NOTARISKANTOOR TIMMERS
NOTARISKANTOOR TIMMERS
tel. 0252 - 41 40 08
dossier : 2021.001410.01 / / AB / 2021 STATUTENWIJZIGING CNB.
STATUTENWIJZIGING COÖPERATIEVE KONINKLIJKE NEDERLANDSE BLOEMBOLLENCENTRALE (U.A.)
Heden, tweeëntwintig december tweeduizend éénentwintig (22-12-2021), is voor mij, xx. Xxx Xxxxxx Xxxxxxxxx Xxxxxxx, notaris te Lisse, verschenen:
mevrouw Xxxxxx Xxxxxxx, werkzaam op notariskantoor Xxxxxxx aan de Heereweg 21 te Lisse, geboren te Leiderdorp op zeven november tweeduizend.
De verschenen persoon, handelend als gemeld, verklaarde vooraf als volgt:
1. Te Lisse is gevestigd de coöperatie:
COÖPERATIEVE KONINKLIJKE NEDERLANDSE
BLOEMBOLLENCENTRALE (U.A.), hierna ook te noemen:
“de coöperatie”.
De coöperatie houdt kantoor te 2161 CA Lisse, Xxxxxxxx 000 en is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 28030197.
2. De coöperatie is opgericht op zeventien september negentienhonderd vijfenzeventig. De statuten van de coöperatie zijn voor de laatste maal algeheel gewijzigd vastgesteld bij akte, op éénendertig december tweeduizend twintig verleden voor genoemde notaris mr. R.W.B. Timmers.
3. In de algemene ledenvergadering gehouden op veertien oktober tweeduizend éénentwintig, welke vergadering rechtsgeldig werd bijeengeroepen, en bij besluit van de raad van commissarissen is met de voor dit besluit vereiste meerderheid besloten:
a. de statuten geheel gewijzigd vast te stellen overeenkomstig het door het bestuur van de coöperatie vervaardigde ontwerp, met ter vergaderingen eventueel aangebrachte amendementen;
b. de verschenen persoon te machtigen alle (rechts-)handelingen die ter uitvoering van dit besluit noodzakelijk zijn te verrichten, waaronder begrepen het ondertekenen van de akte van statutenwijziging.
4. (Een concept van) de notulen van de algemene ledenvergadering van veertien oktober tweeduizend éénentwintig en het besluit van de raad van
*/ commissarissen zullen aan deze akte worden gehecht.
De verschenen persoon, handelend als gemeld, verklaarde ter uitvoering van voormeld besluit van de algemene ledenvergadering de statuten gewijzigd vast te
stellen zodat deze met ingang van heden luiden als volgt:
Naam en zetel
Artikel I.
1. De coöperatie draagt de naam:
Coöperatieve Koninklijke Nederlandse Bloembollencentrale (U.A.), bij verkorting "CNB".
2. Zij is gevestigd in de gemeente Lisse.
Doelstelling.
Artikel II.
1. De coöperatie heeft ten doel:
de bevordering van de economische belangen van haar leden, voor zover deze belangen met de voortbrenging, behandeling en afzet van, en de handel in, producten van bodemcultuur verband houden, en dat in de ruimste zin;
2. De coöperatie streeft haar doel onder meer na door:
a. het verlenen of doen verlenen van bemiddeling bij de totstandkoming van onderhandse transacties met of ten behoeve van haar leden;
b. het sluiten of doen sluiten van openbare transacties met of ten behoeve van haar leden;
c. het verlenen of doen verlenen van diensten die in het verlengde liggen van, of bijdragen aan, de onder lid 2.a en 2.b genoemde activiteiten,
d. het samenwerken met, oprichten en steunen van, en het deelnemen in coöperaties of andere organisaties, die de bevordering van algemene of bijzondere land- en/of tuinbouwbelangen ten doel hebben.
3. Om het gestelde doel te bereiken kan de coöperatie ook:
a. rechtspersoonlijkheid bezittende lichamen oprichten dan wel daarin deelnemen;
b. haar werkzaamheden tot derden uitstrekken, mits dit niet in zodanige mate geschiedt, dat de werkzaamheden voor de leden van ondergeschikte betekenis zijn.
c. registergoederen in eigendom verkrijgen, het aangaan van financieringen ten behoeve van de activiteiten van de coöperatie en het in het kader daarvan verstrekken van zekerheden;
4. Onder producten van bodemcultuur worden in deze statuten mede verstaan de grondstoffen en de hulpmiddelen, benodigd voor de voortbrenging en behandeling van die producten.
Lidmaatschap.
Artikel III.
1. Lid van de coöperatie kunnen uitsluitend zijn handelingsbekwame natuurlijke personen, rechtspersonen, vennootschappen onder firma (waaronder begrepen maatschappen) en commanditaire vennootschappen, die:
a een onderneming drijven met als feitelijke hoofdactiviteit de handel in producten van bodemcultuur, dan wel het kweken of het behandelen van zodanige producten, een en ander ter beoordeling van de raad van commissarissen;
b. niet verkeren in staat van faillissement;
c. geen surseance van betaling hebben aangevraagd.
Het lidmaatschap van de coöperatie is niet vatbaar voor overdracht of overgang.
2. De raad van commissarissen houdt een administratie bij, vermeldende van elk lid de naam, het adres, de datum van aanvang van het lidmaatschap en het lidmaatschapsnummer. De raad van commissarissen administreert ook het tijdstip en de reden van elke lidmaatschapsbeëindiging.
3. Het lidmaatschap wordt schriftelijk aangevraagd bij de raad van commissarissen; indien de aanvrager een rechtspersoon is, dient bij de aanvraag te zijn gevoegd een exemplaar van de statuten. Uitsluitend de raad van commissarissen beslist over de toelating. Binnen drie maanden na ontvangst van zijn aanvraag wordt een aspirant-lid schriftelijk meegedeeld of hij als lid is toegelaten dan wel geweigerd.
In zijn bericht van toelating vermeldt de raad van commissarissen het tijdstip van de aanvang van het lidmaatschap en het nummer waaronder het lid in de administratie is ingeschreven.
Het toelatingsbeleid van de raad van commissarissen is erop gericht nieuwe lidmaatschappen te laten aanvangen per het begin van het komende boekjaar van de coöperatie.
De raad van commissarissen kan, mits met goedkeuring van de algemene ledenvergadering, bepalen dat bij toetreding van een lid door deze een entreegeld aan de coöperatie verschuldigd wordt.
4. Het lidmaatschap eindigt:
a. door overlijden of, indien het lid een rechtspersoon is, doordat deze ophoudt te bestaan;
b. door opzegging, uitgaande van het lid dan wel van de coöperatie;
c. door ontzetting.
Opzegging door het lid kan te allen tijde plaatsvinden; geschiedt zij eerder dan drie maanden voor het einde van het lopende boekjaar, dan eindigt het lidmaatschap aan het eind van het lopende boekjaar; geschiedt de opzegging op een later tijdstip, dan eindigt het lidmaatschap aan het eind van het volgende boekjaar.
Opzegging kan slechts geschieden bij afzonderlijk aangetekend schrijven, doch ook - zo een lid opzegt - door een door dat lid ondertekende en gedagtekende verklaring die in de administratie wordt bewaard. Wanneer een lid opzegt, ontvangt het daarvan een schriftelijke bevestiging van de raad van commissarissen.
De leden kunnen zich door opzegging van het lidmaatschap niet onttrekken aan de toepasselijkheid van een besluit, waarbij hun verplichtingen van geldelijke aard of andere verplichtingen die ingevolge deze statuten aan hen kunnen worden opgelegd, worden verzwaard. In afwijking in zoverre van het hierboven bepaalde kan een lid zijn lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen, indien van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
5. Opzegging namens de coöperatie geschiedt door de raad van commissarissen; de raad van commissarissen kan aan een lid het lidmaatschap opzeggen:
a. met ingang van het eerstvolgende boekjaar en zonder inachtneming van een opzegtermijn - indien het lid één of meer vereisten voor het lidmaatschap heeft verloren, waaronder mede wordt verstaan het geval dat een lid gedurende de afgelopen drie boekjaren in het geheel geen producten door bemiddeling van de coöperatie, dan wel door of aan de coöperatie, heeft doen kopen of verkopen;
b. met onmiddellijke ingang - indien in redelijkheid van de coöperatie niet kan worden gevergd, het lidmaatschap te doen voortduren; als omstandigheden waaronder redelijkerwijs van de coöperatie niet kan worden gevergd het lidmaatschap te doen voortduren worden in elk geval aangemerkt de aanvraag door een lid van surseance van betaling en het onherroepelijk worden van een vonnis waarbij een lid in staat van faillissement is verklaard; de raad van commissarissen doet van een besluit als in dit artikel bedoeld zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling aan
de betrokkene.
6. Ontzetting uit het lidmaatschap kan door de raad van commissarissen worden uitgesproken, wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van een orgaan van de coöperatie handelt of de coöperatie op onredelijke wijze benadeelt. De betrokkene wordt zo spoedig mogelijk schriftelijk, met opgave van redenen, van het besluit in kennis gesteld Dit besluit zal echter niet worden genomen dan nadat het lid door de raad van commissarissen is gehoord, althans daartoe behoorlijk is opgeroepen.
7. Het betrokken lid heeft gedurende een maand na de ontvangst van deze mededeling het recht zich schriftelijk te beroepen op de algemene vergadering, die in haar eerstvolgende bijeenkomst in hoogste instantie beslist. Het betrokken lid is bevoegd bij de behandeling van vonnis waarbij een lid in staat van faillissement is verklaard; de raad van het beroep aanwezig te zijn, of zich daarbij te laten vertegenwoordigen, om zijn beroep toe te lichten of te laten toelichten. De raad van commissarissen geeft aan de betrokkene binnen veertien dagen per aangetekende brief kennis van de beslissing van de algemene vergadering. Xxxxxxx deze het beroep heeft afgewezen, eindigt het lidmaatschap door en met het besluit van de algemene vergadering; indien het beroep niet of niet tijdig is ingesteld, eindigt het lidmaatschap met ingang van de dag waarop het recht van beroep op de algemene vergadering was verstreken. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst. Gedurende de schorsing is het lid, behoudens het bepaalde in de tweede zin van lid 7, niet bevoegd vergaderingen van de coöperatie bij te wonen of zich daar te doen vertegenwoordigen.
8. Wanneer het lidmaatschap in de loop van het boekjaar eindigt, blijft niettemin de eventueel voor dat boekjaar vastgestelde jaarlijkse contributie geheel verschuldigd.
9. Zij, van wie het lidmaatschap, op welke wijze ook, is geëindigd, verliezen daardoor direct alle voor hen daaraan verbonden rechten en functies, behoudens hun rechten op het saldo van de op hun namen geboekte ledenparticipatie-reserverekening overeenkomstig het bepaalde in artikel XI.
Verplichtingen van de leden.
Artikel IV.
1. Door toetreding onderwerpen de leden zich aan alle bepalingen van deze statuten en aan alle voorschriften, reglementen en verdere wettig genomen of
nog te nemen besluiten door of namens enig orgaan van de coöperatie gegeven.
De leden zijn tegenover de coöperatie verplicht tot naleving van alle van overheidswege gegeven voorschriften betreffende de verkoop van, en handel in, bloembollen en andere producten van bodemcultuur.
2. De coöperatie is niet aansprakelijk voor de gevolgen van door de leden gepleegde overtredingen van hiervoor genoemde overheidsvoorschriften; de leden zijn ten opzichte van de coöperatie aansprakelijk voor alle kosten, schaden en interesten, die de coöperatie als gevolg van de overtreding mocht lijden. De raad van commissarissen is bevoegd om vorderingen die de coöperatie uit welken hoofde ook mocht hebben op een lid, af te houden van de onder de coöperatie berustende gelden van dit lid, ongeacht de opeisbaarheid.
3. Alle leden zijn verplicht de coöperatie steeds ogenblikkelijk schriftelijk op de hoogte te brengen van wijzigingen van hun correspondentieadres.
De leden die rechtspersoon zijn, zijn verplicht de coöperatie onmiddellijk schriftelijk te berichten over wijzigingen in de persoon/personen die op grond van de statuten bevoegd zijn de rechtspersoon te vertegenwoordigen.
De leden die vennootschap onder firma zijn (waaronder begrepen maatschappen) zijn verplicht de coöperatie direct schriftelijk op de hoogte te stellen van wijzigingen in de personen van vennoten, en van wijzigingen in de vertegenwoordigingsbevoegdheid van de vennoten.
Op eerste verzoek van de raad van commissarissen verstrekken de leden aan de coöperatie een uittreksel uit het handelsregister waaruit de wijzigingen blijken die hebben plaatsgevonden, en alle verdere informatie die de raad van commissarissen in dit verband verlangt.
Indien leden hierin tekortschieten kan dit de coöperatie niet worden verweten. Indien de coöperatie als gevolg van het feit dat een lid enige verplichting tegenover de coöperatie niet nakomt schade lijdt, is het betrokken lid verplicht deze schade op eerste verzoek van de raad van commissarissen te vergoeden.
Organisatie.
Artikel V.
1. De coöperatie heeft de volgende organen:
a. Het bestuur, dat is belast met het besturen van de coöperatie en dat in dat kader alle bevoegdheden heeft hem door de wet en door deze statuten
opgedragen en toegekend.
b. De algemene vergadering, waaraan de bevoegdheden toekomen die haar door de wet of door deze statuten worden opgedragen en toegekend.
Zij komt binnen zes maanden na het einde van ieder boekjaar bijeen en voorts zo dikwijls als de raad van commissarissen dit nodig acht. Het bestuur of de raad van commissarissen is verplicht binnen zes weken een algemene vergadering bijeen te roepen indien ten minste vijfentwintig (25) leden dat verzoeken. Als een geringer aantal leden bevoegd is tot het uitbrengen van een/tiende deel van de stemmen in de algemene vergadering dan geldt bovengenoemde verplichting ook indien dat geringere aantal het verzoekt.
Dit verzoek moet schriftelijk worden gedaan, met opgave van de te behandelen onderwerpen.
x. Xx xxxx van commissarissen, die de taken en bevoegdheden heeft hem bij de wet en deze statuten opgedragen en toegekend.
2. Het aantal bestuursleden wordt vastgesteld door de raad van commissarissen.
3. De raad van commissarissen benoemt de bestuursleden. Bestuursleden kunnen
- naar inzicht van de raad van commissarissen - benoemd worden uit zowel leden als niet-leden van de coöperatie.
De raad van commissarissen stelt bij de benoeming van een bestuurslid tevens diens functie vast.
Indien het bestuur uit meerdere personen bestaat, kent het bestuur de functie van algemeen directeur, ook voorzitter genoemd, alsmede de functie van directeur, ook vice-voorzitter genoemd.
Zij treden in functie door het uitdrukkelijk aanvaarden van hun benoeming. De raad van commissarissen regelt hun beloning.
4. Bestuurders kunnen door de raad van commissarissen te allen tijde worden geschorst en ontslagen.
De algemene vergadering.
Artikel VI.
1. De algemene vergadering wordt met inachtneming van het gestelde in artikel V, lid 1. sub b. bijeengeroepen door het bestuur of de raad van commissarissen. Indien aan het verzoek, aldaar omschreven, binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers op kosten van de coöperatie zelf tot bijeenroeping overgaan.
2. De bijeenroeping geschiedt schriftelijk aan de in de ledenadministratie vermelde adressen, met inachtneming van een termijn van veertien dagen, de dag van verzending van de oproep en die van de vergadering niet meegerekend;
De bijeenroeping door de leden geschiedt op dezelfde wijze en met inachtneming van dezelfde termijn, dan wel per advertentie in ten minste één veel gelezen dagblad, met inachtneming van een termijn van veertien dagen, die van de advertentie en van de vergadering niet meegerekend.
3. Bij elke oproeping wordt een agenda gevoegd. Over niet op de agenda geplaatste onderwerpen kunnen geen besluiten worden genomen.
4. Voorzitter van de algemene vergadering is de voorzitter van de raad van commissarissen en bij zijn ontstentenis zijn plaatsvervanger. Indien echter de vergadering is bijeengeroepen door de leden treedt als voorzitter op een lid van de coöperatie, daartoe aangewezen door de vergadering. De voorzitter kan de leiding van de vergadering geheel of gedeeltelijk aan een ander overdragen. Als een schriftelijke stemming wordt gehouden wijst de voorzitter drie stemopnemers aan. Het op de vergadering verhandelde wordt door een door de voorzitter aan te wijzen notulist vastgelegd in notulen met volledige vermelding van alle genomen besluiten. De notulen worden dezelfde of de eerstvolgende algemene vergadering al dan niet gewijzigd vastgesteld en onmiddellijk daarna door de voorzitter en diens plaatsvervanger ondertekend.
5. Toegang tot de algemene vergadering hebben de leden, de vennoten van vennootschappen onder firma (waaronder begrepen maatschappen) die lid zijn, de beherende vennoten van commanditaire vennootschappen die lid zijn en de bestuurders van rechtspersonen die lid zijn, de personen die deel uitmaken van de organen van de coöperatie, alsmede degenen die daartoe door het bestuur, de raad van commissarissen of de algemene vergadering zijn uitgenodigd. Stemrecht in de algemene vergadering hebben slechts de leden en wel overeenkomstig het bepaalde in lid 7 van dit artikel. Ieder lid is bevoegd zijn stem door een schriftelijk daartoe gemachtigde andere stemgerechtigde te laten uitbrengen. Een stemgerechtigde kan slechts voor één lid als gemachtigde optreden. Het stemrecht wordt namens leden/vennootschappen onder firma (waaronder begrepen maatschappen), leden/commanditaire vennootschappen en leden/rechtspersonen uitgeoefend door één persoon, daartoe door de vennoten respectievelijk bestuurders uit hun midden aan te wijzen, behoudens
de mogelijkheid van het stemmen bij volmacht. Bij alle algemene vergaderingen tekenen de leden, respectievelijk diegenen die namens een lid/vennootschap onder firma (waaronder begrepen maatschap), lid/commanditaire vennootschap of een lid/rechtspersoon het stemrecht uitoefenen, een presentielijst die door de raad van commissarissen in het archief van de coöperatie wordt bewaard.
6. De algemene vergaderingen worden gehouden op een door de raad van commissarissen te bepalen plaats en tijdstip.
7. Ten aanzien van personen heeft in de algemene vergadering van de coöperatie elk lid één stem. Ten aanzien van zaken wordt het door ieder lid uit te brengen aantal stemmen bepaald door het bruto bedrag van zijn verkoop en/of inkoop via het bemiddelingsbureau van de coöperatie, respectievelijk aan, dan wel van de coöperatie, respectievelijk via de groene veilingen van de coöperatie, gedurende het laatst verstreken boekjaar. Een lid heeft, indien dit bruto bedrag bedroeg:
- minder dan vijfentwintigduizend euro (€ 25.000,00): één stem;
- vijfentwintigduizend euro (€ 25.000,00) of meer, doch minder dan
éénhonderdduizend euro (€ 100.000,00): twee stemmen;
- éénhonderdduizend euro (€ 100.000,00) of meer doch minder dan één
miljoen euro (€ 1.000.000,00): drie stemmen;
- meer dan één miljoen euro (€ 1.000.000,00): vier stemmen.
De raad van commissarissen kan de hiervoor vermelde bedragen aanpassen.
8. Alle besluiten van de algemene vergadering worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, tenzij in deze statuten of in de wet een versterkte meerderheid is voorgeschreven.
Als bij een stemming over zaken de stemmen staken dan is het voorstel verworpen. Stemmen van onwaarde worden beschouwd als niet uitgebracht. Bij geschil over de geldigheid van een of meer ingeleverde stembriefjes beslist de raad van commissarissen.
9. a. Wanneer bij eerste vrije stemming over personen door niemand de volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen wordt verkregen heeft een tweede vrije stemming plaats. Wanneer dan nog door niemand de volstrekte meerderheid is bereikt, vindt, nadat zonodig een tussenstemming is gehouden tussen personen die gelijke aantallen stemmen hebben verkregen, herstemming plaats tussen de twee personen
die bij de tweede vrije stemming de hoogste aantallen stemmen op zich hebben verenigd. Staken bij de tussenstemming de stemmen tussen twee of meer personen, dan beslist het lot welke twee personen voor de herstemming in aanmerking komen. Verkrijgen bij de tussenstemming slechts twee personen stemmen en is het aantal stemmen gelijk, dan beslist het lot wie is gekozen. Staken de stemmen bij de herstemming dan beslist het lot wie is gekozen.
b. Xxxxx bij stemming tussen twee kandidaten door geen van beiden de volstrekte meerderheid behaald, dan zal door loting worden uitgemaakt wie van hen beiden is gekozen. Xxxxx bij stemming tussen meer dan twee kandidaten door niemand de volstrekte meerderheid behaald, dan vindt een tweede stemming plaats tussen de twee kandidaten die het hoogste aantal stemmen behaalden. Kan door gelijkheid van aantallen uitgebrachte stemmen niet worden bepaald welke twee kandidaten het hoogste aantal stemmen behaalden, dan wordt door loting tussen de personen uitgemaakt wie van hen aan de tweede stemming zal casu quo zullen deelnemen. Xxxxx bij een tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid behaald, dan zal door loting worden uitgemaakt wie van hen is gekozen.
10. De algemene vergadering benoemt een registeraccountant teneinde het onderzoek te verrichten bedoeld in artikel 393 lid 3 boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. De registeraccountant brengt omtrent zijn onderzoek verslag uit aan het bestuur en de raad van commissarissen. Hij geeft de uitslag van zijn onderzoek in een verklaring weer.
Het bestuur.
Artikel VII.
1. Het bestuur vertegenwoordigt de coöperatie in en buiten rechte, met dien verstande, dat ook de voorzitter de coöperatie in en buiten rechte vertegenwoordigt. Xxxxxxx xxx xxxxx of ontstentenis van de voorzitter geschiedt de vertegenwoordiging door de vice-voorzitter en bij gebreke daarvan door de voorzitter en de vice-voorzitter van de raad van commissarissen dan wel een door de raad van commissarissen daartoe ter vervanging aangewezen persoon. Indien een lid van het bestuur in privé een overeenkomst met de coöperatie sluit of wijzigt, anders dan een overeenkomst zoals deze met alle leden in gelijke omstandigheden wordt gesloten of gewijzigd, of een lid van het bestuur in privé enigerlei procedures tegen de coöperatie voert, kan de coöperatie ter
zake worden vertegenwoordigd door het andere lid van het bestuur, tenzij de raad van commissarissen daartoe een persoon ter vervanging van het desbetreffende lid van het bestuur aanwijst. Het vorenstaande is overeenkomstig van toepassing in alle gevallen waarin de coöperatie een tegenstrijdig belang heeft met één of meer bestuurders.
2. Het bestuur vergadert zo dikwijls het dat nodig acht, als regel echter eenmaal per twee weken. Het bestuur wordt schriftelijk bijeengeroepen, met inachtneming van een termijn van één dag. Bij de oproep wordt de agenda van de vergadering gevoegd.
3. Het bestuur kan, indien het bestuur uit meerdere personen bestaat, in vergadering slechts besluiten nemen indien de meerderheid van bestuursleden aanwezig is danwel met een stemverklaring van het afwezige bestuurslid. Staat een onderwerp voor de volgende bestuursvergadering weer op de agenda, dan kan daarover een besluit worden genomen, ongeacht het aanwezige aantal bestuursleden. Over niet op de agenda vermelde onderwerpen kan slechts een besluit worden genomen indien het bestuur voltallig aanwezig is en geen van de aanwezigen zich daartegen verzet. Een door alle bestuursleden ondertekende verklaring heeft de kracht van een bestuursbesluit.
4. Het bestuur besluit bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte geldige stemmen.
Bij staking van stemmen beslist de voorzitter, tenzij een of meer leden van het bestuur daartegen bezwaar maakt/maken.
In dat geval zal de zaak aan de raad van commissarissen ter beslissing worden voorgelegd.
5. Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen, mits dit schriftelijk, per telefax, e-mail of op andere schriftelijk reproduceerbare wijze geschiedt en ten minste de helft van het aantal in functie zijnde leden zich voor het desbetreffende voorstel uit spreekt.
Een dergelijk besluit wordt door het bestuur aangetekend in het notulenregister en van het nemen ervan wordt mededeling gedaan aan alle leden van het bestuur.
6. De voorzitter van het bestuur is verplicht een vergadering van het bestuur bijeen te roepen indien één of meer andere leden van het bestuur zulks verzoeken, in welk geval de vergadering moet worden gehouden binnen acht dagen dan wel binnen een langere door de verzoekers te bepalen termijn.
7. Het op de vergadering verhandelde wordt genotuleerd en deze notulen worden bewaard in het archief van de coöperatie.
8. Het bestuur stelt de reglementen en de algemene voorwaarden van de coöperatie vast na goedkeuring van de raad van commissarissen. Deze reglementen en algemene voorwaarden mogen niets bevatten dat in strijd is met de wet en/of met deze statuten.
9. A. 1. Aan de goedkeuring van de raad van commissarissen zijn onderworpen de besluiten van het bestuur over:
a. uitgifte van schuldbrieven ten laste van de coöperatie;
b. uitgifte van schuldbrieven ten laste van een commanditaire vennootschap of vennootschap onder firma (waaronder begrepen maatschap), waarvan de coöperatie volledig aansprakelijk vennoot is:
c. aanvrage van notering of van intrekking van de notering van de schuldbrieven, bedoeld in de onderdelen a. en b., tot de handel op een markt in financiële instrumenten als bedoeld in artikel 1:1 van de Wet op het financieel toezicht dan wel het aanvragen van een intrekking van zodanige toelating;
d. het aangaan of verbreken van duurzame samenwerking van de coöperatie of een afhankelijke maatschappij met een andere rechtspersoon of vennootschap dan wel als volledig aansprakelijk vennoot in een commanditaire vennootschap of vennootschap onder firma (waaronder begrepen maatschap), indien deze samenwerking of verbreking daarvan van ingrijpende betekenis is voor de coöperatie;
e. het nemen van een deelneming door de coöperatie of een afhankelijke maatschappij, in het kapitaal van een vennootschap, alsmede het ingrijpend vergroten of verminderen van zulk een deelneming;
f. investeringen die een bedrag vereisen gelijk aan vijf procent (5%) van het bedrag van het eigen vermogen volgens de balans met toelichting van de coöperatie;
g. een voorstel tot uitkering van restitutie zoals bedoeld in Artikel XI, lid 3;
h. een voorstel tot wijziging van de statuten;
i. een voorstel tot ontbinding van de coöperatie:
j aangifte van faillissement en aanvrage van surseance van betaling van de coöperatie;
k. beëindiging van de dienstbetrekking van een aanmerkelijk aantal werknemers van de coöperatie of een afhankelijke maatschappij, tegelijkertijd of binnen een kort tijdsbestek;
l. ingrijpende wijziging in de arbeidsomstandigheden van een aanmerkelijk aantal werknemers van de coöperatie of van een afhankelijke maatschappij.
m. duidelijk in een daartoe strekkend besluit van de raad van commissarissen omschreven andere onderwerpen.
n. het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen ter waarde van ten minste vijf procent (5%) van het bedrag van het eigen vermogen volgens de balans met toelichting van de coöperatie.
2. Het ontbreken van de goedkeuring van de raad van commissarissen op een besluit als bedoeld in lid 1 tast de vertegenwoordigingsbevoegdheid van het bestuur niet aan.
9. B. In deze statuten wordt onder een afhankelijke maatschappij verstaan:
a. een rechtspersoon waaraan de coöperatie of een of meer afhankelijke maatschappijen alleen of samen voor eigen rekening ten minste de helft van het geplaatste kapitaal verschaffen;
b. een vennootschap waarvan een onderneming in het handelsregister is ingeschreven en waarvoor de coöperatie als vennoot jegens derden volledig aansprakelijk is voor alle schulden.
10. De coöperatie is bevoegd, krachtens besluit van het bestuur, met inachtneming van het in lid 9. bepaalde, in naam van de leden rechten te bedingen en namens de leden tot handhaving van de bedongen rechten in rechte op te treden, waaronder begrepen het vorderen van schadevergoeding en namens de leden lidmaatschapsrechten aan te vragen van een andere coöperatie met uitgesloten aansprakelijkheid.
11. In geval van ontstentenis of belet van een bestuurder zijn de overblijvende bestuurders of is de overblijvende bestuurder tijdelijk met het besturen van de coöperatie belast.
In geval van ontstentenis of belet van alle bestuurders of de enige bestuurder is
de persoon of zijn die personen die daartoe door de raad van commissarissen wordt/worden aangewezen tijdelijk met het besturen van de coöperatie belast. In deze statuten is sprake van “belet” (tijdelijke onmogelijkheid, betreffende functionaris(sen) is/zijn nog wel in functie) in geval van:
1. schorsing;
2. ziekte, indien er gedurende een termijn van veertien dagen geen mogelijkheid van contact tussen de betreffende persoon en de coöperatie heeft bestaan;
3. onbereikbaarheid, indien er gedurende een termijn van veertien dagen geen mogelijkheid van contact tussen de betreffende persoon en de coöperatie heeft bestaan.
In deze statuten is sprake van “ontstentenis” (blijvende onmogelijkheid, functionaris(sen) is/zijn niet meer in functie) in geval van overlijden, het nemen van tussentijds ontslag of tussentijds aftreden door de functionaris.
Raad van commissarissen.
Artikel VIII.
1. De coöperatie heeft een raad van commissarissen.
De raad van commissarissen heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van het bestuur en op de algemene gang van zaken in de coöperatie en de daarmee verbonden onderneming(en).
Hij staat het bestuur met raad ter zijde. Bij de vervulling van hun taak richten de commissarissen zich naar het belang van de coöperatie en de met haar verbonden onderneming(en).
Het bestuur verschaft de raad van commissarissen tijdig de voor de uitoefening van diens taak noodzakelijke gegevens.
Naast de taken en bevoegdheden die elders in deze statuten aan de raad van commissarissen zijn toegekend, heeft de raad van commissarissen de volgende taken en bevoegdheden:
a. de benoeming, de schorsing en het ontslag van de leden van het bestuur;
b. de aanwijzing van de voorzitter en de plaatsvervangend(e) voorzitter(s) van het bestuur;
c. de vaststelling van de bezoldiging en de overige arbeidsvoorwaarden van de leden van het bestuur;
d. de aanwijzing van een of meer tijdelijke bestuurders ingeval van belet of ontstentenis en het treffen van maatregelen ingeval van ontstentenis;
e. het verlenen van goedkeuring als bedoeld in artikel VII, lid 9 A.1;
f. het vaststellen van richtlijnen, waaraan het bestuur bij de uitoefening van zijn taak zal zijn gehouden.
2. Het aantal commissarissen bedraagt zeven, allen natuurlijke personen. Is het aantal commissarissen op enig moment minder dan zeven dan neemt de raad onverwijld maatregelen tot aanvulling van zijn ledental.
Ten minste vijf commissarissen moeten lid zijn van de coöperatie dan wel bestuurder van een rechtspersoon die lid van de coöperatie is, dan wel vennoot van een lid/vennootschap onder firma (waaronder begrepen maatschap) of lid/commanditaire vennootschap.
3. Commissarissen kunnen niet zijn:
a. personen in dienst van de coöperatie of van een afhankelijke maatschappij;
b. bestuurders en personen in dienst van een werknemersorganisatie die betrokken pleegt te zijn bij de vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de onder a. bedoelde personen.
Tot commissaris zijn niet benoembaar personen die de standaard pensioen gerechtigde leeftijd zoals deze van toepassing is op personen in dienst van de coöperatie hebben bereikt. Wel kunnen zittende commissarissen hun lopende zittingstermijn uitdienen.
4. Onverminderd de overige oorzaken van het eindigen van het lidmaatschap van de raad van commissarissen, eindigt dit voor een commissaris als bedoeld in lid 2 laatste zin met onmiddellijke ingang ingeval diens lidmaatschap van de coöperatie of van het bestuur van een lid/rechtspersoon eindigt, dan wel het lidmaatschap van een lid/rechtspersoon, waarvan de betrokkene bestuurder is, eindigt. Voor bestuurders komende van leden/vennootschappen onder firma (waaronder begrepen maatschappen) of leden/commanditaire vennootschappen geldt het hierboven vermelde overeenkomstig.
5. a. De commissarissen worden, behoudens het bepaalde in lid 7. van dit artikel, op voordracht van de raad van commissarissen benoemd door de algemene vergadering, en wel zoveel mogelijk in de vergadering waarin de jaarrekening wordt behandeld. Een voordracht wordt met redenen omkleed.
b. De leden (van de coöperatieve vereniging), de ondernemingsraad en het bestuur kunnen aan de raad van commissarissen personen aanbevelen om als commissaris voor te dragen. Elke aanbeveling wordt met redenen
omkleed. De raad van commissarissen deelt hun daartoe tijdig mede wanneer en tengevolge waarvan in zijn midden een plaats moet worden vervuld.
x. Xx xxxx van commissarissen geeft aan de leden en de ondernemingsraad kennis van de naam van degene die hij voordraagt. Daarbij worden van de kandidaat medegedeeld zijn leeftijd, zijn beroep en de betrekkingen die hij bekleedt of die hij heeft bekleed voor zover die van belang zijn in verband met de vervulling van de taak van een commissaris. Tevens wordt vermeld aan welke rechtspersoon hij reeds als commissaris is verbonden; indien zich daaronder rechtspersonen bevinden die tot een zelfde groep behoren, kan met de aanduiding van de groep worden volstaan.
d. De algemene vergadering benoemt de voorgedragen persoon, tenzij de ondernemingsraad binnen twee maanden na de kennisgeving, of de algemene vergadering zelf uiterlijk in de eerste vergadering na die twee maanden, tegen de voordracht bezwaar maakt:
1. op grond van het feit dat de voorschriften uit de laatste zin van onderdeel b. van dit lid of onderdeel c. van dit lid niet behoorlijk zijn nageleefd;
2. op grond van de verwachting dat de voorgedragen persoon ongeschikt zal zijn voor de vervulling van de taak van commissaris; of
3. op grond van de verwachting dat de raad van commissarissen bij benoeming overeenkomstig het voornemen niet naar behoren zal zijn samengesteld.
e. Het bezwaar wordt aan de raad van commissarissen onder opgave van redenen medegedeeld.
f. Niettegenstaande het bezwaar van de ondernemingsraad kan de voorgedragen kandidaat worden benoemd, indien de Ondernemingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam het bezwaar ongegrond verklaart op verzoek van een daartoe door de raad van commissarissen aangewezen vertegenwoordiger. In dat geval benoemt de Ondernemingskamer de voorgedragen kandidaat, indien de algemene vergadering bezwaar heeft gemaakt of hem niet in haar daartoe bijeengeroepen vergadering heeft benoemd, tenzij de Ondernemingskamer een bezwaar van de algemene vergadering gegrond acht.
g. Verweer kan worden gevoerd door een vertegenwoordiger, daartoe
aangewezen door de algemene vergadering of door de ondernemingsraad die het in onderdeel d. van dit lid bedoelde bezwaar heeft gemaakt. Tegen de beslissing van de Ondernemingskamer staat geen rechtsmiddel open.
h. Ontbreken alle commissarissen, dan kunnen de ondernemingsraad en het bestuur personen voor benoeming tot commissaris aanbevelen aan de algemene vergadering. Degene die de algemene vergadering bijeenroept, deelt de ondernemingsraad en het bestuur tijdig mede dat de benoeming van commissarissen onderwerp van behandeling zal zijn.
i. De benoeming is van kracht, tenzij de ondernemingsraad binnen twee maanden nadat hij overeenkomstig onderdeel c. van dit lid in kennis is gesteld van de naam van de benoemde persoon, overeenkomstig onderdeel
x. xxx dit lid bij de coöperatie bezwaar maakt. Niettegenstaande dit bezwaar wordt de benoeming van kracht, indien de Ondernemingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam op verzoek van een daartoe door de algemene vergadering aangewezen vertegenwoordiger het bezwaar ongegrond verklaart.
6. Een commissaris treedt uiterlijk af de dag van de eerstvolgende algemene vergadering die wordt gehouden nadat vier jaren na zijn laatste benoeming zijn verlopen;
7. Onverminderd het bepaalde in het vorige lid stelt de raad van commissarissen ten aanzien van zijn leden een rooster van aftreden vast dat voorziet in het jaarlijks aftreden van minimaal één van zijn leden.
Wijziging van het rooster kan niet meebrengen dat een zittende commissaris tegen zijn wil defungeert vóór het verstrijken van de termijn waarvoor hij is benoemd. Een in een tussentijdse vacature benoemde commissaris neemt op het rooster van aftreden de plaats in van degene in wiens vacature hij is benoemd. Is als gevolg daarvan een eerste benoemingsperiode korter dan één
(1) jaar, dan telt deze voor de toepassing van het bepaalde in het volgende lid niet mee.
8. Een commissaris die aftreedt als gevolg van het verstrijken van zijn in lid 6 en lid 7 bepaalde zittingstermijn is ten hoogste tweemaal onmiddellijk herbenoembaar.
9. Een commissaris kan slechts worden geschorst door de raad van commissarissen. De schorsing vervalt van rechtswege indien niet binnen een maand na de aanvang van de schorsing een verzoek tot ontslag van de
commissaris is ingediend op basis van het bepaalde in artikel 63i lid 2 boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
10. Aan de leden van de raad van commissarissen wordt een beloning toegekend. Kosten die zij in de uitoefening van hun functie maken, worden hun vergoed. Besluiten hierover worden genomen door een commissie van drie personen die op voorstel van de raad van commissarissen door de leden uit hun midden wordt benoemd. Deze commissie stelt de vergoedingen vast op basis van een advies van een door hen te kiezen, externe, ter zake deskundige partij zoals bijvoorbeeld de Nationale Coöperatieve Raad (NCR).
11. De raad van commissarissen wijst uit zijn midden voor maximaal de duur van de benoemingsperiode een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter aan.
12. De voorzitter van de raad van commissarissen, of ten minste twee commissarissen, alsmede het bestuur zijn in gelijke mate bevoegd een vergadering van de raad van commissarissen bijeen te roepen. De voorzitter van de raad is verplicht er zorg voor te dragen dat de raad van commissarissen ten minste acht maal per jaar vergadert.
13. De vergaderingen van de raad van commissarissen worden gehouden op een plaats te bepalen door degene die de vergadering bijeenroept.
14. De vergaderingen van de raad van commissarissen worden bijeengeroepen door de in lid 12. bedoelde persoon/personen door middel van oproepingsbrieven aan ieder van de commissarissen. De termijn van oproeping bedraagt ten minste zeven dagen, die van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend.
De oproepingsbrieven vermelden de plaats en het aanvangstijdstip van de vergadering alsmede de onderwerpen die zullen worden behandeld. Ook over andere dan in de oproepingsbrieven vermelde onderwerpen kunnen besluiten worden genomen, mits meer dan de helft van het aantal commissarissen aanwezig is. Bij reglement voor de raad van commissarissen kunnen nadere regels worden gesteld.
15. In de vergadering van de raad van commissarissen kunnen besluiten slechts worden genomen indien meer dan de helft van het aantal commissarissen aanwezig is. Iedere commissaris heeft in de vergadering van de raad van commissarissen één stem. Besluiten worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Een commissaris kan zich in de vergadering van de raad van commissarissen niet laten vertegenwoordigen. Bij
staken van de stemmen is de stem van de voorzitter bepalend.
16. De raad van commissarissen kan ook buiten vergadering besluiten nemen, mits met algemene stemmen van al zijn leden.
Deze stemmen kunnen dan alleen schriftelijk - per fax of e-mail daaronder begrepen - worden uitgebracht. Van elk buiten vergadering genomen besluit wordt mededeling gedaan in de eerstvolgende vergadering van de raad van commissarissen. In die vergadering liggen de schriftelijk uitgebrachte stemmen ter inzage voor de leden van de raad.
17. De voorzitter leidt de vergaderingen van de raad van commissarissen; is hij afwezig, dan leidt de plaatsvervangend voorzitter de vergadering. Ontbreekt ook hij, dan voorziet de vergadering zelf in haar leiding.
18. Indien en voor zover bestuursleden voor de vergadering van de raad van commissarissen worden opgeroepen, zijn zij verplicht daarin aanwezig te zijn teneinde alle door de raad van commissarissen dienstig te achten informatie te verschaffen.
19. In geval van ontstentenis of belet van een commissaris zijn de overblijvende commissarissen of is de overblijvende commissaris tijdelijk met het houden van toezicht belast. In geval van ontstentenis of belet van alle commissarissen is de persoon of zijn die personen die daartoe door de algemene vergadering wordt/worden aangewezen tijdelijk met het houden van toezicht belast.
Tegenstrijdig belang.
Artikel IX.
1. Een bestuurder neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming, indien hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de coöperatie en de met haar verbonden onderneming. Wanneer ten aanzien van alle bestuurders sprake is van een dergelijk persoonlijk belang, wordt het besluit alsdan genomen door de raad van commissarissen.
2. Een commissaris neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming, indien hij daarbij een direct of indirect persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is met het belang van de coöperatie en de met haar verbonden onderneming. Wanneer ten aanzien van alle commissarissen sprake is van een dergelijk persoonlijk belang, wordt het besluit alsdan genomen door de algemene vergadering.
Elektronische besluitvorming.
Artikel X.
1. Een lid kan het stemrecht uitoefenen door middel van een elektronisch communicatiemiddel.
2. Voor de toepassing van lid 1. is vereist dat het lid via het elektronisch communicatiemiddel kan worden geïdentificeerd, rechtstreeks kan kennisnemen van de verhandelingen ter vergadering en het stemrecht kan uitoefenen.
3. Stemmen die voorafgaand aan de algemene vergadering via een elektronisch communicatiemiddel worden uitgebracht, doch niet eerder dan op de dertigste dag voor die van de vergadering, worden gelijk gesteld met stemmen die ten tijde van de vergadering worden uitgebracht.
4. In het huishoudelijk reglement van de coöperatie kunnen voorwaarden worden gesteld aan het gebruik van het elektronisch communicatiemiddel. Indien van deze mogelijkheid gebruik wordt gemaakt, worden deze voorwaarden bij de oproeping bekend gemaakt.
Financiën.
Artikel XI.
1. Het boekjaar van de coöperatie loopt van één juni tot en met eenendertig mei.
2. Jaarlijks maakt het bestuur een jaarrekening op en legt deze aan de algemene vergadering ter vaststelling voor, en wel aan die algemene vergadering die wordt gehouden ingevolge het bepaalde in artikel V, lid 1 onderdeel b. Tezamen met de jaarrekening legt het bestuur aan de algemene vergadering het jaarverslag voor, alsmede de in artikel VI, lid 10 bedoelde accountantsverklaring.
De opgemaakte jaarrekening wordt ondertekend door alle bestuurders en alle commissarissen; ontbreekt de ondertekening van één of meer van hen dan wordt daarvan onder opgave van reden melding gemaakt.
Het bestuur zorgt dat de opgemaakte jaarrekening, het jaarverslag en de krachtens artikel 392, lid 1, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek toe te voegen gegevens, alsmede de accountantsverklaring, vanaf de oproep voor de algemene vergadering bedoeld in artikel V, lid 1 onderdeel b., op het kantoor van de coöperatie aanwezig zijn. De leden kunnen die stukken daar inzien en er kosteloos een afschrift van verkrijgen. Ook draagt het bestuur er zorg voor dat bij de oproeping tot laatstbedoelde algemene vergadering een uittreksel uit de jaarrekening wordt gevoegd.
3. Van het batig saldo van de winst- en verliesrekening dat resteert na de door het bestuur noodzakelijk geachte afschrijvingen en voorzieningen, en na wettelijk verplichte toevoegingen aan reserves, kan een op voorstel van het bestuur door de algemene vergadering vast te stellen gedeelte worden bestemd tot uitkering aan de leden strekkende tot (gedeeltelijke) restitutie aan hen van de door hen in het verstreken boekjaar aan de coöperatie verschuldigd geworden, geïnde dan wel inbare, provisies ter zake van bemiddeling en groene veilingen. Het aldus tot uitkering komende wordt onder de leden verdeeld naar evenredigheid van de bedoelde provisiebedragen.
4. a. Ingeval op basis van het bepaalde in het voorgaande lid wordt besloten tot een uitkering aan leden, kan het bestuur besluiten aan de gezamenlijke leden die aan de heffing van de vennootschapsbelasting onderworpen rechtspersoon zijn, de verplichting op te leggen tot het doen van een kapitaalstorting.
De omvang van deze kapitaalstorting - die wordt geboekt op een afzonderlijke kapitaalstortingsreserve - is het verschil tussen het bedrag aan vennootschapsbelasting dat volgens de berekening van de accountant van de coöperatie over het betreffende boekjaar verschuldigd is en het bedrag aan vennootschapsbelasting dat verschuldigd zou zijn geweest indien de uitkeringen aan die leden-rechtspersonen aftrekbaar zouden zijn geweest van het fiscale resultaat van de coöperatie, waarbij met de aanwezigheid van fiscaal compensabele verliezen geen rekening wordt gehouden. Het aandeel van ieder van de betrokken rechtspersonen in deze stortingsplicht is evenredig aan het ieder van hen toekomende uitkeringsbedrag, en kan door de coöperatie met dit uitkeringsbedrag worden verrekend, alsook met enig ander door de coöperatie aan het betrokken lid uit welken hoofde ook verschuldigd bedrag.
b. De in dit lid onder a bedoelde kapitaalstortingsreserve zal uitsluitend bij liquidatie van de coöperatie worden uitgekeerd, en wel aan de rechtspersonen als bedoeld onder a. die op het tijdstip van de ontbinding van de coöperatie lid van de coöperatie zijn. Ieder van hen ontvangt ten hoogste het bedrag van de door hem verrichte stortingen vermeerderd met een kapitaalvergoeding berekend op basis van een samengestelde interest waarvan het percentage is vast te stellen door de vereffenaars, over de jaren waarin hij stortingen heeft verricht, doch ten hoogste twintig jaren.
Het totaal van deze uitkeringen kan nooit hoger zijn dan het bedrag van de op het tijdstip van ontbinding aanwezige kapitaalstortingsreserve.
Indien de kapitaalstortingsreserve onvoldoende is voor de uitkering van de in de tweede zin van deze bepaling bedoelde bedragen, geschiedt de uitkering naar evenredigheid. Een overschot van de kapitaalstortingsreserve wordt toegevoegd aan het liquidatiesaldo.
c. De algemene vergadering bepaalt op voorstel van de raad van commissarissen of, en zo ja hoeveel, contributie van de leden zal worden geheven.
5. Een na aftrek van de in lid 3. van dit artikel bedoelde restitutiebedragen resterend batig saldo staat ter beschikking van de algemene vergadering voor toevoeging, geheel of gedeeltelijk, aan de algemene reserve - die niet tussentijds kan worden uitgekeerd aan de leden -, dan wel voor toevoeging aan de ledenparticipatiereserverekeningen, die in de boeken van de coöperatie ten name van ieder lid afzonderlijk worden geadministreerd, doch op de balans van de coöperatie als "ledenparticipatiereserve" zullen kunnen worden aangeduid. Het bedrag van deze reserve is eigen vermogen van de coöperatie. Het aandeel van ieder lid in een toevoeging aan de bovengenoemde ledenparticipatiereserve wordt bepaald door de in lid 3. van dit artikel aangegeven maatstaf met dien verstande dat daarin uitsluitend delen die leden die gedurende het betreffende boekjaar voor ten minste een waarde van vijftigduizend euro aan producten aan, van, dan wel door bemiddeling van de coöperatie kochten en/of verkochten.
6. a. Tenzij de algemene vergadering op voorstel van de raad van commissarissen met een meerderheid van ten minste drie/vierde van de uitgebrachte stemmen op enig moment anders besluit, wordt een bedrag bijgeschreven op ledenparticipatiereserverekening, opvorderbaar en uitgekeerd op de eerste januari van het achtste boekjaar volgend op het boekjaar waarop een bijschrijving betrekking had.
b. Tenzij de raad van commissarissen op grond van zwaarwichtige redenen ontleend aan het belang van de coöperatie besluit dat uitkering in ten hoogste drie gelijke jaarlijkse termijnen geschiedt onder vergoeding van een jaarlijkse rente gelijk aan de herfinancieringsrente van de Europese Centrale Bank, vermeerderd met drie procentpunten, is het gehele saldo van zijn aandeel in de ledenparticipatiereserverekening opvorderbaar voor
het lid - casu quo diens rechtverkrijgenden - wiens lidmaatschap eindigt door overlijden of in rechtstreeks verband met bedrijfsbeëindiging zonder dat zijn bedrijf wordt voortgezet door een ander die als lid tot de coöperatie toetreedt, en wel per het tijdstip van dat overlijden of anderszins eindigen van het lidmaatschap.
c. Xxxxxxx het lidmaatschap van een lid eindigt in rechtstreeks verband met bedrijfsbeëindiging terwijl dat bedrijf wordt voortgezet door een ander die als lid tot de coöperatie toetreedt, kan de raad van commissarissen, mits met instemming van het betrokken oude en nieuwe lid, de laatste in de plaats stellen van de eerste. Zodanige in-de-plaatsstelling wordt schriftelijk vastgelegd.
7. Ingeval blijkens de jaarrekening over enig jaar verlies geleden is dat niet uit een voorziening, reserve of op andere wijze gedelgd wordt, geschiedt in volgende jaren geen winstuitkering, de uitkeringen op basis van het bepaalde in lid 3. daaronder begrepen, zo lang dit verlies niet is aangezuiverd. Verliesdelging ten laste van reserves geschiedt allereerst ten laste van de algemene reserve of overige vrije reserves, vervolgens ten laste van de in lid 4. van dit artikel gemelde kapitaalstortingsreserve en eerst dan ten laste van de ledenparticipatiereserverekeningen. Verliesdelging ten laste van de ledenparticipatiereserverekeningen geschiedt naar evenredigheid van de omvang daarvan, waarbij allereerst de jongste bijschrijvingen worden aangewend en zo vervolgens. Ingeval verliesdelging ten laste van de ledenparticipatiereserverekeningen heeft plaatsgevonden geschiedt in volgende jaren geen winstuitkering noch enige winstreservering, dan nadat hetgeen ten laste van de ledenparticipatiereserverekeningen werd gebracht is aangezuiverd.
Tijdsduur, ontbinding.
Artikel XII.
1. De coöperatie duurt voor onbepaalde tijd voort. Zij wordt ontbonden:
a. door een daartoe strekkend besluit van de algemene vergadering;
b. door haar insolventie nadat zij in staat van faillissement is verklaard, of door opheffing van het faillissement wegens de toestand van de boedel;
c. door de rechter, in gevallen bij de wet bepaald;
d. door het geheel ontbreken van leden.
2. Tot ontbinding van de coöperatie kan slechts worden besloten in een algemene vergadering met een meerderheid van ten minste drie/vierde van de geldig
uitgebrachte stemmen. Bij de oproeping tot de algemene vergadering waar een voorstel tot ontbinding zal worden gedaan, moet dat uitdrukkelijk worden medegedeeld. De termijn van oproeping van zulk een algemene vergadering bedraagt ten minste veertien dagen, de dag waarop de oproeping wordt verzonden en die waarop de vergadering wordt gehouden, niet meegerekend. Het hiervoor in dit lid bepaalde is niet van toepassing, indien in de algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn en het besluit tot ontbinding met algemene stemmen wordt genomen.
3. Uit een bij de vereffening blijkend overschot wordt allereerst aan diegenen die op het tijdstip van de ontbinding lid waren het saldo van de participatiereserverekeningen uitgekeerd en bij een ontoereikend overschot naar evenredigheid.
Resteert na uitkering van de participatiereserverekeningen een overschot, dan wordt aan de genoemde leden uitgekeerd het bedrag dat voor de delging van verliezen in de tien jaar voor tijdstip van liquidatie werd onttrokken aan de ledenparticipatiereserverekeningen, bij ontoereikend overschot naar evenredigheid. Resteert na uitkering nog een overschot, dan wordt daaruit de uitkering van de kapitaalsstortingsreserve (artikel XI, lid 4b) gedaan, eventueel naar evenredigheid. Een dan nog resterend overschot wordt onder hen die op het tijdstip van ontbinding van de coöperatie lid waren, verdeeld naar evenredigheid van het brutobedrag van hun aan- en/of verkopen aan, van, dan wel door bemiddeling van de coöperatie, gedurende het boekjaar waarin de ontbinding heeft plaatsgevonden en de drie daaraan voorafgegane boekjaren.
4. Een lid of oud-lid is niet bevoegd tot verrekening van zijn schuld uit hoofde van dit artikel.
5. De leden en de oud-leden zijn niet verplicht om bij vereffening van de boedel van de coöperatie in het tekort bij te dragen.
Statutenwijziging, slotbepalingen.
Artikel XIII.
1. Tot wijziging van deze statuten kan in een algemene vergadering worden besloten met een meerderheid van twee/derde van de uitgebrachte geldige stemmen.
Bij de oproeping wordt het voorstel tot statutenwijziging woordelijk aan de leden bekend gemaakt.
De leden van de coöperatie kunnen door opzegging van het lidmaatschap de
toepasselijkheid te hunnen aanzien niet ontgaan van wijzigingen van de statuten, die tot gevolg hebben dat de aansprakelijkheid van de leden voor de verbintenissen van de coöperatie wordt verhoogd of hun verplichtingen tegenover de coöperatie worden verzwaard. De door de wet gevorderde akte betreffende een statutenwijziging kan door de raad van commissarissen zonder medewerking van de leden worden gepasseerd.
Het hierboven in dit lid bepaalde is niet van toepassing indien in de algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn en het besluit tot statutenwijziging met algemene stemmen wordt genomen.
2. Het in lid 1. bepaalde is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot fusie of omzetting van de coöperatie.
2. Het in lid 1. bepaalde is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot fusie of omzetting van de coöperatie.
WAARVAN AKTE,
is verleden te Lisse op de datum in het hoofd van deze akte vermeld.
De verschenen persoon is mij, notaris, bekend. De zakelijke inhoud van de akte is aan de verschenen persoon opgegeven en toegelicht. De verschenen persoon heeft verklaard op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen, tijdig voor het verlijden een ontwerpakte te hebben ontvangen, van de inhoud van de akte te hebben kennis genomen en te zijn gewezen op de gevolgen die uit de akte voortvloeien.
Deze akte is beperkt voorgelezen en onmiddellijk daarna ondertekend, eerst door de verschenen persoon en vervolgens door mij, notaris.
(Volgt ondertekening)
UITGEGEVEN VOOR AFSCHRIFT
Bladzijde 26