DOOR AGNES JOSEPH
DOOR XXXXX XXXXXX
EN XXXXXXX XXXXXXXXXX
Pensioen is en blijft solidair
Oorsprong pensioenkapitaal
Premie en Rendement
Sterftewinst
100%
bepaalde mate van garantie wel. Het ene beleggingsbeleid/sturings- mechanisme biedt bijvoorbeeld meer nominale zekerheid dan een ander beleid.
80%
60%
40%
20%
30 40 50 60 70 80 90
leeftijd
HYBRIDE VARIANT
Een toekomstbestendig contract, dat bij moet dragen aan meer draagvlak en vertrouwen vertrekt vanuit de wensen van de deelnemers. Het contract moet voldoende individuele flexibiliteit hebben, en toch solidair en collectief zijn om pensioen betaalbaar te houden. We hebben een voorstel voor een hybride variant die overal rekening mee houdt. Iedere deelnemer krijgt zijn eigen individuele ‘uitkeringenovereenkomst’. Hij heeft een eigen vermogen, ambitie-uitkeringen en een persoonlijke dekkingsgraad. In goede tijden vullen de persoonlijke buffers zich, om klappen op te vangen in mindere tijden. Zo worden pensioenen minder snel gekort en is er een
36
de actuaris januari 2017 # solidariteit
DISCUSSIES OVER SOLIDARITEIT
Afgelopen jaar stond voor de pensioenspecialisten in het teken van een nieuw pensioencontract. Een contract dat aansluit bij de huidige manier van werken en leven. En dat bovendien bijdraagt aan draagvlak en vertrouwen. De uiteindelijke keuze is nog niet gemaakt. Nieuwe voorstellen zijn nog mogelijk. Wij gaan voor een contract op basis van individuele flexibiliteit en collectieve
solidariteit.
PENSIOEN 2016 IN VOGELVLUCHT
Begin 2016 stelde de Sociaal Economische Raad (SER) vijf mogelijke nieuwe pensioencontracten voor. In de zomer 2016 uitte het Kabinet de voorkeur voor twee van deze contractvarianten. Een ‘uitkeringsovereenkomst’ met een aangepast sturingsmechanisme en een ‘premieovereenkomst’ aangevuld met een collectieve buffer. De afgelopen maanden volgden nadere onderzoeken naar deze twee varianten uitgevoerd door de Pensioenfederatie, het Centraal Planbureau (CPB) en Netspar.
PENSIOEN IS ONZEKER
Een belangrijk element in alle pensioenvoorstellen is dat de zekerheids- maat wordt losgelaten. Afgelopen jaren zijn er pensioenen gekort, terwijl iedereen dacht dat pensioenen zeker waren. Pensioenkortingen zijn in de huidige uitkeringsovereenkomsten een allerlaatste redmiddel. In de nieuw voorgestelde pensioencontracten daarentegen is het korten van pensioen een ‘gewoon’ sturingsmiddel. Dit geldt zowel voor de nieuwe uitkerings- overeenkomst als voor de nieuw voorgestelde premieovereenkomst. In beide varianten bouw je in goede tijden wel een collectieve buffer op. De buffer zorgt voor intergenerationele risicodeling. Een vorm van solidariteit, om de effecten van pech-en gelukgeneraties te dempen.
X. Xxxxxx MSc AAG (links) is senior actuaris bij Syntrus Achmea Pensioenbeheer.
X. Xxxxxxxxxx MSc AAG is actuaris bij Syntrus Achmea Pensioenbeheer.
Over de meerwaarde van intergenerationele risicodeling is heel veel discussie onder pensioenspecialisten. In theorie levert delen van beleggingsrisico’s tussen bestaande generaties niets op. Het delen van beleggingsrisico’s met toekomstige generaties levert wel welvaartswinst. Maar hoeveel dat precies is hangt van vele veronderstellingen af. Netspar geeft aan dat de range tussen de 1% en 4% ligt1. Tegenover die winst staan wel risico’s. Als het pensioenfonds er bijvoorbeeld slecht voor staat, wil je dan nog wel deelnemen? In een andere studie geeft Netspar aan dat de welvaartswinst van maatwerk wel drie tot vijfmaal groter is dan de welvaartswinst van intergenerationele risicodeling. Is een beleggingsbeleid dat gelijk is voor iedereen dan wel gewenst?
HET KABINET WIL DE
DOORSNEESYSTEMATIEK AFSCHAFFEN, WAT EEN BELANGRIJK
SOLIDARITEITSELEMENT BEVATTE
Deze discussies roepen op hun beurt vragen op over de verplichtstelling. Verplichtstelling is gerechtvaardigd als middel om solidariteit tot stand te brengen die anders moeilijk te realiseren is. Het kabinet wil de doorsnee- systematiek (iedereen gelijke premie en gelijke opbouw) afschaffen, wat een belangrijk solidariteitselement bevatte. En nu staan ook de collectieve buffers als middel om beleggingsrisico’s te delen ter discussie. Een vraag die bij het publiek op zal komen: blijft er nog wel solidariteit over?
INDIVIDUELE RISICODELING LEVERT MEESTE WINST
Wat de pensioensector vaak vergeet te melden is dat in alle voorstellen wel degelijk een grote mate van risicodeling bestaat. De economen nemen dit als een vanzelfsprekend gegeven aan. Maar voor het publiek is dit misschien niet zo duidelijk. De discussies gaan over het al dan niet delen van beleggingsrisico. Maar in alle contracten is er sprake van individuele risicodeling. Het gaat dan om (micro)langlevenrisico, nabestaandenrisico en arbeidsongeschiktheidsrisico. Neem bijvoorbeeld het (micro)langleven- risico. De ene deelnemer overlijdt eerder dan de ander. Als je overlijdt valt in alle voorstellen jouw aandeel pensioenkapitaal vrij aan de andere deelnemers in het collectief. De overlevenden krijgen hierdoor een deel van jouw kapitaal bijgeschreven. Dit staat bekend als sterftewinst, en is zoals je in figuur 1 kan zien een aanzienlijk aandeel in het pensioen van oudere deelnemers. Dit is eigenlijk de essentie van pensioen: verzekeren dat je voldoende inkomen hebt mocht je (erg) oud worden. Als je (micro)lang- levenrisico niet deelt heb je een welvaartsverlies van meer dan 90%!
Toekomstige pensioen is dus nog ontzettend solidair, niemand twijfelt daaraan. Maar door vele discussies over alle details vergeten we dit nogal eens te melden.
Figuur 1: Aandeel sterftewinst ten opzichte van premie en rendement in het pensioenvermogen2
NIEUWE CONTRACTEN ZIJN IN GROTE LIJNEN GELIJK AAN ELKAAR
Als je op hoofdlijnen naar de verwachte uitkomsten van alle contracten kijkt, dan zijn ze zo goed als gelijk aan elkaar. Of je nu werkt vanuit een ‘uitkeringsovereenkomst’ met aanspraken en collectief vermogen, of vanuit een ‘premieovereenkomst’ met een individueel pensioenpotje. De uitkomst wordt met name bepaald door de premie inleg, goed beleggingsbeleid en het delen van individuele risico’s. Afhankelijk van de sturingsmechanisme zijn er wel verschillen in rendement en risico. Het hangt van persoonlijke voorkeuren af of je het ene contract prefereert boven de andere. De Pensioenfederatie heeft vanuit de berekeningen dan ook geen voorkeur aangegeven voor één van de contracten. Wel ziet de Pensioenfederatie voor zowel de nieuwe ‘uitkeringsovereenkomst’ als ‘premieovereenkomst’ verbeterpunten. De Pensioenfederatie stuurt daarom aan op een nieuwe ‘hybride’ variant met de beste elementen van beide contracten.
WAT WIL DE DEELNEMER?
De SER is nu aan zet om met zo’n ‘hybride’ variant te komen. Het lijkt ons een goed moment om eens terug te kijken waarom we dit allemaal zijn begonnen. We zoeken een toekomstbestendiger pensioen dat beter aansluit op de huidige dynamiek in de arbeidsmarkt en toegenomen heterogeniteit tussen individuen. Solidair en collectief, maar wel met ruimte voor keuzevrijheid en maatwerk. De Pensioenfederatie hield afgelopen jaar een onderzoek onder deelnemers. Wat willen zij? Daaruit bleek dat deelnemers willen kunnen kiezen voor de pensioenuitvoerder en de mate van garantie.
DEZE WENSEN VAN DEELNEMERS
WORDEN BINNEN DE PENSIOENSECTOR NAUWELIJKS BESPROKEN.
DIT VINDEN WIJ EEN GEMISTE KANS.
KIEZEN VOOR DE UITVOERDER EN MATE VAN GARANTIE
Deze wensen van deelnemers worden binnen de pensioensector nauwelijks besproken. ‘Uitvoerder kiezen is onwenselijk, en garanties kunnen we niet bieden’. Dit vinden wij een gemiste kans. Het lijkt ons goed om deze punten wel bespreekbaar te maken. Aan het kiezen van uitvoerders kleven risico’s zoals een zogenaamde ‘pensioen-run’. Maar voor risico’s zijn oplossingen te bedenken. Iemand mag bijvoorbeeld maar één keer in de 5 jaar overstappen. Aan een overstap kunnen kosten verbonden worden, etc. Een ander risico is dat zeg een gezonde bankier overstapt naar een pensioenfonds in de schoonmaakbranche vanwege sterftewinst. Door sterftewinst inkomensafhankelijk te maken kan je hiervoor corrigeren. Ook de mate van garantie is een logische wens vanuit deelnemers. Echt ‘harde’ garanties kunnen we wellicht niet bieden, maar de keuze voor een
hogere mate van garantie.
Individuele risico’s worden gedeeld over de potjes van alle deelnemers heen. Beleggingsrisico’s zijn in principe individueel. Toch is er wel een zekere mate van intergenerationele risicodeling. Geluksgeneraties hebben grotere buffers, als deze generaties overlijden dan vallen deze buffers vrij en dempen de effecten voor pechgeneraties.
SOLIDARITEIT BLIJFT HET UITGANGSPUNT IN TOEKOMSTIG PENSIOEN
Welke nieuwe contractsvariant uiteindelijk ons pensioenstelsel zal versterken is nu nog niet duidelijk. Maar elke variant waar pensioen- specialisten zich momenteel over buigen bevat een hoge mate van risicodeling en solidariteit. Risicodeling is en blijft de essentie van pensioen. Risicodeling en goed pensioen kan in combinatie gaan met een hoge mate van individuele flexibiliteit. Als we het goed neerzetten kan het zelfs in combinatie met keuze voor pensioenuitvoerder en de keuze voor een bepaalde mate van garanties. ■
1 – Bij de veronderstelling dat een individu in uitkeringsovereenkomsten meer beleggings- mogelijkheden heeft door het opheffen van de zogenaamde leenrestrictie en ten aanzien van renterisicohedges, dan komt de welvaartswinst voor een toekomstige evenwichtsgeneratie op 7% respectievelijk 20% volgens het CPB. Bereken je de welvaartswinst over alle generaties dan zijn deze percentages een stuk lager.
2 – Bron: Position paper ‘collectieve solidariteit, individuele flexibiliteit’ Rabobank Pensioenfonds, Cardano, Syntrus Achmea
Bronnen:
Xxxxxx, F. van, Netspar: maatwerk levert meer op dan risicodeling, artikel in Pensioenpro, 6 december 2016
Xxxxxxx, D., Xxxxxxxxx, X., Xxxxxxxxx, X., Xxxxxx, X. xx Xxxx, X. xx, Xxxxxx, X., Xxxxx, M., Xxxxx, X., Xxxxxxxxxx, X., Xxxxxx, X., Xxxxx, X., Xxxxxx, B., De meerwaarde van risicodeling met toekomstige generaties nader bezien, Netspar paper, december 2016
Kabinet, Kamerbrief Perspectiefnota Toekomst pensioenstelsel, juli 2016
Lever M. en Loois M., Xxxxxxxx en rentegevoeligheid, CPB Policy brief 2016/12, december 2016
Pensioenfederatie, Rapporten Toekomst Pensioenstelsel, november 2016 Rabobank Pensioenfonds, Cardano, Syntrus Achmea, Collectieve solidariteit, individuele flexibiliteit, Position paper, 2015
SER, Persoonlijk pensioenvermogen met collectieve risicodeling, verkenning, mei 2016
37
de actuaris januari 2017
# solidariteit