BUREAU-, SANITAIRE- & VERBINDINGSUNITS
Technische beschrijving voor
BUREAU-, SANITAIRE- & VERBINDINGSUNITS
Inhoud
1. Algemeen 3
1.1. Afmetingen (mm) en gewichten (kg) 3
1.2. Afkortingen 4
1.3. Standaarduitvoeringen 4
1.4. Warmtedemping 5
1.5. Nuttige lasten 6
1.5.1. Standaard nuttige lasten 1 / 2 / 3 6
1.5.2. Optionele nuttige lasten (uitgezonderd CAH 2,591 m en 30'- containers) 6
1.5.3. Optionele nuttige lasten gangcontainer (uitgezonderd CAH 2,591 m en 30'- containers) 6
1.6. Grondslag van de statische berekening 7
1.7. Geluidsdemping 7
2. Containerconstructie 8
2.1. Frameconstructie 8
2.2. Bodem 8
2.3. Dak 9
2.4. Wand-elementen 10
2.5. Scheidingswanden 11
2.6. Deuren 11
2.7. Raam 12
3. Elektrische installatie 13
3.1. Technische gegevens 13
3.2. Opschriften elektriciteit (symbolen) 15
3.3. Verwarming en airconditioning 16
4. Waterinstallaties 17
5. Uitrustingsopties 18
Algemene uitvoeringen 18
Sanitaire inbouwelementen 18
6. Schilderwerk 19
7. Certificering 19
8. Diversen 20
8.1. Transport 20
8.2. Handling 20
8.3. Opbouw / Montage / Statica / Onderhoud 21
9. BIJLAGE 23
9.1. Opstelmogelijkheden voor containers van 10', 16' en 20', max. CAH 2,96 m 23
9.2. Opstelmogelijkheden voor containers van 24' en 30'1, max. CAH 2,96 m 24
9.3. Algemeen funderingsplan voor 10', 16' en 20' containers standaard (nuttige lasten volgens 1.5.1.) 25
9.4. Algemeen funderingsplan voor containers van 10', 16' en 20' met optionele nuttige lasten (volgens 1.5.2.) 26
9.5. Algemeen funderingsplan voor 24' en 30' containers (volgens 1.5.1.) 27
1. Algemeen
De onderstaande beschrijving heeft betrekking op de uitvoering en uitrusting van nieuwe kantoor-, sanitaire en verbindingsunits.
De buitenmaten van onze containers zijn aangepast aan de ISO-standaard en profiteren daardoor van alle voordelen van dit systeem. Ze bestaan uit een stabiel frame en wisselbare wandelementen.
De uitvoering van de standaardkantoorcontainers is gemarkeerd met 1, die van de standaardsanitaircontainers met 2 en die van de -verbindingscontainers met 3.
Alle uitvoeringsvarianten die niet met 1 of 2 of 3 zijn gemarkeerd, worden alleen geleverd wanneer ze in de schriftelijke overeenkomst zijn genoemd.
1.1. Afmetingen (mm) en gewichten (kg)
Type | buitenafmetingen | binnen | gewicht (globale waarden) | ||||||
Lengte | Breedte | Hoogte | Lengte | Breedte | Hoogte | BM | BU | SU | |
2.591 | 2.340 | 1.300 | 1.200 | 1.500 | |||||
10’ | 2.989 | 2.435 | 2.800 | 2.795 | 2.240 | 2.540 | 1.350 | 1.250 | 1.550 |
2.960 | 2.700 | 1.400 | 1.300 | 1.600 | |||||
2.591 | 2.340 | 1.750 | 1.600 | ||||||
16’ | 4.885 | 2.435 | 2.800 | 4.690 | 2.240 | 2.540 | 1.800 | 1.650 | |
2.960 | 2.700 | 1.850 | 1.700 | ||||||
2.591 | 2.340 | 2.050 | 1.850 | 2.500 | |||||
20’ | 6.055 | 2.435 | 2.800 2.960 | 5.860 | 2.240 | 2.540 2.700 | 2.100 2.150 | 1.900 1.950 | 2.550 2.600 |
2.591 | 2.340 | 2.350 | 2.150 | ||||||
24’ | 7.335 | 2.435 | 2.800 | 7.140 | 2.240 | 2.540 | 2.450 | 2.200 | |
2.960 | 2.700 | 2.550 | 2.250 | ||||||
2.591 | 2.340 | 2.750 | 2.500 | ||||||
30’ | 9.120 | 2.435 | 2.800 | 8.925 | 2.240 | 2.540 | 2.850 | 2.550 | |
2.960 | 2.700 | 2.950 | 2.600 |
* De opgegeven afmetingen en gewichten hebben betrekking op de standaarduitvoeringen (zie 1.3) en kunnen per uitvoering en uitrusting verschillen.
1.2. Afkortingen
De volgende afkortingen worden in dit document gebruikt:
Kantoorunit met steenwolisolatie BM
Kantoorunit met polyurethaanisolatie BU
Sanitairunit met steenwolisolatie SA
Sanitairunit met polyurethaanisolatie SU
Verbindingsunit VC
Mineraalwol MW
Polyisocyanuraat PIR
Polyurethaan PU
Steenwol SW
Binnenhoogte RIH
Buitenhoogte container CAH
Transpack (BM/BU in pakket) TP
Enkellaags veiligheidsglas ESG
Gelaagd veiligheidsglas VSG
Gedeeltelijk voorgespannen glas TVG
1.3. Standaarduitvoeringen
Kantoorunit 10‘ Kantoorunit 16‘
Kantoorunit 20‘ Kantoorunit 24‘
Kantoorunit 30‘
Sanitairunit 10‘ Sanitairunit 20‘
1.4. Warmtedemping
Bouwdeel | Isolatiemateriaal | Dikte (mm) | U-waarde (W/m²K)* |
Dak | |||
MW 1 / 2 / 3 | 100 | 0,36 | |
MW | 140 | 0,23 | |
PU | 100 | 0,20 | |
PU | 140 | 0,15 | |
Wand-element | |||
MW 1 / 3 | 60 | 0,57 | |
MW | 100 | 0,35 | |
PU 2 | 60 | 0,38 | |
SW | 60 | 0,61 | |
SW | 110 | 0,34 | |
PIR | 110 | 0,20 | |
Bodem | |||
MW 1 / 2 / 3 | 60 | 0,55 | |
MW | 100 | 0,36 | |
PU | 100 | 0,20 | |
Raam | |||
Standaardisolatieglas1 / 2 | 4/16/4 mm | 2,90 | |
Isolatieglas met gasvulling | 4/16/4 mm | 1,10 | |
3-voudige beglazing | 4/8/4/8/4 mm | 0,70 | |
Buitendeuren | |||
1000 | Polystyreen | 40 mm | 1,80 |
875 | Polystyreen | 40 mm | 1,90 |
* De U-waarden hebben betrekking op de aangegeven isolatiesterkte in een wanddeel.
Raam | U-waarde (W/m²K)* | ||
Standaardisolatieglas met gasvulling 1 / 2 / 3 | 4/16/4 mm | 1,10 | |
3-laags isolatieglas met gasvulling | 4/8/4/8/4 mm | 0,70 |
* De U-waarden hebben betrekking op de Ug-waarde (U-waarde van het glas) van de aangegeven beglazing.
Buitendeuren | U-waarde (W/m²K)* | ||
1.000 | Polystyreen | 40 mm | 1,80 |
875 | Polystyreen | 40 mm | 1,90 |
* De U-waarden hebben betrekking op de Ud-waarde (U-waarde van de deuren) van de aangewezenbouwnormbreedte.
Isolatiewaarden conform EN ISO 10077-1 en EN ISO 10077-2 op aanvraag!
1.5. Nuttige lasten
1.5.1. Standaard nuttige lasten 1 / 2 / 3
Vloerbelasting:
Begane grond: maximale nuttige last 2,0 kN/m² (200 kg/m²) Verdiepingen: maximale nuttige last 1,5 kN/m² (150 kg/m²)
Bij gebruik van de dubbele hoeveelheid vloerdwarsdragers wordt op de begane grond een maximale nuttige last van 4,0 kN/m2 (400 kg/m2) bereikt.
Typische sneeuwlast op
de grond: Bij opstelling met maximaal 2 verdiepingen * sk= 1,50 kN/m² (150 kg/m²)
Vervormingswaarde μ = 0,8 ( s = μ1 * s k = 1,2 kN/m² (120 kg/m²))
Bij opstelling met 3 verdiepingen sk = 1,25 kN/m² (125 kg/m²)
Vervormingswaarde μ = 0,8 ( s = μ1 * sk = 1,0 kN/m² (100 kg/m²))
Windbelasting vb: Bij opstelling met maximaal 2 verdiepingen *
vb = 27 m/s, [97,2 km/h] terreinklasse III Bij opstelling met 3 verdiepingen
vb = 25 m/s, [90 km/h] terreinklasse III
* uitgezonderd 24'- en 30'-kantoor- en -sanitaircontainers
1.5.2. Optionele nuttige lasten (uitgezonderd CAH 2,591 m en 30'- containers)
Vloerbelasting:
Begane grond: maximale nuttige last 4,0 kN/m² (400 kg/m²) Verdiepingen: maximale nuttige last 3,0 kN/m² (300 kg/m²)
Sneeuwlast: Typische sneeuwlast op de grond sk = 2,5 kN/m² (250 kg/m²)
Vervormingswaarde μ = 0,8 ( s = μ1 * sk = 2,0 kN/m² (200 kg/m²))
Windbelasting vb: vb = 25 m/s, [90 km/h] terreinklasse III
1.5.3. Optionele nuttige lasten gangcontainer (uitgezonderd CAH 2,591 m en 30'- containers)
Vloerbelasting:
Begane grond: maximale nuttige last 5,0 kN/m² (500 kg/m²) Verdiepingen: maximale nuttige last 5,0 kN/m² (500 kg/m²)
Sneeuwlast: Typische sneeuwlast op de grond sk = 2,5 kN/m² (250 kg/m²)
Vervormingswaarde μ = 0,8 ( s = μ1 * sk = 2,0 kN/m² (200 kg/m²))
Windbelasting vb: vb = 25 m/s, [90 km/h] terreinklasse III
Bij windsnelheden van meer dan 90 km/h [25 m/s] dient de container extra gezekerd te worden (spankabels, schroeven, enz.). Dergelijke maatregelen dienen door daartoe bevoegde vaklui te worden berekend, met inachtneming van officiële normen en gegevens.
De nuttige lasten gelden alleen volgens de plaatsingsmogelijkheden van de containers (zie 9.1/9.2). Andere optionele draaglasten resp. locatiespecifieke aardbevingsbestendigheden op aanvraag.
1.6. Grondslag van de statische berekening
Lastzijde: EN 1990 (Eurocode 0; Grondslagen)
EN 1991-1-3 (Eurocode 1; Sneeuw)
EN 1991-1-4 (Eurocode 1; Wind)
Weerstandszijde: EN 1993-1-1 (Eurocode 3; Staal)
EN 1995-1-1 (Eurocode 5; Hout)
Er wordt geen speciale rekening gehouden met nationale toepassingsdocumentatie en andere gevallen van bijzondere belasting (zoals bijvoorbeeld veiligheid bij aardbevingen). Dergelijke documentatie moet apart worden aangevraagd!
1.7. Geluidsdemping
Geluidsisolatiewaarden op aanvraag
2. Containerconstructie
2.1. Frameconstructie
BM/SA/VC-container 1 / 2 / 3 (standaard nuttige last conform 1.5.1.) | BM/SA-units (optionele nuttige lasten volgens 1.5.2.) | Verbindingsunit (optionele nuttige lasten volgens 1.5.3.) | |
Vloerframe | uit koudgewalste, gelaste staalprofielen, 4 containerhoeken gelast | ||
Vloerdrager overlangs | 3 mm | 4 mm | |
Vloerdrager kopse zijde | 3 mm | ||
Vloerdwarsdrager | uit Ω-profielen, s = 2,5 mm | ||
Heftruckzakken | 2 lepelgaten aan de lange kant (uitgezonderd 30'-containers) | ||
kleine maat lepelgaten: 352 x 85 mm | |||
staplertaschenabstand mittig: 2.055 mm 1 / 2 / 3 optioneel: 1.660 mm* / 950 mm* / zonder lepelgaten | |||
Hoekpilaren | van koudgewalste, gelaste stalen profielen met aangeschroefd bodem- en dakframe. | ||
4 mm | 5 mm | ||
C-zuil 3 | 3 mm | --- | 3 mm |
Dakframe | uit koudgewalste, gelaste staalprofielen, 4 containerhoeken gelast | ||
Dakdrager overlangs | 3 mm | 4 mm | |
Dakdrager kopse zijde | 2,5 resp. 3 mm | ||
Houten dakdwarsdragers | --- | ||
Dakbedekking | verzinkt staalblik met dubbelvouw, 0,60 mm |
* Uitgezonderd 24'-containers
2.2. Bodem
Warmtedemping:
Isolatiemateriaal: MW 1 / 2 / 3
Brandgedrag A1 (niet brandbaar) volgens EN 13501-1
PU
Brandgedrag E volgens EN 13501-1 Isolatiedikte: 60 mm 1 / 2 / 3 / 100 mm
Onderbodem: MW 1 / 2 / 3
0,60 mm dikke, gegalvaniseerde staalplaat
(verschillende plaatuitvoeringen mogelijk afhankelijk van de productie)
PU
Aluminiumlaminaat
Vloer:
Bodemplaten: Cementgebonden spaanplaat 1 / 2 / 3 - dikte 20 mm E1 conform EN 13986:2004
Brandgedrag B-s1, d0 conform EN 13501-1
Multiplex plaat - dikte 21 mm E1 conform EN 636:2012
Brandgedrag D-s2, d0 of Dfl-s1 conform EN 13501-1
Spaanplaat - dikte 22 mm E1 conform EN 312:2003
Brandgedrag D-s2, d0 of Dfl-s1 conform EN 13501-1
Vloerbedekking: | Kunststof vloerbedekking in banen gelast in de sanitaire zone2 of op wens kuipvorm | Conform norm... | Aluminium traanplaat | ||||
Imperial Classic 1 / 3 | Surestep2 | Accord | Eternal | Safestep | |||
Totale dikte | 1,5 mm | 2,0 mm | 2,0 mm | 2,0 mm | 2,0 mm | EN ISO 24346 | 2 + 0,5 mm |
Gebruikslaag | homogeen | 0,7 mm | homogeen | 0,7 mm | 0,7 mm | EN ISO 24340 | --- |
Brandgedrag | Xxx-x0 | Xxx-x0 | Xxx-x0 | Xxx-x0 | Xxx-x0 | EN 13501-1 | --- |
Antislip | R 9 | R 10 | R 9 | R 10 | R 11 | DIN 51130 | --- |
--- | C | --- | --- | B | DIN 51097 | --- | |
Classificering gebruiksklasse | 23 / 31 | 34 / 43 | 34 / 43 | 34 / 43 | 34 / 43 | EN ISO 10874 | --- |
Elektrostatisch gedrag | ≤ 2 kV | ≤ 2 kV | ≤ 2 kV | ≤ 2 kV | ≤ 2 kV | EN 1815 | --- |
2.3. Dak
Warmtedemping:
Isolatiemateriaal: MW 1 / 2 / 3
Brandgedrag A1 (niet brandbaar) volgens EN 13501-1
PU
Brandgedrag E volgens EN 13501-1 Isolatiedikte: 100 mm 1 / 2 / 3 / 140 mm
Dakbekleding: Bekleed xxxxxxxxxx 0 / 0 00 mm dik, decoratie wit Е1 conform EN 312
Xxxxxxxxxxx X-x0, x0 volgens EN 13501-1
Gipskartonplaten met bekleed blik 2
10 mm dik, kleur: wit (ongeveer RAL 9010)
Brandgedrag A2-s1,d0 volgens EN 13501-1
CEE-aansluiting: buitenzijde verzonken in frontaal dakframe
2.4. Wand-elementen
Wanddikte 60 2 / 70 1 / 3 / 110 mm (afhankelijk van isolatiemateriaal)
Beschikbare elementen: - vol
- deur
- raam
- airco
- sanitair venster
- half
- dubbel (allen bij ramen resp. deur)
- vaste ramen
- restpaneel
Buitenbekleding: verzinkt en bekleed blikprofiel, dikte 0,60 mm Isolatiemateriaal: MW 1 / 3
Brandgedrag A1 (niet brandbaar) conform EN 13501-1
XX 0
Xxxxxxxxxxx X-x0, x0 volgens EN 13501-1
XXX
Xxxxxxxxxxx X-x0, x0 volgens EN 00000-0
XX
Xxxxxxxxxxx X0-x0, d0 conform EN 13501-1 Isolatiedikte: 60 mm 1 / 2 / 3 / 100 mm / 110 mm
Binnenbekleding: Bekleed spaanplaat 1 / 3
Dikte 10 mm, decoratie: licht eiken 1 / 3 / wit
Е1 conform EN 312
Xxxxxxxxxxx X-x0, x0 volgens EN 13501-1
Gipskartonplaten met bekleed blik
Dikte 10 mm, kleur: Wit (ongeveer RAL 9010) Brandgedrag A2-s1,d0 volgens EN 13501-1
Verzinkt staalblik 2
Dikte 0,5 mm, decor: wit
Wand-elementen - uitvoeringscombinaties:
Isolatiemateriaal | Paneeldikte | Buitenbekleding | Isolatiedikte | Binnenbekleding |
MW | 70 / 110 | blik | 60 / 100 | - gecoat spaanplaat - gipskartonplaten met bekleed blik |
PU | 60 | 60 | - blik | |
PIR | 110 | 110 | - blik | |
SW | 60 / 110 | 60 / 110 | - blik |
2.5. Scheidingswanden
Beschikbare elementen: - vol-element
- deurelement
- raamelement
Houtuitvoering 1 / 3: totale dikte 60 mm
Frame: houten frame, dikte 40 mm Tweezijdige bekleding: bekleed spaanplaat
10 mm dik, decoratie: licht eiken / wit
Е1 conform EN 312
brandgedrag D-s2, d0 volgens EN 13501-1
Blikuitvoering 2: totale dikte 60 mm
Frame: houten frame met kartonraat, dikte 60 mm
Tweezijdige bekleding: bekleed blik, dikte 0,5 mm, kleur: wit (ongeveer RAL 9010)
2.6. Deuren
- uitvoering conform DIN standaard
- rechts- of linksdraaiend
- naar binnen of buiten openend
- stalen kozijn met driezijdig omlopende afdichting
- deur uit tweezijdig verzinkt en bekleed blik
Richtmaten bouw | Lichte doorgangsmaat |
625 x 2.000 mm (alleen als binnen- en/of WC- deur) | 561 x 1.940 mm |
875 x 2.125 mm 1 / 2 | 811 x 2.065 mm |
1.000 x 2.125 mm | 936 x 2.065 mm |
2.000 x 2.125 mm vaste deur met verzonken grendels | 1.936 x 2.065 mm |
Afmeetingen:
Optioneel: - anti-paniekstangen (volgens EN 1125)
- deurbeslag met inbraakweerstand (voor basismaat 875 x 2.125 mm)
- deurdranger
- isolatieglas: B x H = 238 x 1.108 mm ( ESG )
550 x 1.108 mm ( ESG )
550 x 450 mm ( ESG )
2.7. Raam
Uitvoering kantoorramen:
- Kunststof - ramen met isolatieglas en geïntegreerde PVC-rolluiken kleur wit
- Rolluikkasten met bandrol en ontluchting:
kasthoogte 145 mm, lamellenkleur: lichtblauw
- met één hand te bedienen draai-/kantelbeslag
- incl. gasvulling
OPGELET: Het ingebouwde isolatieglas is geschikt voor een hoogte boven zeeniveau tot
1.100 m. Bij een hoogte bovven 1.100 boven zeeniveau moeten ramen met een drukregelventiel geplaatst worden..
Raamvarianten: | Standaardbuitenmaat | |
Standaardraam: | Kantoorraam 1 | 945 x 1.200 mm |
Sanitair venster 2 (zichtbeperkend glas) | 652 x 714 mm | |
Optionele ramen: | Vaste ramen ( ESG ) | 945 x 1.345 mm |
Vaste ramen ( ESG ) | 945 x 2.040 mm (CAH 2.591 mm) | |
Vaste ramen ( ESG ) | 945 x 2.250 mm (CAH 2.800 mm en 2.960 mm) | |
Vaste ramen ( ESG ) | 1.970 x 1.345 mm | |
Vaste ramen met schuifgedeelte (ESG) | 945 x 1.200 mm | |
Raam met loket/doorspreek | 945 x 1.200 mm | |
Kantoorraam XL (VSG) | 1.970 x 1.200 mm | |
Dubbel raam | 1.970 x 1.200 mm | |
Dubbele schuiframen | 1.970 x 1.200 mm | |
Crècheraam (VSG) | 945 x 1.555 mm | |
IP-beglazing (ESG) | Diversen |
Vensterbalustrade (verticale afstand tussen vensterbovenkant en de bovenkant
van het onderste raambuitenkozijnprofiel):
Kantoorraam (CAH 2.591 mm) Kantoorraam (CAH 2.800 en 2.960 mm)
Optioneel (CAH 2.800 u. 2.960 mm) Sanitair venster
Crècheraam
870
1.030
870
1.525
624
mm 1
mm 1 mm mm ² mm
Optioneel: - tralievensters (kantoorram, sanitair venster)
- ventilatieschuiven in rolluikkasten
- alu-rolluiken voorzien van kettingtrekbeveiliging en rolluikpantserrails
- geïsoleerde rolluikenkasten
- ESG / VSG / TVG
3. Elektrische installatie
Uitvoering: grondmortel IP20 1 / 3 / IP44 2
Wandcontactdozen die voldoen aan de nationale normen (VDE, CH, GB, FR, CZ/SK, DK, IT). Landspecifieke uitvoeringen kunnen afwijken.
3.1. Technische gegevens
Basis VDE(= ÖVE, SKAN, NO,CZ/SK, IT)1/2/3 | FR | GB | CH, DK | |
Aansluiting: | Verzonken CEE-buitenaansluiting met stekker/wandcontactdoos | |||
Voltage: | 230V / 3 polig / 4 polig* / 32 A 1 / 2 / 3 (3x6 mm2) | |||
400V / 5 polig / 32 A 1 / 2 / 3(5x6 mm2) | ||||
Frequentie: | 00 Xx | |||
Xxxxxxxxxxx: | FI-schakelaar 40 A/0,03 A 1 / 2 / 3, 4-polig (400 V) | |||
FI-schakelaar 63 A/0,03 A 1 / 2 / 3, 2-polig (230 V) | ||||
Verdelerkast: | Verdelerkast AP, met één of twee rijen 1 / 3 ** | |||
Verdelerkast AP, met één of twee rijen natte ruimte 2 *** | ||||
Kabels: | (N)YM-J / H05 VV-F | RO2V | (N)YM-J / H05 VV-F | |
Elektrisch circuit: | Licht: | Stroomonderbreker **** 10 A , 2-polig (3x1,5 mm2) 1 / 2 / 3 | ||
Verwarming: | Stroomonderbreker **** 13 A , 2-polig | |||
3x1,5 mm2 resp. 3x2,5mm2 1 / 2 kabel- en landspecifiek | ||||
Wandcontactdoos | Stroomonderbreker **** 13 A 2-polig | Stroomonderbreker**** 10A / 2-polig | ||
3x1,5 mm2 resp. 3x2,5 mm2 1 / 2 apparaat- en landspecifiek | 3x1,5 mm2 | |||
Wandcontactdoos: | 2 Stk. dubbele wandcontactdoos 1 (Kantoorunit 20‘) 3 Stk. enkel stopcontact 2(Sanitairunit 20‘) | |||
Verlichting: | Lichtschakelaar 1 / 2 | |||
2 stuks dubbele lichtbalken met afdekkap en TL-buizen 2x 36 W 1 | ||||
2 stuks enkele lichtbalken met afdekkap en TL-buis 1x 36 W 2 |
* Alleen bij NO elektra
** Montage aan het plafond
*** Montage aan de wand of het plafond
*** Triggerkenmerk C
Optioneel: - spiegelroosterarmatuur 2x 36 W / 2x 58W
- geheel glazen lichtarmatuur 25 W
- inbouwdozen
Overeenstemming met de volgende CENELEC-regels met betrekking tot de bescherming tegen elektrische schokken en de bescherming tegen
overbelasting en kortsluiting: - HD 60364-1:2008
- HD 60364-4-441:2007
- HD 60364-7-717:2004
- HD 60364-7-701:2007
- HD 384.4.482 S1:1997
- HD 384.7.711 S1:2003
Aarding: Universeel te gebruiken aardklem:
Aan beide kopse kanten is op de hoeken van de fundatieligger een boorgat Ø 9,4 mm voor de bevestiging van de aardklem gemaakt.
- Montage van de aardklem geschiedt met een zelftappende schroef M10. De juiste plaats voor de schroef wordt in de fabriek op de container aangegeven.
- De container wordt inclusief aardklem en bevestigingsklemmen geleverd. De aardklem en bevestigingsklemmen dienen door de klant ter plekke te worden geïnstalleerd.
- De aarding van de container regelt de klant op de opstellocatie.
- De effectiviteit van de aardeverbinding van de container moet in het kader van de elektrische controle vóór inbedrijfname door een elektricien worden aangetoond.
Bliksem- en overspanningsbeveiliging
- Er moet op de voor de opstellocatie en de gevoeligheid van de in de container gebruikte apparaten vereiste maatregelen van buiten- en binnenbliksembeveiliging (aardingsmaatregelen, overspanningsbeveiliging) worden gelet. Indien nodig moet hierin worden voorzien.
Bekabeling: - Vaste bekabeling afhankelijk van bestemming van de panelen en de gebruiker 1 / 2 / 3.
- Flexibel kabelsysteem met wandcontactdozen en kabels over de volledige lengte.
Veiligheidsadvies: De containers kunnen met de aangebrachte CEE-aansluitpunten elektrisch met elkaar verbonden worden. Bij het bepalen van het aantal containers die elektrisch met elkaar verbonden kunnen worden, moet rekening worden gehouden met de te verwachten nominale stroom in de verbindingsleidingen. Aansluiting van de containers dient te geschieden door een elektrotechnisch installateur.
De handleiding voor montage, ingebruikname, gebruik en onderhoud van de elektrische installatie wordt meegeleverd met de verdeelkast en dient in acht te worden genomen!
Voor aansluiting aan het toeleverende laagspanningsnet moeten alle gebruikers (apparaten) uitgeschakeld worden en moet de aarding aangesloten zijn (aardeleidingen en aardeverbindingsleidingen tussen de containers op potentiaalvereffening en laagohmigheid controleren).
Opgelet: De aansluit- en verbindingsleidingen zijn berekend op een nominale stroom van maximaal 32 Ampère. Ze zijn niet voorzien van een overstroombeveiliging. De aansluiting van de containers op de externe stroomvoorziening mag uitsluitend door een daartoe
bevoegd installateur uitgevoerd worden.
Voor de eerste ingebruikname van de container (of de gekoppelde containers) dient de effectiviteit van de beveiligingsmaatregelen door een daartoe bevoegd vakbedrijf te worden gecontroleerd.
Opgelet: Inbedrijfname van de boiler of de compacte boiler is alleen toegestaan in gevulde toestand!
Het is VERBODEN de containers met hogedrukreinigers te reinigen. De elektrische installatie van de containers mag in geen geval met een rechtstreekse waterstraal gereinigd worden.
• Als de containers in een gebied met verhoogde bliksemactiviteit gebruikt worden, dan moeten maatregelen genomen worden om overspanning te voorkomen conform de nationale normen.
• Als machines of apparaten gebruikt worden die hoge aanloopstroompieken veroorzaken (zie de gebruiksaanwijzingen van de betreffende apparaten) moeten passende aardlekschakelaars gebruikt worden.
• De elektrische installatie van de containers is ontworpen voor een minimale vibratiebelasting. Bij hogere belastingen moeten, afhankelijk van de nationale technische bepalingen, passende maatregelen worden genomen(zoals controle van stekker- of schroefverbindingen).
• Als de containers worden gebruikt in gebieden met een hoger aardbevingsrisico, dan moeten de nationale bepalingen voor gebruik in acht genomen worden en moet de installatie dienovereenkomstig aangepast worden.
• De keuze voor de externe verbindingskabel van de containers dient aan de nationale technische bepalingen te worden aangepast.
• De containers moeten met een zekering type gL of gG met maximaal In=32A tegen thermische overbelastig beschermd worden.
3.2. Opschriften elektriciteit (symbolen)
Licht algemeen | Ventilator | ||
Stopcontact, enkelvoudig | Inbouwdozen | ||
Stopcontact, dubbel | Lichtschakelaar eenvoudig | ||
Ruimteverwarming, algemeen | Seriële schakelaar | ||
Warmwaterboiler, algemeen | Wisselschakelaar | ||
Keukenblok |
3.3. Verwarming en airconditioning
Individuele verwarming door middel van vorstbeveiligers, elektrische convectors of ventilatorkachel met thermostaatregeling resp. oververhittingsbescherming Mechanische ontluchtingsmogelijkheid door middel van elektrische ventilatoren en op verzoek ook met raamairco leverbaar. De ruimten moeten regelmatig doorgelucht worden. Om condensatie te vermijden mag de relatieve luchtvochtigheid niet hoger worden dan 60%.
Prestaties: | ||
Inrichting: (Aantal afhankelijk van containertype) | Ventilator 2 | 170 m³/h |
Hygrostatisch gestuurde ventilator | 170 m³/h | |
Airconditioning | 2,5 kW | |
Elektrische convector 1 | 2 kW | |
Elektrische convector | 1 kW | |
Elektrische convector | 0,5 kW | |
Ventilatorkachel 2 | 2 kW |
Bij alle apparaten moeten de door de leverancier voorgeschreven veiligheidsafstanden en - adviezen worden opgevolgd!
De bijbehorende gebruiksaanwijzingen en bedieningshandleidingen worden met de units meegeleverd.
Veiligheidsafstanden bij verwarmingen | ||
Elektrische convector | Ventilatorkachel | |
Boven | 150 mm | 200 mm |
Onder | 100 mm | 100 mm |
Rechts | 100 mm | 100 mm |
Links | 100 mm | 100 mm |
Voor | 500 mm | 500 mm (naar luchtrooster |
Achter | 22 mm | 26 mm |
Verdere aanwijzingen volgens de gebruiksaanwijzingen van de leverancier!
4. Waterinstallaties
Toevoerleiding: Toevoer door middel van ½“, ¾“ resp. 1“ 2 pijp aan de zijkant door de containerwand.
Binnen: PP-R-leidingen (volgens EN ISO 15874)
Werkdruk: Maximaal toegelaten werk- resp. aansluitdruk - 4 bar Warmwaterbereiding: door middel van elektrische boiler, grootte afhankelijk van containertype
(5, 15, 80, 150 resp. 300 liters 2)
OPGELET:
De boilers met een inhoud van 15 / 80 / 150 / 300 l zijn geschikt voor een maximale werkdruk van 6 bar. Een hogere waterdruk wordt door een drukverminderingsklep omlaag gebracht!
Afvoer: De afvoer bestaat uit kunststofleidingen DN 50, DN 100 en DN 125 (buitendiameter Ø 50, 110 en 125 mm) die in de container samenkomen en door de zijwand van de container worden afgevoerd.
De afvoer van water in een goedgekeurd rioleringsnetwerk wordt door de klant geregeld, waarbij hij zich dient te houden aan de lokale voorschriften voor water- en faecaliënafvoer.
TIP: als de container bij temperaturen lager dan + 3°C niet wordt gebruikt, dan moet hettotale leidingstelsel incl. boiler worden geleegd (bevriezingsgevaar!).
In eventueel achterblijvend restwater (bijv. WC-afvoer, enz.) moet antivries bijgevoegd worden om vorstschade te voorkomen.
De afsluiter van de watertoevoer moet altijd open blijven.
5. Uitrustingsopties
Algemene uitvoeringen
- Buiten- en binnentrappen | - Telefoondoorvoer in het paneel |
- Attiek | - Xxxxxx xxxxx |
- Vliegengaas voor kantoor- en sanitairramen | - Luifel klein |
- Kabeldoorvoer in het paneel | - Warmwaterverwarming op aanvraag |
- Kabeldoorvoer in het dakframe | - Bewegings- en aanwezigheidsmelder op aanvraag |
- Kabelkanaal op het paneel | - Brandveiligheidscomponenten 30 / 60 / 90 min. conform EN 13501 op aanvraag |
- Ventilatieapparaat VL-100 |
Sanitaire inbouwelementen
- Gootsteen van kunststof incl. opklapbaar rooster | - NIRO-wasgoot met 2 afzonderlijke wasbakken l=1200 mm |
- Gootsteen van NIRO incl. opklapbaar rooster | - NIRO-wasgoot met 3 afzonderlijke wasbakken l=1800 mm |
- Sanitaircomponenten geschikt voor minder validen | - NIRO-wasgoot met 4 afzonderlijke wasbakken l=2400 mm |
- Vloerafvoer met geurslot | - Dispenser voor papieren handdoekjes |
- Boiler: 15 l / 80 l / 150 l / 300 l | - Sanitairaansluiting in het paneel verzonken |
- Drukaflaatklep | - Sanitairaansluiting over vloerdoorbraak |
- Douchecabine met gordijn | - Schaamwand |
- GVK wasgoot met 2 spoelbakken l=1200 mm | - Zeepdispenser |
- GFK-wasgoot met 4 spoelbakken l=2400 mm | - Stop & Go-armatuur voor douche |
- Natte cel elektro | - Stop & Go-armatuur voor fonteintje |
- Keramisch fonteintje | - Boiler voor montage onder tafel 5 liter |
- Elektrische handendroger | - Urinoir |
- Metalen spiegels | - Wasmachine-aansluiting |
- Keukenblok | - Waterinstallatie (watertoe- en -afvoer) |
- WC-cabine |
6. Schilderwerk
Schilderwerk met grote weer- en verouderingsbestendigheid, geschikt voor stedelijke en industriële omgevingen.
Wand-elementen Coatingdikte 25 µm Frame Coatingdikte 75-120 µm
Voor het schilderwerk van bovengenoemde onderdelen worden verschillende productiemethoden gebruikt. De kleuren komen overeen met de RAL kleurenkaart. Wij zijn niet aansprakelijk voor kleuren die afwijken van de RAL kleurenkaart.
7. Certificering
"Typeproef" Germanischer Lloyd (uitgezonderd 24' en 30')
Container met optionele nuttige lasten CE-kenmerk, ETA-registratie*
GostR-certificering**
* voor containernummers beginnend met 01, 02, 09, 15
** voor containernummers beginnend met 21
8. Diversen
8.1. Transport
Containers moeten op daarvoor geschikte vrachtwagens worden vervoerd. Daarbij moet rekening worden gehouden met lokale voorschriften voor het vastzetten van de lading.
De containers zijn niet geschikt voor vervoer per spoor. De containers moeten in lege toestand worden vervoerd.
De kantoorcontainers kunnen ook in pakketten (Transpack) worden aangeleverd.
Standaard pakkethoogte 648 mm. Vier opeengestapelde pakketten komen overeen met de buitenmaten van een klaargemonteerde container.
TP-pakkethoogtes (uitsluitend voor kantoorcontainers en afhankelijk van uitvoering en containergrootte):
- 864 mm - Standaard bij CAH 2.800 mm en 2.960 mm
- 648 mm - Standaard bij CAH 2.591 mm
- 515 mm - afhankelijk van de uitrusting
8.2. Handling
1. De volgende handlingregels voor 10'-, 16'-, 20'-, 24'- en 30'-containers (opgebouwd of in pakket) moeten in acht worden genomen. De 10', 16' en 20' containers of pakketten kunnen met een heftruck (vorklengte minimaal 2.450 mm, vorkbreedte minimaal 200 mm) of met een kraan worden opgetild. De kabels moeten aan de bovenste hoeken van de container bevestigd worden. De hoek tussen de hijskabel en het horizontale vlak moet minstens 60° zijn (Afb. 1). De benodigde kabellengte bij een 20'-container bedraagt minimaal 6,5 m.
2. De 24'- en 30'-containers of pakketten kunnen met een kraan worden opgetild. De kabels moeten worden bevestigd aan de op de bovenkant geschroefde schroefogen/kraanogen. De hoek tussen de hijskabel en het horizontale vlak moet minstens 60° zijn (Afb. 3).
3. De constructie laat handling met een spreader niet toe. De containers mogen bij de handling niet geladen zijn.
4. Het is niet toegestaan meer dan één pakket (één Transpack-container) gelijktijdig te tillen.
5. Tussen de afzonderlijke pakketten moeten steeds 4 "stacking cones" (in de containerhoeken) en steeds 2 spanwiggen bij 10'-, 16'- en 20'-containers (op de daklangsdragers, 1 stuks per kant, afbeelding 2) of steeds 4 spanwiggen bij 24'- en 30'-containers (op de daklangsdragers per kant 2 stuks, afbeelding 4) worden gebruikt.
6. Op het bovenste pakket mag geen andere lading gestapeld worden.
7. Er mogen maximaal 5 pakketten op elkaar gestapeld worden. Mogelijke pakhoogtes zie 8.1.
Afbeelding 1
Afbeelding 2
Afbeelding 3
Afbeelding 4
8.3. Opbouw / Montage / Statica / Onderhoud
Algemeen:
Elke afzonderlijke container moet op op de locatie voorziene funderingen worden geplaatst met ten minste 4 steunpunten bij 10'-containers, ten minste 6 steunpunten bij 16'- en 20'-containers (bijlagen 9.3/9.4) en ten minste 8 steunpunten bij 24'- en 30'-containers (bijlagen 9.5/9.6). De funderingsafmetingen dienen te worden aangepast aan de plaatselijke omstandigheden, de normen en de vorstdiepte met inachtneming van de bodemstructuur en de maximaal optredende belasting. Storingsvrije montage en perfecte plaatsing van de totale combinatie is afhankelijk van gelijke niveaus van de funderingen. Als de steunpunten niet horizontaal waterpas zijn afgesteld, moeten ze over de breedte van het frame worden ondersteund.
De constructie van de fundering moet vrije afvoer van regenwater garanderen. Bij het plaatsen resp. opstellen van de container(combinatie) moet rekening worden gehouden met de nuttige last en de regionale omstandigheden (bijvoorbeeld sneeuwlast). Na het verwijderen van de transportafdekkingen moeten de boringen in het vloerframe met siliconen worden afgedicht. Verpakkingen en transportafdekkingen dienen door de klant te worden verwijderd.
Koppelmogelijkheden meerdere containers:
Individuele containers kunnen, met inachtneming van de bouwrichtlijnen, naar keuze naast elkaar, achter elkaar of op elkaar geplaatst worden en rekening houdend met de nuttige last gekoppeld worden. Bij combinaties van één verdieping (gelijkvloers) kunnen de containers willekeurig en zonder beperkingen voor de grootte van de ruimte opgesteld worden. Bij combinaties met twee of drie verdiepingen moeten de in Bijlage 9.1. (10', 16' en 20' containers) en Bijlage 9.2. (24' en 30' containers) genoemde combinatiemogelijkheden in acht worden genomen. In het geval dat de containers in een andere configuratie
dan de in Bijlage 9.1. (10', 16' en 20' containers) of Bijlage 9.2. (24' en 30' containers) genoemde mogelijkheden en combinaties daarvan geplaatst worden, kan geen opgave gedaan worden van de maximaal toegelaten windlast. Wij adviseren u daarom ten zeerste dit niet te doen of in overleg met daartoe bevoegde vakmensen in ieder geval te zorgen voor verdere zekering (afspannen, schroeven, steunen, etc.)
De containers moeten precies op elkaar gestapeld worden. Daarvoer moeten de speciale centreerelementen (stacking cones) en spanwiggen worden gebruikt. Het containerdak is niet geschikt voor de opslag van goederen en materialen.
De montagehandleidingen en onderhoudsrichtlijnen moeten worden opgevolgd en worden op verzoek toegestuurd.
Gebruiksaanwijzingen worden in de container meegeleverd en moeten worden opgevolgd.
Vanaf de aanvang van de werkzaamheden dient een gevarenanalyse volgens de lokale situatie en de ter plekke geldende bepalingen plaats te vinden. Noodzakelijke maatregelen moeten door het montagepersoneel worden uitgevoerd. Met name bij werkzaamheden aan het dak van de container moeten veiligheidsmaatregelen tegen het naar beneden vallen van personen worden genomen.
Sanitaire aansluitingen:
Na de wateraansluiting moet het totale watercircuit nogmaals op lekkage (eventuele door/tijdens transport veroorzaakte lekkages) worden gecontroleerd.
Onze onderneming sluit iedere aansprakelijkheid voor schade als gevolg van een niet correcte opstelling uit. Verdere technische gegevens worden op aanvraag verstrekt.
De klant dient rekening te houden met ambtelijke en wettelijke regels betreffende opslag, opstelling en gebruik van containers.
De geschiktheid van containers/containercomplexen en van de eventueel meegeleverde toebehoren (bijvoorbeeld trappen, airconditioners, enz.) voor het geplande gebruiksdoel dient door de klant te worden gecontroleerd.
Onder voorbehoud van technische wijzigingen.
9. BIJLAGE
9.1. Opstelmogelijkheden voor containers van 10', 16' en 20', max. CAH 2,96 m
Aantal containers (KxLxH); Kopse zijden (K) x Lange zijden (L) x Hoogte (H)
1 verdieping
De containers kunnen naar wens aan elkaar gekoppeld of los opgesteld worden.
Daarbij kunnen ruimtes van elke gewenste grootte gevormd worden.
Unitgebouwen uit één rij (aantal lange kanten = 1)
De afgebeelde unitgebouwen van twee verdiepingen kunnen naar wens aan elkaar gekoppeld of los opgesteld worden.
Nuttige lasten volgens 1.5.
De verstevigde buitenwanden mogen echter niet verwijderd worden (maximale grootte van de ruimte is daardoor 4 x 1 container).
2 verdiepingen
2x1x2 3x1x2 4x1x2
Positie van de noodzakelijke verstevigde wanden (verstevigde wanden zijn gearceerd weergegeven; binnenruimte vrij)
2x1 3x1 4x1
Unitgebouwen uit meerdere rijen (aantal lange kanten ≥ 2)
Vanaf een minimale grootte van 2x2x2 containers is een uitbreiding van de combinatie in iedere richting mogelijk. Daarbij kunnen ruimtes van elke gewenste grootte gevormd worden.
3 verdiepingen
3x1x3 4x2x3
De afgebeelde unitgebouwen van drie verdiepingen kunnen naar wens aan elkaar gekoppeld of los opgesteld worden.
De verstevigde buitenwanden mogen echter niet verwijderd worden (maximale grootte van de ruimte is daardoor 4 x 2 container).
Positie van de noodzakelijke verstevigde wanden Verstevigde wanden zijn gearceerd weergegeven. De paneelwand in de bovenverdiepingen moet boven een paneelwand in de eronder liggende verdieping worden geplaatst.
3x1
4x2
9.2. Opstelmogelijkheden voor containers van 24' en 30'1, max. CAH 2,96 m
Aantal containers (KxLxH); Kopse zijden (K) x Lange zijden (L) x Hoogte (H)
1 verdieping | De containers kunnen naar wens aan elkaar gekoppeld of los opgesteld worden. Daarbij kunnen ruimtes van elke gewenste grootte gevormd worden. | Nuttige lasten volgens 1.5. | ||
| ||||
| ||||
2 verdiepingen | Unitgebouwen uit één rij (aantal lange kanten = 1) | |||
2x1x2 | 3x1x2 | De afgebeelde unitgebouwen van twee verdiepingen kunnen naar wens aan elkaar gekoppeld of los opgesteld worden. De verstevigde buitenwanden mogen echter niet verwijderd worden (maximale grootte van de ruimte is daardoor 3 x 1 container). Positie van de noodzakelijke verstevigde wanden (verstevigde wanden zijn gearceerd weergegeven; binnenruimte vrij)
2x1 3x1 | ||
Unitgebouwen uit meerdere rijen (aantal lange kanten ≥ 2) | ||||
Vanaf een minimale grootte van 2x2x2 containers is een uitbreiding van de combinatie in lengterichting mogelijk. Daarbij kunnen ruimtes van elke gewenste grootte gevormd worden. | ||||
Vanaf een minimale grootte van 3x2x2 containers is een uitbreiding van de combinatie in iedere richting mogelijk. Daarbij kunnen ruimtes van elke gewenste grootte gevormd worden. | ||||
3 verdiepingen | 3x1x3 | 3x2x3 | De afgebeelde unitgebouwen van drie verdiepingen kunnen naar wens aan elkaar gekoppeld of los opgesteld worden. De verstevigde buitenwanden mogen echter niet verwijderd worden (maximale grootte van de ruimte is daardoor 3 x 2 container). Positie van de noodzakelijke verstevigde wanden (verstevigde wanden zijn gearceerd weergegeven; binnenruimte vrij) 3x1 max.3x2 |
1 Uitgezonderd 30'-containers met optionele nuttige last
9.3. Algemeen funderingsplan voor 10', 16' en 20' containers standaard
(nuttige lasten volgens 1.5.1.)
Iedere afzonderlijke container moet op de op de bouwplaats opgestelde fundering met ten minste 4 steunpunten bij 10' containers, 6 steunpunten bij 16' en 20' containers geplaatst worden. Het kleinste funderingssteunpunt bedraagt 20 x 20 cm, dit moet echter aangepast worden naar gelang plaatselijke omstandigheden, normen en de vorstdiepte met inachtneming van de bodemstructuur en de maximaal optredende belastingen. De diesbetreffende maatregelen moeten door de koper/huurder getroffen worden.
Containerlengte (l); containerbreedte (b)
Voorbeeld: losse containers | LEGENDA: Funderingspunt voor 10', 16' en 20' containers Funderingspunten voor 16' en 20' containers Funderingsbelasting voor unitgebouwen van 3 verdiepingen: Funderingsbelasting voor unitgebouwen van 2 verdiepingen: Funderingsbelasting voor unitgebouwen van 1 verdieping: Alle funderingsbelastingen in kN |
Voorbeeld: containercombinatie bestaande uit 4 containers | Bij een containercombinatie moet bij de aan de binnenzijde liggende funderingen rekening worden gehouden met een verhoogde belasting - zoals aangegeven.. |
9.4. Algemeen funderingsplan voor containers van 10', 16' en 20' met optionele nuttige lasten (volgens 1.5.2.)
Iedere afzonderlijke container moet op de op de bouwplaats opgestelde fundering met ten minste 4 steunpunten bij 10' containers, 6 steunpunten bij 16' en 20' containers geplaatst worden. Het kleinste funderingssteunpunt bedraagt 20 x 20 cm, dit moet echter aangepast worden naar gelang plaatselijke omstandigheden, normen en de vorstdiepte met inachtneming van de bodemstructuur en de maximaal optredende belastingen. De diesbetreffende maatregelen moeten door de koper/huurder getroffen worden.
Containerlengte (l); containerbreedte (b)
Voorbeeld: losse containers | LEGENDA: Funderingspunt voor 10', 16' en 20' containers Funderingspunten voor 16' en 20' containers Funderingsbelasting voor unitgebouwen van 3 verdiepingen: Funderingsbelasting voor unitgebouwen van 2 verdiepingen: Funderingsbelasting voor unitgebouwen van 1 verdieping: Alle funderingsbelastingen in kN |
Voorbeeld: containercombinatie bestaande uit 4 containers | Bij een containercombinatie moet bij de aan de binnenzijde liggende funderingen rekening worden gehouden met een verhoogde belasting - zoals aangegeven.. |
9.5. Algemeen funderingsplan voor 24' en 30' containers (volgens 1.5.1.)
Iedere afzonderlijke container moet op een op locatie afgestelde fundering met ten minste 8 steunpunten geplaatst worden. Het kleinste funderingssteunpunt bedraagt 20 x 20 cm, dit moet echter aangepast worden naar gelang plaatselijke omstandigheden, normen en de vorstdiepte met inachtneming van de bodemstructuur en de maximaal optredende belastingen. De diesbetreffende maatregelen moeten door de koper/huurder getroffen worden
Containerlengte (l); containerbreedte (b)
Voorbeeld: losse containers | Funderingsbelasting voor unitgebouwen van 3 verdiepingen: Funderingspunten voor 24' Funderingsbelasting voor unitgebouwen van 2 verdiepingen: en 30' containers Funderingsbelasting voor unitgebouwen van 1 verdieping: Alle funderingsbelastingen in kN |
Voorbeeld: Containercombinatie bestaande uit 4 containers | Bij een containercombinatie moet bij de aan de binnenzijde liggende funderingen rekening worden gehouden met een verhoogde belasting - zoals aangegeven. Bij open lengteverbindingen is het gebruik van een steunpilaar dwingend voorgeschreven De steunpilaar kan naar wens tussen de beide middelste funderingen op een extra funderingspunt geplaatst worden. |
Extra funderingspunt voor steunpilaar (is alleen nodig bij open lengteverbindingen) |