AVP-DP2
AVP-DP2
Bijzondere voorwaarden
Aansprakelijkheidsverzekering Particulieren
Deze Bijzondere Voorwaarden vormen één geheel met de Algemene Voorwaarden die van toepassing zijn.
Inhoudsopgave
Artikel 1. Begripsomschrijvingen 1
Artikel 2. Wie zijn de verzekerden 1
Artikel 3. Hoedanigheid 2
Artikel 4. Omvang van de verzekering 2
Artikel 5. Uitsluitingen 3
Artikel 6. Regeling van de schade 5
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze verzekering wordt verstaan onder:
1.1 Verzekerde:
Dit begrip wordt besproken in artikel 2.
1.2 Aansprakelijkheid:
De uit de wet of uit een overeenkomst voortvloeiende verplichting tot het vergoeden van schade.
1.3 Gebeurtenis:
Een voor de verzekerde bij het sluiten van de verzekering onvoorzien voorval of een reeks met elkaar verband houdende voorvallen, die dezelfde schadeverwekkende oorzaak hebben. Het voorval of de voorvallen moet of moeten tijdens de geldigheidsduur van de verzekering plaatsvinden.
1.4 Gezinsverband:
Personen die met elkaar een familierelatie en/of affectieve relatie hebben en die een gezamenlijke huishouding voeren.
1.5 Joyriding:
Elk wederrechtelijke gebruik van een motorrijtuig of vaartuig zonder dat de gebruiker de bedoeling heeft zic h het motorrijtuig of vaartuig toe te eigenen.
1.6 Motorrijtuig:
Een motorrijtuig in de zin van artikel 1 Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM), met uitzondering van fietsen met elektrische trapondersteuning.
1.7 Schade tijdens logeren en oppassen
Het toebrengen van schade in het kader van logeren en/of oppassen bij vrienden, familie of kennissen, met dien verstande dat de schade is geleden door degene(n) bij wie wordt gelogeerd of opgepast.
1.8 Schade aan personen:
Schade door letsel of aantasting van de gezondheid van personen, al dan niet de dood tot gevolg hebbend, met in- begrip van de daaruit voortvloeiende schade.
1.9 Schade tijdens sport en spelsituaties
Het toebrengen van schade bij het beoefenen van sport en spel aan iemand anders dan een (mede)sporter/speler.
1.10 Schade tijdens vriendendienst:
Het toebrengen van schade bij het belangeloos verrichten van werkzaamheden bij wijze van vriendendienst, waa r- bij een direct verband bestaat tussen die werkzaamheden en het toebrengen van de schade geleden door deg ene ten behoeve van wie werkzaamheden werden verricht.
1.11 Schade aan zaken:
Schade door beschadiging, vermissing, verlies, vernietiging en het vuil en verontreinigd worden. Dit geldt uitslu i- tend voor zaken van anderen dan de verzekerden, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade.
Artikel 2. Wie zijn de verzekerden
2.1 Gezinsverband:
Verzekerden in gezinsverband zijn:
a) de verzekeringnemer;
b) zijn/haar echtgeno(o)t(e) of geregistreerde partner;
c) de met hem/haar in gezinsverband samenwonende personen, alsmede;
d) hun minderjarige (pleeg- en/of stief)kinderen;
e) hun meerderjarige ongehuwde (pleeg- en/of stief)kinderen, die bij hen inwonen of voor studie uitwonend zijn;
f) hun grootouders, ouders, schoonouders, ongehuwde bloed- en aanverwanten, die bij hen inwonen;
g) hun logés, voor zover hun aansprakelijkheid niet wordt gedekt door een andere verzekering;
h) hun huispersoneel, voor zover de aansprakelijkheid verband houdt met werkzaamheden ten behoeve van een verzekerde.
Inwoning is niet aanwezig indien er sprake is van gescheiden huishouding of gesplitste bewoning.
2.2 Alleenstaande verzekeringnemer:
Indien verzekeringnemer is verzekerd als alleenstaande worden als verzekerden beschouwd:
a) de verzekeringnemer;
b) de logés, voor zover hun aansprakelijkheid niet wordt gedekt door een andere verzekering;
c) hun huispersoneel, voor zover de aansprakelijkheid verband houdt met werkzaamheden ten behoeve van een verzekerde.
Artikel 3. Hoedanigheid
Verzekerd is de aansprakelijkheid van de verzekerde als particulier. De aansprakelijkheid verband houdend met het uito e- fenen van een (neven)bedrijf of (neven)beroep en het verrichten van betaalde handenarbeid, is niet gedekt.
Deze beperkingen van de hoedanigheid gelden niet voor:
a) het huispersoneel als hiervoor bedoeld in artikel 2;
b) de in artikel 2.1 lid d en e genoemde kinderen, indien zij tijdens vakantie of vrije tijd of studie werkzaamheden voor anderen dan de verzekerde verrichten al dan niet tegen betaling. De aansprakelijkheid van de kinderen is in dit g e- val slechts verzekerd voor zover hun aansprakelijkheid niet wordt gedekt door een andere verzekering.
c) een verzekerde als stagiair tijdens de periode van de opleiding;
d) een verzekerde tijdens de uitoefening van één van de hierna genoemde beroepen of het verrichten van hieruit voortvloeiende (handen)arbeid: demonstrateur/-trice; enqueteur/-trice; koordirigent; kinderoppasser/gastouder. De aansprakelijkheid van de verzekerde is in dit geval slechts verzekerd voor zover zijn aansprakelijkheid niet wordt gedekt door een andere verzekering;
e) een verzekerde tijdens het verrichten van onbezoldigd vrijwilligerswerk;
f) een verzekerde die, in zijn hoedanigheid van werknemer in vaste loondienst en niet betrokken bij de feitelijke le i- ding van het bedrijf, schade heeft veroorzaakt waarvoor niet alleen hijzelf, maar ook zijn werkgever aansp rakelijk is, met dien verstande dat uitsluitend rechtstreekse vorderingen van de benadeelde zelf of diens nagelaten betre k- kingen voor vergoeding in aanmerking komen en op voorwaarde dat:
- de werkgever door insolventie niet in staat is de vordering voor zijn rekening te nemen;
- de schade niet voor vergoeding in aanmerking komt krachtens een aansprakelijkheidsverzekering voor bedri j- ven en beroepen;
- de aanspraken die de benadeelde uit andere hoofde heeft op de schadevergoeding in mindering worden g e- bracht.
Niet gedekt zijn de aanspraken van de werkgever/opdrachtgever of diens rechtverkrijgenden, zijn nagelaten betrekkingen of van degene die de rechten van de werkgever heeft verkregen.
Artikel 4. Omvang van de verzekering
4.1 Aansprakelijkheid/schade:
Verzekerd is de aansprakelijkheid van de verzekerden in hun bovengenoemde hoedanigheid voor schade, veroor- zaakt of ontstaan tijdens de verzekeringsduur, en wel voor alle verzekerden tezamen tot ten hoogste het in het p o- lisblad genoemde bedrag per gebeurtenis. Overal waar in deze voorwaarden wordt gesproken over schade, wordt hieronder verstaan: schade aan personen en schade aan zaken.
4.2 Onderlinge aansprakelijkheid:
De aansprakelijkheid van de verzekerden ten opzichte van elkaar is uitsluitend verzekerd voor de door de betro k- ken verzekerden geleden schade aan personen en voor zover deze verzekerden ter zake van het gebeurde geen aanspraken uit andere hoofde hebben. Er wordt geen schadevergoeding verleend indien de vorderende partij een ander is dan een rechtstreeks bij de gebeurtenis betrokken benadeelde natuurlijke persoon of diens nagelaten be- trekkingen. Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade aan zaken die eigendom zijn van personen die met verzekeringnemer in gezinsverband samenwonen. De aansprakelijkheid van een verzekerde tegenover huisperso- neel is ook verzekerd in geval van schade aan zaken, maar dan alleen als het gaat om schade die het gevolg is van ongevallen tijdens de uitvoering van de taak van het huispersoneel.
4.3 Proceskosten en wettelijke rente:
Boven het verzekerd bedrag worden vergoed:
a) de kosten van met goedvinden of op verlangen van de verzekeraar gevoerde procedures en in haar opdracht verleende rechtsbijstand;
b) de wettelijke rente over het door de verzekering gedekte gedeelte van de hoofdsom.
4.4 Zekerheidsstelling:
Indien een overheid wegens een door de verzekering gedekte schade het stellen van geldelijke zekerheid verlangt ter waarborging van de rechten van benadeelden, zal de verzekeraar deze zekerheid verstrekken tot ten hoo gste
€ 25.000.
Verzekerden zijn verplicht de verzekeraar te machtigen over de zekerheid te beschikken zodra deze wordt vrijg e- geven en bovendien alle medewerking te verlenen om de terugbetaling te verkrijgen.
4.5 Schade tijdens vriendendienst, sport en spel en bij logeren en oppassen.
a. Indien de verzekerde schade toebrengt aan een ander:
- in het kader van een vriendendienst;
- tijdens het beoefenen van sport en spel;
- tijdens logeren en oppassen,
zonder dat die verzekerde daarvoor aansprakelijk is, kan eveneens een beroep op deze verzekering worden ge- daan voor vergoeding van de door de benadeelde geleden schade.
b. Het recht op vergoeding van de hierboven in lid a omschreven schade is beperkt tot maximaal € 15.000,- per gebeurtenis en geldt verder indien en voor zover:
- de vordering die bij die verzekerde is ingediend betrekking heeft op de door de benadeelde zelf als rechtstreeks bij de gebeurtenis betrokken natuurlijke persoon geleden schade;
- de benadeelde een ander is dan een (mede)verzekerde;
- voor vergoeding van de schade geen beroep kan worden gedaan op een andere verzekering, al dan niet van oudere datum;
- de gebeurtenis en het indienen van de daaruit voortvloeiende vordering zich tijdens de looptijd van de verzeke- ring hebben voorgedaan;
- het ontstaan van de schade niet te wijten is aan de eigen schuld van de benadeelde.
4.6 Joyriding door kinderen jonger dan 18 jaar.
a. Verzekerd is de aansprakelijkheid van de verzekerde voor schade veroorzaakt tijdens joyriding, mits de ver- oorzaker jonger is dan 18 jaar. De uitsluitingen genoemd in artikel 5 lid 4 en lid 5 zijn hierop niet van toepas- sing.
b. Van de verzekering blijft echter uitgesloten de aansprakelijkheid in geval van diefstal of verduistering van het vaartuig of motorrijtuig.
c. Bij joyriding zonder geweldpleging geldt deze dekking niet indien voor het motorrijtuig een aansprakelijkheids- verzekering is gesloten.
4.7 Met betrekking tot onroerende zaken is verzekerd:
a) De aansprakelijkheid van de verzekeringnemer of een van de inwonende verzekerden:
− als bezitter van een pand of woonboot met de daarbij behorende bebouwingen voor zover deze door ve r- zekerde worden bewoond of ook worden verhuurd voor particuliere bewoning;
− als bezitter van een pand of woonboot met de daarbij behorende bebouwingen, dat door hem/haar niet meer of nog niet wordt bewoond;
− als bezitter/verhuurder van maximaal 5 panden of woonboten, maar uitsluitend indien en zolang deze w o- ningen in gebruik zijn voor particuliere bewoning;
− als bezitter van een in Europa gelegen tweede woning, recreatiewoning, stacaravan of huisje op een volks- tuincomplex, mits deze niet uitsluitend dienen tot verhuur aan derden.
b) De aansprakelijkheid van een verzekerde tegenover de eigenaar voor schade veroorzaakt door brand en/of ontploffing aan de door hem/haar bewoonde en gehuurde woning respectievelijk woonboot gelegen binnen Nederland, voorzover niet op een verzekering van het pand verhaalbaar;
c) De aansprakelijkheid van een verzekerde voor schade veroorzaakt door brand aan de door hem/ haar voor va- kantiedoeleinden gehuurde in het buitenland gelegen woning en de daartoe behorende inboedel;
d) De aansprakelijkheid van een verzekerde tegenover de eigenaar van de door hem/haar bewoonde en gehuu r- de vakantiewoning gelegen binnen Nederland voor schade veroorzaakt door het onvoorzien uitstromen van water of stoom als gevolg van springen door vorst, breuk, overlopen, verstopping of een andere plotseling o p- tredend defect dat blijvend zichtbare materiële schade veroorzaakt en afkomstig is uit leidingen die binnen en buiten het gebouw liggen of uit toestellen en installaties van waterleiding, centrale verwarming en airconditi o- ning die op deze leidingen zijn aangesloten. Dit alles voorzover deze schade niet op een verzek ering van het pand verhaalbaar is;
e) De aansprakelijkheid van een verzekerde voor schade veroorzaakt door een antenne, die is gemonteerd op of aan het door hem/haar voor eigen bewoning gehuurde pand, voor zover sprake is van schade aan dat pand en/of de daarbij behorende bebouwingen en de verzekerde voor die schade als huurder aansprakelijk is.
Overige gevallen van aansprakelijkheid voor schade door onroerende zaken, waaronder aansprakelijkheid voor schade door onroerende zaken in aanbouw of exploitatie, zijn niet gedekt.
De uitsluitingen genoemd in artikel 5.3 van deze Bijzondere Voorwaarden vindt ten aanzien van het hierboven on- der lid b, c en d bepaalde geen toepassing.
Artikel 5. Uitsluitingen
Elke bepaling van dit artikel heeft zelfstandige betekenis en stelt andere bepalingen van deze voorwaarden n iet terzijde, tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald.
5.1 Opzet:
Niet gedekt is de aansprakelijkheid:
a) van een verzekerde voor schade veroorzaakt door en/of voortvloeiende uit zijn/haar opzettelijk en tegen een persoon of zaak gericht wederrechtelijk handelen of nalaten;
b) van een tot een groep behorende verzekerde voor schade veroorzaakt door en/of voortvloeiende uit opzettelijk en tegen een persoon of zaak gericht wederrechtelijk handelen of nalaten van een of meer tot de groep beh o- rende personen, ook in geval niet de verzekerde zelf zodanig heeft gehandeld of nagelaten.
Aan het opzettelijk karakter van dit wederrechtelijk handelen of nalaten doet niet af dat de verzekerde of, ingeval deze tot een groep behoort, een of meer tot de groep behorende personen zodanig onder invloed van alcohol of andere stoffen verkeert/verkeren, dat deze/die niet in staat is/zijn de wil te bepalen.
5.2 Seksuele gedragingen:
Niet gedekt is de aansprakelijkheid:
a) van een verzekerde voor schade veroorzaakt door en/of voortvloeiende uit zijn/haar seksuele of seksueel getin- te gedragingen van welke aard dan ook;
b) van een tot een groep behorende verzekerde voor schade veroorzaakt door en/of voortvloeiend uit seksuele of seksueel getinte gedragingen van welke aard dan ook van een of meer tot de groep behorende personen, ook ingeval niet de verzekerde zelf zich zodanig heeft gedragen.
Aan het opzettelijk karakter van dit wederrechtelijk handelen of nalaten doet niet af dat de verzekerde of, ingeval deze tot een groep behoort, een of meer tot de groep behorende personen zodanig onder invloed van alcohol of andere stoffen verkeert/verkeren, dat deze/die niet in staat is/zijn de wil te bepalen.
5.3 Opzicht:
a) Niet gedekt is de aansprakelijkheid van een verzekerde voor schade:
1) aan zaken die een verzekerde of iemand namens hem/haar onder zich heeft:
− uit hoofde van een huur-, huurkoop-, lease-, erfpacht-, pacht-, pandovereenkomst of vruchtgebruik (waaronder het recht van gebruik en bewoning);
− uit hoofde van de uitoefening van een (neven)bedrijf of (neven)beroep;
− uit hoofde van het verrichten van handenarbeid, anders dan uit hoofde van vriendendienst;
2) aan zaken, die een verzekerde onrechtmatig onder zich heeft;
3) aan motorrijtuigen, (sta)caravans, vouwwagens, paardentrailers of andere aanhangers, motor - en zeilvaar- tuigen (waaronder zeilplanken) en luchtvaartuigen, die een verzekerde of iemand namens hem onder zich heeft;
4) bestaande uit en/of gevolg van verlies, diefstal of vermissing van geld, geldswaardige papieren, bank -, giro-, betaalpassen of creditcards, die een verzekerde of iemand namens hem onder zich heeft.
b) Overige gevallen van aansprakelijkheid voor schade aan zaken die een verzekerde onder zich heeft anders dan in de gevallen bedoeld onder lid a. zijn verzekerd tot een bedrag van € 15.000 per gebeurtenis.
Bij schade veroorzaakt door kinderen die de leeftijd van 14 jaar nog niet hebben bereikt, zal de verzekeraar echter geen beroep doen op deze uitsluiting indien het zaken betreft die geen andere verzekerde onder zich heeft.
Onverminderd blijft van kracht de dekking van de aansprakelijkheid voor:
− Brand- of waterschade aan de gehuurde (vakantie)woning of woonboot (conform artikel 4.7 lid b , c en d van deze Bijzondere Voorwaarden);
− schade door een antenne aan het gehuurde pand (artikel 4.7 lid e van deze Bijzondere Voorwaarden);
5.4 Motorrijtuigen:
Niet gedekt is de aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt met of door een motorrijtuig dat een verzekerde in e i- gendom heeft, bezit, houdt, bestuurt of gebruikt. Deze uitsluiting geldt evenwel niet voor:
a) de aansprakelijkheid van een verzekerde als passagier van een motorrijtuig;
b) de aansprakelijkheid van de verzekerden genoemd in artikel 2.1 lid a, b en c en artikel 2.2 lid a van deze Bij- zondere Voorwaarden voor schade veroorzaakt door huispersoneel met of door een motorrijtuig waarvan geen van de andere verzekerden dan het huispersoneel houder of bezitter is;
c) de aansprakelijkheid van een verzekerde voor schade door of met motorisch voortbewogen maaimachines, ki n- derspeelgoed en dergelijke gebruiksvoorwerpen, mits zij een snelheid van 10 km per uur niet kunnen over- schrijden, alsmede van op afstand bediende modelauto’s;
d) de aansprakelijkheid van de verzekerde voor schade veroorzaakt met of door een caravan, boottrailer, paarde n- trailer of andere aanhangwagen voor particulier gebruik, tenzij deze verbonden is met of gekoppeld aan een motorrijtuig of na daarvan te zijn losgemaakt nog niet veilig buiten het verkeer tot stilstand is gekomen;
e) de aansprakelijkheid van de verzekerde voor schade veroorzaakt met of door goederen, die zich be vinden op of welke worden geladen op of gelost, dan wel vallen of gevallen zijn van een motorrijtuig of aanhanger.
5.5 Vaartuigen:
Niet gedekt is de aansprakelijkheid van een verzekerde voor schade veroorzaakt met of door een vaartuig. Deze uitsluiting geldt echter niet voor:
a) de aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt met of door roeiboten, kano’s, zeilplanken, op afstand bediende modelboten en zeilboten met een zeiloppervlakte van ten hoogste 16 m2 en deze vaartuigen niet zijn uitgerust met een (buitenboord)motor met een vermogen van meer dan 3 kW (ongeveer 4 PK);
b) de aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door of met goederen, die zich bevinden op of worden geladen of gelost, dan wel vallen of gevallen zijn van een vaartuig;
c) de aansprakelijkheid van een verzekerde als passagier van een vaartuig.
De onder lid a, ben c omschreven dekking geldt niet voor zover de aansprakelijkheid wordt gedekt door een and ere verzekering.
5.6 Luchtvaartuigen:
Niet gedekt is de aansprakelijkheid van een verzekerde voor schade veroorzaakt met of door een luchtvaartuig, een modelvliegtuig, een zeilvliegtuig, een doelvliegtuig, een valschermzweeftoestel, een luchtschip, een modelr a- ket alsmede een ballon met een diameter van meer dan 1 meter in geheel gevulde toestand.
Deze uitsluiting geldt evenwel niet voor:
a) de aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt met of door modelvliegtuigen waarvan het gewicht ten hoogste 25 kg bedraagt, een (kabel)vlieger (met een oppervlakte van maximaal 1,5 m2), een deltavlieger, een parasailer of een parachutespringer;
b) de aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door of met goederen, die zich bevinden op of worden geladen of gelost, dan wel vallen of gevallen zijn van een luchtvaartuig;
c) de aansprakelijkheid van een verzekerde als passagier van een luchtvaartuig.
De onder lid a, b en c omschreven dekking geldt niet voor zover de aansprakelijkheid wordt gedekt door een ande- re verzekering.
5.7 Molest en atoomkernreacties:
Niet gedekt is de aansprakelijkheid van een verzekerde voor schade veroorzaakt door of ontstaan uit molest en atoomkernreacties onverschillig hoe deze zijn ontstaan, een en ander als omschreven in artikel 13 van de Algem e- ne Voorwaarden.
5.8 (Vuur)wapens:
Niet gedekt is de aansprakelijkheid van een verzekerde voor schade veroorzaakt in verband met het bezit en/of het gebruik van wapens als bedoelt in de Wet Wapens en Munitie, waarvoor verzekerde geen vergunning heeft;
De aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt in verband met het bezit en/of het gebruik van vuurwapens tijdens de jacht is uitsluitend gedekt voor zover nadrukkelijk meeverzekerd.
Artikel 6. Regeling van de schade
a) De verzekeraar belast zich met de regeling en de vaststelling van de schade. Zij heeft het recht benadeelden rechtstreeks schadeloos te stellen en met hen schikkingen te treffen. Zij zal daarbij met de belangen van de verze- kerde rekening houden;
b) Aanspraken van benadeelden tot vergoeding van schade aan personen zullen worden behandeld en afgewikkeld met inachtneming van het bepaalde in artikel 7:954 BW;
c) Bestaat de te betalen schadevergoeding uit periodieke uitkeringen en is de waarde van deze uitkeringen, vermee r- derd met eventuele andere schadevergoedingen, hoger dan het verzekerd bedrag, dan wordt de duur of de hoogte van de uitkeringen, naar keuze van de verzekerde, naar evenredigheid verminderd. Indien het vermoeden bestaat, dat de te vergoeden schade het verzekerd bedrag te boven gaat, dan zal de verzekeraar verzekerde hiervan in kennis stellen en in overleg met hem de uitkering van het verzekerd bedrag regelen.