INVESTERINGSREGLEMENT Energiefonds Overijssel
INVESTERINGSREGLEMENT Energiefonds Overijssel
Vastgesteld op 28 september 2018 bij besluit van de Directie van Energiefonds Overijssel I B.V., statutair gevestigd te Zwolle, kantoorhoudende aan de Xxxxxxxxxxxxxxxx 0, 0000 XX xx Xxxxxx (hierna te noemen: “Energiefonds Overijssel”), na voorafgaande goedkeuring van de Algemene Vergadering.
A. OVERWEGINGEN:
1. Energiefonds Overijssel is opgericht door de provincie Overijssel (hierna: de “Provincie”) met als doel de door de Provincie nagestreefde ontwikkeling en toepassing van hernieuwbare energie en energiebesparing, en innovatie op het gebied van hernieuwbare energie en energiebesparing, te versterken,.
2. Energiefonds Overijssel dient deze doelstellingen onder meer te bereiken door middel van het tezamen met anderen verstrekken van Risicokapitaal aan andere ondernemingen die zich richten op het ontwikkelen/innoveren, exploiteren of anderszins ontplooien van activiteiten op het gebied van hernieuwbare energie of energiebesparing
(“Risicokapitaal”), zoals in dit reglement nader uitgewerkt.
3. Energiefonds Overijssel zal Risicokapitaal verstrekken binnen de kaders van Verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Europese Commissie van 17 juni 2014, waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (Pb. 2014, L 187/1) of diens opvolger (hierna te noemen: “AGV”), dan wel met voorafgaande instemming van de Europese Commissie.
4. Teneinde te verzekeren dat de investeringsbeslissingen van Energiefonds Overijssel ter zake van het beschikbaar stellen van Risicokapitaal plaatsvinden op een zakelijke grondslag heeft de Provincie erin voorzien dat (i) de vergoeding van de Directeur/Beheerder van Energiefonds Overijssel prestatie gerelateerd is, (ii) de doelstellingen van Energiefonds Overijssel en het tijdschema voor de investeringen in een met een externe fondsbeheerder te sluiten managementovereenkomst worden vastgelegd, (iii) bij het fondsbeheer goede praktijken en bedrijfstoezicht worden toegepast en (iv) een Adviescommissie in het leven wordt geroepen waarvan de meerderheid van de leden uit particuliere marktinvesteerders bestaat.. Deze Adviescommissie is betrokken bij de investeringsbeslissingen middels het verstrekken van onafhankelijke adviezen ter zake van Risicokapitaal aan Energiefonds Overijssel.
B. REGLEMENT
1. Definities
• Adviescommissie: het adviescomité als bedoeld in artikel 21, lid 15, sub e, van de AGV, waarvan de meerderheid van de leden uit particuliere marktinvesteerders bestaat en bij de besluitvorming betrokken is om te verzekeren dat Energiefonds Overijssel ten aanzien van Risicokapitaal op zakelijke grondslag wordt beheerd.
• AGVV: Verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Europese Commissie van 17 juni 2014, waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (Pb. 2014, L 187/1), of diens opvolger.
• Algemene Vergadering: de algemene vergadering van Energiefonds Overijssel.
• College van GS: het College van Gedeputeerde Staten van de Provincie Overijssel.
• Directiereglement: het directiereglement van Energiefonds Overijssel.
• Directeur: een statutair bestuurder van Energiefonds Overijssel.
• Doelonderneming: een onderneming in de zin van de AGVV waarin het Energiefonds Overijssel investeert of overweegt te investeren, en die kwalificeert als Kleine Onderneming, Micro-onderneming of Middelgrote Onderneming.
• Energiebesparingsmaatregelen: het ontwikkelen van technologieën door een Doelonderneming voor derden waarmee deze derden in staat worden gesteld het energieverbruik in hun productiecyclus te verminderen, alsmede maatregelen die een Doelonderneming in staat stellen haar energieverbruik, met name in haar productiecyclus,
– of in geval van woningcorporaties van hun huurders – te verminderen, waaronder mede wordt begrepen de bouwkundige aanpassingen aan woningen die nodig zijn om de
• energiemaatregelen te realiseren of andere onderhoud- of verbetermaatregelen in verband met de te realiseren energiebesparingsmaatregelen.
• Energiefonds Overijssel: de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Energiefonds Overijssel I B.V.
• Energie uit hernieuwbare energiebronnen: energie opgewekt met installaties waarbij uitsluitend van hernieuwbare energiebronnen wordt gebruikgemaakt, alsmede het aandeel in calorische waarde van de met hernieuwbare energiebronnen in hybride installaties opgewekte energie die ook met conventionele energiebronnen werken. Hieronder valt ook voor accumulatiesystemen gebruikte hernieuwbare elektriciteit, maar niet elektriciteit die van dergelijke systemen afkomstig is.
• Eerste generatie biomassa: biomassa die bestaat uit voedselgewassen zoals graan, maïs, koolzaad, suikerriet en palmolie.
• Tweede generatie biomassa: biomassa die niet bestaat uit voedselgewassen. Voorbeelden van Tweede generatie biomassa zijn houtsnippers, stro, oneetbare gedeelten van voedselgewassen, dierlijk vet, gebruikt frituurvet, mest, slib en afval.
• Derde generatie biomassa: algen.
• Exit strategie: strategie voor de beëindiging van een Risicokapitaalinvestering door Energiefonds Overijssel volgens een plan om een maximaal rendement te behalen, zoals (maar niet uitputtend) trade sale, verkoop aan een durfkapitaalverschaffer, een financiële instelling en verkoop via een openbaar aanbod (daaronder begrepen beursintroductie).
• Gecreëerde arbeidsplaats: de permanent bezette en tot volledige dagtaak omgerekende arbeidsplaats op jaarbasis (1 fte), gebaseerd op een arbeidsovereenkomst of inhuurcontract voor een aaneengesloten periode van minimaal 12 maanden welke met Innovatie wordt geschapen wordt of in stand wordt gelaten;
• Hernieuwbare energiebronnen: de volgende hernieuwbare, niet-fossiele energiebronnen o.a.: zonne-energie, geothermische energie, golfenergie, getijdenenergie, waterkrachtinstallaties, biomassa, stortgas, rioolwaterzuiveringsgas en
• biogas. Kernenergie is uitgesloten. Voor windenergie zijn uitsluitend bijdragen aan innovatieve windmolens toegestaan, zoals stedelijke windmolentjes en kleine windmolens die nu in veel bestemmingsplannen zijn toegestaan, beide kleiner dan 25 meter.
• Innovatieve projecten voor producten en diensten: innovatieve producten of diensten om energie op te wekken uit hernieuwbare energiebronnen of energie te besparen. Het doel van dit type projecten is om de ontwikkelde producten en diensten te vermarkten. Het dient aannemelijk te zijn dat ten minste 7% van het totale Maatschappelijke rendement voor dit type projecten neer slaat binnen de provinciegrenzen.”
• Innovatieve projecten voor hernieuwbare energieproductie of energiebesparing : innovatieve projecten waarbij het doel is om hernieuwbare energie op te wekken of energie te besparen. Het doel van dit type projecten is nadrukkelijk niet het ontwikkelen of vermarkten van nieuwe producten en diensten, maar is volledig gericht op energieopwekking of –besparing. Dit type projecten is locatie gebonden en dient binnen de provinciegrenzen plaats te vinden.
• Kleine Onderneming: een onderneming in de zin van Bijlage I van de AGVV, met minder
dan 50 werknemers, met een jaaromzet of een jaarlijks balanstotaal van maximaal € 10 miljoen. Een onderneming wordt niet als een kleine onderneming aangemerkt indien één of meer overheidsinstanties of openbare lichamen gezamenlijk direct of indirect zeggenschap heeft of hebben over 25 % of meer van het kapitaal of de stemrechten, behoudens de in artikel 3, tweede lid, tweede alinea van Bijlage I van de AGVV bedoelde gevallen.
• Maatschappelijk rendement: de als gevolg van de door het ontvangen Risicokapitaal gerealiseerde energiebesparing c.q. opwekking van hernieuwbare energie en de als gevolg van de door het ontvangen Risicokapitaal Gecreëerde arbeidsplaatsen gezamenlijk.
• Middelgrote Onderneming: een onderneming in de zin van Bijlage I van de AGVV, met minder dan 250 werknemers, met een jaaromzet van maximaal € 50 miljoen, of een balanstotaal van maximaal € 43 miljoen. Een onderneming wordt niet als een middelgrote onderneming aangemerkt indien één of meer overheidsinstanties of openbare lichamen gezamenlijk direct of indirect zeggenschap heeft of hebben over 25 % of meer van het kapitaal of de stemrechten, behoudens de in artikel 3, tweede lid, tweede alinea van Bijlage I van de AGVV bedoelde gevallen.
• Micro-onderneming: een onderneming in de zin van Bijlage I van de AGVV, met minder dan 10 werknemers, met een jaaromzet of een jaarlijks balanstotaal van maximaal € 2 miljoen. Een onderneming wordt niet als een micro-onderneming aangemerkt indien één of meer overheidsinstanties of openbare lichamen gezamenlijk direct of indirect zeggenschap heeft of hebben over 25 % of meer van het kapitaal of de stemrechten, behoudens de in artikel 3, tweede lid, tweede alinea van Bijlage I van de AGVV bedoelde gevallen.
onbeperkt aansprakelijk is voor de schulden van de onderneming (niet zijnde een Doelonderneming die minder dan drie jaar bestaat of een Doelonderneming binnen zeven jaar na haar eerste commerciële verkoop die in aanmerking komt voor Risicokapitaal na een boekenonderzoek door Energiefonds Overijssel).
⮚ Wanneer meer dan de helft van het kapitaal van de onderneming zoals dat in de boeken van de Doelonderneming is vermeld, door de gecumuleerde verliezen is verdwenen. Voor de toepassing van deze bepaling worden met “een onderneming waarin ten minste een aantal van de vennoten onbeperkt aansprakelijk is voor de schulden van de onderneming” met name de in bijlage II bij Richtlijn 2013/34/EU bedoelde rechtsvormen van ondernemingen bedoeld.
⮚ Wanneer tegen de Doelonderneming een collectieve insolventieprocedure loopt of de Doelonderneming aan de criteria voldoet om, op verzoek van haar schuldeisers, aan een collectieve insolventieprocedure te worden onderworpen.
⮚ Wanneer de Doelonderneming reddingssteun heeft ontvangen en de lening nog niet heeft terugbetaald of de garantie nog niet heeft beëindigd, dan wel herstructureringssteun heeft ontvangen en nog steeds in een herstructureringsplan zit.
• Participatie: een deelneming van Energiefonds Overijssel.
• Private investeerder: een particuliere marktinvesteerder die Risicokapitaal verstrekt aan de Doelondernemingen
• Provincie: de publiekrechtelijke rechtspersoon provincie Overijssel.
• Quasi-eigenvermogen: een categorie financiering tussen eigen vermogen en vreemd vermogen in, met een hoger risico dan senior schulden en een lager risico dan gewoon aandelenkapitaal, en waarvan het rendement voor de houder ervan overwegend is gebaseerd op de winst of het verlies van de onderliggende doelonderneming en die bij wanbetaling niet gedekt is.
• Reglement: dit investeringsreglement.
• Risicokapitaal: investeringen in de vorm van Participaties, quasi-eigenvermogen of een mix daarvan.
• Risicokapitaalinvestering: Risicokapitaal.
2. Algemene bepalingen
2.1 Energiefonds Overijssel kan overeenkomstig dit Reglement Risicokapitaal verschaffen aan Doelondernemingen.
2.2 Energiefonds Overijssel verstrekt geen Risicokapitaal aan Ondernemingen in moeilijkheden.
2.3 Energiefonds Overijssel verstrekt geen Risicokapitaal aan Doelondernemingen voor met de uitvoer verband houdende werkzaamheden (“exportsteun”), waaronder wordt verstaan steun die rechtstreeks is gerelateerd aan de uitgevoerde hoeveelheden, aan de oprichting en exploitatie van een distributienet of aan andere lopende uitgaven in verband met werkzaamheden inzake de
waarvan er een uitstaand bevel tot terugvordering is ingevolge een eerdere beschikking van de Europese Commissie waarin de steun onrechtmatig en onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt is verklaard.
2.5 Energiefonds Overijssel verstrekt geen Risicokapitaal aan Doelondernemingen die zich bezighouden met de ontwikkeling en toepassing van kernenergie of windenergie – met uitzondering van innovatieve windmolens, zoals stedelijke windmolentjes en kleine windmolens die nu in veel bestemmingsplannen zijn toegestaan, beide kleiner dan 25 meter - of Doelondernemingen die actief zijn in de kolenindustrie.
3. Aard van de Doelondernemingen
3.1 Energiefonds Overijssel kan Risicokapitaal verstrekken aan Doelondernemingen die niet- beursgenoteerd zijn en i) niet op een markt actief zijn geweest, of ii) minder dan zeven jaar na hun eerste commerciële verkoop actief zijn op een markt, of iii) een initiële Risicokapitaalinvestering vergen die, op basis van een ondernemingsplan dat is opgesteld met het oog op het betreden van een nieuwe productmarkt of geografische markt, meer bedraagt dan 50% van de gemiddelde jaaromzet in de voorafgaande vijf jaar.
3.2 De Doelondernemingen genoemd in artikel 3.1. van dit Reglement moeten:
✓ aantoonbaar kunnen bijdragen aan de doelstelling van de Provincie om in 2023 20% van het energieverbruik in de Provincie op te wekken uit hernieuwbare energiebronnen in de Provincie; of
✓ energiebesparingsmaatregelen treffen in de Provincie welke bijdragen aan de doelstelling van de Provincie om minder energie te verbruiken in de Provincie waarbij de Doelonderneming in de Provincie Overijssel gevestigd moet zijn waarin ook haar primaire bedrijvigheid zal plaatsvinden;
In beide gevallen geldt dat hier ook Doelondernemingen onder kunnen vallen die zich bezighouden met energieopslag, de aanleg van warmtenetten en (energie)infrastructuur en overige ten behoeve van de distributie en/of opslag van uit hernieuwbare energiebronnen opgewekte energie.
3.3 Wanneer een Doelonderneming voor de invoer van bio-energie-installaties, die bijdragen aan de doelstellingen zoals bedoeld in artikel 3.2 van dit Reglement, biomassa gebruikt, geldt het volgende:
• de invoer voor de energie-installatie mag per kalenderjaar voor maximaal 20% bestaan uit eerste generatie biomassa, mits deze biomassa geheel afkomstig is uit een gebied binnen een straal van 150 kilometer rondom de locatie waar de bio- energie-installatie is gevestigd;
• de overige invoer dient te bestaan uit tweede of derde generatie biomassa, waarbij ten aanzien van de tweede generatie geldt dat deze per kalenderjaar voor
Afspraak) ;
• voor houtige biomassa geldt dat deze voor 100% afkomstig moet zijn uit een van de lidstaten van de Europese Unie, waar bosbouw wordt geacht duurzaam plaats te vinden.
3.4 Om in aanmerking te komen voor de verstrekking van Risicokapitaal door Energiefonds Overijssel dient de Doelonderneming te worden gedreven door een rechtspersoon.
3.5 Energiefonds Overijssel vergewist zich ervan dat het verstrekte Risicokapitaal direct ten goede komt aan de Doelonderneming waaraan het kapitaal wordt verstrekt en niet ten goede komt aan moeder-, dochter-, of zusterondernemingen van de Doelonderneming. Het beschikbaar stellen van Risicokapitaal vindt plaats aan de rechtspersoon waarin deze op grond van de AGVV moet plaatsvinden.
4. Aard van de investering
4.1 Energiefonds Overijssel investeert in Doelondernemingen als bedoeld in de artikelen 3.1 en 3.2 van dit Reglement door middel van verstrekking van Risicokapitaal.
4.2 In alle gevallen geldt dat de minimale bijdrage door private onafhankelijke investeerders ten minste moet zijn:
a) 10% bij Doelondernemingen vóór hun eerste commerciële verkoop op een markt;
b) 40% bij Doelondernemingen die minder dan zeven jaar na hun eerste commerciële verkoop actief zijn op een markt; en
c) 60% bij andere Doelondernemingen die een initiële Risicokapitaalinvestering wensen aan te gaan die, op basis van een ondernemingsplan dat is opgesteld met het oog op het betreden van een nieuwe productmarkt of geografische markt, meer bedraagt dan 50% van de gemiddelde jaaromzet in de voorafgaande vijf jaar, en ten behoeve van vervolginvesteringen in Doelondernemingen na de onder b) vermelde periode van zeven jaar.
4.3 De investering van Energiefonds Overijssel bedraagt in alle gevallen niet meer dan € 15.000.000,-- per Doelonderneming. Indien de Doelonderneming eerder staatssteun heeft ontvangen in de vorm van Risicokapitaal of andere staatssteun zonder identificeerbare in aanmerking komende kosten, dient het door Energiefonds Overijssel te verstrekken Risicokapitaal dusdanig te worden verlaagd dat de totale steun, inclusief het beschikbaar te stellen Risicokapitaal, het bedrag van € 15.000.000,-- niet overschrijdt.
4.4 De investering van Energiefonds Overijssel bedraagt minimaal € 100.000, --.
4.5 In afwijking van het bepaalde in 4.1 en overweging 3 is het toegestaan te investeren op basis van de verordening (EU) Nr. 1407/2013 van de commissie van 18 december 2013 (PB L 352/1)
5. Voorwaarden voor investering
5.1 Energiefonds Overijssel kan alleen Risicokapitaal verstrekken indien uit een bedrijfsplan, dat voldoet aan de voorwaarden als opgenomen in Bijlage 1 bij dit Reglement, blijkt dat aan de voorwaarden van artikelen 2 tot en met 4 van dit Reglement is voldaan. Het bedrijfsplan bevat gegevens over o.a. het product/dienst, de afzet en de winstgevendheid en toont vooraf de financiële levensvatbaarheid aan.
5.2 Energiefonds Overijssel kan alleen Risicokapitaal verstrekken indien voor iedere Risicokapitaalinvestering een heldere en realistische Exit strategie voorhanden is.
5.3 Energiefonds Overijssel kan alleen Risicokapitaal verstrekken aan een Doelonderneming wanneer één of meerdere Private Investeerders zich schriftelijk hebben verbonden om, onder dezelfde voorwaarden als Energiefonds Overijssel, of onder minder gunstige voorwaarden dan Energiefonds Overijssel, ten minste een bedrag aan Risicokapitaal zoals bedoeld in artikel 4.2 van dit Reglement, te verstrekken aan de Doelonderneming.
5.4 Energiefonds Overijssel verlangt van de Doelonderneming ten minste eenmaal per kwartaal een rapportage over de voortgang van de projecten van de Doelonderneming, ten aanzien van door de Directeur nader te bepalen parameters.
5.5 De Directeur verlangt van de Doelonderneming dat de jaarrekening, dan wel de balans en winst- en verliesrekening, voorzien van accountantsverklaring afgegeven door een registeraccountant, binnen zes maanden na het einde van het boekjaar, is opgemaakt en gedeponeerd.
5.6 Onverminderd de rapportageverplichtingen die de Doelonderneming worden opgelegd ten aanzien van de voortgang van de projecten van de Doelonderneming, bepaalt de Directeur in alle gevallen dat de Doelonderneming een voornemen tot vergaande samenwerking met een andere onderneming altijd vooraf ter goedkeuring voorlegt aan de Directeur.
5.7 Energiefonds Overijssel kan alleen Risicokapitaal verstrekken, wanneer de aandeelhouders van de Doelonderneming zich ten aanzien van de bezoldiging van de bestuurder(s) van de Doelonderneming conformeren aan het Provinciaalbeloningsbeleid als vastgelegd in PS/2009/140 en haar eventuele latere updates.
6. Besluitvorming over investering
6.1 De Directeur zal ervoor zorgdragen dat ter zake van investeringen in Doelondernemingen de bepalingen uit zowel dit Reglement als het Directiereglement worden nageleefd.
6.3 De Doelonderneming geeft bij indiening van het bedrijfsplan aan of, en zo ja, welke, Private investeerder bereid is Risicokapitaal te verstrekken aan de Doelonderneming.
6.4 De Doelonderneming geeft bij indiening van het bedrijfsplan tevens aan waarom zonder Risicokapitaal van het Energiefonds Overijssel de te bereiken doelstellingen van de Doelonderneming niet of minder goed kunnen worden bereikt, waarbij een vergelijking wordt gemaakt met Risicokapitaal van een of meerdere private ondernemingen.
6.5 De Doelonderneming geeft bij indiening van het bedrijfsplan aan wat bij de realisatie van het bedrijfsplan het verwachte aantal Terajoules te besparen energie of via hernieuwbare energie op te wekken energie en toename van werkgelegenheid uitgedrukt in arbeidsplaatsen.
6.6 Wanneer de Doelonderneming geen geïnteresseerde Private investeerder kan noemen/ aandragen, kan de Directeur bezien of hij een Private investeerder kan interesseren om Risicokapitaal te verstrekken aan de Doelonderneming, mits na een eerste verkenning van blijkt dat de investering binnen de doelstellingen en prioriteiten van Energiefonds Overijssel valt.
6.7 Bij eerste positieve beoordeling van het bedrijfsplan en wanneer een Private investeerder in beginsel geïnteresseerd is in deelname in de Doelonderneming, bepalen Energiefonds Overijssel en de betrokken Private investeerder of een due diligence onderzoek gewenst is. De procedure van artikel 9 van het Directiereglement is van toepassing. De Directeur vergewist zich daarnaast er in elk geval van dat de Doelonderneming niet betrokken is bij afspraken die strijdig zijn met de Mededingingswet. Tevens vergewist de Directeur zich ervan of de Doelonderneming eerder staatssteun heeft ontvangen in de vorm van Risicokapitaal als bedoeld in artikel 107 van het Verdrag betreffende de Werking van de Europese Unie of steun verleend op basis van de verordening betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun).
6.8 De uitkomsten van het due diligence onderzoek en/of de beoordeling door de Directeur van het bedrijfsplan, inclusief Exit strategie, worden opgenomen in het voorstel tot het beschikbaar stellen van Risicokapitaal, tezamen met een concept risicokapitaalovereenkomst. In het voorstel tot het beschikbaar stellen van Risicokapitaal gaat de Directeur tevens in op het al dan niet verlangen van garanties, als uitkomst van het due diligence onderzoek, en de motivering van zijn bevindingen ter zake. Voorts gaat de Directeur in op de wijze waarop de Doelonderneming zal rapporteren, welke gegevens de Directeur in het kader van de rapportage als bedoeld in artikel 5.4 van dit Reglement verlangt, en hoe Energiefonds Overijssel de resultaten van de Doelonderneming zal monitoren.
6.9 Het voorstel tot het beschikbaar stellen van Risicokapitaal wordt voorgelegd aan de Adviescommissie.
6.10 De Adviescommissie adviseert de Directeur over het voorstel tot het beschikbaar stellen van Risicokapitaal en geeft haar eigen oordeel over het al dan niet bijdragen in dat concrete geval. De
7. Desinvesteringen
7.1 De Directeur rapporteert ten minste één maal per jaar over de mogelijkheid om de Participatie al dan niet te beëindigen en legt een gemotiveerd voorstel ter advisering voor aan de Adviescommissie. Bij een positief advies van de Adviescommissie en na daartoe verkregen goedkeuring door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders als voorzien in het Directiereglement gaat de Directeur over tot zo spoedig mogelijke beëindiging onder de voorwaarden waarmee de Adviescommissie en de Algemene Vergadering van Aandeelhouders hebben ingestemd. Bij een negatief advies van de Adviescommissie kan de Directeur het beëindigingsvoorstel ter goedkeuring aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders voorleggen of het voorstel intrekken.
7.2 De Directeur kan in het voorstel tot Participatie voorstellen dat de in lid 1 van dit artikel bedoelde rapportage voor het eerst wordt uitgebracht uiterlijk aan het eind van het tweede jaar nadat de Participatie is aangegaan. De Adviescommissie spreekt zich in haar advies over het voorstel tot Participatie ook ten aanzien van dit punt uit.
7.3 In de risicokapitaalovereenkomst wordt bepaald dat Energiefonds Overijssel een overeenkomst met onmiddellijke ingang kan beëindigen, indien uit een strafrechtelijk onderzoek dan wel een onderzoek van de ACM voldoende aannemelijk is geworden dat de Doelonderneming een strafbaar feit heeft begaan dan wel de Mededingingswet heeft overtreden, doordat tegen de Doelonderneming een dagvaarding van het Openbaar Ministerie is uitgebracht dan wel een rapport van de ACM is opgesteld.
8. Communicatie met betrekking tot investeringen
8.1 Bij externe communicatie door de Doelonderneming over activiteiten ten aanzien waarvan Energiefonds Overijssel Risicokapitaal heeft verstrekt, maakt de Doelonderneming in ieder geval kenbaar dat er een financiële bijdrage van Energiefonds Overijssel is verkregen.
Voorts neemt de Doelonderneming de communicatieverplichtingen zoals opgenomen in Bijlage 3 bij dit Reglement in acht.
8.2 De Doelonderneming stelt een communicatieplan op. Onderdeel van het communicatieplan is in elk geval dat de bekendmaking van investeringen en desinvesteringen, met name in de vorm van persberichten, uit naam van en gezamenlijk met het College van GS geschiedt. Daarnaast stelt de Doelonderneming een communicatiekalender op zoals bedoeld in Bijlage 3 bij dit Investeringsreglement.
zal verlenen aan het verlenen van Risicokapitaal.
9.2 Het voorgenomen besluit tot het beschikbaar stellen van Risicokapitaal wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Indien de Xxxxxxxxx besluit een aanmelding bij de Europese Commissie te doen, bereidt de Directeur deze aanmelding voor.
9.3 Energiefonds Overijssel maakt te allen tijde jegens de Doelonderneming een uitdrukkelijk voorbehoud van goedkeuring door de Algemene Vergadering als voorzien in het Directiereglement, zowel ten aanzien van de vraag of het van Risicokapitaal beschikbaar zal worden gesteld als ten aanzien van de vorm waarin het Risicokapitaal beschikbaar zal worden gesteld.
10. Werking
10.1 Dit Reglement kent geen rechten aan derden toe, met name geen rechten op het beschikbaar stellen van Risicokapitaal door Energiefonds Overijssel aan een Doelonderneming.
11. Wijziging en duur Reglement
11.1 Dit Reglement geldt totdat het door de Algemene Vergadering wordt gewijzigd of ingetrokken.
11.2 De Algemene Vergadering is te allen tijde bevoegd dit Reglement te wijzigen. Bij wijziging van het Reglement bepaalt de Algemene Vergadering de datum van inwerkingtreding van de wijzigingen. Wijzigingen in het Reglement hebben geen gevolgen voor Risicokapitaal dat Energiefonds Overijssel reeds heeft verstrekt.
12. Toepasselijk recht
12.1 Dit Reglement en de uitleg ervan worden beheerst door Nederlands recht.
Bijlage 1: Eisen aan bedrijfsplan Bijlage 2: Communicatieverplichtingen
Bijlage 3: Annex 1 BESCHIKBARE COMMUNICATIEMIDDELEN/KANALEN Provincie Overijssel en Energiefonds Overijssel
Bijlage 3: Annex 2 Communicatieplan
Algemeen
• Een korte introductie van het businessplan.
• De doelstelling van de Doelonderneming, hoe deze doelstellingen worden bereikt en binnen welke termijn.
Product & technologie
• Een beschrijving van het product of de dienst en de gebruikte technologieën.
• De wijze waarop het product of de dienst zich van vergelijkbare producten of diensten in de markt onderscheidt.
• De toegevoegde waarde van het product of de dienst voor de afnemer.
• Het prijsniveau van het product of de dienst en hoe dit zich verhoudt tot alternatieven in de markt.
• Of de ontwikkelde technologie makkelijk te kopiëren is en of deze voldoende beschermd
wordt door patenten, octrooien of specifieke kennis van ondernemers.
• Welke vergunningen noodzakelijk zijn voor om van start te gaan als Doelonderneming en of deze reeds in bezit zijn of zijn aangevraagd.
Markt & trends
• Waar de vraag naar en potentie van het product of de dienst uit blijkt.
• Welke trends bestaan binnen de doelgroep en hoe de markt van het product of de dienst zich de komende jaren gaat ontwikkelen.
• Welke toetredingsbarrières tot de markt bestaan voor de Doelonderneming (investeringskosten, vergunningen etc.).
• Welke productmarktcombinaties er te maken zijn met het product of de dienst en wat het ontwikkelprofiel hierin te maken is voor de nabije toekomst.
• Een korte concurrentieanalyse.
Maatschappelijk rendement
• De hoeveelheid te besparen energie dankzij het geleverde product of de geleverde dienst (in Terajoules) of de hoeveelheid opgewekte hernieuwbare energie (in Terajoules).
• Het aantal Gecreëerde arbeidsplaatsen in de Provincie.
Organisatie
• Persoonlijke gegevens van de Doelonderneming met inbegrip van werkervaring.
• Opleiding(en) en gevolgde cursus(sen), inkomsten, schulden en verzekeringen.
• Persoonlijke eigenschappen en vaardigheden.
• Organisatie van de Doelonderneming: vestigingsplaats, personeel, organogram.
• De geplande rechtsvorm van de Doelonderneming.
• SWOT-analyse van de Doelonderneming (strengths, weaknesses, opportunities, threats).
• Welke key leveranciers of afnemers er direct betrokken zijn bij de Doelonderneming.
• De aanpak met betrekking tot de marketing en promotie van het product of de dienst.
• Een overzicht van bestaande aandeelhouders en de aandelenverhoudingen.
Team
• Een beschrijving van het management/bestuur en overige key personen binnen de Doelonderneming (onder meer: werkervaring, opleiding, leeftijd, expertise en vaardigheden).
• De taakverdeling binnen het management/bestuur en tussen key personen.
Financiën
De volgende financiële documenten:
• Jaarcijfers van de afgelopen drie jaar.
• Meerjarige prognose van de te behalen omzet, kostenontwikkeling en hoeveel nettowinst de Doelonderneming overhoudt na aftrek van de investeringen (exploitatie) van de omzet.
• Meerjarige prognose van de balans.
• Meerjarige liquiditeitsbegroting.
• Investeringsbegroting.
• Scenariobeschrijving met en zonder steun vanuit Energiefonds Overijssel.
• De financieringsbehoefte van de Doelonderneming en welk aandeel hiervan aan Energiefonds Overijssel wordt gevraagd.
• De overige financiers die betrokken zijn bij de Doelonderneming en hun rol.
• Of er subsidies zijn aangevraagd/toegekend, en zo ja, welke dit zijn.
• Een onderbouwing van de levensvatbaarheid de Doelonderneming waar Risicokapitaal voor gevraagd wordt, waarbij de levensvatbaarheid worden geschat door middel van een scenario met en zonder steun.
Exit strategie
• De mogelijke Exit strategieën van Energiefonds Overijssel.
• De wijze waarop de waarde van de investering terugverdiend wordt door Energiefonds Overijssel door middel van dividenduitkering.
Marktfalen
Welke acties heeft de Doelonderneming ondernomen om andere financieringsbronnen aan te trekken.
1. Voorlichting- en communicatiemateriaal
Op de titelpagina van publicaties (zoals brochures, folders en nieuwsbrieven), in persberichten en op de homepage van eigen websites moet onderstaande tekst en logo worden gebruikt.
“Samenwerken aan Nieuwe Energie”, mede mogelijk gemaakt door:
2. Bouw- en Informatieborden
Op een bouw- en informatiebord* (tijdelijk communicatiemiddel) worden opgenomen:
• een beschrijving van de concrete actie;
• de bijdrage aan de doelstelling van de provincie Overijssel op het gebied van Nieuwe Energie (in percentage van de 20%, in MW of in PJ opwekking of besparing van energie);
• het bovenstaande logo met bijbehorende tekst. Tenminste 15% van de oppervlakte van het bouw- en informatiebord moet hiervoor worden gebruikt.
*Gedurende renovatieprojecten aan sociale huurwoningen of grote blokken huizen en/of bedrijfspanden wordt de hoofdaannemer of woningcorporatie geacht een tijdelijk informatiebord te plaatsen waaruit duidelijk blijkt dat Xxxx omgaan met Energie nut heeft. Hierop staat bovengenoemde tekst en logo duidelijk vermeld. Daarnaast wordt de hoofdaannemer of woningcorporatie verzocht zoveel mogelijk te benoemen welke maatregelen uitgevoerd worden om de huizen of bedrijfspanden energiezuiniger te maken. Denk aan: isoleren van dak, vloer, gevel, het plaatsen van isolatieglas of een pelletkachel.
3. Informatieplaquettes
Een informatie plaquette (vast communicatiemiddel) dient aangebracht te worden op een gerealiseerd gebouw of object op een goed zichtbare plaats voor bezoekend publiek. Denk hierbij aan: plek bij hoofdingang van het gerealiseerde gebouw, pomphuis, vergister, fabriek etc. Neem hiervoor contact op met Energiefonds Overijssel.
4. Publicatie projectgegevens op website Provincie
Projectgegevens worden gepubliceerd op de website van Energiefonds Overijssel, de provinciale website en wanneer wenselijk op projectwebsites van samenwerkpartners. Dat laatste gebeurt in overleg met de ondernemer, woningcorporatie of hoofdaannemer. Ten behoeve van de publicatie op de website wordt een digitaal formulier verstrekt waarin de belangrijkste gegevens rond het betrokken project moeten worden aangegeven. Daarbij dient een representatieve foto van het project te worden gevoegd voor gebruik op websites.
Projectmijlpalen zijn zeer geschikte momenten om extern te communiceren. Energiefonds Overijssel en provincie Overijssel zijn gebaat bij het resultaat dat de Doelonderneming bereikt. Het draagt immers bij aan de doelstelling van 20% Nieuwe Energie in 2020. De ondernemer, woningcorporatie of hoofdaannemer dient een communicatiekalender op te maken en contact te zoeken met de communicatie adviseur van het Energiefonds.
Op verzoek kan bekeken worden in hoeverre een project via bij het fonds beschikbare middelen en kanalen onder de aandacht van het Overijsselse publiek gebracht kan worden.
6. Uitzonderingen
Energiefonds Overijssel maakt bewust geen onderscheid tussen een startende of bestaande Doelonderneming. Mochten bovenstaande richtlijnen niet doorgevoerd kunnen worden dan is in overleg met de fondsbeheerder een maatwerk oplossing mogelijk. Neem in dit geval contact op met Energiefonds Overijssel.
project. Uiteraard kunt u ook een aanvraag doen om te verschijnen in een van onderstaande kanalen en media. Vaak is de start van uw project, een projectmijlpaal of het eindresultaat een goed moment om de publiciteit te zoeken.
Communicatie media Energiefonds Overijssel
- Website
- Nieuwsbrief
Communicatie media en kanalen provincie Overijssel
- Website Xxxxxxxxxx.xx: beleidsinformatie. Publieksinformatie voornamelijk op eigen satellietwebsites met doorlink naar moedersite xxxxxxxxxx.xx
- Webpagina´s xxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxxx: mogelijkheid tot plaatsen kalenderitems en actualiteit rond Nieuwe Energie.
- Dashboard Nieuwe Energie: managementrapportage intern provincie
- Overijssels Feit: zeer beschikt voor presenteren resultaten/cijfermateriaal/onderzoek
- Huis aan huis pagina: per maand 2 pagina’s, rondom thema
- Magazine Jij&Overijssel. 3 keer per jaar, inwoners aan woord, gekoppeld aan thema
- Persberichten: via afdeling communicatie provincie. Zij geven ook advies over de meest geschikte vorm om publiciteit te waarborgen.
- Interviews: specifieke journalist wordt uitgenodigd voor interview met de gedeputeerde.
- Lobby: provincie kan in samenspraak met derden haar lobbyisten met een gericht onderwerp op pad sturen.
- Energieloket per gemeente (25) gericht op voorlichting aan de particulier
- Bedrijvenloket per gemeenten (25) gericht op het lokale bedrijfsleven
- Presentatie in kenniskring woningcorporaties
Social Media:
- Twitteraccounts: @overijssel, @jijenoverijssel, #NEO_Energiefonds Overijssel e.a.
- Facebook: actiepagina´s gerelateerd aan de actie website XxxxxXxxxxxxxxx.xx
- Community: Duurzame Leefomgeving, gehost bij provincie voor gemeenten en belangengroeperingen
- Website Jij&Overijssel: actie website voor acties tot 3 maanden met mogelijkheid tot stemmen, plaatsen video, twitterfeeds, foto´s e.d.
Het programma Nieuwe Energie kent een eigen digitale nieuwsbrief, een fact- en informatie sheet, een informatie banner, een achterwand voor op beurzen en een aantal projectwebsites.
Communicatiekalender organisatie X, project Y Energiefonds Overijssel
Data duur project
Periode/datum | Thema | Onderwerp | Doelgroep | Communicatie actie | Contactpersonen | Xxxxx meenemen in Energiefonds Overijssel en provinciale communicatie |
Ja/nee | ||||||