INHOUD
Oproep Blue Deal Circulair Water hergebruik effluent rioolwaterzuiveringsinstallaties
INHOUD
Artikel 1: wie kan een ‘voorstel’ indienen?
Artikel 2: subsidiebedrag en maximale duur van het project Artikel 3: welke initiatieven komen in aanmerking (voorwaarden)? Artikel 4: hoe dien je een ‘voorstel’ hergebruik effluent in?
Artikel 5: de evaluatiecriteria
Artikel 6: welke aanvragen van de voorstellen zijn ontvankelijk? Artikel 7: de beoordeling van de voorstellen hergebruik effluent Artikel 8: communicatie en engagement
Artikel 9: rapportering en betalingsmodaliteiten
\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\\
\\\\\\\\\
Artikel 1: wie kan een ‘voorstel’ indienen?
De oproep richt zich tot een samenwerkingsverband van de aanbieder van effluent van een openbare rioolwaterzuiveringsinstallatie, en één of meerdere partijen die instaan voor het zuiveren en/of het hergebruik van dat effluent.
De partijen die samen een project zullen uitvoeren, kunnen een subsidieaanvraag indienen zonder dat daarvoor een formele structuur nodig is. Een engagementverklaring van de andere partner(s) is wel noodzakelijk.
De instantie of persoon die een initiatief indient of trekt, wordt in dit reglement voortaan
initiatiefnemer genoemd.
Aquafin als aanbieder van het effluent, bedrijven, Vlaamse instellingen, overheden,
kennisinstellingen, studiebureaus, vzw’s en feitelijke verenigingen, rioolbeheerders en drinkwatermaatschappijen kunnen participeren in het samenwerkingsverband.
Artikel 2: subsidiebedrag en maximale duur van het project
De uitvoering van het project dient ten laatste gerealiseerd te zijn tegen 1 juli 2026 en start uiterlijk 6 maanden na betekening van het (ministerieel) besluit aan de initiatiefnemer.
De aanvraag tot subsidiëring bedraagt minimaal 75.000 euro subsidie en dit voor maximaal 75% van de projectbegroting (exclusief BTW).
Investeringswerken die via een ander subsidiekanaal (bijvoorbeeld VLIF-steun, ecologiepremie+, Europese subsidie, provinciale subsidie, riobesluit…) betoelaagd kunnen worden, kunnen niet dubbel gesubsidieerd worden. Deze andere subsidie(s) word(en)t vermeld in het financieringsplan.
Enkel de surplus ten opzichte van de wettelijke verplichtingen kan in aanmerking komen voor subsidie.
De volgende kosten komen in aanmerking voor subsidie:
• Investeringskosten (grondaankopen niet inbegrepen)
• Kosten voor monsternames en analyses in kader van een risicoanalyse en een risicobeheer Andere kosten voor omkaderende activiteiten (voorbereidende studies, projectcoördinatie, ondersteunende activiteiten, , …) kunnen tot maximaal 20% van het totaal te subsidiëren bedrag ingebracht worden. Alle kosten worden in het projectvoorstel verantwoord.
Artikel 3: welke initiatieven komen in aanmerking?
De initiatieven kaderen binnen de Blue Deal inzake circulair watergebruik. Hierbij wordt ondersteuning gegeven voor die gevallen waarbij bedrijven of andere partners het effluent gebruiken, eventueel na verdere zuivering in functie van de behoefte.
De uitvoering op het terrein van een project dat ingediend wordt mag niet gestart zijn bij de indiening ervan in het kader van de lopende projectoproep en mag pas worden aangevat na de goedkeuring van het definitieve voorstel. Dit neemt niet weg dat voorbereidende stappen kunnen opgestart worden voor de definitieve goedkeuring.
De initiatieven moeten afgestemd zijn op onderstaande doelstellingen en principes;
• Effluent op een duurzame manier inzetten op een voor mens en milieu veilige manier om te voldoen aan een lokale watervraag, zonder de ecologie van de ontvangende waterloop te hypothekeren of aanleiding te geven tot intensief transport over de weg van water;
• Terugdringen van het risico op waterschaarste;
• Terugdringen van verdroging in omliggend gebied (grondwater, waterlopen, natuurgebieden);
• Verhogen van de waterbeschikbaarheid;
• Nastreven van een robuust watersysteem rekening houdend met de klimaatimpact;
• Gebiedsgericht, geïntegreerd en intersectoraal aanpakken van de problemen rond waterschaarste en droogte;
• Implementeren van circulair watergebruik via samenwerkingsverbanden, rekening houdend
met de risico’s van alternatief watergebruik.
De initiatieven moeten tevens voldoen aan volgende voorwaarden:
• Het initiatief moet het privébelang en regulier beheer overstijgen;
• Het initiatief moet in overeenstemming zijn met doelstellingen van goedgekeurde (nog geldende) beleidsdocumenten of beleidsvisies van Vlaams, provinciaal of gemeentelijk niveau;
• Het initiatief moet in overeenstemming zijn met de geldende wetgeving op vlak van levering en gebruik van gezuiverd afvalwater;
• Als het gezuiverd afvalwater gebruikt wordt voor irrigatietoepassingen, moet minimaal aan onderstaande voorwaarden worden voldaan:
o in geval van irrigatietoepassingen in kader van land- en tuinbouw aan de bepalingen inzake gebruik en minimale eisen uit bijlage I van de EU-verordening 2020/7411 en vanaf 26 juni 2023 aan alle bepalingen van EU-verordening 2020/741 conform het Vlaamse implementatiekader2;
o in geval van irrigatietoepassingen niet in kader van land- en tuinbouw aan:
▪ De kwaliteitseisen voor de kwaliteitsklasse C uit tabel 2 van de EU- verordening 2020/741 in geval rechtstreeks of onrechtstreeks contact via verneveling, beregening of het gebruik van besproeide terreinen niet kan worden uitgesloten. Dit geldt zowel voor gebruikers, passanten of omwonenden;
▪ De kwaliteitseisen voor de kwaliteitsklasse D uit tabel 2 van de EU- verordening 2020/741 in geval er geen rechtstreeks of onrechtstreeks contact via verneveling, beregening of het gebruik van besproeide terreinen is.
1 Verordening (EU) 2020/741 van 25 mei 2020 inzake minimumeisen voor hergebruik van water
2 Bij het in werking treden van het Vlaamse implementatiekader kan een meer uitgebreide risicoanalyse en daarbij horende voorwaarden van toepassing worden op het lopende project.
o voor het opvangen van risico’s op de verspreiding van chemische
microverontreiniging wordt voorzien in een passende zuivering.
• Als het hergebruik van het gezuiverd afvalwater economisch van aard is, moet het initiatief in overeenstemming zijn met de geldende wetgeving inzake staatssteun. Concreet betekent dit dat het initiatief moet aangeven of de te verlenen subsidie onder de de-minimis regeling valt, onder de groepsvrijstellingsverordening valt of via de aanmeldingsprocedure bij de Europese Commissie zal moeten verlopen. Meer informatie over de staatssteunregelgeving vindt u op onze website.
• Deze opdracht wordt (deels) gefinancierd met middelen die afkomstig zijn uit de Faciliteit voor Herstel en Veerkracht (FHV) van de Europese Unie. Om de financiering ervan te verzekeren, dient het beginsel “geen ernstige afbreuk doen aan” (ofwel “do no significant harm” (DNSH)) in acht genomen te worden. Daarbij is het van belang dat deze middelen worden besteed op een wijze die geen ernstige afbreuk doet aan de volgende zes milieudoelstellingen: 1) de mitigatie van de klimaatverandering; 2) de adaptatie aan de klimaatverandering; 3) het water en marine leven (inclusief grondwater); 4) de circulaire economie; 5) preventie en controle van vervuiling en 6) biodiversiteit en ecosystemen. Bij het indienen van een projectaanvraag moet een DNSH-analyse worden gevoegd die waar nodig met bewijsstukken wordt gestaafd. Voor het uitvoeren van de DNSH-analyse dient de aanvrager gebruik te maken van het sjabloon dat ter beschikking wordt gesteld. De promotor heeft het recht om bijkomende vragen te stellen i.k.v. de DNSH-analyse en kan verzoeken om bijkomende stavingstukken.
• In dit kader en met het oog op het realiseren van andere doelstellingen inzake duurzame ontwikkeling engageert de aanbesteder zich om deze opdracht te verduurzamen en te verzekeren dat ze geen ernstige afbreuk doen aan de hierboven vermelde milieudoelstellingen. Daar waar mogelijk omvat dit bestek eisen en criteria die betrekking hebben op de ecologische, sociale en ethische aspecten van de opdracht. Indien dergelijke duurzaamheidseisen of -criteria zijn opgenomen in het bestek, moet het werk, de levering of de dienst hier vanzelfsprekend aan voldoen.
• Daarnaast wordt de inschrijver gewezen op de verplichting uit art. 7 wet Overheidsopdrachten die bepaalt dat ondernemers ertoe gehouden zijn alle toepasselijke verplichtingen op het gebied van milieu- sociaal en arbeidsrecht na te leven en te doen naleven door elke persoon die handelt als onderaannemer in welke fase ook, en door elke persoon die personeel tewerkstelt voor de uitvoering van de opdracht.
Artikel 4: hoe dien je een ‘voorstel’ Blue Deal Circulair water – hergebruik effluent in?
De initiatiefnemer dient ten laatste op maandag 07/03/2022 het ontwerp voorstel in door het volledig ingevulde aanvraagformulier (in Word) en het ondertekende elektronische aanvraagformulier (in PDF) te sturen naar xxxxxx.xxxxxxxx@xxx.xx. De indiener krijgt een ontvangstmelding en ontvangt uiterlijk op maandag 25/04/2022 een eerste reactie over de nog aan te vullen informatie voor het bekomen van een volledig dossier.
Dit aanvraagformulier – stap 1 is beschikbaar op de website van de Vlaamse Milieumaatschappij. Bij een totale bestandsgrootte van meer dan 10 Mb, kunnen de bestanden via hiervoor gespecialiseerde toepassingen (bijvoorbeeld We Transfer) doorgestuurd worden .
Een definitief voorstel wordt uiterlijk op maandag 23/05/2022 ingediend.
Artikel 5: de evaluatiecriteria
De evaluatiecriteria zijn :
1. mate van bijdrage aan één of meerdere doelstellingen en principes opgesomd in artikel 3;
2. het project vervult een voorbeeldfunctie bijvoorbeeld op het vlak van de ingezette samenwerkingsvorm, toegepaste techniek, schaalbaarheid van het initiatief, inzet van instrumentarium of beheer;
3. de mate van bijdrage aan kennis ten aanzien van de risico’s verbonden aan het hergebruik
van effluent van een rioolwaterzuiveringsinstallatie;
4. de mate waarin het project inzet op de afbouw of de verminderde aanspraak op het gebruik van drinkwater, grondwater en oppervlaktewater.
5. realiseerbaarheid uiterlijk 1 juli 2026;
6. aandacht voor duurzaam materiaalgebruik en landschappelijke kwaliteit bij de uitvoering van het project en voor de andere milieucompartimenten;
7. mate van een kwalitatief, duurzaam en structureel in stand houden van het gerealiseerde voorstel
Artikel 6: welke aanvragen van de voorstellen zijn ontvankelijk?
Om ontvankelijk te zijn, moet de aanvraag door de initiatiefnemer:
• tijdig ingediend worden, uiterlijk op 23/05/2022
• voorafgegaan zijn van een eerste indiening van een ontwerp voorstel (zie artikel 4) uiterlijk 07/03/2022 en ondertekend zijn
Deze ondertekening bekrachtigt dat de aangeleverde informatie correct is.
De aanvraag moet minstens volgende gegevens bevatten die ook opgenomen zijn in het aanvraagformulier.
Voor het financieringsplan is ook een sjabloon ter beschikking op de website van de VMM.
Administratief luik
• de identificatie- en contactgegevens van de initiatiefnemer, incl. aanspreekpunt voor de aanvraag en opvolging van het project
• een lijst van betrokken actoren
• informatie over de staatssteunregeling die voor dit project van toepassing is (o.b.v. de voorwaarde in artikel 3)
• rekeningnummer
• formele engagementsverklaring van de partners van de samenwerking
• verklaring op eer van de inspanningsverbintenis en resultaatsverbintenis
• verklaring op eer dat het samenwerkingsverband behouden blijft en het project operationeel blijft voor een periode van minimum 6 jaar (te rekenen vanaf de oplevering van het project)
Inhoudelijk luik: de projectbeschrijving (maximaal 5 A4 – in een leesbaar lettertype)
• geeft een situering en ligging van het project en schetst de problematiek
• toont aan dat het project voldoet aan de doelstellingen van artikel 3
• licht in de beschrijving toe hoe aan de evaluatiecriteria (zie artikel 5) voldaan is
• geeft een stappenplan en concrete timing
• omvat een risico-analyse inzake het hergebruik van effluent inclusief een karakterisering van het te gebruiken rioolwaterzuiveringseffluent en een beschrijving van de beoogde aanwending met daaraan verbonden risico’s voor mens en milieu
• omvat een monitoringsprogramma inzake het gebruikte water
• omvat een volledig ingevulde DNSH-analyse
• bevat een omschrijving van de ambassadeursrol die de aanvrager wil opnemen en de wijze waarop de aanvrager andere actoren wil aanzetten tot het verantwoord hergebruik van effluent
• vermeldt of er al dan niet een verplichte administratieve (vergunning/machtiging/…) nodig is
• bespreekt de kostenefficiëntie en -effectiviteit.
Dit luik moet een duidelijke en concrete beschrijving van het project bevatten, aangeven welke resultaten het wil behalen op het vlak van de doelstellingen en principes in artikel 3 en zo concreet mogelijke indicatoren (relevant en SMART) bevatten die toelaten te meten in welke mate de vooropgestelde resultaten ook werkelijk behaald worden. De doeltreffendheid en doelmatigheid zijn ook belangrijk om te kunnen evalueren of het project daadwerkelijk bijdraagt en of het zinvol is om dit project op ruimere schaal uit te rollen.
Financieringsplan
• het financiële overzicht bevat alle geraamde uitgaven van de investeringen met
o voorstel van het te subsidiëren bedrag
o eventueel aangevuld met subsidies die ontvangen worden via andere kanalen
o een overzicht van de eigen inbreng van financiële middelen vanwege de partners in het project
o …
• De leefbaarheid van het initiatief na de periode van de projectsubsidie (OPEX)
• het financiële plan wordt ingevuld op het daartoe voorziene formulier
• verantwoording van de extra (maximaal 20% van de totale kosten) kosten voor omkaderende activiteiten
Artikel 7: de beoordeling van de voorstellen blue deal
De VMM zit het programma-team voor en staat in voor het secretariaat ervan. Het programma-team bestaat uit vertegenwoordigers van
- de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), en/of
- de Vlaamse Landmaatschappij (VLM), en/of
- het Departement Omgeving, en/of
- het Departement Landbouw en Visserij, en/of
- het Agentschap Innoveren en ondernemen (VLAIO), en/of
- het Agentschap Natuur en Bos, en/of
- een procesbegeleider.
Als er meer dan 40 voorstellen ingediend worden, kan een preselectie worden voorzien op basis van de volgende evaluatiecriteria:
1. mate van bijdrage aan één of meerdere doelstellingen en principes opgesomd in artikel 3;
2. mate waarin het project inzet op de afbouw of de verminderde aanspraak op het gebruik van drinkwater, grondwater en oppervlaktewater.
De VMM nodigt alle initiatiefnemers met een volledig en ontvankelijk voorstel na eventuele preselectie uit om het project kort mondeling toe te lichten (de zogenaamde pitch) aan een jury op 12/05/2022. Dit kan via een presentatie (ppt, prezi, …). Deze presentaties moeten tenminste 24 uur voor de dag van de toelichting doorgestuurd worden naar xxxxxxxxxx.xxxxxxxx@xxx.xx. De mogelijkheid wordt voorzien om deze presentatie digitaal te geven.
De jury wordt samengesteld uit vertegenwoordigers uit de organisaties van het programma-team, eventueel aangevuld met experten.
De jury beoordeelt de voorstellen. Deze beoordeling omvat:
• een toetsing aan de realisatie van de voorwaarden opgesomd in artikel 3;
• een toetsing aan de evaluatiecriteria vermeld in artikel 5.
De jury maakt de beoordeling van de voorstellen over aan het programma-team.
Het programma-team maakt op basis van de beoordeling van de jury een selectie van goedgekeurde voorstellen. De beoordeling kan leiden tot een voorstel tot goedkeuring van slechts een deel van een initiatief of een voorstel tot bundeling van initiatieven door het programma-team.
Het programma-team beoordeelt de voorstellen op hun kostenefficiëntie en -effectiviteit.
Het programma-team maakt een voorstel op van projecten die in aanmerking komen voor subsidiëring, met vermelding van het toegekende subsidiepercentage en het toegekende percentage van de tussenkomst in omkaderingskosten.
De VMM legt het voorstel voor aan de minister. De minister, desgevallend de Vlaamse Regering, beslist over de subsidiëring van de projecten.
Artikel 8: communicatie en engagement
De VMM brengt de initiatiefnemers op de hoogte van de beslissing van de minister of de Vlaamse Regering.
Bij de uitvoering van elk geselecteerd project moet worden vermeld dat het project gefinancierd wordt door de Herstel- en veerkrachtfaciliteit van de Europese Unie. Op elke publicatie, tekst,… die in het kader van het project wordt verspreid, moet het hiertoe ontwikkelde logo3 worden aangebracht. De initiatiefnemer van een project levert informatie en materiaal aan als input voor het overkoepelende communicatie- en participatietraject.
De doelstelling van dit overkoepelende traject is om kennisuitwisseling en -opbouw tussen de projecten te bevorderen, kwaliteitscreatie mogelijk te maken, evenals de gestructureerde communicatie naar een breder publiek.
Van elk project wordt een fiche opgemaakt waarin het project voorgesteld wordt en waar de naam van een contactpersoon wordt vermeld.
De initiatiefnemer engageert zich om actief deel te nemen aan dit traject en de workshops die in dit kader worden georganiseerd tijdens de looptijd van zijn project. De initiatiefnemer wordt zo een ambassadeur van de blue deal.
Als de initiatiefnemer een project uitvoert dat betrekking heeft op een irrigatietoepassing op sportterreinen verloopt het overkoepelende communicatie- en participatietraject via de Green deal sportdomeinen. De initiatiefnemer wordt daarvoor een deelnemende partner bij de Green deal van het level 2 ”Deler”, waarbij het volstaat om zijn project binnen een “Green deal Trail” te ontsluiten.4
Artikel 9: rapportering en betalingsmodaliteiten
De aanvrager rapporteert minstens halfjaarlijks over het project. Een model-template om te rapporteren, wordt aangeleverd aan de geselecteerde projecten.
De uitbetaling van de subsidie gebeurt in 2 of 3 schijven.
• 30% van het subsidiebedrag bij de definitieve goedkeuring van het project;
• Desgewenst een tweede schijf van 30% indien op basis van facturen aangetoond wordt dat 60% van de geraamde kosten gemaakt zijn;
• Het resterende bedrag na indiening van de eindrapportage en eindafrekening op basis van facturen die de gemaakte kosten staven.
De omkaderingskosten worden via facturen aan de begunstigde(n) voor de subsidie aan de VMM voorgelegd. Indien de werkelijke kosten lager zijn dan de raming van de uitgaven zoals omschreven in het financieringsplan volgens artikel 6, wordt de subsidie van maximaal 75% of het percentage dat is opgenomen in het subsidiebesluit, herrekend op basis van de bewezen kosten. Bij een
3 De logo’s zijn terug te vinden op de website van de VMM
4 Voor meer informatie rond de Green deal sportdomeinen, de begrippen Deler en Green deal Trail kan de initiatiefnemer terecht op xxxxx://xxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/xxxxx-xxxx-xxxxxxxx-xxxxxxxxxxx.
overschrijding van de bewezen kosten ten aanzien van de raming van de uitgaven zoals omschreven in artikel 6, wordt geen bijkomende subsidie verleend.
Alleen kosten die gemaakt worden binnen de termijn van uitvoering van het goedgekeurde initiatief, komen in aanmerking voor subsidie.
Als de minister dubbele subsidiëring of subsidiefraude of nalatigheid in de rapportering of andere misbruiken vaststelt, kan de minister de subsidie stopzetten en op eenvoudig verzoek de onterecht toegekende subsidie terugvorderen.