Aansluit- en transportovereenkomst voor elektriciteit en/of gas
Aansluit- en transportovereenkomst voor elektriciteit en/of gas
Deze aansluit- en transportovereenkomst wordt door NLE namens uw regionale netbeheerder verstrekt. De op deze overeenkomst toepasselijke algemene voorwaarden worden digitaal aan u verstrekt op uw eigen Mijn NLE- omgeving op xxxx.xxx.xx.
de kleinverbruiker1 en
de regionale netbeheerder op wiens net de kleinverbruiker is aangesloten
Uitgangspunten voor deze overeenkomst:
- in iedere regio in Nederland is een netbeheerder voor het elektriciteitsnet en een netbeheerder voor het gas- transportnet aangewezen. Welke netbeheerder dat is volgt uit de zogenaamde gebiedsindeling op grond van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet. Deze gebiedsindeling is door de Autoriteit Consument en Markt (hier- na ACM) vastgesteld;
- de Minister van Economische Zaken heeft ingestemd met de aangewezen netbeheerders;
- om elektriciteit en/of gas geleverd te kunnen krijgen, heeft de kleinverbruiker een aansluiting nodig op het elektriciteitsnet en/of het gastransportnet van de netbeheerder;
- de kleinverbruiker sluit daarvoor een aansluit- en transportovereenkomst voor elektriciteit en/of gas met de netbeheerder;
- deze overeenkomst regelt de dienstverlening voor het in stand houden van de bestaande aansluiting(en) en het transporteren van elektriciteit en/of gas;
- de ACM stelt jaarlijks maximum-tarieven voor de belangrijkste diensten van de netbeheerders vast;
- de kleinverbruiker brengt voor een reeds bestaande aansluiting een overeenkomst tot stand door zich via zijn leverancier als afnemer te melden bij de netbeheerder.
De inhoud van de afspraken tussen kleinverbruiker en netbeheerder:
1. De netbeheerder houdt de aansluiting(en) in stand, waar de kleinverbruiker gebruik van maakt.
2. De netbeheerder zorgt voor het transport van elektriciteit en/of gas naar en van de installatie van de kleinver- bruiker. De kleinverbruiker zorgt ervoor dat hij steeds recht heeft op levering door een leverancier.
3. De netbeheerder zorgt voor de aanwezigheid van een meetinrichting. De kleinverbruiker stelt de netbeheer- der daartoe in staat.
4. Voor de dienstverlening door de netbeheerder is de kleinverbruiker de tarieven verschuldigd zoals opgeno- men in het Tarievenblad van de netbeheerder (zie website van de netbeheerder). De periodiek aan de netbe- heerder verschuldigde bedragen voor aansluiting, transport en meetinrichting worden door de leverancier gefactureerd.
5. Op de aansluit- en transportovereenkomst zijn van toepassing de actuele “Algemene voorwaarden voor aan- sluiting en transport elektriciteit en gas voor kleinverbruikers” (zie bijlage). Deze zijn ook te downloaden vanaf de website van de netbeheerder. Alle netbeheerders in Nederland passen dezelfde Algemene Voorwaarden toe.
6. De verplichtingen uit de aansluit- en transportovereenkomst gaan in op de datum waarop de kleinverbruiker als afnemer in het aansluitingenregister van de netbeheerder is opgenomen. De kleinverbruiker kan de over- eenkomst op ieder moment opzeggen en beëindigen. In de Algemene Voorwaarden staat hoe kan worden opgezegd.
7. Heeft de kleinverbruiker een klacht over de uitvoering van deze overeenkomst, dan kan hij zich wenden tot de Geschillencommissie Energie (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx) of tot de bevoegde rechter in Nederland. Deze klacht moet wel eerst aan de netbeheerder zijn voorgelegd in een poging de klacht onderling op te lossen.
8. Dit document geldt als bevestiging van een aansluit- en transportovereenkomst die tot stand is gekomen door middel van de aanmelding via een leverancier. Indien de kleinverbruiker het niet eens is met deze af- spraken, dan dient hij dit binnen 14 dagen nadat hij hiervan kennis heeft kunnen nemen, schriftelijk aan de netbeheerder te laten weten. In het laatste geval mag de netbeheerder de dienstverlening onmiddellijk op- schorten en/of staken. Dat betekent dat er geen elektriciteit en/of gas kan worden verbruikt uit of ingevoed op het net.
1 Ingeval van elektriciteit wordt onder een kleinverbruiker verstaan “een afnemer met een aansluiting met een doorlaatwaarde van niet meer dan 3x80 Ampère” en ingeval van gas wordt onder een kleinverbruiker verstaan “een afnemer met een aansluiting met een totale maximale capaciteit van niet meer dan 40 m3(n) per uur”.
Algemene Voorwaarden voor aansluiting en transport elektriciteit en gas voor kleinverbruikers (versie 2013)
Deze Algemene Voorwaarden zijn van toepassing bij: Cogas Infra en Beheer B.V. (xxx.xxxxx.xx);
Delta Netwerkbedrijf B.V. (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx) Endinet B.V. (xxx.xxxxxxx.xx);
Enexis B.V. (xxx.xxxxxx.xx);
Liander N.V. (xxx.xxxxxxx.xx);
N.V. RENDO (xxx.xxxxx.xx);
Stedin Netbeheer B.V. (xxx.xxxxxx.xxx); Westland Infra Netbeheer B.V. (xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx).
Deze Algemene Voorwaarden zijn tot stand gekomen in overleg tussen Netbeheer Nederland en de Consumentenbond in het ka- der van de Coördinatiegroep Zelfreguleringsoverleg van de SER en zijn in werking getreden vanaf 1 augustus 2013.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:
Aansluit- en transportovereenkomst: de afspraken tussen de net- beheerder en de contractant betreffende het in stand houden van de aansluiting en/of het transport van elektriciteit en/of gas naar en/of van het punt waarop de installatie van de contractant op het (gastransport)net van de netbeheerder is aangesloten;
Aansluiting: de kabel of leiding die door de netbeheerder wordt beheerd, die de installatie van de contractant met het (gastrans- port) net verbindt en alle door de netbeheerder in of aan die kabel of leiding aangebrachte apparatuur;
Contractant: degene die een aansluit- en transportovereen- komst met de netbeheerder is aangegaan of wil aangaan ten behoeve van:
a. een aansluiting voor elektriciteit met een maximale doorlaat waarde van ten hoogste 3x80A, niet zijnde een aansluiting als bedoeld in artikel 1, lid 2 of lid 3 van de Elektriciteitswet 1998, en/of
b. een aansluiting voor gas met een totale maximale capaciteit van ten hoogste 40 m3(n) per uur;
Gastransportnet: de niet tot een gasproductienet behorende, met elkaar verbonden leidingen of hulpmiddelen bestemd of gebruikt voor het transport van gas, met inbegrip van hulpmiddelen en in- stallaties waarmee ondersteunende diensten voor dat transport worden verricht, behoudens voor zover deze leidingen en hulp- middelen onderdeel uitmaken van een directe lijn of gelegen zijn binnen de installatie van een natuurlijk persoon of rechtspersoon die beschikt over een aansluiting op een net, een en ander als be- doeld in artikel 1, lid 1, onderdeel d van de Gaswet;
Installatie: de elektrische installatie, omvattende het samenstel van kabels en bijbehoren van kabels, danwel de gasinstallatie, om- vattende het samenstel van gastechnisch materieel, leidingen en bijbehoren van leidingen, te rekenen na de meetinrichting, bezien vanuit het (gastransport)net of een daarmee met de netbeheerder overeengekomen gelijk te stellen plaats van overgang;
Leverancier: degene die de levering van elektriciteit en/of gas ver- zorgt;
Levering: de beschikbaarstelling op het (gastransport)net, niet zijnde het transport, van de tussen leverancier en contractant over- eengekomen hoeveelheid elektriciteit respectievelijk gas;
Leveringsovereenkomst: de overeenkomst tussen de contractant en een leverancier betreffende de levering;
Meetinrichting: het gehele samenstel van apparatuur dat ten min- ste tot doel heeft de uitgewisselde elektriciteit respectievelijk het uitgewisselde gas te meten als bedoeld in artikel 1, lid 1 onderdeel ag van de Elektriciteitswet 1998 respectievelijk artikel 1, lid 1 onder- deel ab van de Gaswet;
Net: een of meer verbindingen voor het transport van elektriciteit en de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en on- derstations en andere hulpmiddelen, behoudens voor zover deze verbindingen en hulpmiddelen onderdeel uitmaken van een direc- te lijn of liggen binnen de installatie van een natuurlijk persoon of rechtspersoon die beschikt over een aansluiting op een net, een en ander als bedoeld in artikel 1, lid 1 onderdeel i van de Elektriciteits- wet 1998;
Netbeheerder: de vennootschap die op grond van artikel 10, 13 of 14 van de Elektriciteitswet 1998 respectievelijk 2, 5 of 6 van de Gaswet is aangewezen voor het beheer van het (gastransport)net waarop de installatie van de contractant is of wordt aangesloten;
Neteigenaar: degene aan wie de eigendom toebehoort van het net als bedoeld in artikel 10, lid 3 van de Elektriciteitswet 1998 res- pectievelijk het gastransportnet als bedoeld in artikel 2, lid 1 van de Gaswet, waarop de installatie van de contractant is aangesloten;
Perceel: de roerende of onroerende zaak, het gedeelte of samen- stel daarvan, ten behoeve waarvan een aansluiting tot stand is ge- komen, dan wel waar naartoe transport van elektriciteit en/of gas geschiedt of zal geschieden;
Programmaverantwoordelijkheid: de verantwoordelijkheid voor het indienen van programma’s met betrekking tot het gebruik van het (gastransport)net, een en ander als bedoeld in artikel 1, lid 1 onderdeel o van de Elektriciteitswet 1998 respectievelijk artikel 1, lid 1 onderdeel w van de Gaswet.
Artikel 2 Toepasselijkheid van de algemene voorwaarden en an- dere voorwaarden
2.1 Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op alle aan- sluit- en transportovereenkomsten en aanvragen daartoe. Deze algemene voorwaarden zijn te vinden op de internetsite van de netbeheerder en zijn op aanvraag kosteloos verkrijgbaar. Bij de informatie van de leverancier als bedoeld in artikel 3, lid 1 zal in elk geval een exemplaar van deze algemene voorwaarden worden verstrekt.
2.2 Op de aansluit- en transportovereenkomst zijn mede van toe- passing de tariefstructuren en voorwaarden als bedoeld in artikel 27, 31 en 54 van de Elektriciteitswet 1998 respectievelijk 12a, 12b en 22 van de Gaswet. In de van deze voorwaarden deel uitmaken- de Netcode Elektriciteit respectievelijk Aansluit- en transportvoor- waarden Gas - RNB zijn de kwaliteitscriteria voor de dienstverlening van de netbeheerder opgenomen als bedoeld in artikel 31, lid 1 on- derdeel f van de Elektriciteitswet 1998 respectievelijk 12b, lid 1 on- derdeel c van de Gaswet. Deze kwaliteitscriteria zijn als bijlage aan deze algemene voorwaarden toegevoegd en te vinden op de inter- netsite van de netbeheerder en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar.
2.3 Ingeval van strijdigheid tussen de bepalingen in deze alge- mene voorwaarden en de voorwaarden en/of kwaliteitscriteria als bedoeld in lid 2, prevaleren de bepalingen in de voorwaarden en/ of kwaliteitscriteria als bedoeld in lid 2.
2.4 In de gevallen waarin deze algemene voorwaarden niet voor- zien zal de netbeheerder een regeling treffen naar redelijkheid.
2.5 Onder schriftelijk wordt in deze algemene voorwaarden mede elektronisch verstaan indien elektronische communicatie is over- eengekomen.
Artikel 3 De aansluit- en transportovereenkomst
3.1 Wil de contractant een aansluit- en transportovereenkomst aangaan, dan machtigt hij zijn leverancier om hem als afnemer bij de netbeheerder aan te melden. De leverancier informeert de con- tractant namens de netbeheerder over de aansluit- en transporto- vereenkomst en deze algemene voorwaarden. De aansluit- en transportovereenkomst gaat in op de datum waarop de contrac- tant als afnemer in het aansluitingenregister van de netbeheerder is opgenomen.
De contractant heeft te allen tijde het recht de aansluit- en trans- portovereenkomst te ontbinden binnen veertien dagen na ont- vangst van de door de leverancier verstrekte aansluit- en trans- portovereenkomst met deze algemene voorwaarden. Wordt deze overeenkomst ontbonden, dan is de contractant verplicht een ver- goeding te betalen voor reeds plaatsgevonden transport en ove- rige reeds verrichte werkzaamheden.
3.2 Tenzij schriftelijk anders wordt overeengekomen, wordt de aan- sluit- en transportovereenkomst aangegaan voor onbepaalde tijd.
3.3 Onverminderd het elders in deze algemene voorwaarden bepaalde, kan de netbeheerder weigeren een aansluit- en trans- portovereenkomst aan te gaan, uit te breiden of te wijzigen in- dien de transportcapaciteit van de netbeheerder ter plaatse onvoldoende is.
Onverminderd het elders in deze algemene voorwaarden bepaalde kan de netbeheerder een aansluit- en transportovereenkomst ont- binden respectievelijk het aangaan, uitbreiden of wijzigen van een aansluit- en transportovereenkomst en het uitbreiden, wijzigen, vervangen, verplaatsen of activeren van een bestaande aansluiting weigeren indien:
a. de contractant in verzuim is een opeisbare vordering van de net- beheerder te voldoen, met inbegrip van die ten behoeve van een ander respectievelijk vorig perceel, mits voldoende samenhang be- staat met de vordering om de ontbinding respectievelijk de weige- ring te rechtvaardigen óf
b. aannemelijk is dat een of meer bepalingen of voorschriften uit de aansluit- en transportovereenkomst of wet of regelgeving niet zijn of worden nagekomen en de uitoefening van die bevoegdheid op die gronden door de netbeheerder gerechtvaardigd is.
Weigering en ontbinding als bedoeld in dit artikel dient schriftelijk en gemotiveerd te geschieden.
3.4 De netbeheerder zal bij de uitvoering van de aansluit- en trans- portovereenkomst die zorg betrachten die van een zorgvuldig han- delend bedrijf mag worden verwacht.
3.5 Indien de aansluit- en transportovereenkomst met twee of meer personen wordt aangegaan, kan de netbeheerder hoofdelijke
verbondenheid voor nakoming verlangen.
3.6 Elk der partijen is gerechtigd de aansluit- en transportovereen- komst schriftelijk met inachtneming van een opzegtermijn op te zeggen. Uiterlijk tien werkdagen voordat de aansluit- en transporto- vereenkomst beëindigd dient te worden, dient de contractant zijn leverancier op de met de leverancier overeengekomen wijze van de gewenste beëindiging van de aansluit- en transportovereenkomst op de hoogte te stellen en, voor zover dit nog niet gebeurd is, zijn leverancier te machtigen de aansluit- en transportovereenkomst voor hem op te zeggen.
Indien niet voldaan is aan deze vereisten, alsmede indien de netbe- heerder niet binnen de opzegtermijn in de gelegenheid is gesteld de voor de beëindiging van de aansluit- en transportovereenkomst noodzakelijke handelingen te verrichten, blijft de contractant ge- bonden aan hetgeen in of krachtens de aansluit- en transportover- eenkomst is bepaald totdat hij aan al zijn daaruit voortvloeiende verplichtingen heeft voldaan.
De opzegtermijn voor de netbeheerder bedraagt minimaal dertig dagen. De netbeheerder zal slechts opzeggen in de gevallen waar- in opzegging wegens zwaarwichtige belangen is gerechtvaardigd.
3.7 De verplichting tot aansluiting en/of transport ingevolge de aansluit- en transportovereenkomst eindigt in ieder geval indien een aan de netbeheerder verleende aanwijzing als netbeheerder vervalt of wordt ingetrokken.
3.8 Bij een situatie als voorzien in artikel 11 van deze algemene voorwaarden, blijft de aansluit- en transportovereenkomst onver- minderd van kracht.
3.9 Op de aansluit- en transportovereenkomst is Nederlands recht van toepassing.
3.10 Ingeval de netbeheerder zijn rechten en verplichtingen uit de aansluit- en transportovereenkomst overdraagt aan een derde, ver- leent de contractant zijn toestemming bij voorbaat. Van zodanige overdracht doet de netbeheerder tijdig mededeling.
Artikel 4 Bijzondere verplichtingen van de contractant
4.1 De contractant is gehouden er voor te zorgen dat hij op eigen naam uit hoofde van een leveringsovereenkomst recht heeft op levering van elektriciteit respectievelijk gas.
De netbeheerder gaat ervan uit dat de leverancier ook program- maverantwoordelijkheid voor de contractant regelt. Ingeval van een leveringsovereenkomst als bedoeld in respectievelijk artikel 95n van de Elektriciteitswet 1998 en 52c van de Gaswet hoeft dit niet het geval te zijn. Indien de netbeheerder constateert dat pro- grammaverantwoordelijkheid voor de contractant niet is geregeld, zal de netbeheerder de contractant hierover informeren en zal de contractant alsnog onverwijld programmaverantwoordelijkheid moeten regelen. De contractant die niet aan het in dit lid bepaalde voldoet, dient zich ervan te onthouden elektriciteit respectievelijk gas met behulp van het door de netbeheerder beheerde (gastrans- port)net af te nemen. De contractant die slechts voor een beperkte hoeveelheid elektriciteit respectievelijk gas recht op levering heeft en/of programmaverantwoordelijkheid heeft geregeld, dient zich ervan te onthouden meer dan deze hoeveelheid af te nemen.
4.2 De contractant is gehouden, voor zover zulks redelijkerwijs no- dig is, aan de netbeheerder zijn medewerking te verlenen bij de toepassing en de uitvoering van het in de aansluit- en transporto-
vereenkomst bepaalde en de controle op de naleving daarvan, en wel in het bijzonder door:
a. de netbeheerder zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen van door hem waargenomen of vermoede schade, gebreken of on- regelmatigheden in het in het perceel aanwezige gedeelte van de aansluiting en/of de meetinrichting, verbreking van de verzegeling daaronder begrepen;
b. aan personen, die van een door de netbeheerder uitgegeven le- gitimatiebewijs of machtiging zijn voorzien, toegang te verlenen tot het perceel - mede ten behoeve van de uitvoering van een van overheidswege op de netbeheerder rustende verplichting - van
08.00 tot 20.00 uur, behoudens op zon- en feestdagen, alsmede in geval van dringende reden ook op andere dagen en buiten deze uren;
c. de netbeheerder tijdig op de hoogte te stellen van adres- c.q. naamswijzigingen, voor zover van toepassing emailadreswijzigin- gen daaronder begrepen, en van wijzigingen van banknummer en rekeningadres.
4.3 De contractant is gehouden het redelijkerwijs mogelijke te doen om schade aan het in, aan, op, boven of onder het perceel aanwezige gedeelte van de aansluiting en/of de meetinrichting te voorkomen.
4.4 Indien de contractant geen eigenaar is van het perceel, staat hij er voor in dat de eigenaar akkoord gaat met het verrichten van alle handelingen die door de netbeheerder voor het aanbrengen, in stand houden, uitbreiden, wijzigen, vervangen, verplaatsen of wegnemen van een aansluiting of een meetinrichting dan wel voor het transport noodzakelijk worden geacht, zowel ten behoeve van hemzelf als voor zover het een bestaande aansluiting of een be- staande meetinrichting betreft ten behoeve van derden. De netbe- heerder kan verlangen dat de contractant een schriftelijke verkla- ring van de eigenaar overlegt.
4.5 Bij de nakoming van zijn verplichtingen en de uitoefening van zijn rechten mag de netbeheerder zich laten vertegenwoordigen door derden. Indien de netbeheerder niet zelf de neteigenaar is, zijn de in deze algemene voorwaarden opgenomen bedingen in- zake de rechten van de neteigenaar derdenbedingen als bedoeld in artikel 6:253 van het Burgerlijk Wetboek en kunnen door de con- tractant niet worden herroepen.
4.6 Het is de contractant niet toegestaan:
a. door middel van en/of met behulp van de installatie via het (gas- transport)net dat door de netbeheerder wordt beheerd, schade
of ontoelaatbare hinder te veroorzaken voor de netbeheerder of andere contractanten;
b. door of ten behoeve van de netbeheerder aangebrachte verze- gelingen te verbreken of te doen verbreken;
c. handelingen te verrichten of te doen verrichten waardoor de hoeveelheid uitgewisselde elektriciteit respectievelijk gas niet of niet juist kan worden vastgesteld, dan wel een situatie te schep- pen waardoor het normaal functioneren van de meetinrichting of (andere) door de netbeheerder beheerde apparatuur wordt verhin- derd;
d. zonder schriftelijke toestemming van de netbeheerder de aan- sluiting te gebruiken en/of ter beschikking te stellen of houden voor het transport van elektriciteit respectievelijk gas naar derden. De netbeheerder kan aan het verlenen van de in onderdeel d. be- doelde toestemming ten minste voorwaarden verbinden op grond waarvan de derde(n) jegens de netbeheerder gebonden word(t)
(en) aan dezelfde voorwaarden als de contractant.
4.7 Indien de contractant toerekenbaar in strijd heeft gehandeld met een in artikel 4 bedoelde verplichting, kan de netbeheerder hem indien er (mede) sprake is van niet door de meetinrichting geregistreerde elektriciteit respectievelijk gas een boete opleggen als is bepaald in het tarievenblad en in andere gevallen een boete van ten hoogste Euro 135,- (honderdvijfendertig Euro) per strijdige handeling.
In plaats van een boete kan de netbeheerder schadevergoeding verlangen en/of betaling van de kosten van transport vorderen en/ of de kosten van de geschatte feitelijke levering in rekening bren- gen. Indien de netbeheerder (mede) de kosten van de geschatte feitelijke levering in rekening brengt, is de netbeheerder bevoegd de omvang van de levering over het desbetreffende tijdvak te schatten op grond van de ter beschikking van de netbeheerder staande gegevens hieromtrent.
Het voorgaande laat het recht van de netbeheerder op het geheel of gedeeltelijk wegnemen van de aansluiting en/of het deactiveren van de aansluiting onverlet.
Artikel 5 Werkzaamheden aan de aansluiting en de meetinrich- ting
5.1 De aansluiting en de meetinrichting worden uitsluitend door of vanwege de netbeheerder geactiveerd, in stand gehouden (daar- onder mede begrepen onderhouden en gecontroleerd), uitgebreid, gewijzigd, vervangen, verplaatst, gedeactiveerd en weggenomen, één en ander zoveel mogelijk na voorafgaande mededeling aan en zoveel mogelijk in overleg met de contractant.
5.2 Indien de contractant activering, uitbreiding, wijziging, vervan- ging, verplaatsing, deactivering of wegneming van de aansluiting en/of de meetinrichting wenst, dient hij daartoe een aanvraag bij de netbeheerder in te dienen. Dit dient te geschieden door mid- del van een daartoe door de netbeheerder verstrekt formulier dan wel op een andere door de netbeheerder toegestane wijze. Uiter- lijk binnen 10 werkdagen na ontvangst van de aanvraag en met inachtneming van het bepaalde in de in artikel 2, lid 2 bedoelde voorwaarden zal de netbeheerder schriftelijk op deze aanvraag re- ageren.
5.3 Onverminderd het elders in of krachtens deze algemene voor- waarden bepaalde, zijn het onderhoud en de controle van de aan- sluiting en de meetinrichting voor rekening van de netbeheerder. Het activeren, uitbreiden, wijzigen, vervangen, verplaatsen, deacti- veren en wegnemen van de aansluiting en de meetinrichting zijn in elk geval voor rekening van de contractant, indien:
a. dit geschiedt op zijn verzoek of
b. dit het gevolg is van zijn handelen of nalaten of het gevolg is van omstandigheden die hem redelijkerwijs zijn toe te rekenen.
Artikel 6 Rechten met betrekking tot het perceel
6.1 De contractant zal zowel voor hemzelf als ten behoeve van der- den in, aan, op, onder of boven het perceel gelegde gedeelte van het (gastransport)net, tot stand gebrachte aansluitingen, gemaak- te aftakkingen op reeds bestaande aansluitingen en geplaatste meetinrichtingen blijvend gedogen en met inachtneming van het bepaalde in artikel 5, lid 1 toestaan dat (gastransport)net, aanslui- tingen en aftakkingen, en meetinrichtingen worden in stand ge- houden, uitgebreid, gewijzigd, vervangen, verplaatst en weggeno-
men. De ten gevolge van deze werkzaamheden door of vanwege de netbeheerder aan het perceel toegebrachte schade zal door of vanwege de netbeheerder worden hersteld dan wel, indien herstel niet mogelijk is, worden vergoed.
6.2 De contractant draagt er zorg voor dat het gedeelte van het (gastransport)net, de aansluiting(en) en de meetinrichting(en) die zich in, aan, op, onder of boven het perceel bevinden, goed bereik- baar zijn. Indien een gedeelte van het (gastransport)net, een aan- sluiting of een gedeelte daarvan dan wel de meetinrichting niet goed bereikbaar is geworden door een handelen of nalaten van de contractant of een eerdere contractant, maant de netbeheerder de contractant aan om binnen een redelijke door de netbeheerder te stellen termijn de bereikbaarheid te herstellen. Indien dat niet ge- beurt, heeft de netbeheerder het recht:
a. de belemmeringen weg te nemen,
b. wijzigingen in het tracé van de aansluiting aan te brengen,
c. een geheel nieuwe aansluiting tot stand te brengen en/of
d. de meetinrichting te laten verplaatsen
én de redelijke kosten daarvan bij de betrokkene in rekening te brengen.
Artikel 7 De installatie
7.1 De contractant draagt er zorg voor dat zijn installatie voldoet aan de daartoe in of krachtens de wet gestelde eisen, daaronder begrepen de in artikel 2, lid 2 bedoelde voorwaarden.
De netbeheerder heeft geen verplichting na te gaan of hieraan vol- daan wordt.
Artikel 8 Aard en kwaliteitsniveau van de transportdienst
8.1 Door de netbeheerder wordt voor elektriciteit transportcapaci- teit terbeschikking gesteld in de vorm van:
a. éénfase-wisselstroom van lage spanning met een nominale fre- quentie van 50 Hertz en een nominale spanning van 230 Volt tus- sen fase en nul of tussen twee fasen;
b. driefasen-wisselstroom van lage spanning met een nominale fre- quentie van 50 Hertz en een nominale spanning van 400 Volt tus- sen de fasen en van 230 Volt tussen fasen en nul;
c. driefasen-wisselstroom van lage spanning met een nominale fre- quentie van 50 Hertz en een nominale spanning van 230 Volt tus- sen de fasen;
d. driefasen-wisselstroom van hoge spanning met een nominale frequentie van 50 Hertz, waarbij de nominale spanning schriftelijk is vastgelegd.
Voor het overige zal het transport zodanig plaatsvinden dat onder andere aan het gestelde in de norm NEN-EN 50160:2010 “Span- ningskarakteristieken in openbare elektriciteitsnetten” of de daar- voor in de plaats tredende norm wordt voldaan.
De netbeheerder kan, omwille van zijn bedrijfsvoering of die van een leverancier, op de geleverde spanning kortstondig toon- frequente signalen toevoegen, dan wel de geleverde spanning kortstondig deformeren. Indien de installatie de ontvangst van de toegevoegde c.q. gedeformeerde signalen belemmert, kan de netbeheerder de contractant verplichten om voor diens rekening voorzieningen te treffen.
8.2 In principe vindt het transport van elektriciteit respectievelijk gas continu plaats indien er elektriciteit respectievelijk gas voor transport wordt aangeboden. De netbeheerder staat echter niet in voor de continuïteit van het transport. Indien zich omstandigheden
voordoen, waardoor het transport wordt of moet worden onder- broken, zal de netbeheerder het redelijkerwijs mogelijke doen om op de kortst mogelijke termijn het transport te hervatten.
Artikel 9 Beperking of onderbreking van het transport in speci- fieke omstandigheden
9.1 De netbeheerder kan, indien dit naar zijn oordeel noodzakelijk of gewenst is, in het belang van een goede elektriciteits- respec- tievelijk gasvoorziening, in verband met de uitvoering van onvoor- ziene werkzaamheden, in het belang van de veiligheid of in geval van redelijkerwijs te duchten gevaar voor schade - indien mogelijk na voorafgaande waarschuwing - het transport gedurende een zo kort mogelijke tijd beperken of onderbreken. Hetzelfde geldt voor de uitvoering van voorziene werkzaamheden, met dien verstande dat deze conform de in artikel 2, lid 2 bedoelde kwaliteitscriteria plaatsvinden en op grond daarvan onder andere vooraf aangekon- digd worden.
Artikel 10 Beperking van het transport van elektriciteit bij be- perkt recht op levering
10.1 Indien de aansluiting en/of de meetinrichting daartoe geschikt is, zal de netbeheerder tegen een redelijk tarief de doorlaatwaarde eenmalig of bij herhaling aan (laten) passen, indien de contractant en de leverancier overeenkomen dat het recht van de contractant op levering door de leverancier tijdelijk of blijvend wordt beperkt.
Artikel 11 Gevolgen van niet-nakoming door de contractant
11.1 De netbeheerder is bevoegd, zo mogelijk na voorafgaande schriftelijke waarschuwing, de aansluiting geheel of gedeeltelijk weg te nemen of te deactiveren, indien de contractant een of meer van zijn verplichtingen op grond van de aansluit- en transportover- eenkomst niet nakomt.
11.2 De netbeheerder zal van zijn bevoegdheid als bedoeld in lid 1 slechts gebruik maken overeenkomstig de hiervoor geldende wet- en regelgeving én indien de niet-nakoming van zijn verplichtingen door de contractant dat rechtvaardigt.
11.3 Van de bevoegdheid als bedoeld in lid 1 zal de netbeheer- der geen gebruik maken als een contractant die uitsluitend voor huishoudelijke doeleinden over de aansluiting en het transport beschikt, zich binnen tien kalenderdagen na de afwijzing van een voorgestelde betalingsregeling of een klacht over een nota van de netbeheerder als bedoeld in artikel 15, lid 5, in verband met die afwijzing heeft gewend tot de Geschillencommissie Energie. In af- wachting van de uitspraak van de Geschillencommissie wordt de contractant niet ontslagen van de overige verplichtingen die uit de aansluit- en transportovereenkomst voor hem voortvloeien.
11.4 De in dit artikel bedoelde maatregelen worden pas ongedaan gemaakt nadat de reden daarvoor is weggenomen en de kosten die voor de netbeheerder redelijkerwijs voortvloeien uit deze maatre- gelen en van de ongedaanmaking ervan, alsmede eventueel door de netbeheerder in verband daarmee geleden schade, geheel zijn voldaan. Aan het ongedaan maken van de maatregelen kan de net- beheerder voorwaarden verbinden.
11.5 Het enkele rechtmatig gebruik door de netbeheerder van zijn bevoegdheden als bedoeld in dit artikel en de artikelen 9 en 10
leidt nimmer tot aansprakelijkheid van de netbeheerder voor de eventuele daaruit voortvloeiende schade.
Artikel 12 Meetinrichting en bepaling van de getransporteerde hoeveelheid elektriciteit en gas
12.1 De netbeheerder draagt er zorg voor dat de contractant be- schikt over een meetinrichting die aan de in of krachtens de wet gestelde eisen voldoet, daaronder begrepen de in artikel 2, lid 2 bedoelde voorwaarden. De meetinrichting blijft eigendom van de netbeheerder respectievelijk wordt geen eigendom van de con- tractant.
12.2 Onverminderd de rechten en plichten die voor de netbeheer- der voortvloeien uit de in artikel 2, lid 2 bedoelde voorwaarden, is de leverancier verantwoordelijk voor het (doen) vaststellen van de omvang van de hoeveelheid uitgewisselde elektriciteit respec- tievelijk gas. Voor zover er sprake is van uitgewisselde elektriciteit en/of gas zonder dat er sprake is van levering door een leverancier, mag de netbeheerder, onverminderd het elders in deze algemene voorwaarden bepaalde, de omvang van de hoeveelheid uitgewis- selde elektriciteit respectievelijk gas (doen) vaststellen.
Artikel 13 Onderzoek van de meetinrichting en/of meetgegevens
13.1 Bij twijfel over de juistheid van de meetinrichting kunnen zo- wel de contractant, de leverancier als de netbeheerder verlangen dat de meetinrichting wordt onderzocht door een voor alle partijen aanvaardbare deskundige. Desgevraagd stelt de netbeheerder de contractant op de hoogte van de onderzoeksmogelijkheden en de kosten van het onderzoek.
13.2 De kosten van het onderzoek en de vervanging van de meet- inrichting zijn voor rekening van xxxxxx op wiens verzoek het on- derzoek wordt verricht. Indien volgens het onderzoek de meetin- richting niet voldoet aan de in of krachtens de wet gestelde eisen, daaronder begrepen de in artikel 2, lid 2 bedoelde voorwaarden, én dit is niet aan de contractant toe te rekenen, komen deze kosten ten laste van de netbeheerder.
13.3 Indien uit hoofde van dit artikel een onderzoek van de meet- inrichting door de contractant of de netbeheerder wordt verlangd, is de netbeheerder gerechtigd de leverancier onverwijld over dit onderzoek en de resultaten hiervan te informeren.
Artikel 14 Tarieven
14.1 De contractant is aan de netbeheerder bedragen verschuldigd voor het activeren, in stand houden, uitbreiden, wijzigen, vervan- gen, verplaatsen, deactiveren en wegnemen van de aansluiting en de meetinrichting alsmede voor het transport, volgens het daar- voor door de netbeheerder vastgestelde tarievenblad. Het tarie- venblad is te vinden op de internetsite van de netbeheerder en is op aanvraag kosteloos verkrijgbaar.
14.2 De bedragen als bedoeld in lid 1 kunnen worden verhoogd met de belastingen en heffingen die de netbeheerder krachtens een besluit van de overheid bevoegd is in rekening te brengen.
Artikel 15 Betaling
15.1 Op grond van artikel 95cb, lid 1 van de Elektriciteitswet 1998 respectievelijk artikel 44b, lid 1 van de Gaswet brengt de leveran- cier de periodiek aan de netbeheerder voor aansluiting, transport en meetinrichting verschuldigde bedragen bij de contractant in rekening en draagt deze af aan de netbeheerder. De voorwaarden betreffende de betaling aan de leverancier worden door de over- eenkomst tussen de leverancier en de contractant bepaald.
15.2 De netbeheerder brengt de door de contractant aan de net- beheerder verschuldigde bedragen met een eenmalig karakter zelf door middel van een gespecificeerde nota bij de contractant in re- kening.
15.3 Iedere nota van de netbeheerder dient te worden voldaan binnen veertien dagen na ontvangst dan wel binnen de door de netbeheerder aangegeven termijn indien die langer is dan veertien dagen. De betaling dient te geschieden op een door de netbeheer- der aangegeven bankrekening. De wijze van betaling is tussen de netbeheerder en de contractant nader overeen te komen. De netbeheerder biedt de contractant een ruime keuze uit betalings- wijzen.
15.4 Indien de netbeheerder dit verlangt, is de contractant ver- plicht de verschuldigde bedragen vooruit te betalen.
15.5 De verplichting tot betaling wordt niet opgeheven of opge- schort door het indienen van bezwaren tegen de nota, tenzij de contractant die uitsluitend voor huishoudelijke doeleinden over de aansluiting en het transport beschikt, binnen de betalingstermijn overeenkomstig het bepaalde in artikel 18, lid 1 bij de netbeheer- der een klacht indient. In dat geval wordt de betalingsverplichting van de betrokken nota opgeschort totdat de netbeheerder op de klacht heeft beslist.
15.6 De contractant is slechts gerechtigd de hem in rekening ge- brachte bedragen te verrekenen met enig bedrag dat de netbe- heerder hem schuldig is, indien is voldaan aan de wettelijke vereis- ten voor verrekening.
15.7 De contractant is zonder nadere ingebrekestelling in verzuim indien niet binnen de in lid 3 bedoelde termijn is betaald.
15.8 Indien de contractant in verzuim is ter zake van de betaling van een factuur van de netbeheerder, deelt de netbeheerder hem dit schriftelijk mede, onder vermelding van de gevolgen indien de contractant niet alsnog binnen veertien dagen betaalt. Aan deze aanmaning zijn geen kosten verbonden.
15.9 Een gevolg van het uitblijven van betaling binnen de in lid 8 bedoelde nieuwe termijn is het door de contractant aan de netbe- heerder verschuldigd worden van een vergoeding voor de redelijke kosten ter verkrijging van voldoening buiten rechte alsmede de wettelijke rente voor iedere dag dat betaling te laat wordt verricht, onverminderd het bepaalde in artikel 11.
15.10 Indien de contractant binnen de in lid 8 bedoelde nieuwe termijn van betaling een schriftelijk en gemotiveerd verzoek tot het treffen van een betalingsregeling bij de netbeheerder heeft in- gediend, dan zullen aan het uitblijven van betaling pas gevolgen worden verbonden vanaf het moment dat de netbeheerder op dit
verzoek - eveneens schriftelijk en gemotiveerd - afwijzend heeft be- slist. Gedurende de looptijd van een door de netbeheerder met de contractant gesloten betalingsregeling dient de contractant alle uit hoofde van de betalingsregeling en alle overige aan de netbeheer- der verschuldigde bedragen volledig te voldoen. Over deze bedra- gen kan geen verzoek tot een betalingsregeling worden ingediend. Komt de contractant zijn verplichtingen inzake de betalingsrege- ling niet na, dan is hij ten aanzien hiervan eveneens zonder nadere ingebrekestelling in verzuim.
15.11 Een rechtsvordering van de netbeheerder tot betaling van een opeisbare vordering verjaart niet eerder dan na vijf jaar.
Artikel 16 Zekerheidstelling
16.1 De netbeheerder kan van de contractant zekerheden verlan- gen in verband met de bedragen die de contractant op grond van artikel 15, lid 2 verschuldigd is, zoals een bankgarantie of waarborg- som, tenzij de netbeheerder toepassing geeft aan het bepaalde in artikel 15, lid 4.
16.2 De in lid 1 bedoelde zekerheid zal als regel niet hoger zijn dan het bedrag dat de contractant naar het oordeel van de netbeheer- der vermoedelijk voor de betreffende eenmalige werkzaamheden zal moeten betalen. Een waarborgsom wordt terugbetaald zo spoe- dig mogelijk nadat de noodzaak tot zekerheidstelling niet meer aanwezig is en in ieder geval uiterlijk zes weken na de eindfactuur bij beëindiging van de aansluit- en transportovereenkomst, onder aftrek van het bedrag dat eventueel nog betaald moet worden.
16.3 Over de waarborgsom wordt vanaf de datum van ontvangst door de netbeheerder rente vergoed, waarvan het percentage ge- lijk is aan dat van de wettelijke rente verminderd met 3 procent- punten. Uitbetaling van de rente geschiedt uiterlijk bij de terugbe- taling van de waarborgsom.
Artikel 17 Aansprakelijkheid
17.1a De netbeheerder is, met inachtneming van het bepaalde in de overige leden van dit artikel, jegens de contractant aansprake- lijk voor schade als gevolg van onderbreking van het transport van elektriciteit respectievelijk gas echter uitsluitend indien en voor zover:
a. de onderbreking het gevolg is van een aan de netbeheerder toe- rekenbare tekortkoming èn
b. het personenschade betreft als gevolg van lichamelijk letsel of overlijden en/of
c. het zaakschade betreft bestaande uit vernietiging, beschadiging of verlies van een zaak en/of
d. het noodzakelijke kosten betreffen ter voorkoming van zaak- schade bij een onderbreking van meer dan 8 uur, die niet bestaan uit kosten ter zake van een vervangende elektriciteitsvoorziening.
17.1b Voor zaakschade en voor de noodzakelijke kosten ter voor- koming van zaakschade geldt een drempelbedrag van Euro 40,- (veertig Euro) voor de contractant, met dien verstande dat bij overschrijding het drempelbedrag mede wordt vergoed. Voor per- sonenschade als gevolg van lichamelijk letsel of overlijden geldt geen drempelbedrag.
17.2 De netbeheerder is, met inachtneming van het bepaalde in de overige leden van dit artikel, voorts aansprakelijk voor schade
aan personen of zaken ten gevolge van een gebrekkige aansluiting of een gebrekkig transport dan wel van een onjuist handelen of na- laten in verband met aansluiting en/of transport - niet zijnde een onderbreking van het transport -, doch niet indien de schade het gevolg is van een tekortkoming die de netbeheerder niet
kan worden toegerekend.
17.3 Behoudens ingeval de schade ontstaat als gevolg van opzet of bewuste roekeloosheid van de netbeheerder of diens leidingge- vende werknemers, is in alle gevallen van vergoeding uitgesloten indirecte schade zoals in ieder geval schade als gevolg van bedrijfs- stilstand, als gevolg van het niet kunnen uitoefenen van een be- roep of bedrijf en als gevolg van winstderving.
17.4 Indien en voor zover de netbeheerder jegens de contractant in het kader van deze algemene voorwaarden tot schadevergoeding verplicht is, komt schade slechts voor vergoeding in aanmerking tot een bedrag van ten hoogste:
a. Euro 5.000.000,- (vijfmiljoen Euro) per gebeurtenis voor alle con- tractanten tezamen voor zover het personenschade betreft en
b. Euro 2.500.000,-- (tweemiljoenvijfhonderdduizend Euro) per gebeurtenis voor alle contractanten tezamen voor zover het zaak- schade en de noodzakelijke kosten ter voorkoming van zaakscha- de betreft, met dien verstande dat, ongeacht de omvang van het totaal der schade, de vergoeding van de noodzakelijke kosten ter voorkoming van zaakschade is beperkt tot Euro 75,-- (vijfenzeven- tig Euro) per contractant en de totale vergoeding van zaakschade en noodzakelijke kosten ter voorkoming van zaakschade is beperkt tot ten hoogste Euro 3.500,- (drieduizendvijfhonderd Euro) per con- tractant.
Indien het totaal der schaden meer bedraagt dan de vermelde Euro 5.000.000,- aan personenschade en/of Euro 2.500.000,-- aan zaakschade en/of noodzakelijke kosten ter voorkoming van zaak- schade, is de netbeheerder niet gehouden meer schadevergoeding te betalen dan bedoeld bedrag, waarbij met inachtneming van de eerder in dit lid genoemde maxima per contractant, de aanspraken van de contractanten naar evenredigheid zullen worden voldaan.
17.5 Schade dient zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vier weken na het ontstaan aan de netbeheerder te zijn gemeld, ten- zij de contractant aannemelijk maakt dat hij de schade niet eerder heeft kunnen melden.
17.6 De aansprakelijkheidsregeling in de vorige leden van dit ar- tikel geldt mede ten aanzien van de neteigenaar en ieder ander elektriciteitsbedrijf en ieder ander gasbedrijf waarmee de netbe- heerder ten behoeve van de elektriciteits- en/of gasvoorziening sa- menwerkt, alsmede ten aanzien van personen voor wie de netbe- heerder of het andere elektriciteitsbedrijf respectievelijk gasbedrijf aansprakelijk is.
Onder “ander elektriciteitsbedrijf” en “ander gasbedrijf” worden in ieder geval begrepen andere netbeheerders, eigenaren van (gas- transport)netten die conform de Elektriciteitswet 1998 respectieve- lijk de Gaswet geen netbeheerder hebben aangewezen, eigenaren van directe lijnen en elektriciteitsproducenten respectievelijk gas- producenten en gasopslagbedrijven.
17.7 De contractant is aansprakelijk voor alle schade aan enige door de netbeheerder ten behoeve van de aansluiting en/of het transport in, aan, op, onder of boven het perceel aangebrachte voorziening, tenzij de schade het gevolg is van een tekortkoming die de contractant niet kan worden toegerekend. Indien de con-
tractant schade moet vergoeden, is deze beperkt tot een bedrag van ten hoogste Euro 3.500,-- (drieduizendvijfhonderd Euro) per aansluiting en per gebeurtenis. Deze beperking van de aansprake- lijkheid is niet van toepassing bij het niet nakomen van de overeen- gekomen verbodsbepaling in artikel 4, lid 6 sub d van deze alge- mene voorwaarden.
Artikel 18 Klachten en geschillen
18.1 Indien de contractant een klacht heeft over de totstandko- ming of uitvoering van een aansluit- en transportovereenkomst (daaronder niet begrepen de afwijzing van een voorgestelde beta- lingsregeling), dient hij deze eerst aan de netbeheerder voor te leg- gen. Onverminderd het bepaalde in artikel 15, lid 5, dient de con- tractant een klacht voor te leggen binnen acht weken nadat hij het feit waarop de klacht gestoeld is, heeft ontdekt of redelijkerwijze had kunnen ontdekken.
Een klacht dient schriftelijk ingediend te worden en gemotiveerd te zijn. De contractant wordt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk bin- nen acht weken na ontvangst van de klacht, door de netbeheerder schriftelijk en gemotiveerd in kennis gesteld van de bevindingen van de netbeheerder naar aanleiding van de klacht en van de con- clusies die de netbeheerder daaraan heeft verbonden.
18.2 Indien een klacht niet naar tevredenheid van beide partijen is opgelost alsmede ingeval van afwijzing van een voorgestelde beta- lingsregeling als bedoeld in artikel 15, lid 10, kan het resterende ge- schil zowel door de contractant als door de netbeheerder worden voorgelegd aan de Geschillencommissie Energie (www.degeschil- xxxxxxxxxxxx.xx) of aan de bevoegde rechter in Nederland.
18.3 Wanneer de contractant ervoor kiest een geschil voor te leg- gen aan de Geschillencommissie, dan is de netbeheerder aan deze keuze gebonden zodra de netbeheerder met het indienen van een verzoek tot behandeling door de Geschillencommissie bekend is. Een geschil dient schriftelijk bij de Geschillencommissie aanhangig te zijn gemaakt uiterlijk drie maanden nadat de klacht aan de net- beheerder is voorgelegd, onverminderd het bepaalde in artikel 11, lid 3.
18.4 Wanneer bij de netbeheerder de wens bestaat het initiatief te nemen een geschil te laten behandelen door de Geschillencom- missie, dan heeft de netbeheerder daartoe schriftelijke instemming van de contractant nodig.
18.5 De Geschillencommissie doet uitspraak onder de voorwaar- den zoals deze zijn vastgesteld in het Reglement Geschillencom- missie Energie. De beslissingen van de Geschillencommissie ge- schieden bij wege van bindend advies. Voor de behandeling van een geschil is een bescheiden vergoeding verschuldigd. Indien de Geschillencommissie oordeelt dat de klacht van de contractant ge- grond is, dan moet de netbeheerder de contractant laatstbedoeld bedrag vergoeden.
Artikel 19 Wijziging van de algemene voorwaarden en het tarie- venblad
19.1 De algemene voorwaarden en het tarievenblad kunnen door de netbeheerder worden gewijzigd. Wijzigingen treden in werking dertig dagen na de dag waarop de wijzigingen zijn bekend ge- maakt, tenzij in de bekendmaking een latere datum van in werking treden is vermeld.
Wijzigingen van het tarievenblad treden echter in werking tien da- gen na de dag waarop de wijzigingen bekend zijn gemaakt, tenzij in de bekendmaking een latere datum van in werking treden is ver- meld.
19.2 Indien een besluit van de Autoriteit Consument en Markt (ACM), op basis waarvan tariefwijzigingen wettelijk worden vast- gesteld, op een zodanig tijdstip wordt bekend gemaakt dat de genoemde termijn van aankondiging in redelijkheid niet (meer) in acht genomen kan worden, treden in afwijking van de genoemde termijn de desbetreffende tariefwijzigingen in werking op dezelfde datum als waarop dat besluit in werking treedt. Bekendmaking vindt in die gevallen plaats zonder inachtneming van de genoem- de aankondigingstermijn.
19.3 Als bekendmaking geldt een kennisgeving, geplaatst in één of meer dag- of weekbladen die in het gebied waarin de netbeheer- der aansluiting en/of transport verzorgt, verspreid worden, dat de algemene voorwaarden, voorschriften en regelingen zijn gewijzigd en bij de netbeheerder ter inzage liggen en op aanvraag kosteloos verkrijgbaar zijn.
19.4 Wijzigingen gelden ook ten aanzien van reeds bestaande aan- sluit- en transportovereenkomsten.
19.5 Indien een contractant een wijziging niet wenst te accepteren, kan hij de aansluit- en transportovereenkomst opzeggen met in- achtneming van de daartoe gestelde vereisten.
Artikel 20 Slotbepalingen
20.1 Deze algemene voorwaarden treden in werking op 1 augustus 2013. Met ingang van die datum vervallen de tot dan geldende al- gemene voorwaarden.
Bijlage bij Algemene Voorwaarden voor aansluiting en transport elektriciteit en/of gas voor kleinverbruikers (versie 2013)
6.2 Kwaliteitscriteria met betrekking tot de service van de net- beheerder jegens aangeslotenen (uit Netcode Elektriciteit per 16 maart 2013, vastgesteld door de Autoriteit Consument en Markt) (Volledige versie: zie website van de ACM)
6.2.3 De netbeheerder stelt al hetgeen redelijkerwijs binnen zijn vermogen ligt in het werk om onderbreking van de transportdienst te voorkomen, of indien een onderbreking van de transportdienst optreedt, deze zo snel mogelijk te verhelpen.
a. een onderbreking van de transportdienst ten gevolge van een storing in een net met een spanningsniveau tot en met 1 kV is bin- nen 4 uur hersteld;
b. (……)
c. (……)
Indien een onderbreking van de transportdienst ten gevolge van een storing niet binnen de hiervoor genoemde tijden is hersteld, is paragraaf 6.3 van toepassing.
6.2.4 De service van de netbeheerder jegens aangeslotenen met een aansluitcapaciteit tot en met 3x80A op laagspanningsniveau voldoet aan het onder 6.2.4.1 tot en met 6.2.4.6 gestelde.
6.2.4.1 De netbeheerder is binnen twee uur na melding door de aangeslotene ter plaatse indien een storing aan de aansluiting van een aangeslotene, al dan niet gepaard gaand met een onderbre- king in de transportdienst, is opgetreden.
6.2.4.2 De netbeheerder handelt correspondentie van een aange- slotene binnen 10 werkdagen af. Indien een oplossing in deze pe- riode niet mogelijk is, ontvangt de aangeslotene binnen 5 werkda- gen bericht binnen welke termijn een adequate reactie kan worden verwacht.
6.2.4.3 De netbeheerder hanteert bij het maken van afspraken met een aangeslotene tijdsblokken van twee uur.
6.2.4.4 De netbeheerder voert met de aangeslotene overeengeko- men werkzaamheden waarmee volgens de planning minder dan 4 mensuur zijn gemoeid, binnen drie dagen uit indien daarvoor de transportdienst aan andere aangeslotenen niet hoeft te worden onderbroken.
Indien de transportdienst aan andere aangeslotenen wel moet wor- den onderbroken, bedraagt deze termijn maximaal 10 werkdagen. Voor werkzaamheden waarmee volgens de planning meer dan 4 mensuren zijn gemoeid, bedraagt de termijn waarop de werkzaam- heden aanvangen maximaal 10 werkdagen.
6.2.4.5 Voor het uitvoeren van inpandige werkzaamheden op ver- zoek van de netbeheerder, maakt de netbeheerder tenminste vijf werkdagen van tevoren schriftelijk of telefonisch een afspraak met de aangeslotene.
6.2.4.6 De netbeheerder stelt de aangeslotene tenminste drie werk- dagen van tevoren op de hoogte van door hem geplande werk- zaamheden waarbij de transportdienst bij de aangeslotene moet worden onderbroken.
6.2.5 (……)
6.2.6 (……)
6.2.7 (……)
6.3 Compensatie bij ernstige storingen
6.3.1 De netbeheerder betaalt, uitgezonderd de in 6.3.2 genoemde omstandigheden, aan aangeslotenen op zijn net bij wie de trans- portdienst ten gevolge van een storing wordt onderbroken, bij de eerstvolgende jaar- respectievelijk maandafrekening een compen- satiever-goeding ter hoogte van het hieronder genoemde bedrag:
a. ingeval van een onderbreking van de transportdienst ten gevolge van een storing in een net met een spanningsniveau tot en met 1 kV:
i. per aansluiting kleiner dan of gelijk aan 3x25 A op een net met een spanningsniveau tot en met 1 kV: EUR 0,- bij een onderbreking korter dan 4 uur dan wel EUR 35,- bij een onderbreking van 4 uur tot 8 uur, vermeerderd met EUR 20,- voor elke volgende aaneengesloten periode van 4 uur.
ii. per aansluiting groter dan 3x25A op een net met een span- ningsniveau tot en met 1 kV: EUR 0,- bij een onderbreking korter dan 4 uur dan wel € 195,- bij een onderbreking van 4 uur tot 8 uur, vermeerderd met EUR 100,- voor elke vol gende aaneengesloten periode van 4 uur.
b. ingeval van een onderbreking van de transportdienst ten ge- volge van een storing in een net met een spanningsniveau van 1 kV tot 35 kV:
i. per aansluiting kleiner dan of gelijk aan 3 x 25 A op een net met een spanningsniveau tot en met 1 kV EUR 0,- bij een on- derbreking korter dan 4 uur dan wel EUR 35,- bij een onder- breking van 4 uur tot 8 uur vermeerderd met EUR 20,- voor elke volgende aaneengesloten periode van 4 uur.
ii. per aansluiting groter dan 3 x 25 A op een net met een span- ningsniveau tot en met 1 kV: EUR 0,- bij een onderbreking korter dan 2 uur dan wel EUR 195,- bij een onderbreking van 2 uur tot 8 uur, vermeerderd met EUR 100,- voor elke vol gende aaneengesloten periode van 4 uur. iii. per aansluiting op een net met een spanningsniveau van 1 kV tot 35 kV:
EUR 0,- bij een onderbreking korter dan 2 uur dan wel
EUR 910,- bij een onderbreking van 2 uur tot 8 uur, xxxxxxx derd met EUR 500,- voor elke volgende aaneengesloten periode van 4 uur.
c. ingeval van een onderbreking van de transportdienst ten gevol- ge van een storing in een net met een spanningsniveau van 35 kV of hoger:
i. per aansluiting kleiner dan of gelijk aan 3 x 25 A op een net met een spanningsniveau tot en met 1 kV: EUR 0,- bij een onderbreking korter dan 4 uur dan wel EUR 35,- bij een onderbreking van 4 uur tot 8 uur, vermeerderd met EUR 20,- voor elke volgende aaneengesloten periode van 4 uur.
ii. per aansluiting groter dan 3 x 25 A op een net met een spanningsniveau tot en met 1 kV: EUR 0,- bij een onderbre- king kotter dan 1 uur dan wel EUR 195,- bij een onderbreking van 1 uur tot 8 uur, vermeerderd met EUR 100,- voor elke volgende aaneengesloten periode van 4 uur.
iii. per aansluiting op een net met een spanningsniveau van 1 kV tot 35 kV: EUR 0,- bij een onderbreking korter dan 1 uur dan wel EUR 910,- bij een onderbreking van 1 uur tot 8 uur, vermeerderd met EUR 500,- voor elke volgende aaneengeslo- ten periode van 4 uur.
iv. per aansluiting op een net met een spanningsniveau van 35 kV en hoger: EUR 0,- bij een onderbreking korter dan 1 uur
dan wel EUR 0,35 per kWgecontracteerd bij een onderbreking van 1 uur tot 8 uur, vermeerderd met EUR 0,20 per kW gecontracteerd voor elke volgende aaneengesloten periode van 4 uur.
6.3.2 De in 6.3.1. genoemde verplichting geldt niet,
a. wanneer een onderbreking van de transportdienst het gevolg is van een automatische afschakeling van belasting zoals bedoeld in
2.2.25 van de Systeemcode Elektriciteit of een handmatige afscha- keling van belasting op verzoek van de netbeheerder van het lan- delijk hoogspanningsnet zoals bedoeld in 2.2.5 van de Systeem- code Elektriciteit, of
b. wanneer de netbeheerder kan aantonen dat de netbeheerder als gevolg van een extreme situatie niet binnen de hersteltijden, zoals bedoeld in artikel 6.3.1, een onderbreking kan herstellen. Met een extreme situatie wordt bedoeld een incident dat zo weinig voorkomt dat het oneconomisch zou zijn om daarmee rekening te houden in de reguleringssystematiek en dat bovendien niet beïn- vloed kan worden door de netbeheerder. Een incident is een niet te voorziene gebeurtenis of situatie die redelijkerwijs buiten de con- trole van een netbeheerder ligt en niet te wijten is aan een fout van een netbeheerder. Hierbij kan gedacht worden aan aardbevingen, overstromingen, uitzonderlijke weersomstandigheden, terroristi- sche aanslagen en oorlog, of
c. wanneer een onderbreking van de transportdienst het gevolg is van een storing in een net met een spanningsniveau van 220 kV of hoger.
6.3.2a Indien een onderbreking van de transportdienst zijn oor- sprong vindt in het net van een andere netbeheerder, komen de in 6.3.1 bedoelde compensatievergoedingen voor rekening van de netbeheerder van het net waarin de onderbreking zijn oorsprong vindt.
6.3.3 De in 6.3.1 genoemde verplichting geldt niet voor aansluitin- gen ten behoeve van openbare verlichting alsmede voor (overige) aansluitingen in de categorie kleiner dan of gelijk aan 1 x 6 A.
6.3.4 De in 6.3.1 genoemde termijnen vangen voor alle door de on- derbreking van de transportdienst getroffen aangeslotenen aan op het moment dat de netbeheerder de eerste melding van die on- derbreking van een aangeslotene ontvangt of, indien dat eerder is, op het moment van vaststelling van de onderbreking door de netbeheerder.
4.1.2.1 De regionale netbeheerder is binnen twee uur na melding door de aangeslotene ter plaatse indien een storing aan de aanslui- ting van een aangeslotene is opgetreden.
4.1.2.2 De regionale netbeheerder handelt correspondentie van een aangeslotene binnen 10 werkdagen af. Indien een oplossing in deze periode niet mogelijk is, ontvangt de aangeslotene binnen 5 werkdagen bericht binnen welke termijn een adequate reactie kan worden verwacht.
4.1.2.3 De regionale netbeheerder hanteert bij het maken van af- spraken met een aangeslotene tijdsblokken van twee uur.
4.1.2.4 De regionale netbeheerder voert met de aangeslotene overeengekomen werkzaamheden waarmee volgens de planning minder dan 4 mensuren zijn gemoeid, binnen drie dagen uit indien daarvoor de transportdienst aan andere aangeslotenen niet hoeft te worden onderbroken. Indien de transportdienst aan andere aan- geslotenen wel moet worden onderbroken, bedraagt deze termijn maximaal 10 werkdagen. Voor werkzaamheden waarmee volgens de planning meer dan 4 mensuren zijn gemoeid, bedraagt de ter- mijn waarop de werkzaamheden aanvangen maximaal 10 werkda- gen.
4.1.2.5 Voor het uitvoeren van inpandige werkzaamheden op ver- zoek van de regionale netbeheerder, maakt de regionale netbe- heerder tenminste vijf werkdagen van tevoren schriftelijk of telefo- nisch een afspraak met de aangeslotene.
4.1.2.6 De regionale netbeheerder stelt de aangeslotene tenminste drie werkdagen van tevoren op de hoogte van door hem geplande werkzaamheden waarbij de transportdienst bij de aangeslotene moet worden onderbroken.
4.1.3 (……)
4.1.4 Indien en voor zover door de regionale netbeheerder in over- leg met de aangeslotene voor één of meer van de in 4.1.2 of 4.1.3 genoemde kwaliteitscriteria afwijkende afspraken zijn gemaakt, zijn deze afspraken van toepassing in plaats van de desbetreffende in 4.1.2 of 4.1.3 genoemde kwaliteitscriteria.
4.2 Compensatie bij ernstige storingen
4.2.0 De aangeslotene heeft recht op een financiële compensatie
bij storingen die voor een periode langer dan 4 uren tot een on-
derbreking van het transport van gas leiden, met uitzondering van voorziene onderbrekingen.
4 Kwaliteit van dienstverlening (uit Aansluit- en transportvoor- waarden Gas – RNB d.d. 1 november 2012, vastgesteld door de Autoriteit Consument en Markt) (Volledige versie: zie website van de ACM)
4.1 Service van de regionale netbeheerder aan aangeslotenen
4.1.1 De regionale netbeheerder stelt al hetgeen redelijkerwijs bin- nen zijn vermogen ligt in het werk om onderbreking van de trans- portdienst te voorkomen, of indien een onderbreking van de trans- portdienst optreedt, deze zo snel mogelijk te verhelpen.
4.1.2 Service van de regionale netbeheerder jegens kleinverbrui- kers
4.2.1 De regionale netbeheerder betaalt, onverminderd het bepaal- de in 4.2.2, aangeslotenen op zijn net bij wie het transport van gas ten gevolge van een storing is onderbroken, per onderbreking een compensatievergoeding ter hoogte van het hieronder genoemde bedrag:
a. per aansluiting van een kleinverbruiker bedraagt de compensa- tievergoeding EUR 35,- bij een onderbreking van 4 tot 8 uur, ver- meerderd met EUR 20,-- voor elke volgende aaneengesloten peri- ode van 4 uur, uit te betalen binnen zes maanden na het herstel van de onderbreking;
b. (……)
c. (……)
De duur van de onderbreking wordt bepaald op grond van 4.2.5.
4.2.2 De in 4.2.1 genoemde verplichting geldt niet voor de regio- nale netbeheerders, wanneer een onderbreking van de transport- dienst het gevolg is van een afschakeling van belasting op verzoek van de net-beheerder van het landelijk gastransportnet.
4.2.3 De in 4.2.1 genoemde verplichting geldt eveneens voor een netbeheerder ten aanzien van een aangeslotene op een net van een andere netbeheerder indien de onderbreking van de trans- portdienst bij de desbetreffende aangeslotene zijn oorsprong vindt in het gastransportnet van de eerstbedoelde netbeheerder.
4.2.4 De in 4.20 genoemde termijn van 4 uur vangt voor alle door de onderbreking van de transportdienst getroffen aangeslotenen aan op het moment dat de regionale netbeheerder de eerste mel- ding van een onderbreking ontvangt of, indien dat eerder is, het moment van vaststelling van de onderbreking door de netbeheer- der.
4.2.5 De duur van de onderbreking wordt voor alle door de onder- breking van het transport van gas getroffen aangeslotenen be- paald als de tijdsduur tussen de in 4.2.4 gedefinieerde aanvang van de onderbreking en het moment dat het transport voor alle door de onderbreking van de transportdienst getroffen aangeslotenen is hersteld en voor de eerste keer is gecontroleerd of de getroffen aangeslotenen veilig gas kan worden geleverd. De regionale netbe- heerder dient te registreren op welk moment deze controle heeft plaatsgevonden.