TRIPARTIET AKKOORD van 24 november 2021
TRIPARTIET AKKOORD van 24 november 2021
1. Inleiding
Een Tripartiet Akkoord is een overeenkomst tussen drie Sociale Partners t.w. de Overheid, de georganiseerde Vakbeweging en het georganiseerde Bedrijfsleven. Het is de uitkomst van een sociale dialoog en vindt plaats in een situatie waarin sprake is van ernstige verstoring van de financieel-economische dan wel sociaaleconomische verhoudingen in de samenleving.
Het Tripartiet Akkoord heeft als doel om te komen tot een financieel-economisch stabiele situatie, waarbij de economische bedrijvigheid zich kan herstellen. In het bijzonder moeten condities geschapen worden voor structurele versterking van de economie en uitbreiding van werkgelegenheid, met name door bevordering en diversificatie van productie en export, met aandacht voor het sociaal ondersteunings- en inkomensbeleid.
In haar streven om te geraken tot een zo breed mogelijk gedragen Tripartiet Akkoord, is de Regering de dialoog aangevangen met de gevestigde overkoepelende organisaties van werknemers en werkgevers. Dit met het volle besef dat het noodzakelijk is een zo goed mogelijke representatie van het brede veld van organisaties van werknemers en werkgevers te hebben. De partners zullen zich inzetten ter uitvoering van het bereikte akkoord.
2. Overwegingen
De Regering heeft in het Regeerakkoord 2020-2025 benadrukt dat zij zal werken aan een inclusieve en rechtvaardige samenleving waar een ieder meer welzijn en welvaart kent. Dit streven wordt, naast de Overheid, onderschreven door de Vakbeweging en het Bedrijfsleven.
De Sociale Partners zijn van mening dat structureel overleg tussen de partners de beste garantie biedt voor een evenwichtige nationale en sociaaleconomische ontwikkeling. Zij zijn zich er daarbij van bewust dat het garanderen van economische bedrijvigheid en de bevordering van de nationale productie in het belang is van een gezonde economische ontwikkeling, waarbij gezonde bedrijven, die werkgelegenheid scheppen en voldoende inkomsten genereren, centraal staan.
De Sociale Partners weten dat werknemers voor hun arbeid recht hebben op een beloning die hen in staat stelt om in ieder geval een redelijk bestaan op te bouwen. De vakbeweging zet zich hierbij in om voor de rechten van de werknemers op te komen. Met daarnaast bijzondere aandacht voor de inkomenspositie van andere kwetsbare groepen in de samenleving.
De Sociale Partners beseffen dat het creëren van werkgelegenheid in de private sector en het stimuleren van ondernemerschap essentieel is voor het herstel van de economie en het scheppen van duurzame groei en ontwikkeling. Ondernemingen moeten daarin worden gesteund middels het creëren van een attractie ondernemingsklimaat. De private sector organisaties zetten zich hierbij in om voor de rechten van de werkgevers op te komen.
De Sociale Partners beseffen dat de Regering een financieel-economische situatie heeft aangetroffen die een structurele aanpak vereist met de nodige hervormingen. Deze situatie is uitvoerig beschreven in het Herstelplan 2020-2022, dat door De Nationale Assemblee op 26 juni 2021 met algemene stemmen is aangenomen en welke als uitgangspunt dient voor het huidig regeerbeleid.
De aanpak van de financieel-economische crisissituatie is in de urgentie- en stabilisatiefase van het Herstelplan gericht op het terugdringen van de oorzaken die aan deze situatie ten grondslag liggen, in het bijzonder door het herschikken van binnen- en buitenlandse schulden, tot stand brengen van een realistische en stabiele wisselkoers en een evenwichtige overheidsbegroting, zonder monetaire financiering van overheidsuitgaven. Deze reeds enorme opgave is verder verzwaard door de effecten van de COVID-19 pandemie.
Het door de Regering ingezette beleid heeft onvermijdelijke effecten op het prijs- en kostenniveau en daarmee op de koopkracht van de burger. Binnen de budgettaire mogelijkheden is door de Regering reeds een aantal maatregelen getroffen ter beperking van de koopkrachtvermindering. Deze zijn in het bijzonder gericht op de zwakste inkomens.
3. Kader
De Sociale Partners zijn ervan overtuigd, dat middels een Tripartiet Akkoord, het in uitvoering zijnde en nog uit te voeren beleid op een aantal kritieke punten aangescherpt kan worden, zodat het beter beantwoordt aan de verwachtingen, die in de samenleving leven, in het bijzonder de werkgevers en werknemers.
De Sociale Partners bevestigen, dat zij ervan overtuigd zijn, dat middels een Tripartiet Akkoord, in de samenleving een breder vertrouwen ontstaat in het beleid van de Regering en de hiermede te scheppen vooruitzichten op herstel en groei.
Via het Tripartiet Overleg en het Tripartiet Akkoord zullen door de Sociale Partners knelpunten die zich voordoen in de samenleving worden aangepakt. Het gaat daarbij onder meer om de afbouw van subsidies op energie, water en vervoer, het beheersen van de prijzen en de wijze waarop het effect van niet te vermijden prijsstijgingen op de koopkracht kan worden gematigd. In het verlengde hiervan gaat het om verantwoord loon-, prijs- en winstbeleid, waarbij tevens naar de belastingen gekeken moet worden, en dat de basis legt voor toekomstige groei, middels investeringen in productie en export. Aandacht zal gegeven worden aan de effectieve handhaving van de Wet op de Jaarrekeningen.
4. Issues
Tijdens het Tripartiet Overleg zijn de Sociale Partners het eens geworden over vijf primaire issues die beleidsaandacht verdienen en waarover verder in dit Tripartiet Akkoord afspraken zijn gemaakt. Het gaat hierbij om afspraken met betrekking tot:
1) Belastingen
2) Koopkrachtversterking
3) Sociaal vangnet
4) Prijsbeleid
5) Ondernemerschap en werkgelegenheid
Hiernaast kunnen tussentijds ook andere dringende issues binnen het Tripartiet Overleg aan de orde komen, waarover advies gegeven kan worden dan wel besluiten kunnen worden genomen. Met name maken de Sociale Partners zich bezorgd over de gezondheidszorg, waaronder het doorberekenen van kosten naar personen die verzekerd zijn en de kwaliteit van de zorg.
Over tussentijdse dringende issues kunnen de Sociale Partners zich laten voorlichten door de bevoegde instantie(s) en daarmee in gesprek gaan om oplossingen te zoeken. De Sociale Partners zijn er voorstaander van om dringende issues die zich voordoen -en vrij snelle aanpak behoeven- middels dialoog op te lossen en het Tripartiet Overleg als forum in te zetten.
5. Belastingen
Belastingen vervullen een aantal cruciale functies in de samenleving. De belastingen vormen niet alleen een belangrijke inkomstenbron voor de overheid om haar publieke functies mee te financieren, maar zijn tevens een belangrijk middel om te komen tot een (her)verdeling van inkomens. Verder zijn de belastingen een instrument om ondernemerschap en de schepping van nieuwe arbeidsplaatsen te bevorderen.
In 2022 staan er een aantal belastinghervormingen op stapel. Uitgangspunten hierbij zijn dat de belastingdruk beter gespreid moet worden, terwijl tegelijk een grotere groep personen bereikt wordt d.w.z. meer inclusiviteit bij de belastinginning. Naast een meer effectieve werking van de vermogensbelasting, zal aandacht zijn voor o.a. de verhoging van de grondhuurtarieven, het canonrecht, het tegengaan van speculatie en de aanpak van niet productieve gronden. Via het belasten van de consumptie van goederen en diensten (o.m. via Omzetbelasting en Belasting Toegevoegde Waarde) wordt bereikt dat degenen die minder consumeren ook minder belast worden. Het belastingsysteem dient zodanig te zijn ingericht, waarbij de hogere inkomens in vergelijking met de lagere inkomens progressiever belast worden. Daarbij dient tevens een duidelijke ondergrens te worden vastgesteld, zodat de meest kwetsbare groepen geen of weinig belasting betalen.
Afspraken voor 2022
1. Gezien het feit dat de inflatie in 2020 en 2021 de koopkracht behoorlijk heeft aangetast, wordt overeengekomen om de belastingvrije grens voor de loonbelasting op te trekken. Per 1 januari 2022 zal een nieuwe belastingvrije grens voorlopig en per 1 juli definitief worden vastgesteld. De nieuwe belastingvrije grens is in bijlage 1 aangegeven.
2. Met de verhoging van de belastingvrije grens vindt er een daarvan afgeleide verschuiving in de schijven plaats. Tezamen met de nieuwe belastingvrije grens leidt dit tot een verminderde belastingdruk op degenen die in loondienst zijn. Dit is een eerste maatregel in het kader van de
beoogde integrale herziening van de loon- en inkomstenbelasting en de eveneens per 1 juli 2022 definitief vast te stellen belastingschijven. Deze herziening zal de belastingplichtigen in zowel de publieke als private sector ten goede komen. Het zal simultaan met de invoering van de BTW geschieden. De voorlopig aangepaste belastingschijven alsook het effect daarvan op de lonen is ook in bijlage 1 aangegeven.
3. In 2021 is een solidariteitsheffing van 10% geheven bovenop het hoogste tarief van de loon- en inkomstenbelasting. Per 1 januari 2022 wordt de solidariteitsheffing van 10% niet meer geheven. Hiermee treedt er directe verlichting op voor degenen die deze solidariteitsheffing in 2021 hebben betaald.
4. Per 1 juli 2022 zal de Belasting Toegevoegde Waarde (BTW) worden ingevoerd, die in de plaats komt van de Omzetbelasting. De vakbeweging en het bedrijfsleven staan volledig achter de invoering hiervan en zullen hun invloed aanwenden om dit tot een succes te maken. De invoering van de BTW zal leiden tot een verschuiving van de belastingdruk van directe naar indirecte belastingen, en daarmee tot verbreding van de basis voor de belastingheffing. De partners zijn het erover eens dat de invoering van de BTW niet mag leiden tot een verhoogde belastingdruk op arbeid.
5. De overheid zal met de sociale partners overleggen over een totaalpakket van belasting- hervorming in het kader van de koopkrachtversterking en het bevorderen van economische groei, lokale investeringen en werkgelegenheid, waarbij bovengenoemde maatregelen mogelijk nog worden geamendeerd in het voordeel van een pakket, dat wellicht meer voordelen oplevert.
6. Het verlies aan belastinginkomsten van de overheid zal geen negatief effect op het functioneren van de overheid mogen hebben. Dit betekent dat het begrotingstekort hierdoor niet mag toenemen. Ter compensatie van het verlies aan inkomsten zijn vanuit de sociale partners diverse voorstellen gedaan:
a) Treffen van maatregelen die nodig zijn om zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk medio 2022 de inkomsten van de overheid uit de kleinschalige goudwinning daadwerkelijk te vergroten. Hierbij wordt onderkend, dat de samenwerking met en vooral het herstel van het gezag in de gebieden waar goudwinning plaatsvindt van belang is. Bedachtzaamheid bij het opleggen van hogere of nieuwe heffingen is geboden om verhoogde smokkel te voorkomen. Daarnaast dient erop te worden toegezien dat de groot-mijnbouwbedrijven afdrachten van belastingen doen conform de met hun gesloten overeenkomsten. Zo nodig te verifiëren via uit te voeren audits van de opgegeven hoeveelheden en waarde van de exporten. Heronderhandeling van overeenkomsten op grond van ingrijpend gewijzigde marktomstandigheden zijn niet uit te sluiten.
b) Door Financiën/Douanedienst en het ministerie van EZ (Dienst IUD) uitvoeren van de exercities in verband met de HS codering (Harmonized System), zodanig, dat per 1 juli 2022 een extra heffing op de import van luxegoederen kan worden ingevoerd. De te realiseren verhoogde inkomsten
dienen in beeld gebracht te worden in relatie tot de gevolgen van verminderde inkomsten als gevolg van meer onderfacturering en smokkel (handhavingsmogelijkheden!).
c) Ontmoedigen van de export van rondhout door een gericht beleid (rekening houdend met de behoefte aan rondhout voor de lokale houtverwerking) en het per 1 april 2022 verhogen van de uitvoerrechten (thans 20%) en tegelijkertijd ondernemers stimuleren (incentives) om te investeren in de houtverwerking en het exporteren van halffabricaten en eindproducten. In overleg met de betrokken diensten en stakeholders aanpassen van het systeem van toezicht op de houtwinning, verwerking en export en inning van te betalen heffingen zodanig dat de kans op corruptie wordt geminimaliseerd.
d) Door het Ministerie van Justitie en Politie voorbereiden van een wijziging van de algemene geldboetewet zodanig dat per 1 mei 2022 de op te leggen boetes aan degenen die zich schuldig maken aan illegale handel in goederen en het verkopen van smokkelwaar kunnen worden verhoogd, zulks in het volle besef, dat alleen zwaarder straffen niet zal werken zonder dat de handhaving correct geschiedt. Naast boetes dienen er ook strafmaatregelen te komen.
e) Tegengaan van smokkel door verscherping van de grenscontroles en bescherming van de bonafide bedrijven waarbij tabaksproducten, alcohol, en benzine bijzondere aandacht verdienen. Een model om dit tegen te gaan is middels de invoering van een gelaagd accijnzen stelsel voor de import van tabaksproducten, kan het zijn, per 1 juli 2022.
f) Het onmiddellijk door de Belastingdienst aanvatten van de voorbereidingen ter tijdige aanpassing van de Wet Vermogensbelasting met name uitbreiding van de werkingsfeer naar stichtingen en andere rechtspersonen.
7. De sociale partners zijn het erover eens dat het vermogen van de overheid tot handhaving van wet en regelgeving zoals, onder meer, in boven aangegeven voorstellen vervat, cruciaal is voor een succesvolle uitvoering van de verschillende maatregelen en zijn bereid de overheid bij het waar maken van haar verantwoordelijkheid op dit gebied ten volle te ondersteunen. De overheid zal het Tripartiet Overleg regelmatig informeren over de voortgang bij het onderzoeken en
voorbereiden van de door de partners xxxxxx voorstellen.
6. Koopkrachtversterking
Koopkrachtversterking komt in principe zowel de consument als de private sector ten goede, omdat het resulteert in een groter besteedbaar inkomen van de consument. Een win-win situatie. Uitvoering dient echter op dusdanige wijze te gebeuren, dat het geen negatieve effecten oplevert voor wat betreft de nog fragiele macro-economische situatie. Te veel geld in de omloop kan maken, dat de afroming van de overliquiditeit door de Centrale Bank teniet wordt gedaan en de relatieve stabiliteit van de wisselkoers ongedaan gemaakt wordt. De Sociale Partners willen daarom gaarne in Tripartiet Overleg geïnformeerd worden over de doorrekening en de impact van de koopkrachtversterking op het macro-economisch klimaat.
Ook zij erop gewezen, dat vele bedrijven als gevolg van de macro-economische situatie in de afgelopen periode, de oneerlijke en oneigenlijke concurrentie door smokkel en bevoordeling van marktpartijen en daarbovenop de impact van de COVID-19 pandemie in moeilijk vaarwater zijn gekomen. Deze situatie is verder versterkt, vanwege toegenomen schulden, omdat een aantal bedrijven moesten lenen om aan hun verplichtingen te voldoen tijdens de diverse lockdowns en slow downs als gevolg van de pandemie, aangezien er geen inkomsten gegenereerd werden.
In zijn algemeenheid zijn de Sociale Partners het erover eens dat koopkrachtversterking via belastingmaatregelen een groter bereik heeft naar alle sectoren.
Koopkrachtversterking middels loonsverhoging c.q. toelagen is niet in alle sectoren direct haalbaar, omdat er in diverse sectoren sprake is geweest van een enorme terugval in inkomsten, vanwege de eerder aangehaalde omstandigheden.
Afspraken voor 2022
8. In 2022 is belangrijk dat het koopkrachtverlies zoveel mogelijk wordt tegengegaan middels goed macro-economisch beleid, stabiele wisselkoers, geen monetaire financiering en omlaag brengen van de inflatie.
9. De overheid is vastbesloten om de koopkracht van de burger in 2022 te verbeteren, maar dit dient beheerst en voorspelbaar te gebeuren. Daarbij zal de overheid de noodzakelijke doorrekeningen doen uitvoeren voor het verschaffen van goed inzicht in het gewenste en haalbare niveau van het netto besteedbaar inkomen, de periode voor het verbeteren van dat inkomen en de wijze van financiering. Daarbij zullen de macro-economische effecten steeds in de gaten gehouden worden o.m. geen verdere aanwakkering van de inflatie. Tevens dient garantie van de bedrijfszekerheid en behoud van werkgelegenheid prioriteit te zijn.
10. De koopkrachtversterking voor de publieke sector zal middels loonrondes gebeuren en wel halfjaarlijks m.n. in januari en juli 2022. Indien de wisselkoers en inflatie boven de 50% uitkomen in 2022 kunnen op kwartaalbasis nieuwe afspraken gemaakt worden. Bedrijven met CAO’s kunnen in overleg met de vakbond eventueel eigen afspraken maken en vallen buiten dit akkoord. Echter zal bij de aanpassing van de lonen in de publieke sector er terdege rekening worden gehouden met het vermogen van de private sector om de nodige looncorrecties door te voeren om te voorkomen dat de lonen in de lagere functies in de publieke sector gaan concurreren met die in de private sector.
11. Bij de bepaling van de koopkrachtversterking, waarbij sprake moet zijn van netto verhoging, zullen worden meegenomen:
- reeds verstrekte koopkrachtversterking
- de uitgevoerde en op stapel staande belastingverlichtende maatregelen
- de inflatiecijfers
- de financiële situatie van het bedrijf/organisatie
- de productiviteit van de werknemers
12. Van overheidszijde wordt toegezegd dat de overbruggingstoelage van SRD 1000 en de onbelaste koerscompensatie van SRD 800 (SRD 100 + SRD 700) verwerkt zullen worden in de lonen. Dit in het kader van de komende loononderhandelingen. Zolang de loononderhandelingen niet afgerond zijn blijven deze toelagen van toepassing. Ook voor de particuliere sector blijft de regeling m.b.t. de koerscompensatie tot 1 juli 2022 gelden.
13. De overheid zal i.s.m. de vakbeweging aandacht besteden aan de kwestie van verschillende loonreeksen bij de ambtenaren en daaraan gelijkgestelden en daarvoor een oplossing zien te vinden. Onderkend wordt dat dit een complexe aangelegenheid is.
14. De financiering van de verbetering van de koopkracht in de publieke sector moet komen uit besparingen van de overheid dan wel inkomsten buiten de loon- en inkomstenbelasting en mogen niet leiden tot verder buitensporige verhogingen van de “cost of doing business”.
15. De koopkrachtversterking van de overheid werkt ook relatief door naar de pensioenen van de ambtenaren en daaraan gelijkgestelden. Het bedrijfsleven wordt opgeroepen de particuliere pensioenen voor zover mogelijk in gelijke mate aan te passen. Het Tripartiet Overleg beveelt aan dat dit vraagstuk integraal verwezen wordt voor advies naar de SER, die hier een gedegen studie van dient te maken.
7. Sociaal Vangnet
In het Herstelplan 2020 t/m 2022 is de noodzaak aangegeven van het treffen van maatregelen in de fiscale en monetaire sfeer om de ontwrichte economie ‘recht te trekken’ en ook, dat deze maatregelen veel huishoudens in hun dagelijks bestaan zal treffen. Aangegeven is dat het om tijdelijke pijn gaat, omdat het doel juist is om de economie weer op een groeispoor te zetten, waarbij welvaart en welzijn voor de meeste huishoudens weer zullen toenemen. Om die tijdelijke pijn te verzachten en er met name voor te zorgen, dat de meest kwetsbare groepen, maar ook de gemiddelde burger, niet in een uitzichtloze situatie terecht komen, werd het nodig geacht om naast de bestaande sociale voorzieningen, een tijdelijk Sociaal Vangnet te creeren. Naast het pakket van bestaande voorzieningen en diensten (begroot op SRD 1 miljard per jaar) is er in het Herstelplan rekening gehouden met een bedrag van SRD 3,0 miljard per jaar voor het Sociaal Vangnet (incl. Koopkrachtversterking) tijdens de uitvoering van het HP. De Sociaal Vangnet maatregelen zijn in het Herstelplan voor 2021 volledig uitgewerkt en grotendeels in uitvoering. Dat is nog niet gebeurd voor de jaren 2022 en 2023. Dat is mede afhankelijk van de ervaringen tot dusverre opgedaan in 2021.
Afspraken voor 2022
16. Het nog vóór eind 2021 uit te brengen advies van de Loonraad over het nieuw vast te stellen Minimumloon zal in 2022 aan werknemers de garantie bieden voor het als vergoeding voor geleverde arbeid minimaal ontvangen van een, conform de wet, door de overheid vastgesteld loon. Het is ook mogelijk dat de aanpassing van het Minimumloon in stappen gebeurt.
N.B. Het minimumloon is als zodanig geen ‘Sociaal Vangnet’ maatregel, maar onderdeel van het arbeidsmarktbeleid, waarbij het minimumloon doorgaans fungeert als ondergrens voor onderhandelingen op de arbeidsmarkt. Het vermindert wel enigszins de inkomensongelijkheid, maar de sociale partners dienen nader aandacht te hebben voor het effect op de werkgelegenheid en het al dan niet remmend effect op het scheppen van nieuwe banen in het midden- en kleinbedrijf.
17. Ook zal voor eind 2021 de actueel berekende, Armoedegrens bekend zijn. Er zal zo een beter beeld ontstaat over de armoedeproblematiek in Suriname. Hierdoor kan ook doelgerichter beleid worden ontwikkeld ter vermindering of eliminatie van armoede. Het zal een belangrijke indicator zijn voor de, via specifieke tijdelijke ondersteuningsmaatregelen (Sociaal Vangnet), na te streven versterking van de inkomenspositie van daarvoor in aanmerking komende huishoudens. De Sociale Partners zullen in tripartiet verband de ervaringen tot dusverre (2021) opgedaan met het pakket van ‘Sociaal Vangnet’ maatregelen evalueren en nagaan welke bijstellingen en uitbreidingen uitgaande van de in het Herstelplan opgenomen ‘ruimte’ per januari 2022 moeten worden doorgevoerd.
18. De Overheid kent een regulier sociaal voorzieningsstelsel dat gericht is op het inspelen op de directe materiële en immateriële noden van kwetsbare groepen uit de samenleving. De Sociale Partners zullen erop toezien, dat, zoals door de regering toegezegd, de effectiviteit van deze reguliere programma’s in 2022 zal worden verbeterd, o.m. via de verbetering van de kwaliteit van de dienstverleners en het linken van diverse databestanden aan elkaar, teneinde de werkelijke behoeftigen effectiever te kunnen identificeren en sneller de benodigde ondersteuning te kunnen bieden.
19. Via de additionele mogelijkheden geboden door het Sociaal Vangnet zal voorkomen moeten worden, dat personen en gezinnen tijdens de verdere uitvoering van het Herstelplan, vanwege doorgevoerde en nog door te voeren aanpassingsmaatregelen het hoofd niet boven water kunnen houden. Het is een tijdelijk vangnet in aanvulling op de reguliere voorzieningen. Het Sociaal Vangnet zal in 2022 gestroomlijnd worden met het reguliere voorzieningenstelsel.
20. Zowel het reguliere sociaal voorzieningenstelsel als het Sociaal Vangnet dienen transparant en toegankelijk te zijn, waardoor de werkelijk financieel zwakke personen en huishoudens snel geïdentificeerd en ondersteund worden. Doel moet zijn om hen weer optimaal te laten functioneren in de samenleving.
21. Bij de toe te kennen subsidies dienen de financieel zwakke personen en huishoudens te worden ondersteund via subjectsubsidie. Er dient afgestapt te worden van objectsubsidies waarvan ook personen en huishoudens, die voor zichzelf kunnen zorgen, profiteren, omdat dit tot verkeerd gebruik van schaarse middelen leidt. Het is daarbij van belang om goed te bepalen wat precies gesubsidieerd zal worden en wie daarvan op basis van objectieve criteria gebruik mag maken, zodat er geen verschuiving van het misbruik plaatsvindt.
22. De Sociale Partners zien de toezegging zoals gedaan in het Herstelplan dat scholieren en studenten gratis busvervoer van en naar school zullen genieten per 1 januari 2022 tegemoet. Hiermee zullen de gezinnen enorm geholpen worden om deze kosten te dekken en te voorkomen dat scholieren en studenten vanwege gebrek aan busgeld uit het onderwijs stappen.
8. Ondernemerschap en Werkgelegenheid
De Sociale Partners achten het van belang om bij het komen tot afspraken over de bevordering van ondernemerschap en werkgelegenheid de ernst van de uitdagingen waarvoor de samenleving is gesteld aan te geven.
In 2018 is de Surinaamse economie nog met 4.9% gegroeid. In 2019 was de groei van de economie door afgenomen bedrijvigheid teruggelopen naar 1.1%. De intrede van de COVID-19 pandemie in maart 2020 heeft de economische bedrijvigheid vrijwel tot stilstand gebracht. Het resultaat was een krimp van de economie in 2020 met maar liefst 13.5%. Voor 2021 wordt nog een negatieve groei van ca. 3,5% verwacht, vanwege maatregelen als de lockdown, luchtruimbeperkingen en het uitblijven van revitalisering van economische sectoren die COVID-19 gevoelig zijn. Nu de vierde COVID-19 golf aan zijn einde lijkt te komen en de vaccinatiegraad aanzienlijk is toegenomen bestaat de indruk dat diverse COVID-19 gerelateerde maatregelen die niet bevorderlijk waren voor de groei- en dienstensectoren in 2022 zullen worden verzacht.
In 2021 heeft de regering in het kader van de uitvoering van het Herstelplan 2020-2022 diverse lastenverzwarende maatregelen getroffen, die onder andere van invloed zijn geweest op de stijging van het algemeen prijsniveau. De lokaal gegenereerde inflatie werd daarbij versterkt door de importinflatie.
De hiervoor aangehaalde omstandigheden hebben geen positieve invloed gehad op de ontwikkeling van diverse MKMO-bedrijven. Tal van kleine bedrijven waren in 2020 en 2021 gedwongen om te sluiten, of het met minder personeel te doen. Teneinde de schade voor de werknemers, die als gevolg van COVID-19 hun baan zijn kwijtgeraakt of die hun inkomen zagen afnemen, te beperken heeft de regering een faciliteit ingesteld waarvan enkele duizenden werknemers en kleine ondernemers gebruik hebben gemaakt.
De uitdaging is om de door COVID-19 ontstane werkeloosheid waar mogelijk op te vullen, nieuwe arbeidsplaatsen te scheppen middels investeringen in de particuliere sector en uit de op stapel zijnde overheidsinvesteringen. De overheid heeft de intentie om in dit kader de particuliere sector op diverse manieren te faciliteren.
Ondernemerschap
De sociale partners erkennen de noodzaak van ondernemerschap voor de groei van de economie en het creëren van decent jobs, maar zijn zich er terdege van bewust, dat de private sector in Suriname voor meer dan 80% bestaat uit micro, kleine en middelgrote ondernemingen, welke zorgdragen voor de creatie en behoud van werkgelegenheid. De sociale partners zijn dan ook gezamenlijk van mening, dat effectief overheidsbeleid gericht op de stimulering en ondersteuning van micro, kleine en middelgrote bedrijven onontbeerlijk is. Het beleid zal in het bijzonder gericht moeten zijn op een ondernemers- en investeringsklimaat, welke het ondernemen van economische activiteiten -op welke schaal dan ook- stimuleert en ondersteunt, waaronder verbetering van de toegang tot kredieten, fiscale incentives, onderwijsprogramma’s gericht op de behoefte van sectoren, trainingen voor ondernemers.
Afspraken voor 2022
In het kader van het bovenstaande zijn partijen voor 2022 het volgende overeengekomen:
23. Het bestuur van het Suriname Business Forum (SBF) is op 6 november 2021 geïnstalleerd. Het SBF is een bij wet ingesteld tripartiet orgaan en een belangrijk platform voor het ontwikkelen van de private sector. Het heeft via het Suriname Business Center (SBC) een werkarm die het werk moet helpen organiseren en uitvoeren. De afgelopen periode heeft het SBF te weinig ondersteuning gehad. Het Tripartiet Overleg ondersteunt de volledige her-operationalisering van het SBF en ziet in het eerste kwartaal van 2022 een uitgewerkt plan hiertoe tegemoet, waarover zij graag verder praat met het SBF-bestuur. Zij adviseert het SBF-bestuur om in het plan aandacht te besteden aan:
- de gewenste vertegenwoordiging door de sociale partners, zodat het bestuur optimaal kan functioneren;
- de financiering van het SBF en SBC, zodat de middelen veilig worden gesteld;
- het gedeeltelijk omvormen van het SBC tot een Enterprise Development Center, welke het lokaal bedrijfsleven moet helpen voorbereiden op de offshore olie en gasontwikkelingen, zodat die invulling kan geven aan local content.
- het bepalen van objectieve indicatoren voor het meten van het ondernemersklimaat en het vervolgens vaststellen van een baseline.
- het uitwerken van een programma om versnelt het ondernemersklimaat te verbeteren.
24. Smokkel maakt MKMO in vele sectoren kapot, omdat men niet kan concurreren. Het is een enorme bedreiging dus voor ‘decent work’. Bedrijven moeten in staat gesteld worden om zich daartegen te weer te stellen door belastingverlichtende - en andere maatregelen, die smokkel tegengaan. Partijen zijn het erover eens dat de hervorming van het douane apparaat, SBB en andere toezichthoudende organen met spoed moeten worden aangepakt en wensen elke maand te worden geïnformeerd omtrent de vorderingen.
25. Bij het ondernemen loopt men normaliter risico’s die bij het ondernemerschap horen. Niettemin dienen soms investeringen met een bijzonder hoog risico genomen en afgedekt te worden. Er bestaat een garantiefonds voor bedrijfskredieten tot 80% dekking. Ook is er in het Herstelplan voorzien in een Productiekredietfonds en in een MKMO Fonds. Beide fondsen zullen bij de NOB worden ondergebracht. De NOB zal een deel voor high risk investeringen afzonderen. De genoemde fondsen dienen eind eerste kwartaal 2022 operationeel te zijn. Hiertoe zal het TO overleg plegen met de NOB en andere autoriteiten.
26. De implementatie van een breed gedragen “Updated Modern Investment Code” waarin vervat consolidatie van de bestaande wetsproducten, het institutioneel kader, local content. Het instituut belast met de uitvoering van de investeringswet zal bipartiet (public-private) worden ingevuld. Financiering via instituten zoals het NOB (KMO fonds en Productie Kredietfonds) en het Agrarisch kredietfonds zullen afgestemd zijn op de voorzieningen zoals vastgelegd in de investeringswet. Gestreefd wordt naar afkondiging van de wet op uiterlijk 1 april 2022.
27. De overheid wordt gevraagd om uiterlijk eind juli 2022 een plan aan het TO voor te leggen inzake de ontwikkeling van nieuwe industrieparken en bedrijvencentra.
Werkgelegenheid
De Sociale Partners hebben zich mondiaal en nationaal sinds 1999 gecommitteerd aan het concept van Decent Work, welke sinds september 2015 ook een Sustainable Development Goal is, namelijk SDG-nummer 8. Decent Work bestaat uit 4 pilaren, namelijk de creatie en het behoud van fatsoenlijke banen, sociale bescherming, sociale dialoog en respect voor de arbeids- standaarden. Suriname bevindt zich momenteel in de uitvoeringsfase van het Tweede Decent Work Country Programma en de sociale partners zijn van oordeel, dat het programma verlengd moet worden om de gestelde doelen te realiseren.
De sociale partners zijn zich ervan bewust, dat concrete stappen ondernomen moeten worden in 2022, zodat economische bedrijvigheid in Suriname zich kan herstellen en daarbij een bijdrage kan leveren aan het behoud en toename van de werkgelegenheid in Suriname. De sociale partners zijn zich ook ervan bewust, dat herstel en groei van de economie van eminent belang is voor de toekomst van Suriname en dat sociale erupties zoveel als mogelijk voorkomen moeten worden, door proactief sociaal dialoog, maar ook een focus op sociale progressie.
De COVID-19 pandemie duurt langer dan voorzien was en dit heeft het herstel van de economie en werkgelegenheid gestagneerd. Ook investeerders hebben tegen die achtergrond vaak langer gewacht met investeren. Aan de andere kant zijn er wel tekenen van herstel van de economie en blijkt regelmatig dat werkgevers geen geschikte arbeiders kunnen vinden. Het inmiddels uitgekomen Meerjaren Ontwikkelingsplan 2022-2026 voorspelt voor de komende jaren een gezonde economische groei en verlaging van de werkloosheid beneden de 8%. In het komende jaar zal de groei nog onvoldoende zijn om de werkloosheid in voldoende mate op te vangen. Er dient echter een goed arbeidsmarktonderzoek gedaan te worden om het beleid te verfijnen en met name ook te zorgen voor voldoende opgeleide personen voor de juiste jobs. Ook is er weinig bekend van het effect van COVID-19 op thuiswerken en alternatieve productie- en dienstverlening. De offshore oliesector is ondanks COVID-19 gewoon doorgegaan met haar werkzaamheden en investeringen.
De private sector speelt een belangrijke rol bij het scheppen van nieuwe werkgelegenheid en de verwachting is dat zij deze rol ook in 2022 zal vervullen. De overheid zal een meer faciliterende rol spelen.
Afspraken voor 2022
28. In 2022 zal bijzondere aandacht worden gegeven aan een aantal punten van bijzonder belang met betrekking tot het optimaliseren van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt:
- De verdere afstemming van het onderwijs op de behoeften van de particuliere sector, waarbij het SNTA een leidende rol dient te vervullen, en met name op de ontwikkelingen op het gebied van olie en gas;
- Het vraagstuk van de structurele werkloosheid dat al jaren manifest is;
- Het nog ontbreken van betrouwbare en volledige statistieken over de arbeidsmarkt.
Projecten die gericht zijn op voor verbetering van de arbeidsmarkt en in 2022 zullen worden opgestart of verder verdiept zullen moeten aansluiten op deze bijzondere aandachtspunten. Deze
projecten zijn doorgaans ondersteunend en zullen instrumenteel zijn bij de creatie van werkgelegenheid, maar de nadruk zal moeten liggen op het identificeren van concrete programma’s/projecten, die directe en/of indirecte werkgelegenheid scheppen. Directe en indirecte werkgelegenheid worden in eerste instantie geschapen door het faciliteren van MKMO, verbeteren van faciliteiten voor starters en verbeteren van het investeringsklimaat.
29. Vooruitlopend op de volledige operationalisering van het Centrum voor Innovatie en Productiviteit (CIP), zullen de concrete voorstellen c.q. aanbevelingen met betrekking tot productiviteitsverhoging, welke voortgevloeid zijn uit de discussies over het resultaat van de ILO- assessment “The enabling environment for sustainable enterprises in Suriname An assessment with a focus on productivity drivers” uitgevoerd worden.
30. Uitgaande van de bestaande capaciteit voor accommodatie van cursisten t.b.v. de verschillende trainingen/cursussen z.a. Bouwvakken, ICT hardware, Stratenmaker, Front–office assistent, Housekeeping, Bartending, Touroperating (de accommodatie betreft 15-20 cursisten per cursus/ training) zal in 2022 het Ministerie van Arbeid 200 (twee honderd) drop-outs trainen met de focus op Technical Vocational Education and Training (TVET) om ze klaar te stomen voor de arbeidsmarkt, met name voor de volgende door de Sociale Partners geïdentificeerde sectoren, volledig passend in het Herstelplan van de regering:
a. Toerisme/’hospitality’ (dienstverlening)
b. Agrarische productie en verwerking
c. Algemene productie en distributie
d. Houtsector/Bouw- en constructie/ Infrastructuur
31. Het beleid van de overheid zal zich ook specifiek richten op behoud van werkgelegenheid in sectoren, die momenteel zwaar getroffen worden door oneerlijke en oneigenlijke concurrentie, door bedrijven in de sectoren te ondersteunen met belastingmaatregelen en door verzwaarde boetes op te leggen voor onwettige activiteiten, zodanig, dat zij in staat zijn om de concurrentieslag aan te gaan.
32. De sociale partners zijn het met elkaar overeen dat de Covid-19 pandemie een enorme belasting is voor het ondernemerschap. De kosten om een veilige werkplek te creëren voor alle werknemers en de kosten van personeelsleden die in quarantaine moeten, al of niet ziek, drijven de cost-of- doing-business verder omhoog en brengt de continuïteit van bedrijfsactiviteiten in gevaar. Er moet ook een balans zijn tussen het recht om zich niet te laten vaccineren en de bescherming van degene die daarvoor wel hebben gekozen.
Partijen zijn er met elkaar overeen dat vaccineren de meest doeltreffende manier is om de pandemie de kop in te drukken. Ook zijn de partners erover eens dat, hoewel werkgevers een algemene verplichting hebben om ervoor te zorgen dat de werkplekken veilig zijn dat middels overleg met werknemers over alle aspecten van veiligheid, gezondheid en welzijn er afspraken worden gemaakt voor de invoering van werkplek-gerelateerde preventiemaatregelen op bedrijfsniveau. Bedrijven worden daarom opgeroepen om op bedrijfsniveau afspraken te maken en die noodzakelijke maatregelen te treffen binnen wet-regelgeving om een veilige werkplek te creëren voor haar werknemers.
Tevens zijn de tripartiete partners voorstander dat de overheid de nodige wet en regelgeving afkondigt op dit stuk
33. Het Tripartiet Overleg wenst te benadrukken, dat er bepaalde groepen in de samenleving zijn, die een speciale focus behoeven, met name personen met een beperking, die ook recht hebben op Decent Work. Aangezien juist deze groepen zwaar worden getroffen in een saneringsperiode bepleiten de sociale partners, dat de regering de Alliantie voor Decent Work voor Personen met een Beperking in deze herstelfase effectief ondersteunt, zodat in 2022 de Alliantie 60 (zestig) personen kan klaarstomen voor de arbeidsmarkt of het micro-ondernemerschap. Hierbij wordt uitgegaan van het aantal (57) in 2021 getrainde personen met een beperking onder het BNTF–sub project: Micro-enterpreneurship for people with disabilities.
34. Vanwege de aanhoudende COVID-19 situatie is het Tripartiet Overleg van mening dat de bestaande COVID-uitkering aan werklozen en kleine ondernemers niet zomaar afgebouwd dient te worden. Het Tripartiet Overleg wenst hierover nader geïnformeerd te worden.
35. De overheid is in Suriname de grootste individuele werkgever, maar het overheidsapparaat werkt niet altijd efficiënt, naast de druk die uitgaat van een teveel aan in dienst genomen personen. De kosten van het overheidsapparaat zijn daardoor zodanig hoog, dat er steeds problemen zijn met de financiering hiervan, waarbij de financiering van de bestaande personele lasten voorrang krijgen boven noodzakelijke materiele faciliteiten en onderhoudskosten. In het belang van een meer efficiënte overheid zal in 2022 een aantal Public Sector Reform maatregelen worden uitgevoerd, waardoor in eerste fase personen vrijwillig kunnen uittreden bijv. via vervroegd pensioen. In tweede fase zal er een programma worden ontwikkeld om personen over te hevelen naar de particuliere sector, waarbij er een aantal voorzieningen zullen worden getroffen en belangstellenden via om-, her-, en bijscholing kunnen worden klaargemaakt voor de nieuwe betrekking. De sociale partners onderkennen de noodzaak van een Public Sector Reform programma, waarbij in de tweede fase tripartiet overleg vereist is om te komen tot een werkbaar programma, mede gericht op de verhoging van de arbeidsproductiviteit en kwaliteit van de dienstverlening bij de overheid.
36. Behoud van bestaande banen en het scheppen van nieuwe banen is van groot belang. De inzichten die zijn vervat in het Meerjaren Ontwikkelingsplan 2022-2026 dienen in dit opzicht voor een aantal sectoren concreter te worden uitgewerkt. Het Planbureau zal worden gevraagd, na goedkeuring van het MOP door DNA een nota hiertoe uit te werken en te bespreken met het TO.
9. Prijsbeleid
De invoerrechten zijn na de unificatie van de wisselkoers in juni 2021 ook op dat niveau gebracht. Als gevolg van deze koersaanpassing en de verhoging van het tarief van de omzetbelasting op importen waren prijsverhogingen in SRD onontkoombaar. De stijging van de prijzen van basis- en strategische goederen is beperkt gebleven aangezien op deze goederen geen invoerrechten en omzetbelasting worden geheven. Er zijn ook effecten op de prijsvorming vanwege de kosten van de brandstof, vrachtkosten, importinflatie en verhoging van nutstarieven.
Suriname heeft een vrije open en concurrerende markt en met uitzondering van enkele sectoren is er sprake van vrije concurrentie. Concurrentie is -mits zuiver en transparant- een effectieve manier om zorg te dragen dat de consument de beste prijs/kwaliteit krijgt en ook ruime keuze heeft. Het algemeen prijspeil in Suriname staat onder druk, deels vanwege de door de overheid doorgevoerde maatregelen met een kostprijsverhogend effect, maar deels ook door importinflatie waar wij als kleine economie weinig grip op hebben. De wereldeconomie lijkt zich te herstellen via een V- Curve en dat zal de importinflatie alleen maar verder doen toenemen.
Afspraken voor 2022
37. Voor een periode van maximaal 2 jaar zal het pakket van primaire basisgoederen en strategische goederen vrijgesteld blijven van invoerrechten en OB/VAT. De lijst van goederen is als bijlage 2 bij dit document opgenomen. De maximale consumentenprijs van de goederen die op deze lijsten voorkomen worden door het ministerie van EZ vastgesteld en gepubliceerd.
38. De verwachting is dat de importinflatie zal toenemen mede gedreven door de kosten van transport en de per 1 januari in te stellen dredging fee. Dit zal de kosten van grondstoffen, verpakkingsmateriaal en gereed (eind) product verder omhoogstuwen. De huidige OB en importtarieven structuur zal deze kostprijsverhogende effecten meenemen. De private sector stelt voor dat voor de berekening van OB en importbelasting de transportkosten die golden per 1 juli 2021 zullen worden gehanteerd en dat de dredging fee die de scheepvaartmaatschappijen in rekening zullen brengen niet worden meegenomen in de CIF-prijs voor een periode van 18 maanden. Hiermee zal het algemeen prijspeil beheersbaar kunnen worden gehouden. De overheid zal dit serieus in overweging nemen.
39. Het beleid van de overheid ten aanzien van de prijzen van goederen en diensten is gericht op het beschermen van de consumenten tegen willekeurige prijsverhogingen (prijsopdrijving). Het is van belang dat de totstandkoming van prijzen, namelijk de prijscalculatie met in achtneming van de winstmarges voor de groot- en kleinhandel, eerlijk en transparant is. Daarvoor is, naast een effectief functioneren van de diensten van de overheid, de medewerking van het bedrijfsleven (importeurs en producenten, groot- en kleinhandel) onontbeerlijk. Het bedrijfsleven zegt deze medewerking toe teneinde onnodige prijsverhogingen te voorkomen.
40. De overheid heeft haar eigen organen om controle op prijzen te houden en zal deze blijven inzetten ter bescherming van de consumenten. Deze organen zullen versterkt worden en zichtbaarder optreden.
10. Werkwijze Tripartiet Overleg
Partijen zullen ook na de totstandkoming van dit Tripartiet Akkoord intensief deelnemen aan het Tripartiet Overleg, teneinde de uitvoering van de gemaakte afspraken en nakoming van commitments te monitoren en waar nodig bij te dragen aan de uitwerking van specifieke maatregelen. Het Tripartiet Overleg zal daartoe in de periode tot en met eind december 2022 tenminste eens per maand plenair bijeen komen en zich zo nodig in commissieverband al dan niet met inbreng van additionele deskundigen buigen over aan de orde zijnde kwesties.
Teneinde bepaalde beleidsinzichten te verdiepen en besluiten te onderbouwen voor het Tripartiet Overleg kunnen de Sociale Partners specifieke vraagstukken voorleggen aan de Sociaal- Economische Raad, het Planbureau, dan wel aan ad hoc werkgroepen.
In eerste instantie zal over de voortgang van zaken aan het Tripartiet Overleg gerapporteerd worden door de voorzitter van het TO en de overige vertegenwoordiging van de overheid in het TO, maar waar nodig ook middels het uitnodigen van voor relevante beleidsgebieden ambtelijk, functioneel dan wel politiek hoogst verantwoordelijke functionarissen van de overheid.
11. Slotverklaring
Bij het sluiten van dit Tripartiet Akkoord spreken de Sociale Partners met elkaar af dat, gelet op het belang van continuïteit in de maatschappelijke processen, die moeten leiden tot herstel van het vertrouwen in de economie en de samenleving, zij zich zullen inzetten ter garandering van die continuïteit. Zulks middels constante dialoog en zoveel als mogelijk zonder verstoring van het arbeidsproces. Het gaat hierbij ook om herstel van het vertrouwen van zowel binnenlandse als buitenlandse investeerders in de economische mogelijkheden van ons land.
In het kader hiervan zal de overheid zorgdragen voor transparantie middels goede voorlichting en communicatie met de gemeenschap en regelmatig overleg in tripartiet verband.
Het bedrijfsleven zal zich in deze periode inzetten voor arbeidszekerheid en bijdragen aan de overheidsinkomsten door onder andere een actief investerings- en een verantwoord prijsbeleid.
De vakbeweging zal daarbij uitgaan van een harmonische aanpak bij problemen op de werkvloer met betrekking tot arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden in zowel de overheidssfeer alsook in de particuliere sector.
In deze geest en met de vaste wil tot uitvoering van hetgeen daarin is vervat, gaan partijen over tot ondertekening van dit Tripartiet Akkoord en bieden het aan het volk van Suriname ter versterking van het streven naar welvaart en welzijn voor allen.
Paramaribo, 24 november 2021
ONDERTEKENAARS VAN HET TRIPARTIET AKKOORD
Vertegenwoordigers van de organisaties van Werknemers (Vakbeweging)
Dhr. D. Chotkan (OSAV) | |
Xxx. X. Xxxxxx (C’47) | |
Xxx. X. Xxxxxx (CLO) | |
Xxx. X. Xxxxxxx (FOLS) | |
Xxx. X. Xxxxxxxx (FAL) | |
Xxx. X. Xxxxxxxx (Moederbond) | |
Xxx. X. Xxxxxx (PWO) |
Vertegenwoordigers van het Bedrijfsleven (private sector)
Mevr. S. Ang | |
Dhr. S. Xxx Xxxxxx | |
Dhr. B. Renten | |
Mevr. A. Sonai | |
Mevr. S. Stjeward |
Xxx. X. Xxxx Hing | |
Xxx. X. Xxxx |
Vertegenwoordigers namens de Overheid
Mevr. X. Xxxxxx, (Kabinet vice-President) | |
Mevr. M. Xxxxxxxxxxx-Xxxxxxxxxx, (Ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting) | |
Xxx. X. Xxxxxxxxxx, (Kabinet President) | |
Dhr. K. Lo A Njoe, (Ministerie van Binnenlandse Zaken) | |
Mevr. X. Xxxxx, (Ministerie van Economische Zaken, Ondernemerschap en Technologische Innovatie) | |
Xxx. X. Xxxxx, Ministerie van Arbeid, Werk- gelegenheid en Jeugdzaken) | |
Xxx. X. Xxxxxxxxxx, (Ministerie van Financiën en Planning) |
Verklaring bij het Tripartiet Akkoord van 24 november 2021
De ondergetekenden, deel uitmakende van het clusterteam van ministers, dat door de Regering van de Republiek Suriname is belast met de verantwoordelijkheid voor het tot stand komen van een Tripartiet Akkoord, hebben met genoegen kennisgenomen van de resultaten van het door haar vertegenwoordigers in het Speciaal Tripartiet Overleg, samen met de vertegenwoordigers van de andere Sociale Partners, bereikte resultaat, e.e.a. zoals vastgelegd in het Tripartiet Akkoord van 24 november 2021.
Ter meerdere bevestiging van de gebondenheid van de Regering van de Republiek Suriname aan de door haar vertegenwoordigers in het Tripartiet Overleg met de andere Sociale Partners moge deze verklaring dienen.
Paramaribo, 24 november 2021
Vertegenwoordigers van de Regering
Dhr. A.K. Xxxxxxxxxxxx, Minister van Financiën en Planning | |
Mevr. R.N. Kuldipsing, Minister van Arbeid, Werkgelegenheid en Jeugdzaken | |
Dhr. A.R. Xxxxxx, Minister van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking | |
Dhr. B.S.G. Somohardjo, Minister van Binnenlandse Zaken |
Bijlage 1 bij het Tripartiet Akkoord
AFSPRAKEN IN DE BELASTINGSSFEER DIE PER 1 JANUARI 2022 INGAAN
De Sociale partners zijn met betrekking tot de belastingen concreet het volgende overeengekomen.
1. De belastingvrije som voor de berekening van de loonbelasting wordt verhoogd van SRD 220,50 per maand tot SRD 4.000 per maand.
2. De vrijstelling van de vakantietoelage wordt verhoogd van SRD 4.000 tot SRD 6.516.
3. De vrijstelling van gratificatie wordt verhoogd van SRD 4.000 tot SRD 6.516.
4. De belastingschijven voor de loonbelasting worden als volgt aangepast:
a) De oude tariefschijf van 0% liep van SRD 0 tot SRD 2.646, en vanaf 1 januari loopt die van SRD 0 tot SRD 48.000.
b) De oude tariefschijf van 8% liep van SRD 2.646 tot SRD 14.002,80 en vanaf 1 januari van SRD 48.000 tot SRD 59.356,80.
c) De oude tariefschijf van 18% liep van SRD 14.002,80 tot SRD 21.919,80 en vanaf 1 januari van SRD 59.356,80 tot SRD 67.273,80.
d) De oude tariefschijf van 28% liep van SRD 21.919,80 tot SRD 32.839,80 en vanaf 1 januari van SRD 67.273,80 tot SRD 78.193,80.
e) De oude tariefschijf van 38% liep van SRD 32.839,80 tot SRD 152.646,00 en vanaf 1 januari van SRD 78.193,80 naar boven.
f) e) De oude tariefschijf van 48% liep van SRD 152.646,00 naar boven, maar vervalt vanaf 1 januari.
5. De heffingskorting van SRD 750 per maand, die vanaf mei 2020 gegeven werd, is thans verwerkt in de belastingvrije ondergrens en vervalt daarmee.
6. De vaste aftrek beroepskosten blijft maximaal SRD 100 per maand. Echter door de verhoogde belastingvrije som (SRD 4.000), wordt het bruto loon waarover geen loonbelasting meer verschuldigd zal zijn SRD 4.100 per maand.
7. In juli 2022 zal een meer structurele wijziging van de belastingschijven en loonbelasting plaatsvinden in samenhang met de in te voeren BTW.
Effecten van de doorgevoerde wijziging in de belastingsfeer per 1 januari 2022
Netto meer te besteden loon
▪ Maximaal bedrag aan minder in te houden loonbelasting bedraagt dan SRD 1.436,21 (0,38 x 3.779,50).
▪ In het bedrag van 1.436,21 is heffingskorting SRD 750 echter inbegrepen die al vanaf mei 2020 door werknemers per maand wordt genoten.
▪ Aanvullend minder in te houden loonbelasting bedraagt dan maximaal SRD 686,21 per maand (1.436 -/- 750) vanaf bruto loonniveau SRD 6.616,15 en hoger.
▪ Betekent dat vanaf bruto loonniveau SRD 6.616,15 en hoger maximumbedrag SRD 686,21 per maand meer aan te besteden nettoloon zal worden ontvangen door werknemers.
▪ Op basis van gemiddelde loonniveaus zullen meeste werknemers dus minimaal SRD 614,60 en maximaal SRD 686,21 netto meer per maand aan te besteden loon ontvangen.
Netto meer te besteden vakantietoelage
▪ Door verhoging van vrijgesteld bedrag van SRD 4.000 naar SRD 6.516 per jaar wordt deel van vakantietoelage waarover geen loonbelasting verschuldigd is verhoogd met SRD 2.516.
▪ Extra door werknemers eenmalig per jaar te ontvangen vakantietoelage bedraagt dan maximaal SRD 956,08 vanaf bruto vakantietoelage SRD 6.616 en hoger.
Netto meer te besteden bonus of gratificatie
▪ Door verhoging van vrijgesteld bedrag van SRD 4.000 naar SRD 6.516 per jaar wordt deel van bonus of gratificatie waarover geen loonbelasting verschuldigd is verhoogd met SRD 2.516.
▪ Extra door werknemers eenmalig per jaar te ontvangen netto bonus of gratificatie bedraagt dan maximaal SRD 956,08 vanaf bruto bonus of gratificatie SRD 6.616 en hoger.
Beoordeling netto meer te besteden loon
▪ Bij beoordeling van netto meer te besteden loon door optrekking belastingvrije som naar SRD 4.000 zal het volgende in acht moeten worden genomen:
▪ Xxxxxx van minder in te houden loonbelasting en daardoor meer te ontvangen netto te besteden loon per maand te beschouwen in relatie tot bedrag van in te houden loon voor optrekking belastingvrije som naar SRD 4.000.
▪ Vermindering bedraagt procentueel 93% (bruto loon SRD 4.350) aflopend naar 20% (SRD 12.600).
▪ Vermindering van gemiddeld 46%.
▪ Gemiddeld wordt dan 46% minder loonbelasting ingehouden hetgeen betekent dat gemiddeld 46% van het bedrag aan in te houden loonbelasting voor verhoging van belastingvrije som naar SRD 4.000, meer aan netto te besteden loon per maand zal worden ontvangen.
▪ Additioneel eenmalig per jaar extra vakantietoelage (maximaal SRD 956,08) en extra bonus of gratificatie (maximaal SRD 956,08).
Samenvattend overzicht
▪ In bijgevoegd overzicht zijn een aantal tabellen opgenomen om de belastingschijven en het effect van de nieuwe belastinggrens en schijven aan te geven.
Tabel 1a: Situatie oude ondergrens en belastingschijven
Belastingvrije som SRD 220,50 | |||
Per maand | |||
Tarief | Ondergrens | Bovengrens | Schijfbreedte |
0% | - | 220,50 | 220,50 |
8% | 220,50 | 1.166,90 | 946,40 |
18% | 1.166,90 | 1.826,65 | 659,75 |
28% | 1.826,65 | 2.736,65 | 910,00 |
38% | 2.736,65 | 12.500,00 | 3710,07 |
48% | 12,500,00 |
Tabel 1b: Situatie nieuwe ondergrens en belastingschijven
Belastingvrije som SRD 4.000 | |||
Per maand | |||
Tarief | Ondergrens | Bovengrens | Schijfbreedte |
0% | - | 4.000,00 | 4.000,00 |
8% | 4.000,00 | 4.946,40 | 946,40 |
18% | 4.946,40 | 5.606,15 | 659,75 |
28% | 5.606,15 | 6.516,15 | 910,00 |
38% | 6.516,15 |
N.B. de vijfde schijf van de solidariteitsheffing vervalt
Tabel 2: Berekening Nettoloon oude situatie in 2021 met solidariteitsheffing, maar na heffingskorting
Bruto loon | Beroeps- kosten | Belasting- vrije som | Belast- baar bedrag | Schijf 1 | Schijf 2 | Schijf 3 | Schijf 4 | Schijf 5 | Loon- belasting | Heffings- korting | Loon- belasting na heffings- korting | Netto loon |
8% | 18% | 28% | 38% | 48% | ||||||||
946.4 | 659.75 | 910.00 | 9,983.85 | restant | ||||||||
2,000.00 | (80.00) | 220.50 | 1,699.50 | 75.71 | 118.76 | 26.14 | - | - | (220.61) | 220.61 | - | 2,000.00 |
3,750.00 | (100.00) | 220.50 | 3,429.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 347.07 | - | (796.34) | 750.00 | (46.34) | 3,703.66 |
4,350.00 | (100.00) | 220.50 | 4,029.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 575.07 | - | (1,024.34) | 750.00 | (274.34) | 4,075.66 |
5,900.00 | (100.00) | 220.50 | 5,579.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 1,164.07 | - | (1,613.34) | 750.00 | (863.34) | 5,036.66 |
6,350.00 | (100.00) | 220.50 | 6,029.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 1,335.07 | - | (1,784.34) | 751.00 | (1,033.34) | 5,316.66 |
6,616.15 | (100.00) | 220.50 | 6,295.65 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 1,436.21 | - | (1,885.48) | 750.00 | (1,135.48) | 5,480.67 |
7,100.00 | (100.00) | 220.50 | 6,779.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 1,620.07 | - | (2,069.34) | 750.00 | (1,319.34) | 5,780.66 |
7,700.00 | (100.00) | 220.50 | 7,379.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 1,848.07 | - | (2,297.34) | 750.00 | (1,547.34) | 6,152.66 |
8,600.00 | (100.00) | 220.50 | 8,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 2,190.07 | - | (2,639.34) | 750.00 | (1,889.34) | 6,710.66 |
9,500.00 | (100.00) | 220.50 | 9,179.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 2,532.07 | - | (2,981.34) | 750.00 | (2,231.34) | 7,268.66 |
10,500.00 | (100.00) | 220.50 | 10,179.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 2,912.07 | - | (3,361.34) | 750.00 | (2,611.34) | 7,888.66 |
11,500.00 | (100.00) | 220.50 | 11,179.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,292.07 | - | (3,741.34) | 750.00 | (2,991.34) | 8,508.66 |
12,600.00 | (100.00) | 220.50 | 12,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,710.07 | - | (4,159.34) | 750.00 | (3,409.34) | 9,190.66 |
14,600.00 | (100.00) | 220.50 | 14,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,793.86 | 854.16 | (5,097.29) | 750.00 | (4,347.29) | 10,252.71 |
16,600.00 | (100.00) | 220.50 | 16,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,793.86 | 1,814.16 | (6,057.29) | 750.00 | (5,307.29) | 11,292.71 |
18,600.00 | (100.00) | 220.50 | 18,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,793.86 | 2,774.16 | (7,017.29) | 750.00 | (6,267.29) | 12,332.71 |
20,600.00 | (100.00) | 220.50 | 20,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,793.86 | 3,734.16 | (7,977.29) | 750.00 | (7,227.29) | 13,372.71 |
22,600.00 | (100.00) | 220.50 | 22,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,793.86 | 4,694.16 | (8,937.29) | 750.00 | (8,187.29) | 14,412.71 |
24,600.00 | (100.00) | 220.50 | 24,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,793.86 | 5,654.16 | (9,897.29) | 750.00 | (9,147.29) | 15,452.71 |
26,600.00 | (100.00) | 220.50 | 26,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,793.86 | 6,614.16 | (10,857.29) | 750.00 | (10,107.29) | 16,492.71 |
28,600.00 | (100.00) | 220.50 | 28,279.50 | 75.71 | 118.76 | 254.80 | 3,793.86 | 7,574.16 | (11,817.29) | 750.00 | (11,067.29) | 17,532.71 |
Uit tabel 2 blijkt dat iemand die SRD 2000 per maand verdiende in 2021 SRD 220,61 aan belasting zou moeten betalen. Vanwege de toepassing van de heffingskorting werd de belasting gereduceerd tot nul en die persoon hield dus aan inkomen netto SRD 2000 over.
Bij een inkomen van SRD 7.100 per maand zou de persoon SRD 2.069,34 aan loonbelasting moeten betalen. Door de heffingskorting werd dit verminderd tot SRD 1.319,34 en werd het nettoloon SRD 5.780,66.
In de eerste kolom zien we dus het brutoloon en in de laatste kolom wat de persoon netto heeft overgehouden. Door het bedrag aan loonbelasting te delen door het brutoloon kan de belastingdruk worden achterhaald bijv. de persoon die SRD 2000 per maand verdiend heeft 0% belastingdruk; bij degene die SRD 7.100 verdient is de belastingdruk bijna 19%. Degene met een maandinkomen van SRD 16.600 ondervindt een belastingdruk van 32%. Bij een inkomen van SRD 28.600 per maand is de belastingdruk bijna 39%.
Tripartiet Akkoord 24 november 2021
Tabel 3: Netto meer te besteden loon op basis van nieuwe belastingschijven en toelagen en percentage minder te betalen loonbelasting
Bruto loon | Netto loon | Per maand | Per jaar | % minder loon- belasting | Netto extra vakantie- toelage | Netto extra bonus/ gratificatie | |
220,5 met heffings- korting met solidariteitsheffing | 4,000 | Netto meer te besteden loon | |||||
2,000 | 2000 | 2,000.00 | - | - | - | - | - |
3,750 | 3,703.66 | 3,750.00 | 46.34 | 556.08 | - | - | - |
4,350 | 4,075.66 | 4,330.00 | 254.34 | 3,052.08 | 93% | 133.00 | 133.00 |
5,900 | 5,036.66 | 5,651.26 | 614.60 | 7,375.14 | 71% | 722.00 | 722.00 |
6,350 | 5,316.66 | 5,975.26 | 658.60 | 7,903.14 | 57% | 893.00 | 893.00 |
6,616 | 5,480.67 | 6,166.88 | 686.21 | 8,234.52 | 57% | 956.08 | 956.08 |
7,100 | 5,780.66 | 6,466.87 | 686.21 | 8,234.52 | 52% | 956.08 | 956.08 |
7,700 | 6,152.66 | 6,838.87 | 686.21 | 8,234.52 | 44% | 956.08 | 956.08 |
8,600 | 6,710.66 | 7,396.87 | 686.21 | 8,234.52 | 36% | 956.08 | 956.08 |
9,500 | 7,268.66 | 7,954.87 | 686.21 | 8,234.52 | 31% | 956.08 | 956.08 |
10,500 | 7,888.66 | 8,574.87 | 686.21 | 8,234.52 | 26% | 956.08 | 956.08 |
11,500 | 8,508.66 | 9,194.87 | 686.21 | 8,234.52 | 23% | 956.08 | 956.08 |
12,600 | 9,190.66 | 9,876.87 | 686.21 | 8,234.52 | 20% | 956.08 | 956.08 |
14,600 | 10,252.71 | 11,116.87 | 864.16 | 10,369.92 | 20% | 1,207.68 | 1,207.68 |
16,600 | 11,292.71 | 12,356.87 | 1,064.16 | 12,769.92 | 20% | 1,207.68 | 1,207.68 |
18,600 | 12,332.71 | 13,596.87 | 1,264.16 | 15,169.92 | 20% | 1,207.68 | 1,207.68 |
20,600 | 13,372.71 | 14,836.87 | 1,464.16 | 17,569.92 | 20% | 1,207.68 | 1,207.68 |
22,600 | 14,412.71 | 16,076.87 | 1,664.16 | 19,969.92 | 20% | 1,207.68 | 1,207.68 |
24,600 | 15,452.71 | 17,316.87 | 1,864.16 | 22,369.92 | 20% | 1,207.68 | 1,207.68 |
26,600 | 16,492.71 | 18,556.87 | 2,064.16 | 24,769.92 | 20% | 1,207.68 | 1,207.68 |
28,600 | 17,532.71 | 19,796.87 | 2,264.16 | 27,169.92 | 20% | 1,207.68 | 1,207.68 |
In deze tabel zien we in de eerste kolom weer het brutoloon en in de tweede kolom het nettoloon in 2021, terwijl de derde kolom laat zien wat het nettoloon wordt wanneer de ondergrens opgetrokken wordt naar SRD 4000 per maand. De vierde kolom laat zien wat iemand extra overhoudt per maand vanaf januari 2022 en de vijfde kolom wat het bedrag per maand is. In de twee laatste kolommen is aangegeven welk bedrag men extra zal overhouden vanwege de verhoging van de belastingvrije grens voor vakantiegeld en gratificatie.
In de zesde kolom is aangegeven met hoeveel procent de te betalen loonbelasting per maand omlaag gaat. In de onderste inkomensschalen gaat het percentage flink omlaag, omdat de ondergrens immers opgetrokken wordt tot SRD 4000 per maand. Toch zien we ook in de hoogste inkomensgroepen dat het percentage met 20% omlaag gaat. Dat betekent dus dat de belastingdruk afneemt, omdat men relatief minder loonbelasting gaat betalen. Het bedrag dat men aan loonbelasting betaalt krijg je door het bedrag van kolom 3 af te trekken van het brutoloon. Iemand met een maandinkomen van SRD 16.600 betaalt nu SRD 4243,13 loonbelasting (i.p.v. SRD 5.307,29) en heeft nu een belastingdruk van 25,6% i.p.v. 32%. De vermindering is dus 20% (nl. 32 - 25,6 = 6,4 en dat weer delen door 32).
Tripartiet Akkoord 24 november 2021
Bijlage 2: OVERZICHT VAN PRIMAIRE BASISGOEDEREN EN STRATEGISCHE GOEDEREN
NR | HS-code | Basisgoederen Product | Invoer in hoeveelheid | Vrijgesteld van CET/IR (%) | Eligible | Consent- recht (0.5%) | Gedeeltelijke vrijstelling van Stat.Recht (1%) | Vrijgesteld van OB (10%) | Groothandel marge | Kleinhandel marge |
1 | 2106.9090 | Babyvoeding in blik | Max 14000 kg | 20% | x | 0.5% | Max SRD 100 | Wel | 10% | 15% |
2 | 2005.5190 | Bruine en witte bonen in blik/fles | Max 2000 kg | 20% | x | 0.5% | Max SRD 100 | Wel | 12% | 25% |
3 | 0713.3390 | Bruine bonen vers | Onbeperkt | 5% | 0.5% | Max SRD 5 | Wel | 12% | 25% | |
4 en 5 | 0713.1020 | Erwten ( groen en gele) | Onbeperkt | 5% | 0.5% | Max SRD 5 | Wel | 12% | 25% | |
6 | 1901.1000 | Kindervoeding van granen | Onbeperkt | 0% | 0.5% | Max SRD 5 | Wel | 10% | 15% | |
7 | 0703.2000 | Knoflook | Onbeperkt | 0% | 0.5% | Max SRD 5 | Wel | 12% | 25% | |
8 | 4818.4010 | Maandverband en tampons | Onbeperkt | 20% | 0.5% | Max SRD 5 | Wel | 10% | 20% | |
9 | 1604.1310 | sardien | Onbeperkt | 5% | 0.5% | Max SRD 5 | Wel | 12% | 25% | |
10 | 4818.4020 | Wegwerpluiers voor baby's | Onbeperkt | 20% | 0.5% | Max SRD 5 | Wel | 10% | 20% | |
11 | 4818.4090 | Wegwerpluiers voor volwassenen | Onbeperkt | 20% | 0.5% | Max SRD 5 | Wel | 10% | 20% | |
12 | 2051.0020 | Zout | Onbeperkt | 20% | 0.5% | Max SRD 5 | Wel | 12% | 25% | |
13 | 1701.9990 | Witte suiker | Max 39000 kg | 40% | x | 0.5% | Max SRD 100 | Wel | 12% | 25% |
14 | 1512.1900 | Zonnebloem olie | Max 14000 kg | 40% | x | 0.5% | 1% | 10% | 12% | 25% |
15 | 1507.9000 | Sojaolie | Max 14800 kg | 15% | x | 0.5% | 1% | 10% | 12% | 25% |
Ministerie van Economische Zaken, Ondernemerschap&Techonologische Innovatie
x) Eligible : invoerrechten kan niet lokaal worden opgeheven, er moet suspension/toestemming hiervoor worden aangevraagd bij Caricom
Opmerking: Importheffingen (IR, OB, Statistiek & Consentrecht) zijn afgeschaft voor goederen die uit Caricom worden geïmporteerd CET = Common External Tariff Caricom
NR | HS-code | Strategische goederen Product | Invoer in hoeveelheid | Vrijgesteld van CET/IR (%) | Consentrecht (0.5%) | Gedeeltelijke vrijstelling van Stat.Recht (1%) | Vrijgesteld van OB (10%) | Groothandel marge | Kleinhandel marge |
1 | 0701.9000 | Aardappel | Onbeperkt | 5% | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 12% | 25% |
2 | 0703.1010 | Uien | Onbeperkt | 5% | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 12% | 25% |
3 | 0901.2100 | Koffie | Onbeperkt | 20% | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 12% | 25% |
4 | 09023000 | Thee | Onbeperkt | 5% | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 12% | 25% |
5 | 1102.9090 | Havermout | Onbeperkt | 5% | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 12% | 25% |
6 | 2102.1000 | Gist | Onbeperkt | 15% | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 12% | 25% |
7 | 2309.9090 | Voerconcentraten | Onbeperkt | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 10% | 15% | |
8 | 2936.2700 | Vitamine C en derivaten daarvan | Onbeperkt | 15% | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 22% | 35% |
9 | 4015.1900 | Wegwerp handschoenen en andere | Onbeperkt | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 10% | 20% | |
10 | 9018.9000 | instrumenten, apparaten en toestellen voor de geneeskunde | Onbeperkt | 15% | 0.5% | Wel (SRD 5) | Wel | 10% | 15% |
Tripartiet Akkoord 24 november 2021