Reglement Renteloze leningen Jeugdsector
Reglement Renteloze leningen Jeugdsector
Artikel 1: algemeen
Binnen de grenzen van het goedgekeurde budget verleent de gemeente Gooik renteloze leningen ter ondersteuning van het bouwen van en/of verbouwen aan onroerende infrastructuur.
Artikel 2: voor wie
De renteloze lening kan enkel aangevraagd worden door erkende jeugdverenigingen:
● aangesloten bij de jeugdraad van de gemeente Gooik of de rechtspersoon die de onroerende belangen beheert van een vereniging die erkend is door de gemeente Gooik én aangesloten is bij de adviesraad en
● die een rechtspersoon vormen.
ARTIKEL 3: VOORWAARDEN
Algemeen:
De vereniging moet aantonen dat zij de werken niet met eigen middelen kan financieren.
De lening moet gebruikt worden voor de financiering van bouw- of verbouwingswerken die noodzakelijk zijn voor de ontwikkeling van de activiteiten die behoren tot de normale werking van de vereniging.
Minimaal gedurende de looptijd van de terugbetalingstermijn van de renteloze lening + 10 jaar, moet de infrastructuur waarop de lening betrekking heeft hoofdzakelijk gebruikt worden voor de rechtstreekse werking van het lokaal jeugdbeleid.
De lening moet gebruikt worden voor de financiering van het bouwen of werken aan onroerende infrastructuur in Gooik die hoofdzakelijk gebruikt wordt door de verenigingen zoals bedoeld in art. 2
De vereniging, zoals bedoeld in art. 2, moet hetzij eigenaar zijn van de infrastructuur en de bijhorende grond, hetzij erfpacht of recht van opstal genieten voor de onroerende infrastructuur, hetzij beschikken over een schriftelijk gevestigd gebruiksrecht (huur, bruikleen) gedurende minimaal de looptijd van de terugbetalingstermijn + 10 jaar. Indien het recht van erfpacht of recht van opstal of huur werd verleend door de gemeente Gooik vervalt de voorwaarde dat de vereniging van dit recht nog moet genieten gedurende minimaal de dubbele looptijd van de terugbetalingstermijn.
Artikel 4: procedure
4.1. Aanvraag:
De vereniging bezorgt het aanvraagdossier aan het college van burgemeester en schepenen. De vereniging dient de aanvraag minstens 3 maanden voor de gewenste data van lenen in te dienen.
4.2. Aanvraagdossier:
Het aanvraagdossier bevat:
● een motivering waarom er behoefte is aan een renteloze lening en de werken niet met eigen middelen kunnen wordengefinancierd;
● een financieel verslag (balans en resultatenrekening) van het laatste boekjaar van de vereniging, het financieringsplan van het volledige project en de afbetalingsmodaliteiten;
● een verklaring dat de lening gebruikt zal worden voor de financiering van bouw- of verbouwingswerken die noodzakelijk zijn voor de ontwikkeling van de activiteiten die behoren tot de normale werking van de vereniging en dat de grond of de infrastructuur waarop de lening betrekking heeft gedurende de dubbele looptijd van de terugbetaling van de renteloze lening, hoofdzakelijk gebruikt zal worden voor de rechtstreekse werking van het lokaal jeugdbeleid.
● een beschrijving van de hypotheek of andere waarborgen die de vereniging wenst te stellen om de nakoming van haar verbintenissen te waarborgen;
● de statuten van de vereniging voor zover deze niet digitaal raadpleegbaar zijn in het staatsblad.
● een situatieschets van de ligging van het perceel, waarop de bedoelde infrastructuur gevestigd is of zal worden;
● een grondplan van de bedoelde infrastructuur met opgave van de juiste afmetingen;
● een schets van het voor- en zijaanzicht van de bedoelde infrastructuur, met aanduidingen van de juiste afmetingen;
● een foto die een frontaal totaalbeeld geeft van de bedoelde infrastructuur;
● een kopie van de stedenbouwkundige vergunning (omgevingsvergunning) of de aanvraag daartoe, indien de bouw- of verbouwingswerken afhankelijk zijn van een voorafgaande stedenbouwkundige vergunning(omgevingsvergunning);
● de totale kostprijs van de bouw/verbouwing en een raming van de kostprijs van de te gebruiken materialen, uitgesplitst naar hun soort (bouwmaterialen, hout, plastiekstoffen, leidingmateriaal voor elektriciteit, gas of water, verfwaren, eventuele andere) evenals de raming van de te factureren loonkost;
4.3 Een delegatie van de gemeentelijke administratie zal:
● De aanvragers uitnodigen voor een intakegesprek waarop alle voorwaarden en modaliteiten besproken worden;
● Nakijken of het dossier volledig is. Indien het dossier niet volledig is, wordt de vereniging hiervan op de hoogte gebracht en wordt een bijkomende termijn gegeven van maximum 2 maand, waarbinnen de vereniging het dossier moet aanvullen;
● Nakijken of de geplande werken in overeenstemming zijn met de regels van de ruimtelijke ordening;
● Inzage nemen van het financieringsplan;
● Nakijken of aan alle voorwaarden voldaan is;
● Schriftelijk advies uitbrengen aan de jeugdraad en het college van burgemeester en schepenen.
4.4. Toewijzingsregels
Leningen worden in volgorde van prioriteit toegestaan voor:
1. Werken die dringend noodzakelijk zijn en waarbij uitstel het voortbestaan van de werking van de vereniging ernstig in gevaar brengt.
2. Werken die noodzakelijk zijn om te voldoen aan de vereisten van een door de brandweer opgesteld verslag inzake brandveiligheid van de lokalen.
3. De bouw van nieuwe onroerende infrastructuur.
4. Uitbreiding van bestaande onroerendegoederen.
Aanvragen door verenigingen die nog een renteloze lening hebben lopen bij de gemeente, hebben steeds de laagste prioriteit.
De jeugdraad kan adviseren om aan alle aanvragen met eenzelfde prioriteit een lager bedrag toe te kennen dan gevraagd of om bepaalde aanvragen te weigeren of te verschuiven naar het volgende
jaar. Aanvragen worden behandeld in chronologische volgorde van aanvraag. Er kan enkel nog een lening worden toegestaan voor zover er nog budget beschikbaar is.
4.5. Het college van burgemeester en schepenen:
● zal na advies van de delegatie van de gemeentelijke administratie en van de jeugdraad overgaan tot beslissing over de voorliggende aanvraagdossiers.
● kan slechts leningen toestaan voor het maximale bedrag aan kredieten, dat voor het budgetjaar waarop de aanvraag betrekking heeft voor renteloze leningen is voorzien in de meerjarenplanning van de gemeente Gooik.
● zal in uitvoering van besluiten tot het toestaan van een lening een contract afsluiten met de vereniging dat de voorwaarden met betrekking tot de lening specificeert.
Artikel 5: Verbintenissen van de ontlener
De betalingen gebeuren volgens de voorwaarden zoals bepaald in het contract en in dit reglement. In een contract tussen de vereniging enerzijds en de gemeente anderzijds zal de vereniging zich ertoe verbinden het ontleende bedrag uitsluitend aan te wenden voor de financiering van de werken zoals beschreven in het goedgekeurde aanvraagdossier.
De vereniging moet er zich toe verbinden de afgevaardigde(n) van de gemeente steeds toegang te verlenen tot de percelen en infrastructuur waarop de lening betrekking heeft en dit gedurende de dubbele terugbetalingstermijn van de renteloze lening.
Artikel 6: financiële procedure voor de uitbetaling
6.1. Algemeen
6.2. Financiële procedure voor de uitbetaling:
Indien een stedenbouwkundige vergunning (omgevingsvergunning) nodig is, kan slechts tot uitbetaling worden overgegaan nadat deze vergunning werd afgeleverd.
Een eerste schijf van 50% van het toegekende bedrag (berekend op de geraamde onkosten die de vereniging dient te bewijzen aan de hand van bestelbonnen, facturen of met andere middelen) zal betaald worden binnen 50 dagen na ondertekening van het contract door het college van burgemeester en schepenen en de daartoe gerechtigde vertegenwoordiger(s) van de vereniging.
Indien de voorgelegde bewijzen van de geraamde onkosten niet goedgekeurd worden door het College van Burgemeester en Schepenen, zal dit binnen de 50 dagen de redenen van weigering aan de ontleners meedelen.
Een tweede schijf van 25% van het toegekende bedrag zal worden uitbetaald binnen de 50 dagen na voorlegging van de bewijzen van aanwending van de eerste schijf, tenzij de werken niet goedgekeurd
worden. In voorkomend geval zal het College van Burgemeester en Schepenen binnen de 50 dagen de reden van de weigering aan de ontlener meedelen. De bewijzen van de volledige aanwending van de eerste schijf dienen voorgelegd te worden binnen een termijn van 2 jaar die ingaat de dag na de uitbetaling van de eerste schijf. Het niet tijdig voorleggen van de bewijzen van de volledige aanwending van de eerste schijf heeft van rechtswege tot gevolg dat de aanvrager het recht op de tweede schijf verliest.
De derde schijf van 25% is een afrekening en wordt uitbetaald binnen de 50 dagen na voorlegging van de bewijzen van de aanwending van de tweede schijf en de nog te betalen of al betaalde facturen van de derde en laatsteschijf.
Artikel 7: financiële procedure voor de terugbetaling
7.1. Terugbetalingstermijn en storingen:
Het college bepaalt de terugbetalingstermijn in verhouding tot het ontleende bedrag (grotere ontleende bedragen kunnen een langere terugbetalingstermijn hebben). De vereniging dient het volledige ontleende bedrag terug te betalen binnen een vooraf afgesproken termijn die maximaal 30 jaar na de eerste terugbetaling moet aflopen. De eerste terugbetaling dient te gebeuren binnen de termijn van twee jaar na de eerste opname en wordt berekend op het totale bedrag dat werd toegekend. De vereniging moet er zich toe verbinden het ontleende bedrag terug te betalen door minimaal een jaarlijkse storting binnen de contractueel overeengekomen terugbetaaltermijn. Elke storting bedraagt eenzelfde percentage van het totaal ontleende bedrag.
7.2. Laattijdige terugbetaling
Bij laattijdige betaling wordt het eisbare bedrag van rechtswege en zonder aanmaning verhoogd met een interest die gelijk is aan de debetrente op zicht.
7.3. Niet-terugbetaling:
In geval van niet-betaling binnen de 30 dagen na aanmaning bij aangetekende brief wordt het volledige bedrag van de lening onmiddellijk opeisbaar en zal het gehele nog verschuldigde bedrag vermeerderd worden met de intresten berekend op basis van de debetrente op zicht + 1%. De vereniging verliest op dat ogenblik haar recht op uitbetaling van volgende schijven, tot de volledige terugbetaling van het ontleende bedrag, vermeerderd met interesten. Indien de vereniging aanspraak kan maken op gemeentelijke subsidies van welke aard dan ook, heeft de gemeente het recht om deze niet uit te betalen en te verrekenen met het nog verschuldigde bedrag van de lening.
7.4. Mogelijke rechtsopvolging van de oorspronkelijkeontlener:
Mits akkoord van de gemeente en alle contracterende partijen, kunnen één of meerder personen als rechtsopvolger(s) van de oorspronkelijke ontlener(s) worden aanvaard. Zulk beding zal het voorwerp uitmaken van een aanvullende overeenkomst, onderschreven door alle partijen.
Artikel 8: waarborg
De vereniging waarborgt tegenover de gemeente de naleving van alle in dit reglement en in het af te sluiten contract bepaalde verbintenissen. Het college van burgemeester en schepenen beslist over de vorm en voorwaarden van deze waarborg. Het college kan meer of andere waarborgen eisen dan deze voorgesteld in het aanvraagdossier. De kosten die aan deze waarborg verbonden zijn, vallen ten laste van de vereniging.
Artikel 9: Inbreuken
Elke aanwending van het ontleende bedrag in strijd met dit reglement, het contract of de bijlagen, heeft van rechtswege de onmiddellijke opeisbaarheid van het totale ontleende bedrag, vermeerderd
met de rente (wettelijke interestvoet) tot gevolg, vanaf de dag dat der uitbetaling van het ontleende bedrag. Daarnaast kunnen nieuwe aanvragen voor renteloze leningen door dezelfde vereniging of voor hetzelfde doel worden geweigerd. In geval van uitbetaling van de lening in schijven heeft het met de bescherming strijdige gebruik van een eerdere schijf bovendien tot gevolg dat de volgende schrijf niet wordt uitbetaald, en dit onverminderd de onmiddellijke opeisbaarheid van de eerste schijven van de lening.
Indien in het gebruik van de infrastructuur of het perceel afgeweken wordt van het gebruik zoals het beschreven is in het aanvraagdossier, is de ontlener daarnaast nog een boete verschuldigd aan de stad van 5% op het ontleende bedrag.
Artikel 10: Inwerkingtreding en opheffingsbepalingen
Dit reglement is in werking sinds 1 maart 2018 Het reglement werd aangepast op GR 23/02/2021
De aanpassingen gaan in vanaf 1 maart 2021 en zijn geldig voor reeds ingediende aanvragen.