UITVOERINGSOVEREENKOMST 2016
De Stichting Pensioenfonds ERIKS, gevestigd te Alkmaar, hierna: “de stichting”
en
ERIKS nv , gevestigd te Alkmaar, hierna: “de vennootschap”
in aanmerking nemende dat:
1. de vennootschap voor haar werknemers, waaronder mede zijn begrepen de werknemers van de door haar aangewezen gelieerde Nederlandse ondernemingen als genoemd in bijlage 1, waarmede de vennootschap een desbetreffende overeenkomst is aangegaan, een pensioenregeling heeft getroffen, welke is vastgelegd tussen de vennootschap en de werknemers in een pensioenovereenkomst;
2. de vennootschap de uitvoering van de pensioenovereenkomst wenst op te dragen aan de stichting en dat de stichting deze wenst uit te voeren;
3. de inhoud van de pensioenovereenkomst door verwijzing in de arbeidsovereenkomst is vastgelegd in één dan wel meerdere pensioenreglementen van de stichting (hierna gezamenlijk te noemen: het pensioenreglement);
4. de pensioenregeling per 1 januari 2016 is aangepast aan de wijzigingen in de wet- en regelgeving, waaronder de verhoging van het maximum pensioensalaris van € 100.000 naar € 101.519;
5. in verband met het onder 4 genoemde de stichting en de vennootschap de bestaande uitvoeringsovereenkomst 2015 per 1 januari 2016 wijzigen in uitvoeringsovereenkomst 2016, hierna “overeenkomst” genoemd;
6. de bij deze uitvoeringsovereenkomst behorende bijlage per 1 januari 2016 dient te worden gewijzigd, door enerzijds de fusie van ERIKS bv en ERIKS Gasket Technology bv en anderzijds mutaties in de lijst van niet aangesloten werknemers,
komen als volgt overeen:
Artikel 1. Definities
In deze overeenkomst gelden de begripsomschrijvingen van de statuten en het pensioenreglement van de stichting.
Artikel 2. Administratieve verplichtingen
De vennootschap neemt alle verplichtingen op zich en aanvaardt alle rechten die uit de statuten en het pensioenreglement van de stichting voor de vennootschap voortvloeien. Naast haar financiële verplichtingen verbindt de vennootschap zich, voor zover vastgelegd in de volgende artikelen van deze overeenkomst, tevens tot het verrichten van al hetgeen nodig is om de stichting tot het nakomen van haar niet-financiële verplichtingen in staat te stellen. De stichting verbindt zich jegens de vennootschap tot naleving van voormelde statuten en pensioenreglement.
Artikel 3. Toetreding deelnemers
1. De vennootschap verplicht zich aan de stichting alle werknemers, die volgens de bepalingen van het pensioenreglement aan de voorwaarden voor de toetreding voldoen, als kandidaat-deelnemer in de stichting aan te melden.
2. De stichting verplicht zich aan de vennootschap alle in dit artikel bedoelde werknemers, die volgens haar statuten en pensioenreglement daarvoor in aanmerking komen, als deelnemer in de stichting op te nemen.
3. De werkgever verplicht zich aan de in lid 2 bedoelde werknemers die op of na
1 januari 2015 in dienst treden bij de vennootschap de in artikel 21 PW bedoelde startbrief te verstrekken.
4. Het in lid 1 bepaalde is niet van toepassing op werknemers van de vennootschap voor wie bij de fusie of een overname is afgesproken dat een bestaande pensioenregeling wordt gecontinueerd en die derhalve geen deelnemer bij de stichting zijn geworden zolang die bestaande regeling van toepassing is. De vennootschap zal bij een fusie of overname een overzicht verstrekken van de desbetreffende werknemers. Dit overzicht wordt jaarlijks in januari aangepast aan de actuele situatie.
Artikel 4. Informatieverstrekking
1. De vennootschap verplicht zich aan het bestuur van de stichting steeds alle gegevens over de deelnemers, hun echtgenoten en kinderen, voor zover haar bekend, te verstrekken, die voor een goede administratieve uitvoering van de statuten en het pensioenreglement door de stichting nodig worden geacht.
2. De stichting informeert de vennootschap over aanwijzingen van De Nederlandsche Bank
N.V. en de Stichting Autoriteit Financiële Markten, klachten- en geschillenprocedures en overige juridische procedures.
3. De stichting zorgt voor informatieverstrekking aan de (gewezen) deelnemers, pensioengerechtigden en voormalige partners conform de eisen van de Pensioenwet en aanverwante wet- en regelgeving.
Artikel 5. Premiebetaling
1 De vennootschap en haar werknemers dragen de volledige lasten van de onderhavige pensioenregeling.
2. Overeenkomstig het bepaalde in het pensioenreglement bedraagt de vennootschapsbijdrage een vast percentage van 13% van de som van de pensioengevende jaarsalarissen vermeerderd met 5% van de som van de pensioengrondslagen van de deelnemers in dat jaar en vermeerderd met een vast bedrag van € 100.000 per jaar vanwege de uitbreiding van de regeling met een extra tijdelijk partnerpensioen ter grootte van de ANW-uitkering.
3. De hoogte van de totale vaste premie, zoals omschreven in lid 2 van dit artikel geldt voor onbepaalde tijd.
4. De stichting zal nimmer (een gedeelte van) de in dit artikel gemelde vennootschaps- en deelnemersbijdrage en/ of enige opbrengst van de beleggingen (vermogensoverschotten) restitueren aan de vennootschap.
Artikel 6. Collectieve waardeoverdrachten
1. De stichting zal haar medewerking verlenen aan een inkomende Collectieve Waardeoverdracht indien aan alle wettelijke voorschriften en vereisten dienaangaande wordt voldaan en mits in de overdrachtswaarde welke wordt ontvangen voldoende buffers zijn meegenomen. De benodigde omvang van de buffers wordt bepaald op basis van de buffers welke de stichting volgens de richtlijnen van de DNB moet verantwoorden voor een toereikende financiële positie.
2. De stichting zal haar medewerking verlenen aan een uitgaande Collectieve Waardeoverdracht indien aan alle wettelijke voorschriften en vereisten is voldaan. De overdrachtswaarde zal daarbij gelijk zijn aan de voorziening per de datum van overdracht voor de verplichtingen die worden overgedragen, mits de stichting over voldoende eigen vermogen beschikt.
Artikel 7. Korting van aanspraken
1. De in enig kalenderjaar volgens het pensioenreglement toe te kennen pensioenaanspraken kunnen niet uitgaan boven die, welke gefinancierd kunnen worden uit de in dat jaar voor inkoop van pensioenaanspraken vaste premie vermeerderd met de door de stichting, door de adviserende actuaris berekende, voor inkoop van pensioenaanspraken bestemde vrije financiële middelen van de stichting. Ingeval de vaste premie en de eventuele aanwezige vrije financiële middelen van de stichting in enig kalenderjaar niet toereikend zijn voor de in dat jaar toe te kennen aanspraken, worden die aanspraken door het bestuur verlaagd.
2. Jaarlijks stelt de stichting een prognose op teneinde vast te stellen of de vaste premie in het volgende jaar naar verwachting toereikend is voor de in dat volgende jaar toe te kennen pensioenaanspraken. Indien de vaste premie naar verwachting niet toereikend is zal de vennootschap worden geïnformeerd. Voorts zal alsdan worden nagegaan of het niet toereikend zijn van de vaste premie van structurele aard is en zal indien daar sprake van is de stichting met de vennootschap in overleg treden teneinde te bewerkstelligen dat het evenwicht tussen de vaste premie en de in enig jaar toe te kennen aanspraken zal worden hersteld.
3. Indien blijkt of te verwachten is dat de stichting op grond van de beschikbare middelen en de toekomstige ontvangsten niet aan al haar verplichtingen zal kunnen voldoen, zal het bestuur op grond van een actuarieel rapport kunnen besluiten tot verlaging van de pensioenaanspraken door wijziging van de reglementen, tenzij op andere wijze in de benodigde middelen wordt voorzien. Deze verlaging heeft betrekking op verworven pensioenaanspraken indien de financiële toestand van de stichting daartoe aanleiding geeft met inachtneming van het bepaalde in artikel 134 van de Pensioenwet. De verlaging heeft betrekking op nog te verwerven pensioenaanspraken indien de bijdragen van de deelnemers en de onderneming samen lager zijn dan de benodigde actuariële premie en het tekort hierop niet uit de vrije middelen van de stichting kan worden aangevuld.
4. Wanneer de stichting voornemens is over te gaan tot het in de leden 2 en 3 genoemde zal dit door de stichting onverwijld schriftelijk worden medegedeeld aan degenen wier pensioen of aanspraak op pensioen daardoor wordt getroffen alsmede aan de vennootschap.
Artikel 8. Wijze van premiebetaling
Ter uitvoering van het in artikel 5 gestelde is verder het volgende overeengekomen:
1. De vennootschap zal de in artikel 5 bedoelde last vóór of op 1 januari van elk jaar aan de stichting voldoen.
2. De pro rata lasten voor de in de loop van een jaar toe- en uittredende deelnemers worden op basis van inschattingen op 1 januari van hetzelfde jaar bij de vennootschap in rekening gebracht.
3. Indien de kostendekkende premie voor de stichting hoger is dan de som van de in artikel 5 genoemde bedragen, dan vindt aanpassing plaats binnen de pensioenregeling, zodanig dat de kostendekkende premie de som van de in artikel 5 genoemde bedragen niet langer overschrijdt.
4. Wanneer sprake is van een premieachterstand ter grootte van 5% van de totale door de stichting te ontvangen jaarpremie en wanneer tevens niet wordt voldaan aan de bij of krachtens artikel 131 van de Pensioenwet geldende eisen inzake het minimaal vereiste eigen vermogen, informeert de stichting dit elk kwartaal schriftelijk aan de deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden.
5. Gedurende de in het vierde lid bedoelde situatie informeert de stichting schriftelijk elk kwartaal de ondernemingsraden van de vennootschap(pen) die nog premie aan de stichting verschuldigd is (zijn).
Artikel 9 Premievoorbehoud
1. De vennootschap behoudt zich het recht voor haar bijdrage te verminderen of te beëindigen ingeval van ingrijpende wijzigingen van omstandigheden, waaronder mede wordt verstaan financieel onvermogen van de vennootschap, het van kracht worden van nieuwe wettelijke regelingen ter zake van pensioenvoorzieningen of het tot stand komen van een verplichte bedrijfstakpensioenfondsregeling voor de deelnemers.
2. Indien de vennootschap voornemens is op grond van het in de vorige volzin bedoelde voorbehoud tot vermindering of beëindiging van haar bijdrage over te gaan, deelt zij dit onverwijld schriftelijk mede aan de stichting alsmede aan de personen waarvan het pensioen of aanspraak op pensioen hierdoor wordt getroffen. Het bestuur zorgt dat de deelnemers in het bezit gesteld worden van een afschrift van de in de vorige volzin bedoelde mededeling.
3. Indien de vennootschap gebruik maakt van het in lid 1 genoemde recht, zal de vennootschap de pensioenregeling (tijdelijk) aanpassen en zullen de toe te kennen pensioenaanspraken aan de gewijzigde omstandigheden worden aangepast.
Artikel 10 Indexatie
1. Het bestuur zal indien en voor zover de middelen van de stichting dit toelaten, streven naar koopkrachtvastheid, wat inhoudt dat op 1 januari van enig jaar:
a. op de uitgestelde en ingegane pensioenen uit de basispensioenregeling en de regeling partnerpensioen en wezenpensioen toeslagen worden gegeven;
b. de pensioengrondslag van de wegens arbeidsongeschiktheid ontslagen werknemer wordt verhoogd met een percentage dat gelijk is aan de procentuele toeslag op de ingegane pensioenen.
2. Op de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal de procentuele ontwikkeling van de consumentenprijsindex. Het bestuur beslist evenwel jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit beleggingsrendement gefinancierd.
3. Het bestuur kan besluiten om de in lid 2 genoemde toeslag gedeeltelijk toe te kennen. De beleidsdekkingsgraad zal hierbij als leidraad fungeren. Toeslagverlening kan alleen plaatsvinden indien de beleidsdekkingsgraad ten minste 110% bedraagt. Er wordt niet meer toeslag toegekend dan naar verwachting in de toekomst gerealiseerd kan worden. Dat wil zeggen dat het vermogen zodanig dient te zijn dat de te geven toeslag jaarlijks, gedurende de hele toekomst, gegeven kan worden.
4. Het bestuur kan naast de jaarlijkse toeslag besluiten tot het toekennen van inhaalindexatie over voorgaande jaren. Inhaalindexatie kan uitsluitend plaatsvinden indien dit geen gevolgen heeft voor de reguliere toeslagverlening, de beleidsdekkingsgraad ten minste gelijk blijft aan de vereiste dekkingsgraad en maximaal 1/10 van het vermogensoverschot hiertoe wordt aangewend.
5. De uit dit artikel voortvloeiende toeslagen zullen steeds direct worden gefinancierd.
Artikel 11 Pensioenreglement
1. De vennootschap informeert de stichting schriftelijk over (iedere wijziging in) de pensioenovereenkomst.
2. De stichting gaat na of de wijziging van de pensioenovereenkomst leidt tot een verandering van het niveau van de kostendekkende premie, zal de vennootschap informeren over haar bevindingen en voorts mededelen of de gewijzigde pensioenovereenkomst kan worden uitgevoerd door de stichting onder handhaving van de overeengekomen premiebetaling.
3. De stichting stelt vervolgens uiterlijk binnen drie maanden na het van kracht worden van de (gewijzigde) pensioenovereenkomst een (gewijzigd) pensioenreglement op. Dit geschiedt op basis van een besluit van het bestuur.
4. Een wijziging van het pensioenreglement treedt in werking per het moment waarop de wijziging van de pensioenovereenkomst van kracht is geworden.
5. Het door de stichting vast te stellen pensioenreglement dient in overeenstemming te zijn met de (wijziging van de) pensioenovereenkomst van de werkgever en met de (wijziging van de) uitvoeringsovereenkomst.
Artikel 12 Onvoorziene omstandigheden
Indien zich omstandigheden voordoen die ten tijde van het sluiten van de overeenkomst niet voorzienbaar waren en nakoming van de overeenkomst substantieel beïnvloeden, zullen partijen in gezamenlijk overleg en naar redelijkheid en billijkheid een oplossing proberen te vinden, die recht doet aan de belangen van beide partijen in het kader van deze overeenkomst.
Artikel 13 Rechtskeuze en duur van de overeenkomst
1. Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing. Eventuele geschillen welke op grond van deze overeenkomst mochten rijzen, zullen worden onderworpen aan de statutaire geschillenregeling van de stichting.
2. Deze overeenkomst wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 januari 2016 en vervangt de in maart 2015 gesloten uitvoeringsovereenkomst 2015.
3. Deze overeenkomst is aangegaan voor onbepaalde tijd en kan bij aangetekend schrijven door één van de partijen worden opgezegd per einde van enig kalenderjaar met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden.
Deze overeenkomst is in tweevoud opgemaakt, ondertekend en elk der partijen heeft één ondertekend exemplaar ontvangen.
Aldus overeengekomen, in tweevoud opgemaakt en ondertekend te Alkmaar, 2016
Namens ERIKS nv Namens de Stichting Pensioenfonds ERIKS
........................................... .................................................
X. Xxxxxxx
Voorzitter, werkgeversvertegenwoordiger
…………………………………..
F. A. Koolbergen
(secretaris, vertegenwoordiger
deelnemers/gepensioneerden)
Bijlage 1 bij de Uitvoeringsovereenkomst 2016
Lijst van aangewezen, met ERIKS nv, gelieerde Nederlandse ondernemingen, zoals genoemd in de Uitvoeringsovereenkomst
Stand per 1 januari 2016: Onderneming
ERIKS bv, statutair gevestigd te Alkmaar Noton bv, Huizen
Betaflex bv, Hoogezand
Het Pensioenreglement is eveneens van toepassing op overige werknemers die op basis van expatriation vanuit één van de Nederlandse ERIKS bedrijven bij een buitenlandse ERIKS werkmaatschappij te werk worden gesteld.
Dit betreft per 1 januari 2016 de volgende personen, zolang zij bij de genoemde onderneming in dienst zijn:
Naam Werkzaam bij:
xxx. X. Xxxxx Xxxxx-Xxxxx, Houston USA
dhr. R. Groot Maagtechnic AG, Dübendorf Zwitserland
xxx. X. Xxxxxxxxx ERIKS Corp, Pittsburgh USA
xxx. X. Xxxxxxxx Xxxxx-Xxxxx, Pittsburgh USA
xxx. X. Xxxxxxx Xxxxx nv, Mol België Per 1 februari 2016 wordt hieraan toegevoegd:
Xxx. X. Xxxxxxx Eriks Holding Deutschland GmbH, Bielefeld Duitsland
Wijzigingen van de 2016 overeenkomst ten opzichte van de 2015 overeenkomst.
Considerans:
Verwijderd:
4. de pensioenregeling per 1 januari 2015 is aangepast aan de wijzigingen in de wet- en regelgeving, waaronder de introductie van een maximum pensioensalaris van € 100.000;
5. de pensioenregeling in 2015 is uitgebreid met een extra tijdelijk partnerpensioen ter grootte van de ANW-uitkering;
6. per 1 januari 2015 de pensioenregeling voor de leden van de Raad van Bestuur niet verder wordt uitgevoerd door de stichting;
7. in verband met het onder 4, 5 en 6 genoemde de stichting en de vennootschap de bestaande uitvoeringsovereenkomst 2012 per 1 januari 2015 wijzigen in uitvoeringsovereenkomst 2015, hierna “overeenkomst” genoemd;
8. een aantal in eerdere jaren niet aangemelde werknemers – wegens het continueren van de voor fusie/overname geldende regeling - per 1 januari 2015 is toegetreden;
9. twee tot de groep behorende vennootschappen per 1 januari 2015 toetreden;
Toegevoegd:
4. de pensioenregeling per 1 januari 2016 is aangepast aan de wijzigingen in de wet- en regelgeving, waaronder de verhoging van het maximum pensioensalaris van € 100.000 naar € 101.519;
5. in verband met het onder 4 genoemde de stichting en de vennootschap de bestaande uitvoeringsovereenkomst 2015 per 1 januari 2016 wijzigen in uitvoeringsovereenkomst 2016, hierna “overeenkomst” genoemd;
6. de bij deze uitvoeringsovereenkomst behorende bijlage per 1 januari 2016 dient te worden gewijzigd, door enerzijds de fusie van ERIKS bv en ERIKS Gasket Technology bv en anderzijds mutaties in de lijst van niet aangesloten werknemers,
Artikel 13
Lid 2 als volgt gewijzigd:
2. Deze overeenkomst wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 januari 2016 en vervangt de in maart 2015 gesloten uitvoeringsovereenkomst 2015.
Bijlage 1
Compleet aangepast aan actuele situatie