Overeenkomst inzake Individuele Voorziening Jeugd
Overeenkomst inzake Individuele Voorziening Jeugd
20220101 Overeenkomst inzake Individuele Voorziening Jeugd - Gemeente “Een 10 voor de Jeugd” Versie 1.2.1
Datum: 1 november 2023
tussen
Gemeente “Een 10 voor de Jeugd” en
Aanbieder
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Overlegstructuur, deelname en bepalingen 10
Artikel 1.1 Begripsbepalingen 10
Artikel 1.2 Voorwerp van deze overeenkomst 12
Artikel 1.3 Overlegstructuur bestuurlijk aanbesteden 12
Artikel 1.4 Overlegtafels 12
Artikel 1.5 Besluitvorming 13
Artikel 1.6 Nieuwe Jeugdhulpaanbieders 14
Artikel 1.7 Gegevens jeugdhulpaanbieder 14
Artikel 1.8 Voorwaarden deelname Jeugdhulpaanbieders 15
Artikel 1.9 Ontbinden van de Overeenkomst 23
Artikel 1.10 Direct ontbinden 24
Artikel 1.11 Opzeggen van de Overeenkomst 24
Artikel 1.12 Overdracht 25
Artikel 1.13 Duur van de overeenkomst 26
Artikel 1.14 Persoonsgegevens 26
Artikel 1.15 Aansprakelijkheid 26
Artikel 1.16 ZZP 27
Artikel 1.17 Onderaanneming 27
Artikel 1.18 Arbeidsvoorwaarden 28
Artikel 1.19 (Gedeeltelijke) nietigheid 28
Artikel 1.20 Algemene (inkoop)voorwaarden 29
Artikel 1.21 Toepasselijk recht en geschillen 29
Artikel 1.22 Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) 29
Hoofdstuk 2 Eisen aan de Jeugdhulpaanbieder, opdrachtverstrekking en levering 30
Artikel 2.1 Eisen aan Jeugdhulpaanbieder 30
Artikel 2.2 Toegang en besluitvorming 30
Artikel 2.3 Acceptatieplicht 31
Artikel 2.4 Uitvoering van de opdracht 31
Artikel 2.5 Informeren jeugdige en/of ouders 33
Artikel 2.6 Voortijdige beëindiging individuele opdrachtverstrekking 34
Artikel 2.7 Evaluatie ondersteuningsplan 34
Artikel 2.8 Vervoer 35
Artikel 2.9 Interventies en richtlijnen 35
Artikel 2.10 Regiebehandelaarschap 35
Artikel 2.11 Forensische zorg 36
Artikel 2.12 Evidence based en practice based methodieken 36
Artikel 2.13 E-health 36
Artikel 2.14 Seksueel Misbruik 36
Artikel 2.15 Spoedeisende hulpvragen en crisis 36
Artikel 2.16 Meldcode en verwijsindex 37
Artikel 2.17 Bezoldiging topfunctionarissen 37
Artikel 2.18 Meewerkingsplicht 37
Artikel 2.19 Inspectie en gemeentelijke xxxxxxxxxxxxxx 00
Artikel 2.20 Locatie 37
Artikel 2.21 Samenwerking 37
Artikel 2.22 Systeemgericht werken 38
Artikel 2.23 Participatie van jeugdigen 38
Artikel 2.24 Marketing 38
Artikel 2.25 Financiële grenswaarden 39
Hoofdstuk 3 Financiële, administratieve en aanverwante afspraken en verplichtingen 40
Artikel 3.1 Landelijk berichtenstelsel en uitwisseling overige berichten 40
Artikel 3.2 Declaratieproces 40
Artikel 3.3 Verjaring 42
Artikel 3.4 Social return 42
Artikel 3.5 Monitoring en managementinformatie 42
Artikel 3.6 Cliëntervaringsonderzoek 43
Artikel 3.7 Financiële verantwoording 43
Hoofdstuk 4 Segment 1: Complexe Jeugdhulp (Weinig voorkomend) 44
Artikel 4.1 Doelen 44
Artikel 4.2 Strategische partners 44
Artikel 4.3 Financieel Transformatieplan 45
Artikel 4.4 Begeleiding biologische ouders 45
Artikel 4.5 Flexibele inzet van zorg 45
Artikel 4.6 Open boek 45
Artikel 4.7 Ontwikkelagenda 46
Artikel 4.8 Toetreding 46
Hoofdstuk 4 Segment 2: Wonen 47
Artikel 4.1 Doelen 47
Artikel 4.2 Ontwikkelpartners 47
Artikel 4.3 Verwijzing naar segment 1 47
Artikel 4.4 Werving 48
Artikel 4.5 Passende hulp 48
Artikel 4.6 Actuele richtlijnen 48
Artikel 4.7 Afspraken met Verwijzers 48
Artikel 4.8 Gezinshuizen 48
Artikel 4.9 Begeleiding biologische ouders 49
Artikel 4.10 In één keer goed 49
Artikel 4.11 Beschikbaarheidswijzer 49
Artikel 4.12 Aanvullende monitoringseisen 49
Artikel 4.13 Ontwikkelagenda 49
Artikel 4.14 Toetreding 50
Hoofdstuk 4 Segment 3: Dagbesteding en Dagbehandeling 51
Artikel 4.1 Doelen 51
Artikel 4.2 Onderwijs 51
Artikel 4.3 Ontwikkelagenda 51
Artikel 4.4 Toetreding 51
Hoofdstuk 4 Segment 4: Specialistische zorg (veel voorkomend) 52
Artikel 4.1 Doelen 52
Artikel 4.2 Verwijzing naar segment 1 52
Artikel 4.3 Ontwikkelagenda 52
Artikel 4.4 Toetreding 52
Hoofdstuk 5 Bijlagen en rangorde 53
Artikel 5.1 Bijlagen en rangorde 53
Artikel 5.2 Tekenblad 54
Bijlage 1 Eigen Verklaring 56
Bijlage 2 Inkoopvoorwaarden 58
Bijlage 3 Social return 72
Bijlage 4 Calamiteitenprotocol 77
Bijlage 5 Protocol jeugdhulp na verwijzing 78
Bijlage 6 Productdienstencatalogus 85
Segment 1 86
Segment 2 103
Segment 3 109
Segment 4 115
Bijlage 7 Stapelmatrix 137
Bijlage 8 Overzicht i-standaarden en productcodelijst (verwijsindex) 138
Segment 1 138
Segment 2 139
Segment 3 140
Segment 4 141
Segment 5 143
Bijlage 9 Indicatie- en administratie afspraken 144
145
Afsprakenkaart 147
1 Afspraakthema: Contractafspraken 150
Afspraaknr. C-1: Onderaannemers 150
Afspraaknr. C-2: Wachttijd 151
Afspraaknr. C-3: Bepalingen 18-/18+ 153
Afspraaknr. C-4: Open beschikking 154
Afspraaknr. C-5: Volgen Standaard administratieprotocollen (SAP) 155
2 Afspraakthema: Declaraties 155
Afspraaknr. D-1: Garantietermijn 155
Afspraaknr. D-2: Aanpassing tarieven 157
Afspraaknr. D-3: Budgetplafond 158
Afspraaknr. D-4: Betalingspercentages trajecten 159
Afspraaknr. D-5: Declarabele tijdsgebonden activiteiten 160
Afspraaknr. D-6: Declareerbare afwezigheid/ tijdelijke stop 162
3 Afspraakthema: Regie op zorg 163
Afspraaknr. R-1: Aanvullende informatie contractbeheer 163
Afspraaknr. R-2: Definitie van Stopzorg 164
Afspraaknr. R-3: Tijdelijke stopzorg 164
Afspraaknr. R-4: Landelijk accountantsprotocol 166
4 Afspraakthema: Toewijzingen 167
Afspraaknr. T-1: Wijze van toewijzen 167
Afspraaknr.T-2: Maximale geldigheidsduur toewijzing 168
Afspraaknr. T-3: Samenloopmatrix 169
Afspraaknr. T-4: Maximale toewijzing 170
Afspraaknr. T-5: Afwijzing verzoek om toewijzing 171
Afspraaknr. T-6: Frequentievrijheid 172
Afspraaknr. T-7: Vervalperiode 301 173
5 Afspraakthema: Verwijzingen en verzoek zorgtoewijzing 174
Afspraaknr. V-1: Termijn verzoek om toewijzing (VOT) 174
Afspraaknr. V-2: VOT versturen 175
6 Wensenlijst 176
Bijlage 10 Ontwikkelagenda 177
1. Prijsstelling en bekostiging 177
2. Kwaliteit 177
3. Segment specifieke ontwikkelpunten 178
4. Monitoring en verantwoording 179
5. Toegang 180
6. Automatisering 180
7. Social Return on Investment (Maatschappelijke tegenprestaties door ondernemers) 180
Bijlage 11 Kritische Prestatie Indicatoren 181
Algemeen 181
Kritische prestatie indicatoren 181
Segment 1 181
Segment 2 182
Segment 3 183
Segment 4 185
Bijlage 12 Hoofdlijnenakkoord 186
Inleiding 187
Onze ambitie: wij maken het verschil voor jeugdigen en gezinnen 187
1. De toeleiding en instroom van cliënten: we committeren ons aan eenduidigheid in methodieken, processen en werkwijzen 189
2. De behandeling: al lerend verbeteren en optimaliseren we de kwaliteit, duur en effectiviteit van de zorginzet 190
3. De doorstroom en de uitstroom: wij committeren ons aan snelle en passende doorstroom en uitstroom 192
4. De organisatie van het systeem: we organiseren het systeem op een wijze zodat het ondersteunend is aan het realiseren van de ambities 194
5. Kritische prestatie indicatoren (KPI): we sturen gezamenlijk op het realiseren van kwalitatieve en op afzienbare termijn ook op financiële doelstellingen 195
6. Slotwoord 196
7. Ondertekening 196
Bijlage 12 Ambitieakkoord 197
1. Inleiding 198
2. Onze ambitie: wij maken het verschil voor jeugdigen en gezinnen 199
3. Ambitieakkoord 200
4. Overwegingen 201
5. Probleemdefinitie 203
6. Ambities en doelstellingen 203
7. Monitoring 204
8. Afspraken, verantwoordelijkheden en acties 204
9. Duur en Ingang ambitieakkoord 209
De ondergetekenden:
1. “Een 10 voor de Jeugd”,
hierna te noemen (ook): ‘Gemeente’ en
2. Jeugdhulpaanbieder zoals vermeld op het Ondertekenblad van de betreffende Gemeente hierna (ook): ‘Jeugdhulpaanbieder’;
De Overeenkomst noemt Xxxxxxxxxxxxxxxxxxx ook separaat van elkaar Jeugdhulpaanbieder.
De Overeenkomst noemt Gemeente en Jeugdhulpaanbieders gezamenlijk Partijen en ook separaat van elkaar een Partij.
Partijen overwegen bij het aangaan van deze Overeenkomst als volgt:
1 Gemeente voert in het kader van haar wettelijke taken binnen het sociaal domein werkzaamheden uit voor haar burgers binnen het daarvoor beschikbare budget.
2 Hiervoor zijn de uitgangspunten uit de van toepassing zijnde wetgeving en lokale regelgeving van de Gemeente leidend evenals het streven naar reduceren van administratieve lasten, het vergroten van de zelfredzaamheid en het samenwerken van partijen voor de beste invulling van de zorgvraag.
3 Vanwege het complexe speelveld in het sociaal domein (ontwikkelingen volgen elkaar snel op, er wordt in wisselende verbanden samengewerkt met verschillende spelers), bestaat de behoefte om overeenkomsten in het sociaal domein flexibel en dynamisch in te richten zodat er ruimte is voor transformatie en ontwikkeling. Partijen zijn zich bewust van de majeure keuzes die gemaakt worden en daarom zijn gezamenlijke evaluatie en doorontwikkeling voorwaardelijk gedurende de looptijd van de overeenkomst.
4 Partijen hebben voor de totstandkoming van deze overeenkomst samengewerkt conform de Overlegstructuur Bestuurlijk Aanbesteden. Hierbij is uitgangspunt dat de Gemeente met Jeugdhulpaanbieders in overleg treedt, alvorens zij besluit de Overeenkomst te wijzigen. Deze overlegstructuur wordt tijdens de looptijd van de Overeenkomst voortgezet en maakt integraal onderdeel uit van deze Overeenkomst.
5 In de doorontwikkeling van deze Overeenkomst hebben de inkooporganisaties van de Gemeenten en Jeugdhulpaanbieders regionaal samengewerkt aan de totstandkoming van zoveel mogelijk uniformiteit op het gebied van Producten, tarieven, regelgeving en uitvoering.
6 Partijen hanteren voor de samenwerking de onderstaande uitgangspunten:
a) Vertrouwen: Het handelen van Partijen onder de Overeenkomst zal zijn gebaseerd op wederzijds vertrouwen.
b) Transparantie: De werkwijze van Partijen onder de Overeenkomst en de resultaten van de samenwerking zijn openbaar, tenzij wet- en regelgeving – zoals bijvoorbeeld de Wet openbaarheid van bestuur en de Algemene Verordening Gegevensbescherming – zich daartegen verzetten. Concurrentiegevoelige informatie is niet openbaar.
c) Professionaliteit: Jeugdhulpaanbieders zullen vanuit hun eigen bekwaamheden en vakkennis de werkzaamheden die voortvloeien uit de Overeenkomst uitvoeren en hierbij de professionele standaarden van vakkennis, beroepsbekwaamheid en gangbare normen in acht nemen ten einde optimale zorg na te streven conform de Jeugdwet.
d) Verantwoordelijkheid: Partijen zijn zich ervan bewust dat informatie waarover een Partij beschikt, voor de andere Partij essentieel kan zijn. Partijen zullen steeds zodanig tijdig die informatie aan elkaar ter beschikking stellen, dat de nodige acties kunnen worden ondernomen.
e) Eerlijkheid: Partijen zullen elkaar steeds eerlijk en naar waarheid op de hoogte stellen van alle feiten die van belang zijn voor een goede dialoog en goede uitvoering van de samenwerking onder de Overeenkomst.
f) Financieel kader: Partijen erkennen dat Gemeente beschikt over schaarse financiële middelen en dat Partijen gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor een zo doelmatig mogelijke inzet daarvan.
g) Schaarste: Partijen erkennen dat Jeugdhulpaanbieders beschikken over schaarse middelen en dat Partijen gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor een zo doelmatige inzet daarvan.
h) Oplossingsgericht: Partijen committeren zich aan het direct en wederzijds oplossen van conflicten en geschillen binnen het raamwerk dat deze Overeenkomst instelt.
i) Objectiviteit: Partijen zullen ieder potentieel conflicterend belang aan elkaar melden.
j) Partnerschap: Partijen erkennen en hebben oog voor elkaars belangen en die van Jeugdigen bij het nastreven van de doelstellingen zoals vastgelegd in de door Rijk en Gemeente vastgestelde beleidsplannen.
k) Betrouwbaarheid: Partijen gedragen zich als betrouwbare partners en komen de door hen gedane toezeggingen steeds na.
l) Integriteit: Partijen hebben respect voor alle betrokken belangen, met name die van de partijen die een belang hebben of zouden kunnen hebben bij de uitvoering van de overeenkomst
m) Diversiteit: Partijen streven een inclusieve samenleving na, met oog voor de diversiteit aan Jeugdigen en Ouders, en erkennen daarom dat een divers zorglandschap nodig is.
n) Belang van de Jeugdige: Partijen zullen ieder potentieel conflicterend belang aan elkaar melden. Het belang van de Jeugdige en/of Ouder(s) gaat boven het organisatiebelang.
o) Commitment: Partijen committeren zich aan deze samenwerking
p) Verklaring: Jeugdhulpaanbieders verklaren door ondertekening van deze Overeenkomst dat zij een zakelijke of andere doelstelling of verbintenis waarvan zij redelijkerwijze kunnen verwachten dat deze het voorwerp van deze Overeenkomst geweld aan kan doen, volledig openbaar maakt aan de Gemeente.
7 Partijen zijn tot overeenstemming gekomen en wensen voor de uitvoering van deze Overeenkomst hun rechten en plichten vast te leggen;
Partijen verklaren te zijn overeengekomen als volgt:
Hoofdstuk 1 Overlegstructuur, deelname en bepalingen
In dit hoofdstuk worden de Overlegstructuur bestuurlijk aanbesteden, deelname aan de Overeenkomst en algemene bepalingen beschreven.
Artikel 1.1 Begripsbepalingen
1. Gedefinieerde termen hebben in enkelvoud en meervoud overeenkomstige betekenis. De definities zoals vastgelegd in artikel 1.1 Jeugdwet, artikel 1.1 Besluit Jeugdwet, artikel 1 Regeling Jeugdwet en de gemeentelijke verordeningen, beleids- en nadere regels zijn onverkort van toepassing.
2. Aanvullend op lid 1 gelden de volgende definities:
a) Aangenomen voorstel: voorstel voor besluitvorming opgesteld door de overlegtafel(s) dat eerst wordt voorgelegd aan de Gemeente en, bij goedkeuring, aan overige Partijen.
b) Addendum: een wijziging van- of aanvulling op deze Overeenkomst.
c) Besluit: beschikking in de zin van de Algemene wet bestuursrecht afgegeven door een college B&W van een gemeente aan Jeugdige, waarmee Jeugdige in aanmerking komt voor een Voorziening.
d) Calamiteit: een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van een voorziening en die tot een ernstig schadelijk gevolg of tot de dood heeft geleid van een Jeugdige of medewerker of derde. Het calamiteitenprotocol is toegevoegd aan deze Overeenkomst in bijlage 4.
e) Collectieve opzegging: een opzegging vanuit de Gemeente van de Overeenkomst naar alle gecontracteerde Jeugdhulpaanbieders of een specifieke groep gecontracteerde Jeugdhulpaanbieders.
f) Digitale Overlegtafel: elektronisch platform waar agenda, verslagen en voorstellen van de Fysieke overlegtafel worden gedeeld, en voorstellen, reacties en signalen kunnen worden afgegeven.
g) Fysieke Overlegtafel: periodieke bijeenkomst van Gemeente en een geselecteerde vertegenwoordiging van Jeugdhulpaanbieders en/of andere belanghebbenden waarin voorstellen, reacties en signalen worden ontwikkeld en besproken.
h) Gemeente: de gemeente(n) die partij is/zijn in deze Overeenkomst c.q. het/de college(s) van burgemeester en wethouders van de betreffende gemeente(n).
i) Geschil: elke blijk van onvrede voortvloeiend uit de overeenkomst tussen Gemeente en Jeugdhulpaanbieder(s).
j) Intake: Tijdens de intake door de Jeugdhulpaanbieder wordt bepaald of de Jeugdige in aanmerking komt voor ondersteuning gezien de aard en ernst van de problematiek en de mogelijkheden vanuit de Jeugdhulpaanbieder om gepaste ondersteuning te bieden en waarbij het vervolg van de behandeling wordt besproken.
k) Ondersteuningsplan: Plan dat door Jeugdhulpaanbieder opgesteld wordt in samenspraak met de Jeugdige en/of dienst wettelijk vertegenwoordiger omtrent de invulling van de Voorziening.
l) Ontwikkelagenda: overzicht van onderwerpen ter ontwikkeling.
m) Ontwikkelperspectiefplan (OPP, plan vanuit het onderwijs): plan om te inventariseren wat een leerling nodig heeft en welke interventies er ingezet zijn om er voor te zorgen dat de schoolloopbaan succesvol wordt doorlopen.
n) Opdrachtverstrekking: opdracht van de Gemeente aan een Jeugdhulpaanbieder om de Voorziening uit te voeren door een Product te leveren onder de Overeenkomst aan een Jeugdige die daarvoor over een Besluit beschikt.
o) Overeenkomst: overeenkomst met daarin afspraken tussen Partijen over het uitvoering geven aan een voorziening op grond van de Jeugdwet.
p) Overlegstructuur bestuurlijk aanbesteden: een duurzame overlegstructuur voor het voorbereiden, beheren en monitoren van overeenkomsten binnen het sociaal domein van Gemeente.
q) Overlegtafels: De Fysieke- en Digitale Overlegtafel.
r) Partijen: Gemeente en Jeugdhulpaanbieder(s).
s) Perspectiefplan: document waarin wordt vastgelegd welk perspectief de jeugdige/ het gezin met behulp van de ondersteuning wil bereiken. Het maakt duidelijk welke doelen men wil bereiken, wat daarin prioriteit heeft en welke concrete (deel)resultaten daaraan gekoppeld zijn, betrekking hebbende op de middellange en/of lange termijn, meer concreet de periode na inzet van de voorziening zoals beschreven in het ondersteuningsplan.
t) Product Diensten Catalogus (PDC): het overzicht van de Producten die in het kader van deze Overeenkomst geleverd kunnen worden, waarbij een Product hetgeen is de Jeugdhulpaanbieder levert.
u) Spoed: naar het oordeel van Gemeente of een Verwijzer niet uitstelbare zorg, achteraf te bevestigen door Gemeente door een Besluit.
v) Toegang: de door de Gemeente aangewezen organisatie of het organisatieonderdeel welke de Jeugdige in staat stelt om een voorziening geleverd te krijgen.
w) Verwijzer: de Gemeente, de betreffende lokale toegangsteams (bijvoorbeeld Centrum voor Maatschappelijke Deelname, PlusTeam, Centrum voor Jeugd en Gezin, Gezins- en Jongerencoaches), de rechter, de huisarts, de medisch specialist en de jeugdarts (artikel 2.6 Jeugdwet).
x) Xxxxxxxx: voorstel ingebracht door een Partij dat wordt besproken en/of uitgewerkt aan de Overlegtafel(s).
y) Voorziening: Individuele voorziening(en) zoals gesteld in de Jeugdwet;
z) Vraag- en Antwoordmodule: digitale module waarin doorlopend vragen kunnen worden gesteld en antwoorden worden gegeven.
aa) Wachtlijst: de lijst die ontstaat als een instelling bij de aangemelde Jeugdige de norm voor de wachttijd niet haalt.
bb) Wachttijd: De tijd tussen het moment dat de Jeugdige bij Jeugdhulpaanbieder is aangemeld en de daadwerkelijke start van de zorg. Overleg/consultatie over de mogelijkheid van gepast zorgaanbod tussen Verwijzer en Jeugdhulpaanbieder gaat hieraan vooraf en valt niet binnen de wachttijd.
cc) Website: Op de website xxxx://xxx.xxxxxxxx.xx wordt doorverwezen naar de diverse gebruikte digitale platforms.
Artikel 1.2 Voorwerp van deze overeenkomst
1 Jeugdhulpaanbieder levert, in opdracht van de Gemeente, Producten in het kader van de Jeugdwet volgens de voorwaarden van de Overeenkomst inclusief bijlagen, die daarvan integraal deel uitmaken. De Gemeente vergoedt alleen geleverde Producten waarvoor met de Jeugdhulpaanbieder een Overeenkomst is gesloten.
2 De Producten maken onderdeel uit van segmenten. Partijen spreken de volgende segmenten met elkaar af:
Segment 1 Hoog complexe jeugdhulp – weinig voorkomend Segment 2 Wonen
Segment 3 Dagbehandeling en dagbesteding
Segment 4 Veel voorkomende specialistische jeugdhulp Segment 5 Crisishulp
Per segment gelden aanvullende afspraken, zoals vastgelegd in hoofdstuk 4. Voor segment 5 heeft de Gemeente een aparte overeenkomst gesloten. Segment 5 is niet geregeld in deze Overeenkomst.
3 Jeugdhulpaanbieder levert op afroep en per Jeugdige en/of Ouder(s) één of meer van de Producten zoals omschreven in de Overeenkomst.
4 Voor wat betreft segment 1 kan het Regionaal Matchingsteam bepalen van welke Jeugdhulpaanbieder de Jeugdige de Producten ontvangt.
5 Voor wat betreft gezinshuizen en woongroepen in segment 2 bepaalt het Aanmeldteam Wonen van welke Jeugdhulpaanbieder de Jeugdige de Producten ontvangt.
6 Voor wat betreft segmenten 3 en 4 stellen de Verwijzers gecontracteerde Jeugdhulpaanbieders aan de Jeugdige en/of Ouder(s) voor die de benodigde Producten kunnen leveren. De Jeugdige en/of Ouder(s) kan de voorkeur uitspreken van welke gecontracteerde Jeugdhulpaanbieder hij de Product(en) wil ontvangen. De gemeentelijke toegang kan hierbij op verzoek van de Jeugdige en/of zijn Ouder(s) ondersteuning bieden.
Artikel 1.3 Overlegstructuur bestuurlijk aanbesteden
1 Deze Overeenkomst stelt een digitale overlegtafel in voor elk segment. Daarnaast maakt de overeenkomst het mogelijk voor Partijen per segment een fysieke overlegtafel in te stellen. De overlegtafel(s) vormen een structuur voor overleg en besluitvorming. De Gemeente neemt het initiatief en besluit over het instellen van fysieke overlegtafel(s).
2 Partijen maken gebruik van de Overlegstructuur bestuurlijk aanbesteden voor het voorbereiden van nieuwe overeenkomsten en wijzigingen van bestaande overeenkomsten binnen het segment. Na de doorontwikkeling van de overeenkomsten wordt de overlegstructuur voortgezet ten behoeve van het beheren, innoveren, wijzigen en monitoren van de overeenkomsten.
3 Gemeente stelt per segment de samenstelling en werkwijze van een fysieke overlegtafel vast. Gemeente is belast met de organisatie en het faciliteren van de digitale en fysieke overlegtafel(s).
Artikel 1.4 Overlegtafels
1 Partijen kunnen concrete voorstellen doen voor verbetering, aanpassing of verwijdering van (delen van) een Overeenkomst en daarnaast reacties en signalen afgeven.
2 Jeugdhulpaanbieders kunnen hun inbreng, voorstellen en signalen, gevraagd en ongevraagd, aan de Gemeente kenbaar maken, middels de Vraag- en Antwoordmodule van de tender in het digitale platform (digitale overlegtafel).
Bij de beantwoording van vragen wordt aangegeven welke classificatie de vraag heeft. De volgende classificaties worden hierbij onderscheiden:
1) Toelichting: Deze classificatie geeft aan dat het antwoord dat gegeven is een toelichtend karakter heeft.
2) Aangepast: Deze classificatie geeft aan dat het antwoord wordt opgenomen in de geldende Overeenkomst. Het gaat dan om een onderwerp dat tot aanpassing van de Overeenkomst leidt. Alle Partijen werken vanaf het moment van publicatie van dit antwoord alsof de Overeenkomst al is aangepast.
3) Niet aangepast: Deze classificatie geeft aan dat het antwoord een uitleg geeft waarom er geen aanpassing in de Overeenkomst komt.
4) Ontwikkelagenda: Deze classificatie geeft aan dat de vraag mee zal worden genomen in de Ontwikkelagenda (welke aan de Fysieke Overlegtafel besproken wordt).
3 De Gemeente behandelt de genoemde voorstellen, reacties en signalen en de Ontwikkelagenda via een digitale overlegtafel en, indien ingesteld, een fysieke overlegtafel. Van de voortgang en uitwerking bericht Gemeente via de Vraag- en Antwoordmodule van de tender en / of website met inachtneming van het bepaalde in artikel 1.5, lid 2.
4 Partijen komen via de Overlegtafel(s) een (segmentspecifieke) Ontwikkelagenda overeen (bijlage 10) voor onderwerpen die zij in ieder geval gedurende de looptijd van de Overeenkomst verder willen door ontwikkelen. Partijen committeren zich aan de Ontwikkelagenda.
5 Het behandelen van een voorstel en het doorontwikkelen van onderwerpen kan leiden tot een voorstel tot aanpassing van deze Overeenkomst en bijlagen.
6 Een voorstel kan ook bestaan uit het uitvoeren van Jeugdhulp in de vorm van een pilot. In dat geval kan de Gemeente besluiten de Jeugdhulpaanbieder(s) aanvullend te financieren voor het uitvoeren van deze pilot.
Artikel 1.5 Besluitvorming
1 Een voorstel tot aanpassing kan worden aangenomen door Gemeente en een of meer Jeugdhulpaanbieders gezamenlijk. De Gemeente kan echter ook beargumenteerd besluiten tot eenzijdige aanpassing van de Overeenkomst. Dit resulteert in een aangenomen voorstel.
2 Een aanpassing van de Overeenkomst ingevolge lid 1 wordt opgenomen in de Vraag- en Antwoordmodule met classificatie “aangepast” en zullen na publicatie direct in werking treden. Publicatie vindt plaats door het plaatsen van de aanpassing in de Vraag- en Antwoordmodule. Op het moment van publicatie zal er automatisch een notificatie worden verstuurd aan alle ingeschreven Jeugdhulpaanbieders. De notulen van de Fysieke Overlegtafel worden geplaatst op een voor de Jeugdhulpaanbieder toegankelijk platform.
3 Na verloop van een termijn van zes maanden ingaande vanaf datum publicatie aanpassing kan enkel nog aanspraak gemaakt worden op de aanpassing zoals bedoeld in lid 2.
4 De Jeugdhulpaanbieder die de aanpassing niet accepteert moet de Overeenkomst opzeggen conform artikel 1.11. De aanpassing is dan niet van toepassing op de Jeugdhulpaanbieder die heeft opgezegd. Tot de maximale opzegtermijn ingaande vanaf datum publicatie aanpassing
blijft de Overeenkomst zonder aanpassing van toepassing op die Jeugdhulpaanbieder die opzegt.
5 Aanpassingen zoals genoemd in artikel 1.5 lid 2 worden periodiek verzameld en opgenomen in de geldende Overeenkomst. Deze Overeenkomst wordt voorzien van een nieuw oplopend versienummer en gepubliceerd in de tender als geldende overeenkomst. De voorgaande versie van de overeenkomst blijft beschikbaar in Negometrix.
Artikel 1.6 Nieuwe Jeugdhulpaanbieders
1 Toetreding tot de Overeenkomst voor segment 1 is niet mogelijk.
2 Gedurende de looptijd van de Overeenkomst kan een nieuwe Jeugdhulpaanbieder toetreden tot deze Overeenkomst voor segmenten 2, 3 en 4. Onder toetreding wordt ook verstaan het toevoegen van een product aan de bestaande Overeenkomst. Er zijn per jaar toetredingsmomenten vastgesteld, te weten: 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober. Een technisch correct ingediende inschrijving wordt vanaf deze toetredingsmomenten inhoudelijk in behandeling genomen. Na een positieve beoordeling volgt een acceptatiebericht. De ingangsdatum van de Overeenkomst is gelijk aan de datum van het acceptatiebericht.
3 Gemeente kan deelname van Jeugdhulpaanbieder aan deze Overeenkomst ontzeggen, als Jeugdhulpaanbieder niet kan aantonen te voldoen aan de in deze Overeenkomst gestelde voorwaarden of als de Jeugdhulpaanbieder na 2 pogingen tot aanmelding niet voldoet aan hetgeen gesteld in de procedure. De Gemeente neemt aanmeldingen van deze Jeugdhulpaanbieder gedurende 12 kalendermaanden na de definitieve afwijzing niet in behandeling.
4 De Gemeente voert na het verzoek tot toetreding een verificatiegesprek met Jeugdhulpaanbieder. Indien in dat gesprek wordt geconstateerd dat Xxxxxxxxxxxxxxxxxx niet voldoet aan de voorwaarden zoals beschreven in deze overeenkomst wordt het verzoek tot toetreding afgewezen.
5 Periodiek worden Jeugdhulpaanbieders door de Gemeente via de website van de Gemeente xxxx://xxx.xxxxxxxx.xx geïnformeerd over de aan de Overeenkomst deelnemende Jeugdhulpaanbieders. Hierbij kan algemene informatie verstrekt worden relevant voor jeugdhulpaanbieders en toegang zoals doelgroepen, aanbod, plaats etc.
6 De Gemeente behoudt zich het recht voor tussentijds toetredingsmomenten voor segmenten 1 of producten in segment 1 mogelijk te maken. Als de Gemeente daartoe besluit, maakt zij dit vooraf op een passende wijze kenbaar.
7 De Gemeente behoudt zich het recht voor tussentijds het aantal toetredingsmomenten voor segmenten 2, 3 en 4 in een kalenderjaar per segment of per product in een segment aan te passen of toetreding niet langer mogelijk te maken. Als de Gemeente daartoe besluit, maakt zij dit vooraf op een passende wijze kenbaar.
Artikel 1.7 Gegevens jeugdhulpaanbieder
1 De jeugdhulpaanbieder is verantwoordelijk voor het actueel houden van de gegevens in het Contract Management Systeem (CMS)-account, zoals contactpersonen, adresgegevens en de beschikbaarheidswijzer.
2 De Jeugdhulpaanbieder is verplicht inzicht te geven in de concernstructuur en entiteit van de organisatie wanneer dit wordt opgevraagd door de Gemeente. De Jeugdhulpaanbieder informeert de Gemeente indien er sprake is van relevante veranderingen in de juridische structuur welke invloed hebben op de gecontracteerde entiteit van de aanbieder.
Artikel 1.8 Voorwaarden deelname Jeugdhulpaanbieders
1 Op Jeugdhulpaanbieders die deel willen (blijven) nemen aan deze Overeenkomst zijn de uitsluitingscriteria niet van toepassing. De Jeugdhulpaanbieders voldoen wel aan de geschiktheidseisen:
Uitsluitingscriteria
Nr. | Criterium | Bewijsmiddel |
1. | De jeugdhulpaanbieder zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van de jeugdhulpaanbieder of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, is om een van de hierna genoemde redenen veroordeeld bij onherroepelijk vonnis, welk vonnis niet later dan vijf jaar geleden is gewezen of dat expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is: . Deelneming aan een criminele organisatie . Corruptie . Fraude . Terroristische misdrijven of strafbare feiten die daarmee verband houden . Xxxxxxxxx van geld of financiering van terrorisme . Kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel | Gedragsverklaring aanbesteden niet ouder dan 24 maanden op moment van ontvangst door Gemeente. Zie voor meer informatie over de Gedragsverklaring aanbesteden: xxx.xxxxxx.xx. |
2. | De jeugdhulpaanbieder zelf of iemand die lid is van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van de jeugdhulpaanbieder of daarin vertegenwoordigings-, beslissings- of controlebevoegdheid heeft, is om ontucht met jeugdigen veroordeeld bij onherroepelijk vonnis, xxxx xxxxxx niet later dan vijf jaar geleden is gewezen of dat expliciet een uitsluitingsperiode bevat die nog steeds van toepassing is. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
3. | De jeugdhulpaanbieder heeft niet voldaan aan al zijn verplichtingen met betrekking tot de betaling van belastingen of sociale premies. | Verklaring betalingsgedrag nakoming fiscale verplichtingen van de Belastingdienst niet ouder dan 6 maanden op moment van ontvangst door Gemeente. Zie voor meer informatie over de Verklaring betalingsgedrag nakoming fiscale verplichtingen: Xxxxxxxxxxxxxxx.xx. |
4. | De jeugdhulpaanbieder heeft verplichtingen op het gebied van sociaal of arbeidsrecht geschonden. Indien sprake is van een schending, beschrijf de maatregelen die zijn getroffen waaruit blijkt dat niettemin sprake is van een betrouwbare jeugdhulpaanbieder. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
Nr. | Criterium | Bewijsmiddel |
5. | Op de jeugdhulpaanbieder is een van de volgende situaties van toepassing: . Faillissement . Insolventie of liquidatie . Een regeling met schuldeisers getroffen . Een andere vergelijkbare toestand als beschreven onder bovenstaande drie bulletpoints . Activa worden beheerd door een curator of rechtbank . Bedrijfsactiviteiten zijn gestaakt . | Uittreksel Handelsregister Kamer van Koophandel niet ouder dan 6 maanden op moment van ontvangst door Gemeente. |
6. | De jeugdhulpaanbieder heeft zich schuldig gemaakt aan een ernstige beroepsfout, aantoonbaar te maken op wat voor manier dan ook door Gemeente. Indien sprake is van een beroepsfout, beschrijf de maatregelen die zijn getroffen ter voorkoming van nieuwe beroepsfouten. | Gedragsverklaring aanbesteden niet ouder dan 24 maanden op moment van ontvangst door Gemeente. Zie voor meer informatie over de Gedragsverklaring aanbesteden: xxx.xxxxxx.xx. |
7. | De jeugdhulpaanbieder heeft met andere jeugdhulpaanbieders overeenkomsten gesloten die gericht zijn op vervalsing van de mededinging. Indien sprake is van een dergelijke overeenkomst, beschrijf de maatregelen die zijn getroffen ter voorkoming van nieuwe verboden afspraken. | Gedragsverklaring aanbesteden niet ouder dan 24 maanden op moment van ontvangst door Gemeente. Zie voor meer informatie over de Gedragsverklaring aanbesteden: xxx.xxxxxx.xx. |
8. | De jeugdhulpaanbieder is zich bewust van enig belangenconflict als gevolg van deelneming aan deze inkoopprocedure (waaronder niet verstaan de marktconsultatie). Indien sprake is van een dergelijk conflict, beschrijf de maatregelen die zijn getroffen ter voorkoming van nieuwe conflicten | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
9. | De jeugdhulpaanbieder of een met de jeugdhulpaanbieder verbonden onderneming heeft Gemeente geadviseerd of de jeugdhulpaanbieder of met hem verbonden onderneming zijn anderszins betrokken geweest bij de voorbereiding van de inkoopprocedure (waaronder niet verstaan de marktconsultatie). Indien sprake is van een dergelijke gebeurtenis, licht dit toe. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
Nr. | Criterium | Bewijsmiddel |
10. | Het is de jeugdhulpaanbieder overkomen dat een eerdere overeenkomst met een inkopende organisatie (jeugdhulpregio, gemeente, zorgkantoor, zorgverzekeraar) heeft geleid tot vroegtijdige beëindiging van die overeenkomst, tot schadevergoeding of een andere vergelijkbare sanctie. Indien sprake is van een dergelijke gebeurtenis, beschrijf de maatregelen die zijn getroffen ter voorkoming van nieuwe dergelijke gebeurtenissen | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
11. | De jeugdhulpaanbieder heeft zich in ernstige mate schuldig gemaakt aan valse verklaringen bij het verstrekken van informatie die nodig is om te controleren of er geen gronden zijn voor uitsluiting, de jeugdhulpaanbieder heeft dergelijke informatie achtergehouden, de jeugdhulpaanbieder kan de door Gemeente gevraagde ondersteunende documenten niet onverwijld overleggen en/of de jeugdhulpaanbieder heeft getracht het besluitvormingsproces van Gemeente onrechtmatig te beïnvloeden, om vertrouwelijke informatie te verkrijgen die de jeugdhulpaanbieder onrechtmatige voordelen bezorgen of om verwijtbaar misleidende informatie te verstrekken die een belangrijke invloed kunnen hebben op de beslissing met de jeugdhulpaanbieder een overeenkomst te sluiten. Indien sprake is van een dergelijke gebeurtenis, licht dit toe | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
Geschiktheidseisen algemeen
Nr | Eis | Bewijsmiddel |
1. | De jeugdhulpaanbieder is in het bezit van een bedrijfs- of beroepsaansprakelijkheidsverzekering die gebruikelijk is in de branche. Het standaard verzekerd bedrag is EUR 2.500.000,00 per kalenderjaar met minimale dekking per gebeurtenis van EUR 1.000.000,00. De jeugdhulpaanbieder is daarmee verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid voor risico’s die voortvloeien uit de uitoefening van zijn taken. Voor jeugdhulpaanbieders die micro-ondernemingen zijn, geldt een aangepaste eis. Het standaard verzekerd bedrag is EUR 1.000.000,00 per kalenderjaar met minimale dekking per gebeurtenis van EUR 500.000,00. Micro-ondernemingen zijn ondernemingen met minder dan tien FTE werknemers en een jaarlijkse omzet (het in een bepaalde periode omgezette bedrag) of balans (een staat van de activa en passiva van een onderneming) van minder dan twee miljoen euro. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
Nr | Eis | Bewijsmiddel |
2. | De (potentiële) jeugdhulpaanbieder had de twee jaren voorafgaand aan het moment van opvragen door Gemeente van bewijsmiddelen minimaal een jaarlijkse solvabiliteit van 0,20 (Eigen vermogen / Totaalvermogen) en een jaarlijkse liquiditeit van 0,70 (Vlottende activa-voorraad) / Kort vreemd vermogen). | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
3. | De jeugdhulpaanbieder beschikt over één van onderstaande geldige certificaten voor kwaliteitsmanagement ; - ISO 9001:NEN-EN 15224 (ook bekend als 'ISO 9001 voor de zorg'); - ISO 9001:2015 met thema jeugdzorg; - HKZ-norm; - HKZ 165 zorg en welzijn - HKZ 129, 123 en 148 voor GGZ-instelling - HKZ 142, 123 andere - HKZ 143 voor micro-ondernemingen - HKZ 166 ZZP’ers in zorg en welzijn - of gelijkwaardig. Voor vrijgevestigde praktijken in de JGGZ geldt in ieder geval als gelijkwaardig - "KIWA-kwaliteitskeurmerk voor zelfstandige ondernemers in de zorg" EN daarnaast - "Certificaat Deelname praktijkvisitatie" van de landelijke vereniging van vrijgevestigde psychologen en psychotherapeuten (LVVP) of - "Certificaat Kwaliteitsvisitatie" van het Nederlandse Instituut van Psychologen (NIP) of - "Certificaat Visitatie" van de Federatie Vaktherapeutische Beroepen (FVB) Voor therapeuten geldt in ieder geval als gelijkwaardig een geldig licentiecertificaat van de Vereniging van Integraal Therapeuten (VIT). Voor dyslexiezorg geldt in ieder geval als gelijkwaardig een geldig certificaat van het Nederlands Kwaliteitsinstituut Dyslexie (NKD-keurmerk). Voor zorgboerderijen geldt in ieder geval als gelijkwaardig een geldig certificaat van de Federatie Landbouw en Zorg, Kwaliteitswaarborg Zorgboerderijen van Keurmerk "Kwaliteit Laat je Zien" toegespitst op de betreffende scope Begeleiding, Wonen of Begeleiding en Wonen. | Een kopie van een geldig certificaat voor kwaliteitsmanagement of gelijkwaardig bewijsmiddel. |
4. | De jeugdhulpaanbieder beschikt over een administratiesysteem dat hem in staat stelt bij de start van de overeenkomst en bij de uitvoering van de overeenkomst te werken met het berichtenverkeer, volgens de voorgeschreven i-standaarden, in lijn met de voorgeschreven uitvoeringsvariant. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
Nr | Eis | Bewijsmiddel |
5. | De jeugdhulpaanbieder beschikt over personeel dat: - Voor het leveren van de jeugdhulp voldoet aan de eisen zoals gesteld in de beschrijvingen van de producten. Zijn er geen eisen gesteld in de producten dan beschikt de jeugdhulpaanbieder voor het leveren van de diensten over personeel dat voldoet aan de eisen gesteld aan zijn functie conform de geldende FWG XXX Xxxxxxxxx / XXX Xxxxxxxxxxxxxxxxx / XXX XXX (of andere relevante CAO’s). - Beschikt over de, voor het uitvoeren van de diensten, benodigde (voor)opleidingen en certificeringen. - De Norm van verantwoorde werktoedeling toepast. Dit betekent dat alle professionals die de jeugdhulpaanbieders inzet vakbekwaam zijn en dat zij voor sommige werkzaamheden alleen geregistreerde professionals inzet. Het BIG-register en het Kwaliteitsregister Jeugd (SKJ) zijn hiervoor de wettelijk erkende registers. - Beschikt over een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) zoals omschreven in artikel 4.1.6 Jeugdwet bij indiensttreding. De jeugdhulpaanbieder monitort de personeelsleden op hun doen en laten, gerelateerd aan de geldende eisen voor de VOG. De jeugdhulpaanbieder dient de Verklaring Omtrent Gedrag op aanvraag van de Gemeente te kunnen overleggen. - De Nederlandse taal beheerst. - Indien dit ingehuurd personeel betreft, dit van dezelfde kwaliteit is als eigen personeel en waarbij deze minimaal dezelfde vergoeding ontvangt als personeel dat in dienst is (inclusief emolumenten). - Hetgeen toepast dat is beschreven in het ‘Kwaliteitskader Xxxxx’. Bovenstaande geldt ook voor vrijgevestigde jeugdhulpaanbieders. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Vrijgevestigde jeugdhulpaanbieders dienen de eigen verklaring vergezeld te doen gaan van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG). NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
6. | De jeugdhulpaanbieder dient aantoonbaar ervaring te hebben met het leveren van verantwoorde jeugdhulp voor de diensten waarop de overeenkomst betrekking heeft (de bijzondere delen c.q. segmenten). | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente behoudt zich het recht voor een door de referent ondertekende tevredenheidsverklaring te verlangen ter verificatie. In de referentie moet in ieder geval terugkomen dat de jeugdhulpaanbieder: - Effectief samenwerkt met ketenpartners; - Werkt volgens het principe ‘Eéngezin, één plan’; - Jeugdigen en ouders een actieve rol geeft in het hulpverleningsproces. |
Nr | Eis | Bewijsmiddel |
7. | De jeugdhulpaanbieder dient bij de start van de overeenkomst (en gedurende de looptijd ervan) zichzelf zo te organiseren dat deze kan garanderen een bijdrage te leveren op een transformatie van de jeugdhulp in de regio Gemeente, waaronder Gemeente verstaat inzetten op de eigen kracht van de jeugdigen en gezinnen, normaliseren, preventie en eerder de juiste hulp en ondersteuning bieden om gespecialiseerde hulp te verminderen. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Voor segment 4 geldt aanvullend bewijsmateriaal. |
Geschiktheidseisen segment 1
Nr | Eis | Bewijsmiddel |
1. | De geschiktheidseisen voor segment 1 staan vermeld in Hoofdstuk 4, segment 1, artikel 4.2 lid a t/m e. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
Geschiktheidseisen segment 2
Nr | Eis | Bewijsmiddel |
1. | Gezinshuizen; Jeugdhulpaanbieder voldoet aan de geformuleerde bouwstenen, zoals benoemd in het document Kwaliteitscriteria Gezinshuizen van het Nederlands Jeugdinstituut en Hogeschool Leiden en onderschrijft de visie op gezinshuiszorg zoals deze in dit document is neergelegd. NB. Voor zelfstandige gezinshuizen geldt dat zij aanvullend moeten kunnen aantonen drie jaar ervaring te hebben opgedaan met het aanbieden van dit product via een bestaande organisatie. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
Geschiktheidseisen segment 3
Nr | Eis | Bewijsmiddel |
1. | Voor segment 3 zijn geen aanvullende geschiktheidseisen. Jeugdhulpaanbieder moet voldoen aan de eisen vermeld op de specifieke productkaarten. | Rechtsgeldig ondertekende overeenkomst. NB. Gemeente kan verdere bewijsmiddelen verlangen ter verificatie. |
Geschiktheidseisen segment 4
Nr | Eis | Bewijsmiddel |
1. | De Jeugdhulpaanbieder die de producten aanbiedt, dient bij de start van de overeenkomst (en gedurende de looptijd ervan) zichzelf zo te organiseren dat deze kan garanderen een bijdrage te leveren op een transformatie van de Jeugdhulp in de regio. Daaronder verstaat Gemeente het inzetten op de eigen kracht van de Jeugdigen en gezinnen, normaliseren, preventie en eerder de juiste hulp en ondersteuning bieden om gespecialiseerde hulp te verminderen. Jeugdhulpaanbieder dient daartoe een visieplan in. | Een visieplan (maximaal drie A4 enkelzijdig beschreven, Times New Roman 12 pt, regelafstand 1). De jeugdhulpaanbieder beschrijft: 1. de manier waarop het netwerk en de eigen kracht van de Jeugdigen en het gezin een rol speelt bij de totstandkoming van het Ondersteuningsplan; 2. op welke manier de Jeugdhulpaanbieder het uitgangspunt normaliseren betrekt bij het opstellen van het Ondersteuningsplan; 3. op welke manier hij een bijdrage kan leveren aan het verminderen van de inzet van zware hulp in de Gemeente; 4. op welke wijze hij invulling geeft aan innovatie. De Jeugdhulpaanbieder geeft in zijn visieplan aan wat hij verstaat onder ‘netwerk’ en ‘eigen kracht’. De beoordelingscommissie bestaat uit beleidsmedewerkers uit de betrokken gemeenten. Alle leden van de beoordelingscommissie hebben specifieke deskundigheid op het gebied van de Jeugdwet en aanpalende wet- en regelgeving die nodig is om het visieplan te kunnen beoordelen. De beoordelingscommissie moet het visieplan voldoende scoren. Behaalt het plan van de jeugdhulpaanbieder deze voldoende niet, dan is niet voldaan aan deze geschiktheidseis. Jeugdhulpaanbieder ontvangt een gemotiveerde afwijzing. |
2. | De Jeugdhulpaanbieder dient te werken met een Ondersteuningsplan | Een geanonimiseerd ondersteuningsplan. Het Ondersteuningsplan van de Aanbieder is overzichtelijk opgesteld en moet voldoen aan de bepalingen uit Artikel 2.4, lid 7. Bij beoordeling van het ondersteuningsplan wordt gekeken naar volledigheid (zie Artikel 2.4, lid 7), concreetheid en overdraagbaarheid van het ondersteuningsplan. De beoordelingscommissie bestaat uit beleidsmedewerkers en toegangsmedewerkers uit de betrokken gemeenten. Alle leden van de beoordelingscommissie hebben specifieke deskundigheid op het gebied van de Jeugdwet en aanpalende wet- en regelgeving die nodig is om het ondersteuningsplan te kunnen beoordelen. \ De beoordelingscommissie moet het ondersteuningsplan voldoende scoren. Behaalt het ondersteuningsplan van de jeugdhulpaanbieder deze voldoende niet, dan is niet voldaan aan deze geschiktheidseis. Jeugdhulpaanbieder ontvangt een gemotiveerde afwijzing. |
2 In aanvulling op de eisen zoals gesteld in lid 1, voldoet Jeugdhulpaanbieder aan de verdere voorwaarden en eisen zoals gesteld in deze Overeenkomst.
3 Gemeente controleert, voordat zij deze Overeenkomst met Jeugdhulpaanbieder tekent en gedurende de looptijd van de Overeenkomst, of de in lid 1 genoemde uitsluitingsgronden daadwerkelijk niet op Jeugdhulpaanbieder van toepassing zijn en of Jeugdhulpaanbieder nog voldoet aan de eisen en voorwaarden zoals genoemd in de leden 1 en 2.
4 Jeugdhulpaanbieders die niet (meer) voldoen aan het gestelde in lid 1 en of lid 2 kunnen niet (langer) deelnemen aan deze Overeenkomst. De Overeenkomst wordt dan ontbonden conform artikel 1.9.
5 Gemeente kan besluiten met een Jeugdhulpaanbieder, die niet kan aantonen te voldoen aan de voorwaarden en eisen genoemd in de leden 1 en 2, deze Overeenkomst onder ontbindende voorwaarde te sluiten dan wel voort te zetten. De Overeenkomst wordt in dat geval ontbonden als de betreffende Jeugdhulpaanbieder niet binnen maximaal zes maanden na datum van constateren kan aantonen op de voorgeschreven wijze te voldoen aan de eisen.
6 Indien Gemeente het vermoeden heeft dat een deelnemende Jeugdhulpaanbieder aan de Overeenkomst het maatschappelijk belang, gemeentelijk belang dan wel het belang van de Jeugdige schaadt, start zij op basis van dit vermoeden een onderzoek. Op basis van de voortgang en/of uitkomst van dit onderzoek heeft Gemeente de mogelijkheid deelname aan deze Overeenkomst op te schorten. Indien de betreffende Jeugdhulpaanbieder deelneemt aan de Fysieke Overlegtafel dan wordt ook deze deelname opgeschort.
7 Om deel te kunnen (blijven) nemen aan deze Overeenkomst is de Jeugdhulpaanbieder (bestuurder(s)/directie, medewerkers en door jeugdhulpaanbieder eventueel in te zetten derden) verplicht om zich integer te gedragen. Er mogen geen integriteitstwijfels bestaan of ontstaan. De integriteit van de jeugdhulpaanbieder is in ieder geval geschonden of er bestaan integriteitstwijfels indien:
x. xx Xxxxxxxxxxxxxxxxxx strafbare feiten en/of overtredingen heeft gepleegd, medegepleegd of daaraan medeplichtig is of daarvan is verdacht of feiten heeft begaan die in het maatschappelijk verkeer als maatschappelijk onaanvaardbaar zijn aangemerkt;
b. sprake is van feiten en omstandigheden die erop wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat de Jeugdhulpaanbieder in relatie staat tot strafbare feiten;
c. sprake is van feiten en omstandigheden die erop wijzen dat de Jeugdhulpaanbieder op enige wijze bedragen aan de bedrijfsvoering onttrekt ter aanwending van voor de branche niet-gebruikelijke, of niet-integere, of niet-marktconforme, of niet ter ondersteuning van de bedrijfsvoering, bedoelde uitgaven;
d. sprake is van feiten en omstandigheden die erop wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat de Jeugdhulpaanbieder en/of de aan hem gelieerde vennootschappen een (zakelijk) samenwerkingsverband onderhoudt met derden die in relatie staan tot strafbare feiten of daarvan onder verdenking staan;
e. sprake is van feiten en omstandigheden die erop wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat ter verkrijging van deze overeenkomst door de Jeugdhulpaanbieder een strafbaar feit is gepleegd of een overtreding is begaan.
8 Om deel te kunnen blijven nemen aan deze Overeenkomst moet Jeugdhulpaanbieder daadwerkelijk Jeugdigen ondersteunen. Wanneer Xxxxxxxxxxxxxxxxxx in een periode van 12
maanden minder dan 5 Jeugdigen binnen de regio "Een 10 voor de Jeugd" onder deze Overeenkomst ondersteuning heeft geboden kan de Gemeente de Overeenkomst met deze Jeugdhulpaanbieder opzeggen conform artikel 1.11. Wanneer de Jeugdhulpaanbieder 5 Jeugdigen of meer binnen de regio "Een 10 voor de Jeugd" onder deze Overeenkomst ondersteuning heeft geboden in een periode van 12 maanden maar geen Jeugdigen ondersteuning heeft geboden binnen de Gemeente waarmee de overeenkomst gesloten is kan de betreffende Overeenkomst opgezegd worden conform artikel 1.11.
9 De Jeugdhulpaanbieder informeert de Gemeente direct bij:
a. financiële problemen;
b. het in gevaar zijn van de continuïteit en/of kwaliteit van de jeugdhulp;
c. voornemen tot fusie of overname;
d. een (voorgestelde) wijziging in de bedrijfsvoering of het jeugdzorgaanbod die consequenties kan hebben voor Gemeente.
Artikel 1.9 Ontbinden van de Overeenkomst
1. Als Jeugdhulpaanbieder tekortschiet bij het nakomen van verplichtingen die op hem rusten uit hoofde van de overeenkomst, dan stelt Gemeente in de gevallen waarin Gemeente daartoe bij wet verplicht is de Jeugdhulpaanbieder schriftelijk in gebreke. De Jeugdhulp- aanbieder krijgt dan de mogelijkheid binnen een redelijke, door Gemeente te bepalen termijn (hierna ‘de hersteltermijn’) zijn verplichtingen alsnog na te komen, mits nakoming van die verplichtingen niet blijvend onmogelijk is.
2. Gedurende de hersteltermijn genoemd in lid 1, en na die periode als de Jeugdhulpaanbieder niet binnen de hersteltermijn alsnog nakomt, kan de gemeente;
a. een stop op toeleiding Jeugdigen (cliëntenstop) opleggen;
b. schadevergoeding van de Jeugdhulpaanbieder vorderen;
c. betalingen van voorschotten aan de Jeugdhulpaanbieder opschorten;
d. eventuele openstaande schulden verrekenen met openstaande vorderingen.
3. Als de Jeugdhulpaanbieder ook na de in lid 1 beschreven ingebrekestelling zijn verplichtingen niet (tijdig) nakomt, dan is de Jeugdhulpaanbieder in verzuim. De Jeugdhulpaanbieder die in verzuim is, voldoet niet meer aan de voorwaarden van de Overeenkomst. Gemeente kan in die situatie onder andere overgaan tot buitengerechtelijke ontbinding of opschorting.
4. Als Gemeente gebruikmaakt van haar recht op opschorting, stelt zij een door haar te bepalen termijn waarbinnen de Jeugdhulpaanbieder verplicht is om aan te tonen dat hij weer aan de voorwaarden voldoet. De te stellen termijn bedraagt maximaal drie maanden.
5. Als Gemeente gebruikmaakt van haar recht tot opschorting, legt zij aan de Jeugdhulpaanbieder een stop op toeleiding Jeugdigen (cliëntenstop) op. Een dergelijke stop communiceert de gemeente schriftelijk aan de Jeugdhulpaanbieder. Als een stop van kracht is, mag de Jeugdhulpaanbieder geen nieuwe Jeugdigen in zorg of hulp nemen. De verantwoordelijkheid om – indien een stop van kracht is – daadwerkelijk geen nieuwe Jeugdigen in zorg of hulp te nemen ligt bij de Jeugdhulpaanbieder. Gemeente zal indien een stop van kracht is het (laten) toe leiden van Jeugdigen naar een Jeugdhulpaanbieder (doen) stoppen. In het geval een stop van kracht is, communiceert Gemeente actief aan Verwijzers dat voor de Jeugdhulpaanbieder een stop van kracht is. Deze informatie publiceert de Gemeente ook op de website van Gemeente. Indien de Jeugdhulpaanbieder ondanks een
stop nieuwe Jeugdigen in zorg of hulp neemt op grond van de Overeenkomst vergoedt de gemeente deze Producten niet.
6. Gemeente heft de opschorting op indien de Jeugdhulpaanbieder binnen de daartoe op grond van lid 4 gestelde termijn aantoont weer te voldoen aan de voorwaarden die ten grondslag lagen aan de opschorting. Gemeente heft op dat moment ook de cliëntenstop op genoemd onder lid 5.
Artikel 1.10 Direct ontbinden
1. De Gemeente kan de overeenkomst tussentijds per aangetekende brief (buitengerechtelijke verklaring) eenzijdig en per direct (gedeeltelijk) ontbinden zonder ingebrekestelling als:
a. de Jeugdhulpaanbieder voldoet aan de uitsluitingscriteria genoemd in artikel 1.6;
b. de Jeugdhulpaanbieder niet langer voldoet aan de geschiktheidseisen genoemd in artikel 1.6;
x. xx Xxxxxxxxxxxxxxxxxx niet of niet meer voldoet aan de in de Overeenkomst gestelde voorwaarden;
d. een fusie of overname van jeugdhulpaanbieder volgens de Gemeente aantoonbaar negatieve gevolgen heeft voor de Gemeente of voor de Jeugdige en/of Ouder(s);
e. sprake is van een integriteitsschending of fraude;
f. de Jeugdhulpaanbieder een negatief rapport van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en/of gemeentelijke toezichthouder heeft ontvangen en geen herstelplan maakt of uitvoert.
2. De bewijslast voor het niet aanwezig zijn van één of meer voornoemde situaties ligt bij de Jeugdhulpaanbieder.
3. De gemeente is bij directe ontbinding op voorgaande gronden geen schadevergoeding of vergoeding van andere kosten verschuldigd aan Jeugdhulpaanbieder. Jeugdhulpaanbieder is gehouden alle kosten die gepaard gaan met of voortvloeien uit de directe ontbinding zelf te vergoeden.
4. Als sprake is van directe ontbinding, dan is Jeugdhulpaanbieder verplicht per direct in overleg te treden met andere Jeugdhulpaanbieders over de overname van personeel, onverminderd het bepaalde in de artikelen 662 en 663 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en over het zo veel mogelijk voortzetten van bestaande hulpverleningsrelaties tussen hulpverleners en jeugdigen.
5. De Jeugdhulpaanbieder met wie de overeenkomst door directe ontbinding is beëindigd door de Gemeente, kan gedurende twee jaren na de datum van die directe ontbinding niet opnieuw deelnemen aan de Overeenkomst met de Gemeente. Een verzoek tot hernieuwde deelname of voortzetting van deelname aan de overeenkomst die door directe ontbinding is geëindigd, neemt de Gemeente voor een periode van twee jaar na de datum van die directe ontbinding niet in behandeling.
Artikel 1.11 Opzeggen van de Overeenkomst
1. Partijen kunnen deelname aan de Overeenkomst bij aangetekend schrijven, waaronder ook verstaan een elektronisch bericht met een gekwalificeerde elektronische handtekening, gemotiveerd opzeggen, waarbij deze maximaal een termijn van zes maanden in acht moeten nemen, rekenend vanaf datum verzenden aangetekend schrijven, tenzij de Gemeente beoordeelt dat vanuit het belang van de jeugdigen een afwijkende termijn gerechtvaardigd is.
2. De Gemeente kan in afwijking van lid 1 de overeenkomst collectief schriftelijk opzeggen door een gelijkluidend bericht te verspreiden onder meerdere jeugdhulpaanbieders waarmee zij een overeenkomst heeft via het CMS dat zij gebruikt voor communicatie en informatie in de structuur genoemd in artikel 1.3 en 1.4 (‘collectieve opzegging’).
3. De Gemeente kan de Overeenkomst opzeggen zonder inachtneming van de opzegtermijn indien artikel 1.8 lid 8 van toepassing is.
4. Als Jeugdhulpaanbieder van de mogelijkheid in lid 1 gebruik maakt, is deze verplicht om per direct in overleg te treden met de resterende Jeugdhulpaanbieders over de (mogelijke) overname van verplichtingen, zoals personeel en dienstverlening aan Jeugdigen, voortvloeiende uit de Overeenkomst. De opzeggende Jeugdhulpaanbieder verplicht zich tot volledige medewerking aan voornoemde overname ten aanzien van de dienstverlening aan Jeugdigen. De resterende Jeugdhulpaanbieders kennen een inspanningsverplichting voor het overnemen van personeel en dienstverlening aan Jeugdigen.
5. Met ingang van de ontvangstdatum van het aangetekend schrijven betreffende de opzegging, door Gemeente dan wel Jeugdhulpaanbieder, is Jeugdhulpaanbieder niet gerechtigd nieuwe Jeugdigen te ondersteunen. Hiervan worden afgeweken bij collectieve opzegging door Gemeente.
6. Jeugdhulpaanbieder kan na opzegging van Overeenkomst pas vanaf twaalf kalendermaanden na beëindiging een nieuw verzoek tot deelname aan de Overeenkomst bij Gemeente indienen.
Artikel 1.12 Overdracht
1. Jeugdhulpaanbieder verplicht zich ertoe dat bij de overdracht van hun onderneming aan een derde, of bij overdracht van de zeggenschap over hun onderneming aan een derde, of bij overdracht van de activiteiten zoals in de Overeenkomst aan een derde, dat die derde de rechten en plichten zoals vastgelegd in de overeenkomst ongewijzigd overneemt. Aangezien de Gemeente de genoemde rechten en plichten op basis van de Overeenkomst moet kunnen afdwingen bij de derde, geldt voor gemaakte (extra) kosten door de Gemeente en derde volledige aansprakelijkheid voor de overdragende jeugdhulpaanbieder.
2. Jeugdhulpaanbieder is niet bevoegd om aan hen voorgeschoten bedragen voorwerp te maken van zekerheid tegenover een derde.
3. Jeugdhulpaanbieder is zonder schriftelijke toestemming van de Gemeente niet bevoegd de Overeenkomst en daaruit voortvloeiende rechten tegenover de Gemeente uit hoofde van de Overeenkomst te bezwaren, te verpanden, te belasten met een beperkt recht of anderszins voorwerp te maken van zekerheid jegens een derde.
4. Jeugdhulpaanbieder is verplicht de Gemeente tijdig in kennis te stellen van een voornemen tot vervreemding of overdracht van de onderneming van Jeugdhulpaanbieder, ongeacht de vorm waarin die vervreemding gestalte krijgt, en/of van een voornemen om op aanmerkelijke wijze de zeggenschap over die onderneming te wijzigen. Bij hun mededeling informeert Jeugdhulpaanbieder de Gemeente over de eventuele meerwaarde van een wijziging als bedoeld in de eerste volzin voor de Jeugdige en/of Ouder(s) alsmede over het (mogelijke) effect van de wijziging op de verhoudingen op de regionale of lokale markt voor diensten in de Jeugdwet die jeugdhulpaanbieder levert.
Artikel 1.13 Duur van de overeenkomst
1. De ingangsdatum van deze doorontwikkelde Overeenkomst is, voor reeds aangesloten Jeugdhulpaanbieders waarmee de Gemeente de Overeenkomst verlengt, 1 januari 2022. Voor Jeugdhulpaanbieders die zich aanmelden voor 1 januari 2022 en waarmee de Gemeente de Overeenkomst sluit is de ingangsdatum ook 1 januari 2022. Voor Jeugdhulpaanbieders die zich na 1 januari 2022 aanmelden en waarmee de Gemeente een Overeenkomst sluit is de ingangsdatum van de overeenkomst gelijk aan de datum dat de jeugdhulpaanbieder een acceptatiebericht ontvangt.
2. De overeenkomst heeft een looptijd tot en met 31 december 2027 . Na het verstrijken van de looptijd van de Overeenkomst wordt de Overeenkomst maximaal 5 maal voor de duur van één jaar stilzwijgend verlengd. Indien een Partij deze Overeenkomst niet wil verlengen, deelt zij dit uiterlijk zes maanden voor het einde van de looptijd mede aan de wederpartij op de wijze zoals omschreven in artikel 1.11.
3. (Een) gemeente(n) kan/kunnen zonder dat daartoe enig recht op schadevergoeding ontstaat voor jeugdhulpaanbieder(s) de Overeenkomst opzeggen, in het geval sprake is van een opheffing en/of fusie van de betreffende gemeente(n). De gefuseerde, nieuwe gemeente(n) kan/kunnen desgewenst op elk moment toetreden tot de Overeenkomst. Ook andere gemeenten kunnen op elk moment tot de Overeenkomst toetreden
4. Als de Overeenkomst eindigt, om wat voor reden dan ook, blijven de bepalingen op het moment van beëindiging van kracht, voor zover dit voor de afwikkeling van de overeenkomst noodzakelijk is.
5. Partijen behouden onverminderd de mogelijkheid de overeenkomst tussentijds op te zeggen conform artikel 1.11.
Artikel 1.14 Persoonsgegevens
1. Partijen zullen alle geregistreerde (persoons-)gegevens, die voor en gedurende de opdracht kenbaar worden gemaakt, vertrouwelijk behandelen en meer in het bijzonder in overeenstemming met de op enig moment toepasselijke privacyregelgeving waaronder maar niet beperkt tot de Algemene verordening gegevensbescherming verwerken.
Artikel 1.15 Aansprakelijkheid
1. In geval Jeugdhulpaanbieder, al dan niet van rechtswege, in verzuim is, is Jeugdhulpaanbieder aansprakelijk voor schade die door Gemeente wordt geleden voortvloeiende uit de uitvoering van de werkzaamheden, ingevolge deze Overeenkomst. Deze bepaling is ook van toepassing wanneer de schade het gevolg is van het niet naleven van wetgeving of van een gebrek in de uitvoering van de Overeenkomst. Dit alles ongeacht het feit of de schade veroorzaakt is door Jeugdhulpaanbieder zelf en / of zijn personeel en / of door de Jeugdhulpaanbieder onder zijn verantwoordelijkheid ingezette derden.
2. Jeugdhulpaanbieder kan op ieder moment aantonen dat hij verzekerd is zoals aangegeven in de algemene inkoopvoorwaarden en de geschiktheidseisen in artikel 1.8 door het overleggen van een gewaarmerkte kopie van de polis, plus de voorwaarden en bewijs van betaling.
3. Jeugdhulpaanbieder vergoedt schade die door toedoen van Jeugdhulpaanbieder tijdens de uitvoering van de werkzaamheden aan Jeugdige dan wel aan derden is toegedaan.
Artikel 1.16 ZZP
Dit artikel is alleen van toepassing indien Jeugdhulpaanbieder een zelfstandige zonder personeel (ZZP’er) is en vloeit voort uit de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties.
1. Jeugdhulpaanbieder wordt gecontracteerd op basis van een Overeenkomst van opdracht in de zin van artikel 7:400 e.v. BW. Partijen beogen uitdrukkelijk niet om een arbeidsovereenkomst aan te gaan in de zin van artikel 7:610 e.v. BW.
2. Partijen kiezen ervoor om in voorkomende gevallen de fictieve dienstbetrekking van thuiswerkers of gelijkgestelden zoals bedoeld in de artikelen 2b en 2c Uitvoeringsbesluit Loonbelasting 1965 en de artikelen 1 en 5 van het Besluit aanwijzing gevallen waarin arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt beschouwd (Besluit van 24 december 1986, Stb. 1986, 655), buiten toepassing te laten en daartoe deze Overeenkomst aan te gaan voordat uitbetaling plaatsvindt.
3. Dit artikel is gebaseerd op de door de Belastingdienst op 2 februari 2016 onder nummer 9015550000-06-2 beoordeelde Overeenkomst. De in die Overeenkomst gemarkeerde bepalingen zijn in lid 4, 5 en 6 van dit artikel overgenomen.
4. Jeugdhulpaanbieder accepteert de opdracht en aanvaardt daarmee de volle verantwoordelijkheid voor het op juiste wijze uitvoeren van de overeengekomen werkzaamheden.
5. Jeugdhulpaanbieder deelt zijn werkzaamheden zelfstandig in. Wel vindt, voor zover dat voor de uitvoering van de opdracht nodig is, afstemming met Gemeente plaats in geval van samenwerking met anderen, zodat deze optimaal zal verlopen. Indien noodzakelijk voor de werkzaamheden richt Jeugdhulpaanbieder zich naar de arbeidstijden bij Gemeente.
6. Jeugdhulpaanbieder is bij het uitvoeren van de overeengekomen werkzaamheden geheel zelfstandig. Hij/zij verricht de overeengekomen werkzaamheden naar eigen inzicht en zonder toezicht of leiding van Gemeente. Gemeente kan wel aanwijzingen en instructies geven omtrent het resultaat van de opdracht.
7. De Gemeente verklaart zich er uitdrukkelijk mee akkoord dat de Jeugdhulpaanbieder ook ten behoeve van andere gemeenten c.q. opdrachtgevers werkzaamheden verricht.
Artikel 1.17 Onderaanneming
1 . De Jeugdhulpaanbieder kan onderdelen van de Overeenkomst laten uitvoeren door een onderaannemer. Indien de Jeugdhulpaanbieder voornemens is om een gedeelte van de Overeenkomst in onderaanneming te laten uitvoeren, dient aan de volgende eisen te worden voldaan:
a) Jeugdhulpaanbieder dient via het Contract Management Systeem zowel bij aanvang als bij tussentijdse wijzigingen schriftelijk bij de Gemeente aan te geven welke onderdelen van de Overeenkomst hij laat uitvoeren door een onderaannemer; Indien de Jeugdhulpaanbieder bij de uitvoering van de Opdracht gebruik wenst te maken van één of meer derden, dan is hij daartoe slechts bevoegd na voorafgaande melding aan de Gemeente. Hierbij worden de volgende gegevens aangeleverd:
a. Naam organisatie;
b. Uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel;
c. In te zetten producten / dienst;
b) Jeugdhulpaanbieder is en blijft verantwoordelijk en aansprakelijk voor alle zaken die de onderaannemer in het kader van de Overeenkomst namens Jeugdhulpaanbieder uitvoert;
c) voor Gemeente fungeert Jeugdhulpaanbieder als aanspreekpunt tijdens het uitvoeren van de Overeenkomst;
d) er dient een schriftelijke overeenkomst ten aanzien van de onderaanneming te worden opgesteld tussen Jeugdhulpaanbieder en onderaannemer, waarin de eisen die aan de Jeugdhulpaanbieder worden gesteld, ook van toepassing worden verklaard op de onderaannemer.
2. Indien Jeugdhulpaanbieder gebruik maakt van een onderaannemer om hiermee te voldoen aan de gestelde voorwaarden ten aanzien van het leveren van Producten, dient onderaannemer te worden ingezet op het betreffende Product indien de dienstverlening door de hoofdaannemer wordt uitgevoerd.
3. De vergoeding die de Jeugdhulpaanbieder in zijn rol als hoofdaannemer ontvangt voor zijn coördinerende werkzaamheden is gemaximeerd. De vergoeding bedraagt nooit meer dan 15% van het tarief.
Artikel 1.18 Arbeidsvoorwaarden
1. Jeugdhulpaanbieder houdt zich bij het verrichten van de diensten aan de geldende wet- en regelgeving op het gebied van arbeidsvoorwaarden en aan de CAO indien van toepassing. Er wordt personeel ingezet dat beschikt over de gangbare competenties en vaardigheden die nodig zijn om de benodigde activiteiten uit te voeren. De competenties en vaardigheden moeten in overeenstemming zijn met de wettelijke eisen en de in de branche vastgestelde basis-profielen.
2. Jeugdhulpaanbieder legt alle arbeidsvoorwaardelijke afspraken ten behoeve van het verrichten van de diensten op een inzichtelijke en toegankelijke wijze vast.
3. Jeugdhulpaanbieder verschaft desgevraagd en onverwijld aan bevoegde instantie toegang tot deze arbeidsvoorwaardelijke afspraken en werkt mee aan controles, audits of loonvalidatie.
4. Jeugdhulpaanbieder verschaft desgevraagd en onverwijld aan Gemeente toegang tot de in lid 2 genoemde arbeidsvoorwaardelijke afspraken indien de Gemeente dit noodzakelijk acht in verband met het voorkomen van of de behandeling van een loonvordering aangaande verrichte arbeid ten behoeve van het verrichten van de diensten.
5. Jeugdhulpaanbieder legt de verplichtingen voortvloeiend uit de vorige leden onverkort op aan alle partijen waarmee hij contracten aangaat ten behoeve van het verrichten van diensten en bedingt tevens dat deze partijen vervolgens bedoelde verplichtingen onverkort opleggen aan alle partijen met wie zij op hun beurt contracten aangaan ten behoeve van het verrichten van de diensten.
Artikel 1.19 (Gedeeltelijke) nietigheid
1. Indien de Overeenkomst of enige bepaling daarin nietig is of vernietigd wordt, dan tast dit de geldigheid van de overige bepalingen niet aan. Partijen zullen vervolgens met elkaar in overleg treden om te trachten overeenstemming te bereiken over aanpassing van de Overeenkomst zodanig dat deze niet langer nietig of vernietigbaar is of die voor wat betreft de aard en strekking zo dicht mogelijk aansluit bij de nietige of vernietigde bepaling.
Artikel 1.20 Algemene (inkoop)voorwaarden
1. Op deze Overeenkomst zijn de “Algemene inkoopvoorwaarden” conform bijlage 2 van toepassing.
2. In afwijking van het gestelde onder artikel vier, derde lid, van de Algemene inkoopvoorwaarden is bij het inschakelen van derden door de Aanbieder op basis van Overeenkomst van opdracht, geen voorafgaande toestemming nodig van de Gemeente. Het dient conform artikel 1.17 lid 1a wel vooraf gemeld te worden.
3. Artikel 23, derde lid, van de Algemene inkoopvoorwaarden is niet van toepassing op de Overeenkomst.
4. De algemene (verkoop-)voorwaarden van de Jeugdhulpaanbieder zijn door Partijen uitdrukkelijk niet van toepassing verklaard op de Overeenkomst. De Jeugdhulpaanbieder behoudt de mogelijkheid haar algemene voorwaarden naar jeugdigen toe van toepassing te verklaren daar waar deze niet in strijd zijn met de overeenkomst en haar bijlagen.
Artikel 1.21 Toepasselijk recht en geschillen
1. Op deze Overeenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.
2. Alle geschillen (daaronder inbegrepen geschillen die slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd) die naar aanleiding van deze Overeenkomst tussen Partijen mochten ontstaan worden zoveel als mogelijk in onderling overleg opgelost. In uiterste gevallen kunnen Partijen vervolgens gebruik maken van mediation, waarbij Partijen die een geschil met elkaar hebben de kosten daarvan in gelijke delen dragen. Leiden onderling overleg en / of mediation niet binnen een redelijke termijn tot een oplossing van het geschil, dan kan het geschil aanhangig worden gemaakt bij de bevoegde rechter in het arrondissement Oost- Brabant.
3. Bij geschillen zullen Partijen in het belang van de Inwoner onderling hierover in contact treden en worden Inwoner en-/ of derden niet onnodig actief betrokken bij het geschil.
Artikel 1.22 Algemene verordening gegevensbescherming (AVG)
1. Partijen zullen alle (persoons-)gegevens, die voor en gedurende de opdracht kenbaar worden gemaakt, vertrouwelijk behandelen en meer in het bijzonder in overeenstemming met de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), de Uitvoeringswet Algemene Verordening Gegevensbescherming (UAVG) en overige specifieke wettelijke bepalingen gericht op verwerking van persoonsgegevens.
Hoofdstuk 2 Eisen aan de Jeugdhulpaanbieder, opdrachtverstrekking en levering
Artikel 2.1 Eisen aan Jeugdhulpaanbieder
1. Jeugdhulpaanbieder is verplicht om, na opdrachtverstrekking van Gemeente, de Voorziening te verrichten met het leveren van Product(en) onder de voorwaarden van deze Overeenkomst en haar bijlagen.
2. De Overeenkomst wordt uitgevoerd met inachtneming van landelijke en lokale wet- en regelgeving ter zake waaronder de Jeugdwet. Jeugdhulpaanbieder is zich ervan bewust dat de lokale regelgeving c.q. het beleid van Gemeente tot Gemeente kan verschillen en aan wijzigingen onderhevig is.
3. Jeugdhulpaanbieder garandeert dat hij de Voorziening zal uitvoeren conform de kwaliteitseisen genoemd in de Product Diensten Catalogus (bijlage 6) en in overeenstemming met de gangbare zorgvuldigheidsmaatstaven zoals die worden gehanteerd in de zorg- en welzijnssector.
4. Jeugdhulpaanbieder beschikt over een vastgelegde klachtenregeling ter afhandeling van klachten van Jeugdigen dan wel diens wettelijk vertegenwoordiger ten aanzien van gedragingen van Jeugdhulpaanbieder jegens een Jeugdige dan wel diens wettelijk vertegenwoordiger.
5. Jeugdhulpaanbieder is aangesloten bij een klachtencommissie.
6. Jeugdhulpaanbieder beschikt over een regeling van medezeggenschap van Jeugdigen over voorgenomen besluiten van Jeugdhulpaanbieder die voor de Jeugdigen van belang zijn conform Wmcz2018.
7. Jeugdhulpaanbieder is verplicht melding te doen van calamiteiten en incidenten conform het calamiteitenprotocol (Bijlage 4).
8. De Jeugdhulpaanbieder is verplicht mee te werken aan de aanlevering van (actuele) informatie met betrekking tot de beschikbare Producten geleverd door de betreffende Jeugdhulpaanbieder in bijvoorbeeld een digitaal platform zoals Steunwijzer en Beschikbaarheidswijzer.
9. Stagiaires mogen enkel en uitsluitend onder directe begeleiding worden ingezet.
Artikel 2.2 Toegang en besluitvorming
1. Het proces van toegang en besluitvorming is uitgewerkt op de website van de lokale Gemeente.
2. De Jeugdhulpaanbieder dient een Jeugdige die is doorverwezen door de wettelijk Verwijzer voorafgaande aan de zorginzet te melden bij de Gemeente. Het proces staat in bijlage 5 omschreven.
3. Indien Jeugdhulpaanbieder, na een verwijzing van de huisarts, jeugdarts of medisch specialist, verblijf inzet dan neemt de Jeugdhulpaanbieder altijd contact op met de Toegang. De Jeugdige moet toestemming geven aan Jeugdhulpaanbieder voordat contact met de Toegang wordt gelegd. Indien de Jeugdige geen toestemming geeft maakt de Jeugdhulpaanbieder hier een aantekening van in het Ondersteuningsplan. In dat geval wordt er geen contact gelegd met de Toegang. Indien er toestemming is beoordelen Jeugdhulpaanbieder en de Toegang samen met het gezin of er problematiek in het gezin is waarbij inzet vanuit de Toegang nodig is. Indien dit zo is dan wordt er een gezamenlijke gezinsaanpak gemaakt. Het inzetten van zorg staat niet ter discussie, de ondersteuning vanuit de Toegang is aanvullend.
4. Als de Toegang reeds betrokken is bij het gezin, dan neemt Xxxxxxxxxxxxxxxxxx contact op met de vanuit de Toegang betrokken functionaris om samen met het gezin de ondersteuning op elkaar af te stemmen en tot een gezinsaanpak te komen. Indien de Jeugdige geen toestemming geeft maakt de Jeugdhulpaanbieder hier een aantekening van in het Ondersteuningsplan. In dat geval wordt er geen contact gelegd met de Gemeente.
5. De Jeugdhulpaanbieder neemt contact op met de Gemeente, indien de Jeugdige hier niet zelf toe in staat is, als er naast de ondersteuning vanuit de Jeugdhulpaanbieder aanvullende ondersteuning vanuit de nulde (mantelzorgers, vrijwilligers en familie) of eerste lijn (huisartsen, maatschappelijk werk en spoedeisende hulp in ziekenhuizen) nodig is in het gezin. Indien de Jeugdige geen toestemming geeft maakt de Jeugdhulpaanbieder hier een aantekening van in het Ondersteuningsplan. In dat geval wordt er geen contact gelegd met de Gemeente.
6. De Jeugdhulpaanbieder dient tijdens het beëindigen van de hulp of zorg, indien de Jeugdige hier niet zelf toe in staat is, contact op te nemen met de Gemeente als er aansluitend ondersteuning vanuit de nulde (mantelzorgers, vrijwilligers en familie) of eerste lijn (huisartsen, maatschappelijk werk en spoedeisende hulp in ziekenhuizen) nodig is in het gezin. Indien de Jeugdige geen toestemming geeft maakt de Jeugdhulpaanbieder hier een aantekening van in het dossier van de Jeugdige. In dat geval wordt er geen contact gelegd met de Gemeente.
Artikel 2.3 Acceptatieplicht
1. Jeugdhulpaanbieder is verplicht om Jeugdigen te accepteren en hen de voorziening aan te bieden via het leveren van Producten na opdrachtverstrekking door de Gemeente.
2. Van de acceptatieplicht kan na besluit Gemeente worden afgezien als:
a. de acceptatie van de Jeugdige in redelijkheid niet van de Jeugdhulpaanbieder gevraagd kan worden;
b. Jeugdhulpaanbieder aantoont dat hij niet de juiste ondersteuning kan bieden;
c. een stop toeleiding jeugdigen (‘cliëntenstop’) is opgelegd door de Gemeente of tussen Partijen is overeengekomen;
3. Een onderbouwd verzoek tot weigering van de opdracht door Xxxxxxxxxxxxxxxxxx wordt door de Gemeente beoordeeld. De opdrachtverstrekking aan Jeugdhulpaanbieder blijft van kracht gedurende de periode van beoordeling.
Artikel 2.4 Uitvoering van de opdracht
1. De Gemeente verstrekt, bij toekenning van een Voorziening (via wettelijk verwijzer dan wel Toegang), gelijktijdig een individuele opdracht aan Jeugdhulpaanbieder middels een toewijzing voor het leveren van Product(en). Na toewijzing opdracht start Jeugdhulpaanbieder binnen 10 werkdagen met de feitelijke levering van de hulp conform opdracht. Daar waar de treeknorm voor GGZ op van toepassing is wordt deze gehanteerd. Jeugdhulpaanbieder heeft de inspanningsverplichting om de zorginzet daar waar mogelijk sneller te starten dan de gestelde norm.
2. Als voor de toekenning van een Voorziening de Jeugdhulpaanbieder een intake uitvoert en de Jeugdhulpaanbieder bij toekenning van de Voorziening een individuele opdracht krijgt verstrekt conform lid 1, dan is de uitgevoerde intake declarabel binnen de verstrekte individuele opdracht.
3. De gemeente indexeert jaarlijks de tarieven conform de indexeringsbepaling die is opgenomen in de contract-standaarden jeugd “overeenkomst Jeugdhulp Toelatingsprocedure met toelichting” - deel 3, hoofdstuk 1, artikel 2 indexering.
U vindt deze overeenkomst op de website van het Ketenbureau I-Sociaal Domein.
4. Bij een gemeentelijke opdracht vanuit het verzoek tot toewijzing, voortkomend vanuit de Verwijzer, wordt de individuele opdracht aan Jeugdhulpaanbieder verstrekt met een maximale duur van 1 jaar tenzij anders bepaald in bijlage 8. Dit geldt ook bij een verzoek tot verlenging van de individuele opdracht.
5. Het is voor een Jeugdhulpaanbieder niet toegestaan een verzoek tot toewijzing te doen waarbij het gelijke Product meerdere keren gelijktijdig wordt inzet voor de Jeugdige of producten te combineren waarbij het vanuit de aard van de Producten niet is toegestaan om deze met elkaar te combineren. Zie hiertoe ook de Stapelmatrix (bijlage 7).
6. Binnen het kader van de Voorziening en de Product Diensten Catalogus (bijlage 6) wordt binnen 6 weken na start zorginzet een Ondersteuningsplan opgemaakt.
7. Het Ondersteuningsplan dat de Jeugdhulpaanbieder gebruikt, wordt opgesteld in samenspraak met jeugdige en/of diens wettelijk vertegenwoordiger en op grond van een wettelijke basis of conform een in de branche expliciet geldende of gedragen kwaliteitsnorm. Bij het totstandkomen en formuleren van de doelstellingen in het ondersteuningsplan wordt door aanbieder een beeld gevormd van de mogelijkheden van het netwerk en de jeugdige zelf. Verder voldoet het Ondersteuningsplan aan de volgende eisen / kenmerken:
a) het Ondersteuningsplan is vormvrij;
b) het Ondersteuningsplan bevat een beschrijving van een probleem en hulpvraag en geeft een context weer waar vanuit deze ontstaan zijn;
c) het Ondersteuningsplan bevat (SMART-geformuleerde) doelstellingen die samenhangen met het probleem en de hulpvraag en de doelen die zijn meegegeven vanuit de verwijzer;
d) het Ondersteuningsplan bevat een duidelijke omschrijving van de hulp die wordt ingezet om de doelen te behalen en de beoogde resultaten van deze hulp (plan van aanpak). De omschrijving van de hulp bevat ten minste gegevens over de intensiteit en duur van de hulp en activiteiten of methodieken die ingezet worden.
e) het ondersteuningsplan bevat evaluatiegegevens, waaronder gegevens over (toetsing van-) de voortgang;
f) er is pas sprake van een Ondersteuningsplan als de Jeugdhulpaanbieder kan aantonen dat de Jeugdige en/of Ouder(s) over het plan is geïnformeerd en daarmee akkoord is. De bewijslast voor akkoord Jeugdige ligt altijd bij de Jeugdhulpaanbieder;
g) het Ondersteuningsplan is up to date. Essentiële wijzigingen worden telkens verwerkt in een nieuw of bijgewerkt plan waarvan de Jeugdhulpaanbieder kan aantonen dat de Jeugdige over de wijzigingen is geïnformeerd en daarmee akkoord is. De bewijslast voor akkoord Jeugdige ligt altijd bij de Jeugdhulpaanbieder;
h) het Ondersteuningsplan wordt door de Jeugdhulpaanbieder opgemaakt met inachtneming van privacywetgeving. Informatie die verhindert dat het ondersteuningsplan, zonder voorafgaande toestemming van de Jeugdige, kan worden overhandigd aan de Gemeente, neemt de Jeugdhulpaanbieder niet op in het plan.
8. Teneinde de Gemeente in staat te stellen om een (her)onderzoek te verrichten inzake het recht op Voorziening dan wel het houden van toezicht op de rechtmatige verstrekking van de Voorziening, legt Jeugdhulpaanbieder, op verzoek van de Gemeente, een exemplaar van het Ondersteuningsplan over aan de Gemeente.
9. De Jeugdhulpaanbieder ondersteunt de Jeugdige tussen zijn 16.5 en 17-jarige leeftijd bij het opstellen van een toekomstplan. Daarin wordt minimaal een soepele overgang naar 18 jaar en verder geborgd. Voor Producten in segment 1 geldt dat dit plan deel mag uitmaken van het Perspectiefplan. Waar relevant richt het toekomstplan zich ook op andere zaken die voor de Jeugdige van belang zijn. Versterking en inzet van het netwerk van de Jeugdige staat hierin centraal. Als na de 18e verjaardag maatschappelijke ondersteuning nodig is, vindt overleg plaats tussen Jeugdhulpaanbieder, Jeugdige, Toegang en gemeentelijke toegang voor Wmo 2015 voor de Jeugdige de leeftijd bereikt van 17 jaar en 3 maanden. Voorgaande verplichtingen gelden niet als de jeugdige ‘uitstroomt’ naar behandeling onder de Zorgverzekeringswet. In dat geval zorgt de Jeugdhulpaanbieder voor terugkoppeling en advies voor vervolgzorg richting de huisarts.
10. Jeugdhulpaanbieder is verplicht om binnen de opgedragen zorginzet maatwerk te verlenen. Het is voor output gerichte Producten niet toegestaan om minder te leveren aan zorginzet dan waartoe de Jeugdhulpaanbieder gehouden is ingevolge de inhoud van de opdrachtverstrekking.
11. Jeugdhulpaanbieder levert gepaste jeugdhulp welke voldoet aan de volgende eisen:
- Noodzakelijkheid (zie Jeugdwet artikel 2.3, lid 1; zie ook uitspraak Centrale Raad voor Beroep ECLI:ML:CRVB:2017:1477, sub 4.3.1);
- Voldoende effectiviteit, doelmatigheid, veiligheid en cliëntgerichtheid ( zie Jeugdwet artikel 4.1.1.);
- Passende bijdrage aan gezond en veilig opgroeien en zich ontwikkelen (de hogere doelen van Jeugdwet en jeugdhulp, zie Jeugdwet artikel 2.3, lid 1).
12. Jeugdhulpaanbieder draagt zorg voor continuïteit van de dienstverlening. In geval van vakantie, ziekte of verlof van direct bij de uitvoering van de Voorziening betrokken personeelsleden en / of onderaannemers, is Jeugdhulpaanbieder verplicht zorg te dragen voor adequate vervanging.
13. Jeugdhulpaanbieder heeft de verplichting tot tijdige informatievoorziening richting de Gemeente indien sprake is van veranderingen in de situatie van de Jeugdige waardoor de Voorziening c.q. de Individuele Opdrachtverstrekking mogelijk beëindigd of aangepast dient te / kan worden. De Gemeente beoordeelt vervolgens het verzoek van de Jeugdhulpaanbieder en past, indien zij dat nodig acht, de Individuele Opdrachtverstrekking aan.
14. Het is de Gemeente toegestaan verwachte en onverwachte controles uit te voeren op uitvoering van de opdracht, waaronder de eventueel gehanteerde wachtlijsten, de inhoudelijke kwaliteit van de ondersteuning en op financiële administraties. Uitkomsten hiervan worden met de Jeugdhulpaanbieder besproken. Jeugdhulpaanbieder dient hier volledige medewerking aan te verlenen en alle informatie aan te leveren welke hiertoe benodigd is. Hierbij kan gedacht worden aan urenlijsten, activiteiten inzet professionals, kwalificaties inzet professionals etc. De opsomming is niet uitputtend. Een eventueel controleprotocol van de gemeente doe aan deze bevoegdheid niets af.
Artikel 2.5 Informeren jeugdige en/of ouders
1. De Jeugdhulpaanbieder informeert de jeugdige en/of ouders voorafgaande aan de jeugdhulp minimaal één keer en indien nodig meerdere keren over algemene zaken, klachtenregeling, cliëntparticipatie en vertrouwenspersoon zoals omschreven in paragraaf 4.3 van het
uitvoeringsbesluit Jeugdwet, de inhoud van de Jeugdhulp en de eventuele kosten voor de Jeugdige en/of diens Ouders/verzorgers. Door de Jeugdhulpaanbieder wordt getoetst of de Jeugdige en/of Ouders deze informatie ontvangen en begrepen heeft/hebben.
Artikel 2.6 Voortijdige beëindiging individuele opdrachtverstrekking
In de volgende situaties wordt de Individuele Opdrachtverstrekking beëindigd:
1. op verzoek van de Jeugdige:
a) Jeugdigen hebben de mogelijkheid om van Jeugdhulpaanbieder te wisselen. Hiervoor mag maximaal een opzegtermijn van een kalendermaand worden gehanteerd door de Jeugdhulpaanbieder. De coördinatie bij opzegging en wisselen van Jeugdhulpaanbieder ligt bij de Gemeente.
2. door Gemeente:
a) bij wanprestatie door Jeugdhulpaanbieder: het niet conform de Individuele Opdrachtverstrekking uitvoeren van de opdracht;
b) bij intrekken / beëindigen of aanpassing Besluit tot inzet Voorziening waardoor inzet van activiteiten door Jeugdhulpaanbieder niet langer noodzakelijk / gepast wordt geacht door de Gemeente;
c) indien de ingezette activiteiten, naar oordeel van de Gemeente, niet (zullen) leiden tot het in de Individuele Opdrachtverstrekking gestelde te behalen resultaat;
d) indien de situatie van de Jeugdige vóór afloop van de duur van de Individuele Op- drachtverstrekking verandert c.q. vóór afloop van de termijn een gepast alternatief, aan de Voorziening voorliggend (algemene voorziening), aanbod voorhanden komt, waardoor de inzet van de voorziening niet langer noodzakelijk is, kan de Gemeente de opdracht beëindigen;
e) De gemeente motiveert hierbij de reden van beëindiging.
3. op verzoek van de Jeugdhulpaanbieder:
a) De Jeugdhulpaanbieder legt contact met de Gemeente indien zij de Individuele Op- drachtverstrekking wil neerleggen. Het verzoek tot beëindiging van de Individuele Opdrachtverstrekking wordt met redenen omkleed. De Gemeente beoordeelt het verzoek van Jeugdhulpaanbieder en besluit, indien de redenen van Jeugdhulpaanbieder gerechtvaardigd zijn, tot beëindiging van de Individuele Opdrachtverstrekking. Het is aan de Jeugdhulpaanbieder om de Gemeente in een zo vroegtijdig mogelijk stadium te informeren over eventuele omstandigheden die zouden kunnen leiden tot een beëindiging. Dit geeft de Gemeente ruimte tot interventie (waaronder het leggen van contact met de Jeugdige) waardoor een mogelijke vroegtijdige beëindiging van de Individuele Opdrachtverstrekking kan worden voorkomen.
Artikel 2.7 Evaluatie ondersteuningsplan
1. Jeugdhulpaanbieder stelt voor ieder afgesproken evaluatiemoment en minimaal 4 weken voor afloop indicatie een evaluatieverslag op. Het evaluatieverslag voldoet aan de volgende eisen / kenmerken:
a) Het evaluatieverslag beschrijft in ieder geval:
- De ontwikkeling die Jeugdige doorgemaakt heeft
- Per gesteld SMART doel of het resultaat wel/niet/deels behaald is en een toelichting hierop
- Welke activiteiten Jeugdhulpaanbieder ondernomen heeft om de resultaten te behalen
- Beschrijving van wat nog nodig is (indien van toepassing);
b) Het evaluatieverslag is vormvrij;
c) Het evaluatieverslag moet zijn besproken met de Jeugdige en/of Ouder(s), deze is daarover geïnformeerd en ermee akkoord. De bewijslast voor akkoord Jeugdige ligt altijd bij de Jeugdhulpaanbieder;
d) Het evaluatieverslag wordt gedeeld met de betrokken Toegang/initiële verwijzer;
e) Het evaluatieverslag wordt door Jeugdhulpaanbieder opgemaakt met inachtneming van privacywetgeving. Informatie die verhindert dat het evaluatieverslag, zonder voorafgaande toestemming van de Jeugdige, kan worden overhandigd aan de Gemeente, neemt de Jeugdhulpaanbieder niet op in het verslag.
Artikel 2.8 Vervoer
1. Uitgangspunt is dat de Jeugdige zelf, eventueel met behulp van zijn netwerk, het vervoer regelt van en naar de locatie van Jeugdhulpaanbieder. Indien de Jeugdige niet in staat is om zelf het vervoer te regelen wordt vervoer toegekend als aanvulling op één van de andere producten uit de PDC. Bij toekenning verplicht de Jeugdhulpaanbieder zich tot het leveren en organiseren van vervoer.
2. Bij inschrijving op de producten waarop de indicatie vervoer kan worden afgegeven (zie bijlage 6), verplicht de Jeugdhulpaanbieder zich tot het leveren en organiseren van vervoer onder de in de productkaart gestelde voorwaarden.
3. De kosten van het geïndiceerde vervoer zijn volledig voor de Jeugdhulpaanbieder. Ter gehele of gedeeltelijke compensatie van de kosten ontvangt de Jeugdhulpaanbieder hiervoor een vergoeding van de Gemeente ingevolge bijlage 6.
Artikel 2.9 Interventies en richtlijnen
1. Jeugdhulpaanbieder gebruikt interventies die worden uitgevoerd volgens de voor het vakgebied en de discipline geldende richtlijnen (i.e. de professionele standaard). Hieronder vallen, niet uitsluitend, de ’Richtlijnen van Kenniscentrum Kinder- & Jeugdpsychiatrie’, de ‘Richtlijnen jeugdhulp en jeugdbescherming’ van het NJI de ‘Richtlijn effectieve Interventies LVB’ van het kenniscentrum LVB, de door VWS landelijk vastgestelde ‘Kwaliteitscriteria Gezinshuizen’ de richtlijn ‘residentiele jeugdhulp xxxx://xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/, de multidisciplinaire richtlijnen, de normen van de beroepsgroep voor verslavingszorg, dementie en eetstoornissen en voor de behandeling van verslavingszorg, dementie en eetstoornissen, en/of aangesloten zijn bij de landelijke kwaliteitsplatforms zoals voor IHT, MST Nederland, Fact Nederland.
Artikel 2.10 Regiebehandelaarschap
1. Als de Jeugdhulpaanbieder Producten levert die classificeren als Geestelijke Gezondheidszorg, dan past bij de Jeugdhulpaanbieder bij het leveren van die Producten regiebehandelaarschap toe op basis van de Regeling gespecialiseerde geestelijke gezondheidszorg - NR/REG-2113a, de Regeling generalistische Basis-GGZ - NR/REG-2114a en het Landelijke Kwaliteitsstatuut GGZ. In de Producten is opgenomen welke beroepen ten minste kunnen voorkomen als regiebehandelaar. Bij nieuwe versies van de genoemde regelingen verklaart Gemeente eventuele uitbreidingen op deze lijst met beroepen van toepassing. Voor producten waar de rol van regiebehandelaar nodig is, bedraagt de minimale
inzet van deze regiebehandelaar 4 uur per product per maand. Aantoonbaar via een overeenkomst (ZZP of vast dienstverband).
Artikel 2.11 Forensische zorg
1. Als de Jeugdhulpaanbieder diensten levert die classificeren als forensische zorg, dan beschikt de Jeugdhulpaanbieder over meer dan drie onderscheidende interventies/methodieken/zorgprogramma's die specifiek ontwikkeld zijn voor de forensische doelgroep, waarvan minimaal één interventie of zorgprogramma erkend is als minimaal 'goed onderbouwd' door de erkenningscommissie justitiële interventies van het Nederlands Jeugdinstituut (NJI) en de andere behandelvormen minimaal gebaseerd zijn op de werkzame Risk-Need-Responsivity-principes (RNR). De Jeugdhulpaanbieder beschikt daarnaast over een behandelteam met minimaal een ervaren kinder- en jeugd psychiater, een GZ-psycholoog, een orthopedagoog en een systeemtherapeut. Naast de hiervoor beschreven kwaliteitseisen past de Jeugdhulpaanbieder de kwaliteitseisen toe uit de wet forensische zorg bij jeugdigen met een strafrechtelijk kader in combinatie met de kwaliteitseisen van de Jeugdwet.
Artikel 2.12 Evidence based en practice based methodieken
1. Bij het leveren van de Producten, maken Jeugdhulpaanbieders gebruik van evidence based en practice based methodieken. Als Jeugdhulpaanbieder aantoont dat deze niet aanwezig zijn of gezien de ondersteunings- of hulpvraag niet afdoende zijn, maakt deze gebruik van historisch en in de branche gangbare methodieken. Als Jeugdhulpaanbieder aantoont dat ook deze niet aanwezig zijn of gezien de ondersteunings- of hulpvraag niet afdoende zijn, dient de Jeugdhulpaanbieder aan te tonen dat de gebruikte methodieken gelijkwaardig zijn. Als de Jeugdhulpaanbieder de voorgeschreven methodieken niet gebruikt of niet kan aantonen dat gebruikte methodieken gelijkwaardig zijn, merken Gemeente dit aan als een tekortkoming in de nakoming.
Artikel 2.13 E-health
1. Jeugdhulpaanbieder maakt, indien gepast en van toegevoegde waarde, gebruik van E-Health en voldoet hierbij aan de van toepassing zijnde wet- en regelgeving en het IGJ toetsingskader ‘inzet van e-health door zorgaanbieders’.
Artikel 2.14 Seksueel Misbruik
1. Jeugdhulpaanbieder heeft aantoonbaar kennis van en handelt aantoonbaar naar de uitgangspunten van de nota van commissie Xxxxxxx 'Norm voorkomen seksueel misbruik in de jeugdzorg' en Kwaliteitskader 'voorkomen seksueel misbruik in de jeugdzorg', Jeugdzorg Nederland, 2013.
Artikel 2.15 Spoedeisende hulpvragen en crisis
1. De Jeugdhulpaanbieder handelt direct bij spoedeisende vragen en situaties van de bij de Jeugdhulpaanbieder in hulp of zorg zijnde jeugdigen.
2. Als de in hulp of zorg zijnde Jeugdigen in een crisissituatie terechtkomen kan de Jeugdhulpaanbieder, indien noodzakelijk, een beroep doen op de gecontracteerde jeugdhulpaanbieders voor crisisdiensten.
3. De Jeugdhulpaanbieder is verantwoordelijk voor de juiste toeleiding naar de jeugdhulpaanbieder die crisishulp leveren en draagt, samen met deze jeugdhulpaanbieders zorg voor een warme overdracht en toeleiding naar gepaste vervolghulp.
Artikel 2.16 Meldcode en verwijsindex
1. De Jeugdhulpaanbieder hanteert de meldcode voor het signaleren van- en handelen bij huiselijk geweld en kindermishandeling.
2. De Jeugdhulpaanbieder wordt dringend verzocht gebruik te maken van de Verwijsindex risicojongeren (Zorg voor Jeugd voor de regio “Een 10 voor de Jeugd”) zoals genoemd in de Jeugdwet. Dit geldt voor jeugdigen welke bedreigd worden in een gezonde en veilige ontwikkeling.
Artikel 2.17 Bezoldiging topfunctionarissen
1. De Jeugdhulpaanbieder voldoet volledig aan de eisen van de Wet Normering Bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector.
Artikel 2.18 Meewerkingsplicht
1. De Jeugdhulpaanbieder verleent zijn volledige medewerking aan rekenkamer(commissies), rekenkameronderzoeken van Gemeente en onderzoek door onderzoeksbureaus ingeschakeld door Gemeente en levert alle benodigde dan wel opgevraagde documenten en informatie tijdig aan. De gemeente zal het doel van het onderzoek kenbaar maken.
Artikel 2.19 Inspectie en gemeentelijke toezichthouder
1. De Jeugdhulpaanbieder werkt onvoorwaardelijk mee met inspecties van bij wet benoemde inspectieorganen en/of gemeentelijk toezichthouders en geven opvolging aan aanbevelingen die uit deze inspecties voortkomen met inachtneming van de privacy van betrokkene(n). Op het moment dat één van voornoemde toezichthouders een onderzoek schriftelijk aankondigt, meldt de Jeugdhulpaanbieder dit schriftelijk en per ommegaande aan Gemeente.
2. Als een inspecteur of een toezichthouder, om wat voor reden dan ook, concludeert dat de Jeugdhulpaanbieder een verbeterplan moet opstellen om volledig te voldoen aan wet- of regelgeving en/of om risico’s, van welke aard of omvang dan ook, beter te beheersen, dan meldt de jeugdhulpaanbieder dit aan Gemeente. Hier opvolgend stuurt de Jeugdhulpaanbieder een kopie van dit verbeterplan terstond aan de gemeenten.
3. De Jeugdhulpaanbieder informeert Gemeente actief over inspectierapporten en eventueel herstelplan.
Artikel 2.20 Locatie
1. Als de Jeugdhulpaanbieder gebruikmaakt van een locatie om (onderdelen van de) jeugdhulp aan te bieden, dan bevindt die locatie zich binnen de Gemeente of binnen maximaal 20 km buiten de deelnemende gemeenten. Het leveren van jeugdzorg op een locatie buiten deze afstand is alleen toegestaan met schriftelijke toestemming van de Gemeente.
2. De locatie waar de Jeugdhulpaanbieder de Jeugdhulp levert, voldoet aan alle op de locatie en Jeugdhulp van toepassing zijnde wet- en regelgeving.
Artikel 2.21 Samenwerking
1. Als de levering van de individuele voorziening aan de Jeugdige bestaat uit een samenstelling van Producten, dan is de Jeugdhulpaanbieder die start met het leveren van Product(en) ervoor verantwoordelijk dat het daarop aanvullend onderdeel optimaal aansluit voor deze Jeugdige en/of Ouder.
2. De Jeugdhulpaanbieder werkt samen met andere betrokkenen volgens de werkwijze zoals omschreven in het Ondersteuningsplan.
3. Als sprake is van een combinatie van een OntwikkelingsPerspectiefPlan (OPP) en het Ondersteuningsplan met het gezinsplan (1G1P) stemmen Jeugdhulpaanbieders de doelen gezamenlijk in beide plannen op elkaar af.
Artikel 2.22 Systeemgericht werken
1. De Jeugdhulpaanbieder werk systeemgericht met actieve betrokkenheid vanuit het voorveld en inclusief het bieden van nazorg, tenzij dit gezien de hulp- of zorgvraag niet nodig of niet mogelijk is.
Artikel 2.23 Participatie van jeugdigen
1. De Jeugdhulpaanbieder past bij het uitvoeren van de Jeugdhulp participatie van Jeugdigen toe:
- binnen het eigen Ondersteuningsplan van de Jeugdige;
- bij de organisatie van de uitvoering;
- bij beleidsontwikkeling.
Artikel 2.24 Marketing
1. Als de Jeugdhulpaanbieder gebruikmaakt van marketing en acquisitie richting Jeugdigen en/of Ouder(s) om individuele opdrachten voor het leveren van Producten te ontvangen, houdt de Jeugdhulpaanbieder zich aan de “gedragsregels voor marketing”. Deze gedragsregels houden in dat de Jeugdhulpaanbieder:
a. zichzelf duidelijk en expliciet kenbaar maakt op enig materiaal dat hij gebruikt voor directe marketing richting Jeugdigen;
b. geen gebruikmaakt van telefonische marketing, huis-aan-huis verkoop of verkoop op locaties waar Jeugdigen veel aanwezig zijn (zoals scholen, ziekenhuizen en medische verwijzers – NB. De POH GGZ is geen marketing in de zin van dit artikel);
c. duidelijk en expliciet zorgt voor de mogelijkheid voor Jeugdigen om aan te geven dat zij in de toekomst geen marketing materiaal meer willen ontvangen (via post, email of andere methoden);
d. geen diensten levert aan Jeugdigen voordat hij daartoe een schriftelijke opdracht ontvangt;
e. zich in zijn uitlatingen niet anders voordoet dan als Jeugdhulpaanbieder. Hij doet zich bijvoorbeeld niet voor als onderzoeksbureau voor het doen van onderzoek of afnemen van enquêtes bedoeld om producten of diensten aan te bieden;
f. als hij persoonlijke informatie verzamelt van Jeugdigen voor marketing-doeleinden dit expliciet aan de Jeugdige kenbaar maakt en vraagt om schriftelijke toestemming (van Jeugdige en/of Ouder(s));
g. richting Jeugdigen en gezinnen geen gebruikmaakt van zogenaamde agressieve verkooptechnieken;
2. De Jeugdhulpaanbieder houdt zich ook aan deze regels voor marketing als hij naast het leveren van Producten op basis van deze Overeenkomst ook Producten levert of wil leveren op basis van een persoonsgebonden budget aan Jeugdigen en/of Ouder(s) van de Gemeente.
Artikel 2.25 Financiële grenswaarden
1. Voor de financiële eisen die in dit artikel genoemd worden geldt een ‘voldoe of leg uit’ verplichting. De Jeugdhulpaanbieder moet voldoen aan de financiële eisen zoals gesteld in dit artikel. Jeugdhulpaanbieder levert op verzoek van de Gemeente jaarlijks de gegevens over de financiële eisen aan.
Wanneer jeugdhulpaanbieder niet voldoet aan de aan de eisen, is het aan de Jeugdhulpaanbieder om de Gemeente te overtuigen van de rechtvaardiging van de afwijking.
Bij de beoordeling van de toelichting houdt de Gemeente minimaal rekening met de rechtsvorm, beloning van bestuurders en het percentage dat de omzet vanuit de deelnemende gemeenten uitmaakt van de totale omzet. Beoordeling vindt waar mogelijk plaats op concernniveau tenzij de jaarrekening de beoordeling ondubbelzinnig op een meer gedetailleerd onderdeel mogelijk maakt. Jeugdhulpaanbieder is in dit kader verplicht, op aanvraag van gemeenten, aanvullende informatie op concernniveau te verstrekken.
2. EBITA is het resultaat vóór intrest (rente), belastingen en afschrijvingen op immateriële vaste activa ten opzichte van de totale bedrijfsopbrengsten, uitgedrukt in procenten. De Jeugdhulpaanbieder levert de producten tegen zo laag als mogelijke overheadkosten en met een EBITA van minimaal 0% en maximaal 5%. Heeft de Jeugdhulpaanbieder een EBITA van meer dan 5% bij de laagst mogelijke overheadkosten, dan dient de Jeugdhulpaanbieder het meerdere aantoonbaar te investeren in de kwaliteit van de Jeugdhulp. In de berekening zal een redelijke belangenafweging plaatsvinden waarbij onder andere (maar niet uitsluitend) rekening wordt gehouden met de rechtsvorm, beloning van bestuurders en het percentage dat de omzet vanuit de deelnemende gemeenten uitmaakt van de totale omzet. Beoordeling vindt waar mogelijk plaats op concernniveau tenzij de jaarrekening de beoordeling ondubbelzinnig op een meer gedetailleerd onderdeel mogelijk maakt.
3. Solvabiliteit is de verhouding van het eigen vermogen ten opzichte van het totale vermogen, uitgedrukt in procenten. De solvabiliteit bedraagt minimaal 20%.
4. Het weerstandsvermogen is de verhouding van het eigen vermogen ten opzichte van de opbrengsten, uitgedrukt in procenten. Het weerstandsvermogen bedraagt minimaal 15%.
5. De current ratio is de verhouding van de vlottende activa inclusief liquide middelen ten opzichte van de kortlopende schulden. De current ratio bedraagt minimaal 1.
Hoofdstuk 3 Financiële, administratieve en aanverwante afspraken en verplichtingen
Artikel 3.1 Landelijk berichtenstelsel en uitwisseling overige berichten
1. Gemeente en Jeugdhulpaanbieder wisselen iJW-berichten uit via de landelijke infrastructuur, met gebruikmaking van de knooppunten Gemeentelijk Gegevensknooppunt en/of VECOZO Schakelpunt. Partijen gebruiken de meest actuele versies van de i-standaarden en de productcodelijst behorende bij dit contract (bijlage 8). Jeugdhulpaanbieder dient hiertoe over een geldige AGB-code te beschikken.
2. Gemeente en Jeugdhulpaanbieder wisselen overige mail-berichten en documenten elektronisch enkel uit via beveiligde e-mail.
Artikel 3.2 Declaratieproces
1. De Jeugdhulpaanbieder die een opdracht tot levering van de voorziening uit de genoemde Product Diensten Catalogus ontvangt van de Gemeente, ontvangt voor die levering het tarief zoals opgenomen in bijlage 6. Er vindt, met onmiddellijke ingang en doorlopend, evaluatie plaats van het tarief. Doorontwikkeling en bijstelling op basis van de evaluatie is tussentijds mogelijk waarbij een termijn van maximaal drie maanden wordt aangehouden tussen bekendmaking en het moment van ingang van de wijziging.
2. De Jeugdhulpaanbieder kan enkel binnen de beschikking feitelijk geleverde zorginzet declareren.
3. Het tarief omvat een vergoeding die de Gemeente hanteert voor zowel direct cliëntgebonden tijd als indirect cliëntgebonden tijd met betrekking tot ondersteuning door Jeugdhulpaanbieder van Jeugdige.
a) Onder direct cliëntgebonden tijd/inzet wordt verstaan:
i. Direct cliëntcontact. Dit kan ook ‘op afstand’ plaatsvinden (telefonisch, screen-to- screen);
ii. Overleg met Ouders of iemand anders uit het (sociaal) netwerk van de jeugdige;
b) Onder indirect cliëntgebonden tijd/inzet wordt verstaan:
i. Multi Disciplinair Overleg over de Jeugdige;
ii. Opstellen/bijhouden dossier of Ondersteuningsplan;
iii. Voorbereiding en administratie ten behoeve van de Jeugdige;
iv. Reistijd
c) Onder algemene indirecte tijd wordt in ieder geval verstaan:
i. Activiteiten van niet-uitvoerenden (leidinggevenden, staf, administratie, management);
ii. Bijscholing, coaching
iii. Intern werkoverleg, algemene administratie
4.
a) De geïndiceerde inzet binnen opdrachtverlening betreft voor outputgerichte Producten en inspanningsgerichte Producten begeleiding louter direct cliëntgebonden en dient feitelijk te worden geleverd aan de Jeugdige.
b) De geïndiceerde inzet conform opdrachtverlening betreft voor inspanningsgerichte Producten behandeling direct cliëntgebonden en indirect cliëntgebonden tijd en dient te worden geleverd aan de Jeugdige conform de normtijden in de PDC, bijlage 6.
c) Algemene indirecte tijd is verwerkt in de hoogte van het tarief en mag de Jeugdhulpaanbieder niet (separaat) declareren.
5. Jeugdhulpaanbieder mag de vergoeding van de Gemeente niet gebruiken ter compensatie van kosten die te beschouwen zijn als algemeen gebruikelijk, met uitzondering van de verblijfsproducten. Algemeen gebruikelijke kosten zijn kosten die een Jeugdige ook gemaakt zou hebben als hij geen gebruik zou maken van de Voorziening en/of van voorzieningen die door een persoon zonder beperking in de regel ook gebruikt worden. Onder gebruikelijke kosten worden in ieder geval verstaan: de kosten m.b.t. maaltijden, abonnementskosten, kosten gerelateerd aan vrije tijdsbesteding en kosten verbonden aan de uitoefening van een hobby of sport. Jeugdhulpaanbieder mag aan Jeugdige een redelijke vergoeding vragen voor door Jeugdhulpaanbieder gemaakte gebruikelijke kosten. Jeugdige moet in de gelegenheid gesteld worden om zelf te voorzien in bekostiging van algemeen gebruikelijke zaken.
6. Het is Jeugdhulpaanbieder niet toegestaan bovenop de tarieven een (vrijwillige) eigen bijdrage in rekening te brengen aan Jeugdige en/of diens ouders/verzorgers tenzij dit landelijk middels wetgeving wordt opgenomen.
7. De Gemeente kan met Jeugdhulpaanbieder aangepaste afspraken maken over bekostiging. ter vervanging van de bekostiging zoals beschreven in de PDC (bijlage 6). Als Partijen die overeenkomen voegen zij een addendum toe aan de Overeenkomst en informeren zij andere aangesloten Jeugdhulpaanbieders via de overlegtafels. Deze informatie beschrijft de systematiek van bekostiging, maar niet de onderliggende gebruikte variabelen mits deze bedrijfsgevoelige informatie bevatten.
8. Gemaakte en gederfde kosten bij de Jeugdhulpaanbieder door het niet verschijnen van een Jeugdige op de afspraak, vallen onder het bedrijfsrisico en vergoedt de Gemeente niet; alleen daadwerkelijk geleverde zorg wordt vergoed.
9. Declaratie van geleverde Producten vindt plaats door middel van het digitaal berichtenverkeer middels het bericht ‘Declaratie’ conform de i-standaarden. De Partijen komen overeen dat het bericht ‘Declaratie’ wederzijds beschouwd wordt als een factuur in de wettelijke zin van het woord. Daarbij komen Partijen overeen dat het bericht ‘Declaratie’ beschouwd wordt als de enige geldige factuurvorm binnen deze Overeenkomst. Dit betekent dat in het declaratieproces geen formele nazending van een papieren factuur aan de orde is en enkel digitaal plaats vindt. Declaratie van geleverde zorg is enkel mogelijk indien hier een beschikking aan ten grondslag ligt.
10. In het declaratieproces is de taakverdeling als volgt:
a) De Gemeente:
i. is verantwoordelijk voor de controle van het recht op zorg;
ii. is verantwoordelijk voor controle van declaraties;
iii. richt een proces in voor de controle op de levering, bijvoorbeeld via de Jeugdige of via de Verwijzer.
b) De Jeugdhulpaanbieder:
i. voert een registratie van uitgevoerde werkzaamheden en een urenregistratie die de basis vormen voor declaratie, waaruit de inzet van uren en professionals per declaratie inzichtelijk wordt;
ii. borgt in de administratieve organisatie dat declaratie plaatsvindt conform het geldende tarief en aansluit bij uitgevoerde werkzaamheden en bij de verstrekte indicatie;
iii. levert, indien gevraagd, volledige en juiste productieverantwoording en de inzet van uren en professionals per declaratie en op totaal niveau aan en geeft hierover, indien gevraagd, toelichting aan de Gemeente;
iv. verleent op verzoek van Gemeente medewerking aan bestandsvergelijking en/of materiële controle, eventueel door bevoegde (externe) professional om bovenstaande op dossierniveau te controleren;
v. is en blijft verantwoordelijk voor de rechtmatigheid van door hem gedeclareerde jeugdhulp.
11. Jeugdhulpaanbieder declareert de geleverde prestaties binnen 30 kalenderdagen na afloop van de maand waarop de prestaties betrekking hebben door middel van het bericht ‘Declaratie’. Zie hiertoe bijlage 8. Dit bericht is de enige declaratie die Jeugdhulpaanbieder aan Gemeente stuurt voor geleverde zorg. Indien de Jeugdaanbieder wegens omstandigheden niet in staat is om binnen de gestelde termijn te declareren dan neemt deze tijdig contact op met de Gemeente. De gemeente beoordeelt de omstandigheden en maakt mogelijk nadere afspraken. De Gemeente behoudt zich het recht voor om declaraties ingediend buiten de gestelde termijnen niet in behandeling te nemen.
12. Indien Gemeente een declaratieregel afkeurt, dan wordt de afgekeurde regel door Jeugd- hulpaanbieder vervolgens binnen 30 kalenderdagen gecorrigeerd opnieuw gedeclareerd.
13. Goedgekeurde declaratieregels worden binnen 30 kalenderdagen na declaratiedatum betaald.
Artikel 3.3 Verjaring
1. De Jeugdhulpaanbieder kan na 1 mei van een kalenderjaar geen declaraties meer insturen voor geleverde producten in het voorgaande kalenderjaar.
Artikel 3.4 Social return
1. Gemeente verwacht van Jeugdhulpaanbieder dat Jeugdhulpaanbieder maatschappelijk verantwoord onderneemt. Hierbij wordt in ieder geval uitgegaan van het inzetten van personen met een afstand tot de arbeidsmarkt bij nieuwe instroom van personeel en het inzetten van leer- en werkstages.
2. De voorwaarden en de eisen die verbonden zijn aan de uitvoering van de Social return verplichting zijn uitgewerkt in bijlage 3.
Artikel 3.5 Monitoring en managementinformatie
1. Indien Gemeente informatie nodig heeft ter uitvoering van haar wettelijke taken, om aan haar verplichtingen te kunnen voldoen, is Jeugdhulpaanbieder verplicht mee te werken aan het verstrekken hiervan, zo mogelijk digitaal.
2. Jeugdhulpaanbieder levert alle relevante informatie aan (onderbouwing declaratie, urenverantwoording op niveau Jeugdige, urenverantwoording op medewerkersniveau, inzage in geanonimiseerde ondersteuningsplannen) indien er een steekproef of toetsing gehouden wordt op geleverde zorg.
3. Indien Gemeente informatie nodig heeft ten aanzien van beheersmaatregelen is Jeugdhulpaanbieder verplicht mee te werken aan het verstrekken hiervan, zo mogelijk digitaal.
4. De Jeugdhulpaanbieder verstrekt op verzoek van de Gemeente gegevens die relevant zijn voor de beoordeling van de bij deze Overeenkomst behorende Kritische Prestatie Indicatoren (KPI’s). KPI’s worden vastgesteld door de Gemeente en staan benoemd in bijlage 11.
5. Op grond van de resultaten van de monitoring KPI’s kan er voor Gemeente aanleiding zijn om Jeugdhulpaanbieder op te dragen een plan van aanpak voor verbetering op te stellen. Dit plan van aanpak wordt ter goedkeuring voorgelegd aan Gemeente. De kosten voor het opstellen van het plan van aanpak en de uitvoering van de maatregelen komen voor rekening van Jeugdhulpaanbieder. Indien de uitvoering van het plan van aanpak naar het oordeel van Gemeente niet leidt tot verbetering van de situatie dan behoudt Gemeente zich het recht voor de Overeenkomst te ontbinden conform artikel 1.9.
Artikel 3.6 Cliëntervaringsonderzoek
1. De Jeugdhulpaanbieder is verplicht minimaal één keer per twee jaar een representatief en onafhankelijk cliënttevredenheidsonderzoek uit te voeren.
2. Jeugdhulpaanbieder verleent medewerking ten behoeve van de uitvoering van cliëntervaringsonderzoeken te verrichten door Gemeente.
3. Wanneer Xxxxxxxxxxxxxxxxxx een ervaringsonderzoek dan wel tevredenheidsonderzoek uit wil voeren met betrekking tot de uitvoering van de Voorziening, wordt dit met Gemeente vooraf afgestemd. Deze afstemming heeft als doel te voorkomen dat Jeugdigen onnodig belast worden.
4. Indien Jeugdhulpaanbieder een ervaringsonderzoek of tevredenheidsonderzoek uitvoert, overlegt Jeugdhulpaanbieder, op verzoek, aan de Gemeente de uitkomsten daarvan (die betrekking hebben op de dienstverlening die wordt geleverd in het kader van deze Overeenkomst).
Artikel 3.7 Financiële verantwoording
1. Jeugdhulpaanbieder legt, ten behoeve van de controle op de financiële rechtmatigheid van de bestedingen, alle door de Gemeente gevraagde documenten, informatie en/of (accountants)verklaring over conform het voor dat jaar geldende landelijke controleprotocol. De Gemeente zal tijdig de bijbehorende instructies verstrekken aan de Jeugdhulpaanbieder omtrent wat door de Jeugdhulpaanbieder dient te worden aangeleverd en binnen welk tijdspad dit aan de Gemeente moet zijn verstrekt. De genoemde informatie zoals benoemd in punt 1 kan tevens opgevraagd worden in geval van onderaanneming.
2. De Gemeente behoudt zich het recht voor om over het betreffende boekjaar aanvullende informatie op te vragen dan wel een verscherpte interne controle op de administratie respectievelijk facturen van de Jeugdhulpaanbieder uit te voeren. Aanleiding hiertoe kan zijn een niet goedkeurende (accountants)verklaring dan wel andere signalen die hiertoe aanleiding geven. Jeugdhulpaanbieder zal hier de volledige medewerking aan verlenen.
3. De Jeugdhulpaanbieder dient op aanvraag de jaarrekening aan te leveren. De Jeugdhulpaanbieder dient op aanvraag ook jaarrekeningen van gelieerde vennootschappen / ondernemingen aan te leveren. Dit geldt tevens voor jaarverslagen.
4. Indien de Jeugdhulpaanbieder de onder punt 1 en 2 genoemde afspraken niet nakomt heeft de Gemeente de mogelijkheid om maatregelen te nemen, waarbij het redelijkheid en billijkheidsprincipe wordt toegepast. Dit kan onder andere inhouden dat:
- Een korting van maximaal 5% op de afgesproken tarieven wordt opgelegd;
- Uitbetaling van openstaande facturen wordt opgeschort.
Hoofdstuk 4 Segment 1: Complexe Jeugdhulp (Weinig voorkomend)
In dit hoofdstuk worden de aanvullende voorwaarden beschreven voor Producten die vallen in segment 1.
Artikel 4.1 Doelen
1. Partijen streven de doelen na die zijn verwoord in het Hoofdlijnenakkoord (bijlage 12). De Gemeente toetst het beleid en de afspraken aan deze doelen en voeren wijzigingen door in de doelen of stellen wijzigingen voor in de afspraken met Jeugdhulpaanbieders indien zij dat nodig achten.
Artikel 4.2 Strategische partners
1. De Gemeente merkt Jeugdhulpaanbieders aan als ‘Strategische partners’ als zij voldoen aan de volgende voorwaarden:
a. De Jeugdhulpaanbieder heeft (crisis) bedden/verblijfscapaciteit beschikbaar.
b. De Jeugdhulpaanbieder heeft expertise met behandelingen waarbij mogelijk onderwijs of activiteiten ter vervanging van onderwijs en huisvesting in één zit, en/of is aantoonbaar in staat tot het leveren van intensieve ambulante producten zoals MST, MDFT, RGT, jeugdFACT.
c. De Jeugdhulpaanbieder heeft inhoudelijke kennis en expertise om zelf Jeugdhulp in segment 1 te leveren en levert het grootste gedeelte van deze zorg ook zelf.
d. De Jeugdhulpaanbieder had in 2020 een omzet van meer dan 500.000 euro in segment 1 in de regio Een 10 voor de Jeugd.
e. De Jeugdhulpaanbieder had in 2020 minimaal 40 cliënten in behandeling passend bij segment 1 in de regio Een 10 voor de Jeugd.
f. De Jeugdhulpaanbieder verklaart zich schriftelijk bereid om personeel met de juiste expertise af te vaardigen voor periodieke overlegtafels en toeleiding naar segment 1 via het Regionaal matching team.
2. De Jeugdhulpaanbieder heeft een inspanningsverplichting, in samenwerking met de andere gecontracteerde Jeugdhulpaanbieders in segment 1 en met de Gemeente, om te zorgen voor een sluitend zorgaanbod voor de Jeugdige. Een ondersteuningsvraag van een Jeugdige binnen segment 1 waar partijen in vastlopen wordt besproken in het Regionaal Matchingsteam (Jeugdhulpaanbieders, gemeenten, Jeugdige en/of ouders / verzorgers).
Op deze ondersteuningsvraag wordt een passend, integraal, intersectoraal en domein overstijgend aanbod gezocht.
3. De Jeugdhulpaanbieder committeert zich aan het Hoofdlijnenakkoord (bijlage 12). Het Hoofdlijnenakkoord maakt integraal deel uit van deze Overeenkomst.
4. De Jeugdhulpaanbieder erkent en pakt zijn rol in de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de transformatie zoals geduid in het Hoofdlijnenakkoord (bijlage 12). Het algemeen belang van de transformatie prevaleert daarbij boven belangen van individuele gemeenten of de Jeugdhulpaanbieder.
5. De Jeugdhulpaanbieder committeert zich tot het mee ontwikkelen en vervolgens deelnemen aan het Regionaal matchingteam zoals verwoord in het Hoofdlijnenakkoord.
6. De Jeugdhulpaanbieder committeert zich deel te nemen aan een bestuurlijke overlegtafel en vaardigt hiervoor hun bestuurder/directeur af.
7. Als een voorstel bestaat uit het uitvoeren van Jeugdhulp in de vorm van een pilot, dan kan de Gemeente de Jeugdhulpaanbieder(s) aanvullend financieren voor het uitvoeren van deze pilot.
Artikel 4.3 Financieel Transformatieplan
1. De Gemeente en de Jeugdhulpaanbieder streven ernaar om de totale kosten voor de Jeugdhulp en de gemiddelde kosten per Jeugdige te doen afnemen. Dit geldt voor 2022 en de jaren die daarop volgen. Daarbij gaat het zowel om de gemiddelde kosten per Jeugdige binnen segment 1 als op het totaal van alle Jeugdhulp waar gemeenten verantwoordelijk zijn en weegt het laatste zwaarder dan het eerste.
2. Als onderdeel van het Hoofdlijnenakkoord (bijlage 12) is gedurende 2021 een financieel transformatieplan uitgewerkt door de Strategische partners en de Gemeente, met een inspanningsverplichting, welke een integraal onderdeel vormt van deze overeenkomst.
3. Partijen hebben zorg gedragen voor een duurzaam bekostigingsmodel vanaf 1 januari 2023, de afspraken die zijn overeengekomen zijn vastgelegd in de notitie “bekostiging verblijf en behandeling Segment 1 per 2023”. Verwijzend naar artikel 3.2 lid 7 zijn voor het jaar 2022 Jeugdhulpaanbieder specifieke financieringsafspraken gemaakt.
Artikel 4.4 Begeleiding biologische ouders
1. Voor het slagen van een plaatsing en het bieden van perspectief voor de Jeugdige, heeft de Jeugdhulpaanbieder een verplichting om tijdens het verblijf te werken aan de relatie tussen Xxxxxxxx en zijn biologische en/of gezaghebbende Ouder, tenzij dit niet in het belang van de Jeugdige is.
Artikel 4.5 Flexibele inzet van zorg
1. Als zich volgens de Jeugdhulpaanbieder een verandering in de situatie en/of hulp- of zorgvraag van de Jeugdige voordoet die leidt tot een benodigde wijziging van de in te zetten Producten, dan is het mogelijk om afstemming te zoeken met de in het Regionaal matching team betrokken vertegenwoordiger van de gemeentelijke toegang van de gemeente die volgens het woonplaatsbeginsel verantwoordelijk is voor de Jeugdige (in de rol van procesregie).
2. Ten behoeve van de flexibele inzet van zorg zoals benoemd in artikel 4.5 lid 1 zal de Jeugdhulpaanbieder welke zich contracteert voor segment 1, zich tevens contracteren binnen de andere segmenten. Dit geldt voor het zorgaanbod dat de Jeugdhulpaanbieder in huis heeft en waarbij dit zorgaanbod is opgenomen binnen een andere segment.
Artikel 4.6 Open boek
1. In de context van deze overeenkomst bedoelt de Gemeente met open boek het vanuit opdrachtgever en opdrachtnemer inzichtelijk maken van gegevens die betrekking hebben op de zorginzet en zorgkosten.
2. Open boek systematiek betekent niet alleen inzicht in gegevens die betrekking heeft op de zorginzet en zorgkosten vanuit de Jeugdhulpaanbieder, maar ook vanuit de Gemeente. De Gemeente spant zich in om inzicht te verschaffen op de totale zorginzet en zorgkosten voor gespecialiseerde jeugdhulp voor alle jeugdigen waarvoor opdrachtgever verantwoordelijk is, waar mogelijk gespecificeerd naar soort hulp. Omgekeerd geldt dat ook voor de Jeugdhulpaanbieder en committeert zich aan de open boek systematiek.
3. De Jeugdhulpaanbieder committeert zich aan de open boek systematiek van de Gemeente. Het open boek is een combinatie van informatie van inhoudelijke en financiële aard en bevat de volgende informatie:
- Het aantal Jeugdigen per Product per Jeugdhulpaanbieder voor alle segmenten;
- De behandelduur per Product per Jeugdhulpaanbieder voor alle segmenten;
- De productmix per Jeugdhulpaanbieder voor alle segmenten;
- De wachttijd per Product per Jeugdhulpaanbieder voor alle segmenten. Hier wordt toegewerkt naar inzicht in de wachttijd per Jeugdige in segment 1;
- Het aantal intramurale overplaatsingen op niveau Jeugdige voor segment 1 en 2;
- De tijdsinvestering per functieniveau (functiemix) per Product voor segment 1 (waar mogelijk per Jeugdige);
- De gemiddelde kosten per Jeugdige in segment 1;
- Het aantal trajecten/Producten dat tegelijk wordt ingezet per Jeugdige in segment 1;
- Informatie over afwezigheidsdagen.
4. In het uitwerken, vullen en bespreken van het open boek wordt gewerkt binnen de wettelijke kaders (AVG en Mededingingsrecht).
5. De open boek systematiek kent zo min mogelijk aanvullende administratieve lasten.
6. Medewerkers van Jeugdhulpaanbieders die op dit moment geen uren schrijven hoeven niet alsnog uren te gaan schrijven in het kader van het open boek.
Artikel 4.7 Ontwikkelagenda
1. De volgende onderwerpen maken deel uit van de ontwikkelagenda (bijlage 10) voor segment 1:
- Uitvoering geven aan het Hoofdlijnenakkoord (bijlage 12);
- Ontwikkelen en uitvoering geven aan het financieel transformatieplan;
- Ontwikkelen en implementeren van een Regionaal matchingsteam ten behoeve van een geüniformeerde, integrale toeleiding naar segment 1.
- Ontwikkeling van KPI’s passend bij de doelstellingen van segment 1.
Artikel 4.8 Toetreding
1. Tussentijdse toetreding binnen segment 1 is niet mogelijk.
Hoofdstuk 4 Segment 2: Wonen
In dit hoofdstuk worden de aanvullende voorwaarden beschreven voor Producten die vallen in segment 2.
Artikel 4.1 Doelen
1. Partijen streven de volgende doelen na:
- Alle jeugdigen krijgen een passende woonvoorziening zo dicht mogelijk bij de leefomgeving van de jeugdige, indien de omgeving dit toelaat.
- Alle jeugdigen binnen dit segment krijgen zo snel mogelijk de passende hulp aangeboden.
- Voor alle jeugdigen binnen dit segment is de aansluiting en doorstroom naar onderwijs georganiseerd.
- Alle jeugdigen binnen dit segment hebben geen last meer van schadelijke wachttijden.
Artikel 4.2 Ontwikkelpartners
1. De Gemeente maakt een onderscheid in ‘Ontwikkelpartners’ en ‘reguliere partners’. De Gemeente merkt Jeugdhulpaanbieders aan als ‘Ontwikkelpartners’ als zij tenminste voldoen aan voorwaarde a, aangevuld met tenminste twee van de voorwaarden b tot en met e.
a. De Jeugdhulpaanbieder committeert zich aan de inhoud en de bedoeling van het ambitieakkoord (bijlage 12).
b. De Jeugdhulpaanbieder biedt meer dan één van de woonvormen (pleegzorg; gezinshuizen; kleinschalige woongroepen; begeleiding naar zelfstandig wonen) uit dit segment in de jeugdhulpregio en/of;
c. De Jeugdhulpaanbieder valt onder een koepelorganisatie die meer dan één van de bovengenoemde woonvormen uit dit segment te leveren, en/of;
d. De Jeugdhulpaanbieder heeft aantoonbare kennis en expertise op zowel woonvormen als het voorkomen van uithuisplaatsingen, en/of;
e. De Jeugdhulpaanbieder heeft aantoonbare landelijke kennis.
2. De Jeugdhulpaanbieder kan, voor zover de Gemeente hem niet aanwijst als ontwikkelpartner, een verzoek indienen om ontwikkelpartner te zijn. De Gemeente besluit gemotiveerd op dit verzoek. Tegen het besluit staan geen rechtsmiddelen open.
3. De ontwikkelpartner committeert zich deel te nemen aan een bestuurlijke overlegtafel en vaardigt hiervoor hun bestuurder/directeur af.
4. De ontwikkelpartner levert tevens, indien van toepassing, capaciteit ter voorbereiding en uitwerking van voorstellen welke op de agenda van de bestuurlijke overleg tafel komen.
5. De ontwikkelpartner verklaart zich schriftelijk bereid om personeel met de juiste expertise af te vaardigen voor een deelname aan de pilot ‘in één keer goed’.
6. Reguliere partners zijn niet verplicht om op uitnodiging van de Gemeente deel te nemen aan de segment-specifieke bestuurlijke overlegtafel. Als zij er niettemin na daartoe uitgenodigd te zijn ervoor kiezen een voorstel mee uit te werken, dan gelden voor hen dezelfde voorwaarden als voor ontwikkelpartners
7. Als een voorstel voor de segment-specifieke overlegtafel bestaat uit het uitvoeren van jeugdhulp in de vorm van een pilot, dan kan de Gemeente de ontwikkelpartners aanvullend financieren voor het uitvoeren van deze pilot.
Artikel 4.3 Verwijzing naar segment 1
1. De Jeugdhulpaanbieder kan geen Jeugdigen verwijzen naar een Jeugdhulpaanbieder in segment 1 (ook niet als deze zelf een overeenkomst heeft met de Gemeente voor segment 1) zonder tussenkomst van het Regionaal matchingsteam of de gemeentelijke Toegang (artikel 2.2 lid 3
toepassen, ook als het geen verwijzing van de huisarts, jeugdarts of medisch specialist betreft). Bij inzet van verblijf dient er afstemming plaats te vinden met de gemeentelijke toegang.
Artikel 4.4 Werving
1. De Jeugdhulpaanbieders van het Product gezinshuizen en pleegzorg hebben een inspanningsverplichting voor de werving, van nieuwe gezinshuisouders en pleegzorgouders. De Gemeente faciliteert waar mogelijk.
Artikel 4.5 Passende hulp
1. De Jeugdhulpaanbieder biedt passende hulp. Onder de passende hulp valt onder andere, maar niet uitsluitend, zorgbemiddeling, overbruggingshulp, hulp in spoedsituaties en bieden van woonvoorzieningen. De gemeentelijke toegang stemt voor een aanmelding van een Jeugdige af met de Jeugdhulpaanbieder over de passendheid van aanbod. Verwijzer en Jeugdhulpaanbieder zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de matching van een passende woonplek.
2. Vrijgevestigde Jeugdhulpaanbieders hebben de verplichting van overbruggingszorg niet.
3. De Jeugdhulpaanbieder heeft een inspanningsverplichting om binnen zes maanden na plaatsing zicht te hebben op het verblijfsperspectief van de Jeugdige.
Artikel 4.6 Actuele richtlijnen
1. De Jeugdhulpaanbieder werkt volgens de meest actuele richtlijnen van toepassing op de te leveren dienst, waaronder, maar niet gelimiteerd tot:
a) ‘Samen met ouders en jeugdige beslissen over passende hulp’
b) ‘Richtlijn Uithuisplaatsing voor jeugdhulp en jeugdbescherming’
c) ‘Richtlijn pleegzorg’
d) ‘Kwaliteitskader voorbereiding en screening aspirant pleegouders
e) ‘VNG handreiking pleegvergoeding’
Artikel 4.7 Afspraken met Verwijzers
1. De Jeugdhulpaanbieder signaleert en neemt contact op met de gemeentelijke toegang en/of de Gemeente wanneer duidelijke afspraken tussen de Jeugdhulpaanbieder en de gemeentelijke toegang niet zijn te maken of onvoldoende uitvoering krijgen (taak en verantwoordelijkheid die valt onder proces- en casusregie). De Gemeente stelt vast wat duidelijke afspraken zijn en wanneer hiervan sprake is.
Artikel 4.8 Gezinshuizen
1. De Jeugdhulpaanbieders screenen nieuwe gezinshuizen die binnen hun organisatie werkzaam zijn. Zij beoordelen of de gezinshuizen aan alle wettelijke eisen voldoen en of zij de overeenkomst kunnen uitvoeren. Een 10 voor de Jeugd beoordeelt vrijgevestigde gezinshuizen.
2. Een vrijgevestigd gezinshuis kan enkel in aanmerking komen voor een overeenkomst als deze 3 jaar aantoonbaar ervaring heeft opgebouwd als gezinshuis als onderdeel van een koepelorganisatie of 5 jaar aantoonbare ervaring als pleegouder.
3. Op het moment dat een gezinshuis als onderdeel van een koepelorganisatie de overstap naar vrijgevestigd gezinshuis wil maken, dient deze een eindtoets te doen, welke onderdeel uitmaakt van de beoordeling. De uitwerking van dit proces maakt onderdeel uit van de segment-specifieke overlegtafel.
Artikel 4.9 Begeleiding biologische ouders
1. Voor het slagen van een plaatsing en het bieden van perspectief voor de Jeugdige, heeft de Jeugdhulpaanbieder een verplichting om tijdens het verblijf te werken aan de relatie tussen Xxxxxxxx en zijn biologische en/of gezaghebbende ouder, tenzij dit niet in het belang van de Jeugdige is.
Artikel 4.10 In één keer goed
1. De Jeugdhulpaanbieder plaatst de Jeugdige direct in een passende woonvoorziening (in één keer goed) mits hiertoe een passende vraag en verwijzing van een verwijzer aanwezig is.
2. Jeugdhulpaanbieders dragen gezamenlijk zorg voor de toeleiding naar de meest passende hulp op maat (‘in één keer goed’) voor de Jeugdige (en diens gezin) met inachtneming van de doelen genoemd in artikel 4.1. Het Regionaal Matchingsteam kan hierbij benut worden, waarbij de hulpvraag van de jeugdige als uitgangspunt genomen wordt zodat maatwerkaanbod gerealiseerd kan worden waarbij samenwerking van verschillende Jeugdhulpaanbieders nodig is.
3. De medewerkers die vanuit Jeugdhulpaanbieder deelnemen aan het Regionaal Matchingsteam, hebben een volmacht om vanuit de eigen Jeugdhulpaanbieder een aanbod te doen dat past bij de vraag van het kind, de Jeugdige of het gezin. De volmacht ziet enkel toe op de eigen organisatie.
Artikel 4.11 Beschikbaarheidswijzer
1. De Jeugdhulpaanbieder heeft de verplichting om de beschikbaarheidswijzer van Een 10 voor de jeugd (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx) actief te vullen.
Artikel 4.12 Aanvullende monitoringseisen
1. Als de Gemeente hierom verzoekt, levert de Jeugdhulpaanbieder per kwartaal de volgende informatie aan, tenzij deze informatie al blijkt uit de declaratieberichten of uit informatiebronnen waar de Gemeente toegang toe heeft:
a. Tijd (in aantal dagen) tussen aanmelddatum en datum start dienstverlening;
b. Aantal wachtenden en duur van de wachttijd voor een gezinsvorm (pleegzorg of gezinshuis, of woongroep);
c. Capaciteit (= aantal plekken) in gezinsvormen (gezinshuizen en pleegzorg). Het gaat hier om totale aanbod, al dan niet bezet.
d. De uitstroom waarnaartoe, om zicht te krijgen op het aantal Jeugdigen dat gaat:
terug naar Ouders;
naar andere woonvorm (gezinshuis, pleegzorg, woongroep) binnen de jeugdhulp;
breakdown / overplaatsing / ander namelijk …;
naar intramuraal;
breakdown / overplaatsing / anders namelijk …;
naar een zelfstandige woonvorm;
naar Wmo/Beschermd Wonen;
naar de Wlz.
2. Waar (juridisch) mogelijk deelt de Gemeente met Jeugdhulpaanbieders informatie uit hun data-analyse gerelateerd aan de transformatiedoelen op regioniveau.
Artikel 4.13 Ontwikkelagenda
1. De volgende onderwerpen maken deel uit van de ontwikkelagenda (bijlage 10) voor segment:
1 Uitvoering geven aan het ambitie akkoord;
2 Uitbreiding wooncapaciteit;
3 Creëren van flexibele overcapaciteit/beschikbaarheid;
4 Ontwikkelen en uitvoering geven aan de pilot ‘in één keer goed’.
5 Ontwikkeling van een product m.b.t. LVB++ woongroepen;
6 Aansluiting maken met de transformatieplannen pleegzorg van het transformatiefonds.
7 Ontwikkeling van KPI’s passend bij de doelstellingen van segment 2.
Artikel 4.14 Toetreding
1. Gezien het huidige tekort aan wooncapaciteit kiest de regio ervoor om nieuwe instroom van jeugdhulpaanbieders tijdens het contract mogelijk te maken. Toetreding als reguliere partner kan totdat vraag en aanbod op elkaar zijn afgestemd. Het aantal Ontwikkelpartners wordt gedurende de contractperiode niet uitgebreid.
Hoofdstuk 4 Segment 3: Dagbesteding en Dagbehandeling
In dit hoofdstuk worden de aanvullende voorwaarden beschreven voor Producten die vallen in segment 3.
Artikel 4.1 Doelen
1. Partijen streven de volgende doelen na:
- Alle jeugdigen krijgen een vorm van dagbehandeling of dagbesteding, passend bij hun doelstelling(en).
- Voor alle jeugdigen binnen dit segment is de aansluiting en doorstroom naar een vorm van (speciaal) onderwijs georganiseerd.
- Alle jeugdigen binnen dit segment hebben geen last meer van ‘schadelijke’ wachttijden.
- Binnen dit segment wordt de administratieve last bij ouders, gemeenten en zorgaanbieders tot een minimum beperkt.
- Binnen dit segment zetten we in op een verdere grip op en beheersing van de kosten voor jeugdhulp.
De regio ‘Een 10 voor de Jeugd’ en deelnemende gemeenten toetsen het beleid en de afspraken aan deze doelen en voeren wijzigingen door in de doelen of stellen wijzigingen voor in de afspraken met Jeugdhulpaanbieders indien zij dat nodig achten.
Artikel 4.2 Onderwijs
1. De Jeugdhulpaanbieder heeft een inspanningsverplichting om de samenwerking met onderwijsinstellingen te optimaliseren. De jeugdhulpaanbieder voldoet aan zijn verplichting als deze tijdig contact opneemt met onderwijsinstellingen en de behandeling afstemt op het Onderwijs Perspectief Plan (OPP) dat is opgesteld voor de Jeugdige.
Artikel 4.3 Ontwikkelagenda
1. De volgende onderwerpen maken deel uit van de ontwikkelagenda (bijlage 10) voor segment 3:
- Aansluiting van segment 3 op het onderwijs.
- De gespecialiseerde (buitenschoolse) opvang als product ontwikkelen. Het gaat hier om de gespecialiseerde buitenschoolse opvang voor jeugdigen die (tijdelijk) niet in de reguliere buitenschoolse opvang terecht kunnen gezien hun problematiek;
- De aansluiting tussen dagbehandeling / dagbesteding en het onderwijs;
- Ontwikkeling van KPI’s passend bij de doelstellingen van segment 3.
Artikel 4.4 Toetreding
1. Tussentijdse toetreding is mogelijk, tenzij de gemeente anders besluit. Zie ook Artikel 1.6 lid 7.
Hoofdstuk 4 Segment 4: Specialistische zorg (veel voorkomend)
In dit hoofdstuk worden de aanvullende voorwaarden beschreven voor Producten die vallen in segment 4.
Artikel 4.1 Doelen
1. Partijen streven de volgende doelen na:
- Alle jeugdigen binnen dit segment krijgen tijdig passende hulp, het gecontracteerde zorgaanbod dient aan te sluiten bij de zorgvraag.
- Alle jeugdigen binnen dit segment hebben geen last meer van ‘schadelijke’ wachttijden1.
- Partijen communiceren transparant over zorgwinsten, organisatie/bedrijfsvoering en kwaliteit.
De regio ‘Een 10 voor de Jeugd’ en deelnemende gemeenten toetsen het beleid en de afspraken aan deze doelen en voeren wijzigingen door in de doelen of stellen wijzigingen voor in de afspraken met Jeugdhulpaanbieders indien zij dat nodig achten.
Artikel 4.2 Verwijzing naar segment 1
1. De Jeugdhulpaanbieder kan geen Jeugdigen verwijzen naar een Jeugdhulpaanbieder in segment 1 (ook niet als deze zelf een overeenkomst heeft met de Gemeente voor segment 1) zonder tussenkomst van het Regionaal matchingsteam of de gemeentelijke Toegang (artikel 2.2 lid 3 toepassen, ook als het geen verwijzing van de huisarts, jeugdarts of medisch specialist betreft). Bij inzet van verblijf dient er afstemming plaats te vinden met de gemeentelijke toegang.
Artikel 4.3 Ontwikkelagenda
1. De volgende onderwerpen maken deel uit van de ontwikkelagenda (bijlage 10) voor segment 4:
- Onderzoeken of wijzigen van de bekostigingssystematiek voor behandeling en begeleiding van inspanningsgericht naar outputgericht mogelijk is.
- Ontwikkeling van KPI’s passend bij de doelstellingen van segment 4.
Artikel 4.4 Toetreding
Tussentijdse toetreding is 4x per jaar (1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober) mogelijk, tenzij de gemeente anders besluit. Zie ook Artikel 1.6, lid 7. Op het moment dat er vanuit ‘Een 10 voor de Jeugd’ geconstateerd wordt dat er een bepaald zorgaanbod gemist wordt, kan de markt voor toetreding voor deze vorm van zorg voor een langere periode open gelaten worden.
1 Niet alle wachttijden zijn schadelijk. Wanneer bepaalde kenmerken aanwezig zijn, kan een wachttijd schadelijk zijn.
Hoofdstuk 5 Bijlagen en rangorde
Artikel 5.1 Bijlagen en rangorde
1 De navolgende documenten maken integraal onderdeel uit van deze Overeenkomst en zijn als bijlage bij deze Overeenkomst gevoegd:
Bijlage 1: Eigen Verklaring; Bijlage 2: Inkoopvoorwaarden; Bijlage 3: Social return;
Bijlage 4: Calamiteitenprotocol;
Bijlage 5: Protocol jeugdhulp na verwijzing; Bijlage 6: Productdienstencatalogus;
Bijlage 7: Stapelmatrix;
Bijlage 8: Overzicht i-standaarden en productcodelijst (verwijsindex 2022); Bijlage 9: Indicatie- en administratie afspraken;
Bijlage 10: Ontwikkelagenda;
Bijlage 11: Kritische Prestatie Indicatoren; Bijlage 12: Hoofdlijnenakkoord.
Bijlage 12: Ambitieakkoord.
2 In geval van tegenstrijdigheden tussen de documenten die integraal onderdeel uitmaken van deze Overeenkomst, wordt de navolgende rangorde gehanteerd:
1. Overeenkomst;
2. Eigen Verklaring;
3. Inkoopvoorwaarden;
4. Social return;
5. Calamiteitenprotocol;
6. Protocol jeugdhulp na verwijzing;
7. Productdienstencatalogus;
8. Stapelmatrix;
9. Overzicht i-standaarden en productcodelijst (verwijsindex 2022);
10. Indicatie- en administratie protocol Jeugd;
11. Ontwikkelagenda;
12. Kritische Prestatie Indicatoren;
13. Hoofdlijnenakkoord.
13. Ambitieakkoord.
Artikel 5.2 Tekenblad
De ondergetekenden:
“Een 10 voor de Jeugd”, en
Jeugdhulpaanbieder ……………………………………………………………, gevestigd te ,
kantoorhoudende aan ……………………………………………………………. te ,
ten dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door ……………………………………………..
- hebben kennisgenomen van deze Overeenkomst inclusief haar bijlagen;
- hebben deze gelezen en zijn akkoord met de inhoud;
- stemmen er mee in dat de eerdere overeenkomst komt te vervallen, te weten de:
afhankelijk van inkooporganisatie
Partijen verklaren te zijn overeengekomen deze Overeenkomst met kenmerk “20220101 Overeenkomst inzake Individuele Voorziening Jeugd - Segment 1/2/3/4 - Gemeente “Een 10 voor de Jeugd” met bijlagen:
Bijlage 1: Eigen Verklaring; Bijlage 2: Inkoopvoorwaarden; Bijlage 3: Social return;
Bijlage 4: Calamiteitenprotocol;
Bijlage 5: Protocol jeugdhulp na verwijzing; Bijlage 6: Productdienstencatalogus;
Bijlage 7: Stapelmatrix;
Bijlage 8: Overzicht i-standaarden en productcodelijst (verwijsindex 2022); Bijlage 9: Indicatie- en administratie afspraken;
Bijlage 10: Ontwikkelagenda;
Bijlage 11: Kritische Prestatie Indicatoren; Bijlage 12: Hoofdlijnenakkoord.
Bijlage 12: Ambitieakkoord.
Aldus overeengekomen en in tweevoud opgemaakt
Datum ………………………………………..
Naam organisatie Aanbieder ……..
Naam tekenbevoegde ………………..
Handtekening …………………………….
Datum ………………………………………..
“Een 10 voor de Jeugd”
Naam ondergetekende: ……………..
Handtekening ……………………………..
Bijlage 1 Eigen Verklaring
De jeugdhulpaanbieder verklaart door ondertekening van deze overeenkomst:
1. Dat de jeugdhulpaanbieder geen onherroepelijk veroordeling heeft voor:
a. Deelneming aan een criminele organisatie;
b. Corruptie;
c. Fraude;
d. Witwassen;
e. Terroristische misdrijven;
f. Kinderarbeid en andere vormen van mensenhandel.
2. Dat de jeugdhulpaanbieder voldaan heeft aan al zijn verplichtingen met betrekking tot betaling van belastingen en sociale premies.
3. Dat de jeugdhulpaanbieder geen verplichtingen geschonden heeft op het gebeid van milieu-, sociaal of arbeidsrecht.
4. Dat op de jeugdhulpaanbieder onderstaande situaties niet van toepassing zijn
a. Hij is failliet;
b. Hij verkeert in staat van insolventie of liquidatie;
c. Hij heeft een regeling met schuldeisers getroffen;
d. Hij heeft surseance van betaling aangevraagd of verkeert in staat van surseance van betaling;
e. Hij verkeert in een andere vergelijkbare toestand ingevolge een soortgelijke procedure uit hoofde van nationale wet- en regelgeving;
f. Zijn activa worden beheerd door een curator of door de rechtbank;
g. Zijn bedrijfsactiviteiten zijn gestaakt.
5. Dat de jeugdhulpaanbieder zich niet schuldig gemaakt heeft aan een ernstige beroepsfout.
6. Dat de jeugdhulpaanbieder geen overeenkomst gesloten heeft die gericht is op de vervalsing van de mededinging.
7. Dat de jeugdhulpaanbieder geen belangenconflict heeft door deel te nemen aan deze procedure.
8. Dat geen eerdere overheidsopdracht, eerdere opdracht van een aanbestedende entiteit of een eerdere concessieovereenkomst van de jeugdhulpaanbieder heeft geleid tot vroegtijdige beëindiging van die eerdere opdracht, tot schadevergoeding of tot andere vergelijkbare sancties
9. Dat de jeugdhulpaanbieder zich niet schuldig gemaakt heeft aan het afgeven van valse verklaringen bij het verstrekken van informatie die nodig is om te controleren of er geen gronden zijn voor uitsluiting. Hij houdt dergelijke informatie ook niet achter en overlegt de door de gemeente gevraagd stukken onverwijld.
10. Dat de jeugdhulpaanbieder niet heeft getracht het besluitvormingsproces van de gemeente onrechtmatig te beïnvloeden om vertrouwelijke informatie te verkrijgen die hem onrechtmatige
voordelen in de procedure kan bezorgen of om verwijtbaar misleidende informatie te verstrekken die belangrijke invloed kan hebben op besluiten inzake uitsluiting.
Bijlage 2 Inkoopvoorwaarden
Algemene inkoopvoorwaarden 2013 voor leveringen en diensten
Voorwoord
In 2012 heeft de VNG een Model Algemene Inkoopvoorwaarden voor leveringen en diensten opgesteld. Dit model moet bijdragen aan de professionalisering en uniformering van de gemeentelijke inkoop- en aanbestedingspraktijk. VNG beveelt het gebruik van dit Model dan ook aan.
Deze inkoopvoorwaarden zijn om die reden gebaseerd op dit VNG Model. Op een aantal onderdelen zijn knelpunten met de Aanbestedingswet 2012 ontstaan. Deze knelpunten en overige specifieke aanvullingen zijn verwerkt in het VNG Model. De aanvullingen op het VNG Model zijn eenduidig inzichtelijk gemaakt in het (standaard) addendum zoals toegevoegd aan deze inkoopvoorwaarden. De bepalingen in dit addendum prevaleren boven de bepalingen in het VNG Model.
Inhoudsopgave
I Algemeen
Artikel 1 Definities
Artikel 2 Toepasselijkheid
Artikel 3 Offerte, opdracht en totstandkoming Overeenkomst
II Uitvoering overeenkomst
Artikel 4 Algemene verplichtingen Contractant Artikel 5 Algemene verplichtingen Gemeente Artikel 6 Kwaliteit, keuring en garantie
Artikel 7 Geheimhouding
Artikel 8 Intellectueel eigendom Artikel 9 Wijziging Overeenkomst Artikel 10 Uitrusting en materialen Artikel 11 Tijdstip van nakoming Artikel 12 Toerekenbare tekortkoming
Artikel 13 Niet toerekenbare tekortkoming Artikel 14 Aansprakelijkheid en verzekering Artikel 15 Boete
Artikel 16 Toepasselijk recht en geschillen
III Financiële bepalingen
Artikel 17 Prijzen, meerwerk en minder werk Artikel 18 Facturering en betaling
IV Bepalingen betreffende de leveringen van goederen Artikel 19 Leveringen
Artikel 20 Verpakking en transport
Artikel 21 Overdracht van eigendom en risico
V Bepalingen betreffende het verrichten van diensten Artikel 22 Diensten
Artikel 23 Personeel van Contractant
VI Einde overeenkomst Artikel 24 Opzegging
Artikel 25 Ontbinding
Artikel 26 Vernietiging Bijlage: Addendum
I Algemeen
Artikel 1 Definities
Aflevering: Het verschaffen van het bezit van de Goederen aan de Gemeente. Contractant: De in de Overeenkomst genoemde wederpartij van de Gemeente.
Diensten: De door de Contractant te verrichten werkzaamheden ten behoeve van een specifieke behoefte van de Gemeente, niet zijnde werken of leveringen.
Gemeente: De Gemeente als bedoeld in de overeenkomst.
Goederen: Alle zaken en alle vermogensrechten in de zin van artikel 3:1 Burgerlijk Wetboek.
Leveringen: De door de Contractant op basis van de Overeenkomst ten behoeve van de Gemeente te leveren Goederen.
Offerte: Een aanbod in de zin van het Burgerlijk Wetboek.
Offerteaanvraag: Een enkelvoudige of meervoudige aanvraag van de Gemeente voor te verrichten Prestaties of een (Europese) aanbesteding conform de Aanbestedingswet en de Europese aanbestedingsrichtlijn 2014/24/EU.
Overeenkomst: Al hetgeen tussen de Gemeente en de Contractant is overeengekomen, inclusief daarbij behorende bijlagen.
Partijen: De Gemeente en/of de Contractant.
Personeel van De door de Contractant voor de uitvoering van de Overeenkomst in
Contractant te schakelen personeelsleden of andere hulppersonen die onder zijn verantwoordelijkheid werkzaam zullen zijn.
Prestatie: De te verrichten Leveringen en/of Diensten.
Werkdag: Kalenderdagen behoudens weekenden, algemeen erkende feestdagen in de zin artikel 3 lid 1 Algemene termijnenwet, plaatselijke feestdagen en door de Gemeente aangewezen brugdagen.
Artikel 2 Toepasselijkheid
2.1. Deze algemene inkoopvoorwaarden zijn van toepassing op de Offerteaanvraag en Overeenkomsten met betrekking tot Leveringen en Diensten.
2.2. Van deze algemene inkoopvoorwaarden kan slechts worden afgeweken, indien Partijen dit uitdrukkelijk schriftelijk met elkaar zijn overeengekomen.
2.3. Indien een bepaling van deze algemene inkoopvoorwaarden nietig is of vernietigd wordt, zullen de overige bepalingen van kracht blijven en treden Partijen in overleg teneinde een nieuwe bepaling (of bepalingen) ter vervanging van de nietige of vernietigde bepaling(en) overeen te komen, waarbij zoveel mogelijk het doel en de strekking van de nietige of vernietigde bepaling(en) in acht worden genomen.
2.4. Door het indienen van de Offerte wijst de Contractant uitdrukkelijk de toepasselijkheid van zijn algemene voorwaarden af.
Artikel 3 Offerte, opdracht en totstandkoming Overeenkomst
3.1. De Gemeente kan een Offerteaanvraag intrekken of wijzigen voor zover dit mogelijk is binnen de geldende Nederlandse en Europese jurisprudentie en wet- en regelgeving. De Gemeente zal geen kosten of schade vergoeden die hiermee samenhangen, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
3.2. De Offerte van de Contractant heeft een gestanddoeningstermijn van negentig dagen of zoveel langer of korter als in de Offerteaanvraag is vermeld. De gestanddoeningstermijn vangt aan op de dag waarop de inschrijvingstermijn sluit of op de dag die wordt vermeld in de Offerteaanvraag.
3.3. Een Overeenkomst komt tot stand nadat de Gemeente een expliciete schriftelijke aanvaarding van de Offerte van de Contractant per e-mail, fax of brief heeft verzonden aan de Contractant. De schriftelijke aanvaarding geldt enkel als aanvaarding, indien daaraan een besluit ten grondslag ligt als bedoeld in artikel 160, eerste lid aanhef en onder e van de Gemeentewet dat is genomen door of namens het college van burgemeester en wethouders en de aanvaarding ondertekend is door de burgemeester of een ander waaraan op grond van het bepaalde in artikel 171, tweede lid van de Gemeentewet de vertegenwoordiging van de Gemeente is opgedragen. Op eerste verzoek van de Contractant legt de Gemeente een kopie van dit besluit over.
3.4. Een voornemen tot gunning houdt geen aanvaarding in zoals bedoeld in het voorgaande lid of in de zin van artikel 6:217 lid 1 Burgerlijk Wetboek.
3.5. Alle handelingen die de Contractant verricht voorafgaand aan de totstandkoming van de Overeenkomst zijn voor rekening en risico van de Contractant.
II Uitvoering overeenkomst
Artikel 4 Algemene verplichtingen Contractant
4.1. De Contractant zal zijn verplichtingen voortvloeiend uit de Overeenkomst in nauwe samenwerking met de Gemeente nakomen, onverminderd de eigen verantwoordelijkheid van de Contractant.
4.2. De Contractant zal de Gemeente op de hoogte houden van de uitvoering van de Overeenkomst en desgevraagd inlichtingen geven. De Contractant is onder meer, doch niet uitsluitend, verplicht om de Gemeente direct schriftelijk in te lichten over feiten en omstandigheden die kunnen leiden tot vertraging in de nakoming of waarmee in de Overeenkomst geen rekening is gehouden.
4.3. Slechts met voorafgaande schriftelijke goedkeuring van de Gemeente, kan de Contractant de uitvoering van de Overeenkomst geheel of gedeeltelijk laten uitvoeren door derden of uit de Overeenkomst voortvloeiende rechten en/of plichten overdragen aan derden.
4.4. De Contractant garandeert ter zake van de Overeenkomst dat de Contractant of Personeel van Contractant of een met de Contractant verbonden rechtspersoon en de onder hen werkzame personen niet betrokken zijn of zijn geweest bij overleg of afspraken met andere ondernemingen op een wijze die strijdig zou kunnen zijn met bepalingen van de Mededingingswet of artikelen 101 en 102 Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, waaronder: (1) prijsvorming, (2) het afstemmen van Offerten, en/of (3) verdeling van werkzaamheden.
4.5. De Contractant vrijwaart de Gemeente voor strafrechtelijke boetes en bestuurlijke sancties (als bedoeld in artikel 5:2, eerste lid aanhef en onder a van de Algemene wet bestuursrecht, het eventuele kostenverhaal daaronder begrepen) die verband houden met de Overeenkomst en die de Contractant of de Gemeente krijgt opgelegd.
4.6. De Contractant zal bij de uitvoering van de Overeenkomst alle van toepassing zijnde voorschriften bij of krachtens de wet gesteld naleven en de overeenkomsten die de Gemeente met derden heeft gesloten, voor zover deze overeenkomsten bekend zijn bij de Contractant, in acht nemen. Indien de Contractant genoodzaakt is om contact op te nemen met derden, zal de Contractant dit eerst voorleggen aan de Gemeente.
4.7. De Contractant draagt zelf de verantwoordelijkheid om de door hem ingeschakelde derden te informeren over de afspraken die gelden tussen de Contractant en de Gemeente bij de uitvoering van de Overeenkomst.
4.8. Slechts voor zover de Contractant expliciet en schriftelijk is gemachtigd door de Gemeente zal de Contractant optreden als gemachtigde van de Gemeente. Eventuele gevolgen die door het in strijd handelen met het bepaalde in de voorgaande zin zijn ontstaan, komen voor rekening en risico van de Contractant.
Artikel 5 Algemene verplichtingen Gemeente
5.1. De Gemeente zal op verzoek van de Contractant alle inlichtingen en gegevens verstrekken voor zover die nodig zijn om de Overeenkomst naar behoren uit te voeren.
5.2. De Gemeente zal zich inspannen zoals een goed opdrachtgever betaamt en zal zich indien nodig inspannen om haar medewerking, waaronder publiekrechtelijke medewerking, te verlenen die nodig zou kunnen zijn voor de uitvoering van de Overeenkomst.
Artikel 6 Kwaliteit, keuring en garantie
6.1. De Contractant garandeert dat de geleverde Prestaties voldoen aan de Overeenkomst, aan de algemeen geldende normen en aan de voorschriften die bij of krachtens wet of verdrag gelden met betrekking tot, doch niet uitsluitend, veiligheid, gezondheid en milieu.
6.2. De Gemeente is gerechtigd om de Prestaties te keuren en de Contractant verleent waar nodig zijn medewerking. Indien de Gemeente bepaalde Prestaties schriftelijk heeft goedgekeurd, vervalt het recht zoals genoemd in de voorgaande zin ten aanzien van die Prestaties.
Artikel 7 Geheimhouding
7.1. Partijen verplichten zich om al wat bij de uitvoering van de Overeenkomst ter kennis komt en waarvan het vertrouwelijke karakter bekend is of redelijkerwijs kan worden vermoed, op generlei wijze bekend te maken – inclusief via kanalen van sociale media - of voor eigen doeleinden te gebruiken, behalve voor zover enig wettelijk voorschrift of rechterlijke uitspraak tot bekendmaking noopt.
7.2. Partijen zullen de onder hen werkzame personen of door hen ingeschakelde derden verplichten deze geheimhoudingsplicht na te leven.
7.3. Partijen hebben het recht om in geval van overtreding van de voorgaande leden door de andere Partij en/of de voor die Partij werkzame personen en/of door die Partij ingeschakelde derden de Overeenkomst per direct op te schorten dan wel zonder rechterlijke tussenkomst en zonder ingebrekestelling te ontbinden. Elke opschorting dan wel ontbinding geschiedt door middel van een aangetekend schrijven.
7.4. De Contractant is verplicht om op eerste verzoek van de Gemeente Personeel van Contractant een geheimhoudingsverklaring te laten ondertekenen.
Artikel 8 Intellectueel eigendom
8.1. Alle (aanspraken op) intellectuele eigendomsrechten (IE-rechten) met betrekking tot enig resultaat voortvloeiende uit de Overeenkomst, berusten bij de Gemeente, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen. De Contractant draagt deze (aanspraken op) IE-rechten – voor zover nodig – om niet over aan de Gemeente. De Contractant zal op eerste verzoek kosteloos meewerken aan het bewerkstelligen van de overdracht.
8.2. Onder resultaat als bedoeld in lid 1 van dit artikel, wordt verstaan al hetgeen in het kader van de Overeenkomst tot stand wordt gebracht ongeacht of de Contractant daarbij gebruikmaakt van enige bijdrage van de Gemeente en/of derden.
8.3. De Contractant doet voor zover mogelijk afstand van alle eventuele persoonlijkheidsrechten op in het kader van de Overeenkomst tot stand gebrachte auteursrechtelijke werken.
8.4. Tenzij schriftelijk anders is overeengekomen, behoudt of verkrijgt de Contractant geen gebruiksrecht met betrekking tot enig resultaat van de Overeenkomst.
8.5. De Gemeente behoudt zich uitdrukkelijk het auteursrecht voor met betrekking tot ieder in het kader van de Overeenkomst aan Contractant openbaar gemaakt werk. De Contractant erkent dit voorbehoud.
8.6. De Contractant garandeert dat de gekochte Goederen en toebehoren alsmede de geleverde Diensten en al hetgeen daarmee gepaard gaat of daaruit resulteert vrij zijn van alle bijzondere lasten en beperkingen die aan het vrije gebruik daarvan door de Gemeente in de weg zouden kunnen staan, zoals octrooirechten, merkrechten, modelrechten of auteursrechten en vrijwaart de Gemeente tegen alle aanspraken van derden dienaangaande.
8.7. In het geval van aanspraken van derden zal de Contractant alles in het werk stellen om in overleg met de Gemeente te bewerkstelligen dat de Gemeente het ongestoorde gebruik van het geleverde zal kunnen voortzetten.
8.8. In het geval van aanspraken van derden waarvoor de hierboven genoemde vrijwaringverplichting geldt, zal de Contractant alle schade van de Gemeente vergoeden inclusief proceskosten, waaronder tevens begrepen redelijke advocaatkosten voor het voeren van gerechtelijke procedures.
Artikel 9 Wijziging Overeenkomst
9.1. De Gemeente is bevoegd om de Overeenkomst schriftelijk te wijzigen en/of aan te vullen, na overleg met en instemming van de Contractant over de gevolgen van de wijziging of aanvulling.
9.2. In dit kader blijven Partijen binnen de grenzen van de redelijkheid en billijkheid.
Artikel 10 Uitrusting en materialen
10.1. De Contractant zal voor eigen rekening en risico zorgdragen voor alle bij de uitvoering van de Overeenkomst te gebruiken - niet van de Gemeente afkomstige - materialen en uitrusting (waaronder gereedschappen), tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
10.2. De Contractant is verantwoordelijk en aansprakelijk voor de deugdelijkheid van de gebruikte Goederen, materialen en uitrusting en dient deze voor eigen rekening en risico te verzekeren, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
Artikel 11 Tijdstip van nakoming
11.1. De Contractant is van rechtswege in verzuim nadat de fatale termijn(en) of termijnen voor de uitvoering van de desbetreffende Prestaties, zoals vermeld in de Overeenkomst, zijn verstreken en de desbetreffende Prestaties niet of niet volledig zijn uitgevoerd.
11.2. De Contractant stelt de Gemeente schriftelijk tijdig en met opgaaf van redenen in kennis van een eventuele vertraging en de maatregelen die de Contractant zal treffen om de vertraging zoveel mogelijk te beperken.
Artikel 12 Toerekenbare tekortkoming
12.1 Indien één van de Partijen toerekenbaar tekort schiet in de nakoming van de Overeenkomst en/of deze algemene inkoopvoorwaarden, zal de andere Partij een aangetekend schrijven verzenden aan de tekortkomende Partij, alvorens gebruik te maken van de Partij toekomende wettelijke rechten, behoudens de gevallen waarin ingebrekestelling ingevolge het Burgerlijk Wetboek achterwege kan blijven, in welke gevallen de nalatige Partij direct in verzuim verkeert.
12.2. Ieder der Partijen is gerechtigd de Overeenkomst zonder rechterlijke tussenkomst en zonder ingebrekestelling met onmiddellijke ingang te ontbinden, indien de andere Partij in verzuim is geraakt, behoudens voor zover ontbinding – gelet op de omstandigheden van het geval, waaronder de ernst van het verzuim – in strijd zou zijn met de redelijkheid en billijkheid. Elke ontbinding geschiedt door middel van een aangetekend schrijven.
12.3. Er is geen sprake van enige toerekenbare tekortkoming zijdens de Gemeente indien en voor zover de publiekrechtelijke verantwoordelijkheid noopt tot het niet verstrekken van inlichtingen en gegevens respectievelijk tot het niet verlenen van de publiekrechtelijke medewerking die nodig zou kunnen zijn voor de uitvoering van de Overeenkomst.
Artikel 13 Niet toerekenbare tekortkoming
13.1. De Contractant kan zich jegens de Gemeente enkel op overmacht beroepen, indien de Contractant de Gemeente zo spoedig mogelijk, onder overlegging van de bewijsstukken, schriftelijk van het beroep op overmacht in kennis stelt.
Artikel 14 Aansprakelijkheid en verzekering
14.1. De Contractant vrijwaart de Gemeente tegen eventuele aanspraken van derden ter zake van schade door deze derden geleden ten gevolge van de uitvoering door de Contractant van de Overeenkomst en het gebruik of toepassing van de geleverde Goederen of Diensten van de Contractant.
14.2. De Contractant zal vanaf het aangaan van de Overeenkomst adequaat verzekerd zijn voor het uitvoeren van de Overeenkomst en zal zich adequaat verzekerd houden gedurende de uitvoering van de Overeenkomst.
14.3. De Contractant zal het verzekerd bedrag en de polisvoorwaarden gedurende de uitvoering van de Overeenkomst niet ten nadele van de Gemeente wijzigen, tenzij de Gemeente hiervoor haar expliciete en schriftelijke toestemming heeft gegeven.
14.4. Eventuele verzekeringen die noodzakelijk zijn in het kader van de uitvoering van de Overeenkomst en waarover de Contractant nog niet beschikt, zal de Contractant afsluiten tenminste voor de periode van de uitvoering van de Overeenkomst.
Artikel 15 Boete
15.1. Indien een boetebepaling is overeengekomen, is deze boete zonder rechterlijke tussenkomst, ingebrekestelling of aanmaning direct opeisbaar.
15.2. De boete laat onverlet alle andere rechten of vorderingen, waaronder, doch niet uitsluitend, de vordering van de Gemeente tot nakoming en het recht op schadevergoeding.
Artikel 16 Toepasselijk recht en geschillen
16.1. Op deze algemene inkoopvoorwaarden en de Overeenkomsten, alsmede op de totstandkoming en de interpretatie, is Nederlands recht van toepassing.
16.2. De toepasselijkheid van het Weens Koopverdrag (United Nations Convention on Contracts for the International Sale of Goods) wordt uitdrukkelijk uitgesloten.
16.3. Als er een geschil ontstaat met betrekking tot de Offerteaanvraag, de procedure zoals beschreven in de Offerteaanvraag, de totstandkoming van de Overeenkomst of de uitvoering van de Overeenkomst, dan is elk der Partijen gerechtigd om het geschil voor te leggen aan de bevoegde rechter in het arrondissement waar de Gemeente gevestigd is.
III Financiële bepalingen
Artikel 17 Prijzen, meerwerk en minder werk
17.1. De Contractant zal de Overeenkomst uitvoeren tegen de in zijn Offerte genoemde prijzen in euro’s.
17.2. Niet redelijkerwijs in de Overeenkomst inbegrepen extra Prestaties, zijn slechts meerwerk voor zover dit uitsluitend aan de Gemeente is toe te rekenen.
17.3. Meerwerk zal door de Contractant slechts in behandeling worden genomen nadat de inhoud en het budget schriftelijk zijn overeengekomen met de Gemeente.
17.4. Verrekening van meerwerk of minder werk vindt plaats tegen maximaal de tarieven zoals opgenomen in de Offerte, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
17.5. Voor zover prijzen en tarieven van meerwerk of minder werk niet in de Offerte zijn opgenomen, verplicht de Contractant zich ertoe voor meerwerk en minder werk uitsluitend marktconforme tarieven aan te bieden.
Artikel 18 Facturering en betaling
18.1 Op de factuur vermeldt de Contractant;
– de wettelijke vereisten waaraan de factuur moet voldoen:
naam, adres, postcode, woonplaats, bank/gironummer en de benodigde IBAN- en BIC-gegevens, BTW- nummer, KvK-nummer;
– het factuuradres van de Contractant;
– het totale factuurbedrag inclusief en exclusief BTW; en
– eventuele nadere eisen in overleg met de Gemeente.
18.2 De Contractant hanteert een betalingstermijn van dertig dagen na de ontvangst van de factuur of zoveel langer of korter als overeengekomen tussen Partijen in de Overeenkomst. De Gemeente zal binnen de gehanteerde betalingstermijn de factuur van de Contractant betalen.
18.3 Indien de Goederen of Diensten niet beantwoorden aan de Overeenkomst is de Gemeente bevoegd om de betaling naar rato van de tekortkoming geheel of gedeeltelijk op te schorten.
IV Bepalingen betreffende de leveringen van goederen
Artikel 19 Leveringen
19.1. De Contractant levert de Goederen conform Delivered Duty Paid (DDP), volgens Incoterms 2010, zoals vastgesteld door de Internationale Kamer van Koophandel (ICC).
19.2. Tenzij schriftelijk een andere tijd of plaats is overeengekomen, geschiedt de Aflevering uitsluitend op Werkdagen tijdens de openingsuren van het gemeentehuis. De Contractant dient zijn vervoerder hiervan op de hoogte te stellen.
19.3. Indien de Gemeente de Goederen gemotiveerd afkeurt, zal de Contractant op zijn eigen kosten de Goederen ophalen.
19.4. De Goederen worden geacht te zijn goedgekeurd vanaf het moment van volledige operationele ingebruikname door de Gemeente, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen of bepaalde omstandigheden nopen tot schriftelijke goedkeuring van de Gemeente.
19.5. De Contractant verleent tenminste een garantie voor de Goederen van twaalf maanden vanaf het moment dat de Gemeente de Goederen heeft goedgekeurd, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen. Deze garantie laat onverlet de aansprakelijkheid van de Contractant.
19.6. De Contractant garandeert dat voor een periode van tenminste vijf jaar of een termijn die schriftelijk is overeengekomen na Aflevering van de Goederen, onderdelen van de Goederen kunnen worden geleverd.
19.7. De Contractant is gehouden om alle bij de Goederen behorende gebruiksaanwijzingen en productinformatie, alsmede eventuele kwaliteitskeurmerken of –certificaten, opgesteld zoveel mogelijk in de Nederlandse taal, zonder additionele kosten, aan de Gemeente ter beschikking te stellen.
19.8. De Contractant zal voor zijn rekening en risico alle voorkomende gebreken aan de geleverde Goederen na Aflevering of voltooiing binnen de door de Gemeente bij eerste aanzegging gestelde redelijke termijn wegnemen door herstel of vervanging.
Artikel 20 Verpakking en transport
20.1. De Contractant draagt zorg voor een deugdelijke verpakking, alsmede voor een zodanige beveiliging en vervoer van de Goederen, dat deze in een goede staat de plaats van Aflevering bereiken en het lossen daar veilig kan plaatsvinden. De Contractant is verantwoordelijk voor het naleven van de Nederlandse, Europese en internationale voorschriften met betrekking tot verpakkingen.
20.2. De Contractant neemt alle verpakkingen kosteloos terug, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen.
Artikel 21 Overdracht van eigendom en risico
21.1. De eigendom van de geleverde Goederen gaat over op het moment van Aflevering, waar nodig na eventuele installatiewerkzaamheden die daarmee gepaard gaan. Het risico gaat over op de Gemeente na acceptatie van de Goederen door de Gemeente.
21.2. De acceptatie van de Goederen zal geschieden door middel van een schriftelijke verklaring van de Gemeente, na Aflevering en eventuele installatie van de Goederen. Indien de Gemeente de Goederen niet accepteert, geeft zij gemotiveerd aan waarom de acceptatie onthouden wordt.
V Bepalingen betreffende het verrichten van diensten
Artikel 22 Diensten
22.1. De Contractant zal de Diensten uitvoeren binnen de termijn en op de plaats zoals deze zijn opgenomen in de Overeenkomst.
22.2. De Contractant draagt de volledige verantwoordelijkheid voor zowel zijn eigen Prestaties, Prestaties van Personeel van Contractant alsmede Prestaties van de door de Contractant ingeschakelde derden.
22.3. Feitelijke uitvoering van de Diensten door de Contractant of daarmee gepaard gaande handelingen houdt niet in dat de Gemeente de Diensten zonder meer goedkeurt. De Gemeente behoudt zich het recht voor om eventuele verrichtte Diensten te keuren, controleren of niet goed te keuren.
22.4. De goedkeuring van de Diensten zal geschieden door middel van een schriftelijke verklaring van de Gemeente. Indien de Gemeente de Diensten niet goedkeurt, geeft zij gemotiveerd aan waarom de goedkeuring onthouden wordt.
Artikel 23 Personeel van Contractant
23.1. Voor zover Diensten worden verricht ten kantore en/of in de openbare ruimte van de Gemeente, zijn de Contractant, Personeel van Contractant en de door de Contractant ingeschakelde derden gehouden de vastgestelde huisregels voor dat kantoor/gebouw en/of die openbare ruimte na te leven.
23.2. Indien gedurende de uitvoering van de Overeenkomst blijkt dat Personeel van Contractant niet functioneert in het belang van de goede uitvoering van de Overeenkomst en/of wegens omstandigheden zijn werkzaamheden niet kan voortzetten, dan heeft de Gemeente het recht de desbetreffende persoon door de Contractant te laten vervangen.
23.3. Voor de vervanging van Personeel van Contractant is voorafgaande schriftelijke toestemming vereist van de Gemeente, tenzij directe vervanging van Personeel van Contractant noodzakelijk is. In dat laatste geval kan worden volstaan met mondelinge toestemming van de Gemeente. Uitgangspunt daarbij is dat personen beschikbaar worden gesteld die een vergelijkbare deskundigheid, opleiding en ervaring hebben (conform het vereiste in de Offerteaanvraag).
23.4. Vervanging van Personeel van Contractant wordt op een korte termijn – doch uiterlijk binnen twee weken of zoveel korter als noodzakelijk – door de Contractant voorzien. Eventuele kosten die gepaard gaan met vervanging komen voor rekening van de Contractant.
23.5. De Contractant staat ervoor in dat het Personeel van Contractant gerechtigd is om in Nederland arbeid te verrichten dan wel Diensten te verrichten.
23.6. De Contractant is verantwoordelijk voor en aansprakelijk voor de nakoming van de uit de Overeenkomst voortvloeiende verplichtingen uit de belastingwetgeving en de sociale zekerheidswetgeving, waaronder begrepen verplichtingen die verband houden met het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV). De Contractant vrijwaart de Gemeente tegen alle aanspraken ter zake. De Contractant zal - indien wettelijk vereist dan wel door de Gemeente wordt vereist - met een G-rekening werken. Indien de Gemeente geconfronteerd wordt met een naheffing, worden deze kosten een-op-een verhaald op de Contractant.
VI Einde overeenkomst
Artikel 24 Opzegging
24.1. De Gemeente is gerechtigd de Overeenkomst op te zeggen met inachtneming van een opzegtermijn zoals bepaald in de Overeenkomst. Indien geen opzegtermijn in de Overeenkomst is opgenomen, kan de Gemeente de Overeenkomst opzeggen met inachtneming van een redelijke opzegtermijn, mede gelet op de duur van de Overeenkomst.
Artikel 25 Ontbinding
25.1. Ieder der Partijen heeft het recht de Overeenkomst zonder rechterlijke tussenkomst en zonder ingebrekestelling met onmiddellijke ingang te ontbinden, indien:
artikel 4.4 algemene inkoopvoorwaarden wordt geschonden;
de andere Partij een besluit tot ontbinding van de rechtspersoon of onderneming heeft genomen;
de zeggenschap van de andere Partij bij een ander komt te rusten dan ten tijde van het sluiten van deze Overeenkomst;
ten aanzien van de andere Partij faillissement is aangevraagd dan wel uitgesproken of, al dan niet voorlopig, surséance van betaling is aangevraagd of verleend;
de andere Partij fuseert, splitst of op enigerlei wijze (een deel van) zijn bedrijf overdraagt;
de andere Partij in een situatie van overmacht verkeert gedurende meer dan tien dagen.
25.2. Elke ontbinding als bedoeld in lid 1 dient terstond door middel van een aangetekend schrijven te geschieden.
25.3. Ingeval van ontbinding door de Gemeente als bedoeld in lid 1 is de Gemeente geen vergoeding verschuldigd aan de Contractant voor de Prestaties die niet door Contractant zijn verricht. Eventuele aan de Contractant verrichte onverschuldigde betalingen, betaalt de Contractant terug aan de Gemeente, vermeerderd met wettelijke rente vanaf de dag waarop dit is betaald.
Artikel 26 Vernietiging
26.1. Indien één van de Partijen zich beroept op vernietiging door middel van een buitengerechtelijke verklaring, dient dit te geschieden met een aangetekend schrijven.
Bijlage: Addendum
In dit addendum geeft de gemeente aan in welke artikelen zij in haar gemeentelijke algemene inkoopvoorwaarden afwijkt van het VNG Model Algemene Inkoopvoorwaarden voor leveringen en diensten en op welke wijze.
Artikel 1 Definities
Aanvulling “Offerteaanvraag”
Een enkelvoudige of meervoudige aanvraag van de Gemeente voor te verrichten Prestaties of een (Europese) aanbesteding conform de daarvoor geldende nationale en Europese wet- en regelgeving. Hieronder begrepen, maar niet beperkt tot, aanbestedingsdocument en programma van eisen.
Artikel 2 Toepasselijkheid
Aanvulling 2.1 Deze algemene inkoopvoorwaarden zijn van toepassing op de Offerteaanvraag, Offerte en Overeenkomsten met betrekking tot Leveringen en Diensten.
2.4 Door het indienen van de Offerte aanvaardt de Contractant onverkort deze algemene inkoopvoorwaarden en wijst de Contractant uitdrukkelijk de toepasselijkheid van zijn algemene voorwaarden af. Ook markt- en branchespecifieke standaardvoorwaarden en –regelingen worden uitdrukkelijk uitgesloten.
Artikel 13 Niet toerekenbare tekortkoming
Aanvulling 13.2 Onder overmacht wordt in ieder geval niet verstaan: onvoldoende beschikbaarheid van voldoende en gekwalificeerd personeel, stakingen, grondstoffentekort, transportproblemen, verlate aanlevering of ongeschiktheid van voor de uitvoering van de werkzaamheden benodigde goederen, het tekortschieten van door de Contractant ingeschakelde derden en liquiditeit- of solvabiliteitsproblemen van de Contractant of door hem ingeschakelde derden. Ten aanzien van de nakoming van de toepasselijke garantiebepalingen door de wederpartij is geen beroep op overmacht mogelijk.
13.3 Ingeval van overmacht van de Contractant treden partijen onverwijld met elkaar in overleg ter regeling van de gevolgen. Indien partijen overeenkomen de uitvoering van de Overeenkomst gedurende een nader overeen te komen termijn op te schorten, dan blijven de gevolgen daarvan voor rekening en risico van partijen.
13.4 Indien de Contractant die door overmacht wordt getroffen niet kan nakomen of tekortschiet in de nakoming na afloop van de in lid 3 genoemde termijn dan heeft de Gemeente het recht de Overeenkomst onmiddellijk bij aangetekende brief buiten rechte te ontbinden, zonder dat daartoe enig recht op schadevergoeding ontstaat.
Artikel 14 Aansprakelijkheid en verzekering
Aanvulling 14.2 De in het kader van de Overeenkomst door de Contractant te vergoeden schade is per gebeurtenis beperkt tot een bedrag van driemaal de opdrachtwaarde met een maximum van €2.500.000. Samenhangende gebeurtenissen worden beschouwd als een (1) gebeurtenis.
14.3 De beperking van de aansprakelijkheid als hiervoor bedoeld komt te vervallen:
a. xxxxxxx van aanspraken van derden op schadevergoeding ten gevolge van dood of letsel;
b. indien sprake is van opzet of grove schuld aan de zijde van Contractant of Personeel van Xxxxxxxxxxx;
c. xxxxxxx xxx xxxxxxxxx van de intellectuele eigendomsrechten als bedoeld in artikel 8 van de Algemene inkoopvoorwaarden.
d. ten aanzien van door de toezichthoudende autoriteit opgelegde boetes, voor zover die boeters verband houden met toerekenbaar tekortschieten van Contractant.
14.2, 14.3 en 14.4 VNG Model worden genummerd als 14.4, 14.5, 14.6.
Artikel 18 Facturering en betaling
Aanvulling 18.1 De Gemeente ontvangt bij voorkeur elektronische facturen. Deze facturen moeten voldoen aan door de Gemeente te stellen aanvullende eisen voor elektronische verwerking.
18.2 Op de factuur vermeldt de Contractant;
- de wettelijke vereisten waaraan de factuur moet voldoen: naam, adres, postcode, woonplaats, bank/gironummer en de benodigde IBAN- en BIC- gegevens, BTW-nummer, KvK-nummer;
- het factuuradres van de Contractant; en
- het totale factuurbedrag inclusief en exclusief BTW.
Eventuele nadere bepalingen worden opgenomen in de Overeenkomst dan wel de Offerteaanvraag.
18.2 en 18.3 VNG Model worden genummerd als 18.3, 18.4.
Artikel 19 Facturering en betaling
Aanvulling 19.1 Incoterms 2010 wordt vervangen door Incoterms 2020.
Bijlage 3 Social return
Gemeenten kunnen bij het verlenen van opdrachten sociale voorwaarden stellen, in de vorm van Social return. Op het moment dat een gemeente uit de regio Zuidoost Brabant een opdracht verleent aan een opdrachtnemer wordt er een tegenprestatie gevraagd in de vorm van het bieden van werkgelegenheid en/of opleiding voor personen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Op deze manier krijgen ook deze personen de kans om hun positie op de arbeidsmarkt te verbeteren. Gezien het belang van werk en de verantwoordelijkheid van gemeenten, worden bedrijven en instellingen op diverse manieren gestimuleerd om inwoners met een kwetsbare arbeidsmarktpositie aan werk(ervaring) te helpen. Met de komst van de Participatiewet worden werkgevers ook in toenemende mate geconfronteerd met de verplichting om banen beschikbaar te stellen voor deze doelgroep. Het stellen van Sociale voorwaarden bij het verlenen van opdrachten is hier een voorbeeld van.
Definities
a) Onder werkloos-werkzoekende wordt verstaan iemand die minimaal zes maanden staat ingeschreven als niet werkend-werkzoekende bij het UWV, of een uitkering heeft in het kader van de Participatiewet, IOAW, IOAZ, WAO, WAZ, Wajong en WIA.
b) Een leerwerktraject is het opdoen van werkervaring en het leren van vaardigheden in een bepaald vakgebied met behulp van een bij voorkeur erkende opleiding.
c) Onder een WSW-gerechtigde wordt verstaan iemand, die arbeidsgehandicapt is en is geïndiceerd voor de WSW.
d) Onder loonkosten worden verstaan de brutoloonkosten, plus de directe werkgeverslasten.
e) De contractmanager is verantwoordelijk voor het afgesloten contract tussen de gemeente en de opdrachtnemer.
f) De opdrachtnemer is de contractant met een Social return verplichting.
g) De coördinator Social Return is verantwoordelijk voor de uitvoering en coördinatie van Social return.
h) PSO staat voor Prestatieladder Socialer Ondernemen van TNO (Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek)en is een landelijk meetinstrument én keurmerk dat de mate van Sociaal Ondernemen objectief zichtbaar maakt. De prestatieladder wordt continue doorontwikkeld onder leiding van TNO. De PSO wordt uitgegeven door PSO Nederland (www.pso- xxxxxxxxx.xx)
Artikelen
Social return verplichting
1. De voorwaarde Social return wordt in ieder geval toegepast in opdrachten vanaf €100.000 per jaar in alle bedrijfssectoren.
2. De opdrachtnemer is verplicht om binnen deze opdracht minimaal 2% van de opdrachtsom excl. btw te besteden aan de invulling van Social return (door de - bij voorkeur langdurige -) inzet van personen die een afstand hebben tot de arbeidsmarkt).
3. Een vorm van “Social return” is het keurmerk PSO (Prestatieladder Socialer Ondernemen) van TNO. Opdrachtnemers die vanaf de start van de uitvoering van de opdracht en gedurende de gehele duur van de opdracht, minimaal een certificaat op Trede 2 hebben (en dit kunnen aantonen met een geldig certificaat), voldoen aan de Social return prestatie-eis van 2%. Het is ook
mogelijk om een korting2 van 50% op de Social return verplichting voortvloeiend uit artikel 2 te geven indien een opdrachtnemer in het bezit is van een geldig PSO certificaat op Trede 1.
Social return en de opdracht
4. De invulling van de Social return verplichting mag plaatsvinden zowel binnen als buiten de aanbestede opdracht. Voor het gedeelte van de invulling van Social return dat plaatsvindt buiten de opdrachtuitvoering dient er wel sprake te zijn van diensten en werkzaamheden die indirect ook ten goede komen aan de opdracht.
5. De invulling van de Social return verplichting wordt gerealiseerd binnen de periode van de opdracht. Het moet namelijk mogelijk zijn om de opdracht direct na afronding van de werkzaamheden definitief af te rekenen en daarvoor is het nodig dat beoordeeld kan worden in welke mate de Social return verplichting is gerealiseerd.
6. Van de bij artikel 5 genoemde periode kan worden afgeweken in het kader van duurzame plaatsing van een kandidaat. Indien opdrachtnemer bij het verstrijken van de opdracht kan aantonen dat de plaatsing zal voortduren na deze periode, mag deze periode worden meegerekend voor de invulling van de Social return verplichting. Dit gebeurt altijd in overleg met de coördinator Social return van de overeenkomst.
Invulling Social return
7. De Social return verplichting kan op de volgende manieren worden ingevuld door de opdrachtnemer:
a) Door personen met een afstand tot de arbeidsmarkt (kandidaten), zoals omschreven in artikel 8 te betrekken bij de (ondersteunende) werkzaamheden.
b) Door diensten zoals groen/schoonmaak/post af te nemen van of werkzaamheden aan Sociale werkbedrijven (uitvoerende instanties Wet Sociale Werkvoorziening) uit te besteden. De SW-bedrijven van de regio Zuidoost Brabant zijn: WVK-groep, WSD-Groep en Ergon. Wordt er gebruikt gemaakt van deze mogelijkheid dan komt het gehele factuurbedrag van het SW-bedrijf ten gunste van de Social return verplichting.
c) Door diensten zoals groen/schoonmaak/post af te nemen van of werkzaamheden uit te besteden aan organisaties waar aantoonbaar meer dan 30% van hun personeelsbestand bestaat uit personen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Deze personen moeten in dienst zijn bij de betreffende 30+ organisaties. Deze organisaties kunnen met een PSO 30+ certificaat aantonen aan de voorwaarden te voldoen. Wordt er gebruikt gemaakt van deze mogelijkheid dan komt het gehele factuurbedrag ten gunste van de Social return verplichting.
d) De opdrachtnemer mag gebruik maken van een onderaannemer ter invulling van de Social return verplichting, maar blijft ook dan verantwoordelijk voor een correcte invulling en afwikkeling. Hierbij dient wel aantoonbaar te worden gemaakt dat er een directe relatie met de uitvoering van de opdracht is.
e) De opdrachtnemer kan bij het begin van de opdracht een geldig certificaat van de Prestatieladder Socialer Ondernemen van TNO op minimaal Trede 2 overleggen en daarmee aantonen voor de duur van de opdrachtuitvoering op dit niveau of hoger gecertificeerd te zijn. Indien de geldigheid van het PSO-certificaat verloopt tijdens de
2 Welke gebonden is aan afzonderlijke voorwaarden.
opdracht en het certificaat niet wordt verlengd zal de Social return verplichting alsnog, naar rato, ingevuld dienen te worden op de in artikel 7, sub a, b, c en d omschreven wijze.
f) De opdrachtnemer kan bij het begin van de opdracht een geldig certificaat op Trede 1 van de Prestatieladder Socialer Ondernemen van TNO overleggen en daarmee aantonen voor de duur van de opdrachtuitvoering op dit niveau gecertificeerd te zijn. Daarmee kan de opdrachtnemer voldoen aan 50% van de Social return verplichting zoals omschreven in artikel 2. Indien de geldigheid van het PSO-certificaat verloopt tijdens de opdracht en het certificaat niet wordt verlengd zal de Social return verplichting alsnog, naar rato, ingevuld dienen te worden op de in artikel 7, sub a, b, c en de omschreven wijze.
Kandidaten Social return
8. De kandidaten uit de in tabel 8.1 benoemde regelingen tellen mee als invulling voor Social return. In de kolommen worden respectievelijk de omschrijving en de bijbehorende criteria vermeld. In tabel 8.1 wordt uitgegaan van het moment van instroom bij de opdrachtnemer.
Tabel 8.1: Kandidaten Social return
Regeling | Kandidaten | Criteria |
PW/ IOAW/IOAZ | Personen die direct voorafgaande aan de instroom bij de opdrachtnemer een uitkering van de gemeente op grond van de Participatiewet (PW), IOAW of IOAZ ontvingen. | De opdrachtnemer biedt de kandidaat een dienstverband aan van minimaal zes maanden. Na ondertekening van de arbeidsovereenkomst en het betalen van loon telt de kandidaat mee voor de invulling van de Social return verplichting. |
WAO/WIA/ WAZ/ Wajong | Personen tellen mee op grond van een claimbeoordeling volledig arbeidsongeschikt of gedeeltelijk arbeidsongeschikt verklaard (minimaal 35%), of die op basis van een jonggehandicapte status of op grond van een arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) van een private verzekeraar arbeidsongeschikt zijn verklaard. | Voor de kandidaten met een WAO, WIA, WAZ of Wajong-uitkering, dient de opdrachtnemer een dienstverband voor minimaal zes maanden aan te bieden. Na ondertekening van de arbeidsovereenkomst en het betalen van loon telt de kandidaat mee voor de invulling van de Social return verplichting. |
WSW | Personen tellen mee op grond van een indicatiebeschikking SW. | De opdrachtnemer biedt de kandidaat een dienstverband aan. Na ondertekening van de arbeidsovereenkomst en het betalen van loon telt de kandidaat mee voor invulling van de Social return verplichting. Opdrachtnemer kan de kandidaat ook inlenen van een SW-bedrijf via een detacheringsconstructie. |
Banen- afspraak/ Doelgroep- register | Personen die onder de Participatiewet vallen en niet zelfstandig het wettelijk minimumloon kunnen verdienen. Deze personen zijn bij het UWV in het doelgroepregister opgenomen. | De opdrachtnemer biedt de kandidaat een dienstverband aan. Na ondertekening van de arbeidsovereenkomst en het betalen van loon telt de kandidaat mee voor invulling van de Social return verplichting. |
WW | Personen met als uitgangspositie WW- uitkering tellen pas mee als ze vóór instroom een half jaar of langer een WW-uitkering ontvingen. Als een persoon tijdens zijn recht op een WW- uitkering weer aan het werk gaat en binnen 26 weken opnieuw werkloos wordt, loopt de oude uitkering weer verder (herleving van de uitkering) voor de duur die de werkloze nog tegoed had. In dit geval telt de uitkeringsduur vóór het weer aan het werk gaan mee met de duur van de WW na het opnieuw werkloos worden (moet samen ook minimaal een half jaar zijn). | Voor de kandidaten met een WW-uitkering dient de opdrachtnemer een dienstverband voor minimaal zes maanden aan te bieden. Na ondertekening van de arbeidsovereenkomst en het betalen van loon telt de kandidaat mee voor de invulling van de Social return verplichting. |
Entree- MBO, BOB/BBL niveau 2 + VSO/PRO | Personen die een leerwerk- (BBL) of een stageovereenkomst (BOL) tot niveau 1 of 2, dan wel leerlingen van het voortgezet speciaal onderwijs (VSO) en praktijkonderwijs (PRO) die een stageovereenkomst hebben met een werkgever voor een arbeidstoeleidingsstage tellen ook mee in het kader van invulling van de Social return verplichting. | De opdrachtnemer biedt de kandidaat een leerwerk- of stageovereenkomst aan. |
Waardebepaling Social return
9. De gemeente rekent bij de invulling van Social return met de volgende normbedragen:
Tabel 9.1: Bouwblokkenmodel/normbedragen Social return
Doelgroep | Jaartarief1 t.b.v. invulling Social return verplichting (o.b.v. fulltime dienstverband) | Jaartarief1 omgerekend naar uurtarief (jaartarief/1.463 uur (JUS-norm2) | ||
Participatiewet / IOAW / IOAZ | € | 35.000,- | € | 23,92 |
WAO / WIA / WAZ / Wajong | € | 35.000,- | € | 23,92 |
WSW3 | € | 35.000,- | € | 23,92 |
Banenafspraak en geregistreerd in het doelgroepregister | € | 35.000,- | € | 23,92 |
WW | € | 30.000,- | € | 20,51 |
Leerling BBL | € | 20.000,- | € | 13,67 |
Leerling BOL / VSO / PRO | € | 5.000,- | € | 3,42 |
Voetnoten
1 Tarieven zijn ‘all inclusive’ tarieven, dus ook inclusief begeleidingskosten en/of werkgeverslasten.
2 Jaar Uren Systematiek.
3 In geval van detachering via een Sociale Werkvoorziening wordt de volledige inleenvergoeding meegeteld.
Aantrekken van kandidaten
10. De opdrachtnemer is verantwoordelijk voor de werving van Social return kandidaten. Mocht er behoefte zijn aan ondersteuning bij de werving en selectie van kandidaten voor de invulling van de Social return verplichting, dan kan het werkgeversservicepunt van de arbeidsmarktregio Zuidoost Brabant 04Werkt daarin ondersteunen.
Niet nakomen Social return
11. Indien bij de eindafrekening van de opdracht niet of niet in zijn geheel is voldaan aan de Social return verplichting, wordt onmiddellijk en zonder ingebrekestelling een boete opeisbaar die gelijk is aan anderhalf-maal de geldswaarde van het niet-ingevulde deel van de verplichting. Opdrachtgever heeft het recht een opgelegde boete te verrekenen met uitstaande vorderingen van de opdrachtnemer.
Rapportering Social return
12. De opdrachtnemer neemt uiterlijk zeven dagen na gunning contact op met de coördinator Social return. De opdrachtnemer en coördinator Social return maken afspraken over de invulling van de Social return verplichting. Op verzoek van de coördinator Social return kan een plan van aanpak daar onderdeel van uitmaken.
13. De opdrachtnemer rapporteert de resultaten van Social return volgens de gemaakte afspraken. De coördinator Social return vraagt de daartoe benodigde bewijsstukken bij de opdrachtnemer op.
14. De coördinator Social return zal de opdrachtnemer informeren op welke wijze deze de documenten aangeleverd dienen te worden.
15. De onder artikel 12 genoemde coördinator van de gemeente is contactpersoon voor de opdrachtnemer voor bespreking van de praktische gang van zaken met betrekking tot invulling van Social return. Voor deze opdracht is dat: <wordt nader ingevuld>.
Bijlage 4 Calamiteitenprotocol
Toezicht bij calamiteiten en geweldsincidenten
Het toezicht in jeugdhulp heeft met name betrekking op:
- toezicht op de kwaliteitseisen die worden gesteld aan voorzieningen, waaronder de deskundigheid van beroepskrachten; het betreft hier dus het toezicht op de Aanbieders en pgb- dienstverleners;
- toezicht bij calamiteiten en geweldsincidenten door of tegen Cliënten en of medewerkers. Een calamiteit is: “een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die tot een ernstig schadelijk gevolg of tot de dood heeft geleid.” De toezichthouder moet ervoor zorg dragen dat er onderzoek plaatsvindt naar de calamiteit. Doel hiervan is te leren hoe in de toekomst dergelijke calamiteiten voorkomen kunnen worden.
Conform vastgelegd in de Jeugdwet en zoals vastgelegd in deze Overeenkomst dient een Aanbieder aan de met Kwaliteitstoezicht belaste ambtenaar onverwijld melding te doen van:
- iedere calamiteit die bij de verstrekking van een voorziening heeft plaatsgevonden;
- geweld bij de verstrekking van een voorziening.
Daarnaast dient een Aanbieder of pgb-dienstverlener ook de Gemeente te informeren. Op het moment dat zich een calamiteit of geweldsincident voordoet, worden de volgende werkzaamheden door de Gemeente gecoördineerd:
- Het in werking zetten van het communicatie- en calamiteitenprotocol Jeugd;
- Het opdracht geven / dan wel zelf uitvoeren van nader onderzoek en opstellen van een rapportage van bevindingen en aanbevelingen. Bij jeugdhulp is het wettelijk de Inspectie die het nader onderzoek uitvoert.
Onderzoek bij calamiteiten en geweldsincidenten Jeugd
Als een calamiteit of geweldsincident zich heeft voorgedaan, wordt er nader onderzoek ingesteld naar de achtergronden hiervan. Dit gebeurt door –of onder verantwoordelijkheid van- de toezichthouder. De toezichthouder zal in de regel van zijn bevindingen een verslag of rapport opmaken, waarin de feitelijke situatie wordt beschreven en hij zijn oordeel geeft over de situatie, inclusief eventuele aanbevelingen.
Het is vervolgens aan de Inspectie (Jeugd) om passende maatregelen te nemen, bijvoorbeeld een (waarschuwings-)brief of gesprek met de Aanbieder, of zelfs een last onder dwangsom. Het is ook denkbaar om tevens maatregelen te treffen in het kader van het contractbeheer, bijv. opzegging van de Overeenkomst.
Toezichthouder Jeugd
De Inspectie Jeugdzorg, de Inspectie voor de Gezondheidszorg en de Inspectie Veiligheid en Justitie zijn verantwoordelijk voor het landelijk toezicht op de naleving van de Jeugdwet en het onderzoek naar de kwaliteit van de jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering. Bij het toezicht op basis van de Jeugdwet treden de inspecties gezamenlijk op. Toezicht binnen de Jeugdwet betekent dat de inspectie(s) informatie verzamelen over de kwaliteit van de jeugdhulp, zich een oordeel vormen en zo nodig ingrijpen. Ook kijken de inspecties of het beleid voor de jeugdhulp in de praktijk goed werkt.
Bijlage 5 Protocol jeugdhulp na verwijzing
Protocol “Jeugdhulp na verwijzing door huisarts, medisch specialist en jeugdarts” 14-02-19
Ter waarborging van een deskundige toeleiding naar, advisering over, bepaling van en het inzetten van een individuele voorziening door een jeugdhulpaanbieder na de medische verwijsroute.
De medische verwijsroute
Jeugdhulp is onder andere toegankelijk na verwijzing door een huisarts, jeugdarts en medisch specialist.
Na verwijzing door een arts staat echter vaak nog niet vast welke vorm van jeugdhulp in welke
mate nodig is. In de praktijk is het dan vaak de jeugdhulpaanbieder zelf die, samen met de jeugdige en / of ouders, beoordeelt welke specifieke voorziening nodig is, in welke omvang en hoe lang. Kortom, de rol van de jeugdhulpaanbieder ter bepaling van de zorginzet is veelal cruciaal. Dit maakt dat de gemeente behoefte heeft aan meer inzicht in en sturing op het proces van het verzoek om een toewijzing (JW315). Een duidelijk beoordelingskader, en waar nodig tijdige afstemming tussen jeugdhulpaanbieder en gemeente vooraf, draagt bij aan de juiste zorginzet voor jeugdige en hun ouders.3 Eventuele discussies achteraf kunnen voorkomen worden omdat er vooraf door middel van dit protocol een kader is geschept waarbij de professionaliteit van de jeugdhulpaanbieder voorop staat. Dit protocol betekent niet dat de gemeenten te pas en te onpas mogen “ingrijpen” in het proces van zorginzet na
verwijzing. Voorkomen moet worden dat jeugdhulpaanbieders onnodig / zonder aanleiding belast worden door de gemeenten. Het vertrekpunt voor de afstemming tussen gemeente en jeugdhulpaanbieder blijft vertrouwen.
Doel
Het doel van dit protocol is de waarborging van een deskundige en juiste bepaling van de in te zetten individuele voorziening door een jeugdhulpaanbieder na medische verwijzing. Het protocol heeft daarnaast ook tot doel om een beter zicht te krijgen op het proces voorafgaande aan het verzoek tot toewijzing (JW315). Dit inzicht ondersteunt de gemeente bij de doorontwikkeling van het systeem van jeugdhulp.
Om de gedeelde verantwoordelijkheid van gemeente en jeugdhulpaanbieder te benadrukken, maakt dit protocol niet alleen deel uit van lokale regelgeving maar ook van de overeenkomst zoals gesloten met jeugdhulpaanbieders zorg in natura.
Toepassingsgebied
Individuele voorzieningen die ingezet worden na verwijzing via de medische verwijsroute in het kader van de Jeugdwet. Dit geldt zowel voor de verstrekkingsvorm zorg in natura als voor de verstrekkingsvorm persoonsgebonden budget (pgb). Dit betekent dat alle jeugdhulpaanbieders (zorg in natura en pgb), gehouden zijn tot toepassing van het protocol en dat het college de mogelijkheid c.q. bevoegdheid heeft tot een beoordeling van het correct toepassen van het protocol door jeugdhulpaanbieders en, in het verlengde daarvan, de juistheid van de voorgestelde individuele voorziening ingevolge het verzoek om toewijzing (JW315).
3 Hoewel de wet zelf daar niet heel expliciet over is, kan uit de wetsgeschiedenis worden afgeleid dat gemeenten ook voor wat betreft het proces van zorginzet na medische verwijzing, voorwaarden kunnen stellen aan jeugdhulpaanbieders.
Uitzondering:
Het protocol is niet van toepassing op landelijk gecontracteerde zorg en individuele voorzieningen kindergeneeskunde (53A01 Behandeling/onderzoek polikliniek bij gedragsproblemen en 53A02 Consult polikliniek bij gedragsproblemen).
A. Algemene uitgangspunten
1. Het protocol leent zich voor doorontwikkeling en is dus geen statisch document.
2. We tornen niet aan de autonomie van de medisch verwijzer / arts.
3. Aan een verzoek om toewijzing (JW315) ingevolge dit protocol ligt altijd een verwijzing van een huisarts, medisch specialist of jeugdarts ten grondslag. Zonder een geldige verwijzing, mag geen verzoek tot toewijzing (JW315) worden gedaan. In het verzoek om toewijzing (JW315) vult de aanbieder de velden ‘productcategorie’, ‘productcode’, ‘eenheid’, ‘volume’, ‘frequentie’.
4. De gemeente kan, indien gerede twijfel bestaat over het correct toepassen van dit protocol door een jeugdhulpaanbieder, de controle(s) toepassen zoals bepaald onder E.
Van een dergelijke gerede twijfel over het correct toepassen van het protocol, kan ook sprake zijn indien onrecht- c.q. onregelmatigheden zijn geconstateerd in verstrekking van geleverde zorg door de jeugdhulpaanbieder na toewijzing. Hierbij is niet relevant welk toegangskanaal is doorlopen (gemeentelijk toegangskanaal dan wel medische verwijsroute).
Van genoemde gerede twijfel kan voorts sprake zijn indien de gemeente ingevolge artikel 1.6 lid 7 van de overeenkomst, het vermoeden heeft dat de jeugdhulpaanbieder het maatschappelijk belang, gemeentelijk belang dan wel het belang van de cliënt schaadt.
5. Naast de controle zoals geduid onder 4 kan de gemeente een blinde (ongerichte)
steekproef uitvoeren. Een dergelijke steekproef wordt echter niet uitgevoerd zonder daaraan voorafgaande duidelijke procesafspraken te hebben gemaakt met jeugdhulpaanbieders over de omvang en inrichting van de steekproef.
6. Het bepaalde onder 4. en 5. is aanvullend op de reeds bestaande bevoegdheid ingevolge artikel 2.5 lid 12 van de overeenkomst waarin bepaald is dat de gemeente verwachte en onverwachte controles kan uitoefenen (in brede zin) waarvan de uitkomsten met de jeugdhulpaanbieder worden besproken.
7. Het protocol ziet zowel toe op zorg in natura als op pgb waarbij voor zorg in natura het uitgangspunt is dat de gemeente geen toewijzing (JW301) verstrekt aan een jeugdhulpaanbieder die niet gecontracteerd is. Indien een arts verwijst naar een jeugdhulpaanbieder die niet gecontracteerd is, is het aan de jeugdhulpaanbieder om onverwijld contact op te nemen met de gemeente. Indien geen contract zorg in natura tot stand komt, kan geen opdracht tot verlenen zorg tot stand komen.
8. Bij de uitvoering van het protocol zijn gemeente en jeugdhulpaanbieders gehouden aan privacy- regels. Het uitgangspunt is dat de jeugdhulpaanbieder geen gegevens over de jeugdige of de ouders verstrekt zonder toestemming van betrokken jeugdige of ouders (artikel 7.3.11, lid 1 Jw, artikel 7:457 BW). Toestemming van de jeugdige of ouders is niet nodig indien de gegevens worden uitgevraagd vanwege een onderzoek naar de juistheid van declaraties en zorginzet door de jeugdhulpaanbieder ingevolge de artikelen 6b.1-6b.7 Regeling Jeugdwet. Overigens is het vragen en geven van
toestemming vormvrij, maar wel met spoor van verificatie omtrent gegeven of niet gegeven toestemming.
Het vragen c.q. hebben van toestemming kan overigens achterwege blijven daar waar een te houden controle, contact of afstemming geanonimiseerd kan plaatsvinden.
9. In geval van (vermeende) tegenstrijdigheden tussen het onderhavige protocol en de bestaande overeenkomst en documenten die reeds onderdeel uitmaakten van deze overeenkomst, prevaleert het bepaalde in dit protocol.
B. Intake: de te doorlopen stappen
Voor het indienen van een verzoek om toewijzing (JW315) voert de jeugdhulpaanbieder een intake uit. Jeugdhulpaanbieders doorlopen, gebaseerd op de contractuele4 definitie van het begrip intake5, tijdens de intake de volgende stappen6:
a. stel de hulpvraag van de jeugdige en/of de ouder vast;
b. stel vast of sprake is van opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen en, zo ja, welke problemen en stoornissen dat zijn;
Tijdens de intake wordt bepaald voor welke ondersteuning de jeugdige of zijn ouders in aanmerking komen gezien de aard en ernst van de problematiek en de mogelijkheden vanuit de jeugdhulpaanbieder om passende ondersteuning te bieden. Het betreft hier een eerste inschatting van de aard en ernst van de problematiek. Er hoeft dus geen volledige diagnose te worden gesteld. Een diagnostisch traject of een observatie thuis kan onderdeel worden van het verzoek om toewijzing (JW315). Belangrijk is wel om te bepalen of de jeugdige en / of de ouders gezien hun problematiek wel voor ondersteuning in aanmerking komen en of er geen contra-indicaties zijn. De inschatting van de aard en ernst van de problematiek kan indien mogelijk geheel of gedeeltelijk op basis van dossieronderzoek plaatsvinden.
c. bepaal welke hulp, naar aard en omvang, nodig is;
Producten Diensten Catalogus (PDC); De jeugdhulpaanbieder kan voorzieningen inzetten zoals beschreven in de PDC.
De goedkoopst passende voorziening; Voor wat betreft het bepalen van aard en omvang van de individuele voorziening opteert de jeugdhulpaanbieder, bij gebleken geschiktheid van meerdere individuele voorzieningen zoals beschreven in de PDC altijd voor de individuele voorziening waar de laagste kosten aan zijn verbonden. Dit betekent ook dat de jeugdhulpaanbieder qua frequentie, volume en/of maximum indicatieduur van zorginzet niet meer inzet dan nodig om het resultaat te bereiken.
4 Het stappenplan is niet alleen een uitwerking van de contractuele definitie van het begrip intake maar betreft ook een uitwerking van verplichtingen zoals de wetgever die reeds heeft bepaald als het gaat om het doen van een zorgvuldig onderzoek. Denk bijvoorbeeld aan artikel 4.1.1 lid 1 (afstemmen van hulp op reële behoefte van de jeugdige of ouder) en artikel 4.1.2 (opmaak familiegroepsplan).
5 Ten tijde van opmaak protocol is de definitie vastgelegd in de derde nota van inlichtingen en dient tekstuele inbedding in contract nog plaats te vinden. Bij specialistische GGZ wordt de intake mogelijk pre-intake of screening genoemd. SGGZ- aanbieders mogen waar wordt gesproken over intake dit lezen als pre-intake of screening mits de inhoud van de screening voldoet aan de definitiebeschrijving.
6 Het stappenplan is gebaseerd op de uitspraak van de CRvB 01-05-2017, ECLI:NL:CRvB: 2017:1477.
Dit betreft ook een eerste inschatting of de jeugdhulpaanbieder wel de juiste expertise en kwaliteit in huis heeft om passende ondersteuning te bieden. Is er bijvoorbeeld wel sprake van psychische en/of psychiatrische problematiek of ligt de hoofdoorzaak van de ondersteuningsvraag meer op het vlak van een verstandelijke beperking waarbij een expertise vereist is die de jeugdhulpaanbieder niet heeft? Het kan echter ook zijn dat de aard en ernst van de problematiek ‘te zwaar’ of ‘te licht’ is voor een jeugdhulpaanbieder. Dit is uiteraard per jeugdhulpaanbieder verschillend.
Inherent aan deze stap is ook dat jeugdhulpaanbieder toetst op betrokkenheid van andere jeugdhulpaanbieders bij de jeugdige of ouders. Uitgangspunt is dat zorginzet zoveel als mogelijk plaatsvindt door één jeugdhulpaanbieder. Als de jeugdhulpaanbieder in de intakefase constateert dat er al een andere jeugdhulpaanbieder betrokken is bij de jeugdige en/of de ouders, dan stemt jeugdhulpaanbieder (met toestemming van de jeugdige en / of ouders) eerst af met de al betrokken jeugdhulpaanbieder voordat een verzoek om toewijzing (JW315) wordt gedaan bij de gemeente. De jeugdhulpaanbieder toetst op dat moment welke zorg de andere jeugdhulpaanbieder inzet en hoe zich dit verhoudt tot een mogelijk aanvullend aanbod. De jeugdhulpaanbieder toetst op de goedkoopst passende mogelijkheid.
De betrokken partijen maken onderling, in samenspraak met de jeugdige en/of de ouders, eventueel afspraken over de ondersteuning die wordt geboden. Waar nodig en mogelijk worden plannen op elkaar afgestemd. Als de jeugdhulpaanbieder dan een verzoek om toewijzing (JW315) indient bij de gemeente, constateert de gemeente dus dat een JW315 wordt ingediend terwijl er al een jeugdhulpaanbieder actief is. De gemeente kan op dat moment contact opnemen met de jeugdhulpaanbieder. Het is dan aan de jeugdhulpaanbieder om te motiveren waarom de aanvullende zorginzet noodzakelijk is. Indien de jeugdhulpaanbieder daartoe onvoldoende in staat is, wordt het verzoek om toewijzing (JW315) niet in behandeling genomen. De verwerking van het verzoek om toewijzing (JW315) wordt opgeschort tot het moment dat de gevraagde motivering afdoende heeft plaatsgevonden. Bij het contact tussen de gemeente en jeugdhulpaanbieder kan blijken dat de jeugdhulpaanbieder niet wist dat er reeds een andere jeugdhulpaanbieder actief is. Op dat moment gaat de jeugdhulpaanbieder alsnog de toets verrichten zoals beschreven in deze alinea. De verwerking van het verzoek om toewijzing (JW315) wordt opgeschort tot het moment dat de toets alsnog heeft plaatsgevonden.
Ook kan het zijn dat de jeugdhulpaanbieder tot de conclusie komt dat hij de gewenste zorg niet kan leveren, maar dat de gewenste jeugdhulp wel door een andere jeugdhulpaanbieder kan worden geleverd. De jeugdhulpaanbieder wendt zich in dit geval tot de verwijzer. De verwijzing dient zo nodig te worden aangepast en de jeugdige en/of ouders nemen contact op met de andere jeugdhulpaanbieder.
d. onderzoek of en in hoeverre er mogelijkheden zijn om, geheel dan wel gedeeltelijk:
1. op eigen kracht, met gebruikelijke hulp of algemeen gebruikelijke voorzieningen een oplossing voor de hulpvraag te vinden;
2. met mantelzorg of hulp van andere personen uit zijn sociaal netwerk te komen tot een oplossing voor de hulpvraag7;
7 Zie ook artikel 4.1.2 Jeugdwet. De wetgever heeft bepaald dat de jeugdhulpaanbieder een familiegroepsplan maakt. De letterlijke opmaak van een afzonderlijk familiegroepsplan achten de gemeenten niet nodig. De gemeente acht het wel van belang dat jeugdhulpaanbieders bij de beoordeling van de inzet van jeugdhulp de essentie van artikel 4.1.2 Jeugdwet bezien. Dit komt tot uitdrukking in d. onder 1 en 2.
3. met gebruikmaking van een algemene voorziening te komen tot een oplossing voor de hulpvraag;
4. om door middel van een voorliggende voorziening te komen tot een oplossing voor de hulpvraag.
Nadat bij stap c. de jeugdhulpaanbieder heeft bepaald welke hulp nodig is, onderzoekt de jeugdhulpaanbieder bij stap d. of er alternatieven zijn voor een mogelijk zorgaanbod dat voorgaat op een mogelijke zorginzet door de jeugdhulpaanbieder.
Daartoe toetst de jeugdhulpaanbieder ook op zorginhoudelijke betrokkenheid van de gemeente . Indien de gemeente reeds betrokken is bij de jeugdige en/of ouders, dan stemt de jeugdhulpaanbieder eerst af met de gemeente voordat een verzoek om toewijzing (JW315) wordt ingediend (mits jeugdige en/of ouders hiervoor toestemming geeft). De jeugdhulpaanbieder en de gemeente maken onderling, in samenspraak met de jeugdige en/of de ouders, afspraken over de ondersteuning die wordt geboden.
Waar nodig en mogelijk worden plannen op elkaar afgestemd.
Indien voorafgaande aan een JW315 geen afstemming heeft plaatsgevonden tussen jeugdhulpaanbieder en de gemeente, terwijl de gemeente wel inhoudelijk betrokken is bij de jeugdige en / of de ouders, wordt de verwerking van het verzoek om toewijzing (JW315) opgeschort tot het moment dat de jeugdhulpaanbieder alsnog de afstemming heeft gezocht met de gemeente.
Ingevolge artikel 2.3 lid 3 van de overeenkomst neemt de jeugdhulpaanbieder altijd contact op met de gemeente indien het voornemen bestaat tot inzet van het product verblijf. In gezamenlijkheid wordt bepaald of inzet van de gemeente nodig is aanvullend op de zorginzet door de jeugdhulpaanbieder waarbij de uitkomst van het contact kan zijn dat er geen verblijf nodig is maar een andersoortige inzet.
Indien de jeugdhulpaanbieder na het doorlopen van stap d. constateert dat er (gedeeltelijk) geen jeugdhulp ingezet hoeft te worden vanwege mogelijkheden genoemd onder d., dan doet de jeugdhulpaanbieder – uiteraard – geen verzoek om toewijzing (JW315).
Indien er verschil van inzicht is met de cliënt, verwijst de jeugdhulpaanbieder de jeugdige en/of ouders door naar de gemeente. Dit geeft de gemeente ruimte tot nadere informatieverschaffing / verduidelijking, maar geeft de cliënt ook ruimte om een aanvraag in te dienen bij de gemeente waarna, bij een afwijzende beschikking, de cliënt in staat wordt gesteld om een bezwaarschrift in te dienen.
Aanbieder brengt de huisarts in beide gevallen op de hoogte.
C. Verificatie van verwijzing en doorlopen stappen in intake
De verwijzing (of een afschrift daarvan) bewaart de jeugdhulpaanbieder in het persoonsdossier van de jeugdige en / of de ouders en legt de jeugdhulpaanbieder, indien gevraagd, over aan de gemeente.
De jeugdhulpaanbieder moet per verzoek om toewijzing (JW315), kunnen laten
zien dat bovenstaande stappen (a t/m d) zijn doorlopen, hoe deze zijn doorlopen en wat de uitkomsten hiervan zijn. De schriftelijke weergave verwerkt de jeugdhulpaanbieder in het ondersteunings- of behandelplan en is vormvrij.
Deze verificatieplicht betekent niet dat de jeugdhulpaanbieder standaard gehouden is tot toezending van ondersteunings- of behandelplan bij het indienen van elke JW315. Indien daartoe aanleiding is dan wel in geval van afspraken rondom een steekproef, kan het overleggen van een plan aan de orde zijn. Zie nader onder E.
D. Termijnen verwijzing en toewijzing
Geldigheidsduur verwijzing: 6 maanden
De wetgever heeft geen termijnen gekoppeld aan de geldigheidsduur van een verwijzing. De gemeente hanteert een geldigheidsduur van zes maanden, zijnde de periode die start per datum afgifte verwijzing door arts tot aan het moment dat de jeugdhulpaanbieder het verzoek om toewijzing (JW315) indient. Wanneer de verwijzing ouder is dan 6 maanden, verwijst de jeugdhulpaanbieder de jeugdige of de ouders terug naar de verwijzer voor een nieuwe verwijzing dan wel verwijst de jeugdhulpaanbieder de jeugdige of de ouders naar de gemeente.
Duur toewijzing (JW301): maximaal één jaar
De duur van de toewijzing (JW301) wordt bepaald met inachtneming van hetgeen bepaald in de PDC. Daar waar in de PDC geen termijnen worden gesteld is het maximaal 1 jaar.
Verlenging toewijzing:
Na afloop van de toegewezen zorgperiode, kan de jeugdhulpaanbieder, op basis van de afgegeven toewijzing (JW301), éénmaal verzoeken om verlenging via een nieuw verzoek tot toewijzing (JW315). Een nieuwe verwijzing van een arts is dan niet nodig. Een verzoek tot verlenging kan worden gedaan voor hetzelfde product dan wel een product van dezelfde vorm maar minder zwaar.
Een verzoek tot verlenging mag niet worden ingediend indien het een nieuwe zorgvraag betreft. Daarvoor is dan wel een nieuwe verwijzing nodig van een arts dan wel een besluit tot toekenning van een nieuwe individuele voorziening via de gemeente.
Alvorens een nieuw verzoek tot toewijzing (JW315) in te dienen, neemt de jeugdhulpaanbieder contact op met de gemeente indien de jeugdhulpaanbieder weet dat de gemeente bij jeugdige of ouders betrokken is (mits jeugdige en/of ouders hiervoor toestemming geeft).
Bij een verzoek tot verlenging verstrekt de jeugdhulpaanbieder de arts die de verwijzing heeft afgegeven een (kort) voortgangsverslag met een beschrijving van het inhoudelijke verloop en resultaten van de zorginzet. Het verslag is vormvrij. Het verslag wordt toegevoegd aan het dossier van de jeugdige of de ouders en kan, indien daartoe ingevolge dit protocol aanleiding toe is, getoond worden aan de gemeente.
E. Controle
Ingevolge uitgangspunt 4, 5 en 6 onder A. kan de gemeente een controle uitvoeren. Deze controle houdt in dat de gemeente controleert of de jeugdhulpaanbieder het onderhavige protocol correct uitvoert. De wijze van controleren kan van geval tot geval verschillen, mede afhankelijk van eventueel reeds geconstateerde onrecht- c.q. onregelmatigheden,
Zo kan een controle, bij geconstateerde onrecht- c.q. onregelmatigheden, inhouden dat alle door een jeugdhulpaanbieder ingediende verzoeken tot toewijzing gedurende een bepaalde periode worden gecontroleerd op het juist toepassen van dit protocol.
Een controle kan bijvoorbeeld ook inhouden dat gedurende een periode stelselmatig dan wel steekproefsgewijs afschriften van de verwijzingen overgelegd moeten worden.
Controles vinden in ieder geval plaats met inachtneming van de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit.
Bijlage: begrippenlijst
a. Algemeen gebruikelijke voorziening:
voorziening die niet speciaal is bedoeld voor de jeugdige of ouders met een ondersteuningsvraag of behoefte ingevolge de wet en die algemeen verkrijgbaar is, niet of niet veel duurder is dan vergelijkbare diensten die algemeen gebruikelijk worden geacht en voor de jeugdige of de ouders ook daadwerkelijk beschikbaar is, financieel gedragen kan worden en passende compensatie biedt.
b. Algemene voorziening:
aanbod van diensten of activiteiten dat, zonder voorafgaand onderzoek naar de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van gebruikers, vrij toegankelijk is en waarmee aan de hulpvraag van de jeugdige of de ouders wordt tegemoet gekomen.
c. Gebruikelijke hulp:
hulp die naar algemeen aanvaarde opvattingen in redelijkheid mag worden verwacht van de echtgenoot, ouders, inwonende kinderen of andere huisgenoten. Dat betekent dat voor de vraag of van een huisgenoot in redelijkheid kan worden verwacht of hij / zij gebruikelijke hulp biedt de specifieke situatie van de jeugdige, de ouders en eventuele andere huisgenoten bepalend is: maatwerk.
d. Mantelzorg:
hulp ten behoeve van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen, opvang, jeugdhulp, het opvoeden en opgroeien van jeugdigen en zorg en overige diensten als bedoeld in de Zorgverzekeringswet, die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen personen bestaande sociale relatie en die niet wordt verleend in het kader van een hulpverlenend beroep.
e. Sociaal netwerk:
personen uit de huiselijke kring of andere personen met wie de jeugdige of de ouders een sociale relatie onderhouden.
f. Voorliggende voorziening:
een voorziening ontleend aan een andere wettelijke regeling dan de Jeugdwet waarmee aan de hulpvraag van de jeugdige of de ouder(s) wordt tegemoetgekomen.
Bijlage 6 Productdienstencatalogus
Versie maart 2023:
Overzicht opleidingen en registraties Segment 1
Segment 2
Segment 3
Segment 4
Overzicht opleidingen en registraties
(Bron Rino Zuid)
BIG Beroepen individuele gezondheidszorg Vergoeding vanuit Jeugdwet en zorgverzekeringswet | SKJ Stichting kwaliteitsregister Jeugd Vergoeding vanuit Jeugdwet | |
Master (universitaire opleiding) | N.v.t. | Na behalen master, BAPD (basisaantekening psychodiagnostiek) vooraf of tijdens herregistratie |
Postmaster (generalistisch) | GZ-opleiding OG-opleiding PT-opleiding | Registratie Orthopedagoog-Generalist Registratie Kinder- en jeugdpsycholoog NIP Individueel leertraject |
Specialisatie | KP-opleiding KNP-opleiding (alleen mogelijk na GZ) | N.v.t. |
De Stichting Kwaliteitsregister Jeugd (SKJ) kent registratie op hbo-, master- en postmasterniveau. De postmaster SKJ- registratie is binnen de Jeugdwet gelijkwaardig aan de GZ-registratie. Als het gaat om zorg aan kinderen en jongeren tot 18 jaar, kom je in aanmerking voor dezelfde taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden.
Aantekening diagnostiek
De aantekening Diagnostiek is vereist voor toelating tot de diverse vervolgopleidingen. Het is géén standaard onderdeel van de masteropleiding, al bieden veel masteropleidingen daarvoor wel de ruimte (bv tijdens een klinische stage).
Kinder- en jeugdpsycholoog NIP
Een van de beroepsregistraties van het NIP is die als Kinder- en jeugdpsycholoog NIP. Een GZ-psycholoog kan deze registratie aanvragen. Deze registratie is ook via een individueel leertraject mogelijk. Het niveau en de opleidingscriteria zijn vergelijkbaar met de eisen voor de GZ-opleiding. Het NIP heeft een aanvraag ingediend om de Kinder- en jeugdpsycholoog NIP op te laten nemen in het BIG-register.
Orthopedagoog-Generalist
Per 1 januari 2020 is de Orthopedagoog-Generalist (OG) een BIG-geregistreerd beroep.
Overige beroepsregistraties
Tijdens, na of in plaats van de postmaster registratie, zijn er diverse beroepsregistraties mogelijk, bijvoorbeeld:
Cognitieve Gedragstherapie
Infant Mental Health
Systeemtherapie
Praktijkondersteuner huisartsenzorg GGZ
Imaginatie en symbolen bij trauma en gehechtheidsproblematiek
Ouderbegeleiding vanuit een visie op ouderschap in ontwikkeling
Regiebehandelaarschap
Regiebehandelaar is een term uit de volwassenen ggz. Regiebehandelaars zijn BIG-geregistreerd en hebben een ggz- specifieke opleiding gevolgd. Onderstaande beroepen zijn aangewezen als regiebehandelaar in het model kwaliteitsstatuut ggz (xxx.xxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx/xxx-xxxxxxxxx-xxxxxxxxxxxxxxxxx):
Vrijgevestigden
psychiater
klinisch psycholoog
klinisch neuropsycholoog
psychotherapeut
Instellingen
psychiater
klinisch psycholoog
klinisch neuropsycholoog
psychotherapeut
verslavingsarts in profielregister KNMG
GZ-psycholoog
verpleegkundig specialist ggz
Ook onderstaande beroepen kunnen, vanuit de Jeugdwet, ingezet worden als regiebehandelaar:
kinder- en jeugdpsycholoog
orthopedagoog-generalist
GZ-psycholoog
Segment 1
De jeugdhulp binnen segment 1 ondersteunt jeugdigen die problemen ervaren op verschillende leefgebieden (wonen, onderwijs, vrije tijd), waardoor hun ontwikkeling dreigt te stagneren of is gestagneerd. Dit drukt op de ontwikkeling, het perspectief en de participatie in de samenleving van de jeugdige. De complexiteit van de hulpvraag vraagt om multidisciplinair maatwerk in het aanbieden van een samenhangend aanbod van (hoog)-specialistische jeugdhulp, waarbij verschillende betrokken partijen rondom de jeugdige en het gezin een actieve bijdrage leveren. Het vraagt in de regel om een intensieve, integrale, intersectorale en domein overstijgende benadering. De behandeling kan plaatsvinden vanuit een vrijwillig, strafrechtelijk- of civielrechtelijk kader.
Binnen segment 1 wordt er gewerkt met verschillende doelgroepen. Er is altijd sprake van meerdere van de volgende elementen, waarbij het vóórkomen van minimaal twee van deze elementen de gemeentelijke toegang het doorslaggevende oordeel geeft over toewijzing aan segment 1:
- Een (licht) verstandelijke beperking met een IQ tussen 50 en 85 en een lage sociaal-emotionele ontwikkeling in combinatie met gedrags- en/of psychiatrische- en/of verslavingsproblematiek.
- Een beperkte leerbaarheid van de jeugdige en/of het systeem.
- Veiligheidsrisico’s; de jeugdige kan een gevaar vormen voor zichzelf (bijvoorbeeld automutilatie en/of suïcidaliteit) en/of zijn omgeving. Er is een bovengemiddeld tot hoog risico op verergering van de problemen of recidive. Er is sprake van een hoog risico op crisis en de mogelijkheid van een dreigende uithuisplaatsing.
- Er is een vermoeden van of sprake van één of meerdere vastgestelde DMS-5 stoornissen.
- Matige tot ernstige gedragsproblemen, zoals norm overschrijdend en oppositioneel opstandig, antisociaal of delinquent gedrag.
- Hechtingsproblematiek.
- Systemische problematiek, zoals een ernstig verstoorde ouder-kindrelatie, KOPP (Kinderen van Ouders met Psychische Problemen), problemen op school of dagbesteding, pathologische relaties.
- Ouders beschikken mogelijk niet over de juiste opvoedvaardigheden en/of er bestaat een gevoel van pedagogische onmacht bij de ouder(s).
Toegang segment 1
Gemeenten en jeugdhulpaanbieders hebben ieder hun eigen perspectief en positie, maar kennen het gemeenschappelijk doel om jeugdigen de juiste ondersteuning te willen bieden en streven met elkaar naar een toekomstbestendig jeugdzorgstelsel. Om aan de voorkant een goede inschatting te maken of de ondersteuningsvraag van een jeugdige daadwerkelijk thuishoort in segment 1 en om direct ‘matched care’ toe te kunnen passen, verloopt de toegang via een Regionaal MatchingsTeam (RMT), waar aanbieders, gemeenten en de jeugdige en zijn of haar ouders in vertegenwoordigd zijn.
Afwezigheidsdagen
Om een reële vergoeding voor aanbieders te bieden én om te bevorderen dat jeugdigen naar huis gaan als dit mogelijk is, mag de aanbieder de afwezigheidsdagen vanaf 2023 declareren. Hiermee wordt een positieve financiële prikkel ingebouwd voor verdere ambulantisering en het verkorten van verblijf.
Wijzigingen ten opzichte van 2022 Behandelproducten
In dit segment zijn de producten GGZ2 en 3, LVB2 en Jeugdzorg2 toegevoegd met een eigen productcode. De productkaarten zijn gelijk aan die van Segment 4 met uitzondering van 2 voorwaarden:
- het maximum aantal in te zetten uren en doorlooptijd is vervallen;
- de verhouding direct en indirect clientgebonden tijd is vervallen.
Uitgangspunt bij deze 10 strategische aanbieders is dat zij inzetten wat nodig is. Over de inzet vindt afstemming plaats tussen verwijzers en aanbieder. Dit wordt verwerkt in de beschikking.
Behandeling/begeleiding bij Verblijf
Bij Verblijf middelzwaar, zwaar en extra zwaar wordt bij ORO, GGzE, GGZ OB, Reinier van Arkel, Pactum en Yes We Can Clinics behandeling apart beschikt. De reguliere begeleiding voor de groepen (dagelijkse begeleiding op de groep als geheel, maar bijvoorbeeld ook korte individuele interventies met een incidenteel karakter) is in het verblijfstarief verwerkt. Voor jeugdigen die veel 1 op 1 begeleiding nodig hebben omdat ze nog niet ‘groepsgeschikt’ zijn, kan tijdelijk extra begeleiding beschikt worden.
Stapelen
Er kunnen producten uit de andere segmenten worden ingezet. De stapelmatrix komt nagenoeg te vervallen voor dit segment. Verblijf kan niet met verblijf gestapeld worden (met uitzondering van crisis).
3 aanbieders hebben een all-in tarief voor verblijf, Amarant, Koraal en Combinatie Jeugdzorg. Bij deze aanbieders kan verblijf niet gestapeld worden met andere producten omdat in principe alle behandeling en begeleiding in het tarief is meegenomen.
Specifieke afspraken met aanbieders Segment 1
De specifieke afspraken gelden voor de volgende 10 aanbieders: GGzE, GGZ OB, Reinier van Xxxxx, Pactum, Combinatie Jeugdzorg, Koraal, Amarant, ORO, Viersprong, Yes We Can Clinics. Daarnaast zijn er een aantal bijzonderheden of specifieke administratieve productcodes aan individuele aanbieders gekoppeld.
Alle Segment 1 aanbieders:
- Toestaan meerdere verlengingen of ophogingen binnen segment 1: meerdere, dus ook derde of meer, verlengingen/ophogingen van zorgtoewijzingen zijn toegestaan. Er wordt ingezet wat nodig is. Dit moet wel tijdig gemeld worden, met een korte onderbouwing.
- Onderaannemerschap is alleen nodig met aanbieders die niet gecontracteerd zijn. In alle andere gevallen krijgt de aanbieder die tegelijk ingezet wordt zelf een beschikking voor de jeugdhulp die hij inzet.
GGzE, GGZ OB, Reinier van Arkel
- Psychofarmaca onder behandelcode: voor GGzE, GGZ OB en Reinier van Xxxxx geldt dat instellen en controleren psychofarmaca gebeurt onder de behandelcode Segment 1 GGZ3 (54V03). Dat kan naast een GGZ2 indicatie lopen, als dit de passende code voor de behandeling is. De zorgtoewijzing conform artikel 4.1.1. lid 1 van de Jeugdwet moet zijn “afgestemd op de reële behoefte van de jeugdige of ouder”.
- Diagnostiek (45J14). Het komt met regelmaat voor dat de standaard van 20 uur met een looptijd van max. 6 maanden onvoldoende is voor deze GGZ aanbieders. Er zijn 3 mogelijkheden:
Er kan vooraf, in overleg met de gemeentelijke toegang, bepaald worden dat er meer dan 20 uur diagnostiek toegekend wordt.
De zorgtoewijzing op de productcode diagnostiek kan eenmalig verlengd worden. Dit wordt tijdig aangevraagd door de aanbieder.
Na de 20 uur diagnostiek kan behandeling starten, verdere diagnostiek vindt onder behandelcode plaats.
- Baby Extra GGzE: valt onder Segment 4, product GGZ1 (54001).
- Deeltijdbehandeling Autisme (DBA) (voorheen dagbehandeling autisme) GGzE: valt onder code 54V02 Segment 1 GGZ2.
- Vervoer naar Deeltijdbehandeling Autisme GGzE: de jeugdigen krijgen op locatie van GGzE naast jeugdhulp ook onderwijs aangeboden, indien van toepassing. Officieel is dit geen onderwijslocatie dus valt het niet onder leerlingenvervoer. Lokaal wordt besloten of het via leerlingenvervoer loopt (hardheidsclausule verordening leerlingenvervoer) of via maatwerk. De vervoerscodes uit de PDC zijn niet passend.
- Intake Deeltijdbehandeling Autisme (DBA) GGzE: voor de intake wordt het product diagnostiek afgegeven.
- GGZ groeps- en/of dagbehandeling op GGZ3: als een cliënt via een van de GGZ-aanbieders uit Segment 1 groepstherapie en/of dagbehandeling krijgt als onderdeel van de behandeling wordt de zorgtoewijzing volledig op het product Segment 1 GGZ3 (54V03) gedaan. Het betreft altijd een combinatie van individuele behandeling en groepsbehandeling. Eén uur groepsbehandeling wordt naar rato van het aantal cliënten per behandelaar gedeclareerd. Bij 1 behandelaar op 6 cliënten wordt 1/6 deel van het uurtarief gedeclareerd, bij 2 behandelaren op een groep van 6 cliënten is dat 1/3 deel. De zorgaanbieder maakt samen met de gemeentelijke toegang een inschatting van de totale omvang van de uren, waarbij zoveel mogelijk rekening gehouden wordt met het aantal uren dat, op basis van daadwerkelijke inzet gedeclareerd zal worden.
Amarant
- XXX xxx Xxxxxxx: voor TED (product van Amarant) wordt code 41A04 gebruikt.
Amarant, Combinatie Jeugdzorg en GGzE
- Inzet iFACT (intersectoraal FACT) wordt toegewezen op de behandelcodes segment 1: in 2022 was een tijdelijke productcode voor de inzet van iFACT door Amarant afgesproken. Amarant voert iFACT uit in samenwerking met de Combinatie Jeugdzorg en GGzE. Vanaf 1 januari 2023 wordt een zorgtoewijzing voor iFACT gedaan op de behandelcodes uit segment 1. Een cliënt krijgt een zorgtoewijzing op Segment 1 GGZ 3 (54V03) bij GGzE, Segment 1 LVB (45V55) bij Amarant en Segment 1 Jeugdzorg (45V57) bij Combinatie Jeugdzorg.
Yes We Can Clinics
- Intensieve dagbehandeling Yes We Can Clinics locatie Eindhoven, combinatie van productcodes: YWCC biedt op haar locatie in Eindhoven een intensief dagbehandelingsprogramma voor jongeren van 16 jaar en ouder ter voorkoming van of als alternatief voor het klinische programma. Het gaat om 3 dagen per week gedurende 8 weken met meerdere groepssessies afgewisseld met een-op-een sessies, met daaraan voorafgaand intake en/of diagnostiek. Net als in het klinische programma zal er ook systeemtherapie geboden worden. Ook hoort daar een nazorgtraject bij. Dit traject duurt gemiddeld 3 tot maximaal 4 maanden, met een accent op de eerste 2 maanden. Hiervoor wordt een combinatie van 2 productcodes gebruikt:
het product Segment 1 behandeling GGZ3 (54V03) met gemiddeld 70 uur voor de looptijd van het behandeltraject.
Het product begeleiding groep 1 (50A85) uit segment 4, met 5 stuks per week voor de groepssessies in de eerste twee maanden van het behandeltraject.
De aanbieder declareert alleen de daadwerkelijke inzet.
De Viersprong
- Per 1 januari 2023 is De Viersprong voor het volledige zorgaanbod gecontracteerd via het LTA. De Viersprong is vanaf 2023 gecontracteerd onder het perceel Topklinische GGz van de landelijke overeenkomst (LTA). Alle zorg valt vanaf het nieuwe jaar onder de landelijke overeenkomst (LTA). Er worden geen zorgtoewijzingen meer afgegeven op de productcodes uit onze PDC (in 2022 betrof dat nog MST, RGT (voorheen FFT) en de ambulante behandelcodes GGZ). Alle zorgtoewijzingen voor De Viersprong worden conform de afspraken rondom het LTA op de aspecifieke 55-code afgegeven.
De ‘transformatiefonds producten’
Drie aanbieders hebben voor 2022 een subsidie vanuit het transformatiefonds toegekend gekregen voor de ontwikkeling van verblijfsverkortende of -vervangende alternatieven. Twee van deze producten zijn vanaf 2023 in het reguliere aanbod Segment 1 aanbod opgenomen, iFACT en IGT. IGT heeft een productkaart, iFACT wordt toegewezen op de behandelcodes segment 1 (zie hierboven onder specifieke afspraken met segment 1 aanbieders).
Voor nu is alleen Pactum nog over. Zij hebben een subsidie uit het transformatiefonds voor de ontwikkeling van verblijfsvoorkomend zorgaanbod. Care4Talent is een dagprogramma voor cliënten met een gemiddelde duur van 8 maanden meerdere dagen per week. De zorginzet wordt bekostigd vanuit Segment 1. De productcode is 41C4T met een tarief per etmaal. (zie verwijsindex)
In 2022 is een tweede subsidietranche opengesteld. Mogelijk volgen daaruit nog nieuwe initiatieven die om een soortgelijke (tijdelijke) oplossing vragen.
Producten
Onder segment ‘hoog complexe, weinig voorkomende jeugdhulp’ vallen de volgende producten:
- Verblijf middelzwaar (incl. en excl. behandeling)
- Verblijf zwaar(incl. en excl. behandeling)
- Verblijf extra zwaar (incl. en excl. behandeling)
- Segment 1 GGZ2 en 3
- Segment 1 LVB
- Segment 1 Jeugdzorg
- MST
- RGT
- MDFT
- Intensive Gezinsbehandeling Thuis (IGT)
Welke aanbieders bieden welke producten?
De zwarte vakjes in onderstaande tabel laten zien welke aanbieder welk product levert.
Productomschrijving | Code | Amarant | Koraal | ORO | GGzE | GGZ OB | RvA | YWCC | Viersprong | Combinati | Pactum |
Verblijf middelzwaar, inclusief behandeling | 43J37 | ||||||||||
Verblijf middelzwaar, exclusief behandeling | 43V37 | ||||||||||
Verblijf zwaar, inclusief behandeling | 43J38 | ||||||||||
Verblijf zwaar, exclusief behandeling | 43V38 | ||||||||||
Verblijf extra zwaar, inclusief behandeling | 43J39 | ||||||||||
Verblijf extra zwaar, exclusief behandeling | 43V39 | ||||||||||
Segment 1 behandeling GGZ 3 | 54V03 | LTA | |||||||||
Segment 1 behandeling GGZ 2 | 54V02 | ||||||||||
Segment 1 behandeling LVB | 45V55 | ||||||||||
Segment 1 behandeling Jeugdzorg | 45V57 | ||||||||||
Multi Systeem Therapie (MST) | 45J29 | LTA LTA | |||||||||
Relationele Gezinstherapie (RGT) | 45J30 | ||||||||||
Multi Dimensionele Familietherapie (MDFT) | 45J31 | ||||||||||
Intensieve Gezinsbehandeling Thuis (IGT) | 45IGT |
Productkaarten
Criteria | Omschrijving |
Omschrijving | Verblijf middelzwaar, inclusief behandeling |
Productcode | 43J37 |
Aanbieders | Amarant, Combinatie Jeugdzorg, Koraal |
Problematiek | Er is sprake van zware meervoudige klachten op meerdere leefgebieden ten gevolge van psychische problematiek of een psychische stoornis en/of ontwikkelingsachterstand en/of een (verstandelijke) beperking en/of gedragsproblematiek en/of hechtingsproblematiek. Klachten uiten zich in ernstige internaliserende en/of externaliserende gedragsproblemen. De relatie tussen jeugdige en ouders is grotendeels verstoord en/of de ouder is overbelast. Perspectief op terugkeer naar thuissituatie - Het netwerk is onvoldoende toegerust om de jeugdige de ondersteuning te bieden die noodzakelijk is. In het netwerk is daarom intensieve |
ondersteuning nodig om ervoor te zorgen dat de jeugdige weer terug kan naar de thuissituatie. - Redenen voor intensieve ondersteuning kunnen zijn: het netwerk heeft onvoldoende vertrouwen in de hulpverlening en/of is beperkt leerbaar en/of is overbelast en/of moet specifieke opvoedingsvaardigheden aanleren en hierin moet geïnvesteerd worden. | |
Kenmerken product | Tijdens het verblijf vindt intensieve behandeling plaats. Dit kan zowel in een open als een besloten setting. Behandeling is altijd multidisciplinair ingebed en is gericht op: - herstel, - een gedragsverandering teweegbrengen, - voorkomen van verergering, - organiseren van perspectief, - waar mogelijk versterken van opvoedvaardigheden van het systeem - netwerk en leren omgaan met het gedrag van de jeugdige, toezicht houden hierop en sturing geven, - organiseren van terugvalpreventie. De behandeling gaat gepaard met intensieve ondersteuning aan de thuissituatie, gericht op terugkeer van de jeugdige naar de ouders dan wel netwerk. Er is een positief pedagogisch en veilig behandelklimaat nodig met waar nodig begrenzing (een structurerende/ ondersteunende aanpak). Het pedagogisch personeel heeft een rol als (mede)opvoeder. Contact tussen groepswerkers en cliënt is een belangrijk middel om tot verandering te komen. De jeugdige volgt (passend) onderwijs en mocht dat niet mogelijk zijn, dan wordt ervoor gezorgd dat de jeugdige een dagbesteding heeft. Veiligheid/mate van toezicht: Vaak 24-uurs toezicht, sturing en nabijheid nodig. |
Specifieke kwaliteitseisen | Op de groepen staan voldoende gekwalificeerde professionals. Voor de behandeling: Postmaster SKJ- of BIG-registratie voor regiebehandelaar. Multidisciplinair team in dienst hebben dat betrokken is bij de behandeling, bestaande uit SKJ-geregistreerde HBO/Universitair/Post-master geschoolde professionals, waaronder tenminste: In geval van GGZ: In dienst hebben van: XX xxxxxxxxxx, klinisch psycholoog en verpleegkundig specialist. Overige zorgaanbieders: Beschikt minimaal over 2 professionals uit de volgende groep functies: gedragswetenschapper (orthopedagoog en/of psycholoog), systeemtherapeut, GZ-psycholoog of orthopedagoog generalist. |
Voorwaarden | Er is 24/7 beschikbaarheid en bereikbaarheid van personeel. Aanbieder is in het bezit van een vigerend branche-specifiek kwaliteitscertificaat (bijvoorbeeld HKZ of ISO) |
Criteria | Omschrijving |
Omschrijving | Verblijf middelzwaar, exclusief behandeling |
Productcode | 43V37 |
Aanbieders | GGzE, ORO, Xxxxxx, Xxxxxxx van Xxxxx |
Problematiek | Er is sprake van zware meervoudige klachten op meerdere leefgebieden ten gevolge van psychische problematiek of stoornis en/of |
ontwikkelingsachterstand en/of een (verstandelijke) beperking en/of gedragsproblematiek en/of hechtingsproblematiek. Klachten uiten zich in ernstige internaliserende en/of externaliserende gedragsproblemen. De relatie tussen jeugdige en ouders is grotendeels verstoord en/of de ouder is overbelast. Perspectief op terugkeer naar thuissituatie - Het netwerk is onvoldoende toegerust om de jeugdige de ondersteuning te bieden die noodzakelijk is. In het netwerk is daarom intensieve ondersteuning nodig om ervoor te zorgen dat de jeugdige weer terug kan naar de thuissituatie. - Redenen voor intensieve ondersteuning kunnen zijn: het netwerk heeft onvoldoende vertrouwen in de hulpverlening en/of is beperkt leerbaar en/of is overbelast en/of moet specifieke opvoedingsvaardigheden aanleren en hierin moet geïnvesteerd worden. | |
Kenmerken product | Tijdens het verblijf vindt intensieve behandeling plaats. Dit kan zowel in een open als een besloten setting. De behandeling valt niet binnen dit product maar wordt apart beschikt. Er is een positief pedagogisch en veilig behandelklimaat nodig met waar nodig begrenzing (een structurerende/ ondersteunende aanpak). Het pedagogisch personeel heeft een rol als (mede)opvoeder. Contact tussen groepswerkers en cliënt is een belangrijk middel om tot verandering te komen. De jeugdige volgt (passend) onderwijs en mocht dat niet mogelijk zijn, dan wordt ervoor gezorgd dat de jeugdige een dagbesteding heeft. Veiligheid/mate van toezicht: Vaak 24-uurs toezicht, sturing en nabijheid nodig. |
Specifieke kwaliteitseisen | Op de groepen staan voldoende gekwalificeerde professionals. |
Voorwaarden | Er is 24/7 beschikbaarheid en bereikbaarheid van personeel. Aanbieder is in het bezit van een vigerend branche-specifiek kwaliteitscertificaat (bijvoorbeeld HKZ of ISO) |
Criteria | Omschrijving |
Omschrijving | Verblijf zwaar, inclusief behandeling |
Productcode | 43J38 |
Aanbieders | Amarant, Combinatie Jeugdzorg, Koraal |
Problematiek | Er is sprake van een aaneenschakeling van zware meervoudige klachten op meerdere leefgebieden ten gevolge van psychiatrische problematiek of een psychiatrische stoornis en/of ontwikkelingsachterstand en/of een (verstandelijke) beperking en/of gedragsproblematiek en/of hechtingsproblematiek in combinatie met de behoefte aan ondersteuning vanuit de ouders ten gevolge van opgroei- en opvoednood. De jeugdige loopt door deze problematiek vast op alle leefgebieden en kan daarom niet aan het reguliere onderwijs of vrijetijdsbesteding deelnemen. Er is een gemiddeld risico op zelfbeschadigend gedrag en/of suïcidaliteit. Klachten uiten zich in ernstige internaliserende en/of externaliserende gedragsproblemen. De relatie tussen jeugdige en ouders is verstoord. Perspectief op terugkeer naar thuissituatie Het netwerk staat open voor ondersteuning, maar is in sommige gevallen beperkt in de mogelijkheden. |
Kenmerken product | Tijdens het verblijf vindt zeer intensieve behandeling plaats. Behandeling is altijd multidisciplinair en is gericht op het voorkomen van een crisis en voorkomen van verergering. Vervolgens wordt gefocust op risicogestuurde zorg. Wanneer |
dit is gerealiseerd wordt ingezet op herstel: een gedragsverandering teweegbrengen, organiseren van perspectief, versterken van opvoedvaardigheden van het netwerk en leren omgaan met gedrag van de jeugdige en jeugdige leren omgaan met eigen gedag. Tot slot wordt ingezet op terugvalpreventie. Behandeling is altijd gericht op drie leefgebieden: wonen, onderwijs/werken als vrijetijdsbesteding. Dit kan zowel in een open als een besloten setting. Er worden op deze drie leefgebieden heldere perspectieven geformuleerd en gerealiseerd. Er is integrale afstemming en behandeling op drie leefgebieden. Binnen de behandeling wordt ervoor gezorgd dat de jeugdige passend onderwijs kan volgen. Mocht passend onderwijs niet mogelijk zijn dan wordt ervoor gezorgd dat de jeugdige dagbesteding heeft. Er is een positief pedagogisch en veilig behandelklimaat nodig met duidelijke begrenzing (normerende aanpak) waar de jeugdige aan zijn doelen met betrekking tot zijn perspectieven op alle leefgebieden kan werken. De vrijheden van de jeugdige zijn minder groot. Het pedagogisch personeel is (mede- )opvoeder. Contact tussen groepswerkers en cliënt is een belangrijk middel om tot verandering te komen. Veiligheid/mate van toezicht - Continu 24-uurs toezicht, sturing en nabijheid nodig, vanwege de crisis gevoeligheid en complexiteit. - Soms is overname nodig, inzet van middelen & maatregelen en/of domotica (deuralarm/afsluiten elektronica/water etc. indien noodzakelijk). | |
Specifieke kwaliteitseisen | Op de groepen staan voldoende gekwalificeerde professionals. Voor de behandeling: Postmaster SKJ- of BIG-registratie voor regiebehandelaar. Multidisciplinair team in dienst hebben dat betrokken is bij de behandeling, bestaande uit SKJ-geregistreerde HBO/Universitair/Post-master geschoolde professionals, waaronder tenminste: In geval van GGZ: In dienst hebben van: XX xxxxxxxxxx, klinisch psycholoog en verpleegkundig specialist. Overige zorgaanbieders: Beschikt minimaal over 3 professionals uit de volgende groep functies: gedragswetenschapper (orthopedagoog en/of psycholoog), systeemtherapeut, GZ-psycholoog of orthopedagoog generalist. |
Voorwaarden | Er is 24/7 aanwezigheid en bereikbaarheid van personeel. Er wordt een driemilieusvoorziening geboden of een hiermee vergelijkbare voorziening waarbij behandeling, huisvesting en onderwijs of activiteiten ter vervanging van onderwijs gecombineerd kunnen worden. Aanbieder is in het bezit van een vigerend branche-specifiek kwaliteitscertificaat (bijvoorbeeld HKZ of ISO). |
Criteria | Omschrijving |
Omschrijving | Verblijf zwaar, exclusief behandeling |
Productcode | 43V38 |
Aanbieders | Xxxxxx, Xxxxxxx xxx Xxxxx, Yes We Can Clinics |
Problematiek | Er is sprake van een aaneenschakeling van zware meervoudige klachten op meerdere leefgebieden ten gevolge van psychiatrische problematiek of een psychiatrische stoornis en/of ontwikkelingsachterstand en/of een (verstandelijke) beperking en/of gedragsproblematiek en/of hechtingsproblematiek in combinatie met de behoefte aan ondersteuning vanuit de ouders ten gevolge van opgroei- en opvoednood. De jeugdige loopt door deze problematiek vast op alle leefgebieden |
en kan daarom niet aan reguliere onderwijs of reguliere vrijetijdsbesteding deelnemen. Er is een gemiddeld risico op zelfbeschadigend gedrag en/of suïcidaliteit. Klachten uiten zich in ernstige internaliserende en/of externaliserende gedragsproblemen. De relatie tussen jeugdige en ouders is verstoord. Perspectief op terugkeer naar thuissituatie Het netwerk staat open voor ondersteuning, maar is in sommige gevallen beperkt in de mogelijkheden. | |
Kenmerken product | Tijdens het verblijf vindt zeer intensieve behandeling plaats. De behandeling valt niet binnen dit product maar wordt apart beschikt. Behandeling is altijd multidisciplinair en is gericht op het voorkomen van een crisis en voorkomen van verergering. Vervolgens wordt ingezet op herstel, een gedragsverandering teweegbrengen, organiseren van perspectief, versterken van opvoedvaardigheden van het netwerk en leren omgaan met gedrag van de jeugdige, toezicht houden hierop en sturing geven en organiseren van terugvalpreventie. Behandeling is altijd gericht op drie leefgebieden: zowel ten aanzien van wonen, onderwijs/werken als vrijetijdsbesteding. Dit kan zowel in een open als een besloten xxxxxxx. Xx worden op deze drie leefgebieden heldere perspectieven geformuleerd en gerealiseerd. Er is integrale afstemming en behandeling op drie leefgebieden. Binnen de behandeling wordt ervoor gezorgd dat de jeugdige passend onderwijs kan volgen. Mocht passend onderwijs niet mogelijk zijn dan wordt ervoor gezorgd dat de jeugdige dagbesteding xxxxx. Xx is een positief pedagogisch en veilig behandelklimaat nodig met duidelijke begrenzing (normerende aanpak) waar de jeugdige aan zijn doelen met betrekking tot zijn perspectieven op alle leefgebieden kan werken. De vrijheden van de jeugdige zijn minder groot. Het pedagogisch personeel is (mede)xxxxxxxx. Xxxxxxx tussen groepswerkers en cliënt is een belangrijk middel om tot verandering te komen. Veiligheid/mate van toezicht Continu 24-uurs toezicht, sturing en nabijheid nodig, vanwege de crisis gevoeligheid en complexiteit. Soms is overname nodig, inzet van middelen & maatregelen en/of domotica (deuralarm/afsluiten elektronica/water etc. indien noodzakelijk). |
Specifieke kwaliteitseisen | Op de groepen staan voldoende gekwalificeerde professionals. |
Voorwaarden | Er is 24/7 aanwezigheid en bereikbaarheid van xxxxxxxxx. Xx wordt een driemilieusvoorziening geboden of een hiermee vergelijkbare voorziening waarbij behandeling, huisvesting en onderwijs of activiteiten ter vervanging van onderwijs gecombineerd kunnen worden. Aanbieder is in het bezit van een vigerend branche-specifiek kwaliteitscertificaat (bijvoorbeeld HKZ of ISO) |
Criteria | Omschrijving |
Omschrijving | Verblijf extra zwaar, inclusief behandeling |
Productcode | 43J39 |
Aanbieders | Amarant, Combinatie Jeugdzorg, Koraal |
Problematiek | Er is sprake van een aaneenschakeling van zware meervoudige klachten op meerdere leefgebieden ten gevolge van psychiatrische problematiek of een psychiatrische stoornis en/of ontwikkelingsachterstand en/of een (verstandelijke) beperking en/of gedragsproblematiek en/of hechtingsproblematiek in combinatie met de behoefte aan ondersteuning vanuit de ouders ten gevolge van opgroei- en opvoednood. De jeugdige loopt door deze problematiek vast op alle leefgebieden. De jeugdige kan niet naar het reguliere onderwijs of |
vrijetijdsbesteding. Er is sprake van een gemiddeld tot hoog risico op zelfbeschadigend gedrag en/of suïcidaliteit. Tevens kan de jeugdige een gevaar voor zijn/haar omgeving zijn. Klachten uiten zich in ernstige internaliserende en/of externaliserende gedragsproblemen en vragen vanuit veiligheidsrisico’s een besloten behandelsetting. De relatie tussen jeugdige en ouders is verstoord Perspectief op terugkeer naar thuissituatie - Het netwerk is beperkt in zijn mogelijkheden en er is intensieve ondersteuning nodig om ervoor te zorgen dat de jeugdige weer terug kan naar de thuissituatie. - Redenen voor intensieve ondersteuning kunnen zijn: het netwerk heeft onvoldoende vertrouwen in de hulpverlening en/of is beperkt leerbaar en/of is overbelast en/of moet specifieke opvoedingsvaardigheden aanleren en hierin moet geïnvesteerd worden. | |
Kenmerken product | Tijdens het verblijf vindt zeer intensieve behandeling plaats. Dit kan zowel in een open als een besloten setting. Behandeling is altijd multidisciplinair. De behandeling is gericht op het voorkomen van een (veiligheids-)crisis en voorkomen van verergering. Vervolgens wordt gefocust op risicogestuurde zorg. Wanneer dit is gerealiseerd, wordt er ingezet op herstel: een gedragsverandering teweegbrengen, het organiseren van perspectief, het versterken van opvoedvaardigheden van het netwerk en leren omgaan met gedrag van de jeugdige en jeugdige leren omgaan met eigen gedrag. Als laatste is de behandeling gericht op het organiseren van terugvalpreventie. Behandeling is altijd gericht op de combinatie drie leefgebieden: wonen, onderwijs/werken en vrijetijdsbesteding. Er worden op deze drie leefgebieden heldere perspectieven geformuleerd en gerealiseerd. Indien nodig wordt het netwerk van de jeugdige extra toegerust om met de veiligheidsaspecten om te gaan. Daarnaast is intensieve begeleiding in de thuissituatie aan de orde. Binnen de behandeling wordt ervoor gezorgd dat de jeugdige passend onderwijs kan volgen. Mocht passend onderwijs niet mogelijk zijn, dan wordt ervoor gezorgd dat de jeugdige dagbesteding heeft. Er is een positief pedagogisch en veilig behandelklimaat nodig met duidelijke begrenzing (normerende aanpak). Het pedagogisch personeel is (mede-)opvoeder. Contact tussen groepswerkers en jeugdige is een belangrijk middel om tot verandering te komen. Veiligheid/mate van toezicht - Continu 24-uurs toezicht, sturing en nabijheid nodig, vanwege de hoge crisisgevoeligheid en hoge complexiteit. - Soms is er overname nodig, inzet van middelen & maatregelen en/of domotica (deuralarm/afsluiten elektronica/water etc. indien noodzakelijk). |
Specifieke kwaliteitseisen | Op de groepen staan voldoende gekwalificeerde professionals. Voor de behandeling: Postmaster SKJ- of BIG-registratie voor regiebehandelaar. Multidisciplinair team in dienst hebben dat betrokken is bij de behandeling, bestaande uit SKJ-geregistreerde HBO/Universitair/Post-master geschoolde professionals, waaronder tenminste: In geval van GGZ: In dienst hebben van: XX xxxxxxxxxx, klinisch psycholoog en verpleegkundig specialist. Overige zorgaanbieders: Beschikt minimaal over 3 professionals uit de volgende groep functies: gedragswetenschapper (orthopedagoog en/of psycholoog), systeemtherapeut, GZ-psycholoog of orthopedagoog generalist. |
Voorwaarden | Er is 24/7 aanwezigheid en bereikbaarheid van personeel. Er wordt een driemilieusvoorziening geboden of een hiermee vergelijkbare voorziening waarbij behandeling, huisvesting en onderwijs of activiteiten ter vervanging van onderwijs gecombineerd kunnen worden. Aanbieder is in het bezit van een vigerend branche-specifiek kwaliteitscertificaat (bijvoorbeeld HKZ of ISO). |
Criteria Omschrijving | |
Omschrijving | Verblijf extra zwaar, exclusief behandeling |
Productcode | 43V39 |
Aanbieders | GGzE, GGZ OB, Xxxxxx, Xxxxxxx van Arkel |
Problematiek | Er is sprake van een aaneenschakeling van zware meervoudige klachten op meerdere leefgebieden ten gevolge van psychiatrische problematiek of een psychiatrische stoornis en/of ontwikkelingsachterstand en/of een (verstandelijke) beperking en/of gedragsproblematiek en/of hechtingsproblematiek in combinatie met de behoefte aan ondersteuning vanuit de ouders ten gevolge van opgroei- en opvoednood. De jeugdige loopt door deze problematiek vast op alle leefgebieden. De jeugdige kan niet naar het reguliere onderwijs of vrijetijdsbesteding. Er is sprake van een gemiddeld tot hoog risico op zelfbeschadigend gedrag en/of suïcidaliteit. Tevens kan de jeugdige een gevaar voor zijn/haar omgeving zijn. Klachten uiten zich in ernstige internaliserende en/of externaliserende gedragsproblemen en vragen vanuit veiligheidsrisico’s een besloten behandelsetting. De relatie tussen jeugdige en ouders is verstoord Perspectief op terugkeer naar thuissituatie - Het netwerk is beperkt in zijn mogelijkheden en er is intensieve ondersteuning nodig om ervoor te zorgen dat de jeugdige weer terug kan naar de thuissituatie. - Redenen voor intensieve ondersteuning kunnen zijn: het netwerk heeft onvoldoende vertrouwen in de hulpverlening en/of is beperkt leerbaar en/of is overbelast en/of moet specifieke opvoedingsvaardigheden aanleren en hierin moet geïnvesteerd worden. |
Kenmerken product | Tijdens het verblijf vindt zeer intensieve behandeling plaats. Dit kan zowel in een open als een besloten setting. De behandeling valt niet binnen dit product maar wordt apart beschikt. Er is een positief pedagogisch en veilig behandelklimaat nodig met duidelijke begrenzing (normerende aanpak). Het pedagogisch personeel is (mede- )opvoeder. Contact tussen groepswerkers en jeugdige is een belangrijk middel om tot verandering te komen. Veiligheid/mate van toezicht - Continu 24-uurs toezicht, sturing en nabijheid nodig, vanwege de hoge crisisgevoeligheid en hoge complexiteit. - Soms is er overname nodig, inzet van middelen & maatregelen en/of domotica (deuralarm / afsluiten elektronica/water etc. indien noodzakelijk). |
Specifieke kwaliteitseisen | Op de groepen staan voldoende gekwalificeerde professionals. |
Voorwaarden | Er is 24/7 aanwezigheid en bereikbaarheid van personeel. Er wordt een driemilieusvoorziening geboden of een hiermee vergelijkbare voorziening waarbij behandeling, huisvesting en onderwijs of activiteiten ter vervanging van onderwijs gecombineerd kunnen worden. Aanbieder is in het bezit van een vigerend branche-specifiek kwaliteitscertificaat (bijvoorbeeld HKZ of ISO). |
AFWEGINGSKADER VERBLIJF | |||||
Verblijf is er op gericht om behandeling te bieden waar uithuisplaatsing tijdelijk noodzakelijk is. Verblijf kan eveneens een orthopedagogische setting betreffen die langdurig noodzakelijk is, waarbij het om inhoudelijke redenen niet mogelijk is gebruik te maken van een pleeggezin of gezinshuis. Dit verblijf is altijd gericht op het waarborgen van de veiligheid van de jeugdige en dit van diens omgeving anderzijds. Verblijf wordt alleen ingezet als de zorgvraag niet te hanteren is met ambulante jeugdhulp. Bij de verblijfsproducten middelzwaar, zwaar en extra zwaar is er sprake van (een aaneenschakeling van) zware meervoudige klachten op meerdere leefgebieden ten gevolge van psychische problematiek of psychische stoornis en/of ontwikkelingsachterstand en/of een beperking en/of gedragsproblematiek. Klachten uiten zich in ernstige internaliserende en/of externaliserende gedragsproblemen. De relatie tussen kind en ouders is (grotendeels) verstoord. | |||||
24/7 beschikbaar- heid of aanwezigheid van personeel | 24-uurs toezicht | Overname (middelen, maatregelen) | 3-milieus- voorziening | Crisis gevoelig voor jeugdige of omgeving | |
Verblijf middelzwaar | Beschikbaar- heid | Vaak | Nee | Nee | Nee |
Verblijf zwaar | Aanwezigheid | Continu | Ja | Ja | aanwezig |
Verblijf extra zwaar | Aanwezigheid | Continu | Ja | Ja | Sterk aanwezig |
Dit afwegingskader is een richtlijn, casuïstiek zal niet altijd één op één passen in het afwegingskader.
Omschrijving | |
Omschrijving | Segment 1 behandeling GGZ 3 |
Productcode | 54V03 |
Aanbieders | GGzE, GGZ OB, Reinier van Xxxxx, Yes We Can Clinics |
Problematiek | Er is sprake van meervoudige problematiek, op meerdere leefgebieden, ten gevolge van psychische problematiek of stoornis. Er is sprake van een vastgestelde DSM 5 stoornis. De jeugdige is (tijdelijk) niet meer in staat om (leeftijd-adequaat) in de samenleving te participeren. De jeugdige laat internaliserend en/of externaliserend zwaar problematisch gedrag zien. Ouders hebben mogelijk niet de juiste opvoedvaardigheden. Jeugdige/netwerk heeft mogelijk onvoldoende vertrouwen in de hulpverlening. Mogelijk is ook sprake van psychische problematiek/verslaving van de ouder(s). |
Kenmerken product | De behandeling is gericht op het kind én het gezin (systemische aanpak). Zeer intensieve behandeling, altijd multidisciplinair ingebed, is gericht op herstel, verbetering, gedragsverandering teweegbrengen, het versterken van de opvoedvaardigheden van het systeem en netwerk en leren omgaan met gedrag van het kind en organiseren van terugvalpreventie. Bij (dreigende) crisis is de behandeling gericht op het stabiliseren en voorkomen van verergering of opname. |
Specifieke kwaliteitseisen | Postmaster BIG-registratie voor regiebehandelaar. Multidisciplinair team betrokken bij de behandeling, met in ieder geval een K&J psychiater of klinisch psycholoog, dat via een dienstverband is ingebed in de organisatie. Aangevuld met minimaal SKJ/BIG-geregistreerde jeugdhulpprofessionals. De inzet bedraagt minimaal 25% WO, 65% HBO+, aangevuld met maximaal 10% HBO. |
Voorwaarden | De verwijzer bepaalt samen met de aanbieder en/of het RMT hoeveel uur voor welke periode wordt beschikt. |
Criteria | Omschrijving |
Omschrijving | Segment 1 behandeling GGZ 2 |
Productcode | 54V02 |
Aanbieders | GGzE, Yes We Can Clinics |
Problematiek | Er is sprake van meervoudige problematiek, eventueel op meerdere leefgebieden, ten gevolge van psychische problematiek of stoornis. Er is sprake van een vastgestelde DSM-5 stoornis. De jeugdige laat internaliserend en/of externaliserend problematisch gedrag zien. De jeugdige participeert in beperkte mate leeftijd-adequaat in de samenleving. Ouders hebben mogelijk niet de juiste opvoedvaardigheden. Mogelijk is ook sprake van psychische problematiek/verslaving van de ouder(s). Jeugdige/netwerk heeft mogelijk onvoldoende vertrouwen in de hulpverlening. Er is een risico op crisis. |
Kenmerken product | De behandeling is gericht op het kind én het gezin (systemische aanpak). De behandeling, altijd multidisciplinair ingebed, is gericht op herstel, verbetering, gedragsverandering teweegbrengen, het versterken van de opvoedvaardigheden van het systeem en netwerk en leren omgaan met gedrag van het kind en organiseren van terugvalpreventie. |
Specifieke kwaliteitseisen | Postmaster BIG-registratie voor regiebehandelaar. Multidisciplinair team in dienst hebben (*) dat betrokken is bij de behandeling, met in ieder geval een K&J- psychiater of klinisch psycholoog. Aangevuld met minimaal SKJ/BIG- geregistreerde jeugdhulpprofessionals. De inzet bedraagt minimaal 15% WO, 70% HBO+, aangevuld met maximaal 15% HBO. (*) In dienst hebben van de genoemde functie-inzet, m.u.v. de K&J-psychiater, hiervoor geldt aantoonbare formele en vastgelegde beschikbaarheid bij de behandeling, gelet op de vereiste functie-inzet. |
Voorwaarden | De verwijzer bepaalt samen met de aanbieder en/of het RMT hoeveel uur voor welke periode wordt beschikt. |
Criteria | Omschrijving |
Omschrijving | Segment 1 behandeling LVB |
Productcode | 45V55 |
Aanbieders | Amarant, Koraal, ORO |
Problematiek | Jeugdige heeft een IQ tot 85, of een hieraan grenzend IQ, waarbij door de meervoudige problematiek noodzaak is tot behandeling binnen een LVB-setting. Er is mogelijk sprake van een verstandelijke beperking van de ouder(s). Jeugdige is vanuit de cognitieve beperking (beperkt) leerbaar op de benoemde behandeldoelen. Er is naast LVB sprake van meervoudige problematiek. De draagkracht/draaglast is uit balans. Jeugdige laat problematisch gedrag zien, waardoor de ontwikkeling verstoord wordt. |
Kenmerken product | De behandeling is gericht op zowel het kind als het gezin (systemische aanpak). De behandeling is gericht op het bevorderen van de ontwikkeling en/of stabiliseren en/of voorkomen van achteruitgang in de ontwikkeling. Het betreft voornamelijk langere behandelingen, met mogelijkheid van verlenging na evaluatie, altijd in overleg met de gemeentelijke toegang of verwijzer. |
Specifieke kwaliteitseisen | Minimaal WO-geschoolde, SKJ/BIG-geregistreerde regiebehandelaar. Multidisciplinair team betrokken bij de behandeling, met in ieder geval een GZ- psycholoog of een gedragswetenschapper, dat via een dienstverband is ingebed in de organisatie. Aangevuld met SKJ/BIG-geregistreerde jeugdhulpprofessionals. De inzet bedraagt minimaal 5% WO, 30% HBO+, aangevuld met maximaal 60% HBO. Als AVG de medicatie voorschrijft valt dit onder Zvw, niet onder Jeugdwet. |
Voorwaarden | De verwijzer bepaalt samen met de aanbieder en/of het RMT hoeveel uur voor welke periode wordt beschikt. |
Criteria | Omschrijving |
Omschrijving | Segment 1 behandeling Jeugdzorg |
Productcode | 45V57 |
Aanbieders | Combinatie Jeugdzorg, Pactum |
Problematiek | Er is sprake van meervoudige problematiek, op meerdere leefgebieden, in combinatie met een ondersteuningsnoodzaak van ouders. Er is sprake van drang of dwang. De jeugdige laat zodanig problematisch gedrag zien, dat hierdoor de ontwikkeling verstoord wordt. De draagkracht/draaglast van het systeem is fors uit balans. Er is sprake van (complexe) conflicten en/of beperkingen in het systeem, waardoor de ontwikkeling van de jeugdige stagneert of dreigt te stagneren. Er is sprake van veiligheidsrisico’s voor de jeugdige. De jeugdige/het netwerk heeft mogelijk onvoldoende vertrouwen in de hulpverlening. Vaak hebben er al meerdere hulpverleningstrajecten plaatsgevonden. Er is een hoog risico op crisis/uithuisplaatsing. |
Kenmerken product | De behandeling is gericht op het kind én het gezin (systemische aanpak). De behandeling, altijd multidisciplinair ingebed, is gericht op verbetering, ontwikkeling en gedragsverandering, het versterken van de opvoedvaardigheden van het systeem en netwerk en het leren omgaan met gedrag van het kind en organiseren van terugvalpreventie. |
Specifieke kwaliteitseisen | Postmaster SKJ- of BIG-registratie voor regiebehandelaar. Multidisciplinair team betrokken bij de behandeling, met in ieder geval een postmaster SKJ- gedragswetenschapper, een orthopedagoog en GZ-psycholoog, dat via een dienstverband is ingebed in de organisatie. Aangevuld met SKJ/BIG-geregistreerde jeugdhulpprofessionals. De inzet bedraagt minimaal 9% WO, 46% HBO+, aangevuld met maximaal 45% HBO. |
Voorwaarden | De verwijzer bepaalt samen met de aanbieder en/of het RMT hoeveel uur voor welke periode wordt beschikt. |
Criteria | Omschrijving |
Omschrijving | Multi Systeem Therapie (MST) |
Productcode | 45J29 |