BELGISCH ARBITRAGEHOF VOOR DE SPORT (BAS)
BELGISCH ARBITRAGEHOF VOOR DE SPORT (BAS)
ARBITRAGEREGLEMENT
TEKST VAN TOEPASSING VANAF 1 JANUARI 2017
INHOUDSOPGAVE
Artikel 1: | Algemeen | pagina 3 |
Artikel 2: | Opdracht van de raad van bestuur van het BAS | pagina 3 |
Artikel 3: | Benoemingscommissie | pagina 4 |
Artikel 4: | Voorzitter van de arbiters | pagina 4 |
Artikel 5: | Secretariaat | pagina 5 |
Artikel 6: | Arbitragereglement | pagina 5 |
Artikel 7: | Zetel van de arbitrage | pagina 5 |
Artikel 8: | Taal van de arbitrage | pagina 6 |
Artikel 9: | Bijstand en vertegenwoordiging | pagina 6 |
Artikel 10: | Mededeling | pagina 6 |
Artikel 11: | Termijnen | pagina 7 |
Artikel 12: | Onafhankelijkheid en onpartijdigheid | pagina 7 |
Artikel 13: | Keuze van de arbiters | pagina 8 |
Artikel 14: | Wraking van de arbiters | pagina 8 |
Artikel 15: | Vervanging van de arbiters | pagina 9 |
Artikel 16: | Voorlopige en bewarende maatregelen | pagina 9 |
Artikel 17: | Verzoek tot arbitrage | pagina 9 |
Artikel 18: | Beantwoording van het verzoek tot arbitrage en instellen van een tegenvordering | pagina 10 |
Artikel 19: Artikel 20: | Gevolgen van de arbitrageovereenkomst Arbitrage in hoger beroep tegen beslissingen van sportbonden | pagina 10 pagina 11 |
Artikel 21: | Meerpartijenarbitrage | pagina 11 |
Artikel 22: | Tussenkomst | pagina 11 |
Artikel 23: | Onderzoek van de zaak | pagina 12 |
Artikel 24: | Termijn voor de arbitrale uitspraak | pagina 12 |
Artikel 25: Artikel 26: Artikel 27: | De arbitrale uitspraak Mededeling van de arbitrale uitspraak aan de partijen; neerlegging van de arbitrale uitspraak Definitief en uitvoerbaar karakter van de arbitrale | pagina 13 pagina 13 |
Artikel 28: | uitspraak Aard en bedrag van de arbitragekosten | pagina 14 pagina 14 |
Artikel 29: | De provisie voor arbitragekosten | pagina 14 |
Artikel 30: | Beslissingen over de arbitragekosten | pagina 14 |
Artikel 1: Algemeen
Het BAS is belast met de arbitrage in sportaangelegenheden voor zover de statuten of reglementen van een sportvereniging, of een bijzondere overeenkomst hierin voorzien. Het BAS is tevens belast met de arbitrage in die aangelegenheden waar een wet of decreet verplichtend in arbitrage bij het BAS voorzien.
De arbitrale uitspraken in BAS-arbitrages worden niet gedaan door het BAS, maar door arbitragecolleges gevormd overeenkomstig artikel 13 van het reglement.
De zetel van het BAS is gevestigd Xxxxxxxxxxxx 0 xx 0000 Xxxxxxx.
De arbitrage kan als voorwerp hebben het beroep tegen een beslissing van een sportbond, wanneer deze beroepsmogelijkheid in de statuten of reglementen ervan is bepaald.
De arbitrage kan ook betrekking hebben op elk ander geschil in sportaangelegenheden dat de partijen in laatste aanleg door arbitrage willen beslechten.
Het BAS doet uitspraak als beroepsinstantie over de beslissingen die in eerste aanleg in dopingzaken zijn gewezen; in dat geval is de beslissing van het BAS geen arbitrale uitspraak.
Een benoemingscommissie stelt een lijst van arbiters op en waakt over de onafhankelijkheid en deskundigheid van die arbiters. De lijst vermeldt de taal, of talen die de arbiters beheersen.
Arbiters die op de lijst voorkomen mogen geen deel uitmaken van de algemene vergadering of Raad van Bestuur van de VZW BAS of van de Raad van Bestuur van het BOIC.
Het BAS zal tevens, op verzoek van de partijen bemiddeling in sportzaken organiseren.
Artikel 2: Opdracht van de Raad van Bestuur van het XXX
Xx Xxxx van Bestuur van het BAS heeft als opdracht:
- de leden van de benoemingscommissie aan te duiden
- wijzigingen in het reglement aan te brengen,
- de administratieve ondersteuning van de arbiters en bemiddelaars te verzekeren.
Artikel 3: Benoemingscommissie
De benoemingscommissie bestaat uit minstens 3 leden. Elke taalrol moet door minstens één lid vertegenwoordigd zijn.
Om in aanmerking te komen als lid van de benoemingscommissie dient men ofwel magistraat, ere-magistraat, universiteitsprofessor of emeritus te zijn. De leden van de benoemingscommissie mogen geen uitvoerend mandaat bekleden in een sportfederatie, het BOIC of werkgevers en werknemersorganisaties.
De benoemingscommissie benoemt de arbiters voor een periode van vier jaar en zij waakt erover dat de arbiters elk jaar een nieuwe onafhankelijkheidsverklaring afleggen.
De benoemingscommissie benoemt voor de organisatie een dagelijkse leiding onder de arbiters van het BAS een voorzitter “voorzitter van de arbiters” genaamd en twee ondervoorzitters, een Nederlandstalige en een Franstalige, allen voor een periode van vier jaar.
De “voorzitter van de arbiters” houdt geen zitting als arbiter en wordt bij belet vervangen door één van de twee ondervoorzitters.
De “voorzitter van de arbiters” en de ondervoorzitters mogen geen uitvoerend mandaat bekleden in sportfederaties, in het BOIC, noch in werkgevers en werknemersorganisaties.
Artikel 4: Voorzitter van de arbiters
Tot de bevoegdheden van de “Voorzitter van de Arbiters” behoren: 1° de organisatie en de dagelijkse leiding van het BAS,
2° bij gebrek aan overeenstemming tussen de partijen, het bepalen van de taal of talen van de arbitrage,
3° het bevelen van de vertaling van stukken, 4° het vastleggen van de conclusiekalender,
5° in bijzondere omstandigheden, zoals spoed, het inkorten van de termijnen voor de samenstelling van het arbitragecollege,
6° het inkorten of verlengen van de termijnen,
7° ingeval er meerdere partijen zijn als eiser of als verweerder, het benoemen van de arbiters indien er geen gezamenlijke voordracht wordt gedaan en indien de partijen het niet eens raken,
8° het bevestigen van de keuze van de enige arbiter door partijen en desgevallend de aanduiding van de enige arbiter,
9° het samenstellen van het college, in dopingzaken, licentiegeschillen en aanverwante materies,
10° het aanduiden van een college van drie arbiters, in geval van een wrakingverzoek,
11° het aanduiden van een arbiter ingeval de verweerder verzuimt zijn arbiter aan te duiden,
12° het bevelen van de samenvoeging van geschillen,
13° het benoemen van het arbitragecollege dat uitspraak moet doen over samengevoegde geschillen,
14° het ambtshalve verlengen of inkorten van de termijn voor de arbitrale uitspraak,
15° het vaststellen van de provisie voor arbitragekosten,
16° het vaststellen van het definitieve bedrag van de arbitragekosten.
Artikel 5: Secretariaat
Het BAS heeft een secretariaat dat belast is met de administratieve ondersteuning.
Artikel 6: Arbitragereglement
Dit reglement is van toepassing in alle zaken die aan het BAS zijn voorgelegd ingevolge reglementen, statuten of overeenkomsten onder partijen.
Artikel 7: Zetel van de arbitrage
De zetel van de arbitrage is gevestigd op de zetel van het BAS, Xxxxxxxxxxxx 0 xx 0000 Xxxxxxx.
Artikel 8: Taal van de arbitrage
De partijen bepalen in onderling akkoord de taal of talen van de arbitrage wordt gevoerd. Bij gebrek aan overeenstemming tussen de partijen, bepaalt de “Voorzitter van de Arbiters” de taal of talen van de arbitrage. Hij houdt daarbij rekening met de omstandigheden van de zaak zoals de taal van de overeenkomst waarin het arbitraal beding is opgenomen of de taal van de beslissing waartegen beroep wordt aangetekend.
De “Voorzitter van de Arbiters” kan bevelen dat alle stukken die in een andere taal dan die van de procedure zijn gesteld, moeten vergezeld zijn van een eensluidend verklaarde of, indien partijen akkoord zijn, van een vrije vertaling en beslist eigenmachtig wie en in welke verhouding de eventuele vertaalkosten draagt.
Artikel 9: Bijstand en vertegenwoordiging
Partijen mogen zich steeds laten bijstaan of vertegenwoordigen door een advocaat of, met toestemming van het arbitragecollege, door een bijzonder gevolmachtigde.
In disciplinaire zaken mogen natuurlijke personen zich enkel laten vertegenwoordigen met toestemming van het arbitragecollege.
Voor elke vertegenwoordiging, behoudens door een advocaat, is een volmacht vereist.
Het arbitragecollege kan voor het debat of bij tussenbeschikking beslissen dat een partij in persoon moet verschijnen.
Artikel 10: Mededeling
Het secretariaat van het BAS doet alle mededelingen van het BAS of het arbitragecollege aan de partijen.
De mededeling is gericht aan het adres zoals dit in het verzoekschrift tot arbitrage is vermeld. Zij kan ook gebeuren via fax of mail. De mededeling gedaan aan de raadsman van een partij wordt geacht aan de partij zelf te zijn gedaan.
Partijen zijn verplicht hun adreswijziging mede te delen. Elke mededeling aan het laatste aan het BAS gemelde adres is geldig.
De beschikkingen van het BAS en van het arbitragecollege worden gericht aan de partijen op elke wijze die een bewijs van verzending toelaat.
De mededelingen van de partijen aan het arbitragecollege moeten aan het secretariaat van het BAS worden gericht.
Artikel 11: Termijnen
De termijnen in dit reglement beginnen te lopen vanaf de dag volgend op de verzending van de mededeling door het BAS.
De vakantiedagen zijn begrepen in deze termijn. De vervaldag is in de termijn begrepen. Indien de laatste dag een vakantiedag of weekenddag is vervalt de termijn op de eerstvolgende werkdag.
De “Voorzitter van de Arbiters” kan hetzij ambtshalve hetzij op gemotiveerd verzoek van een partij de termijnen inkorten of verlengen. In dit geval wordt de beslissing onmiddellijk ter kennis gebracht van partijen.
Het arbitragecollege kan, gelet op bijzondere omstandigheden, op gemotiveerd verzoek, een lopende arbitrage schorsen voor een bepaalde duur.
Artikel 12: Onafhankelijkheid en onpartijdigheid.
Uitsluitend personen die onafhankelijk zijn ten opzichte van de partijen en hun raadslieden en die onpartijdig zijn, kunnen als arbiter in een BAS arbitrage optreden.
De benoemde arbiter ondertekent een verklaring van onafhankelijkheid en onpartijdigheid. Hij deelt schriftelijk aan het secretariaat de feiten en omstandigheden mee, die bij de partijen twijfel over zijn onafhankelijkheid of zijn partijdigheid kunnen doen rijzen. Vanaf de datum van zijn aanstelling en gedurende de hele arbitrageprocedure licht de arbiter het secretariaat onverwijld in over alle nieuwe omstandigheden van dien aard. Het secretariaat deelt deze informatie schriftelijk mee aan de partijen en geeft hen een termijn om hun eventuele opmerkingen te laten kennen.
Door het aanvaarden van zijn opdracht verbindt iedere arbiter zich ertoe om deze tot het einde uit te voeren in overeenstemming met de bepalingen van dit reglement.
Een arbiter mag niet zetelen wanneer de sportbond waarvan hij lid is betrokken is bij het geschil.
Een advocaat die opgenomen is op de lijst van de arbiters bij het BAS mag niet pleiten voor het BAS, en dit tot het verstrijken van de termijn van zes maand na zijn schrapping van de lijst van de arbiters.
Artikel 13: Keuze van de arbiters
De arbiters worden gekozen uit de arbiters opgenomen in de lijst van het BAS en moeten de taal van de arbitrage voldoende kennen. De lijst van de arbiters van het BAS vermeldt de taal of talen welke de arbiters beheersen.
Het arbitragecollege bestaat uit drie arbiters.
Elke partij kiest een arbiter respectievelijk in het verzoek tot arbitrage en in het antwoord daarop.
De derde arbiter, voorzitter van het college, wordt aangeduid door de twee gekozen arbiters.
Indien er meerdere partijen zijn als eiser of als verweerder, moeten de eisers gezamenlijk en de verweerders gezamenlijk een arbiter kiezen. Indien er geen gezamenlijke voordracht wordt gedaan en indien de partijen het niet eens raken stelt de “Voorzitter van de Arbiters” de arbiters aan.
Partijen kunnen zich akkoord verklaren omtrent de aanstelling van één enkele arbiter. In dat geval kiezen zij hun enige arbiter of laten de keuze over aan de “Voorzitter van de Arbiters”. De keuze van de enige arbiter is slechts definitief nadat deze bevestigd is door de “Voorzitter van de Arbiters” Bij niet bevestiging wordt de gewone procedure met drie arbiters gevolgd.
In dopingzaken, licentiegeschillen en aanverwante materies, stelt de “Voorzitter van de Arbiters” het college samen, waarbij in licentiegeschillen minstens één van de arbiters een financieel expert (bij internationale licenties een bedrijfsrevisor) is.
Artikel 14: Wraking van de arbiters
Een verzoek tot wraking wordt schriftelijk aan het secretariaat gericht. De feiten en de omstandigheden waarop dit verzoek berust moeten daarin duidelijk omschreven zijn.
Het verzoek tot wraking moet op straffe van verval worden ingesteld binnen de termijn van zeven dagen na de ontvangst van de kennisgeving van de keuze van de arbiter of binnen de termijn van zeven dagen na de dag van de kennisneming van de wrakingsgrond, voor zover deze dag valt na de ontvangst van de kennisgeving van de keuze.
Het secretariaat legt het wrakingverzoek voor aan een college van drie arbiters aangeduid door de “Voorzitter van de Arbiters” uit de lijst van de BAS arbiters. Dat college spreekt zich uit over de ontvankelijkheid en over de gegrondheid ervan, nadat het de betrokken arbiter, de andere partijen, evenals de overige leden van het arbitragecollege, voor zover deze er zijn, uitnodigde om binnen een bepaalde termijn, schriftelijk hun opmerkingen mede te delen. Deze opmerkingen worden meegedeeld aan de partijen en het arbitragecollege.
Zij kunnen daarop antwoorden binnen de door het college bepaalde termijn.
Artikel 15: Vervanging van de arbiters
Bij ontslag, overlijden of wraking van een arbiter wordt deze vervangen binnen de termijn van vijf dagen na het feit dat tot zijn vervanging aanleiding gaf.
Het secretariaat van het BAS richt aan de partijen, ingeval het een door de partijen aangewezen arbiter betreft, of aan de arbiters in geval het de voorzitter van het arbitragecollege betreft, of desgevallend aan de “Voorzitter van de Arbiters”, het verzoek om een nieuwe arbiter te kiezen.
Artikel 16: Voorlopige en bewarende maatregelen
In de zaken die aan het BAS zijn voorgelegd kan een verzoek tot voorlopige en bewarende maatregelen aan de “Voorzitter van de Arbiters” worden gericht, die het meedeelt aan het arbitragecollege. Het college heeft in dat geval de bevoegdheden bepaald in artikel 19, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek.
Artikel 17: Verzoek tot arbitrage
De partij die arbitrage overeenkomstig het BAS reglement wenst, dient daartoe een verzoek tot arbitrage in bij het secretariaat.
Het verzoek tot arbitrage bevat met name de volgende gegevens:
1° naam, voornaam en volledige benaming, hoedanigheid, adres, telefoon- en faxnummer, e-mailadres en voor de rechtspersonen hun maatschappelijke zetel en inschrijvingsnummer in de KBO van de verzoekers en van de partij(en) die als verweerder(s) worden aangewezen.
2° naam en adres van de personen die de partijen vertegenwoordigen.
3° een uiteenzetting over de aard en de omstandigheden van het geschil, dat aan de vordering ten grondslag ligt;
4° het voorwerp van de vordering, een samenvatting van de aangevoerde middelen;
5° de aanduiding van een arbiter;
6° de keuze van de taal van de arbitrage.
Het verzoek moet vergezeld zijn van een kopie van de gesloten overeenkomsten en alleszins van de arbitrageovereenkomst, van de briefwisseling tussen de partijen en van alle overige nuttige stukken.
Een verzoek tot arbitrage kan ook gericht worden aan het BAS wanneer er nog geen arbitrageovereenkomst bestaat of arbitrage niet bepaald is in de statuten of reglementen die de partijen binden. In dit geval richt het secretariaat van het BAS een schrijven aan de partij of partijen die de verzoekende partij aanwijst, met de vraag of ze akkoord gaat of gaan met een arbitrage ter oplossing van het geschil en het secretariaat xxxxx tevens aan deze partij(en) een ontwerp van arbitrageovereenkomst.
Bij gebrek aan een klaarblijkelijke arbitrageovereenkomst of arbitraal beding dat de bevoegdheid van het BAS voorziet, klasseert de “Voorzitter van de Arbiters” het verzoek tot arbitrage, indien de verweerder niet antwoordt binnen een termijn van zeven dagen of indien hij de arbitrage volgens het BAS-reglement afwijst.
Artikel 18: Beantwoording van het verzoek tot arbitrage en instellen van een tegenvordering
Binnen een termijn van zeven dagen na de mededeling van het verzoek tot arbitrage duidt de verweerder een arbiter aan en dient hij bij het secretariaat zijn antwoord op het verzoek tot arbitrage in.
Als de verweerder dat verzuimt krijgt hij een bijkomende termijn van 3 dagen, waarna de Voorzitter van de Arbiters een arbiter in zijn plaats aanduidt.
In zijn verweer kan de verweerder een tegenvordering instellen. Het arbitragecollege onderzoekt of de geformuleerde tegenvordering valt binnen de arbitrageovereenkomst van partijen en zo niet, of het college bevoegd is erover te beslissen conform de reglementen of statuten.
Artikel 19: Gevolgen van de arbitrageovereenkomst
Indien de partijen overeenkomen een beroep te doen op arbitrage overeenkomstig het BAS reglement, onderwerpen zij zich aan het reglement en zijn bijlagen zoals dat van kracht is op de aanvangsdatum van de arbitrage, tenzij zij bij de eerste proceshandelingen uitdrukkelijk overeenkomen om zich te onderwerpen aan het reglement dat van toepassing is op het tijdstip van de totstandkoming van de arbitrageovereenkomst.
Als, niettegenstaande het bestaan van een geldige arbitrageovereenkomst, één van de partijen weigert deel te nemen aan de arbitrage of zich van deelname onthoudt, zal de arbitrage niettemin doorgaan.
Indien, niettegenstaande een prima facie geldige arbitrageovereenkomst, één van de partijen één of meer excepties opwerpt betreffende het bestaan, de geldigheid of de draagwijdte van de arbitrageovereenkomst, doet het arbitragecollege uitspraak over zijn eigen bevoegdheid.
Behoudens andersluidend beding tussen de partijen, heeft de nietigheid of het niet bestaan van de overeenkomst die het voorwerp van de arbitrage vormt, niet tot gevolg dat het arbitragecollege automatisch onbevoegd is, op voorwaarde dat het college de geldigheid van de arbitrageovereenkomst vaststelt.
Artikel 20: Arbitrage in hoger beroep tegen beslissingen van sportbonden.
Het arbitrageverzoek dat een hoger beroep is tegen een beslissing van een sportbond wordt ingediend binnen de termijn die in de statuten of reglementen van de sportbond is bepaald. Bij ontstentenis van zulke termijn moet het arbitrageverzoek worden ingediend binnen de dertig dagen nadat de appellant kennis heeft gekregen van de beroepen beslissing.
Artikel 21: Meerpartijenarbitrage
Indien meerdere overeenkomsten die het arbitragebeding van het BAS bevatten, aanleiding geven tot geschillen die samenhangend of onsplitsbaar zijn, kan de “Voorzitter van de Arbiters” de samenvoeging ervan bevelen, waar nodig na raadpleging van de partijen.
De “Voorzitter van de Arbiters” benoemt het arbitragecollege dat uitspraak moet doen over de samengevoegde geschillen.
Samenvoeging kan niet bevolen worden wanneer reeds een voorbereidende of definitieve beslissing is genomen.
Artikel 22: Tussenkomst
Iedere derde-belanghebbende kan het arbitragecollege verzoeken om in de procedure tussen te komen. Dit verzoek wordt schriftelijk aan het secretariaat gericht, die het aan de partijen meedeelt.
Een derde kan ook door een partij worden opgeroepen om tussen te komen.
Een derde kan slechts tussenkomen met instemming van alle partijen en van het arbitragecollege en na ondertekening van de arbitrageovereenkomst.
De derde die tussenkomt aanvaardt de keuze van de arbiters, de samenstelling van het arbitragecollege en de taal van de rechtspleging.
Artikel 23: Onderzoek van de zaak
Het arbitragecollege vat met alle mogelijke middelen zo spoedig mogelijk het onderzoek van de zaak aan. Het kan onder meer getuigenissen inwinnen en één of meer deskundigen aanstellen.
Het arbitragecollege mag uitspraak doen op grond van stukken, tenzij de partijen of één van hen uitdrukkelijk verklaren dat zij wensen gehoord te worden.
Op vraag van de partijen of één van hen, of ambtshalve, nodigt het arbitragecollege de partijen tijdig uit om te verschijnen op de dag en de plaats die het vaststelt.
De “Voorzitter van de Arbiters” kan als waarnemer de zittingen bijwonen en zich laten bijstaan voor het secretariaat van de zittingen.
Indien de partijen of één van hen niet opdagen, hoewel zij regelmatig zijn opgeroepen, is het arbitragecollege gemachtigd om zijn opdracht niettemin te volbrengen, nadat het zich ervan heeft vergewist dat de oproep de partijen heeft bereikt en dat zij geen geldige reden hebben aangevoerd die hun afwezigheid rechtvaardigt.
De arbitrale uitspraak wordt in ieder geval geacht op tegenspraak te zijn gedaan.
De zittingen zijn niet openbaar. Behoudens toestemming van het arbitragecollege en van de partijen zijn de zittingen niet toegankelijk voor personen die niet in het geding betrokken zijn.
De partijen verschijnen ofwel persoonlijk, of in de persoon van de advocaat of van een gevolmachtigde.
Nieuwe vorderingen, hetzij in uitbreiding van de oorspronkelijke vordering, hetzij in uitbreiding van de tegenvordering, moeten door de partijen schriftelijk worden aangevoerd. Het arbitragecollege kan weigeren van deze nieuwe vorderingen kennis te nemen, indien het oordeelt dat het onderzoek of de afhandeling van de oorspronkelijke vordering daardoor wordt vertraagd of dat zij de grenzen van de arbitrageovereenkomst of arbitraal beding overschrijden.
Artikel 24: Termijn voor de arbitrale uitspraak
Het arbitragecollege moet uitspraak doen binnen een termijn van twee maanden, te rekenen vanaf de datum van het verzoek tot arbitrage tenzij de partijen akkoord gaan om deze termijn te verlengen.
Deze termijn kan op gemotiveerd verzoek van het arbitragecollege of ambtshalve door een beslissing van de “Voorzitter van de Arbiters” worden verlengd of verkort.
Het arbitragecollege kan, in spoedeisende zaken, mits akkoord van de partijen beslissen enkel het beschikkend gedeelte van zijn beslissing aan de partijen mede te delen op voorwaarde dat de motivering uiterlijk binnen tien dagen alsnog wordt toegevoegd.
Artikel 25: De arbitrale uitspraak
Het arbitragecollege doet uitspraak volgens de rechtsregels en de reglementaire bepalingen welke het van toepassing acht.
De partijen kunnen het arbitragecollege verzoeken uitspraak te doen “als goede personen”.
Naast de eigenlijke beslissing omvat de uitspraak de volgende vermeldingen:
- de namen en woonplaatsen van de arbiters,
- de namen en woonplaatsen van de partijen,
- het voorwerp van het geschil,
- de datum waarop de uitspraak is gedaan,
- de plaats van de arbitrage en de plaats waar de uitspraak is gedaan.
De arbitrale uitspraak wordt ondertekend door de arbiters die de uitspraak hebben gewezen.
Artikel 26: Mededeling van de arbitrale uitspraak aan de partijen; neerlegging van de arbitrale uitspraak
Het arbitragecollege bezorgt de arbitrale uitspraak aan het secretariaat.
Het secretariaat deelt de door de leden van het arbitragecollege ondertekende tekst mede aan de partijen.
De arbitrale uitspraak wordt slechts ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg van de zetel van de arbitrage neergelegd, wanneer één van de partijen daarom verzoekt binnen de termijn van één maand na de mededeling ervan.
Artikel 27: Definitief en uitvoerbaar karakter van de arbitrale uitspraak
De arbitrale uitspraak is definitief en wordt in laatste aanleg gedaan. De partijen verbinden zich ertoe de te wijzen uitspraak onverwijld ten uitvoer te brengen.
Artikel 28: Aard en bedrag van de arbitragekosten
De arbitragekosten omvatten de kosten van het aanhangig maken van de zaak, de kosten van de arbiters, evenals de administratieve kosten van het BAS. De kosten van het aanhangig maken van de zaak bedragen:
- individuele sport: niet-professionele sportbeoefenaar: | 100 € |
- individuele sport: professionele sportbeoefenaar: | 250 € |
- clubs: | 250 € |
- licentiezaken: | 1.500 € |
De partij die wenst tussen te komen in een procedure betaalt hetzelfde bedrag als de
eiser.
De eventuele andere kosten en uitgaven verbonden aan de arbitrage, zoals de honoraria en kosten van de door het arbitragecollege benoemde, deskundigen of de uitgaven gedaan door de partijen, behoren niet tot de arbitragekosten. Het arbitragecollege beslist wie deze kosten en uitgaven draagt.
Artikel 29: De provisie voor arbitragekosten
De “Voorzitter van de Arbiters” stelt het bedrag vast dat de verzoeker als provisie voor de arbitragekosten moet betalen; na overlegging van het bewijs van die betaling vat het arbitragecollege het onderzoek van de zaak aan.
Artikel 30: Beslissing over de arbitragekosten
De “Voorzitter van de Arbiters” stelt het definitieve bedrag van de arbitragekosten vast.
De arbitrale einduitspraak bepaalt welke partij de arbitragekosten betaalt, of in welke verhouding zij tussen de partijen worden verdeeld. In voorkomend geval bekrachtigt de arbitrale uitspraak het akkoord tussen de partijen over de verdeling van de arbitragekosten.
De arbitragekosten dienen uiterlijk één maand na de kennisgeving van de eindafrekening te worden betaald.
Brussel, 20 december 2016
BELGISCH ARBITRAGEHOF VOOR DE SPORT vzw
Xxxxxxxxxxxx 0
1020 Brussel België
KBO nr. 0000.000.000
Tel.: x00 (0)000 00 00 00