STATUTENWIJZIGING VERENIGING

dossier: A10014273-JW

STATUTENWIJZIGING VERENIGING

Vandaag, dertig augustus tweeduizend twaalf, verscheen voor mij, xx. Xxxxx Xxxxxxxxx, notaris te Alphen aan den Rijn:

xxxxxxx Xxxxx xxx xxx Xxxxx-xx Xxxx, geboren te Snelrewaard op twaalf

mei negentienhonderd eenenvijftig, per adres: Alphen aan den Rijn, Hazeveld 30, (postcode 2405 AE),

handelend als schriftelijk gevolmachtigde van het bestuur van de vereniging: Vereniging voor Gereformeerd Schoolonderwijs, statutair gevestigd te Gouda, kantoorhoudende te Ridderkerk, Xxxxxxxxxxxx 00 (xxxxxxxx 0000 XX), xxxxxxxxxxxx in het handelsregister onder nummer 40464783, en als zodanig deze rechtspersoon conform de bepalingen van de wet en de statuten rechtgeldig vertegenwoordigende;

hierna te noemen: ‘de vereniging’.

VOLMACHT

Van gemelde volmacht blijkt uit de aan deze akte gehechte volmacht. De verschenen persoon verklaarde:

INLEIDING

1. De vereniging is opgericht op vier januari negentienhonderd eenentwintig.

2. De statuten van de vereniging zijn voor het laatst gewijzigd bij notariële akte op eenentwintig mei tweeduizend acht verleden voor notaris xx. X. Xxxxxx te Staphorst.

3. De algemene vergadering van de vereniging heeft in de vergaderingen gehouden op veertien april tweeduizend twaalf besloten de statuten te wijzigen. Van dit besluit blijkt uit de aan deze akte gehechte notulen van deze vergaderingen.

STATUTENWIJZIGING

Ter uitvoering van het besluit tot statutenwijziging luiden de gewijzigde statuten met onmiddellijke ingang als volgt:

STATUTEN

Naam en zetel Artikel 1

1. De vereniging draagt de naam: Vereniging voor Gereformeerd Schoolonderwijs.

2. De vereniging is gevestigd te Gouda.

3. De vereniging is opgericht op vier januari negentienhonderd éénentwintig.

Organen Artikel 2

De vereniging kent de volgende organen:

a. het College van Bestuur;

x. xx Xxxx van Toezicht; en

c. de algemene vergadering.

Grondslag Artikel 3

De grondslag van de vereniging is Gods Woord, zoals daarvan belijdenis gedaan wordt in de artikelen 2 tot en met 7 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Zij onderschrijft geheel en onvoorwaardelijk de Drie Formulieren van Enigheid, zoals deze zijn vastgesteld in de Nationale Synode, gehouden te Dordrecht in de jaren zestienhonderd achttien en zestienhonderd negentien. Zij belijdt mitsdien het absoluut gezag van Gods Woord over alle terreinen van het leven en derhalve mede over de opvoeding en het onderwijs van de kinderen.

Artikel 4

De vereniging spreekt als haar overtuiging uit:

a. dat de ouders gehouden zijn hun kinderen overeenkomstig de Heilige Schrift te onderwijzen en te doen onderwijzen;

b. dat de kerk de heilige roeping heeft zorgvuldig toe te zien, dat er bekwame onderwijsgevenden zijn, die onderwijs geven dat geheel op Gods Woord gegrond is en derhalve in overeenstemming is met de onverkorte en onveranderde Drie Formulieren van Enigheid;

c. dat de overheid het onderwijs op de in artikel 3 genoemde grondslag - en dat alleen - heeft te bevorderen.

Doel en middelen Artikel 5

De vereniging stelt zich ten doel haar leden behulpzaam te zijn bij:

a. de oprichting en instandhouding van christelijke scholen die zich op de in artikel 3 genoemde grondslag stellen;

b. de bevordering van de bloei van die scholen;

c. de beslechting van geschillen;

d. de toepassing en naleving van de wettelijke bepalingen ten aanzien van de scholen en het personeel.

Artikel 6

1. De vereniging tracht haar doel zoals dat is omschreven in artikel 5, te verwezenlijken door:

a. het verlenen van diensten en het geven van adviezen in de ruimste zin van het woord aan de leden;

b. de bezinning op aangelegenheden van principiële en materiële aard die het onderwijs aangaan;

c. het representeren van de leden in het publieke domein;

d. het verlenen van diensten, waaronder het verrichten dan wel het doen verrichten van administratieve werkzaamheden;

e. het aangaan van collectieve arbeidsovereenkomsten voor de aangesloten schoolbesturen;

h. alle andere wettige middelen die tot het gestelde doel dienstig zijn.

2. Door de vereniging wordt een bureau in stand gehouden, dat met inachtneming van de in het eerste lid vermelde middelen tot het verwezenlijken van de doelstelling werkzaam is.

3. De vereniging richt zich tevens op commerciele dienstverlening. Er kunnen diensten worden verleend aan besturen van naar het oordeel van het College van Bestuur nauw aan het reformatorisch onderwijs gelieerde onderwijsinstellingen en de onderwijsinstellingen die beheerd worden door deze besturen en aan besturen van onderwijsverwante instellingen, die naar het oordeel van het College van Bestuur nauw gelieerd zijn aan het reformatorisch onderwijs en de instellingen, die beheerd worden door deze besturen.

Tevens kunnen diensten worden verleend aan andere besturen en instellingen die zich eveneens op de in artikel 3 van deze statuten genoemde grondslag stellen.

Het College van Bestuur neemt bij besluiten omtrent het in dit artikellid bepaalde in acht hetgeen in het in artikel 8, vijfde lid van deze statuten genoemde reglement dienaangaande is vastgelegd.

Leden Artikel 7

1. Leden van de vereniging zijn die stichtingen, verenigingen en kerkelijke gemeenten die zich daartoe schriftelijk bij het College van Bestuur hebben aangemeld en als zodanig zijn toegelaten.

2. Tot het lidmaatschap kunnen alleen worden toegelaten die stichtingen, verenigingen en kerkelijke gemeenten die:

a. schriftelijk instemmen met de grondslag en het doel van de vereniging en

b. bereid zijn tot betaling van een contributie, waarvan het bedrag wordt vastgesteld door de algemene vergadering.

3. Het College van Bestuur beslist binnen drie maanden na de aanmelding over de toelating. Bij weigering kan de belanghebbende binnen dertig dagen nadat de beslissing van het College van Bestuur te zijner kennis is gebracht, schriftelijk in beroep komen bij de algemene vergadering, welke daarop in haar eerstvolgende vergadering uitspraak doet. De algemene vergadering is echter niet verplicht haar beslissing te nemen in een vergadering, welke gehouden wordt binnen een maand na de indiening van het beroep. Hangende het beroep is de belanghebbende geen lid.

4. Het lidmaatschap eindigt:

a. wanneer het lid ophoudt te bestaan;

b. door opzegging door het lid;

c. door opzegging door de vereniging.

Deze kan geschieden wanneer een lid heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het

lidmaatschap te laten voortduren;

d. door ontzetting.

Deze kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt.

5. Opzegging door de vereniging geschiedt door het College van Bestuur.

6. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan slechts geschieden tegen het einde van een verenigingsjaar en met inachtneming van een opzeggingstermijn van ten minste zes maanden. Echter kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd indien van het lid of van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.

7. Ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het College van Bestuur.

8. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkene binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de algemene vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst.

9. Het College van Bestuur neemt bij besluiten omtrent het in dit artikel bepaalde in acht hetgeen in het in artikel 8, vijfde lid van deze statuten genoemde reglement dienaangaande is vastgelegd.

College van Bestuur Artikel 8

1. Het College van Bestuur bestaat uit één, twee of drie leden. Het aantal leden wordt door de Raad van Toezicht bepaald in een vergadering van de Raad van Toezicht waarin alle zitting hebbende leden aanwezig zijn.

2. De benoeming van een lid van het College van Bestuur geschiedt door de Raad van Toezicht aan de hand van een door deze raad op te stellen profiel. Een lid van het College van Bestuur kan buiten de leden van de vereniging worden benoemd.

3. Een lid van het College van Bestuur kan door de Raad van Toezicht te allen tijde worden geschorst of ontslagen, mits het besluit daartoe wordt genomen met een meerderheid van ten minste twee/derde der geldig uitgebrachte stemmen. Een schorsing die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.

4. De leden van het College van Bestuur ondertekenen een verklaring dat zij instemmen met de in de artikelen 3, 4 en 5 van deze statuten vermelde grondslag en doelstelling en bij al hun handelingen in de eerste plaats de handhaving van het daarin uitgesproken beginsel zullen beogen.

5. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van het College van Bestuur worden in een afzonderlijk, door de Raad van Toezicht, vast te stellen reglement

neergelegd. Daarin wordt tevens de werkwijze van het College van Bestuur vastgelegd.

6. Het College van Bestuur verschaft de Raad van Toezicht tijdig de voor de uitoefening van diens taak noodzakelijke gegevens.

Artikel 9

Het College van Bestuur is onder verantwoordelijkheid aan de algemene vergadering bevoegd tot alle daden van beheer en beschikking ten aanzien van de bezittingen van de vereniging, met dien verstande evenwel dat het de machtiging van de Raad van Toezicht behoeft:

a. voor het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen;

b. voor het aangaan van overeenkomsten, waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een derde verbindt anders dan in de gevallen genoemd in artikel 19.

Artikel 10

1. De vereniging wordt door het College van Bestuur vertegenwoordigd. Indien het College van Bestuur uit meerdere personen bestaat komt de vertegenwoordigingsbevoegdheid mede toe aan twee gezamenlijk handelende leden van het College van Bestuur.

2. Het College van Bestuur kan volmacht verlenen aan één of meer leden van het College van Bestuur, alsook aan derden, om de vereniging binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.

3. Het College van Bestuur is belast met het leiden van de organisatie. Het benoemt, schorst en ontslaat het personeel.

Het College van Bestuur neemt bij besluiten omtrent het in dit artikellid bepaalde in acht hetgeen in het in artikel 8, vijfde lid van deze statuten genoemde reglement dienaangaande is vastgelegd.

Raad van Toezicht Artikel 11

1. De Raad van Toezicht bestaat uit een oneven aantal van ten minste vijf personen, die door de algemene vergadering worden benoemd. Ten minste de meerderheid van de leden van de Raad van Toezicht dient belijdend lid te zijn van een Gereformeerde Gemeente. De overige leden dienen te behoren tot die kerkelijke groeperingen die vertegenwoordigd zijn in de besturen van de scholen van de leden.

2. De benoeming van een lid van de Raad van Toezicht geschiedt door de algemene vergadering uit een door de Raad van Toezicht op te maken bindende voordracht. De voordracht van de Raad van Toezicht wordt bij de oproeping voor de algemene vergadering medegedeeld.

3. Alle leden van de Raad van Toezicht worden gekozen voor de tijd van drie jaar. Ieder jaar treedt een evenredig deel van het aantal leden af volgens een door de Raad van Toezicht op te stellen rooster. Elk aftredende is terstond, doch ten

hoogste driemaal, herbenoembaar. In tussentijdse vacatures wordt zo mogelijk in de eerste algemene vergadering na het ontstaan daarvan voorzien. Een tussentijds benoemde neemt op het rooster van aftreding de plaats van zijn voorganger in. In geval van vacatures blijft de Raad van Toezicht bevoegd tot het nemen van besluiten.

4. Een lid van de Raad van Toezicht kan door de algemene vergadering te allen tijde worden geschorst of ontslagen, mits het besluit daartoe wordt genomen met een meerderheid van ten minste twee/derde der geldig uitgebrachte stemmen. Een schorsing die niet binnen drie maanden wordt gevolgd door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn.

5. De leden van de Raad van Toezicht ondertekenen een verklaring dat zij instemmen met de in de artikelen 3, 4 en 5 van deze statuten vermelde grondslag en doelstelling en bij al hun handelingen in de eerste plaats de handhaving van het daarin uitgesproken beginsel zullen beogen.

6. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de Raad van Toezicht worden geregeld in een afzonderlijk door deze raad vast te stellen reglement, waarin tevens zijn werkwijze wordt vastgelegd.

Onverenigbaarheid van functies Artikel 12

1. Het lidmaatschap van het College van Bestuur is onverenigbaar met het lidmaatschap van de Raad van Toezicht.

2. Een lid van de Raad van Toezicht mag:

a. niet in dienst zijn van de vereniging;

b. geen familiaire tot en met de tweede graad of vergelijkbare relatie hebben met overige leden van de Raad van Toezicht dan wel leden van het College van Bestuur dan wel leden van het managementteam.

3. Een lid van de Raad van Toezicht mag geen werkzaamheden verrichten voor de vereniging danwel direct of indirect betrokken zijn bij leveringen ten behoeve van de vereniging noch anderszins door zijn handelwijze de belangen van de vereniging schaden.

Of hiervan sprake is, is ter beoordeling van de Raad van Toezicht. Hiervoor is een besluit nodig genomen met een meerderheid van twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen van de overige leden van de Raad van Toezicht, evenwel niet dan nadat aan het desbetreffende lid van de Raad van Toezicht de gelegenheid is geboden om zich in een vergadering te verantwoorden.

Verslaggeving en verantwoording Artikel 13

1. Het boekjaar van de vereniging is gelijk aan het kalenderjaar.

2. Het College van Bestuur en de Raad van Toezicht brengen op een algemene vergadering binnen zes maanden na afloop van het boekjaar, verlenging van deze termijn door de algemene vergadering uitgezonderd, een jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Ze leggen de balans en de staat van baten en lasten met een toelichting ter

goedkeuring aan de vergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de leden van het College van Bestuur en de Raad van Toezicht.

Ontbreekt de ondertekening van een of meer van hen, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt.

3. Het College van Bestuur en de Raad van Toezicht leggen de jaarstukken ter goedkeuring voor aan de algemene vergadering.

4. De Raad van Toezicht verleent aan een registeraccountant of andere deskundige als bedoeld in artikel 2:393 Burgerlijk Wetboek dan wel een organisatie waarin zodanige deskundigen samenwerken, de opdracht tot onderzoek van de opgemaakte jaarrekening.

5. De deskundige brengt omtrent zijn onderzoek verslag uit aan het College van Bestuur, de Raad van Toezicht en de algemene vergadering. De deskundige geeft de uitslag van zijn onderzoek in een verklaring weer.

De algemene vergadering: bevoegdheid en jaarvergadering Artikel 14

1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het College van Bestuur of de Raad van Toezicht zijn opgedragen.

2. Jaarlijks, uiterlijk zes maanden na afloop van het boekjaar, wordt een algemene vergadering - de jaarvergadering - gehouden. In de jaarvergadering komen onder meer aan de orde:

a. het verslag van het College van Bestuur en van de Raad van Toezicht over het afgelopen boekjaar;

b. het voorstel tot het al of niet goedkeuren van de jaarstukken over het afgelopen boekjaar;

c. het voorstel tot verlenen van kwijting aan het College van Bestuur en de Raad van Toezicht;

d. de periodieke verkiezing van de leden van de Raad van Toezicht; en

e. voorstellen van het College van Bestuur, de Raad van Toezicht of de leden, zoals aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering.

De algemene vergadering: oproeping en afvaardiging Artikel 15

1. De algemene vergadering wordt bijeengeroepen door de Raad van Toezicht of door het College van Bestuur en staat onder leiding van (de voorzitter van) de Raad van Toezicht.

Een aantal leden, samen bevoegd tot het uitbrengen van ten minste een tiende deel van de stemmen, kan de Raad van Toezicht of het College van Bestuur schriftelijk verzoeken een algemene vergadering bijeen te roepen binnen vier weken na dat verzoek. Als de Raad van Toezicht of het College van Bestuur niet binnen veertien dagen na ontvangst van dat verzoek de uitnodiging tot de vergadering heeft laten uitgaan, kunnen de verzoekers zelf de vergadering bijeenroepen.

2. De oproeping tot de algemene vergadering vindt plaats door middel van:

- een publicatie in het verenigingsorgaan; of

- een schriftelijk bericht aan de adressen van de leden volgens het ledenregister; of

- een advertentie in een ter plaatse veelgelezen dagblad.

De bijeenroeping kan, als een lid hiermee instemt, ook plaatsvinden door een langs elektronische weg toegezonden leesbaar en reproduceerbaar bericht aan het adres dat door het lid voor dit doel is bekend gemaakt.

3. De termijn van oproeping bedraagt ten minste zeven dagen, de dag van de oproeping en de dag van de vergadering niet meegerekend.

4. Naast de plaats, datum en tijd van de vergadering, moet de oproeping een agenda bevatten waaruit blijkt welke onderwerpen aan de orde worden gesteld.

5. De leden vaardigen elk twee personen af ter vergadering, welke ieder één stem hebben.

Besluitvorming Artikel 16

1. Voor zover in deze statuten niet anders is bepaald, worden alle besluiten van de organen van de vereniging genomen met volstrekte meerderheid van stemmen. Over zaken wordt mondeling, over personen wordt schriftelijk gestemd. Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht. Bij staken van stemmen over zaken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen. Stemmen bij volmacht is niet toegestaan.

2. Wordt bij een verkiezing over personen bij de eerste stemming geen volstrekte meerderheid behaald, dan heeft een tweede vrije stemming, of ingeval van een bindende voordracht, een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten plaats. Indien ook dan niemand de volstrekte meerderheid verkrijgt geldt het volgende:

a. ingeval van een bindende voordracht wordt hij geacht te zijn gekozen die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich heeft verenigd, terwijl voor het geval dat bij die tweede stemming de kandidaten een gelijk aantal stemmen op zich hebben verenigd, de oudste in jaren van hen geacht wordt te zijn gekozen;

b. indien er geen sprake is van een bindende voordracht dan vindt herstemming plaats tussen de twee personen die bij die tweede stemming het hoogste (dan wel het hoogste en het op-één-na-hoogste) aantal stemmen op zich hebben verenigd. Indien meer dan twee personen bij de tweede stemming het hoogste aantal stemmen op zich hebben verenigd, dan delen deze allen in de herstemming. Bij staking van stemmen of bij het niet behalen van de volstrekte meerderheid van stemmen wordt hij geacht te zijn gekozen die bij de herstemming het hoogste aantal stemmen op zich heeft verenigd. Heeft meer dan één persoon het hoogste aantal stemmen op zich verenigd, dan wordt de oudste in jaren van hen geacht te zijn gekozen.

Huishoudelijk reglement Artikel 17

De Raad van Toezicht kan een huishoudelijk reglement vaststellen, dat geen bepalingen mag bevatten, die in strijd zijn met deze statuten. In gevallen waarin de wet, deze statuten en het huishoudelijk reglement niet voorzien, beslist het College van Bestuur, behoudens de rechten van de algemene vergadering en de Raad van Toezicht.

Geldmiddelen Artikel 18

1. De geldmiddelen van de vereniging worden verkregen uit contributies, giften, legaten, uitsluitend beneficiair te aanvaarden erfstellingen en andere haar rechtmatig toekomende baten.

2. Zij mag deze evenwel niet aannemen of aanvaarden indien daaraan voorwaarden zijn verbonden die haar bij nakoming op enigerlei wijze zouden kunnen noodzaken te handelen in strijd met de artikelen 3, 4 en 5 van deze statuten.

Borgstelling Artikel 19

De vereniging treedt onder bepaalde voorwaarden, bij afzonderlijk reglement vast te stellen, ten behoeve van haar leden bij het rijk op als borg voor de nakoming van de verplichting tot terugbetaling van hetgeen door genoemde leden bij voorschot op de rijksvergoeding te veel of ten onrechte mocht zijn genoten.

Statutenwijziging Artikel 20

1. Onverminderd het bepaalde in de leden 3 en 4 is wijziging van deze statuten mogelijk bij besluit van een algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling, dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De termijn voor oproeping tot een zodanige vergadering moet ten minste zeven dagen bedragen.

2. Zij, die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen vóór de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgestelde wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag, waarop de vergadering wordt gehouden.

3. Behoudens hetgeen in lid 4 is bepaald omtrent dat lid en artikel 3 kan tot wijziging van de statuten worden besloten op voorstel van het College van Bestuur of de Raad van Toezicht of van ten minste vijftien leden met een meerderheid van ten minste twee/derde van de uitgebrachte geldige stemmen.

Een besluit tot wijziging van de statuten behoeft de voorafgaande goedkeuring door de Raad van Toezicht.

4. Wijziging van artikel 3, zomede van dit lid is slechts mogelijk:

a. hetzij bij een met algemene stemmen genomen besluit van de algemene vergadering, waarin alle leden van de vereniging vertegenwoordigd zijn;

b. hetzij bij referendum, waarbij alle leden schriftelijk verklaren met de wijziging in te stemmen;

c. hetzij bij een met algemene stemmen genomen besluit van een algemene vergadering, aangevuld met een schriftelijke verklaring van alle leden die niet ter vergadering vertegenwoordigd waren, waarin zij verklaren met de wijziging in te stemmen.

5. De statutenwijziging treedt niet in werking dan nadat hiervan een notariële akte is opgemaakt. Het College van Bestuur is verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en de gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van het handelsregister.

Ontbinding Artikel 21

1. Ontbinding van de vereniging is mogelijk bij besluit van de algemene vergadering op voorstel van het College van Bestuur of ten minste tien leden, met de in artikel 20 lid 3 genoemde gekwalificeerde meerderheid.

Een besluit tot ontbinding behoeft de voorafgaande goedkeuring door de Raad van Toezicht.

2. Het in de leden 1 en 2 van artikel 20 bepaalde is van overeenkomstige toepassing tenzij in de algemene vergadering alle leden vertegenwoordigd zijn en het besluit tot ontbinding met algemene stemmen wordt genomen.

3. Een besluit tot ontbinding wordt geacht tevens een besluit tot vereffening te zijn. Indien bij zodanig besluit te dien aanzien geen andere regelingen zijn gesteld, geschiedt de vereffening door het College van Bestuur.

4. Een eventueel batig saldo zal worden aangewend voor door de algemene vergadering te bepalen zodanige doeleinden als het meest met de grondslag en het doel van de vereniging zullen overeenstemmen.

AANGEHECHTE STUKKEN

Aan deze akte zijn de navolgende stukken gehecht:

- volmacht;

- notulen algemene vergaderingen.

SLOT

De verschenen persoon is mij, notaris bekend en de identiteit van de bij deze akte betrokken persoon/partij is, voor zover vereist, door mij, notaris, aan de hand van de hiervoor gemelde en daartoe bestemde documenten vastgesteld.

WAARVAN AKTE, is verleden te Alphen aan den Rijn op de datum in het hoofd van deze akte vermeld.

Na zakelijke opgave van de inhoud van deze akte en een toelichting daarop aan de verschenen persoon, heeft deze verklaard van de inhoud van deze akte te hebben kennis genomen en op volledige voorlezing geen prijs te stellen.

Vervolgens is deze akte na beperkte voorlezing door de verschenen persoon en mij, notaris, ondertekend.