BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
ZITTING 1958—1959 — 5355 (R 125)
Handels- en Betalingsovereenkomst, op 25 november 1957 te Buenos Aires tussen het Koninkrijk der Nedcr- landen en de Republiek Argentinië gesloten
BRIEF VAN DE MINISTER VAN XXXXXXXXXXXX XXXXX
Xx. 0
'x-Xxxxxxxxxx, 15 oktober 1958.
Ter griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen: 31 oktober 1958.
De wens, dat deze overeenkomst aan de uitdrukkelijke goedkeuring van de Staten-Generaal zal worden onder- worpen, kan door of namens de Kamer of door ten minste dertig leden der Kamer of door de GevoI- machigde Minister van Suriname te kennen worden gegeven uiterlijk op 30 november 1958.
Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 60, lid 2, en onder verwijzing naar artikel 61 , lid 3, van de Grondwet, alsook naar artikel 24, eerste lid, van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden, de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, heb ik de eer U Hoogedelgestrenge hiernevens over te leggen de Nederlandse en de Spaanse tekst van de op 25 november 1957 te Buenos Aires tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Argentinië gesloten Handels- en Betalings- overeenkomst, met bijlagen {Trb. 1958, 11) 1 ) .
Tevens gelieve U Hoogedelgestrenge aan te treffen een toe- lichtende nota bij de genoemde overeenkomst.
Wat het Koninkrijk der Nederlanden betreft, zal de overeen- komst gelden voor Nederland, Suriname en Nederlands Nieuw- Guinea.
Aan de Gouverneur van Suriname is verzocht, bovenge- noemde stukken op 31 oktober 1958 over te leggen aan de Staten van Suriname.
De Gevolmachtigde Minister van Suriname is van de over- legging in kennis gesteld.
De Minister van Buitenlandse Zaken a.i.,
X. XXXXX.
Aan
de Heer Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Toelichtende nota
Het Nederlands-Argentijnse handels- en betalingsverkeer wordt sinds 1948 formeel beheerst door een Handels- en Betalingsovereenkomst.
De op 18 maart 1948 ondertekende overeenkomst (ver- trouwelijk medegedeeld aan de Staten-Generaal bij brief van 11 september 1948; Bijl. Hand. 11-767, 3) werd op 6 mei 1954 vervangen door een nieuwe overeenkomst (Trb. 1954, 175; zie ook Trb. 1958, 10) met een geldigheidsduur van 3 jaren.
Het belangrijkste verschil tussen de handelsovereenkomsten van 1948 en 1954 was, dat in eerstgenoemde bindende in- en uitvoercontingenten waren opgenomen, terwijl in laatstgenoem- de slechts indicaties zijn vermeld ten aanzien van levering en afname van goederen.
Tussen de betalingsovereenkomsten van 1958 en 1954 bestond geen wezenlijk verschil; beide voorzagen in een strikt bilaterale regeling van het betalingsverkeer. Ingevolge de overeenkomst van 1954 werden de betalingen afgewikkeld via een door de Nederlandsche Bank ten name van de Banco Central de la Repüblica Argentina gevoerde rekening, luidende in Neder- lands-Argentijnse akkoorddollars. Voor die rekening gold een manipulatiekrediet van $ 22 miljoen.
De Nederlandse economie heeft structureel grote behoefte aan Argentijnse stapelprodukten, zoals granen en huiden, ter- wijl anderzijds de Argentijnse invoerpolitiek gedurende de na- oorlogse jaren in overwegende mate is gericht op industriële grondstoffen en kapitaalgoederen, waarvoor Nederland niet in de eerste plaats leverancier is. Het normale patroon zou der- halve een passieve betalingsbalanspositie van Nederland zijn geweest.
1 ) Nedergelegd ter griffie, ter inzage van de leden.
I 5355 (R125 ) 1
Q
2
Slechte Argentijnse oogsten verhinderden evenwel de nor- male Nederlandse aankopen in de jaren 1954/1955, terwijl terzelfder tijd relatief belangrijke Argentijnse afbetalingen wer- den geëffectueerd op enige belangrijke Nederlandse contracten voor kapitaalgoederenleveranties, waardoor de Nederlandse positie op de bilaterale rekening met Argentinië een toenemend actief saldo vertoonde.
De beperkte Argentijnse exportmogelijkheden werden door de Argentijnse autoriteiten op zodanige wijze gemanipuleerd (valuta- en daardoor prijsdiscriminaties), dat slechts deviezen beschikbaar kwamen voor de meest dringende voorziening van eigen invoerbehoeften, hoofdzakelijk te financieren in conver- tibele, respectievelijk transferabele valuta's, U.S.-dollars, pon- den sterling en Duitse marken. Deze politiek leidde allengs tot een vrijwel complete stagnatie van het Nederlands-Argentijnse verkeer. Zonder resultaat werd in begin 1955 gepoogd, uni- Jateraal door tegenmaatregelen verschillende dispariteiten en discriminaties te elimineren en het verkeer weer op gang te brengen.
De val van het regime-Pcron en de direct daaropvolgende periode van politieke onzekerheid maakten rustig overleg over een meer harmonieus handels- en betalingsverkeer onmogelijk. Het was onder die omstandigheden begrijpelijk, dat geen reac- tie van Argentijnse zijde werd ontvangen op de tijdens deze periode herhaalde Nederlandse protesten tegen de reeds eer- dergenoemde valuta- en prijsdiscriminaties.
Inmiddels werden in Argentinië in het kader van de finan- cieel-economische politiek, die door de nieuwe bewindhebbers werd ingeluid, enige maatregelen getroffen, die erop wezen, dat van Argentijnse zijde de wens bestond het monetaire en han- delspolitieke bestel radicaal om te vormen.
In maart 1956 deed de Argentijnse Regering aan de diplo- matieke vertegenwoordigers van een grote groep Westeuro- pese landen mededeling van haar inzichten met betrekking tot de te volgen nieuwe buitenlandse economische politiek. De hoofdelementen waren vervanging van de bilaterale handels- en betalingsakkoorden door een multilateraal handels- en be- talingsregime. Dit multilaterale regime zou de beginselen be- vatten van non-discriminatie, o.a. bij de afgifte van in- en uit- voervergunningen en met betrekking tot de koersen. Voorts zou voor de bestaande schulden van Argentinië een regeling moeten worden getroffen, welke door uitstel van betaling de lasten van Argentinië voor de eerste jaren zou verlichten.
In april en mei 1956 vonden in Parijs besprekingen plaats tussen delegaties van het Verenigd Koninkrijk van Groot- Brittannië en Noord-Ierland, de Bondsrepubliek Duitsland, Frankrijk, België en Luxemburg, het Koninkrijk der Neder- landen, Zwitserland, Italië, Oostenrijk, Denemarken, Noorwe- gen en Zweden enerzijds en Argentinië anderzijds. Op 30 mei 1956 bereikten bovengenoemde landen en Argentinië te Parijs overeenstemming over de grondslagen voor een nieuw multi- lateraal handels- en betalingsregime, benevens een collectieve regeling van de schulden in de commerciële en overheidssector met de voornaamste crediteurlanden, te weten: het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, de Bondsrepubliek Duitsland, Italië en het Koninkrijk der Nederlanden. Op basis van de overeenge- komen grondbeginselen, die zijn neergelegd in de bij deze toe- lichting gevoegde „Note de Paris" („Agreed Note"), trad on- middellijk een voorlopig handels- en betalingsregime in wer- king tussen Argentinië en de z.g. „Paris-club"-landen. Dit regime en de globale collectieve schuldenregeling dienden zo spoedig mogelijk te worden vervangen door formele regelingen.
Met dit doel vertoefde een Argentijnse delegatie van medio 1956 tot januari 1957 in Europa; in deze periode werden met de meeste deelnemende landen handels- en betalingsovereen- komsten en schuldenovereenkomsten geparafeerd. De ver- wachting, dat alle overeenkomsten op korte termijn gereed zou- den zijn voor ondertekening, werd echter niet bewaarheid, ten gevolge zowel van moeilijkheden in de verhouding van enige Staten met Argentinië als van de politieke constellatie daar te lande. Eerst op 25 november 1957 konden te Buenos Aires in een gezamenlijke bijeenkomst de overeenkomsten worden ondertekend.
De belangrijkste punten, die in de Nederlands-Argentijnse handels- en betalingsovereenkomst worden geregeld, zijn de volgende.
1. Handelsregime
In de vroegere bilaterale akkoorden werd meestbegunstiging op het gebied van in- en uitvoer uitdrukkelijk uitgesloten en gold het beginsel van strikte wederkerigheid. In de praktijk betekende dit, dat tegenover de in het algemeen non-discrimi- natoire en liberale behandeling door het Koninkrijk der Neder- landen een strikt non-liberale Argentijnse regeling gold met vele discriminaties.
In het nieuwe handels- en betalingsakkoord komt geen rege- ling voor, die met zoveel woorden meestbegunstiging op tari- fair gebied toestaat; wel echter wordt een gelijke behandeling op het gebied van de afgifte van invoervergunningen en koers- behandeling (prijzen) gegarandeerd voor zover het de pool- partners betreft. In dit verband zij tevens vermeld, dat een ge- lijke behandeling zal worden toegekend door de Argentijnse autoriteiten aan de uitvoer met betaling in guldens als aan die, betaald in vrij convertibele valuta. Aldus bestaat de garantie, dat Nederland tegen dollarprijzen kan aankopen.
In dit licht dient tevens te worden gezien hetgeen bij brief- wisseling tussen partijen werd overeengekomen ten aanzien van de nog bestaande Argentijnse bilaterale akkoorden met derde landen, die zouden kunnen leiden tot een discriminatie ten na- dele van de z.g. Paris-clublanden. De Argentijnse Regering heeft uitdrukkelijk op zich genomen, zodanige discriminatie niet toe te passen, zich echter het recht voorbehoudende van een traditioneel bijzondere handelspolitiek ten opzichte van haar nabuurlanden; voorts zal Argeninië, ten einde de liqui- datie van zijn vordering op bepaalde landen te verzekeren, ge- durende een bepaalde periode bijzondere behandeling kunnen toepassen op de invoer uit die landen. In beide gevallen impli- ceert „bijzondere" de eventuele toepassing van zekere discri- minaties ten faveure van die landen en derhalve ten detrimente van de Paris-clublanden.
Een belangrijk punt is voorts, dat de transitohandel tussen de Paris-clublanden geheel vrij is. In vroegere bilaterale ak- koorden was deze handel sterk aan banden gelegd.
Uit het voorgaande moge blijken, dat de nieuwe handelsover- eenkomst een reeks garanties biedt voor een non-discriminatoir handelsregime. Niet verheeld mag worden, dat Argentinië er bij zijn overgang van een strikt bilateraal op een multilateraal handels- en betalingsregime nog niet volledig in is geslaagd de verschillende uit de bilaterale periode stammende, discrimina- toire maatregelen op te heffen, terwijl bovendien altijd het ge- vaar blijft bestaan, dat Argentinië bij de hantering van zijn deviezenregime voor zijn handelspartners nadelige gevolgen teweegbrengt. De Paris-clublanden zullen daarom nauwlettend de ontwikkelingen in Argentinië op economisch terrein blijven volgen, opdat zo nodig ter zake overleg wordt gepleegd. Het lijkt, vergeleken bij het verleden, een belangrijke stap in de goede richting, dat althans de mogelijkheid is geschapen voor bepaalde moeilijkheden, die zich in het handelsverkeer met Argentinië zouden kunnen voordoen, een oplossing te zoeken in een groter verband dan voorheen.
2. Betalingsregime
De betalingen tussen Argentinië en de Paris-clublanden zullen plaatsvinden in transferabele valuta, waardoor Argen- tinië in staat zal zijn, tekorten en overschotten met de af- zonderlijke landen onderling te verrekenen. Argentinië heeft op zich genomen, de van de deelnemende landen te ont- vangen transferabele valuta, in elk geval zolang de geconsoli- deerde schulden van Argentinië nog niet zullen zijn afgelost, in de deelnemende landen te besteden.
De door de Nederlandsche Bank ten name van de Banco Central de la Repüblica Argentina geopende rekening, lui- dende in (transferabele) guldens, zal geen debetsaldo voor Ar- gentinië kunnen aanwijzen. Betalingen tussen Argentinië en het Koninkrijk der Nederlanden kunnen ook zonder bemiddeling
van de centrale banken, in transferabele guldens of in trans- ferabele valuta van de andere deelnemende landen, door de deviezenbanken van beide landen worden afgewikkeld.
3. Scheepvaartbetrekkingen
Het Koninkrijk der Nederlanden was gedwongen zich in vroegere bilaterale akkoorden met Argentinië neer te leggen bij regelingen op het punt der scheepvaart, die strijdig waren met de door Nederland voorgestane scheepvaartpolitiek. Bereikt werd, dat deze bepalingen in de nieuwe overeenkomst niet meer werden opgenomen, terwijl tevens bij de tekening van de Handels- en Betalingsovereenkomst werd overeengekomen, dat op korte termijn besprekingen zouden worden geopend tussen Argentinië enerzijds en de zogenaamde Paris-clublanden an- derzijds. Zij het tot dusverre zonder veel resultaat, vinden deze besprekingen voortgang.
4. Migratie en technische bijstand
De bepalingen hieromtrent, zoals opgenomen in de nieuwe Handels* en Betalingsovereenkomst, wijken niet in betekenen- de mate af van die, voorkomende in de vroegere bilaterale overeenkomsten met Argentinië.
5. Algemene bepalingen
a. Hoewel in principe het Koninkrijk der Nederlanden Verdragsluitende Partij is, is door de Regering van de Neder- landse Antillen kenbaar gemaakt, dat zij op participatie in de nieuwe overeenkomst geen prijs stelt.
b. De B.L.E.U. heeft een gelijke overeenkomst met Argen- tinië afgesloten als resultaat van parallelle besprekingen.
Ondergetekenden achten de in de Handels- en Betalings- overeenkomst vervatte regelingen, die een formalisatie zijn van de Parijse richtlijnen, bevredigend. Het kan tot voldoening strekken, dat het na moeizame onderhandelingen mogelijk is gebleken, in gemeenschappelijk overleg tussen een reeks Euro- pese landen en Argentinië, tot een regeling voor het handels- en betalingsverkeer te geraken, die een goede grondslag biedt voor een evenwichtig en zo ruim mogelijk economisch en fi- nancieel verkeer.
De Minister van Economische Zaken,
X. XXXXXXXX.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
X. XXXX.
De Minister van Financiën,
HOFSTRA.
De Minister van Xxxxx Xxxxxxx,
HELDERS.
Agreed note
1. Representatives of the Governments of Austria, Belgium, Denmark, France, the Xxxxxxx Xxxxxxxx xx Xxxxxxx, Xxxxx, xxx Xxxxxxxxxxx, Xxxxxx, Xxxxxx, Xxxxxxxxxxx and the United Kingdom (hereinafter referred to as the participating coun- tries) met in Paris on the 14th, 15th, 16th of May 1956, to discuss with representatives of the Argentine Government the proposal of the Argentine Government to adopt a multilate- rally based system for the conduct of trade and payments between Argentina and certain other countries and to consider the request of the Argentine Government for a satisfactory solution for the liquidation of Argentine debts.
Trade and Payments
1. The representatives of the participating countries wel- come the proposal of the Argentine Government to adopt a multilaterally based system of trade and payments and consider that such a system should be based on the following basic principles:
3
(i) All payments between Argentina and the participating countries should be made in any currency which is transferable to other participating countries.
(ii) There should be no trade commitments on either side such as would frustrate the effective working of the system.
(iii) In order to facilitate multilateral trade between Argen- tina and the participating countries, merchanting trade in the exports of Argentina of any of the participating countries would be permitted without discrimination among all coun- tries within the multilaterally based system.
(iv) The participating countries would:
a) maintain a liberal import policy, though import restric- tions on particular items would not necessarily be excluded;
b) ensure that the effective rates of exchange in their terri- tories for transactions with Argentina are based on official cross-rates, viz. the LM.F. parity rate of the currency of one of the participating countries and the corresponding rate against that currency currently quoted in the official markets in Europe for transferable currencies under the European cur- rency arbitrage system;
c) insofar as they are members of the European currency arbitrage system, enable the Argentine Central Bank and other authorised banks in Argentina to negotiate their currencies in the European currency arbitrage system at the rates currently quoted thereunder.
(v) Argentina would:
a) not discriminate in her trade and payments as among the participating countries or undertake bilateral commitments to non-participating countries which would result in discrimi- nation against the participating countries 1 ) ;
b) give exports from Argentina against payment in any transferable currency the same treatment in all respects as ex- ports from Argentina against payment in dollars, other freely convertible currencies and other transferable currencies;
c) give imports into Argentina against payment in any transferable currency the same treatment in regard to rates of exchange as imports for dollars, other freely convertible cur- rencies and other transferable currencies;
d) give imports into Argentina from any participating country against payment in any transferable currency treatment no less favourable as regards availability of exchange and licences than that accorded to imports against payment in any other transferable currency;
e) ensure that in respect of transactions effected of the offi- cial market the effective rates of exchange shall be based on official cross-rates, viz. the LM.F. parity rate of the currency of one of the participating countries and the corresponding rates against that currency currently quoted in the offical ex- change markets in Europe under the European currency arbi- trage system;
f) not retain after the date of introduction of the multilate- rally based system of trade and payments any differentials against transferable currencies whether in prices, aforos or by any other method;
g) not extend substantially the use of the free exchange market for trade transactions.
3. In connection with paragraph 2 (v, /) of this note the representatives of the participating countries and of Argentina mutually agreed to recommend to their respective governments
x ) The representatives of the participating countries took note
a) of the point made by the Argentine representative that Argentina traditionally foliowed a special commercial policy with neighbouring countries
b) of the wish expressed by the Argentine representative that Xxxxx- xxxx could for a certain time accord special treatment to imports from some other non dollar countries in order to cover the repayment of debts now owed to Argentina by those countries. Argentina would pro- pose keeping the participating countries informed of her intentions to- wards those countries.
4
that if a situation arosc in which the Argcntine authorities had reason to suppose that Argentina was receiving paymcnt in transferablc currencics instead of dollars for Argcntine cxports made to the dollar arca, or if on the other hand the partici- pating countries had reason to suppose that dollars were bcing received by the Argcntine authorities in respect of Argcntine goods exported to any of the participating countries, there should be consultation betwcen the Governments concerncd with the object of finding a solution which would avoid uni- lateral action.
4. The rcprcsentatives of the participating countries took note of the statement of the Argentine representativc that Ar- gentina would for a considerable time to come require all her carnings of transferablc currencics from the participating coun- tries to finance her current trade and payments and her debt liabilities with those countries.
In this connection, the representatives had in mind inter alia the considerations set out in paragraph 9 of this note.
Dehts
5. The representatives of the participating countries con- sidered that in assessing the debt due to each country, account should be taken of the amounts due to Governments, to Central Banks and to private concerns in respect of goods for which Argentina has already assumed liabilities in her schedule of debts duo as „pagos diferidos" i.e. goods sold on terms undcr which payments are to be made over a period of more thans 12 months. While it is impossible to estimate the precisc total of all the amounts thus due, they understood that the total figure might be in the neighbourhood of $ 500 millions.
6. They realized that in view of Argentina's present balance of payments difficulties it would be necessary for her to make relatively small payments over the next two years and to increase the scale of payments progrcssively in later years.
7. a. Interest on debts due to private concerns: the amount of interest payable in respect of private debts has naturally been fixed in the* various contracts under which these debts arose.
b. As regards interest on debts due to Governments and Central Banks, the representatives of the participating coun- tries considered that an overall interest charge of 3i % per annum would be a practical recognition of Argentina's present difficulties. In order tó lighten the burden as much as possible in the immediate future they envisaged that 2 % might be charged in 1956 on the amount then outstanding and that the rate might rise progressively to 5 i %, so that the interest charge is 3 i % overall.
8. The representatives feit that on the basis of the under- standings set out in paragraph 5 to 7 of this note it would be reasonable for Argentina to pay annuitics covering both re- payment of capital and interest of the order of $ 50 millions in 1956, $ 50 millions in 1957, $ 55 millions in 1958,
$ 55 millions in 1959 en $ 60 millions in each of the two
succccding years and then to pay increasing amounts thus leading to the total liquidation of the debt-within 10 years.
9. If the rate of paymcnt mentioncd in this note proves feasible the representatives of the Federal Republic of Ger- many, France, Italy and the United Kingdom would be prepared to recommend to their respective Governments, that they would endeavour to rcach a scttlement of the debts due to their respective countries, on the basis that repayment would be completed within 8 to 10 years. The acceptance of this period is based upon an assessment of Argentina's present balance of payments situation and does not exclude discussions betwcen Argentina and the participating countries at a later date about the possibility of the rate of repayment being accelerated in the light of subsequent developments in Argen- xxxx'x general balance of payments position or her balance of payments position with the participating countries.
The representatives further considered that a rather shorter period — e.g. 5 years — might bc appropriate for the settle- ment of the small debt due to the Netherlands. It was en- visaged that the minor debts due to the other participating countries would be paid on the due date.
The agreements reached by the major creditor countries would provide that those countries automatically received treatment no Iess favourable than that conceded by Argentina in negotiations with any other large creditor.
Transitional arrangements
10. The representatives of the participating countries thought it desirable that the multilaterally based system of trade and payments should begin if possible early in June 1956.
It would be necessary for the participating countries and Argentina to draw a line across their respective bilateral or governmental loan accounts at the close of business on the day before such a system came into operation so as to establish the amounts due to governments and Central Banks and the amount of private debts referred to in paragraph 5 of this note. The period betwcen the introduction of the multilateral system of trade and payments and the final agreement for the settlement of Argentine debts to the participating countries would be known as the transitional period. All the represen- tatives hoped that this period would be as short as possible
and considered that it should not last more thans 3 months.
During the transitional period any liabilities to private concerns in the participating countries of the nature referred to in paragraph 5 of this note would be met as they matured. Any amounts so paid in this period would however be re- garded as payments in advance of the first annuity to be paid to the creditor country concerned under her definitive agree- ment with Argentina.
11. The representatives of Argentina stated that the above principles were acceptable as a basis for introducing a multi- laterally based system of trade and payments and a basis for formal negotiations which the Argentine Government is willing to begin immediately with a view to rcaching definitive agreements.