DIENSTVERLENINGSOVEREENKOMST Centrumregeling beschermd wonen en maatschappelijke opvang regio Nijmegen en Rivierenland
DIENSTVERLENINGSOVEREENKOMST Centrumregeling beschermd wonen en maatschappelijke opvang regio Nijmegen en Rivierenland
Partijen:
Opdrachtgever: De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Berg en Dal, Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Heumen, Mook en Middelaar, Neder-Betuwe, Tiel, West Betuwe, West Maas en Waal, en Wijchen, rechtsgeldig vertegenwoordigd, ieder voor zover het hun bevoegdheid betreft door de door hun burgemeester aangewezen persoon, handelend ter uitvoering van de door hun colleges van burgemeester en wethouders genomen besluiten; Hierna te noemen ‘de regio Nijmegen en Rivierenland’, ‘de gemeenten’ of ‘opdrachtgevers’
En
Opdrachtnemer: de gemeente Nijmegen
Te dezer zake krachtens artikel 171, eerste lid, van de Gemeentewet rechtsgeldig vertegenwoordigd door de burgemeester drs. H.M.F. Bruls, handelende ter uitvoering van het besluit van het college van Burgemeester en Wethouders van [Datum collegebesluit]. Hierna te noemen: ‘de gemeente Nijmegen’, ‘de centrumgemeente’ of ‘opdrachtnemer’.
Hierna gezamenlijk te noemen: ‘deelnemers’ of ‘partijen’,
Overwegende dat:
• deelnemers hun samenwerking op het gebied Beschermd wonen en Opvang in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning hebben geformaliseerd in de Centrumregeling Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland, waarbij de gemeente Nijmegen als centrumgemeente taken uitvoert voor de partijen;
• in genoemde centrumregeling is overeengekomen dat partijen in een dienstverleningsovereenkomst nadere uitwerking geven aan deze centrumregeling.
• dat opdrachtgevers en opdrachtnemer over de uitvoering van deze werkzaamheden afspraken wensen te maken;
• dat deze dienstverleningsovereenkomst de overeengekomen dienstverlening en de daarbij horende uitgangspunten en randvoorwaarden vastlegt. De overeenkomst schept een gezamenlijk overeengekomen verwachtings- en verantwoordingskader.
Verklaren het volgende overeen te zijn gekomen:
Artikel 1. Begripsbepalingen
In deze dienstverleningsovereenkomst wordt verstaan onder:
a. Nijmegen: de gemeente Nijmegen in haar hoedanigheid van centrumgemeente;
b. Centrumgemeente: de in de centrumregeling “Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland” aangewezen gemeente, zijnde Nijmegen;
c. Regiogemeenten: de gemeenten Berg en Dal, Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Heumen, Mook en Middelaar, Neder-Betuwe, Tiel, West Betuwe, West Maas en Waal, en Wijchen.
d. Inkoop: inkoop of subsidiëring;
e. t+1: het jaar volgend op het begrotingsjaar dat loopt van 1 januari tot en met 31 december.
f. Beschermd wonen: wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorende vierentwintig-uurs toezicht en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een
psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen, bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving;
g. Beschermd thuis: Xxxxx in een eigen (al of niet gedeelde) woning met daarbij behorende vierentwintig uurs beschikbaarheid van zorg en begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen, bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving;
h. Maatschappelijke opvang: onderdak en begeleiding voor personen die de thuissituatie hebben verlaten en niet in staat zijn zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving.
Artikel 2. Opdracht
Deze dienstverleningsovereenkomst werkt de afspraken in de centrumregeling nader uit.
Artikel 3. Verplichtingen opdrachtnemer
1. Uitvoering
a. Opdrachtnemer houdt zich bij de uitvoering van zijn taken en bevoegdheden aan de relevante wet- en regelgeving die van toepassing is.
b. Opdrachtnemer draagt zorg voor een adequate en tijdige uitvoering van de taken en bevoegdheden die haar bij deze overeenkomst zijn toegekend.
2. Informatie
Opdrachtnemer voorziet opdrachtgever van de informatie zoals in deze overeenkomst beschreven staat, alsmede informatie niet benoemd in deze overeenkomst die benodigd is voor een goede uitvoering van de taken die door deze overeenkomst aan opdrachtgevers toekomen.
3. Verzekering
Opdrachtnemer is verantwoordelijk voor afdoende verzekering omtrent wettelijke aansprakelijkheidsrisico’s in verband met de uitvoering van deze overeenkomst en houdt deze verzekering gedurende de looptijd van de overeenkomst in stand. De aansprakelijkheid van opdrachtnemer is beperkt tot hetgeen gedekt is door de hiervoor genoemde verzekering.
4. Taken centrumgemeente
a. Nijmegen voert taken uit voor de deelnemers op basis van artikel 4 van de centrumregeling;
b. Onder de taken bedoeld in het eerste lid vallen tenminste de taken zoals bedoeld in artikel 4, tweede lid van de centrumregeling, waaronder in ieder geval de inkoop of subsidiëring, het ontvangen van declaraties en het betalen daarvan, contract- en relatie management, monitoren, rechtmatigheids- en kwaliteitsbewaking en handhaving, het nemen van primaire besluiten en besluiten op bezwaar, de vertegenwoordiging van partijen in bezwaar, beroep en bij een voorlopige voorziening, alsmede het instellen van hoger beroep en het verzoeken tot een voorlopige voorziening van of bij;
I. Beschermd wonen;
II. Beschermd thuis;
III. Maatschappelijke opvang;
IV. OGGZ, voor zover het geen lokale taken betreft
V. Verslavingszorg, voor zover het geen lokale taken betreft
c. Onder de taken bedoeld in lid b van dit artikel valt eveneens de uitvoering en aansturing namens de regiogemeenten van de centrale toegang voor beschermd wonen en maatschappelijke opvang.
d. Onder de taken bedoeld in lid b van dit artikel valt eveneens de uitvoering namens de regiogemeenten van het beoordelen van aanvragen en beschikbaar stellen van persoonsgebonden budgetten (PGB) voor beschermd wonen en beschermd thuis.
e. Wanneer er sprake is van kwaliteits- of handhavingstrajecten (al of niet in samenwerking met Wmo toezicht en/of de Inspectie voor Gezondheidszorg en Jeugd) hanteert de centrumgemeente de meest actuele handhavingskaders en –richtlijnen zoals vastgesteld door gemeente Nijmegen
f. Andere taken dan bedoeld in dit artikel kunnen door een deelnemer of meerdere deelnemers in een dienstverleningsovereenkomst in de zin van artikel 7 van de centrumregeling worden opgedragen aan Nijmegen mits deze taak alsmede de eventuele vergoeding hiervoor met de opdrachtnemer overeen wordt gekomen.
5. Kwaliteitsniveau
Nijmegen draagt er in ieder geval zorg voor dat de taakuitvoering op grond van de centrumregeling:
a. conform het door Nijmegen vastgestelde inkoop- en subsidiebeleid- en regelgeving (waaronder de algemene inkoopvoorwaarden voor leveringen en diensten (inkoop) en kaderverordening subsidies) plaatsvindt, daarmee voldoen deelnemers aan de norm voor opdrachtgeverschap van VNG en ministerie van VWS;
b. voldoet aan kwaliteitseisen die voortvloeien uit wet- en regelgeving;
c. voldoet aan eisen van de centrale overheid betreffende financiering.
6. Inkoopplan
a. De centrumgemeente maakt een jaarlijks of meerjaarlijks inkoopplan waarin staat opgenomen welke zorg zij gaat inkopen. In het vast te stellen inkoopplan kunnen de volgende onderwerpen worden opgenomen:
i) de volumes per zorgproduct (per zorginstelling) die worden ingekocht;
ii) relevante mutaties, bijvoorbeeld in de taakafbakening tussen centrum- en regiogemeente met betrekking tot meer lokale uitvoering van beschermd thuis (conform ingroeipad);
iii) prijseffecten en indexeringen;
iv) een planning.
b. Het inkoopplan wordt vastgesteld door de centrumgemeente wanneer partijen hierover bestuurlijke overeenstemming hebben bereikt, onder voorbehoud van de noodzakelijke lokale besluitvorming.
c. Het inkoopplan kan ook meerjarig worden vastgesteld.
d. Alle deelnemers kunnen na het vaststellen van het inkoopplan een wijzigingsvoorstel indienen. Overeenkomstig artikel 3, lid 4, sub f van deze overeenkomst kan het wijzigingsvoorstel gezamenlijk worden vastgesteld, mits dit voorstel niet in strijd is met reeds gemaakte afspraken met zorgaanbieders of andere belanghebbenden.
7. Inrichting regionale samenwerking
Deelnemers beschrijven in een inrichtingsplan de wijze waarop de regionale samenwerking wordt ingericht en ingevuld. Het inrichtingsplan beschrijft de inrichting van, de sturing op en de lokale afstemming met betrekking tot:
a. de regionale uitvoering door de centrumgemeente;
b. de regionale ontwikkeling van beleid en strategie;
c. het regionale bestuurlijk en ambtelijk overleg.
8. Managementrapportages
a. Nijmegen verstrekt de regiogemeente twee maal per jaar geanalyseerde managementrapportages over de voortgang en realisatie van de ingekochte en gesubsidieerde zorg en ondersteuning.
b. De managementrapportage bevat beschikbare informatie over zorggebruik, kosten en wachtlijsten, alsmede informatie door de centrale toegang BW/MO verstrekt.
c. Na het verschijnen van de managementrapportages vindt op initiatief van Nijmegen een ambtelijk overleg over deze rapportages plaats met alle deelnemers.
d. Naast de geanalyseerde managementrapportages voorziet de centrumgemeente periodiek in actuele monitoringsinformatie. Hierbij valt te denken aan aantallen cliënten BW en BT, inzicht in kosten, inzicht in zorggebruik en inzicht in samenstelling van de cliëntpopulatie. De centrumgemeente gebruikt de bestaande dashboards als uitgangspunt en verrijking hiervan gebeurt in goed overleg. De bestaande dashboards worden toegankelijk voor regiogemeenten indien dit technisch mogelijk en vanuit oogpunt privacywetgeving niet onwenselijk is.
9. Verantwoording
De verantwoording vindt jaarlijks na afloop van het kalenderjaar plaats in de vorm van een jaarafrekening met realisatiecijfers en toelichting hierop.
Artikel 4. Verplichtingen opdrachtgever
1. Besluiten over mandaten en volmachten worden tijdig genomen door het daartoe bevoegde bestuursorgaan.
a. De bestuursorganen van de regiogemeenten dragen zorg voor het tijdig verlenen van mandaten en toereikende volmachten overeenkomstig de bij deze overeenkomst gevoegde bijlage (Bijlage A-Mandaat) opdat de bestuursorganen van Nijmegen, hun taken op grond van de centrumregeling en deze overeenkomst adequaat kunnen uitvoeren;
b. De bestuursorganen van Nijmegen stemmen in met de ter uitvoering van het eerste lid gegeven mandaten en volmachten.
2. Faciliteiten
Opdrachtgever voorziet opdrachtnemer gevraagd en ongevraagd van alle faciliteiten, informatie en medewerking die nodig is voor goede uitvoering van de opgedragen taken. De opdrachtgever is verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen van ambtelijke medewerker(s) die werkzaamheden verrichten uit hoofde van de regionale samenwerking en lokale verantwoordelijkheden.
Artikel 5. Gezamenlijke verplichtingen
1. Lokale verantwoordelijkheden
a. Onder deze centrumregeling en dienstverleningsovereenkomst vallen niet de taken die gemeenten zelf hebben in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015. Hieronder vallen, onder andere, maar niet uitsluitend, het bieden van begeleiding, dagbesteding, bemoeizorg, voorkomen van uithuisplaatsingen, huishoudelijke hulp, respijtzorg en kortdurend verblijf (logeren), persoonlijke verzorging, kortdurend verblijf LVB 18+, vervoer, woningaanpassingen en overige hulpmiddelen (allen zowel in natura als via PGB).
b. Gemeenten hebben de verantwoordelijkheid om lokale huisvestingsmogelijkheden voor doelgroepen van de centrumregeling Beschermd Wonen en Maatschappelijke Opvang regio Nijmegen en Rivierenland te ontwikkelen. Het uitgangspunt is dat inwoners, na een tijdelijk verblijf in Maatschappelijke Opvang en/of Beschermd Wonen, weer kunnen wonen in de gemeente van herkomst.
NB: indien cliënten gebruik maken van een (maatwerk)traject beschermd wonen/thuis of maatschappelijke opvang is de centrumgemeente wel verantwoordelijk voor de (financiering van) begeleiding en de dagbesteding tijdens dit traject.
2. Handhavingstrajecten
Indien er sprake is van een handhavingstraject omdat – door Wmo toezicht of een andere toezichthoudende partij – er ernstige tekortkomingen zijn geconstateerd bij een door de centrumgemeente gecontracteerde (BW) zorgaanbieder zijn zowel de gemeente die de zorg heeft gecontracteerd (of het PGB heeft verstrekt) als de gemeente waar de zorginstelling, of de vestiging die het betreft, is gevestigd, gezamenlijk verantwoordelijk. Hierbij wordt er per geval een evenwichtige en realistische verdeling van verantwoordelijkheden overeengekomen en is niet uitgesloten dat ook andere belanghebbende regiogemeenten worden betrokken in het proces.
Mocht een handhavingstraject leiden tot ontbinding van de overeenkomst tussen (centrum)gemeente en zorginstelling dan is de gemeente die de zorg heeft gecontracteerd (of het PGB heeft verstrekt) verantwoordelijk voor het vinden van een alternatief zorgaanbod.
Artikel 6. Financiën
1. De partijen zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor een sluitende regionale begroting.
2. De centrumgemeente stelt een concept-regiobegroting op.
3. De begroting BW/MO is vastgesteld wanneer partijen hierover bestuurlijke overeenstemming hebben bereikt, onder voorbehoud van de noodzakelijke lokale besluitvorming.
4. De begroting wordt voor 1 augustus vastgesteld voor het daarop volgend kalenderjaar. De begrotingscyclus van de centrumgemeente is leidend. Bijstelling van de begroting gebeurt op de
– voor Nijmegen – vaste P&C momenten: mei en oktober van het jaar waarop de begroting betrekking heeft.
5. De eerste begroting wordt opgesteld voor het jaar waarin het objectief verdeelmodel wordt ingevoerd en alle gemeenten middelen ontvangen ten behoeve van het uitvoeren van beschermd wonen.
6. In de begroting is opgenomen:
De lasten bestaan uit, onder andere:
a. Gecontracteerde zorg (in natura) BW/BT
b. Persoonsgebonden budgetten BW/BT
c. Een bedrag voor onvoorziene zorgkosten als gevolg van bijvoorbeeld het woonplaatbeginsel
d. Subsidies gerelateerd aan regionale doelen en BW/BT
e. Kosten voor de centrale toegang BW/MO op basis van taakopdracht aan de GGD
f. Kosten regionale projecten, onder meer in het kader van de ambulantisering GGz/ transformatie BW
g. Uitvoeringskosten centrumgemeente op basis van formatie overzicht, inclusief ziektevervanging1. Hierbij geldt dat de begrote kosten gelijk zijn aan de gerealiseerde kosten.
h. Kosten voor Wmo toezicht en handhavingstrajecten
i. Het tekort op de maatschappelijke opvang. Dit tekort moet duidelijk door de centrumgemeente gespecificeerd en onderbouwd worden.
j. Overige kosten, zoals onderzoekskosten. De baten bestaan uit:
1 Opdrachtnemer is verantwoordelijk voor de vervanging van haar medewerker(s) die werkzaamheden verricht(en) voor opdrachtgevers in het kader van deze overeenkomst bij ziekte en andere situaties van langdurige afwezigheid. De eerste twee weken van de ziekte of andere situaties van langdurige afwezigheid zijn voor risico van opdrachtgevers.
a. De integratie-uitkering beschermd wonen – welke volledig ten goede komt van de regionale begroting
b. De eigen bijdrage die cliënten moeten betalen voor ontvangen hulp
c. Een bijdrage per gemeente conform de afgesproken verdeelsleutel. Deze verdeelsleutel is gebaseerd op de (her)verdeling van de beschermd wonen middelen volgens het objectieve verdeelmodel. Het aandeel van een gemeente is de inbreng van zijn beschermd wonen middelen (zoals door het Rijk gepubliceerd) gedeeld door de som van alle (objectief verdeelde) middelen voor beschermd wonen in de regio. In bijlage C staat de voorlopige verdeelsleutel opgenomen gebaseerd op de septembercirculaire 2021. Partijen zijn akkoord met bijstelling op het moment dat wijzigingen in het verdeelmodel hiertoe aanleiding geven.
7. De betalingstermijn van facturen en (eind)afrekeningen bedraagt 30 dagen vanaf de factuurdatum.
8. De bijdrage van iedere gemeente wordt betaald via een voorschot.
a. Het voorschot als bedoeld in artikel 6. lid 3 van de centrumregeling wordt op basis van kwartaalfacturen door de deelnemers overgemaakt aan Nijmegen.
b. In februari (t+1) van ieder jaar stuurt Nijmegen elke regiogemeente een voorlopige eindafrekening, conform artikel 3 lid 9 van deze overeenkomst. De eindafrekening betreft de realisatie van de begroting inclusief een toelichting en het definitief te verrekenen bedrag.
c. Kosten die gerelateerd zijn aan een reeds afgesloten boekjaar kunnen worden doorgeschoven naar het lopende boekjaar. Het kan bijvoorbeeld gaan om de betaling van PGBs die jaren na levering van zorg nog gedeclareerd kunnen worden door de budgethouder of om subsidies met een meerjarig karakter. Deze kosten zullen apart zichtbaar meegenomen worden in de reguliere bijstellingsmomenten van de begroting.
Artikel 7. Aansprakelijkheid
1. De partij die toerekenbaar tekort schiet in de nakoming van haar verplichtingen, op basis van deze overeenkomst tegenover de andere partij, kan door de benadeelde partij aansprakelijk worden gesteld voor de geleden dan wel te lijden schade.
2. Indien een partij schade lijdt als gevolg van een toerekenbare tekortkoming van de andere partij in de nakoming, dan is de schadelijdende partij verplicht zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen één maand, na ontdekking van de schade hiervan schriftelijk melding te doen aan de wederpartij.
3. De aansprakelijkheidschade in het eerste lid kan voor opdrachtnemer op jaarbasis in geen geval méér zijn dan de aan de opdrachtnemer toekomende vergoeding betreffende dat kalenderjaar.
4. Opdrachtgever blijft aansprakelijk voor de vermogensrechtelijke gevolgen van de besluiten of feitelijke handelingen die namens haar in mandaat worden genomen door de opdrachtnemer, onverminderd het bepaalde in artikel 1:1, vierde lid en artikel 10:2 van de Algemene wet bestuursrecht.
5. Is de niet-nakoming het gevolg van overmacht in de zin artikel 6:75 van het Burgerlijk Wetboek, dan nemen partijen onverwijld de benodigde maatregelen om de nadelige gevolgen zoveel mogelijk te beperken.
Artikel 8. Evaluatie en uitvoering
Uitvoeringsoverleg:
Tussen partijen vindt, op initiatief van Gemeente Nijmegen, tenminste tweemaal per jaar overleg plaats over de uitvoering van deze overeenkomst of over met deze overeenkomst samenhangende zaken. Indien opdrachtgevers tussentijds bijeen willen komen, kunnen zij hier initiatief nemen voor overleg.
Artikel 9. Archivering
1. De opdrachtnemer is verantwoordelijk voor de verplichting op grond van artikel 3 van de Archiefwet 1995 om de onder de dienst berustende archieven in goede, geordende en toegankelijke staat te brengen en te bewaren alsmede zorg te dragen voor vernietiging van daarvoor in aanmerking komende archieven.
2. Als het archief- en informatiebeheer niet is gemandateerd, worden de dossiers, waarvan de zaken onder mandaat door de opdrachtnemer zijn uitgevoerd, na beëindiging van de zaak overgedragen aan opdrachtgever.
3. Ingeval de opdrachtnemer door de opdrachtgever is gemandateerd of gevolmachtigd voor het archief- en informatiebeheer, beheert zij de onder lid 1 genoemde dossiers tot aan de overdracht aan de aangewezen archiefbewaarplaats, dan wel tot aan de vernietiging na afloop van de bewaartermijn.
4. De waardering, selectie en vernietiging moet voldoen aan de meest actuele versie van de selectielijst van de gemeente Nijmegen, dan wel een alternatieve selectielijst die aan dezelfde wettelijke eisen voldoet.
5. Voor de bewaring van de op grond van artikel 12, eerste lid, Archiefwet 1995 over te brengen archiefbestanden van de opdrachtgever die onder de opdrachtnemer berusten, is de door de opdrachtgever aangewezen archiefplaats de bestemming.
6. Nijmegen draagt bij uittreding of opheffing van de regeling alle voor de betreffende gemeente relevante data (inclusief meta-data) in een origineel en duurzaam bestandsformaat, in logische samenhang, over aan de regiogemeente. Na bevestiging van overdracht wordt alle data van de regiogemeenten van de systemen van de gemeente Nijmegen vernietigd. Nijmegen levert een verklaring van vernietiging.
Artikel 10. Duur, wijziging en beëindiging
1. Ingangs- en einddatum overeenkomst
Deze overeenkomst gaat in op 1 januari 2022 en eindigt op 31 december 2024, en komt tot stand door ondertekening van de overeenkomst door alle partijen.
2. Wijziging overeenkomst en bijlage(n) tussentijds
Tussentijdse wijziging van deze overeenkomst of de bijlage(n) is alleen mogelijk binnen de grenzen van redelijkheid en billijkheid na schriftelijk akkoord van alle partijen.
3. Beëindiging en verlenging
a. Opdrachtgever laat schriftelijk vóór 1 juli van het lopende jaar (eerste mogelijkheid voor 1 juli 2024) aan de opdrachtnemer weten of zij deze overeenkomst wil verlengen of beëindigen.
b. Indien partijen niet in overleg treden tot verlenging of beëindiging, dan wordt deze overeenkomst stilzwijgend verlengd met de periode van één jaar.
c. Tussentijdse beëindiging van deze overeenkomst is mogelijk met wederzijdse schriftelijke toestemming van alle partijen. Voor tussentijdse beëindiging geldt een opzegtermijn van zes maanden.
d. Deze overeenkomst eindigt van rechtswege bij opheffing van de centrumregeling beschermd wonen en maatschappelijke opvang regio Nijmegen en Rivierenland.
4. Ingebrekestelling, nakoming
Wanneer de in de centrumregeling of in deze overeenkomst opgenomen verplichtingen geheel of gedeeltelijk volgens de afgesproken omvang, tijdstippen of kwaliteit niet worden uitgevoerd of kunnen worden uitgevoerd, dan treden deelnemers met elkaar in overleg. In dit overleg wordt in ieder geval de oorzaak van de tekortkoming besproken.
5. Uittreden uit de centrumregeling
a. De uittredingskosten zijn, conform artikel 11 van de centrumregeling, de kosten die te maken hebben met (de afbouw van) de overcapaciteit die kan ontstaan in de personele en de materiële sfeer. Deze komen eveneens ten laste van de uittredende regiogemeente en worden alleen in rekening gebracht als de regiogemeente daadwerkelijk besluit uit te treden. Basis voor de desintegratie uittredingskostenberekening zijn de gemiddelde realisatiecijfers (balans, exploitatiecijfers, overige cijfers) van de drie jaren voorafgaand aan het jaar waarin het voornemen tot uittreden kenbaar wordt gemaakt. De kosten die niet direct aan de uittredende partij kunnen worden toegerekend, worden berekend door totalen per kostensoort naar rato te berekenen.
b. Een deelnemer die uittreedt ontvangt conform artikel 11, lid 5 van de centrumregeling een eindafrekening met een verrekening van de voorschotten en de daadwerkelijk gemaakte en te maken kosten.
c. In de bedoelde eindafrekening van voorgaande lid worden ook de kosten opgenomen die verband houden met de uittreding.
d. De bedoelde kosten uit voorgaande lid worden vastgesteld door een door Nijmegen en de uittredende deelnemer gezamenlijk aan te wijzen deskundige.
Artikel 11. Aanvullende bepalingen
1. Geheimhouding
Er geldt een geheimhoudingsplicht voor de partijen en hun medewerkers. Hieronder vallen alle gegevens en informatie die bij de uitvoering van deze overeenkomst bij hen bekend is geworden. Het voorgaande is niet van toepassing indien:
a. openbaarmaking verplicht is op grond van wet- en regelgeving;
b. één van de partijen zich voor de rechter moet verdedigen of openbaarmaking berust op een bindende uitspraak van de rechter;
c. één van de partijen de andere partij heeft ontheven van de geheimhoudingsplicht;
d. de betreffende informatie via openbare bronnen is verkregen.
2. Geheimhouding na afloop van de overeenkomst: de geheimhoudingsplicht genoemd in het eerste lid van dit artikel blijft ook na afloop van deze overeenkomst voor beide partijen en hun medewerkers gelden.
3. Inzet onafhankelijke partij: Opdrachtgever heeft het recht om de door opdrachtnemer verstrekte informatie inhoudelijk te laten toetsen op juistheid door een onafhankelijke partij. Deze controle is vertrouwelijk en strekt zich niet verder uit dan noodzakelijk voor het verifiëren van de aangeleverde informatie. Opdrachtnemer is verplicht om medewerking te verlenen aan het onderzoek en verleent alle gevraagde gegevens en informatie alsmede inzage in boeken en overige bescheiden. De kosten van het onderzoek komen voor rekening van opdrachtgever.
4. Onvoorziene omstandigheden en geschillenregeling
a. Indien onvoorziene omstandigheden zich voordoen die buiten de invloedsfeer van partijen liggen, welke ertoe leiden dat partijen of een der partijen de afspraken uit deze overeenkomst niet (meer) kunnen c.q. kan nakomen, treden partijen terstond met elkaar in overleg met als doel om tot een oplossing te komen die voor beide partijen acceptabel is.
b. Indien partijen van inzicht verschillen over de uitleg of uitvoering van deze overeenkomst, of daarmee samenhangende afspraken, treden zij met elkaar in overleg met als doel om te komen tot een oplossing die voor beide partijen acceptabel is.
c. Indien de onder sub b en c bedoelde situatie niet leidt tot het gewenste resultaat, proberen partijen het geschil op te lossen door de inzet van een mediator te vragen.
De kosten van een mediation worden gelijkelijk over partijen verdeeld ongeacht de uitkomst ervan.
5. Verwerking persoonsgegevens: De gemeenten dragen ieder voor zich de verantwoordelijkheid van het elkaar verstrekken van de noodzakelijke persoonsgegevens voor het behalen van de doelstellingen van deze dienstverleningsovereenkomst conform bijlage B. Gemeenten onderschrijven de bijlage en handelen daar naar binnen de samenwerking.
6. Innovatie en beleid: Deelnemers stemmen hun bovenlokale beleid betreffende het doel en belang in de zin van artikel 2 van de centrumregeling op elkaar af.
Artikel 12. Slotbepalingen
1. Citeertitel
Deze overeenkomst wordt aangehaald als “Dienstverleningsovereenkomst Centrumregeling beschermd wonen en maatschappelijke opvang regio Nijmegen en Rivierenland”.
2. Eventuele nietigheid of vernietigbaarheid van een van de bepalingen van de dienstverleningsovereenkomst tast de rechtsgeldigheid van de overige bepalingen van deze dienstverleningsovereenkomst niet aan.
3. Deze dienstverleningsovereenkomst doorkruist niet de publiekrechtelijke verhoudingen tussen partijen dan wel hun overige rechten en verplichtingen op basis van publiekrecht.
4. Op deze dienstverleningsovereenkomst is uitsluitend Nederlands recht van toepassing.
5. De bij deze overeenkomsten behorende bijlagen A B en C. maken integraal deel uit van deze overeenkomst.
Artikel 13. Bijlagen
• Bijlage A: Mandaat Centrumregeling Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland en Dienstverleningsovereenkomst
• Bijlage B: Verwerken persoonsgegevens
• Bijlage C: Verdeelsleutel
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Berg en Dal
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Beuningen
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Buren
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Culemborg
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Druten
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Heumen
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Mook en Middelaar
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Neder-Betuwe
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Tiel
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente West Betuwe
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente West Maas en Waal
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtgever, gemeente Wijchen
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend Namens opdrachtnemer, gemeente Nijmegen
Plaats: Datum:
Naam:
Handtekening:
Bijlage A
Mandaatbesluit Centrumregeling Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland en Dienstverleningsovereenkomst
De colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de gemeenten Berg en Dal, Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Heumen, Mook en Middelaar, Neder-Betuwe, Tiel, West Betuwe, West Maas en Waal, en Wijchen, ieder voor zover het hun gemeente en bevoegdheid betreft,
gelet op artikel 171 Gemeentewet, gelet op afdeling 10.1.1 van de Awb, artikel 5 van de Centrumregeling Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland en artikel 4, eerste lid, van de Dienstverleningsovereenkomst,
overwegende dat dit besluit enkel de bevoegdheden omvat zoals die zijn opgenomen in de Centrumregeling Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland en de bijbehorende Dienstverleningsovereenkomst,
besluiten vast te stellen het volgende:
Mandaatbesluit beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland: Artikel 1 Begrippen
In dit besluit wordt verstaan onder:
a. Mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen in het kader van de Centrumregeling en de daarbij behorende Dienstverleningsovereenkomst;
b. Volmacht: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten in het kader van de Centrumregeling en de daarbij behorende Dienstverleningsovereenkomst;
c. Machtiging: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan handelingen te verrichten in het kader van de Centrumregeling en de daarbij behorende Dienstverlenings- overeenkomst, geen besluiten en/of privaatrechtelijke rechtshandelingen zijnde;
d. Ondermandaat: de figuur dat de gemandateerde op zijn beurt mandaat verleent aan een ander;
e. Ondervolmacht: de figuur dat de gevolmachtigde op zijn beurt volmacht verleent aan een ander;
f. Centrumregeling: de Centrumregeling Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland;
g. Dienstverleningsovereenkomst: de Dienstverleningsovereenkomst Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland.
Artikel 2 Mandaat, volmacht en machtiging
1. Dit mandaatbesluit is van toepassing als een bestuursorgaan mandaat verleent tot het nemen van een besluit, volmacht verleent tot het verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeling of machtiging verleent tot het verrichten van een feitelijke handeling.
2. Daar waar in dit mandaatbesluit ‘mandaat’ en ‘gemandateerde’ staat genoemd, wordt ook ‘volmacht’ en ‘gevolmachtigde’ dan wel ‘machtiging’ en ‘gemachtigde’ bedoeld. In dat geval wordt onder ‘besluit’ ook ‘privaatrechtelijke rechtshandeling’ dan wel ‘feitelijke handeling’ bedoeld. Dit geldt niet als de wet of de aard van de desbetreffende bevoegdheid zich hiertegen verzet.
3. Aan het college van de gemeente Nijmegen wordt mandaat verleend ten aanzien van de volgende bevoegdheden:
Het nemen van besluiten die noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering van Centrumregeling en de daarbij behorende Dienstverleningsovereenkomst, uitsluitend voor de daarin opgenomen taken en bevoegdheden. Dit mandaatbesluit omvat -tevens doch niet uitsluitend- de taken en bevoegdheden ten aanzien van de in de Dienstverleningsovereenkomst opgenomen domeinen:
I. Het sluiten van overeenkomsten voor de inkoop van diensten en producten in het kader van de Centrumregeling;
II. het nemen van primaire besluiten en besluiten op bezwaar, inclusief de daarvoor benodigde proceshandelingen en het voeren van verweer;
III. het uitoefenen van de bevoegdheid tot het verzoeken om voorlopige voorziening of het instellen van (hoger) beroep en het voeren van verweer en het verrichten van proceshandelingen in het kader van deze gerechtelijke procedures;
IV. het aanwijzen van personen die daartoe door burgemeester en wethouders van Nijmegen zijn aangewezen als personen die belast zijn met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 genoemde domeinen in de Centrumregeling.
4. Het in lid 3 genoemde college is bevoegd ondermandaat te verlenen aan door hem aan te wijzen personen ten aanzien van de in het derde lid genoemde besluiten, met dien verstande dat voor de besluiten genoemd onder II geldt dat de besluiten op bezwaar niet genomen mogen worden door functionarissen die ook bij de primaire besluitvorming zijn betrokken. .
5. Aan de burgemeester van de gemeente Nijmegen wordt, overeenkomstig artikel 171, tweede lid Gemeentewet, de bevoegdheid gegeven om de betreffende gemeente te vertegenwoordigen, met de mogelijkheid van ondervolmacht. Deze volmacht omvat
-tevens doch niet uitsluitend- de rechtshandelingen ten aanzien van de in de Dienstverleningsovereenkomst opgenomen domeinen:
a. het ondertekenen van overeenkomsten voor de inkoop van diensten en producten.
b. alle handhavingsacties ten aanzien van de afgesloten overeenkomsten.
6. De in lid 5 genoemde bevoegdheid kan aan een door hem aan te wijzen persoon worden opgedragen.
Artikel 3 Slotbepalingen
1. Dit besluit treedt in werking op de dag na de bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2022.
2. Dit besluit wordt op de voorgeschreven wijze gepubliceerd door de mandaat verlenende gemeente.
3. Bestaande mandaten, machtigingen en volmachten aan de gemeente Nijmegen op het gebied van Beschermd wonen en Maatschappelijk Opvang van voor de datum van de inwerkingtreding van dit besluit worden ingetrokken met ingang van inwerkingtreding van dit besluit.
4. Mandaten, machtigingen en volmachten krachtens dit besluit vervallen direct van rechtswege, indien de Centrumregeling Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland wordt beëindigd; of vervallen voor een partij, indien deze
partij geen onderdeel meer uitmaakt van de Centrumregeling, tenzij anders overeengekomen.
5. Dit besluit wordt aangehaald als: “Mandaatbesluit Centrumregeling Beschermd wonen en Maatschappelijke Opvang Regio Nijmegen en Rivierenland”.
Aldus vastgesteld op ....
Het college,
De secretaris de burgemeester
Vastgesteld door de burgemeester op ………….
Burgemeester van gemeente ……………
De burgemeester
Bijlage B: Verwerken persoonsgegevens
Artikel 1. Samenwerking
1.1. In het kader van de samenwerking in de centrumregeling beschermd wonen en maatschappelijke opvang regio Nijmegen en Rivierenland zullen (persoons)gegevens worden uitgewisseld tussen gemeenten onderling en zorgaanbieders. Deze staan beschreven in tabel
1. Op deze samenwerking is wet- en regelgeving met betrekking tot de bescherming van Persoonsgegevens van toepassing;
1.2. De Gemeente die Persoonsgegevens verstrekt aan één of meer gemeenten, is voor deze verstrekking Verwerkingsverantwoordelijk in de zin van de AVG. Verdere verwerking van die gegevens door de ontvangende gemeente(n) mag alleen binnen het oorspronkelijke doel en valt onder de Verwerkingsverantwoordelijkheid van de desbetreffende gemeente(n).
1.3. Gemeenten willen met behulp van de afspraken waarborgen treffen die eraan bijdragen dat Gemeenten in de samenwerking conform deze wet- en regelgeving handelen;
1.4. Gemeenten hebben ieder voor zich de verantwoordelijkheid om aan deze wet- en regelgeving te voldoen, waaronder het uitvoeren van een gegevensbeschermingseffectbeoordeling (ook DPIA genoemd) op grond van artikel 35 AVG;
1.5. Gemeenten willen onder meer door middel van concrete afspraken waarborgen dat zij slechts die persoonsgegevens met één of meer gemeenten delen als dat noodzakelijk is voor het concrete doel van de samenwerking zoals vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst en hier een grondslag voor is.
Artikel 2. Verwerking
2.1. Indien de relevante regelgeving beperkingen bevat met betrekking tot de verstrekking van de Persoonsgegevens, zoals ten aanzien van de ontvangende partijen, de categorieën van personen of van Persoonsgegevens, dan wel de wijze van verstrekking, zal de betreffende Partij zich houden aan die specifieke voorwaarden uit de regelgeving.
2.2. Gemeenten laten de verstrekking van persoonsgegevens achterwege als de verstrekking niet noodzakelijk is voor het bereiken van het concrete doel van de samenwerking zoals vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst.
2.3. Vóór het verstrekken van persoonsgegevens zal de betreffende Gemeente ervoor zorgdragen dat de betrokkene in overeenstemming met de toepasselijke wet- en regelgeving is geïnformeerd over de mogelijke verwerking van zijn persoonsgegevens in het kader van samenwerking
Artikel 3. Vernietiging
3.1. Indien de verdere behandeling van persoonsgegevens in een casus of binnen de samenwerking niet langer noodzakelijk is, dan wel de behandeling wordt beëindigd, zal de centrumgemeente en/of de gemeente(n) de betreffende persoonsgegevens niet verder verwerken, behalve voor het opstellen van rapportages en andere managementdoeleinden die volgen uit de samenwerking. Binnen de samenwerking zal daarvoor alleen gegevens bewaren in een vorm die het mogelijk maakt de betrokkenen niet langer te identificeren.
Artikel 4. Beveiliging en geheimhouding
4.1. Gemeenten dragen zorg voor adequate technische en organisatorische beveiligingsmaatregelen om persoonsgegevens te beschermen tegen verlies of enige vorm van onrechtmatige verwerking. Daarbij zullen Gemeenten ervoor zorgdragen dat het beveiligingsniveau zich minimaal bevindt op het niveau van Basis Beveiligingsniveau 2 (BBN2) van de Baseline Informatiebeveiliging Overheid (BIO),
4.2. Gemeenten houden zich aan de procedures geldend binnen de eigen organisatie die erop gericht zijn om inbreuken in verband met persoonsgegevens (ook datalek genoemd) redelijkerwijs te detecteren en daarop actie te ondernemen, waaronder herstelmaatregelen. In geval van een datalek waarbij persoonsgegevens zijn betrokken die betrekking hebben op een casus zullen Gemeenten elkaar zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen 24 uur, daarover informeren.
4.3. Wanneer persoonsgegevens tussen gemeenten wordt uitgewisseld, gebeurt dit uitsluitend op een adequaat beveiligde manier, conform de geldende beveiligingsnormen van de betreffende Gemeenten voor de betreffende (persoons)gegevens.
4.4. Een ieder die in het kader van de samenwerking kennis neemt van persoonsgegevens is verplicht tot geheimhouding daarvan, tenzij de wet tot bekendmaking verplicht.
Artikel 5 Rechten van betrokkenen
5.1. Gemeenten dragen zorg voor adequate interne procedures voor de naleving van de rechten van betrokkenen en informeren daar de betrokkenen over. In geval van een verzoek van een betrokkene dat betrekking heeft op een casus zullen Gemeente elkaar zo spoedig mogelijk daarover informeren en waar nodig bijdragen aan de behandeling van het verzoek.
Tabel 1: overzicht van te verwerken persoonsgegevens:
Verstrekking/ | Verwerkings-doeleinden | Grondslag | Categorieën van | Categorieën | Doorgifte | Doorgifte- | Aanvullend |
levering | Betrokkenen | Persoons- | naar derde | instrument | e | ||
gegevens | landen | maatregele | |||||
(waaronder | n (indien | ||||||
bijzondere | van | ||||||
persoons- | toepassing) | ||||||
gegevens) |
Centrumgemeente levert gegevens aan de Opdrachtgever | Opdrachtgever (Gemeente) heeft info nodig over bewoners met BW/BT indicatie om locale (Wmo) Dienstverlening hier goed op af te kunnen stemmen | Wmo 2015 (art. 2.1.1) | Bewoners van betreffende regiogemeente met een beschikking voor Beschermd wonen/Beschermd thuis van de centrumgemeente | BSN, naam, adres, woonplaats, geboortedatum, indicatie voor beschermd wonen, | Nee | Via zorgmail | NVT |
Opdrachtgever levert | Nijmegen | Wmo 2015 (art. | Bewoners van | BSN, naam, adres, | Nee | Via | NVT |
gegevens aan | (centrumgemeente) heeft | 2.1.1) | betreffende | woonplaats, | zorgmail, | ||
Centrumgemeente | info nodig over bewoners | regiogemeente met | geboortedatum, | Secumailer | |||
met een BW/BT indicatie | een beschikking voor | indicatie voor | en/of | ||||
om regionale | Beschermd | Wmo voorziening | smartlockr | ||||
dienstverlening hier goed | wonen/Beschermd | of (verlengde) | |||||
op af te kunnen stemmen | thuis van de | jeugdhulp | |||||
centrumgemeente | voorziening, |
Bijlage C: Verdeelsleutel (gebaseerd op septembercirculaire 2021)
Gemeente | Aandeel in regiobegroting |
Berg en Dal | 5,5% |
Beuningen | 4,3% |
Buren | 3,9% |
Culemborg | 5,0% |
Druten | 3,2% |
Heumen | 3,0% |
Mook en Middelaar | 1,5% |
Neder Betuwe | 3,3% |
Nijmegen | 44,5% |
Tiel | 8,3% |
West Betuwe | 7,4% |
West Maas en Waal | 3,2% |
Wijchen | 6,9% |
Jaar | 2023 | 2024 | |||||
NIJMEGEN | Historisch (IU) | € 45.662.727* | € 34.104.668 | ||||
NIJMEGEN | Objectief | € | 1.794.021 | 44,5% | € | 6.418.068 | 44,5% |
NIJMEGEN | Totaal | € 47.456.748 | € 40.522.736 | ||||
BEUNINGEN | Totaal (objectief) | € | 173.018 | 4,3% | € | 618.969 | 4,3% |
BUREN | Totaal (objectief) | € | 159.078 | 3,9% | € | 569.096 | 3,9% |
CULEMBORG | Totaal (objectief) | € | 203.041 | 5,0% | € | 726.374 | 5,0% |
DRUTEN | Xxxxxx (objectief) | € | 129.708 | 3,2% | € | 464.025 | 3,2% |
HEUMEN | Totaal (objectief) | € | 119.073 | 3,0% | € | 425.982 | 3,0% |
TIEL | Totaal (objectief) | € | 334.343 | 8,3% | € | 1.196.103 | 8,3% |
WIJCHEN | Totaal (objectief) | € | 276.518 | 6,9% | € | 989.238 | 6,9% |
WEST MAAS EN WAAL | Totaal (objectief) | € | 129.413 | 3,2% | € | 462.972 | 3,2% |
MOOK EN MIDDELAAR | Totaal (objectief) | € | 59.692 | 1,5% | € | 213.545 | 1,5% |
NEDER-XXXXXX | Xxxxxx (objectief) | € | 133.597 | 3,3% | € | 477.941 | 3,3% |
BERG EN DAL | Totaal (objectief) | € | 221.805 | 5,5% | € | 793.503 | 5,5% |
WEST XXXXXX | Xxxxxx (objectief) | € | 297.175 | 7,4% | € | 1.063.136 | 7,4% |
Subtotaal historisch | € 45.662.727 | € 34.104.668 | |||||
Subtotaal objectief | € | 4.030.482 | € 14.418.953 | ||||
Totaal | € 49.693.209 | € 48.523.621 |
*Om de regiobegroting sluitend te maken, doen we conform afspraken eerst een beroep op de (volledige) integratie uitkering (IU) alvorens we een beroep doen op een bijdrage per gemeente.