen, uitgegeven. Het is niet mogelijk een bepaalde grafruimte te reserveren, behoudens de gevallen hierna te noemen.
2. Lid 1 is niet van toepassing als het bestuur, op grond van de in lid 3 genoemde gronden, toestemming heeft gegeven om een aanspraak op een bepaalde grafruimte te vestigen. De vestiging van een aanspraak op grafruimte geschiedt via een akte van reservering.
3. Toestemming om een bepaalde aanspraak op grafruimte te vestigen wordt alleen verleend indien
a. Een verzoek wordt gedaan om de grafruimte gelegen naast die van een overledene te reserveren ten behoeve van de huisgenoot van die overledene, of
b. Een verzoek wordt gedaan om een grafruimte gelegen naast die van een overledene te reserveren ten behoeve van een gehandicapte die in een instelling voor gezondheidszorg verblijft.
4. Degene die een aanspraak heeft verworven als bedoeld in lid 2 is een door het bestuur te bepalen tarief verschuldigd. Indien binnen 14 dagen het verschuldigde tarief niet wordt voldaan eindigt de verworven aanspraak van rechtswege. Tevens gaat de aanspraak zoals bedoeld in lid 2 verloren als degene, ten behoeve van wie de aanspraak is gevestigd, wordt begraven in de grafruimte.
5. Het bestuur kan te allen tijde nadere regels stellen omtrent een verworven of een te werven aanspraak als bedoeld in lid 2.
Artikel 11: Recht op particulier (urnen-)graf
Het bestuur kan aan één meerderjarig persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht verlenen om voor twintig jaren gebruik te maken van een bepaalde (urnen-) grafruimte, ten behoeve van hemzelf,
de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levenspartner, een bloed- of aanverwant tot en met de vierde graad, of een pleeg- of stiefkind. Dit recht wordt verleend onder de voorwaarden, in dit reglement gesteld of door het bestuur later te stellen. In ieder geval moet betaling op grond van artikel 39 van dit reglement zijn geschied en moet bij de rechtsverkrijging schriftelijk worden vastgelegd dat het graf (art.42) kan worden geruimd wanneer dit recht, door welke oorzaak dan ook, geëindigd is.
Artikel 12: Adres van de rechthebbende
De rechthebbende is verplicht zijn adres aan het bestuur op te geven, alsmede de wijziging van zijn adres.
Artikel 13: Overlijden van de rechthebbende
1. Binnen 6 maanden na het overlijden van de rechthebbende dient het grafrecht na een daartoe strekkend verzoek van de erfgena(a)m(en) te worden overgeschreven op naam van de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levenspartner, een bloed- of aanverwant tot en met de vierde graad, of een pleeg- of stiefkind overeenkomstig artikel 14.
2. Indien de rechthebbende is overleden en in het graf dient te worden begraven of zijn asbus dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving als bedoeld in lid 1 van dit artikel voorafgaand aan die begraving of bijzetting te worden gedaan.
Artikel 14: Overdracht grafrecht
1. Een grafrecht kan worden overgedragen door overlegging aan het bestuur van een door de rechthebbende en de betrokken rechtsopvolger getekend bewijs van overdracht, met vermelding van de personalia en het adres van de rechtsopvolger.
2. Overdracht aan een ander dan de echtgenoot, geregistreerde partner of andere levenspartner, een bloed- of aanverwant tot en met de vierde graad of een, pleeg- of stiefkind van de rechthebbende is slechts mogelijk, indien daarvoor gewichtige redenen bestaan naar het oordeel van het bestuur.
3. Een rechthebbende kan afstand doen van grafrechten, zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding. Afstand dient schriftelijk te geschieden.
Artikel 15: Weigering tot begraving of bijzetting
Het bestuur behoudt zich het recht voor, ook nadat grafrechten zijn verleend, om canonieke redenen begraving van een overledene en met name de bijzetting in een dubbel graf of een familiegraf te weigeren, onder teruggave van de reeds betaalde rechten, of alleen de begraving op een bepaald gedeelte van de begraafplaats toe te staan.
Artikel 16: Ontbindende voorwaarden grafrechten
Het bestuur verleent grafrechten uitdrukkelijk voor de tijd, gedurende welke het terreingedeelte, waarin zich de (urnen-)graven bevinden, tot de begraafplaats blijft behoren en voor de tijd dat de begraafplaats in exploitatie blijft.
Aan de toegekende grafrechten kan geen titel ontleend worden zich te verzetten tegen de bestemmingsverandering van (een gedeelte van) de begraafplaats of tegen de voorgenomen sluiting of gesloten verklaring van de begraafplaats.
3 HET VERLENGEN VAN GRAFRECHTEN
Artikel 17: Schriftelijk informeren van de rechthebbende
1. Het bestuur zal uiterlijk één jaar voor het verstrijken van een termijn, waarvoor grafrechten zijn verleend en die kunnen worden verlengd, de rechthebbende schriftelijk attenderen op het aflopen van de grafrechten en de voorwaarden bekend maken, waaronder deze grafrechten kunnen worden verlengd voor een termijn van vijf of tien jaar.
2. Indien niet binnen drie maanden na verzending van de mededeling om verlenging van de termijn van het grafrecht is verzocht dan zal van het aflopen van de termijn door een zichtbare mededeling melding worden gemaakt bij het graf en bij de ingang van de begraafplaats. De mededeling blijft gedurende één jaar aanwezig maar tenminste tot het einde van de termijn van het grafrecht.
Artikel 18: Verzoek van rechthebbende tot verlenging grafrechten
1. Een rechthebbende kan binnen twee jaren voor de afloop van de termijn schriftelijk verlenging van zijn rechten aanvragen voor een aansluitende termijn van vijf of tien jaren.
2. Het bestuur zal een aanvrage ingevolge lid 1 inwilligen, in zoverre van het recht tot begraven gebruik is gemaakt en geen bijzondere redenen, zoals de voorgenomen ruiming van een gravenveld, zich daartegen verzetten.
Artikel 19: Voorwaarden verbonden aan verlenging van grafrechten
De verlenging van grafrechten wordt slechts verleend wanneer:
1. het onderhoud van het graf zich naar het oordeel van het bestuur niet bevindt in kennelijke staat van verwaarlozing en op de voorwaarden geldend op het tijdstip waarop de verlenging ingaat en volgens de alsdan geldende tarieven.
2. het bestuur behoudt zich het recht voor de grafrechten, in zoverre geen gebruik tot begraven is gemaakt, niet te verlengen. In dat geval wordt de rechthebbende in de gelegenheid gesteld elders op de begraafplaats een grafrecht te vestigen
Artikel 20: Verlenging van grafrechten bij bijzetting
Wanneer in een particulier(urnen-)graf of een combinatiegraf, bestemd tot het begraven van meerdere overledenen een bijzetting heeft plaatsgevonden, wordt een lopende termijn van het grafrecht afgesloten en wordt een nieuwe termijn van 20 jaren geacht te zijn ingegaan.
4 EINDE VAN DE GRAFRECHTEN
Artikel 21: Einde van grafrechten
De grafrechten vervallen:
a. door het verlopen van de gestelde termijn met inachtneming van het bepaalde in artikel 17;
b. indien de tarieven overeenkomstig artikel 39 van dit reglement niet binnen één jaar na het vestigen of het verlengen van het grafrecht zijn betaald;
c. indien een terreingedeelte, waarin zich de (urnen-)graven bevinden, aan de bestemming van begraafplaats wordt onttrokken of wanneer de begraafplaats niet meer als zodanig wordt geëxploiteerd, overeenkomstig artikel 16;
d. indien de aankondiging van het aflopen van de termijn van het grafrecht overeenkomstig artikel
17 bij het graf en bij de ingang van de begraafplaats zichtbaar vermeld is geweest en de rechthebbende gedurende die periode niet heeft gereageerd;
e. indien de rechthebbende het onderhoud van grafteken of beplanting verwaarloost en na sommatie weigert te doen herstellen of de herstelkosten te voldoen, overeenkomstig artikel 35;
f. indien de rechthebbende bij onderhandse verklaring afstand doet van een verkregen grafrecht.
5 INDELING VAN DE BEGRAAFPLAATS EN ONDERSCHEID IN GRAVEN
Artikel 22: Indeling door het bestuur
Het bestuur behoudt zich het recht voor de aanleg en de indeling van de begraafplaats, de bestemming van de gravenvelden en het onderscheid in (urnen-)graven vast te stellen en te wijzigen.
Artikel 23: Soorten van graven
Het bestuur verleent rechten op het tijdelijk gebruik van:
a. Een particulierfamiliegraf in vak Zuid voor zover dit reeds aanwezig was op 1-1-2007, waarop toegelaten worden de dan bestaande graftekens. Bij vervanging of wijziging moeten de graftekens gaan voldoen aan de bepalingen van artikel 33.
b. Een particulier enkel of dubbel graf, waarop toegelaten worden graftekens die voldoen aan de bepalingen in artikel 33.
c. Een particulier-combinatiegraf of dubbel combinatiegraf, waarop toegelaten worden graftekens die voldoen aan de bepalingen in artikel 33.
d. Een particulier-kindergraf of een particulier graf voor een doodgeborene of een onvoldragen vrucht in een vak, waarop toegelaten worden graftekens na afzonderlijke goedkeuring.
e. Een eigen urnengraf in een vak van de urnenmuur (columbarium).
Artikel 24: Familiegraf
Een familiegraf is bestemd voor het begraven van maximaal vier overledenen.
Alleen de als rechthebbende ingeschreven persoon kan de overledenen aanwijzen, die na overlijden in een familiegraf mogen worden begraven of bijgezet.
Artikel 25: Enkelgraf
Een particulier graf bestemd voor het begraven van één overledene. Een enkelgraf heeft een oppervlakte van 200x80 cm. Alleen de als rechthebbende ingeschreven persoon kan de overledene aanwijzen die na overlijden in een enkelgraf mag worden begraven.
Artikel 26: Combinatiegraf
Een particulier enkel graf waarin één urnenkelder is geplaatst voor maximaal twee asbussen.
Artikel 27a: Dubbel graf
Een dubbel graf bestaat uit twee enkele graven naast elkaar. Een dubbelgraf heeft een oppervlakte van 200x165 cm.
Artikel 27b: Dubbel graf
Een dubbel combinatiegraf bestaat uit twee combinatiegraven naast elkaar.
Artikel 28: Kindergraf
Een particulier graf bestemd voor een overleden kind dat niet ouder was dan 6 jaar.
Artikel 29: Urnengraf
In een particulier urnengraf (vak in urnenmuur) kunnen één of twee asbussen worden begraven.
6 ASBUSSEN
Artikel 30: Bewaring van asbussen
Asbussen kunnen op de begraafplaats bewaard worden:
a. in een vak van de urnenmuur van de begraafplaats (columbarium).
b. In een urnenkelder in een combinatiegraf
Artikel 31: Recht op het bewaren van een asbus
De artikelen 9 t/m 21 zijn van overeenkomstige toepassing voor degenen die een recht willen vestigen op het bewaren van een asbus op de begraafplaats op de in artikel 30 genoemde wijze.
Artikel 32: Ruiming van asbussen
Ruiming van een asbus na het vervallen van het recht op bewaren van de asbus geschiedt door verstrooiing van de as op een strooiveld.
7 GRAFTEKENS EN GRAFBEPLANTINGEN
Artikel 33: Vergunning
Het bestuur kan uitsluitend aan rechthebbenden vergunning verlenen om graftekens en/of grafbeplantingen op particuliergraven te doen aanbrengen. Deze moeten voldoen aan de “Voorschriften voor het toelaten van graftekens en grafbeplantingen” behorende tot dit reglement (Bijlage 3) en die door het bestuur zijn vastgesteld. Deze voorschriften worden op verzoek door de beheerder aan iedere belanghebbende verstrekt. Graftekens en/of beplantingen, die naar het oordeel van het bestuur niet in overeenstemming zijn met deze voorschriften, worden door het bestuur geweigerd en kunnen na aangebracht te zijn door het bestuur op kosten van de rechthebbende worden verwijderd.
Artikel 34: Risico schade aan graftekens
1. Gedurende de termijn van het grafrecht blijven de graftekens en de grafbeplanting eigendom van de rechthebbende. Het bestuur aanvaardt deze graftekens en grafbeplanting niet in beheer. Dit betekent dat de rechthebbende verantwoordelijk is voor de voorwerpen die zich op de graven bevinden, alsmede voor het onderhoud, met inachtneming van het bepaalde in artikel 35.
2. Schade aan graftekens ontstaan door storm, vandalisme wordt door het bestuur uitsluitend vergoed voor zover deze risico’s door een verzekeringsovereenkomst van het bestuur zijn gedekt.
3. Schade veroorzaakt door op de begraafplaats uitgevoerde werkzaamheden door personeel van de begraafplaats wordt door het bestuur uitsluitend vergoed tot het bedrag waarvoor deze risico's door de desbetreffende verzekeringsovereenkomsten van het bestuur worden gedekt.
Artikel 35: Onderhoud graftekens en grafbeplanting
1. De graftekens en grafbeplantingen moeten ten genoegen van het bestuur worden onderhouden door de rechthebbenden. Onder behoorlijk onderhoud wordt mede verstaan het doen herstellen, vernieuwen of waterpas stellen van graftekens en/of beplanting.
2. In geval van kennelijke verwaarlozing van het onderhoud van een particulier graf, kan het bestuur, voor zover de plicht tot onderhoud niet bij hem ligt, deze verwaarlozing vastleggen in een schriftelijke verklaring, die het toezendt aan de rechthebbende, die binnen één jaar na ontvangst in het onderhoud voorziet.
3. Indien de ontvangst van de verklaring, bedoeld in het tweede lid, niet wordt bevestigd, maakt het bestuur de verklaring bekend bij het graf en bij de ingang van de begraafplaats, gedurende een periode van vijf jaar dan wel totdat in die periode in het onderhoud is voorzien.
4. Indien toepassing is gegeven aan het tweede of derde lid en niet alsnog in het onderhoud van het graf is voorzien, vervalt het recht op het graf op het moment dat de periode van één dan wel vijf jaar, bedoeld in het tweede respectievelijk derde lid is verstreken.
5. Indien het recht op het graf nog geen twintig jaar is gevestigd op het moment dat de periode, bedoeld in het derde lid, is verstreken, blijft de bekendmaking in stand totdat de periode van twintig jaar is verstreken dan wel totdat in die periode in het onderhoud is voorzien. Indien niet voordien in het onderhoud van het graf is voorzien, vervalt het recht op het graf zodra de termijn van twintig jaar is verstreken.
Artikel 36: Plaatsen, verwijderen, herplaatsen van grafteken door rechthebbende
Opdracht tot het plaatsen van een grafteken, tot het verwijderen van een grafteken voor een bijzetting en tot het herplaatsen daarvan na een bijzetting moet worden gegeven door de rechthebbende. Wanneer een verwijderd grafteken zich op de begraafplaats bevindt en niet binnen drie maanden na de bijzetting wordt herplaatst is het bestuur gerechtigd de delen daarvan van de begraafplaats te doen verwijderen en te doen vernietigen op kosten van de rechthebbende.
Artikel 37: Tijdelijke verwijdering van een grafteken door de beheerder
1. Indien het vanwege het beheer van de begraafplaats naar het oordeel van de beheerder nodig is kunnen het grafteken en/of de beplanting van het graf van een rechthebbende op last van en voor rekening van het bestuur worden weggenomen en kan op het graf tijdelijk zand worden gedeponeerd. De rechthebbende wordt hiervan tevoren in kennis gesteld.
2. Verwelkte bloemen en ontsierende voorwerpen kunnen door de beheerder zonder voorafgaande waarschuwing van de graven (en urnenmuur) worden verwijderd.
Artikel 38: Verwijdering van graftekens na einde grafrecht
Binnen drie maanden na het eindigen van het grafrecht kunnen grafteken en/of beplanting door de rechthebbende van het graf worden verwijderd. Na verloop van drie maanden wordt de rechthebbende geacht geen prijs te stellen op het weer in bezit nemen van grafteken en/of beplanting en is het bestuur gerechtigd deze te doen verwijderen en te doen vernietigen zonder dat enigerlei vergoeding hiervoor jegens de rechthebbende verschuldigd is.
8 TARIEVEN EN ONDERHOUD
Artikel 39: Tarieven
1. Voor het vestigen en verlengen van een grafrecht of bewaarrecht voor urnen, voor bijzettingen en voor onderhoud worden tarieven geheven. Deze tarieven zijn als volgt samengesteld:
a. een bedrag voor werkzaamheden aan het (urnen-) graf en kosten urnenbewaarplaats (urnenmuur of urnenkelder);
b. een bedrag voor het grafrecht of bewaarrecht voor een urn en kosten van het door het bestuur uit te voeren algemeen onderhoud van de begraafplaats voor de duur van het grafrecht of bewaarrecht;
c. een bedrag voor het reserveren van een grafplaats naast een overledene;
d. een bedrag voor het uitstrooien van een asbus op het strooiveld.
2. Het bestuur stelt een afzonderlijke lijst op van de voor de begraafplaats geldende tarieven.
Artikel 40: Algemeen onderhoud
Het bestuur zal zorg dragen dat de afrasteringen en/of ommuringen, de gebouwen, de paden, de groenvoorziening en de beplanting van de begraafplaats worden onderhouden. Tot dit onderhoud van de begraafplaats behoren de werkzaamheden aan de groenvoorziening en de beplanting op en onmiddellijk achter de graven, in zoverre deze niet overeenkomstig artikel 33 door de rechthebbende zijn aangebracht.
Artikel 41: Beperking onderhoudsverplichting
Het bestuur verplicht zich aan het in artikel 40 omschreven onderhoud te besteden maximaal de bedragen, die uit de tarieven op grond van artikel 39 voor onderhoud zijn verkregen en daarvoor per jaar beschikbaar zijn, alsmede eventueel van overheidswege daarvoor verkregen subsidies.
Deze beperking van de onderhoudsverplichting geldt in het bijzonder na sluiting of gesloten verklaring van de begraafplaats.
Artikel 42: Ruiming van graven en asbussen
Het bestuur heeft het recht de (urnen-)graven en de in de urnenbewaarplaats bewaarde asbussen, waarvan de rechten meer dan drie maanden vervallen zijn, te doen ruimen, met in achtneming van de wettelijke termijn.
9 OVERGANGSBEPALING
Artikel 43: Overgangsbepaling
1. Voor in het verleden verleende grafrechten waarvan de tijdsduur niet meer aantoonbaar vast te stellen was, heeft het reglement van 5-1-1993 de termijn gesteld op 30 jaren na inwerkingtreding van dat reglement. Het huidige reglement vervangt dit reglement en gaat uit van het toen bepaalde ten aanzien van de genoemde grafrechten. Het tariefonderdeel voor het grafrecht, zoals bedoeld in artikel 39, lid 1 sub b, is derhalve gedurende deze periode niet verschuldigd.
2. Rechthebbende met een grafrecht dat aantoonbaar voor onbepaalde tijd is verleend, zijn niet het tariefonderdeel verschuldigd voor het grafrecht, zoals bedoeld in artikel 39, lid 1, sub b.
10 SLOTBEPALINGEN
Artikel 44: Sluiting van de begraafplaats
Het bestuur behoudt zich het recht voor de begraafplaats voor begravingen en voor het bewaren van asbussen te sluiten of gesloten te doen verklaren. Uitsluitend de betalingen voor begravingen, waarvan nog geen gebruik is gemaakt, worden daarna door het bestuur aan rechthebbende gerestitueerd.
Het bestuur is niet aansprakelijk voor opgravings- en overplaatsingskosten van resten en/of graftekens naar een andere begraafplaats.
Artikel 45: Klachten
Belanghebbenden kunnen omtrent feitelijke handelingen betreffende de begraafplaats bij het bestuur een schriftelijke klacht indienen. Het bestuur zal binnen dertig dagen na ontvangst van de klacht beslissen en de klager schriftelijk daarvan in kennis stellen.
Artikel 46: Onvoorziene omstandigheden
In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist het bestuur.
Artikel 47: Vervallenverklaring eerdere reglementen
Het bestuur herroept de bepalingen en voorschriften van eerdere reglementen, de begraafplaats betreffende en stelt dit reglement daarvoor in de plaats.
Artikel 48: Wijziging Reglement
Dit reglement heeft de goedkeuring van de bisschop van ‘s-Hertogenbosch. Het bestuur is gerechtigd dit reglement te wijzigen.
Wijzigingen in dit reglement behoeven eveneens de goedkeuring van genoemde bisschop. De rechthebbenden en de gebruikers worden van de wijzigingen in kennis gesteld.
Artikel 49: Inwerkingtreding
Dit reglement is vastgesteld in de vergadering van het bestuur d.d. 3-12-2010 en goedgekeurd door de bisschop van .’s-Hertogenbosch d.d. ................ en van toepassing verklaard met ingang van
.............
BIJLAGE 1
Grafakte voor een particulier graf en hoofddelen uit het reglement
Samenvatting hoofddelen uit het reglement. (Volledige reglement is ter inzage in het Parochiehuis Driehoeven 1a te Haaren.)
De rechthebbende krijgt grafrechten voor twintig jaar en kan die rechten op verzoek verlengen met 5 of 10 jaren tegen de alsdan geldende tarieven en voorwaarden.. Dit verzoek moet worden ingediend één jaar voor het aflopen van de grafrechten. (einddatum) Zo mogelijk zal het Bestuur de rechthebbende tijdig waarschuwen omtrent het aflopen van een termijn. Grafrechten worden verlengt per 1 januari.
Op dit graf zijn een grafteken, -bedekking, -afbakening en beplanting toegestaan overeenkomstig artikel 33 en figuur 1 van eerder genoemd reglement. Split of grind zijn niet toegestaan met uitzondering van zwart basaltsplit met een korrelgrootte van maximaal 3 mm. Voor het plaatsen van het grafteken alsook voor het aanbrengen van bedekking of omlijsting moet vooraf toestemming worden verkregen van het Bestuur. Het Bestuur aanvaardt de voorwerpen op de graven niet in beheer en stelt zich voor eventuele schade niet aansprakelijk behoudens voor zover deze door de verzekering van het bestuur wordt gedekt. Zij moeten door de rechthebbende goed onderhouden en/of hersteld worden. Geen werkzaamheden mogen worden uitgevoerd op zon- en feestdagen en tijdens begravingen.
Uitsluitend afval van de grafplaats mag worden gedeponeerd op de daarvoor aangegeven plaatsen. De rechthebbende is verplicht grafrechten (inclusief bijdrage onderhoud) te betalen. Deze tarieven worden jaarlijks aangepast. Een lijst van tarieven is ter inzage in het parochiecentrum.
Binnen drie maanden na het eindigen van het grafrecht kunnen alle op het graf aanwezige voorwerpen door de rechthebbende worden verwijderd. Daarna zal dit door het bestuur worden geruimd en het graf ter beschikking komen voor anderen.
De grafrechten vervallen o.a. :
a. door het aflopen van de termijn;
b. indien de betaling niet tijdig is geschied;
c. indien het onderhoud ook na sommatie wordt verwaarloosd.
Reservering voor 2e grafplaats:
Jaar: | op nr.: |
Gelijktrekking graf partner jaren.
Hiermee vervallen de volgende graven:
Betreft plaatsing/bijzetting van urn:
in de urnenplaats Nr.
in de urnenkelder bij grafplaats vak: rij: nr.:
form.12-11-2010
Akte voor het recht van gebruik van een grafp1aats cq. urnenplaats.
Het Bestuur van de begraafplaats van de parochie van de X. Xxxxxxxxx te Haaren X.Xx., ten deze vertegenwoordigd door de beheerder verleent middels deze akte recht van gebruik van een grafplaats cq. urnenplaats ten behoeve van overledene:
naam: | |||
geboren d.d: | overleden d.d.: |
De plaats van dit graf/deze urn is: vak: | rij: | nr.: |
naam: | |
adres: | |
plaats: | |
postcode: | |
telefoonnr.: | |
E-mail: |
voor een periode van 20 jaar, ingaande heden. Aan de hierna gemelde rechthebbende:
Dit recht wordt verleend op de voorwaarden zoals opgenomen in het door het Bestuur laatstelijk gewijzigd vastgestelde reglement van de begraafplaats. Het recht kan op verzoek worden verlengd. De rechthebbende is verplicht adreswijzigingen aan het Bestuur door te geven en na het overlijden van de rechthebbende dienen de rechtverkrijgenden een nieuwe rechthebbende aan te wijzen en schriftelijk bekend te maken. Het recht Is op omschreven wijze overdraagbaar. Door medeondertekening van deze akte geeft rechthebbende toestemming tot het ruimen van het graf en het verwijderen van alle voorwerpen op het graf 3 maanden nadat het grafrecht, door welke oorzaak dan ook, beëindigd is.
Haaren, d.d. | |
De rechthebbende: | Namens het Bestuur: (beheerder) |
BIJLAGE 2
Grafakte voor een bewaarplaats in het columbarium en hoofddelen uit het reglement
Samenvatting hoofddelen uit het reglement. (Volledige reglement is ter inzage in het Parochiehuis Driehoeven 1a te Haaren.)
De rechthebbende krijgt bewaarrechten voor twintig jaar en kan die rechten op verzoek verlengen met 5 of 10 jaren tegen de alsdan geldende tarieven en voorwaarden..
Dit verzoek moet worden ingediend één jaar voor het aflopen van de bewaarrechten. (einddatum) Zo mogelijk zal het Bestuur de rechthebbende tijdig waarschuwen omtrent het aflopen van een termijn. Bewaarrechten worden verlengt per 1 januari.
Op de urnenmuur zijn slechts toegestaan 2 voorwerpen met maximale afmetingen van 10x5x10 cm (lxbxh) mits deze voldoende windbestendig zijn.
Op de afdekplaat is slechts toegestaan één voorwerp of foto met maximale afmetingen van 5x0,5x8 cm (lxbxh).
Het Bestuur aanvaardt de voorwerpen in het columbarium niet in beheer en stelt zich voor eventuele schade niet aansprakelijk behoudens voor zover deze door de verzekering van het bestuur wordt gedekt. Zij moeten door de rechthebbende onderhouden en/of hersteld worden. Uitsluitend afval van de urnenplaats mag worden gedeponeerd op de daarvoor aangegeven plaatsen.
De rechthebbende is verplicht bewaarrechten (inclusief bijdrage onderhoud) te betalen. Deze tarieven worden telkenmale aangepast. Een lijst van tarieven is ter inzage in het parochie-centrum.
Binnen drie maanden na het eindigen van het bewaarrecht kan verzocht worden om de gedenkplaat te verwijderen en mee te nemen door de rechthebbende. Daarna zal dit door het bestuur worden verwijderd en zal de nis ter beschikking komen voor anderen. De bewaarrechten vervallen oa.:
a. door het aflopen van de termijn.
b. Indien de betaling niet tijdig is geschied
c. Indien het onderhoud ook na sommatie wordt verwaarloosd.
Reservering voor 2e grafplaats:
Jaar: | op nr.: |
Gelijktrekking graf partner jaren.
Hiermee vervallen de volgende graven:
Betreft plaatsing/bijzetting van urn:
in de urnenplaats Nr.
in de urnenkelder bij grafplaats vak: rij: nr.:
form.12-11-2010
Akte voor het recht van gebruik van een grafp1aats cq. urnenplaats.
Het Bestuur van de begraafplaats van de parochie van de X. Xxxxxxxxx te Haaren X.Xx., ten deze vertegenwoordigd door de beheerder verleent middels deze akte recht van gebruik van een grafplaats cq. urnenplaats ten behoeve van overledene:
naam: | |||
geboren d.d: | overleden d.d.: |
De plaats van dit graf/deze urn is: vak: | rij: | nr.: |
naam: | |
adres: | |
plaats: | |
postcode: | |
telefoonnr.: | |
E-mail: |
voor een periode van 20 jaar, ingaande heden. Aan de hierna gemelde rechthebbende:
Dit recht wordt verleend op de voorwaarden zoals opgenomen in het door het Bestuur laatstelijk gewijzigd vastgestelde reglement van de begraafplaats. Het recht kan op verzoek worden verlengd. De rechthebbende is verplicht adreswijzigingen aan het Bestuur door te geven en na het overlijden van de rechthebbende dienen de rechtverkrijgenden een nieuwe rechthebbende aan te wijzen en schriftelijk bekend te maken. Het recht Is op omschreven wijze overdraagbaar. Door medeondertekening van deze akte geeft rechthebbende toestemming tot het ruimen van het graf en het verwijderen van alle voorwerpen op het graf 3 maanden nadat het grafrecht, door welke oorzaak dan ook, beëindigd is.
Haaren, d.d. | |
De rechthebbende: | Namens het Bestuur: (beheerder) |
BIJLAGE 3
VOORSCHRIFTEN VOOR HET TOELATEN VAN GRAFTEKENS EN GRAFBEPLANTINGEN
op de begraafplaats van de Parochie X. Xxxxxxxxx gelegen aan de Kerkstraat in de gemeente Haaren.
Deze voorschriften behoren tot artikel 33 van het reglement van de begraafplaats voornoemd, vastgesteld d.d. 3-12-2010.
Artikel 1
Bij de beheerder van de begraafplaats is voor iedere belanghebbende ter inzage het indelingsplan van de begraafplaats, verdeeld in vakken. Op dit indelingsplan zijn de vakken met cijfers en letters aangegeven.
Artikel 2
a. Het is niet toegestaan graftekens of -bedekkingen te plaatsen, te vervangen of te wijzigen zonder voorafgaande toestemming van de beheerder. Daartoe moet een tekening worden ingediend die getoetst wordt aan artikel 3 t/m 9. Bij wijziging of vervanging van bestaande, afwijkende graftekens of –bedekkingen moet aan artikel 3 t/m 9 worden voldaan.
b. Voordat op een graf een grafteken of een beplanting wordt toegelaten moet op verzoek aan de beheerder de getekende grafakte worden getoond.
Artikel 3a
Op de begraafplaats worden op de grafplaatsen toegelaten horizontaal liggende bedekkingen, in de afmetingen maximaal 200 x 80cm (voor een graf bestemd voor één overledene) of maximaal 200 x
165 cm (voor de graven bestemd voor twee overledenen naast elkaar mits voldaan is aan het bepaalde in artikel 6) Afmetingen gelden inclusief kruis. Het is verplicht op de grafplaats een kruis te plaatsen volgens het model van figuur 1.
Voor een kindergraf zijn toegelaten bedekkingen met afmetingen maximaal 100 x 60 cm en graftekens waarvan het ontwerp tevoren afzonderlijk door het bestuur is goedgekeurd.
Artikel 3b
In het columbarium worden voor de urnenplaatsen slechts toegelaten de aanwezige afdekplaten die in opdracht van het bestuur worden voorzien van standaard belettering met de namen van de overledene en eventuele partner en de datum van overlijden.
Artikel 3c
Bij een combinatiegraf wordt een urnenkelder met standaardafmetingen en standaard kelderafdekplaat in opdracht van het bestuur geplaatst en voorzien van standaard belettering met de namen van de overledene en eventuele partner en de datum van overlijden. Indien het hele graf wordt afgesloten met een dekplaat kan de kelderafdekplaat vervallen.
Artikel 4
Afbakening (of omlijsting) van een grafplaats is toegestaan in de vorm van losse stenen of een gesloten stenen band met een hoogte van maximaal 14 cm b.b. (b.b. = boven de aanwezige betonbanden.
De sokkel (voetstuk onder het kruis) mag maximaal een hoogte hebben van 18 cm b.b. en een breedte van maximaal 20 cm. (zie figuur 1)
Artikel 5
Bedekking van de bodem van de grafplaats is geheel of gedeeltelijk toegestaan met:
a. Beplanting met een maximale hoogte van 70cm en een omvang die de afmetingen van de grafplaats niet overschrijdt
b. Losse sierstenen
c. Dekplaten van natuursteen, eventueel met uitsparingen, met een dikte van maximaal 4 cm en met een hoogte van maximaal 16 cm b.b.
Buiten de grafplaats met afmetingen zoals aangegeven in artikel 3 mogen geen bedekkingen of planten worden aangebracht. Een uitzondering wordt gemaakt voor planten gedurende de eerste vier weken na een begraving mits deze niet storend zijn voor anderen.
Artikel 6
Voor het aanbrengen van een gesloten stenen band en/of één of meerdere dekplaten ten behoeve van twee of meer grafplaatsen naast elkaar is toestemming van het bestuur vereist. Deze toestemming wordt verleend indien door reservering en/of gelijktrekking de grafrechten van de graven op dezelfde dag zullen eindigen.
Artikel 6a
Voor een combinatiegraf geldt dat het plaatsen van een urnenkelder in een graf waarin nog geen overledene is begraven slechts is toegestaan indien door reservering en gelijktrekking de grafrechten van alle overledenen op dezelfde dag zullen eindigen.
Artikel 7
Graftekens moeten worden geplaatst op een doelmatige fundering ten genoegen van het bestuur. Wanneer in een vak door het bestuur doorgaande betonbanden zijn aangebracht dient hiervan gebruik te worden gemaakt.
Artikel 8
In bijzondere gevallen kan het bestuur een afwijkend grafteken toestaan, mits het ontwerp daarvan tevoren afzonderlijk is goedgekeurd.
Artikel 9
De inscripties, zerken, graftekens en urnen mogen geen firmanamen of reclame bevatten en niet storend of grievend zijn voor nabestaanden of bezoekers.
Artikel 9a
Op de grafplaatsen van de begraafplaats worden niet toegelaten:
a. Grafbedekking van ingestrooid marmerslag, split, grind of anderszins, met uitzondering van zwart basaltsplit met een korrelgrootte van maximaal 3 mm..
b. opgeschroefde of opgeplakte inscriptieplaten of schilden groter dan 10x15 cm;(bxh) met een maximum van 1 plaat of schild per grafplaats.
c. foto’s groter dan 10x15 cm;(bxh) met een maximum van 1 foto per grafplaats.
c. beeldjes, of andere voorwerpen groter dan 10x10x15 cm (lxbxh), al of niet aan het grafteken bevestigd met een maximum van één voorwerp per grafplaats, zonder uitdrukkelijke goedkeuring van het bestuur.
Artikel 9b
Op de urnenmuur zijn slechts toegestaan 2 voorwerpen met maximale afmetingen van 10x5x10 cm (lxbxh) mits deze voldoende windbestendig zijn. Op de afdekplaat is uitsluitend toegestaan één voorwerp of foto met maximale afmetingen van 5x0,5x8 cm (lxbxh).
Artikel 10
De uitvaartverzorgers en de leveranciers van graftekens worden geacht kennis te dragen van het reglement van de begraafplaats.
Artikel 11
De begraafplaats is geopend van 8.00 tot 18.00 uur. Werkzaamheden door beroepskrachten mogen overeenkomstig artikel 6 van het reglement alleen worden uitgevoerd op werkdagen.
Op Zon- en Feestdagen en tijdens begravingen mogen geen werkzaamheden worden uitgevoerd.
Artikel 12
Vóór het plaatsen van grafteken en vóór het bijzetten van een urn dient de rechthebbende – of de leverancier namens de rechthebbende-, op te vragen bij de beheerder de juiste ligging van een graf, met vermelding van de naam van de overledene, de datum van begraving, de naam van de rechthebbende met vermelding van de naam van de leverancier. De grafaanduiding zal door de beheerder aan de aanvrager worden medegedeeld.
Artikel 13
Een zerk of een grafteken dient voor een bijzetting zo spoedig mogelijk na het overlijden doch uiterlijk 24 uur voor de begraving zodanig van het graf te worden verwijderd, dat het graf kan worden gedolven. Funderingsresten dienen op aanwijzing van de beheerder eveneens te worden verwijderd. Zerk of grafteken dient van de begraafplaats te worden afgevoerd of tijdelijk te worden opgeslagen op aanwijzing van de beheerder.
Artikel 14
Artikel 36 van het reglement van de begraafplaats bepaalt:
Opdracht tot het plaatsen van een grafteken, tot het verwijderen van een grafteken voor een bijzetting en tot het herplaatsen daarvan na een bijzetting moet worden gegeven door de rechthebbende. Wanneer een verwijderd grafteken zich op de begraafplaats bevindt en niet binnen drie maanden na de bijzetting wordt herplaatst, is het bestuur gerechtigd de delen daarvan van de begraafplaats te doen verwijderen en te doen vernietigen op kosten van de rechthebbende.
Artikel 15
Het is niet toegestaan voor werkzaamheden op de graven gedeelten van de beplanting of de groenvoorziening, niet tot het graf behorende, te verwijderen. Bij vermeende hinder moet contact worden opgenomen met de beheerder.
Artikel 16
De ondernemers zijn aansprakelijk voor letsel en schade, toegebracht aan personen of zaken op de begraafplaats.
Artikel 17
Personen, belast met werkzaamheden op de graven, dienen minstens 16 jaar oud te zijn en naar het oordeel van de beheerder behoorlijk gekleed. Gebruik van geluidsapparatuur is verboden.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het bestuur d.d 3-12-2010.
BIJLAGE 4
MODEL ‘KENNISGEVING VAN HET VOORNEMEN TOT RUIMING VAN GRAVEN AAN DE REGIONALE INSPECTEUR VAN DE VOLKSGEZONDHEID’
Aan de Regionale Inspecteur van de Volksgezondheid
datum
Betreft: kennisgeving voornemen tot ruimen van graven
Weledelgestrenge heer,
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 31, lid 2 van de Wet op de Lijkbezorging delen wij U mee voornemens te zijn om op onze parochiële begraafplaats ..................... (naam), gelegen aan
.......................... (adres) te (plaats) over te gaan tot de ruiming van een aantal graven.
Het betreft graven waarvan de termijn van tien jaar na de laatste begraving verlopen is en waarvan de rechten vervallen zijn, dan wel de rechthebbenden toestemming tot de ruiming hebben verleend.
Ons bestuur stelt zich voor op ............. (datum ten minste twee maanden na de datering van deze kennisgeving) te beginnen met de werkzaamheden tot ruiming van de graven.
Hoogachtend, namens het bestuur,
.............., vice-voorzitter
.............., secretaris