Datum: 19-04-2012 Kenmerk: 2012-042
Datum: 19-04-2012
Kenmerk: 2012-042
Overeenkomst
Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling
Het bevoegd gezag van de Stichting Primair Onderwijs Leudal en Thornerkwartier (SPOLT) Overwegende:
• dat SPOLT verantwoordelijk is voor een goede kwaliteit van de dienstverlening aan zijn cliënten (leerlingen, medewerkers, ouders) en dat deze verantwoordelijkheid zeker ook aan de orde is in geval van dienstverlening aan leerlingen die (vermoedelijk) te maken hebben met huiselijk geweld of kindermishandeling;
• dat van de leerkrachten, die werkzaam zijn bij SPOLT op basis van deze verantwoordelijkheid wordt verwacht dat zij in alle contacten met cliënten attent zijn op signalen die kunnen duiden op huiselijk geweld of kindermishandeling en dat zij effectief reageren p deze signalen;
• dat SPOLT een meldcode vast stelt, zodat de leerkrachten die binnen SPOLT werkzaam zijn, weten welke stappen van hen worden verwacht bij signalen van huiselijk geweld of kindermishandeling;
• dat SPOLT in deze code ook vastlegt op welke wijze zij de leerkrachten bij deze stappen ondersteunt;
• dat onder huiselijk geweld wordt verstaan:
- (dreigen met) geweld op enigerlei locatie, door iemand uit de huiselijke kring, waarbij onder geweld wordt verstaan: de fysieke, seksuele of psychische aantasting van de persoonlijke integriteit van het slachtoffer.
Tot de huiselijke kring van het slachtoffer behoren: ouders, gezinsleden, familieleden en huisgenoten.
• dat onder kindermishandeling wordt verstaan: iedere vorm van een voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend, of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel, daaronder ook begrepen een gerelateerd geweld en vrouwelijke genitale verminking.
• dat onder leerkrachten in deze code wordt verstaan: de beroepskracht die voor SPOLT werkzaam is en die in dit verband aan cliënten van de organisatie zorg, begeleiding, onderwijs, of een andere wijze van ondersteuning biedt;
• dat onder cliënt in deze code wordt verstaan: iedere persoon aan wie de beroepskracht zijn diensten verleent.
In aanmerking nemende:
• De Wet bescherming persoonsgegevens;
• De Wet op de jeugdzorg;
• De Wet maatschappelijke ondersteuning
• Het privacyreglement van SPOLT
Stelt SPOLT de volgende Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling vast.
Stappenplan bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling
Stap 1: In kaart brengen van signalen.
Xxxxx de signalen die een vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling bevestigen of ontkrachten in kaart en leg deze vast. Leg ook de contacten vast, evenals de stappen die worden gezet en de besluiten die worden genomen.
Betreffen de signalen huiselijk geweld of kindermishandeling gepleegd door een beroepskracht, meld dan de signalen bij de leidinggevende of de directie, conform de interne richtlijnen. In dit geval is dit stappenplan niet van toepassing.
Stap 2: Collegiale consultatie en zo nodig raadplegen van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling of het Steunpunt Huiselijk Geweld (Landelijk Steunpunt ZAT, tel.: 000-0000000).
Bespreek de signalen met een deskundige collega. Vraag zo nodig ook advies aan het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling.
Stap 3: Gesprek met de cliënt
Bespreek de signalen met de cliënt. Hebt u ondersteuning nodig bij het voorbereiden of het voeren van dit gesprek, raadpleeg dan een deskundige collega en/of het Advies-en Meldpunt Kindermishandeling.
a. Leg de cliënt het doel uit van het gesprek
b. Beschrijf de feiten die u hebt vastgesteld en de waarnemingen die u hebt gedaan
c. Nodig de cliënt uit om een reactie hierop te geven.
d. Kom pas na deze reactie zo nodig en zo mogelijk met een interpretatie van hetgeen u hebt gezien, gehoord en waargenomen.
e. Doe een melding indien naar uw oordeel de bescherming van de cliënt of zijn gezinslid de doorslag moet geven.
Het doen van een melding zonder dat de signalen zijn besproken met de cliënt is alleen mogelijk als:
- De veiligheid van de cliënt, die van u zelf, of die van een ander in het geding is.
- Als u goede redenen hebt om te veronderstellen dat de cliënt door dit gesprek het contact met u zal verbreken.
Stap 4: Weeg de aard en de ernst van het huiselijk geweld of de kindermishandeling
Weeg op basis van de signalen, van het ingewonnen advies en van het gesprek met de cliënt het risico op huiselijk geweld of kindermishandeling. Weeg eveneens de aard en de ernst hiervan.
Stap 5: Beslissen: zelf hulp organiseren of melden
Hulp organiseren en effecten volgen.
Doe alsnog een melding als er signalen zijn dat het huiselijk geweld of de kindermishandeling niet stopt of opnieuw begint.
Stap 6: Volgen en afsluiten
Wanneer vanuit het zorgteam of ZAT hulp wordt geboden is in het team afgesproken wie de zorg coördineert. Het zorgteam/ZAT volgt de effecten van deze hulp en stelt de aanpak zo nodig bij. Ten slotte wordt er nazorg geboden en wordt de aanpak geëvalueerd.
Verantwoordelijkheden van SPOLT voor het scheppen van randvoorwaarden voor een veilig werk- en meldklimaat.
Om het voor leerkrachten mogelijk te maken om in een veilig werkklimaat huiselijk geweld en kindermishandeling te signaleren en om stappen van de meldcode te zetten, draagt SPOLT er zorg voor, dat:
• Binnen de organisatie en in de kring van cliënten bekendheid wordt gegeven aan het doel en de inhoud van de meldcode
• Regelmatig een aanbod wordt gedaan van trainingen en vormen van deskundigheidsbevordering zodat beroepskrachten voldoende kennis en vaardigheden ontwikkelen en ook op peil houden voor het signaleren en voor het zetten van de stappen van de code
• Er voldoende deskundigen beschikbaar zijn die de beroepskrachten kunnen ondersteunen bij het signaleren en het zetten van de stappen van de code
• De meldcode aansluit op de werkprocessen binnen de organisatie
• De werking van de meldcode regelmatig wordt geëvalueerd en dat zo nodig acties in gang worden gezet om de toepassing van de meldcode te optimaliseren.
• Afspraken worden gemaakt over de wijze waarop SPOLT zijn beroepskrachten zal
• Ondersteunen als zij door cliënten in of buiten rechte worden aangesproken op de wijze waarop zij de meldcode toepassen.
Deze meldcode is vastgesteld op: 19-04-2012
Namens SPOLT
X.X. xx Xxxxxx A.J.M. Gubbels
Voorzitter College van Bestuur lid College van Bestuur