Contract
1
Samenwerkings- | |
overeenkomst rstructurering glastuinbouw en paddenstoelenteelt Bommelerwaard Tussen Provincie Gelderland Gemeente Zaltbommel Gemeente Maasdriel en Waterschap Rivierenland Inzake De oprichting van de uitvoeringsorganisatie en de realisatie van de gezamenlijke doelen in het kader van de herstructurering van de glastuinbouw en de paddenstoelenteelt in de Bommelerwaard ondertekend 9 december 2009 te Bruchem |
he
2
3
bijlagen
inhoudsopgave
3 Bijlagen
5 De partijen
7 Overwegende dat
7 Xxxxxxxxxx
0 Xxxxxxxxx Xxxxxxxxxx
8 Gemeente Xxxxxxxxxx
0 Xxxxxxxx Xxxxxxxxx
9 Waterschap Rivierenland
10 Planvorming
11 Risicobewuste participatie en samenwerking met derden
12 Realisatie
13 Zijn als volgt overeengekomen
13 Art. 1 Definities
14 Art. 2 Doelstellingen
15 Art. 3 Werkingsgebied
15 Art. 4 Inhoud en fasering van het plan
16 Art. 5 Uitvoeringsorganisatie
19 Art. 6 Werkzaamheden uitvoeringsorganisatie
21 Art. 7 Verplichtingen van partijen
23 Art. 8 Financiën en risicoverdeling
25 Art. 9 Huisvesting en administratie
25 Art. 10 Inwerkingtreding en beëindiging van de overeenkomst
26 Art.11 Aanpassingen, afwijkingen en geschillen
27 Art.12 Overige bepalingen
Ondertekening
1. Ondernemingsplan d.d. juli 2009, incl. bijlagen 3, 8, 9, 13 en 14
2. Grondexploitatie d.d. april 2009 (VERTROUWELIJK, alleen ter inzage)
4
5
De partijen
a. De Provincie Gelderland, zetelend te Arnhem, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de Commissaris van de Koningin de heer C.G.A. Cornielje en het college van Gedeputeerde Staten van de Provincie Gelderland, zetelend te Arnhem, te dezen rechts- geldig vertegenwoordigd door Commissaris van de Koningin de heer C.G.A. Cornielje en handelend overeenkomstig het besluit van Provinciale Staten d.d. 11 november 2009. Hierna gezamenlijk te noemen: de provincie;
b. De Gemeente Zaltbommel, zetelend te Zaltbommel, te dezen rechtsgeldig vertegen- woordigd door haar burgemeester, de heer X. xxx xxx Xxxxx, de gemeenteraad van de Gemeente Zaltbommel, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemees- ter, de heer X. xxx xxx Xxxxx en het college van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Zaltbommel, zetelend te Zaltbommel, te dezen ingevolge artikel 171 lid 1 van de Gemeentewet rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, de heer
X. xxx xxx Xxxxx en handelend overeenkomstig het besluit van de gemeenteraad
d.d. 15 oktober 2009. Hierna gezamenlijk te noemen: de gemeente Zaltbommel;
c De Gemeente Maasdriel, zetelend te Kerkdriel, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, mevrouw A.H. Boerma – Xxx Xxxxxx, de gemeenteraad van de Gemeente Maasdriel, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, mevrouw A.H. Boerma – Xxx Xxxxxx en het college van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Maasdriel, zetelend te Kerkdriel, te dezen ingevolge artikel 171 lid 1 van de Gemeentewet rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar burgemeester, mevrouw
A.H. Boerma – Xxx Xxxxxx en handelend overeenkomstig het besluit van de gemeente- raad d.d. 26 november 2009. Hierna te gezamenlijk te noemen: de gemeente Maasdriel;
d. Het waterschap Rivierenland, zetelend te Tiel, te deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar dijkgraaf, de heer G.N. Kok en het college van Dijkgraaf en Heemraden van het waterschap Rivierenland, zetelend te Tiel, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar dijkgraaf, de heer G.N. Kok en handelend overeenkomstig het besluit van het Alge- meen Bestuur d.d. 30 oktober 2009. Hierna gezamenlijk te noemen: het waterschap.
Hierna individueel ook aangeduid als “partij” en gezamenlijk als “partijen”.
Overwegende dat
Aanleiding
a. Xx Xxxxxxxxxxxxx 00 gebieden kent, in totaal ruim 1115 hectare, waar reeds glastuin- bouw en paddenstoelenteelt is gerealiseerd dan wel volgens bestemming gerealiseerd kan worden.
b. Een groot deel van deze gebieden zijn bestemd direct rond de dorpskernen in de Bommelerwaard en dat dit voor wat betreft landschappelijke inpassing, leefbaarheid en verkeersveiligheid niet langer voldoet aan de eisen en wensen die heden ten dagen
politiek/ maatschappelijk worden gesteld aan de ruimtelijke kwaliteit van de Bommeler- waard en dat verbeteringen gewenst zijn.
c. Een aantal van deze glastuinbouwgebieden 1) vraagt om een keuze voor wat betreft toe- komstige ontwikkelingen omdat zij weinig economische dynamiek kennen en daardoor dreigen te verrommelen en/of voor wat betreft schaal en ontsluiting niet kunnen voldoen aan de eisen die de huidige glastuinbouw als gevolg van schaalvergroting stelt aan een glastuinbouwgebied met toekomstwaarde.
d. De glastuinbouw in de Bommelerwaard voor een aanzienlijk deel grondgebonden is, in kwelgevoelige gebieden ligt, en dit, door het gebruik van voedingsstoffen en bestrijdings- middelen, naar alle waarschijnlijkheid negatieve effecten heeft op de kwaliteit van het oppervlaktewater, het oppervlaktewater dat in verbinding staat met innamepunten voor de productie van drinkwater.
e. Grondgebonden glastuinbouwbedrijven in kwelgevoelige gebieden naar alle waarschijn- lijkheid aanpassingen zullen moeten doorvoeren om aan het Besluit Glastuinbouw te kunnen voldoen.
f. De glastuinbouw en paddenstoelenteelt in de Bommelerwaard een belangrijke bijdrage levert aan de economie van de Bommelerwaard, de glastuinbouwsector de afgelopen jaren een constante groei heeft laten zien en deze groei ook voor de komende jaren wordt verwacht, te weten 7,5 tot 10 ha. netto groei per jaar tot 2020.
1) waar in deze overeenkomst ‘glastuinbouwgebieden’ is geschreven wordt bedoeld ‘gebieden voor glastuinbouw en paddenstoelenteelt’
g. Daar waar partijen en de tuinbouwsector in eerste instantie haar beleid richtten op het uitbreiden van het glastuinbouwareaal in nieuwe gebieden, thans bewustwording en consensus is ontstaan over de ruimtelijke opgave voor de komende jaren, die, mede op basis van politiek, maatschappelijke standpunten, gebaseerd zou moeten worden op de intensivering en herstructurering van bestaande gebieden om op termijn te kunnen blijven voldoen aan de vraag naar tuinbouwpercelen.
h. Partijen van mening zijn dat de herstructurering van de aan te wijzen gebieden moet leiden tot behoud en verbetering van de economische vitaliteit van de glastuinbouw en paddenstoelenteelt. Duurzaamheid van de glastuinbouw op het gebied van energie en water, een goede logistieke ontsluiting, ruimtelijke kwaliteit van het buitengebied, leefbaarheid voor bewoners, een adequate waterberging en de kwaliteit van het opper- vlaktewater zijn daarbij belangrijke thema’s.
Provincie Gelderland
i. De provincie samen met het Rijk met de Agenda Mooi Nederland de ruimtelijke ver- rommeling van Nederland wil tegengaan en concentratie, herstructurering en zuinig ruimtegebruik verkiest boven uitbreiding.
j. De provincie de herstructurering van glastuinbouwgebieden in haar Provinciaal MeerJaren- Programma (PMJP) tot speerpunt van haar beleid heeft benoemd, de Bommelerwaard heeft aangewezen als herstructureringsgebied, bijgevolg ook middelen inzet en risico- bewust participeert om dit beleid gefaseerd te realiseren, in eerste instantie voor de eerste fase van de herstructurering van de Bommelerwaard, en zich zal inspannen om dergelijk beleid ook voor volgende fase(n) te continueren.
Gemeente Zaltbommel
k. De gemeente Zaltbommel de belangrijke bijdrage die de glastuinbouw levert aan de economie van de Bommelerwaard herkent en erkent en tegelijkertijd constateert dat de maatschappelijke weerstand tegen de glastuinbouw toeneemt als gevolg van de negatieve effecten die de glastuinbouw heeft op de leefbaarheid, verkeersveiligheid en landschappelijke kwaliteit.
l. De gemeente Zaltbommel nut en noodzaak onderschrijft om maatregelen te nemen die leiden tot een duurzame oplossing voor de glastuinbouwontwikkeling binnen de Bommelwaard en haar gemeentegrenzen in het bijzonder, passend binnen de maat-
schappelijke wensen en eisen en derhalve bereid is een financiële bijdrage te leveren aan de herstructurering met bijbehorende ontwikkelingsrisico’s.
Gemeente Maasdriel
m. De gemeente Maasdriel ongewenste ruimtelijke ontwikkelingen in de glastuinbouw binnen haar gemeentegrenzen in de toekomst wil voorkomen, de ontwikkeling van de paddenstoelenteelt wil faciliteren en haar positie en rol voor het leveren van ruimtelijke oplossing in de Bommelerwaard als geheel erkent en thans behoefte heeft aan duidelijke ruimtelijke kaders.
n. De gemeente Maasdriel nut en noodzaak onderschrijft om maatregelen te nemen die leiden tot een duurzame oplossing voor de glastuinbouwontwikkeling binnen de Bommelwaard en haar gemeentegrenzen in het bijzonder, passend binnen de maat- schappelijke wensen en eisen en derhalve bereid is een financiële bijdrage te leveren aan de herstructurering met bijbehorende ontwikkelingsrisico’s
Waterschap Rivierenland
o. De ontwikkeling van glas de hoeveelheid verhard oppervlak sterk doet toenemen en dat het waterschap haar kennis en kunde wil inzetten om te komen tot ruimtelijke oplos- singen in de glastuinbouw die bijdragen aan het beheersen van de waterkwantiteit in de Bommelerwaard, bijvoorbeeld in de vorm van de aanleg van natuurvriendelijke oevers en conform de normen voor waterberging uit het Nationaal Bestuursakkoord Water.
p. De combinatie van grondgebonden teelt en kwel een mogelijk nadelig effect heeft op de kwaliteit van het oppervlaktewater van de Bommelerwaard, het oppervlaktewater dat in verbinding staat met de Afgedamde Maas, een spaarbekken en innamepunt voor de productie van drinkwater en dat het waterschap bereid is kennis, kunde en onderzoeks- middelen in te zetten om eventuele nadelige effecten van de glastuinbouw op de
kwaliteit van het oppervlaktewater te voorkomen conform de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water.
Planvorming
q. Partijen op 12 juni 2008 een intentieovereenkomst tekenden waarin zij afspraken de haalbaarheid van een intensivering en herstructurering van de glastuinbouw en de pad- denstoelenteelt in de Bommelerwaard te onderzoeken en een bestuursovereenkomst
te zullen opstellen waarin partijen vastleggen hoe zij zullen komen tot een planmatige ontwikkeling.
r. Partijen, om te voldoen aan de toekomstige ruimtebehoefte van de glastuinbouw én de eisen van politiek/maatschappelijke aard, een ruimtelijke strategie kiezen die is geba- seerd op het intensiveren van een aantal daarvoor geschikte locaties én de ontwikkeling van een beperkt aantal nieuwe locaties, de zogenaamde magneetlocaties, die kunnen dienen als ‘schuifruimte’ dan wel opvang van de te verwachten groei in de glastuinbouw.
s. Partijen naast zeven, herbegrensde intensiveringsgebieden, ook twee magneetlocaties en zes extensiveringsgebieden hebben aangewezen, welke als geheel de gezamenlijke en door partijen gedragen ruimtelijke opgave voor de glastuinbouw en de paddenstoelen- teelt in de Bommelerwaard voor de komende twee decennia vormt.
t. De keuze voor de ruimtelijke opgave tot stand is gekomen op basis van diverse onderzoe- ken, studies en afstemming met belanghebbenden, klankbordgroep (met daarin verte- genwoordigd de milieuorganisaties (Kas en Landschap) en de standsorganisaties voor de glastuinbouw, de STUBO). Daarnaast zijn er bijeenkomsten georganiseerd met de lokale politiek, provinciale staten en AB-leden van het waterschap.
u. Partijen onderkennen dat voor het welslagen van het project, naast het aan- en verkopen van gronden en het bemiddelen tussen partijen door een uitvoeringsorganisatie, ook
via het publiekrechtelijk spoor flankerend beleid zal moeten worden ontwikkeld, zoals een bijvoorbeeld een functieveranderingsregeling en het herbestemmen van (delen van) huidige glastuinbouwlocaties.
v. Partijen benadrukken dat de herstructurering is bedoeld om de kwaliteit van het gebied voor de ondernemers en bewoners te vergroten en dat zij bij de uitwerking van de plan- nen worden betrokken.
w. Partijen van mening zijn dat de huidige glastuinbouwgebieden, of delen daarvan, die, op basis van de geformuleerde ruimtelijke oplossing, zullen worden geëxtensiveerd zo
snel mogelijk ontdaan dienen te worden van hun huidige glastuinbouwbestemming en het beleid van partijen gericht moet zijn op: realiseren nieuwe functies, verplaatsen naar intensiveringsgebied door middel van verplaatsingssubsidie, uitvoeren van de nette rege- ling en verstrekken van subsidies via zogenaamde Masterplannen.
x. Partijen constateren dat er in Maasdriel een probleem is met de ontsluiting van de (vrachtwagen)transportbewegingen van enkele grote bedrijven uit de champignonsector (Prochamp, Peffer en Hooijmans) gevestigd aan de Laarstraat, Wertsteeg, Kooiheuvelweg en Oostenbroekweg te Kerkdriel en dat deze bedrijven, bekend met de naam “padden- stoelencluster”, van belang zijn voor de champignonsector (champignonkwekerijen, champignonconservenfabriek en champignonsubstraatbereiding). Deze problematiek is onderdeel van de opgave van het project herstructurering glastuinbouw en champignon- teelt in de Bommelerwaard, maar niet opgenomen in de planexploitatie. Er is een oplossing voor deze problematiek beoogd in de vorm van een nieuw aan te leggen ont- sluitingsroute (“Randweg Velddriel”).
y. Partijen op basis van onderzoeken naar onder andere de ruimtebehoefte, naar de ge- schiktheid van locaties, naar de landschappelijke inpassing een ondernemingsplan met bijbehorende businesscase hebben opgesteld, dat uitsluitsel geeft over de haalbaarheid van de herstructurering – zowel qua ambitieniveau, financiën, organisatie als markt – dat samen met deze samenwerkingsovereenkomst een vervolg is op de intentieovereenkomst en de volgende stap is op weg naar herstructurering van het gebied.
Risicobewuste participatie en samenwerking met derden
z. Uit het ondernemingsplan met bijbehorende businesscase, inclusief risicoparagraaf en scenarioanalyse, volgt dat de herstructurering alleen tot stand kan komen met een financiële bijdrage van partijen en dat het wenselijk is om een uitvoeringsorganisatie op te richten die verantwoordelijk is voor de realisatie van de herstructurering, waarin partijen risicobewust participeren.
aa. Alle oorspronkelijke ondertekenaars van de intentieovereenkomst d.d. 12 juni 2008 met uitzondering van het waterschap, bereid én in staat zijn om risicobewust te participeren, waarbij de risico’s in het kader van de samenwerking gelijkelijk verdeeld kunnen worden.
bb. Partijen kiezen voor een gefaseerde aanpak, waarbij de financiële bijdragen per deel- gebied begrensd worden en de fasen worden afgesloten met een go/no go moment. Dit betekent dan ook dat deze overeenkomst geen beslissingen bevat over toekomstige inzet van middelen door de betrokken partijen anders dan expliciet voorzien in deze overeen- komst.
Zijn als volgt
overeengekomen
cc. Partijen in een later stadium van de (voorbereidingen van de) herstructurering open staan voor eventuele samenwerking met andere (private) partijen, wanneer dat bijdraagt aan een voorvarende realisatie van de herstructurering, een vermindering
c.q. verdeling van de risico’s en mits deze (private) partijen de maatschappelijke doelstel- lingen van de partijen accepteren en kennis en ervaringen hebben in het ontwikkelen van (glastuinbouw-) gebieden.
Realisatie
dd. Het voor een slagvaardige uitvoering essentieel is een uitvoeringsorganisatie op te richten met een projectbureau als belangrijk onderdeel daarvan, waaraan mandaat wordt verleend voor de uitvoering van deze overeenkomst.
ee. Partijen thans spreken van een samenwerkingsovereenkomst in plaats van de onder q. genoemde bestuurovereenkomst en in deze samenwerkingsovereenkomst afspraken wensen vast te leggen over het oprichten van deze uitvoeringsorganisatie en de wijze waarop deze organisatie invulling geeft aan de realisatie van de herstructurering, met het oog op de gezamenlijke ambitie, ontwikkelingsrichtingen, projectorganisatie, financiën en risicoverdeling.
Art. 1 Definities
Intensiveringsgebieden Gebieden met de bestemmingglastuinbouw waarbinnen de
hoeveelheid glas middels intensivering en verdichting vergroot zal worden en aanpassingen gepleegd zullen worden voor wat betreft landschappelijke inpassing, leefbaarheid, verkeersveilig- heid, water en zo mogelijk energie.
Magneetlocaties Gebieden waarin nog geen of nauwelijks glastuinbouw aanwe-
zig is en aangewezen zijn om op termijn in een behoefte voor de ontwikkeling van extra glas te voorzien
Extensiveringsgebieden Gebieden met een glastuinbouwbestemming waar de glastuin-
bouwfunctie op termijn zal wijzigen in andere, nader te bepalen functies.
Uitvoeringsorganisatie Het geheel van bestuur, management en operatie, belast met
de uitvoering van de, in het ondernemingsplan geformuleerde doelstellingen, en derhalve bestaande uit het Openbaar Li- chaam als juridische entiteit, het projectbureau onder aanstu- ring van een projectmanager en verschillende werkgroepen.
Realisatieplan Een plan van aanpak gericht op de voorbereiding en uitvoering
van een deelgebied, waarin beschreven is vanuit de beheersa- specten van het projectmanagement Geld, Organisatie, Tijd, Informatie en Kwaliteit hoe het project van de herstructurering gerealiseerd wordt, waarbij speciale aandacht is besteed aan de communicatie met belanghebbenden.
Structuurvisie Provinciale staten stellen ten behoeve van een goede provinciale
ruimtelijke ordening voor het gehele grondgebied van de provin- cie een of meer structuurvisies vast. Deze provinciale structuur-
visie bevat de hoofdlijnen van de voorgenomen ontwikkeling van dat gebied, alsmede de hoofdzaken van het door de provincie te voeren ruimtelijk beleid. De structuurvisie gaat tevens in op de wijze waarop provinciale staten zich voorstellen die voorgeno- men ontwikkeling te doen verwezenlijken.
Beleidsplan Éen jaarlijks door de projectmanager op te stellen plan dat de
activiteiten van de uitvoeringsorganisatie per deelgebied weergeeft voor de komende twee jaar mede vertaald in geactua- liseerde grondexploitaties en risicoanalyses.
Nette overgangsregeling Uniforme overgangsregeling voor glastuinbouwbedrijven ge-
legen in voormalige intensiveringsgebieden (nieuwe ‘solitaire’ bedrijven), waarmee deze bedrijven de mogelijk wordt geboden, binnen kaders, eenmalig uit te breiden.
Art. 2 Doelstellingen
2.1 Deze overeenkomst heeft tot doel in een publiek-publieke samenwerking tussen de ge- meente Zaltbommel, de gemeente Maasdriel, de provincie Gelderland en het waterschap Rivierenland, met behoud van ieders specifieke verantwoordelijkheid, en met inachtne- ming van ieders taakstelling, te komen tot een samenwerkingsverband, zoals dat in de navolgende bepalingen van deze overeenkomst is vastgelegd.
2.2 Partijen stellen zich gezamenlijk ten doel, conform hetgeen geformuleerd is in het on- dernemingsplan (zie bijlage 2), alles, binnen het redelijke, te doen dat noodzakelijk en/ of nuttig is om de volgende doelstellingen in de intensiveringsgebieden en magneetloca- ties van de Bommelerwaard te realiseren:
a. de glastuinbouw en paddenstoelenteelt in alle benoemde deelgebieden, economisch gezien, toekomstmogelijkheden te laten behouden dan wel te geven (schaalgrootte, functionele inrichting, bereikbaarheid, landschappelijke inpassing, energie en water);
b. de deelgebieden en haar directe omgeving voor bewoners leefbaar te houden dan wel leefbaarder te maken;
c. de ruimtelijke en landschappelijke kwaliteiten in de deelgebieden en de Bommeler- waard als geheel te versterken en te benutten.
2.3 Partijen stellen zich eveneens gezamenlijk ten doel, conform hetgeen geformuleerd is in het ondernemingsplan (zie bijlage 2), haar beleid en handelen te richten op het reali- seren van de volgende doelstellingen in de extensiveringsgebieden van de Bommeler- waard:
a. een duurzame, alternatieve ruimtelijke invulling te geven aan deze gebieden, dat wil zeg gen geen projectmatige glastuinbouw en/of paddenstoelenteelt;
b. deze deelgebieden en haar directe omgeving voor bewoners leefbaar te houden dan wel leefbaarder te maken;
c. de ruimtelijke en landschappelijke kwaliteiten in deze extensiveringsgebieden en de Bom- melerwaard als geheel te versterken en te benutten.
d. Bestaande bedrijven een nette overgangsregeling te bieden.
Art. 3 Werkingsgebied
3.1 Deze overeenkomst is van toepassing op de zeven intensiveringsgebieden en de twee mag- neetlocaties in de Bommelerwaard, zoals is aangegeven op de plankaart (zie bijlage 1). Het betreft de volgende negen deelgebieden:
De Grote Ingh (62,1 ha.) Velddriel (90,4 ha.), beide in de gemeente Maasdriel;
Zuilichem (bestaand en nieuw, respectievelijk 66,9 en 45,3 ha.), Nieuwaal (194,6 ha.), Xxxxxxxx Xxxx 00,0 xx.), Xxxxxx Xxxx (129,0 ha.), Gameren (64,6 ha.) en Poederoijen (119,9 ha.) allen in de gemeente Zaltbommel;
In totaal betreft het 816,8 ha. aan intensiveringsgebied, overgebleven na herbegrenzing van het huidige areaal aan gebieden met een glastuinbouwbestemming (1115 ha.)
3.2 Deze overeenkomst is ook van toepassing op de extensiveringsgebieden, dat wil zeggen de ge- bieden waar de bestemming glastuinbouw komt te vervallen. Deze gebieden zijn aangegeven op de plankaart (zie bijlage 1). Het betreft de volgende locaties:
Ammerzoden (44,6 ha.), Kerkdriel (25,6 ha.) en Rossum (88,6 ha.), gelegen in de gemeente Maasdriel; Brakel West (28,2 ha.), Kerkwijk Zuid (17,5 ha.), Nederhemert (13,5 ha.), Poe- deroijen (verkleining van de locatie met 47,3 ha.), Kerkwijk Oost (verkleining van de locatie met 16,1 ha.), Gameren (verkleining van de locatie met 36,7 ha.), Zuilichem (verkleining van de locatie met 12,9 ha.) en Brakel Oost (verkleining van de locatie met 28,0 ha.) gelegen in de gemeente Zaltbommel;
In totaal betreft het 359 ha. aan extensiveringsgebieden in beide gemeenten.
Art. 4 Inhoud en fasering van het plan
4.1 Partijen zullen zich, binnen het redelijke, inspannen om dat te doen wat noodzakelijk en/of nuttig is om in een eerste fase van het plan zoveel mogelijk intensiveringsgebie- den te herstructureren waarbij de maximale financiële bijdrage van partijen (zie art. 8) maatgevend is en de volgende aanpak leidend is: bij de voorbereiding en uitvoering van de herstructureringsplannen gaat het primair om het intensiveren van de aangewezen gebieden. De dynamiek, dat wil zeggen de behoefte en mogelijkheden van tuinders om in een intensiveringsgebied ruimtelijke veranderingen door te voeren, is vervolgens zwaarwegend in het besluitvormingsproces van partijen om de herstructurering ter plekke op te starten. Magneetlocaties zullen alleen ontwikkeld worden als dit nodig is om elders ruimte te maken voor een herstructurering dan wel extensivering.
4.2 Partijen treden in overleg over de concrete uitwerking van de onder 4.1 bedoelde inten- siveringsgebieden en laten daartoe een voorstel voorbereiden door een in te richten projectbureau, zie art. 5 en 6.
4.3 Partijen gaan uit van een gefaseerde aanpak van de herstructurering. Elke fase dan wel elk deelgebied wordt afgesloten met een go/no go moment, waarmee wordt bedoeld dat partijen een besluit nemen over het vervolg van de herstructurering.
4.4 De in art 4.1 en 4.2 genoemde fasering, de selectie en volgorde van te herstructureren gebieden kunnen wijzigen als gevolg van marktontwikkelingen in het algemeen en specifieke ontwikkelingen in de negen deelgebieden. Zulks steeds ter beoordeling van partijen.
Art. 5 Uitvoeringsorganisatie
5.1 Teneinde de intensivering, ontwikkeling en extensivering, zoals beschreven in art. 4, doelgericht en projectmatig uit te voeren, richten partijen een juridische entiteit op, te weten een Openbaar Lichaam op basis van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. Het Openbaar Lichaam heeft rechtspersoonlijkheid en vormt de basis van de uitvoe- ringsorganisatie (UO), zoals beschreven in het ondernemingsplan, zie bijlage 2. De UO
heeft tot doel het realiseren van de doelstellingen en het uitvoeren van de ambities zoals verwoord in aangehaalde plan. Partijen zullen zich inspannen om zo spoedig mogelijk, uiterlijk binnen een jaar na het sluiten van onderhavige overeenkomst het Openbaar Lichaam op te richten.
5.2 Het waterschap, deelnemer in het Openbaar Lichaam verbindt zich, gelijk de andere partijen, aan de beleidsuitgangspunten, doelstellingen en de afspraken zoals verwoord
in deze overeenkomst met dien verstande dat zij geen financiële risico’s draagt die zijn verbonden aan deelname in het Openbaar Lichaam.
5.3 Het Openbaar Lichaam bestaat naast het Algemeen Bestuur uit het Dagelijks Bestuur, respectievelijk zijnde de controlerende en besluitvormende gremia binnen het Openbaar Lichaam. Het Dagelijks Bestuur richt een projectbureau in. Het projectbureau voert de besluiten van het Dagelijks Bestuur uit en is belast met het initiëren, coördineren en beheersen van alle activiteiten die nodig zijn voor de herstructurering en ontwikkeling van de deelgebieden, zie art 4.
Gemeente Gemeente Provincie Waterschap
Projectbureau
(olv. projectmanager)
Grondverwerving
Ruimtelijke ordening
Planvorming/Uitvoering
Gronduitgifte
Communicatie
Financiën / grex
Vertrouwens- persoon
Tuinders / bewoners / overige gebruikers
Ambtelijk BegeleidingsTeam
Dagelijks Bestuur
Openbaar Lichaam Algemeen Bestuur
Samenwerkingsverband Herstructurering Bommelerwaard
Bestuurlijk
Management
Operationeel
Werkgroepen/ deelprojecten
Ambtelijk BegeleidingsTeam
Projectbureau
(olv. projectmanager)
Vertrouwens- persoon
Dagelijks Bestuur
Openbaar Lichaam Algemeen Bestuur
Waterschap
Provincie
Gemeente
Gemeente
Tuinders / bewoners / overige gebruikers
Grondverwerving
Ruimtelijke ordening
Planvorming/Uitvoering
Gronduitgifte
Communicatie
Financiën / grex
Het projectbureau staat onder leiding van een door het Dagelijks Bestuur geselecteerde pro- jectmanager, zie ook bijgaand projectorganisatiemodel met daarin de UO (in groen).
5.4 Het projectbureau verricht haar werkzaamheden binnen een door het Dagelijks Be- stuur vast te stellen mandaat. Zij stemt haar werkzaamheden periodiek af met een te formeren ambtelijk begeleidingsteam. Dit team is samengesteld uit ambtenaren van de partijen. Voorts kunnen één of meerdere functionele werkgroepen worden opgericht en wordt de uitvoeringsorganisatie ondersteund door een vertrouwenspersoon, wiens taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn vastgelegd in een apart protocol.
5.5 Vooruitlopend op de oprichting van het Openbaar Lichaam richten partijen, direct na het ondertekenen van deze overeenkomst, het projectbureau in en wel zodanig dat de UO de voorbereidingen kan treffen voor het uitvoeren van de doelstellingen. Dit betreft minimaal het aantrekken van een projectmanager. Een Stuurgroep, bestaande uit de be- stuurders van de partijen uit deze overeenkomst, zal het projectbureau tot het moment van oprichten van het Openbaar Lichaam aansturen. Elk der partijen uit het toekomstig Openbaar Lichaam kan in deze periode tot de oprichting verplichtingen en uitgaven in het kader van de herstructurering aangaan. Een dergelijke verplichting wordt niet aan- gegaan dan na verkregen instemming van de overige partijen bij deze overeenkomst met deze verplichting. Zodra deze Openbaar Lichaam is opgericht gaan deze verplichtingen over naar de Openbaar Lichaam.
5.6 Na oprichting van het Openbaar Lichaam zullen het Algemeen Bestuur en het Dagelijks Bestuur een mandaatregeling opstellen waarbinnen het projectbureau dan wel de projectmanager zijn werkzaamheden in de zin van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden kan uit voeren.
5.7 Het Dagelijks Bestuur van het Openbaar Lichaam wordt voorgezeten door een voorzit- ter, tevens voorzitter van het Algemeen Bestuur, en beslist op basis van unanimiteit. Het waterschap is zich bewust dat zij geen financieel risico draagt en daar door de andere partijen op aangesproken kan worden. Zo nodig onthoudt het waterschap zich van een mening of standpunt, zulks ter beoordeling van partijen. In dat geval beslist het door het waterschap afgevaardigde lid van het Dagelijks Bestuur niet mee en beslissen de overige leden van het Dagelijks Bestuur op basis van unanimiteit. Bij uitwerking van het Open- baar Lichaam wordt hiervoor een passende regeling opgesteld.
5.8 Per deelgebied wordt een realisatieplan vastgesteld, opgesteld door de projectmanager, dat past binnen de kaders van het ondernemingsplan en de basis vormt voor de jaar- plannen.
5.9 Jaarlijks, voor 1 april, stelt het Dagelijks Bestuur een beleidsplan vast met een tijds- horizon van twee jaar, opgesteld door de projectmanager en voorzien van een herziene grondexploitatie per deelgebied en met risicoparagraaf. Zolang dit binnen de kaders van het ondernemingsplan blijft, informeert het Dagelijks Bestuur het Algemeen Bestuur.
Valt het beleidsplan buiten genoemde kaders, dan zal het Dagelijks Bestuur van het Algemeen Bestuur een besluit vragen.
5.10 Jaarlijks stelt het Algemeen Bestuur op de daarvoor wettelijk gestelde datum een jaar rekening en begroting vast.
Ambtelijk begeleidingsteam
5.11 De projectmanager stemt de werkzaamheden van het projectbureau minimaal achtmaal per jaar af, voorafgaand aan de vergaderingen van het Dagelijkse Bestuur, met een Ambtelijk BegeleidingsTeam (ABT). De ambtelijke vertegenwoordigers van de deel- nemende partijen hebben zitting in dit ABT. Het ABT treedt op als klankbord van de projectmanager. Ambtelijke vertegenwoordigers van het ABT beoordelen of het belang van de individuele partij in de zin van doelen en risico’s voldoende wordt behartigd in het project en adviseren daarover aan hun vertegenwoordiger in het Dagelijkse Bestuur. De inzet van de ambtelijke vertegenwoordiger bedraagt minimaal 120 uur per jaar per partij.
Art. 6 Werkzaamheden uitvoeringsorganisatie
6.1 Ten aanzien van de intensiveringsgebieden zal de uitvoeringsorganisatie de volgende werkzaamheden uitvoeren:
• Opstellen van een grondverwervingstrategie per deelgebied, waarbij een actief aankoopbeleid het uitgangspunt vormt, maar een passief beleid overwogen zal worden met oog op de grondposities van derden;
• Aankopen van grond voor de tuinbouw- en daarmee samenhangende ontwikkelingen;
• Het doen van voorstellen tot het inzetten van een gelimiteerd aantal woningbouw- mogelijkheden en/of werkfuncties bij onderhandelingen met tuinders en/of grond- eigenaren;
• Selecteren van te herstructureren gebieden in de eerste fase van het plan en het opstellen van voorstellen voor de besluitvorming over deze gebieden;
• Opstellen van inrichtingsplannen en plannen voor ontsluitingsroutes;
• Ontwikkelen van duurzame voorzieningen voor oa. (giet-)water en energie;
• Uitvoeren onderzoeken ten behoeve van ruimtelijke ordeningsprocedures;
• (Laten) opstellen van bestemmingsplannen;
• Laten verzorgen van de ruimtelijke ordeningsprocedures (MER en bestemmingsplan);
• Voorbereiden inzetten van het kostenverhaalsinstrumentarium zoals volgt uit de nWro;
• Uitwerken inrichtingsplannen tot ontwerpen en bestekken;
• Aanbesteden, gunnen en begeleiden uitvoeringswerkzaamheden;
• Verzorgen communicatie, overleg met vertrouwenspersoon, participatie van bewoners, ondernemers en andere gebruikers;
• Uitgeven van grond;
• Opstellen grondexploitaties en het bewaken van kosten en opbrengsten;
• Laten voeren van de financiële administratie;
• Onderzoeken van subsidiemogelijkheden;
• Voorbereiden deelname (private) partijen in de uitvoeringsorganisatie;
• Coördineren van alle werkzaamheden aangaande het project.
6.2 Wat betreft de extensiveringsgebieden heeft de UO met name een begeleidende taak voor initiatieven en wensen vanuit deze gebieden. Met betrekking tot deze gebieden zal de uitvoeringsorganisatie de volgende werkzaamheden uitvoeren:
• Opstellen van aangepaste bestemmingsplannen, in nauw overleg met de betrokken gemeente, en wel zodanig dat deze gebieden een andere functie dan glastuinbouw krijgen dan wel hiermee ongewenste uitbreiding van het glastuinbouwareaal voor- komen wordt;
• Begeleiden van tuinders bij verplaatsing naar intensiveringsgebieden en magneet- locaties;
• Uitvoeren van de ‘nette overgangsregeling’,
• Inzetten vertrouwenspersoon voor het volgen van en mogelijk maken van ontwik- kelingen die passen bij de extensivering van de glastuinbouw;
• Adviseren van gemeenten bij de toepassing van de ‘nette overgangsregeling’;
• Het doen van voorstellen tot het inzetten van een gelimiteerd aantal woningbouw- mogelijkheden en/of werkfuncties bij onderhandelingen met tuinders en/of grond- eigenaren.
6.3 Direct na ondertekening van deze overeenkomst zullen partijen starten met het opzet- ten en inrichten van de UO. De werkzaamheden zullen onder meer bestaan uit:
• Voorbereiden van de oprichting van het Openbaar Lichaam zoals beschreven in art. 5 lid 1;
• Bemensen van de UO, regelen huisvesting en opzetten administratie;
• Opzetten financiering van de UO;
• Vormen van een aanspreekpunt voor initiatieven uit de verschillende deelgebieden;
• Inventarisatie benodigde werkzaamheden en activiteiten per deelgebied;
• Opstellen van een concept beleidsplan dan wel plan van aanpak voor de eerste jaren van de UO.
De kosten voor deze fase worden gefinancierd door de partijen. Aanvang van de werk- zaamheden vinden pas plaats na instemming van alle partijen. Vooraf wordt bezien of deze kosten uiteindelijk ten laste komen van de grondexploitatie van de UO.
Art. 7 Verplichtingen van partijen
7.1 Partijen spannen zich in om, binnen het redelijke, alles te doen om de realisatie van de herstructurering te bevorderen. Zij zullen elkaar informeren over alle voor het welslagen van de herstructurering relevante activiteiten en ontwikkelingen en verwijzen alle initiatiefnemers door naar de projectmanager.
7.2 Partijen spannen zich in om Rijks- en Europese middelen beschikbaar te krijgen ten gunste van de grondexploitatie van de herstructurering.
7.3 Partijen spannen zich in om vanuit hun publiekrechtelijke mogelijkheden beleid te ontwikkelen dat de doelstellingen van deze overeenkomst ondersteunt. Partijen treden hierover in overleg in het Dagelijks Bestuur.
Provincie
7.4 De herstructurering kent een geprognosticeerd tekort op de exploitatie, zie art 8.2. Partijen dekken dit tekort af met financiële bijdragen. Onverminderd het bepaalde in artikel 8.2 levert de provincie een financiële bijdrage aan de UO van 75% van dit geprognosticeerd tekort. Voor de eerste fase van de herstructurering , zoals genoemd in art. 4.1 bedraagt dit bedrag € 3,5 miljoen.
7.5 De provincie spant zich in om een nieuwe structuurvisie voor de Bommelerwaard vast te stellen op basis waarvan in ieder geval het flankerend beleid dat partijen hebben geformuleerd ten aanzien van herstructurering mogelijk gemaakt wordt.
7.6 De provincie zet zich in om via haar bevoegdheden op basis van o.a. de Wet Inrichting Landelijk Gebied, Wet op de ruimtelijke ordening, de Flora- en Faunawet en de Natuur- beschermingswet de doelstellingen van deze overeenkomst en de realisatie van de herstructurering te faciliteren.
Gemeente Zaltbommel
7.7 De herstructurering xxxx een geprognosticeerd tekort op de exploitatie, zie art. 8.2. Par- tijen dekken dit tekort af met financiële bijdragen. Onverminderd het bepaalde in artikel
8.2 levert de gemeente Zaltbommel een financiële bijdrage aan de UO van 15,5% van dit geprognosticeerd tekort. Voor de eerste fase van de herstructurering, zoals genoemd in art. 4.1 bedraagt dit bedrag € 0,72 miljoen. De gemeente Zaltbommel stelt een deel van
dit bedrag beschikbaar in de vorm van financiën (€ 500.000.-) en het resterende deel in de vorm van huisvesting voor de UO en personele ondersteuning op financieel-adminis- tratief gebied en personeelszaken.
7.8 De gemeente Zaltbommel spant zich in om binnen 2 jaar na ondertekenen van deze overeenkomst de aangepaste bestemmingsplannen van de in deze overeenkomst genoemde extensiveringgebieden vast te laten stellen. De UO draagt deze bestemmings- plannen, die zodanig van aard zijn dat hier een ongewenste uitbreiding van het glastuin- bouwareaal mee voorkomen wordt, voor aan de gemeente.
7.9 De gemeente Zaltbommel zet zich in om haar publiekrechtelijke bevoegdheden die zij heeft op basis van o.a. de Wet ruimtelijke ordening, de Wet Voorkeursrecht Gemeenten, de Onteigeningswet en de Wet Milieubeheer aan te wenden ten einde de doelstellingen van deze overeenkomst en de realisatie van de herstructurering te faciliteren. In het geval dat de gemeente na het voeren van kostenverhaal middels een exploitatieplan (Wro) alsnog met een financieel tekort blijft zitten komen deze kosten ten laste komen van de desbetreffende deelexploitaties van de UO.
7.10 De gemeente verplicht zich het bestemmingsplan voor de magneetlocatie Zuilichem niet eerder vast te stellen dan 1 januari 2012, de datum waarop de resultaten van het onder- zoek door het waterschap naar de effecten van kwel op de kwaliteit van het oppervlakte water in de Bommelerwaard beschikbaar zijn. Bij de besluitvorming over dat bestem- mingsplan houdt de gemeente Zaltbommel rekening met de onderzoeksresultaten.
Gemeente Maasdriel
7.11 De herstructurering xxxx een geprognosticeerd tekort op de exploitatie, zie art 8.2. Partijen dekken dit tekort af met financiële bijdragen. Onverminderd het bepaalde in artikel 8.2 levert de gemeente Maasdriel een financiële bijdrage aan de UO van 4,5% van dit geprognosticeerd tekort. Voor de eerste fase van de herstructurering , zoals genoemd in art. 4.1 bedraagt dit bedrag € 0,21 miljoen.
7.12 De gemeente Maasdriel spant zich in om binnen 2 jaar na ondertekenen van deze overeenkomst de aangepaste bestemmingsplannen van de in deze overeenkomst genoemde extensiveringgebieden vast te laten stellen. De UO draagt deze bestemmings- plannen, die zodanig van aard zijn dat hier een ongewenste uitbreiding van het glastuin- bouwareaal mee voorkomen wordt, voor aan de gemeente.
7.13 De gemeente Maasdriel zet zich in om haar publiekrechtelijke bevoegdheden die zij heeft op basis van o.a. de Wet ruimtelijke ordening, de Wet Voorkeursrecht Gemeenten,
de Onteigeningswet en de Wet Milieubeheer aan te wenden ten einde de doelstellingen van deze overeenkomst en de realisatie van de herstructurering te faciliteren. In het geval dat de gemeente na het voeren van kostenverhaal middels een exploitatieplan (Wro) alsnog met een financieel tekort blijft zitten komen deze kosten ten laste komen van de desbetreffende deelexploitaties van de UO.
Waterschap Rivierenland
7.14 De herstructurering kent een geprognosticeerd tekort op de exploitatie, zie art 8.2. Partijen dekken dit tekort af met financiële bijdragen. Onverminderd het bepaalde in artikel 8.2 levert het waterschap een financiële bijdrage aan de UO van 5% van dit
geprognosticeerd tekort. Voor de eerste fase van de herstructurering, zoals genoemd in art. 4.1 bedraagt dit bedrag € 0,23 miljoen. Een eventuele aanvullende financiële bijdrage van het Waterschap wordt afhankelijk gesteld van de hoeveelheid meters aangelegde natuurvriendelijke oevers in de eerste fase.
7.15 Het waterschap laat een onderzoek uitvoeren waaruit zou moeten blijken of en zo ja welk effect de grondgebonden teelten van de glastuinbouw op kwelgevoelige locaties in de Bommelerwaard heeft op de kwaliteit van het oppervlaktewater. Dit onderzoek dient gereed te zijn op 1 januari 2012.
Art. 8 Financiën en risicoverdeling
8.1 Voorwaarde van partijen is een budgetneutrale (sluitende) exploitatie voor ieder deel- gebied. Partijen dekken op voorhand tekorten af door de inzet van middelen van provincie, gemeenten en waterschap. Partijen maken bij oprichting van het Openbaar Lichaam concrete afspraken over de beschikbaarheid van middelen, eventuele voor- waarden en betalingsmomenten.
8.2 De business case voor de herstructurering van de glastuinbouw en paddenstoelenteelt in de Bommelerwaard laat een tekort zien van - € 15,7 miljoen NCW (zie bijlage 2). Voor
deeerste fase van de herstructurering dekken de partijen zoals genoemd in art. 7 in totaal
€ 4,66 miljoen van dit tekort af. Onder verwijzing naar artikel bb in de overwegingen nemen partijen voor het afdekken van het resterende deel van het tekort een zelfstandig besluit na afronding van de eerste fase. De UO dient daartoe ondermeer een verzoek
bij de partijen. Het verstrekken van aanvullende kapitaalbijdragen zal het waterschap baseren op de door de UO te leveren tegenprestatie, dat wil zeggen de te leggen lengte natuurvriendelijke oevers in de vervolgfase(-n).
8.3 Indien uit het beleidsplan, jaarverslag en herziene grondexploitatie (zie art. 5.8 en 5.9) een ernstig tegenvallend exploitatieresultaat bij het afsluiten van een deelgebied dan wel fase blijkt, onderzoeken partijen welke mogelijkheden de voorkeur heeft om het oplopende tekort te dekken zoals het bezuinigen op het uitvoeringsprogramma, het ter beschikking stellen van extra middelen, het ontwikkelen van rode functies (wonen en werken) en andere hier niet genoemde maatregelen en/of combinaties van het voor- noemde maatregelen.
8.4 Partijen ontvangen jaarlijks een vergoeding vanuit de grondexploitatie voor de door hen geleverde diensten voor het projectbureau, welke jaarlijks door het Openbaar Lichaam zullen worden vastgesteld op basis van offerte. De door de gemeenten geleverde dien- sten en dan met name de financiële vertaling daarvan, zien partijen ook als een vorm waarin de financiële bijdrage kan worden gerealiseerd ter afdekking van het tekort op de exploitaties, zoals genoemd in art. 7 en 8. Ambtelijke vertegenwoordiging in het ambtelijke begeleidingsteam, uren van bestuurders en het ontwikkelen van flankerend beleid worden niet ten laste van de exploitatie gebracht.
8.5 Wanneer de UO de exploitatie van een deelgebied, de financiële bijdragen van provincie en gemeenten en waterschap daarin meegerekend, negatief afsluit, zullen de provincie een gemeenten de verliezen als volgt verdelen. Gelijkelijk tussen de gemeente Zalt- bommel en de provincie voor zover het exploitaties betreft van deelgebieden binnen
de gemeentegrenzen van de gemeente Zaltbommel en gelijkelijk tussen de gemeente Maasdriel en de provincie voor zover het exploitaties betreft van deelgebieden binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Maasdriel.
8.6 Wanneer bij het afsluiten van een exploitatie van een deelgebied sprake is van een positief exploitatieresultaat, de financiële bijdragen van provincie en gemeente daarin meegerekend, zullen de partijen de winst uit die fase gelijkelijk verdelen conform de verdeling uit art. 8 lid 5. De winst wordt echter niet eerder uitgekeerd dan bij beëindiging van deze overeenkomst. Partijen zullen eventuele winst in zetten om de overige doelen van de herstructurering na te komen.
8.7 Aangezien de beoogde nieuw aan te leggen ontsluitingsroute voor het Maasdrielse paddenstoelencluster ook voor andere verkeersbewegingen dienst zal doen, zullen niet álle kosten van dit project ten laste komen van het project herstructurering glastuin- bouw en paddenstoelenteelt. De provincie en de gemeente Maasdriel zullen nader overleggen welke kosten zij delen welke redelijkerwijs wél zijn toe te rekenen aan de ontsluitingsroute voor genoemde, positief bestemde bedrijven.
8.8 Het is essentieel dat (vracht)verkeer van en naar de glastuinbouwbedrijven tussen Zuilichem en Nieuwaal snel en veilig wordt afgewikkeld; hiervoor is een extra aanslui-
ting op de N322 noodzakelijk. De gemeente Zaltbommel en de provincie Gelderland, als wegbeheerder, zullen nader bezien of deze nieuw aan te leggen rotonde aan de N322 tus- sen Zuilichem en Gameren bekostigd kan worden uit de grondexploitatie van de magneetlocatie Zuilichem.
Art. 9 Huisvesting en administratie
9.1 De gemeente Zaltbommel voert namens het UO en onder aansturing van de project- manager de financiële administratie en geeft hen, op verzoek, op ieder moment inzicht in de stand van zaken.
9.2 De gemeente Zaltbommel zorgt voor een kwalitatief goede werkplek, ruimte voor het projectarchief en adequate financieel-administratieve ondersteuning (8 uur per week) van de projectmanager (en zijn of haar assistent) alsmede ondersteuning op het gebied van personeelszaken (4 uur per maand).
Art. 10 Inwerkingtreding en beëindiging van de overeenkomst
10.1 Deze overeenkomst treedt in werking met ingang van de datum van ondertekening door alle partijen van deze overeenkomst.
10.2 Deze overeenkomst eindigt zoals nu is voorzien op 1 januari 2020, echter pas:
• nadat de herstructurering is voltooid;
• of zoveel eerder of later als partijen zullen overeenkomen.
Deze overeenkomst eindigt verder voor één of meerdere van partijen op het moment van uittreden uit het Openbaar Lichaam zoals bedoeld in artikel 5.1. Deze overeenkomst eindigt voorts indien een van de partijen na afronding van de eerste fase bedoeld in artikel 8.2 een besluit neemt geen verdere bijdrage te verstrekken, onverminderd het recht van de overblijvende partijen de samenwerking op grond van deze overeenkomst
voort te zetten. Een besluit als bedoeld in de vorige volzin maakt de partij die niet verder wenst bij te dragen niet schadeplichtig jegens de andere partijen.
10.3 De, bij beëindiging van deze overeenkomst, niet aan private partijen of publieke partijen overgedragen gronden, worden verkocht waarna de opbrengsten uit verkoop gelijkelijk verdeeld wordt tussen de gemeente Zaltbommel en de provincie voor zover gronden betreft gelegen binnen de gemeentegrenzen van de gemeente Zaltbommel en gelijkelijk tussen de gemeente Maasdriel en de provincie voor zover het gronden betreft gelegen binnen de gemeente grenzen van de gemeente Maasdriel.
Art.11 Aanpassingen, afwijkingen en geschillen
11.1 Van deze overeenkomst kan slechts worden afgeweken indien partijen over de inhoud van de afwijking, alsmede over de gevolgen van deze afwijking, schriftelijk overeen- stemming hebben bereikt.
11.2 Indien een partij aanpassing van de afspraken uit de overeenkomst wenst, kunnen de andere partijen als voorwaarde voor hun medewerking in elk geval verlangen dat de (extra) kosten die met de aanpassing gemoeid zijn door de betreffende partij worden vergoed.
11.3 Indien de omstandigheden waaronder deze overeenkomst is gesloten, zodanig wijzigen dat van (een der) partijen in redelijkheid niet meer gevraagd kan worden dat deze de overeenkomst geheel of gedeeltelijk nakomt, hebben partijen het recht om in eerste instantie wijziging van de lopende overeenkomst te verlangen en in tweede instantie, als wijziging geen uitkomst biedt, van de andere partijen te verlangen dat een ontbin- dingsovereenkomst wordt gesloten.
11.4 Partijen behouden bij de nakoming van hetgeen in deze overeenkomst is bepaald volledig hun verantwoordelijkheid ten aanzien van de bepalingen uit de wet en aan- verwante materiële wetgeving. Er is geen sprake van toerekenbare tekortkoming van deze overeenkomst indien partijen, als gevolg van ingediende bezwaren van derden, publiekrechtelijke handelingen verrichten die niet in het voordeel zijn van de aard van deze overeenkomst, bij voldoening aan materiële, procedurele en wettelijke vereisten als mede als gevolg van door derden aangewende rechtsmiddelen.
11.5 Partijen verplichten zich om, indien er geschillen ontstaan omtrent de uitleg van deze overeenkomst of over de uitvoering daarvan, met elkaar in overleg te treden, waarbij zal worden getracht geschillen in der minne te beslechten, zonodig door de inzet van mediation. Wanneer dit niet leidt tot een minnelijke regeling, zal dit geschil worden voorgelegd aan de rechter. Wanneer één der partijen van mening is dat sprake is van een geschil, wordt dit ook als zodanig behandeld.
Art.12 Overige bepalingen
12.1 De bijlagen maken onderdeel uit van deze overeenkomst. Bij een verschil in de teksten tussen de overeenkomst en de bijlagen prevaleert de tekst in deze overeenkomst.
12.4 Door ondertekening van deze overeenkomst vervallen alle voorafgaande schriftelijke en mondelinge afspraken, zoals deze tussen partijen gemaakt in het kader van de
herstructurering van het glastuinbouwgebied. Voor zover relevant, zijn deze verwerkt in deze overeenkomst en bijbehorende bijlagen.