VERTALING
VERTALING
tussen de Europese Unie en de Republiek Kroatië betreffende de deelname van de Republiek Kroatië aan de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, EULEX KOSOVO
DE EUROPESE UNIE (EU),
enerzijds, en
DE REPUBLIEK KROATIË,
anderzijds,
hierna „de partijen” genoemd, REKENING HOUDEND MET:
— de vaststelling door de Raad van de Europese Unie van Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB van 4 februari 2008 inzake de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, EULEX KOSOVO (1),
— de uitnodiging aan de Republiek Kroatië om deel te nemen aan de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, EULEX KOSOVO (hierna: „EULEX KOSOVO” te noemen),
— het besluit van het Politiek en Veiligheidscomité van 7 februari 2008, waarin de uitnodiging aan de Republiek Kroatië om deel te nemen aan EULEX KOSOVO op basis van een vrijstelling voor de gemeenschappelijke kosten, wordt bevestigd,
— de succesvolle voltooiing van de vorming van de missie en de aanbeveling van de civiele bevelhebber van de Europese Unie en het Comité voor de civiele aspecten van crisisbeheersing om in te stemmen met de deelname van de Republiek Kroatië aan EULEX KOSOVO,
— het besluit van de Republiek Kroatië van 2 juli 2008 om deel te nemen aan EULEX KOSOVO,
— het besluit van het Politiek en Veiligheidscomité van 4 juli 2008 betreffende de aanvaarding van de bijdrage van de Republiek Kroatië aan EULEX KOSOVO,
ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:
Artikel 1
Deelname aan de operatie
1. De Republiek Kroatië sluit zich aan bij Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB van 4 februari 2008 inzake de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, EULEX KOSOVO, en bij ieder gemeenschappelijk optreden of besluit waarbij de Raad van de Europese Unie besluit EULEX KOSOVO te verlengen, overeenkomstig de bepalingen van deze overeen komst en de eventueel vereiste uitvoeringsbepalingen.
2. De bijdrage van de Republiek Kroatië aan EULEX KOSOVO doet geen afbreuk aan de autonome besluitvorming van de Europese Unie.
(1) PB L 42 van 16.2.2008, blz. 92.
3. De Republiek Kroatië draagt er zorg voor dat haar perso neel dat aan EULEX KOSOVO deelneemt, zijn taak uitoefent overeenkomstig:
— Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB en de even tuele latere wijzigingen daarvan;
— het operatieplan;
— de uitvoeringsmaatregelen.
4. Personeel dat door de Republiek Kroatië bij EULEX KOSOVO gedetacheerd wordt, laat zich bij de uitvoering van zijn taken en in zijn gedrag uitsluitend leiden door het belang van EULEX KOSOVO.
5. De Republiek Kroatië informeert te gelegener tijd de ci viele bevelhebber en het hoofd van de missie EULEX KOSOVO (hierna hoofd van de missie) over elke wijziging in haar bijdrage aan EULEX KOSOVO.
6. Het bij EULEX KOSOVO gedetacheerde personeel wordt door een bevoegde autoriteit van de Republiek Kroatië medisch gekeurd, ingeënt en medisch geschikt verklaard voor de taak. Bij EULEX KOSOVO gedetacheerd personeel verstrekt een afschrift van deze verklaring.
Artikel 2
Status van het personeel
1. De status van het personeel dat door de Republiek Kroatië wordt geleverd voor EULEX KOSOVO wordt geregeld door de bepalingen over de status van de missie, overeenkomstig artikel 10, lid 1, van Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB van 4 februari 2008.
2. Onverminderd de in lid 1 bedoelde bepalingen over de status van de missie oefent de Republiek Kroatië bevoegdheid uit ten aanzien van haar personeel dat aan EULEX KOSOVO deelneemt.
3. De Republiek Kroatië is verantwoordelijk voor de afhande ling van schadevorderingen aangaande de deelname aan EULEX KOSOVO, uit hoofde van of met betrekking tot leden van haar personeel. Indien nodig stelt de Republiek Kroatië overeenkom stig haar wet- en regelgeving een, inzonderheid juridische of disciplinaire, vordering in tegen leden van haar personeel.
4. De Republiek Kroatië legt bij de ondertekening van deze overeenkomst een verklaring af inzake het afzien van schade vorderingen tegen elke staat die aan EULEX KOSOVO deel neemt. Een voorbeeld van een dergelijke verklaring is aan deze overeenkomst gehecht.
5. De lidstaten van de Europese Unie leggen bij de onder tekening van deze overeenkomst een verklaring af inzake het afzien van schadevorderingen wat betreft de deelname van de Republiek Kroatië aan EULEX KOSOVO. Een voorbeeld van een dergelijke verklaring is aan deze overeenkomst gehecht.
Artikel 3
Gerubriceerde informatie
1. De Republiek Kroatië neemt de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat gerubriceerde EU-informatie wordt be schermd overeenkomstig de beveiligingsvoorschriften van de Raad van de Europese Unie, vervat in Besluit 2001/264/EG van de Raad (1), en overeenkomstig verdere richtsnoeren van de bevoegde autoriteiten, waaronder het hoofd van de missie.
2. De bepalingen van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Kroatië inzake beveiligingsprocedures voor de uitwisseling van gerubriceerde gegevens, die op 10 april 2006 is ondertekend (2), gelden ook voor EULEX KOSOVO.
Artikel 4
Commandostructuur
1. Al het aan EULEX KOSOVO deelnemend personeel blijft volledig onder bevel van de autoriteiten van zijn land.
2. De nationale autoriteiten dragen de operationele controle over aan de civiele bevelhebber, die het commando en de con trole op strategisch niveau uitoefent.
3. Het hoofd van de missie neemt de verantwoordelijkheid voor EULEX KOSOVO op zich en oefent het commando en de controle erover uit op het terrein.
4. Het hoofd van de missie oefent het commando en de controle uit over het personeel, de teams en de eenheden van de bijdragende landen die door de civiele bevelhebber ter be schikking zijn gesteld, en heeft de administratieve en logistieke verantwoordelijkheid over de aan EULEX KOSOVO ter beschik king gestelde activa, middelen en informatie.
5. Overeenkomstig de in artikel 1, lid 1, van deze overeen komst bedoelde rechtsinstrumenten heeft de Republiek Kroatië wat betreft de dagelijkse leiding van de operatie dezelfde rechten en verplichtingen als de aan de operatie deelnemende EU- lidstaten.
6. Het hoofd van de missie is verantwoordelijk voor het tuchtrechtelijke toezicht op het personeel van EULEX KOSOVO. De betrokken nationale autoriteit neemt zo nodig tuchtrechte lijke maatregelen.
7. Een commandant voor het nationaal contingent (NCC) wordt door de Republiek Kroatië aangesteld om het nationaal contingent van Kroatië in EULEX KOSOVO te vertegenwoordi gen. De NCC rapporteert over nationale aangelegenheden aan het hoofd van de missie en is verantwoordelijk voor de dage lijkse discipline van het contingent.
8. Het besluit om de operatie te beëindigen wordt door de Europese Unie genomen na overleg met de Republiek Kroatië, als dit land nog steeds deelneemt aan EULEX KOSOVO op het ogenblik dat de operatie wordt beëindigd.
(1) PB L 101 van 11.4.2001, blz. 1. (2) PB L 116 van 29.4.2006, blz. 73.
Artikel 5
Financiële aspecten
1. De Republiek Kroatië draagt alle kosten in verband met de deelname aan de operatie, afgezien van de kosten die vallen onder de gemeenschappelijke financiering zoals omschreven in de operationele begroting van de operatie.
2. Ingeval de plaatselijke bevolking of rechtspersonen daar waar de operatie plaatsvindt, overlijden, lichamelijk letsel oplo pen of verlies of schade lijden, betaalt de Republiek Kroatië, indien de aansprakelijkheid van dit land is vastgesteld, schade vergoeding onder de voorwaarden, genoemd in de bepalingen over de status van de missie, als bedoeld in artikel 2, lid 1.
Artikel 6
Regelingen voor de uitvoering van deze overeenkomst
De voor de uitvoering van deze overeenkomst noodzakelijke technische en administratieve regelingen worden getroffen door de secretaris-generaal van de Raad van de Europese Unie/ hoge vertegenwoordiger voor het gemeenschappelijk buiten lands en veiligheidsbeleid enerzijds, en de bevoegde autoriteiten van de Republiek Kroatië anderzijds.
Artikel 7
Niet-naleving
Indien een van de partijen de in deze overeenkomst neergelegde verplichtingen niet nakomt, heeft de andere partij het recht om
deze overeenkomst te beëindigen door die een maand van te voren langs diplomatieke weg schriftelijk op te zeggen.
Artikel 8
Beslechting van geschillen
Geschillen met betrekking tot de uitlegging of de toepassing van deze overeenkomst worden langs diplomatieke weg tussen de partijen beslecht.
Artikel 9
Inwerkingtreding
1. Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de maand volgende op die waarin de partijen elkaar langs di plomatieke weg ervan hebben kennisgegeven dat de vereiste interne procedures zijn afgerond.
2. Deze overeenkomst wordt voorlopig toegepast vanaf de datum van de ondertekening.
3. Deze overeenkomst blijft van kracht zolang de deelname van de Republiek Kroatië aan de operatie duurt.
Gedaan te Brussel, 24 november 2008, in twee originelen in de Engelse taal.
Voor de Europese Unie Voor de Republiek Kroatië
BIJLAGE
VERKLARINGEN
bedoeld in artikel 2, leden 4 en 5
Verklaring van de lidstaten van de EU
„De lidstaten van de Europese Unie die Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB van de Europese Unie van
4 februari 2008 inzake de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, EULEX KOSOVO, uitvoeren, zullen, voor zover hun nationale rechtsstelsel dit toelaat, zoveel mogelijk afzien van schadevorderingen tegen de Republiek Kroatië wegens lichamelijk letsel of overlijden van hun personeel, c.q. schade aan of verlies van middelen die hun eigendom zijn en die door EULEX KOSOVO zijn gebruikt, wanneer het letsel, het overlijden, de schade of het verlies:
— door personeel van de Republiek Kroatië werd veroorzaakt bij de uitvoering van zijn taken in het kader van EULEX KOSOVO, behalve in gevallen van grove nalatigheid of opzettelijk wangedrag,
of
— voortvloeit uit het gebruik van middelen die eigendom zijn van de Republiek Kroatië, op voorwaarde dat deze middelen ten behoeve van de operatie werden gebruikt, behalve in gevallen van grove nalatigheid of opzettelijk wangedrag van het uit de Republiek Kroatië afkomstige personeel van EULEX KOSOVO dat deze middelen gebruikte.”
Verklaring van de Republiek Kroatië
„Als deelnemer aan de rechtsstaatmissie van de Europese Unie in Kosovo, EULEX KOSOVO, die bij Gemeenschappelijk Optreden 2008/124/GBVB van de Europese Unie van 4 februari 2008 is ingesteld, zal de Republiek Kroatië, voor zover haar nationale rechtsstelsel dit toelaat, zoveel mogelijk afzien van schadevorderingen tegen andere aan EULEX KOSOVO deelnemende landen wegens lichamelijk letsel of overlijden van een lid van haar personeel, c.q. schade aan of verlies van middelen die haar eigendom zijn en die door EULEX KOSOVO zijn gebruikt, wanneer het letsel, het overlijden, de schade of het verlies:
— door personeel werd veroorzaakt bij de uitvoering van zijn taken in het kader van EULEX KOSOVO, behalve in gevallen van grove nalatigheid of opzettelijk wangedrag,
of
— voortvloeit uit het gebruik van middelen die eigendom zijn van aan EULEX KOSOVO deelnemende landen, op voorwaarde dat deze middelen ten behoeve van de operatie werden gebruikt, behalve in gevallen van grove nalatigheid of opzettelijk wangedrag van het personeel van EULEX KOSOVO dat deze middelen gebruikte.”