Bestuursovereenkomst inzake de vestiging van een tijdelijke noodopvanglocatie aan het Mastspoor te Huizen
Bestuursovereenkomst inzake de vestiging van een tijdelijke noodopvanglocatie aan het Mastspoor te Huizen
Versie 1 oktober 2022
Bestuursovereenkomst inzake de tijdelijke vestiging van een opvanglocatie
Partijen
a. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers, gevestigd aan de Xxxxxxxxxx 0 xx Xxx Xxxx, hierbij vertegenwoordigd door bestuursvoorzitter COA, de xxxx xx. X. Xxxxxxxxxxx, hierna te noemen: ‘COA’
b. De gemeente Huizen, gevestigd aan Xxxxx Xxxxxxx 00, hierbij vertegenwoordigd door de burgemeester, de xxxx X. Xxxxxx, hierna te noemen: ‘het gemeentebestuur’
c. De Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek, hierbij vertegenwoordigd door de directeur brandweerzorg, de heer X.X. xxx xx Xxxx, hierna te noemen ‘de veiligheidsregio’.
Overwegende:
• dat het COA tot kerntaak heeft de opvang en begeleiding van vreemdelingen;
• dat het COA op dit moment niet in staat is om een opvanglocatie te bemensen en de Veiligheidsregio deze verantwoordelijkheid op zich neemt;
• dat het gemeentebestuur bereid is mee te werken aan de opvang van vreemdelingen in een opvanglocatie binnen de gemeente;
• dat het COA, de veiligheidsregio en het gemeentebestuur een optimaal functioneren van de opvanglocatie in de plaatselijke gemeenschap en in relatie tot de betrokken diensten en instellingen willen bewerkstelligen door het maken van afspraken en het treffen van de nodige voorzieningen;
• dat de bestuursovereenkomst onverlet laat dat het COA voor het gebruik van de opvanglocatie over de benodigde vergunningen moet beschikken en de gemeente Huizen deze ook verleent;
• dat het gemeentebestuur zich binnen haar publiekrechtelijke verantwoordelijkheden inspant voor een zorgvuldige en voortvarende vergunningverlening;
• dat het Faciliteitenbesluit Opvangcentra, d.d. 29 juli 1994 (Stb. 636) en de aanvullingen van 8 juni 1998 (Stb. 347) en 25 januari 2001 (Stb. 60) van toepassing zijn, alsmede eventuele toekomstige wijzigingen en aanvullingen;
• dat de directe verantwoordelijkheid voor het nemen van de noodzakelijke maatregelen op de beleidsterreinen Onderwijs, Gezondheidszorg en Openbare orde en veiligheid, behalve bij de gemeente, veiligheidsregio en het COA, bij meerdere partijen ligt;
• dat het uitgangspunt is dat de randvoorwaarden voor de te nemen maatregelen in verband met de opvang van vreemdelingen op de beleidsterreinen Onderwijs, Gezondheidszorg en Openbare Orde en veiligheid voldoende in bestaande wet- en regelgeving zijn vastgelegd.
• Dat het uitgangspunt is dat directe kosten van de tijdelijke noodopvang voor het gemeentebestuur kostenneutraal zal plaatsvinden.
Komen het volgende overeen:
Artikel 1 - Definities
In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
a) Vreemdeling: de persoon die in de opvanglocatie van het COA wordt opgevangen, zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers. Het betreft hier asielzoekers die tenminste 18 jaar oud zijn, geen verblijfstatus hebben en niet uit de ‘zogenaamde’ veilige landen komen;
b) Capaciteitsplaatsen: plaatsen in een opvanglocatie beschikbaar voor de opvang van vreemdelingen, zoals bedoeld in artikel 1.b van het Faciliteitenbesluit;
c) Opvanglocatie: een opvangvoorziening waarin door of onder verantwoordelijkheid van het COA opvang wordt geboden aan vreemdelingen. Hieronder vallen een Opvangcentrum of een Noodopvang.
d) Datum van ingebruikname: de datum waarop de eerste vreemdeling gebruik maakt van de opvanglocatie;
e) Datum van beëindiging: de datum waarop de noodopvang wordt beëindigd, in dit geval 15 april 2023;
f) Faciliteitenbesluit: het Faciliteitenbesluit Opvangcentra d.d. 29 juli 1994 (Stb. 636).
Artikel 2 - Opvanglocatie
1. Het gemeentebestuur stemt in met het gebruik van
de opvanglocatie, te weten een schip, aan het Mastspoor, te Huizen door het COA (Bijlage C) en geeft een nader te specificeren deel van de kade in gebruik als verblijfsgebied voor de bewoners;
2. De gemeente is juridisch eigenaar van het water en de kades van en rondom het Mastspoor;
3. Het COA is verantwoordelijk voor het realiseren van de opvanglocatie en stelt hiertoe een hotelschip en hospitality crew ter beschikking.
4. Het COA belegt de verantwoordelijkheid van het locatiemanagement en begeleiding op de opvanglocatie van de asielzoekers bij de veiligheidsregio.
5. De veiligheidsregio is verantwoordelijk voor de fysieke en sociale veiligheid in de opvanglocatie en draagt zorg voor voldoende menswaardige omstandigheden en voorzieningen op de opvanglocatie.
6. De veiligheidsregio is daarnaast verantwoordelijk voor het schoon en veilig houden van de directe omgeving van de opvanglocatie; dit laat de bevoegdheid tot het optreden op het vlak van openbare orde en veiligheid van de gemeente en andere overheidsinstellingen onverlet.
Artikel 3 – Aantal vreemdelingen en capaciteitsplaatsen
1. In de opvanglocatie worden maximaal 190 vreemdelingen opgevangen.
2. In de opvanglocatie worden maximaal 190 capaciteitsplaatsen gerealiseerd.
3. Het COA spant zich in voor een evenwichtige samenstelling van de vreemdelingen voor wat betreft herkomst, geslacht, leeftijd en gezinssituatie, Afgesproken is dat het hier asielzoekers betreft die tenminste 18 jaar oud zijn, geen verblijfstatus hebben en niet uit de ‘zogenaamde’ veilige landen komen; Instroom is daarbij bepalend.
4. Op verzoek van het gemeentebestuur verstrekt het COA het gemeentebestuur informatie over het aantal en over de in het vorige lid bedoelde samenstelling van de vreemdelingen dat in de gevraagde periode in de opvanglocatie verblijft.
Artikel 4 - Duur van de overeenkomst
1. De bestuursovereenkomst wordt aangegaan tot en met uiterlijk 15 april 2023 en vangt aan op de datum van ingebruikname.
Op het moment dat de eerste vreemdeling gebruik maakt van de opvanglocatie wordt deze datum vastgelegd in de “Verklaring datum ingebruikname opvanglocatie”, zoals weergegeven in bijlage A en zal aan deze overeenkomst worden toegevoegd.
2. De overeenkomst eindigt van rechtswege na het verstrijken van de in lid 1 genoemde periode. Zonder de mogelijkheid van verlenging.
3. De gemeente kan per aangetekende brief besluiten tot tussentijdse opzegging van de overeenkomst na 3 maanden en 4,5 maand na ingebruikname. Indien de gemeente overgaat tot tussentijdse opzegging geldt een opzegtermijn van tenminste 3 weken.
Artikel 5 – Kostenvergoeding
1. Het COA vergoedt alle kosten die de gemeente maakt met betrekking tot de realisatie en de exploitatie van het schip, inclusief de 24/7 beveiliging op het schip. Tevens vergoedt het COA alle kosten met betrekking tot het gebruik van het Opvangcentrum die vallen buiten de reguliere taken van de gemeente. Hieronder wordt bijvoorbeeld verstaan:
- Inzet van beveiligers in de wijk;
- Inrichting van het buitenterrein tbv de bewoners;
- Extra inzet van de vrijwilligerscentrale;
- Inzet van buurtsportcoachorganisatie.
Dit alles ongeacht de aanspraak op verstrekking van de uitkering als bedoeld in het Faciliteitenbesluit.
2. Het COA mag, zover toereikend, gebruik maken van de stroom- en watervoorzieningen van de gemeente. Dit is voor rekening en risico van het COA. Gebruik maken van een aggregaat op de kade is niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de gemeente.
Artikel 6 - Uitkeringen Faciliteitenbesluit
De aanspraak op verstrekking van de uitkering als bedoeld in artikel 5 van het Faciliteitenbesluit vangt aan op de datum van ingebruikname.
Artikel 7 – Schade
1. Van elke beschadiging en onregelmatigheid tijdens en ten gevolge van het gebruik van de opvanglocatie, dient door de veiligheidsregio direct mededeling te worden gedaan aan de gemeente. Schade veroorzaakt door schuld of nalatigheid van de veiligheidsregio als ook schade die optreedt ten gevolge van het gebruik van de opvanglocatie door derden zal aan de gemeente volledig en onverwijld worden vergoed.
2. Het COA vrijwaart de gemeente voor alle aanspraken tot schadevergoeding van derden terzake van het gebruik van de opvanglocatie door COA of derden.
3. Ook de kosten die mogelijkerwijs worden gemaakt met betrekking tot het in goede staat achterlaten van het gebied rondom de opvanglocatie worden door het COA vergoed.
4. COA vrijwaart de gemeente voorts voor alle aansprakelijkheid door of als gevolg van het gebruik ontstane bodem- en/of waterverontreiniging.
Artikel 8 – Oplevering van het gebied
Het gebied (water en kade) wordt ter beschikking gesteld door de gemeente in de staat waarin zich dit bij aanvang van het gebruik van de opvanglocatie bevindt en wordt door en op kosten van COA in dezelfde staat, met medeneming van de roerende zaken en eventueel aangebracht onroerende zaken, in goede staat weer opgeleverd.
Artikel 9 – Publieke gezondheid en gezondheidszorg
1. De verantwoordelijkheid voor het onderkennen en bestrijden van besmettelijke ziekten in het opvangcentrum en de overige preventieve gezondheidstaken ten behoeve van de bewoners, heeft het COA contractueel belegd bij de GGD- GHOR Nederland. Dit laat de verantwoordelijkheid van de gemeenten krachtens de Wet Publieke gezondheid te dien aanzien onverlet.
2. Voor de noodzakelijke medische zorg is geregeld in de GZA: Gezondheidszorg Asielzoekers. Het COA heeft hiervoor eigen contracten afgesloten. Dit is geen verantwoordelijkheid van gemeente of veiligheidsregio. Het COA borgt dat partijen hun verantwoordelijkheden op gezondheidsgebied kunnen waarmaken.
3. De screening en registratie van de vreemdelingen op gezondheidsaspecten zoals bedoeld in het eerste lid gebeurt door het COA zoveel mogelijk voorafgaand aan de plaatsing in de opvanglocatie in de aanmeldcentra. Voor zover screening en registratie niet vooraf hebben plaatsgevonden verzorgt het COA deze alsnog in de opvanglocatie.
4. Het COA handelt conform het coronaprotocol dat is opgesteld door GGD, COA en GZA. Het betreft onder andere afspraken over testen, vaccineren en bron- en contactonderzoek. Deze afspraken worden verwoord in bijlage B.
Artikel 10 – Openbare orde en veiligheid
1. In de situatie dat zich ernstige ongeregeldheden op het terrein van de openbare orde en veiligheid voordoen die verband houden met de aanwezige opvanglocatie, treedt de burgemeester in overleg met een bestuurder van het COA om gezamenlijk te bezien of een oplossing kan worden bereikt.
2. Het overleg als bedoeld in het vorige lid laat de toepassing van de autonome bevoegdheden van de burgemeester op basis van de gemeentewet onverlet.
3. Het gemeentebestuur heeft reeds een contract voor de inzet van beveiligers bij de opvang van Oekraïense vluchtelingen en breidt dit uit. Binnen dit contract zal er extra gesurveilleerd worden in het havengebied (Havenstraat, IJsselmeerstraat en begrensd door de Bestevaer). Deze extra inzet wordt gecontinueerd zolang als nodig is en wordt elke 2 weken geëvalueerd.
Artikel 11 - Calamiteitenplan
De veiligheidsregio stelt, na overleg hierover te hebben gepleegd met de gemeente, een calamiteitenplan vast dat voor de opvanglocatie zal gelden en waarmee wordt beoogd in voorkomende gevallen de hulpverleningsorganisaties adequaat te kunnen doen handelen. In het plan wordt ook een mogelijke opvanglocatie bij ontruiming opgenomen. Het plan zal door de veiligheidsregio in de daartoe bestemde gevallen worden gehanteerd.
Artikel 12 - Aanvullende werkafspraken
In aanvulling op de bijlagen A en B kunnen het gemeentebestuur, de veiligheidsregio en het COA, rekening houdend met elkaars bevoegdheden en verantwoordelijkheden, nadere werkafspraken maken. Deze worden vastgelegd in een separaat document
‘Aanvullende Werkafspraken’. Het betreft hier eventuele aanvullingen en uitwerkingen op de in de toelichting Bestuursovereenkomst genoemde informatie. Dit kunnen afspraken zijn op het terrein van de organisatie van en diensten op de opvanglocatie.
Deze afspraken kunnen in een overleg tussen partijen worden gewijzigd en aangevuld. De gemeente zal hiertoe – desgewenst - op de datum van ingebruikname van de opvanglocatie een brief met concreet geformuleerde afspraken toesturen.
Artikel 13 - Overige bepalingen
1. Bijlagen A (Verklaring datum ingebruikname opvanglocatie) en B (Toelichting Bestuursovereenkomst) behoren bij en geven een nadere toelichting en/of uitwerking van deze bestuursovereenkomst.
2. Indien de bestaande wet- en regelgeving op de beleidsterreinen Onderwijs, Gezondheidszorg en Openbare orde en veiligheid niet afdoende blijkt te zijn en hierdoor een knelpunt op dat onderdeel ontstaat, dan zullen het COA en het gemeentebestuur zich gezamenlijk inspannen dit knelpunt aan te kaarten bij het verantwoordelijke Ministerie.
3. In geval van een wijziging van wet- of regelgeving die gevolgen heeft voor deze overeenkomst, treden partijen met elkaar in overleg over hoe deze gevolgen het beste kunnen worden opgevangen.
4. Wijzigingen van deze overeenkomst zullen, na overeenstemming hierover tussen partijen, schriftelijk worden vastgelegd en als addendum aan deze overeenkomst worden gehecht.
5. In situaties waarin deze overeenkomst niet voorziet of in geval van geschillen, de uitleg en/of de uitvoering ervan, zullen partijen een maximale inspanning verrichten om deze geschillen in onderling overleg op te lossen.
Aldus overeengekomen, in tweevoud opgemaakt en ondertekend.
Huizen Den Haag
Gemeente Huizen Centraal Orgaan opvang asielzoekers
X. Xxxxxx xx. X. Xxxxxxxxxxx
burgemeester bestuursvoorzitter COA Hilversum
Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek
X.X. xxx xxx Xxxx Directeur brandweerzorg
BIJLAGEN:
Bijlage A: Voorbeeld: Verklaring datum ingebruikname opvanglocatie; Bijlage B: Toelichting Bestuursovereenkomst.
Bijlage C: Kaart locatie noodopvang
Bijlage A Verklaring datum ingebruikname opvanglocatie
(wordt door het COA verzonden zodra de opvanglocatie voor bewoning in gebruik is genomen)
College van burgemeester en wethouders van de gemeente [ naam ] Ten aanzien van de Burgemeester, [ naam ]
Postbus [ Postbus Nummer ]
Postcode
[ datum ]
[ kenmerk ]
Onderwerp: Verklaring datum ingebruikname opvanglocatie [ plaats opvanglocatie ]
Geacht College,
Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) wil het college bedanken voor alle gezamenlijke inspanningen om te komen tot het realiseren van een opvanglocatie in [naam gemeente]. Samen met u geven we invulling aan een maatschappelijk vraagstuk; het bieden van opvang en begeleiding aan asielzoekers in Nederland.
Met deze verklaring willen wij u informeren dat de opvanglocatie [plaats opvanglocatie] op [datum en jaar] voor de opvang en begeleiding van asielzoekers in gebruik wordt genomen. Dit is overeenkomstig artikel 4 van de bestuursovereenkomst.
Wij vertrouwen op een goede samenwerking met uw gemeente, met omwonenden en andere betrokken organisaties. Mocht u vragen hebben over de verklaring of over de opvanglocatie dan kunt u contact opnemen met [naam regiomanager / locatiemanager en e-mailadres].
Met vriendelijke groet, Den Haag,
Centraal Orgaan opvang asielzoekers
X. xxx xxx Xxxx
Manager Vastgoed en Facilitair
Bijlage B Toelichting Bestuursovereenkomst
I - Doel Bestuursovereenkomst
Inleiding
Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) zorgt er voor – op grond van de Wet COA - dat vreemdelingen in een kwetsbare positie in een veilige en leefbare omgeving professioneel worden opgevangen en begeleid in een opvanglocatie. Het COA opent pas een opvanglocatie nadat de gemeente daarmee heeft ingestemd. In de bestuursovereenkomst staan afspraken tussen de gemeente en het COA over de vestiging en ingebruikname van een opvanglocatie.
Het COA dient over de benodigde vergunningen te beschikken voordat een opvanglocatie in gebruik wordt genomen. De gemeente is door het ondertekenen van de bestuursovereenkomst niet gebonden deze vergunningen te verlenen, maar partijen komen overeen dat de gemeente zich zal inspannen voor een zorgvuldige en voortvarende vergunningverlening.
Het doel van de bestuursovereenkomst is:
1.1 Afspraken vastleggen over de vestiging van een opvanglocatie in de gemeente.
1.2 Inzichtelijk maken van elkaars wettelijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden op de beleidsterreinen Onderwijs, Gezondheidszorg en Openbare orde en veiligheid, in relatie tot de opvanglocatie.
1.1 Afspraken vastleggen over de vestiging van een opvanglocatie
In de bestuursovereenkomst zijn afspraken opgenomen die nodig zijn voor het in gebruik nemen van de opvanglocatie. Daarbij valt te denken aan afspraken over welke locatie, of het een Opvangcentrum of Noodopvang betreft, het aantal bewoners, duur en welke wettelijke financiële uitkeringen beschikbaar worden gesteld (Faciliteitenbesluit).
Meer informatie over de praktische en financiële aspecten die de komst van een opvanglocatie met zich mee brengen, zoals communicatie, veiligheid, leefbaarheid, terugkeer en vertrek, bedrijfsvoering van het COA en ook over de uitkeringen en berekensystematiek van het Faciliteitenbesluit staan op de website van het COA xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxx-xxx-xx-xxxxxxxx
De gemeente heeft met het document ‘Aanvullende Werkafspraken’ de mogelijkheid om met het COA aanvullende werkafspraken te maken. Het betreft eventuele
aanvullingen en uitwerkingen op de in deze overeenkomst genoemde informatie. Dit gebeurt onder erkenning van elkaars bevoegdheden en verantwoordelijkheden.
Aantal vreemdelingen en capaciteitsplaatsen
Voor het COA is het van belang om de bezetting in een opvanglocatie optimaal te kunnen gebruiken. Daarom worden in de Bestuursovereenkomst zowel het aantal vreemdelingen als het aantal capaciteitsplaatsen benoemd. Om het maximum aantal vreemdelingen te kunnen onderbrengen in de opvanglocatie, is het noodzakelijk om meer capaciteitsplaatsen beschikbaar te hebben. Zo kan het voorkomen dat een gezin bestaande uit vier personen in een wooneenheid met capaciteit voor vijf personen wordt geplaatst. De vijfde capaciteitsplaats blijft daardoor vacant. Daarom zijn meer capaciteitsplaatsen nodig dan het maximum aantal op te vangen vreemdelingen. Niet elke capaciteitsplaats zal in de praktijk bezet worden.
Voor het COA is de instroom leidend bij het plaatsen van vreemdelingen in opvanglocaties. Het COA maakt geen onderscheid naar nationaliteit, leeftijd, religie, seksuele geaardheid, achtergrond, etc.
Faciliteitenbesluit
Indien in een gemeente een opvangcentrum is gevestigd heeft de gemeente recht op uitkeringen volgens het Faciliteitenbesluit. Aan de gemeente wordt jaarlijks door het COA een uitkering verstrekt op basis van het aantal door asielzoekers permanent te bezetten capaciteitsplaatsen verminderd met het aantal op 1 januari van het uitkeringsjaar in de basisregistratie personen ingeschreven bewoners van het opvangcentrum.
Het Faciliteitenbesluit maakt voor de bekostiging onderscheid tussen artikel 3 en 4 (Opvangcentrum) en artikel 5 (Noodopvang). Onder Opvangcentrum vallen verschillende typen locaties1 zoals azc (asielzoekerscentrum), col (Centrale Ontvangstlocatie), pol (Procesopvanglocatie), HTL (Handhaving en Toezichtlocatie) en GL (Gezinslocatie).
Onder Noodopvang vallen Noodopvang en Aanvullende Opvang (AVO).
De soort opvanglocatie (Opvangcentrum of Noodopvang) wordt vastgelegd in artikel 2, tweede lid van de Bestuursovereenkomst.
1.2 Onderwijs, Gezondheidszorg en Openbare orde en veiligheid
Op bovengenoemde beleidsterreinen ligt de directe verantwoordelijkheid bij meerdere partijen. Dit is belangrijk om te constateren en te realiseren voor de komst van de opvanglocatie. Uitgangspunt is dat de voor de opvang van vreemdelingen benodigde voorzieningen en de te nemen maatregelen afdoende zijn geregeld in de bestaande wet- en regelgeving. Indien de regelgeving op een bepaald onderdeel niet afdoende blijkt te zijn en hierdoor een knelpunt kan ontstaan, dan kunnen het COA en de gemeente zich gezamenlijk inspannen dit aan te kaarten bij het verantwoordelijke Ministerie.
Onderwijs
In de Nederlandse leerplichtwet is opgenomen dat alle kinderen in de leerplichtige leeftijd naar school moeten. De gemeente is verantwoordelijk voor de huisvesting en inrichting van de onderwijsvoorzieningen en handhaving van de leerplicht. De leerplicht geldt dus ook voor kinderen in de opvanglocatie. Vanaf het moment dat deze kinderen staan ingeschreven in de BRP heeft de gemeente de wettelijke taak de leerplicht van deze kinderen te handhaven.
Op grond van artikel 5a van het Faciliteitenbesluit kan de gemeente aanspraak maken op een uitkering verstrekt door het COA voor huisvesting van het basisonderwijs voor kinderen van de opvanglocatie.
Meer informatie over het organiseren van onderwijs aan asielzoekerskinderen staat op xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxxx-xxxxxxxx.
Gezondheidszorg
Net als iedereen kunnen asielzoekers naar de huisarts, een verloskundige of het ziekenhuis. COA-medewerkers informeren asielzoekers over de Nederlandse gezondheidszorg en begeleiden minder zelfredzame bewoners bij hun gang naar de zorg. Op elk azc houdt een huisarts spreekuur. Met vragen over hun gezondheid kunnen de bewoners van een azc 24/7 bellen met een medisch contactcentrum.
1. De verantwoordelijkheid voor het onderkennen en bestrijden van besmettelijke ziekten in het Opvangcentrum en de overige publieke gezondheidszorgtaken ten behoeve van de bewoners, heeft het COA contractueel belegd bij GGD GHOR Nederland. Dit laat de verantwoordelijkheid van de gemeente krachtens de Wet Publieke gezondheid te dien aanzien onverlet.
2. De verantwoordelijkheid van het eerste- en tweedelijns zorgaanbod heeft het COA contractueel belegd bij RMA healthcare die de Regeling Medische Zorg Asielzoekers (RIVIA) uitvoert.
Afspraken t.a.v. uitvoering taken Publieke Gezondheidszorg Asielzoekers en overige WPG-taken GGD
1. Het COA volgt de LCHV-richtlijnen en generieke maatregelen corona op (1,5m, handen wassen, luchten/ventileren, testen). Dit houdt in dat:
a. Faciliteiten worden ingericht met voldoende ruimte en zo dat zij voldoen aan hygiënerichtlijnen;
b. De GGD adviseert inzake THZ / infectiepreventie; COA volgt de adviezen op.;
c. Mechanische ventilatie/luchtverversing aanwezig is.
Meer informatie over gezondheidszorg staat op xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxx-xxxx- aan-asielzoekers en xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxxxx-xxx-xxxxxxxx-xxxx
Jeugdhulp
Sinds 1 januari 2019 zijn gemeenten verantwoordelijk voor de jeugdhulp aan kinderen die in een opvanglocatie wonen en aan alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv). Gemeenten krijgen hiervoor een vergoeding op basis van het aantal kinderen in de Opvanglocatie.
Meer informatie over jeugdhulp staat op de website van de VNG xxxxx://xxx.xx/xxxxxxxxx/xxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
Openbare orde en veiligheid
De burgemeester is op grond van de Gemeentewet verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid in de gemeente. De burgemeester, de officier van justitie en de teamchef maken op grond van artikel 13 van de Politiewet in het driehoeksoverleg afspraken over de inzet van politie in de gemeente.
Het handhaven van de veiligheid binnen de opvanglocatie valt onder de verantwoordelijkheid van het COA. Indien incidenten binnen de opvanglocaties gevolgen kunnen hebben voor de openbare orde wordt door het COA in eerste instantie de politie geïnformeerd en indien nodig de burgemeester.
Om opvanglocaties veilig en leefbaar te houden, heeft het COA huisregels die asielzoekers in alle azc's moeten naleven. Laten zij hun medebewoners of COA- medewerkers niet in hun waarde of overtreden ze op een andere manier de huisregels? Dan treft het COA maatregelen. Strafbare feiten meldt het COA altijd bij de politie.
Samen met de partners uit de bestuursrecht- en strafrechtketen treft het COA maatregelen tegen overlastgevers.
Uitgebreide informatie over veiligheid op een opvangcentrum staat op: xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxxxx-xx-xxxx-xxxx en xxxxx://xxx.xxx.xx/xx/xxxxxxxx-xx- maatrege