Tussen de partijen:
Tussen de partijen:
De Stad Gent, met zetel op het stadhuis te 0000 Xxxx, Xxxxxxxxxx 0, ingeschreven in het rechtspersonenregister onder nummer 0207.451.227, vertegenwoordigd door de gemeenteraad, waarvoor optreden:
a) Mevrouw Xxxxx Xx-Xxxxxxx, schepen van Personeel, Jeugd, Facilitair Management en Internationale Solidariteit,
b) Xxxxxxx Xxxxx Xxxxxxxxxxx, algemeen directeur Stad Gent en OCMW Gent,
handelend in uitvoering van het gemeenteraadsbesluit d.d. ,
ondergetekende enerzijds en hierna genoemd "de Stad" of “ de erfpachtgever”,
en
Vennootschapsvorm, naam, met maatschappelijke zetel te …., ingeschreven in het RPR te ….. onder (BTW-)nummer …… en hier overeenkomstig artikel …. van haar statuten rechtsgeldig vertegenwoordigd door:
Naam , hoedanigheid.
ondergetekende anderzijds en hierna genoemd "de erfpachter",
hierna samen ook genoemd “de partijen”,
wordt overeengekomen wat volgt:
I. VOORAFGAANDE VERKLARINGEN
De Stad Gent treedt hier enkel op als eigenaar van het verpachte goed en waarborgt niets met betrekking tot de uitoefening van haar bevoegdheden op vlak van ruimtelijke ordening
Partijen verklaren dat onderhavige overeenkomst wordt beheerst door de bepalingen van de Wet van 10 januari 1824, in de mate dat van deze bepalingen niet wordt afgeweken door deze overeenkomst.
II. OVEREENKOMST
De Stad Gent geeft onder de hierna vermelde voorwaarden in erfpacht aan de erfpachter, die dit uitdrukkelijk aanvaardt:
Stad Gent – achttiende afdeling
Een gebouw, gelegen te 0000 Xxxx – Sint-Amandberg, Xxxxxxxxxxxxxxxxx 000, beter gekend als het voormalig gemeentehuis van Sint-Amandsberg, kadastraal gekend onder Xxxx-Xxxxxxxxxx, 00xx afdeling, sectie B, nr. 432 K, zoals aangeduid en afgebeeld in kleur op het kadastraal plan dat in bijlage wordt gevoegd.
De Stad verklaart eigenaar te zijn van voormeld onroerend goed en de vereiste hoedanigheid te hebben om erover te beschikken.
De erfpachter aanvaardt het recht van erfpacht zonder waarborg van de oppervlakte. Het verschil in oppervlakte zal ten voordele of ten nadele van de erfpachter zijn, ook al bedraagt dit meer dan 1/20ste.
De Stad verklaart enige eigenaar te zijn van voormeld onroerend goed en de vereiste hoedanigheid te hebben om er over te beschikken.
De indeling en de staat van het in erfpacht gegeven goed zal beschreven worden in een tegensprekelijke en omstandige plaatsbeschrijving. Na afloop van de geplande inrichtings- en verbouwingswerken zal een aanvullende plaatsbeschrijving van het in erfpacht gegeven goed worden opgemaakt. Bij ontruiming van het in erfpacht gegeven goed zal een nieuwe en vergelijkende plaatsbeschrijving worden opgemaakt. De plaatsbeschrijving zal uitgevoerd worden door een deskundige. De kosten van de plaatsbeschrijving worden onder partijen bij helften verdeeld, en rechtstreeks aan hen voor ieders aandeel door de dienstverlener gefactureerd.
Voorwaarden
Artikel 1 - Bestemming
Het hoger vermelde onroerend goed wordt in erfpacht gegeven om er … .
Deze bestemming mag door de erfpachter niet gewijzigd noch uitgebreid worden zonder de uitdrukkelijke, schriftelijke en voorafgaande toestemming van het college van burgemeester en schepenen.
Inbreuken daarop zullen onderworpen zijn aan de sancties zoals uiteengezet onder artikel * hierna.
Publiciteit aangebracht op of aan de gebouwen en op de terreinen mag uitsluitend betrekking hebben op de sponsoring, de exploitatie en aanverwante nevenfuncties van de voorschreven bestemming en zal voorafgaandelijk ter goedkeuring aan het college van burgemeester en schepenen worden voorgelegd.
De erfpachter waakt erover dat zijn/haar project geen druk legt op de buurt door mobiliteit, geluid, of andere overlast genereert, van welke aard ook.
Artikel 2 – Staat van het goed en erfdienstbaarheden
1. Het goed wordt in erfpacht gegeven in haar huidige staat en ligging, met alle voor- en nadelige, zichtbare en niet-zichtbare, durende en niet-voortdurende rechten en erfdienstbaarheden.
De
erfpachter heeft het recht de ene in haar voordeel te doen gelden en
zich tegen de andere te verzetten, doch zulks op haar kosten, lasten
en risico, zonder tussenkomst van de Stad en zonder verhaal tegen
laatstgenoemde en zonder dat dit beding aan wie dan ook meer rechten
zal kunnen verstrekken dan deze gegrond op rechtmatige titels of op
de wet.
De Stad verklaart niet op de hoogte te zijn van bestaande erfdienstbaarheden en er zelf ook geen te hebben gevestigd.
De erfpachter zal zelf enkel erfdienstbaarheden kunnen vestigen voor zover deze noodzakelijk zijn voor de exploitatie.
Deze erfdienstbaarheden zullen slechts gelden zolang het recht van erfpacht tussen partijen geldt.
De Stad Gent zal de erfdienstbaarheden die zij wenst te behouden bij het einde van de erfpachtovereenkomst kunnen behouden, onder de modaliteiten die zij alsdan zal vaststellen, zoals zij eveneens rechtsgeldig éénzijdig zal kunnen beslissen de andere als niet bestaand te beschouwen. Deze bepalingen zullen ter kennis worden gebracht aan degenen met wie de erfpachter contractueel erfdienstbaarheden vaststelt.
Op 6 maart 2008 werd een bijzonder convenant gesloten tussen Proximus (voorheen Belgacom Mobile) en de Stad voor het plaatsen van een basisstation voor mobiele communicatie op de rechtertoren van het voormalig gemeentehuis. Deze overeenkomst werd op 22 februari 2016 verlengd voor 9 jaar. Artikel 19 uit de Kaderovereenkomst d.d. 29 mei 2007 bepaalt dat wanneer het bijzonder convenant vaste datum heeft gekregen voor de eigendomsoverdracht van het gebouw van de Stad, de nieuwe eigenaar geen einde kan maken aan het lopende Bijzonder Convenant dan in de gevallen vermeld onder artikel 4 van de Kaderovereenkomst. Bijgevolg loopt huidige overeenkomst met Proximus nog tot ten minste 31 december 2033. De operator wordt op de hoogte gebracht van het recht van erfpacht dat wordt gevestigd op het goed. Na 31 december 2033 en gedurende de resterende termijn van het recht van erfpacht kan de erfpachter autonoom beslissen het contract met de operator al dan niet te verlengen.
2. Het goed dat het voorwerp uitmaakt van onderhavige overeenkomst, is vrij en onbelast van alle lasten en hypotheken van alle aard en is vrij van alle pachtverplichtingen.
Er is geen enkele gerechtelijke procedure hangende betreffende het goed. Voor zover de tienjarige aansprakelijkheid van aannemer en/of architect in voordeel van de erfpachtgever op heden nog niet verstreken is, gaan alle rechten op dat vlak over op de erfpachter.
3.
De Stad is geen vrijwaring verschuldigd voor zichtbare en verborgen
gebreken van grond en ondergrond en het erop staande gebouw. De Stad
verklaart geen kennis te hebben van gebreken aangaande de grond en
het gebouw waardoor de betrouwbaarheid , aansluiting op
nutsvoorzieningen en de bereikbaarheid in het gedrang zouden komen.
4. Huidige overeenkomst verleent geen welkdanige gedoogzaamheden in tegenstrijd met de beschikkingen van wetten, reglementen en verordeningen zij het van algemene of bijzondere aard.
Artikel 3 – duur en EINDE van de erfpacht
Het recht van erfpacht wordt verleend voor een periode van …. jaar en gaat in onder de opschortende voorwaarde van het bekomen van de eventueel noodzakelijke omgevingsvergunning en/of toelatingen, uiterlijk binnen de 10 maanden na het sluiten van onderhavige overeenkomst (exclusief eventuele administratieve of justitiële beroepsprocedures).
Na het verstrijken van de periode van erfpacht zal de overeenkomst van rechtswege eindigen zonder dat enige opzegging vereist is en zal de Stad, overeenkomstig artikel 7 van de wet van 10 januari 1824, opnieuw in de eigendom treden van de gebouwen en beplantingen, in goede staat van onderhoud en zonder dat hiervoor door de Stad enige vergoeding aan de erfpachter is verschuldigd, tenzij:
de Stad Gent beslist door haar al of niet goedgekeurde aanpassingswerken aan het onroerend goed opnieuw te laten verwijderen door de erfpachter, op diens kosten en verantwoordelijkheid, zodoende het onroerend goed zoveel mogelijk terug in de oorspronkelijke staat te brengen, behoudens andersluidend akkoord tussen partijen voor elk afzonderlijk geval. De Stad zal de erfpachter hiervan uiterlijk 6 maanden voor het einde van de overeenkomst verwittigen;
partijen overeenkomen dat de erfpachtovereenkomst wordt hernieuwd en/of verlengd, na een besluit in die zin van de bevoegde organen.
Bij het einde van de overeenkomst dient het onroerend goed in volgende staat te zijn:
Aan de buitenkant moet het gebouw zich minstens in dezelfde staat bevinden als bij aanvang van het recht van erfpacht;
aan de binnenkant: het interieur (d.w.z. de binnenmuren, plafonds, vloeren, deuren, ramen, schrijnwerk, etc.) verkeert in een goede staat en vertoont geen schade (veroorzaakt door welke reden dan ook, daterende van voor of tijdens de duur van de erfpacht), met uitzondering van normale slijtage en ouderdom;
de technieken functioneren goed en zijn conform de geldende wetgeving (elektriciteit, verwarmingsketel, …). Als bewijs maakt de erfpachter op vraag van de eigenaar keuringsattesten over.
Indien bij het einde van het recht van erfpacht blijkt dat het goed zich niet bevindt in de staat waarin het zich volgens de contractuele afspraken zou moeten bevinden, kan de eigenaar kiezen om ofwel werken te laten uitvoeren op kosten van de erfpachter, ofwel een schadevergoeding te verhalen op de erfpachter ter waarde van de raming van de uit te voeren investeringen om het goed in de vereiste staat te brengen.
Bij gebrekkig onderhoud of onvoldoende investeringen om de goede staat van het goed te behouden, beschikt de eigenaar over de mogelijkheid om de minwaarde van het goed op de erfpachter te verhalen.
Artikel 4 - erfpachtvergoeding
De erfpachtvergoeding bedraagt ……………………. euro/jaar, en wordt jaarlijks vooraf bij aanvang van ieder contractjaar overgemaakt aan de erfpachtgever.
De jaarlijkse erfpachtvergoeding moet gekweten worden door storting of overschrijving op het IBAN-rekeningnummer XX00 0000 0000 0000 van de Dienst Vastgoed met vermelding van volgende gestructureerde mededeling +++ . . . / . . . . / . . . . . +++.
Indien de vijfde dag na de vervaldag geen of slechts een gedeeltelijke ontvangst van de erfpachtvergoeding wordt geboekt zal, zonder enige ingebrekestelling en voorafgaande verwittiging, de wettelijke interest worden gerekend vanaf de zesde dag op het schuldig gebleven bedrag.
De canon is gekoppeld aan de gezondheidsindex (basis 2013), waarbij elk jaar, op de verjaardag van de inwerkingtreding van onderhavige overeenkomst een aanpassing van de canon zal geschieden volgens volgende formule :
basisvergoeding X nieuw indexcijfer
basisindex
basisvergoeding |
de hier bedongen jaarlijkse vergoeding |
basisindexcijfer |
het indexcijfer van de maand voorafgaand aan de inwerkingtreding van de overeenkomst, zijnde * |
nieuw indexcijfer |
het indexcijfer van de maand voorafgaand aan de jaarlijkse vervaldag vermeld in deze overeenkomst, zijnde * |
De aanpassing van de canon aan het indexcijfer zal van rechtswege en zonder ingebrekestelling gebeuren.
Indien de verwijzing naar de index komt te vervallen, zullen partijen in gemeen overleg, de huidige canon aanpassen aan de muntwaarde op het ogenblik van de eisbaarheid van de canon en indien geen overeenstemming wordt bereikt de zaak voorleggen aan de bevoegde rechter.
Zo een nieuwe wetgeving tot stand komt ter vervanging van de index, zal deze automatisch aangenomen worden.
Bij niet-betaling van de canon of enige andere last bepaald in deze overeenkomst binnen de vijf dagen na de vervaldag zal van rechtswege en zonder ingebrekestelling een intrest verschuldigd zijn gelijk aan de wettelijk geldende intrest op het verschuldigd gebleven bedrag.
Alle belastingen en taksen van welke aard ook, nu of later geheven door de Belgische Staat, het Vlaamse Gewest, de Provincie of door de Stad Gent, met inbegrip van de onroerende voorheffing, met betrekking tot het in erfpacht gegeven goed, de door of voor de erfpachter opgerichte opstallen van welke aard ook en de door de erfpachter uitgeoefende activiteit, en dit gedurende de ganse duur van het recht van erfpacht, zijn ten laste van de erfpachter of diens rechtsopvolger(s), vanaf de aanvang van onderhavige overeenkomst.
Artikel 5 - Werken
Bij de werken dient de erfpachter rekening te houden met de monumentale waarde van het goed.
De erfpachter zal volgende restauratie- en instandhoudingswerken uitvoeren: [zie visienota en plan van aanpak]
Hierbij wordt verduidelijkt dat deze contractuele verplichting aanvullend geldt op de renovatieplicht in de zin van het Energiebesluit.
Het project omvat * fase(n) volgens het plan van aanpak aangehecht in bijlage aan onderhavige erfpachtovereenkomst om er één geheel mee uit te maken.
De geplande bouwwerken en beoogde invulling zullen gerealiseerd zijn uiterlijk ...... maanden na aanvang van onderhavige overeenkomst. Het moment van voorlopige oplevering van de werken is hierbij bepalend voor de beoordeling van deze termijn.
De Stad behoudt zich het recht een forfaitaire en vaste vergoeding van tweehonderd vijftig euro (250,00 euro) van de erfpachter te eisen, per kalenderdag dat de hierboven afgesproken realisatietermijn van de werken en de beoogde invulling overschreden wordt.
De erfpachter staat zelf in voor het verkrijgen, in stand houden en verlengen van enigerlei toelating, machtiging, toestemming of vergunningen die noodzakelijk zijn om enige bouwwerkzaamheden uit te voeren conform voormelde bestemming en vrijwaart de Stad voor alle eventuele nadelige gevolgen die voort zouden vloeien uit het niet bekomen van deze vereiste vergunningen. De erfpachter is gehouden de veiligheidsnormen en periodieke keuringen uit de Politieverordening inzake preventie van brand en ontploffing van publiek toegankelijke inrichtingen na te leven en uit te voeren.
De erfpachter verklaart uitdrukkelijk geen opstallen op te richten waarvoor hij geen omgevingsvergunning bekwam -waar deze vereist is- en alle overheidsvoorschriften ter zake in de ruimste zin na te leven, met inbegrip ondermeer van deze verbonden aan de bestemming van de constructies.
Het is de erfpachter niet toegelaten, zonder voorafgaand schriftelijk akkoord van de Stad, de bestaande of door hem opgerichte constructies nadien weer geheel of ten dele af te breken.
De Stad geeft de erfpachter de toestemming om de constructies die zich reeds op voormeld onroerend goed bevinden, aan te passen op voorwaarde dat de erfpachter een omgevingsvergunning bekomt en alle overheidsvoorschriften terzake naleeft.
Het goed mag niet worden afgebroken, met uitzondering van de aangebouwde garage aan de achterzijde van het gebouw. De erfpachter zal deze werken pas mogen uitvoeren na goedkeuring van de plannen door de Stad en na het bekomen van eventueel noodzakelijke toelatingen en/of vergunningen.
De erfpachter verklaart er uitdrukkelijk kennis van te hebben dat hij alle meer- en bijwerken te zijne laste dient te nemen evenals de eventuele prijsverhogingen die het gevolg zijn van de stijging van de lonen en materialen.
Samen met de bouwaanvraag zal de erfpachter afzonderlijk aan de Dienst Xxxxxxxx een kopie bezorgen van de omgevingsvergunning en een gedetailleerd overzicht van de werken en een financieel verslag waaruit de financiering moet blijken.
Alle verbouwingen en bijkomende bouwwerken zullen slechts mogen uitgevoerd worden op exclusieve verantwoordelijkheid van de erfpachter en na schriftelijke en voorafgaande toestemming van de Stad te hebben ontvangen, onverminderd de verplichtingen opgelegd door de van toepassing zijnde wetgeving of plaatselijke reglementering op het bouwtoezicht.
Voor en na de bouwwerken zal de erfpachter een tegensprekelijke staat van bevinding opstellen voor alle omliggende eigendommen die schade kunnen oplopen door die bouwwerken.
Het is de erfpachter in het kader van zijn recht van erfpacht toegestaan om ondergrondse leidingen aan te leggen en te onderhouden in de omliggende eigendom van de Stad, desgevallend na advies en mits het respecteren van de richtlijnen van de bevoegde diensten (Dienst Wegen Bruggen en Waterlopen, Groendienst, Inname Publieke ruimte, ...). De bedekking boven bedoelde ondergrondse leidingen moet met normale mechanische handwerktuigen kunnen worden verwijderd en nadien teruggeplaatst zodat deze in haar oorspronkelijke staat kan hersteld worden.
Artikel 6 - Waarborg
Tot
waarborg van de degelijke uitvoering van deze overeenkomst zal de
erfpachter:
bij aanvang van de erfpacht een waarborg stellen door storting van een bedrag gelijk aan 25.000 euro op een geïndividualiseerde bankrekening of door het stellen van een bankwaarborg.
Het verstrekken van de waarborg bij aanvang van de erfpachtovereenkomst, vormt voor de Stad een essentiële contractvoorwaarde zonder dewelke zij deze overeenkomst niet zou hebben gesloten.
bijkomend, bij aanvang van werken met een geraamde waarde van meer dan 50.000 euro: een waarborg stellen ten bedrage van 5% van de aannemingssom van de uit te voeren werken op een geïndividualiseerde bankrekening of door het stellen van een bankwaarborg.
Deze waarborg neemt een einde bij beëindiging van de werkzaamheden en meer bepaald bij de definitieve oplevering van de uitgevoerde werken.
Artikel 7 - Onderhoud en herstellingen, en staat van het goed bij het einde van het recht van erfpacht
De erfpachter en zijn eventuele rechtsopvolger(s) zullen gehouden zijn tot het uitvoeren van alle herstellingen en onderhoud. Hij is tevens verantwoordelijk voor grote herstellingen aan en de verborgen gebreken van de opgerichte gebouwen.
De erfpachter heeft de verplichting om het gebouw op te waarderen.
De regelgeving uit het Onroerenderfgoeddecreet en het Onroerenderfgoedbesluit zijn van toepassing. De erfpachter heeft de plicht tot zowel actief behoud van het monument (in goede staat houden), als passief behoud (niet beschadigen, ontsieren, vernielen of slopen).
Bij het einde van de overeenkomst dient het onroerend goed in volgende staat te zijn:
Aan de buitenkant moet het gebouw zich minstens in dezelfde staat bevinden als bij aanvang van het recht van erfpacht;
aan de binnenkant: het interieur (d.w.z. de binnenmuren, plafonds, vloeren, deuren, ramen, schrijnwerk, etc.) verkeert in een goede staat en vertoont geen schade (veroorzaakt door welke reden dan ook, daterende van voor of tijdens de duur van de erfpacht), met uitzondering van normale slijtage en ouderdom;
de technieken functioneren goed en zijn conform de geldende wetgeving (elektriciteit, verwarmingsketel, …). Als bewijs maakt de erfpachter op vraag van de eigenaar keuringsattesten over.
Elke, door de erfpachter uitgevoerde, vaste constructie of inrichting wordt van rechtswege om niet verworven door de Stad bij het einde van de erfpacht. In geen geval zal de Stad de erfpachter vergoeden voor de gedane investeringen. Niettemin behoudt de Stad zich het recht voor te eisen dat bedoelde constructies op het einde van de erfpacht worden weggenomen en de ter beschikking gestelde ruimtes in hun oorspronkelijke toestand worden hersteld op kosten van de erfpachter, behoudens andersluidend akkoord tussen partijen voor elk afzonderlijk geval.
De Stad Gent wenst als eigenaar zicht te houden op de staat van het gebouw. Om die reden wordt periodiek een overleg gepland tussen eigenaar en erfpachter over de reeds gebeurde en nog uit te voeren investeringen. Dit overleg vindt minstens plaats na 15, 25 en 35 jaar, en daarnaast ook bijkomend op verzoek van de eigenaar.
Indien bij het einde van het recht van erfpacht blijkt dat het goed zich niet bevindt in de staat waarin het zich volgens de contractuele afspraken zou moeten bevinden, kan de eigenaar kiezen om ofwel werken te laten uitvoeren op kosten van de erfpachter, ofwel een schadevergoeding te verhalen op de erfpachter ter waarde van de raming van de uit te voeren investeringen om het goed in de vereiste staat te brengen.
Artikel 8 – Aansprakelijkheid en Verzekeringen
1. De erfpachter staat in voor - behalve indien een fout werd gemaakt door de Stad Gent - alle om het even welke schadelijke gevolgen voortspruitend uit ongevallen of ingevolge elke andere oorzaak, zoals onder meer gebreken -zelfs toevallige- aan gebouwen en aanhorigheden, die naar aanleiding van de erfpacht en de ermee gepaard gaande werkzaamheden zouden voorkomen en vrijwaart de Stad tegen alle eventueel hier uit voortvloeiend verhaal.
2. De erfpachter of zijn rechtsopvolger verbindt zich ertoe zijn verantwoordelijkheid als bouwheer tijdens de bouwwerken te dekken bij een Belgische of een in België erkende verzekeringsmaatschappij door middel van het afsluiten van een ABR-verzekering, teneinde zich tegenover de eigenaar en derden te verzekeren voor o.m. de risico’s van burgerlijke aansprakelijkheid, brand en bijkomende risico’s (gevolgschade), ontploffing, storm- en waterschade, blikseminslag en alle andere risico’s die de geplande bouwwerken met zich meebrengen.
3. Na voltooiing van de werken, verbindt de erfpachter of zijn rechtsopvolger zich ertoe gedurende de ganse duur van het recht van erfpacht het gebouw, de installaties en de uitrusting te verzekeren voor de volle heroprichtingswaarde (= NIEUWWAARDE), bij een Belgische of een in België erkende verzekeringsmaatschappij, o.m. voor wat betreft de risico’s van burgerlijke aansprakelijkheid, brand en bijkomende risico’s (gevolgschade), ontploffing, hagel- en stormschade, waterschade en blikseminslag.
Elke verzekeringspolis dient voor de onderschrijving ter goedkeuring aan de Stad te worden voorgelegd, die het recht heeft wijzigingen te eisen.
De erfpachter of zijn rechtsopvolger moet een kopie van zijn verzekeringspolis overmaken aan de Dienst Vastgoed.
Tevens dient de erfpachter of zijn rechtsopvolger jaarlijks bewijs te leveren van de betaling van de laatste vervallen premie.
De verzekeringspolis van de erfpachter dient er in te voorzien dat, ingeval van niet-betaling van de premie of welke andere verplichting, die door de verzekeringspolis wordt opgelegd, het de Stad toegelaten is de premie of enige andere verplichting in plaats van de erfpachter of zijn rechtsopvolger te voldoen. De Stad zal in dit geval het recht hebben deze sommen van de erfpachter of zijn rechtsopvolger terug te vorderen op eenvoudige voorlegging van de kwitanties.
Deze bedragen zullen vanaf de dag der uitgave tot de dag der betaling wettelijke intrest opbrengen, onverminderd de toepassing van artikel 10.
-Tenietgaan van het gebouw waarop het recht van erfpacht rust.
Ingeval van gehele of gedeeltelijke vernieling van het gebouw, waarop het recht van erfpacht rust, is de erfpachter verplicht het gebouw en haar uitrusting te herstellen en/of herop te bouwen naar de toestand op het moment van de bescherming.
De erfpachter is verplicht het vernielde gebouw volledig weder op te richten en weder samen te stellen waarbij hij minstens de vergoeding die hij van de verzekeraar bekomt integraal zal besteden.
De Stad kan een duurdere of grotere wederopbouw vragen. Dit zal de erfpachter schriftelijk meegedeeld worden. De meerprijs zal dan door de Stad betaald worden.
Artikel 9 - Onteigening
Bij
onteigening ten algemene nutte van de grond houdt het recht van
erfpacht op te bestaan.
De erfpachter zal daarbij geen
verhaal kunnen uitoefenen jegens de Stad doch zal zijn verzoek tot
vergoeding moeten richten tot de onteigenende overheid.
De Stad verklaart dat bij haar weten het in erfpacht gegeven goed niet het voorwerp is geweest van een besluit tot onteigening en dat zij geen weet heeft van een geplande onteigening, en dat er geen recht van voorkoop of wederinkoop bestaat noch dat zij kennis heeft van enige ondergrondse inneming met betrekking tot het in erfpacht gegeven goed.
Artikel 10 – Uitdrukkelijk ontbindend beding – buitengerechtelijke ontbinding wegens wanprestatie
1. In het volgende geval wordt de overeenkomst van rechtswege ontbonden, zonder dat hiertoe een voorafgaande ingebrekestelling is vereist door de Stad:
-ingeval de erfpachter als rechtspersoon ophoudt te bestaan door ontbinding, versmelting of opslorping, tenzij de rechtsopvolger minstens evenwaardige financiële en inhoudelijke waarborgen biedt.
In dit geval vindt de ontbinding van rechtswege plaats, van zodra de ontbindende voorwaarde is vervuld. Een rechter zal desgevallend enkel dienen vast te stellen dat de in dit artikel uitdrukkelijk voorziene ontbindende voorwaarde vervuld is. De ontbinding zal in dit geval uitwerking hebben ‘ex nunc’ en de erfpachter zal hiervan bij aangetekend schrijven op de hoogte worden gebracht.
2. Daarnaast heeft de Stad de mogelijkheid om in onderstaande gevallen de overeenkomst eenzijdig en buitengerechtelijk te ontbinden wegens wanprestatie, indien binnen de veertien dagen niet wordt voldaan aan de bij aangetekend schrijven aan de erfpachter betekende ingebrekestelling, zonder dat dit enig recht geeft op schadevergoeding door de erfpachter:
a] indien de erfpachter de bepalingen van artikel 8 van deze overeenkomst niet naleeft of de betreffende verzekeringscontracten geheel of gedeeltelijk worden ontbonden, geschorst of vernietigd;
b] indien de erfpachter de aard of bestemming van het hierbij in recht van erfpacht gegeven goed zou wijzigen zonder vereiste toestemming van het college van burgemeester en schepenen of indien de erfpachter zijn rechten overdraagt in strijd met artikel 11 van deze overeenkomst;
c] indien de gebouwen en aanhorigheden onvoldoende zouden worden onderhouden;
d] indien de erfpachter de vooropgestelde bestemming, timing van voltooiing van de werken, timing van de start van de uitbating en engagementen inzake instandhouding en opwaardering van het gebouw in de door hem opgestelde visienota en het aangehechte plan van aanpak niet naleeft en/of de door hem aangegane engagementen niet nakomt;
e] ingeval de erfpachter in gerechtelijke reorganisatie gaat en hij bij enige nieuwe wanprestatie nalaat deze ongedaan te maken binnen de 14 dagen na hiertoe te zijn aangemaand door de Stad, overeenkomstig artikel 35, §1 Wet betreffende de Continuïteit van de Ondernemingen;
f] ingeval de erfpachter in staat van faillissement verkeert of in faling gaat, vastgesteld bij een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing of op aangifte;
g] bij niet-naleving van één of meer andere verbintenissen van deze overeenkomst die voldoende ernstig is om verdere samenwerking onmogelijk te maken.
In geval van een voorgenomen beslissing tot ontbinding van de overeenkomst wegens wanprestatie, worden ook de hypothecaire schuldeisers van de erfpachter op de hoogte gebracht. Deze laatsten beschikken over een termijn van ............ maanden om, in onderling overleg met de erfpachter, een kandidaat-overnemer voor het erfpachtrecht aan te reiken, waarmee de Stad zich dient akkoord te verklaren in overeenstemming met artikel 11.
Na het verstrijken van voormelde termijnen (ingebrekestelling en termijn voor hypothecaire schuldeisers), kan de erfpachtgever overgaan tot de eenzijdige buitengerechtelijke ontbinding van deze overeenkomst. Deze beslissing dient bij aangetekend schrijven aan de erfpachter worden meegedeeld.
De rechter zal post factum kunnen nagaan of deze wanprestatie voldoende ernstig was om samenwerking uit te sluiten.
De ontbinding zal in dit geval uitwerking hebben ‘ex nunc’. De bedragen betaald als canon zullen in deze gevallen definitief verworven zijn door de Stad Gent.
3. De erfpachter zal, te rekenen vanaf de datum van de ontbinding, voor iedere dag dat de hierbij in recht van erfpacht gegeven goederen niet vrij ter beschikking worden gesteld van de Stad Gent, een forfaitaire en vaste vergoeding van tweehonderd vijftig euro (250,00 euro) verschuldigd zijn, onverminderd het recht van de Stad Gent de werkelijk geleden schade te bewijzen wanneer deze groter zou zijn dan voormeld forfait.
In geval het recht van erfpacht een einde neemt gedurende de eerste 5 jaar, komt de reeds betaalde erfpachtvergoeding integraal aan de Stad toe, onverminderd het recht van de Stad op een vergoeding voor de werkelijk geleden schade.
Artikel 11 – OVERdracht – vestiging zakelijke rechten
De erfpachter kan zijn recht van erfpacht overdragen mits hiervoor voorafgaandelijk en schriftelijk de toestemming van de Stad Gent te hebben bekomen.
De overnemer van de erfpacht treedt in de rechten en plichten van de overdrager.
Ook in geval van een overdracht van het erfpachtrecht in het kader van een gebeurlijk faillissement van de erfpachter, zal toestemming van de Stad, zoals hierboven uiteengezet, vereist zijn.
In geval van een door de Stad goedgekeurde overdracht van deze overeenkomst, is de erfpachter ontslaan van al zijn verplichtingen voortvloeiend uit deze overeenkomst, op voorwaarde dat hij alle eventuele bedragen door hem verschuldigd of andere verplichtingen tot op de dag van de effectieve overdracht betaald of voldaan heeft.
Elke wijziging in de juridische structuur van de erfpachter zal voorafgaandelijk en schriftelijk aan de Stad gemeld worden.
Deze zal het recht hebben zich te verzetten indien zou blijken dat de vooropgestelde wijziging nadelig zou kunnen zijn.
De erfpachter zal tijdens de duur van overeenkomst kunnen overgaan tot de vestiging van andere zakelijke rechten die evenwel nooit de duur van deze overeenkomst kunnen overschrijden en evenmin de voormelde bestemming in het gedrang mogen brengen.
Artikel 12 – Hypotheek
De erfpachter heeft het recht haar erfpacht en de door haar opgerichte gebouwen met een hypotheek of zakelijke rechten te bezwaren, voor zover de termijn deze van de onderhavige overeenkomst niet overschrijdt en na uitdrukkelijk, schriftelijk en voorafgaand akkoord van de Stad.
Artikel 13 – Non-discriminatie
De erfpachter engageert zich ertoe de 5 basisprincipes rond non-discriminatie en gelijke kansen te
respecteren:
I. VERBOD OP DIRECTE DISCRIMINATIE
Directe discriminatie behelst het ongunstiger behandelen van een persoon dan een ander in een
vergelijkbare situatie wordt, is of zou worden behandeld op basis van diens nationale afstamming,
geslacht, leeftijd, handicap, geloof of levensbeschouwing en seksuele oriëntatie. Dit onderscheid
kan niet gerechtvaardigd worden op grond van de bepalingen van Titel II Antiracisme Wet.
Rechtvaardiging van onderscheid.
II. VERBOD OP INDIRECTE DISCRIMINATIE
Indirecte discriminatie behelst een ogenschijnlijk neutrale bepaling, criterium of handelwijze
hanteren die personen bijzonder kan benadelen in vergelijking met andere personen op basis van
nationale afstamming, geslacht, leeftijd, handicap, geloof of levensbeschouwing en seksuele
oriëntatie, tenzij deze bepaling, maatstaf of handelwijze objectief gerechtvaardigd kan worden door
een geoorloofde bedrijfsdoelstelling en redelijk te verantwoorden is in verhouding tot voor deze
personen minder nadelige middelen om de nagestreefde bedrijfsdoelstelling te realiseren.
III. VERPLICHTING OM REDELIJKE AANPASSINGEN OP GROND VAN HANDICAP TE TREFFEN
In een concrete situatie, naargelang de behoefte voor personen met een handicap, passende
maatregelen nemen om toegang tot arbeid te hebben, in arbeid te participeren of daarin vooruit te
komen dan wel om een opleiding te genieten, tenzij deze maatregelen een onevenredige belasting
vormen. Wanneer die belasting in voldoende mate wordt gecompenseerd door bestaande
overheidsmaatregelen, zoals subsidies of begeleiding, mag zij niet als onevenredig worden
beschouwd.
Het begrip handicap moet worden opgevat als een beperking die het gevolg is van langdurige
lichamelijke, geestelijke of psychische aandoeningen die in wisselwerking met diverse drempels de
betrokkene kunnen beletten volledig, daadwerkelijk en op voet van gelijkheid met andere
werknemers aan het beroepsleven deel te nemen. Belemmeringen bij het uitoefenen van de
beroepsactiviteit kunnen ertoe leiden dat een langdurige ziekte als handicap moet worden
beschouwd.
IV. VERBOD OP OPDRACHT GEVEN TOT DISCRIMINATIE
Vanuit een feitelijke of juridische machtspositie opdracht geven aan anderen om een persoon of
een groep te discrimineren op grond van nationale afstamming, geslacht, leeftijd, handicap, geloof
of levensbeschouwing en seksuele oriëntatie, is verboden.
V. VERBOD OP GEWELD, PESTERIJEN EN ONGEWENST SEKSUEEL GEDRAG OP HET WERK
Iedere daad van fysiek of verbaal geweld en pesterijen op basis van nationale afstamming, geslacht,
leeftijd, handicap, geloof of levensbeschouwing en seksuele oriëntatie, alsook van ongewenst
seksueel gedrag op het werk, is verboden.
De erfpachter verklaart:
- geen enkele vorm van discriminatie te dulden op grond van geslacht, nationaliteit, zogenaamd ras,
huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming, leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat,
geboorte, vermogen, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, taal, huidige of toekomstige
gezondheidstoestand, handicap, fysieke of genetische eigenschap of sociale afkomst
- toegankelijk te zijn voor iedereen;
- elk discriminerend gedrag op de werkplaats te voorkomen en indien nodig te bestrijden en
bestraffen;
- de wetten en reglementen na te leven die de toepassing van de non-discriminatie en gelijke kansen bevorderen en verdedigen;
- onderhavige clausule ter kennis te brengen aan zijn leveranciers/medewerkers en ervoor te zorgen dat ook zij die naleven in de bijdrage die zij leveren.
Algemene bepalingen
Artikel 14 - Bodemattest
De overeenkomst betreft een overdracht van een onroerend goed waarop geen activiteit was of is uitgevoerd opgenomen inde Vlarebo lijst.
De Stad verklaart, dat zij voor het sluiten van de huidige erfpachtovereenkomst een bodemattest heeft aangevraagd bij de OVAM betreffende het goed, waarop het recht van erfpacht rust, en de erfpachter in kennis heeft gesteld van de inhoud hiervan.
De inhoud van dit attest, afgeleverd door OVAM op 17 mei 2023 luidt als volgt :
1. Kadastrale gegevens
afdeling : 00000 XXXX 18 AFD/ST-AMANDSBERG 1AFD
straat + nr. : XXXXXXXXXXXXX 000
sectie: B
nummer : 0432/00K000
2. Inhoud van het bodemattest
De OVAM heeft voor deze grond geen relevante gegevens over de bodemkwaliteit.
Dit bodemattest vervangt alle vorige bodemattesten.
Opmerkingen:
1. Risicogronden kunnen slechts overgedragen worden als er vooraf een oriënterend
bodemonderzoek aan de OVAM is bezorgd.
2. Meer informatie over de gemeentelijke inventaris en de toepasbaarheid op delen van percelen
vindt u op xxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxxxxx-xxxxxxxxxx.
3. Bijkomende informatie over de overdrachtsregeling: xxx.xxxxxxxxxx.xxxx.xx.
4. Als er bodem wordt uitgegraven, afgevoerd of ontvangen, gelden de regels van grondverzet.
Meer informatie: xxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxxx.
5. Meer informatie over de gegevensstromen die door de OVAM worden gebruikt vindt u op
xxxx://xxx.xxxx.xx/xxxxxxxxxx.
6. De OVAM staat niet in voor de juistheid van de aan haar verstrekte gegevens.
Voor dit kadastraal perceel zijn geen gegevens beschikbaar in het register van verontreinigde gronden omdat er geen gegevens beschikbaar zijn bij de OVAM.
De Stad verklaart tevens dat zij sinds de datum van het attest en tot op heden, niet door de OVAM ambtshalve in kennis is gesteld van enige wijziging aan dit attest.
De Stad bevestigt verder uitdrukkelijk dat op de grond, voorwerp van de huidige overeenkomst, geen inrichting gevestigd is of was, noch een activiteit wordt of werd uitgevoerd die opgenomen is in de lijst van de inrichtingen en activiteiten die bodemverontreiniging kunnen veroorzaken zoals bedoeld in artikel zes van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006.
Artikel 15 - Stedenbouwkundige inlichtingen
VCRO
Onderhavige overeenkomst valt onder het toepassingsgebied van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening, zoals gewijzigd.
De Stad Gent beschikt over een conform verklaard plannenregister en een bij collegebesluit vastgesteld vergunningenregister.
In toepassing van de artikelen 5.2.1., 5.2.5 en 5.2.6 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) betreffende de informatieverplichting, worden volgende verklaringen gedaan :
Dat er voor het onroerend goed een stedenbouwkundige vergunning werd uitgereikt:
2013/60091: wegeniswerken, aanleg van voetpaden, opritten, aanliggende en dubbelrichtingsfietspaden, parkeerstrook en het rooien van een hoogstammige boom;
2006/60134: het bouwen van een telecommunicatiestation;
1980/043 SA: de plaatsing van een aansluitingskast.
dat er voor het onroerend goed geen verkavelingsvergunning werden uitgereikt;
dat de meest recente stedenbouwkundige bestemming van dit goed met de benaming gebruikt in het plannen register is ‘zone voor openbaar nut’ (BPA SA-11 BPA Xxxxx Xxxxx, goedgekeurd op 29 september 1988);
dat er voor het onroerend goed geen dagvaarding werd uitgebracht overeenkomstig artikel 6.1.1 of 6.1.41 tot en met 6.1.43 VCRO en iedere in de zaak gewezen beslissing;
dat op het onroerend goed een voorkooprecht rust, vermeld in artikel 2.4.1 van de Codex of in artikel 34 van het decreet van 25 april 2014 betreffende complexe projecten;
dat voorschreven goed niet of wel het voorwerp uitmaakt van een voorkeursbesluit of een projectbesluit
dat voor de overdracht het verplichte asbuiltattest niet is uitgereikt en gevalideerd, krachtens artikel 4.2.12, §2, 2° VCRO.
Partijen verklaren kennis te hebben van artikel 4.2.1. van de VCRO, welke artikel een lijst omvat van de handelingen die een stedenbouwkundige vergunning vereisen en van artikel 4.2.2 van de VCRO evenals van de twee besluiten van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 betreffende de meldingsplichtige handelingen en de handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning vereist is.
De Stad verklaart dat zij betreffende het in erfpacht gegeven goed het stedenbouwkundige uittreksel, verleend op 30 januari 2024 door de Stad Gent, heeft ontvangen en de erfpachter in kennis heeft gesteld van de inhoud ervan.
De aangestelde notaris zal de volledige en exacte bepalingen betreffende de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de actualisatie van het stedenbouwkundig uittreksel in de authentieke akte opnemen.
Risicozone voor overstroming/ Watertoets
De Stad Gent verklaart dat het goed niet gelegen is in een risicozone voor overstroming, noch in een mogelijks of effectief overstromingsgevoelig gebied, een afgebakende oeverzone of overstromingsgebied.
Artikel 16 - ASBESTINVENTARISATTEST
Op het goed bevinden zich toegankelijke constructies van vóór 2001, zoals gedefinieerd in het decreet betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen.
De Stad verklaart dat er voor het onroerend goed een asbestinventarisattest werd afgeleverd op 1 juni 2023 met nummer 20230601-000040.000.
De erfpachter verklaart voorafgaandelijk aan het sluiten van de overeenkomst op de hoogte te zijn gebracht van de inhoud van het attest.
De conclusie van het attest luidt als volgt: “Niet-asbestveilig”.
De erfpachtgever verklaart dat er geen nieuw attest werd afgeleverd en dat de toestand niet gewijzigd is.
Er is sprake van een gewijzigde toestand als:
er nieuwe asbesthoudende materialen zijn aangetroffen;
er werken zijn gebeurd die tot gevolg hebben dat het inspectiegebied, zoals opgenomen in het bestaand asbestinventarisattest als asbestveilig beschouwd kan worden;
de toestand van de asbesthoudende materialen zichtbaar gewijzigd is door een calamiteit of een incident.
Een exemplaar van het asbestinventarisattest zal aan de erfpachter overhandigd worden bij de ondertekening van de notariële akte.
De erfpachtgever verklaart geen kennis te hebben van aanwezige asbest, behalve deze eventueel vermeld in het asbestinventarisattest.
Artikel 17 - RENOVATIEPLICHT INZAKE HET ENERGIEBESLUIT
Het goed is een niet-residentieel gebouw in de zin van het Energiebesluit.
De erfpachter dient rekening te houden met de verplichtingen overeenkomstig artikel 9.3.1. en verder van het Energiebesluit van 19 november 2010 inzake de renovatieplicht voor niet-residentiële gebouwen. Dit impliceert dat de erfpachter mogelijk verplicht is om, binnen de 5 jaar na het verlijden van de authentieke akte van de vestiging van het erfpachtrecht, aan een aantal energiebesparende maatregelen te voldoen.
Deze maatregelen staan opgenomen in artikel 9.3.1. van het Energiebesluit.
Binnen vijf jaar na het verlijden van de authentieke akte moet dan een EPC niet-residentiële gebouwen
voorliggen waaruit blijkt dat het Goed voldoet aan de vereiste energieprestaties.
De erfpachter wordt erop gewezen dat er bepaalde uitzonderingen gelden voor onroerend erfgoed en bij sloop.
Welke
concrete renovaties en verplichtingen de erfpachter zal moeten
uitvoeren, moet hij nagaan aan de hand van het EPC en dit best in
overleg met een energiedeskundige.
Artikel 18 - ENERGIEPRESTATIECERTIFICAAT
Of
Wat het energieprestatie-certificaat betreft, gezien de aard van het aangekochte pand en de bestemming ervan wordt de eigenaar ontslaan tot het afleveren van betrokken attest.
Of
Het energieprestatiecertificaat dat bij verkoop door de eigenaar aan de erfpachter moet worden overgedragen (art. 4 besluit Vlaamse Regering dd 11/01/2008) is voor het gebouw voorwerp van deze overeenkomst nog niet beschikbaar.
De eigenaar verbindt er zich toe uiterlijk bij het ondertekenen van de notariële akte het energieprestatiecertificaat, afgeleverd door een erkend energiedeskundige, aan de koper ter beschikking te stellen.
De kosten van dit certificaat zijn ten laste van de eigenaar.
Het energieprestatiecertificaat is een louter informatief document dat niet als essentieel of doorslaggevend element wordt beschouwd om onderhavige overeenkomst te sluiten.
Partijen bevestigen dat de niet-mededeling van het energieprestatiecertificaat op datum van heden de geldigheid van onderhavige verkoop op geen enkele wijze beïnvloedt.
In geen geval zal de erfpachter aanspraak kunnen maken op prijsvermindering of uitvoering van aanpassingswerken op kosten van de eigenaar ingevolge de informatie verstrekt in het energieprestatiecertificaat.
Of
De eigenaar overhandigt bij deze aan de erfpachter een kopie van het energieprestatiecertificaat met nummer * (artikel 4 besluit Vlaamse Regering de dato 11 januari 2008) opgemaakt door energiedeskundige * op datum van *.
De erfpachter bevestigt dat het energieprestatiecertificaat een louter informatief document is dat niet als essentieel of doorslaggevend element wordt beschouwd om onderhavige verkoping te sluiten.
In geen geval zal de erfpachter aanspraak kunnen maken op prijsvermindering of uitvoering van aanpassingswerken op kosten van de eigenaar ingevolge de informatie verstrekt in het energieprestatiecertificaat.
Artikel 19 – Beschermingsmaatregelen
Het goed werd bij Vlaams Besluit d.d. 13 maart 1996 beschermd als monument.
Artikel 20 - Bezoek
De hiertoe door het college van burgemeester en schepenen gemachtigde personen zullen ten allen tijde het in erfpacht gegeven goed mogen bezoeken.
Artikel 21 – Splitsbaarheid
De nietigheid van één der artikelen van onderhavige overeenkomst, of een deel ervan, tast de geldigheid van de overige bepalingen van deze overeenkomst niet aan, noch van de overeenkomst in haar geheel. Hun afdwingbaarheid blijft onverminderd tot wat wettelijk is toegelaten.
Ingeval van ongeldigheid of niet-afdwingbaarheid van enige bepaling van onderhavige overeenkomst verklaren partijen te goeder trouw te onderhandelen teneinde betreffende bepaling te vervangen door een bepaling die zoveel mogelijk hetzelfde effect teweegbrengt als de ongeldige of onafdwingbare bepaling.
Daarnaast verklaren partijen te goeder trouw te onderhandelen teneinde een voor ieder aanvaardbare oplossing te vinden indien zich een situatie voordoet, die niet voorzien is in onderhavige overeenkomst.
Artikel 22 – Authentieke akte
Partijen verklaren in kennis te zijn gesteld van het feit dat zij elk het recht hebben hun notaris te kiezen en dit zonder bijkomende kosten, en hebben voor de opstelling van de authentieke akte tot vestiging van het recht van erfpacht aangesteld:
de Stad Gent: Notaris *
de erfpachter: Notaris *
Partijen verbinden zich ertoe notaris …………………………. aan te stellen als penhoudend notaris en hem/haar de opdracht te geven, de akte tot vestiging van het recht van erfpacht voor te bereiden en vervolgens uiterlijk * om * te verschijnen voor partijen voor het verlijden van de akte op het Stadhuis te Gent.
Alle rechten, kosten en erelonen betreffende deze overeenkomst vallen uitsluitend ten laste van de erfpachter.
Artikel 23 – Geschillen
Voor alle betwistingen in verband met de onderhavige overeenkomst verklaren partijen woonstkeuze te doen:
a] de Stad Gent ten Stadhuize;
b] de erfpachter op zijn maatschappelijke zetel.
Huidige overeenkomst is onderhevig aan het Belgisch Recht.
Alle betwistingen in verband met deze overeenkomst zullen tot de uitsluitende bevoegdheid van de rechtbanken van het gerechtelijk arrondissement Gent behoren.
Artikel 24 – Ambtshalve inschrijving
Voor zoveel als nodig verklaren de partijen uitdrukkelijk de heer Hypotheekbewaarder ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van een afschrift van deze akte.
Artikel 25 - Slotbepalingen
Opgemaakt te Gent op *
Voor de Stad Gent,
|
Voor de erfpachter |
|
|
Voor de voorzitter van de gemeenteraad, bij delegatie (zie ook: xxx.xxxx.xxxx/handtekendelegatie)
|
|
Xxxxx Xxxxxxxxxxx Algemeen directeur Stad en OCMW Gent |
Hafsa El-Bazioui Schepen van Personeel, Facilitair Management en Internationale Solidariteit |
|
Postadres Stad Gent – Departement FM – Dienst FM Vastgoed | Stadhuis | Xxxxxxxxxx 0 x 0000 Xxxx Bezoekadres Xxxx-Xxxxxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxx |
Je
hebt altijd het recht om je gegevens in te zien en om foute
gegevens aan te passen. |