samenwerkingsovereenkomst
samenwerkingsovereenkomst
Interregionale samenwerking op het gebied van basisbrandweerzorg VRGZ - VRZHZ
DE ONDERGETEKENDEN:
1. De Veiligheidsregio Gelderland-Zuid, gevestigd te Nijmegen, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door de voorzitter, H.F.M. Xxxxx, hierna te noemen: VRGZ
en
2. De Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid, gevestigd te Dordrecht, hierbij rechtsgeldig vertegenwoordigd door de commandant brandweer, de xxxx X. Xxxxxxxx, hierna te noemen: VRZHZ
hierna gezamenlijk te noemen ‘Partijen’,
GELET OP:
De Wet veiligheidsregio’s, het Besluit veiligheidsregio’s, de dekkingsplannen van de Partijen,
OVERWEGENDE DAT:
- Partijen op grond van artikel 25 Wet veiligheidsregio’s een brandweer hebben ingesteld, die is belast met de taak om de brandweerzorg te leveren conform de eisen voor basisbrandweerzorg, zoals die zijn vastgelegd in hoofdstuk 3 van het Besluit veiligheidsregio’s;
- Partijen zich conformeren aan het uitgangspunt ‘het bieden van de snelste hulpverlening op het gebied van basisbrandweerzorg’;
- Bij het bieden van de snelste basisbrandweerzorg in geval van brand of hulpverlening regiogrenzen en provinciegrenzen geen belemmering mogen zijn;
- Partijen het operationele optreden van de brandweer hebben vastgelegd in hun Dekkingsplan, als onderdeel van de Regionale Beleidsplannen, zoals bedoeld in artikel 14 van de Wet veiligheidsregio’s;
- Partijen voornoemde plannen dienen af te stemmen met naburige veiligheidsregio’s;
- Partijen een aantal algemene uitgangspunten en operationele afspraken willen vastleggen, teneinde de snelste hulpverlening over en weer te kunnen bieden, voor een optimale invulling van de basisbrandweerzorg;
- Partijen op deze manier de basisbrandweerzorg willen regelen over de grenzen van de veiligheidsregio;
- Partijen de tussen hen geldende afspraken willen neerleggen in een overeenkomst.
Komen Partijen het volgende overeen:
Artikel 1 Definities
Basisbrandweerzorg: Het uitvoeren van de taken op het gebied van brandweerzorg, zoals omschreven in artikel 25 lid 1 onder a en b van de Wet veiligheidsregio’s conform de basiseisen voor brandweerzorg, zoals omschreven in hoofdstuk 3 van het Besluit veiligheidsregio’s.
Basisbrandweereenheid: Basisbrandweerzorg valt uiteen in een aantal onderdelen:
- brandbestrijding,
- technische hulpverlening,
- incidentbestrijding gevaarlijke stoffen en
Term eenheden | eenheden |
Basiseenheid | 1 tankautospuit |
Basisbrandweerzorg | maximaal 4 tankautospuiten, 1 redvoertuig of 1 hulpverleningsvoertuig, onder leiding van een Officier van Dienst |
- waterongevallen. In schema:
Grondgebied: Het grondgebied van een veiligheidsregio bestaat uit de grondgebieden van de onder de regionaam vermelde, samenwerkende gemeenten.
Verzorgingsgebied: Het vooraf berekende en bekend gegeven gebied waarin een eenheid opereert.
Operationele grens: Een eenheid opereert tot dáár waar zij als eerste kan zijn.
Uitruktijd: De tijd die verstrijkt tussen het alarmeren van een eenheid en het aanvangen van de rit naar het opgegeven incident.
Rijtijd: De tijd die verstrijkt tussen het aanvangen van de rit en de aankomst op locatie van het opgegeven incident.
Opkomsttijd: De tijd die verstrijkt tussen het aannemen van de melding op de alarmcentrale en de aankomst op locatie van het opgegeven incident.
Paraatheid: De mate waarin brandweereenheden beschikbaar zijn ten opzichte van de verwachte 24-uurs beschikbaarheid.
KVT / VVT: De kazernevolgordetabel en de voertuigvolgordetabel geven per incidentlocatie (adres) de eerste kazerne en het snelst te verwachten voertuig weer.
Onevenredigheid: Er is sprake van onevenredigheid als een van Partijen dit zo ervaart.
Artikel 2 Doel van de overeenkomst
2.1 De basisbrandweerzorg op het grondgebied van Partijen wordt, bij PRIO 1 incidenten, verzorgd middels het principe van interregionale operationele grenzen. Deze samenwerking krijgt vorm met inachtneming van de hierna gestelde verplichtingen en operationele afspraken. Zie pagina 9 voor de specifieke uitwerking met betrekking tot het grondgebied en de daarbij behorende verzorgingsgebieden.
2.2 Beide Partijen komen overeen om de basisbrandweerzorg tot en met het niveau van 3 tankautospuiten gezamenlijk te regelen, inclusief ondersteunende eenheden zoals hulpverleningsvoertuig en/of redvoertuig. Partijen bepalen onderling de (verdere) praktische invulling van de KVT/VVT. Grootschalig optreden en assistentie van specialismen gebeurt op basis van interregionale bijstand.
Artikel 3 Eisen aan Personeel
3.1. Bij de operationele inzet dient het betrokken brandweerpersoneel te
voldoen aan de eisen die zijn gesteld in het Besluit Personeel Veiligheidsregio’s en de Regeling personeel veiligheidsregio’s.
Artikel 4 Alarmering en werkwijze
4.1 Het bieden van interregionale basisbrandweerzorg wordt gerealiseerd door het werken met directe alarmering van eenheden vanuit de meldkamers van de regio’s.
4.2 Alarmering vindt plaats conform de door Partijen voor hun grondgebieden vastgestelde KVT/VVT en inzetvoorstellen. Indien uit de evaluatie van deze overeenkomst blijkt dat dit een onevenredige vermeerdering van werklast oplevert, vindt een aanpassing in de KVT/VVT plaats.
4.3 De opkomst en de inzet van een eenheid in de andere regio is operationeel, financieel en organisatorisch door de leverende regio gegarandeerd, maar niet bij gelijktijdigheid van incidenten en tijdelijke buitendienststelling van een post.
Artikel 5 Operationele leiding
5.1 Bij een inzet met basiseenheden hebben de bevelvoerders de leiding over hun eigen eenheid binnen het andere verzorgingsgebied.
5.2 Vanaf het moment van alarmering valt de eenheid onder het commando van de hoogst operationele leidinggevende van de betreffende regio en dient de aanwijzingen of opdrachten daarvan op te volgen.
5.3 De operationele leiding bij opschaling en afschaling van een incident is te allen tijde in handen van de functionarissen van de veiligheidsregio waar het incident plaatsvindt.
Artikel 6 Opkomsttijden
6.1 Partijen delen daadwerkelijk gerealiseerde uitruktijden teneinde realistische opkomsttijden te kunnen berekenen voor de KVT/VVT.
6.2 Partijen informeren elkaar indien uitruktijden, paraatheid of infrastructuur dermate wijzigen, dat aan de gehanteerde opkomsttijden niet meer voldaan kan worden.
6.3 Partijen herzien hun KVT/VVT bij wijzigingen in opkomsttijden en paraatheid, hetgeen zal blijken uit de jaarlijkse evaluatie.
Artikel 7 Operationele voorbereiding
7.1 Partijen zijn verantwoordelijk voor een optimale preparatie binnen hun eigen grondgebied, waarbij zij zich inspannen de onder 7.2 genoemde gegevens eenvoudig te kunnen uitwisselen.
7.2 Partijen zijn verplicht de actuele en relevante planvorming voor bijzondere objecten (zoals bereikbaarheidskaarten, aanvals- en inzetplannen) te delen met betrokken interregionale eenheden.
7.3 Eenheden hebben een verplichting om zich voor te bereiden op interregionale inzetten.
7.4 Partijen bieden de betrokken eenheden gelegenheid zich voor te bereiden op de interregionale inzet en gezamenlijk te oefenen.
Artikel 8 Nazorg van incidenten
8.1. De Partijen zijn zelf verantwoordelijk voor het opruimen en onderhoud van materieel en materiaal na inzet in een andere veiligheidsregio.
8.2. Een incident wordt gezamenlijk geëvalueerd indien één van de operationeel leidinggevenden dit noodzakelijk vindt. Deze evaluatie wordt in principe gecoördineerd door de regio waarin dit incident plaatsvond.
8.3. Elke Partij is in principe zelf verantwoordelijk voor opvang van personeel bij traumatische ervaringen. Indien door Partijen gewenst, kan de opvang gezamenlijk gebeuren bij grootschalige incidenten.
Artikel 9 Financiële bepalingen
9.1. Partijen dragen de verantwoordelijkheid voor de eigen personele en materiële kosten, inclusief de kosten van kleding, opleiding, oefening, piket, enz.
9.2 De interregionale inzet vindt om niet plaats.
9.3. Deze overeenkomst is niet bedoeld om afwenteling van kosten tussen Partijen te faciliteren.
Artikel 10 Overleg / Dagelijks uitvoering van de overeenkomst
10.1. In alle gevallen waarin deze overeenkomst niet voorziet, of indien één der Partijen dit nodig of wenselijk acht, treden Partijen zo spoedig mogelijk met elkaar in overleg.
10.2. Op Partijen rust een medewerkings-, informatie-, en waarschuwingsplicht voor zover dit van belang is c.q. kan zijn voor de juiste uitvoering van deze overeenkomst.
10.3 De betrokken (regionaal) commandanten kunnen voor de dagelijkse uitvoering binnen het kader van deze overeenkomst nadere werkafspraken maken.
10.4 Mededelingen die Partijen elkaar ingevolge deze overeenkomst doen, dienen schriftelijk plaats te vinden en te worden gericht aan de Partijen, t.a.v. de (regionaal) commandanten.
Artikel 11 Evaluatie Convenant
11.1 De werking en strekking van deze overeenkomst worden door de Partijen gezamenlijk volgens afgesproken criteria jaarlijks geëvalueerd.
11.2 Indien en voor zover de uitkomsten van de evaluatie gevolgen kunnen hebben voor de werking van deze overeenkomst, treden Partijen in overleg over aanpassing van deze overeenkomst.
Artikel 12 Aansprakelijkheid
12.1 Betrokken Partijen blijven verantwoordelijk en aansprakelijk voor het eigen personeel en materieel.
12.2 Bij operationele opdrachten van een operationeel leidinggevende aan eenheden van de andere regio, valt dit onder de verantwoordelijkheid van deze operationeel leidinggevende en daarmee onder de verantwoordelijkheid van de desbetreffende regio.
Artikel 13 Verzekering
13.1 De Partijen zorgen voor een deugdelijke verzekering voor het eigen brandweerpersoneel, materieel en materiaal.
Artikel 14 Duur van de overeenkomst
14.1 Deze overeenkomst wordt aangegaan voor de duur van één kalenderjaar en gaat in op [dag-maand-jaar]. Daarna wordt de overeenkomst stilzwijgend telkens met de periode van een jaar verlengd.
14.2 Deze overeenkomst kan voor het eerst na de eerste periode van één jaar worden opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van minimaal drie maanden.
14.3 Indien de overeenkomst wordt opgezegd, voeren Partijen overleg over de gevolgen daarvan.
Artikel 15 Geschillenbeslechting en toepasselijk recht
15.1 In geval van geschillen is het Nederlands Recht van toepassing.
15.2 Indien sprake is van een geschil, verplichten Partijen zich een dergelijk geschil in eerste instantie in onderling overleg op te lossen.
15.3 Indien een geschil niet in overleg kan worden beslecht, dan wordt het geschil voorgelegd aan de civiele rechter.
Artikel 16 Overige bepalingen:
16.1 Met deze overeenkomst vervallen eerder gemaakte afspraken en overeenkomsten die de in deze overeenkomst beoogde resultaten tot doel hadden.
Aldus in tweevoud opgemaakt en ondertekend,
Veiligheidsregio Gelderland-Zuid Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid
de heer H.F.M. Bruls de xxxx X. Xxxxxxxx
plaats, <datum> plaats, <datum>
Operationele afspraken
Met betrekking tot de samenwerkingsovereenkomst ‘Interregionale samenwerking op het gebied van basisbrandweerzorg VRGZ - VRZHZ’
Inhoud
1. De betrokken kazernes, uitruktijden en voertuigsoorten van beide regio’s
2. Uitgewisselde informatie ten behoeve van alarmering
3. Samenwerkingsgebied
4. Overzicht van uitgewisselde informatie
1. De betrokken kazernes, uitruktijden en voertuigsoorten van beide regio’s
In onderstaande overzicht zijn de posten van beide regio’s weergegeven die kunnen worden gealarmeerd in het kader van de interregionale samenwerking.
De uitruktijden, die zijn gehanteerd voor de berekening van de operationele grenzen, zijn op basis van alle prio 1 incidenten over de laatste drie jaar waar een autospuit voor is gealarmeerd. De VRGZ berekent over deze incidenten de gemiddelde uitruktijden en de VRZHZ hanteert de P80 methode. Beide regio’s hebben met elkaars omgerekende tijden de operationele grenzen berekend en in gezamenlijk overleg de uiteindelijke grenzen bepaald.
De kazernevolgordetabel is tot en met drie autospuiten gezamenlijk ingevuld.
Tabel 1. Betrokken kazernes, tijden en voertuigsoorten
Tijd VRGZ (gemiddelde) | Tijd VRZHZ (P80) | |||||
DAG | ANW | TS | RV | HV | ||
Kazernes VRGZ | ||||||
Beesd (BEES) | 4:03 | 3:46 | X | |||
Culemborg (CULE) | 4:31 | 5:01 | X | X | ||
Lingewaal N (LWZU) | 5:14 | 4:57 | X | |||
Lingewaal Z (LWNO) | 5:34 | 5:42 | X | |||
Neerijnen W (NEWE) | 3:12 | 3:53 | X | X | ||
Kazernes VRZHZ | ||||||
Arkel (AKL) | 5:00 | X | ||||
Gorinchem (GOR) | 5:58 | X | X | |||
Leerdam (LDM) | 5:15 | X | X | |||
Schoonrewoerd (SRW) | 5:38 | X | ||||
Meerkerk (MKK) | 4:15 | X | X |
2. Uitgewisselde informatie ten behoeve van alarmering
De alarmering van eenheden van de andere regio geschied op de volgende wijze:
Met de huidige versie van GMS (versie 4.13) wordt het incident gedeeld met de andere regio. De toekomstige versie van GMS voorziet in het direct interregionaal alarmeren.
3. Samenwerkingsgebied
Het samenwerkingsgebied komt tot stand door middel van berekeningen van de operationele grenzen in Care en gebeurt op basis van de vastgestelde en gedeelde
uitruktijden. Het gebied wordt vastgesteld door beide regio’s en wordt vervolgens vertaald naar het vakkenbestand van betreffende regio. Aan deze vakken worden de kazernevolgordetabellen (KVT’s) gekoppeld. Ten slotte worden deze KVT’s doorgevoerd op de meldkamers van beide regio’s.
In onderstaande plaatjes wordt de operationele grens bij benadering aangegeven. Dit is nog niet op basis van het vakkenbestand en kan daarom enigszins afwijken bij implementatie op de meldkamers.
Figuur 1 Grens van het verzorgingsgebied van de 1e autospuit bij interregionale operationele grenzen
Figuur 2 Grens van het verzorgingsgebied van het redvoertuig bij interregionale operationele grenzen
Figuur 3 Operationele grenzen volgens berekening Care, grens GZ en ZHZ
Figuur 4 Operationele grenzen volgens berekening Care, detail 1
Figuur 5 Operationele grenen volgens berekening care, detail 2
Overzicht van uitgewisselde informatie
Vanuit VRGZ
• Bluswatervoorziening
o
• Sleutels, pasjes, etc.
o
• Risico-objecten
o Adres + wijze van uitwisseling informatie ((object)kaart, DBK, etc.)
o …….
o …….
o …….
• Communicatie over wegafsluitingen
……………………………………
Vanuit VRZHZ
• Bluswatervoorziening
o
• Sleutels, pasjes, etc.
o
• Risico-objecten
o Adres + wijze van uitwisseling informatie ((object)kaart, DBK, etc.)
o …….
o …….
o …….
• Communicatie over wegafsluitingen
……………………………………
4. Top 3 risico’s per kazerne => vakbekwaamheidsafspraken
VRGZ
specifieke risico’s (geprioriteerd) | vakbekwaamheidsafspraken | |||
1 | 2 | 3 | ||
Kazernes VRGZ | ||||
Beesd (BEES) | ||||
Culemborg (CULE) | ||||
Lingewaal N (ASP) | ||||
Lingewaal Z (LINZ) | ||||
Neerijnen W (…..) |
VRZHZ
specifieke risico’s (geprioriteerd) | vakbekwaamheidsafspraken | |||
1 | 2 | 3 | ||
Kazernes VRZHZ | ||||
Arkel (AKL) | ||||
Gorinchem (GOR) | ||||
Leerdam (LDM) | ||||
Schoonrewoerd (SRW) | ||||
Meerkerk (MKK) |