ONDERHANDELINGSPROCEDURE ZONDER VOORAFGAANDE BEKENDMAKING VOOR DIENSTEN

Gladheidsbestrijding op de fietspaden van de gewestwegen in de provincie Antwerpen

ONDERHANDELINGSPROCEDURE ZONDER VOORAFGAANDE BEKENDMAKING VOOR DIENSTEN

aanbestedende overheid: Wegen en Verkeer Antwerpen

besteknummer: 1M3D8E/18/14E

dossiernummer O10/0/552E

uiterste tijdstip voor ontvangst offertes: 7

oktober 2020

I. ALGEMENE BEPALINGEN

I.1. LIJST AFWIJKINGEN KB UITVOERING

In het Standaardbestek 250 versie 4.0 en in dit bestek wordt afgeweken van de volgende artikelen:

• Art. 44 In gebreke blijven en sancties;

• Art. 45 §1 en 2 Dagelijkse straf;

• Art. 160 Betalingen.

I.2. AANBESTEDENDE OVERHEID

Deze opdracht wordt uitgeschreven door het Vlaamse Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, in de bevoegdheidssector Openbare Werken.

De administratieve entiteit die met de opvolging van deze opdracht belast is, is: Agentschap Wegen en Verkeer

Wegen en Verkeer Antwerpen Xxxx Xxxxxxxxxxx

Xxxxx Xxxxxxxxxxxx 000 – 113 bus 41

0000 XXXXXXXXX

Tel.: 00 000 00 00 of 03/000 00 00

E-mail: xxxxxxxxxxx.xx@xxxxxxxxxxxxxx.xx

Ieder deurwaardersexploot bestemd voor de aanbestedende overheid moet worden betekend aan de Kanselarij van de Voorzitter van de Vlaamse Regering, Koolstraat 35 in 0000 Xxxxxxx. Het is daarbij onverschillig of het gaat om de betekening van een dagvaarding, gerechtelijke uitspraak, overdracht van schuldvordering of een ander exploot. Hetzelfde adres geldt ook voor de aangetekende brief waarbij een schuldvordering wordt overgedragen of inpandgegeven.

Alle andere correspondentie met betrekking tot deze opdracht wordt geadresseerd aan de voormelde administratieve entiteit.

I.3. VOORWERP EN CLASSIFICATIE OPDRACHT

CPV-Codes

63712000-3, ondersteunende diensten voor vervoer over de weg

Doel van de aanneming

De dienstverlening omvat hoofdzakelijk het uitvoeren van de gladheidbestrijding op de verhoogde en vrijliggende fietspaden langs de gewestwegen beheerd door het Agentschap Wegen en Verkeer gedurende de winterdienstperiode.

Beschrijving van de werkzaamheden

De dienstverlening omvat hoofdzakelijk:

Het uitvoeren van strooi- en/of sneeuwruimingsacties op fietspaden:

- Het uitvoeren van een preventieve fietspadenactie.

- Het uitvoeren van een curatieve fietspadenactie (eventueel met sneeuwruimen).

- Het uitvoeren van een plaatselijke curatieve fietspadenactie (eventueel met sneeuwruimen)

- Het in stand houden van een systeem van permanente bereikbaarheid gedurende de winterdienstperiode

- Voor alle strooi- en/of sneeuwruimingacties levert de opdrachtnemer een fietspadstrooier en/of sneeuwploeg (volgens art. 1.3.1 en 1.3.2 van de technische richtlijnen) met bestuurder(s). Behalve voor percelen 33 en 36 daar levert de opdrachtnemer enkel een smalspoorvoertuig en bestuurder.

Binnen Wegen Antwerpen zijn er 4 laadplaatsen. Vanuit elke laadplaats vertrekken er verschillende fietspadenroutes (zie art. 1.1.16 van het technisch gedeelte) . Elke fietspadenroute is een perceel.

Een overzicht van de percelen is te vinden onder art.2.1 van het administratief gedeelte.

I.4. PLAATSINGSWIJZE

De gunning van deze opdracht gebeurt via onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking, op basis van artikel 42, § 1, 1°, a), van de Wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016.

De economisch meest voordelige offerte wordt vastgesteld op basis van de prijs.

I.5. TOEPASSELIJKE WETTELIJKE BEPALINGEN

Op deze opdracht zijn onder meer toepasselijk1:

- Wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016 (hierna: Wet Overheidsopdrachten);

- Koninklijk besluit plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren van 18 april 2017 (hierna: KB Plaatsing);

- Koninklijk besluit tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten van 14 januari 2013 (hierna: KB Uitvoering);

1 Een aantal bepalingen van de Wet Overheidsopdrachten en het KB Plaatsing zijn niet van toepassing op de OPZB tot €

144.000 excl. BTW. U kunt één of meerdere van deze artikelen opnemen in uw bestek, waardoor u deze wel van toepassing verklaart. Wees steeds bewust van de inhoud van deze artikelen en de impact ervan op (de soepelheid van) uw opdracht als u ze toch van toepassing zou verklaren. Het gaat met name om de artikelen:

- 54 KB Plaatsing (in principe mogen inschrijvers meerdere offertes indienen bij OPZB);

- Abnormale prijzen (art. 36 KB Plaatsing)

- Facultatieve uitsluitingsgronden (art. 69 Wet Overheidsopdrachten)

- Selectiecriteria (art. 71 Wet Overheidsopdrachten en art. 65-70 KB Plaatsing)

Daarnaast is ook art. 58 (Verbintenistermijn) in principe niet van toepassing op de OPZB. Maar dit modelbestek voorziet toch standaard in de toepassing van dat artikel. Dit zorgt immers voor meer zekerheid tijdens de onderhandelingen wanneer aangepaste offertes ingediend worden. Zie A.3.6.

- Wet betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies van 17 juni 2013.

U kunt deze regelgeving terugvinden op: xxxx://xxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxx-xxxxxxxxxxxxxxxxxxx

I.6. TOEPASSELIJKE DOCUMENTEN EN PLANNEN

Naast de wettelijke en reglementaire voorschriften zijn de volgende documenten op deze aanneming van toepassing:

- De gewijzigde bepalingen van hoofdstuk 1 van het Standaardbestek 250 voor de wegenbouw, versie 4.0 van 2017. De specifieke bepalingen die enkel van toepassing zijn voor overheidsopdrachten van werken, vermeld in H1 – Algemene administratieve voorschriften, zijn niet van toepassing tenzij anders vermeld in dit bijzonder bestek.

- de bijlagen horende bij dit bijzonder bestek

- dit bijzonder bestek en de opmetingsstaat

- De gedetailleerde fietspadenroutes bij dit bijzonder bestek

- de technische voorschriften en handleiding van het ter beschikking gesteld gladheidbestrijdingsmaterieel†*

- de risicoanalyse van het personeel van het agentschap Wegen en Verkeer, ingeschakeld in de gladheidbestrijding *

De laatst gepubliceerde versie van de volgende documenten is van toepassing. Bij tegenspraak tussen de verschillende voorschriften heeft de meest recente voorrang.

- de volgende omzendbrieven en dienstorders:

- MOW/2006/1 Berekenen van de uurkost van aannemersmaterieel volgens de kostenschaal CMK-2003 (publicatie in Belgisch Staatsblad op 6 oktober 2006)

- OW 2001/1 verplichting van het gebruik van zichtveldverbeterende systemen (zgn anti-dode- hoek) voor bedrijfsauto’s op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen

- De aandacht wordt gevestigd op volgende wettelijke voorschriften voor “winterdienst” :

- Het MB van 7 mei 1999 (signaleren van werken en verkeersbelemmeringen op de openbare weg). Artikel 7.4 - De voertuigen die gebruikt worden voor het berijdbaar houden van de wegen in de winter worden minstens uitgerust met twee oranjegele knipperlichten bovenop het voertuig.

- Het KB van 9 april 2007- art. 6f: rust- en rijtijden zijn oa. niet van toepassing voor het onderhoud van de wegen.

Het KB van 27 februari 2013 (betreffende het wegverkeer van uitzonderlijke voertuigen). Er dient geen vergunning aangevraagd te worden voor het gebruik van de wegen voor aannemers van wegbeheerders die tijdens de winter belast zijn met het ruimen van sneeuw of het strooien, voor zover het uitzonderlijk karakter van het voertuig ontstaat door de sneeuwschop of strooiinstallatie.

† deze documenten kunnen worden geraadpleegd bij de aanbesteder op de laadplaatsen.

* een digitale versie van deze documenten kan aangevraagd worden bij de aanbesteder

I.7. OVERIGE ALGEMEEN TOEPASSELIJKE BEPALINGEN

Deze raamovereenkomst heeft een duur van 1 winterdienstperiode. Deze termijn vangt aan op de eerste dag van de winterdienstperiode 2020-2021 en na verzending van de sluiting van de opdracht.

De opdrachtnemer heeft gedurende de duur van de opdracht geen exclusiviteitsrechten. De aanbesteder heeft het recht om, tijdens de duur van de opdracht, een derde opdrachtnemer aan te stellen om prestaties vervat in deze opdracht uit te voeren.

De aanbesteder zal tijdens deze periode een bepaalde hoeveelheid aan diensten via deze opdracht toekennen. Dit is afhankelijk van de wintertoestand. Onderstaande bedragen zijn een gemiddelde van de laatste drie winterdienstperioden:

Xxxxxxxx 0 xxx 0 xxxxxxxxxx Xxxxxx: 34 000 eur (incl. BTW)

Percelen 10 tot 18 laadplaats Geel: 57 0000 eur (incl. BTW)

Xxxxxxxx 00 xxx 00 xxxxxxxxxx Xxxxx: 37 000 (incl. BTW)

Percelen 31 tot 38 laadplaats Vosselaar: 67 000 (incl. BTW)

Dit bedrag is het totaal bedrag per laadplaats en niet per perceel.

II. ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN

A. PLAATSING VAN DE OPDRACHT

A.1. UITSLUITING

De inschrijver mag zich niet bevinden in één van de in de artikelen 67 en 68 van de Wet Overheidsopdrachten bedoelde situaties. Dit behelst de verplichte uitsluitingsgronden en de uitsluitingsgronden in verband met fiscale en sociale schulden.

Indien een bovenvermelde uitsluitingsgrond van toepassing is op de inschrijver, mag de inschrijver bewijzen dat de corrigerende maatregelen die hij heeft genomen voldoende zijn om zijn betrouwbaarheid aan te tonen ondanks de toepasselijke uitsluitingsgrond. Als de aanbestedende overheid dat bewijs toereikend acht, wordt de betrokken inschrijver niet uitgesloten van de plaatsingsprocedure.

Deze bepaling is individueel van toepassing op de deelnemers die samen als een combinatie een offerte indienen.

Door in te schrijven op deze opdracht, verklaart de inschrijver dat er geen uitsluitingsgrond op hem van toepassing is, voor zover het gaat om uitsluitingsgronden die bewezen worden aan de hand van documenten die de aanbestedende overheid zelf kan opvragen via elektronische weg. Het gaat met name om het RSZ-attest en het attest van fiscale schulden.

De inschrijvers tonen hun technische bekwaamheid door het volgende aan te tonen en bij de offerte toe te voegen:

1) Aantonen dat het gladheidbestrijdingsmaterieel voldoet aan de eisen beschreven in het technisch gedeelte onder artikel 1.3. Uiteraard moet enkel het voertuig aangetoond worden voor de dienst waarvoor de inschrijver inschrijft.

a. Fietspadstrooier: Foto van fietspadstrooier + invulblad materieel “fietspadstrooier” (zie Bijlage 1)

b. Smalspoorvoertuig: Foto van smalspoorvoertuig + invulblad materieel “smalspoorvoertuig”. (zie bijlage 2)

2) Aangeven voor elk voertuig wat de aanrijtijd is tussen standplaats van het voertuig en bestuurder tot de laadplaats of aanrijtijd laadplaats opdrachtnemer tot dichtstbijzijnde punt fietspadenroute (dit voor alle percelen waar hij voor inschrijft). Dit kan op basis van een copy uit routeplanners of iets dergelijks. De tijd moet duidelijk aangegeven zijn en kan genoteerd worden op het offerteformulier. De standplaats of laadplaats wordt meegeven in de materieelfiche.

3) de Belgische inschrijver: een uittreksel uit het strafregister dat maximaal 6 maand oud is op het uiterste tijdstip van ontvangst van de offertes;

4) de Belgische inschrijver die personeel tewerkstelt dat onderworpen is aan de sociale zekerheidswetgeving van een andere lidstaat van de Europese Unie: een recent attest uitgereikt door de bevoegde buitenlandse overheid waarin bevestigd wordt dat hij voldaan heeft aan zijn verplichtingen inzake betaling van de bijdragen voor sociale zekerheid overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar hij gevestigd is;

Non-discriminatie:

Overeenkomstig de Belgische overheidsopdrachtenreglementering heeft de aanbestedende overheid, in elke fase van de plaatsingsprocedure, de mogelijkheid om de inschrijver uit te sluiten indien de aanbestedende overheid met elk passend middel aantoont dat de kandidaat of inschrijver de in artikel 7 van de Wet Overheidsopdrachten genoemde toepasselijke verplichtingen op het vlak van het milieu-, sociaal en arbeidsrecht, heeft geschonden.

Onder sociale wetgeving wordt onder meer verstaan:

- het decreet van 10 juli 2008 houdende een kader voor het Vlaamse gelijkekansen- en gelijkebehandelingsbeleid; de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van bepaalde vormen van discriminatie, de wet van 10 mei 2007 tot wijziging van de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde, door racisme of xenofobie ingegeven daden en de wet van 10 mei 2007 ter bestrijding van discriminatie tussen vrouwen en mannen;

- de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, meer bepaald hoofdstuk Vbis. Bijzondere bepalingen betreffende geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk.

A.2. MODALITEITEN

A.2.1.   PERCELEN (ART. 58 WET, ART. 49-50 KB PLAATSING)

De opdracht wordt opgesplitst in 15 percelen.

Laadplaats Brecht (D123)

Adres: Xxxxxxxxxxxxxx 00 - 0000 Xxxxxx

Alg. leidinggevende winterdienst: Xxxxx Xxxxxxxxxx (xxxxx.xxxxxxxxxx@xxx.xxxxxxxxxx.xx)

Perceel 1: Fietspadenroute D123/01 Perceel 2: Fietspadenroute D123/02 Perceel 3: Fietspadenroute D123/03 Perceel 4: Fietspadenroute D123/04 Perceel 5: Fietspadenroute D123/05 Perceel 6: Fietspadenroute D123/06 Perceel 7: Fietspadenroute D123/07 Perceel 8: Fietspadenroute D123/08 Perceel 9: Xxxxxxxxxxxxxxx X000/00

Xxxxxxxxxx Xxxx (D114)

Adres: Xxxxxxxxxxxxxxx 0 -0000 Xxxx

Alg. leidinggevende winterdienst: Xxx Xxx Xxxx (xxx.xxxxxxx@xxx.xxxxxxxxxx.xx)

Perceel 10: Fietspadenroute D114/01 Perceel 11: Fietspadenroute D114/02 Perceel 12: Fietspadenroute D114/03 Perceel 13: Fietspadenroute D114/04 Perceel 14: Fietspadenroute D114/05 Perceel 15: Fietspadenroute D114/06 Perceel 16: Fietspadenroute D114/07 Perceel 17: Fietspadenroute D114/08 Perceel 18: Xxxxxxxxxxxxxxx X000/00

Xxxxxxxxxx Xxxxx (D112)

Adres: Xxxxxxxx 00 - 0000 Xxxxx

Alg. leidinggevende winterdienst: Xxxxxx Xxxxx (xxxxxx.xxxxx@xxx.xxxxxxxxxx.xx)

Perceel 20: Fietspadenroute D112/01

Perceel 21: Fietspadenroute D112/02

Perceel 22: Fietspadenroute D112/03 Perceel 23: Fietspadenroute D112/04

Perceel 24: Fietspadenroute D112/05

Perceel 25: Fietspadenroute D112/06

Perceel 26: Fietspadenroute D112/07 Perceel 27: Fietspadenroute D112/08 Perceel 28: Fietspadenroute D112/09 Perceel 29-30: Xxxxxxxxxxxxxxx X000/00-00

Xxxxxxxxxx Xxxxxxxxx (D125)

Adres: xx Xxxxx 0 - 0000 Xxxxxxxxx

Alg. leidinggevende winterdienst: Xxxx Xxxxxxxx (xxxx.xxxxxxxx@xxx.xxxxxxxxxx.xx)

Perceel 31: Fietspadenroute D125/01 Perceel 32: Fietspadenroute D125/02 Perceel 33: Fietspadenroute D125/03 Perceel 34: Fietspadenroute D125/04 Perceel 35: Fietspadenroute D125/05 Perceel 36: Fietspadenroute D125/06 Perceel 37: Fietspadenroute D125/07 Perceel 38: Fietspadenroute D125/08

A.2.2.   VARIANTEN (ART. 56 WET)

Vrije varianten zijn niet toegelaten

A.2.3.   OPTIES (ART. 56 WET, ART. 48 KB PLAATSING)

Vrije opties zijn niet toegelaten

A.3. OFFERTE – OPENING, INDIENING, VORM EN INHOUD

A.3.1.   OPENING EN INDIENING VAN DE OFFERTES

Het uiterste tijdstip van ontvangst van de offertes is 7 oktober 2020.

Dit uiterste tijdstip is bepalend voor de tijdige indiening door de inschrijvers. Elke offerte moet vóór dit tijdstip aankomen. Laattijdige offertes worden niet aanvaard.

A.3.2.   INDIENING VAN DE OFFERTES (ART. 14 WET)

De offertes worden overgelegd via e-mail op volgend e-mailadres:

xxxxxxxxxxx.xx@xxxxxxxxxxxxxx.xx

A.3.3.   ONDERTEKENING VAN OFFERTES (ART. 42, § 3 KB PLAATSING)

Het (elektronisch) ondertekenen van de offerte is niet verplicht.

A.3.4.   VORM EN INHOUD OFFERTE (ART. 77-78 KB PLAATSING)

De aandacht van de inschrijver wordt erop gevestigd dat hij zijn offerte en de bijlages moet invullen op de bij dit bestek behorende formulieren.

Hierna volgt een niet-limitatief overzicht van alle documenten die, naast het offerteformulier, bij de offerte gevoegd moeten worden:

1) Aantonen dat het gladheidbestrijdingsmaterieel voldoet aan de eisen beschreven in het technisch gedeelte onder artikel 1.3. Uiteraard moet enkel het voertuig aangetoond worden voor de dienst waarvoor de inschrijver inschrijft.

a. Fietspadstrooier: Foto van fietspadstrooier + invulblad materieel “fietspadstrooier” (zie Bijlage 1)

b. Smalspoorvoertuig: Foto van smalspoorvoertuig + invulblad materieel “smalspoorvoertuig”. (zie bijlage 2)

2) Aangeven voor elk voertuig wat de aanrijtijd is tussen standplaats van het voertuig en bestuurder tot de laadplaats of aanrijtijd laadplaats opdrachtnemer tot dichtstbijzijnde punt fietspadenroute (dit voor alle percelen waar hij voor inschrijft). Dit kan op basis van een copy uit routeplanners of iets dergelijks. De tijd moet duidelijk aangegeven zijn en kan genoteerd worden op het offerteformulier. De standplaats of laadplaats wordt meegeven in de materieelfiche.

3) een uittreksel uit het strafregister of een evenwaardig document uitgereikt door een gerechtelijke instantie of overheidsinstantie van het land van oorsprong of herkomst.

A.3.5. VOORDRACHT VAN ONDERAANNEMERS (ART. 74 KB PLAATSING EN ART. 12 KB UITVOERING)

De inschrijver vermeldt welk gedeelte van de opdracht hij eventueel voornemens is in

onderaanneming te geven en de identiteit van de onderaannemers die hij voorstelt.

A.3.6.   VERBINTENISTERMIJN (ART. 58 KB PLAATSING)

De inschrijvers blijven gebonden door hun offerte gedurende een termijn van honderd twintig kalenderdagen, ingaand de dag na de uiterste ontvangstdatum van de offertes.

De indiening van aangepaste offertes tijdens de onderhandelingen doet de verbintenistermijn telkenmale opnieuw lopen.

A.4. PRIJS

A.4.1.   PRIJSVASTSTELLING (ART. 26 KB PLAATSING)

Deze opdracht is een opdracht volgens prijslijst.

De eenheidsprijzen van alle posten worden door de aanbesteder opgelegd.

Het geheel van deze eenheidsprijzen kan worden vermeerderd of verminderd met éénzelfde globaal aanpassingspercentage dat door de inschrijver in zijn offerteformulier wordt vermeld.

Deze aanpassingspercentage geldt echter niet voor de post 801

A.4.3.   INBEGREPEN PRIJSELEMENTEN (ART. 32, § 3 KB PLAATSING)

Onverminderd hetgeen bepaald is in het Standaardbestek 250 dienen de hierna volgende elementen

in de eenheidsprijzen en globale prijzen van de opdracht te zijn begrepen:

• de coördinatie en overleg met alle betrokken partijen vóór, tijdens en na de dienstverlening;

• Alle kosten inherent aan de uitvoering van de algemene maatregelen zoals voorzien in artikel 146 AUR, die van toepassing zijn, met inbegrip van de bepalingen die daaraan zijn toegevoegd in het standaardbestek 250, hoofdstuk 1. Dit betreft in het bijzonder:

- de orde, de veiligheid en het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk;

- de naleving van de collectieve arbeidsovereenkomsten op alle niveaus;

- alle maatregelen die nodig zijn om schade te voorkomen aan het gladheidbestrijdingsmaterieel;

- melding, door de opdrachtnemer, van iedere mogelijke stoornis, door de uitvoering van de werkzaamheden, voor een dienst van algemeen nut.

• Alle wettelijke maatregelen t.o.v. de uitvoerders en t.o.v. derden ter bescherming en beveiliging tegen schade die een gevolg zou kunnen zijn van de uitvoering van de werkzaamheden.

• De kilomterheffing “Viapass” voor vrachtwagens van meer dan 3,5 ton;

• Retributie in kader van de lage-emissiezone;

• Het aanschaffen van eventuele bijkomende laadplaatsen (keuze van de opdrachtnemer).

• Alle lasten die een gevolg zijn van de uitvoering van de dienstverlening tijdens weekends, feestdagen, weekdagen buiten de normale diensturen (veel nachtwerk) en de eventuele jaarlijkse vakantieperiode binnen het bedrijf van opdrachtnemer.

• Alle verrichtingen en verplichtingen voor het verkrijgen van de vergunningen die nodig zijn voor de uitvoering van de dienstverlening.

• Alle aangeleverde voertuigen en materieel dienen uitgerust te zijn conform de richtlijnen in het technisch gedeelte.

• De opdrachtnemer is verplicht op zijn kosten alle ondergeschikte werken en leveringen uit te voeren die niet expliciet vermeld zijn in een post van de samenvattende opmeting, maar die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de aanneming zoals bepaald in de opdrachtdocumenten.

A.4.4.   PRIJS- OF KOSTENONDERZOEK (ART. 35 EN 37 KB PLAATSING)

Op verzoek van de aanbestedende overheid verstrekt de inschrijver alle nodige inlichtingen om het

prijsonderzoek van zijn offerte mogelijk te maken.

De aanbestedende overheid kan ofwel zelf overgaan tot, ofwel een persoon aanduiden voor het uitvoeren van alle verificaties van de boekhoudkundige stukken en alle onderzoeken ter plaatse, teneinde de juistheid na te gaan van de gegevens die de inschrijver in het raam van het prijsonderzoek heeft verstrekt.

A.5. GUNNINGSCRITERIA

A.5.1.   ONDERHANDELINGSPROCEDURE – GUNNINGSCRITERIA (ART. 81 WET)

Om voor de gunning in aanmerking te komen dienen de inschrijvers per perceel aan te tonen dat zij

voldoen aan de minimale vereisten inzake aanrijtijd en gladheidbestrijdingsmaterieel.

Door in te schrijven voor deze opdracht verklaart elke inschrijver zich akkoord om de gladheidbestrijding op fietspaden voor de opgegeven prijzen uit te voeren. De inschrijvers kunnen per perceel één globaal kortingspercentage aanbieden.

Het kortingspercentage is niet van toepassing op de post van de permanentie (post 801).

De inschrijver bepaalt zijn eventuele kortingspercentage (prijzen excl. BTW) ten opzicht van de eenheidsprijzen opgenomen in de inventaris.

Indien hij voor meerdere percelen inschrijft moet hij een voorkeursvolgorde opgeven voor deze percelen.

Hij geeft mee hoeveel hij in totaal over alle ingeschreven percelen heen gladheidbestrijdingsmaterieel (fietspadstrooier of smalspoorvoertuig (percelen 33 en 36 ) en bestuurders ter beschikking heeft.

Dit alles wordt ingevuld op het offerteformulier en de invulblad(en) materieel.

De eenheidsprijzen opgenomen in de inventaris en de eventuele kortingspercentages uit de offerte zijn vast.

Onderhavig contract is opgesplitst in 15 percelen. In zijn offerte kan de inschrijver enkel een kortingspercentage per perceel geven zoals hierboven meegedeeld. Het indienen van kortingspercentages bij samenvoeging van percelen is niet toegestaan. Er is geen verplichting om voor elk perceel in te schrijven.

Zoals vermeld onder de administratieve bepalingen van dit bestek, kan de opdrachtnemer inschrijven voor meerdere percelen, ook al beschikt hij niet over de gecumuleerde technische capaciteit om alle percelen waarvoor hij een offerte heeft ingediend, toegewezen te kunnen krijgen. Hij geeft hiertoe bij zijn inschrijving een voorkeursvolgorde op.

Als de inschrijver voldoet aan de minimale vereisten inzake aanrijtijd en materieel dan gebeurt de gunning als volgt:

De inschrijvers worden in volgorde geplaatst per perceel. Degene met de grootste korting eerst, nadien de tweede,… . Volgens deze volgorde worden de percelen toegewezen aan de opdrachtnemers.

Bij gelijke korting is de aanrijtijd tussen standplaats materieel en bestuurder tot laadplaats aanbesteder of aanrijtijd laadplaats opdrachtnemer tot dichtstbijzijnde punt fietspadenroute bepalend. De aanrijtijd met de kortste duurtijd komt dan als eerst, nadien de tweede,… .

A.5.2.   ONDERHANDELINGEN

De aanbestedende overheid heeft de mogelijkheid om te onderhandelen met één of meerdere inschrijvers, of om zonder het voeren van onderhandelingen over te gaan tot het gunnen van de opdracht. In dat laatste geval telt de initieel ingediende offerte als definitieve offerte.

In het kader van deze onderhandelingen kunnen één of meerdere inschrijvers worden uitgenodigd om één of opeenvolgende aangepaste offertes in te dienen.

Indien een offerte een substantiële onregelmatigheid bevat, kan de aanbestedende overheid deze substantiële onregelmatigheid laten regulariseren.

Een laattijdig ingediende offerte kan echter niet geregulariseerd worden.

De aanbestedende overheid kan tijdens de loop van de onderhandelingen aangeven hoe de aangepaste offertes moeten worden ingediend.

B. UITVOERING VAN DE OPDRACHT

B.1. ALGEMENE UITVOERINGSBEPALINGEN

B.1.1.   UITVOERINGSTERMIJN (ART. 147 KB UITVOERING)

1. Veiligheid en hygiëne

De tabel “risicoanalyse winterdienst” voor het personeel van het agentschap Wegen en Verkeer ingeschakeld in de winterdienst, ligt ter inzage op de laadplaats.

Alle personeelsleden ingeschakeld door de opdrachtnemer dienen steeds signalisatiekledij te dragen. Alle personeelsleden die met gladheidbestrijdingsmiddelen in aanraking komen, worden aangeraden rubberen of plastieken handschoenen en een veiligheidsbril te dragen.

Het is niet toegestaan dat passagiers zich buiten het voertuig, zich op de terreinen van de laadplaats bevinden tijdens de strooiacties. Het Agentschap Wegen en Verkeer is niet aansprakelijk voor schade, die passagiers van voertuigen lijden, als zij zich desondanks buiten het voertuig begeven. De opdrachtnemer moet er op toezien dat alle inzittenden zich aan dit voorschrift houden.

2. Non-discriminatieclausule

De opdrachtnemer verbindt zich er toe bij het uitvoeren van deze opdracht niemand te discrimineren op grond van geslacht, leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, taal, gezondheidstoestand, handicap, fysieke of genetische eigenschappen, sociale positie, nationaliteit, zogenaamd ras, huidskleur, afkomst, nationale of etnische afstamming of syndicale overtuiging. Hij waarborgt dit zowel ten aanzien van zijn personeelsleden onderling als ten aanzien van derden, zoals deelnemers, bezoekers, externe medewerkers,… .

De opdrachtnemer verbindt zich er toe, voor zo ver redelijk, aanpassingen door te voeren, op vraag van personen met een handicap, die de beperkende invloed van een onaangepaste omgeving op de participatie van een persoon met een handicap neutraliseren (zie artikel 19 van het decreet van 10 juli 2008 houdende een kader voor het Vlaamse gelijke kansen- en gelijke behandelingsbeleid).

De opdrachtnemer verbindt er zich toe de werken steeds uit te voeren in overeenstemming met het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid.

De opdrachtnemer verbindt zich ertoe de werknemers en derden zoals deelnemers, bezoekers, externe medewerkers, … mee te delen dat hij geen rekening zal houden met vragen of wensen van discriminerende aard.

Indien een personeelslid van de opdrachtnemer zich tijdens de uitvoering van de opdracht schuldig maakt aan discriminatie, pestgedrag, geweld of ongewenst seksueel gedrag, zal de opdrachtnemer de nodige maatregelen treffen om een eind te maken aan dit gedrag en waar nodig het slachtoffer in eer herstellen. De werknemers met hiërarchische verantwoordelijkheden zullen toezien op het naleven van dit engagement.

Bij elke mogelijke klacht in dit verband tegen de opdrachtnemer, zal deze zijn volledige medewerking verlenen aan eventueel onderzoek dat in dit verband verricht wordt door een meldpunt discriminatie of een andere organisatie, in dit verband aangesteld door de Vlaamse overheid.

De opdrachtnemer vraagt tevens al zijn personeelsleden alert te zijn voor discriminatie, pestgedrag, geweld of ongewenst seksueel gedrag, in die zin dat ze de gevallen waar ze getuige van zijn, onmiddellijk dienen te melden aan een werknemer met hiërarchische verantwoordelijkheid.

De opdrachtnemer verbindt zich ertoe om geen druk uit te oefenen op eigen personeelsleden, die slachtoffer worden van discriminatie, pestgedrag, geweld of ongewenst seksueel gedrag door een klant of een derde, om af te zien van eventuele indiening van een klacht of inleiding van een vordering voor de rechtbank in dit verband.

De opdrachtnemer ziet er op toe dat ook de onderaannemers, die hij eventueel inschakelt voor de opdracht, zich houden aan deze uitvoeringsvoorwaarden.

3. Ter beschikking stellen van extra laadplaats door dienstverlener

De aanbesteder kan binnen de mogelijkheden die hiervoor bestaan, toelaten om pekel, zakken zout of zout in bulk te stockeren op andere locaties dan de laadplaats van het district voor het laden van gladheidbestrijdingsmaterieel op voorwaarde dat het zout droog kan gestockeerd worden zonder menging met andere materialen.

De levering van het smeltmiddel gebeurt steeds op de laadplaatsen van de aanbesteder. Het transport naar deze extra locaties is een aannemingslast.

Voor percelen ( 33 en 36) kunnen er geen extra laadplaats voorzien worden aangezien het gladheidbestrijdingsmaterieel van de aanbesteder na elke strooibeurt terug op de laadplaats van de aanbesteder moet gebracht worden.

De opslag geschiedt steeds onder de volledige verantwoordelijkheid van de dienstverlener. De aanschaf van deze locaties is steeds een aannemingslast (zie hieromtrent I, 3, art. 32 §1 hiervoor).

De laadplaats moet steeds toegankelijk zijn voor de AWV-coördinator.

4. Faciliteiten op de laadplaats(en):

De volgende faciliteiten worden op de laadplaatsen van de aanbesteder ter beschikking gesteld van de opdrachtnemer:

- De afspuitplaats mag ook gebruikt worden om voertuigen en gladheidbestrijdingsmaterieel van opdrachtnemer, ingezet tijdens de gladheidbestrijding schoon te maken.

- Toiletten en lavabo’s

De toegang is beperkt tot het winterdienstlokaal en toiletten. Op sommige laadplaatsen is een ruimte voorzien voor de opdrachtnemer bij wacht.

5. Dagboek van de werkzaamheden

Er wordt geen dagboek van de diensten bijgehouden. Alles wordt opgevolgd en bijgehouden in het winterdienstprogramma .

6. Uitvoeringstermijnen

De uitvoeringstermijn loopt tijdens de winterdienstperiode.

De betekening van de goedkeuring van de inschrijving geldt als bevel tot aanvang van de diensten.

Deze opdracht slaat op een periode van 1 winterdienstperiode (2020-2021).

De aanbesteder heeft het recht de opdracht niet te verlengen zonder enige vorm van schadevergoeding. De niet-verlenging wordt aan de opdrachtnemer meegedeeld tenminste 90 kalenderdagen voor het verstrijken van de lopende geldigheidstermijn.

De opdrachtnemer kan eventuele verlenging van het contract weigeren, op voorwaarde dat hij dit, per aangetekend schrijven, kenbaar maakt aan de aanbesteder, ten laatste 180 kalenderdagen vóór het einde van de lopende geldigheidstermijn.

B.1.3.   LEIDING EN TOEZICHT OP UITVOERING (ART. 11 KB UITVOERING)

Het mandaat van de leidende ambtenaar bestaat enkel uit:

a) de technische en administratieve opvolging van de diensten tot en met de oplevering;

b) de keuring van de prestaties, zowel de a priori als de a posteriori keuring;

c) het nazicht van de schuldvorderingen en facturen;

d) het opstellen van de processen-verbaal;

e) de opleveringen;

f) het instaan voor het toezicht op de prestaties; dit toezicht omvat onder meer het geven van onderrichtingen, telkens wanneer het bestek of de opdrachtdocumenten onvolledig of onduidelijk zijn.

B.1.4.   VASTE OF MINIMALE HOEVEELHEDEN (ARTS. 148 EN 151,

§ 5 KB UITVOERING)

De opdrachtnemer heeft gedurende de duur van de opdracht geen exclusiviteitsrechten. De aanbesteder heeft het recht om, tijdens de duur van de opdracht, een derde opdrachtnemer aan te stellen om prestaties vervat in deze opdracht uit te voeren.

De aanbesteder zal tijdens deze periode een bepaalde hoeveelheid aan diensten via deze opdracht toekennen. Dit is afhankelijk van de wintertoestand. Onderstaande bedragen zijn een gemiddelde van de laatste drie winterdienstperioden:

Xxxxxxxx 0 xxx 0 xxxxxxxxxx Xxxxxx: 34 000 eur (incl. BTW)

Percelen 10 tot 18 laadplaats Geel: 57 0000 eur (incl. BTW)

Xxxxxxxx 00 xxx 00 xxxxxxxxxx Xxxxx: 37 000 (incl. BTW)

Percelen 31 tot 38 laadplaats Vosselaar: 67 000 (incl. BTW)

Dit bedrag is het totaal bedrag per laadplaats en niet per perceel.

Er worden geen vaste of minimaal te verlenen diensten vastgesteld per borderelpost.

De werkelijke hoeveelheden kunnen sterk verschillen per winterdienstperiode en worden bepaald door de AWV-coördinator afhankelijk van de wintertoestand.

B.2. BETALINGEN

B.2.1.   WIJZE WAAROP DE PRIJS WORDT BETAALD (ART. 66 KB UITVOERING)

De diensten worden vergoed op voorlegging van een maandelijkse factuur, opgemaakt volgens door

de aanbestedende overheid tegensprekelijk opgestelde vorderingsstaat van de geleverde diensten. De inschrijver voegt bij zijn betalingsaanvraag een exemplaar van de vorderingsstaten die hem werden overgemaakt.

Elk berekend totaalbedrag in euro wordt desgevallend afgerond naar de hogere of lagere tweede decimaal, al naargelang de derde decimaal minstens 5 of minder bedraagt.

B.2.2.   PROCEDURE (ARTS. 150, 156 EN 160 KB UITVOERING)

1. Nazicht van de diensten

De aanbestedende overheid gaat spontaan over tot de controle en keuring van de geleverde diensten. Deze controle heeft zowel plaats tijdens, op het einde van als na de uitvoering van de oproep.

2. Oplevering van de opdracht

Een gedeeltelijke voorlopige oplevering wordt verricht aan het einde van elke prestatie door de AWV-coördinator. Deze duidt in het winterdienstprogramma aan wanneer de prestaties zijn uitgevoerd. Een afschrift uit het winterdienstprogramma van de prestaties wordt op het einde van elke prestatie overhandigd aan de opdrachtnemer.

De ondertekening van de maandelijkse vorderingsstaat impliceert de gedeeltelijke voorlopige oplevering van de hierin opgenomen prestaties.

De volledige voorlopige oplevering geldt tevens als definitieve oplevering en heeft plaats na beëindiging van de betreffende winterdienstperiode

3. Betalingen, Praktische modaliteiten

Enkel elektronische facturen (e-facturen) in XML (UBL 2.1) formaat worden aanvaard. Facturen ingediend op papier of via email worden niet meer aanvaard.

4. Adressering van de betalingsbescheiden

De betalingsbescheiden (vorderingsstaten, betalingsaanvragen en facturen) dienen opgesteld op naam van het Vlaamse Gewest en geadresseerd aan de aanbestedende overheid:

Agentschap Wegen en Verkeer Wegen en Verkeer Antwerpen Xxxx Xxxxxxxxxxx

Xxxxx Xxxxxxxxxxxx 000 – 113 bus 41

0000 XXXXXXXXX

B.2.3.   WIJZE VAN FACTUREREN

Vanaf 1 januari 2017 is elektronische facturatie (e-invoicing) de standaard werkwijze voor de ontvangst van facturen binnen de Vlaamse overheid.

Met e-invoicing bedoelen we geen PDF-factuur, maar een e-factuur in een gestructureerd XML- formaat.

a) E-invoicing via het Mercuriusplatform

De e-facturen moeten elektronisch ingediend worden via het platform Mercurius. Dit federale platform zorgt ervoor dat alle overheden bereikbaar zijn voor e-invoicing, en is gestoeld op een Europees afsprakenkader: Xxxxxx.

Voor meer informatie over de het project e-invoicing en, de aangeboden ondersteuning, etc. kan u terecht op xxxxx://xxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/xxxxxxx-x-xxxxxxxxx

Meer informatie over het Mercuriusplatform, het technische formaat van de e-factuur en Peppol, kan u terugvinden op xxxxx://xxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxx-xx-xxxxxx

b) Starten met e-invoicing

Het verzenden van uw e-factuur naar de overheid kan op verscheidene manieren gebeuren:

• Door een geïntegreerde oplossing voor e-facturatie binnen uw onderneming te implementeren. Hiervoor is een Access Point (AP) nodig dat Peppol Compliant is (zie hoger). Dit AP zorgt voor de verzending van uw e-facturen via het Peppol-netwerk naar het AP van de Vlaamse overheid, Mercurius. Bovendien kan u ook andere overheden alsook bedrijven via het Peppol-netwerk bereiken met dezelfde oplossing.

Er zijn tal van oplossingen beschikbaar op de markt: serviceproviders voor e-facturatie, boekhoudpakketen, ERP-pakketten, facturatiesoftware, softwarehuizen, etc. Overzichten en contactgegevens kan u terugvinden op: xxxxx://xxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/xxxxxxx-x-xxxxxxxxx

• Door manuele ingave van uw factuurgegevens op het gratis Mercuriusportaal: xxxxx://xxxxxxx.xxxxxxx.xx/x-xxxxxxxxx

Alvorens u start met elektronisch factureren naar een entiteit van de Vlaamse overheid meldt u zich als leverancier eenmalig op x.xxxxxxxxxxx@xxxxxxxxxx.xx

Op die manier kan het projectteam van de Vlaamse overheid u verder ondersteunen. Tal van beroepsfederaties organiseren studiedagen of informatiesessies rond elektronische facturatie. Vraag even na bij uw beroepsorganisatie.

Gelieve er rekening mee te houden dat de voorbereiding voor het starten met e-invoicing de nodige tijd vergt.

Voor meer informatie: xxxxx://xxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/x-xxxxxxxxx-xxxx-xxxxxxxxxxxx

c) Inhoud van de elektronische factuur

1. De elektronische factuur dient, naast de gegevens die verplicht zijn overeenkomstig het BTW- wetboek, zeker en vast volgende gegevens te bevatten die essentieel zijn voor de verwerking ervan:

o KBO-nummer van de aanbestedende overheid: 0316 380 841

o Inkooporder: dit nummer wordt bepaald na sluiting van het contract en zal vermeld worden in:

▪ ofwel het aanvangsbevel en/of de factuuraanvraag (bestelbon- of inkoopordernummer);

▪ ofwel de sluitingsbrief en/of in de desbetreffende oproep. Dit nummer bestaat uit 10 cijfers en begint met één van volgende reeksen: 40x, 42x, 43x, 44x, 45x of 47x.

2. Indien u gebruikmaakt van een geïntegreerde oplossing voor e-facturatie, dient de opmaak van de e-factuur in overeenstemming te zijn met het Peppolformaat (UBL 2.1). Informatie over dit formaat en de vereiste gegevens vindt u op xxxxx://xxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/x-xxxxxxxxx-xxxx- leveranciers. Zie 'het profiel van de Peppol-factuur' alsook de business afspraken met de Vlaamse overheid.

De bovenvermelde gegevens dienen ingevuld te worden overeenkomstig de business afspraken van de Vlaamse overheid:

xxxxx://xxxxxxxx.xxxxxxxxxx.xx/x-xxxxxxxxx-xxxx-xxxxxxxxxxxx#xxxxxxxx-xxxxxxxxx

Maakt u daarentegen gebruik van het gratis Mercuriusportaal dan moeten de gegevens als volgt worden ingevuld:

o KBO-nummer van de overheid: Factuurhoofding – Ondernemingsnummer (verschijnt automatisch na selecteren van klant)

Opm.: selecteer ‘Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap’

o Inkooporder: Factuurhoofding – Ordernummer

Opgelet: vul enkel het nummer in, zonder ‘IO’ ervoor of dergelijk

o Eventuele andere gegevens: Factuurhoofding - Opmerkingen

3. De dienstverlener waakt erover dat de elektronische factuur vrij is van virussen, macro’s of andere schadelijke instructies. Bestanden die aangetast zijn door virussen, xxxxx’x of andere schadelijke instructies kunnen als niet ontvangen worden beschouwd.

B.2.4.   OVERIGE BEPALINGEN

B.2.4.1 Verzekeringen

De bepalingen in het Standaardbestek 250 opgenomen onder artikel 24, §1 AUR worden integraal vervangen door onderstaande bepalingen.

1. Algemeen

Onverminderd de aansprakelijkheden van de opdrachtnemer, zoals bepaald in artikel 84 KB Uitvoering, verbindt de opdrachtnemer zich ertoe onder 2. genoemde verzekeringspolissen af te sluiten.

De polissen moeten voldoen aan de bepalingen van de wet van 4 april 2014 betreffende de verzekeringen. De polissen moeten een clausule bevatten, die bepaalt dat elke schorsing, verbreking, opzegging of vervallenverklaring van het verzekeringscontract door de verzekeraar onmiddellijk per aangetekend schrijven ter kennis wordt gebracht van de aanbestedende overheid. De schorsing kan ten vroegste 5 werkdagen na kennisgeving ingaan.

De polissen moeten een clausule bevatten die bepaalt dat de verzekeringsmaatschappij zich, na uitkering, in geen enkel geval tot de aanbesteder kan richten om de gedane uitkering te verhalen.

De vermelde te verzekeren kapitalen houden geen beperking van verantwoordelijkheid in. Alle hierna vermelde uitgesloten risico’s, bedragen van de vrijstellingen en schadevergoedingen die de verzekerde kapitalen overtreffen (zelfs indien gebaseerd op artikel 544 van het Burgerlijk Wetboek), blijven ten laste van de betrokken opdrachtnemers en kunnen onder geen enkel beding gerecupereerd of verhaald worden bij de aanbestedende overheid.

De opdrachtnemer legt voor de aanvang van de werkzaamheden, via een attest, het bewijs voor dat de polissen vermeld onder 2. afgesloten zijn conform de onderstaande bepalingen. Voor elke dag vertraging wordt een dagelijkse straf toegepast zoals bepaald in artikel 45.

Op eenvoudig verzoek van de aanbesteder levert de opdrachtnemer het bewijs van premiebetaling.

2. Verzekeringspolissen

2.1 Arbeidsongevallen

De waarborg geldt voor de ongevallen van het personeel van de opdrachtnemer tijdens de uitoefening van hun activiteit voor de gladheidbestrijding en voor de ongevallen op de weg van en naar het werk.

Deze polis voorziet uitdrukkelijk een afstand van verhaal van de verzekeraar ten overstaan van de aanbesteder en/of zijn aangestelden en/of zijn gevolmachtigden.

2.2 Burgerlijke Aansprakelijkheid

De polis burgerlijke aansprakelijkheid van de opdrachtnemer dient ook de aansprakelijkheid van de aanbestedende overheid te dekken, gesteund op art. 544-BW.

De opdrachtnemer neemt alle aansprakelijkheid en risico op zich voor alle mogelijke schade, die ontstaan is door de uitvoering van de diensten, rechtstreeks of onrechtstreeks, voorzien of onvoorzien, berokkend door hem, door zijn werknemers, aan de opdrachtgever of aan derden en hij is gehouden de bouwheer te vrijwaren tegen iedere vordering ingesteld uit kracht van art. 544-BW of art. 14 van het decreet van de Vlaamse Raad van 24 januari 1984 houdende maatregelen inzake het grondwaterbeheer.

Ook voor schade die door de uitvoering van de werkzaamheden zou veroorzaakt worden aan het patrimonium van het Vlaamse Gewest, is het raadzaam een verzekering af te sluiten (exploitatierisico’s).

2.3 Motorrijtuigen

Een verzekering overeenkomstig de wet van 21 november 1989 voor alle voertuigen die toegang hebben tot de gladheidbestrijding. Niet-geïmmatriculeerde (werf)voertuigen, bouwplaats- en

hijstoestellen die enkel ingezet worden op de afgesloten werf, dienen verzekerd te zijn onder de polis Burgerlijke Aansprakelijkheid (zie punt 2.2).

2.4 Gladheidbestrijdingsmaterieel van de aanbesteder (enkel voor percelen 33 en 36)

Alle gladheidbestrijdingsmaterieel (zie art 1.2 van het technisch gedeelte) ter beschikking gesteld door de aanbestedende overheid dient verzekerd te worden door de opdrachtnemer inclusief alle exploitatierisico’s. Deze polissen hebben betrekking op de hele winterdienstperiode. Het materieel van de aanbesteder wordt afzonderlijk verzekerd tegen nieuwwaarde en onafhankelijk van chassisnummer. Deze bedraagt:

- voor een fietspadpekelsproeier 35.000 EUR (incl. BTW)

- voor een sneeuwploeg voor fietspad 5.000 EUR (incl. BTW).

B.3. WIJZIGINGEN TIJDENS DE UITVOERING

B.3.1.   PRIJSHERZIENING (ART. 38/7 KB UITVOERING)

Gedurende de eerste winterdienstperiode van het contract (2019-2020) is geen prijsherziening voorzien.

Gedurende de tweede (2020-2021) is de algemene prijsherzieningsformule 000.00002 volgens 1-5.2 van toepassing. Deze wordt per winterdienstperiode éénmalig voor de beschouwde winterdienstperiode bepaald en de nieuwe prijs blijft heel de winterdienstperiode constant.

- Voor de waarde S wordt de referentie gehanteerd van de maand september 2019.

- Voor de waarde s wordt de referentie gehanteerd van de maand september voor de beschouwde winterdienstperiode.

- Voor de waarde Ig wordt het referentie-indexcijfer gehanteerd van de maand september 2019.

- Voor de waarde ig wordt het referentie-indexcijfer gehanteerd van de maand september voor de beschouwde winterdienstperiode.

- Voor de waarde Ic wordt het referentie-indexcijfer gehanteerd van de maand september 2019.

- Voor de waarde ic wordt het referentie-indexcijfer gehanteerd van de maand september voor de beschouwde winterdienstperiode.

B.4. SANCTIES EN RECHTSVORDERINGEN

B.4.1.   STRAFFEN (ART. 45, 46/1 KB UITVOERING)

Ingebreke blijven en sancties

Al de tekortkomingen op de bepalingen van de opdracht worden in een proces-verbaal vastgelegd behalve de tekortkomingen die te maken hebben met laattijdigheid en niet bereikbaarheid. Deze worden onmiddellijk na elke strooiactie opgenomen in het winterdienstprogramma en mondeling doorgegeven aan de opdrachtnemer met naderhand een bevestiging op mail.

Bijzondere straffen

Van zodra de AWV-coördinator de niet-uitvoering, een vertraging of slechte uitvoering in de gladheidbestrijding vaststelt, is hij gemachtigd elke maatregel te nemen die hij nodig acht voor de uitvoering van deze oproep binnen de kortst mogelijke termijn.

Motivering: . Omwille van de bijzondere omstandigheden waarbinnen onderhavig contract dient te worden uitgevoerd, namelijk gladheidbestrijding met het oog op het voorkomen en verminderen van het gevaar op gladde wegen en daarmee gepaard gaande zorg voor de verkeersveiligheid, is de aanbestedende overheid gemachtigd de hiernavolgende straffen van rechtswege toe te passen zonder ingebrekestelling.

Mits afwezigheid van een aanvaardbaar verhaal (bv. overmacht) worden de hierna vermelde bijzondere straffen rechtstreeks afgehouden op de factuur van de inschrijver:

- Indien de inschrijver niet tijdig komt opdagen binnen het vastgestelde uur op de laadplaats of startpunt fietspadroute dan wordt dit bestraft met een bedrag van 150 EUR voor het eerste kwartier en van 50 EUR voor elk bijkomend kwartier. Van zodra vastgesteld wordt dat de inschrijver niet aanwezig is binnen het uur na het vastgestelde uur op laadplaats of startpunt fietspadroute wordt hij beschouwd als afwezig te zijn. Een bijkomende straf van 250 EUR wordt aangerekend.

Deze bijkomende straf wordt bij een volgende inbreuk steeds verdubbeld ten opzichte van de vorige inbreuk.

(het totaal van de opgelegde straf bedraagt bij een 1e inbreuk 150 + 50 + 50 + 50 + 250 = 550 EUR, bij een 2e inbreuk is dit 150 + 50 + 50 + 50 + 500 = 800 EUR en bij een 3e inbreuk is dit 150 + 50 + 50 + 50

+ 1000 = 1300 EUR, enz.).

- Het niet bereikbaar zijn van de opdrachtnemer op het door hem opgegeven telefoonnummer wordt gelijkgesteld met afwezig zijn.

- Het opdagen binnen het vastgestelde uur op de vastgestelde plaats met een voertuig die niet op voorhand gecontroleerd is volgens art. 2.3 van het technisch gedeelte wordt gelijkgesteld met afwezig zijn.

- Het niet onmiddellijk doorgeven van vertragingen of onderbrekingen tijdens de uitvoering of te laat hulp vragen, nodig om de uitvoering van de gladheidbestrijding ter hervatten wordt bestraft met een bedrag van 150 EUR voor het eerste kwartier en van 50 EUR voor elk bijkomend kwartier.

Volgende bijzondere straffen worden voorzien na opmaak van een proces-verbaal:

- Indien de opdrachtnemer geen gehoor geeft aan de oproep voor de vlootinspectie en organisatiecheck en niet tijdig op genoemde laadplaats aanwezig is met het materieel en personeel wordt dit bestraft met een bedrag van 500 EUR per voertuig

- Niet gemelde schade aan en slechte reiniging van het gladheidbestrijdingsmaterieel van de aanbesteder wordt bestraft met een bedrag van 300 EUR per voertuig.

Dagelijkse straf

Alle straffen worden toegepast vanaf de dag van de vaststelling van de inbreuk die vermeld is in het proces-verbaal. Deze dag van vaststelling kan de datum van de opmaak van het proces-verbaal voorafgaan.

Motivering: Hierdoor wordt vermeden dat straffen toegepast op werkzaamheden van korte duur vervallen of te onbeduidend worden, hetgeen bij toepassing vanaf de 3e dag na de betekening van het PV wel het geval zou zijn.

De enige straf en de dagelijkse straf worden vastgesteld op respectievelijk 150 EUR en 50 EUR. Deze “gewone” straffen worden opgelegd onafgezien van de toepassing van de maatregelen

Motivering: De enige en dagelijkse straf worden vastgesteld onafhankelijk van de aannemingssom. Hierdoor wordt eenzelfde inbreuk steeds met eenzelfde straf bestraft ongeacht de aannemingssom. Dit is omdat anders eenzelfde inbreuk bij de uitvoering van een ander contract met een andere aannemingssom, andere financiële consequenties heeft niettegenstaande de inbreuk even ernstig is.

Indien de aanbesteder herhaaldelijk inbreuken op de bestekverplichtingen vaststelt, is de opdrachtnemer in verzuim en zal de desbetreffende strooiactie niet worden uitbetaald.

Motivering: De verhoogde straffen betreffende de herhaling van een bepaalde inbreuk worden gemotiveerd doordat anders geen adequate bestraffing van een recidiverende opdrachtnemer mogelijk is.

Teruggave vertragingsboetes en straffen

Een verzoek om kwijtschelding van opgelopen vertragingsboetes en straffen moet per aangetekende brief worden gericht aan de aanbesteder. De datum van aantekening bij de post geldt als datum van het verzoek.

B.5. KEURINGEN EN OPLEVERING

B.5.1.   OPLEVERING (ART. 64 EN 156 KB UITVOERING)

Voorlopige oplevering en waarborgtermijn

Een gedeeltelijke voorlopige oplevering van de uitgevoerde werkzaamheden gebeurt ambtshalve tijdens en aan het einde van de uitvoering van iedere onderhoudsbeurt, per dienstbevel. De ondertekening van de maandelijkse vorderingsstaat impliceert de gedeeltelijke voorlopige oplevering van de in de vorderingsstaat opgenomen uitgevoerde deelopdrachten.

De diensten die niet voldoen aan de bepalingen van het contract worden op bevel van de aanbestedende overheid en op kosten van de opdrachtnemer verbeterd binnen de opgelegde termijn.

De volledige voorlopige oplevering heeft plaats na beëindiging van het laatste dienstbevel. Het proces-verbaal van oplevering of van weigering van oplevering, wordt ambtshalve opgemaakt.

De volledige voorlopige oplevering geldt tevens als definitieve oplevering.

B.6. UITVOERINGSVOORWAARDEN

B.6.1.   NON-DISCRIMINATIE

De dienstverlener verbindt zich er toe bij het uitvoeren van deze opdracht niemand te discrimineren op grond van geslacht, leeftijd, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, geloof of levensbeschouwing, politieke overtuiging, taal, gezondheidstoestand, handicap, fysieke of genetische eigenschappen, sociale positie, nationaliteit, zogenaamd ras, huidskleur, afkomst, nationale of

etnische afstamming of syndicale overtuiging. Hij ziet hierop toe zowel ten aanzien van zijn personeelsleden onderling als ten aanzien van derden, zoals deelnemers, bezoekers, externe medewerkers,…

De dienstverlener verbindt zich er toe, voor zo ver redelijk, aanpassingen door te voeren, op vraag van personen met een handicap, die de beperkende invloed van een onaangepaste omgeving op de participatie van een persoon met een handicap neutraliseren (zie artikel 19 van het decreet van 10 juli 2008 houdende een kader voor het Vlaamse gelijkekansen- en gelijkebehandelingsbeleid).

De dienstverlener verbindt zich ertoe de werknemers en derden zoals deelnemers, bezoekers, externe medewerkers,… mee te delen dat hij geen rekening zal houden met vragen of wensen van discriminerende aard.

Indien een personeelslid van de dienstverlener zich tijdens de uitvoering van de opdracht schuldig maakt aan discriminatie, pestgedrag, geweld of ongewenst seksueel gedrag, zal de dienstverlener de nodige maatregelen treffen om een eind te maken aan dit gedrag en waar nodig het slachtoffer in eer herstellen. De werknemers met hiërarchische verantwoordelijkheden zullen toezien op het naleven van dit engagement.

Bij elke mogelijke klacht in dit verband tegen de dienstverlener, zal deze zijn volledige medewerking verlenen aan eventueel onderzoek dat in dit verband verricht wordt door een meldpunt discriminatie of een andere organisatie, in dit verband aangesteld door de Vlaamse overheid.

De dienstverlener vraagt tevens al zijn personeelsleden alert te zijn voor discriminatie, pestgedrag, geweld of ongewenst seksueel gedrag, in die zin dat ze de gevallen waar ze getuige van zijn, onmiddellijk dienen te melden aan een werknemer met hiërarchische verantwoordelijkheid.

De dienstverlener verbindt zich ertoe om geen druk uit te oefenen op eigen personeelsleden, die slachtoffer worden van discriminatie, pestgedrag, geweld of ongewenst seksueel gedrag door een klant of een derde, om af te zien van eventuele indiening van een klacht of inleiding van een vordering voor de rechtbank in dit verband.

De dienstverlener ziet er op toe dat ook de onderaannemers, die hij eventueel inschakelt voor de opdracht, zich houden aan deze uitvoeringsvoorwaarden.

III. TECHNISCHE VOORSCHRIFTEN

A Technische voorschriften

1 ALGEMEEN

1.1 Definities

1.1.1 Gladheidbestrijding

Het (laten) uitvoeren van het strooien van smeltmiddel in vaste of vloeibare vorm (strooiactie) en het ruimen van sneeuw (sneeuwruimingsactie) teneinde de fietspaden sneeuw- en ijsvrij te houden/maken.

1.1.2 Smeltmiddel

Is een product dat het vriespunt van water kan verlagen door een oplossing te vormen met het water. Bijgevolg veroorzaakt het product het smelten van sneeuw en ijzel bij temperaturen onder de 0°C.

Het Agentschap Wegen en Verkeer gebruikt volgende smeltmiddelen:

• Fijn natriumchloride (NaCl) – zout in vaste vorm

• Grof natriumchloride (NaCl) – zout in vaste vorm

• Calciumchloride of natriumchloride in pekelvorm – zout in vloeibare vorm (of pekel)

• Calciumchloride in schilfervorm (CaCl2) – zout in vaste vorm Het natriumchloride is behandeld tegen kluitvorming.

Het zout kan voorzien worden in bulk tot kleine zakken.

De pekel kan naast een grote citerne op de laadplaats ook voorzien worden in kleinere vaten tot 1m³.

1.1.2.1 Natzout

Is de combinatie van smeltmiddel in vaste vorm en vloeibare vorm. De vaste en vloeibare vorm worden gemengd bij het strooien (via de schijf van de strooier).

1.1.3 Strooiactie

Het strooien van smeltmiddel in vaste en/of vloeibare vorm. Deze actie omvat zowel laden, strooien,… (zie art. 2).

1.1.4 Sneeuwruimingsactie

Het ruimen van sneeuw door middel van sneeuwploegen (inclusief laden, strooien, …).

1.1.5 Gladheidbestrijdingsmaterieel

Het materieel voor de gladheidbestrijding dat ter beschikking is op de laadplaats of geleverd wordt door de dienstverlener.

1.1.6 Laadplaats

Dit is de plaats in het district waar het smeltmiddel gestockeerd ligt en het gladheidbestrijdingsmaterieel opgesteld staat. Vanuit deze plaats start de strooiactie.

1.1.7 AWV-coördinator

De AWV-coördinator is de afgevaardigde van de aanbesteder voor de gladheidbestrijding op de laadplaats. De collega’s van de AWV-coördinator (leidinggevende en assistent-coördinatoren) die actief zijn in de winterdienst van de aanbesteder staan eveneens in voor de opvolging en uitvoering van dit bestek.

1.1.8 Opdrachtnemer

De firma die belast is met de uitvoering van onderhavig contract.

1.1.9 Winterdienstprogramma

Het opvolgsysteem van strooiers en sneeuwploegen. In dit systeem worden alle tijden bijgehouden en gecontroleerd. Zowel de aanrijtijden, wachttijden en de strooi- en sneeuwruimingstijden. De duur van deze tijden wordt gemeten en hiervoor wordt elk tijdstip apart afgerond naar het kwartier. Dit tijdstip wordt afgerond naar boven of naar beneden, naargelang het overschot meer of minder (gelijk) is dan 7,5 min. Dit houdt in dat bij het laden van smeltmiddelen de wachttijden kleiner dan 7,5 min worden gereduceerd tot 0 min. De aanvangstijd van de strooibeurt valt dan samen met de aanvang van de wachttijd.

Op basis van dit systeem worden de betaalstaten opgemaakt.

1.1.10 Vlootinspectie en organisatiecheck

Een door de opdrachtnemer te houden inspectie per laadplaats van al het beschikbare gladheidbestrijdingsmaterieel van aanbesteder en dienstverlener, waarbij fietspadstrooier en sneeuwploeg voor- of opgebouwd in werking getest dient te worden, met de juiste tractie en met de vaste chauffeur(s) (zie art. 2.3).

1.1.11 Winterdienstperiode

De periode lopend vanaf de derde maandag van oktober van enig jaar tot de vierde maandag van april van het daarop volgende jaar. Wanneer de weersomstandigheden dit noodzaken, kan deze periode worden uitgebreid tijdens de maanden oktober en april, mits een voorafgaandelijke verwittiging van 24 uur.

Gedurende deze gehele winterperiode, richt de opdrachtnemer een systeem van permanentie in waarbij hij op elk ogenblik kan worden opgeroepen voor de uitvoering van de prestaties van de winterdienst.

1.1.12 Algemene preventieve fietspadenactie

Een strooiactie die gericht is op het voorkomen van gladheid op alle vrijliggende en/of verhoogde fietspaden van het district en die een tijdsduur kent van 3 à 4 uren (richttijd).

1.1.13 Algemene curatieve fietspadenactie

Een strooi- en/of sneeuwruimingsactie op alle vrijliggende en/of verhoogde fietspaden van het district die een tijdsduur kent van 3,5 à 4,5 uur (richttijd) en die gericht is op het bestrijden van optredende gladheid, voornamelijk als gevolg van sneeuwval en/of ijzel.

1.1.14 Plaatselijke curatieve fietspadenactie

Een strooi- en/of sneeuwruimingsactie op vrijliggende en verhoogde fietspaden die gericht is op het bestrijden van optredende gladheid, voornamelijk als gevolg van sneeuwval en/of bij ijzel. Het

betreft hier een actie om plaatselijke problemen op fietspaden ten gevolge van winterweer te verhelpen.

1.1.15 Oproep

Een opdracht van de AWV-coördinator tot het (laten) uitvoeren van gladheidbestrijding.

De oproep wordt gegeven via het door de opdrachtnemer opgegeven uniek Belgisch telefoonnummer dat 24 uur op 24 uur en 7 dagen op 7 bereikbaar moet zijn gedurende de volledige winterdienstperiode.

1.1.16 Fietspadenroute

De route die wordt gereden op de vrijliggende en verhoogde fietspaden tijdens de gladheidbestrijding, te rekenen vanaf de laadplaats of startpunt route tot en met de laatste vierkante meter te strooien verharding fietspad, exclusief het terugrijden naar de laadplaats.

1.2 Informatie laadplaatsen en gladheidbestrijdingsmaterieel

De smeltmiddelen bevinden zich op de laadplaatsen. De opdrachtnemer kan beroep doen op verschillende soorten smeltmiddelen (zie 1.1.2).

Op laadplaats Vosselaar voorziet de aanbesteder voor enkele percelen het gladheidsbestrijdingsmaterieel:

Perceel 31 (fietspadenroute D125/01): stalen sneeuwploeg en fietspadpekelsproeier Perceel 33 (fietspadenroute D125/03): stalen sneeuwploeg en fietspadpekelsproeier Perceel 34 (fietspadenroute D125/04): stalen sneeuwploeg en fietspadpekelsproeier Perceel 35 (fietspadenroute D125/05): stalen sneeuwploeg en fietspadpekelsproeier Perceel 36 (fietspadenroute D125/06): stalen sneeuwploeg en fietspadpekelsproeier

Het gladheidbestrijdingsmaterieel en de smeltmiddelen bevinden zich op de laadplaatsen. Het materieel is gekoppeld aan de laadplaatsen en dient na elke actie op de desbetreffende laadplaats te worden teruggeplaatst.

Na elke fietspadenactie dienen de bedieningskasten van het gladheidbestrijdingsmaterieel op de daarvoor bestemde plaatsen terug geplaatst te worden. Het stallen van materieel buiten deze locaties is niet toegestaan.

Een overzicht van de laadplaatsen vind je terug onder art. A2.1 – percelen van het administratief gedeelte.

1.3 Eisen te stellen aan fietspadstrooiers en – sneeuwploegen

Elke fietspadstrooier en smalspoorvoertuig (percelen 31, 33, 34, 35 en 36) dienen voorzien te zijn van een veegborstel en manuele sneeuwschop.

1.3.1 Eisen voor fietspadstrooier

De fietspadstrooier bestaat uit een mechanisch smalspoorvoertuig (maximale breedte 1,75 m) uitgerust met een getrokken of gedragen smalspoorstrooier (zout of nat zout ) of pekelsproeier die geschikt is voor het strooien van fietspaden volgens de eisen van artikels 2.5 en 2.6 en de strooinormen van art.1.4.

Een eventueel voorraadvoertuig is eveneens voorzien bij de fietspadstrooier. De hiermee gepaarde kosten worden geacht begrepen te zijn in de posten van de strooi- en/of sneeuwruimingsacties.

De opdrachtnemer dient rekening te houden met de hoogte van de fietstunnels en de tonnagebeperking van zijn fietspadenroute.

Alle fietspadstrooiers zijn uitgerust met een volgsysteem (track en trace – reden: zie art. 2.5 en 2.6).

De fietspadstrooiers dienen zodanig uitgerust te zijn zodat de preventieve en curatieve fietspadenacties binnen de richttijden van artikels 1.1.12 en 1.1.13 zijn uitgevoerd.

1.3.2 Eisen sneeuwploeg voor fietspaden

De sneeuwborstel en/of sneeuwploeg moet voldoende breed zijn zodat de fietspaden over een breedte van 1,2 m sneeuwvrij zijn. De sneeuwploeg moet voorzien zijn van een slijtstrook om het wegdek niet te beschadigen.

1.3.3 Eisen smalspoorvoertuig voor gladheidsbestrijdingsmaterieel van aanbesteder (percelen 33 en 36)

De opdrachtnemer voorziet een smalspoorvoertuig (maximale breedte 1,75 m) waar de sneeuwploeg en de strooier van de aanbesteder tegelijkertijd kan aan gekoppeld worden en in werking kan treden. De technische kenmerken van het gladheidbestrijdingsmaterieel zijn terug te vinden in bijlage 3 van dit bestek.

Alle smalspoorvoertuigen zijn uitgerust met een volgsysteem (track en trace – reden: zie art. 2.5 en 2.6).

Voor de sneeuwploegen dienen de smalspoorvoertuigen voorzien te zijn van:

• Een 3-punts fronthefsysteem categorie 1 of 2

• Twee hydraulische functies aan de voorzijde voor het bedienen van de sneeuwploeg.

Voor de fietspadpekelsproeiers dienen de smalspoorvoertuigen zodanig voorzien te zijn dat:

• het aankoppelen mogelijk is:

• Aankoppelhoogte tussen de 45 en 53 cm

• DIN-oog

• de universele bedieningskaststeun kan geplaatst worden in de cabine (kabinedoorvoer volgens EN16330)

Het smalspoorvoertuig moet voorzien worden van aansluitfiches die geschikt zijn voor het aansluiten van de elektronische bedieningskasten van de sneeuwploeg en de pekelsproeier. Deze aansluitfiches zijn te verkrijgen op de laadplaatsen. De plaatsing van deze aansluitfiches in de stuurcabine van het smalspoorvoertuig is een aannemingslast.

1.4 Richtlijnen gebruik smeltmiddelen wegen

De AWV-coördinator zal bij oproep steeds meegeven hoeveel smeltmiddel per m² er gestrooid dient te worden.

Bij natzout is de richtwaarde van de mengverhouding 70% zout in vaste vorm en 30% pekel.

Ter info zijn de richtlijnen terug te vinden in tabel 1 hieronder

Strooiactie	Voorspelde gladheid/type gladheid	Smeltmiddel	Hoeveelheid smeltmiddel
Preventieve fietspadenactie	Rijmplekken, opvriezen natte weggedeelten,…	Nat zout	7 – 10 g/m²
		Pekel	14 g/m²
		Droog zout	14 – 20 g/m²
	Neerslag, sneeuwval, …	Nat zout	10 - 15 g/m²
		pekel	20 g/m²
		Droog zout	20 – 30 g/m²
	IJzel, onderkoelde regen	Nat zout	10 - 15 g/m²
		pekel	20 g/m²
		Droog zout	20 – 30 g/m²
Curatieve fietspadenactie	Sneeuwbuien, ijzel, onderkoelde regen	Nat zout	10 – 15 g/m²
		pekel	20 g/m²
		Droog zout	20 – 30 g/m
	Sneeuwruimen	Nat zout	10 – 15 g/m²
		pekel	20 g/m²
		Droog zout	20 – 30 g/m

Tabel 1: richtlijnen gebruik smeltmiddelen

2 BESCHRIJVING VAN DE DIENSTVERLENING

2.1 fietspadenroutes

De opdrachtnemer dient zijn fietspadenroutes te kennen. In bijlage 4 staat een overzicht van alle fietspadenroutes per perceel en per laadplaats.

Een fietspadenroute bestaat uit een deel strooien en/of ruimen en een deel rijden.

Het is belangrijk dat de opdrachtnemer goed op de hoogte is van fietstunnels en de tonnagebeperking langs zijn fietspadenroute (te controleren vooraf aan de inschrijving).

De fietspadenroute is zodanig opgebouwd dat de tijden opgenomen in art. 1.1.12 en art. 1.1.13 haalbaar zijn als de opdrachtnemer het juiste materieel (zie art. 1.3 ) voorziet.

Tijdens de duur van het contract is het mogelijk dat fietspadenroutes wijzigen omwille van wegeniswerken en nieuwe, overgenomen of overgedragen gemeentewegen. Het aantal kilometer strooien en rijden worden dan in verhouding aangepast.

2.2 Gladheidbestrijdingsmaterieel

2.2.1 Gladheidbestrijdingsmaterieel ter beschikking gesteld door aanbesteder (percelen

33 en 36)

De aanbesteder stelt gladheidbestrijdingsmaterieel dat dient te worden ingezet ter beschikking aan de opdrachtnemer.

De handleidingen voor het gebruik van het gladheidbestrijdingsmaterieel worden bij toewijzing bezorgt aan de opdrachtnemer. De opdrachtnemer dient de technische voorschriften van de handleiding en de instructies ontvangen op de vlootinspectie en organisatiecheck altijd te volgen. Hij dient de opgedane kennis van de opleiding toe te passen.

De opdrachtnemer handelt als goede huisvader. Eventuele kosten aan het gladheidbestrijdingsmaterieel ten gevolge van onoordeelkundig gebruik en gebrekkige dagelijkse reiniging zijn ten laste van de opdrachtnemer.

De aanbesteder staat in voor het onderhoud van het gladheidbestrijdingsmaterieel. Hiertoe zijn contracten gesloten met onderhoudsplichtigen.

De opdrachtnemer is gehouden storingen aan het gladheidbestrijdingsmaterieel tijdig en op een correcte wijze door te geven aan de AWV-coördinator zodat de onderhoudsplichtige op basis van deze informatie de storing kan analyseren en verhelpen (incl. foto indien het een beschadiging of breuk betreft).

Alle storingen dienen mondeling doorgegeven te worden en per e-mail bevestigd te worden.

De herstellingen aan het gladheidbestrijdingsmaterieel ten gevolge van onoordeelkundig gebruik (schadegevallen) dienen hersteld te worden door de onderhoudsplichtigen van de aanbesteder. De kosten worden rechtstreeks gefactureerd naar de opdrachtnemer.

De opdrachtnemer dient de strooiers na ieder gebruik te reinigen in de volgorde zoals hieronder beschreven:

• Opgehoopt zout of pekel aan de buitenkant van de strooier/sproeier verwijderen.

• Strooiplaat, signalisatiebord (rood-witarcering) en stortgoot afspoelen met stromend water (geen hoge druk).

• Het oliepeil van het hydraulisch systeem controleren en melden als deze te laag staat.

• Strooiers terug plaatsen op de laadplaats.

Alle gebruikte sneeuwploegen dienen direct na inzet volledig te worden gereinigd met stromend water en borstel.

De hiermee gepaard gaande kosten worden geacht begrepen te zijn in de posten van de strooi- en/of sneeuwruimingsacties.

2.2.2 Materieel aangeleverd door de opdrachtnemer

De opdrachtnemer stelt een fietspadstrooier en/of sneeuwploeg (zie art. 1.3.1 en 1.3.2) dat dient te worden ingezet ter beschikking.

De opdrachtnemer staat in voor het onderhoud van zijn materieel. De reiniging van het materieel ingezet voor dit bestek kan gebeuren op de laadplaats.

De opdrachtnemer dient er voor te zorgen dat het materieel altijd inzetbaar en afgestemd is. Het is belangrijk dat de sneeuwploeg zo gebruikt wordt dat de slijtstrook in contact komt met de grond. Enkel zo kan een degelijke ruiming gegarandeerd worden.

Met afgestemd wordt bedoeld:

- De strooier en sneeuwploeg zijn vooraf afgesteld

- De bestuurder van het materieel heeft vooraf de richtlijnen ontvangen over de werking van sneeuwploeg en strooier (art. 2.3 en 2.4) en kent zijn fietspadenroute.

Bij zware winterse omstandigheden kan de gladheidbestrijding 24 uur op 24 uur duren. Het is belangrijk dat de opdrachtnemer hiermee rekening houdt.

2.3 Vlootinspectie en organisatiecheck

De opdrachtnemer dient in overleg met de opdrachtgever voor aanvang van elke winterdienstperiode een vlootinspectie en organisatiecheck te houden.

Deze vindt plaatst in de maand oktober. De juiste datum wordt ten laatste 3 weken op voorhand meegedeeld.

Het tijdstip van aanmelden wordt vooraf afgesproken.

Tevens zal de opdrachtnemer instructies ontvangen over het gebruik van het ter beschikking gestelde gladheidbestrijdingsmaterieel (percelen 33 en 36).

Ook de veiligheidsinstructies komen hier aan bod.

Het oproepnummer permanentie dient die dag ten laatste doorgegeven te worden. Ook de naam van de bestuurder(s) van de fietspadstrooiers en GSM nummer(s).

De fietspadstrooier dient op deze dag voorgesteld, afgesteld en getest te worden. De fietspadenroutes wordt overlopen en indien nodig gereden.

De opdrachtnemer heeft door in welke vorm en verpakking hij het zout wenst (zout in bulk, zout in zakken, pekel in vaten,… zie art.1.1.2).

Voor percelen 33 en 36 dienen de smalspoorvoertuigen voorgesteld te worden:

• Het gladheidbestrijdingsmaterieel van de aanbesteder dient op het smalspoorvoertuig afgesteld en samen getest worden.

• Alle bestuurders die de opdrachtnemer eventueel zal inzetten gedurende de winterdienstperiode moeten aanwezig zijn.

• Tijdens de vlootinspectie en organisatiecheck dient de opdrachtnemer een fotoreportage van de strooier en sneeuwploeg die hem toegewezen wordt te maken die een overzicht weergeeft van de staat van de strooier (eventuele beschadigingen ed. zijn hier in opgenomen). Hij dient dit binnen de 5 werkdagen aan de aanbesteder over te maken.

• Na de vlootinspectie en organisatiecheck en voor aanvang van de winterdienstperiode zal via een PV van ingebruikname (met als bijlage de fotoreportage van de vlootinspectie en organisatiecheck) het gladheidbestrijdingsmaterieel ter beschikking worden gesteld aan de opdrachtnemer.

• Na beëindiging van het contract moet het ter beschikking gestelde gladheidbestrijdingsmaterieel schadevrij terug overgedragen worden aan de opdrachtgever via een PV van terugname. De fotoreportage dient als referentie. Deze PV’s zijn ter info terug te vinden in bijlage 5.

2.4 Kennis en vaardigheden

De opdrachtnemer zorgt ervoor dat hij de kennis en vaardigheden die hij heeft opgedaan tijdens vlootinspectie- en organisatiecheck en de bij die gelegenheid ontvangen instructies, op peil houdt en weet toe te passen gedurende de gehele looptijd van dit bestek.

2.5 Preventieve fietspadenactie

Telkens als de AWV-coördinator hiertoe een oproep doet, start de aannemer een preventieve fietspadenactie.

Na 1 uur na oproep dient de opdrachtnemer op de laadplaats te zijn van de aanbesteder of dient hij aanwezig te zijn op het startpunt van de fietspadenroute. Dit laatste kan wanneer de opdrachtnemer een extra laadplaats voorziet. De opdrachtnemer dient de aanbesteder steeds telefonisch te verwittigen wanneer hij zijn actie aanvangt en beëindigt.

Bij een duidelijk weerbeeld kan het zijn dat de AWV-coördinator reeds enkele uren vooraf doorgeeft wanneer de preventieve actie zal opgestart worden. De dienstverlener start dan de preventieve fietspadenactie op het afgesproken uur;

Onderdelen van een preventieve fietspadenactie zijn:

- Het ter beschikken stellen van fietspadstrooier of smalspoorvoertuig (zie percelen 33 en 36 ) binnen de 60 minuten (= maximale aanrijtijd) op de laadplaats/startpunt fietspadenroute

- Het gebruik van een vrachtwagen voor de bevoorrading indien nodig

- (bij-)Laden van smeltmiddel;

- Het op juiste wijze (laten) uitvoeren van een strooiactie op de locaties conform de aanwijzingen van de AWV-coördinator. Alle fietspaden dienen minimum over een breedte van 1,4 m gestrooid te worden.

- Het schoonmaken van het winterdienstmaterieel.

- Binnen de 24 uren na oproep strooiactie, de afgelegde route uit de track en trace van de fietspadstrooier of smalspoorvoertuig vanaf tijdstip oproep AWV-coördinator tot tijdstip afmelding opdrachtnemer bezorgen aan AWV-coördinator. Dit is niet nodig voor percelen ( 33 en 36). Hier wordt het traject uitgelezen via het automatisch strooien voorzien in het gladheidbestrijdingsmaterieel van de aanbesteder.

Schematisch weergegeven:

Preventieve fietspadenactie
Rijden naar laadplaats /laden +vertrek externe locatie	Aankomst laadplaats en start laden en nadien strooien / aankomst startpunt en start strooien tot einde fietspadroute of tot terug op laadplaats	Reinigen en terug plaatsen gladheidbestrijdingsmaterieel
ter beschikking stelling (binnen 60 min)	strooitijd

Tijdstip oproep Einde strooiactie

2.6 Curatieve fietspadenactie

2.6.1Algemene curatieve fietspadenactie

Telkens als de AWV-coördinator hiertoe een oproep doet, start de dienstverlener onverwijld een algemene curatieve fietspadenactie.

De onderdelen van deze curatieve fietspadenactie zijn identiek aan die van een preventieve fietspadenactie zoals verwoord in artikel 2.5 van dit bestek, desgevallend aangevuld met:

- Voorbouwen / afstellen / terugplaatsen van sneeuwploegen e.d.;

- De fietspaden dienen over een breedte van minimum 1,2 m ijs- en sneeuwvrij te zijn. Bij de dubbelrichtingsfietspaden kan in de fietspadenroute opgegeven zijn dat deze 2,4 m breed ijs-en sneeuwvrij moet gemaakt worden. Het aantal te behandelen km fietspad gaat voor dit stuk maal twee.

(plaatselijke) curatieve fietspadenactie
Rijden naar laadplaats/laden +vertrek externe	Aankomst laadplaats en start laden en nadien strooien / aankomst startpunt en start strooien tot einde	Reinigen en terug plaatsen gladheidbestrijdingsmaterieel

locatie	fietspadroute of tot terug op laadplaats
ter beschikking stelling binnen 60 min	strooitijd

Tijdstip oproep Einde strooiactie

2.6.2 Plaatselijk curatieve fietspadenactie

Telkens als de AWV-coördinator hiertoe een oproep doet, start de dienstverlener onverwijld een plaatselijke curatieve fietspaden actie.

De onderdelen van een plaatselijke curatieve actie per uur zijn identiek aan die van een algemene curatieve actie zoals verwoord in artikel 2.7.1 van dit bestek.

De strooitijd begint te lopen vanaf laadplaats aanbesteder of afgesproken startpunt tot afmelding einde oproep AWV-coördinator.

3 VERGOEDINGEN VAN DE DIENSTVERLENING

3.1 Vaste vergoeding per winterdienstperiode - permanentie

De opdrachtnemer ontvangt voor het beschikbaar houden van personeel en voor de nodige bevestigingsmiddelen die de opdrachtnemer gebruikt voor de afstemming van zijn materieel op het gladheidbestrijdingsmaterieel een vaste vergoeding zoals voorzien in de meetstaat.

In de vaste vergoeding worden in ieder geval de volgende kosten geacht te zijn opgenomen:

- De benodigde bevestigingsmiddelen die de aannemer gebruikt voor de afstemming van zijn materieel op het gladheidbestrijdingsmaterieel

- Opleidingen van personeel

- Het beschikbaar houden van de voertuigen en personeel gedurende de winterdienstperiode

- Telefoonkosten

- Kosten m.b.t. verzekeringen

- Aan te leveren gladheidbestrijdingsmaterieel

- Permanentie 24 uur op 24 uur gedurende de winterdienstperiode.

De vaste vergoeding wordt vergoed volgens de posten van de permanentie (post 801). Deze vergoeding wordt verdeeld over de maanden tijdens de winterdienstperiode.

In de maand oktober en april wordt deze vergoeding voor de helft betaald.

3.2 Vergoeding vlootinspectie en organisatiecheck

De opdrachtnemer ontvangt voor de vlootinspectie en organisatiecheck een vergoeding conform de eenheidsprijzen van volgende posten:

- Ter beschikkingstelling (post 803) en uurprijs (post 809)

3.3 Vergoeding preventieve fietspadenactie

De aannemer ontvangt voor elke preventieve actie een vergoeding conform de eenheidsprijzen van de posten van de strooiacties.

- Ter beschikkingstelling (post 802).

- Strooitijd (post 806) – enkel de te strooien kilometers opgenomen in de fietspadenroute komen in aanmerking.

3.4 Vergoeding curatieve fietspaden actie

De opdrachtnemer ontvangt voor elke curatieve actie een vergoeding conform de eenheidsprijzen van de posten van de strooi- en sneeuwruimingsacties.

3.4.1 Algemene curatieve fietspadenactie

- Ter beschikkingstelling (post 803).

- Strooitijd en/of sneeuwruimen (post 807) – enkel de te strooien kilometers opgenomen in de fietspadenroute komen in aanmerking.

Het kan zijn dat bij een curatieve actie met heel veel sneeuw de uitvoering vertraging oploopt. In de km-prijs van de curatieve actie is hiermee rekening gehouden.

3.4.2 Plaatselijke curatieve fietspadenactie

- Ter beschikkingstelling (post 803).

- Strooien en sneeuwruimen (post 809) volgens effectief gereden tijd

B Bijlagen

BIJLAGE 1: INVULBLAD MATERIEEL: FIETSPADSTROOIER

Verplichtend door de inschrijver in te vullen, te dateren, te tekenen en aan zijn offerteformulier te voegen.

Het aantal materieelfiches die de opdrachtnemer indient moet overeenkomen met het in totaal opgeven aantal fietspadstrooiers die hij tegelijkertijd kan inzetten (zie offerformulier).

Nummer materieelfiche fietspadstrooier (1,2,3,…)

A. Laadplaats of Standplaats van fietspadstrooier en bestuurder gedurende de winterdienstperiode

Voorziet de opdrachtnemer een extra laadplaats (art.146)?

ja - Locatie laadplaats op te geven in onderstaande tabel

nee – Locatie standplaats op te geven in onderstaande tabel

Gemeente:

Straat en nr:

B. Technische kenmerken fietspadstrooier

Niet alle technische eisen worden gevraagd. Er staan eisen in die pas kunnen geïnstalleerd worden wanneer de opdrachtnemer de opdracht toegewezen wordt.

Technische richtlijn (zie art.1.3 van het technisch gedeelte)	Antwoord opdrachtnemer
Breedte smalspoorvoertuig (in m)	m
Max. snelheid zonder strooien of sneeuwruimen (km/uur)	Km/uur
Strooitoestel: Zoutstrooier of pekelsproeier?
Strooitoestel: verdeelsysteem aanwezig (ja/nee)?
Verdeelsysteem min instelbaar op (gr/m²)?	gr/m²
Verdeelsysteem max instelbaar op(gr/m²)?	gr/m²
Strooitoestel: Minimale strooibreedte/maximale strooibreedte	m/ m
Nuttige werkbreedte sneeuwborstel en/of sneeuwploeg (m)

ER DIENT EEN FOTO VAN HET VOERTUIG AAN DIT INVULBLAD TOEGEVOEGD TE WORDEN.

Gedaan te ……………

De opdrachtnemer (naam + handtekening),

BIJLAGE 2: INVULBLAD MATERIEEL: SMALSPOORVOERTUIG

Verplichtend door de inschrijver in te vullen, te dateren, te tekenen en aan zijn offerteformulier te voegen.

Het aantal materieelfiches die de opdrachtnemer indient moet overeenkomen met het in totaal opgeven aantal smalspoorvoertuigen die hij tegelijkertijd kan inzetten (zie offerformulier).

A. Laadplaats of Standplaats van fietspadstrooier en bestuurder gedurende de winterdienstperiode

Voorziet de opdrachtnemer een extra laadplaats ?

ja - Locatie laadplaats op te geven in onderstaande tabel

nee – Locatie standplaats op te geven in onderstaande tabel

Gemeente:

Straat en nr:

B. Technische kenmerken Smalspoorvoertuig voor fietspadpekelsproeier (enkel voor percelen ( 33 en 36)

Niet alle technische eisen worden gevraagd. Er staan eisen in die pas kunnen geïnstalleerd worden wanneer de opdrachtnemer de opdracht toegewezen wordt.

Technische richtlijn (zie art.1.3 van het technisch gedeelte)	Antwoord opdrachtnemer
Breedte smalspoorvoertuig (in m)	m
Max. snelheid zonder strooien of sneeuwruimen (km/uur)	Km/uur
3. Aanwezigheid 3-punts fronthefsysteem categorie 1 of 2 (ja/nee)
Aanwezigheid van Twee hydraulische functies aan de voorzijde (ja/nee)
De aankoppelhoogte achterzijde (in cm)	cm
Mogelijkheid tot aankoppelen met DIN-oog (ja/nee)

4.

ER DIENT EEN FOTO VAN HET VOERTUIG AAN DIT INVULBLAD TOEGEVOEGD TE WORDEN.

Gedaan te ……………

De opdrachtnemer (naam + handtekening),

Besteknummer: 37

Dossiernummer:

BIJLAGE 3: TECHNISCHE KENMERKEN GLADHEIDSBESTRIJDINGSMATERIEEL AANBESTEDER

Sneeuwploeg

- Robuuste en multifunctionele stalen sneeuwploeg geschikt voor alle typen en hoeveelheden sneeuw;

- Naar links en rechts te verstellen met hydrauliekventielen van een smalspoorvoertuig;

- Obstakelbeveiliging met veren voorzien

- Ploegbladbreedte: 1,4 m

- Werkbreedte: 1,21m

- Meerdelige rubber slijtstrook met speciale inlage

- Aanpassingspakket voor 3-punts hefsysteem cat. 1 of 2

- Hydraulische koppelingen ISO 7241-serie A afm. 12,5 vrouwtje

- Spatscherm tegen opstuivende sneeuw

- Markeringsvlaggen aanwezig

- Breedtemarkeringsverlichting in LED

- Koplampenset met richtingsaanwijzers

Fietspadpekelsproeier

- Onderstel voorzien van torsievering. Aandrijving van sproeier vanaf de as. Geschopeerd voor extra bescherming, pompopbouw inclusief hydrauliektank en een spatscherm aan de achterzijde;

- Rijsnelheidsonafhankelijke besturing door puls-gever op het onderstel. Onafhankelijk van trekkend voertuig;

- Slagvaste pekeltanks uit PE voorzien van interne schotten om slingeren van vloeistof tegen te gaan;

- Minimum en Maximumniveau schakelaar;

- Veilig weggedrag door de lage opbouw van de strooiunit;

- Maximale wendbaarheid doordat de compacte enkelas-aanhanger kort achter het trekkend voertuig hangt;

- ES-besturingskast – eenduidige bediening, GPS en modem geïntegreerd;

- Autologic routebegeleiding & automatisch strooien;

- Enkelas-aanhanger; maximale breedte 1500 mm; voorzien van oplooprem, torsievering en verlichting. De koppeling is met DIN-oog;

- Geïntegreerde aandrijving met eigen snelheidssignaal;

- Vloeistof systeem: Gekoppelde vloeistoftanks met een inhoud van 1050 liter – vulkoppeling met terugslagklep Storz 2’’;

- Besturingssysteel: Evolution Smart bedieningssysteem en automatische strooieraanpassing bij variaties in rijsnelheid en strooibreedte – geïntegreerde datacontroller inclusief accu – kabinedoorvoer volgens EN16330

- Sproeisysteem: enkelvoudige sproeibalk met sproeibreedte 1,4 m. (LED lamp voorzien op sproeisysteem)

- De nodige flitslampen, Rood-wit markeringen en contourmarkeringen volgens wetgeving

Besteknummer: 38

Dossiernummer:

Besteknummer: 39

Dossiernummer:

BIJLAGE 4: OVERZICHT FIETSPADENROUTES PER PERCEEL

Perceel 20; Fietstraject D112/F/01

LAADPLAATS : District Puurs BIJLAADPLAATS : neen

Km Km strooien

rijden

Strooien

N177 kmpt 14.500 tot kmpt 6.642 (1 kant)

(richting Antwerpen) Fietstunnel thv kmpt 11.1

N177z kmpt 6.642 tot kmpt 14.500 (1 kant) (richting Brussel)

Fietstunnel thv kmpt 11.1

N148 kmpt 10.603 tot kmpt 8.903 (2 kanten) ENKEL SCHELLE

7.858

Strooien

7.858

Strooien

EINDE STROOITRAJECT

Totaal :

Totale lengte volledig traject :

3.400

19.1

Perceel 24
		Km rijden	Km strooien
STROOIEN	R12 van kmpt 0.000 tot kmpt 4.744 (2 kanten)		9.488
STROOIEN	N1 kmpt 15.470 tot kmpt 18.460 tot R12 (2 kanten)		5.980
STROOIEN	N1 kmpt 18.460 tot kmpt 18.7500 tot R12 (1 kant)		0.290
STROOIEN	N227 kmpt 0.000 tot kmpt 2.250 (2 kanten) (Jubellaan)		4.500
STROOIEN	N227a kmpt 0.000 tot kmpt 1.115 (1 kant) (Colomalaan)		1.115
STROOIEN	Blarenberglaan van kmpt 0.000 tot kmpt 2.000 (1 kant)		2.000
STROOIEN	N109 van kmpt 0.000 tot kmpt 4.567 (1 kant)		4.567

EINDE STROOITRAJECT

Totaal :

Totale lengte volledig traject :

27.9

Besteknummer: 40

Dossiernummer:

Perceel 29-30 : Fietspadtraject D112/F/10-11

LAADPLAATS : District Puurs

Totale lengte volledig

traject :

BIJLAADPLAATS : ja zo ja : adres : R6, Mechelen

		Km rijden	Xx xxxxxxxx
XXXXXXXX	X000 van kmpt 14.750 tot 16.200 (aanliggend) (2 kanten)		2.800
STROOIEN	N116 van kmpt 16.200 tot kmpt 17.900 (2 kanten)		3.400
STROOIEN	N116 van kmpt 17.800 tot kmpt 18.100 (1 kant)		0.300
STROOIEN	N13 van kmpt 8.300 tot 11.080 (grens Grobbendonk) (2 kanten)		5.600
STROOIEN	N13 van kmpt 7.900 tot 4.200 (2 kanten)		7.400
STROOIEN	N13 van kmpt 3.700 tot 0.400 (2 kanten)		6.600
STROOIEN	R16 van kmpt 7.000 tot 0.000 (2 kanten)		14.000
	EINDE STROOITRAJECT Totaal :		40.1

Opmerking:

Volgens noodzaak (lokale bestrooiingen, verandering weersomstandigheden, onvolledige ploegen, pannes, sneeuwruiming, …) kunnen de trajecten steeds worden aangepast door de leidinggevende. Er wordt in elk geval rekening gehouden met de wegprioriteit.

Besteknummer: 41

Dossiernummer:

BIJLAGE 5: PV’S TERUGNAME EN OVERNAME

Zie volgende pagina

Besteknummer: 42

Dossiernummer:

Wegen en Verkeer Antwerpen Naam dienstverlener

District ??? ???? adres

Straat +nr + ev bus dienstverlener Postcode + gemeente dienstverlener

Betreft: Gladheidbestrijding in district ??? van de provincie Antwerpen Besteknummer: 1M3D8E/18/14

Proces-Verbaal van Ingebruikname.

Ondergetekenden verklaren hierbij dat met ingang van datum onderstaande gladheidbestrijdingsmaterieel van Wegen en Verkeer Antwerpen – district ???? wordt in gebruik genomen door naam dienstverlener tot ten laatste einde winterdienstperiode 2019- 2020.

De gebreken van het materieel zijn opgenomen in het verslag van de vlootinspectie en organisatiecheck van ??/??/2019.

Alle defecten en schade dienen onmiddellijk na vaststelling aan het district gemeld te worden. Op het einde van de winterdienstperiode dient het materieel schadevrij overgedragen worden aan het district via een PV van terugname.

Overzicht Strooiers:

	Merk	type	inventarisnummer strooier	chassisnummer
1	SCHMIDT	natzout	411-204747-0440131	STB22016

Overzicht sneeuwploegen

	Merk	inventarisnummer sneeuwploeg	chassisnummer
1	Schmidt	000-000000-0000000	SNK30.1-65-1-214

Opgemaakt te Antwerpen op datum

Voor de uitlening, Voor de ingebruikname,

plaatsnaam, datum plaatsnaam, datum

ing. Verantw. dienstverlener

Districtchef functie

District Firmanaam

Besteknummer: 43

Dossiernummer:

Wegen en Verkeer Antwerpen Naam dienstverlener

District ??? ???? adres

Straat +nr + ev bus dienstverlener Poscode + gemeente dienstverlener

Betreft: Gladheidbestrijding in district ??? van de provincie Antwerpen Besteknummer: 1M3D8E/18/14

Proces-Verbaal van terugname

Ondergetekenden verklaren hierbij dat op datum onderstaande gladheidbestrijdingsmaterieel van Wegen en Verkeer Antwerpen, uitgeleend aan naam dienstverlener, wordt teruggenomen door Wegen en Verkeer – district ????

Eventuele schade die nog hersteld dient te worden op kosten van naam dienstverlener staat genoteerd in dit verslag.

Overzicht Strooiers:

	Merk	type	inventarisnummer strooier	chassisnummer	Schade
	SCHMIDT	natzout	411-204747-0440131	STB22016	Schade vrij

Overzicht sneeuwploegen

	Merk	inventarisnummer sneeuwploeg	chassisnummer	Schade
1	Schmidt	000-000000-0000000	SNK30.1-65-1-214	Schade vrij

Opgemaakt te Antwerpen op datum

Voor de terugname, Voor de teruggave,

plaatsnaam, datum plaatsnaam, datum

ing. Verantw. dienstverlener

Districtchef functie

District Firmanaam

Besteknummer: 44

Dossiernummer:

D PRIJSBORDEREL

Volgnr.	Omschrijving van de dienst	Eenheden	Bedragen (€ excl. BTW)
PERMANENTIE
801	Maandelijkse kosten "M" voor het behoud van een permanentie (per perceel)	TP per maand	450
PREVENTIEVE FIETSPADENACTIE
802	Ter beschikkingstelling van een fietspadstrooier of smalspoorvoertuig (voor percelen 31, 33, 34, 35 en 36). ) ,inclusief bestuurder	Beurt	75
806	Gebruik van een fietspadstrooier of smalspoorvoertuig (voor percelen 31, 33, 34, 35 en 36) en eventuele vrachtwagen voor de bevoorrading van de zoutstrooier (inclusief bestuurders). Preventieve fietspaden actie	Km	17
CURATIEVE FIETSPADENACTIE
803	Ter beschikkingstelling van een fietspadstrooier met sneeuwborstel en/of sneeuwploeg of smalspoorvoertuig (voor percelen 31, 33, 34, 35 en 36) en eventuele vrachtwagen voor de bevoorrading van de zoutstrooier , inclusief bestuurder.	Beurt	85
807	Gebruik van een fietspadstrooier of smalspoorvoertuig (voor percelen 31, 33, 34, 35 en 36) met sneeuwborstel of sneeuwploeg en eventuele vrachtwagen voor de bevoorrading van de zoutstrooier (inclusief bestuurders).	Km	20
809	Gebruik van fietspadstrooier of smalspoorvoertuig voor (percelen 31, 33, 34, 35 en 36) met sneeuwborstel of sneeuwploeg en eventuele vrachtwagen voor de bevoorrading van de zoutstrooier (inclusief bestuurders)	Uur	160

Opgemaakt door de verantwoordelijke leidend ambtenaar Antwerpen, 3/06/2020

Xxxxxx Xxxxxxx Teamverantwoordelijke exploitatie

Gezien en in aanbesteding gesteld Antwerpen,

Ing. Xxx Xxxxxxx

Directeur exploitatie en beheer.

Besteknummer: 45

Dossiernummer:

Besteknummer: 46

Dossiernummer: