DEELOVEREENKOMST MAATWERKVOORZIENING WMO 2015
DEELOVEREENKOMST MAATWERKVOORZIENING WMO 2015
tussen
Gemeente Borsele Gemeente Goes Gemeente Kapelle
Gemeente Noord-Beveland Gemeente Reimerswaal Gemeente Schouwen-Duiveland Gemeente Tholen
Gemeente Veere (“Gemeente”)
en
[Aanbieder] (“Aanbieder”)
Versie 16
Versie: Concept 0.3/TR
Datum: 26 februari 2024
De ondergetekenden, partijen bij deze overeenkomst: Gemeente Borsele
Adres: : Stenevate 10
Postcode/plaats: : 0000 XX Xxxxxxxxxxxx
KvK-nummer : 20164138
Gemeente Goes
Adres: : X.X.xx Xxxxxxxxxxx 0
Postcode/plaats: : 0000 XX Xxxx
KvK-nummer : 20164585
Gemeente Kapelle
Adres: : Xxxxxxxxx 0
Postcode/plaats: : 0000 XX Xxxxxxx
KvK-nummer : 51309971
Gemeente Noord-Beveland
Adres: : Xxxxxxxxxx 00
Postcode/plaats: : 0000 XX Xxxxxxxxxxx
KvK-nummer : 20164935
Gemeente Reimerswaal
Adres: : Xxxx Xxxxx 0
Postcode/plaats: : 0000 XX Xxxxxxxxxx
KvK-nummer : 51143313
Gemeente Schouwen-Duiveland
Adres: : Xxxx xxx Xx. Xxxxxxx 0
Xxxxxxxx/xxxxxx: : 0000 XX Xxxxxxxxx
KvK-nummer : 20170062
Gemeente Tholen
Adres: : Hof van Tholen 2
Postcode/plaats: : 0000 XX Xxxxxx
KvK-nummer : 20166109
Gemeente Veere
Adres: : Traverse 1
Postcode/plaats: : 0000 XX Xxxxxxx
KvK-nummer : 20165936
voor deze Deelovereenkomst rechtsgeldig vertegenwoordigd door
Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio (‘SWVO’) Adres: : Xxxxxxxxxxxx 00 X
Postcode/plaats: : 0000 XX Xxxx
KvK-nummer : 51259583
Verder te noemen Gemeente, en
[Aanbieder]
Correspondentieadres : [adres] Postcode/plaats : [pc/plaats]
KvK-nummer : [kvk nummer] Verder te noemen Xxxxxxxxx,
Tezamen te noemen: Partijen. Partijen overwegen het volgende:
- de Gemeente wijzigde op 29 januari 2024 de Basisovereenkomst van 30 november 2015, stelde deze voor ondertekening open voor Aanbieders en de Aanbieder heeft deze ondertekend.
- De Basisovereenkomst stelt een communicatie-, overleg- en besluitvormingsstructuur vast tussen Partijen, bepaalt aan welke algemene voorwaarden Aanbieders moeten voldoen om daaraan deel te mogen nemen en bepaalt aan welke algemene voorwaarden Aanbieders moeten voldoen om de in deze Deelovereenkomst geregelde maatwerkvoorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (‘Wmo 2015’) (huishoudelijke ondersteuning en begeleiding) te mogen leveren.
- De invulling van de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 moet voldoen aan de door Partijen onderschreven visie waarbij participatie en zelfredzaamheid het doel zijn, eigen kracht van cliënten en hun omgeving het vertrekpunt zijn, mogelijkheden van cliënten centraal staan, Partijen vraaggericht en resultaatgericht werken in plaats van claim- en aanbodgericht, Partijen oog hebben voor de totale context en niet alleen voor individuen daarbinnen, Partijen streven naar ontschotting en vermindering van administratieve lasten en waarbij Partijen een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben en daarom gezamenlijk uitvoering geven aan maatregelen die de kostenstijging binnen de levering van de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 beperken en de uitgaven voor de levering van deze maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 beheersbaar maken op zowel korte als lange termijn.
- De invulling van de toegang door de Gemeente tot de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 voldoet aan de door Partijen onderschreven visie genoemd hiervoor.
- De toegang zorgt ervoor dat de cliënt en zijn of haar ondersteuningsbehoeften centraal staan in de organisatie van het gemeentelijk sociaal domein. De toegang voert daartoe het stappenplan uit zoals verwoord door de Centrale Raad van Beroep (CRvB 21-3-
2018, ECLI:NL:CRVB:2018:819 (met annotatie van C.W.C.A. Bruggeman)) en de gemeentelijke verordening.
- Partijen willen hun afspraken over de levering van de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 voor huishoudelijke ondersteuning en begeleiding vastleggen in deze Deelovereenkomst.
Partijen komen het volgende overeen:
Inhoudsopgave
Artikel 2: Voorwerp van de Deelovereenkomst 7
Artikel 3: Onderdeel van de Deelovereenkomst 8
Artikel 4: Duur van de Deelovereenkomst 8
Artikel 5: Opzegging van de Deelovereenkomst (algemeen) 8
Artikel 6: Ontbinding van de Deelovereenkomst 9
Artikel 8: Eisen aan de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 10
Artikel 10: Gebiedsgericht werken 11
Artikel 13: Aansprakelijkheid 11
Artikel 14: Geen dienstbetrekking 12
Artikel 15: Hoofd- en onderaanneming 12
Artikel 18: Gedeeltelijke nietigheid 13
Artikel 19: Evalueren en wijzigingen 13
Xxxxxxx 0: Maatwerkvoorziening Wmo 2015 15
1. Xxxxx xxx xxxxxxxxxxx van individuele opdrachten aan Aanbieders voor de levering van de maatwerkvoorziening Wmo 2015 15
2. Wijze van leveren van de maatwerkvoorziening Wmo 2015 en eisen daaraan 16
3. Wijze van monitoren, van de maatwerkvoorziening Wmo 2015 18
4. Xxxxx xxx xxxxxxxxxx, declareren administreren en verantwoorden, van de Maatwerkvoorziening Wmo 2015 19
4.3 Social Return On Investment 20
6. Sterfhuisconstructie Deelovereenkomst versie 15 21
Bijlage 3: Protocol eenzijdige beëindiging Maatschappelijke Ondersteuning 39
Bijlage 4: Spoedprocedure voor inzet Maatwerkvoorziening Wmo 2015 40
Bijlage 6: Administratieprotocol 45
Bijlage 7: Aangesloten Aanbieders 46
Artikel 1: Begrippen
Gedefinieerde begrippen hebben in enkelvoud en meervoud overeenkomstige betekenis. De begrippen zoals vastgelegd in artikel 1.1.1 Wmo 2015, artikel 1.1 Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, artikel 1 Uitvoeringsregeling Wmo 2015, de Basisovereenkomst van 29 januari 2024 en de Gemeentelijke verordeningen, nadere en beleidsregels zijn onverkort van toepassing. Op de Deelovereenkomst zijn verder de volgende begrippen van toepassing:
1) Bouwstenen: (beschrijving van) de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 waar deze Deelovereenkomst op ziet (bijlage 2).
2) Casusoverleg: Multidisciplinair overleg over de ondersteuningsvraag van een cliënt.
3) Gespreksverslag: schriftelijke weergave van de uitkomsten van het onderzoek uitgevoerd door de toegang (artikel 2.3.2, achtste lid, Wmo 2015).
4) Ondersteuningsplan: een plan dat de Aanbieder in samenspraak met de cliënt opstelt, met daarin de wijze waarop hij uitvoering geeft aan de maatwerkvoorziening Wmo 2015. In dit ondersteuningsplan werkt de Aanbieder uit hoe hij op basis van de beschikking die cliënt van de Gemeente kreeg de maatwerkvoorziening Wmo 2015 aan die cliënt verleent.
5) Toegang: de organisatie van mensen en middelen die het stappenplan van de Centrale Raad van Beroep (CRvB 21-3-2018, ECLI:NL:CRVB:2018:819 (met annotatie van C.W.C.A. Bruggeman)) en de gemeentelijke verordening uitvoeren.
Artikel 2: Voorwerp van de Deelovereenkomst
Lid 1.
Aanbieder is verplicht om in opdracht van de Gemeente de volgende bouwstenen als maatwerkvoorziening Wmo 2015 te verlenen volgens de voorwaarden in deze Deelovereenkomst aan de cliënten die hem zijn toegewezen:
Bouwsteen | Code | Oosterschelderegio Ja/Nee | Gemeente Veere Ja/Nee |
Huishoudelijke Ondersteuning | 01A06 | ||
Begeleiding regulier | 02A16 | ||
Begeleiding specialistisch | 02A19 | ||
Begeleid Leven | 02A21 | (NB. Alleen gemeente Schouwen- Duiveland) | N.v.t. |
Dagbesteding regulier | 07A03 | ||
Dagbesteding specialistisch | 07A04 | ||
Kortdurend verblijf | 04A06 | ||
Vervoer dagbesteding regulier | 08A03 | N.v.t. | (NB. Altijd als ook Dagbesteding of Dagbesteding specialistisch) |
Vervoer rolstoel dagbesteding | 08A04 | N.v.t. | NB. Altijd als ook Dagbesteding of Dagbesteding specialistisch) |
De bouwstenen zijn uitgewerkt in bijlage 2.
Lid 2.
Als de Aanbieder in aanmerking wil komen voor het leveren van andere bouwstenen, naast de bouwstenen zoals hiervoor aangegeven, dan dient de Aanbieder daartoe een verzoek in bij de Gemeente. Voor behandeling van het wijzigingsverzoek geldt hetgeen gesteld in artikel 7. Als de Gemeente de wijziging aanvaardt, dan zal de Gemeente de Deelovereenkomst aanpassen.
Artikel 3: Onderdeel van de Deelovereenkomst
Lid 1.
De bijlagen bij deze Deelovereenkomst maken integraal onderdeel uit van de Deelovereenkomst.
Lid 2.
Op deze Deelovereenkomst zijn de meest recente model algemene inkoopvoorwaarden van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (maart 2018)1 van toepassing, voor zover de Deelovereenkomst daarvan niet afwijkt. Niet van toepassing zijn de artikelen 8, 16.3, 19, 20, 21 en 23.3. De Aanbieder verklaart deze algemene inkoopvoorwaarden te hebben ontvangen en akkoord bevonden.
Lid 3.
Op de Deelovereenkomst zijn de algemene leveringsvoorwaarden van de Aanbieder niet van toepassing.
Artikel 4: Duur van de Deelovereenkomst
De Deelovereenkomst wordt aangegaan voor bepaalde duur en loopt tot 1 januari 2034. Mocht er aanleiding toe zijn dan kan de Deelovereenkomst worden aangepast volgens de bepalingen hierover in de Basisovereenkomst artikel 7 tot en met 10.
Artikel 5: Opzegging van de Deelovereenkomst (algemeen)
Lid 1.
Partijen hebben het recht om deelname aan de Deelovereenkomst tussentijds per aangetekende brief op te zeggen met inachtneming van een opzegtermijn van zes maanden. De opzegtermijn gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de kalendermaand waarin de aangetekende brief door de andere Partij is ontvangen.
Lid 2.
De Gemeente maakt in ieder geval gebruik van haar bevoegdheid de Deelovereenkomst (gedeeltelijk) op te zeggen, als de Aanbieder in een periode van twaalf kalendermaanden na het sluiten van de Deelovereenkomst niet minstens aan zes cliënten een maatwerkvoorziening Wmo 2015 levert, tenzij
(i) Aanbieder aantoonbaar een maatwerkvoorziening Wmo 2015 levert waarvoor een tekort bestaat om de volledige ondersteunings- en/of hulpvraag af te dekken binnen de Gemeente; of
(ii) als het aanbod aantoonbaar uniek is.
1 Link: xxxxx://xxx.xx/xxxxx/xxxxxxx/xxxxx/xxxxxxxxxxx/0000/xxx-xxxxx-xxxxxxxx- inkoopvoorwaarden_20180306.pdf
Lid 3.
Als een Aanbieder gebruik maakt van zijn mogelijkheid tot opzegging is deze verplicht om per direct in overleg te treden met de resterende Aanbieders over de mogelijke overname van verplichtingen, zoals personeel en het leveren van maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 aan cliënten, voortvloeiende uit de Deelovereenkomst. De Aanbieder verplicht zich tot volledige medewerking bij voornoemde overname.
Artikel 6: Ontbinding van de Deelovereenkomst
Lid 1.
Naast de mogelijkheden tot ontbinding zoals deze volgen uit de wet, is de Gemeente gerechtigd, zonder uit hoofde daarvan tot enige schadevergoeding gehouden te zijn, de Deelovereenkomst geheel of gedeeltelijk, met onmiddellijke ingang en zonder rechterlijke tussenkomst, schriftelijk of per e-mail te ontbinden of op te schorten, onverminderd het recht van de Gemeente om in plaats van ontbinding of opschorting nakoming te vorderen en onverminderd haar recht op schadevergoeding, indien:
a) Aanbieder niet kan aantonen dat de uitsluitingsgronden van artikel 5, eerste lid Basisovereenkomst niet op hem van toepassing zijn;
b) Xxxxxxxxx niet kan aantonen dat hij aan de geschiktheidseisen voldoet van artikel 5, tweede lid, Basisovereenkomst;
c) een Aanbieder (natuurlijk persoon) is overleden;
d) op een aanmerkelijk deel (ten minste 50%) van het vermogen van een Aanbieder beslag wordt gelegd of indien deze Aanbieder anderszins het vrije beheer over zijn vermogen heeft verloren;
e) een Aanbieder tekortschiet in de nakoming van de Deelovereenkomst of de bovenliggende Basisovereenkomst. Hiervan is in ieder geval sprake wanneer de kwaliteit van de door een Aanbieder geleverde maatwerkvoorziening Wmo 2015 niet (meer) voldoet aan de daartoe gestelde normen. Het is aan de Gemeente om dit te toetsen en te handelen naar de signalen die zij opvangt. De Gemeente heeft daartoe afspraken gemaakt met Aanbieders en heeft instrumenten die zij gebruikt om de kwaliteit te toetsen;
f) na het sluiten van de Deelovereenkomst aan de Gemeente omstandigheden ter kennis komen die goede grond geven te vrezen dat een Aanbieder de verplichtingen uit de Overeenkomst niet zal nakomen;
g) een Aanbieder informatie verspreidt en die informatie en/of de verspreiding daarvan op grond van nationale of internationale wetgeving en/of andere regelgeving verboden is, discriminerend is ten aanzien van uiterlijk, ras, religie, geslacht, cultuur, afkomst of anderszins kwetsend is en/of in strijd is met algemeen aanvaarde normen en waarden;
h) een Aanbieder de Overeenkomst onder valse voorwendselen is aangegaan of heeft verlengd;
i) een Aanbieder heeft nagelaten om de Gemeente die informatie te verschaffen waarvan deze Aanbieder wist, of redelijkerwijs had moeten weten, dat het voorhanden zijn van deze informatie bij de Gemeente noodzakelijk was voor de nakoming van de verplichtingen door de Gemeente jegens deze Aanbieder;
j) als de Aanbieder marketing heeft ingezet met als doel om actief cliënten te werven en ze te stimuleren een beroep te doen op de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015;
k) als een fusie of overname van die Aanbieder aantoonbaar negatieve gevolgen heeft voor De Gemeente of voor één of meer cliënten;
l) als die Aanbieder niet voldoet aan de verplichting genoemd in artikel 12 van deze Deelovereenkomst.
Lid 2.
Als de betreffende Aanbieder op het moment van de ontbinding al prestaties ter uitvoering van de Deelovereenkomst heeft ontvangen, zullen deze prestaties en de daarmee samenhangende betalingsverplichting geen voorwerp van ongedaan making zijn.
Lid 3.
Het recht van opschorten houdt in dat de Gemeente bevoegd is de deelname van een Aanbieder aan de Deelovereenkomst of een onderdeel daarvan (tijdelijk) uit te sluiten en/of te beperken. De Gemeente zal de betreffende Aanbieder hiervan vooraf in kennis stellen, tenzij zulks in redelijkheid niet van de Gemeente kan worden verlangd.
Lid 4.
Als de Gemeente op grond van dit artikel de Deelovereenkomst ontbindt dan wel opschort, wordt elke vordering van de Gemeente op deze Aanbieder direct opeisbaar.
Lid 5.
In geval van ontbinding is een Aanbieder gehouden de door de Gemeente geleden schade te vergoeden.
Lid 6.
Als de Gemeente de Deelovereenkomst met een Aanbieder ontbindt dan wel opschort, wordt de Deelovereenkomst door de Gemeente voortgezet met de overige Aanbieders.
Artikel 7: Toetreding
Gedurende de looptijd van de Deelovereenkomst kunnen nieuwe Aanbieders zich niet voor een Deelovereenkomst aanmelden bij de Gemeente, tenzij naar het oordeel van de Gemeente:
(i) aantoonbaar sprake is van één of meer maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 waarvoor een tekort bestaat om de volledige ondersteunings- en/of hulpvraag af te dekken binnen de Gemeente; of
(ii) als het aanbod aantoonbaar uniek is;
én de Gemeente de Aanbieder(s) toelaat tot de Basisovereenkomst.
Artikel 8: Eisen aan de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015
Aanbieder voldoet bij het uitvoeren van de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 aan de van toepassing zijnde wet- en regelgeving en voldoet aan de voorwaarden zoals opgenomen in de bijlage 1 bij de Overeenkomst.
Artikel 9: Gegevens delen
Lid 1.
De Gemeente geeft openheid van zaken over de manier waarop persoonsgegevens worden verwerkt (beveiliging/transparantie), waarbij bepaald is onder welke omstandigheden gegevens worden uitgewisseld (legitimiteit) en hoe met de gegevens moet worden omgegaan (zorgvuldigheid) en of de gegevensuitwisseling gerechtvaardigd is (effectief, proportioneel, subsidiariteit).
Lid 2.
In het gespreksverslag zijn afspraken opgenomen omtrent informatiedeling en gegevensuitwisseling tussen Aanbieders en de Gemeente.
Lid 3.
Aanbieders beschikken over een privacy protocol.
Lid 4.
In het kader van bescherming van persoonsgegevens zijn de bepalingen uit de Wmo 2015, de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en de Uitvoeringswet AVG (UAVG) van toepassing.
Artikel 10: Gebiedsgericht werken
Aanbieder verplicht zich, door ondertekening van deze Deelovereenkomst, tot gebiedsgericht werken. Dat houdt in dat;
a) Xx Xxxxxxxxx investeert in contacten met andere organisaties in die gebieden waar de Aanbieder levert aan cliënten;
b) De Aanbieder deelneemt aan casusoverleg in die gebieden waar de Aanbieder levert aan cliënten;
c) Xx Xxxxxxxxx initiatieven neemt om met de andere partijen in het gebied waar de Aanbieder levert aan cliënten tot samenwerking te komen;
d) De Aanbieder de bij lid c bedoelde initiatieven onder andere aanwendt om een situatie te creëren waarbinnen professionele ondersteuning kan worden afgeschaald ten faveure van alternatieven zoals welzijn, vrijwilligers, netwerk.
e) De Aanbieder de activiteiten genoemd in artikel 10 sub a tot en met d uitvoert binnen het tarief wat op basis van de Deelovereenkomst wordt betaald voor de levering van de maatwerkvoorzieningen Wmo 2015.
Artikel 11: Prijsstelling
Aanbieder die een opdracht tot levering van een maatwerkvoorziening Wmo 2015 ontvangt van de Gemeente, ontvangt voor die levering een vergoeding zoals opgenomen in bijlage 1.
Artikel 12: Garantie
Aanbieder garandeert dat hij het maatwerkvoorziening Wmo 2015 zal uitvoeren in overeenstemming met de hoogste zorgvuldigheidsmaatstaven zoals die worden gehanteerd in de zorg- en welzijnssector.
Artikel 13: Aansprakelijkheid
Lid 1.
De Aanbieder vrijwaart de Gemeente voor alle aanspraken op schadevergoeding die derden mochten doen gelden ter zake van schade die op enigerlei wijze is ontstaan in de uitvoering van de dienstverlening.
Lid 2.
De Gemeente is tegenover de Aanbieder, zijn personeel en onderaannemer(s), - tenzij sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid aan de zijde van de Gemeente – niet aansprakelijk voor eventuele schade voortvloeiende uit de Deelovereenkomst. Evenmin is de Gemeente
aansprakelijk voor schade aan of verlies van zaken van Xxxxxxxxx, zijn personeel en onderaannemer(s).
Artikel 14: Geen dienstbetrekking
Lid 1.
De Aanbieder, die kan worden aangemerkt als zelfstandige zonder personeel (ZZP’er), wordt gecontracteerd op basis van een overeenkomst van opdracht in de zin van artikel 7:400 e.v.
BW. Partijen beogen uitdrukkelijk niet om een arbeidsovereenkomst aan te gaan in de zin van artikel 7:610 e.v. BW.
Lid 2.
De Xxxxxxxxx accepteert de opdracht en aanvaardt daarmee de volle verantwoordelijkheid voor het op juiste wijze uitvoeren van de overeengekomen werkzaamheden.
Lid 3.
De Aanbieder deelt zijn werkzaamheden zelfstandig in. Wel vindt, voor zover dat voor de uitvoering van de opdracht nodig is, afstemming met De Gemeente plaats in geval van samenwerking met anderen, zodat deze optimaal zal verlopen.
Lid 4.
De Aanbieder is bij het uitvoeren van de overeengekomen werkzaamheden geheel zelfstandig. Hij/zij verricht de overeengekomen werkzaamheden naar eigen inzicht en zonder toezicht of leiding van de Gemeente. De Gemeente kan wel aanwijzingen en instructies geven omtrent het resultaat van de opdracht.
Lid 5.
De Gemeente verklaart zich er uitdrukkelijk mee akkoord dat de Aanbieder ook ten behoeve van andere gemeenten c.q. opdrachtgevers werkzaamheden verricht.
Artikel 15: Hoofd- en onderaanneming
Lid 1.
Bij onderaanneming is de hoofdaannemer volledig aansprakelijk voor de uitvoering en kwaliteit van de geleverde maatschappelijke ondersteuning. De onderaannemer is daarnaast aansprakelijk voor de uitvoering en de kwaliteit van het door hem geleverde deel van de maatschappelijke ondersteuning.
Lid 2.
Artikel 7 is van toepassing op het wijzigen of toevoegen van onderaannemers. Het wijzigen of toevoegen van onderaannemers zonder schriftelijke goedkeuring van de Gemeente is niet mogelijk.
Lid 3.
De constructie waarbij een Aanbieder gebruik maakt van zelfstandigen zonder personeel (ZZP’ers) merken de gemeenten aan als een constructie van onderaanneming.
Lid 4.
Waar in deze overeenkomst wordt gesproken van ‘personeel’ of van ‘werknemers’ geldt dat daaronder ook wordt begrepen zelfstandigen zonder personeel (ZZP’ers). Aanbieders die gebruik maken van ZZP’ers om de voorziening aan te bieden, kennen aldus dezelfde eisen
voor wat betreft deze ZZP’ers als Aanbieders kennen voor wat betreft in te zetten personeel
c.q. werknemers voor zover fiscaal toelaatbaar.
Artikel 16: Cliënten
Cliënten kunnen geen rechten ontlenen aan de Deelovereenkomst. De Deelovereenkomst bevat afspraken tussen de Gemeente en Aanbieders.
Artikel 17: Overmacht
In aanvulling op hetgeen in de wet is bepaald ter zake van overmacht geldt onder de Deelovereenkomst dat de navolgende situaties, voor zover zij de nakoming van de Deelovereenkomst door de Aanbieder verhinderen, voor rekening van de Aanbieder dienen te komen: werkstaking (zowel georganiseerd als ongeorganiseerd) en personeelstekorten als gevolg van ziekte.
Artikel 18: Gedeeltelijke nietigheid
Als de Deelovereenkomst of enige bepaling daarin nietig is of vernietigd wordt, dan past dit de geldigheid van de overige bepalingen niet aan. Partijen zullen vervolgens met elkaar in overleg treden om te trachten overeenstemming te bereiken over aanpassing van de Deelovereenkomst zodanig dat deze niet langer nietig of vernietigbaar is dan wel om overeenstemming te bereiken over een bepaling, ter vervanging van de nietige of vernietigde bepaling, die voor wat betreft aard en strekking zo dicht mogelijk aansluit bij de nietige of vernietigde bepaling.
Artikel 19: Evalueren en wijzigingen
Lid 1.
Partijen bespreken in het Netwerk Sociaal Domein, zoals georganiseerd in de bovenliggende Basisovereenkomst, zo vaak als Partijen noodzakelijk achten, de bepalingen en de uitvoering van deze Deelovereenkomst.
Lid 2.
De Gemeente kan de Deelovereenkomst wijzigen na het doorlopen van de procedure beschreven in de Basisovereenkomst. De wijzigingen gaan in direct na vaststelling en publicatie van de gewijzigde Deelovereenkomst, voorzien van bijlage(n). Als bijlagen bij deze Deelovereenkomst wijzigen, is het voldoende de gewijzigde bijlage(n) te vervangen. Mondelinge afspraken kennen geen rechtskracht.
Artikel 20: Geschillen
In lijn met artikel 4, vierde lid, Basisovereenkomst komen Partijen overeen dat zij alvorens gebruik te maken van een gang naar de rechter bij het ontstaan van geschillen bij de uitvoering van deze Deelovereenkomst, zij eerst onderling in overleg zullen treden om deze geschillen op te lossen. In uiterste gevallen kunnen Partijen vervolgens gebruik maken van mediation, waarbij de Partijen die een geschil met elkaar hebben de kosten daarvan in gelijke delen dragen. Leiden onderling overleg en/of mediation niet binnen drie maanden tot een oplossing van het geschil, dan staat een gang naar de rechter open. Partijen leggen het geschil dan voor aan de bevoegde rechter in het arrondissement Zeeland-West-Brabant.
Artikel 21: Rechtskeuze
Op deze Deelovereenkomst is het Nederlandse recht van toepassing.
Opgemaakt te ………………………, d.d. ……….
De ondergetekenden,
Gemeente namens dezen,
Mevrouw X. Schot De heer X.X. Xxxxxxx
Voorzitter SWVO Secretaris SWVO
Aanbieder namens deze,
[Voorletters, achternaam] [functie]
Bijlage 1: Maatwerkvoorziening Wmo 2015
1. Xxxxx xxx xxxxxxxxxxx van individuele opdrachten aan Aanbieders voor de levering van de maatwerkvoorziening Wmo 2015
Het college van een gemeente verleent een publiekrechtelijk besluit (een beschikking) aan een inwoner als een inwoner op basis van de Wmo 2015 en de gemeentelijke verordening in aanmerking komt voor een maatwerkvoorziening Wmo 2015. Zonder dit besluit is het voor inwoners niet mogelijk gebruik te maken van de maatwerkvoorziening Wmo 2015.
Aanbieders kunnen geen rechten ontlenen aan deze Deelovereenkomst als zij vergelijkbare diensten aanbieden aan inwoners die niet over een besluit beschikken als hier genoemd.
Een inwoner met een hulpvraag komt in aanmerking voor het genoemde besluit als
(i) sprake is van beperkingen in de zelfredzaamheid en participatie,
(ii) inzicht is verkregen in de aard en omvang van de door de Gemeente te organiseren noodzakelijke maatschappelijke ondersteuning,
(iii) de eigen kracht, gebruikelijke hulp, mantelzorg, hulp uit het sociale netwerk en algemene voorzieningen in kaart zijn gebracht en vast is gesteld in welke mate deze aanwezig zijn,
(iv) geconcludeerd is dat er voor de Gemeente daarna uiteindelijk nog iets te compenseren overblijft.
Het precieze beoordelingskader voor de toegang dat door een gemeente wordt gebruikt en wat elke gemeente in het besluit moet opnemen, is uitgewerkt in de verordening en beleidsregels van de betreffende gemeente of GR de Bevelanden voor uitvoering van de Wmo 2015. De verordening en de beleidsregels zijn terug te vinden op de website van de betreffende gemeente.
In het besluit dat de inwoner ontvangt (vanaf dan: cliënt), wordt aangegeven welke bouwsteen of bouwstenen uit de maatwerkvoorziening Wmo 2015 worden toegekend evenals de tijdseenheden van die bouwstenen waar cliënt recht op heeft en de looptijd van het Besluit.
Iedere gemeente voert zelf de toegang uit met als juridische basis de Wmo 2015 en de gemeentelijke verordening. Elke gemeente bepaalt lokaal de wijze waarop de toegang is georganiseerd, maar volgt daarbij een gelijkluidende werkwijze (bijlage 5). Een gemeente kan ervoor kiezen de (voorbereiding van) de beschikking te mandateren aan een derde (waaronder een Aanbieder).
De cliënt die een besluit ontvangt waarmee hij in aanmerking komt voor een maatwerkvoorziening Wmo 2015 heeft keuzevrijheid voor wat betreft de in te zetten Aanbieder(s). De Gemeente gunt de opdracht tot levering van de Maatwerkvoorziening Wmo 2015 aan de Aanbieder of combinatie van Aanbieders die de maatwerkvoorziening Wmo 2015 volgens het besluit gaat of gaan uitvoeren.
Voor de Aanbieder(s) die de cliënt kiest en die de Gemeente een opdracht verstrekt geldt een acceptatieplicht voor de gehele regio waar zij zich voor aanmelden (Oosterschelderegio en/of gemeente Veere), tenzij (een) Aanbieder(s) kan/kunnen aantonen de maatwerkvoorziening Wmo 2015 niet aan een cliënt te kunnen leveren (i) op basis van zorginhoudelijke gronden,
(ii) onvoldoende capaciteit of (iii) onredelijke reiskosten (een afwijking ten opzichte van de door de Gemeente opgestelde kostprijsberekening van 200% of meer). De Aanbieder blijft verantwoordelijk voor continuïteit van zorg.
Het is voor Aanbieders nadrukkelijk verboden om marketingactiviteiten te ontwikkelen met als doel inwoners te stimuleren een beroep te doen op of gebruik te maken van een maatwerkvoorziening Wmo 2015.
2. Wijze van leveren van de maatwerkvoorziening Wmo 2015 en eisen daaraan
De Aanbieder of combinatie van Aanbieders die maatwerkvoorziening Wmo 2015 levert, doet dit in overeenstemming met het besluit dat cliënt van de gemeente ontvangt, de informatie uit het gespreksverslag dat de gemeente ter beschikking stelt bij de opdrachtverstrekking en het in samenspraak met de cliënt opgestelde Ondersteuningsplan. In het gespreksverslag, dat een gemeente in de toegang opstelt, staan de voor de cliënt in te zetten bouwstenen, tijdseenheden en de te verwachtte doelen en resultaten benoemd, alsmede eventuele tussentijdse evaluatiemomenten (minimaal één keer). De Gemeente deelt in ieder geval deze informatie met de Aanbieder(s).
De Aanbieder die een opdracht tot levering van de maatwerkvoorziening Wmo 2015 aan een cliënt krijgt gegund, legt de werkafspraken en de evaluatiemomenten vast in een gezamenlijk Ondersteuningsplan met de cliënt binnen de kaders van de informatie uit het gespreksverslag die een gemeente ter beschikking stelt. Ondertekening van het Ondersteuningsplan moet plaatsvinden door cliënt, door een door cliënt aangewezen persoon op basis van volmacht of, in geval van handelingsonbekwaamheid, een wettelijk vertegenwoordiger. De looptijd van het Ondersteuningsplan is gelijk aan de looptijd van het laatst afgegeven besluit voor de betreffende cliënt.
Het Ondersteuningsplan maakt deel uit van een overeenkomst die Aanbieder sluit met de cliënt. De Aanbieder informeert de cliënt daarbij over de volgende afspraken (als deze informatie al in het ondersteuningsplan is opgenomen) of neemt deze informatie op in de overeenkomst.
a) een overzicht van namen en contactgegevens van personen die een bijdrage leveren aan de te bereiken resultaten;
b) het afzeggen van de Aanbieders en overige personen en voorzieningen;
c) het weigeren en stopzetten van de maatwerkvoorziening Wmo 2015;
d) klachtenregeling;
e) een algemeen telefoonnummer en een e-mailadres.
Aanbieder start met het daadwerkelijk leveren van de maatwerkvoorziening 2015 binnen de op hem van toepassing zijnde Treeknormen, gerekend vanaf de dag na datum besluit gemeente aan cliënt.2 Zijn geen Treeknormen op de Aanbieder van toepassing, dan zijn de Treeknormen voor gehandicaptenzorg (GZ) van toepassing.
Aanbieder die een maatwerkvoorziening levert of gaat leveren aan een cliënt, waarbij die cliënt de leeftijd van 18 jaar bereikt en daarvoor via één van de gemeenten een individuele voorziening jeugdhulp ontving, maar waarbij aanbieder niet door de jeugdhulpaanbieder(s) tijdig is betrokken bij een ‘warme’ overdracht, maakt hiervan
melding bij de contractmanager (SWVO). Tijdig is in dit geval minimaal anderhalf jaar voor de cliënt de leeftijd van 18 jaar bereikt.
2 xxxxx://xxxxxx0xxxx0xxxxxxxxxxx.xxxx.xxxx.xxxxxxx.xxx/xxxxx/0000/xx-xxxxxxxxxxx.xxx
Aanbieder organiseert de voorwaarden voor de inzet van een maatwerkvoorziening als de jeugdhulpaanbieder aantoont dat vanuit goed hulpverlenerschap van de jeugdhulpaanbieder is te verwachten dat deze ook die maatwerkvoorziening organiseert vóór het 18e levensjaar van een jeugdige. Voor de inzet van de
maatwerkvoorziening is in dat geval schriftelijke goedkeuring nodig van de Gemeente.
Aanbieders zorgen ervoor dat zowel vaste, tijdelijke als ingehuurde werknemers zich aan de cliënt als werknemer van die Aanbieder kunnen legitimeren.
Bijlage 4 bevat een spoedprocedure. In spoedeisende gevallen zal de Gemeente via een e-mail akkoord geven tot verstrekking van een tijdelijke maatwerkvoorziening in afwachting van de uitkomst van het onderzoek en de aanvraag van de cliënt. Een Aanbieder start de ondersteuning binnen 48 uur als sprake is van spoed volgens de spoedprocedure uit Bijlage 4.
De maatwerkvoorziening Wmo 2015 kan alleen bestaan uit het leveren van één of meer bouwstenen genoemd in deze Deelovereenkomst. Cliënten en/of Aanbieders kunnen een verzoek indienen via de procedure in de Basisovereenkomst (artikel 7 tot en met 10) om bouwstenen toe te laten voegen aan de Deelovereenkomst.
De Aanbieders passen bij het uitvoeren van de maatwerkvoorziening Wmo 2015 de CAO VVT, GGZ, Gehandicaptenzorg, Maatschappelijke Opvang of Welzijn en maatschappelijke dienstverlening toe, afhankelijk van de CAO die op hen van toepassing is.
Vanaf de opdrachtverstrekking van de Gemeente aan de Aanbieder is de Aanbieder verantwoordelijk voor het leveren van goede kwaliteit bij de uitvoering van de maatwerkvoorziening Wmo 2015. Aanbieders zijn transparant in de wijze waarop de kwaliteit is geborgd in de uitvoering van de maatwerkvoorziening Wmo 2015 en binnen de organisatie, de wijze waarop de leer- en verbetercyclus is ingericht en de resultaten daarvan. Op verzoek van de Gemeente geven zij hier inzage in.
Aanbieder legt aantoonbaar contact met het informele netwerk van cliënt, tenzij dat afwezig is.
Cliënten hebben de mogelijkheid om van Aanbieder of combinatie van Aanbieders te wisselen. Zij moeten daarvoor een opzegtermijn van 1 maand in acht nemen. Deze opzegtermijn gaat in op de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de opzegging is gedaan. De coördinatie bij opzegging en wisselen van Aanbieder of combinatie van Aanbieders ligt bij de Gemeente.
De Aanbieder heeft de mogelijkheid om het leveren van maatwerkvoorzieningen Wmo 2015 aan cliënten eenzijdig te beëindigen op grond van situaties vastgelegd in het Protocol eenzijdige beëindiging Maatschappelijke Ondersteuning (bijlage 3). In dat geval is overigens geen sprake van opzegging van de Deelovereenkomst zoals omschreven in artikel 5, eerste lid.
Aanbieder is verplicht zich behoorlijk te verzekeren voor wettelijke aansprakelijkheid voor schade die tijdens de uitvoering van de Deelovereenkomst door zijn personeel en/of door zaken die hij onder zijn toezicht heeft en/of door zijn onderaannemer(s) aan de Gemeente en/of aan derden wordt toegebracht volgens geschiktheidseis 1, bijlage 3 Basisovereenkomst. De Aanbieder vrijwaart de Gemeente voor alle aanspraken op schadevergoeding die derden
mochten doen gelden ter zake van schade die op enigerlei wijze is ontstaan in de uitvoering van de dienstverlening. De Gemeente is tegenover de Aanbieder, zijn personeel en onderaannemer(s), - tenzij sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid aan de zijde van de Gemeente - niet aansprakelijk voor eventuele schade voortvloeiende uit de Deelovereenkomst. Evenmin is de Gemeente aansprakelijk voor schade aan of verlies van zaken van Xxxxxxxxx, zijn personeel en onderaannemer(s).
Bepalingen van deze Deelovereenkomst (en bovenliggende Basisovereenkomst) die materieel van betekenis blijven nadat de Deelovereenkomst is geëindigd, behouden hun betekenis.
Partijen kunnen van die bepalingen naleving verlangen.
3. Wijze van monitoren, van de maatwerkvoorziening Wmo 2015
De Aanbieder is verplicht om in risicovolle situaties die de continuïteit van maatwerkvoorziening Wmo 2015 voor éen of meer cliënten op wat voor manier dan ook (kunnen) bedreigen, in het bijzonder maar niet uitsluitend op financieel en inhoudelijk gebied, de Gemeente terstond van die situaties schriftelijk in kennis te stellen. Hierbij geeft de Aanbieder de Gemeente inzicht in alle relevante stukken die betrekking hebben op de problematiek. De Gemeente heeft het recht om een extern (accountants)onderzoek in te stellen.
De continuïteit van maatwerkvoorziening Wmo 2015 voor een of meer cliënten wordt in ieder geval beschouwd als risicovol indien:
a) er sprake is van (het ontstaan van) negatieve reserves;
b) er gedurende de laatste 3 jaar sprake is (geweest) van materiële negatieve exploitatieresultaten; en/of
c) er sprake is van (het ontstaan van) liquiditeitsproblemen.
De Aanbieder verschaft op verzoek van de Gemeente nader inzicht in de financiële vermogenspositie (inclusief solvabiliteit, rentabiliteit, liquiditeit) en bedrijfsvoering van de eigen onderneming, de in groepsverband verbonden ondernemingen en de door de Aanbieders gecontracteerde onderaannemer(s). De Gemeente bewaakt de vertrouwelijkheid van eventuele bedrijfsgevoelige en concurrentiegevoelige gegevens die aan haar verstrekt worden.
De Aanbieder stelt de Gemeente in kennis van ieder rapport dat door een gemeentelijke toezichthouder, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) of andere toezichthouder voor betreffende Aanbieder is uitgebracht. De Aanbieder stelt niet openbare rapporten ter inzage beschikbaar aan de Gemeente.
Aanbieders dienen jaarlijks voor 1 juli van het jaar volgend op het jaar waarover verslaglegging plaatsvindt het kwaliteitsverslag in te dienen bij de Gemeente. Aanbieders mogen ook volstaan met een digitale verwijzing naar de plaats waar het document staat gepubliceerd. In het kwaliteitsverslag vindt de cliënt informatie over de inspanningen van de Aanbieder over het afgelopen jaar om de kwaliteit te verbeteren. In het verslag staat op welke wijze de Aanbieder informatie heeft verzameld over de kwaliteit van de dienstverlening het afgelopen jaar, de resultaten daarvan en tot welke verbetervoorstellen en –acties dat heeft geleid. In de presentatie van het verslag gaat het vooral om beelden van kwaliteit en minder om cijfers. Ervaringen van cliënten dienen nadrukkelijk onderdeel uit te maken van het onderzoek.
In het kwaliteitsverslag reflecteert de Aanbieder op haar visie op kwaliteitszorg en de wijze waarop kwaliteit wordt geleverd.
In het kwaliteitsverslag kan de Xxxxxxxxx weergeven hoe medewerkers werken aan hun deskundigheid en het op peil houden van hun kennis en vaardigheden, maar ook de positie van feedback, intervisie en reflectie.
Het kwaliteitsverslag is via internet beschikbaar en is voor cliënten en andere belangstellenden makkelijk te vinden. De Gemeente zal een link naar het kwaliteitsverslag van de betreffende Aanbieder publiceren.
Bij de uitvoering van het contractbeheer en -management zal de Gemeente regelmatig bij Aanbieders op bezoek komen om over de uitvoering van de Basis- en Deelovereenkomst te spreken. In dit gesprek kan de Xxxxxxxxx laten zien op welke manier zij invulling geeft aan de eisen in het kader en de resultaten daarvan. Het kwaliteitsverslag, maar ook de informatie die het SWVO heeft ingewonnen bij het Wmo loket of bij cliënten, vormen daarbij een belangrijke informatiebron.
Aanbieders verlenen hun medewerking aan de Gemeente om de klantervaringen en resultaten van de maatwerkvoorziening Wmo 2015 te monitoren. Aan de fysieke overlegtafel (zie Basisovereenkomst) worden afspraken gemaakt over de wijze van, frequentie en de indicatoren voor monitoring.
De Gemeente kan een onafhankelijke derde partij opdracht geven kwalitatieve informatie op te halen over de uitvoering van de Wmo 2015. In dat onderzoek zullen ook cliënten en mensen uit hun netwerk bevraagd worden. De uitkomsten van dit onderzoek kunnen worden gebruikt als input voor de gesprekken van de Gemeente met Aanbieders over kwaliteit.
4. Xxxxx xxx xxxxxxxxxx, declareren administreren en verantwoorden, van de Maatwerkvoorziening Wmo 2015
De tarieven worden jaarlijks aangepast aan de ontwikkeling van de prijsindex en loonkosten. Vertrekpunt is de wijze waarop het Rijk gemeenten compenseert voor de ontwikkeling van prijzen en loonkosten. De tarieven worden geïndexeerd aan de hand van het indexpercentage Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling (OVA)(peiljaar T-1) dat ook door de NZA wordt gehanteerd.3
Het Centraal Planbureau berekent het indexeringspercentage voor personele kosten op basis van de CAO's en loonkostenontwikkeling in de markt.
De Gemeente kan, in het kader van reële kostprijzen volgens de AMVB, gemotiveerd afwijken. Dit wordt uiterlijk 1 oktober kenbaar gemaakt voorafgaand aan het volgende jaar. De Gemeente betaalt elke Aanbieder of combinatie van Aanbieders die een besluit voor een cliënt voor de Maatwerkvoorziening Wmo 2015 uitvoert. De tarieven zien er dan vanaf 1 mei 2024 als volgt uit:
3
xxxxx://xxx.xxx.xx/xxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxxxx#:x:xxxxxXxx%00xx%00xxx%00xxxxxxxxxxxxxxxx%00xxxx%00xx rsonele%20kosten%3F,die%20het%20Centraal%20Planbureau%20publiceert..
Bouwsteen | Code | Tarief | Eenheid | Declareren |
Huishoudelijke Ondersteuning | 01A06 | 38,49 | Uur | Maandelijks |
Begeleiding regulier | 02A16 | 70,53 | Uur | Maandelijks |
Begeleiding specialistisch | 02A19 | 85,61 | Uur | Maandelijks |
Begeleid Leven | 02A21 | 85,61 | Uur | Maandelijks |
Dagbesteding regulier | 07A03 | 40,94 | Dagdeel (4 uur) | Maandelijks |
Dagbesteding specialistisch | 07A04 | 63,29 | Dagdeel (4 uur) | Maandelijks |
Kortdurend verblijf | 04A06 | 185,80 | Etmaal (24 uur) | Maandelijks |
Vervoer dagbesteding regulier | 08A03 | 17,13 | Retour | Maandelijks |
Vervoer rolstoel dagbesteding | 08A04 | 27,77 | Retour | Maandelijks |
Jaarlijks wordt uiterlijk 1 oktober in het lopende jaar de nieuwe prijs voor het komende jaar door de Gemeente vastgesteld. Dit wordt vooraf in het Netwerk Sociaal Domein/Wmo besproken.
4.2 Declarabele tijd
De voor Aanbieder voor het leveren van een maatwerkvoorziening declarabele tijd bestaat uit direct cliëntgebonden tijd. Indirect cliëntgebonden tijd en niet-cliënt gebonden tijd zijn niet declarabel omdat deze tijd in de tarieven is verdisconteerd.
Direct cliëntgebonden tijd (declarabel) is tijd die personeel van de Aanbieder besteedt aan de directe interactie met een cliënt en/of zijn/haar (gezins-)systeem en sociaal netwerk (overige gezins-/familieleden, Gemeente en overige betrokken hulpverleners). Het contact vindt daarbij plaats in het kader van het ondersteuningsplan. Partijen rekenen tot dit contact in ieder geval: face-to-face, telefonisch of via elektronisch contact (zoals beeldbellen, chat en berichten) indien ingezet als begeleidingscomponent (e-health).
Indirect cliëntgebonden (niet declarabel) is tijd die personeel van de aanbieder besteedt aan een cliënt en/of zijn/haar (gezins-)systeem en sociaal netwerk (overige gezins-/familieleden, gemeente en overige betrokken hulpverleners) in het kader van de levering van een maatwerkvoorziening aan de cliënt. Partijen rekenen hiertoe in ieder geval: voorbereidingstijd, verslaglegging, casus gebonden overleg, schrijven van brief of email.
Niet-cliëntgebonden tijd (niet declarabel) is tijd die personeel van de aanbieder niet besteedt aan cliënten. Partijen rekenen hier in ieder geval toe: organisatieoverleg, beleidsmatig overleg, reflectie/intervisie. De indirect cliëntgebonden tijd en niet-cliëntgebonden tijd zijn niet declarabel.
Partijen werken volgens en voeren uit het administratieprotocol zoals opgenomen in bijlage 6.
4.4 Social Return On Investment
De wijze waarop Partijen invulling geven aan SROI is een pragmatische werkwijze. Weinig regels en afspraken, zodat XXXX niet verzandt in vooral administratie en verantwoordingslast, waar Partijen vooral bezig zijn ‘op papier’ mensen naar werk te helpen.
In plaats daarvan is de uitvoering als volgt. Een aantal maal per jaar komt een groep van 6-8 Aanbieders, die zowel actief zijn in de Oosterschelderegio als in gemeente Veere, op initiatief van Gemeente bij elkaar. Het Werkgevers Servicepunt (WSP) in de Oosterschelderegio presenteert een aantal kandidaten dat graag aan de slag wil in ‘de zorg’. Echter het ontbreekt deze mensen vaak aan de juiste opleiding, ervaring, taalvaardigheid, omstandigheden om zonder hulp een baan te vinden. Met elkaar bespreken de zorgorganisaties de hulp die zij kunnen bieden, met het uiteindelijke doel dat deze mensen duurzaam een betaalde baan in de zorg vinden. Die hulp kan beginnen met een intake, een ervaringsplaats, een BBL traject, etc…. Soms kan gelijk al een passende vacature gevonden worden. Het WSP houdt contact met de zorgorganisaties om te helpen wanneer een oplossing niet werkt, of de werknemer een volgende stap kan zetten. Wanneer alle kandidaten een plek hebben gevonden, wordt een nieuwe groep zorgorganisaties uitgenodigd en een nieuwe groep kandidaten gepresenteerd.
Alle Aanbieders zijn middels deelname aan de Deelovereenkomst verplicht te participeren in SROI. Jaarlijks evalueren we de bijdrage van alle Aanbieders en het resultaat hiervan. Dit bespreken we in de Fysieke Overlegtafel.
5. Communicatie
De Gemeente werkt met de Aanbieders samen om cliënten zo zorgvuldig mogelijk te informeren over de veranderingen op het gebied van zorg en ondersteuning en de consequenties voor het individu. De boodschap die gemeente en Aanbieders overbrengen is op elkaar afgestemd.
6. Sterfhuisconstructie Deelovereenkomst versie 15
Met deze Deelovereenkomst (versie 16) stappen Partijen over naar een inspanningsgerichte uitvoeringsvariant, waarbij ook de bouwstenen wijzigen. De voorgaande Deelovereenkomst (versie 15) bevatte een outputgerichte uitvoeringsvariant met (gedeeltelijk) andere bouwstenen. Aangezien het niet mogelijk is om op 1 mei 2024 de besluiten van alle cliënten om te zetten van outputgericht naar inspanningsgericht en naar de nieuwe bouwstenen, hanteren Partijen gedurende maximaal twee jaar een sterfhuisconstructie.
Dit betekent het volgende.
Als cliënten die vanaf 1 mei 2024 een besluit ontvangen voor een maatwerkvoorziening 2015 kiezen voor een Aanbieder voor de levering van de maatwerkvoorziening 2015, dan geldt deze Deelovereenkomst (en bovenliggende Basisovereenkomst, versie 3).
Voor cliënten met een besluit voor 1 mei 2024 aan wie de Aanbieder een maatwerkvoorziening 2015 levert, geldt deze Deelovereenkomst (en bovenliggende Basisovereenkomst, versie 3) met uitzondering van in ieder geval:
- Artikel 2;
- Bijlage 1, paragraaf 4.1 (Tarieven);
- Bijlage 1, paragraaf 4.2 (Administratieprotocol);
- Bijlage 2;
- Bijlage 6;
en verder alle bepalingen of verplichtingen die samenhangen met de uitvoering van de outputgerichte uitvoeringsvariant. In plaats daarvan blijven de afspraken gelden uit Deelovereenkomst (versie 15) (en bovenliggende Basisovereenkomst, versie 2).
Als het laatste besluit van een cliënt onder de outputgerichte uitvoeringsvariant is beëindigd, eindigt de hier beschreven sterfhuisconstructie.
Partijen spreken af dat de genoemde termijn voor de sterfhuisconstructie een maximale termijn is en dat zij zich ervoor inspannen deze sneller tot een einde te brengen. Daarbij tekent de Gemeente aan dat het Rijk mogelijk kan eisen dat gemeenten sneller dan voorzien de outputgerichte besluiten gericht aan cliënten moeten omzetten naar inspanningsgerichte besluiten.
Bijlage 2: Bouwstenen
Huishoudelijke Ondersteuning (HO) | |
Categorie: Huishoudelijke Ondersteuning | iWmo code: 01A06 |
Bekostiging: inspanningsgericht, per uur | |
Prijsstelling: EUR 38,49 per uur | |
Definitie | |
Een schoon huis betekent dat iedereen gebruik moet kunnen maken van een schone woonkamer, als slaapvertrek in gebruik zijnde ruimtes, de keuken, sanitaire ruimtes en trap/gang. De genoemde ruimtes dienen schoongemaakt te worden. Een schoon huis wil niet zeggen dat alle vertrekken wekelijks schoongemaakt moeten worden. Het huis dient zodanig schoon te zijn dat het niet vervuilt en zo een algemeen aanvaard basisniveau (KPMG Plexus norm) van schoon houden wordt gerealiseerd. Definitie van het resultaat: Een huis is schoon en leefbaar indien het normaal bewoond en gebruikt kan worden en voldoet aan basale hygiëne-eisen. Schoon staat voor: een basishygiëne borgen, waarbij vervuiling van het huis en gezondheidsrisico’s van bewoners worden voorkomen. Leefbaar staat voor: opgeruimd en functioneel, bijvoorbeeld om vallen te voorkomen. | |
Doelgroep | |
Wanneer cliënten als gevolg van hun (medische/fysieke) beperkingen de basisvoorziening voor een schoon en leefbaar huis niet kunnen realiseren, kunnen zij in aanmerking komen voor een maatwerkvoorziening Huishoudelijke Ondersteuning. Ingezetenen van de gemeenten in de Oosterschelderegio en gemeente Veere van 18 jaar en ouder. | |
Activiteiten | |
De activiteiten genoemd in normenkader Huishoudelijke Ondersteuning 2019 (HHM). | |
Gewenste resultaten | |
Een schoon en leefbaar huis: Een schoon huis betekent dat iedereen gebruik moet kunnen maken van een schone woonkamer, als slaapvertrek in gebruik zijnde ruimtes, de keuken, sanitaire ruimtes en gang. Het huis dient zodanig schoon te zijn dat het niet vervuilt en zo een algemeen aanvaard basisniveau van schoon houden wordt gerealiseerd. Schoon staat voor: een basishygiëne borgen, waarbij vervuiling van het huis en gezondheidsrisico’s van bewoners worden voorkomen. Leefbaar staat voor: opgeruimd en functioneel. Het schoonmaken van de buitenruimte bij het huis (ramen, tuin, balkon, etc.) maakt geen onderdeel uit van Huishoudelijke Ondersteuning. | |
Eisen aan personeel en organisatie | |
Aansluiting bij CAO VVT Werk- en denkniveau Mbo niveau 1: Zorghulp Werk- en denkniveau Mbo niveau 2: Helpende Zorg en Welzijn. Met schriftelijke toestemming van de gemeente, mag een aanbieder afwijken van de personele eisen. | |
Overige kaders of normering | |
ISO HKZ certificering. HKZ kleine ondernemingen PDCA cyclus PREZO of gelijkwaardig Toepassing en naleving van de Governancecode Zorg; zie xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/ |
Begeleiding regulier | |
Categorie: Begeleiding | iWmo code: 02A16 |
Bekostiging: inspanningsgericht, per uur | |
Prijsstelling: EUR 70,53 per uur | |
Definitie | |
Begeleiding regulier is gericht op individuele ondersteuning van cliënten bij participatie/meedoen. De ondersteuning is 6 maanden of langer noodzakelijk. In de meeste gevallen is er sprake van één-op-één ondersteuning. Begeleiding regulier vindt plaats in de thuissituatie en kan soms op locatie plaatsvinden om vaardigheden toe te passen. De maatwerkvoorziening wordt per uur geïndiceerd. De omvang is afhankelijk van de beoogde resultaten in combinatie met de persoonlijke capaciteiten en situatie van de cliënt. De bouwsteen Begeleiding regulier biedt ondersteuning bij de volgende leefgebieden: Lichamelijk, -en of geestelijke gezondheid; Persoonlijk verzorging; Dag invulling, werk, scholing Huiselijke relaties/ zorg voor kinderen/ huisgenoten Maatschappelijke participatie; Huisvesting/ huishouden; Sociaal netwerk Financiën. | |
Doelgroep | |
Voor cliënten die als gevolg van hun beperking(en) niet, op eigen kracht, met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit zijn/haar sociale netwerk dan wel met gebruikmaking van algemeen gebruikelijke voorzieningen of algemene voorzieningen, in staat zijn om: - zelfstandig besluiten te nemen; - zelfstandig problemen op te lossen; - zelfstandig de dagelijkse bezigheden te regelen/ de regie te voeren; - zelfstandig de dagelijkse routine en structuur aan te brengen; - anderen te begrijpen en zichzelf begrijpelijk te maken. - sociaal contact aan te gaan, op te bouwen en te onderhouden. Het doel is het bevorderen van de zelfredzaamheid en/of participatie. * ter voorkoming van verwaarlozing of * ter voorkoming van opname in een instelling. Het betreft veelal mensen met beperkingen op het gebied van: 1. sociale redzaamheid en/of; 2. het bewegen en verplaatsen in relatie tot het aangaan van sociale contacten en/of; 3. het psychisch functioneren en/of; 4. het geheugen en de oriëntatie en/of; 5. het vertonen van matige gedragsproblemen. We spreken van een matig gedragsprobleem als: een persoon zich dwars en opstandig gedraagt, gauw geprikkeld is en driftig wordt, anderen ergert, antisociaal gedrag vertoont (zoals liegen of stelen) of zich agressief gedraagt. Een partner of kind of de omgeving er nadelige gevolgen van ondervinden. Voorbeelden van storend gedrag is dwarsheid, onrust, brutaliteit, agressiviteit, het schenden van regels en weinig concentratie. | |
Activiteiten | |
• Zoveel mogelijk stabiel houden van de situatie, achteruitgang voorkomen of afremmen, of het begeleiden van de achteruitgang. Het gaat hierbij veelal om het bevorderen van het welzijn van de Inwoner, het ontlasten van mantelzorgers en langer thuis wonen mogelijk maken. • De inzet van deze ondersteuning is onder andere gericht op praktische ondersteuning, samen taken uitvoeren, de cliënt ondersteunen en stimuleren (kleine) taken zelf te (blijven) doen, contacten te onderhouden of (deels) overname van (regie) taken. • De cliënt leert vaardigheden om voldoende te participeren, dagelijkse handelingen uit te voeren en het persoonlijk leven te structureren en daar zoveel mogelijk regie over te voeren. Het participatieniveau wordt ontwikkeld dan wel verhoogd. |
• Het toe leiden naar andere meer passende zorg en/ of ondersteuning (zowel afschalen als opschalen valt hieronder). Dat wil zeggen het afschalen naar het voorliggend veld zoals een algemene voorziening of het opschalen naar uitbreiding van Wmo of andere wetgeving zoals ZvW of Wlz. • Reflectieve gespreksvoering: Evalueren hoe het afgelopen week gegaan is. Waar liep de client tegenaan. Hoe kan hij het de volgende keer anders aanpakken/voorkomen? Indien noodzakelijk is dergelijke gespreksvoering op afroep beschikbaar. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van innovatieve middelen zoals digitaal contact of in kleine groepjes inrichting geven aan praktische processen van individuele begeleiding. (In kleine groep leren administratie te doen bijvoorbeeld). • Niet bedoeld wordt therapeutische behandeling zoals het zwemmen met dolfijnen of therapeutisch paardrijden. • Een cliënt kan een ondersteuningsvraag hebben op meerdere leefgebieden. Uitgangspunt voor het bepalen van het passende traject is echter het aantal leefgebieden waar door middel van de maatwerkvoorziening tegelijkertijd aan zal worden gewerkt. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat vragen binnen een bepaald leefgebied door middel van inzet van het Voorliggend Veld of door het eigen netwerk worden opgelost. Dan wordt voor dit leefgebied geen Begeleiding Thuis geïndiceerd. • Ook is het mogelijk dat uit het gesprek volgt dat er niet aan alle leefgebieden in één keer, maar gefaseerd in de tijd, zal worden gewerkt. Denk hierbij aan prioritering. Er wordt gekeken met welke leefgebieden de ondersteuning moet starten de eerste periode. Het is vaak niet realistisch om aan alle doelen tegelijkertijd te werken. In de regel wordt aan één tot twee leefgebieden tegelijkertijd gewerkt. • Tijdens het begeleidingstraject is het mogelijk dat het aantal leefgebieden wijzigt. Dit leidt niet tot een gewijzigde indicatie. Als binnen een leefgebied het resultaat is bereikt, kan aan het volgende leefgebied gewerkt gaan worden. Als het aantal leefgebieden waaraan tegelijkertijd wordt gewerkt niet verandert, dan leidt dit ook niet tot een uitbreiding van de indicatie. Mogelijk leidt dit wel tot aanpassing van het zorgplan, welke wordt besproken tijdens evaluatiemomenten. • Bij deze vorm van ondersteuning is het van belang dat er (tussentijds) gemonitord/ geëvalueerd wordt. De situatie van de cliënt kan veranderen waardoor de ondersteuningsbehoefte veranderd en bijvoorbeeld leefgebieden of de benodigde intensiteit wijzigen. Mogelijk is er nieuw aanbod in het Voorliggend Veld of binnen het eigen netwerk waardoor professionele ondersteuning kan worden afgebouwd of helemaal kan worden stopgezet. De mogelijkheid van het stoppen van de professionele ondersteuning wordt altijd tijdens evaluaties besproken. • Als de gemeente opdracht geeft aan de betrokken aanbieder om coördinatie op te pakken dan voert de aanbieder dat uit, tenzij de gemeente aangeeft zelf de coördinatie uit te voeren. |
Gewenste resultaten |
• De cliënt woont zo lang als mogelijk zelfstandig. • De begeleiding is methodisch en, afhankelijk van de cliëntkenmerken gericht op: a. het ontwikkelen van zelfredzaamheid en participatie. b. het behouden van de zelfredzaamheid en participatie. c. het beperken van de achteruitgang in zelfredzaamheid en participatie. • Daar waar cliënt blijvend tekortschiet voorliggende ondersteuning inzetten of toewerken naar andere passende zorg/ ondersteuning die voor lange termijn ingezet kan worden. • Tussen de cliënt en de aanbieder wordt een (zorg)plan opgesteld met SMART geformuleerde doelen. |
Eisen aan personeel en organisatie |
Minimaal werk- en denkniveau Mbo niveau 3 : Verzorgende IG (verpleeghuiszorg en thuiszorg, gehandicaptenzorg of geestelijke gezondheidszorg). Uitgangspunt is dat de gemiddelde aanbieder 30% Mbo niveau 3 : Verzorgende IG en 70% Mbo niveau 4 : Verpleegkundige (met relevant specialisme, ook Mbo niveau 4 Social work acht de Gemeente vergelijkbaar) inzet. |
Met schriftelijke toestemming van de gemeente, mag een aanbieder afwijken van de personele eisen. |
Overige kaders of normering |
ISO 9001 of HKZ certificering of XXX-XX 00000 XXX kleine ondernemingen PDCA cyclus PREZO of gelijkwaardig (passend bij bijvoorbeeld Zorgboerderijen) Toepassing en naleving van de Governancecode Zorg zie xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/ |
Begeleiding specialistisch | |
Categorie: Begeleiding | iWmo code: 02A19 |
Bekostiging: inspanningsgericht, per uur | |
Prijsstelling: EUR 85,61 per uur | |
Definitie | |
Begeleiding specialistisch is gericht op individuele ondersteuning van cliënten bij participatie/meedoen. De ondersteuning is 6 maanden of langer noodzakelijk. In alle gevallen is er sprake van één-op-één ondersteuning. Begeleiding specialistisch vindt plaats in de thuissituatie en kan soms op locatie plaatsvinden om vaardigheden toe te passen. De maatwerkvoorziening wordt per uur geïndiceerd. De omvang is afhankelijk van de beoogde resultaten in combinatie met de persoonlijke capaciteiten en situatie van de cliënt. De bouwsteen Begeleiding specialistisch biedt ondersteuning bij het verminderen van ernstige belemmeringen op meerdere (meer dan 6) leefgebieden, tenzij sprake is van een gediagnosticeerde psychiatrische of psychogeriatrische stoornis, in welk geval ook ondersteuning bij het verminderen van ernstige belemmeringen op minder leefgebieden mogelijk is. Het betreft de volgende leefgebieden: Lichamelijk, -en of geestelijke gezondheid; Persoonlijk verzorging; Dag invulling, werk, scholing Huiselijke relaties/ zorg voor kinderen/ huisgenoten Maatschappelijke participatie; Huisvesting/ huishouden; Sociaal netwerk Financiën. * Uit het onderzoek (met cliënt, mantelzorgers, hulpverleners) moet blijken op welke leefgebieden tegelijkertijd ondersteuning via de maatwerkvoorziening nodig is. Hierbij gaat het om de professionele ondersteuning die geleverd moet worden aanvullend op en in samenhang met ondersteuning door eigen netwerk en vanuit Voorliggend Veld. We kijken in eerste instantie naar het aantal leefgebieden waarop de ondersteuningsvraag van de cliënt betrekking heeft, en waarop de inzet van de aanbieder nodig is. Alleen bij een gediagnosticeerde psychiatrische of psychogeriatrische stoornis, kijken wij ook naar de complexiteit van de persoon zelf of het specialisme van het in te zetten personeel. In de meeste gevallen is er sprake van een tijdelijke indicatie | |
Doelgroep | |
Voor cliënten die als gevolg van hun beperking(en) niet, op eigen kracht, met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit zijn/haar sociale netwerk dan wel met gebruikmaking van algemeen gebruikelijke voorzieningen of algemene voorzieningen, in staat zijn om: - zelfstandig besluiten te nemen; - zelfstandig problemen op te lossen; - zelfstandig de dagelijkse bezigheden te regelen/ de regie te voeren; - zelfstandig de dagelijkse routine en structuur aan te brengen; - anderen te begrijpen en zichzelf begrijpelijk te maken; - sociaal contact aan te gaan, op te bouwen en te onderhouden. Het betreft veelal mensen met beperkingen in: 1. sociale redzaamheid; 2. het bewegen en verplaatsen; 3. het psychisch functioneren; 4. het geheugen en de oriëntatie; 5. het vertonen van ernstig* probleemgedrag; 6. ontbreken van ziekte-inzicht; 7. ontbreken van of te weinig beschermde factoren om meer stabiliteit te krijgen. *We spreken pas van ernstige gedragsproblemen wanneer één of meerdere typen storend gedrag gedurende enkele maanden voorkomen met bovendien duidelijk nadelige gevolgen voor de persoon of de omgeving. |
Voorbeelden van storend gedrag is dwarsheid, onrust, brutaliteit, anderen ergeren, agressiviteit, het schenden van regels, weinig concentratie, bedreigen van de sociale omgeving.
De verschillende typen storend gedrag kunnen verschillen in ernst. Een inschatting van de mate van xxxxx wordt gemaakt op basis van de volgende invalshoeken:
• De duur van de problematiek (hoe langer het gedrag voorkomt, hoe ernstiger het is);
• De frequentie van het gedrag (hoe vaker het gedrag voorkomt, hoe ernstiger het is);
• Het aantal situaties waarin het gedrag voorkomt (als gedrag in meerdere situaties voorkomt – thuis, school, vrienden, sportclub – is het ernstiger);
• Het aantal verschillende typen storend gedrag (hoe meer typen, des te ernstiger);
• Het samen vóórkomen van het storende gedrag met andere problemen;
• Het aantal en de ernst van de nadelige gevolgen en hoe deze worden ervaren door de persoon, zijn gezin en zijn bredere omgeving.
Activiteiten
• Zoveel mogelijk stabiel houden van de situatie, achteruitgang voorkomen of afremmen, of het begeleiden van de achteruitgang. Het gaat hierbij veelal om het bevorderen van het welzijn van de cliënt, het ontlasten van mantelzorgers en langer thuis wonen mogelijk maken.
• De inzet van deze ondersteuning is onder andere gericht op praktische ondersteuning, samen taken uitvoeren, de cliënt ondersteunen en stimuleren (kleine) taken zelf te (blijven) doen, contacten te onderhouden of (deels) overname van (regie) taken.
• De cliënt leert vaardigheden om voldoende te participeren, dagelijkse handelingen uit te voeren en het persoonlijk leven te structureren en daar zoveel mogelijk regie over te voeren. Het participatieniveau wordt ontwikkeld dan wel verhoogd.
• Het toe leiden naar andere meer passende zorg en/ of ondersteuning (zowel afschalen als opschalen valt hieronder).
• Reflectieve gespreksvoering: Evalueren hoe het afgelopen week gegaan is. Waar liep de client tegenaan. Hoe kan hij het de volgende keer anders aanpakken/voorkomen? Indien noodzakelijk is dergelijke gespreksvoering op afroep beschikbaar. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van innovatieve middelen zoals digitaal contact of in kleine groepjes inrichting geven aan praktische processen van individuele begeleiding. (In kleine groep leren administratie te doen bijvoorbeeld).
• Niet bedoeld wordt therapeutische behandeling zoals het zwemmen met dolfijnen of therapeutisch paardrijden.
• Een cliënt kan een ondersteuningsvraag hebben op meerdere leefgebieden. Uitgangspunt voor het bepalen van het passende traject is echter het aantal leefgebieden waar door middel van de maatwerkvoorziening tegelijkertijd aan zal worden gewerkt. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat vragen binnen een bepaald leefgebied door middel van inzet van het Voorliggend Veld of door het eigen netwerk worden opgelost. Dan wordt voor dit leefgebied geen Begeleiding Thuis Specialistisch geïndiceerd.
• Ook is het mogelijk dat uit het gesprek volgt dat er niet aan alle leefgebieden in één keer, maar gefaseerd in de tijd, zal worden gewerkt. Denk hierbij aan prioritering. Er wordt gekeken met welke leefgebieden de ondersteuning moet starten de eerste periode. Het is vaak niet realistisch om aan alle doelen tegelijkertijd te werken. In de regel wordt aan één tot twee leefgebieden tegelijkertijd gewerkt.
• Tijdens het begeleidingstraject is het mogelijk dat het aantal leefgebieden wijzigt. Dit leidt niet tot een wijziging van de indicatie. Als binnen een leefgebied het resultaat is bereikt, kan aan het volgende resultaat gewerkt gaan worden. Als het aantal leefgebieden waaraan tegelijkertijd wordt gewerkt niet verandert, dan leidt dit ook niet tot het uitbreiden van de indicatie. Mogelijk leidt dit wel tot aanpassing van het zorgplan, welke wordt besproken tijdens evaluatiemomenten.
• Bij deze vorm van ondersteuning is het van belang dat er (tussentijds) gemonitord/ geëvalueerd wordt. De situatie van de cliënt kan veranderen waardoor de ondersteuningsbehoefte veranderd en bijvoorbeeld leefgebieden of de benodigde intensiteit wijzigen. Mogelijk is er nieuw aanbod in het Voorliggend Veld
of binnen het eigen netwerk waardoor professionele ondersteuning kan worden afgebouwd of helemaal kan worden stopgezet. De mogelijkheid van het stoppen van de professionele ondersteuning wordt altijd tijdens evaluaties besproken. • Als de gemeente opdracht geeft aan de betrokken aanbieder om coördinatie op te pakken dan voert de aanbieder dat uit, tenzij de gemeente aangeeft zelf de coördinatie uit te voeren. |
Gewenste resultaten |
• De cliënt woont zo lang als mogelijk zelfstandig. • De begeleiding is methodisch en, afhankelijk van de cliëntkenmerken gericht op: a. het ontwikkelen van zelfredzaamheid en participatie. b. het behouden van de zelfredzaamheid en participatie. c. het beperken van de achteruitgang in zelfredzaamheid en participatie. • Daar waar cliënt blijvend tekortschiet voorliggende ondersteuning inzetten of toewerken naar andere passende zorg/ ondersteuning die voor lange termijn ingezet kan worden. • Tussen de aanbieder en de cliënt wordt een zorgplan opgesteld waarin SMART geformuleerde doelen zijn opgenomen. |
Eisen aan personeel en organisatie |
Er is specifieke expertise nodig over de ontregeling die kan plaatsvinden en er zijn “noodplannen” bij ontregeling. Minimaal werk- en denkniveau Mbo niveau 4 : Verpleegkundige (met relevant specialisme, ook Mbo niveau 4 Social work acht de Gemeente vergelijkbaar). Uitgangspunt is dat de gemiddelde aanbieder 30% Mbo niveau 4 : Verpleegkundige en 70% Hbo niveau 6 : Verpleegkundige (met relevant specialisme) inzet. Met schriftelijke toestemming van de gemeente, mag een aanbieder afwijken van de personele eisen. |
Overige kaders of normering |
ISO 9001 of HKZ certificering of XXX-XX 00000 XXX kleine ondernemingen PREZO PDCA cyclus of gelijkwaardig (passend bij bijvoorbeeld Zorgboerderijen) Toepassing en naleving van de Governancecode Zorg; zie xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/ |
Begeleid Leven (alleen gemeente Schouwen-Duiveland) | |
Categorie: Begeleiding | iWmo code: 02A21 |
Bekostiging: inspanningsgericht, per uur | |
Prijsstelling: EUR 85,61 per uur | |
Definitie | |
Begeleid Leven is een voorziening in begeleiding die past bij de problematiek van de jongvolwassene en waar hij/zij door dezelfde hulpverlener, in samenwerking met een jobcoach, tegelijkertijd thuis, op school en op de werkvloer ondersteunt kan worden. Begeleid leven wordt ingezet vanwege perspectief op zelfstandigheid en de motivatie van de jongvolwassene. Het gaat om intensieve begeleiding die in de loop van het traject afgebouwd wordt bij groeiende zelfstandigheid van de jongvolwassene. De intensieve begeleiding bestaat uit planbare en niet planbare ondersteuningsmomenten en bevat inzet op de volgende leefgebieden: • Lichamelijk, -en of geestelijke gezondheid • Persoonlijk verzorging • Daginvulling, werk, scholing • Huiselijke relaties/ zorg voor kinderen/ huisgenoten • Maatschappelijke participatie • Huisvesting/ huishouden • Sociaal netwerk • Financiën. | |
Doelgroep | |
Begeleid Leven is er voor jongvolwassenen, die ondanks hun cognitieve vermogen en de inzet van reguliere hulpverlening door psychosociale problematiek en/of omgevingsfactoren niet in staat zijn geweest een zelfstandig leven op te bouwen. Vanwege deze vermogens is een voorziening binnen Beschermd Wonen niet passend. Vanwege de vele inzet van zorg in het verleden is een bouwsteen als begeleiding specialistisch te licht en de duur te beperkt. Deze jongvolwassenen kennen problemen op meerdere levensdomeinen en hebben vaak in het verleden al meerdere vormen van zorg ontvangen. Te denken valt aan: • jongvolwassenen binnen de verlengde jeugdwet waarbij regulier onderwijs niet meer mogelijk is en de hulpverlening versnipperd wordt aangeboden (meerdere zorgvormen, intramurale setting, onderwijszorgarrangementen). • jongvolwassenen die door Team Thuis aangewezen worden om uitstroom uit Beschermd Wonen mogelijk te maken. Het betreft jongvolwassenen met een lange geschiedenis in de jeugdhulpverlening, uitval van school en soms zelfs met geschiedenis in de criminaliteit en bekend als problematische hangjongvolwassene of zelfs niet meer in beeld als 'thuiszitter'. De bouwsteen richt zich op het weer krijgen van toekomstperspectief voor deze jongvolwassene. Dit wordt mogelijk doordat de zorgverlener zowel thuis, als (in samenwerking met een jobcoach) op het werk en op school aanwezig kan zijn en er met de werkgever en school afspraken zijn om 'flexibel' met soms afwijkend gedrag om te gaan. Afwijkend gedrag resulteert niet direct in het kwijtraken van de BBL-werkplek, maar wordt door zorgverlener en jobcoach besproken en opgepakt met de jongvolwassene, school en werk. Een andere voorwaarde is huisvesting. De doelgroep moet, bij het leren zelfstandig worden, ook in staat worden gesteld een eigen huishouden met budgetbeheer te verzorgen. Hiervoor is geschikte woonruimte nodig die voor de doelgroep te betalen is en waarvoor dus huurtoeslag ontvangen kan worden. Een zelfstandige woonruimte kan als start dienen van het traject, maar ook als doel dienen om naar toe te groeien. Het meest ideaal is een geclusterde woonvoorziening gebleken waar de zorgaanbieder meerdere jongvolwassenen kan huisvesten. Begeleiding in deze voorziening is dan beter te verdelen over de doelgroep en de doelgroep kan samen leren leven en gezamenlijk activiteiten ondernemen zoals leren koken. Het budgetbeheer wordt afgenomen bij een derde partij, niet zijnde de zorgverlener. Tijdens het traject kan aan de jongvolwassene een onafhankelijke cliëntondersteuner toegewezen worden, vanwege het feit dat veel zorg in één hand is en de jongvolwassene niet te veel afhankelijk van één partij mag worden. | |
Activiteiten | |
Maatwerk |
Gewenste resultaten |
• De cliënt woont zo lang als mogelijk zelfstandig, bij voorkeur in een geclusterde woonvorm. • De begeleiding is methodisch en, afhankelijk van de cliëntkenmerken gericht op: a. het ontwikkelen van zelfredzaamheid en participatie. b. het behouden van de zelfredzaamheid en participatie. c. het beperken van de achteruitgang in zelfredzaamheid en participatie. • Daar waar cliënt blijvend tekortschiet voorliggende ondersteuning inzetten of toewerken naar andere passende zorg/ ondersteuning die voor lange termijn ingezet kan worden. • Tussen de aanbieder en de cliënt wordt een plan opgesteld waarin SMART geformuleerde doelen zijn opgenomen. |
Eisen aan personeel en organisatie |
Het is alleen mogelijk om begeleid leven aan te bieden indien u ook begeleiding specialistisch en begeleiding kunt aanbieden. U dient zich voor deze 3 producten in te schrijven. Minimaal werk- en denkniveau Mbo niveau 4 : Verpleegkundige (met relevant specialisme, ook Mbo niveau 4 Social work acht de Gemeente vergelijkbaar). Uitgangspunt is dat de gemiddelde aanbieder 30% Mbo niveau 4 : Verpleegkundige en 70% Hbo niveau 6 : Verpleegkundige (met relevant specialisme) inzet. Met schriftelijke toestemming van de gemeente, mag een aanbieder afwijken van de personele eisen. |
Overige kaders of normering |
ISO 9001 of HKZ certificering of XXX-XX 00000 XXX kleine ondernemingen PREZO PDCA cyclus of gelijkwaardig (passend bij bijvoorbeeld Zorgboerderijen) Toepassing en naleving van de Governancecode Zorg; zie xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/ |
Dagbesteding regulier | |
Categorie: Begeleiding | iWmo code: 07A03 |
Bekostiging: inspanningsgericht, per dagdeel 4 uur | |
Prijsstelling: EUR 40,94 per dagdeel 4 uur | |
Definitie | |
Dagbesteding regulier voor cliënten die vanwege hun beperking niet kunnen deelnemen aan gewoon of regulier begeleid werken dan wel niet meer werkzaam zijn. De dagbesteding vindt buiten de woonsituatie in groepsverband plaats. Het accent ligt op een van de volgende activiteiten of een combinatie hiervan: arbeidsmatige activiteiten, activering (gericht op zinvolle besteding van de dag), het bijhouden van vaardigheden. Daar waar mogelijk werkt de aanbieder samen met stakeholders om de beschreven resultaten te realiseren. Combinaties van deelpopulaties is wenselijk. Voor beide bouwstenen voor dagbesteding geldt in de Oosterschelderegio dat vervoer niet is inbegrepen. Het vervoer naar de dagbestedingslocatie is de eigen verantwoordelijkheid van de Inwoner. De cliënt kan indien noodzakelijk gebruik maken van de beschikbare vervoersvoorzieningen binnen de Wmo. | |
Doelgroep | |
Een maatwerkvoorziening gericht op participatie met activiteiten om de tijd prettig of zinnig in te vullen voor mensen met een beperking of een langdurige ziekte, bedoeld als ontspanning en gericht op het in zo goed mogelijke conditie houden (het activeren / stimuleren van persoonlijke interacties) van de deelnemers of ter ontlasting van mantelzorgers waarbij voorbeelden van dagbesteding zijn: helpen op een zorgboerderij, bewegingsactiviteiten, gezamenlijk een maaltijd bereiden en creatieve activiteiten. Arbeidsmatige dagbesteding Een maatwerkvoorziening gericht op participatie waarbij activiteiten met een arbeidsmatig karakter worden uitgevoerd gericht op het maken van producten voor de verkoop of het leveren van diensten, geschikt voor mensen die (nog) niet in een gewone baan kunnen werken of veel begeleiding nodig hebben tijdens het werk en mogelijk als onderdeel van een re-integratietraject en mogelijk als opstap naar een andere vorm van werk; | |
Activiteiten | |
- Maatwerk - Vraaggericht | |
Gewenste resultaten | |
- het bieden van dagritme, maatschappelijke participatie en het behouden of vergroten van zelfstandigheid, en daarmee de stabiliteit van leven - het bieden van een zinvolle daginvulling gericht op iemands herstel na een ontwrichtende ervaring, inclusief terugkeer van (zelfstandige) zinvolle participatie in de samenleving (ontwikkelingsgericht); - het verbeteren van sociaal contact; - het terugkeren naar (on)betaalde arbeid; - Het ontlasten van de mantelzorger, partner en/of huisgenoot (meestal gericht op stabilisatie). | |
Eisen aan personeel en organisatie | |
Minimaal werk- en denkniveau Mbo niveau 3 : Verzorgende IG (verpleeghuiszorg en thuiszorg, gehandicaptenzorg of geestelijke gezondheidszorg). Uitgangspunt is dat de gemiddelde aanbieder 40% Mbo niveau 3 : Verzorgende IG en 60% Mbo niveau 4 : Verpleegkundige (met relevant specialisme, ook Mbo niveau 4 Social work acht de Gemeente vergelijkbaar) inzet. Met schriftelijke toestemming van de gemeente, mag een aanbieder afwijken van de personele eisen. | |
Overige kaders of normering | |
ISO 9001 of HKZ certificering of XXX-XX 00000 XXX kleine ondernemingen PDCA cyclus PREZO of gelijkwaardig (passend bij bijvoorbeeld Zorgboerderijen) |
Toepassing en naleving van de Governancecode Zorg; zie xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/
Dagbesteding specialistisch | |
Categorie: Begeleiding | iWmo code: 07A04 |
Bekostiging: inspanningsgericht, per dagdeel 4 uur | |
Prijsstelling: EUR 63,29 per dagdeel 4 uur | |
Definitie | |
Dagbesteding specialistisch voor cliënten met ernstige beperkingen bij het dagelijks functioneren persoonlijke zorg, mobiliteit, zelfredzaamheid) die vanwege hun beperking niet maatschappelijk kunnen participeren binnen de algemene voorzieningen in de buurt. Dagbesteding Specialistisch vindt buiten de woonsituatie in groepsverband plaats. Tijdens de dagbesteding is sprake van intensieve begeleiding in samenhang met enige persoonlijke verzorging. De dagbesteding is gericht op het stabiliseren van functioneren en op het voorkomen van achteruitgang in fysieke, verstandelijke en sociaal-emotionele vaardigheden. Voor beide bouwstenen voor dagbesteding geldt in de Oosterschelderegio dat vervoer niet is inbegrepen. Het vervoer naar de dagbestedingslocatie is de eigen verantwoordelijkheid van de Inwoner. De Inwoner kan indien noodzakelijk gebruik maken van de beschikbare vervoersvoorzieningen binnen de Wmo. Dagbesteding specialistisch is voor mensen die op locatie intensieve begeleiding nodig hebben door hun ernstige problematiek. | |
Doelgroep | |
Voor cliënten die als gevolg van hun beperking(en) niet, op eigen kracht, met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit zijn/haar sociale netwerk dan wel met gebruikmaking van algemeen gebruikelijke voorzieningen of algemene voorzieningen, in staat zijn om: - zelfstandig besluiten te nemen; - zelfstandig problemen op te lossen; - zelfstandig de dagelijkse bezigheden te regelen/ de regie te voeren; - zelfstandig de dagelijkse routine en structuur aan te brengen; - anderen te begrijpen en zichzelf begrijpelijk te maken; - sociaal contact aan te gaan, op te bouwen en te onderhouden. Het betreft veelal mensen met beperkingen in: 1. sociale redzaamheid; 2. het bewegen en verplaatsen; 3. het psychisch functioneren; 4. het geheugen en de oriëntatie; 5. het vertonen van ernstig probleemgedrag; 6. ontbreken van ziekte-inzicht; 7. ontbreken van of te weinig beschermde factoren om meer stabiliteit te krijgen. We spreken pas van ernstige gedragsproblemen wanneer één of meerdere typen storend gedrag gedurende enkele maanden voorkomen met bovendien duidelijk nadelige gevolgen voor de persoon of de omgeving. Voorbeelden van storend gedrag is dwarsheid, onrust, brutaliteit, anderen ergeren, agressiviteit, het schenden van regels, weinig concentratie, bedreigen van de sociale omgeving. De verschillende typen storend gedrag kunnen verschillen in ernst. Een inschatting van de mate van xxxxx wordt gemaakt op basis van de volgende invalshoeken: • De duur van de problematiek (hoe langer het gedrag voorkomt, hoe ernstiger het is); • De frequentie van het gedrag (hoe vaker het gedrag voorkomt, hoe ernstiger het is); • Het aantal situaties waarin het gedrag voorkomt (als gedrag in meerdere situaties voorkomt – thuis, school, vrienden, sportclub – is het ernstiger); • Het aantal verschillende typen storend gedrag (hoe meer typen, des te ernstiger); • Het samen vóórkomen van het storende gedrag met andere problemen; • Het aantal en de ernst van de nadelige gevolgen en hoe deze worden ervaren door de persoon, zijn gezin en zijn bredere omgeving. | |
Activiteiten | |
- Maatwerk - Vraaggericht | |
Gewenste resultaten | |
- het bieden van dagritme, maatschappelijke participatie en het behouden of vergroten van zelfstandigheid, en daarmee de stabiliteit van leven |
- het bieden van een zinvolle daginvulling gericht op iemands herstel na een ontwrichtende ervaring, inclusief terugkeer van (zelfstandige) zinvolle participatie in de samenleving (ontwikkelingsgericht); - het verbeteren van sociaal contact; - het terugkeren naar (on)betaalde arbeid; - Het ontlasten van de mantelzorger, partner en/of huisgenoot (meestal gericht op stabilisatie). |
Eisen aan personeel en organisatie |
Er is specifieke expertise nodig over de ontregeling die kan plaatsvinden en er zijn “noodplannen” bij ontregeling. Minimaal werk- en denkniveau Mbo niveau 4 : Verpleegkundige (met relevant specialisme, ook Mbo niveau 4 Social work acht de Gemeente vergelijkbaar). Uitgangspunt is dat de gemiddelde aanbieder 50% Mbo niveau 4 : Verpleegkundige en 50% Hbo niveau 6 : Verpleegkundige (met relevant specialisme) inzet. Met schriftelijke toestemming van de gemeente, mag een aanbieder afwijken van de personele eisen. |
Overige kaders of normering |
ISO 9001 of HKZ certificering of XXX-XX 00000 XXX kleine ondernemingen PDCA cyclus PREZO of gelijkwaardig (passend bij bijvoorbeeld Zorgboerderijen) Toepassing en naleving van de Governancecode Zorg; zie xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/ |
Kortdurend Verblijf | |
Categorie: Begeleiding | iWmo code: 04A06 |
Bekostiging: inspanningsgericht, per etmaal (24 uur) | |
Prijsstelling: EUR 185,80 per etmaal (24 uur) | |
Definitie | |
Kortdurend verblijf in een instelling ter ontlasting van de mantelzorg of het netwerk (respijtzorg). Het kan gaan om cliënten die voortdurend toezicht nodig hebben of waar constant zorg, of zorg op onplanbare tijdstippen, noodzakelijk is. | |
Doelgroep | |
18+ die (nog) niet in aanmerking komt voor Wlz of in de overgang naar de WLZ. Kortdurend verblijf is maximaal een periode van 3 nachten aansluitend per week. | |
Activiteiten | |
Kortdurend Verblijf omvat alle activiteiten die nodig zijn voor het verblijf aldaar. Er vindt geen stapeling plaats van andere maatwerkvoorzieningen. Kosten zijn inclusief hotelmatige en verzorgende aspecten inclusief dagbesteding. Verpleegtechnische handelingen vallen onder de zorgverzekeringswet. | |
Gewenste resultaten | |
Ter ontlasting van mantelzorgers. | |
Eisen aan personeel en organisatie | |
Minimaal werk- en denkniveau Mbo niveau 2 : Helpende Zorg en Welzijn. Uitgangspunt is dat de gemiddelde aanbieder overdag 70% Mbo niveau 3 : Verzorgende IG en 30% Mbo niveau 4 : Verpleegkundige (met relevant specialisme, ook Mbo niveau 4 Social work acht de Gemeente vergelijkbaar) inzet. Uitgangspunt is dat de gemiddelde aanbieder in de nacht 100% Mbo niveau 3 : Verzorgende IG inzet. Met schriftelijke toestemming van de gemeente, mag een aanbieder afwijken van de personele eisen. | |
Overige kaders of normering | |
ISO 9001 of HKZ certificering of XXX-XX 00000 XXX kleine ondernemingen PDCA cyclus PREZO of gelijkwaardig (passend bij bijvoorbeeld Zorgboerderijen) Toepassing en naleving van de Governancecode Zorg; zie xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/ |
Vervoer dagbesteding regulier (Veere) - verplicht in te zetten bij het leveren van Begeleiding: Dagbesteding regulier inspanningsgericht en Dagbesteding specialistische inspanningsgericht. | |
Categorie: Begeleiding | iWmo code: 08A03 |
Bekostiging: inspanningsgericht, retour | |
Prijsstelling: EUR 17,13 per retour | |
Definitie | |
Vervoer van en naar de dagbestedingslocaties die gecontracteerd zijn door gemeente Veere | |
Doelgroep | |
Mensen die gebruik maken van dagbesteding en niet op eigen kracht, middels het netwerk of voorliggende voorzieningen naar de dagbesteding kunnen komen. | |
Activiteiten | |
Vervoer van en naar de dagbestedingslocatie |
Vervoer dagbesteding met begeleiding (Veere) - verplicht in te zetten bij het leveren van Begeleiding: Dagbesteding regulier inspanningsgericht en Dagbesteding specialistische inspanningsgericht. | |
Categorie: Begeleiding | iWmo code:08A04 |
Bekostiging: inspanningsgericht, retour | |
Prijsstelling: EUR 27,77 per retour | |
Definitie | |
Vervoer van en naar de dagbestedingslocaties in de gemeente Veere, waarbij sprake is van directe vormen van begeleiding, noodzakelijk vanwege gedragsproblematiek of gezondheidsproblematiek en vervoer van personen die slechts gezeten in een rolstoel vervoerd kunnen worden. | |
Doelgroep | |
Mensen die afhankelijk zijn van begeleiding tijdens de reis die niet door de chauffeur kan worden gegeven of die gebruik moeten maken van rolstoelvervoer | |
Activiteiten | |
Vervoer van en naar de dagbestededingslocatie |
Eisen vervoer dagbesteding | |
1 | Organisatie |
1.1 | De zorgaanbieder dient de in te zetten chauffeur deugdelijk te instrueren over het op de juiste wijze handelen en vervoeren van reizigers met een beperking, zoals het geven van specifieke instructies over de cliënt, aandoening of beperking en de wijze waarop in het geval van een incident moet worden gehandeld. |
1.2 | De zorgaanbieder conformeert zich aan de laatste versie van de Code Veilig Vervoer Rolstoelinzittenden opgesteld door de KBOH (Kwaliteits- en bruikbaarheidonderzoek van Hulpmiddelen voor gehandicapten en ouderen) en handelt volgens de hierin opgenomen richtlijnen bij de uitvoering van het rolstoelvervoer. |
1.3 | De gemeenten kunnen voorlichtingsbijeenkomsten voor chauffeurs organiseren in samenwerking met de GVZ. Doel van deze bijeenkomsten is om aandacht te geven aan verkeersveiligheid en incidenten. Deelname voor betrokken chauffeurs is gewenst. Deze bijeenkomsten worden gratis georganiseerd. |
1.4 | De zorgaanbieder zal zich gedurende de gehele looptijd van de overeenkomst voldoende verzekerd hebben. |
2 | Wagens |
2.1 | Alle voertuigen voldoen tevens aan de geldende wet- en regelgeving |
2.2 | Indien nodig, moeten medische hulpmiddelen, één tas en/of een hulphond meegenomen kunnen worden. |
2.3 | Alle voertuigen zijn door de Rijksdienst voor het Wegverkeer goedgekeurd |
2.4 | In het voertuig dienen een verbandtrommel, brandblusser, noodhamer en gordelsnijder aanwezig te zijn. De zorgaanbieder ziet er op toe dat de inventaris indien nodig wordt aangevuld en steeds voldoet aan de wettelijke eisen. |
2.5 | Zorgaanbieder draagt te allen tijde zorg voor veilig vervoer overeenkomstig dit contract. Tijdens de winterperiode dienen voertuigen te zijn voorzien van geschikte banden (winterbanden of all weather banden). |
2.6 | Zorgaanbieder dient voor elke klant (ook achterin) een passende zitplaats te bieden met voldoende beenruimte; |
2.7 | Het vervoermiddel is geschikt om samen met de reizigers een hulpmiddel zoals een inklapbare rolstoel of rollator en/of enige bagage mee te nemen; |
3 | Chauffeur |
3.1 | Is in het bezit van een Verklaring omtrent het gedrag (VOG) (Voor opvragen VOG kan gebruik gemaakt worden van een standaard format wat wordt uitgegeven door het KIWA op die manier kan men heel snel een VOG verkrijgen met zelfde screening voor chauffeurskaart). |
3.2 | Is in het bezit van een geldig diploma “Levensreddend handelen” of begint met de opleiding voor het behalen van dit diploma. BHV voldoet aan deze eis. |
3.3 | Ziet erop toe dat er niet gerookt wordt in het voertuig, geen alcoholhoudende dranken worden gebruikt en/of verslavende middelen/(soft)drugs. Dit geldt zowel tijdens het vervoer voor zowel de chauffeur als de reizigers, als op momenten dat er geen reizigers worden vervoerd. Verder geldt er een verbod voor het gebruik van medicijnen die de rijvaardigheid negatief kunnen beïnvloeden. |
3.4 | Chauffeur zorgt bij rolstoelvervoer voor: - het opbergen van de rollator en opvouwbare rolstoel in de bagageruimte van het voertuig; - het in- en uitrijden en vastzetten van een rolstoel (eventueel inclusief inzittende) - hulp bij het in- en uitladen van de bagage; - (verkeers)veilig en comfortabel vervoer van de reizigers; - hulp bij het in- en uitstappen; |
Bijlage 3: Protocol eenzijdige beëindiging Maatschappelijke Ondersteuning
Aangezien de Aanbieder verplicht is de cliënt passende Maatschappelijke Ondersteuning te leveren, dient een eenzijdige beëindiging een uitzonderlijke situatie te zijn. Alvorens hiertoe over te kunnen gaan, dient de Aanbieder zich tot het uiterste te hebben ingespannen om de cliënt van de benodigde Maatschappelijke Ondersteuning te voorzien door middel van een alternatief aanbod vanuit de eigen organisatie of door doorbemiddeling naar een andere Aanbieder.
Deze inspanningen moet de Aanbieder zichtbaar kunnen maken aan de gemeente en de cliënt. Van eenzijdige beëindiging is sprake indien de ingezette Maatschappelijke Ondersteuning door de Aanbieder eenzijdig wordt stopgezet, zonder verzoek van de cliënt/vertegenwoordiger, terwijl de vraag nog wel actueel is. Het beëindigen is alleen mogelijk bij zwaarwegende redenen en slechts onder bijzondere omstandigheden.
Voorbeelden van zwaarwegende redenen zijn:
a) Een ernstige mate van bedreiging of intimidatie die de situatie onwerkbaar maakt omdat de persoonlijke veiligheid of vrijheid van de Aanbieder in gevaar is. Deze situatie kan ontstaan vanuit de cliënt maar ook vanuit de handelwijze van familie van de cliënt.
b) Een onherstelbaar verstoorde vertrouwensrelatie.
c) Arbo omstandigheden die ernstige gezondheidsrisico's opleveren voor de Aanbieder
d) Het niet nakomen van essentiële verplichtingen of regels, ook niet na herhaaldelijk (schriftelijk) aandringen of waarschuwen door de Aanbieder.
Als Xxxxxxxxx besluit tot eenzijdige beëindiging van de Maatschappelijke Ondersteuning dan stelt deze de gemeente hiervan per omgaande op de hoogte. De melding vindt schriftelijk plaats met omschrijving van de reden.
Bijlage 4: Spoedprocedure voor inzet Maatwerkvoorziening Wmo 2015
Uitgangspunten
De reguliere procedure om betaalde zorg in te mogen zetten binnen het kader van de Wmo 2015 start met een melding bij het Wmo loket. Na de melding start de gemeente een onderzoek en op basis van dit onderzoek wordt zo nodig een beschikking afgegeven. Pas na het afgeven van de beschikking kan de ondersteuning door de Aanbieder worden gestart.
In bepaalde gevallen zal de urgentie om met ondersteuning te beginnen zo groot zijn dat niet gewacht kan worden totdat de procedure bij de gemeente is afgerond. In die situaties moet de Aanbieder gebruik maken van de spoedprocedure. De Aanbieder meldt de start van de spoedprocedure telefonisch bij het Wmo loket (binnen kantoortijd direct, buiten kantoortijd zodra het kantoor weer open is). Buiten kantoortijden kan de Aanbieder gelijk starten met de inzet van zorg en binnen kantoortijden nadat hij melding heeft gedaan. Het is belangrijk dat de Aanbieder bij de melding aangeeft dat er gebruik wordt gemaakt van de spoedprocedure.
Wanneer de melding voor inzet van ondersteuning in het kader van een spoedprocedure bij de gemeente binnen is, zal de gemeente direct via e-mail een akkoord geven voor de inzet van ondersteuning. In deze bevestiging staat ook de datum start zorg genoemd, zodat daar in de beschikking rekening mee kan worden gehouden.
De Aanbieder ontvangt een vergoeding voor de ondersteuning vanaf het moment dat de inzet van zorg is gestart. Dat moment kan niet eerder zijn dan de dag waarop de Aanbieder de start van de spoedprocedure heeft gemeld, rekening houdend met de situatie buiten kantoortijden. De vergoeding voor de ondersteuning is gelijk aan de vergoeding zoals afgesproken in de Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Wmo 2015.
De Aanbieder stelt in afstemming met de cliënt een ondersteuningsplan op, of zorgplan in gemeente Veere. Een door de cliënt ondertekend exemplaar wordt naar de gemeente (Wmo loket) gezonden.
De Aanbieder beoordeelt of gebruik van de spoedprocedure noodzakelijk is. De gemeente zal dit toetsen. De gemeente gaat uit van een juist gebruik van de spoedprocedure. Wanneer blijkt dat de spoedprocedure is ingezet, terwijl dit niet noodzakelijk is zal dat consequenties hebben. Dat zal een eerste keer in de vorm van een waarschuwing zijn. Een tweede keer zal de ingezette ondersteuning in de periode van melding tot en met het afgeven van een beschikking niet vergoed worden. Wanneer een Aanbieder vaker een verkeerde beoordeling maakt voor de inzet van de spoedprocedure, kan de Aanbieder worden uitgesloten van de mogelijkheid om nog langer gebruik te maken van de spoedprocedure. Dat zal de Aanbieder schriftelijk worden medegedeeld.
Bij inzet van de spoedprocedure voor inzet van Huishoudelijke Ondersteuning zal er sprake moeten zijn van een situatie, waar naast hulp bij huishoudelijke taken er ook hulp nodig is bij het regelen en organiseren en het ondersteunen van de cliënt bij de regievoering. Of er is een situatie met niet uitstelbare taken (zoals de verzorging van kinderen en/of de bereiding van maaltijden.
Instructie om de spoednoodzaak vast te stellen zijn:
a) Schat in welke rol huisgenoten/mantelzorg tijdelijk nog extra kunnen vervullen. Het gaat hierbij om de vraag hoe lang de hulp nog uitgesteld kan worden (de normale bijdrage van huisgeno-ten/mantelzorg is reeds in de indicatie verwerkt).
b) Schat in hoe schadelijk de gevolgen zijn van het uitstellen van de hulp.
c) De termijn (binnen ... tijd hulp nodig) geldt steeds vanaf het moment van de aanvraag. Onderstaande betekent dat de hulpvraag van een cliënt na verloop van tijd urgenter wordt.
1. Binnen 48 uur hulp nodig
Mantelzorg/huisgenoten:
- Ontbreekt volledig of is op benodigde activiteiten niet inzetbaar.
- Geen vorm van thuiszorg of andere voorzieningen aanwezig.
- Uithuisplaatsing van kinderen wordt noodzakelijk.
De schadelijke gevolgen voor de individuele gezondheid zijn bij het later inzetten van zorg zeer ernstig, bijvoorbeeld:
- Intramurale opname wordt noodzakelijk.
- Ontslag uit ziekenhuis of verpleeghuis is niet mogelijk.
- Gevaar voor zichzelf of omgeving.
2. Binnen één week hulp nodig
Mantelzorg/huisgenoten:
- Kan hoogstens een week de strikt noodzakelijke taken vervullen.
De schadelijke gevolgen voor de gezondheid zijn bij het later inzetten van zorg ernstig, bijvoorbeeld:
- Mogelijkheid te herstellen van ziekte wordt sterk verminderd.
- Geen of zeer slechte voeding.
- Verzuim van werk noodzakelijk terwijl dit absoluut onmogelijk is.
Procedure
1. Er dient zich een casus aan.
2. De Aanbieder beoordeelt of en dat er sprake is van spoed.
3. De Aanbieder maakt melding van de casus bij het Wmo loket en vermeldt daarbij dat het een spoedprocedure betreft.
4. De Aanbieder krijgt via de e-mail een akkoord voor het inzetten van ondersteuning in het kader van de spoedprocedure. De Aanbieder kan ondersteuning inzetten.
5. De melding door de Aanbieder dient tevens als melding conform artikel 2.3.2 lid 1 van de Wmo, op basis waarvan de Gemeente een onderzoek instelt.
6. Wanneer dit proces leidt tot een opdracht tot het verstrekken van één of meerdere bouwstenen binnen de Maatwerkvoorziening Wmo 2015 kan de Aanbieder gaan declareren.
7. Declareren kan met terugwerkende kracht, waarbij de datum in de beschikking voor start zorg gelijk is aan de datum waarop de Aanbieder melding heeft gemaakt van de inzet spoedprocedure bij het Wmo loket.
8. De gemeente toetst achteraf of het inzetten van de spoedprocedure terecht is.
Bijlage 5: Toegang
Bijlage 6: Administratieprotocol
PM
Bijlage 7: Aangesloten Aanbieders
1. Oosterschelderegio
2. Gemeente Veere