Algemene voorwaarden Rabobank afstorten van contanten 2018
Algemene voorwaarden Rabobank afstorten van contanten 2018
Algemene voorwaarden Rabobank afstorten van contanten 2018
1 Definities
In de overeenkomst en deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:
afstortapparatuur: elk door Rabobank aangewezen of voorgeschreven apparaat dat door de rekeninghouder en/of de afstorter gebruikt kan worden voor het afstorten van contanten.
afstorten: plaatsen van een afstortmiddel in afstortapparatuur bij de bank, of het overdragen van een afstortmiddel door een door de rekeninghouder ingeschakelde waardenvervoerder aan (een) door Rabobank aangewezen derde(n).
afstortmiddel: door Rabobank voorgeschreven en door haar of (een) door haar aangewezen derde(n) ter beschikking gestelde afstortenveloppen, dan wel andere door Rabobank aangewezen of voorgeschreven hulpmiddelen voor het afstorten van contanten.
afstorter: degene die de afstorting fysiek verricht.
akte: schriftelijk(e) stuk(ken), zowel samen als ieder afzonderlijk, waarin een overeenkomst is vastgelegd.
betaalopdracht: een door of namens een rekeninghouder aan Rabobank gegeven opdracht om een betalingstransactie uit te voeren.
betalingstransactie: een handeling waarbij contanten worden afgestort. contanten: eurobiljetten en/of muntgeld .
eurobiljetten: biljetten in euro, geldend als wettig betaalmiddel.
geldtelcentrale: een door Rabobank ingeschakelde derde die de stortingen verwerkt. muntgeld: munten in euro, geldend als wettig betaalmiddel.
online dienst: een door Rabobank aangewezen online dienst die de rekeninghouder mag gebruiken voor de overeenkomst. Bijvoorbeeld Rabo Internetbankieren of Rabo Onlinebankieren.
overeenkomst: de afspraken die gelden tussen Rabobank en de rekeninghouder over afstorten van contanten.
Rabobank: Coöperatieve Rabobank U.A. statutair gevestigd te Amsterdam.
Rabobank Groep: de economische eenheid waarin Rabobank samen met andere rechtspersonen en vennootschappen organisatorisch zijn verbonden.
rekening: de in de overeenkomst bedoelde rekening(en), zowel samen als ieder afzonderlijk, die Rabobank in haar administratie aanhoudt of zal aanhouden voor de rekeninghouder, waarover is afgesproken dat op die rekening de waarde van de inhoud van het afstortmiddel wordt bijgeboekt en het betalingsverkeer in het kader van de overeenkomst plaatsvindt.
rekeninghouder: degene(n), zowel samen als ieder afzonderlijk, voor wie Rabobank de rekening aanhoudt.
werkdag: iedere dag van de week met uitzondering van door Rabobank te bepalen (feest) dagen. Op onze website staat een overzicht van deze (feest)dagen.
voorboeken: het door Rabobank bijboeken op de rekening van de rekeninghouder op basis van het door de rekeninghouder aangegeven aantal eurobiljetten maal de denominatie van de biljetten.
voorboekbedrag: de limiet per afstortmiddel voor het bedrag dat de rekeninghouder mag afstorten en voormelden.
voorboeksaldo: de limiet voor het totaalbedrag dat de rekeninghouder op enig moment kan hebben aan voorgeboekte bedragen waarbij de contanten nog niet geteld en verwerkt zijn.
voormelden: het melden door de rekeninghouder van door Rabobank gevraagde gegevens van een afstorting op een door Rabobank voorgeschreven wijze.
waardenvervoerder: een als zodanig erkende en krachtens de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus toegelaten transportonderneming, die ten behoeve van derden geld en/of waarden vervoert, welke door Rabobank is geaccepteerd.
website: xxxx.xxxxxxxx.xx en/of een of meer van de subpagina’s hiervan en webpagina’s die daarvoor in de plaats treden.
2/11
2 Vertegenwoordiging rekeninghouder
a Is een rekeninghouder een:
• rechtspersoon;
• maatschap;
• commanditaire vennootschap;
• vennootschap onder firma;
• vergelijkbare entiteit naar buitenlands of internationaal recht? Dan geeft de rekeninghouder, iedere bestuurder, maat of (beherend en/of besturend) vennoot door het sluiten van de overeenkomst volmacht aan iedere (andere) bestuurder, maat en/of (beherend en/of besturend) vennoot. Deze volmacht is gegeven met het recht de volmacht aan een ander te geven.
b Deze volmacht geeft het recht alle rechtshandelingen met betrekking tot de overeenkomst en/of de algemene voorwaarden uit te oefenen.
c Deze volmacht eindigt niet als een volmachtgever overlijdt. Ook niet als een rechter een volmachtgever onder bewind of curatele stelt.
d Zolang Rabobank een bestuurder, maat, (beherend) vennoot en/of gevolmachtigde niet als zodanig heeft geïdentificeerd en geverifieerd, hoeft Rabobank de (rechts)handelingen niet uit te voeren.
e Als de volmacht in dit artikel eindigt, moet de rekeninghouder, de volmachtgever en/of de gevolmachtigde dit meteen aan Rabobank meedelen. De rekeninghouder en/of de volmachtgever moet dit afspreken met de gevolmachtigde. Heeft Rabobank de mededeling van het einde van de volmacht (nog) niet ontvangen? Dan mag de (oud-)gevolmachtigde zijn bevoegdheden blijven uitoefenen. Rabobank is niet aansprakelijk voor de gevolgen daarvan. Opdrachten die aan Rabobank zijn gegeven door een (oud-)gevolmachtigde voordat of kort nadat Rabobank deze mededeling heeft ontvangen, mag Rabobank rechtsgeldig (blijven) uitvoeren als Rabobank dit in redelijkheid niet meer kan voorkomen.
f Wijzigen of eindigen de bevoegdheden van degene die namens de rekeninghouder mag handelen? Dan moet de rekeninghouder dit meteen aan Rabobank meedelen. Zolang Rabobank deze mededeling niet heeft ontvangen mag die persoon zijn bevoegdheden blijven uitoefenen. Rabobank is niet aansprakelijk voor de gevolgen daarvan. Opdrachten die aan Rabobank zijn gegeven door die persoon, voordat of kort nadat Rabobank de bedoelde mededeling heeft ontvangen, mag Rabobank rechtsgeldig (blijven) uitvoeren als Rabobank dit in redelijkheid niet meer kan voorkomen.
3 Meer rekeninghouders
Als er meer rekeninghouders zijn, gelden de volgende regels. a
• De rekeninghouders mogen ieder apart alle andere (rechts)handelingen verrichten met betrekking tot de overeenkomst en/of de algemene voorwaarden. Dit geldt ook na het overlijden van een rekeninghouder en als een rechter een rekeninghouder onder bewind of curatele stelt. Een rekeninghouder heeft dus niet de medewerking van de andere rekeninghouder nodig.
• Als het tegoed in een gemeenschap valt, geldt wat in de vorige bepaling staat. Dit geldt ook als de gemeenschap wordt verdeeld.
• Voor zover nodig geven de rekeninghouders elkaar door het ondertekenen van de overeenkomst volmacht ieder apart alle (rechts)handelingen met betrekking tot de overeenkomst en/of de algemene voorwaarden te verrichten.
• Deze volmacht eindigt niet als een rekeninghouder overlijdt. Ook niet als een rechter een rekeninghouder onder bewind of curatele stelt. De rekeninghouder mag deze volmacht aan een ander geven.
b De medewerking van alle rekeninghouders is nodig om de rekening te wijzigen.
c Rabobank mag, als Rabobank dat nodig vindt, de medewerking van alle rekeninghouders eisen voor het verrichten van alle (rechts)handelingen met betrekking tot de overeenkomst en/of de algemene voorwaarden.
d Wil een rekeninghouder niet meer dat een andere rekeninghouder apart de rechten uit de overeenkomst uitoefent? Dan deelt die rekeninghouder Rabobank mee dat de andere rekeninghouder de rechten uit de overeenkomst niet meer zonder medewerking van hem mag uitoefenen. De rekeninghouders kunnen de rechten uit de overeenkomst dan alleen nog samen gebruiken. Let op: de rekeninghouder die zo’n mededeling doet mag ook zelf de rechten uit de overeenkomst niet meer zonder medewerking van de andere rekeninghouder uitoefenen.
e Als de rekeninghouders de rechten uit de overeenkomst alleen nog samen mogen uitoefenen, geldt het volgende.
• Alleen de volmachten die door alle rekeninghouders samen zijn gegeven en de volmachten bedoeld in het artikel ‘Vertegenwoordiging rekeninghouder’ blijven geldig, alle andere volmachten vervallen.
• Opdrachten die aan Rabobank zijn gegeven voordat of kort nadat de rekeninghouders de rechten uit de overeenkomst alleen nog samen mogen gebruiken, mag Rabobank uitvoeren als Rabobank dit in redelijkheid niet meer kan voorkomen.
• De rekeninghouders mogen alleen samen alle andere (rechts)handelingen met betrekking tot de overeenkomst en/of de algemene voorwaarden verrichten.
3/11
f Als een rekeninghouder overlijdt, mogen zijn erfgenamen in zijn plaats alleen samen de (rechts)handelingen met betrekking tot de overeenkomst en/of de algemene voorwaarden verrichten. Zijn er meer rekeninghouders? Dan wijzigt hun bevoegdheid om over de rekening te kunnen beschikken, niet als gevolg van het overlijden..
g Rabobank hoeft maar één rekeninghouder te informeren. De rekeninghouders moeten elkaar meteen laten weten welke informatie Rabobank aan één van de rekeninghouders heeft gegeven. Ieder van de rekeninghouders is gebonden aan de informatie die Rabobank aan één van de rekeninghouders heeft gegeven.
h Iedere rekeninghouder mag Rabobank ook namens de andere rekeninghouder informeren of mededelingen doen.
i Als een rekeninghouder een rechtspersoon is en deze wordt ontbonden, mogen de andere rekeninghouders de rechten uit de overeenkomst apart blijven uitoefenen.
4 Overlijden
Na het overlijden van een rekeninghouder kan Rabobank verlangen dat degene(n) die stelt/stellen bevoegd te zijn (rechts)handelingen met betrekking tot de overeenkomst te verrichten - als bewijs daarvan - (onder meer) een verklaring van erfrecht die is afgegeven door een Nederlandse notaris en/of andere door Rabobank acceptabel bevonden documenten overlegt/overleggen.
Rabobank hoeft geen inlichtingen te verstrekken over de transacties met betrekking tot de overeenkomst vóór de datum van overlijden van de rekeninghouder.
5 Faillissement, insolventie, surseance van xxxxxxxx, wettelijke schuldsaneringsregeling, beslag
a Gedurende faillissement, insolventieprocedure of surseance van betaling van een rekeninghouder of de periode dat een wettelijke schuldsaneringsregeling van toepassing is op een rekeninghouder mag/mogen alleen door de curator van de rekeninghouder, respectievelijk door de rekeninghouder met medewerking van de bewindvoerder de rechtshandelingen met betrekking tot de overeenkomst worden verricht. Als Rabobank een overeenkomst met meer rekeninghouders heeft afgesloten is in de hiervoor vermelde situaties ook de medewerking van iedere andere rekeninghouder nodig respectievelijk heeft/hebben de (overige) rekeninghouder(s) de medewerking nodig van de curator respectievelijk de bewindvoerder om de rechten uit de overeenkomst uit te oefenen en eindigen de bedoelde volmachten in artikel 2 en de in de aanhef van artikel 6.
b Bij beslaglegging onder Rabobank ten laste van de rekening mogen geen beschikkingshandelingen worden verricht.
6 Volmacht aan derden
Een rekeninghouder mag (ook) aan een derde - niet-rekeninghouder - schriftelijk of op een andere door Rabobank akkoord bevonden wijze volmacht naar Nederlands recht verlenen om de rechten uit de overeenkomst uit te oefenen. De volmacht als bedoeld in dit artikel is geen incassomachtiging. Rabobank kan voorwaarden stellen aan de vorm en/of de inhoud van en/of de procedure voor het verlenen van een volmacht. Rabobank is nooit verplicht met een gevolmachtigde te handelen.
Van zo’n volmacht mag tegenover Rabobank in ieder geval geen gebruik meer worden gemaakt in geval van:
a faillissement, surseance van betaling, ondercuratelestelling of overlijden van de rekeninghouder die de volmacht (mede) heeft verleend, rechterlijke onderbewindstelling (van het vermogen) van de rekeninghouder die de volmacht (mede) heeft verleend, het van toepassing verklaren van een wettelijke schuldsaneringsregeling op de rekeninghouder die de volmacht (mede) heeft verleend of in geval de rekeninghouder die de volmacht (mede) heeft verleend niet meer bevoegd is (alleen) de rechten uit de overeenkomst uit te oefenen;
b ontbinding van of verlies van rechtspersoonlijkheid door de rekeninghouder die de volmacht (mede) heeft verleend, als de rekeninghouder een rechtspersoon is;
c faillissement, ondercuratelestelling of overlijden van een gevolmachtigde of het van toepassing verklaren van een wettelijke schuldsaneringsregeling op een gevolmachtigde;
d ontbinding van of verlies van rechtspersoonlijkheid door een gevolmachtigde, als de gevolmachtigde een rechtspersoon is;
e herroeping door de rekeninghouder die de volmacht (mede) heeft verleend; f opzegging door een gevolmachtigde;
g verloop van de tijd waarvoor de volmacht is verleend;
h enig feit naar internationaal of buitenlands recht dat ertoe leidt dat de volmacht eindigt of is geëindigd.
Als de volmacht is verleend aan meer (rechts)personen en een onder c, d, e, f of h vermelde situatie zich voordoet, mag van de volmacht tegenover Rabobank in ieder geval geen gebruik meer worden gemaakt door die gevolmachtigde waarop de onder c, d, e, f of h vermelde situatie betrekking heeft. De rekeninghouder en de gevolmachtigde zijn verplicht Rabobank onmiddellijk schriftelijk in kennis te stellen van een hiervoor onder a tot en met h vermeld rechtsfeit of van enig (ander) feit (naar internationaal of buitenlands recht) dat leidt of kan leiden tot beëindiging van de volmacht. Aan Rabobank kan een rechtsfeit als bedoeld onder a tot en met h of de beëindiging van de volmacht uitsluitend worden tegengeworpen als zij daarvan een schriftelijke mededeling heeft ontvangen. De rekeninghouder staat er tegenover Rabobank voor in, dat hij de hiervoor vermelde verplichtingen van de gevolmachtigde tegenover Rabobank ten behoeve van Rabobank zal bedingen. Opdrachten die aan Rabobank zijn gegeven door een gewezen
4/11
gevolmachtigde voordat of kort nadat Rabobank de mededeling van de opzegging/herroeping heeft ontvangen, mag Rabobank rechtsgeldig (blijven) uitvoeren als zij die uitvoering redelijkerwijs niet meer kan voorkomen.
7 Niet overdragen of verpanden
a De rechten uit de overeenkomst zijn niet overdraagbaar of verpandbaar. Deze bepaling heeft zowel goederenrechtelijke als verbintenisrechtelijke werking. Overdragen of verpanden aan Rabobank kan wel.
b Zijn de rechten uit de overeenkomst aan Rabobank verpand en is hiervan aan de rekeninghouder mededeling gedaan? Dan kan de rekeninghouder de rechten uit de overeenkomst blijven uitoefenen, tenzij Rabobank dit niet toestaat of Rabobank dit niet langer toestaat.
c De rekeninghouder mag een vordering op Rabobank niet verrekenen met een schuld aan Rabobank.
8 Afstorten
a Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op het afstorten van eurobiljetten en muntgeld via door Rabobank voorgeschreven afstortmiddelen en hebben geen betrekking op het rechtstreeks afstorten van contanten in afstortapparatuur zonder afstortmiddel bij de bank.
b De rekeninghouder kan op twee manieren contanten met een afstortmiddel afstorten:
- Deponeren van contanten in de afstortapparatuur in een afstortmiddel.
- Afstorten van contanten met een afstortmiddel via een door de rekeninghouder ingeschakelde waardenvervoerder die de contanten aflevert bij een door de Rabobank ingeschakelde geldtelcentrale.
c De rekeninghouder kan via de afstortapparatuur alleen afstortmiddelen met eurobiljetten afstorten. Bij afstorten via een waardenvervoerder kunnen eurobiljetten en muntgeld worden afgestort. Eurobiljetten en muntgeld moeten afzonderlijk in een apart afstortmiddel worden verpakt.
d Op de website zijn de voorschriften voor het afstorten opgenomen. Rabobank kan deze voorschriften altijd wijzigen.
e Rabobank schakelt voor de verwerking van een afstorting een geldtelcentrale in.
f Het vervoer van contanten naar de afstortapparatuur of naar de geldtelcentrale vindt voor rekening en risico van de rekeninghouder plaats.
Het risico en het eigendom van de contanten gaan over op Rabobank als:
• de afstorter het afstortmiddel in de daarvoor bestemde afstortapparatuur heeft gedaan overeenkomstig de voorschriften van Rabobank, of
• als het afstortmiddel door de waardenvervoerder is overgedragen aan de geldtelcentrale. Deze overdrachten vinden plaats tegen afgifte van een ontvangstbewijs.
h Als de rekeninghouder voor het afstorten een afstorter en/of waardenvervoerder inschakelt komt dit geheel voor rekening en risico van de rekeninghouder. De rekeninghouder moet deze afstorter en/of waardenvervoerder informeren over de door Rabobank vastgestelde voorschriften en algemene voorwaarden die van toepassing zijn op het afstorten.
i De storting wordt geacht te hebben plaatsgevonden op het moment dat het risico op Rabobank
overgaat zoals hiervoor in lid e van dit artikel beschreven. De storting wordt ook geacht te hebben plaatsgevonden op het moment dat er is voorgeboekt.
j Als een afstorting verdachte contanten bevat, zal Rabobank of de geldtelcentrale de verdachte contanten onder zich nemen. Rabobank of de geldtelcentrale mag onderzoek doen naar deze verdachte contanten, aangifte doen bij de politie en de verdachte contanten aan de bevoegde autoriteiten overdragen. De rekeninghouder is verplicht de door Rabobank of de geldtelcentrale gevraagde medewerking te verlenen als er onderzoek wordt gedaan naar de verdachte contanten. Rabobank of de geldtelcentrale mag (persoons)gegevens van de rekeninghouder aan de bedoelde bevoegde autoriteiten verstrekken. De rekeninghouder krijgt de verdachte contanten niet ter beschikking en als er is voorgeboekt zal Rabobank het met de verdachte contanten corresponderende voorgeboekte bedrag van de rekening afboeken.
9 Afstortmiddel/afstortapparatuur
a De rekeninghouder mag voor het afstorten uitsluitend gebruik maken van een afstortmiddel en afstortapparatuur. b De rekeninghouder is verplicht de door Rabobank gegeven voorschriften voor het gebruik van een afstortmiddel en afstortapparatuur stipt op te volgen en met dit afstortmiddel en afstortapparatuur zorgvuldig om te gaan.
De schade die het gevolg is van het niet naleven van deze voorschriften en het niet nakomen van voormelde zorgvuldigheidsplicht komt voor rekening en risico van de rekeninghouder.
c Rabobank kan, in naar haar oordeel bijzondere gevallen, het gebruik door de rekeninghouder van een afstortmiddel en de afstortapparatuur opschorten of weigeren of het bijboeken van de waarde van de inhoud van het afstortmiddel op de rekening van de rekeninghouder opschorten of weigeren.
d Als er sprake is van vermissing of diefstal van een afstortmiddel is de rekeninghouder verplicht om dit zo snel mogelijk aan Rabobank mee te delen. Voor de schade die ontstaat als gevolg van vermissing of diefstal van een afstortmiddel is de rekeninghouder aansprakelijk.
e Rabobank mag de afstortapparatuur, een afstortmiddel en de voorschriften voor het gebruik daarvan wijzigen en de klant van deze wijziging op de hoogte brengen op een door Rabobank te bepalen manier.
5/11
10 Kwaliteitsstorting
a Een storting moet voldoen aan door Rabobank vastgestelde voorschriften voor het afstorten (kwaliteitsstorting). Rabobank zal de rekeninghouder over deze voorschriften informeren op een door Rabobank te bepalen manier of hem in de gelegenheid stellen hiervan kennis te nemen, bijvoorbeeld via de website.
b 1 Als het geen kwaliteitsstorting is, is er sprake van een storting met afwijkende kwaliteit (non-kwaliteit of vervuilde storting).
2 In geval van een non-kwaliteit of vervuilde storting mag Rabobank de door de rekeninghouder verschuldigde vergoeding voor het afstorten vermeerderen met een door haar vast te stellen bedrag. Rabobank mag in dat geval ook andere verwerkingstijden dan voor een kwaliteitsstorting gebruiken.
3 Het niet voldoen aan deze voorschriften komt voor rekening en risico van de rekeninghouder.
c Rabobank mag de voorschriften voor de kwaliteitsstorting en de hoogte van de verschuldigde vergoeding voor een non-kwaliteitsstorting of vervuilde storting wijzigen. Rabobank zal de rekeninghouder hierover informeren op een door Rabobank te bepalen manier of hem in de gelegenheid stellen daarvan kennis te nemen, bijvoorbeeld via de website.
11 Kosten
Rabobank berekent kosten voor het verwerken en bijschrijven van de storting. Het tarief is
onder meer afhankelijk van het naleven van de voorschriften voor kwaliteitsstorting, de hoeveelheid van de contanten en de soort van de contanten die wordt afgestort. Rabobank publiceert de tarieven op de website.
12 Afstortapparatuur en afstortmiddel
a De afstortapparatuur mag uitsluitend gebruikt worden voor het afstorten van eurobiljetten in een afstortmiddel, b De rekeninghouder is verplicht ervoor te zorgen dat het afstortmiddel intact, compleet, onbeschadigd
en ongeopend en goed afgesloten door middel van de daarvoor bestemde veiligheids(plak)sluiting in de afstortapparatuur wordt gedaan.
c Rabobank draagt geen verantwoordelijkheid voor de inhoud van het afstortmiddel dat in haar afstortapparatuur wordt gedaan, tenzij de rekeninghouder bewijst dat:
• hij door schuld van Rabobank schade heeft geleden, en
• het afstortmiddel overeenkomstig de voorschriften van Rabobank is gebruikt, en
• het afstortmiddel overeenkomstig de voorschriften van Rabobank in de afstortapparatuur is gedaan.
x Xxxxxx die door of namens de rekeninghouder aan de afstortapparatuur of een afstortmiddel wordt veroorzaakt, moet door de rekeninghouder aan Rabobank worden vergoed.
e De rekeninghouder is verplicht een van Rabobank ontvangen afstortmiddel zorgvuldig te bewaren en geen duplicaten daarvan te (laten) maken en er voor te zorgen dat het niet beschadigd wordt. Als een rekeninghouder een afstortmiddel niet meer heeft, bijvoorbeeld door diefstal, is de rekeninghouder aansprakelijk voor schade die Rabobank en/of de rekeninghouder zelf en derden hierdoor lijden. De rekeninghouder moet Rabobank direct telefonisch meedelen dat hij het afstortmiddel niet meer heeft. De rekeninghouder moet dit schriftelijk bevestigen als Rabobank daarom vraagt. Rabobank zal dan alle door haar nodig geachte maatregelen nemen. Dit komt voor rekening en risico van de rekeninghouder.
De rekeninghouder mag het afstortmiddel in geval een houdbaarheidsdatum is vermeld na deze datum niet meer gebruiken. Schade die voortvloeit uit het gebruik van een afstortmiddel met een overschreden houdbaarheidsdatum komt geheel voor rekening en risico van de rekeninghouder.
f Als de rekeninghouder een reçu van Rabobank ontvangt levert dit geen enkel bewijs op tegen Rabobank over de inhoud van het afstortmiddel.
g Als de afstortapparatuur op een bepaalde locatie bij Rabobank buiten gebruik is dan kan de rekeninghouder afstorten bij afstortapparatuur op een andere locatie.
13 Afstorten bij afstortapparatuur
a De rekeninghouder maakt bij het afstorten gebruik van door Rabobank voorgeschreven afstortapparatuur en door Rabobank voorgeschreven afstortmiddel(len) of stort af op een andere door Rabobank toegelaten wijze.
b Het afstortmiddel dient door een veiligheids(plak)sluiting te zijn afgesloten. c De rekeninghouder moet de storting via een online dienst voormelden.
• Als de rekeninghouder voor het afstorten voormeldt, maakt hij volgens de voorschriften van Rabobank een print van de gegevens van het voormelden en voegt deze bij het afstortmiddel waarna hij het geheel afstort.
• Als de rekeninghouder na het afstorten voormeldt voegt hij bij het afstortmiddel het eerste blad van een (voorgedrukt) origineel, volledig en juist ingevuld stortingsformulier, waarbij de overige bladen in het bezit van de rekeninghouder blijven.
De rekeninghouder is verplicht de door Rabobank gegeven voorschriften voor het voormelden stipt op te volgen. Rabobank kan de voorschriften wijzigen. Het voormelden en het afstorten moeten korte tijd na elkaar plaatsvinden en in ieder geval binnen twee werkdagen plaatsvinden.
Meldt de rekeninghouder niet voor, dan boekt Rabobank niet voor en wordt de storting pas na verwerking in de geldtelcentrale op de rekening bijgeboekt.
6/11
d De rekeninghouder is verplicht om het reçu uit de afstortapparatuur te bewaren. Als Rabobank daarom vraagt is de rekeninghouder verplicht (een van) de overige bladen van het stortingsformulier en/of het voormelde reçu aan Rabobank te geven. Als de afstortapparatuur wordt geopend met (het scannen van) een afstortmiddel, moet de rekeninghouder dat voor ieder afstortmiddel apart doen om zo een afzonderlijk reçu per afstortmiddel te krijgen.
e De rekeninghouder dient ervoor te zorgen dat het afstortmiddel zo in het afstortapparaat wordt afgeleverd dat Rabobank zonder het afstortmiddel te openen, kan controleren of het afstortmiddel overeenkomstig de voorschriften is afgeleverd.
f 1 De Rabobank kan voorboeken, nadat de rekeninghouder het afstortmiddel heeft afgeleverd via afstortapparatuur en via een online dienst heeft voorgemeld.
2 Er wordt voorgeboekt onder het voorbehoud dat Rabobank een bedrag gelijk aan het voorgeboekte bedrag daadwerkelijk, definitief en onvoorwaardelijk ontvangt.
3 De tijd tussen het voorboeken en de telling is variabel. De verschillenregeling zoals vermeld in artikel 17 is van toepassing.
4 Als er is voorgemeld én Rabobank voorboekt, dan boekt Rabobank bij op het rekeningnummer dat bij het voormelden is opgegeven ook als bij het afstortmiddel een ander rekeningnummer is vermeld.
5 Rabobank kan voorschriften stellen waaraan de rekeninghouder moet voldoen om voor te boeken en kan deze voorschriften altijd wijzigen.
g Bij iedere afstorting is de klant verplicht te zorgen dat het voorboekbedrag en het voorboeksaldo niet overschreden worden. Rabobank boekt niet voor als het voorboekbedrag en/of het voorboeksaldo wordt overschreden.
h Rabobank stelt de rekeninghouder in kennis van het voorboekbedrag en het voorboeksaldo. Rabobank mag het voorboekbedrag en het voorboeksaldo wijzigen en stelt de rekeninghouder in kennis van een dergelijke wijziging.
i De rekeninghouder moet Rabobank informeren bij een (voorgenomen) structurele wijziging van zijn afstortingen.
Rabobank mag op basis hiervan besluiten het voorboekbedrag en/of voorboeksaldo te wijzigen.
14 Afstorten bij een geldtelcentrale via een waardenvervoerder
a Het storten bij een geldtelcentrale via een waardenvervoerder kan uitsluitend plaatsvinden tijdens de openstellingsuren van de geldtelcentrale.
b Het afstortmiddel dient door een veiligheids(plak)sluiting te zijn afgesloten.
c Het eerste blad van het originele stortingsformulier dient bij het afstortmiddel te worden gevoegd. De overige bladen van het stortingsformulier dienen door de rekeninghouder te worden bewaard. De rekeninghouder dient er voor te zorgen dat het afstortmiddel in een door Rabobank voorgeschreven transportverpakking wordt gedaan en wordt voorzien van een door of namens de rekeninghouder juist ingevulde door Rabobank voorgeschreven specificatie van de inhoud van de transportverpakking (borderel). De rekeninghouder of de waardenvervoerder is verplicht het door de geldtelcentrale aan de waardenvervoerder afgegeven bewijs van ontvangst te bewaren. Als Rabobank daarom verzoekt is de rekeninghouder verplicht het bewijs van ontvangst dat door de geldtelcentrale is afgegeven aan de waardenvervoerder aan Rabobank te geven. Als de rekeninghouder niet voldoet aan de in dit lid opgenomen verplichtingen komt dit geheel voor rekening en risico van de rekeninghouder.
d De geldtelcentrale mag eisen dat de transportmedewerker, die het afstortmiddel overdraagt, zich als zodanig legitimeert met een geldig door de overheid afgegeven legitimatiebewijs en met een geldig legitimatiebewijs van de waardenvervoerder.
e De rekeninghouder dient ervoor te zorgen dat de waardenvervoerder het afstortmiddel bij de geldtelcentrale zo aanlevert dat de geldtelcentrale, zonder het afstortmiddel te openen, kan controleren of het afstortmiddel intact, compleet, onbeschadigd en ongeopend is. Voldoet de rekeninghouder niet aan de in dit lid opgenomen verplichtingen, dan komt dit geheel voor rekening en risico van de rekeninghouder.
f Verder wordt vastgesteld of het nummer op de transportverpakking overeenkomt met het nummer op het bijbehorende vervoersdocument en of de transportverpakking intact, compleet, onbeschadigd en ongeopend is. De medewerker van de geldtelcentrale die het afstortmiddel in ontvangst neemt controleert of het intact, compleet, onbeschadigd en ongeopend is en volgens de voorschriften van Rabobank is gesloten.
g Als de controles zijn uitgevoerd, en er geen afwijkingen van de voorschriften van Rabobank zijn vastgesteld, vindt de overdracht van de transportverpakking plaats. De waardenvervoerder ontvangt een ontvangstbewijs van deze overdracht. Dit ontvangstbewijs bewijst uitsluitend het feit van overdracht van de transportverpakking aan de geldtelcentrale. Over de inhoud van de transportverpakking levert het geen enkel bewijs op tegen Rabobank en de geldtelcentrale.
h De inhoud van de transportverpakking wordt vergeleken met de door of namens de rekeninghouder ingevulde specificatie van de inhoud van de transportverpakking (borderel). De verschillenregeling zoals vermeld in artikel 16 is van toepassing.
15 Stortingsformulier
Als de rekeninghouder volgens artikel 13 of 14 een stortingsformulier moet gebruiken, geldt daarvoor het volgende:
7/11
Het stortingsformulier moet door de rekeninghouder overeenkomstig de voorschriften van de Rabobank volledig zijn ingevuld en door de rekeninghouder rechtsgeldig zijn ondertekend.
De op dit stortingsformulier door Rabobank aangebrachte gegevens mogen niet worden gewijzigd. De rekeninghouder kan, na toestemming van Rabobank, een eigen stortingsformulier, voorzien van een door Rabobank daarvoor verstrekte sticker, gebruiken. In dat geval wordt onder stortingsformulier in de overeenkomst en deze algemene voorwaarden ook begrepen dit eigen stortingsformulier met de sticker. Rabobank kan aan haar toestemming voorwaarden verbinden.
Als op een stortingsformulier vermelde gegevens niet juist zijn, dan is de rekeninghouder verplicht de juiste gegevens zo spoedig mogelijk aan Rabobank door te geven en mag de rekeninghouder zo’n stortingsformulier niet gebruiken. Rabobank zal de te wijzigen gegevens vervolgens doorvoeren en de rekeninghouder hierover informeren op een door Rabobank te bepalen manier of hem in de gelegenheid stellen hiervan kennis te nemen bijvoorbeeld via de website.
De rekeninghouder is verplicht:
• de stortingsformulieren zorgvuldig te bewaren en daarvan geen duplicaten te (laten) maken;
• om als er sprake is van vermissing of diefstal van stortingsformulieren dit zo spoedig mogelijk aan Rabobank mee te delen.
Voor de schade die ontstaat als gevolg van vermissing of diefstal van stortingsformulieren is de rekeninghouder aansprakelijk.
Rabobank mag altijd het stortingsformulier, de voorschriften en aanwijzingen voor het gebruik daarvan wijzigen.
16 Openen afstortmiddel
a Het afstortmiddel wordt door een medewerker van de geldtelcentrale onder cameratoezicht geopend. Deze stelt vast of het afstortmiddel intact, compleet, onbeschadigd en ongeopend is.
b Als het afstortmiddel intact, compleet, onbeschadigd en ongeopend wordt bevonden en de inhoud van het afstortmiddel overeenstemt met de omschrijving daarvan op het stortingsformulier, dan zullen de getelde waarden, worden bijgeboekt op de rekening, voor zover dit nog niet door Rabobank is gedaan.
c 1 Als blijkt dat de inhoud van het afstortmiddel niet overeenstemt met de omschrijving op het stortingsformulier, stelt een medewerker van de geldtelcentrale een ondertekende verklaring op van zijn
bevindingen. De verschillenregeling zoals vermeld in artikel 17 is van toepassing.
2 Als blijkt dat op het stortingsformulier de inhoud van het afstortmiddel niet is omschreven, dan wordt de rekeninghouder hierover door Rabobank niet geïnformeerd. De verschillenregeling zoals vermeld in artikel 17 is in dat geval niet van toepassing.
De door de geldtelcentrale getelde waarden worden bijgeboekt op de rekening.
d De telling van de waarden door de geldtelcentrale strekt tot volledig bewijs, behoudens door de rekeninghouder te leveren tegenbewijs.
Als door of namens Rabobank een verschil wordt geconstateerd tussen het bijgeboekte bedrag en het getelde bedrag, zal Rabobank het verschil van de rekening afboeken of bijboeken.
e Als blijkt dat zich in het afstortmiddel andere zaken bevinden - die volgens de overeenkomst niet afgestort hadden mogen worden - kan Rabobank niet garanderen dat deze zaken op verzoek van de rekeninghouder teruggegeven kunnen worden. Voor een eventuele teruggave mag Rabobank kosten in rekening brengen.
17 Meedelen verschillen
a Rabobank zal verschillen groter dan vijftig euro (€ 50,-), tussen het door Rabobank voorgeboekte bedrag (op basis van het voormelden) en het door de geldtelcentrale getelde bedrag zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vijf werkdagen na constatering van de verschillen aan de rekeninghouder meedelen. In geval van een verschilboeking mag Rabobank hiervoor kosten in rekening brengen. De hoogte van deze kosten staan vermeld op de website.
b Als de rekeninghouder niet akkoord gaat met het door of namens Rabobank geconstateerde verschil, dat door of namens Rabobank aan de rekeninghouder is meegedeeld, dan dient hij dit direct na ontvangst van deze mededeling schriftelijk aan Rabobank mee te delen.
c De rekeninghouder zal in het voorkomend geval schriftelijk aan Rabobank meedelen wie per vestiging/filiaal bevoegd is de rekeninghouder te vertegenwoordigen voor het melden van verschillen.
d Rabobank mag deze verschillenregeling wijzigen. Rabobank zal de rekeninghouder deze wijzigingen meedelen op een door Rabobank te bepalen manier of deze ter beschikking stellen aan de rekeninghouder, bijvoorbeeld via de website.
18 Vermissing
a Als een transportverpakking door een door de rekeninghouder ingeschakelde waardenvervoerder aan de geldtelcentrale wordt afgeleverd en na opening van de transportverpakking blijkt dat één of meer afstortmiddelen, in afwijking van hetgeen op de door Rabobank voorgeschreven specificatie van de inhoud van de transportverpakking (borderel) is vermeld niet aanwezig zijn, dan deelt Rabobank dit aan de rekeninghouder mee op een door Rabobank te bepalen manier.
8/11
b De rekeninghouder deelt het Rabobank schriftelijk of telefonisch mee als de waarde van de afgestorte contanten niet binnen drie werkdagen na de dag waarop deze zijn afgestort op de rekening zijn bijgeboekt. Het bepaalde in artikel 20 is daarbij ook van toepassing.
c Rabobank mag deze vermissingsregeling altijd wijzigen. Rabobank zal de rekeninghouder deze wijzigingen meedelen op een door Rabobank te bepalen manier of deze ter beschikking stellen aan de rekeninghouder, bijvoorbeeld via de website.
19 Afstorten als betalingstransactie
a Iedere afstorting is een betalingstransactie, waarbij de feitelijke handeling van afstorting de instemming met de betaalopdracht is. Een dergelijke betaalopdracht kan niet worden herroepen.
b Op de overeenkomst en alle afstortingen die worden verricht zijn de algemene voorwaarden die voor de rekening gelden van toepassing, tenzij daarvan in deze algemene voorwaarden is afgeweken.
c Voor de verwerking van een afstorting kan Rabobank een geldtelcentrale inschakelen. Als Rabobank dat doet, is het moment van ontvangst van de afstorting het moment dat de geldtelcentrale de gelden, volgens deze algemene voorwaarden en voorschriften ter beschikking heeft gekregen. Voor de bepaling van de datum van ontvangst van een afstorting bij een geldtelcentrale via een waardenvervoerder geldt 17:00 uur als het einde van een werkdag.
d Rabobank mag een afstorting weigeren als de rekeninghouder niet voldoet aan het bepaalde in de overeenkomst, deze algemene voorwaarden of door Rabobank te stellen voorschriften. Ook mag Rabobank een afstorting weigeren om een reden die is vermeld in de algemene voorwaarden die op de rekening van toepassing zijn.
e De administratie van Rabobank en/of de geldtelcentrale levert volledig bewijs op behoudens tegenbewijs.
20 Controle
De rekeninghouder is verplicht de door Rabobank aan hem verstrekte bevestigingen, rekeningafschriften, nota’s of andere opgaven (hierna: afstortinformatie) meteen te controleren en te bezien of het juiste bedrag van een afstorting is bijgeboekt op de rekening.
Als Rabobank de rekeninghouder op elektronische wijze afstortinformatie ter beschikking stelt, dient de rekeninghouder deze informatie ten minste elke werkdag te controleren.
De rekeninghouder dient Rabobank zo snel mogelijk, maar in ieder geval uiterlijk binnen vijf werkdagen na ontvangst van deze afstortinformatie of de ter beschikkingstelling daarvan door de bank, schriftelijk in kennis te stellen van een eventuele onjuistheid of onvolledigheid in deze informatie.
De inhoud van door Rabobank verstrekte en ter beschikking gestelde afstortinformatie geldt als door de rekeninghouder te zijn goedgekeurd als de rekeninghouder deze niet schriftelijk heeft betwist binnen drie maanden nadat de afstortinformatie geacht kan worden de rekeninghouder te hebben bereikt.
21 Einde overeenkomst
a Rabobank mag de overeenkomst met onmiddellijke ingang en zonder opzegging, ingebrekestelling of andere formaliteit beëindigen:
• in geval van faillissement, insolventie, surseance van betaling, ondercuratelestelling en/of overlijden van de rekeninghouder;
• bij beheer en/of onderbewindstelling van en/of bij beslag op (een gedeelte van) het vermogen van de rekeninghouder;
• bij het van toepassing verklaren van een wettelijke schuldsaneringsregeling op de rekeninghouder;
• bij opheffing en/of beëindiging en/of overdracht van (een aanmerkelijk deel van) het bedrijf van de rekeninghouder;
• als de rekeninghouder een rechtspersoon is: bij ontbinding, opheffing, fusie en/of splitsing van de rekeninghouder en ook bij verlies van rechtspersoonlijkheid van de rekeninghouder;
• bij uit- en/of toetreding van een vennoot en/of een maat als de rekeninghouder een vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap of maatschap is;
• als de rekeninghouder xxxxxxx is in de nakoming van of in strijd handelt met een bepaling van de overeenkomst en deze algemene voorwaarden en/of andere voorwaarden en/of voorschriften die van toepassing zijn;
• als de rekening van de rekeninghouder wordt beëindigd en/of als de relatie tussen Rabobank en de rekeninghouder eindigt;
• in geval van faillissement, insolventie, surseance van betaling van de waardenvervoerder;
• als de relatie/overeenkomst tussen Rabobank en de waardenvervoerder eindigt.
b Rabobank mag in bijzondere gevallen - als hiertoe naar haar oordeel aanleiding bestaat - de overeenkomst opschorten en/of beëindigen.
c Zowel de rekeninghouder als Rabobank kan de overeenkomst opzeggen met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden. Deze opzegtermijn hoeft niet in acht te worden genomen als dat in redelijkheid niet van Rabobank en/of de rekeninghouder kan worden gevergd.
9/11
d Bij het einde van de overeenkomst dient de rekeninghouder de van Rabobank ontvangen afstortmiddelen, stortingsformulieren en/of transportverpakkingen die door Rabobank zijn verstrekt direct en in ongeschonden staat terug te geven aan Rabobank. Xxxxxxx dit niet? Dan is de rekeninghouder van rechtswege in verzuim en moet door hem voor elke dag dat hij deze verplichting niet nakomt een boete worden betaald van tien euro (€ 10,-). Rabobank heeft in dat geval ook recht op vergoeding van de schade die voortvloeit uit het niet nakomen van de in dit lid vermelde verplichting.
e Als voor het einde van de overeenkomst afstortingen hebben plaatsgevonden die op het moment van beëindiging nog niet (geheel) zijn verwerkt, blijven de overeenkomst en de daarop van toepassing verklaarde algemene voorwaarden en voorschriften van kracht.
22 Voorschriften en voorzorgsmaatregelen
Rabobank mag altijd voorzorgsmaatregelen voorschrijven aan de rekeninghouder en voorschriften geven voor de uitvoering van het afstorten. De rekeninghouder moet deze voorschriften opvolgen. Rabobank mag dergelijke voorzorgsmaatregelen en voorschriften veranderen. Rabobank zal de rekeninghouder in staat stellen van de meest recente voorzorgsmaatregelen en voorschriften kennis te nemen via de website, of deze op verzoek van de rekeninghouder toesturen.
23 Aansprakelijkheid van Rabobank/uitsluiten aansprakelijkheid van Rabobank
a Rabobank is aansprakelijk voor schade van de rekeninghouder die ontstaat door verlies van of schade aan (de inhoud van) een afstortmiddel nádat dit afstortmiddel in de afstortapparatuur is geplaatst of ná overdracht van een afstortmiddel door een door de rekeninghouder ingeschakelde waardenvervoerder aan de geldtelcentrale, tenzij:
1 het ontstaan van de schade niet te wijten is aan de schuld van Rabobank of krachtens wet, rechtshandeling of in het verkeer geldende opvattingen niet voor rekening van Rabobank komt, of
2 het ontstaan van de schade (mede) aan de rekeninghouder of aan de door de rekeninghouder ingeschakelde waardenvervoerder kan worden toegerekend.
De aansprakelijkheid van Rabobank is beperkt tot maximaal vijfentwintig duizend euro (€ 25.000,-) per afstortmiddel.
b Rabobank is niet aansprakelijk voor gederfde winst, gevolgschade, indirect schade en immateriële schade.
Rabobank is ook niet aansprakelijk voor schade:
• als bij de afstorting niet is voldaan aan de voorschriften, en Rabobank en/of de geldtelcentrale de verwerking van de afstorting opschort of weigert;
• als Rabobank het gebruik door de rekeninghouder van de afstortmiddelen en/of afstortapparatuur heeft opgeschort of geweigerd of de bijschrijving van de inhoud van het afstortmiddel op de rekening heeft opgeschort of geweigerd;
• in abnormale en onvoorziene omstandigheden die onafhankelijk zijn van de wil van Rabobank en waarvan de gevolgen ondanks alle voorzorgsmaatregelen niet konden worden voorkomen, en ook niet als Rabobank volgens wettelijke verplichtingen handelt of als er sprake is van overmacht;
• voor de gevolgen van het - door welke oorzaak ook - niet kunnen afstorten bij de afstortapparatuur of bij de geldtelcentrale;
• die het gevolg is van het niet of niet geheel naleven door de rekeninghouder van de overeenkomst, de op de overeenkomst van toepassing verklaarde algemene voorwaarden en/of de voorschriften;
• die voortvloeit uit of verband houdt met het onbevoegd of onjuist gebruik van afstortmiddelen, afstortapparatuur en/of transportverpakkingen.
24 Fusie/splitsing/overdracht
a Alle bevoegdheden, rechten en verplichtingen van Rabobank kunnen na juridische fusie of na juridische splitsing van Rabobank (ook) zelfstandig – en hoofdelijk – worden uitgeoefend respectievelijk worden nagekomen door de rechtsopvolger(s) van Rabobank.
b Rabobank is bevoegd de rechten uit de overeenkomst en/of de rechtsverhouding(en) waarin zij tot de rekeninghouder staat met de daaraan verbonden nevenrechten, (gedeeltelijk) over te dragen aan een derde. Door ondertekening van de overeenkomst verleent de rekeninghouder Rabobank bij voorbaat toestemming hiervoor.
c Overal waar in de overeenkomst en in de daarin van toepassing verklaarde (algemene) voorwaarden het woord ‘bank’ is vermeld moet/moeten na fusie of splitsing of overdracht (ook) begrepen worden de rechtsopvolger(s) van Rabobank.
25 Verrekening
Rabobank en de rekeninghouder zijn overeengekomen dat:
a Rabobank altijd schulden van Rabobank (ook) aan de rekeninghouder kan verrekenen met vorderingen van Rabobank, en/of andere huidige en/of toekomstige rechtspersonen van de Rabobank Groep (mede) op de rekeninghouder, en/of
10/11
b Rabobank altijd vorderingen (mede) op de rekeninghouder kan verrekenen met schulden van Rabobank, en/ of andere huidige en/of toekomstige rechtspersonen van de Rabobank Groep (mede) aan de rekeninghouder, ongeacht in welke valuta deze schulden/vorderingen luiden en of deze schulden/vorderingen opeisbaar of (on) voorwaardelijk zijn. Schulden/vorderingen in een andere valuta dan euro worden daartoe eerst op een door Rabobank te bepalen wijze en op basis van een door Rabobank te bepalen koers omgerekend naar een bedrag in euro’s. Door het van toepassing worden van deze algemene voorwaarden komen/zijn Rabobank en de rekeninghouder overeen/overeengekomen, dat Rabobank geen verklaring hoeft af te geven voordat Rabobank tot welke verrekening dan ook overgaat.
26 Buiten toepassing verklaring wet- en regelgeving
De in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek geïmplementeerde artikelen uit EU Richtlijn 2015/2366, waarover die richtlijn in artikelen 38 en 61 zegt bepaalt dat daarover kan worden afgesproken dat zij niet van toepassing zijn als de rekeninghouder geen consument is, zijn niet van toepassing op de overeenkomst en deze algemene voorwaarden.
27 Toepasselijk recht
Op de overeenkomst en deze algemene voorwaarden is Nederlands recht van toepassing en is de Nederlandse rechter bij uitsluiting bevoegd. Dit is alleen anders als op de gehele of op een deel van de overeenkomst of een voorwaarde uitdrukkelijk ander recht van toepassing is verklaard of als dit uit de wet voortvloeit. In dat geval is dat andere recht van toepassing op de gehele dan wel dat deel van de overeenkomst dan wel die voorwaarde en is de buitenlandse rechter bevoegd.
28 Wijziging algemene voorwaarden
Rabobank mag deze algemene voorwaarden aanvullen, wijzigen en/of vervangen. Zij zal de rekeninghouder ten minste dertig dagen voor de inwerkingtreding van een aanvulling, wijziging en/of vervanging hierover informeren op een door de Rabobank te bepalen manier of in de gelegenheid stellen hiervan kennis te nemen bijvoorbeeld via de website. Als de rekeninghouder niet akkoord gaat met een aanvulling, wijziging en/of vervanging moet hij dit onder opzegging van de overeenkomst binnen genoemde termijn van dertig dagen schriftelijk aan Rabobank meedelen.
29 Woon- of vestigingsplaats
Als het huidige adres van de rekeninghouder niet bij Rabobank bekend is, wordt hij geacht woon- en/of vestigingsplaats te hebben gekozen op het hoofdkantoor van Rabobank in Utrecht.
Rabobank mag dan haar hoofdkantoor als adres van de rekeninghouder gebruiken voor alle mededelingen en documenten die voor de rekeninghouder bestemd zijn.
19205-jan-2018