Contract
Algemene Voorwaarden Aansluiting en Transport Westland Infra Netbeheer B.V. Elektriciteit 2018 voor afnemers > 3 × 80A (grootverbruikers)
ARTIKEL 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN ENTOE- PASSELIJKHEID
1.1 In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder:
aansluiting
de leiding, die door de netbeheerder wordt beheerd die de elektrische installatie met de hoofdleiding verbindt en alle door de netbe- heerder in of aan de leiding aangebrachte apparatuur, zoals de aansluitkasten, schakel- en beveiligingsinrichtingen;
aansluit- en transportovereenkomst
de overeenkomst tussen de netbeheerder en de afnemer als bedoeld in artikel 7 betref- fende de aansluiting van de elektrische instal- latie van de afnemer op het net dat door de netbeheerder wordt beheerd en het transport van elektrische energie naar het punt waarop de elektrische installatie van de afnemer op het net is aangesloten;
afnemer
degene die een aanvraag voor aansluiting en transport bij de netbeheerder heeft ingediend of de beschikking heeft over een aansluiting, een en ander voor zover de aan- sluiting een doorlaatwaarde heeft van meer dan 3 × 80A;
elektriciteitsvoorzieningssysteem
het totale systeem van onderling verbonden netten, productiemiddelen en aansluitingen;
elektrische installatie
het samenstel van leidingen en toebehoren, schakel- en verdeelinrichtingen, elektrische toestellen, transformatoren en motoren dat voor het verbruik van elektrische energie binnen het perceel al dan niet vast is aange- sloten, zulks te rekenen na de meetinrichting of een daarmee tussen de netbeheerder en de afnemer overeengekomen gelijk te stellen plaats van overgang;
erkende meetverantwoordelijke
degene die conform het bepaalde in of krachtens de Elektriciteitswet 1998 de meetverantwoordelijkheid uitoefent bij de afnemer en over een daartoe vereiste erken- ning van de netbeheerder van het landelijk hoogspanningsnet beschikt conform de Meetcode Elektriciteit;
hoofdleiding
dat deel van het net dat door de netbeheer- der wordt beheerd en waarop aansluitingen tot stand kunnen worden gebracht;
hoogspanningsruimte
de ruimte waarin de door de netbeheerder ten behoeve van de aansluiting aangebrach- te hoogspanningsapparatuur (zoals aansluit- kasten, schakel- of beveiligingsinrichtingen en transformatoren) is opgesteld;
leverancier
degene die de levering verzorgt;
levering
de beschikbaarstelling op het net, niet zijnde het transport, van de tussen de afnemer en een leverancier overeengekomen hoeveelheid elektrische energie;
leveringsovereenkomst
de overeenkomst tussen de afnemer en een leverancier betreffende levering van elektrici- teit;
meetinrichting
de apparatuur bestemd voor het vaststellen van de omvang van de getransporteerde elektrische energie, van de voor de afreke- ning nodig geachte gegevens en voor de controle van de afname, welke apparatuur voldoet aan de voorwaarden, die daaraan worden gesteld in de Meetcode Elektriciteit als bedoeld in artikel 31 van de Elektriciteits- wet 1998;
net
een of meer verbindingen voor het transport van elektriciteit en de daarmee verbonden transformator-, schakel, verdeel- en onder- stations en andere hulpmiddelen behoudens voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen liggen binnen de elektrische installatie van de afnemer;
netbeheerder
Westland Infra Netbeheer B.V., gevestigd te (2685 AP) Poeldijk aan de Xxxxxxxxx 0 (xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx);
perceel
elke roerende of onroerende zaak, gedeelte of samenstel daarvan, ten behoeve waarvan een aansluiting tot stand is gekomen of zal komen, dan wel transport van elektrische energie geschiedt of zal geschieden;
programmaverantwoordelijkheid
de verantwoordelijkheid van afnemers om programma’s met betrekking tot de productie, het transport en het verbruik van elektriciteit op te stellen of te doen opstellen ten behoeve van netbeheerders en zich met inachtneming van de voorwaarden, bedoeld in artikel 31 van de Elektriciteitswet 1998 te gedragen overeenkomstig die programma’s.
1.2 Deze Algemene Voorwaarden maken deel uit van de aansluit- en transportover- eenkomst tussen de netbeheerder en de afnemer. Daarnaast zijn voorwaarden en kwaliteitscriteria als bedoeld in artikel 31 van de Elektriciteitswet 1998 op de aansluit- en transportovereenkomst van toepas- sing. Ingeval van een tegenstrijdigheid tussen deze algemene voorwaarden en de voorwaarden of de kwaliteitscriteria als bedoeld in artikel 31 van de Elektriciteitswet 1998 prevaleren laatstbedoelde voorwaar- den en kwaliteitscriteria. Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing op alle overeenkomsten tussen de netbeheerder en de afnemer, alsmede op alle aanvragen, offertes, aanbiedingen die de netbeheer- der aan de afnemer doet. Deze Algemene Voorwaarden zijn verder van toepassing
op alle overeenkomsten die in de toekomst tussen de netbeheerder en de afnemer wor- den gesloten en op alle buitencontractuele relaties.
1.3 Een exemplaar van deze Algemene Voor- waarden is aan de afnemer verstrekt. Daar- naast worden deze Algemene Voorwaarden op aanvraag kosteloos toegezonden.
1.4 Eventuele voorwaarden, hoe ook genoemd, van de afnemer zijn niet van toepassing op de hiervoor genoemde aanvragen, offertes, aanbiedingen en/of overeenkomsten of buitencontractuele relaties, en vullen deze Algemene Voorwaarden niet aan.
1.5 Alle overeenkomsten en alle buitencon- tractuele relaties waarop deze Algemene Voorwaarden van toepassing zijn, zijn onderworpen aan Nederlands recht.
ARTIKEL 2 DE AANVRAAG VOOR EN HET TOT STAND BRENGEN, UITBREIDEN, OF WIJZIGEN VAN EEN AANSLUITING
2.1 Een aanvraag voor het tot stand brengen van een aansluiting of tot uitbreiding of wijziging van een bestaande aansluiting, ge- schiedt door het indienen van een daartoe door de netbeheerder verstrekt formulier, dan wel op een andere door de netbeheer- der toegestane wijze. Een aanvraag van de afnemer wordt als onherroepelijk beschouwd. Indien en voor zover een uitnodiging van de netbeheerder tot het doen van een aanvraag geldt als een aanbod, kan de netbeheerder het aanbod vóór aanvaarding ervan door de afne- mer herroepen.
2.2 Een aansluiting of uitbreiding dan wel wijziging van een bestaande aansluiting wordt uitsluitend door de netbeheerder tot stand gebracht. De wijze van uitvoering en de plaats van de aansluiting worden door de netbeheerder, zoveel mogelijk in overleg met de afnemer, vastgesteld.
2.3 De netbeheerder is bevoegd geen aan- bod te doen voor het tot stand brengen, uitbreiden, wijzigen of activeren van een aansluiting dan wel hiervoor bijzondere voorwaarden te stellen indien:
a. de transportcapaciteit van de netbeheer- der ter plaatse onvoldoende is;
b. de afnemer in verzuim is een vordering ter zake van aansluiting of transport dan wel een andere, daarmee verband hou- dende vordering die de netbeheerder op hem heeft, te voldoen, met inbegrip van die ter zake van aansluiting of transport ten behoeve van een ander respectieve- lijk vorig perceel.
2.4 Voorts is de netbeheerder bevoegd een aansluiting niet tot stand te brengen, uit te breiden, te wijzigen of te activeren dan wel geheel of gedeeltelijk weg te nemen of te deactiveren, indien één of meer van de in of krachtens deze Algemene Voorwaarden ge- stelde bepalingen of voorschriften niet zijn of worden nagekomen en de uitoefening van die bevoegdheid door de netbeheerder gerechtvaardigd is.
2.5 Indien door toedoen van de afnemer de (uitbreiding of wijziging van de bestaande) aansluiting niet is gerealiseerd binnen 1 jaar nadat de afnemer de daartoe strekkende aanbieding van de netbeheerder heeft geaccepteerd, heeft de netbeheerder het recht om de betreffende overeenkomst te ontbinden zonder dat zij tot enige schade- vergoeding gehouden is jegens de afnemer. Dit laat onverlet dat de afnemer een nieuwe aanvraag als bedoeld in lid 1 van dit artikel kan doen bij de netbeheerder.
ARTIKEL 3 ONDERHOUDEN, CONTROLEREN, VER- VANGEN, VERPLAATSEN EN WEGNE- MEN VAN EEN AANSLUITING
3.1 Een aansluiting wordt uitsluitend door de netbeheerder onderhouden, gecontroleerd, vervangen, verplaatst en weggenomen, een en ander na voorafgaande mededeling aan en zoveel mogelijk in overleg met de afnemer.
3.2 Behoudens het bepaalde in artikel 4, leden 2 en 3, geschieden het onderhoud en de controle van de aansluiting voor rekening van de netbeheerder. Onverminderd het be- paalde in artikel 11, lid 2 zijn het vervangen, verplaatsen en wegnemen voor rekening van de afnemer, indien:
a. dit geschiedt op zijn verzoek;
b. dit het gevolg is van zijn handelen of na- laten, tenzij aannemelijk wordt gemaakt dat dit handelen of nalaten het gevolg is van omstandigheden die hem redelijker- wijs niet zijn toe te rekenen.
ARTIKEL 4 VOORZIENINGEN TEN BEHOEVE VAN DE AANSLUITING
4.1 Indien een elektrische installatie wordt aangesloten op het hoogspanningsnet dat door de netbeheerder wordt beheerd, moet de afnemer, indien de netbeheerder daar om verzoekt, kosteloos een hoogspannings- ruimte ter beschikking stellen en houden ten behoeve van de door de netbeheerder op te stellen hoogspanningsinstallatie en/of andere apparatuur. Deze ruimte, waarvan de plaats na overleg met de afnemer door de netbeheerder wordt vastgesteld, moet ten aanzien van afmetingen, constructie en in- richting voldoen aan de door de netbeheer- der te stellen eisen. De ruimte moet vanaf de openbare weg blijvend toegankelijk zijn, zodat alle noodzakelijke werkzaamheden, waartoe ook te rekenen het verwisselen van de hoogspanningsinstallatie en/of andere apparatuur te allen tijde kunnen worden verricht, en moet zijn afgesloten door een deur of deuren, voorzien van een door de netbeheerder ter beschikking te stellen slot. In het geval de netbeheerder een (prefab-) transformatorstation plaatst ten behoeve van de aansluiting van een elektrische installatie op het hoogspanningsnet, moet de afnemer het daarvoor benodigde perceelsgedeelte kosteloos ter beschikking stellen en houden. Dit station moet vanaf de openbare weg blijvend toegankelijk zijn ten behoeve van alle benodigde werkzaamheden.
4.2 Het onderhoud van de hoogspanningsruimte respectievelijk het perceelsgedeelte geschiedt ter beoordeling van de netbeheerder door de afnemer, of door de netbeheerder zelf, doch steeds voor rekening van de afnemer.
4.3 De afnemer verleent om niet de nodige medewerking tot het uitvoeren van werk- zaamheden door de netbeheerder. Voor de inrichting van de hoogspanningsruimte, respectievelijk voor de plaatsing van het transformatorstation, en het onderhoud van de daarin aanwezige apparatuur is de af- nemer een bijdrage verschuldigd overeen- komstig de tarieven van de netbeheerder, als bedoeld in artikel 15.
De netbeheerder is bevoegd de ruimte res- pectievelijk het perceelsgedeelte alsmede de daarin respectievelijk daarop aanwezige apparatuur, mede ten behoeve van het transport van elektrische energie voor der- den te gebruiken. In dat geval vindt artikel 5, lid 4 toepassing.
4.4 De door de netbeheerder in de hoogspan- ningsruimte respectievelijk op het perceels- gedeelte aangebrachte apparatuur is en blijft eigendom van de netbeheerder. De afnemer is verplicht de nodige maatregelen te nemen respectievelijk zijn medewerking te verlenen om het eigendomsrecht van de netbeheerder te waarborgen, bijvoorbeeld door het om niet verlenen van een zakelijk recht aan de netbeheerder. De afnemer vrij- waart de netbeheerder ter zake van eventu- ele aanspraken van derden op de door de netbeheerder aangebrachte apparatuur in verband met een vermeende vordering van die derde(n) op de afnemer.
4.5 De hoogspanningsruimte respectievelijk het perceelsgedeelte en de daarin respectievelijk daarop aanwezige apparatuur moeten goed bereikbaar blijven. Indien de ruimte, respec- tievelijk het perceelsgedeelte en de daarin respectievelijk daarop aanwezige apparatuur of een gedeelte daarvan niet goed bereikbaar zijn geworden door het handelen of nalaten van de afnemer, heeft de netbeheerder,
na aanmaning, het recht op kosten van de afnemer de belemmeringen weg te nemen, wijzigingen in het tracé van de aansluiting aan te brengen, dan wel een geheel nieuwe aansluiting tot stand te brengen.
4.6 Indien de aansluit- en transportovereen- komst met de netbeheerder wordt beëindigd zal de netbeheerder de hoogspannings- ruimte respectievelijk het perceelsge-
deelte nog tot ten hoogste twaalf maanden na de datum van beëindiging van die overeenkomst mogen gebruiken voor zijn bedrijfsvoering en voor het verrichten van werkzaamheden. De afnemer waarborgt gedurende deze periode het ongestoord gebruik van de ruimte respectievelijk het perceelsgedeelte.
4.7 Indien in verband met de hoogspannings- ruimte respectievelijk het perceelsgedeelte tussen de netbeheerder en de afnemer een zakelijk recht is gevestigd, zullen de
rechten en verplichtingen van beide partijen mede worden beheerst door de bepalingen van de overeenkomst tot vestiging van dat zakelijk recht. Ingeval van tegenstrijdigheid tussen de overeenkomst tot vestiging van een zakelijk recht en deze voorwaarden, prevaleert de overeenkomst tot vestiging van een zakelijk recht.
ARTIKEL 5 RECHTEN MET BETREKKINGTOT HET PERCEEL
5.1 De afnemer zal toestaan dat zowel voor hemzelf als ten behoeve van derden in, aan, op, onder of boven het perceel leidingen worden gelegd, aansluitingen tot stand worden gebracht, aftakkingen op reeds bestaande aansluitingen worden gemaakt, alsmede dat deze en bestaande leidingen, aansluitingen of aftakkingen worden in stand gehouden, onderhouden, uitgebreid, gewijzigd of weggenomen. Ten gevolge van deze werkzaamheden aan het perceel toe- gebrachte schade zal door de netbeheerder worden hersteld, dan wel, indien zulks niet mogelijk is, worden vergoed.
5.2 De in lid 1 bedoelde leidingen, aansluitin- gen en aftakkingen zijn en blijven eigendom van de netbeheerder. Indien in verband met de leidingen, aansluitingen of aftakkingen tussen de netbeheerder en de afnemer een overeenkomst tot vestiging van een zakelijk recht is gesloten, is het bepaalde in het zevende lid van artikel 4 van overeenkom- stige toepassing.
5.3 De afnemer zal, voor zover dat redelijkerwijs in zijn vermogen ligt, ervoor zorg dragen dat iedere handeling achterwege blijft waardoor de bedrijfsvoering van de netbeheerder kan worden belet of belemmerd dan wel de vei- lige ligging, het onderhoud of het herstel van de leidingen, aansluitingen, of aftakkingen in gevaar kan worden gebracht of gevaar voor personen of zaken kan ontstaan.
5.4 De aansluiting moet goed bereikbaar blij- ven; het gestelde in het vijfde lid van artikel 4 is van overeenkomstige toepassing.
5.5 Indien de afnemer om verlegging verzoekt van in, aan, op, onder of boven het perceel aanwezige kabels en/of leidingen, komen
de daarmee gemoeide verleggingskos- ten voor rekening en risico van afnemer, ongeacht of deze kabels en/of leidingen ten behoeve van de afnemer, diens rechtsvoorganger(s) dan wel derden zijn aangebracht.
ARTIKEL 6 DE ELEKTRISCHE INSTALLATIE
6.1 Ten aanzien van de elektrische installatie moet worden voldaan aan de in of krach- tens de wet gestelde voorwaarden, en met name voor zover van toepassing de voorwaarden als bedoeld in artikel 31, lid 1, onderdeel a en c van de Elektriciteitswet 1998 (de Netcode en de Systeemcode).
6.2 Elektrotechnische werkzaamheden aan de elektrische installatie dienen te worden uit- gevoerd door personen die over de nodige vakbekwaamheid en outillage beschikken. Behalve indien het een hoogspanningsin- stallatie betreft waarvoor de netbeheerder aanvullende voorwaarden stelt, worden ingeschrevenen ingevolge de Regeling voor de erkenning van elektrotechnische instal- lateurs- en vergunninghouders (REI) of de eisen die daarvoor te eniger tijd in de plaats treden, geacht over deze vakbekwaamheid en outillage te beschikken.
6.3 De afnemer draagt er zorg voor dat de elek- trische installatie goed wordt onderhouden. Op een daartoe strekkend verzoek van de netbeheerder is hij verplicht alle verlangde gegevens betreffende de elektrische instal- latie aan de netbeheerder te verstrekken die van belang zijn voor het nakomen van de wet- telijke taken van de netbeheerder en/of om conformiteit met het bepaalde in of krachtens de in lid 1 bedoelde voorwaarden vast te stel- len.
6.4
6.4 Indien naar het oordeel van de netbeheerder redelijke twijfel bestaat of een elektrische installatie voldoet aan het bepaalde in of krachtens de in lid 1 bedoelde voorwaarden, toont de afnemer aan dat zijn elektrische installatie aan deze voorwaarden voldoet. Wanneer de afnemer in gebreke blijft, is de netbeheerder bevoegd om de elektrische installatie zelf te onderzoeken of te laten on- derzoeken. Indien een elektrische installatie naar het oordeel van de netbeheerder niet voldoet aan de voorwaarden is de afnemer verplicht gebreken voor zijn rekening – en zo nodig onmiddellijk – te laten herstellen en daarbij eventuele aanwijzingen van de netbeheerder op te volgen. De netbeheerder heeft echter geen verplichting na te gaan of aan het bepaalde in of krachtens de in lid 1 bedoelde voorwaarden is voldaan. De netbe- heerder aanvaardt, ook in geval zijnerzijds een onderzoek is ingesteld, geen enkele aansprakelijkheid voor schade ontstaan
als gevolg van gebreken in de elektrische installatie. De afnemer vrijwaart de netbe- heerder tegen aanspraken van derden ter zake zulke schade.
ARTIKEL 7 OVEREENKOMST TOT AANSLUITING EN TRANSPORT
7.1 Als regel wordt tussen de netbeheerder en de afnemer een schriftelijke aansluit- en transportovereenkomst aangegaan. Als de afnemer eerder de beschikking heeft over een aansluiting dan wordt de aansluit- en transportovereenkomst geacht te zijn inge- gaan op de datum waarop de afnemer de beschikking heeft over een aansluiting.
7.2 De aansluit- en transportovereenkomst geldt voor onbepaalde tijd, tenzij anders is overeengekomen.
7.3 De aansluit- en transportovereenkomst kan na het verstrijken van de overeengekomen minimale looptijd van één jaar door de afnemer en door de netbeheerder door opzegging worden beëindigd. Opzegging door de afnemer dient schriftelijk met inachtneming van een opzegtermijn van minimaal zes maanden te geschieden, tenzij de netbeheerder een andere wijze en/of ter- mijn van opzegging aanvaardt. Opzegging door de netbeheerder dient gemotiveerd en schriftelijk te geschieden en is slechts mo- gelijk in geval van zwaarwichtige belangen en met inachtneming van een opzegtermijn van minimaal zes maanden.
7.4 De afnemer dient de netbeheerder binnen de opzegtermijn in de gelegenheid te stel- len de voor de beëindiging van de aansluit- en transportovereenkomst noodzakelijke handelingen te verrichten. De afnemer blijft gebonden aan hetgeen in of krachtens die overeenkomst en deze Algemene Voor- waarden is bepaald totdat hij aan al zijn
daaruit voortvloeiende verplichtingen heeft voldaan.
7.5 Bij een situatie als voorzien in de artikelen 9 en 10 blijft de aansluit- en transportover- eenkomst onverminderd van kracht.
7.6 Indien de aansluit- en transportovereen- komst met twee of meer afnemers wordt aangegaan, zijn de afnemers hoofdelijk ver- bonden tot nakoming van de overeenkomst.
7.7 De afnemer stemt ermee in dat de aansluit- en transportovereenkomst van kracht blijft indien de rechtsvorm van de netbeheerder wordt omgezet in een andere rechtsvorm of indien de netbeheerder zijn onderneming heeft overgedragen aan een andere rechts- persoon. Indien een in dit lid bedoelde om- standigheid zich voordoet, zal de netbeheer- der tenminste zorgen voor een kennisgeving in één of meer dag- of weekbladen die in het gebied waarin de netbeheerder aansluiting en transport verzorgt, verspreid worden.
7.8 De verplichtingen van de netbeheerder ingevolge de aansluit- en transportover- eenkomst eindigen in ieder geval indien en voor zover diens aanwijzing als netbeheer- der vervalt of wordt ingetrokken.
7.9 De afnemer kan zonder toestemming van de netbeheerder zijn rechten en plichten voortvloeiende uit de aansluit- en trans- portovereenkomst niet overdragen aan een derde. De netbeheerder zal zijn toestem- ming hieraan niet onthouden indien hij hiervoor geen redelijke gronden heeft.
ARTIKEL 8 AARD VAN DE TRANSPORTDIENST/BE- SCHIKBAARTE STELLENTRANSPORT- VERMOGEN
8.1 Op de transportdienst is het bepaalde in hoofdstuk 3 van de voorwaarden als bedoeld in artikel 31, lid 1, onderdeel a van de Elektri- citeitswet 1998 (de Netcode) van toepassing. De netbeheerder stelt transportcapaciteit ter beschikking zoals omschreven in de paragra- fen 3.1 en 3.2 van de Netcode.
8.2 De netbeheerder stelt aan de afnemer trans- portvermogen ter beschikking waarvan de omvang bij aansluit- en transportovereen- komst wordt geregeld.
8.3 De aansluiting van de afnemer voldoet aan het bepaalde in paragraaf 2 van de Netcode.
8.4 In principe vindt het transport van elek- trische energie continu plaats indien er elektrische energie voor transport wordt aangeboden. De netbeheerder staat echter niet in voor de continuïteit van het trans- port. Indien zich omstandigheden voordoen waardoor het transport wordt of moet worden onderbroken zal de netbeheerder het redelijkerwijs mogelijke doen om op de kortst mogelijke termijn het transport te hervatten.
ARTIKEL 9 BEPERKING OF ONDERBREKING VAN HET TRANSPORT
9.1 De netbeheerder kan, indien dit naar zijn oordeel noodzakelijk of gewenst is, in het belang van een goede openbare elektrici- teitsvoorziening, in verband met de uitvoe- ring van werkzaamheden, in het belang van de veiligheid of in geval van redelijkerwijs te duchten gevaar voor schade – zo moge- lijk na voorafgaande waarschuwing – het transport gedurende een zo kort mogelijke tijd beperken of onderbreken.
9.2 Indien de afnemer daar om verzoekt kan de netbeheerder het transport tijdelijk onderbreken op nader overeen te komen voorwaarden.
ARTIKEL 10 NIET-NAKOMING
10.1 De netbeheerder is bevoegd na voorafgaan- de waarschuwing – tenzij zulks om redenen van veiligheid redelijkerwijs niet mogelijk
is – de aansluiting geheel of gedeeltelijk weg te nemen of te deactiveren indien en zolang in enig opzicht de aansluit- en transportovereenkomst, deze Algemene Voorwaarden of de op grond van deze Algemene Voorwaarden van toepassing
zijnde voorschriften en regelingen niet zijn of worden nagekomen. Een dergelijk geval kan zich onder meer voordoen indien:
a. de elektrische installatie niet voldoet aan het bepaalde in of krachtens de in lid 1 van artikel 6 bedoelde voorwaarden;
b. één of meer van de in artikel 19 genoemde verbodsbepalingen zijn overtreden;
c. de afnemer overeenkomstig het be-
xxxxxx in het eerste lid van artikel 18 in verzuim is een vordering ter zake van aansluiting of transport dan wel een andere, daarmee verband houdende vordering die de netbeheerder op hem heeft, te voldoen, met inbegrip van die ter zake van aansluiting of transport ten behoeve van een ander respectievelijk vorig perceel;
d. de afnemer niet overeenkomstig het be- paalde in lid 2 van artikel 20 uit hoofde van een leveringsovereenkomst recht heeft op levering;
e. de afnemer niet overeenkomstig het bepaalde in lid 2 van artikel 20 de vereiste overeenkomst(en) (meer) heeft om zelf programmaverantwoordelijkheid te dragen of om een derde voor hem programmaverantwoordelijkheid te laten dragen.
De netbeheerder zal overigens slechts gebruik maken van zijn in dit lid bedoelde bevoegdheden indien en voor zover de niet-nakoming van zijn verplichtingen door de afnemer dat rechtvaardigt. De
in dit lid bedoelde maatregelen worden pas ongedaan gemaakt nadat de redenen daarvoor zijn weggenomen en de kosten van deze maatregelen en van het onge- daan maken ervan, alsmede van eventueel door de netbeheerder in verband hiermee geleden schade, geheel zijn voldaan. Aan het ongedaan maken van de maatregelen kan de netbeheerder nadere voorwaarden verbinden.
10.2 De netbeheerder is bevoegd de aansluit- en transportovereenkomst zonder rechterlijke tussenkomst te ontbinden indien de in lid
1 bedoelde maatregelen langer duren dan 30 dagen achtereen, indien in rechte een schuldsaneringsregeling op de afnemer van toepassing is verklaard, aan de afnemer surséance van betaling is verleend of
de afnemer in staat van faillissement is verklaard, onverminderd het bepaalde in artikel 4 leden 5 en 6. In geval van faillis- sement, surséance van betaling of in rechte van toepassing verklaarde schuldsanerings- regeling heeft de netbeheerder tevens de be- voegdheid de aansluiting met onmiddellijke ingang geheel of gedeeltelijk weg te nemen of te deactiveren. Indien de netbeheerder van zijn bevoegdheid als bedoeld in dit lid ge- bruik maakt zal dit terstond aan de afnemer worden medegedeeld. De bedragen die de afnemer op het moment van ontbinding van de aansluit- en transportovereenkomst reeds aan de netbeheerder verschuldigd was zijn op dat moment onmiddellijk opeis- baar.
10.3 Het gebruik door de netbeheerder van zijn bevoegdheden als bedoeld in dit artikel en het vorige artikel kan niet leiden tot
aansprakelijkheid van de netbeheerder voor eventueel daaruit ontstane schade.
ARTIKEL 11 DE MEETINRICHTING
11.1 Ten aanzien van de meetinrichting en meting moet worden voldaan aan de in of krachtens de wet hieraan gestelde voorwaar- den en met name voor zover van toepassing de voorwaarden als bedoeld in artikel 31, lid 1, onderdeel b van de Elektriciteitswet 1998 (de Meetcode Elektriciteit).
11.2 De afnemer draagt er zorg voor dat er
voor rekening van de afnemer een erkende meetverantwoordelijke wordt aangewezen, die overeenkomstig de in lid 1 van dit artikel bedoelde voorwaarden een meetinrichting plaatst, onderhoudt, vervangt en voor zover van toepassing, verplaatst en wegneemt en de meetgegevens opneemt, valideert, eventueel schat, verwerkt en doorgeeft. In
het geval de vervanging plaatsvindt voor een onderzoek van de meetinrichting als bedoeld in artikel 13, is echter het bepaalde in lid 4 van dat artikel van toepassing.
11.3 De afnemer draagt er zorg voor dat de meetinrichting steeds goed bereikbaar is en goed kan worden afgelezen. Voorts dient hij de meetinrichting te beschermen tegen
beschadigingen en tegen verbreking van de verzegeling.
ARTIKEL 12 BEPALING VAN DE OMVANG VAN DE GETRANSPORTEERDE ELEKTRISCHE ENERGIE
12.1 Tenzij uit de in artikel 11 lid 1 bedoelde voor- waarden anders voortvloeit, wordt de om- vang van de hoeveelheid getransporteerde elektrische energie vastgesteld op basis van de gegevens verkregen met behulp van de meetinrichting bij de afnemer, onverminderd het bepaalde in de artikelen 13 en 14.
De netbeheerder kan bepalen dat de hoe- veelheid getransporteerde elektrische energie gedurende bepaalde uren van een etmaal apart worden geregistreerd.
12.2 Geschiedt de meting niet op de plaats waarop de aansluiting overgaat in de elek- trische installatie dan worden de overeen- komstig het eerste lid gemeten waarden voor de getransporteerde hoeveelheid elektrische energie en voor het afgenomen maximumvermogen ieder afzonderlijk ge- corrigeerd met een percentage volgens de tarieven van de netbeheerder als bedoeld in artikel 15.
12.3 Tenzij uit de in artikel 11 lid 1 bedoelde voorwaarden een andere regeling voortvloeit, wordt als regel één maal per maand de stand van de meetinrichting door de erkende meetverantwoordelijke opgenomen.
12.4 Indien de netbeheerder niet tijdig kan beschikken over de voor hem relevante gegevens of indien bij het opnemen van de meter dan wel bij het verwerken van de meetgegevens een kennelijke fout is
gemaakt, mag de netbeheerder de omvang van de getransporteerde hoeveelheid elek- trische energie bepalen overeenkomstig het gestelde in artikel 14 lid 2, onverminderd het recht van de netbeheerder om de wer- kelijk getransporteerde hoeveelheid alsnog overeenkomstig het bepaalde in lid 1 van dit artikel vast te stellen en dat in rekening te brengen.
ARTIKEL 13 ONDERZOEK VAN DE MEETINRICHTING BIJTWIJFEL OVER DE JUISTHEID
13.1 De meetinrichting en de meetgegevens worden geacht juist te zijn wanneer de meetinrichting voldoet aan de in artikel 11 lid 1 bedoelde voorwaarden.
13.2 Bij twijfel over de juistheid van de meetin- richting en/of meetgegevens kunnen zowel de afnemer als de netbeheerder de erkende meetverantwoordelijke om opheldering verzoeken. Blijft er twijfel bestaan, dan kan elk der partijen verlangen dat de meet- inrichting en/of meetgegevens worden onderzocht door een voor beide partijen aanvaardbare andere erkende meetver- antwoordelijke of een voor beide partijen aanvaardbare andere deskundige.
13.3 Indien uit het onderzoek door de andere erkende meetverantwoordelijke of andere deskundige volgt dat de meetinrichting en de meting worden geacht juist te zijn, zijn de kosten van dit onderzoek voor rekening van degene op wiens verzoek dit onderzoek is verricht. Indien uit dit onderzoek volgt dat de meetinrichting en/of de meting niet juist zijn, komen de kosten van dit onderzoek ten laste van de afnemer.
13.4 Indien uit hoofde van de aansluit- en trans- portovereenkomst een onderzoek van de meetinrichting en/of meetgegevens wordt verlangd, is de netbeheerder gerechtigd de leverancier en de eventuele derde, die programmaverantwoordelijkheid van de af-
xxxxx draagt, onverwijld over dit onderzoek en de resultaten hiervan te informeren.
13.5 Indien uit hoofde van de leveringsovereen- komst of anderszins een onderzoek van de meetinrichting en/of meetgegevens wordt verlangd, is de afnemer verplicht dit de net- beheerder onverwijld mede te delen en de netbeheerder na afloop van het onderzoek onverwijld te informeren over de resultaten van het onderzoek. Lid 1 en 2 van dit artikel en artikel 14 zijn van overeenkomstige toe- passing.
ARTIKEL 14 GEVOLGEN VAN ONJUISTE METING
14.1 Indien uit het onderzoek als bedoeld in artikel 13 blijkt dat de meetinrichting en/of meting niet juist zijn, kunnen zowel de afnemer als de netbeheerder de erkende meetverant- woordelijke verzoeken de meetgegevens vast te stellen aan de hand van de uitkomsten van het onderzoek. Indien de netbeheer-
der niet tijdig over de voor hem relevante meetgegevens beschikt, zal herberekening plaatsvinden over de periode dat de meet- inrichting en/of meting onjuist zijn geweest, doch ten hoogste over een tijdvak van vierentwintig maanden, gerekend vanaf het moment dat de ene partij zijn twijfel over de juistheid van de meetinrichting en/of meting aantoonbaar bij de andere partij heeft geuit. In de gevallen als bedoeld in artikel 19, lid 1c alsmede indien aannemelijk is dat de
afnemer zelf de onjuistheid van de registratie had kunnen constateren zal echter volledige herberekening plaatsvinden.
14.2 Indien het onderzoek geen hanteerbare maatstaf oplevert voor het vaststellen van de getransporteerde hoeveelheid, is de netbeheerder bevoegd de getransporteerde hoeveelheid in het desbetreffende tijdvak te
schatten naar de beste ter beschikking van de netbeheerder staande gegevens hieromtrent, waarbij als maatstaf kan dienen:
a. de getransporteerde hoeveelheid in het overeenkomstige tijdvak van het vooraf- gaande jaar, of
b. de gemiddelde getransporteerde hoe- veelheid in een eraan voorafgaand en een erop volgend tijdvak, of
c. een andere, na overleg met de afnemer te bepalen, billijke maatstaf.
ARTIKEL 15 TARIEVEN
15.1 Voor het tot stand brengen, in stand houden, uitbreiden of wijzigen van een aansluiting alsmede voor het onderhoud als bedoeld in artikel 4, leden 2 en 3, en voor het transport is de afnemer bedragen verschuldigd vol- gens het tarievenoverzicht van de netbe- heerder dat is te raadplegen via de website xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx.
15.2 De netbeheerder bepaalt welk tarief van toepassing is. De afnemer is gehouden desgevraagd de daartoe nodige gegevens te verstrekken. De netbeheerder licht de afnemer voor met betrekking tot de in zijn situatie van toepassing zijnde tarieven.
15.3 Alle bedragen die de afnemer ingevolge deze Algemene Voorwaarden verschuldigd is, zullen respectievelijk kunnen worden verhoogd met de belastingen, toeslagen en de heffingen die de netbeheerder krach- tens een besluit van de overheid verplicht, respectievelijk bevoegd is in rekening te brengen. De netbeheerder zal deze ver- hogingen voor zover mogelijk op de nota nader specificeren.
ARTIKEL 16 BETALING
16.1 Alle bedragen die de afnemer ingevolge deze Algemene Voorwaarden verschuldigd is, brengt de netbeheerder hem door middel van een gespecificeerde nota in rekening.
16.2 Een nota dient te zijn voldaan binnen veer- tien dagen na dagtekening. De netbeheer- der geeft aan op welke wijze en in welke valuta de nota kan worden voldaan.
16.3 De verplichting tot betaling wordt niet opgehe- ven of opgeschort op grond van bezwaren tegen de nota.
16.4 De afnemer is niet gerechtigd de hem in rekening gebrachte bedragen te verrekenen met enig bedrag dat de netbeheerder hem schuldig is.
16.5 Vorderingen ingevolge deze Algemene Voorwaarden kunnen slechts met toestem- ming van de netbeheerder in gedeelten worden betaald.
ARTIKEL 17 ZEKERHEIDSTELLING
De netbeheerder is gerechtigd zekerheden van de afnemer te verlangen in verband met de bedragen die de afnemer op grond van deze Algemene Voorwaarden verschul- digd is.
ARTIKEL 18 WANBETALING
18.1 Indien de afnemer niet, niet volledig en/of niet tijdig heeft betaald is hij van rechts- wege in verzuim.
18.2 Indien en zodra de afnemer in verzuim is, is hij tevens rente verschuldigd wegens te late betaling gelijk aan de wettelijke rente bij handelstransacties, onverminderd het recht van de netbeheerder op vergoeding van kosten van gerechtelijke en/of buiten- gerechtelijke inning en onverminderd het
bepaalde in artikel 10. De in dit lid bedoelde bedragen zijn onmiddellijk opeisbaar.
18.3 De wettelijke rente bij handelstransacties is gelijk aan de marginale toewijzingsrente voor herfinancieringstransacties, vastgesteld door de Europese Centrale Bank, plus 8 procent- punten. Bij de berekening van deze wettelijke rente wordt uitgegaan wordt uitgegaan van de meest recente herfinancieringsrente, die voor de eerste dag van het betreffende half- jaar is vastgesteld (per 1 januari of 1 juli).
ARTIKEL 19 VERBODSBEPALINGEN
Het is de afnemer verboden:
a. door middel van de elektrische instal- latie via het net dat door de netbeheer- der wordt beheerd hinder of schade te veroorzaken voor de netbeheerder of andere afnemers;
b. door of vanwege de netbeheerder of erkende meetverantwoordelijke aange- brachte verzegelingen te verbreken of te doen verbreken;
c. handelingen te verrichten of te doen ver- richten, waardoor de hoeveelheid getrans- porteerde elektrische energie niet of niet juist kan worden vastgesteld, dan wel een situatie te scheppen waardoor het normaal functioneren van de meetinrichting of door de netbeheerder beheerde hulpmiddelen wordt verhinderd of de tarieven van de netbeheerder niet of niet juist kan worden toegepast.
ARTIKEL 20 ANDERE VERPLICHTINGEN
20.1 De netbeheerder zal bij de uitvoering van het bepaalde in of krachtens deze Alge- mene Voorwaarden die zorg betrachten die van een zorgvuldig handelend bedrijf mag worden verwacht. In het bijzonder zal de netbeheerder zoveel mogelijk trachten te voorkomen dat de afnemer bij de uitvoe- ring van werkzaamheden hinder of schade ondervindt.
20.2 De afnemer is verplicht ervoor te zorgen dat hij de vereiste overeenkomst(en) heeft om zelf programmaverantwoordelijkheid te dragen of om een erkende derde voor hem programmaverantwoordelijkheid te laten dragen. De afnemer die niet aan het in dit lid bepaalde voldoet dient zich ervan te onthouden elektrische energie met behulp van het door de netbeheerder beheerde net af te nemen.
20.3 De afnemer is verplicht aan de netbeheer- der de nodige medewerking te verlenen bij de toepassing en de uitvoering van het bepaalde in of krachtens deze Algemene
Voorwaarden en de controle op de naleving ervan, en wel in het bijzonder door:
a. de netbeheerder zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen van alle gegevens, voorvallen en wijzigingen in omstan- digheden die voor de uitvoering van
de aansluit- en transportovereenkomst van belang kunnen zijn, waaronder door hem waargenomen of vermoede schade, gebreken of onregelmatigheden in of op het in zijn perceel aanwezige gedeelte van de aansluiting en de meet-
inrichting, verbreking van de verzegeling daaronder begrepen;
b. aan personen die van een door de netbeheerder uitgegeven legitimatiebe- wijs of machtiging zijn voorzien, te allen tijde toegang te verlenen tot het perceel, mede ten behoeve van de uitvoering van een van overheidswege op de netbe- heerder rustende verplichting;
c. de netbeheerder tijdig op de hoogte te stel- len van adres- c.q. (handels)naamswijzigin- gen.
20.4 De afnemer is verplicht het redelijkerwijs mogelijke te doen om schade aan het in het perceel aanwezige gedeelte van de aanslui- ting te voorkomen.
20.5 Indien de afnemer geen eigenaar is van het perceel, staat hij ervoor in dat de eigenaar akkoord gaat met het verrichten van alle handelingen die door de netbeheerder voor het tot stand brengen, vervangen, verplaat- sen, uitbreiden, wijzigen of wegnemen van een aansluiting of voor het transport nood- zakelijk worden geacht, zowel ten behoeve van hemzelf als, ingevolge artikel 5, lid 1, ten behoeve van derden. De netbeheerder kan verlangen dat de afnemer een schriftelijke verklaring van de eigenaar overlegt.
20.6 De netbeheerder zal de gegevens die hem door de afnemer als vertrouwelijk zijn verstrekt en de gegevens met betrekking tot het perceel waarvan de netbeheerder redelijkerwijs moet vermoeden dat zij een vertrouwelijk karakter hebben, geheim houden, behoudens voor zover de wet hem tot mededeling verplicht of uit zijn wettelijke taken de noodzaak tot mededeling voort- vloeit.
20.7 Indien de afnemer parallel met het open- bare net dat door de netbeheerder wordt beheerd een zelfopwekinstallatie bedrijft of doet bedrijven, is hij verplicht de daarom- trent door de netbeheerder nader vastge- stelde voorwaarden na te leven en is hij verplicht om een schriftelijke overeenkomst met de netbeheerder aan te gaan voor het benodigde transportvermogen voor terugle- vering.
20.8 Bij de nakoming van zijn plichten en de uitoefening van zijn rechten mag de netbe- heerder zich laten vertegenwoordigen door derden.
ARTIKEL 21 AANSPRAKELIJKHEID
21.1 De netbeheerder is jegens de afnemer niet aan- sprakelijk voor schade, die ontstaat ten gevolge van:
a. een onderbreking en/of beperking van het transport al dan niet wegens een storing, ongeacht de duur van de onderbreking en/of beperking;
b. een gebrek, defect en/of storing in de aansluiting, het net of andere bedrijfs- middelen die door de netbeheerder wor- den beheerd en/of een of meer andere onderdelen van het elektriciteitsvoorzie- ningssysteem;
c. het al dan niet functioneren van de aanslui- ting, storingen van de aansluiting daaronder begrepen;
d. handelen of nalaten in verband met de aansluiting, het net of andere bedrijfs- middelen die door de netbeheerder wor- den beheerd en/of een of meer andere onderdelen van het elektriciteitsvoorzie- ningssysteem door de netbeheerder, zijn werknemers of ondergeschikten, dan wel niet-ondergeschikten.
21.2 Het in het vorige lid gestelde lijdt uitzon- dering ingeval de schade ontstaat als gevolg van opzet of grove schuld van de netbeheerder, zijn werknemers of door de netbeheerder ingeschakelde derden. Behou- dens ingeval de schade ontstaat als gevolg van opzet of grove schuld van tot diens bedrijfsleiding behorende leidinggevende werknemers is de netbeheerder evenwel nimmer gehouden tot vergoeding van 1) bedrijfsschade waaronder begrepen winst- of inkomstenderving en 2) indirecte of ge- volgschade waaronder begrepen immateri- ele schade en schade van derden (waarvoor afnemer de netbeheerder vrijwaart).
21.3 De netbeheerder is slechts aansprakelijk indien de afnemer de netbeheerder onver- wijld en deugdelijk schriftelijk in gebreke stelt, stellende daarbij een redelijke termijn ter zuivering van de tekortkoming, en de netbeheerder ook na die termijn toereken- baar in de nakoming van zijn verplichtingen tekort blijft schieten. De ingebrekestelling dient aangetekend dan wel bij deurwaar- dersexploot te geschieden en moet een zo gedetailleerd mogelijke omschrijving van de tekortkoming te bevatten, zodat de net- beheerder in staat is adequaat te reageren.
21.4 De aansprakelijkheid van de netbeheerder is in alle gevallen beperkt tot maximaal de jaarvergoeding van de door haar geleverde diensten in het jaar waarin zich het schade- veroorzakende feit zich voordoet.
21.5 Het in het eerste tot en met het vierde lid bepaalde wordt mede bedongen ten
behoeve van ieder ander elektriciteitsbedrijf waarmee de netbeheerder ten behoeve van de elektriciteitsvoorziening samenwerkt, alsmede ten behoeve van de werknemers, ondergeschikten of niet-ondergeschikte derden voor wie de netbeheerder of het andere elektriciteitsbedrijf aansprakelijk is. Onder ‘ander elektriciteitsbedrijf’ worden in ieder geval begrepen andere netbeheerders en elektriciteitsproducenten.
21.6 De afnemer is gehouden tot vergoeding van alle schade aan enige door de netbe- heerder in, aan, op, onder of boven het perceel aangebrachte voorziening, tenzij hij aantoont dat de schade hem dan wel de personen voor wie hij aansprakelijk is, niet valt toe te rekenen.
ARTIKEL 22 GESCHILLEN
22.1 Geschillen naar aanleiding van de aansluit- en transportovereenkomst, deze Algemene Voorwaarden, de op grond daarvan van toepassing zijnde voorschriften en regelin- gen of tot stand gekomen overeenkomsten, zullen worden voorgelegd aan de bevoegde rechter in Nederland of, mits beide partijen daarmede instemmen en met inachtneming van het bepaalde in lid 2, naar de regelen van het recht bij wijze van bindend advies worden beslecht door de Geschillencom- missie Energie (voor zakelijke afnemers) overeenkomstig het Reglement van deze commissie (www.degeschillencommissie. nl).
22.2 Alvorens zich tot de Geschillencommissie Energie te wenden, dient een partij zijn klacht eerst schriftelijk aan de wederpartij
voor te leggen. Dit dient te geschieden binnen 4 weken nadat het feit waarop de klacht is gestoeld zich heeft voorgedaan dan wel, indien het feit redelijkerwijs pas later geconstateerd kon worden, binnen 3 weken na constatering van het feit. Als de klacht niet binnen 6 weken na indiening tot tevredenheid van de klagende partij wordt afgewikkeld, kan ieder der partijen zich, overeenkomstig lid 1 en met inachtneming van de daartoe in het betreffende reglement gestelde termijnen schriftelijk tot de Geschil- lencommissie Energie wenden.
22.3 Voor de behandeling van een geschil door de Geschillencommissie Energie is een vergoeding verschuldigd.
22.4 Een afnemer die een geschil heeft met de netbeheerder over de wijze waarop de netbeheerder zijn taken en bevoegdheden op grond van de Elektriciteitswet 1998 uitoefent, dan wel aan zijn verplichtingen op grond van deze wet voldoet kan daarover op grond van artikel 51 van de Elektrici- teitswet 1998 een klacht indienen bij de Autoriteit Consument en Markt (ACM).
ARTIKEL 23 AFWIJKINGEN VAN DEZE ALGEMENE VOORWAARDEN
23.1 In bijzondere gevallen, zulks ter beoordeling van de netbeheerder, kunnen afwijkingen van deze Algemene Voorwaarden worden toegestaan. Deze afwijkingen zullen schrif- telijk worden vastgelegd.
23.2 Ingeval een of meer van de bepalingen van de aansluit- en transportovereenkomst of van deze Algemene Voorwaarden niet rechtsgeldig of niet uitvoerbaar blijken, blijven partijen gebonden voor het overge-
bleven gedeelte. Partijen zijn gehouden een niet geldige of niet uitvoerbare bepaling te vervangen door een bepaling die zo dicht mogelijk de bedoeling van partijen bij het opnemen van de oorspronkelijke bepaling benadert.
ARTIKEL 24 WIJZIGINGEN VAN DEZE ALGEMENE VOORWAARDEN ENTARIEVEN
24.1 Deze Algemene Voorwaarden en de op grond daarvan van toepassing zijnde voorschriften, regelingen en/of tarieven kunnen door de netbeheerder worden gewijzigd. Wijzigingen treden in werking 10 dagen na de dag waarop de wijzigingen zijn bekendgemaakt, tenzij in de bekendmaking een latere datum van in werking treden is vermeld. Wijzigingen van de tarieven treden eveneens werking 10 dagen na de dag waarop de wijzigingen zijn bekend gemaakt, tenzij in de bekendmaking een latere datum van in werking treden is vermeld. In afwijking van de genoemde termijn van aankondiging treden tarievenwijzigingen, welke worden vastge- steld op basis van een besluit van de ACM, in werking op dezelfde datum als die waarop dat besluit betrekking heeft. Bekendmaking vindt in
die gevallen plaats zonder in achtneming van de genoemde aankondigingstermijn.
24.2 Als bekendmaking geldt de mededeling, aan de afnemer en/of een kennisgeving geplaatst in één of meer dag- en weekbladen die in het
gebied waar Westland Infra netbeheerder is aan- gewezen verspreid worden, dat deze Algemene Voorwaarden en de op de grond daarvan van toepassing zijnde voorschriften, regelingen en/ of tarieven zijn gewijzigd.
24.3 Wijzigingen gelden ook ten aanzien van reeds bestaande aansluit- en transportovereenkom- sten.
ARTIKEL 25 SLOTBEPALINGEN
25.1 Deze Algemene Voorwaarden treden in werking op 1 oktober 2018. Met ingang van die datum vervallen de tot dan geldende voorwaarden.
25.2 Deze Algemene Voorwaarden kunnen wor- den aangehaald als: “Algemene Voorwaar- den Aansluiting en Transport Westland Infra
Elektriciteit 2018 voor afnemers > 3 × 80A
(grootverbruikers)”.
25.3 Deze Algemene Voorwaarden liggen bij de netbeheerder ter inzage en zijn aldaar op aanvraag kosteloos verkrijgbaar. Daarnaast zijn deze Algemene Voorwaarden te raadple- gen via de website xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx.
25.4 Deze Algemene Voorwaarden zijn gedepo- neerd bij de Kamer van Koophandel.
F6_01-10-2018