OVEREENKOMST MEDISCHE KINDZORG 2020
OVEREENKOMST MEDISCHE KINDZORG 2020
DEEL II : Algemeen
Artikel 1 – Zorg
1. De zorgaanbieder verleent aan de verzekerden van de zorgverzekeraar verpleging en verzorging zoals bedoeld in artikel 2.10 van het Besluit zorgverzekering (Bzv). De zorg wordt uitsluitend verleend aan verzekerden onder de 18 jaar.
2. De zorg wordt geleverd met het oog op herstel van gezondheid of voorkomen van verergering van ziekte of aandoening door onder andere verlichting van lijden en ongemak. De zorg heeft als kenmerk dat de verzekerde de zorg nodig heeft vanwege de behoefte aan geneeskundige zorg of vanwege een hoog risico op geneeskundige zorg.
3. De zorg voldoet aan de eisen die de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg en de Wet op de
geneeskundige behandelingsovereenkomst stelt.
4. Onder de verpleging en verzorging valt ook de multidisciplinaire samenwerking en de vervlochten begeleiding, ondersteuning en instructie van het kind en gezin die in directe relatie staat met de zorg.
5. Onder de zorg wordt niet verstaan: verzorging die gericht is op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid bij algemene dagelijkse levensverrichtingen.
Artikel 2 – Toegang
1. De zorgaanbieder verleent zorg nadat de verzekerde door een kinderarts naar de zorgaanbieder is verwezen. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van de ‘Verwijsboom zorg buiten het ziekenhuis’ opgesteld door de Stichting Kind en Ziekenhuis en V&VN Kinderverpleegkunde.
2. De zorgaanbieder verleent zorg op basis van een indicatiestelling door een BIG-geregistreerde kinderverpleegkundige op hbo-niveau.
3. Er wordt gebruik gemaakt van de ‘Hulpbehoeftescan Medische Kindzorg’ binnen het Medische Kindzorgsysteem om de zorgbehoeften van het kind en gezin in kaart te brengen.
4. De zorgverlening vindt plaats met een maximale wachttijd voor de verzekerde van drie werkdagen tussen aanvraag en start zorgverlening. De zorgaanbieder controleert of de norm van drie werkdagen gehaald wordt. Indien deze norm structureel niet gehaald wordt – bijvoorbeeld door capaciteitsproblemen - organiseert de zorgaanbieder de zorg elders in de regio zo nodig in samenspraak met de zorgbemiddelaars van de zorgverzekeraar.
5. Daar waar noodzakelijk start de zorg binnen 24 uur. Indien bij acute zorgvragen de zorg structureel niet binnen 24 uur kan starten meldt de zorgaanbieder dit bij de zorgverzekeraar.
6. De zorgaanbieder draagt zorg voor een adequate verwijzing van verzekerden die niet onder de aanspraak verpleging en verzorging in de Zorgverzekeringswet vallen naar de gemeente (Wet maatschappelijke ondersteuning en/of Jeugdwet) en/of het Centrum Indicatiestelling Zorg (Wet langdurige zorg).
7. De zorgverzekeraar hanteert een toestemmingsvereiste voor verpleging en verzorging. Deze toestemming vooraf is niet nodig als zorgaanbieder voldoet aan lid 1 tot en met 6 van dit artikel.
Artikel 3 – Kwaliteit
1. De zorgaanbieder borgt kwaliteit doordat ze beschikt over een (inter)nationaal erkend kwaliteitssysteem dat gepaard gaat met onafhankelijke toetsing (externe audit).
2. Indien de zorgaanbieder gedurende de looptijd van de overeenkomst wegens achterblijvende kwaliteit een maatregel van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd krijgt opgelegd zullen partijen in overleg treden over een verbeterplan waarmee de geconstateerde kwaliteitsproblemen zullen worden opgelost. Indien deze maatregel een aanwijzing betreft die inhoudt dat cliënten wegens risico’s aan andere zorgaanbieders moeten worden overgedragen zal ONVZ de zorgaanbieder in gebreke stellen en de overeenkomst tussentijds ontbinden.
3. De zorgaanbieder werkt volgens uitgangspunten van het ‘Handvest Kind & Zorg’ om de rechten van het kind en het gezin waar het kind toe behoort te bewaken.
4. De zorgaanbieder werkt volgens de vier fasen van het Medische Kindzorgsysteem.
5. De zorg voor het kind wordt op maat verleend, beweegt flexibel mee met de continu veranderende zorgvraag en wordt regelmatig geëvalueerd. Concreet krijgt dit vorm door de mogelijkheid om het zorgplan op elk moment bij te stellen. De zorgaanbieder doet dit in overleg met het kind en het gezin zodra daar aanleiding toe is. Het kind en het gezin worden gestimuleerd hier aan bij te dragen. Veranderingen in het zorgplan komen in afstemming met de kinderarts tot stand.
6. De zorgaanbieder draagt er zorg voor dat elk ziek kind, maar ook het gezin van het kind, gedurende het hele zorgtraject wordt geïnformeerd ten aanzien van het organisatie- en indicatieproces van de zorg. Informatievoorziening geschiedt door middel van het inzichtelijk maken van een zorgdossier
7. De zorg richt zich op het kind en het gezin waarin specifiek aandacht is voor de vier kinderleefdomeinen. De zorgaanbieder heeft niet enkel en alleen aandacht voor het medisch technische aspect maar ook voor de ontwikkeling en het sociale domein en de veiligheid van het kind. De zorgaanbieder hoeft deze zorg niet zelf te leveren, maar heeft wel een signalerende functie ten aanzien van de ontwikkeling en het sociale domein en de veiligheid van het kind. Indien nodig moet er naar passende ondersteuning worden verwezen of deze moet worden ingeschakeld. De zorgaanbieder werkt daartoe waar nodig samen met andere disciplines.
8. De zorgaanbieder voert eenmaal per twee jaar een klanttevredenheidsonderzoek uit waarbij uitkomsten en ondernomen acties worden gepubliceerd op de eigen website.
Artikel 4 – Zorgverlening
1. De zorg wordt uitgevoerd door een kinderverpleegkundige. Onder kinderverpleegkundige wordt verstaan: een verpleegkundige niveau 4 of 5 met kinderaantekening of een verpleegkundige die ingeschreven staat voor de opleiding tot extramurale kinderverpleegkundige in 2021 en reeds (werk)ervaring heeft in de omgang met zieke kinderen.
2. De zorg start nadat in gezamenlijkheid door de zorgaanbieder, de kinderarts/medisch specialist en het gezin is vastgesteld dat deze in de thuissituatie op verantwoorde wijze kan worden geboden.
3. De kinderverpleegkundige stelt een zorgplan op waarover tussen zorgaanbieder en het kind en/of diens wettelijk vertegenwoordiger overeenstemming is en dat door beide partijen ondertekend is. De kinderarts/medisch specialist ondertekent het medische deel van het zorgplan. De kinderverpleegkundige past in overleg met de verzekerde en/of wettelijk vertegenwoordiger het zorgplan aan indien daar aanleiding toe is.
4. De zorgaanbieder biedt de zorg op de gewenste locatie (thuis, school etc.).
Artikel 5 – Gepast gebruik en doelmatigheid
1. De zorgaanbieder kan aantonen dat de zorg doelmatig geleverd wordt. Gepast gebruik is: zorg zo nodig, waar nodig.
2. De zorgaanbieder werkt systematisch aan de bevordering van de zelfredzaamheid van kind en gezin. Het kind en de ouders krijgen de mogelijkheid en worden gestimuleerd om verzorgende en verpleegkundige vaardigheden aangeleerd te krijgen, gerelateerd aan de wensen en belastbaarheid van het kind en de ouders.
Artikel 6 -- Bereikbaarheid en beschikbaarheid
1. De zorgaanbieder heeft 24 uur per dag telefonische bereikbaarheid georganiseerd.
2. De zorgaanbieder heeft 24 uur per dag op afroep beschikbaarheid georganiseerd en heeft hiertoe deskundige medewerkers beschikbaar die 24 uur per dag inzetbaar zijn.
3. De telefonische bereikbaarheid en de beschikbaarheid kunnen in samenwerking met collega zorgaanbieders worden georganiseerd.
Artikel 7 – Voorwaarde voor het leveren van zorg op afstand
In het zorgplan van de betrokken verzekerde is vastgelegd dat verzekerde is aangewezen op en kiest voor zorg op afstand
Artikel 8 – Prestaties, tarieven en declaraties
1. De zorgverzekeraar vergoedt de prestaties die zijn vastgelegd in deel III.
2. Van toepassing zijn de tarieven vermeld in deel III.
3. Met inachtneming van artikel 3 lid 5 draagt de zorgaanbieder zorg voor een actueel zorgplan en declareert uitsluitend geleverde zorg.
4. Declareren op basis van de methodiek ‘planning is realisatie, tenzij’ is toegestaan conform de
geldende Beleidsregel en de handleiding die hierover door Actiz en Zorgverzekeraars Nederland is geschreven.
5. De geleverde zorg moet navolgbaar zijn. Het verpleegkundig proces, het methodisch werken
(anamnese, diagnose, planning, uitvoering en evaluatie) en de bijbehorende verslaglegging moeten goed verankerd zijn binnen de organisatie. Dit betekent dat de geleverde zorg die valt onder directe contacttijd dan wel verplaatste directe contacttijd navolgbaar verantwoord wordt in het zorgplan, de planning en/of de voortgangsrapportage.
6. De zorgaanbieder past in de declaraties de AGB-code toe zoals is vastgelegd in de overeenkomst tussen zorgaanbieder en de zorgverzekeraar. Dit betekent dat in het AW-319 declaratiebericht de AGB-code van de contractant wordt vermeld als declarant (in het voorlooprecord) en ook als uitvoerder (in het prestatierecord).
7. Aan de AGB-code van de zorgaanbieder is in het AGB-register minimaal één AGB-code van een beroepsbeoefenaar (hbo-verpleegkundige) gekoppeld.
8. De zorgaanbieder declareert conform de landelijk vastgestelde declaratieparagraaf wijkverpleging.
Artikel 9 – Leveringsplicht
1. De zorgaanbieder vermeldt op haar website in welk gebied zij werkzaam is.
2. De zorgaanbieder verleent zorg aan alle verzekerden van de zorgverzekeraar die zich tot haar wenden, ongeacht de aard en omvang van de zorgvraag en voor zover de verzekerde woonachtig is in het werkgebied van de zorgaanbieder.
3. De zorgaanbieder hanteert geen wachtlijsten en levert de zorg binnen de landelijk vastgestelde
Treeknormen. Indien de Treeknormen niet haalbaar zijn overlegt de zorgaanbieder met collega zorgaanbieders en de zorgverzekeraar over een passende oplossing opdat de cliënt alsnog of elders tijdig zorg kan ontvangen.
Artikel 10 – Niet nakoming
1. Als de zorgaanbieder tekortschiet in de nakoming van een verplichting uit deze overeenkomst stelt ONVZ hem in gebreke.
2. De ingebrekestelling is schriftelijk waarbij aan de zorgaanbieder een redelijke termijn wordt gegund om alsnog zijn verplichtingen na te komen. Deze termijn is een fatale termijn.
3. Bij niet nakoming van de verplichtingen uit deze overeenkomst behoudt ONVZ zich het recht voor de overeenkomst tussentijds te beëindigen.