SAMEN OPLEIDEN: RAAMOVEREENKOMST WERKPLEKLEREN
SAMEN OPLEIDEN: XXXXXXXXXXXXXXXX WERKPLEKLEREN
De student/leraar in opleiding dient vóór de start van het werkplekleren bij een van de onderstaande opleidingsscholen, via de daarvoor geldende, kenbaar gemaakte, procedure een (digitaal) akkoord te geven op deze overeenkomst.
1. Betrokken partijen:
1. De student/leraar in opleiding van het Instituut voor lerarenopleidingen van Hogeschool Rotterdam, die voor het werkplekleren is geplaatst op één van de hieronder genoemde Opleidingsschool en die digitaal, persoonlijk, zijn/haar akkoord heeft gegeven op deze Raamovereenkomst Werkplekleren;
2. De opleidingsschool XXX, XXX, XXX-XX, XXXX, XXX, XXX, XXX, 0XXX, SCOOL, Opleidingsschool Mondriaan, Opleidingsschool Rijnland, ODW, RAOS en HODOS waar de student/leraar in opleiding geplaatst is voor het werkplekleren;
3. Het instituut voor lerarenopleidingen van Hogeschool Rotterdam
2. In deze overeenkomst wordt verstaan onder:
a) Samen Opleiden: Het in gezamenlijkheid opleiden van studenten/leraren in opleiding waarbij wordt zorggedragen dat het leren en opleiden op het Instituut en het leren en opleiden op de school goed op elkaar zijn afgestemd. Het opleiden in de opleidingsschool is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de betreffende Opleidingsschool en het Instituut;
b) Instituut: Instituut voor Lerarenopleidingen van Hogeschool Rotterdam;
c) Opleidingsschool: Het opleidingspartnerschap tussen het Instituut en een aantal samenwerkende schoolbesturen uit het vo of mbo ten behoeve van het werkplekleren.
d) Instituutsopleider: Begeleidt de student/leraar in opleiding en stemt af met de werkplekbegeleider en de schoolopleider. Namens de lerarenopleiding, en met gebruikmaking van feedback van werkplekbegeleider en schoolopleider, beoordeelt de Instituutsopleider de resultaten van de student;
e) Opleidingsprogramma: Het geheel aan opleidingsactiviteiten dat binnen het Samen Opleiden wordt aangeboden op het Instituut, bij de scholen, werkplek-activiteiten en praktijk-/
verdiepings-/transferdagen;
f) Praktijk-/verdiepings-/transferdagen: Termen gebruikt voor de opleidings(mid)dagen die door een Opleidingsschool worden georganiseerd ten behoeve van goede aansluiting tussen de initiële opleiding en onderwijspraktijk;
g) Schoollocatie: Deelnemende school aan de Opleidingsschool waar het werkplekleren plaatsvindt. (ook wel stageschool genoemd);
h) Schoolopleider: Is op een opleidingsschool verantwoordelijk voor het aansturen van de werkplekbegeleider die leraren in opleiding (studenten van de lerarenopleiding) begeleidt. Soms begeleidt de schoolopleider ook leraren binnen de school;
i) Stagedagen: Dagen waarop het werkplekleren plaatsvindt;
j) Werkplekbegeleider: Begeleider van de studenten aan de lerarenopleiding op de stageschool. De werkplekbegeleider (WPB) is de spil op de stageschool bij het begeleiden en beoordelen van studenten samen met de schoolopleider en instituutsopleider.
3. Doel van het werkplekleren
Het doel van het werkplekleren is om de student/leraar in opleiding in de opleidingsschool ervaring te laten opdoen met de praktische toepassing van theoretische kennis die hij/zij reeds heeft verworven en om nieuwe kennis, inzichten en vaardigheden te verwerven. De opleidingsschool en het instituut zorgen ervoor dat de student/leraar in opleiding taken en verantwoordelijkheden krijgt opgedragen overeenkomstig de onderwijsdoelstellingen van het werkplekleren en het ontwikkelniveau van de student. Deze overeenkomst is géén arbeidsovereenkomst.
4. Begeleiding
Het Instituut zal een begeleider (IO) aanwijzen die verantwoordelijk is voor de begeleiding van de student/leraar in opleiding tijdens het werkplekleren. De schoollocatie zal begeleider(s) (schoolopleider (SO) en/of werkplekbegeleider (WPB)) aanwijzen die verantwoordelijk zijn voor begeleiding in de schoollocatie. De begeleiders stemmen op afgesproken momenten af, of eerder als de noodzaak daartoe zich voordoet. Het instituut bepaalt de leeruitkomsten, de vorm van het benodigde eindproduct van het werkplekleren, de wijze van evaluatie en/of de beoordeling met betrekking tot de afronding van het betreffende ontwikkelniveau. De student/leraar in opleiding legt het eindproduct voor aan de WPB en/of SO en IO.
5. Verplichtingen Instituut
Het instituut draagt er zorg voor:
a. Dat de student/leraar in opleiding begeleid wordt door een IO;
b. Dat benodigde informatie voor het uitvoeren van het werkplekleren beschikbaar is;
c. Dat de IO contact heeft met de student/leraar in opleiding over het functioneren van de student/leraar in opleiding, bemiddelt en eventueel oplossingen aandraagt bij problemen;
d. Dat, indien getwijfeld wordt aan het functioneren van de student/leraar in opleiding, de IO tijdig contact opneemt met de WPB en/of SO van de schoollocatie voor afstemming met betrekking tot het vervolg van het werkplekleren.
e. Dat de (eind)beoordeling van het werkplekleren per niveau volgens de vastgestelde procedures plaatsvindt. (Eind)beoordeling valt onder de eindverantwoordelijkheid van het Instituut.
6. Verplichtingen Opleidingsschool/schoollocatie
De schoollocatie draagt (er) zorg voor:
a. De voor de student/leraar in opleiding noodzakelijke faciliteiten om zijn/haar taken uit te voeren en de gestelde doelstellingen te bereiken, waarbij wordt voldaan aan de geldende Arbowetgeving;
b. De student/leraar in opleiding te voorzien van de binnen de organisatie geldende regelingen die voor de student/leraar in opleiding van toepassing zijn;
c. De student/leraar in opleiding te informeren over het opleidingsprogramma van de opleidingsschool en de daarbij horende verwachtingen en verplichtingen;
d. De dagelijkse begeleiding van de student/leraar in opleiding door de WPB en/of SO;
e. Toegang voor de IO tot de schoollocatie om de student/leraar in opleiding te kunnen bezoeken;
f. Xxxxxx contact met de IO, indien getwijfeld wordt aan het functioneren van de student/leraar in opleiding.
g. Dat de student/leraar in opleiding de ruimte gegeven wordt binnen het werkplekleren te voldoen aan de verplichtingen van het instituut (zoals het volgen van verplicht onderwijs en het afleggen van tentamens en toetsen, het deelnemen aan door het Instituut georganiseerde activiteiten die al dan niet direct met het onderwijs verbonden zijn) Waarbij het Instituut er, waar mogelijk, rekening mee houdt dat de student/leraar in opleiding zo veel mogelijk zijn verplichtingen uit deze overeenkomst kan nakomen;
h. Dat een SO of WPB zijn/haar adviserende rol kan oppakken bij de beoordeling.
7. Verplichtingen student/leraar in opleiding
a. De student/leraar in opleiding wordt geacht de overeengekomen taken uit te voeren, daarbij de gedragsregels, aanwijzingen en voorschriften van de schoollocatie in acht te nemen en daarbij te allen tijde onveilige handelingen te vermijden;
b. De student/leraar in opleiding zal binnen de schoollocatie geldende regelingen waarover hij/zij geïnformeerd is in acht nemen;
c. De student/leraar in opleiding zal actief deelnemen aan de opleidingsprogrammaonderdelen van de Opleidingsschool, passend bij zijn/haar ontwikkelniveau/leervragen;
d. De student/leraar in opleiding is verplicht zorgvuldigheid in acht te nemen voor alle zaken, materialen en dergelijke, welke hem/haar in het kader van het werkplekleren ter beschikking gesteld worden.
e. De student/leraar in opleiding levert een VOG (Verklaring Omtrent het Gedrag) in. Hierbij volgt de student/leraar in opleiding de richtlijnen van de opleidingsschool.
f. De student/leraar in opleiding streeft ernaar om onder ongewijzigde omstandigheden in de betreffende opleidingsschool te participeren.
8. Aanwezigheid
a. De student/leraar in opleiding is verplicht om afwezigheid tijdens de afgesproken periode werkplekleren (wegens ziekte of anderszins) uiterlijk aan het begin van de eerste dag van afwezigheid, alsmede op de eerste dag van hervatting na afwezigheid, volgens afspraken hierover, te melden aan de schoollocatie;
b. De student/leraar in opleiding wordt verwacht aanwezig te zijn bij de opleidingsprogrammaonderdelen van de Opleidingsschool, passend bij zijn/haar ontwikkelniveau/leervragen;
c. De student /leraar in opleiding is verplicht om afwezigheid die meer dan een werkweek beslaat tijdens de afgesproken periode werkplekleren (wegens ziekte of anderszins), alsmede de hervatting na afwezigheid, te melden aan de IO;
d. De schoollocatie stelt de student/leraar in opleiding in de gelegenheid opleidingsbijeenkomsten van het Instituut en de Opleidingsschool te volgen of tentamens te maken in de periode van het werkplekleren.
9. Geheimhouding
a. De in het kader van het werkplekleren door de schoollocatie verstrekte gegevens, gevoelige informatie waar door de student/leraar in opleiding en medewerkers van het Instituut op enige manier gedurende het werkplekleren kennis van wordt genomen, wordt strikt vertrouwelijk behandeld. De uit onderzoek verkregen resultaten die in het kader van het werkplekleren zijn/worden gegenereerd en waarvan in het kader van het werkplekleren kennis wordt genomen en waarvan bekend is of redelijkerwijs begrepen kan worden dat dit als geheim of vertrouwelijk moet worden beschouwd, worden eveneens vertrouwelijk behandeld;
b. Deze geheimhoudingsverplichting geldt voor de medewerkers van het Instituut, de student/leraar in opleiding als ook voor anderen die op enigerlei wijze uit hoofde van hun functie toegang hebben tot of kennis nemen van bedoelde informatie;
c. Voor zover van toepassing worden alle vertrouwelijke bescheiden na het werkplekleren/de beoordeling vernietigd (bij digitale versies) of naar de schoollocatie geretourneerd. Dit laat onverlet dat de student/leraar in opleiding beoordeeld kan worden;
d. Ook na afloop van de stage blijft deze geheimhoudingsverplichting gelden.
10. 1) - Privacy/AVG Beeld- en/of geluidsopnames in een onderwijssetting
a. Partijen verplichten zich om zorgvuldig om te gaan met informatie over en van individuele leerlingen en medewerkers van de Opleidingsschool/schoollocatie;
b. De student/leraar in opleiding verwerkt deze informatie alleen in het kader van opdrachten en taken ten behoeve van het werkplekleren en de opleiding. Altijd wordt het belang van de privacy van leerlingen afgewogen tegen het belang van de opleiding van student/leraar in opleiding;
c. Beeld- en/of geluidsopnames worden door student/leraar in opleiding alleen gemaakt in het kader van beoordeling en begeleiding van student/leraar in opleiding. Hiertoe worden vooraf ouders en leerlingen geïnformeerd over het belang en het doel van de opnamen en wordt de ouders van leerlingen jonger dan 16 jaar expliciet gevraagd om toestemming voor het maken en gebruiken van beeld- en/of geluidsopnames;
d. Leerlingen worden zo weinig mogelijk en in ieder geval niet compromitterend in beeld gebracht;
e. De student/leraar in opleiding houdt zich bij het maken van beeld- en geluidsopnames in de klas/groep aan de afspraken die hierover binnen de opleidingsschool zijn gemaakt;
f. Partijen zorgen voor veilige opslag van dit materiaal. Partijen vernietigen het materiaal als het educatieve doel is behaald;
2) - Alleen van voor studenten die voor het werkplekleren in de Haagse Opleidingsscholen OSH, NOD, 4OLS en HOS geplaatst zijn, gelden onderstaande bepalingen:
a. Het is voor de opleiding van de student/leraar in opleiding vereist dat er een aantal keer een beeld- en geluidsopname wordt gemaakt tijdens een onderwijssituatie op de schoollocatie waar het werkplekleren plaatsvindt; deze beelden mogen uitsluitend worden gemaakt in de gesloten omgeving van Iris Connect.
b. Bepaalde werknemers van deze schoollocatie en van het Instituut die direct betrokken zijn bij de begeleiding, opleiding en beoordeling van de student mogen in het kader van de begeleiding, opleiding en beoordeling deze beeld- en geluidsopnames inzien;
c. De schoollocatie maakt onderdeel uit van opleidingsschool OSH, NOD, 4OLS of HOS. Deze scholen werken met een beeld- en geluidsopnamenreglement. In dat reglement is o.a. afgesproken dat beelden uitsluitend in een gesloten beveiligde omgeving gemaakt mogen worden en dat alle aanwezige leerlingen of hun ouders hiervoor toestemming hebben verleend. In principe regelt de school dit aan het begin van het jaar.
d. De student is in overeenstemming met deze regeling verplicht om voor het maken van een opname van beeld en geluid in een onderwijssituatie aan alle aanwezige leerlingen hiervan mondeling of schriftelijk kennis te geven en niet over te gaan tot het maken van beeld- en geluidsopnames in een onderwijssituatie wanneer daarvoor geen toestemming is verleend door/voor een daarbij aanwezige leerling;
e. De student heeft expliciet kennis genomen van de regeling ‘Beeld- en Geluidsopnames’ in de klas/groep en is verplicht om te handelen in overeenstemming met deze Regeling en de daarbij horende Privacyverklaring.
11. Omgangsvormen
De WPB en SO zullen de student/leraar in opleiding zo veel als mogelijk beschermen tegen elke vorm van intimidatie of discriminatie op de werkplek. Het beginsel van gelijke rechten zal altijd voorrang hebben.
12. Intellectueel eigendom (auteursrechten)
Auteursrecht op het door de student/leraar in opleiding in het kader van het werkplekleren gemaakte werk, zoals een verslag of ontwikkeld materiaal, komt toe aan de student/leraar in opleiding. Het Instituut mag deze werken gebruiken voor publicitaire doeleinden en opnemen in databanken, tenzij dit expliciet wordt geweigerd.
13. Aansprakelijkheid en verzekeringen
a. De schoollocatie is op grond van artikel 6:170 BW aansprakelijk voor schade van derden door fouten van ondergeschikten;
b. De schoollocatie is op grond van artikel 7:658 lid 4 BW aansprakelijk voor letsel of schade welke de student/leraar in opleiding mocht lijden tijdens het werkplekleren. Jegens de student/leraar in opleiding worden geen onredelijk bezwarende bepalingen bedongen. De student/leraar in opleiding is weliswaar geen werknemer, maar wat betreft aansprakelijkheid voor schade die op het werk ontstaat, is de student/leraar in opleiding in de wet gelijkgesteld aan een werknemer. De schoollocatie zal dus dezelfde voorzorgsmaatregelen in acht moeten nemen als voor zijn werknemers. Ook voor schade die ontstaat door de student/leraar in opleiding, is de schoollocatie in de regel aansprakelijk;
c. Om het aansprakelijkheidsrisico te verkleinen dient de student/leraar in opleiding in aanwezigheid/onder toezicht van een bevoegde medewerker van schoollocatie/opleidingsschool te staan.
d. De schoollocatie zorgt voor een afdoende (bedrijfs-)aansprakelijkheidsverzekering;
e. Hogeschool Rotterdam heeft voor haar studenten een ongevallenverzekering en aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. De laatste verzekering is een aanvullende verzekering.
f. De student/leraar in opleiding dient over een aansprakelijkheidsverzekering voor particulieren te beschikken en in voorkomende gevallen, in geval van een buitenlandstage, over een toepasselijke dekking afgesloten via “Insure to Study” of vergelijkbare verzekering.
14. Geschillen
Indien er sprake is van een geschil tussen partijen, zullen zij trachten het geschil minnelijk op te lossen. Problemen of geschillen zullen in eerste instantie op minnelijke wijze worden beslecht tussen de student/leraar in opleiding en de werkplekbegeleider en/of schoolopleider, al dan niet in samenspraak met de instituutsopleider. Indien dit niet tot een oplossing leidt, wordt het geschil voorgelegd aan de coördinator van de opleidingsschool, de regiocoördinator en/of manager Samen Opleiden en/of de opleidingscoördinator van het Instituut. Indien ook dat niet tot een oplossing leidt, wordt het geschil bij wege van bindend advies, gezamenlijk voorgelegd aan de leiding van de schoollocatie en de directie van het Instituut.
15. Einde en beëindiging van het werkplekleren
Het werkplekleren eindigt:
a. Na de periode zoals overeengekomen;
b. Indien de inschrijving van de student/leraar in opleiding bij het Instituut is beëindigd;
c. Indien alle partijen instemmen met beëindiging van het werkplekleren;
d. Indien de student/leraar in opleiding overlijdt;
e. Bij faillissement, surseance van betaling of ontbinding van de Opleidingsschool;
f. Indien zich zodanige omstandigheden voordoen dat van de schoollocatie redelijkerwijs niet kan worden gevraagd het werkplekleren voort te zetten;
g. Indien één van de partijen de uit deze overeenkomst voortvloeiende verplichtingen niet of op onvoldoende wijze nakomt.
16. Beëindiging van de Raamovereenkomst
De raamovereenkomst kan door een van de partijen, met uitzondering van de student, opgezegd worden. De opzeggende partij dient dit drie maanden voor het einde van een studiejaar schriftelijk aan alle partijen mede te delen.
17. Toepasselijk recht
Op de overeenkomst is Nederlands recht van toepassing.
Deze Overeenkomst Werkplekleren is in afstemming tot stand gekomen tussen de opleidingsscholen XXX, XXX, XXX-XX, XXXX, XXX, XXX, XXX, 0XXX, SCOOL, Opleidingsschool Mondriaan, Opleidingsschool Rijnland, ODW en het Instituut voor Lerarenopleidingen van HR. 22 november 2021
Plaats | Datum |
Handtekening student | Studentnummer |