INHOUDSOPGAVE
0
Almelose Woningstichting “Beter Wonen” Gemeente Almelo
Huurdersadviesraad STJA
Stichting Huurdersplatform Beter Wonen Woningstichting “Sint Xxxxxx Almelo”
7 december 2017 (INT-61354)
Prestatieovereenkomst 2018 t/m 2022
INHOUDSOPGAVE
ARTIKEL 2| GEZAMENLIJKE DOELEN EN PRESTATIES 4
2.1 NIEUWBOUW VAN SOCIALE(EN COMMERCIËLE) HUURWONINGEN 5
2.2 LIBERALISATIE EN VERKOOP 5
2.3 HUISVESTING SPECIFIEKE DOELGROEPEN 6
2.4 BETAALBAARHEID EN BEREIKBAARHEID 6
2.6 LEEFBAARHEID EN MAATSCHAPPELIJK VASTGOED 8
2.7 KWALITEIT EN DUURZAAMHEID VAN DE WONINGVOORRAAD 9
Samenwerken aan de transformatie in het sociaal domein 13
Samenwerken rond huurschulden, huisuitzettingen en vroegsignalering 14
ARTIKEL 3| MONITOREN, EVALUEREN EN BIJSTUREN 16
Bijlage 1, De Woonvisie Almelo 2020 op hoofdlijnen: opgaven en doelen in schema samengevat Bijlage 2, HAR en SHBW
Bijlage 3, Financiele paragraaf Beter Wonen en St. Joseph Bijlage 4, Begrippenlijst.
VOORWOORD
Almelo wil een stad zijn waar het plezierig wonen en leven is, Almelo wil een stad zijn waarin de bewoner zich herkent. Dat is een uitdagende opgave, de Woonvisie is daartoe een belangrijke leidraad. Gelukkig hoeven we als gemeente die opgave niet alleen aan te gaan. Nadrukkelijk zoeken en vinden we de samenwerking met onze partners. Ook op het gebied van wonen is de overkoepelende visie van de gemeente, Het verschil maken, richtinggevend. Bewoners en organisaties krijgen meer verantwoordelijkheden, de gemeente heeft vooral de faciliterende en regisserende rol.
Sinds de introductie van de Woningwet in 2015 hebben gemeente, corporaties en huurdersorganisaties constructief samengewerkt bij het opstellen van de prestatieafspraken. Daarbij was de Woonvisie Almelo 2012-2020 het uitgangspunt. Van een activiteitenoverzicht per corporatie zijn we gegroeid naar een gezamenlijk gedragen programma waarbinnen elke partij zijn eigen taak heeft om het gemeenschappelijk geformuleerde doel te bereiken. Binnen de verschillende organisaties wordt ook veel aandacht besteed aan een goede monitoring van de voortgang van de afspraken. Op deze manier leveren we in afstemming een bijdrage aan een stad waar het plezierig wonen en leven is.
De prestatieafspraken zijn op dezelfde interactieve wijze tot stand gekomen als in voorgaande jaren. Hierin staat de prestatieafspraak voor het jaar 2018 en wordt een doorkijk geboden van de voornemens voor de periode 2019 t/m 2022.
De huurdersorganisaties van de Woningstichting Sint Xxxxxx en de Woningstichting Beter Wonen hebben in een brief hun voornemens uiteen gezet. De hoofdpunten zijn in de bijlage weergegeven. Afgelopen jaar waren Mijande Wonen en haar huurdersorganisatie ook medeondertekenaar van de prestatieafspraken. Met de overdracht, eind 2017, van haar woningen in Aadorp aan Beter Wonen spelen zij geen formele rol meer in deze prestatieafspraken.
De focus voor 2018 ligt op drie terreinen:
• Duurzaamheid en betaalbaarheid
Komend jaar zetten we actief en veelvuldig in op een dialoog over het toekomstig duurzaamheidsbeleid in Almelo. Het is de uitdaging ervoor zorg te dragen dat, ondanks investeringen in duurzaamheid, de woonlasten voor huurders betaalbaar blijven. We willen actief inzetten op het terugdringen van het energieverbruik en het slim hanteren van alternatieve energiebronnen. In 2018 wordt een aantal concrete maatregelen uitgevoerd.
• Wijkaanpak
Bij de aanpak van wijken (sociaal en fysieke ingrepen door gemeente of corporaties) wordt zoveel mogelijk samengewerkt tussen gemeente, corporaties en bewoners. Het Nieuwstraatkwartier is daarbij in 2018 een voorbeeldwijk. Corporaties stellen hun gebiedsvisies op voor de verschillende wijken. Daarin staat welke opgaven de corporaties voor de verschillende wijken zien en wat hun inzet zal zijn.
• Verbindingskracht
In 2018 gaan partijen intensiever samenwerken en beleid op elkaar afstemmen. Er zullen één of meerdere werkconferenties worden gehouden waarbij thema’s zoals hierboven benoemd maar ook de omvang van de sociale huurwoningenvoorraad en de huisvesting van bijzondere doelgroepen inhoudelijk worden besproken. De huurdersorganisaties van de corporaties worden hierbij betrokken.
1| PRESTATIEOVEREENKOMST
De ondergetekenden:
1. De gemeente Almelo, in deze vertegenwoordigd door de heer F.J. Xxxxxxxxxxx, wethouder Xxxxx, hierna te noemen "de gemeente";
2. De Almelose Woningstichting “Beter Wonen”, gevestigd te Almelo vertegenwoordigd door haar directeur/bestuurder, de heer P.R.A. v.d. Hout, hierna te noemen "Beter Wonen";
3. De Woningstichting “Sint Xxxxxx Almelo”, gevestigd te Almelo vertegenwoordigd door haar directeur/bestuurder, de heer J.C. Kamst, hierna te noemen "St. Xxxxxx";
4. De Huurdersadviesraad St. Xxxxxx, in deze vertegenwoordigd door de xxxx X. Xxxxxxx, voorzitter, hierna te noemen “HAR”;
5. De Stichting Huurdersplatform Beter Wonen, in deze vertegenwoordigd door de xxxx X. xxx xxx Xxxx, voorzitter, hierna te noemen “SHBW”.
overwegende dat,
• in de afgelopen jaren op de onderdelen Wonen en Stedelijke Vernieuwing c.a. tal van (prestatie)afspraken tussen genoemde partijen zijn gemaakt over de gezamenlijke uitvoering van uiteenlopende maatregelen;
• de Woonvisie Almelo 2020 in nauwe samenwerking tussen gemeente en corporaties is ontwikkeld;
• de Almelose corporaties voor het jaar 2018 een bod hebben gedaan op deze Woonvisie;
• de huurdersorganisaties HAR en SHBW op 21 juni 2017 schriftelijk de punten waarop hun aandacht zich in 2018 zal richten hebben toegestuurd aan het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Almelo;
• partijen eraan hechten om deze afspraken in meest ruime zin formeel vast te leggen en te bestendigen in een prestatieovereenkomst;
• daarmede tevens wordt bereikt, dat aansluiting plaatsvindt bij:
o landelijke ontwikkelingen/tendensen, zoals de nieuwe Woningwet 2015 en de prioriteitenbrief van de minister d.d. 1 juni 2015, om de samenwerking tussen partijen op deze wijze verder te verstevigen;
o de gezamenlijk geformuleerde doelstellingen van de, door de Raad op 3 juli 2012, vastgestelde Woonvisie Almelo 2020;
o de ondernemingsplannen van “Beter Wonen” en “St. Xxxxxx”.
komen het volgende overeen:
2| AFSPRAKEN
Artikel 1| Doel
Partijen beogen met het afsluiten van de prestatieafspraken voor 2018 uitvoering te geven aan de Woonvisie Almelo 2020, de overzichtelijkheid en de transparantie van de gemaakte afspraken te vergroten, waardoor deze beter kunnen worden bewaakt en zo nodig tijdig aan actuele ontwikkelingen kunnen worden aangepast. Daarnaast wordt een doorkijk gegeven naar het meerjarenbeleid voor 2019 t/m 2022.
Artikel 2| Gezamenlijke doelen en prestaties
De stedelijke doelstelling is een “Stad in Balans”, daarbij zijn drie veranderopgaven geformuleerd (zie ook bijlage 1): de woonconsument meer centraal, een duurzamere stad en meer sociaaleconomische balans. Vanuit de overtuiging dat deze veranderopgaven robuust bijdragen aan een ‘Stad in Balans’. De gezamenlijke doelen en prestatieafspraken zijn gebaseerd op de doelstellingen in de Woningwet2015 en de rijksdoelstellingen. De rijksdoelstellingen zijn verwoord in de prioriteitenbrief,
d.d. 1 juni 2015, en gelden voor de periode 2016 t/m 2019. Ook is er kennis genomen van het manifest “De bewoner centraal” van de Seniorenraad Almelo om meer woningen in Almelo geschikt te maken voor levensloopbestendig wonen.
Doelstellingen voor de prestatieafspraken
Woonvisie | Woningwet 2015 | Rijksdoelstellingen, HAR en SHBW |
1) Woonconsument centraal | Nieuwbouw Liberalisatie en verkoop Participatie | 1. Betaalbaarheid 2. Energiebesparing 3. Wonen met zorg 4. Huisvesting kwetsbare/urgente doelgroepen |
2) Duurzamere stad | Leefbaarheid en maatschappelijk vastgoed Kwaliteit en duurzaamheid van de woningen Wonen en zorg | |
3) Sociaal-economische balans | Leefbaarheid Huisvesting specifieke doelgroepen Betaalbaarheid en bereikbaarheid voor de doelgroep Wonen en zorg |
2.1 Nieuwbouw van sociale(en commerciële) huurwoningen
1. De netto uitbreiding van de totale woningvoorraad(huur en koop) is geactualiseerd en vastgesteld met de Twentse Woonafspraken per 1 januari 2017. Voor de periode 2017 t/m 2026 wordt de uitbreiding in de gemeente geraamd op een bandbreedte van 1.500 – 1.800 woningen. De toekomstige uitbreidingsvraag ligt hoofdzakelijk in de koopsector.
De corporaties zorgen voor voldoende beschikbare sociale huurwoningen. Uit onderzoek is gebleken dat er momenteel geen behoefte is aan toevoeging van sociale huurwoningen, anders dan reeds geplande vervanging zoals aangenomen in het woningbouwprogramma en FMP (financieel meerjaren planning) van de woningcorporaties. Nieuwbouw van sociale huurwoningen vindt alleen plaats wanneer dit vanwege vervanging of behoefte vanuit de doelgroepen noodzakelijk is. In principe zijn de corporaties de aangewezen partij voor het bouwen van nieuwe sociale huurwoningen tot de liberalisatiegrens. Indien andere partijen nieuwbouw willen realiseren in dit segment of anderszins aan dit segment willen toevoegen, neemt de gemeente contact op en informeert de corporaties vooraf.
2. In 2018 treft de gemeente de voorbereidingen voor het opstellen van een nieuwe Woonvisie.
3. Beter Wonen voegt in 2018 42 nultrede woningen toe met energielabel A (Woonkwadrant Fase II, Haven Zuid), met een huurprijs van gemiddeld € 592,55,-- (prijspeil 2017) bij oplevering. Ook worden vier studio’s opgeleverd, met een huurprijs onder € 414,02 (Woonkwadrant fase 1, prijspeil 2017). Daarnaast worden mogelijke vastgoedontwikkelingen verkend voor de locaties Bornerbroeksestraat, Oude Veemarktlocatie, Bavinkstraat, de Acaciaschool en nieuwbouw Schelfhorst/Telgenborgh. In 2018 realiseert St. Xxxxxx 8 grondgebonden multi-doelgroep woningen in de St. Josephbuurt. De huurprijs van deze woningen zal € 710,68 bedragen (prijspeil 2017).
2019 t/m 2022:
4. Beter Wonen heeft geen concrete plannen voor nieuwbouw, aankoop of sloop. Vanuit de verkenningen zoals aangegeven in 2.1.3 volgen mogelijk nadere voorstellen.
5. St. Xxxxxx zet in op het vervolg van de St. Josephbuurt en Rumerslanden. In de St. Xxxxxxxxxxx zullen voor rekening van een aannemende partij 52 koopwoningen worden gerealiseerd. Daarnaast bekijkt St. Xxxxxx hoe de nieuwbouwontwikkeling voor de Rumerslanden passend vormgegeven kan worden binnen het huidige tijdsgewricht. Het voorliggende plan voor deze locatie bestaat uit de realisatie van ongeveer 100 woningen, waarvan circa 70 koopwoningen en circa 30 sociale-huurwoningen.
1. Beter Wonen verkoopt tussen de 5-10 woningen van haar DAEB bezit per jaar. St. Xxxxxx verkoopt per jaar maximaal 10 woningen DAEB. In het niet-DAEB segment is geen limiet gesteld ten aanzien van het te verkopen aantal. Het verkoopaantal is afhankelijk van de vraag. Bij het bepalen van de verkoopvijver houden de corporaties rekening met de mogelijke effecten voor de woon- en leefomstandigheden in wijken en buurten. Verkoop levert financiële middelen op voor de kernactiviteiten van de corporaties.
2. Beter Wonen maakt geen gebruik van de mogelijkheid tot liberalisering van woonruimte. St. Xxxxxx maakt slechts in zeer bijzondere situaties gebruik van de liberalisatiemogelijkheden.
2.3 Huisvesting specifieke doelgroepen
1. Op grond van de halfjaarlijks aan de gemeente opgelegde wettelijke taakstelling (Huisvestingswet art. 60a en b), stellen de corporaties woningen beschikbaar voor het huisvesten van vergunninghouders/statushouders. De corporaties werken actief mee aan het realiseren van de taakstelling. De inzet van de corporaties heeft uitsluitend betrekking op de inzet van bestaande wooneenheden.
2. Periodiek vindt, op initiatief van de gemeente als regisseur, overleg plaats over afstemming van vraag en aanbod van huisvesting voor bijzondere doelgroepen. Jaarlijks worden afspraken gemaakt over aantallen, doelgroepen en begeleiding, uitvoeringsafspraken en afspraken over monitoring en escalatie. Aan de hand van de jaarlijkse afspraken worden, indien nodig, beleid en uitvoering bijgesteld. De gemeente brengt de vraag vanuit bijzondere doelgroepen in beeld.
In de bovengenoemde periodieke afstemming bespreken we in ieder geval de volgende punten:
• Monitoring projecten huurschulden en multiprobleemgezinnen;
• Knelpunten vraag en aanbod huisvesting bijzondere doelgroepen;
• Inzichtelijk maken van de behoefte aan woningen voor in ieder geval de volgende situaties:
o Al dan niet tijdelijke huisvesting voor niet zelfredzame personen;
o Mensen met GGZ-problematiek;
o Ex-gedetineerden;
• Onderzoek naar mogelijkheden woningen in deze situaties beschikbaar te krijgen. De gemeente en corporaties staan daarbij open voor experimenten met andere aanpakken, zoals Housing First.
2.4 Betaalbaarheid en bereikbaarheid
1. De gemeente continueert de mogelijkheid om een achtervangpositie in te nemen voor leningen die door de corporaties worden afgesloten met borgstelling van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Het college heeft besloten deze mogelijkheid voort te zetten tot en met 2020. De corporaties blijven hierdoor in staat om tegen gunstige condities leningen af te sluiten, wat zich uiteindelijk in positieve zin vertaalt in de huur die aan de huurder in rekening wordt gebracht.
2. De kernvoorraad van de corporaties dient voldoende te zijn voor de woningbehoefte van de huishoudens die zijn aangewezen op de sociale woningvoorraad. Uit onderzoek (ABF, RIGO, STEC, EIB) blijkt dat de huidige sociale huurvoorraad (10.539 woningen met huur tot
€ 710,68 en 379 woningen > € 710.68) niet hoeft te worden uitgebreid en op termijn kan worden verkleind. Partijen spreken af, mede vanwege onzekerheden zoals de effecten van
passend toewijzen, de marktsituatie nauwlettend te volgen. De gewenste omvang van de sociale voorraad, de beschikbaarheid en de bereikbaarheid zullen jaarlijks in een overleg (2.3.2) tussen gemeente en corporaties worden besproken.
3. Ook in 2018 zal de betaalbaarheid en beschikbaarheid voor de doelgroep centraal staan. Beter Wonen verbetert in de periode 2018-2022 ca. 885 (goedkope) huurwoningen, waarvan ca. 630 woningen niet gesloopt maar verbeterd worden (minimaal 2 energielabels). Deze woningen blijven beschikbaar in de categorie tot de 1e aftoppingsgrens. Ook zal Beter Wonen haar nieuwbouw realiseren in deze huurpijscategorie.
4. De corporaties volgen de gemiddelde huurverhoging conform het huurakkoord van Aedes en de Woonbond (inflatie + 1%). In verband met de verhuurbaarheid en het leegstandsrisico, wordt er geen gebruik gemaakt van de inkomensafhankelijke huurverhoging.
5. De corporaties werken in 2018 drie jaar met het nieuwe woonruimtebemiddelingssysteem. Zij verstrekken halfjaarlijks informatie op de website van het Woonburo, aan de gemeente en de huurdersorganisaties over wachttijden voor de verschillende doelgroepen. Tijdens de bespreking als bedoeld in 2.3.2. zal eens per jaar ook de Factsheet onderwerp van gesprek zijn.
2019 t/m 2022
6. Continueren huidige beleid.
1. De corporaties organiseren bewonersparticipatie op individueel, buurt-, wijk- en op organisatieniveau. De corporaties faciliteren training, scholing en advisering om te zorgen dat bewonersvertegenwoordiging een kritische speler is voor de corporaties. Er zullen ook andere vormen van participatie worden ingezet, zoals themagewijze aanpak.
2. De huurdersbelangenorganisaties van de corporaties, HAR en SHBW, zetten in op vergaande onderlinge samenwerking om zo hun krachten te bundelen.
3. In de wijken werken de corporaties met gebiedsvisies. Daarin zetten zij uiteen hoe zij tegen de wijk aankijken, wat zij als opgaven (fysiek, sociaal en/of economisch) zien. Ook maken zij duidelijk welke bijdrage zij kunnen en willen leveren aan de wijk in de komende periode. De gebiedsvisies gebruiken zij als instrument om de dialoog in de wijk aan te gaan. Deze visies worden gedeeld met gemeente en huurdersorganisaties. Hierbij komt ook het beheer van de wijk ter sprake, specifiek in die gebieden waar de corporaties door verkoop geen meerderheidsbelang in portiekflats meer hebben.
4. De corporaties zetten het beleid ten aanzien van de keuzemogelijkheden bij woningverbetering voort en breiden deze zo mogelijk uit.
Bij nieuwbouw en (groot)onderhoud betrekken corporaties de (toekomstige) bewoners bij de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van de werkzaamheden. Daarbij worden passende participatievormen op tijdelijke basis ingezet.
5. De corporaties overleggen periodiek met de VAC om haar visie op de woonproducten van de corporaties te vernemen. Ook worden nieuwbouw en/of renovatieplannen ter beoordeling voorgelegd aan de VAC.
2.6 Leefbaarheid en maatschappelijk vastgoed
1. Elke corporatie reserveert jaarlijks een budget voor leefbaarheid en veiligheid (waaronder ook personele inzet). Dat wordt door hen ingezet om de wijken waarin zij actief zijn op een voldoende niveau te houden. De activiteiten omvatten maatregelen en projecten die bijdragen aan:
a. de sociale samenhang en de ontmoetingsfunctie (bewonerscommissies en buurtactiviteiten).
b. veiligheid van de woning (hang- en sluitwerk, politiekeurmerk, sociaal beheerder).
c. een aantrekkelijke woonomgeving, met als motto: schoon, heel en veilig (wijk- schouwen en buurtbeheer).
d. het voorkomen en aanpakken van overlast (complex- en buurtbeheer, nieuwe kansbeleid, preventieve woonbegeleiding).
e. elke corporatie stelt in 2018 € 10.000,-- ter beschikking voor het project buurtbemiddeling. Door de inzet van buurtbemiddeling wordt het woongenot onder de huurders vergroot en daarmee de leefbaarheid.
Het totale normbudget op basis van de Woningwet bedraagt € 1.305.000,- voor 2018
(€ 126 x woningaantal). Het budget voor St. Xxxxxx is € 630.000,-- en voor Beter Wonen
€ 675.000,--. Een eventuele overschrijding van het normbudget is op basis van deze afspraken akkoord.
2. Beter Wonen ondersteunt in 2018 met € 15.000,-- het eigenaarschap van huurders die de leefbaarheid in hun wijk willen versterken. Bewoners die ideeën hebben en deze willen uitvoeren kunnen van Xxxxx Wonen ondersteuning krijgen. Dit kan in de vorm van geld, netwerk en kennis zijn.
3. De gemeente Almelo gaat werken met programmasturing. Met het programma Nieuwstraatkwartier willen we de leefbaarheid en veiligheid in de wijk verbeteren. Er wordt gekozen voor een integrale aanpak en een nadrukkelijk samenspel met bewoners, corporaties, ondernemers en maatschappelijke organisaties. In het laatste kwartaal van 2017 is een start gemaakt met het opstellen van het integrale programma Nieuwstraatkwartier dat een looptijd zal hebben van 5 à 10 jaar. In 2018 wordt het programma definitief gemaakt.
Voor de duur van het programma spreken we af dat de woningcorporaties:
• actief meedoen in het opstellen van het programma Nieuwstraatkwartier en zij hiervoor een aanspreekpunt doorgeven aan de programmamanager Nieuwstraatkwartier;
• en de gemeente tot een gezamenlijke programmaplanning komen;
• de plannen voor het Nieuwstraatkwartier vanaf 2018 inbrengen bij de opstelling van het programma Nieuwstraatkwartier.
4. Beter Wonen en St. Xxxxxx willen ten aanzien van het risico van dreigende segregatie, die het gevolg kan zijn van passend toewijzen, actief de ontwikkelingen volgen met de gemeente, collega-corporaties en huurdersbelangenorganisaties en komen zo nodig met voorstellen voor een aanpak.
5. De gemeente stelt een Integraal Groot Onderhoud en vervangingsprogramma (IGOP) op. IGOP is een plan waarmee jaarlijks een programma voor groot onderhoud in de openbare ruimte wordt uitgevoerd. IGOP kent een proces waarin integraal en projectmatig wordt gewerkt. Dit proces is beschreven in een plan van aanpak en heeft een doorlooptijd van 4 jaar. Dit houdt in dat bij het regisseren van het programma niet alleen rekening is gehouden met alle ‘interne’ fysieke beheerpunten in de openbare ruimte van de gemeente, maar ook die van andere zoals woningbouwcorporaties, Coteq Netbeheer en het Waterschap. Afwegingen van meerdere belangen worden meerjarig rekening mee gehouden. Het proces activeert tot participatie met zowel fysieke stadsontwikkelingen alsmede economische, veiligheid en sociaal maatschappelijke belangen vanuit de gemeenschap. Hierbij wordt aangesloten bij de gebiedsgerichte aanpak. De gemeente investeert/reserveert voor het Nieuwstraatkwartier ca. 1 mln. euro, voor Xxxxxxxxxxxx 0 mln. euro en start met planvorming voor Schelfhorst Zuidwest in het kader van IGOP2017 en 2018. Op de planning staan de Schoolstraat (Ossenkoppelerhoek) en Zeven Bosjes (Windmolenbroek). De gemeente gaat steeds meer op strategisch niveau programmeren. Uitgangspunt is een termijn van 12 jaar met 3 perioden van 4 jaar en betrekt de corporaties hierbij. De corporaties delen hun strategische plannen op het gebied van leefbaarheid, planmatig onderhoud, nieuwbouw en herstructurering. Het doel is om activiteiten en investeringen op elkaar af te stemmen.
6. De mogelijkheden voor corporaties om te investeren in maatschappelijk vastgoed zijn onder de Woningwet 2015 ingeperkt. De corporaties zien dit niet als haar kerntaak en zullen in principe geen activiteiten in dit segment ontwikkelen.
7. Zie 2.8 Wonen en Zorg: Samenwerken rond huurschulden, huisuitzettingen en vroegsignalering.
2019 t/m 2022
8. De gemeente onderzoekt voor de financiering van initiatieven vanuit de wijk op de langere termijn hoe beschikbare middelen in de gemeentelijke begroting beter verbonden kunnen worden aan initiatieven vanuit de wijk. De lessen van de pilot Nieuwstraatkwartier worden ingezet voor andere wijken en programma’s.
2.7 Kwaliteit en duurzaamheid van de woningvoorraad
We willen actief inzetten op het terugdringen van het energieverbruik en het slim hanteren van alternatieve energiebronnen. Tegelijkertijd is de uitdaging ervoor zorg te dragen dat, ondanks investeringen in duurzaamheid, de woonlasten voor huurders betaalbaar blijven. In 2018 wordt een aantal concrete maatregelen uitgevoerd. Daarnaast zal er veel overleg plaatsvinden over toekomstig beleid.
1. Beter Wonen en St. Xxxxxx stellen in 2018, in lijn met de Aedes Woonagenda 2017 – 2021, een zogenaamde routekaart naar CO2-neutraal woningbezit in 2050 op. De eerder geformuleerde ambitie (gemiddeld label B in 2021) en het thema aardgasloos zal hierbij worden meegenomen. Voor de energielabels E,F en G formuleren we de doelstelling dat in 2020 dit maximaal 10% van de woningvoorraad bevat. De huurdersorganisaties en de corporaties bespreken in 2018 de relatie tussen het uitvoeren van duurzaamheidsmaatregelen en de invloed hiervan op de woonlasten.
2. De corporaties gaan een energiebewustwordingscampagne uitwerken gericht op gedragsverandering van hun huurders. In eerste instantie door middel van experimenten. Hierna kan worden bekeken of een brede aanpak mogelijk is. Hierbij wordt actief ingezet op voorlichtingstrajecten en –activiteiten voor haar huurders om hun gedrag rondom duurzaamheid en passend verbruik van energiebronnen te stimuleren.
3. Gemeente en corporaties onderzoeken de mogelijkheden van wonen zonder aardgas in woonwijken.
Het Manifest “aan de slag met wonen zonder aardgas” is tijdens de Nationale Klimaattop in 2016 door bijna honderd partijen, zoals provincies, gemeenten, belangenorganisaties en bedrijven, ondertekend en is vervolgens aangeboden aan de regering. De raad heeft het college opgedragen dit te ondersteunen. Ondertekening van dit manifest is thans niet meer mogelijk. Wel kan besloten worden de uitgangpunten van het Manifest te onderschrijven en te volgen. Dit zal bij de beraadslagingen over de Agenda Duurzaam Almelo aan de orde komen.
4. Gemeente en corporaties kijken gezamenlijk welke subsidiemogelijkheden er zijn en welke benut kunnen worden. Corporaties kunnen ook gebruik maken van het energiefonds (leningen) bij verduurzamen woningvoorraad xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx.
5. De gemeente, corporaties en waterschap gaan met elkaar in gesprek over “Klimaat actieve stad”, in relatie tot de woningvoorraad van de corporaties en de openbare ruimte, om de mogelijkheden te inventariseren, kansen te benutten en initiatieven op elkaar af te stemmen. Met als doel bij te dragen aan een aantrekkelijke buurt/woonomgeving. De gemeente neemt het initiatief tot een gesprek.
6. De kwaliteitsslag in de bestaande voorraad concentreert zich in de voormalige herstructeringswijken. Het gaat hierbij om Nieuwstraatkwartier, Ossenkoppelerhoek, Westeres, Sluitersveld, Wierdensehoek en De Riet. Grootschalige sloop zoals de afgelopen jaren is uitgevoerd wordt voor de komende jaren niet voorzien.
7. Op dit onderwerp zet Beter Wonen zich in op de volgende punten:
• Beter Wonen verbetert in 2018-2022 ca. 885 goedkope huurwoningen waarvan 630 woningen die doorgeëxploiteerd worden. Deze woningen krijgen een verbetering van gemiddeld minimaal twee energielabels. Grootschalige sloop zoals eerder door Beter Wonen is uitgevoerd wordt voor de komende jaren niet voorzien. Vanwege het beschikbaar houden van goedkope huurwoningen, mede op verzoek van de huurdersorganisatie SHBW, heeft Beter Wonen haar voorraadbeleid gewijzigd.
• Beter Wonen brengt bij de nieuwbouw/transformatie Haven-Zuid (2018) en de Kloosterhofflat (2018) in de Binnenstad de woningen naar minimaal energielabel A. Hierbij is ook aandacht voor groene daken bij Oostgevel en Haven-Zuid.
• Beter Wonen is gestart met het saneren van asbesthoudende bergingsdaken. Dit wordt in 2018 voortgezet en uiterlijk in 2024 zijn alle 698 te saneren bergingsdaken gesaneerd. In 2017 zijn hiervan 278 daken gesaneerd en in 2018 zullen 104 daken volgen. Verder is in 2017 gewerkt aan een nieuw asbestbeleidsplan en een nieuwe inventarisatie naar de verdenkingen op asbest uitgevoerd.
• Beter Wonen zet in op kennisdelen over duurzaamheidsstrategieën voor haar vastgoed met corporaties in de regio. In dit verband en ingegeven vanuit haar duurzaamheidsvisie wordt gewerkt aan de haalbaarheid van meer zonnecollectoren op haar woningen cf. de Seringenstraat waar in 2017 zonnecollectoren geplaatst werden.
8. Op dit onderwerp zet Sint Joseph zich in op de volgende punten:
• St. Xxxxxx werkt een energiebewustwordingscampagne uit gericht op gedragsverandering van haar huurders. In het laatste kwartaal van 2017 is gestart met het plaatsen van slimme meters van Aurum. In 2018 en de jaren daarna wordt dit bij 500 huishoudens per jaar uitgerold. Aurum biedt bewoners mogelijkheden om “realtime” inzicht te hebben in energieverbruik, waardoor gedragsbeïnvloeding mogelijk is. In een eerder pilot wisten de deelnemende huurders in 2016 substantiële besparingen te realiseren.
• St. Xxxxxx neemt deel in de werkgroep Nul op de Meter (NoM)van stichting ‘Pioneering’. Eind 2017 of begin 2018 wordt duidelijk op welke wijze en in welke woningen St. Xxxxxx energiebesparende maatregelen in woningen treft. Dan wordt ook helder of het NoM project wordt voortgezet of dat de energiebesparende maatregelen volgens een ander model worden uitgevoerd.
• St. Xxxxxx reserveert ook in 2018 een bedrag van € 100.000,- voor het aanbrengen van LED-verlichting in de algemene ruimten van diverse complexen.
• St. Xxxxxx is in 2017 gestart met het saneren van asbestdaken. Dit wordt in 2018 voortgezet en uiterlijk 2024 zijn alle daken gesaneerd. Sint Xxxxxx heeft in 2017 een nieuw asbestbeleid opgesteld. Met het nieuwe asbestbeleid wordt de kennis en kunde van medewerkers door periodieke scholing geborgd. Daarnaast worden voor alle complexen met een bouwjaar van voor 1994 meterkastkaarten uitgerold, zodat bij mutatie en onderhoud bekend is wat de verdenkingen op het gebied van asbest zijn. De wijze van handelen door medewerkers wordt in het beleid vastgelegd.
• Bij de transformatie van verzorgingshuis “De Klokkenbelt” wordt fors geïnvesteerd in duurzaamheid en beperking van het totale energieverbruik. Er komt o.m. warmte terugwinapparatuur. Het huidige energielabel ligt tussen de E en G. De definitieve bepaling van het label vindt na afloop van de werkzaamheden plaats. Het streven is het label terug te brengen naar B.
9. Op dit onderwerp zet de gemeente zich in op de volgende punten:
• De gemeente stelt een Agenda Duurzaam Almelo op. Deze wordt afgestemd met het provinciale programma Nieuwe Energie Overijssel en de Twentse Energie Strategie. Hierbij worden belanghebbenden en belangenorganisaties betrokken.
• De gemeente ontwikkelt samen met 12 Twentse gemeenten de Twentse Energie Strategie. Het doel is het afstemmen van grootschalige projecten voor hernieuwbare energie binnen Twente. Hiervoor wordt een kansenkaart ontwikkeld.
• De gemeente neemt deel aan het regionale project Duurzaam Thuis Twente (DTT). Het energieloket van de gemeente, dat tot en met 2020 loopt, is in 2017 samengevoegd met DTT. Lokale wooncoaches worden ingezet om woningeigenaren gratis deskundig en onafhankelijk advies te geven over mogelijke (duurzame) maatregelen. De aandacht richt zich op: verhogen van wooncomfort, energiebesparing, energieopwekking, langer thuis wonen, beveiliging, onderhouden en verbouwen.
DTT neemt contact op met de corporaties om te onderzoeken of samenwerking met corporaties mogelijk is met betrekking tot het inzetten van wooncoaches ook voor huurwoningen.
• De gemeente onderzoekt of het woningabonnement gepromoot kan worden in Almelo. Het Woningabonnement is een initiatief gericht op het energetisch renoveren van bestaande voorraad van particuliere woningen.
• De gemeente heeft als hoofdopgave vastgesteld “Een binnenstad met herwonnen Identiteit”. Voor de binnenstad zijn duurzaamheidsambities vastgelegd voor de thema’s bodem, energie, water, openbare ruimte, gebouwen, mobiliteit, tijdelijkheid en beleving. Daar waar mogelijk worden de kansen opgepakt en uitgevoerd.
In 2017-2018 werkt de gemeente samen met haar partners werken aan een DNA analyse van de binnenstad en op basis daarvan een kansenkaart (waar en voor wie liggen er kansen in de binnenstad) en stadscafé’s en stadsateliers om partijen en initiatiefnemers met elkaar te verbinden.
• De gemeente heeft met het ministerie van Economische Zaken een RetailDeal getekend. Doel is de aanpak van de leegstand in de binnenstad. Hiervoor werkt de gemeente samen met de ondernemersvereniging CAA in de projecten “De Nieuwe winkelstraat” en “Stadsbeweging”.
• De gemeente past bij grootonderhoud van de openbare ruimte zoveel mogelijk de principes van circulaire economie toe en betrekt inwoners hier zo veel mogelijk bij.
• De gemeente ondersteunt de Stichting Duurzaam Almelo in oprichting en onderzoekt op welke wijze samengewerkt kan worden.
• De gemeente wil het realiseren van een groot zonnepark door externen ondersteunen/faciliteren. Naast opwekking van duurzame energie is het doel om ook huurders en woningeigenaren de mogelijkheid te geven om te participeren.
2019 t/m 2022
10. Bij nieuw te bouwen woningen onderzoeken de corporaties de inpassing van duurzame energieconcepten. Dit wordt opgenomen in de routekaart naar CO2-neutraal woningbezit in 2050.
11. De corporaties oriënteren zich op alternatieve energiebronnen die voordeel bieden aan de huurder. Dit wordt opgenomen in de routekaart naar CO2-neutraal woningbezit in 2050.
Samenwerken aan de transformatie in het sociaal domein
Onderdeel van de transformatie in het sociaal domein is de transformatie wonen en zorg. Ontwikkelingen als extramuralisering, langer zelfstandig wonen en uitstroom uit intramuraal wonen vragen om een adequaat antwoord voor huisvesting, begeleiding, zorg en welzijn voor kwetsbare mensen in de Almelose samenleving op buurtniveau.
1. Partijen streven naar een samenleving, waarin ook kwetsbare inwoners zelfstandig kunnen wonen en leven en kansrijk een plek hebben. De gemeente Almelo heeft in de 2e helft 2016 in beeld gebracht welke bijzondere doelgroepen er in Almelo zijn en wat de consequenties zijn voor de woningmarkt in Almelo. De corporaties en de gemeente maken – waar nodig samen met zorgaanbieders en andere partijen - afspraken over het zelfstandig laten wonen van deze kwetsbare groepen. Basis voor deze afspraken is inzicht in en afstemming over de huisvestingsbehoefte van de bijzondere groepen.
2. De gemeente Almelo staat innovatie voor in het sociaal domein (transformatie werk en zorg). Daarbij wordt onderzocht met welke interventies tot gewenste maatschappelijke ontwikkeling kan worden gekomen. De sociale economie heeft daarbij bijzondere aandacht, alsmede het kunnen laten deelnemen van inwoners aan de samenleving. De specifieke lokale context vraagt om het zoeken van innovatiemogelijkheden en het aangaan van experimenten. Uiteindelijk kan daardoor de stad sociaal meer in balans komen. De omstandigheden van inwoners van de stad in hun woonomgeving horen daar ook bij. Vanuit die overtuiging wil de gemeente met de corporaties in 2018, binnen de kaders van de Woningwet, komen tot nadere uitwerking van dit thema.
3. In 2018 werken gemeenten, corporaties en zorgaanbieders verder binnen de aanpak rondom multiproblem gezinnen en nemen de corporaties deel aan de Maatwerkclub (doorbraakmethode), om huishoudens waar expliciete interventie nodig is te helpen en waar mogelijk deze huishoudens te ondersteunen. De corporaties leveren hier in 2018 een bijdrage door vanuit bestaande personele capaciteit mee te denken aan het wegnemen van bestaande, ervaren belemmeringen om het voor een huurder mogelijk te maken regulier te wonen. Mogelijk leveren de corporaties ook een bijdrage in de vorm van de verhuur van woningen indien dat de oplossing is om een doorbraak te forceren in een specifieke casus.
Samenwerken rond huurschulden, huisuitzettingen en vroegsignalering
4. Corporaties blijven nauw samenwerken met andere partners om huurschulden in een vroeg stadium te signaleren en ze zo snel mogelijk aan te pakken.
5. Indien huisuitzettingen niet kunnen worden vermeden, wordt binnen de bestaande procedures contact opgenomen met de gemeente, zodat deze voor adequate opvang kan zorgen. Corporaties trachten huisuitzettingen wegens huurschuld bij gezinnen met kinderen tot 18 jaar te voorkomen.
6. De corporaties dragen actief bij aan het signaleren van problematiek achter de voordeur. Dergelijke signalen worden door de corporatie doorgegeven aan het sociale wijkteam of de gemeente, die het signaal onderzoekt en op basis daarvan adequate acties uitzet.
7. Gemeente en corporaties gaan met elkaar in gesprek over de ontwikkelingen op de Almelose woningmarkt rond huurschulden, bemoeizorg en de vroegsignalering van problemen. Ze maken desgewenst afspraken over de verdere aanpak van deze kwesties. Dit vindt plaats tijdens een integraal overleg, als bedoeld in artikel 2.3.2., met thema Sociaal Domein.
8. Om het aantal huisuitzettingen terug te dringen en doorstroom uit intramurale woonvormen te bevorderen, gaan de corporaties door met het bieden van een nieuwe kansbeleid aan bewoners om, zo nodig onder verplichte hulpverlening, aan een nieuwe toekomst te werken. Ook werken zij samen met het Meldpunt Huurschulden. Corporaties dragen niet financieel bij aan het Meldpunt Huurschulden.
9. Corporaties St. Xxxxxx en Beter Wonen leveren voor de uitstroom vanuit Beschermd Wonen in Almelo naar regulier wonen met begeleiding met voorrang zelfstandige woningen uit de bestaande woningvoorraad conform de regionaal afgesproken werkwijze (WoON/Cimot). De ervaringen worden met elkaar gedeeld.
Door uiteenlopende oorzaken wonen steeds meer personen bij elkaar in de buurt, die in een zwakke sociaal-economische positie verkeren. Sommigen van hen hebben begeleiding nodig maar krijgen of willen deze niet, het zijn zorgmijders of de zorgverlening verloopt niet adequaat. Dat kan tot problemen leiden voor zowel de betrokkene zelf als voor de omgeving. Er is inzicht en mogelijk extra aandacht nodig voor de druk die daardoor op bepaalde kwetsbare buurten ligt.
10. De gemeente onderzoekt of het formeren van wijkteams met diverse disciplines voor deze buurten (vergelijkbaar met wijkfunctionarissenoverleg) toegevoegde waarde biedt. Als de gemeente met wijkteams gaat werken, worden de corporaties gevraagd deel te nemen.
11. De partijen organiseren gezamenlijk Buurtbemiddeling, door de coördinator te financieren en deel te nemen aan de Stuurgroep. Partijen proberen Buurtbemiddeling in 2018 nog beter te laten bijdragen aan de gewenste sociale transformatie in de wijken.
12. Partijen maken in 2018 afspraken met zorgverlenende partijen over adequate begeleiding van huurders die – al dan niet tijdelijk – niet zelfredzaam zijn.
13. Waar nodig en wenselijk sluiten de afzonderlijke corporaties convenanten met zorgpartners en maatschappelijke organisaties over concrete samenwerkingsprojecten rondom woonvoorzieningen. Ook met zorgpartners maken zij desgewenst prestatieafspraken.
14. Partijen werken samen aan een zachte landing in de wijk van mensen met psychische problematiek. De leerervaringen uit het Platform31 experiment ‘Weer thuis in de wijk’ worden omgezet in lokaal beleid.
15. De oplevering van De Klokkenbelt is gepland in 2018. St. Xxxxxx is in het laatste kwartaal van 2017 gestart met de transformatie van verzorgingshuis ‘De Klokkenbelt’. Voor InteraktContour (zorgverlening en ondersteuning van mensen met niet aangeboren hersenletsel) wordt een woonvleugel van 90 naar 48 intramurale woonzorgappartementen(vaste appartementenkern) getransformeerd. Daarnaast worden voor InteraktContour 18 extramurale woonzorgappartementen voor meer zelfstandig wonen en algemene ruimten van ca. 800m2 gerealiseerd ten behoeve van de bewoners. St. Xxxxxx realiseert 18 zelfstandige huurappartementen (aanleunwoningen) in het bereikbare prijssegment. Zorgorganisatie ‘De Twentse Zorgcentra’ huurt 13 intramurale zorgappartementen. In het complex wordt verder een gezondheidscentrum gerealiseerd met 5 huisartsen, een prikpost, een apotheek en een maatschap van fysiotherapeuten. De oplevering is gepland in 2018.
16. Beter Wonen stelt een deel van haar bestaande, reguliere vastgoed beschikbaar voor intramurale zorg die geleverd wordt door De Twentse Zorgcentra en Aveleijn.
17. Gemeente en corporaties analyseren op welke wijze uitvoering gegeven kan worden aan het manifest van de Seniorenraad, “De bewoner centraal” met als doel levensloopbestendig wonen. Zodra we meer inzicht hebben in de opgave gaan we in gesprek met de Seniorenraad om met elkaar af te stemmen en te bespreken welke concrete stappen van belang zijn. Voor de gevraagde pilots in het manifest gebruiken we de ervaring van de projecten Klokkenbelt (STJA) en Castelloflat (BW)
18. De corporaties voeren in 2018 een onderzoek uit naar de wijze waarop het langer zelfstandig wonen van ouderen, zowel fysiek als sociaal, kan worden bevorderd en deelt de resultaten hiervan met de andere partijen.
2019 t/m 2022
19. St. Xxxxxx zal na de aanpassing van Buurstede, Theresiahof(Bornerbroek) en “De Klokkenbelt” de woningvoorraad verder optimaliseren voor geschiktheid voor de doelgroep. Levensloopbestendig wonen is daarbij een belangrijk thema. De WMO zal op collectieve voorzieningen om een cofinanciering worden gevraagd.
Artikel 3| Monitoren, evalueren en bijsturen
De onzekere, dynamische tijden waar we momenteel in verkeren maakt vooruit kijken en daar beleid en investeringen op bepalen ingewikkeld. Dat noodzaakt tot goed en frequent monitoren van de feitelijke ontwikkelingen.
1. Partijen komen periodiek bij elkaar voor afzonderlijke werkconferenties waarbij diverse actuele thema’s aan de orde komen, zoals xxxxxxxxx benoemd in artikel 2.3.2 en 2.4.5 van deze overeenkomst. De gemeente neemt hiertoe het initiatief.
2. Partijen informeren elkaar tijdig en zonder voorbehoud over ontwikkelingen die van wederzijds of gezamenlijk belang kunnen zijn.
3. Op basis van monitoring kunnen partijen gezamenlijk besluiten om de afspraken te herzien. In dat geval worden de herziene afspraken opnieuw door de partijen ondertekend.
4. Jaarlijks evalueren partijen de afspraken vóór 1 juli conform de Woningwet 2015. De uitkomsten dienen als input voor de te actualiseren prestatieafspraken.
Artikel 4| Werkingsduur
De prestatieovereenkomst treedt in werking op het moment van ondertekening door partijen en geldt voor het jaar 2018. In 2018 zullen nieuwe prestatieafspraken worden gemaakt, dan met een werkingsduur van twee jaar, 2019 en 2020. Aan het eind van 2019 vindt een evaluatie plaats met tevens een bijsturing/actualisatie van de afspraken voor 2020.
3| ONDERTEKENING
Aldus overeengekomen en ondertekend te Almelo op 7 december 2017.
BIJLAGEN
1. De Woonvisie Almelo 2020 op hoofdlijnen: opgaven en doelen in schema samengevat.
2. HAR en SHBW
3. Financiële paragraaf Beter Wonen en St. Xxxxxx
4. Begrippenlijst.
BIJLAGE 1, De Woonvisie Almelo 2020 op hoofdlijnen: opgaven en doelen in schema samengevat.
Stedelijke doelstelling | ||
Stad in balans | ||
Veranderopgaven | ||
Woonconsument centraal Almelo wil zich onderscheiden als dé stad waar de woonconsument zelf kan bepalen hoe hij wil wonen en ook de ruimte heeft om die gewenste woonsituatie vorm te geven. | Duurzamere stad Almelo wil zich onderscheiden als duurzame stad. Onder duurzaam verstaat Almelo niet alleen een schoon milieu maar ook een veilige, leefbare, toegankelijke en toekomstbestendige stad. | Betere sociaaleconomische balans Almelo streeft naar een betere sociaal economische balans dan nu het geval is, door perspectief te bieden aan de inwoners zelf en door het binden van midden- en hogere inkomens. |
Doelstellingen | ||
▪ Meer variatie in het woningaanbod (woonmilieus en woningen). ▪ Meer zelfbouw op uitleglocaties en meer invloed van de bewoner op de nieuwe woning: minimaal 10 tot 15% van de totale plancapaciteit in (collectief) particulier opdrachtgeverschap. ▪ Meer invloed van bewoners en waar mogelijk zelfbouw in herstructurering. ▪ Meer ruimte voor bewoners om bestaande woningen aan te passen. ▪ Bewoners meer betrekken bij gebiedsgerichte uitwerking. | ▪ Meer variatie in het woonaanbod: toevoegen binnenstedelijke en suburbane woonmilieus. ▪ Waar nodig bestaande woongebieden verbeteren (herstructurering): verdunning, verbetering leefomgeving en wijkeconomie. ▪ Een toegankelijke stad: per 1 januari 2015 woont ten minste 50% van de huishoudens in een vorm van een woonservicegebied. ▪ De CO2 uitstoot van Almelo is in 2020 met 20% verminderd door bewust energiegebruik in energiezuinige woningen: nieuwbouw is 100% energieneutraal en de bestaande woningvoorraad heeft gemiddeld energielabel B. ▪ Bijdragen aan de regionale woonopgaven. ▪ Werkwijze: integrale gebiedsgerichte benadering. | ▪ Woonbeleid richten op groepen met een kwetsbare positie op de woningmarkt. ▪ Binden van midden- en hoge inkomens: in 2020 kent Almelo minimaal hetzelfde aandeel midden en hoge inkomens als nu het geval is (63% heeft een inkomen boven dat van de primaire doelgroep). ▪ Investeren in zelfredzaamheid van kwetsbare groepen. ▪ Verbeteren perspectief (kwaliteit en betaalbaarheid) lage inkomens op de woningmarkt. ▪ Gecontroleerde groei naar circa 75.000 inwoners in 2020. Toevoegen 170 tot 225 woningen per jaar. Van het bruto programma 50 tot 60% binnenstedelijk. |
Borging uitvoering | ||
Het verschil maken Verantwoordelijkheden bij burgers en partners Gemeente regisseert en faciliteert |
BIJLAGE 2, HAR en SHBW
Huisvesting specifieke doelgroepen
HAR en SHBW stellen signalen die zij ontvangen aan de orde in het overleg met de corporaties
Betaalbaarheid en bereikbaarheid
In nauwe samenwerking met de corporaties concentreren SHBW en HAR zich in 2018 op:
• Problemen met betaalbaarheid signaleren en aan de orde stellen; bepleiten van mogelijkheden van huurbevriezing en –verlaging;
• Informeren van huurders over huur- en woonlastenbeleid, mogelijkheid huurtoeslag, kwijtscheldings- en armoedebeleid Gemeente;
• Ondersteuning Bewonerscommissies bij controle servicekosten, mogelijkheden tot besparing;
• Entameren woonlastenonderzoek, inzet budgetcoaches, aandacht voor bestedingsgedrag;
• Entameren dat corporaties een transparant rekeninstrument gebruiken waarmee huurders de betaalbaarheid voor hun woning kunnen bepalen;
• Entameren van verlaging WOZ waarde sociale huurwoningen.
Kwaliteit en duurzaamheid van de woningvoorraad
Samen met de corporaties geven SHBW en HAR aandacht aan de volgende punten bij het onderwerp energiebesparing:
• Aandringen bij corporaties om plan op te stellen met maatregelen tot 2020 om de doelstelling Energieconvenant te realiseren;
• Voorlichting aan huurders over optimaal gebruik van energiebesparende voorzieningen die besparen op woonlasten; voorlichtingsbijeenkomsten i.s.m. Woonbond Energieteam;
• Stimuleren van huurders om opleiding te volgen tot energiecoach voor steun aan medebewoners, buren;
• Ondersteunen van initiatieven van bewoners(commissies) tot energiebesparing op basis van initiatiefrecht, evt. tegen verhoging huur of individuele servicekosten;
• Entameren dat Gemeente Almelo bijdraagt in de kosten van energiebesparingsprogramma’s
t.b.v. huurders.
Wonen en zorg
SHBW en HAR schenken in 2018 aandacht aan:
• De samenwerking met ouderen- en cliëntenorganisaties, WMO-raad, behoeftes evalueren, knelpunten signaleren bij corporaties en gemeente (m.n. wijkvoorzieningen);
• Het delen van resultaten met Woonbond ter verspreiding elders;
• Het toezien op betaalbaarheid en leefbaarheid.
BIJLAGE 3: De Financiële paragraaf AWS Beter Wonen
Het bod in aantallen
In onderstaande tabellen wordt de inhoud van het bod van Beter Wonen, zoals hiervoor is verwoord, concreet gemaakt in meetbare grootheden zoals aantallen en percentages. Per onderdeel van het bod wordt de inhoud daarmee transparant en meetbaar gemaakt.
Activiteiten Beter Wonen in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens Beter Wonen | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Bod onderdelen c.f. woningwet | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Beschikbaarheid woningen en woonvoorzieningen in Almelo: | ||||||
Woningen (in VHE): | ||||||
- DAEB-segment | 6.104 | 6.094 | 6.084 | 6.074 | 6.064 | |
- Niet DAEB-segment | 96 | 95 | 95 | 94 | 94 | |
Maatschappelijk vastgoed (in VHE) | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | |
Overige verhuureenheden w.o. parkeerplaatsen e.d. | 809 | 809 | 809 | 809 | 809 | |
Te liberaliseren woningen | - | - | - | - | - | |
Verkoop van woningen uit DAEB-segment | 5 tot 10 | 5 tot 10 | 5 tot 10 | 5 tot 10 | 5 tot 10 | |
Nieuwbouw in DAEB-segment (in VHE) | 42 | - | - | - | - |
Activiteiten Beter Wonen in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens Beter Wonen | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Vervolg: Bod onderdelen c.f. woningwet | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Kwaliteit en duurzaamheid: - Nieuwe woningen met label A - Verbeteringen en energetische maatregelen in DAEB-segment (in VHE) | 42 311 | - 350 | - 79 | - 76 | - 69 | Betreft nieuwbouw Het gaat om woningverbeteringen in het kader van herziening levensduren van woningen (ingezet vanaf 2017). |
Aankoop van woningen | - | - | - | - | - | |
Betaalbaarheid en bereikbaarheid: Huurindexatie: inflatie + : | 1% | - | - | - | - | Is conform huurakkoord tussen Woonbond en Aedes en betreft de jaren 2017 t/m 2018 |
Specifieke doelgroepen en leefbaarheid: - Personele inzet | 5,3 fte | 5,3 fte | 5,3 fte | 5,3 fte | 5,3 fte |
Activiteiten Beter Wonen in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens Beter Wonen | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Aanvullend bod op onderdelen volgens prioriteitenbrief van de minister | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Realiseren energie zuinige sociale huurwoningenvoorraad | Zie onderdeel kwaliteit en duurzaam c.f. woningwet | |||||
Huisvesten urgente doelgroepen | Zie onderdeel specifieke doelgroepen c.f. woningwet | |||||
Realiseren wonen met zorg en ouderenhuisvesting voor langer zelfstandig wonen: - Toevoeging aantal woningen verhuurd met verbinding met zorgpartijen | 25 | 25 | 25 | 25 | 25 | Betreft nieuwbouw |
- Nieuwe 0-treden woningen | 42 | - | - | - | - |
Het bod uitgedrukt in geld
Inleiding
Het bod aan de gemeente Almelo is een afgeleide van de lange termijn strategie van Beter Wonen en de volkshuisvestelijke prioriteiten van de minister. De lange termijn strategie van Beter Wonen houdt naast de algemene interne en externe ontwikkelingen nadrukkelijk rekening met de lokale, regionale en landelijke ontwikkelingen op het gebied van de volkshuisvesting. Concretisering vindt plaats in een meerjaren programma van volkshuisvestelijke activiteiten welke is vertaald in de financiële meerjaren prognose van Beter Wonen. De financiële meerjaren prognose dient minimaal te voldoen aan door externe stakeholders (w.o. WSW, Autoriteit Woningcorporaties en financiers) opgelegde normen van financiële ratio’s. Met als doel de financierbaarheid van haar activiteiten voor de lange termijn te waarborgen heeft Beter Wonen beleidsmatig intern iets hogere normen vastgesteld met betrekking tot de financiële ratio’s. Op deze wijze is een vangnet gecreëerd waarmee latente doch lastig te beheersen risico’s (w.o. markt en politieke risico’s) opgevangen kunnen worden. Met andere woorden: de continuïteit van Beter Wonen wordt hierdoor voor de lange termijn gewaarborgd.
Totstandkoming van het bod aan de gemeente
Het bod aan de gemeente vloeit expliciet voort uit het meerjaren activiteitenprogramma van Beter Wonen voor de volkshuisvesting in Almelo, waarbij zoveel mogelijk rekening is gehouden met het volkshuisvestingsbeleid van de gemeente. Uiteraard voor zover passend binnen wet- en regelgeving (w.o. de per 1 juli 2015 ingegane herziene Woningwet) en binnen de eerder genoemde financiële kaders. Vanwege de inperkende werking van deze kaders is continue afweging van keuzes, prioritering en bijstelling van activiteiten voor Beter Wonen aan de orde. Desondanks is Beter Wonen erin geslaagd een concreet bod aan de gemeente te doen dat past binnen een solide en duurzaam financieel beleid van de corporatie in Almelo. Vanwege het feit dat het bod reeds voor 1 juli ingediend moet worden is het bod mede gebaseerd op de begroting 2017/FMP.
Uitgaven in het kader van het bod aan de gemeente (bedragen x €. 1000)
In de hierna gepresenteerde tabellen is de financiële vertaling van het bod aan de gemeente opgenomen. De (investerings-)uitgaven die Beter Wonen in dit kader gepland heeft voor de jaren 2018 en later betreft enerzijds investeringen in vastgoed en anderzijds uitgaven die onderdeel uitmaken van de jaarlijkse operationele (financiële) exploitatie van Beter Wonen. Beide soorten uitgaven maken integraal onderdeel uit van de begroting en financiële meerjaren prognose van Beter Wonen en vormen de input voor de jaarlijkse aanlevering van Prospectieve informatie (de zogenaamde dPi) aan externe toezichthouders (WSW en Autoriteit Woningcorporaties) en het Ministerie.
Opgemerkt wordt dat Beter Wonen zich voor de in 2018 geplande activiteiten en daarmee samenhangende uitgaven committeert tot uitvoering. Uiteraard voor zover dit bod aan de gemeente leidt tot wederkerige prestatieafspraken voor het jaar 2018. De gepresenteerde bedragen vanaf het jaar 2019 zijn vooralsnog gebaseerd op voornemens in het activiteitenprogramma voor de komende jaren. Jaarlijks dient nadere vaststelling plaats te vinden tussen partijen die betrokken zijn bij het maken van de prestatieafspraken. Voor de goede orde merken wij op dat de bedragen onder voorbehoud zijn van goedkeuring en vaststelling van de begroting 2018/FMP door de bestuurder en onze RVC later dit jaar.
Investeringsuitgaven
Activiteiten Beter Wonen in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens Beter Wonen | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Investeringen | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Nieuwbouw in DAEB-segment | 5.722 | - | - | - | - | |
Verbeteringen en energetische maatregelen in DAEB-segment | 5.445 | 6.249 | 1.429 | 1.367 | 1.458 | |
Totale investeringsuitgaven | 11.167 | 6.249 | 1.429 | 1.367 | 1.458 |
NB. De investeringen zijn onder voorbehoud goedkeuring bestuurder, Raad van Toezicht en het WSW.
Specifieke exploitatie-uitgaven
Activiteiten Beter Wonen in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens Beter Wonen | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Specifieke uitgaven | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Specifieke doelgroepen en Leefbaarheid | 675 | 675 | 675 | 675 | 675 | |
Totale specifieke exploitatie-uitgaven | 675 | 675 | 675 | 675 | 675 |
Het financiële dashboard (Beter Wonen totaal): de financiële kaders waar binnen het bod aan de gemeente past
Zoals eerder is vermeld voert Beter Wonen een solide en duurzaam financieel beleid. Dit met het doel de financierbaarheid van Beter Wonen veilig te stellen en daarmee impliciet haar continuïteit als onderneming voor de huurders te borgen. In dit verband is het voor Beter Wonen uitgangspunt te allen tijde te voldoen aan de door externe toezichthouders vastgestelde normen met betrekking tot vigerende financiële ratio’s. Met het doel een vangnet te creëren voor lastig te beheersen risico’s heeft Xxxxx Wonen hogere interne normen vastgesteld met betrekking tot genoemde financiële ratio’s. Het
realiseren van deze interne ratio’s behoort tot de set van kritische succesfactoren van Xxxxx Xxxxx.
In de onderstaande tabel is de geprognotiseerde ontwikkeling van de ratio’s voor de jaren 2018 tot en met 2022 weergegeven. Deze zijn gebaseerd op de begroting 2017 en afgezet tegenover de destijds vigerende normen. Derhalve zijn de ontwikkelingen vanuit recent beschikbaar gestelde beoordelingskaders van de Autoriteit Woningcorporaties niet meegenomen.
DAEB-tak
Nr. | Kengetal | Externe-norm | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
1 2 3 4 5 | ICR (WSW) DSCR (WSW) Solvabiliteit o.b.v. bedrijfswaarde (bank) Loan to value Bedrijfswaarde (WSW) Dekkingsratio (WSW) | ≥ 1,4 > 1 ≥ 25% < 75% < 50% | 1,52 1,66 39% 59% 48% | 1,63 1,72 41% 57% 47% | 2,04 1,69 42% 58% 47% | 2,11 1,72 43% 58% 47% | 2,21 1,84 45% 58% 47% |
Niet DAEB-tak
Nr. | Kengetal | Externe-norm | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
1 2 3 4 5 6 | ICR (Aw) DSCR (Aw) Solvabiliteit o.b.v. bedrijfswaarde (Aw) Loan to value Bedrijfswaarde (Aw) Dekkingsratio (Aw) Rendement (Aw) | ≥ 1,8 > 1 ≥ 40% < 75% < 70% Nog niet bekend | 2,0 1,0 63% 46% 39% 3,2% | 2,3 1,0 65% 44% 37% 3,5% | 2,5 1,0 67% 41% 35% 3,6% | 2,9 1,0 69% 38% 32% 4,0% | 2,1 1,2 71% 37% 30% 4,1% |
Beter Wonen Totaal
Nr. | Kengetal | Externe-norm | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
1 2 3 4 5 | ICR (WSW) DSCR (WSW) Solvabiliteit o.b.v. bedrijfswaarde (WSW, bank) Loan to value Bedrijfswaarde (WSW) Dekkingsratio (WSW) | ≥ 1,4 > 1 ≥ 25% < 75% < 50% | 1,56 1,58 43% 57% 47,2% | 1,68 1,63 45% 56% 45,9% | 2,08 1,60 46% 56% 45,1% | 2,18 1,61 47% 56% 44,4% | 2,20 1,74 48% 56% 43,6% |
Definitie van financiële ratio’s:
- Intrest Coverage Ratio: de mate waarin de operationele kasstroom de rentekosten dekt;
- Debt Service Coverage Ratio: de mate waarin de operationele kasstroom de rentekosten en aflossingen dekt;
- Solvabiliteit: de verhouding van het eigen vermogen tot het totale vermogen;
- Volkshuisvestelijke vermogen: het vermogen van de woningcorporatie op basis van een waardering, waaraan de veronderstelling van continuïteit in de maatschappelijke functie van de woningcorporatie ten grondslag ligt;
- Loan To Value: de hoogte van de leningen in verhouding tot de bedrijfswaarde van het vastgoed;
- Dekkingsratio: de verhouding tussen het schuldrestant van door WSW geborgde leningen en de onderpandwaarde van het bij WSW ingezet onderpand.
BIJLAGE 3: De Financiële paragraaf WST St. Xxxxxx Xxxxxx
Het bod in aantallen
In onderstaande tabellen wordt de inhoud van het bod van STJA, zoals hiervoor is verwoord, concreet gemaakt in meetbare grootheden zoals aantallen en percentages. Per onderdeel van het bod wordt de inhoud daarmee transparant en meetbaar gemaakt.
NB: de renovatie van het zorgcomplex De Klokkenbelt is vanwege de aard en omvang van de renovatie (samenvoeging van wooneenheden en realisatie gezondheidscentrum) overeenkomstig onze actuele meerjarenbegroting, in tegenstelling tot vorig jaar, verantwoord als ‘sloop en vervangende nieuwbouw’.
Activiteiten STJA in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens STJA | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Bod onderdelen c.f. woningwet | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Beschikbaarheid woningen en woonvoorzieningen in Almelo: | 2017 excl. 134 won. | |||||
Woningen (in VHE): | ||||||
- DAEB-segment | 4.904 | 4.904 | 4.904 | 4.904 | 4.894 | |
- Niet DAEB-segment | 201 | 191 | 181 | 171 | 161 | |
Maatschappelijk vastgoed (in VHE) | 7 | 7 | 7 | 7 | 7 | |
Overige verhuureenheden w.o. parkeerplaatsen e.d. | 1.334 | 1.334 | 1.334 | 1.334 | 1.334 | |
BOG | 76 | 76 | 76 | 76 | 76 | |
Te liberaliseren woningen | - | - | - | - | - | |
Verkoop van woningen uit DAEB-segment | max. 10 | max. 10 | max. 10 | max. 10 | max. 10 | |
Nieuwbouw in DAEB-segment (in VHE) | 87 | 10 | 10 | 10 | - | 2018 incl. 79 won. Klokkenbelt |
Activiteiten STJA in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens STJA | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Vervolg: Bod onderdelen c.f. woningwet | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Kwaliteit en duurzaamheid: - Nieuwe woningen met label A - Verbeteringen en energetische maatregelen in DAEB-segment (in VHE) | 87 | 10 | 10 | 10 | - | 2018 incl. 79 won. Xxxxxxxxxxx |
000 | 000 | - | - | - | Xxxxxxxx gereserveerd, projecten komende jaren nog nader te benoemen | |
Aankoop van woningen | - | - | - | - | - | |
Betaalbaarheid en bereikbaarheid: Huurindexatie: inflatie + : | max. 1% | max. 1% | max. 1% | max. 1% | max. 1% | STJA verhoogt inflatie + maximaal 1%. Bij de jaarlijkse huurverhoging wordt rekening gehouden met de regelgeving. Daarnaast wordt de huur afgetopt op huurcategoriegrens en op streefhuur. |
Specifieke doelgroepen en leefbaarheid: | ||||||
- Personele inzet | 3 fte, excl. indirecte personele inzet | 3 fte, excl. indirecte personele inzet | 3 fte, excl. indirecte personele inzet | 3 fte, excl. indirecte personele inzet | 3 fte, excl. indirecte personele inzet |
Activiteiten STJA in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens STJA | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Aanvullend bod op onderdelen volgens prioriteitenbrief van de minister | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Realiseren energie zuinige sociale huurwoningenvoorraad | Zie onderdeel kwaliteit en duurzaam c.f. woningwet | |||||
Huisvesten urgente doelgroepen | Zie onderdeel specifieke doelgroepen c.f. woningwet | |||||
Realiseren wonen met zorg en ouderenhuisvesting voor langer zelfstandig wonen: - Toevoeging aantal woningen verhuurd met verbinding met zorgpartijen - Nieuwe 0-treden woningen | 79 (De Klokkenbelt) - | - | - | - | - |
Het bod uitgedrukt in geld
Inleiding
Het bod aan de gemeente Almelo is een afgeleide van de lange termijn strategie van STJA en de volkshuisvestelijke prioriteiten van de minister. De lange termijn strategie van STJA houdt naast de algemene interne en externe ontwikkelingen nadrukkelijk rekening met de lokale, regionale en landelijke ontwikkelingen op het gebied van de volkshuisvesting. Concretisering vindt plaats in een meerjaren programma van volkshuisvestelijke activiteiten welke is vertaald in de financiële meerjaren prognose van STJA. De financiële meerjaren prognose dient minimaal te voldoen aan door externe stakeholders (w.o. WSW, Autoriteit Woningcorporaties en financiers) opgelegde normen van financiële ratio’s. Met als doel de financierbaarheid van haar activiteiten voor de lange termijn te waarborgen heeft STJA beleidsmatig intern iets hogere normen vastgesteld met betrekking tot de
solvabiliteit. Op deze wijze is een vangnet gecreëerd waarmee latente doch lastig te beheersen risico’s (w.o. markt en politieke risico’s) opgevangen
kunnen worden. Met andere woorden: de continuïteit van STJA wordt hierdoor voor de lange termijn gewaarborgd.
Totstandkoming van het bod aan de gemeente
In de afgelopen maanden heeft STJA voor de jaren 2017 en verder een actualisatie van het meerjaren activiteitenprogramma voor de volkshuisvesting in Almelo uitgevoerd. Het bod aan de gemeente vloeit daar expliciet uit voort waarbij zoveel mogelijk rekening is gehouden met het volkshuisvestingsbeleid van de gemeente. Uiteraard voor zover passend binnen wet- en regelgeving (w.o. de per 1 juli 2015 ingegane herziene Woningwet) en binnen de eerder genoemde financiële kaders. Vanwege de inperkende werking van deze kaders is continue afweging van keuzes, prioritering en bijstelling van activiteiten voor STJA aan de orde. Desondanks is STJA erin geslaagd een concreet bod aan de gemeente te doen dat past binnen een solide en duurzaam financieel beleid van de corporatie in Almelo. Vanwege het feit dat het bod reeds voor 1 juli ingediend moet worden is het bod mede gebaseerd op de begroting 2016/FMP.
Uitgaven in het kader van het bod aan de gemeente (bedragen x €. 1000)
In de hierna gepresenteerde tabellen is de financiële vertaling van het bod aan de gemeente opgenomen. De (investerings-)uitgaven die STJA in dit kader gepland heeft voor de jaren 2017 en later betreft enerzijds investeringen in vastgoed en anderzijds uitgaven die onderdeel uitmaken van de jaarlijkse operationele (financiële) exploitatie van STJA. Beide soorten uitgaven maken integraal onderdeel uit van de begroting en financiële meerjaren prognose van STJA en vormen de input voor de jaarlijkse aanlevering van Prospectieve informatie (de zogenaamde dPi) aan externe toezichthouders (WSW en Autoriteit Woningcorporaties) en het Ministerie.
Opgemerkt wordt dat STJA zich voor de in 2018 geplande activiteiten en daarmee samenhangende uitgaven committeert tot uitvoering. Uiteraard voor zover dit bod aan de gemeente leidt tot wederkerige prestatieafspraken voor het jaar 2018. De gepresenteerde bedragen vanaf het jaar 2019 zijn vooralsnog gebaseerd op voornemens in het activiteitenprogramma voor de komende jaren. Jaarlijks dient nadere vaststelling plaats te vinden tussen partijen die betrokken zijn bij het maken van de prestatieafspraken.
Voor de goede orde merken wij op dat de bedragen onder voorbehoud zijn van goedkeuring en vaststelling van de begroting 2018/FMP door de bestuurder en RvT later dit jaar. Wij verwachten de vaststelling en goedkeuring in november a.s. door de bestuurder en de RvT.
Activiteiten STJA in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens STJA | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Investeringen | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Nieuwbouw in DAEB-segment | 5.532 | 1.405 | 1.500 | 1.500 | - | Incl. Klokkenbelt |
Verbeteringen en energetische maatregelen in DAEB-segment, benoemd | 4.550 | 1.560 | - | - | - | |
Idem, onbenoemd | 485 | 1.455 | 1.455 | 1.455 | 1.455 | |
Verbeteringen en energetische maatregelen in niet-DAEB-segment, benoemd | 238 | 243 | - | - | - | T.b.v. Theresiahof B’broek |
Idem, onbenoemd | 15 | 45 | 45 | 45 | 45 | |
Totale investeringsuitgaven | 10.820 | 4.708 | 3.000 | 3.000 | 1.500 |
Investeringsuitgaven
NB. De investeringen zijn onder voorbehoud goedkeuring bestuurder, Raad van Toezicht en het WSW. Toelichting
De onbenoemde investeringen zijn betreffen in de meerjarenbegroting opgenomen bedragen voor nog nader te benoemen investeringen op het gebied van duurzaamheid. Nadere invulling zal plaatsvinden na vaststelling van het strategisch voorraadbeleid.
Specifieke exploitatie-uitgaven
Activiteiten STJA in ALMELO | Bijdrage aan volkshuis- vestings- beleid Almelo | Voorlopige voornemens STJA | Nadere toelichting/opmerkingen | |||
Specifieke uitgaven | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | |
Specifieke doelgroepen en Leefbaarheid | 630 | 630 | 630 | 630 | 630 | |
Totale specifieke exploitatie-uitgaven | 630 | 630 | 630 | 630 | 630 |
Het financiële dashboard (STJA totaal): de financiële kaders waar binnen het bod aan de gemeente past
Zoals eerder is vermeld voert STJA een solide en duurzaam financieel beleid voor de onderneming. Dit met het doel de financierbaarheid van STJA veilig te stellen en daarmee impliciet haar continuïteit als onderneming voor de huurders te borgen. In dit verband is het voor STJA uitgangspunt te allen tijde te voldoen aan de door externe toezichthouders vastgestelde normen met betrekking tot vigerende financiële ratio’s. Met het doel een vangnet te
creëren voor lastig te beheersen risico’s heeft STJA interne normen vastgesteld met betrekking tot genoemde financiële ratio’s. Het realiseren van deze
interne ratio’s behoort tot de set van kritische succesfactoren van STJA.
In onderstaande tabel is de geprognotiseerde ontwikkeling van de ratio’s voor de jaren 2018 tot en met 2022 weergegeven. Deze zijn gebaseerd op de concept begroting 2018 en afgezet tegenover de normen van WSW en Aw (steeds de strengste norm is vermeld). De loan-to-value en de dekkingsratio zijn t.o.v. vorig jaar verbeterd door omzetting van derivatencontracten in vastrentende leningen.
DAEB-tak
Nr. | Kengetal | externe norm | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
1 2 3 4 5 | ICR DSCR Solvabiliteit o.b.v. bedrijfswaarde Loan to value Bedrijfswaarde Dekkingsratio | ≥ 1,4 > 1 ≥ 20% < 75% < 50% | 1,8 1,2 32% 71% 38% | 2,0 1,3 33% 68% 35% | 2,0 1,4 34% 66% 33% | 2,2 1,4 36% 63% 31% | 1,9 1,2 37% 63% 30% |
Niet-DAEB-tak
Nr. | Kengetal | externe norm | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
1 2 3 4 5 | ICR DSCR Solvabiliteit o.b.v. bedrijfswaarde Loan to value Bedrijfswaarde Dekkingsratio | ≥ 1,8 > 1 ≥ 40% < 75% < 70% | 2,6 1,0 56% 49% 48% | 2,5 1,1 59% 48% 46% | 2,6 1,0 61% 46% 43% | 2,8 1,0 64% 44% 41% | 3,0 1,1 67% 43% 39% |
Totaal STJA
Nr. | Kengetal | externe norm | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
1 2 3 4 5 | ICR DSCR Solvabiliteit o.b.v. bedrijfswaarde (norm bank) Loan to value Bedrijfswaarde Dekkingsratio | ≥ 1,4 > 1 ≥ 25% < 75% < 50% | 1,9 1,2 38% 68% 39% | 2,1 1,3 39% 65% 36% | 2,1 1,3 41% 63% 34% | 2,3 1,3 43% 61% 32% | 2,0 1,2 44% 60% 30% |
Definitie van financiële ratio’s:
- Intrest Coverage Ratio: de mate waarin de operationele kasstroom de rentekosten dekt;
- Debt Service Coverage Ratio: de mate waarin de operationele kasstroom de rentekosten en aflossingen dekt;
- Solvabiliteit: de verhouding van het eigen vermogen tot het totale vermogen;
- Volkshuisvestelijke vermogen: het vermogen van de woningcorporatie op basis van een waardering, waaraan de veronderstelling van continuïteit in de maatschappelijke functie van de woningcorporatie ten grondslag ligt;
- Loan To Value: de hoogte van de leningen in verhouding tot de bedrijfswaarde van het vastgoed;
- Dekkingsratio: de verhouding tussen het schuldrestant van door WSW geborgde leningen en de onderpandwaarde van het bij WSW ingezet onderpand.
Toelichting op de ontwikkeling van de ratio’s;
- Uit het overzicht blijkt dat STJA voldoet aan de WSW-normen van de financiële ratio’s.
- De jaren na de afkoop zet STJA in op verlaging van de leningenportefeuille door het aflossen van leningen. Dit betekent dat investeringen in
beginsel “intern” gefinancierd zullen worden uit vrije kasstromen;
Samenvattende conclusie:
- Getoetst aan de externe normen van de financiële ratio’s kan geconcludeerd worden dat de continuïteit van STJA in principe gewaarborgd is;
- STJA wil haar operationele kasstromen inzetten voor versterking van haar financiële positie zodat een vangnet wordt gecreëerd om significante
xxxxxx’x op te kunnen vangen én om haar mogelijkheden voor externe financiering te verruimen.
BIJLAGE 4, Begrippenlijst
Bijzondere doelgroep
Tot de primaire doelgroep behoren ook woningzoekenden uit bijzondere doelgroepen. Het gaat hier om personen uit de doelgroep van beleid die om verschillende redenen onvoldoende in staat zijn om zelfstandig huisvesting te verkrijgen en/of te gaan wonen. De bijzondere doelgroepen krijgen (extra) hulp bij het verkrijgen van een zelfstandige woning. Dit zijn bijvoorbeeld mensen met een functiebeperking, maar ook woningzoekenden met een voorrangsverklaring, vluchtelingen met een verblijfsstatus, verslaafden, daklozen etc..
BTIV
Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting (BTIV) 2015. Het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting bevat nieuwe regels voor woningcorporaties. Deze werken de herzieningen in de woningwet verder uit.
DAEB
In de Diensten voor Algemeen en economisch Belang (DAEB-tak) brengt de woningcorporatie de woningen onder met een huurprijs tot aan de liberalisatiegrens (€ 710,68, prijspeil 1 januari 2018). Dit zijn de sociale huurwoningen. Voor deze woningen gelden de toewijzingsregels, zoals een inkomenstoets, een maximale huur en huurprijsstijging en de passendheidstoets. Ook haar maatschappelijk vastgoed brengt zij hier onder. Het vastgoed in de DAEB-tak is de kernvoorraad van de corporatie.
Niet-DAEB
Woningen met een aanvangshuur en huidige huur boven de liberalisatiegrens. Uitgangspunt van de Woningwet 2015 is, dat in principe de marktpartijen de niet-DAEB werkzaamheden oppakken. Dit betreft het ontwikkelen van huurwoningen in de vrije sector, koopwoningen en commercieel vastgoed.
EC-huishouden
Huishouden dat op grond van het inkomen in aanmerking komt voor een sociale huurwoning. De EC
– Europese Commissie – heeft in 2009 toewijzingsregels bepaald waaraan corporaties zich moeten houden. In 2015 en 2016 ging het om huishoudens met een inkomen tot € 35.739. Tijdelijk is de grens tot 2021 verhoogd naar € 39.874.
Levensloopbestendige woningen
'Levensloopbestendige woningen' is het overkoepelende begrip voor woningen die geschikt zijn of eenvoudig geschikt zijn te maken voor bewoning tot op hoge leeftijd, ook in geval van fysieke handicaps of chronische ziekten van bewoners. Levensloopbestendige woningen zijn er in verschillende gradaties en voor verschillende doelgroepen, bij nieuwbouw en verbouw. De enige formele regelgeving is opgenomen in het Bouwbesluit, dat sinds 1 juli 1997 vijf eisen bevat voor
levensloopbestendig bouwen: lage drempels, brede deuren, rolstoelbezoekbaar toilet, bredere galerijen en het reserveren van ruimte voor een lift bij 2 tot 4 verdiepingen (daarboven is de lift al verplicht). (Bron: Aedes-Actiz, kenniscentrum Wonen en Zorg, via xxxx://xxx.xxxx.xx).
Prijsgrenzen huur
Deze worden jaarlijks bepaald door het ministerie van BZK. Voor de periode van 01/01/2017 tot 01/01/2018 zijn de prijsgrenzen voor huurwoningen vastgesteld op:
Doelgroep | Huurprijs |
Maximale huurgrens jongeren < 23 jaar | huur tot € 414,02 |
Aftoppingsgrens 1+2 persoonshuishoudens | huur tot € 592,55 |
Aftoppingsgrens 3 en meerpersoonshuishoudens | huur tot € 635,05 |
Maximale huurprijsgrens vanaf 23 jaar | € 710,68 |
Primaire doelgroep van beleid
De primaire doelgroep is de groep van huishoudens met een belastbaar inkomen tot de grens waarop men in aanmerking kan komen voor huurtoeslag. Deze grens wordt jaarlijks bepaald door het ministerie van BZK en gepubliceerd in de zogenaamd MG-circulaire. Voor de periode van 01/01/2017 tot 01/01/2018 gelden de volgende maximum-inkomensgrenzen:
• Alleenstaanden tot 65 jaar: € 22.200, - (2010: € 21.450,-)
• Meerpersoons tot 65 jaar: € 30.1500, - (2010: € 29.125,-)
• Alleenstaanden vanaf 65 jaar: €22.200, - (2010: € 20.200,-)
• Meerpersoons vanaf 65 jaar: €30.175,- (2010: € 27.575,-)
Bron: Ministerie BZK - MG-circulaire over parameters huurtoeslag, inkomensgrenzen staatssteun, verkoopregels en inkomensafhankelijke huurverhoging en liberalisatiegrens per 2017
De Woningwet 2015 (BTIV) bepaalt dat huishoudens met een inkomen tot aan € 36.165 (2017) in aanmerking komen voor een sociale huurwoning. Op deze regel bestaan uitzonderingen.
Woningcorporaties moeten zorgen voor passende toewijzing. De doelgroep van beleid is de groep huishoudens met een inkomen tot die grens. Voor de goede orde: de doelgroep van beleid kan ook in een koopwoning zijn gehuisvest.
De belangrijkste doelgroep van woningcorporaties zijn huishoudens met een inkomen beneden de
€ 36.165 (prijspeil 2017). Woningcorporaties moeten jaarlijks ten minste 80% van de vrijkomende sociale huurwoningen aan deze groep huishoudens toewijzen.
Woningcorporaties mogen jaarlijks maximaal 10% van de woningen toewijzen aan huishoudens met een inkomen tussen € 36.165 en € 40.349 (prijspeil 2017).
De 10% vrij komende sociale huurwoningen die overblijft, mogen woningcorporaties vrij toewijzen. Daarbij moeten zij voorrang geven aan huishoudens die in de gemeentelijke huisvestingsverordening (als die er is) staan. Daarna moeten zij voorrang geven aan:
• Huishoudens die dringend woonruimte nodig hebben vanwege gezondheid, veiligheid, sociale factoren, overmacht of calamiteiten.
• Huishoudens die (met toestemming van de corporatie) woningen met elkaar ruilen.
• Medehuurders die (met toestemming van de corporatie) huurder worden.
Particulier opdrachtgeverschap
De rijksoverheid wil de zeggenschap van de burger vergroten en particulier opdrachtgeverschap is hier een instrument voor. Bij particulier opdrachtgeverschap is de burger zelf de opdrachtgever van de bouw van het eigen huis, dat wil zeggen dat de toekomstige bewoner zelf de bouwgrond verwerft, zelf bepaalt hoe met welke partijen (aannemer, architect) de woning wordt gerealiseerd. Particulier opdrachtgeverschap kan individueel of collectief met een groep toekomstige bewoners plaatsvinden.
Sociale huurwoningen
Een door een toegelaten instelling verhuurde woning. Sociale huurwoningen zijn woningen met een maximale huur van € 710,68 (prijspeil 2017). Het gaat hier om de kale huur. Dat wil zeggen: huur zonder servicekosten en kosten voor gas, water en licht.
VAC
Voorlichting en Adviescommissie voor de woningbouw.