Vragen en Antwoorden – Nieuwe gewaarborgde rentevoeten voor de pensioenplannen die afgesloten worden door een onderneming

Vragen en Antwoorden – Nieuwe gewaarborgde rentevoeten voor de pensioenplannen die afgesloten worden door een onderneming

Vanaf 1 juli 2020 zal AXA Belgium nieuwe gewaarborgde rentevoeten toepassen op zijn collectieve levensverzekeringsverrichtingen voor bedrijven.

1) Xxxxx zijn de nieuwe rentevoeten die AXA Belgium waarborgt op de bestaande contracten?

Voor de contracten zonder waarborg van rentevoet op de toekomstige premies (contracten met opeenvolgende afkoopsommen) zal de nieuwe gewaarborgde rentevoet vanaf 1 juli 2020 0,50% bedragen op de gestorte premies, zowel voor de nieuwe aansluitingen bij het pensioenplan als voor de personen die al aangesloten zijn.

Voor de contracten met een waarborg van rentevoet op de toekomstige premies (contracten met genivelleerde premies) moet een onderscheid gemaakt worden tussen twee situaties (zie voorbeelden onder vraag 4).

▪ Voor de individuele contracten die bestaan op 30 juni 2020 blijven de oude rentevoeten van toepassing op de toekomstige premies op het niveau van de premie die bereikt werd op 30 juni 2020. De gewaarborgde rentevoet op de toekomstige verhogingen van deze premies zal 0,10% bedragen.

▪ Voor de premies verbonden aan de nieuwe aansluitingen na 30 juni 2020 zal de rentevoet ook 0,10% bedragen.

De individuele reserves die opgebouwd zijn op 30 juni 2020 zullen in ieder geval de oude gewaarborgde rentevoeten blijven genieten tot de afloop van de contracten.

2) Waarom werd de gewaarborgde rentevoet verlaagd?

De rentevoet van de Europese staatsobligaties is al enkele jaren fors aan het dalen, voor de staten die door de financiële gemeenschap als sterk worden beschouwd.

Het referentierendement van obligaties dat gebruikt wordt door de levensverzekeraars is de rentevoet van de obligaties op 10 jaar.

Op 31 maart 2020 bedroeg de rentevoet van de Belgische "lineaire obligaties" (de zogenaamde OLO’s) op 10 jaar ongeveer 0,02%. Dat is een historisch laag rendement.

Vandaag, aangezien er geen groeiperspectief is voor deze rentevoeten, is het niet meer realistisch om gewaarborgde rendementen van 0,75% of 0,25% te bieden zoals voorheen.

In de Europese economische en financiële context die we nu meemaken neemt AXA Belgium zijn verantwoordelijkheden en wil het een redelijk voorzichtige positie aannemen om de verworvenheden van haar klanten en hun medewerkers te vrijwaren tijdens de hele looptijd van de contracten.

3) Wat zal dan het totale rendement zijn?

De premies van de contracten genieten een "basisrente": de gewaarborgde rentevoet. Bij deze rentevoet komt jaarlijks eventueel nog een winstdeling die afhangt van de technisch-financiële resultaten van AXA Belgium. De gewaarborgde rentevoet en de winstdeling vormen het totale jaarrendement van de contracten.

Hieronder de grafiek met de totale rendementen van de contracten met rentewaarborg op reserve – met andere woorden in "opeenvolgende koopsommen" – belegd in het Main Fund van AXA Belgium.

4) Wat is de impact van een wijziging van de rentevoet op het contract?

Er moet een onderscheid worden gemaakt tussen contracten met rentewaarborg enkel op de reeds opgebouwde reserves, "contracten met opeenvolgende koopsommen" genoemd, en de contracten met rentewaarborg op de reeds opgebouwde reserves en toekomstige premies (ten belope van het niveau van de premie dat bereikt werd op het ogenblik van de verandering van de rentevoet), "contracten met genivelleerde premies" genoemd.

Voor de contracten gefinancierd door opeenvolgende koopsommen, genieten de reeds op 30 juni 2020 opgebouwde reserves, verder de gewaarborgde rentevoeten van het verleden tot de afloop van de individuele contracten. De toekomstige premies genieten vanaf 1 juli 2020, (voor degenen die al bij het plan aangesloten zijn en voor de nieuwe aansluitingen) de nieuwe gewaarborgde rentevoet die vastgelegd is op het ogenblik van hun storting.

Voorbeeld van een rentewijziging voor contracten in "opeenvolgende koopsommen"

De reserve bedraagt 1.000€. De jaarpremie bedraagt 100€ en de huidige rentevoet bedraagt 0,75%.

1) Indien de rentevoet daalt tot 0,50% --> blijft de reserve (1.000€) genieten van de rentevoet van 0,75%. Voor de toekomstige premies zal echter de rentevoet van 0,50% van toepassing zijn.

2) Indien de premie daarnaast stijgt tot 120€, zal de rentevoet van 0,50% van toepassing zijn op de volledige premie van 120€. De reserve (1.000€) blijft genieten van 0,75%.

Voor de contracten gefinancierd door genivelleerde premies blijven de reserves opgebouwd op 30 juni 2020 alsook de reserves die zullen worden gevormd door de toekomstige premies (premies beperkt tot het niveau bereikt op 30 juni 2020) de gewaarborgde rentevoeten van het verleden genieten, tot de afloop van de individuele contracten. De bedragen van de premies boven het niveau bereikt op 30 juni 2020 en de premies betreffende de nieuwe aansluitingen vanaf 1 juli 2020, genieten de nieuwe gewaarborgde rentevoet.

Voorbeeld van rentewijziging voor de contracten in "genivelleerde premies"

De reserve bedraagt 1.000€. De jaarpremie bedraagt 100€ en de huidige rentevoet bedraagt 0,25%.

1) Indien de rentevoet daalt tot 0,10% --> blijven de reserve (1.000 €) en de toekomstige premies (100 €) genieten van de gewaarborgde rentevoeten van het verleden (o.a. de rentevoet van 0,25%).

2) Indien de premie daarnaast stijgt tot 120€ --> blijven de reserve (1.000€) en de toekomstige premies van 100€ genieten van de gewaarborgde rentevoeten van het verleden (o.a. de rentevoet van 0,25%). De 20 € premieverhoging geniet daarentegen een gewaarborgde rentevoet van 0,10%.

5) Wat is het gevolg van een verlaging van de rentevoet op de reserves van het contract?

De verlaging van de technische rentevoet heeft geen gevolgen voor de individuele reserves op het ogenblik van de verandering (d.w.z. op 30 juni 2020). Ongeacht of het contract in "opeenvolgende koopsommen" of in "genivelleerde premies" is, blijven de rentevoeten die van kracht zijn op het ogenblik van de wijziging van toepassing op de reserves tot de afloop van het contract.

6) Wat is het gevolg van een verlaging van de rentevoet op de tegoeden van het financieringsfonds en het collectieve pensioenfonds in geval van collectieve kapitalisatie?

Deze fondsen genieten geen langetermijnwaarborg.

De nieuwe rentevoet zal worden toegepast vanaf 1 juli 2020 op de tegoeden verworven op 30 juni 2020 alsook op de eventuele toekomstige dotaties.

7) Wat is de impact van een verlaging van de rentevoet op het geprojecteerde kapitaal bij afloop, in het kader van pensioentoezeggingen van het type ‘Vaste bijdragen’ ?

Voor de pensioentoezeggingen van het type "Vaste bijdragen" die gefinancierd worden in "Opeenvolgende koopsommen": het geprojecteerd kapitaal van de contracten waarop premies nog worden gestort zal minder hoog zijn (bij gelijke premies). Dit geprojecteerde kapitaal is inderdaad een schatting van het kapitaal op de afloop van het contract rekening houdend met de gewaarborgde rentevoet, van kracht op het moment van berekening, op de toekomstige premies tot de afloop van het contract. Vanaf 1 juli 2020 wordt de rentevoet van 0,50% gebruikt bij de berekening van het geprojecteerd kapitaal, met andere woorden een lagere rentevoet dan in het verleden.

Voor de contracten die gefinancierd worden in "genivelleerde premies" en met een ongewijzigd premieniveau, heeft de daling van de rentevoet geen impact op het geprojecteerd kapitaal bij afloop. Indien de premie verhoogt, zal de verhoging van de premie gekapitaliseerd worden tegen de nieuwe rentevoet.

8) Wat is de impact van deze beslissing ten opzichte van de verplichtingen van de werkgever in het kader van de wet op de aanvullende pensioenen?

Samengevat: in het kader van de WAP1 moet de werkgever ten voordele van de betrokken werknemers, een minimaal rendement op de persoonlijke bijdragen waarborgen en, in het kader van de pensioentoezeggingen van het type vaste bijdragen, een minimaal rendement op de werkgeversbijdragen. Het doel bestaat erin de aanvullende pensioenen van de aangeslotenen te beschermen. Dit minimumrendement moet worden gegarandeerd op het moment van uitbetaling van de prestatie, hetzij op of voor de pensionering, hetzij op het moment dat de overdracht van de reserves wordt aangevraagd na het vertrek van de aangeslotene.

De rentevoet van deze wettelijke minimum rendementswaarborg bedraagt sinds 2016 1,75 %, zowel op de persoonlijke bijdragen als op de werkgeversbijdragen (in geval van pensioentoezeggingen van het type ‘Vaste bijdragen’). Deze wordt ieder jaar gepubliceerd op de site van de FSMA2.

Om na te gaan of er aan deze minimale wettelijke waarborg voldaan wordt, houdt men rekening met de door de verzekeraar gewaarborgde rentevoet, waar nog de winstdeling bijkomt.

Wat zou er gebeuren indien het totale rendement dat door de verzekeraar toegekend werd, onvoldoende was om de verplichtingen van de WAP te dekken? In dit geval wordt het tekort uit het financieringsfonds gehaald. Indien het vermogen van het financieringsfonds onvoldoende is, wordt een aanvullende bijdrage van de werkgever gevraagd.

9) Wat is de evolutie van de langetermijnrente?

Als we kijken naar de lange termijn kunnen we alleen maar vaststellen dat de daling van de rentevoeten structureel is. Volgens de experts zullen de rentevoeten laag blijven. De versoepeling van het monetaire beleid van de Europese centrale bank zal haar ertoe brengen een gigantische hoeveelheid aan liquiditeit in de markten te pompen door de terugkoop van obligaties. Bovendien dient in die periode een inkrimping van de "kredietspreads" te worden overwogen. Wij mogen dus een voortzetting van deze trend verwachten of, in ieder geval, een stabilisatie van de obligatierenten op een zeer laag niveau.

10) Als de rentevoeten stijgen, zal AXA Belgium dan de gewaarborgde rentevoet naar boven herzien?

Er bestaat geen automatisme op dat vlak, maar we nemen onze beslissingen op basis van een permanent overleg.

1

WAP: wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige

aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid

2

Tijdens de eerste 5 jaar van de aansluiting wordt het wettelijke minimum gewaarborgd rendement vervangen door een

indexering van de werkgeversbijdragen.

Het berust op vijf elementen:

▪ de bescherming van de extralegale voordelen van de medewerkers van onze klanten over hun hele professionele loopbaan en dus over een zeer lange duur,

▪ de structurele indicatoren van de markten,

▪ het voortbestaan van de activiteit,

▪ de positionering van onze concurrenten,

▪ het duurzame karakter van een beweging op de rentevoeten.

AXA zal evalueren hoe rekening te houden met deze stijging in zijn beleid van gewaarborgde rentevoet en/of winstdeelname.

11) Blijven de groepsverzekeringen en individuele pensioentoezeggingen interessant?

De gewaarborgde rentevoeten blijven interessant tegenover de lange looptijden van de verbintenissen die wij aangaan.

Bovendien zijn de totale rendementen die door AXA Belgium (inclusief de winstdelingen) worden toegekend, gunstig, vergeleken met de prestaties of rendementen aangeboden door de financiële markten.

Op een ander vlak zijn de fiscale voordelen altijd zeer motiverend.

Tot slot, denken werknemers en/of werkgevers niet enkel aan het pensioen. Het indekken van de wisselvalligheden van het leven (ziekenhuisopname, arbeidsongeschiktheid, vroegtijdig overlijden) blijft een van de bijzondere troeven van de verzekeraars.