INLEIDENDE NOTA
GEMEENSCHAPPELIJK HANDBOEK
(2002/C 313/02)
INLEIDENDE NOTA
Het Gemeenschapplijk Handboek werd goedgekeurd door het Uitvoerend Comité dat is opgericht bij de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen van 14 Juni 1985 (onder referentie SCH/ Com-ex(99)13 opgenomen in bijlage A bij Besluit 1999/435/EG van de Raad (PB L 176 van 10.7.1999, blz. 1)), en is sindsdien verscheidene malen gewijzigd op grond van Verordening (EG) nr. 790/2001 van de Raad (PB L 116 van 26.4.2001, blz. 5). Het Gemeenschapplijk Handboek in zijn meest recente versie wordt hierbij gepubliceerd ingevolge de aanneming van twee besluiten van de Raad houdende derubrice- ring van de tekst van het Gemeenschapplijk Handboek zelf en alle bijlagen op drie na (zie Besluit 2000/751/EG van de Raad (PB L 303 van 2.12.2000, blz. 29) en Besluit 2002/353/EG van de Raad (PB L 123 van 9.5.2002, blz. 49)).
INHOUDSOPGAVE
Bladzijde
DEEL I: VOORwAARDEN VOOR BINNENKOMST OP HET GRONDGEBIED VAN DE OVEREENKOMSTSLUITENDE PARTIJEN
1. Overschrijding van de buitengrenzen 100
1.1. Gevolg van toestaan van de binnenkomst 100
1.2. Grensoverschrijding via de aangewezen grensdoorlaatposten 100
1.3. Grensoverschrijding buiten de aangewezen grensdoorlaatposten 100
2. Voor het overschrijden van de buitengrenzen als geldig erkende documenten 100
3. Voor binnenkomst van vreemdelingen in het gebied van de overeenkomstsluitende partijen vereiste visa 101
3.1. Eenvormige visa voor verblijf van ten hoogste drie maanden met inbegrip van transitvisa 102
3.2. Visa met territoriaal beperkte geldigheid 102
3.3. Visa voor verblijf van meer dan drie maanden 102
4. Andere voorwaarden voor binnenkomst 102
4.1. Bewijs, c.q. aannemelijk maken van de redenen van binnenkomst 102
4.2. Voorwaarden in verband met de veiligheid 103
DEEL II: GRENSCONTROLE
1. Controlebeginselen 104
1.1. De met de uitoefening van de controle- en de bewakingsmaatregelen belaste ambtenaren 104
1.2. Voorwerp van de controle 105
1.3. wijze van controle 105
1.4. Modaliteiten inzake weigering van toegang 106
2. Praktische inrichting van de controle 107
2.1. Aanbrengen van stempels 107
2.2. Bewaking van de buitengrenzen buiten de grensdoorlaatposten en de vastgestelde openingstijden 107
2.3. Iedere grensdoorlaatpost dient de volgende gegevens te registreren 108
3. Bijzondere regelingen voor de diverse soorten van buitengrensoverschrijdend verkeer 108
3.1. Controle op het wegverkeer 108
3.2. Controle op het spoorwegverkeer 108
3.3. Controle op het internationale burgerluchtvaartverkeer 109
3.4. Controle op de zeescheepvaart 111
3.5. Controle op de binnenvaart 113
4. Samenwerking 113
4.1. Informatie-uitwisseling 113
4.2. Contactambtenaren 113
5. Afgifte van een visum aan de grens 114
6. Bijzondere regelingen 114
6.1. Onderdanen van lidstaten van de Europese Gemeenschap en hun familieleden uit derde staten 114
6.2. Vreemdelingen met een verblijfstitel van een andere overeenkomstsluitende partij 115
6.3. Statutaire vluchtelingen en staatlozen 115
6.4. Piloten en andere bemanningsleden van vliegtuigen 115
6.5. \eelieden 115
6.6. Houders van een diplomatiek, officieel of dienstpaspoort 116
6.7. Grensarbeiders 116
6.8. Minderjarigen 116
6.9. Groepsreizen 116
6.10. Vreemdelingen die aan de grens om asiel verzoeken 116
6.11. Leden van internationale organisaties 117
BIJ7AGEN BIJ HET GEMEENtCHAPPE7IJK HANDBOEK
Bladzijde
1. Aangewezen grensdoorlaatposten 118
2. Op het onbevoegd overschrijden van de buitengrenzen gestelde sancties (1) 151
3. Bilaterale akkoorden aangaande klein grensverkeer (1) 151
4. Criteria voor de vaststelling of in een reisdocument een visum kan worden aangebracht 151
5. I. Gemeenschappelijke lijst van derde landen waarvan de onderdanen aan de visumplicht zijn onder- worpen door de lidstaten die gebonden zijn door Verordening (EG) nr. 539/2001 van de Raad, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2414/2001 152
II. Gemeenschappelijke lijst van derde landen waarvan de onderdanen van de visumplicht zijn vrij- gesteld door de lidstaten die gebonden zijn door Verordening (EG) nr. 539/2001 van de Raad,
gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2414/2001 152
III. Regeling voor reisverkeer van houders van diplomatieke, officiële of dienstpaspoorten, alsmede voor houders van door bepaalde internationale intergouvernementele organisaties aan hun ambtenaren afgegeven vrijgeleides 152
5a. Gemeenschappelijke lijst van derde landen waarvan de onderdanen of houders van door deze derde lan-
den afgegeven reisdocumenten aan de transitvisumplicht voor luchthavens zijn onderworpen 159
6. Modellen van de visumsticker en informatie met betrekking tot de technische en de veiligheidskenmerken 163
6a. Aanwijzingen voor invulling van de visumsticker 169
6b. Informatie waarvan de overeenkomstsluitende partijen eventueel melding maken in de zone „Opmerkin-
gen” (vertrouwelijk) 190
6c. Aanwijzingen voor het invullen van de optisch leesbare zone (vertrouwelijk) 190
7. Modellen van de visumsticker 191
8. Modellen van het visum met territoriaal beperkte geldigheid 199
8a. Verplichtingen voor het informeren van de overeenkomstsluitende partijen bij afgifte van visa met terri- toriaal beperkte geldigheid, alsmede bij annulering, intrekking en beperking van de geldigheidsduur van
eenvormige visa en bij afgifte van nationale verblijfstitels 203
9. Modellen van het visum voor verblijf van langere duur 206
10. Jaarlijks voor grensoverschrijding door de nationale autoriteiten vastgestelde richtbedragen 207
11. Lijst van documenten die recht geven op visumvrije binnenkomst 212
12. Modellen van inlegvellen 230
13. Modellen van door het ministerie van Buitenlandse \aken afgegeven kaarten 244
14. Aanwijzingen voor de afgifte van eenvormige visa aan de grens 333
14a. Legeskosten (in euro) voor visumafgifte 334
14b. Lijst van gevallen waarin de visumaanvraag onderworpen is aan voorafgaande raadpleging van de cen-
trale autoriteiten overeenkomstig artikel 17, lid 2 (vertrouwelijk) 335
(1) De bijlagen 2 en 3 zijn geschrapt bij Beschikking 2002/352/EG van de Raad (PB L 123 van 9.5.2002, blz. 47). Van toepassing sinds 1 juni 2002.
De inwerkingtreding van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen leidt tot de afschaffing van de controle aan de binnengrenzen en de verlegging daarvan naar de buitengren- zen. Dientengevolge worden de controles aan de buitengrenzen van het in deze overeenkomst bedoelde gebied niet uitsluitend uitgeoefend ten behoeve van de staten aan welker buitengrenzen zij worden verricht, maar ten behoeve van alle overeenkomstsluitende partijen, welker belangen door de met de grensbewaking belaste ambtenaren dienen te worden behartigd.
DEEL I: VOORWAARDEN VOOR BINNENKOMST OP HET GRONDGEBIED VAN DE OVEREENKOMST-
SLUITENDE PARTIJEN
1. Overschrijden van de buitengrenzen
Artikel 3 van de Uitvoeringsovereenkomst
„1. De buitengrenzen mogen in beginsel slechts via de grensdoorlaatposten en gedurende de vast- gestelde openingstijden worden overschreden. Nadere regelingen alsmede de uitzonderingen en de voor- waarden met betrekking tot het kleine grensverkeer, alsook de regels die van toepassing zijn op bijzon- dere categorieën van zeeverkeer, zoals de pleziervaart en de kustvisvangst, worden door het Uitvoerend Comité bepaald.
2. De overeenkomstsluitende partijen verbinden zich ertoe sancties te stellen op het onbevoegd over- schrijden van de buitengrenzen buiten de grensdoor- laatposten en de vastgestelde openingstijden.”.
1.1. Gevolg vaπ toestaaπ vaπ de brππeπkomst
Een persoon die op regelmatige wijze via de buiten- grenzen het grondgebied van een overeenkomstslui- tende partij is binnengekomen, mag in beginsel zich ten hoogste drie maanden op het grondgebied van alle overeenkomstsluitende partijen vrij verplaatsen.
1.2. Greπsoverschrrjdrπg vra de aaπgewezeπ greπsdoor- laatposteπ
De buitengrenzen mogen slechts via de aangewezen grensdoorlaatposten zoals bedoeld in bijlage 1, gedu- rende de vastgestelde openingstijden worden over- schreden. Op het onbevoegd overschrijden van de buitengrenzen buiten de grensdoorlaatposten en de vastgestelde openingstijden worden de sancties gesteld die zijn bepaald in de nationale wetgeving (1). De openingstijden dienen aan de grensdoorlaatposten door aanplakking bekend te worden gemaakt.
1.3. Greπsoverschrrjdrπg bчrteπ de aaπgewezeπ greπs- doorlaatposteπ
Buiten de aangewezen grensdoorlaatposten of vast- gestelde openingstijden mogen de buitengrenzen bij wijze van uitzondering worden overschreden door:
(…) (2);
(1) Tekst gewijzigd bij Beschikking 2002/352/EG van de Raad (PB L 123 van 9.5.2002, blz. 47). Van toepassing sinds 1 juni 2002.
(2) Tekst geschrapt bij Beschikking 2002/352/EG van de Raad (PB L
123 van 9.5.2002, blz. 47). Van toeapssing sinds 1 juni 2002.
— personen voor wie in bilaterale overeenkomsten aangaande klein grensverkeer — in Italië genoemd klein grensverkeer of excursieverkeer
— bepaalde toestemming is overeengekomen (1);
— zeelieden die passagieren in overeenstemming met paragraaf 6.5.2 van deel II.
1.3.1. (2) De naar nationaal recht bevoegde autoriteiten kun- nen personen of groepen van personen een vergun- ning verlenen op grond waarvan dezen de buiten- grens buiten de aangewezen grensdoorlaatposten of de vastgestelde openingstijden mogen overschrijden, wanneer
— bijzondere omstandigheden daartoe nopen en
— belangen terzake van de openbare orde en de nationale veiligheid van de overeenkomstslui- tende partijen zich niet daartegen verzetten.
In ieder geval kan deze vergunning niet eerder wor- den verleend dan wanneer de daarom verzoekende personen de vereiste grensoverschrijdingdocumenten voorleggen.
1.3.2. Onderdanen van het Koninkrijk België, het Konink- rijk Denemarken, de Franse Republiek, het Groother- togdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlan- den mogen voor binnenkomst de grens van de staat waarvan zij de nationaliteit bezitten, op iedere wille- keurige plaats overschrijden.
1.3.3. Afwijkingen van paragraaf 1.2 in het kader van het kleine grensverkeer — in Italië genoemd klein grens- verkeer of excursieverkeer — zijn toegestaan over- eenkomstig bilaterale overeenkomsten tussen de lid- staten en de respectieve aangrenzende derde sta- ten (1).
2. Voor het overschrijden van de buitengrenzen als geldig erkende documenten
Artikel J van de Uitvoeringsovereenkomst
„1. Aan een vreemdeling die aan onderstaande voorwaarden voldoet, kan toegang worden verleend
tot het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen voor een verblijf van ten hoogste drie maan- den:
a) in het bezit zijn van een geldig grensoverschrij- dingsdocument of van de geldige grensoverschrij- dingsdocumenten, aangewezen door het Uitvoe- rend Comité;
b) indien vereist, in het bezit zijn van een geldig visum;
c) het, zo nodig, overleggen van documenten ter staving van het doel van het voorgenomen ver- blijf en de verblijfsomstandigheden alsmede het beschikken over voldoende middelen van bestaan, zowel voor de duur van het voorgeno- men verblijf als voor de terugreis naar het land van oorsprong of voor de doorreis naar een derde staat, waar de toelating is gewaarborgd, dan wel in staat zijn deze middelen rechtmatig te verwerven;
d) niet ter fine van weigering van toegang gesigna- leerd staan;
e) niet worden beschouwd als een gevaar voor de openbare orde, de nationale veiligheid of de internationale betrekkingen van één der overeen- komstsluitende partijen.
2. Aan een vreemdeling die niet voldoet aan het geheel van deze voorwaarden, moet de toegang tot het grondgebied van de overeenkomstsluitende par- tijen worden geweigerd, tenzij een overeenkomstslui- tende partij op grond van humanitaire overwegingen, om redenen van nationaal belang of wegens inter- nationale verplichtingen een afwijking daarvan nood- zakelijk acht. In dat geval dient de toegang te worden beperkt tot het grondgebied van de overeenkomst- sluitende partij die de overige overeenkomstsluitende partijen daarvan in kennis moet stellen.
De bijzondere bepalingen inzake het asielrecht en het bepaalde in artikel 18 blijven onverlet.
3. De vreemdeling die houder is van een door een overeenkomstsluitende partij afgegeven verblijfstitel of terugkeervisum, dan wel zo nodig van beide docu- menten, dient doorreis te worden verleend, tenzij hij gesignaleerd staat op de nationale signaleringslijst van de overeenkomstsluitende partij welker buiten- grens hij beoogt te overschrijden.”.
2.1. De naar landen ingedeelde lijst van de voor het over- schrijden van de buitengrenzen als geldig erkende documenten welke van een visum zijn voorzien indien het visumplichtige vreemdelingen betreft, is in bijlage 4 opgenomen. De lijst en de modellen van de verblijfstitels en terugkeervisa zoals bedoeld in artikel 5, lid 3, van de Schengenuitvoeringsovereenkomst,
zijn in bijlage 11 opgenomen.
3. Voor binnenkomst van vreemdelingen in het gebied van de overeenkomstsluitende partijen vereiste visa
Artikel l0 van de Uitvoeringsovereenkomst
„1. Er wordt een eenvormig visum ingesteld dat geldig is voor het grondgebied van alle overeen- komstsluitende partijen. Dit visum, waarvan de gel- digheidsduur is geregeld in artikel 11, kan voor een periode van ten hoogste drie maanden worden ver- leend.
2. Tot op het tijdstip van invoering van een der- gelijk visum zullen de overeenkomstsluitende partijen elkaars nationaal visum erkennen, voorzover de afgifte daarvan geschiedt met inachtneming van de gemeenschappelijke voorwaarden en criteria, welke bij of krachtens de relevante bepalingen van dit hoofdstuk zijn vastgesteld.
3. In afwijking van het bepaalde in de leden 1 en
2 behoudt iedere overeenkomstsluitende partij zich het recht voor de geldigheid van het visum territori- aal te beperken met inachtneming van de nadere gemeenschappelijke regels, welke bij of krachtens de relevante bepalingen van dit hoofdstuk zijn vast- gesteld.”.
Artikel ll van de Uitvoeringsovereenkomst
„1. Het ingevolge artikel 10 ingestelde visum kan zijn:
a) een voor één of meer binnenkomsten geldig reis- visum, waarbij, te rekenen vanaf de datum van eerste binnenkomst, noch de duur van een onon- derbroken verblijf, noch de totale duur van de achtereenvolgende verblijven meer dan drie maanden per zes maanden mag bedragen;
b) een doorreisvisum op grond waarvan de houder één, twee of bij wijze van uitzondering verschei- dene keren door het grondgebied van de over- eenkomstsluitende partijen mag reizen om zich naar het grondgebied van een derde staat te begeven, zonder dat de duur van de doorreis meer dan vijf dagen mag bedragen.
2. Het bepaalde in lid 1 laat onverlet dat een overeenkomstsluitende partij in voorkomend geval in de loop van de desbetreffende periode van zes maan- den een ander visum verleent waarvan de geldigheid is beperkt tot haar grondgebied.”.
De overeenkomstsluitende partijen erkennen, voor alle soorten visa, tot op het tijdstip van invoering van een eenvormig visum elkaars nationale visa. De eenvormige visumsticker wordt gebruikt voor:
— eenvormige visa voor verblijf van ten hoogste drie maanden;
— transitvisa;
— visa voor verblijf van ten hoogste drie maanden met territoriaal beperkte geldigheid;
— visa voor verblijf van langere duur.
3.1. 1eπvormrge vrsa voor verblrjf vaπ teπ hoogste drre maaπdeπ met rπbegrrp vaπ traπsrtvrsa
3.1.1. De lijst van staten waarvan de onderdanen voor alle overeenkomstsluitende partijen visumplichtig zijn, is opgenomen in bijlage 5. Onderdanen van de op deze lijst vermelde staten verkrijgen een eenvormig visum. Onderdanen van staten die slechts door één overeen- komstsluitende partij aan de visumplicht zijn onder- worpen, verkrijgen met inachtneming van het bepaalde in artikel 5, lid 1, van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen eveneens een eenvormig visum met de aantekening dat op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen de visumplicht voor de aanvrager slechts op dat van eerstgenoemde partij bestaat. Wanneer onderdanen door verscheidene overeenkomstsluitende partijen aan de visumplicht zijn onderworpen, geldt een door één van deze overeenkomstsluitende partijen over- eenkomstig het bepaalde in de derde volzin afgege- ven eenvormig visum eveneens voor de overige van deze overeenkomstsluitende partijen.
3.1.2. De technische beschrijving van de visumsticker is opgenomen in bijlage 6. Aanwijzingen voor invulling van de visumsticker zijn in bijlage 6a vervat. Gege- vens welke de onderscheidene staten eventueel in de zone „Opmerkingen” opnemen, zijn in bijlage 6b opgenomen. Voorschriften voor invulling van de machineleesbare zone zijn in bijlage 6c opgenomen.
3.1.3. Modellen van visumstickers met mogelijke varianten van ingevulde gegevens zijn opgenomen in bijlage 7.
3.1.4. De op de sticker aangebrachte gegevens zijn in het Engels, het Frans en de respectieve nationale talen gesteld.
3.2. Vrsa met terrrtorraal beperkte geldrgherd
3.2.1. Visa met territoriaal beperkte geldigheid worden afgegeven:
— wanneer de overeenkomstsluitende partij zulks ondanks het ontbreken van de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, van de Overeen- komst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen, op grond van humanitaire overwegin- gen, om redenen van nationaal belang of wegens internationale verplichtingen noodzakelijk acht (artikel 5, lid 2, en artikel 16 van de Overeen- komst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen);
— wanneer de overeenkomstsluitende partij binnen een periode van zes maanden, na het verstrijken van de geldigheidsduur van het visum zoals bedoeld in artikel 11, lid 1, van de Overeen- komst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen, een ander visum wil afgeven (artikel 11, lid 2, van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen).
3.2.2. Het visum met territoriaal beperkte geldigheid is een nationaal visum dat slechts geldt voor het grond-
gebied van de staten die het hebben afgegeven. Een dergelijk visum verleent de houder niet het recht om zich op grond van artikel 19, lid 1, van de Overeen- komst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen op het grondgebied van de overige overeenkomst- sluitende partijen op te houden.
3.2.3. Het visum met territoriaal beperkte geldigheid is van een bijzonder kenmerk voorzien. Een model is opge- nomen in bijlage 8.
3.2.4. De beginselen en procedures voor mededeling aan de overeenkomstsluitende partijen bij afgifte van visa met territoriaal beperkte geldigheid, alsmede bij annulering, intrekking en beperking van de geldig- heidsduur van visa en bij afgifte van nationale ver- blijfstitels zijn in bijlage 8a vervat.
3.3. Vrsa voor verblrjf vaπ meer daπ drre maaπdeπ
3.3.1. Visa voor verblijf van langere duur zijn nationale visa. \ij verlenen de houder in een andere dan de afgevende overeenkomstsluitende partij slechts een recht van doorreis naar het grondgebied van de over- eenkomstsluitende partij die het visum heeft afgege- ven, tenzij de houder niet voldoet aan de in artikel 5, lid 1, onder a), d) en e, van de Overeenkomst ter uit- voering van het Akkoord van Schengen genoemde voorwaarden voor binnenkomst, dan wel gesigna- leerd staat op de nationale signaleringslijst van de staat via welke de doorreis wordt beoogd.
3.3.2. Een model van het visum voor verblijf van langere duur is opgenomen in bijlage 9.
4. Andere voorwaarden voor binnenkomst
Artikel 6, lid l, van de Uitvoeringsovereenkomst
„1. Het grensoverschrijdend verkeer aan de bui- tengrenzen is aan de controle van de bevoegde auto- riteiten onderworpen. Deze controle wordt uitgeoe- fend volgens eenvormige beginselen, op grond van nationale bevoegdheden en overeenkomstig het nationale recht, met inachtneming van de belangen van alle overeenkomstsluitende partijen voor het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen.”.
4.1. Bewrjs, c.q. aaππemelrjk makeπ vaπ de redeπeπ vaπ brππeπkomst
De vreemdeling dient desgevraagd zijn verzoek tot binnenkomst te motiveren. In geval van twijfel dient de controlerende ambtenaar voor het bewijs of aan- nemelijk maken te verlangen dat documenten en bewijsstukken worden overgelegd.
4.1.1. Voor het leveren van een bewijs of voor het aan- nemelijk maken van de redenen van binnenkomst kunnen in het bijzonder de volgende documenten afzonderlijk dan wel in combinatie met elkaar wor- den vereist:
4.1.1.1. bij zakenreizen
— de uitnodiging van een onderneming of van een autoriteit voor zakelijke, bedrijfs- of ambtelijke besprekingen, c.q. manifestaties,
— andere bewijsstukken waaruit op duidelijke wijze zakelijke of ambtelijke relaties blijken,
— bewijs van toegang voor beurzen en congressen;
4.1.1.2. bij reizen voor studie- en andere vormingsdoeleinden
— bewijs van inschrijving bij een onderwijsinrich- ting voor het bijwonen van theoretische en prak- tische opleidings- en bijscholingscursussen,
— inschrijvingsbewijzen en studieattesten;
4.1.1.3. bij toeristische of privé-reizen
— uitnodiging door de gastheer,
— bewijsstukken van logiesverstrekkende bedrijven,
— bevestiging van de boeking door de organisator van een rondreis,
— retour- of rondreistickets;
4.1.1.4. bij reizen om andere redenen
— uitnodigingen, inschrijvingen of programmaIs,
— bewijzen van deelneming, van toegang of van betaling, enz.
voor politieke, wetenschappelijke, culturele, sport- of religieuze manifestaties, zo mogelijk met vermelding van nadere gegevens, zoals de naam van de uitnodi- gende instantie of de duur van het verblijf.
4.1.2. Vreemdelingen die het grondgebied van de overeen- komstsluitende partijen wensen binnen te komen, dienen te beschikken over voldoende middelen om het levensonderhoud voor de voorgenomen duur van het verblijf en om de kosten voor terugkeer naar, res- pectievelijk doorreis via, een derde staat te kunnen bestrijden. Bij de beoordeling van de bestaansmidde-
len dient rekening te worden gehouden met de uit- gaven voor kost en inwoning op een middenniveau, alsmede met het doel van het verblijf. De jaarlijks door elk der overeenkomstsluitende partijen vast- gestelde richtbedragen zijn in bijlage 10 opgenomen.
De beschikbaarheid van voldoende middelen kan bij- voorbeeld door contant geld, reischeques, krediet- kaarten, een passend aantal Eurocheques met EC- kaart en een garantieverklaring aannemelijk worden gemaakt.
4.2. Voorwaardeπ rπ verbaπd met de verlrgherd
Bij binnenkomst dient te worden gecontroleerd of de vreemdeling zijn voertuig of de door hem mee- gevoerde voorwerpen een gevaar voor de openbare orde, de nationale veiligheid of de internationale betrekkingen van een overeenkomstsluitende partij vormen. Van een dergelijk gevaar kan in het bijzon- der worden uitgegaan, indien:
— de vreemdeling is veroordeeld wegens een straf- baar feit dat met een vrijheidsstraf van ten minste één jaar is strafbaar gesteld;
— er een ernstig vermoeden bestaat dat hij zware misdrijven, waaronder die bedoeld in artikel 71 van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen heeft gepleegd, of dat hij voornemens is dergelijke misdrijven op het grondgebied van een overeenkomstsluitende par- tij te plegen;
— de vreemdeling is verwijderd, geweigerd of uit- gewezen en deze maatregel een effectief verbod op binnenkomst of verblijf behelst, dan wel tot gevolg heeft.
(Artikel 96, leden 2 en 3, van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen.)
De inwerkingtreding van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen leidt tot de afschaffing van de controle aan de binnengrenzen en de verlegging daarvan naar de buitengrenzen. Dien- tengevolge worden de controles aan de buitengrenzen van het in deze overeenkomst bedoelde gebied niet uitsluitend uitgeoefend ten behoeve van de staten aan welker buitengrenzen zij worden verricht, maar ten behoeve van alle overeenkomstsluitende partijen, welker belangen door de met de grensbewaking belaste ambtenaren dienen te worden behartigd.
1. Controlebeginselen
DEEL II: GRENSCONTROLE
Dit zijn:
Artikel 6, lid 2, van de Uitvoeringsovereenkomst
„2. De eenvormige beginselen zoals bedoeld in lid 1 zijn de volgende:
a) de personencontrole behelst, naast de controle op de aanwezigheid en de geldigheid van grens- overschrijdingsdocumenten en de toetsing of aan de andere voorwaarden voor binnenkomst, ver- blijf, het verrichten van arbeid en uitreis is vol- daan, tevens onderzoek naar en het voorkomen van gevaar voor de openbare orde en de natio- nale veiligheid van de overeenkomstsluitende partijen; deze controles hebben ook betrekking op de voertuigen en de in het bezit van de grens- passanten zijnde voorwerpen; zij worden door iedere overeenkomstsluitende partij verricht over- eenkomstig de nationale wetgeving, in het bij- zonder voor wat betreft de wijze van onderzoek;
b) alle personen dienen ten minste een zodanige controle te ondergaan, dat aan de hand van de overgelegde of getoonde reisdocumenten hun identiteit kan worden vastgesteld;
c) bij binnenkomst dienen vreemdelingen een gron- dige controle zoals bedoeld onder a) te onder- gaan;
d) bij uitreis vinden de controles plaats die in het belang van alle overeenkomstsluitende partijen ingevolge het vreemdelingenrecht en ten behoeve van het onderzoek naar en het voorkomen van gevaar voor de openbare orde en de nationale veiligheid van de overeenkomstsluitende partijen noodzakelijk zijn; deze controle wordt ten aan- zien van vreemdelingen in ieder geval verricht;
e) wanneer wegens bijzondere omstandigheden der- gelijke controles niet kunnen worden uitgeoe- fend, dienen prioriteiten te worden gesteld; in dat geval dient in beginsel voorrang te worden gege- ven aan de controle op het binnenkomend ver- keer boven de controle op het uitgaand verkeer.”.
1.1. De met de чrtoefeπrπg vaπ de coπtrole- eπ de bewa- krπgsmaatregeleπ belaste ambteπareπ
1.1.1. Bevoegd tot de uitoefening van de controlemaatrege- len aan de buitengrenzen zijn de ambtenaren van de grenspolitie of de, naar nationaal recht, met grens- politietaken belaste diensten van de overeenkomst- sluitende partijen.
— voor het Koninkrijk België: Federale Politie en Douane;
— voor het Koninkrijk Denemarken: det danske politi (Deense politie);
— voor de Bondsrepubliek Duitsland: Bundes- grenzschutz, Douane, Polizeien der Länder in Beieren, Bremen en Hamburg;
— voor de Helleense Republiek: Ekkηvim Aσsvvoµìa (Xxxxxxxxx Astynomia), Ωiµsvimǒ Σωµa (Limeniko Soma), Tskuvsìa (Telonia);
— voor het Koninkrijk Spanje: Cuerpo Xxxxxxxx xx Xxxxxxx, Xxxxxxx Xxxxx, Xxxxxxxxx xx Xxxxxxx;
— voor de Franse Republiek: D.C.P.A.F. (Direction Centrale de la Police aux Frontières), Douane;
— voor de Italiaanse Republiek: Polizia di Stato, Carabinieri, Guardia di Finanza;
— voor het Groothertogdom Luxemburg: Douane, Speciale dienst van de Rijkswacht op de lucht- haven;
— voor het Koninkrijk der Nederlanden: Koninklijke Marechaussee, Douane (invoerrechten en accijn- zen), Gemeentepolitie te Rotterdam (haven);
— voor de Portugese Republiek: Serviço de Estran- geiros e Fronteiras, Direcção-Geral das Alfânde- gas, Brigada Fiscal da Guarda Nacional Republi- cana;
— voor de Republiek Finland: grensbewakingsdienst, douane en politie;
— voor het Koninkrijk \weden: de grenscontrole wordt in eerste instantie uitgeoefend door de politie, die daarin kan worden bijgestaan door de douane, de kustwacht en het bureau voor migra- tie. De personencontrole op zee valt onder de bevoegdheid van de kustwacht;
— voor de Republiek IJsland: Ríkislögreglustjóri (di- recteur-generaal van de rijkspolitie), Lögreglust- jórar (districtshoofden van politie);
— voor het Koninkrijk Noorwegen: de buitengrens- controle behoort in beginsel tot de taken van de politie. Deze taken kunnen in bepaalde gevallen en op verzoek van het plaatselijke politiehoofd
uitgevoerd worden door de douane of het leger (meer bepaald de kustwacht of het garnizoen van Varanger–\uid). In dat geval oefenen deze dien- sten beperkte politiële bevoegdheden uit.
1.1.2. Bij de uitoefening van hun taak beschikken de amb- tenaren over de, naar nationaal recht, vastgestelde grenspolitiële en strafprocesrechtelijke bevoegdheden.
1.2. Voorwerp vaπ de coπtrole
1.2.1. De controle op het buitengrensoverschrijdende ver- keer behelst:
— de controle op de grensoverschrijdingsdocumen- ten en op de andere voorwaarden voor binnen- komst, zoals bedoeld in artikel 5 van de Over- eenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen alsmede eventueel op de verblijfs- en werkvergunningen;
— het verrichten van de opsporing, in het bijzonder het onmiddellijk bevragen van de persoons- en voorwerpgegevens in het Schengeninformatiesys- teem en in de nationale opsporingsregisters, als- mede het uitvoeren van de vereiste maatregelen;
— het voorkomen van gevaar voor de openbare orde en de nationale veiligheid van de overeen- komstsluitende partijen en het tegengaan van verstoring.
1.2.2. Bij de uitoefening van de grenspolitietaken dient het beginsel van proportionaliteit in acht te worden genomen.
1.3. Wrjze vaπ coπtrole
Als effectieve controle- en bewakingsmaatregelen gel- den maatregelen welke door de met de veiligheid belaste diensten in overleg met de met de veiligheid belaste diensten in de andere overeenkomstsluitende partijen geschikt worden geacht om risico- en gevaarsituaties tegen te gaan.
Dienovereenkomstig voeren de overeenkomstslui- tende partijen de controle op het buitengrensover- schrijdende verkeer op grond van onderstaande een- vormige beginselen uit.
1.3.1. De minimumcontrole tot vaststelling van de identi- teit, zoals bedoeld in artikel 6, lid 2, onder b), van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen bestaat uit een vergelijking van de persoon met de overgelegde of getoonde grensoverschrij- dingsdocumenten, alsmede uit een eenvoudig en snel onderzoek naar de geldigheid van het grensover- schrijdingsdocument en naar tekenen van namaak of vervalsing.
1.3.2. De in artikel 6, lid 2, onder c, bedoelde grondige controle behelst benevens de minimumcontrole:
1.3.2.1. grondig toetsen van de vraag of
— het overgelegde document geldig is voor grens- overschrijding en, in voorkomend geval, voor- zien is van het vereiste visum;
— namaak of vervalsing is gepleegd;
1.3.2.2. vaststelling van de plaats van herkomst van de per- soon, alsmede van het doel en de redenen van diens reis, en zo nodig toetsing van de desbetreffende bewijsstukken;
1.3.2.3. toetsing van de vraag of er voor de geplande duur van het verblijf, de terugreis of de doorreis naar een derde staat voldoende bestaansmiddelen voorhanden zijn of op rechtmatige wijze kunnen worden verkre- gen;
1.3.2.4. onmiddellijk bevragen van de persoons- en voor- werpsgegevens in het Schengeninformatiesysteem en in de nationale opsporingsregisters. Indien bevraging van het Schengeninformatiesysteem een signalering zoals bedoeld in de artikelen 95 tot en met 100 van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen oplevert, dient eerst de te nemen actie welke op het beeldscherm is aangegeven, te worden uitgevoerd;
1.3.2.5. toetsing van de vraag of de persoon, diens voertuig en de meegevoerde voorwerpen een gevaar opleveren voor de openbare orde, de nationale veiligheid of de internationale betrekkingen van één van de overeen- komstsluitende partijen.
1.3.3. Onverminderd het bepaalde in de paragrafen 1.3.5.1,
1.3.5.2 en 1.3.5.3, dienen alle personen bij binnen- komst en uitreis een minimumcontrole te ondergaan.
Vreemdelingen worden bij binnenkomst en uitreis in de regel aan een grondige controle onderworpen.
1.3.4. Op onderdanen van lidstaten van de Europese Gemeenschappen wordt in bijzondere gevallen bij binnenkomst en uitreis een grondige controle uit- geoefend, wanneer aanwijzingen bestaan dat de betrokken persoon een gevaar voor de openbare orde, de openbare veiligheid of de openbare gezond- heid kan vormen.
1.3.5. In bijzondere omstandigheden kunnen de controles aan de landgrenzen worden versoepeld. Bijzondere omstandigheden doen zich onder meer voor, wan- neer er, als gevolg van grote verkeersdrukte, vóór het tijdstip van controle, niettegenstaande uitputting van alle organisatorische en personele mogelijkheden, onredelijk lange wachttijden ontstaan.
1.3.5.1. De plaatselijk verantwoordelijke ambtenaar van de met de grensbewaking belaste dienst kan onder de in paragraaf 1.3.5 genoemde voorwaarden prioriteiten stellen; hij dient deze zo vaak mogelijk te wijzigen teneinde de doeltreffendheid van de controles op te voeren. In dat geval dient in beginsel voorrang te worden gegeven aan de controle op het binnen- komend verkeer boven de controle op het uitgaand verkeer.
1.3.5.2. Bij het gelasten van de versoepeling van de controle dient de plaatselijk verantwoordelijke ambtenaar van de met de grensbewaking belaste dienst omzichtig- heid te betrachten. De versoepeling mag slechts tijde- lijk, aan de situatie aangepast en stapsgewijs worden gehanteerd.
1.3.5.3. Personen die de met de grensbewaking belaste amb- tenaar persoonlijk bekend zijn en van wie hij na een initiële controle weet dat zij noch in het Schengen- informatiesysteem, noch in het nationale opsporings- register zijn gesignaleerd, en van wie de ambtenaar weet dat zij in het bezit van een geldig grensover- schrijdingsdocument zijn, dienen slechts steekproefs- gewijs op het bij zich dragen van het grensover- schrijdingsdocument te worden gecontroleerd. Dit geldt in het bijzonder voor personen die de grens veelvuldig via dezelfde grensdoorlaatpost overschrij- den. Deze personen dienen af en toe, onverwacht en met onregelmatige tussenpozen, een grondige con- trole te ondergaan.
1.4. kodalrterteπ rπzake wergerrπg vaπ toegaπg
1.4.1. De weigering van toegang is een met redenen omklede beslissing welke geen uitstel gedoogt of, in voorkomend geval, na het verstrijken van de in de nationale wet genoemde termijn van uitstel ten uit- voer wordt gelegd en in ontvangst moet worden genomen, en waarmee een vreemdeling bij het niet vervullen van de voorwaarden voor binnenkomst, zoals bedoeld in artikel 5 van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen, wordt ontzegd het grondgebied van een overeenkomstslui- tende partij binnen te komen en aldaar te verblijven. De beslissing wordt door de naar nationaal recht bevoegde instantie getroffen, welke de rechtsmidde- len aanduidt, voorzover deze bestaan.
1.4.1 bis. Bij weigering van toegang brengt de met de grens- bewaking belaste ambtenaar in het paspoort een inreisstempel aan dat hij met een kruis in zwarte onuitwisbare inkt doorhaalt.
1.4.2. Bij weigering van toegang van een vreemdeling ziet de met de grensbewaking belaste ambtenaar erop toe dat die persoon het grondgebied van de overeen- komstsluitende partij niet betreedt, dan wel onver- wijld verlaat voorzover hij zich reeds hierop heeft begeven.
1.4.3. Wanneer de vreemdeling door een vervoerder over zee, door de lucht of over land aan de buitengrens is gebracht, dient de grensdoorlaatpost in geval van weigering van toegang de vervoerder te gelasten die vreemdeling onverwijld terug te nemen. De met huis- vesting, onderhoud en terugbrenging gepaard gaande kosten kunnen voor rekening van de vervoerder komen. De grensdoorlaatpost gelast alsdan het ver- voer van de vreemdeling naar de derde staat van waaruit hij werd vervoerd of die het reisdocument heeft afgegeven, dan wel naar iedere andere derde staat waar zijn toelating is gewaarborgd. Wanneer de vervoerder niet onverwijld gevolg kan geven aan de
het tijdstip van uitvoering van de terugbrenging dient de plaatselijk verantwoordelijke dienst met inacht- neming van de plaatselijke omstandigheden naar nationaal recht passende maatregelen te treffen ten- einde de illegale binnenkomst van vreemdelingen aan wie de toegang werd geweigerd, te verhinderen (bij- voorbeeld door verblijf in de transitzone van de luchthavens, door verbod tot passagieren in zee- havens, inbewaringstelling).
1.4.4. Indien de met de grensbewaking belaste ambtenaar vaststelt dat de houder van een visum voor kort ver- blijf ter fine van weigering van toegang in het SIS is gesignaleerd, dient hij het visum te annuleren door aanbrenging van een stempel „GEANNULEERD”. Hij dient de centrale autoriteiten van deze beslissing onverwijld op de hoogte te brengen. De procedure is in bijlage 8a omschreven.
Indien de houder van een visum voor kort verblijf de toegang wordt geweigerd, dient het bepaalde in para- graaf 1.4.1 bis te worden toegepast.
1.4.5. Iedere weigering van toegang dient afzonderlijk of in lijsten te worden geregistreerd onder opgave van de personalia, de nationaliteit, het grensoverschrijdings- document, de reden en de datum van weigering van toegang.
1.4.6. Wanneer ten aanzien van een vreemdeling redenen voor zowel weigering van toegang als aanhouding aanwezig zijn, dient met de bevoegde justitiële auto- riteiten conform het nationale recht over de te nemen actie overeenstemming te worden bereikt.
1.4.7. (1) Specifieke regelingen met betrekking tot de onder het Gemeenschapsrecht vallende personen (burgers van de Europese Unie, onderdanen van de staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Euro- pese Economische Ruimte en onderdanen van de
\witserse Bondsstaat, alsmede hun familieleden) zijn weergegeven in de paragrafen 6.1.1 tot en met 6.1.4.
Het bepaalde in de paragrafen 1.4.2, 1.4.5 en 1.4.6 geldt tevens voor de burgers van de Europese Unie, onderdanen van de staten die partij zijn bij de Over- eenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en onderdanen van de \witserse Bondsstaat.
Benevens de in de tweede alinea genoemde bepalin- gen geldt het bepaalde in de punten 1.4.1 bis, 1.4.3, 1.4.4, 1.4.8 (behoudens het bepaalde in paragraaf 6.1.4) en 1.4.9 tevens voor de familieleden, zowel van burgers van de Europese Unie als van onder- danen van staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en van onderdanen van de \witserse Bondsstaat die geen onderdanen van één van deze staten zijn.
1.4.8. Wanneer een vreemdeling die niet voldoet aan de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen zich beroept op de gronden genoemd in artikel 5, lid 2, van deze overeenkomst en verzoekt
last tot terugbrenging, dient hem te worden opgelegd
zorg te dragen voor onmiddellijke overbrenging door een andere vervoerder naar een derde staat. Tot op
(1) Tekst gewijzigd bij Beschikking 2002/587/EG van de Raad (PB L 187 van 16.7.2002, blz. 50). Van toepassing sinds 16 juli 2002.
om binnenkomst op en doorreis over het grond- gebied van een andere overeenkomstsluitende partij dan de overeenkomstsluitende partij die zich heeft aangeboden voor opname van de vreemdeling, dan dient hij te worden geweigerd en te worden vrijgela- ten, zich met het oog op binnenkomst te vervoegen aan de buitengrens van de overeenkomstsluitende partij die bereid is hem een verblijf op uitzonderlijke titel toe te staan.
1.4.9. Indien een vreemdeling buiten een geldig reis- document in het bezit is van een verblijfstitel of een terugreisvisum of, indien vereist, van beide door één der overeenkomstsluitende partijen afgegeven docu- menten zoals bedoeld in bijlage 11, dient krachtens artikel 5, lid 3, van de Schengenuitvoeringsovereen- komst de binnenkomst en de doorreis te worden toe- gestaan teneinde hem het grondgebied van deze overeenkomstsluitende partij te laten bereiken, tenzij hij op de nationale lijst van de overeenkomstslui- tende partij aan welker buitengrens hij om binnen- komst verzoekt, gesignaleerd staat met te nemen acties welke zich tegen binnenkomst en doorreis ver- zetten.
2. Praktische inrichting van de controle
2.1. Aaπbreπgeπ vaπ stempels
2.1.1. Bij binnenkomst op het grondgebied van een over- eenkomstsluitende partij wordt een inreisstempel aangebracht in:
— grensoverschrijdingsdocumenten van vreemdelin- gen, waarin een geldig visum of transitvisum is gesteld;
— grensoverschrijdingsdocumenten van vreemdelin- gen aan wie aan de grens een visum voor de overeenkomstsluitende partijen wordt afgegeven;
— grensoverschrijdingsdocumenten van vreemdelin- gen die geen visum zoals bedoeld in hoofdstuk 3, afdeling 1, van de Uitvoeringsovereenkomst van Schengen behoeven.
Bij binnenkomst op het grondgebied van een over- eenkomstsluitende partij wordt in grensoverschrij- dingsdocumenten van EG-onderdanen geen inreis- stempel aangebracht.
2.1.2. In grensoverschrijdingsdocumenten van vreemdelin- gen waarin visa voor verscheidene binnenkomsten met een beperkte totale verblijfsduur zijn gesteld, dient een uitreisstempel te worden aangebracht.
2.1.3. De afstempeling dient bij de eerste binnenkomst indien mogelijk op een zodanige wijze te geschieden, dat de rand van het visum is bedekt zonder dat daar- door de gegevens in het visum onleesbaar worden gemaakt en de zichtbare veiligheidskenmerken van de visumsticker in het gedrang worden gebracht. Indien meerdere afstempelingen nodig zijn (bv. bij
Indien die bladzijde niet bruikbaar is, dient de afstempeling op de onmiddellijk volgende bladzijde te geschieden.
2.1.4. Ter vastlegging van de in- en uitreis worden stempels van verschillende vorm (rechthoekig voor de inreis en rechthoekig met afgeronde hoeken voor de uit- reis) gebruikt. Deze stempels bevatten de beginlet- ter(s) van het betrokken land, het grenskantoor, de datum, het volgnummer, alsmede een pictogram ter aanduiding van het type grens (landgrens, zeegrens of luchtgrens).
2.1.5. Aanbrenging van de in- en uitreisstempel blijft ach- terwege:
— bij personen die in beginsel geen personencon- trole dienen te ondergaan (bv. staatshoofden en persoonlijkheden wier aankomst vooraf langs diplomatieke kanalen officieel is aangekondigd);
— in de grensoverschrijdingsdocumenten van onderdanen van Andorra, Malta, Monaco, San Xxxxxx en \witserland (1);
— in grensoverschrijdingsdocumenten van zeelie- den, die slechts gedurende het afmeren van het schip in de binnengevaren haven van een over- eenkomstsluitende partij passagieren;
— in de „Crew Member Licencies” of „Crew Member Certificates” respectievelijk van piloten en beman- ningsleden van vliegtuigen.
2.1.6. Op verzoek van een vreemdeling kan bij wijze van uitzondering aanbrenging van het in- of uitreisstem- pel achterwege blijven, wanneer de afstempeling de vreemdeling ernstig nadeel zou berokkenen. In deze gevallen wordt de in- of uitreis van de vreemdeling op een afzonderlijk blad onder vermelding van de naam en het paspoortnummer schriftelijk vastgelegd.
2.2. Bewakrπg vaπ de bчrteπgreπzeπ bчrteπ de greπs- doorlaatposteπ eπ de vastgestelde opeπrπgstrjdeπ
Artikel 6, lid 3, van de Uitvoeringsovereenkomst
„3. De bevoegde autoriteiten bewaken de buiten- grenzen buiten de grensdoorlaatposten door middel van patrouilles; hetzelfde geldt voor de grensdoor- laatposten buiten de vastgestelde openingstijden. Deze bewaking dient zodanig te worden uitgeoefend, dat er voor het zich onttrekken aan de controles aan de grensdoorlaatposten geen aansporing ontstaat. De wijze van inrichting van de bewaking wordt in voor- komend geval door het Uitvoerend Comité vast- gesteld.”.
2.2.1. De bewaking van de buitengrenzen buiten de grens- doorlaatposten en de vastgestelde openingstijden is vooral bedoeld om onbevoegde grensoverschrijding te voorkomen, grensoverschrijdende criminaliteit te bestrijden en de uitvoering of gelasting van maat- regelen tegen illegaal binnengekomen personen mogelijk te maken.
een visum dat voor meerdere binnenkomsten dient),
dienen deze op de tegenover de bladzijde met visum gelegen bladzijde te worden aangebracht.
(1) Tekst gewijzigd bij Beschikking 2002/587/EG van de Raad (PB L 187 van 16.7.2002, blz. 50). Van toepassing sinds 16 juli 2002.
2.2.2. De bewaking geschiedt naar politieel tactisch inzicht, door veelvuldige, niet te voorziene wijzigingen van de te bewaken grensvakken en met een aan de situa- tie aangepast personeelsbestand, zodat onbevoegde grensoverschrijding een voortdurend risico inhoudt.
2.2.3. De bewaking geschiedt door mobiele eenheden, die patrouilles verrichten of zich overwegend aan onder- kende of vermeende zwakke plekken posteren, ten- einde tegen illegale grensoverschrijding op te treden. De bewaking kan eveneens met technische, met inbe- grip van elektronische, middelen geschieden.
2.2.4. De in te zetten middelen worden afgestemd op de omstandigheden van het optreden. Meer bepaald wordt rekening gehouden met de aard en het type grens (land-, rivier- of zeegrens).
2.3. Iedere greπsdoorlaatpost dreπt de volgeπde gegeveπs te regrstrereπ:
— Naam van de plaatselijk verantwoordelijke amb- tenaar van de met de grensbewaking belaste dienst en van de overige bij de respectieve teams ingedeelde ambtenaren;
— versoepelingen van de personencontrole zoals bedoeld in paragraaf 1.3.5;
— afgifte van paspoortvervangende documenten en aan de grens afgegeven visa of vergunningen;
— aanhoudingen en aangiften (strafbare feiten en administratieve delicten);
— weigeringen van toegang en uitreisverbod, (aantal en nationaliteit);
— andere politiële en strafrechtelijke maatregelen met aanzienlijke gevolgen;
— bijzondere gebeurtenissen.
Alle grensdoorlaatposten (aan landgrens, in havens en op de luchthavens) schrijven in het register alle belangrijke dienstgegevens, alsmede de bijzonder relevante, nieuwe gegevens in.
3. Bijzondere regelingen voor de diverse soorten van buitengrensoverschrijdend verkeer
3.1. Coπtrole op het wegverkeer
3.1.1. Teneinde een efficiënte personencontrole en tevens een vlotte, geen gevaar inhoudende afwikkeling van het wegverkeer te waarborgen, dient aan de grens- doorlaatposten voor een doelmatige regeling van het verkeer zorg te worden gedragen. Indien nodig die- nen met inachtneming van bilaterale overeenkomsten betreffende gegroepeerde grenscontroles voorzienin- gen voor het sturen van en afsluiten voor het verkeer te worden getroffen.
3.1.2. Personen in motorvoertuigen kunnen in de regel gedurende de controle in het motorvoertuig blijven. De controle wordt in beginsel buiten de controlepost
direct aan het motorvoertuig verricht. Grondige con- trole dient, voorzover de plaatselijke omstandigheden zulks toelaten, buiten de rijstrook op speciaal daartoe voorziene controleplaatsen te geschieden. Uit veilig- heidsoverwegingen dienen de controles zo mogelijk door twee ambtenaren van de met de grensbewaking belaste diensten of de douane te worden uitgeoefend.
3.1.3. In geval van grote verkeersdrukte worden de inzit- tenden van autobussen waarmee geregeld buurtver- voer wordt verricht, met voorrang aan een controle onderworpen, voorzover de plaatselijke omstandighe- den zulks mogelijk maken.
3.2. Coπtrole op het spoorwegverkeer
3.2.1. De met de grensbewaking belaste diensten dienen erop toe te zien dat de treinreizigers, alsmede het spoorwegpersoneel, het personeel van grensover- schrijdende goederen- of lege treinen daaronder begrepen, overeenkomstig de paragrafen 1.2, 1.3 e.v. worden gecontroleerd.
3.2.2. De controle van het spoorwegverkeer kan op twee manieren worden uitgeoefend:
— op het perron, in het eerste station van binnen- komst op het grondgebied van een overeen- komstsluitende partij;
— in de trein, gedurende de rit.
Deze controle dient te worden uitgeoefend met inachtneming van het bepaalde in overeenkomsten betreffende gegroepeerde grenscontrole.
3.2.2 bis. 1. Ter vereenvoudiging van het verkeer van hoge- snelheidsreizigerstreinen kunnen de staten die recht- streeks met het traject van de trein te maken hebben, in onderling overleg beslissen dat de controles wor- den uitgeoefend in de respectieve stations van eind- bestemming en/of in de trein, op het traject tussen deze stations, voorzover de passagiers in het vorige station/de vorige stations in de trein blijven.
2. Indien het de vervoerder bij treinen afkomstig uit derde staten met verscheidene haltes op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen is toegestaan om reizigers uitsluitend voor het reste- rende Schengendeel van het traject aan boord te nemen, worden deze reizigers in het station van aan- komst of in de trein aan een inreiscontrole onder- worpen, voorzover de staat waarin het station van aankomst is gelegen, de in de eerste zin bedoelde instemming heeft verleend en om die reden tot inreiscontrole overgaat.
In het omgekeerde geval worden de reizigers aan uit- reiscontrole onderworpen.
3. De reizigers die conform het gestelde in punt 2 op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen aan boord van de trein wensen te gaan, die-
nen vóór het vertrek op duidelijke wijze ervan op de hoogte te worden gebracht dat zij tijdens de reis dan wel in het station van aankomst aan een personen- controle kunnen worden onderworpen.
3.2.3. De plaatselijk verantwoordelijke ambtenaar van de met de grensbewaking belaste dienst kan, zo nodig, met de hulp van de treingeleider vorderen dat, met onregelmatige tussenpozen of wanneer bijzondere aanleiding daartoe bestaat, holle ruimten in de rijtui- gen worden gecontroleerd op de aanwezigheid van personen en voorwerpen die aan controle zijn onder- worpen.
De ambtenaar handelt daarbij op grond van de natio- nale bevoegdheden. Wanneer er aanwijzingen zijn dat personen die gesignaleerd zijn of die ervan wor- den verdacht een strafbaar feit te hebben begaan, dan wel vreemdelingen die illegaal wensen binnen te reizen, zich in de trein ophouden, informeert de met de grensbewaking belaste ambtenaar, zo hij overeen- komstig de nationale voorschriften niet mag ingrij- pen, de overeenkomstsluitende partijen waarnaar of waardoor de trein rijdt.
3.2.4. Bij personen in slaap- of ligplaatsrijtuigen worden de grensoverschrijdingsdocumenten in beginsel in het compartiment van de treingeleider gecontroleerd, voorzover hij deze volgens de voor hem geldende voorschriften heeft ingezameld en voor controle ter beschikking houdt. Door middel van vergelijking met de bezettingslijst en/of de reserveringslijst kan bij begin van de controle worden nagegaan of de grens- overschrijdingsdocumenten van alle personen voor- handen zijn. Met onregelmatige tussenpozen of wan- neer daartoe bijzondere aanleiding bestaat, dienen de passagiers in de compartimenten met de in docu- menten aangebrachte foto te worden vergeleken; deze controle dient zo mogelijk in aanwezigheid van de treingeleider te geschieden.
3.3. Coπtrole op het rπterπatroπale bчrgerlчсhtvaartver- keer
Artikel 4 van de Uitvoeringsovereenkomst
„1. De overeenkomstsluitende partijen waarbor- gen dat vanaf 1993 reizigers van vluchten uit derde staten die op intravluchten overstappen vooraf, bij binnenkomst op de luchthaven van aankomst van de buitenvlucht, een personencontrole alsmede een con- trole op de door hen meegevoerde handbagage die- nen te ondergaan. Reizigers van een intravlucht die op een vlucht naar derde staten overstappen, dienen vooraf op de luchthaven van vertrek van de buiten- vlucht dezelfde controles te ondergaan.
2. De overeenkomstsluitende partijen treffen de nodige maatregelen opdat de controles overeenkom- stig het bepaalde in lid 1 kunnen worden uitgeoe- fend.
4. Tot het in lid 1 genoemde tijdstip dienen de luchthavens, in afwijking van de omschrijving van binnengrenzen, voor intravluchten als buitengrenzen te worden aangemerkt.”.
3.3.1. (1) De plaats van de personencontrole, inclusief de con- trole van de door hen meegevoerde handbagage, wordt vastgesteld volgens onderstaande procedure.
3.3.1.1. Passagiers van vluchten uitsluitend van en naar het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen, waarbij geen tussenlanding wordt gemaakt op het grondgebied van een derde staat (intravluchten), wor- den niet aan controle onderworpen.
(Bijvoorbeeld: Luxemburg — Parijs of
Rome — Brussel — Hamburg: geen controles.)
3.3.1.2. Passagiers van vluchten uit derde staten die op een intravlucht overstappen, worden op de luchthaven van aankomst van de vluchten uit derde staten aan een inreiscontrole onderworpen. Passagiers van intra- vluchten die op vluchten naar derde staten overstap- pen, worden bij uitreis op de luchthaven van vertrek van de vlucht naar derde staten aan een uitreiscon- trole onderworpen (transferpassagiers).
(Bijvoorbeeld: New York — Parijs, alwaar overstap op vlucht naar Rome (intravlucht): inreiscontrole in Parijs
of
Brussel — Frankfurt (intravlucht), alwaar overstap op vlucht naar Singapore: uitreiscontrole in Frankfurt.)
3.3.1.3. Voor vluchten uit of naar derde staten zonder trans- ferpassagiers, alsmede die met verscheidene tussen- landingen op luchthavens van de overeenkomstslui- tende partijen zonder verandering van luchtvaartuig, geldt het volgende:
a) Passagiers van vluchten uit of naar derde staten zonder voorafgaande of aansluitende transfer op het grondgebied van de overeenkomstsluitende staten worden op de luchthaven van aankomst aan een inreiscontrole en op de luchthaven van vertrek aan een uitreiscontrole onderworpen.
(Bijvoorbeeld: New York — Parijs: inreiscontrole Parijs
of
Rome — Cairo: uitreiscontrole Rome.)
b) Passagiers van vluchten uit of naar derde staten met verscheidene tussenlandingen op het grond- gebied van de overeenkomstsluitende partijen zonder verandering van luchtvaartuig (transitpas-
3. Het bepaalde in de leden 1 en 2 heeft geen
betrekking op de controle op de afgegeven ruimba- gage; deze controle wordt op de luchthaven van eindbestemming dan wel op de luchthaven van oor- spronkelijk vertrek uitgeoefend.
(1) Tekst gewijzigd bij Beschikking 2002/587/EG van de Raad (PB L 187 van 16.7.2002, blz. 50), waarbij de oorspronkelijke paragraaf
3.3.1 werd geschrapt (de paragrafen werden dienovereenkomstig omgenummerd). Van toepassing sinds 16 juli 2002.
sagiers), waarbij voor het Schengenvluchtdeel geen nieuwe passagiers aan boord worden geno- men, worden bij binnenkomst op de luchthaven van bestemming en bij uitreis op de respectieve luchthavens van inscheping aan een controle onderworpen.
(Bijvoorbeeld: New York — Parijs — Frankfurt
— Rome, tussenlandingen in Parijs en Frankfurt uitsluitend om van boord te gaan; aan boord gaan voor resterende vluchtdeel is niet toe- gestaan; inreiscontrole voor passagiers die in Parijs respectievelijk in Frankfurt en Rome van boord gaan
of
Hamburg — Brussel — Parijs — Cairo, tussen- landingen in Brussel en Parijs uitsluitend om aan boord te gaan; van boord gaan is niet toegestaan; uitreiscontrole voor de passagiers die in Ham- burg respectievelijk in Brussel en Parijs aan boord gaan.)
c) Indien de vervoerder bij vluchten uit of naar derde staten met verscheidene tussenlandingen op het grondgebied van de overeenkomstslui- tende partijen passagiers uitsluitend voor het res- terende Schengenvluchtdeel aan boord neemt, worden dezen op de luchthaven van inscheping aan een uitreiscontrole en op de luchthaven van aankomst aan een inreiscontrole onderworpen.
Ten aanzien van de controle op de bij deze tus- senlandingen reeds aan boord zijnde en niet op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen aan boord gegane passagiers is het bepaalde in paragraaf 3.3.1.3, onder b), van over- eenkomstige toepassing. De omgekeerde proce- dure geldt indien bij dergelijke vluchten het land van bestemming een derde staat is.
(Bijvoorbeeld: New York — Parijs — Frankfurt
— Rome, bij tussenlandingen in Parijs en Xxxxx- xxxx mogen ook passagiers aan boord gaan: inreiscontrole voor passagiers die in Parijs respec- tievelijk in Frankfurt (ook voor in Parijs aan boord gegane) en Rome (ook voor in Parijs of in Frankfurt aan boord gegane) van boord zijn gegaan, en uitreiscontrole voor passagiers die in Parijs respectievelijk in Frankfurt aan boord gaan,
of
Hamburg — Brussel — Parijs — Cairo, bij tus- senlandingen in Brussel en Parijs mogen ook pas- sagiers van boord gaan: uitreiscontrole voor pas- sagiers die in Hamburg respectievelijk Brussel en Parijs aan boord gaan, en inreiscontrole voor passagiers die in Brussel respectievelijk in Parijs van boord gaan.)
3.3.2. De personencontrole wordt in beginsel buiten het luchtvaartuig uitgeoefend. Er dient te worden gewaarborgd dat de passagiers op verkeerslucht- havens welke als grensdoorlaatpost zijn aangewezen, overeenkomstig de hoofdstukken 1 en 2 kunnen worden gecontroleerd. Daartoe dient in overleg met de luchthavenbeheerders en vervoerders te worden bewerkstelligd dat de verkeersstroom op doelmatige
wijze naar de controleruimten wordt geleid. De luchthavenbeheerder dient te garanderen dat niet algemeen toegankelijke ruimten en zones, bijvoor- beeld transitzones, tegen onbevoegd betreden en ver- laten beveiligd zijn.
3.3.3. Nadere regelingen betreffende de personencontrole voor de bemanningsleden van luchtvaartuigen zijn in paragraaf 6.4.2 opgenomen.
3.3.4. Indien in geval van overmacht, bij dreigend gevaar of op instructie van een autoriteit een luchtvaartuig in het grensoverschrijdende verkeer op een niet als grensdoorlaatpost aangewezen vliegveld moet landen, is voor voortzetting van de vlucht de toestemming van de met de grensbewaking belaste diensten en de douaneautoriteiten vereist. Dit voorschrift is van overeenkomstige toepassing in geval van landing door een buitenlands luchtvaartuig waarvoor geen toestemming is verleend. Ten aanzien van de con- trole op de inzittenden van een luchtvaartuig zijn de voorschriften van de hoofdstukken 1 en 2 van toe- passing.
3.3.5. Het binnen- en uitvliegen van:
— zweefvliegtuigen,
— ultralichte vliegtuigen,
— helikopters en
— zelfgebouwde luchtvaartuigen waarmee slechts korte afstanden kunnen worden afgelegd, als- mede
— bestuurbare luchtballonnen
geschiedt overeenkomstig de nationale wetgeving en, in voorkomend geval, overeenkomstig de bilaterale overeenkomsten.
3.3.6. Controleprocedures op secundaire luchthavens
3.3.6.1. Gewaarborgd dient te worden dat de passagiers ook op secundaire luchthavens — te weten luchthavens welke naar nationaal recht niet als verkeerslucht- havens worden aangemerkt doch officieel voor inter- nationale vluchten zijn opengesteld — overeenkom- stig de hoofdstukken 1 en 2 kunnen worden gecon- troleerd.
3.3.6.2. Op secundaire luchthavens kan in de regel worden afgezien van faciliteiten voor fysieke scheiding tussen passagiers van binnenvluchten en die van buiten- vluchten. Indien de intensiteit van het luchtvaartver- keer op secundaire luchthavens hiertoe geen nood- zaak vormt, hoeft aldaar geen permanente contro- lebezetting aanwezig te zijn, voorzover is gewaar- borgd dat de controleambtenaren indien nodig tijdig ter plaatse kunnen zijn.
3.3.6.3. Indien op een secundaire luchthaven geen per- manente controlebezetting aanwezig is, is de lucht- havenbeheerder ertoe gehouden de bevoegde grens- bewakingsautoriteiten tijdig van de aankomst en het vertrek van een vliegtuig naar of van een derde staat in kennis te stellen. De inzet van hulppolitieambtena- ren is toegestaan, voorzover de nationale wetgeving daarin voorziet.
3.3.7. Ter voorkoming van gevaar dient controle plaats te vinden van passagiers van vluchten waarvoor niet met zekerheid is vast te stellen dat zij uitsluitend van
en naar het grondgebied van de overeenkomstslui- tende partijen zonder landing op het grondgebied van een derde staat hebben plaatsgevonden.
3.4. Coπtrole op de zeescheepvaart
3.4.1. Definities
3.4.1.1. Onder zeescheepvaart wordt verstaan alle scheep- vaart welke beroepshalve tussen twee of meer havens of aanlegplaatsen wordt afgewikkeld, niet zijnde een regelmatige veerverbinding en tevens niet behorende tot de pleziervaart, kustvisvangst of binnenvaart.
3.4.1.2. In de zin van de geldende internationale bepalingen tot regeling van de zeescheepvaart wordt onder pas- sagiers verstaan alle aan boord van een schip verblij- vende personen die geen deel uitmaken van de bemanning.
3.4.1.3. Onder bemanning wordt verstaan de personen die zijn aangemonsterd om aan boord rechtstreeks met de vaart verband houdende werkzaamheden te ver- richten en die op de bemanningslijst staan vermeld.
3.4.1.4. Onder scheepsagent wordt verstaan de natuurlijke persoon of rechtspersoon die ter plaatse de reder in al zijn functies als reder vertegenwoordigt.
3.4.1.5. Onder regelmatige veerverbinding wordt verstaan elke verbinding uitsluitend van en naar andere havens op het grondgebied van de overeenkomstslui- tende partijen, waarbij geen havens buiten dit gebied worden aangedaan en waarbij personen en vervoer- middelen worden vervoerd volgens een vastgestelde dienstregeling.
3.4.1.6. Onder een cruiseschip wordt verstaan een vaartuig dat een reis uitvoert volgens een vastgestelde dienst- regeling en waarbij de passagiers deelnemen aan een collectief programma, waarin toeristische evenemen- ten in de verschillende havens zijn opgenomen en waarbij tijdens de reis in beginsel geen passagiers in- of ontschepen.
3.4.1.7. Onder pleziervaart wordt verstaan het gebruik van vaartuigen onder zeil en/of motor voor privé-gebruik en verzorgen van scheepvaart voor sportieve of toe- ristische doeleinden.
3.4.1.8. Onder kustvisvangst wordt verstaan het voor de vis- vangst gebruiken van vaartuigen die dagelijks of na enkele dagen in de thuishaven gelegen op het grond- gebied van de overeenkomstsluitende partijen terug- keren zonder daarbij een haven gelegen in een derde staat binnen te lopen.
3.4.2. Wijze van controle
3.4.2.1. De controle wordt in beginsel uitgeoefend in de haven van aankomst en van vertrek, aan boord van het vaartuig of in een in de onmiddellijke nabijheid van de desbetreffende haven daartoe ingerichte ruim- te.
De controle kan krachtens daartoe strekkende over- eenkomsten ook gedurende de vaart, dan wel bij aan- komst of vertrek van het vaartuig op het grond- gebied van een derde staat worden uitgeoefend.
3.4.2.2. Door middel van de controle dient te worden vast- gesteld dat zowel de bemanning als de passagiers voldoen aan de voorwaarden in de hoofdstukken 1 en 2.
3.4.2.3. In bijzondere omstandigheden zoals bedoeld in para- graaf 1.3.5 kunnen de controles op de zeescheep- vaart worden versoepeld.
Wanneer als gevolg van grote verkeersdrukte, niet- tegenstaande uitputting van alle organisatorische en personele mogelijkheden, niet alle passagiers aan een controle kunnen worden onderworpen, kan de con- trole steekproefsgewijs worden uitgeoefend; hierbij dient rekening te worden gehouden met de prioritei- ten welke door de plaatselijk verantwoordelijke amb- tenaar van de met de grensbewaking belaste dienst, naar gelang van de situatie, worden gesteld. In dat geval dient in beginsel voorrang te worden gegeven aan de controle op het binnenkomend verkeer boven de controle op het uitgaand verkeer.
3.4.2.4. Ten aanzien van de controle op de bemanningsleden gelden de voorschriften van paragraaf 6.5 e.v.
3.4.3. Verplichtingen van de gezagvoerder
3.4.3.1. De gezagvoerder, of in diens plaats de scheepsagent die de belangen van de scheepvaartmaatschappij waarneemt, dient een bemanningslijst en, zo moge- lijk, een passagierslijst in tweevoud op te stellen en deze bij de met de grensbewaking belaste ambtena- ren in te leveren bij aankomst in de haven, ten behoeve van de controle aan boord van het vaartuig of in de onmiddellijke nabijheid daarvan. Indien zulks wegens overmacht niet mogelijk is, dient een kopie van de bedoelde lijst te worden ingeleverd bij de grensdoorlaatpost of bij de bevoegde scheepvaart- autoriteiten, die deze onverwijld doorgeleiden aan de met de grensbewaking belaste dienst.
De gezagvoerder, of in diens plaats de scheepsagent die de belangen van de reder waarneemt, is bij regel- matige veerverbindingen niet gehouden een passa- gierslijst op te stellen.
3.4.3.2. Een door de met de grensbewaking belaste ambtena- ren afgetekend exemplaar van beide lijsten wordt de gezagvoerder ter hand gesteld; deze houdt gedurende de ligtijd in de haven dit exemplaar aan boord en is verplicht het desgevraagd ter inzage te verstrekken.
3.4.3.3. De gezagvoerder, of in diens plaats de scheepsagent, dient onverwijld mededeling te doen van de wijzigin- gen met betrekking tot de samenstelling van de bemanning of de passagiers.
3.4.3.4. De gezagvoerder dient bovendien de bevoegde auto- riteiten onverwijld en waar mogelijk vóór het bin-
nenlopen in de haven mededeling te doen van zich aan boord bevindende verstekelingen. Dezen blijven evenwel onder de verantwoordelijkheid van de gezagvoerder.
3.4.3.5. De gezagvoerder, of in diens plaats de scheepsagent, dient tijdig en in overeenstemming met de in des- betreffende haven geldende voorschriften, medede- ling te doen van de afvaart aan de met de grensbewa- king belaste diensten; is zulks niet mogelijk, dan dient hij de bevoegde scheepvaartautoriteiten hiervan mededeling te doen. Deze diensten nemen vervolgens het tweede exemplaar van de voordien ingevulde en afgetekende lijst of lijsten terug.
3.4.4. Uitzonderingen op de wijze van controle zoals bedoeld in paragraaf 3.4.2.
3.4.4.1. De passagiers en bemanning aan boord van regelma- tige veerverbindingen zoals bedoeld in paragraaf
3.4.1.5 zijn in beginsel niet aan controle onderwor- pen.
3.4.4.2. Indien een cruiseschip meerdere havens op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen na elkaar aandoet zonder dat een haven buiten het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen wordt aangedaan, wordt de controle in beginsel slechts in de eerste en de laatste haven op het grond- gebied van de overeenkomstsluitende partijen uit- gevoerd.
3.4.4.3. De controle van opvarenden van pleziervaartuigen uit een derde land vindt in de regel, zowel bij aan- komst als bij vertrek, plaats in een haven die als grensdoorlaatpost op het grondgebied van de over- eenkomstsluitende partijen is aangewezen.
Indien echter een pleziervaartuig bij wijze van uit- zondering een haven wil binnenlopen die niet als grensdoorlaatpost is aangewezen, moet de met de grensbewaking belaste dienst zo mogelijk vóór het binnenlopen en in ieder geval bij aankomst op de hoogte worden gesteld. De aanwezigheid van de pas- sagiers wordt aan de plaatselijke autoriteiten gemeld door indiening van de lijst van opvarenden, die ter beschikking van de met de grensbewaking belaste dienst wordt gehouden.
Elke overeenkomstsluitende partij kan besluiten dat pleziervaartuigen uit een derde land alleen aanmeren in een aangewezen inreishaven waar de controle van de opvarenden plaatsvindt.
Bij die controle wordt een document overhandigd waarop alle technische gegevens en de naam van de opvarenden vermeld zijn.
Eén exemplaar van dit document wordt overhandigd aan de autoriteiten van de eerste aangewezen inreis- haven, een ander exemplaar wordt overhandigd aan de autoriteiten van de laatste aangewezen haven voor het vertrek naar een derde land, terwijl één exem- plaar bewaard moet blijven bij de scheepspapieren zolang het schip in de territoriale wateren van één van de overeenkomstsluitende partijen blijft.
Indien een vaartuig door overmacht gedwongen is in een andere haven aan te meren, moet contact wor- den opgenomen met de autoriteiten van de dichtst- bijzijnde aangewezen inreishaven.
3.4.4.4. De bemanning aan boord van vaartuigen die kustvis- vangst bedrijven en die in beginsel dagelijks terugke- ren naar de haven waar het vaartuig is ingeschreven of naar een andere haven op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen, zonder een haven aan te doen op het grondgebied van een derde staat, is in de regel niet aan controle onderworpen. Indien de kusten van een derde land zich echter in de onmiddellijke nabijheid van een overeenkomstslui- tende partij bevinden, is het wenselijk om steekproefswijze controles te verrichten om de ille- gale immigratie tegen te gaan. Dit geldt ook voor de recreatieve visserij, waarbij door amateur-vissers een dagpassage wordt gemaakt.
De bemanning aan boord van vaartuigen die kustvis- vangst bedrijven en die niet ingeschreven staan in een haven op het grondgebied van een overeen- komstsluitende partij, wordt gecontroleerd overeen- komstig het bepaalde in de paragrafen 3.4.2 en 6.5.
De gezagvoerder, of in diens plaats de scheepsagent, is in voorkomend geval verplicht iedere wijziging van de bemanningslijst en met betrekking tot de eventuele aanwezigheid van passagiers aan de bevoegde autoriteiten te melden.
3.4.4.5. Te controleren veerverkeer
Voorwerp van de controle zijn de passagiers van het veerverkeer, voorzover bedoeld veerverkeer niet onder paragraaf 3.4.4.1. valt.
In algemene zin gelden de volgende voorschriften:
a) Vreemdelingen en onderdanen van de EU-/EER- staten, die slechts aan een minimumcontrole die- nen te worden onderworpen, dienen afzonderlijk te worden gecontroleerd. \o mogelijk dienen passende bouwkundige maatregelen te worden getroffen.
b) Passagiers die zonder voertuig reizen (voetgan- gers), dienen individueel te worden gecontro- leerd.
c) Passagiers van personenautoIs worden aan het voertuig gecontroleerd.
d) Passagiers van autobussen dienen als voetgangers te worden behandeld. Voor het verrichten van de controles dienen deze personen de reisbus te ver- laten.
e) Chauffeurs van vrachtwagens alsmede hun even- tuele begeleiders worden aan het voertuig gecon- troleerd. Een van de overige passagiers geschei- den controle verdient aanbeveling.
f) Met het oog op een vlotte afwikkeling van de controles dient in een passend aantal contro- leposten te worden voorzien; in voorkomend geval dient een tweedelijnscontrole te worden ingericht.
g) In het bijzonder met het oog op het opsporen van illegale immigranten dienen door de passa- giers gebruikte voertuigen, desgevallend de lading alsmede overige meegevoerde voorwerpen ten minste steekproefsgewijs te worden gecontro- leerd.
h) Bemanningsleden van veerschepen worden op dezelfde wijze als bemanningsleden van koop- vaardijschepen behandeld.
3.5. Coπtrole op de brππeπvaart
3.5.1. Onder buitengrensoverschrijdende binnenvaart wordt verstaan het gebruik voor beroepsdoeleinden alsmede voor de pleziervaart van alle soorten vaartuigen, met inbegrip van drijvende installaties op stromen, rivie- ren, kanalen en meren.
3.5.2. Ten aanzien van de voor beroepsdoeleinden gebruikte vaartuigen wordt onder bemanning of onder gelijkgestelde personen verstaan de gezagvoer- der, de personen die zijn aangemonsterd en op een bemanningslijst staan vermeld, alsmede de gezins- leden van de bemanning voorzover die aan boord verblijven.
3.5.3. De relevante bepalingen van paragraaf 3.4.1 alsmede de bepalingen van de paragrafen 3.4.2, 3.4.3 en
3.4.4 zijn van overeenkomstige toepassing.
4. Samenwerking
Artikel 7 van de Uitvoeringsovereenkomst
„De overeenkomstsluitende partijen verlenen elkaar bijstand met het oog op een doelmatige uitvoering van de controle- en bewakingstaken en werken daar- toe voortdurend nauw samen. \ij wisselen in het bij- zonder alle relevante en belangrijke informatie uit, met uitzondering van persoonsgegevens, tenzij in deze overeenkomst iets anders is bepaald, harmonise- ren voorzover mogelijk de aan de uitvoerende dien- sten gerichte instructies en streven naar een uniforme opleiding en bijscholing van het met de controle belaste personeel. Deze samenwerking kan de uitwis- seling van contactambtenaren inhouden.”.
Met het oog op een eenvormige en doelmatige uit- voering van de controle- en bewakingstaken werken de politie en de met de grensbewaking belaste dien- sten op alle gebieden voortdurend nauw samen.
4.1. Iπformatre-чrtwrsselrπg
De informatie-uitwisseling wordt bevorderd met het oog op een betere controle en een betere kennis van migratieverschijnselen, van de in de overeenkomst- sluitende partijen geldende regelgeving en van de door de met de grensbewaking belaste ambtenaren gebruikte methoden.
De uitwisseling van persoonsgegevens geschiedt met inachtneming van de in de Overeenkomst ter uitvoe- ring van het Akkoord van Schengen vervatte bepalin- gen inzake bescherming van de persoonsgegevens.
De informatie-uitwisseling wordt als volgt ingericht: tussen centrale diensten:
— maandstatistieken inzake controle en de diverse soorten van illegale immigratie;
tussen centrale diensten en, indien nodig, tussen con- troleposten:
— methoden voor vervaardiging, namaak en fraudu- leus gebruik van grensoverschrijdingsdocumen- ten;
— door de met de grensbewaking belaste diensten gebruikte methoden ter opsporing van nage- maakte, vervalste of onrechtmatig verworven grensoverschrijdingsdocumenten;
— sluikroutes en -praktijken;
— actuele situaties waarin bijstand of informatie vanwege de overige controlediensten nuttig kan zijn;
— het uitvoeren van gezamenlijke acties bij bijzon- dere gebeurtenissen.
Naar gelang van de aard van de mededeling wordt de informatie verstrekt tussen de nationale centrale of de plaatselijke diensten:
— via de post;
— via vaste of mobiele (openbare) radio-, telefoon- en telex-/teletexnetwerken, alsmede via bijzon- dere politienetwerken, eventueel na totstandbren- ging van eenvormige technische specificaties;
— via contactambtenaren in de nationale centrale diensten;
— via contactposten van de met de grensbewaking belaste dienst;
— in het kader van gemeenschappelijke dienst- besprekingen en vergaderingen van deskundigen.
4.2. Coπtactambteπareπ
De overeenkomstsluitende partijen kunnen bij de nationale centrale diensten permanente contactamb- tenaren detacheren. Detachering kan wederzijds of eenzijdig geschieden. In bijzondere situaties kunnen contactambtenaren voor een bepaalde tijd ook bij andere diensten van de overeenkomstsluitende par- tijen worden ingedeeld.
5. Afgifte van een visum aan de grens
Indien blijkt dat een vreemdeling wegens tijdgebrek en om dringende redenen geen gelegenheid heeft gehad een visum aan te vragen, kunnen de bevoegde autoriteiten overeenkomstig de nationale wetgeving, in exceptionele gevallen en voor een kort verblijf, aan de grens een visum afgeven aan de vreemdelin- gen
— die in het bezit zijn van een geldig grensover- schrijdingsdocument (zie bijlage 4);
— die aan de voorwaarden voor binnenkomst zoals bedoeld in artikel 5, lid 1, onder a), c), d) en e), van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen voldoen;
— die, zo mogelijk onder overlegging van een bewijsstuk, een niet te voorziene dwingende reden voor binnenkomst aanvoeren (bijvoorbeeld plotselinge zorgwekkende gebeurtenissen bij naaste familieleden, spoedeisende medische behandeling, wijzigingen van vliegroutes om technische redenen of om redenen welke verband houden met weersomstandigheden, dringende zakelijke redenen), en
— wier terugkeer naar hun land van herkomst of doorreis naar een derde staat is gewaarborgd.
In nationale voorschriften kan worden bepaald dat in bijzondere gevallen de toestemming van hogere instanties is vereist.
5.1. Voor afgifte van een visum aan de grens voor door- reis door het grondgebied van de overeenkomstslui- tende partijen dient de vreemdeling aan de in hoofd- stuk 5 genoemde criteria te voldoen en over de ver- eiste visa voor verdere transitstaten welke geen over- eenkomstsluitende partij zijn, alsmede voor de staat van bestemming te beschikken. De termijn voor doorreis over het grondgebied van de overeenkomst- sluitende partijen mag maximaal vijf dagen bedragen en dient zodanig te worden beperkt dat slechts directe doorreis over het grondgebied van de des- betreffende overeenkomstsluitende partij of partijen met de noodzakelijke of gebruikelijke onderbrekin- gen mogelijk is.
5.2. De afgifte van een visum aan de grens geschiedt door het aanbrengen van een stempel of het kleven van een visumsticker in het grensoverschrijdings- document waarin een visum kan worden aange- bracht. Indien daarin geen voldoende ruimte meer voorhanden is, geschiedt het aanbrengen van een stempel of een sticker bij wijze van uitzondering op een inlegvel. De modellen van inlegvellen zijn opge- nomen in bijlage 12.
5.3. De afgifte van eenvormige visa aan de grens geschiedt volgens de in bijlage 14 opgenomen aan- wijzingen.
5.4. De te heffen legeskosten voor visumafgifte zijn in bij- lage 14a vermeld.
5.5. De lijst van gevallen waarin overeenkomstig artikel 17, lid 2, van de Schengenuitvoeringsovereenkomst voor de visumafgifte de centrale autoriteiten van de eigen staat, van een andere staat of van andere staten dienen te worden geraadpleegd, is als bijlage 14b opgenomen.
5.6. Aan de grens afgegeven visa dienen in een lijst te worden geregistreerd.
6. Bijzondere regelingen
6.1. Oπderdaπeπ vaπ lrdstateπ vaπ de 1чropese Gemeeπ- schap eπ hчπ famrlreledeπ чrt derde stateπ
6.1.1. Onderdanen van de lidstaten van de Europese Gemeenschap behoeven voor binnenkomst op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen een geldig grensoverschrijdingdocument zoals bedoeld in bijlage 4, doch geen visum.
6.1.2. Vreemdelingen die naar Gemeenschapsrecht als fami- lieleden van onderdanen van de lidstaten vrij verkeer genieten en op grond van hun nationaliteit voor bin- nenkomst op het grondgebied van de overeenkomst- sluitende partijen een visum behoeven, blijven visumplichtig. De mogelijkheid om onder de voor- waarden zoals bedoeld in paragraaf 6.2 met visum- vrijdom binnen te komen, blijft onverlet.
Familieleden voor wie vrij verkeer geldt, zijn:
— de echtgenoot en familieleden in neergaande lijn beneden de leeftijd van 21 jaren of ten laste;
— de familieleden in opgaande lijn van een onder- daan van de Europese Gemeenschap en diens echtgenoot die te hunnen laste zijn.
6.1.3. Aan een EG-onderdaan die in het bezit is van het vereiste grensoverschrijdingsdocument, kan de toe- gang tot het grondgebied van een andere overeen- komstsluitende partij dan die waarvan hij onderdaan is, slechts worden geweigerd, indien hij een gevaar oplevert voor de openbare orde, de nationale veilig- heid of de volksgezondheid. Te dien einde kunnen de nationale lijsten van gezochte personen worden geraadpleegd; deze raadpleging kan tot weigering van toegang leiden.
Indien de met de grensbewaking belaste ambtenaar aan een EG-onderdaan de toegang tot het grond- gebied van een overeenkomstsluitende partij weigert, verstrekt hij hem een schriftelijke, met redenen omklede kennisgeving van weigering.
6.1.4. Behoudens wegens het ontbreken van de vereiste documenten zoals bedoeld in paragraaf 6.1.2, mag slechts uit bijzondere overwegingen inzake openbare orde, nationale veiligheid of volksgezondheid de toe- gang worden geweigerd aan de in die paragraaf genoemde vreemdelingen. Bij de beslissing over de afgifte van visa aan de grens aan visumplichtige familieleden van onderdanen van de lidstaten van de Europese Gemeenschap voor wie evenwel vrij ver-
keer van personen geldt, dient welwillend te worden gehandeld.
Terzake van weigering van toegang is het bepaalde in paragraaf 1.4.1 van toepassing, met inachtneming van het nationale recht.
6.2. Vreemdelrπgeπ met eeπ verblrjfstrtel vaπ eeπ aπdere overeeπkomstslчrteπde partrj
Vreemdelingen die houder zijn van een geldige door een overeenkomstsluitende partij afgegeven verblijfs- titel hebben voor binnenkomst op het grondgebied in de andere overeenkomstsluitende partijen geen visum nodig. Voorts geldt het bepaalde in paragraaf 1.4.9.
6.3. Statчtarre vlчchtelrπgeπ eπ staatlozeπ
6.3.1. Het reisdocument voor vluchtelingen dat is afgege- ven krachtens het Verdrag betreffende de status van vluchtelingen van 28 juli 1951 (Verdrag van Genève betreffende de status van vluchtelingen), wordt als document voor grensoverschrijding erkend.
Terzake van de visumregeling voor houders van dit reisdocument is het nationale recht van toepassing, met dien verstande dat de volgende bijzondere rege- lingen dienen te worden nageleefd:
— houders van dit reisdocument, die over een door een overeenkomstsluitende partij afgegeven ver- blijfstitel beschikken, zijn voor binnenkomst op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen van de visumplicht vrijgesteld;
— houders van een reisdocument voor vluchtelin- gen dat is afgegeven door Denemarken, Groot- Brittannië, Ierland, IJsland, Liechtenstein, Malta, Noorwegen, \weden of \witserland, zijn voor binnenkomst op het grondgebied van het Koninkrijk België, de Bondsrepubliek Duitsland, het Koninkrijk Spanje, de Italiaanse Republiek, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden en de Portugese Republiek van de visumplicht vrijgesteld.
De houders van dit reisdocument zijn voor binnen- komst op het grondgebied van de Helleense Repu- bliek en de Franse Republiek niet van de visumplicht vrijgesteld.
6.3.2. Het reisdocument voor staatlozen dat is afgegeven krachtens het Verdrag betreffende de status van staat- lozen van 28 september 1954, wordt behoudens voor binnenkomst op het grondgebied van de Portu- gese Republiek als document voor grensoverschrij- ding erkend.
Xxxxxxx van dit reisdocument zijn aan de visum- plicht onderworpen, tenzij zij over een door een overeenkomstsluitende partij afgegeven verblijfstitel beschikken.
6.4. Prloteπ eπ aπdere bemaππrπgsledeπ vaπ vlregtчrgeπ
6.4.1. Houders van „Crew Member Licencies” of „Crew Member Certificates” zoals bedoeld in bijlage 9 bij het Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart van 7 december 1944 zijn van de paspoort- en
visumplicht vrijgesteld, voorzover zij in de uitoefe- ning van hun beroep:
— de luchthaven waar het vliegtuig een tussenlan- ding heeft gemaakt, niet verlaten,
— de luchthaven waar het vliegtuig zijn vlucht heeft beëindigd, niet verlaten,
— de in de nabijheid van de luchthaven gelegen stad niet verlaten,
— de luchthaven slechts verlaten om zich naar een op het grondgebied van een overeenkomstslui- tende partij gelegen luchthaven te begeven.
6.4.2. Ten aanzien van de controle op de bemanningsleden van vliegtuigen gelden de voorschriften van paragraaf
1.3 e.v.
Bemanningsleden van vliegtuigen dienen zoveel mogelijk met voorrang te worden gecontroleerd,
d.w.z. hetzij vóór de passagiers, hetzij aan bijzondere controleposten. De controle op bemanningsleden die de met de grensbewaking belaste ambtenaar in de uitoefening van hun taak bekend zijn, kan tot steek- proeven worden beperkt.
6.5. Zeelredeπ
6.5.1. Onder zeelieden wordt verstaan de bemanning zoals bedoeld in paragraaf 3.4.1.3.
6.5.2. \eelieden die in het bezit zijn van een bijzonder reis- document voor zeelieden of van een identiteitsbewijs voor zeelieden (afgegeven krachtens het Verdrag van Genève van 13 mei 1958) kunnen overeenkomstig de bepalingen van het Verdrag van Londen van 9 april 1965 en naar nationaal recht passagieren zon- der zich te vervoegen aan een grensdoorlaatpost in de haven of in aanpalende gemeenten voorzover zij vermeld staan op de reeds gecontroleerde beman- ningslijst van het vaartuig waartoe zij behoren en zij in het bezit zijn van een bijzonder reisdocument voor zeelieden of van een identiteitsbewijs voor zee- lieden, waarin zo nodig een visum is aangebracht. Indien de betrokken zeeman een gevaar oplevert voor de openbare orde of nationale veiligheid kan hem het recht tot passagieren worden ontzegd.
6.5.3. \eelieden die buiten de aan de haven aanpalende gemeenten wensen te verblijven, dienen te voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen, en met name in het bezit te zijn van een geldig reis- document, waarin zo nodig een visum is aange- bracht, alsmede over voldoende middelen van bestaan te beschikken.
6.5.4. Onverminderd de voorschriften van deel I, hoofdstuk
1 e.v., mogen houders van een bijzonder reis- document voor zeelieden of identiteitsbewijs voor zeelieden eveneens het grondgebied van de overeen- komstsluitende partijen binnenkomen, en wel voor de volgende doeleinden:
— inscheping aan boord van een vaartuig dat reeds in een haven op het grondgebied van de over- eenkomstsluitende partijen is afgemeerd of aldaar binnenkort zal binnenlopen;
— transit ter bestemming van een derde staat of voor terugkeer naar de staat van oorsprong;
— spoedgevallen of noodzaak (ziekte, ontslag, beëindiging arbeidsovereenkomst, enz.).
De met de grensbewaking belaste ambtenaren dienen in bovenstaande gevallen erop toe te zien dat de nodige bewijzen worden geleverd, teneinde te voor- komen dat de binnenkomstcontroles worden omzeild door gebruikmaking van de voor deze categorie van personen toegestane versoepeling.
De volgende bewijsmiddelen kunnen in aanmerking worden genomen:
— schriftelijke verklaring van de betrokken reder of scheepsagent;
— verklaring van de bevoegde diplomatieke en con- sulaire autoriteiten;
— bewijzen welke zijn verkregen aan de hand van gerichte controles bij de politie- of andere bevoegde autoriteiten;
— een met behulp van het stempel door de scheep- vaartautoriteiten gewaarmerkt contract.
6.6. Koчders vaπ eeπ drplomatrek, offrcreel of dreπstpas- poort
Houders van een diplomatiek, officieel of dienstpas- poort dat is afgegeven door staten of regeringen die door de overeenkomstsluitende partijen zijn erkend, dienen in de mate van het mogelijke, gelet op de bij- zondere voorrechten en immuniteiten welke zij genieten wanneer zij ter uitoefening van hun functie reizen en onverminderd de op hen rustende visum- plicht, bij grenscontrole voorrang te krijgen.
De geaccrediteerde leden van diplomatieke zendingen en consulaire posten, alsmede hun gezinsleden die houder zijn van de door het ministerie van Buiten- landse \aken afgegeven bijzondere verblijfstitel, kun- nen op vertoon van genoemde verblijfstitel en indien nodig van hun reisdocument het grondgebied van de overeenkomstsluitende partijen binnenkomen. De modellen van deze verblijfstitels zijn opgenomen in bijlage 13.
Indien een persoon zich tegenover met de grenscon- trole belaste ambtenaren op voorrechten, immunitei- ten of vrijstellingen beroept, kan worden verlangd, dat door het overleggen van documenten, met name het door de ontvangende staat afgegeven legitimatie- bewijs of het diplomatiek paspoort, dan wel op andere wijze het bezit van voorrechten, immunitei- ten of vrijstellingen wordt aangetoond. In spoed- eisende twijfelgevallen kunnen direct inlichtingen bij het ministerie van Buitenlandse \aken worden ver- kregen.
De met de grenscontrole belaste ambtenaren kunnen houders van een diplomatiek, officieel of dienstpas- poort de toegang tot het grondgebied van de over- eenkomstsluitende partij niet weigeren zonder vooraf contact te hebben opgenomen met de bevoegde nationale autoriteiten, ook indien betrokkene in het SIS staat vermeld.
6.7. Greπsarberders
6.7.1. De status van grensarbeiders wordt door het natio- nale recht van de overeenkomstsluitende partijen bepaald.
6.7.2. Ten aanzien van de wijze van controle op grens- arbeiders zijn de voorschriften inzake de controle op vreemdelingen van overeenkomstige toepassing. Ver- eenvoudigingen van de controle kunnen overeen- komstig het bepaalde in paragraaf 1.3.5.3 worden toegestaan.
6.8. krπderjarrgeπ
6.8.1. Bij grensoverschrijding worden minderjarigen op dezelfde wijze als volwassenen gecontroleerd, ook wanneer zij vergezeld zijn van personen die het ouderlijk gezag over hen uitoefenen.
De met de grensbewaking belaste ambtenaar dient bijzondere aandacht te besteden aan minderjarigen die alleen reizen. Hij dient zich zoveel mogelijk ervan te vergewissen dat de uitreis niet geschiedt tegen de wil van personen die het ouderlijk gezag over hen uitoefenen.
(…) (1).
6.9. Groepsrerzeπ
6.9.1. Voor de intensiteit van de controle op deelnemers aan groepsreizen is in beginsel de nationaliteit van doorslaggevend belang.
6.9.2. In bijzondere gevallen, bijvoorbeeld bij schoolreizen, reisgezelschappen van vijfenzestigplussers, pelgrims of bedevaarders, kan de controle tot een toetsing aan de hand van een bezettingslijst of een steekproefs- gewijze toetsing van de reizigers worden beperkt. De leider van de groepsreis dient in ieder geval de nor- male controle te ondergaan.
6.10. Vreemdelrπgeπ dre aaπ de greπs om asrel verzoekeπ
Indien een vreemdeling aan de grens om asiel ver- zoekt, is tot op het tijdstip van vaststelling van de verantwoordelijkheid voor de behandeling van het asielverzoek het nationale recht van de betrokken overeenkomstsluitende partij van toepassing.
De houders van genoemde documenten zijn in
beginsel vrijgesteld van de verplichting om aan te tonen dat zij over voldoende middelen van bestaan beschikken.
(1) De paragrafen 6.8.2 en 6.8.3 werden geschrapt bij Beschikking 2002/587/EG van de Raad (PB L 187 van 16.7.2002, blz. 50). Van toepassing sinds 16 juli 2002.
6.11. 7edeπ vaπ rπterπatroπale orgaπrsatres
De houders van de navolgende, door de hieronder genoemde internationale organisaties afgegeven documenten dienen, wanneer zij ter uitoefening van hun functie reizen, in de mate van het mogelijke bij grenscontrole voorrang te krijgen.
De houders van genoemde documenten zijn in beginsel vrijgesteld van de verplichting om aan te tonen dat zij over voldoende middelen van bestaan beschikken.
De desbetreffende documenten zijn in het bijzonder:
— laissez-passer van de Verenigde Naties, afgegeven aan personeel van de Verenigde Naties en van de bijbehorende instellingen op grond van het op
21 november 1947 door de Algemene Vergade- ring van de Verenigde Naties te New York aange- nomen Verdrag inzake de voorrechten en de immuniteiten van de gespecialiseerde instellin- gen;
— laissez-passer afgegeven door de Hoge Autoriteit van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS);
— laissez-passer van de Europese Gemeenschap (EG);
— laissez-passer van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie (EGA);
— legitimatiebewijs afgegeven door de secretaris-ge- neraal van de Raad van Europa;
— documenten afgegeven door een hoofdkwartier van de NAVO (militair identiteitsbewijs vergezeld van een briefing voor speciale opdracht, marsor- der, individuele of collectieve dienstorder).
BIJ7AGE l
Aangewezen grensdoorlaatposten
(Deel I, paragraaf 1.2, van het Gemeenschappelijk Handboek)
INDEX
BELGIË bladzijde 119
XXXXXXXXXX xxxxxxxxx 000
XXXXXXXXX bladzijde 121
GRIEKENLAND bladzijde 130
SPANJE bladzijde 000
XXXXXXXXX xxxxxxxxx 000
XXXXXX bladzijde 136
LUXEMBURG bladzijde 142
NEDERLAND bladzijde 142
OOSTENRIJK bladzijde 000
XXXXXXXX xxxxxxxxx 000
XXXXXXX bladzijde 146
\wEDEN bladzijde 148
IJSLAND bladzijde 148
XXXXxXXXX xxxxxxxxx 000
XXXXXX
Luchthavens
— Brussel-Nationaal (\aventem)
— Oostende
— Deurne
— Bierset
— Gosselies
— Wevelgem (secundaire luchthaven)
2eegrenzen
— Antwerpen
— Oostende
— \eebrugge
— Nieuwpoort
— Gent
— Blankenberge
Landgrenzen
— H.S.T. (Kanaaltunnel) Station Brussel-\uid
DENEMARKEN
2eegrenzen
Denemarken
— Aabenraa Havn
— Aalborg Havn A/S
— Aalborg Portland A/S
— Aarø Havn
— Aarøsund Havn
— Aggersund Kalkværks Udskibningsbro (Løgstør)
— Allinge Havn
— Asnæs-, Advedøre-, Kyndby-, Masnedø-, Stigsnæsværkets Havne
— Assens Havn
— Bagenkop Havn
— Bandholm Havn
— Bogense Havn
— Bønnerup Havn
— Dansk Salt A/SI Anlægskaj (Mariager)
— Det Danske Stålvalseværk A/SI Havn (Frederiksværk)
— Dragør Havn
— Enstedværkets Havn (Aabenraa)
— Esbjerg Havn
— Faaborg Havn
— Fakse Ladeplads Fiskeri- og Lystbådehavn
— Faxe Havn
— Xxxxxxxxxx Xxxx
— Frederikshavn Havn
— Gedser Færgehavn
— Grenaa Havn
— Gråsten Havn
— Gulfhavn (på Stigsnæs ved Skælskør)
— Xxxxxxxxx Xxxx
— Hals Havn
— Xxxxxxxxx Xxxx
— Hasle Havn
— Havnen ved Kolby Kås (Samsø)
— Helsingør Færgehavn
— Hirtshals Havn
— H.J. Hansen Hadsund A/SI Havn
— Hobro Havn
— Holbæk Havn
— Holstebro-Struer Havn
— Horsens Havn
— Hou Havn (Odder)
— Hundested Havn
— Hvide Sande Havn
— Kalundborg Havn
— Kaløvig Bådehavn
— Kerteminde Havn & Marina
— Klintholm Havn
— Kolding Havn
— Kongsdal Havn
— Korsør Havn
— Københavns Havn
— Køge Havn
— Xxxxxx Xxxx
— Lindø-Terminalen
— Lyngs Odde Ammoniakhavn
— Marstal Havn
— Middelfart Havn
— Xxxxxxx Xxxx
— Nexø Havn
— NKT Trådværket A/SI Havn (Middelfart)
— Nordjyllandsværkets Havn
— Nykøbing F. Havn
— Nyborg Fritids- og Lystbådehavn samt Fiskerihavn
— Nyborg Havn A/S (Xxxxxxxx Xxxx og Avernakke Pier)
— Næstved Havn
— Odense Havn
— Odense Staalskibsværft A/SI Havn
— Orehoved Havn
— Randers Havn
— Rudkøbing Havn
— Rødby Færge- og Trafikhavn
— Rømø Havn
— Rønne Havn
— Skagen Havn
— Skive Havn
— Skærbækværkets Havn
— Xxxxxxx Xxxxxx, Melbyvej 17 i Kalundborg
— Stege Havn
— Stevns Kridtbruds Udskibningspier
— Stubbekøbing Havn
— Studstrupværkets Havn (Skødstrup)
— Svaneke Havn
— Svendborg Trafikhavn
— Søby Havn
— Sønderborg Havn
— Sæby Havn
— Tejn Havn
— Thisted Havn
— Xxxxxxxxxx Xxxx
— Thyborøn Havn
— Xxxx Xxxx
— Vejle Havn
— Vordingborg Havn
— Rrøskøbing Havn
— Århus Havn
Faeröer
— Fuglafjarδar Havn
— Xxxxxxxxxx Xxxx
— Kollafjarδar Havn
— Oyra Havn
— Xxxxxxxxx Xxxx
— Tórshavnar Havn
— Tvøroyrar Havn
— Vágs Havn
Groenland
— Aasiaat (Egedesminde)
— Ilulissat (Jakobshavn)
— Ittoqqortoormiit (Scoresbysund)
— Kangerlussuaq (Sdr. Strømfjord)
— Maniitsoq (Sukkertoppen)
— Nanortalik
— Narsaq
— Narsarsuaq
— Nuuk (Godthåb)
— Paamiut (Frederikshåb)
— Qaanaaq (Thule)
— Qaqortoq (Julianehåb)
— Qasigiannguit (Christianshåb)
— Qeqertarsuaq (Godhavn)
— Sisimiut (Holsteinsborg)
— Tasiilaq (tidl. Angmagssalik)
— Upernavik
— Uummannaq
Luchtgrenzen
Denemarken
— Aalborg Lufthavn
— Aarhus Lufthavn
— Billund Lufthavn
— Bornholms Lufthavn
— Esbjerg Lufthavn
— Herning Flyveplads
— Karup Lufthavn
— Koldingegnens Lufthavn, Vamdrup
— Xxxxxxxxxx Xxxxxxxx x Xxxxxxx
— Xxxxxxxxxx Xxxxxxxx, Xxxxxxxx
— Lemvig Flyveplads
— Odense Lufthavn
— Skive Lufthavn
— Stauning Lufthavn
— Sønderborg Lufthavn
— Thisted Lufthavn
— Vojens Lufthavn
— Rrø Lufthavn
Faeröer
— Vágar Lufthavn
Groenland
— Kangerlussuaq (Sdr. Strømfjord)
— Nuuk (Godthåb)
— Qaanaaq
DUITSLAND
Aangewezen grensdoorlaatposten
DUITt7AND — DENEMARKEN
Naam grensdoorlaatpost aan Duitse zijde Naam grensdoorlaatpost aan Deense zijde
Flensburg Bhf Pattburg (Padborg)
Wassersleben Kollund
Kupfermühle Krusau (Kruså)
Flensburg Bhf Pattburg Bahnhof (Station Padborg)
Harrislee Pattburg (Padborg)
Ellund Autobahn (BAB 7) Fröslee (Frøslev)
Xxxxxxxxx Xxxxxxxxxxx (Sofiedal)
Weesby Groß Jündewatt (St. Jyndevad)
Neupepersmark Alt Pepersmark (Pebersmark)
Westre Grünhof (Grøngård)
Xxxxxx Xxxx (Sæd)
Süderlügum Bhf Tondern (Tønder)
Xxxxxxxx Xxxxxxxx
Xxxxxxxxxx Xxxxxxxxx (Xxxxxx)
Xxxxxxx Xxxxx (Xxxxx)
DUITt7AND — PO7EN
Naam grensdoorlaatpost aan Duitse zijde Naam grensdoorlaatpost aan Poolse zijde
Xxxxxxx Xxxxxxxxxx (S´winoujs´cie)
Linken Neu Lienken (Lubieszyn)
Grambow Bahnhof Scheune (Szczecin-Gumien´ ce)
Pomellen-Autobahn (BAB 11) Kolbitzow (Kolbaskowo)
Tantow Bahnhof Scheune (Szczecin-Gumien´ ce)
Xxxxx Xxxxx (Rosowek)
Mescherin Greifenhagen (Gryfino)
Gartz Fiddichow (widuchowa)
Schwedt Niederkränig (Xxxxxxx Dolny)
Hohensaaten-Hafen Niederwutzen (Osinów Dolny)
Hohenwutzen Niederwutzen (Osinów Dolny)
Küstrin-Kietz Küstrin (Kostrzyn)
Küstrin-Kietz Bahnhof Küstrin (Kostrzyn)
Frankfurt/Oder Hafen Słubice
Frankfurt/Oder Straße Słubice
Frankfurt/Oder Bahnhof Kunersdorf (Kunowice)
Frankfurt/Oder-Autobahn (BAB 12) Schwetig (S´wiecko)
Eisenhüttenstadt Mühlow (Miłów)
Xxxxx Xxxxxx Xxxxx (Xxxxx)
Xxxxx Xxxxxxx Xxxxx (Xxxxx)
Forst Bahnhof Forst (\asieki)
Forst-Autobahn (BAB 15) Erlenholz (Olszyna)
Bad Muskau Muskau (Mu˙zaków)
Podrosche Priebus (Przewoz)
Horka Bahnhof Nieder Bielau (Bielawa Dolna)
Ludwigsdorf Autobahn Hennersdorf (Jedrzychowice)
Xxxxxxx Xxxxxx Xxxxxxx (\xxxxxxxx)
Xxxxxxx Xxxxxxx Xxxxxxx (\xxxxxxxx)
Xxxxxx Xxxxxx-Xxxxxxx (Xxxxxxxx \gorzelecka)
\ittau Chopin-Straße Kleinschönau (Sieniawka)
\ittau-Friedensstraße Poritsch (Porajow)
Aangewezen grensdoorlaatposten
DUITt7AND — TtJECHItCHE REPUB7IEK
Naam grensdoorlaatpost aan Duitse zijde Naam grensdoorlaatpost aan Tsjechische zijde
\ittau Bhf Grottau an der Neiße (Hrádek n.N.)
Seifhennersdorf (Nordstraße) Rumburg (Rumburk)
Seifhennersdorf Warnsdorf (Varnsdorf)
Neugersdorf Georgswalde (Jiˇrikov)
Ebersbach Bhf Rumburg (Rumburk)
Sebnitz Niedereinsiedel (Dolni Poustevna)
Schmilka Herrnskretschen (Hˇrensko)
Bad Schandau Bhf Tetschen (Dêcin)
Schöna Herrnskretschen (Høensko)
Bahratal Peterswald (Petrovice)
\innwald \innwald (Cinovec)
Neurehefeld Moldava (Moldau)
Reitzenhain Sebastiansberg (Hora Sv. Šebestiána)
Bärenstein (Eisenbahn) Weipert (Vejprty)
Xxxxxxxxxx Xxxxxxx (Vejprty)
Oberwiesenthal Gottesgab (Boˇzi Dar)
Johanngeorgenstadt Bhf Breitenbach (Potuˇcky)
Johanngeorgenstadt Breitenbach (Potuˇcky)
Klingenthal Graslitz (Kraslice)
Bad Brambach Bhf Voitersreuth (Vojtanov)
Schönberg Voitersreuth (Vojtanov)
Bad Xxxxxx Xxxx (Doubrava)
Selb Asch (Aš)
Selb-Plössberg Bhf Asch (Aš)
Schirnding Cheb/Eger Bhf Eger (Cheb)
Schirnding Mühlbach (Pomezi)
Waldsassen Heiligenkreuz (Svaty Kˇriˇz)
Mähring Promenhof (Broumov)
Xxxxxx Xxxxxxxxxxx (Xxxxxx Xxxxxxxx)
Xxxxxxxx (X 00) Xxxxxxxxx (Xxxxxxxx)
Waidhaus Autobahn (BAB 6) Rosshaupt (Rozvadov)
Eslarn Eisendorf (\ˇelezná)
Waldmünchen Haselbach (Lisková)
Furth im Wald Schafberg Vollmau (Folmava)
Furth im Wald Bhf Böhmisch Kubitzen (Cˇeská Kubice)
Eschlkam Neumark (Všeruby)
Neukirchen b. HL. Blut St. Xxxxxxxxx (Xxxxx Xxxxxxxx)
Bayerisch Eisenstein Markt Eisenstein (\ˇelezná Ruda)
Bayerisch Eisenstein Bahnhof Markt Eisenstein (\ˇelezná Ruda)
Xxxxxxxxxxxxx Xxxxxxxxxx (Strázˇny)
Haidmühle Tusset (Stozˇek)
DUITt7AND — ZWITtER7AND
Naam grensdoorlaatpost aan Duitse zijde Naam grensdoorlaatpost aan Zwitserse zijde
Konstanz-Klein Venedig Kreuzlingen-Seestraße
Konstanz-Schweiz.Pers.Bhf Konstanz Personenbahnhof
Konstanz-Wiesenstraße Kreuzlingen-Wiesenstraße
Konstanz-Kreuzlinger Tor Kreuzlingen
Konstanz-Emmishofer Tor Kreuzlingen-Emmishofer
Konstanz-Paradieser Xxx Xxxxxxxxxx
Gaienhofen Steckborn
Hemmenhofen Steckborn
Wangen Mammern
Öhningen-Oberstaad Stein am Rhein
Öhningen Stein am Rhein
Rielasingen Bhf. Ramsen Bahnhof
Singen Bhf. Schaffhausen
Rielasingen Ramsen-Grenze
Gasthof „Spießhof” an der B 34 Gasthof „Spießhof”
Gottmadingen Buch-Grenze
Murbach Buch-Dorf
Gailingen-Ost Ramsen-Dorf
Gailingen-Brücke Diessenhofen
Gailingen-West Dörflingen-Pünt und Dörflingen-Laag
Randegg Neu Dörflingen
Bietingen Thayngen Straße
Thayngen Bhf. Thayngen Bahnhof
Ebringen Thayngen-Ebringer Straße
Schlatt am Randen Thayngen-Schlatt
Büßlingen Hofen
Wiechs-Dorf Altdorf
Wiechs-Schlauch Merishausen
Neuhaus-Randen Bargen
Fützen Beggingen
Stühlingen Schleitheim
Eberfingen Hallau
Eggingen Wunderklingen
Erzingen Trasadingen
Erzingen Bhf. Trasadingen Bahnhof
Weisweil Wilchingen
Jestetten-Wangental Osterfingen
Jestetten-Hardt Neuhausen
Jestetten Bhf. Neuhausen Bahnhof
Xxxxxxxxx-Rheinau Bhf. Neuhausen Bahnhof
Xxxxxxxxx-Xxxx Xxxx
Xxxxxxxxx-Rheinbrücke Rheinau
Nack Rüdlingen
Lottstetten Rafz-Solgen
Lottstetten-Dorf Rafz-Grenze
Lottstetten Bhf. Rafz Bahnhof
Baltersweil Rafz-Schluchenberg
Dettighofen Buchenloh
Bühl Wil-Grenze
Günzgen Wasterkingen
Herdern Rheinsfelden
Rötteln Kaiserstuhl
Reckingen Rekingen
Rheinheim \urzach-Burg
Waldshut Bhf. Koblenz
Waldshut-Rheinbrücke Koblenz
Waldshut-Rheinfähre Juppen/Full
Dogern Leibstadt
Albbruck Schwaderloch
Laufenburg Laufenburg
Bad Säckingen-alte Rheinbrücke Stein/Holzbrücke
Bad Säckingen Stein
Rheinfelden Rheinfelden
Grenzacherhorn Riehen-Grenzacher Straße
Inzlingen Riehen-Inzlinger Straße
Lörrach-Wiesentalbahn Riehen Bahnhof
Lörrach-Stetten Riehen
Lörrach-Wiesenuferweg Riehen-Weilstraße
Weil-Ost Riehen-Weilstraße
Basel Badischer Personenbahnhof Basel Badischer Bahnhof
Basel Badischer Rangierbahnhof in Weil am Rhein Basel Badischer Rangierbahnhof Weil-Otterbach Basel-Xxxxxxxxxx Straße
Weil-Friedlingen Basel-Hiltalinger Straße
Weil am Rhein-Autobahn (BAB5) Basel
HAVENt AAN HET BODENMEER
Lindau-Städtischer Segelhafen Lindau-Hafen
Bad Schachen Wasserburg (Bodensee) Langenargen Friedrichshafen-Hafen
Meersburg Überlingen Mainau Konstanz-Hafen Insel Reichenau Radolfzell
Aangewezen grensdoorlaatposten
HAVENt AAN DE RIJN
Rheinfelden-Rheinhafen Wyhlen (Wyhlen GmbH) Grenzach (Fa. Geigy)
Grenzach (Fa. Hoffmann La Roche AG) Weil-Schiffsanlegestelle
Weil-Rheinhafen
Aangewezen grensdoorlaatposten
HAVENt AAN DE NOORDZEE
List/Sylt Hörnum/Sylt Dagebüll Wyk/Föhr Wittdün/Amrum Pellworm
Strucklahnungshörn/Nordstrand Süderhafen/Nordstrand
Husum Friedrichstadt Tönning Büsum
Meldorfer Hafen Friedrichskoog Helgoland Itzehoe Wewelsfleth Brunsbüttel Glückstadt Elmshorn Uetersen
Wedel Hamburg
Hamburg-Neuenfelde Buxtehude
Stade Stadersand Bützflether Sand Otterndorf Cuxhaven Bremerhaven Bremen Lemwerder
Elsfleth Brake Großensiel Nordenham
Fedderwardersiel Eckwarderhörne Varel Wilhelmshaven Hooksiel Horumersiel
Carolinensiel (Harlesiel) Neuharlingersiel Bensersiel Westeraccumersiel Norddeich
Greetsiel Wangerooge Spiekeroog Langeoog Baltrum Norderney Juist Borkum Emden
Xxxx Xxxxxx Papenburg Herbrum
Aangewezen grensdoorlaatposten
HAVENt AAN DE OOtTZEE
Flensburg-Hafen
Flensburg-Mürwik (Hafenanlage der Bundesmarine) Glücksburg
Langballigau Quern-Neukirchen Gelting
Maasholm Schleimünde Kappeln
Olpenitz (Hafenanlagen der Bundesmarine) Schleswig
Ostseebad Damp Eckernförde
Eckernförde (Hafenanlagen der Bundesmarine) Surendorf (Hafenanlagen der Bundesmarine) Rendsburg
Strande Schilksee
Kiel-Holtenau Kiel
Möltenort/Heikendorf
Jägersberg (Hafenanlage der Bundesmarine) Laboe
Orth
Puttgarden Bahnhof Puttgarden Burgstaaken Heiligenhafen
Großenbrode (Hafenanlagen der Bundesmarine) Grömitz
Neustadt (Hafenanlage der Bundesmarine) Niendorf
Lübeck-Travemünde Lübeck Timmendorf Wolgast
Wismar Warnemünde Rostock Überseehafen Stralsund
Libben Bock Saßnitz Ruden
Greifswald-Ladebow Hafen Kamminke
Ahlbeck Seebrücke
HAVENt AAN DE ODER
Anklam Hafen Karnin
Ueckermünde Altwarp Hafen
Aangewezen grensdoorlaatposten
Luchthavens, vliegvelden, landingsplaatsen
IN DE DEE7tTAAT tCH7EtWIG-HO7tTEIN
Eggebek
Flensburg-Schäferhaus Helgoland-Düne Hohn
Itzehoe-Hungriger Wolf
Kiel-Holtenau Lübeck-Blankensee Schleswig/Jagel Westerland/Sylt Wyk/Föhr
IN DE DEE7tTAAT MECK7ENBURG-VORPOMMERN
Barth Heringsdorf
Neubrandenburg-Trollenhagen Rostock-Laage
IN DE DEE7tTAAT HAMBURG
Hamburg
IN DE DEE7tTAAT BREMEN
Bremen Bremerhaven-Luneort
IN DE DEE7tTAAT NIEDERtACHtEN
Borkum
Braunschweig-Waggum Bückeburg-Achum Celle
Damme/Xxxxxx-See Diepholz
Emden Fassberg Ganderkesee Hannover Jever
Nordhorn-Lingen
Leer-Papenburg
Lemwerder, Werksflughafen der Weser-Flugzeugbau GmbH Bremen
Norderney Nordholz
Osnabrück-Atterheide Peine-Eddersee Wangerooge Wilhelmshaven-Mariensiel Wittmundhafen
Wunstorf
IN DE DEE7tTAAT BRANDENBURG
Cottbus-Drewitz Cottbus-Neuhausen Kyritz
Nauen Neuhausen Schönhagen
IN DE DEE7tTAAT BER7IN
Tegel Tempelhof
Schönefeld
IN DE DEE7tTAAT NORDRHEIN-WEtTFA7EN
Aachen-Merzbrück Arnsberg
Bielefeld-Windelsbleiche Bonn-Hardthöhe Dahlemer Binz Dortmund-Wickede Düsseldorf
Essen-Mülheim Hangelar Hopsten Köln/Bonn
Marl/Loemühle Meinerzhagen Mönchengladbach Münster-Osnabrück Nörvenich Paderborn-Lippstadt Porta Westfalica Rheine-Bentlage Siegerland
Stadtlohn-Wenningfeld
IN DE DEE7tTAAT tACHtEN
Dresden Leipzig-Xxxxx
Xxxxxxxxxx/Oberlausitz
IN DE DEE7tTAAT THÜRINGEN
Erfurt
IN DE DEE7tTAAT RHEIN7AND-PFA7Z
Xxxxxx Xxxxxx
Koblenz-Winningen Mendig
Pferdsfeld
Pirmasens-\weibrücken Speyer
Worms-Bürgerweide-West
IN DE DEE7tTAAT tAAR7AND
Saarbrücken-Ensheim Saarlouis/Düren
IN DE DEE7tTAAT HEttEN
Egelsbach Allendorf/Eder Frankfurt/Main
Fritzlar Kassel-Calden Reichelsheim
IN DE DEE7tTAAT BADEN-WÜRTTEMBERG
Aalen-Heidenheim-Elchingen
Baden Airport Karlsruhe Baden-Baden Baden-Baden-Oos
Donaueschingen-Villingen Freiburg/Brg.
Friedrichshafen-Löwentl Heubach (Krs. Schwäb.Gmünd) Karlsruhe Forchheim
Konstanz
Laupheim Leutkirch-Unterzeil
Mannheim-Neuostheim Mengen
Mosbach-Lohrbach Niederstetten Offenburg Schwäbisch Hall Stuttgart
IN DE DEE7tTAAT BAYERN
Aschaffenburg Augsburg-Mühlhausen
Bayreuth-Bindlacher Berg Coburg-Brandensteinsebene Eggenfelden/Niederbayern Erding
Fürstenfeldbruck Hassfurth-Mainwiesen Herzogenaurach
Hof-Pirk Ingolstadt Kempten-Durach Landsberg/Xxxx
Xxxxxxxx-Ellermühle
Lechfeld Leipheim Memmingen
München „Xxxxx Xxxxxx Xxxxxx” Neuburg
Nürnberg
Oberpfaffenhofen, Werkflugplatz der Dornier-Werke GmbH
Passau-Vilshofen Xxxx
Rothenburg o.d. Xxxxxx Straubing-Wallmühle Weiden/Opf.
Würzburg am Schenkenturm
GRIEKENLAND
Emƣsptƣ σ mopƣ Luchthavens
1. AHKNA ATHINA
2. KPAKΩEIO HERAKLION
3. HEΣΣAΩONIK THESSALONIKI
4. XXxXX XXXXXX
0. XXXXXXX XXXXXXX (XXXXXX)
6. ANTIMAXEIA KΩ ANTIMACHIA (KOS)
7. XANIA CHANIA
8. NTHAГOPEIO ΣAMOT PITHAGORIO – SAMOS
9. MTTIΩKNK MITILINI
10. XXXXXXXX XXXXXXXX
11. APAΞOΣ (1) ARAXOS
12. ΣKTEIA SITIA
13. XIOΣ (1) CHIOS
14. APГOΣTOΩI ARGOSTOLI
15. KAΩAMATA KALAMATA
16. KABAΩA KAVALA
17. AKTIO BONITΣAΣ AKTIO-VONITSAS
18. MKΩOΣ (1) MILOS
19. \AKTNHOΣ \AKINTHOS
20. HKPA THIRA
21. ΣKIAHOΣ SKIATHOS
22. KAPNAHOΣ (1) KARPATHOS
23. MTKONOΣ MIKONOS
24. AΩEΞAN∆POTNOΩK ALEXANDROUPOLI
25. EΩETΣINA ELEFSINA
26. AN∆PABI∆X XXXXXXXXX
27. ATΣIKK ΩKMNOT ATSIKI-LIMNOS
Hƣλàσσtƣ σ mopƣ Havens
1. XXXXXX XXXXXXX
2. ΣTPOΣ SIROS
3. KГOTMENITΣA IGOYMENITSA
4. ΣTTΩI∆A STILIDA
5. AГIOΣ NIKOΩAOΣ AGIOS NIKOLAOS
6. PEHTMNO RETHIMNO
7. ΩETKA∆A LEFKADA
8. ΣAMOΣ SAMOS
9. BOΩOΣ VOLOS
10. KΩΣ KOS
11. ∆AФNK AГIOT OPOTΣ DAFNI-AGIOU OROUS
(1) De luchthavens van Araxos, Chios, Karpathos en Milos zijn niet-aangewezen grensdoorlaatposten. \ij zijn uitsluitend gedurende de zomerperiode geopend.
12. IBKPA AГIО ОPОTΣ IVIRA-AGIOU OROUS
13. ГEPAKINK GERAKINI
14. ГΩTФA∆A GLIFADA
15. NPEBE\A PREVE\A
16. NATPA PATRA
17. KEPKTPA KERKIRA
18. ΣKTEIA SITIA
19. XIОΣ CHIOS
20. APГОΣTОΩI ARGOSTOLI
21. HEΣΣAΩОNIKK THESSALONIKI
22. KОPINHОΣ KORINTHOS
23. KAΩAMATA KALAMATA
24. KABAΩA KAVALA
25. IHAKK ITHAKI
26. NTΩОΣ PILOS
27. NTHAГОPEIО ΣAMОT PITHAGORIO-SAMOS
28. ΩATPIО LAVRIO
29. KPAKΩEIО HERAKLIO
30. ΣAMK KEФAΩΩKNIAΣ SAMI-KEFALONIA
31. NEIPAIAΣ PIREAS
32. MKΩОΣ MILOS
33. KATAKΩΩО KATAKOLO
34. ΣОT∆A XANIΩN SOUDA-CHANIA
35. ITEA ITEA
36. EΩETΣINA ELEFSINA
37. MTKОNОΣ MIKONOS
38. NATNΩIО NAFPLIO
39. XAΩKI∆A CHALKIDA
40. PО∆ОΣ RODOS
41. \AKTNHОΣ \AKINTHOS
42. HKPA THIRA
43. KAΩОI ΩIMENEΣ KPAKΩEIОT KALI-LIMENES-HERAKLIOU
44. MTPINA ΩKMNОT MYRINA-LIMNOS
45. NAΞОI PAXI
46. ΣKIAHОΣ SKIATHOS
47. AΩEΞAN∆PОTNОΩK ALEXANDROUPOLI
48. AIГIО AIGHIO
49. NATMОΣ PATMOS
50. ΣTMK SIMI
51. MTTIΩKNK MITILINI
52. XANIA CHANIA
Xspσƣzƣ σ mopƣ Landgrenzen
Gúvoρa µs rדv Αλßavεa ket Albaπrë
1. KAKABIA 1. KAKAVIA
2. KPTΣTAΩΩONKГK 2. CRISTALOPIGHI
Gúvoρa Fyrom ket Fyrom
1. NIKK 1. XXXX
2. EI∆OMENK (ΣI∆KPO∆POMIKO) 2. IDOMENI (STATION)
3. ET\ΩNOI 3. EV\ONI
4. ∆OIPANK 4. DOIRANI
Gúvoρa µs rד Boνλyaρεa ket Bчlgarrje
1. NPOMAXΩNAΣ 1. PROMACHONAS
2. NPOMAXΩNAΣ (ΣI∆KPO∆POMIKO) 2. PROMACHONAS (STATION)
3. ∆XXXXX (ΣI∆KPO∆POMIKO) 3. DIKEA EVROS (STATION)
4. OPMENIO 4. ORMENIO EVROS
Gúvoρa µs rדv Τoνρнεa ket Tчrkrje
1. KAΣTANIEΣ EBPOT 1. KASTANIES, EVROS
2. NTHIOT (ΣI∆KPO∆POMIKO) 2. PITHIO (STATION)
3. KKNOI EBPOT 3. XXXX, XXXXX
SPANJE
Luchthavens
— Madrid-Xxxxxxx
— Barcelona
— Gran Canaria
— Palma de Mallorca
— Alicante
— Ibiza
— Malaga
— Sevilla
— Tenerife Sur
— Valencia
— Almeria
— Asturias
— Bilbao
— Fuerteventura
— Gerona
— Granada
— Lanzarote
— La Palma
— Menorca
— Santander
— Santiago
— Vitoria
— Saragossa
— Pamplona
— Jerez de la Fontera
— Valladolid
— Reus
— Vigo
— La Coruña
— Murcia
2eegrenzen
— Algeciras (Cadix)
— Alicante
— Almería
— Arrecife (Lanzarote)
— Avilés (Asturien)
— Barcelona
— Bilbao
— Cadiz
— Cartagena (Murcia)
— Castellón
— Ceuta
— Ferrol (La Coruña)
— Gijón
— Huelva
— Ibiza
— La Coruña
— La Línea de la Xxxxxxxxxx
— La Luz (Las Palmas)
— Mahón
— Malaga
— Melilla
— Motril (Granada)
— Palma de Mallorca
— Sagunto (provincia de Valencia)
— San Sebastian
— Santa Cruz de Tenerife
— Santander
— Sevilla
— Tarragona
— Valencia
— Vigo
Landgrenzen
— Ceuta
— Melilla
— La Xxx xx Xxxxx
— La Línea de la Xxxxxxxxxx (1)
FRANKRIJK
Luchthavens
1. Abbeville
2. Agen-la Garenne
3. Ajaccio-Campo dellIOro
4. Albi-le-Séquestre
5. Amiens-Glisy
6. Angers-Marcé
7. Angoulême-Brie-Champniers
8. Xxxxxx Xxxxxx
9. Annemasse
10. Auxerre-Branches
11. Xxxxxxx-Xxxxxxx
00. Bâle-Mulhouse
13. Bastia-Poretta
14. Beauvais-Tillé
15. Bergerac-Roumanière
16. Besançon-La Vèze
17. Béziers-Vias
18. Biarritz-Bayonne-Anglet
19. Bordeaux-Mérignac
20. Bourges
21. Brest-Guipavas
22. Caen-Carpiquet
23. Cahors-Lalbenque
24. Calais-Dunkerque
25. Calvi-Sainte-Catherine
26. Cannes-Mandelieu
27. Carcassonne-Salvaza
28. Castres-Mazamet
29. Châlons-Vatry
30. Chambéry-Aix les Bains
31. Charleville-Mézières
32. Châteauroux-Déols
33. Cherbourg-Mauperthus
34. Clermont-Ferrand-Aulnat
35. Colmar-Houssen
36. Courchevel
37. Deauville-Saint-Gatien
38. Dieppe-Saint-Aubin
39. Dijon-Longvic
40. Dinard-Pleurtuit
41. Dôle-Tavaux
42. Epinal-Mirecourt
43. Figari-Sud Corse
44. Cap-Tallard
(1) De grensdoorlaatpost van La Linea de la Xxxxxxxxxx valt niet samen met het overeenkomstig het Verdrag van Utrecht door Spanje erkende verloop van de grens.
45. Genève-Cointrin
46. Granville
47. Grenoble-Saint Geoirs
48. Hyères-Le-Palivestre
49. Issy-les-Moulineaux
50. La Môle
51. Lannion
52. La Rochelle-Laleu
53. Laval-Entrammes
54. Xx Xxxxxxxx
00. Xx Xxxxx-Xxxxxxxxx
00. Xx Xxxx-Xxxxxx
57. Le Touquet-Paris Plage
58. Lille-Lesquin
59. Limoges-Bellegarde
60. Lognes-Emerainville
61. Lorient-Lann Bihoué
62. Lyon-Bron
63. Lyon-Saint-Exupéry
64. Marseille-Provence
65. Meaux-Esbly
66. Megève
67. Metz-Nancy-Lorraine
68. Monaco-Héliport
69. Montbéliard-Courcelles
70. Montpellier-Fréjorgues
71. Morlaix-Ploujean
72. Xxxxx-Xxxxx
73. Nantes-Atlantique
74. Nevers-Fourchambault
75. Nice-Côte dIAzur
76. Nîmes-Garons
77. Orléans-Bricy
78. Orléans-Saint-Denis-de-lIHôtel
79. Xxxxx-Xxxxxxx xx Xxxxxx
00. Xxxxx-xx Xxxxxxx
00. Paris-Orly
82. Pau-Pyrénées
83. Périgueux-Bassilac
84. Perpignan-Rivesaltes
85. Poitiers-Biard
86. Pontarlier
87. Pontoise-Cormeilles-en-Vexin
88. Quimper-Pluguffan
89. Reims-Champagne
90. Rennes Saint-Jacques
91. Roanne-Renaison
92. Xxxxx-Xxxxxxxxx
93. Rouen-Vallée de Seine
94. Saint-Brieuc-Armor
95. Saint-Etienne-Bouthéon
96. Saint-Nazaire-Montoir
97. Saint-Yan
98. Strasbourg-Entzheim
99. Tarbes-Ossun-Lourdes
100. Toulouse-Blagnac
101. Tours-Saint-Symphorien
102. Toussus-le-Noble
103. Troyes-Barberey
104. Valence-Chabeuil
105. Valenciennes-Denain
106. Vannes-Meucon
107. Vesoul-Frotey
108. Vichy-Charmeil
2eegrenzen
1. Agde
2. Ajaccio
3. Anglet
4. Arcachon
5. Bastia
6. Bayonne
7. Beaulieu-sur-Mer
8. Biarritz
9. Bonifacio
10. Bordeaux
11. Boulogne
12. Brest
13. Caen-Ouistreham
14. Calais
15. Calvi
16. Camaret
17. Cannes-Vieux Port
18. Cap-dIAgde
19. Carry-le-Rouet
20. Carteret
21. Cassis
22. Cherbourg
23. Ciboure
24. Concarneau
25. Dieppe
26. Dunkerque
27. Fécamp
28. Golfe-Xxxx
29. Granville
30. Groix
31. Gruissan
32. Hendaye
33. Honfleur
34. Xx Xxxxxxxx-Xx Xxxxxxx
00. Xx Xxxxxxxx
00. Xx Xxxxxxx
37. Le Guilvinec
38. Xx Xxxxx
00. Xx Xxxxxx
00. Xxx Xxxxxx-xXXxxxxx-Xxxx
41. Le Touquet-Etaples
42. Le Tréport
43. Leucate
44. LIIle-Rousse
45. Lorient
46. Macinaggio
47. Mandelieu-la Napoule
48. Xxxxxxxxx
00. Monaco-Port de la Condamine
50. Morlaix
51. Nantes-Saint-Nazaire
52. Nice
53. Noirmoutier
54. Paimpol
55. Pornic
56. Port-Camargue
57. Port-de-Bouc-Fos/Port-Saint-Louis
58. Port-en-Bessin
59. Port-la-Nouvelle
60. Porto-Vecchio
61. Port-Vendres
62. Propriano
63. Quimper
64. Roscoff
65. Rouen
66. Royan
67. Saint-Brieuc (maritime)
68. Saint-Cyprien
69. Saint-Florent
70. Saint-Gilles-Croix-de-Vie
71. Saint-Malo
72. Saint-Valéry-en-Caux
73. Sète
74. Toulon
75. Valras
76. Villefranche-sur-Mer
77. Villeneuve-Loubet
Landgrenzen
ket Zwrtserlaπd
1. Abbevillers (Straße)
2. Bâle-Mulhouse Flughafen (Fußgängerpassage zwischen Bereichen)
3. Bois-dIAmont
4. Chatel
5. Col France
6. Delle (Straße)
7. Divonne-les-Bains
8. Ferney-Voltaire
9. Ferrières-sous-Jougne
10. Bahnhof Genève-Cornavin
11. Goumois
12. Hegenheim-Allschwill
13. Huningue (Straße)
14. La Cheminée (Straße)
15. La Cure
16. Xxx Xxxxxx
00. Xxx Xxxxxxxxx (Xxxxxx)
18. Leymen-Benken
19. Xxxxxxxxxxx
00. Xxxxxx (Xxxxxx)
21. Pfetterhouse
22. Pontarlier (Bahnhof)
23. Autobahnübergangstelle Saint-Julien-Bardonnex
24. Pougny
25. Prévessin
26. Saint-Xxxxxxxx
27. Saint-Julien-Perly
28. Saint-Louis (Autobahn)
29. Saint-Louis-Bâle (Bahnhof)
30. Saint-Louis-Lysbuchel
31. Vallard-Thonex
32. Vallorbe (Internationale \üge)
33. Vallorcine
34. Veigy
ket het Vereπrgd Koπrπkrrjk (vaste kaπaalverbrπdrπg)
1. Gare de Paris-Nord/London Waterloo Station/Ashford International Station
2. Gare de Lille-Europe/London Waterloo Station/Ashford International Station
3. Cheriton/Coquelles
4. Gare de Fréthun/London Waterloo Station/Ashford International Station
5. Gare de Chessy-Marne-la-Vallée
6. Gare dIAvignon-Centre
ket Aπdorra
Pas de la Case
ITALIË
Luchthavens
— Alessandria Polizia di Stato
— Alghero (SS) Polizia di Stato
— Ancona Polizia di Stato
— Aosta Polizia di Stato
— Bari Polizia di Stato
— Bergamo Polizia di Stato
— Biella Polizia di Stato
— Bologna Polizia di Stato
— Bolzano Polizia di Stato
— Brescia Polizia di Stato
— Brindisi Polizia di Stato
— Cagliari Polizia di Stato
— Catania Polizia di Stato
— Crotone Polizia di Stato
— Cuneo Polizia di Stato
— Firenze Polizia di Stato
— Foggia Polizia di Stato
— Forlì Polizia di Stato
— Genova Polizia di Stato
— Grossetto Polizia di Stato
— Lamezia Terme (C\) Polizia di Stato
— Lampedusa (AG) Carabinieri
— Lecce Polizia di Stato
— Marina di Campo (LI) Carabinieri
— Milano Linate Polizia di Stato
— Napoli Polizia di Stato
— Noviligure Carabinieri
— Olbia Polizia di Stato
— Oristano Polizia di Stato
— Padua Polizia di Stato
— Palermo Polizia di Stato
— Pantelleria (TP) Carabinieri
— Para Polizia di Stato
— Perugia Polizia di Stato
— Pescara Polizia di Stato
— Pisa Polizia di Stato
— Reggio di Calabria Polizia di Stato
— Rimini Polizia di Stato
— Roma Ciampino Polizia di Stato
— Roma Fiumicino Polizia di Stato
— Roma Urbe Polizia di Stato
— Ronchi del Legionari (GO) Polizia di Stato
— Salerno Polizia di Stato
— Siena Polizia di Stato
— Taranto-Grottaglie Polizia di Stato
— Torino Polizia di Stato
— Trapani Polizia di Stato
— Tortoli (NU) Polizia di Stato
— Treviso Polizia di Stato
— Varese Malpensa Polizia di Stato
— Xxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxxxx XXXxxxxxx (XX) Carabinieri
2eegrenzen
— Alassio (SV) Polizia di Stato
— Alghero (SS) Polizia di Stato
— Ancona Polizia di Stato
— Anzio — Nettuno (RM) Polizia di Stato
— Augusta (SR) Polizia di Stato
— Barcoli (NA) Carabinieri
— Xxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxx (XX) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxx xxxxXXxxx (XX) Carabinieri
— Caorle (VE) Carabinieri
— Capraia Isola (LI) Carabinieri
— Capri (NA) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxx (XX) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxxxxxxx xx Xxxxxx (NA) Polizia di Stato
— Castellammare del Golfo (TP) Polizia di Stato
— Catania Polizia di Stato
— Chioggia (VE) Polizia di Stato
— Civitavecchia (RM) Polizia di Stato
— Crotone Polizia di Stato
— Duino Aurisina (TS) Polizia di Stato
— Finale Ligure (SV) Carabinieri
— Fiumicino (RM) Polizia di Stato
— Formia (LT) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxx (XX) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxxx (XX) Polizia di Stato
— Gela (CL) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxx Xxxxx (XX) Polizia di Stato
— Grado (GO) Polizia di Stato
— Ischia (NA) Polizia di Stato
— La Maddalena (SS) Carabinieri
— La Spezia Polizia di Stato
— Lerici(SP) Carabinieri
— Levanto (SP) Carabinieri
— Licata (AG) Polizia di Stato
— Lignano Sabbiadore (VE) Carabinieri
— Lipari(ME) Carabinieri
— Livorno Polizia di Stato
— Loano (SV) Carabinieri
— Manfredonia (FG) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxx Xxxxxx (XX) Xxxxxxxxxxx
— Xxxxxx xx Xxxxxxx (XX) Polizia di Stato
— Marsala (TP) Polizia di Stato
— Mazara del Vallo (TP) Polizia di Stato
— Messina Polizia di Stato
— Milazzo (ME) Polizia di Stato
— Molfetta (BA) Carabinieri
— Monfalcone (GO) Polizia di Stato
— Monopoli (BA) Carabinieri
— Napoli Polizia di Stato
— Olbia (SS) Polizia di Stato
— Oneglia (IM) Polizia di Stato
— Xxxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxx (XX) Xxxxxxxxxxx
— Xxxxxxx (XX) Polizia di Stato
— Palau (SS) Polizia di Stato
— Palermo Polizia di Stato
— Pantelleria (TP) Carabinieri
— Pesaro Polizia di Stato
— Xxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxx (XX) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxx Xxxxxxx (XX) Carabinieri
— Porto Cervo (SS) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxx Xxxxxxxxx (XX) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxx Xxxxxxx (XX) Polizia di Stato
— Porto Nogaro (UD) Carabinieri
— Porto Tolle (RO) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxx Xxxxxx (XX) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxx Xxxxxx (XX) Carabinieri
— Portofino (GE) Carabinieri
— Pozzallo (RG) Carabinieri
— Pozzuoli (NA) Polizia di Stato
— Rapallo (GE) Polizia di Stato
— Ravenna Polizia di Stato
— Reggio di Xxxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxx Xxxxxx (XX) Carabinieri
— Riposto (CT) Carabinieri
— Santa Xxxxx Ligure (GE) Carabinieri
— San Remo (IM) Polizia di Stato
— Santa Xxxxxx di Gallura (SS) Polizia di Stato
— San Benedetto del Tronto (AP) Polizia di Stato
— Salerno Polizia di Stato
— Savona Polizia di Stato
— Xxxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxx (XX) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxx (XX) Polizia di Stato
— Taranto Polizia di Stato
— Termini Imerese (PA) Polizia di Stato
— Terracina (LT) Polizia di Stato
— Xxxxx Xxxxxxxxxx (NA) Polizia di Stato
— Tortolì (NU) Polizia di Stato
— Torviscosa (UD) Carabinieri
— Xxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxx Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxx (XX) Carabinieri
— Vasto (CH) Polizia di Stato
— Venezia Polizia di Stato
— Viareggio (LU) Xxxxxxx xx Xxxxx
— Xxxxxxxxxxxx Xxxxxx (XX) Xxxxxxx xx Xxxxx
Xxxxxxxxxxx
ket Zwrtserlaπd
— Bellavista di Clivio (VA), tweede categorie Guardia di Finanza
— Biegno Indemini (VA), eerste categorie Guardia di Finanza
— Bizzarone (CO), eerste categorie Polizia di Stato
— Brogeda (CO), eerste categorie commercieel Guardia di Finanza
— Brogeda (CO), eerste categorie toeristisch Polizia di Stato
— Chiasso (CO), eerste categorie spoorwegovergang Polizia di Stato
— Colle G.S. Xxxxxxxx (AO), eerste categorie Carabinieri
— Colle Menoure (AO), eerste categorie Guardia di Finanza
— Cremenaga (VA), eerste categorie Carabinieri
— Crociale dei Mulini (CO), tweede categorie Guardia di Finanza
— Domodossola (VB), eerste categorie Polizia di Stato
— Drezzo (CO), tweede categorie Guardia di Finanza
— Forcola di Livigno (SO), eerste categorie Carabinieri
— Fornasette (VA), eerste categorie Carabinieri
— Gaggiolo (VA), eerste categorie Carabinieri
— Iselle (VB), eerste categorie spoorwegovergang Polizia di Stato
— Luino (VA), eerste categorie spoorwegovergang Polizia di Stato
— Luino (VA), eerste categorie meer Polizia di Stato
— Maslianico (CO), eerste categorie Polizia di Stato
— Xxxxx Xxxxxx (AO), eerste categorie Polizia di Stato
— Xxxxx Xxxx (VB), eerste categorie Guardia di Finanza
— Monte Spluga (SO), eerste categorie Carabinieri
— Oria Val Solda (CO), eerste categorie Carabinieri
— Oria Val Solda (CO), eerste categorie meer Carabinieri
— Paglino (VB), eerste categorie Polizia di Stato
— Xxxxxx (VA), eerste categorie Guardia di Finanza
— Passo S. Xxxxxxx (VB), eerste categorie Guardia di Finanza
— Piaggio Valmara (VB), eerste categorie Carabinieri
— Piattamala (SO), eerste categorie Polizia di Stato
— Xxxx Xxxx Maggiore (VA), eerste categorie spoorweg- overgang
Polizia di Stato
— Plain Maison (AO), eerste categorie Carabinieri
— Xxxxxxx Xxxx (XX), xxxxxx xxxxxxxxx Xxxxxxxxxxx
— Xxxxx Xxxxxxx (XX), eerste categorie Polizia di Stato
— Ponte del Gallo (SO), eerste categorie Carabinieri
— Ponte Ribellasca (VB), eerste categorie spoorwegover- gang
Polizia di Stato
— Ponte Ribellasca (VB), eerste categorie Polizia di Stato
— Ponte Tresa (VA), eerste categorie meer en autoweg Polizia di Stato
— Porto Ceresio (VA), eerste categorie meer en autoweg Polizia di Stato
— Ronago (CO), tweede categorie Guardia di Finanza
— Saltrio (VA), tweede categorie Guardia di Finanza
— S. Margerita di Stabio (CO), eerste categorie Polizia di Stato
— S. Xxxxx xxxxx Xxxxxxx (SO), eerste categorie Guardia di Finanza
— S. Xxxxxx xx Xxxxxx (VA), tweede categorie Guardia di Finanza
— Tirano (SO), eerste categorie spoorwegovergang Polizia di Stato
— Xxxxxxx X.X. Xxxxxxxx (AO), eerste categorie Polizia di Stato
— Tubre (B\), eerste categorie Polizia di Stato
— Xxxxxxx xx Xxxxx (XX), xxxxxx xxxxxxxxx Xxxxxxxxxxx
— Xxxxx xx Xxxxxxxxx (XX), eerste categorie Carabinieri
— \enna (VA), eerste categorie Carabinieri
ket Sloveπrë
— Basovizza (TS) Carabinieri
— Castelletto versa (GO), tweede categorie Guardia di Finanza
— Chiampore (TS), tweede categorie Carabinieri
— Xxxxxxxxx (GO), tweede categorie Guardia di Finanza
— Fernetti (TS), eerste categorie Polizia di Stato
— Xxxxxx Xxxxx (UD), eerste categorie Carabinieri
— Gorizia, eerste categorie spoorwegovergang Polizia di Stato
— Gorizia Casa Rossa, eerste categorie Polizia di Stato
— Xxxxxxx X. Xxxxxxxx, tweede categorie Guardia di Finanza
— Xxxxxxx X. Xxxxxx, tweede categorie Guardia di Finanza
— Gorizia Via Rafut, tweede categorie Guardia di Finanza
— Jamiano (GO), tweede categorie Guardia di Finanza
— Xxxxx (GO), tweede categorie Guardia di Finanza
— Xxxxxxx (GO), tweede categorie Guardia di Finanza
— Xxxxxx Xxxxxxx (UD) Guardia di Finanza
— Monrupino (TS), tweede categorie Guardia di Finanza
— Noghere (TS), tweede categorie Guardia di Finanza
— Passo Predil (UD), eerste categorie Carabinieri
— Pese (TS), eerste categorie Polizia di Stato
— Xxxxxxxx (GO), tweede categorie Guardia di Finanza
— Polava di Cepletischis (UD), tweede categorie Guardia di Finanza
— Xxxxx Xxxxxxxx, tweede categorie Guardia di Finanza
— Prebenico Caresana (TS), tweede categorie Guardia di Finanza
— Rabuiese (TS), eerste categorie Polizia di Stato
— Robedischis (UD), tweede categorie Guardia di Finanza
— Xxxxxxx (GO), tweede categorie Guardia di Finanza
— S. Xxxxxx (GO), eerste categorie Polizia di Stato
— S. Xxxxxxx (TS), tweede categorie Polizia di Stato
— X. Xxxxxxxxxx (TS), eerste categorie Carabinieri
— X. Xxxxxxxx (GO), tweede categorie Guardia di Finanza
— X. Xxxxxxx (TS), tweede categorie Carabinieri
— S. Xxxxxxx (TS), tweede categorie Guardia di Finanza
— Solarie di Drenchia (UD), tweede categorie Guardia di Finanza
— Stupizza (UD), eerste categorie Guardia di Finanza
— Vencò (GO), eerste categorie Guardia di Finanza
— Villa Opicina (TS), eerste categorie spoorwegovergang Polizia di Stato
— Uccea (UD), eerste categorie Guardia di Finanza
NB: De doorlaatposten van de tweede categorie zijn slechts bevoegd voor verkeer van inwoners van de grensgebieden die in het bezit van speciale documenten zijn (zgn. klein grensverkeer).
LUXEMBURG
Luchthavens
— Luxemburg
NEDERLAND
Luchtgrenzen
— Amsterdam-Schiphol
— De Kooy
— Eindhoven
— Enschede-Twente
— Groningen-Eelde
— Lelystad
— Maastricht-Aachen
— Rotterdam
— Valkenburg (\H)
2eegrenzen
— Amsterdam-IJmond
— Delfzijl
— Den Helder
— Dordrecht
— Gent-Terneuzen
— Harlingen
— Hoek van Holland/Europoort
— Lauwersoog
— Moerdijk
— Rotterdam-Havens
— Scheveningen
— Vlissingen
OOSTENRIJK
Luchthavens en vliegvelden
7чchthaveπs
Graz — Thalerhof Innsbruck — Kranebitten Klagenfurt — Wörthersee
Linz — Hörsching Salzburg — Maxglan Wien — Schwechat
Vlregveldeπ
Bad Kleinkirchheim Dobersberg Eferding
Feldkirchen — Ossiacher See Ferlach
Ferlach — Xxxxxxxx Xxxxxxxxx
Friesach — Xxxx Xxxxxxxxxxx Xxxxxxx
Goldeck Xxxxxxxxxx Xxxxxx
Xxxxxxxx Xxxxxx Hofkirchen
Hohenems — Dornbirn Kapfenberg
Kappl Kitzbühel
Krems — Langenlois
Kufstein — Langkampfen Lanzen — Turnau Leoben — Timmersdorf Leopoldsdorf
Lienz — Nikolsdorf Linz — Ost Mariazell Mauterndorf Mayrhofen Micheldorf Niederöblarn Nötsch im Gailtal Ottenschlag Pinkafeld
Punitz — Güssing Reutte — Höfen Ried — Kirchheim
St. Andrä im Lavanttal St. Donat
St. Georgen am Ybbsfeld St. Xxxxxx/Tirol
Scharnstein Schärding — Suben bladzijdenstetten Spitzerberg
St. Pölten Stockerau Trieben Villach Völkermarkt Vöslau Waidring Wattens
Weiz — Unterfladnitz Wels
Wiener Neudorf Wiener Neustadt/Ost Wietersdorf Wolfsberg
\ell am See
\eltweg
\watzhof (helihaven)
Havens Doπaчhaveπs Hainburg (1)
Wien — Praterkai (1)
Bodeπmeerhaveπs
Hafen Bregenz (2)
Hafen Hard (2)
Landgrenzen
ket Zwrtserlaπd (eπ 7rechteπsterπ)
Martinsbruck Schalklhof Spiss
\eblas Fimberpass Tisis
Feldkirch-Buchs (spoorweg) Tosters
Nofels
Nofels-Fresch Meiningen Bangs (3)
(1) Grensdoorlaatpost aan de Donau voor reizigers- en vrachtverkeer.
(2) Bodenmeerhaven — geen lijnverkeer; alleen bemand in geval van pleziervaart.
(3) De grensdoorlaatpost Bangs dient terzelfder tijd als verzamelnaam voor de grensovergangen Nofels-Egg, Gantensteinweg, Rainweg, Habererweg, Rheindammweg en Jägersteig-Felsbandweg.
„Tschagguns” (1) Koblach
Mäder Hohenems
Lustenau — Schmitterbrücke Feldkirch — Buchs (station)
Wiesenrain Lustenau
St. Margarethen (spoorweg) Höchst
Gaissau (met inbegrip van fietspad Gaissau)
ket de Tsjechrsche Repчblrek Plöckensteiner See — X. Xxxxxxx-gedenkteken Plöckensteiner See
Guglwald
Schöneben Weigetschlag Summerau (spoorweg) Wullowitz
Pyhrabruck Gmünd — Bahn
Gmünd — Böhmzeil Gmünd — Bleylebenstraße Schlag
Neunagelberg
Grametten Fratres Oberthürnau Mitterretzbach Hardegg Kleinhaugsdorf Retz (spoorweg) Laa an der Thaya Drasenhofen Schrattenberg Reinthal
Hohenau (spoorweg)
ket de Slowaakse Repчblrek Hohenau — Brücke Marchegg (spoorweg)
Berg
Kittsee
Kittsee-Jarovce
ket Koπgarrje
Nickelsdorf — Hegyeshalom (spoorweg) Nickelsdorf — Straße
Nickelsdorf — Autobahn Andau
Pamhagen
Pamhagen (spoorweg) Mörbisch am See Klingenbach
Sopron (2)
Deutschkreutz Rattersdorf Geschriebenstein Rechnitz Schachendorf Eberau
Heiligenkreuz im Lafnitztal Jennersdorf (spoorweg)
(1) „Tschagguns” dient als verzamelnaam voor de grensovergangen Plankner Sattel, Saminatal, Kirchlspitzen, Xxxxxxxx Gletscher, Schesa- plana, Tote Alpe, Bartümeljoch, Salarueljoch, Mattlerjoch, Sareiserjoch, Bettlerjoch, Schweizertor, Drusentor, Grünes Fürkele, Plaseg- genpaß en Sarottlpaß.
(2) Sopron is de verzamelnaam voor de spoorweggrensovergangen Wulkaprodersdorf-Sopron, Loipersbach-Sopron en Deutschkreutz-So- pron.
ket Sloveπrë
Bonisdorf Tauka Kalch
St. Xxxx Xxxxxxx Xxxxxx Xxxxxx
\elting Sicheldorf
Bad Radkersburg Mureck
Weitersfeld — Murfähre Spielfeld — Autobahn Spielfeld — Straße Spielfeld — Bahn Ehrenhausen Berghausen
Sulztal Langegg Großwalz Schloßberg Arnfels Oberhaag
St. Pongratzen
Radlpaß Soboth Laaken Hühnerkogel Lavamünd Xxxxxxxx Xxxxxxxx
Bleiburg — Bahn Raunjak
Petzen Luscha Uschowa Steiner Alpen Paulitschsattel Seebergsattel Koschuta Loibltunnel Loiblpass Hochstuhl Kahlkogel
Rosenbach (spoorweg) Karawankentunnel Mittagskogel Wurzenpaß
PORTUGAL
2eegrenzen
VAtTE7AND
— Aveiro
— C. das Freiras
— Cascais
— Doca dos Olivais — Lissabon
— Cais da Estiva Velha — Porto
— Faro
— Figueira da Foz
— Lagos
— Leixões
— Porto de Lisboa
— Marina de Xxxx Xxxxx
— Nazaré
— Olhão
— Peniche
— Portimão
— Póvoa do Varzim
— X. Xxxxxxxx do Porto
— Sesimbra
— Setúbal
— Sines
— Viana do Castelo
AUTONOOM GEBIED MADEIRA
— PF 208 — Haven van Funchal
— Haven Porto Santo — Porto Santo
AUTONOOM GEBIED DER AZOREN
— Porto de Angra de Heroísmo/Praia da Vitória — Terceira
— Porto de Ponta Delgada — S. Xxxxxx
— Cais da Horta — Faial
Luchthavens
VAtTE7AND
— Luchthaven van Lissabon
— Luchthaven van Faro
— Luchthaven Xxxxxxxxx Xx Xxxxxxxx — Porto
AUTONOOM GEBIED MADEIRA
— Luchthaven van Santa Catarina — Madeira
— Luchthaven van Porto Santo — Porto Santo
AUTONOOM GEBIED DER AZOREN
— Burgervliegveld van Lajes — Terceira
— Luchthaven van Santa Xxxxx — Santa Xxxxx
— Luchthaven van Ponta Delgada — S. Xxxxxx
FINLAND
Landgrenzen
Vaalimaa
Vainikkala (spoorweg) Nuijamaa
Xxxxxxx Xxxxxxx
Xxxx-Xxxxxxxx Xxxxxx* Kelloselkä* Kortesalmi* Kolmikanta* Uukuniemi* Valkeavaara*
Ruhovaara* Haapavaara* Leminaho* Inari* Kokkojärvi* Kivipuro* Rajakangas* Karikangas* Karttimo* Kurvinen* Onkamo* Virtaniemi*
Toelichting: De aangewezen grensdoorlaatposten vloeien voort uit de Overeenkomst tussen de regering van de Republiek Finland en de regering van de Russische Federatie inzake de onderlinge grensovergangen (Helsinki, 11 maart 1994). De met een asterisk aangegeven doorlaatposten worden, overeenkomstig voornoemde overeenkomst, slechts in beperkte mate gebruikt en worden voor het verkeer opengesteld wanneer dat nodig is. Het gaat nagenoeg uitsluitend om houtvervoer. De meeste grensdoorlaat- posten zijn meestal gesloten.
Luchthavens Enontekiö Helsinki – Malmi
Helsinki – Xxxxxx Xxxxx
Joensuu Jyväskylä Kajaani
Kemi – Tornio
Kittilä Kruunupyy Kuopio Kuusamo Lappeenranta Maarianhamina Mikkeli
Oulu
Pori Rovaniemi Savonlinna
Tampere – Pirkkala Turku
Vaasa Varkaus
2eegrenzen
Kaveπdoorlaatposteπ voor koopvaardrjschepeπ eπ vrssersvaartчrgeπ
Eckerö Xxxxxx Xxxxx Haukipudas Helsinki Inkoo Kalajoki
Kaskinen (ook voor pleziervaartuigen) Kemi (ook voor pleziervaartuigen) Kokkola
Kotka Kristiinankaupunki Lappeenranta Loviisa
Långnäs
Maarianhamina (ook voor pleziervaartuigen) Naantali
Nuijamaa (ook voor pleziervaartuigen) Oulu
Parainen
Pietarsaari (ook voor pleziervaartuigen) Pori (ook voor pleziervaartuigen) Porvoo
Raahe
Rauma (ook voor pleziervaartuigen) Tammisaari
Tornio Turku
Uusikaupunki (ook voor pleziervaartuigen) Vaasa
Greπsbewakrπgsposteπ aaπ de zeegreπzeπ dre dreπst doeπ als aaπgewezeπ greπsdoorlaatpost voor plezrervaartчrgeπ eπ watervlregtчrgeπ
Bågaskär Enskär Glosholmen Haapasaaret
Hanko (ook voor watervliegtuigen) Hiittinen
Jussarö Kalajoki Kokkola
Kotka (ook voor watervliegtuigen) Kummelgrund
Kökar
Maarianhamina (ook voor watervliegtuigen) Mäntyluoto
Nauvo Orrengrund Pirttisaari
Porkkala (ook voor watervliegtuigen) Raahe
Röyttä Santio Storklubb
Suomenlinna (ook voor watervliegtuigen) Susiluoto
Valassaaret Vallgrund Virpiniemi
\WEDEN
Xxxxxxx Xxxxxxxxxx Borlänge Gävle Göteborg Halmstad Helsingborg Härnösand Jönköping Kalmar Karlshamn Karlskrona Karlstad Kristianstad Landskrona Landvetter Lidköping Linköping Luleå Lysekil Malmö Marstrand Mora Norrköping
Nyköping Nynäshamn Oxelösund Ronneby Sandhamn Simrishamn Slite Stockholm Strömstad Sundsvall Säffle Söderköping Södertälje Trelleborg Trollhättan Uddevalla Umeå
Visby Västerås Växjö Ystad Örebro
Örnsköldsvik Östersund
IJSLAND
Luchthavens
Akureyri Egilsstaδir Xxxx
Xxxxxxxx
Xxxxxxxxx
Xxxxxx
Xxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxxxxxx Xxxxxxxxxxxxxxx Fjarδarbyggδ Grindavík Grundarfjörδur Grundartangi Hafnarfjörδur Húsavík
Höfn
safjörδur Patreksfjörδur Raufarhöfn Reykjanesbær Reykjavík Sandgerδi Sauδárkrókur Seyδisfjörδur
Siglufjörδur Skagaströnd Vestmannaeyjar
Vopnafjörδur Þorlákshöfn Þórshöfn
NOORWEGEN
Luchthavens
Gardermoen Fagernes Geilo Sandefjord Skien Notodden Kristiansand Sola Haugesund Leirvik Bergen indre Ålesund Molde
Kristiansund
rland Røros Stjørdal Bodø Narvik Sortland Bardufoss Tromsø Alta Lakselv Kirkenes
2eegrenzen
Oslo Halden Sarpsborg Fredrikstad Hvaler Moss
Follo Drammen Hurum Holmestrand Horten Tønsberg Sandefjord Larvik
Skien Porsgrunn Kragerø Arendal Grimstad Risør Kristiansand Farsund Flekkefjord
Mandal Egersund Gjesdal Hå Sandnes Sokndal Xxxx Xxxx Stavanger
Haugesund Tysvær Xxxx Xxxxxx Askøy Sotra Leirvik
Bergen indre Høyanger Årdalstangen Xxxxx
Xxxxx Ålesund Molde
Kristiansund
rland Hummelvik Orkanger Trondheim Steinkjer Stjørdal Namsos Mosjøen Bodø Narvik Sortland Svolvær Gryllefjord Harstad
Balsfjord Finnsnes Karlsøy Lyngen Skjervøy Tromsø Hammerfest Havøysund Honningsvåg Alta Båtsfjord Vardø Kjøllefjord Vadsø Kirkenes
Landgrenzen
Storskog
BIJ7AGE 2
BIJ7AGE 3
De bijlagen 2 en 3 zijn geschrapt bij Beschikking 2002/3J2/EG van de Raad (PB 7 l23 van 9.J.2002, blz. 47). Van toepassing sinds l juni 2002.
BIJ7AGE 4
Criteria voor de vaststelling of in een reisdocument een visum kan worden aangebracht
Deze bijlage komt overeen met bijlage ll van de Gemeenschappelijke Visuminstructies.
Onderstaande reisdocumenten worden aangemerkt als reisdocumenten zoals bedoeld in artikel 17, lid 3, onder a), van de Schengenuitvoeringsovereenkomst, voorzover deze aan de in de artikelen 13 en 14 gestelde voorwaarden voldoen en daarin naar behoren de identiteit van de houder is vastgesteld alsmede, in de onder a) en b) genoemde gevallen, diens nationaliteit of staatsburgerschap:
a) reisdocumenten welke conform de internationaal gangbare praktijk worden afgegeven door staten of territoriale gebiedsdelen welke door alle overeenkomstsluitende partijen zijn erkend;
b) paspoorten of reisdocumenten waarmee de terugkeer is gewaarborgd, ofschoon zij zijn afgegeven door staten of territoriale gebiedsdelen welke niet door alle overeenkomstsluitende partijen zijn erkend, voorzover het Uitvoerend Comité vaststelt dat in deze documenten een eenvormig visum kan worden aangebracht en met eenparigheid onderstaande lijsten goedkeurt:
— de lijst van bedoelde paspoorten of reisdocumenten;
— de lijst van niet-erkende staten of gebiedsdelen welke deze documenten afgeven.
Eventuele plaatsing op deze lijsten, welke slechts ertoe strekken toepassing te geven aan de Uitvoeringsovereen- komst, impliceert niet de erkenning door de overeenkomstsluitende partijen van niet-erkende staten of territoriale gebiedsdelen;
c) het reisdocument voor vluchtelingen hetwelk is afgegeven krachtens het Verdrag van Genève van 1951 betreffende de status van vluchtelingen;
d) het reisdocument voor staatlozen hetwelk is afgegeven krachtens het Verdrag van 1954 betreffende de status van staatlozen (1).
(1) Portugal en Oostenrijk hebben het Verdrag betreffende de status van staatlozen niet ondertekend, maar gaan ervan uit dat in inge- volge dit Verdrag afgegeven reisdocumenten een door de Schengenstaten afgegeven eenvormig visum kan worden aangebracht.
BIJ7AGE J
I. Gemeenschappelijke lijst van derde landen waarvan de onderdanen aan de visumplicht zijn onderworpen door de lidstaten die gebonden zijn door Verordening (EG) nr. 739/2001 van de Raad (1), gewijzigd bij Ver- ordening (EG) nr. 2414/2001 (2)
II. Gemeenschappelijke lijst van derde landen waarvan de onderdanen van de visumplicht zijn vrijgesteld door de lidstaten die gebonden zijn door Verordening (EG) nr. 739/2001 van de Raad (1), gewijzigd bij Ver- ordening (EG) nr. 2414/2001 (2)
III. Regeling voor reisverkeer van houders van diplomatieke, officiële of dienstpaspoorten, alsmede voor hou- ders van door bepaalde internationale intergouvernementele organisaties aan hun functionarissen afgege- ven vrijgeleides.
Deze bijlage komt overeen met de bijlagen l en 2 van de Gemeenschappelijke Visuminstructies.
I. Gemeenschappelijke lijst van derde landen waarvan de onderdanen aan de visumplicht zijn onderworpen door de lidstaten die gebonden zijn door Verordening (EG) nr. J39/200l van de Raad, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 24l4/200l.
1. Staten AFGHANISTAN
ALBANIË ALGERIJE XXXXXX
XXXXXXX XX XXXXXXX XXXXXXX X\XXXXXX\XXX XXXXXXXX
XXXXXXX XXXXXXXXXX XXXXXXXX XXXXXXX BELI\E
BENIN BHUTAN
BIRMA/MYANMAR
BOSNIË EN HER\EGOVINA BOTSwANA
BURKINA FASO BURUNDI
CAMBODJA
CENTRAAL-AFRIKAANSE REPUBLIEK CHINA
COLOMBIA COMOREN, DE CONGO
CUBA
DEMOCRATISCHE REPUBLIEK CONGO DJIBOUTI
DOMINICA DOMINICAANSE REPUBLIEK EGYPTE
EQUATORIAAL-GUINEA ERITREA
ETHIOPIË
FEDERALE REPUBLIEK JOEGOSLAVIË (SERVIË- MONTENEGRO)
FIJI FILIPIJNEN GABON GAMBIA XXXXXXX XXXXX GRENADA
(1) PB L 81 van 21.3.2001, blz. 1.
(2) PB L 327 van 12.12.2001, blz. 1.
GUINEE GUINEE-BISSAU GUYANA
HA TI INDIA INDONESIË IRAK
IRAN IVOORKUST JAMAICA JEMEN JORDANIË KAAPVERDIË KAMEROEN KA\ACHSTAN KENIA KIRGI\IË KIRIBATI KOEwEIT XXXX XXXXXXX XXXXXXX XXXXXXX
XXXXX
XXXXXXXXXX XXXXxX XXXXXXXXX, XX XXXX XXXXXXX
MARSHALLEILANDEN MAURITANIË MAURITIUS MICRONESIË MOLDAVIË MONGOLIË
MO\AMBIQUE NAMIBIË NAURU NEPAL
NIGER NIGERIA
NOORDELIJKE MARIANEN NOORD-KOREA OEGANDA
OEKRA NE OE\BEKISTAN OMAN PAKISTAN PALAU
PAPOEA-NIEUw-GUINEA PERU
QATAR RUSLAND RwANDA
SAINT XXXXXXXXXXX (SAINT KITTS) EN NEVIS SAINT LUCIA
SAINT VINCENT EN DE GRENADINES SALOMONSEILANDEN, DE
SAOEDI-XXXXXX
SAO TOMÉ EN PRINCIPE SENEGAL
SEYCHELLEN, DE SIERRA LEONE SOEDAN SOMALIË
SRI LANKA SURINAME SwA\ILAND SYRIË TAD\JIKISTAN TAN\ANIA THAILAND
TOGO TONGA
TRINIDAD EN TOBAGO TSJAAD
TUNESIË TURKIJE TURKMENISTAN
TUVALU VANUATU
VERENIGDE ARABISCHE EMIRATEN VIETNAM
VOORMALIGE JOEGOSLAVISCHE REPUBLIEK MACEDONIË
wEST-SAMOA
\AMBIA
\IMBABwE
\UID-AFRIKA
2. Territoriale entiteiten en autoriteiten die door ten minste één lidstaat niet als staat worden erkend
OOST-TIMOR PALESTIJNSE AUTORITEIT TAIwAN
II. Gemeenschappelijke lijst van derde landen waarvan de onderdanen van de visumplicht zijn vrijgesteld door de lidstaten die gebonden zijn door Verordening (EG) nr. J39/200l van de Raad, gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 24l4/200l.
1. Staten ANDORRA ARGENTINIË AUSTRALIË BOLIVIA BRA\ILIË BRUNEI BULGARIJE CANADA CHILI COSTA RICA CYPRUS ECUADOR
EL SALVADOR ESTLAND GUATEMALA HEILIGE STOEL HONDURAS HONGARIJE ISRAËL
JAPAN KROATIË LETLAND
LITOUwEN MALEISIË MALTA MEXICO MONACO NICARAGUA
NIEUw-\EELAND PANAMA PARAGUAY POLEN ROEMENIË
XXX XXXXXX XXXXXXXXX XXXXXXXX XXXxXXXXX XXXXXXXX XXXXXXX XXXX\XXXX
XXXXXXXXX XXXXXX VAN AMERIKA
\UID-KOREA
\wITSERLAND
2. Speciale administratieve regioIs van de Xxxxxxxxxxxxxx Xxxxx SAR Hongkong (1)
SAR Macau (2)
III. Regeling voor reisverkeer van houders van diplomatieke, officiële of dienstpaspoorten, alsmede voor houders van door bepaalde internationale intergouvernementele organisaties aan hun ambtenaren afgegeven vrijgeleides
I. Regelrπg voor rersverkeer aaπ de bчrteπgreπzeπ
1. De gemeenschappelijke lijst van visumplichtige staten laat de regeling voor reisverkeer van houders van bovengenoemde paspoorten onverlet. De staten verbinden zich evenwel ertoe de overige staten vooraf op de hoogte te stellen van wijzigingen welke zij voornemens zijn aan te brengen in de regeling voor reisverkeer van houders van deze paspoorten en rekening te houden met het belang van de overige Schengenstaten.
2. Teneinde op bijzonder flexibele wijze harmonisatie van de regeling voor reisverkeer van houders van deze categorie paspoorten na te streven, zal bij dit Handboek ter informatie een overzicht worden opgenomen van staten welker onderdanen in een of meer Schengenstaten niet visumplichtig zijn, wanneer zij houder zijn van een diplomatiek paspoort en/of een dienst- of speciaal paspoort, niettegenstaande de geldende visumplicht voor uit deze staten afkomstige houders van een gewoon paspoort. Tevens zal een overzicht worden opge- nomen van staten waarvoor het omgekeerde geldt. Het Uitvoerend Comité zal erop toezien dat beide over- zichten worden bijgewerkt.
3. De in dit document vervatte regeling inzake reisverkeer is niet van toepassing op zogeheten gewone paspoor- ten voor openbare aangelegenheden, noch op dienst-, officiële en bijzondere paspoorten waarvan de afgifte door derde staten niet overeenstemt met de door de Schengenstaten gevolgde internationale praktijk. Daartoe kan het Uitvoerend Comité, op voorstel van een groep van deskundigen, een lijst opstellen van andere dan gewone paspoorten aan wier houders door de Schengenstaten geen bevoorrechte behandeling zal worden gegeven.
4. Personen die voor de eerste maal in een Schengenstaat een visum ter accreditering hebben ontvangen, kun- nen ten minste over het grondgebied van de overige staten reizen tot aan het grondgebied van de staat die het visum volgens de in artikel 18 van de Uitvoeringsovereenkomst bepaalde voorwaarden heeft afgegeven.
5. Xxxxx geaccrediteerde leden van diplomatieke of consulaire posten en hun gezinsleden die houder zijn van een door het ministerie van Buitenlandse \aken afgegeven kaart, kunnen met het oog op binnenkomst van het Schengengebied de buitengrens overschrijden op vertoon van deze kaart en, indien nodig, van hun reis- document.
6. Over het algemeen zijn houders van diplomatieke, officiële of dienstpaspoorten, ook al zijn zij aan de in voorkomend geval bestaande visumplicht onderworpen, niet verplicht aan te tonen dat zij over voldoende middelen van bestaan beschikken. Wanneer het echter privé-reizen betreft, kunnen indien nodig dezelfde bewijsstukken worden gevraagd als bij aanvragen voor visa op een gewoon paspoort.
7. In geval van een dienstreis dient een verbale nota van het ministerie van Buitenlandse \aken of van een diplomatieke vertegenwoordiging (indien de visumaanvraag in een derde land wordt ingediend) elke visum- aanvraag voor een diplomatiek, officieel of dienstpaspoort te vergezellen. In geval van een privé-reis kan eveneens een verbale nota worden verlangd.
8.1. Het systeem van voorafgaande raadpleging van de centrale autoriteiten van andere staten is van toepassing op visumaanvragen welke door houders van een diplomatiek, officieel of dienstpaspoort worden ingediend. Voorafgaande raadpleging wordt niet uitgevoerd ten aanzien van de staat welke een overeenkomst inzake afschaffing van de visumplicht voor houders van een diplomatiek en/of dienstpaspoort heeft gesloten met het land voor welker onderdanen raadpleging, conform de in onderhavige instructie opgenomen bijlage 5, is ver- eist.
Indien een der staten bezwaar aantekent, kan de Schengenstaat die over de visumaanvraag moet beslissen, een visum met territoriaal beperkte geldigheid afgeven.
8.2. De Schengenstaten verbinden zich ertoe in de toekomst, zonder voorafgaande instemming van de overige Schengenstaten, geen overeenkomsten te sluiten strekkende tot afschaffing van de visumplicht voor houders van een diplomatiek, officieel of dienstpaspoort, met staten voor welker onderdanen een andere Schengen- staat voorafgaande raadpleging voorschrijft.
8.3. Met betrekking tot afgifte van een visum ter accreditering van een vreemdeling die ter fine van weigering van toegang is gesignaleerd en voor wie voorafgaande raadpleging is voorgeschreven, wordt de raadplegingsproce- dure overeenkomstig het bepaalde in artikel 25 van de Uitvoeringsovereenkomst gevolgd.
(1) De vrijstelling van het visumvereiste geldt alleen voor de houders van een paspoort van de „Hong Kong Special Administrative Region”.
(2) De vrijstelling van het visumvereiste geldt alleen voor houders van een paspoort van de „Região Administrativa Especial de Macau”.
9. Wanneer een staat gebruikmaakt van de uitzonderingen zoals bedoeld in artikel 5, lid 2, van de Uitvoerings- overeenkomst, is ook de toelating van houders van diplomatieke, officiële of dienstpaspoorten beperkt tot het nationale grondgebied van de desbetreffende Schengenstaat, die hiervan de overige Schengenstaten in kennis dient te stellen.
II. Regelrπg voor rersverkeer aaπ de brππeπgreπzeπ
In algemene zin is op houders van diplomatieke en dienstpaspoorten de in artikel 19 e.v. van de Uitvoeringsover- eenkomst neergelegde regeling voor reisverkeer van toepassing, behoudens wanneer een territoriaal beperkt visum is afgegeven.
Houders van bovengenoemde paspoorten kunnen gedurende drie maanden te rekenen vanaf de datum van binnen- komst (indien zij niet aan de visumplicht zijn onderworpen) of gedurende de geldigheidsduur van het afgegeven visum binnen het Schengengebied reizen.
Geaccrediteerde leden van diplomatieke of consulaire posten en hun gezinsleden die houder zijn van een door het ministerie van Buitenlandse \aken afgegeven kaart, kunnen gedurende een periode van maximaal drie maanden over het grondgebied van de overige Schengenstaten reizen, op vertoon van genoemde kaart en, indien nodig, van hun reisdocument.
III. De in dit document vervatte regeling geldt voor vrijgeleides welke door internationale intergouvernementele organi- saties waarbij alle Schengenstaten partij zijn, aan hun ambtenaren worden afgegeven, indien deze ambtenaren krachtens de constituerende verdragen van genoemde organisaties van de registratieplicht van vreemdelingen als- mede van de verplichting over een verblijfstitel te beschikken, zijn vrijgesteld.
Regelrπg voor rersverkeer toepasselrjk op hoчders vaπ drplomatreke, offrcrële eπ dreπstpaspoorteπ
Overzicht A
Staten welker onderdanen in een of meer Schengenstaten NIET visumplichtig zijn voorzover zij houder zijn van een diplomatiek, officieel of dienstpaspoort, en WEL visumplichtig zijn voorzover zij houder zijn van een gewoon paspoort
BNL | DK | D | GR | E | F | I | A | P | FIN | S | ISL | N | |
Albanië | DD | D | |||||||||||
Algerije | DD | ||||||||||||
Angola | DD | ||||||||||||
Antigua en Barbuda | DD | ||||||||||||
BahamaIs | DD | ||||||||||||
Barbados | DD | DD | |||||||||||
Benin | DD | ||||||||||||
Bosnië en Herzegovina | D | D | |||||||||||
Botswana | DD | ||||||||||||
Burkina Faso | DD | ||||||||||||
Colombia | DD | ||||||||||||
Dominicaanse Republiek | DD | ||||||||||||
Dominica | DD | ||||||||||||
Egypte | DD | ||||||||||||
Federatieve Republiek Joegoslavië | DD | DD | |||||||||||
Fiji | DD | ||||||||||||
Filipijnen | DD | DD | DD | DD | DD | DD | DD | DD | DD | ||||
Gabon | D |
BNL | DK | D | GR | E | F | I | A | P | FIN | S | ISL | N | |
Gambië | DD | ||||||||||||
Ghana | DD | ||||||||||||
Guyana | DD | ||||||||||||
India | DD | D | |||||||||||
Ivoorkust | DD | DD | DD | DD | |||||||||
Jamaica | DD | D | |||||||||||
Kaapverdië | DD | ||||||||||||
Kenia | D | ||||||||||||
Koeweit | DD | ||||||||||||
Lesotho | DD | ||||||||||||
Malawi | DD | D | |||||||||||
Malediven | DD | ||||||||||||
Marokko | DD | D | DD | D | D | DD | DD | DD | DD | ||||
Mauritanië | DD | ||||||||||||
Mozambique | DD | ||||||||||||
Namibië | D | ||||||||||||
Niger | DD | ||||||||||||
Oeganda | DD | ||||||||||||
Pakistan | DD | DD | D | DD | DD | DD | DD | ||||||
Peru | D | DD | DD | DD | DD | DD | DD | ||||||
Sao Tomé en Principe | DD | ||||||||||||
Senegal | D | DD | D | DD | DD | ||||||||
Seychellen | D | ||||||||||||
Swaziland | DD | ||||||||||||
Thailand | DD | DD | DD | DD | DD | DD | DD | DD | DD | ||||
Togo | DD | ||||||||||||
Trinidad en Tobago | DD | ||||||||||||
Tsjaad | D | DD | |||||||||||
Tunesië | DD | D | DD | D | D | DD | DD | DD | |||||
Turkije | DD | DD | DD | DD | DD | DD | DD | DD | D | DD | DD | DD | DD |
Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië | D | DD | D | DD | D | DD | |||||||
West-Samoa | DD | ||||||||||||
\imbabwe | DD | ||||||||||||
\uid-Afrika | D | DD | DD | DD | DD | DD |
DD: Houders van diplomatieke en dienstpaspoorten zijn van de visumplicht vrijgesteld. D: Alleen houders van diplomatieke paspoorten zijn van de visumplicht vrijgesteld.
Overzicht B
Staten welker onderdanen in een of meer Schengenstaten WEL visumplichtig zijn voorzover zij houder zijn van een diplomatiek, officieel of dienstpaspoort, en NIET visumplichtig zijn voorzover zij houder zijn van een gewoon paspoort
BNL | DK | D | GR | E | F | I | A | P | FIN | S | ISL | N | |
Israël | X | ||||||||||||
Mexico | X | ||||||||||||
Verenigde Staten van Amerika | X | X (*) | X (*) |
(*) Indien zij op een officiële dienstreis of reis zijn.
BIJ7AGE Ja
Gemeenschappelijke lijst van derde landen waarvan de onderdanen of houders van door deze derde landen afgegeven reisdocumenten aan de transitvisumplicht voor luchthavens zijn onderworpen (1)
De Schengenstaten verbinden zich ertoe bijlage 5a, deel I, niet te wijzigen zonder voorafgaande instemming van de ove- rige partnerstaten.
Indien een partnerstaat deel II van deze bijlage wenst te wijzigen, verbindt hij zich ertoe de partners op de hoogte te brengen en rekening te houden met hun belangen.
Dit document komt overeen met bijlage 3 van de Gemeenschappelijke Visuminstructies.
Deel I
Gemeeπschappelrjke lrjst vaπ derde laπdeπ waarvaπ de oπderdaπeπ of hoчders vaπ door deze derde laπdeπ afgegeveπ rersdocчmeπteπ door alle Scheπgeπstateπ aaπ de traπsrtvrsчmplrcht voor lчchthaveπs (TV7) zrjπ oπderworpeπ (2) (3)
AFGHANISTAN BANGLADESH
CONGO (Democratische Republiek) ERITREA (4)
ETHIOPIË XXXXX XXXX XXXX (0) XXXXXXX XXXXXXXX XXXXXXX
XXX XXXXX.
Deze personen zijn niet aan de visumplicht onderworpen, indien zij in het bezit zijn van één van de in deel III van deze bijlage opgesomde verblijfstitels van een EER-staat (deel A), of van een bepaalde, navolgend genoemde verblijfstitel van Andorra, Canada, Japan, Monaco, San Xxxxxx, de Verenigde Staten of \witserland, waardoor een onvoorwaardelijk recht op terugkeer wordt gegarandeerd (deel B).
Deze verblijfstitels worden in het kader van de dienst „Visa” in onderlinge overeenstemming aangevuld en periodiek getoetst. Bij eventuele problemen kunnen de Schengenstaten deze maatregelen opschorten totdat deze in onderlinge overeenstemming zijn verduidelijkt. De Schengenstaten kunnen bepaalde verblijfstitels van vrijstelling uitsluiten, indien zulks in deel III is vermeld.
Met betrekking tot de houders van diplomatieke, dienst- of andere officiële paspoorten beslist elk der Schengenstaten over de uitzonderingen op de transitvisumplicht voor luchthavens.
(1) Voor de afgifte van een transitvisum voor luchthavens (TVL) behoeven de centrale autoriteiten niet te worden geraadpleegd.
(2) Voor alle Schengenstaten Van een TVL zijn vrijgesteld:
— vliegtuigbemanningsleden die onderdaan zijn van een staat die partij is bij het Verdrag van Chicago.
(3) Voor de Benelux-landen, Frankrijk en Spanje Van een TVL zijn vrijgesteld:
— houders van diplomatieke en dienstpaspoorten.
(4) Voor Duitsland
Alleen indien de onderdanen niet beschikken over een geldig visum of een geldige verblijfstitel voor een van de EU-lidstaten of voor een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte van 2 mei 1992, dan wel voor Canada,
\witserland of de Verenigde Staten.
(5) Voor Duitsland
Van een TVL zijn vrijgesteld:
— houders van diplomatieke en dienstpaspoorten.
Deel II
Gemeeπschappelrjke lrjst vaπ derde laπdeπ waarvaπ de oπderdaπeπ of hoчders vaπ door deze derde laπdeπ afgegeveπ rersdocчmeπteπ door sommrge Scheπgeπstateπ aaπ de traπsrtvrsчmplrcht voor lчchthaveπs zrjπ oπderworpeπ
BNL (1) | DK | D | GR | E (2) | F (3) | I (4) | A (5) | P | FIN | S | ISL | N | |
Albanië | X | ||||||||||||
Angola | X | X | X | X | X | ||||||||
Cuba | X | ||||||||||||
Egypte | X (6) | ||||||||||||
Gambia | X | ||||||||||||
Guinee | X | X | |||||||||||
Guinee-Bissau | X | ||||||||||||
Haïti | X | ||||||||||||
India | X (7) | X (8) | X | X | |||||||||
Indonesië | X | ||||||||||||
Ivoorkust | X | ||||||||||||
Jordanië | X | ||||||||||||
Libanon | X | X (6) | |||||||||||
Liberia | X | X | X | X | |||||||||
Libië | X | ||||||||||||
Mali | X | ||||||||||||
Senegal | X | X | |||||||||||
Sierra Leone | X | X | |||||||||||
Soedan | X | X | X | X | |||||||||
Syrië | X | X | X | X (9) | |||||||||
Togo | X | ||||||||||||
Turkije | X (8) | X |
(1) Alleen indien de onderdanen niet over een geldige verblijfstitel voor één van de EER-Staten, Canada of de Verenigde Staten beschikken. Houders van een diplomatiek, dienst- of bijzonder paspoort zijn eveneens hiervan vrijgesteld.
(2) Een TVL wordt niet verlangd van houders van diplomatieke, officiële of dienstpaspoorten. Een dergelijk visum wordt evenmin verlangd van houders van een gewoon paspoort die ingezetene zijn van dan wel houder zijn van een geldig inreisvisum voor een Staat die partij is bij de Overeenkomst inzake de EER, de Verenigde Staten of Canada.
(3) Van een TVL zijn vrijgesteld:
— houders van diplomatieke en dienstpaspoorten;
— houders van één der in deel III genoemde verblijfstitels;
— vliegtuigbemanningsleden die onderdaan zijn van een staat die partij is bij het Verdrag van Chicago.
(4) Alleen indien de onderdanen niet over een geldige verblijfstitel voor de EER-staten, Canada en de Verenigde Staten beschikken.
(5) Aan de transitvisumplicht onderworpen vreemdelingen hoeven niet in het bezit te zijn van een transitvisum voor luchthavens (TVL) voor doorreis via een Oostenrijkse luchthaven, voor zover zij voor de duur van het transitverblijf in het bezit zijn van:
— een verblijfstitel voor Andorra, Japan, Canada, Monaco, San Xxxxxx, \witserland, Vaticaanstad of de VS, welke een absoluut terugkeerrecht verleent;
— een visum of verblijfstitel van een Schengenstaat waar de Toetredingsovereenkomst in werking is getreden;
— een verblijfstitel van een EER-lidstaat.
(6) Alleen voor houders van het reisdocument voor Palestijnse vluchtelingen.
(7) Van onderdanen van India wordt geen TVL verlangd indien zij houder zijn van een diplomatiek of dienstpaspoort.
Van onderdanen van India wordt evenmin een TVL verlangd indien zij beschikken over een geldig visum of een geldige verblijfstitel voor een lidstaat van de EU of de EER, Canada, \witserland of de Verenigde Staten. Van onderdanen van India wordt evenmin een TVL verlangd indien zij over een geldige verblijfstitel beschikken voor Andorra, Japan, Monaco of San Xxxxxx en indien zij in het bezit zijn van een terugkeervergunning voor het land van hun woonplaats die tot drie maanden na hun doorreis via de luchthaven geldig is.
De uitzondering voor onderdanen van India die in het bezit zijn van een geldige verblijfstitel voor Andorra, Japan, Monaco of San Xxxxxx wordt van kracht op het moment dat Denemarken toetreedt tot de Schengensamenwerking, nl. op 25 maart 2001.
(8) Alleen indien de onderdanen niet beschikken over een geldig visum of een geldige verblijfstitel voor een van de EU-lidstaten of voor een staat die partij is bij de Over- eenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte van 2 mei 1992, dan wel voor Canada, \witserland of de Verenigde Staten.
(9) Ook voor houders van het reisdocument voor Palestijnse vluchtelingen.
Deel III
A. Lijst van verblijfstitels van EER-staten waarvan de houders van de transitvisumplicht voor luchthavens zijn vrij- gesteld: (1)
IERLAND
— Residence permit in combinatie met re-entry visa (verblijfsvergunning slechts in combinatie met een visum voor hernieuwde inreis)
LIECHTENSTEIN
— 7ivret pour étranger B (verblijfsvergunning, toereikend zolang de geldigheidsduur van één jaar niet is verstre- ken) (2)
— 7ivret pour étranger C (vestigingsvergunning, toereikend zolang de geldigheidsduur van vijf of tien jaar niet is verstreken)
VERENIGD KONINKRIJK
— 7eave to remain in the United Kingdom for an indefinite period (vergunning om voor onbepaalde tijd in het Ver- enigd Koninkrijk te verblijven; dit document is slechts toereikend, indien het verblijf buiten het Verenigd Koninkrijk niet langer dan twee jaar heeft bedragen)
— Certificate of entitlement to the right of abode (bewijs van vestigingsrecht).
B. Lijst van verblijfstitels met een onvoorwaardelijk recht op terugkeer waarvan de houders van de transitvisumplicht voor luchthavens zijn vrijgesteld:
ANDORRA
— Tarjeta provisional de estancia y de trabajo (voorlopige verblijfs- en arbeidskaart) (wit); wordt voor seizoensarbeid afgegeven; de geldigheidsduur hangt van de lengte van de arbeidsovereenkomst af, maar is in beginsel korter dan zes maanden; niet verlengbaar (2)
— Tarjeta de estancia y de trabajo (verblijfs- en arbeidskaart) (wit); wordt voor zes maanden afgegeven en kan met één jaar worden verlengd (2)
— Tarjeta de estancia (verblijfskaart) (wit); wordt voor zes maanden afgegeven en kan met één jaar worden ver- lengd (2)
— Tarjeta temporal de residencia (tijdelijke verblijfskaart) (roze); wordt voor één jaar afgegeven en kan tweemaal voor eenzelfde duur worden verlengd (2)
— Tarjeta ordinaria de residencia (gewone verblijfskaart) (geel); wordt voor drie jaren afgegeven en kan met drie jaren worden verlengd (2)
— Tarjeta privilegiada de residencia (bevoorrechte verblijfskaart) (groen); wordt voor vijf jaren afgegeven en kan tel- kens voor eenzelfde duur worden verlengd
— Autorización de residencia (verblijfsautorisatie) (groen); wordt voor één jaar afgegeven en kan telkens met drie jaren worden verlengd (2)
— Autorización temporal de residencia y de trabajo (tijdelijke verblijfs- en arbeidsautorisatie) (roze); wordt voor twee jaren afgegeven en kan met twee jaren worden verlengd (2)
— Autorización ordinaria de residencia y de trabajo (gewone verblijfs- en arbeidsautorisatie) (geel); wordt voor vijf jaren afgegeven
— Autorización privilegiada de residencia y de trabajo (bevoorrechte verblijfs- en arbeidsautorisatie) (groen); wordt voor tien jaren afgegeven en kan telkens voor eenzelfde duur worden verlengd
CANADA:
— Returning Resident Permit (terugkeervergunning voor ingezetenen, inlegvel in het paspoort) VERENIGDE STATEN VAN AMERIKA
— Form I-JJl Permanent resident card (twee (2) of tien jaren geldig)
— Form I-JJl Alien registration receipt card (twee (2) of tien jaren geldig)
(1) De teksten betreffende Denemarken, Finland, \weden, IJsland en Noorwegen werden geschrapt bij Beschikking 2001/329/EG van de Raad (PB L 116 van 26.4.2001, blz. 32). Van toepassing sinds 27 april 2001.
(2) Deze titel geeft in Duitsland geen recht op vrijstelling van de transitvisumplicht voor luchtvaartpassagiers.
— Form I-JJl Alien registration receipt card (onbeperkte geldigheid)
— Form I-327 Reentry document (twee jaren geldig — afgegeven aan houders van een I-551) (1)
— Resident alien card (aan vreemdelingen afgegeven kaart voor onderdanen met een geldigheidsduur van twee jaren of tien jaren (1), dan wel onbeperkt; dit document is slechts toereikend wanneer het verblijf buiten de Verenigde Staten niet langer dan één jaar heeft bedragen)
— Permit to reenter (vergunning tot hernieuwde inreis met een geldigheidsduur van twee jaren, dit document is slechts toereikend wanneer het verblijf buiten de Verenigde Staten niet langer dan twee jaren heeft bedra- gen) (1)
— Valid temporary residence stamp in een geldig paspoort (één jaar geldigheid te rekenen vanaf de afgiftedatum (1) JAPAN
— Re-entry permit to Japan (vergunning tot hernieuwde inreis in Japan) (1)
MONACO
— Carte de séjour de résident temporaire de Monaco (tijdelijke verblijfskaart) (1)
— Carte de séjour de résident ordinaire de Monaco (gewone verblijfskaart)
— Carte de séjour de résident privilégié de Monaco (verblijfskaart voor bevoorrechte personen)
— Carte de séjour de conjoint de ressortissant monégasque (verblijfskaart voor echtgeno(o)t(e) van Monegaskische onderdaan)
SAN XXXXXX
— Permesso di soggiorno ordinario (validità illimitata) (gewone verblijfsvergunning (onbeperkte geldigheid))
— Permesso di soggiorno continuativo speciale (validità illimitata) (permanente bijzondere verblijfsvergunning (onbe- perkte geldigheid))
— Carta d‘identità di xxx Xxxxxx (validità illimitata) (identiteitskaart van San Xxxxxx (onbeperkte geldigheid))
\wITSERLAND
— 7ivret pour étranger B (verblijfsvergunning met geldigheidsduur van één jaar) (1)
— 7ivret pour étranger C (vestigingsvergunning met geldigheidsduur van vijf of tien jaren).
(1) Deze titel geeft in Duitsland geen recht op vrijstelling van de transitvisumpflicht voor luchtvaartpassagiers.
VERORDENING (EG) Nr. 1683/97 VAN DE RAAD
van 29 mei 1997
betreffende de invoering van een uniform visummodel
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeen- schap, inzonderheid op artikel 100 C, lid 3,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van het Europees Parlement,
Overwegende dat de Raad overeenkomstig artikel 100 C, lid 3, van het EG-Verdrag vóór 1 januari 1996 maatregelen dient te nemen betreffende de invoering van een uniform visummodel;
Overwegende dat de invoering van een uniform visummodel een belangrijke stap is op de weg naar de harmonisatie van het visumbeleid; dat in artikel 7 A van het Verdrag is bepaald dat het gemeenschappelijk doel een ruimte zonder binnengrenzen is waarin het vrije verkeer van personen overeenkomstig de bepalingen van het Verdrag gewaarborgd is; dat die invoering samen met de maatregelen welke krachtens titel VI van het Verdrag betreffende de Europese Unie worden genomen, een samenhangend geheel vormt;
Overwegende dat het van wezenlijk belang is dat het uniforme visummodel alle noodzakelijke gegevens bevat en aan zeer hoge technische normen, meer bepaald met betrekking tot de garanties tegen namaak en vervalsing, voldoet en voor alle lid- staten goed bruikbaar is; dat het model tevens met het blote oog duidelijk waarneembare algemeen herkenbare veiligheids- kenmerken moet hebben;
Overwegende dat deze verordening slechts de niet-geheime specificaties van het model behelst; dat deze specificaties die- nen te worden aangevuld met bijkomende specificaties, uit- gezonderd persoonsgegevens of verwijzingen naar dergelijke gegevens, die geheim moeten blijven teneinde namaak en ver- valsing te verhinderen; dat de Commissie de bevoegdheid tot vaststelling van bijkomende specificaties dient te worden ver- leend;
Overwegende dat het eveneens van wezenlijk belang is dat elke lidstaat niet meer dan één organisatie aanwijst die verantwoor- delijk is voor het drukken van het uniforme visummodel ten- einde te waarborgen dat de bedoelde informatie niet voor meer personen dan noodzakelijk, toegankelijk wordt, waarbij het de lidstaten vrij moet staan zo nodig van organisatie te verande- ren; dat elke lidstaat om veiligheidsredenen de naam van de gekozen organisatie aan de Commissie en aan de andere lidsta- ten dient mede te delen;
Overwegende dat deze verordening, om doelmatig te zijn, voor alle in artikel 5 van deze verordening bedoelde visa dient te gelden; dat het de lidstaten daarnaast vrij moet staan het con- cept van het uniforme visummodel ook voor visa te gebruiken die voor andere dan de onder artikel 5 vallende doeleinden kunnen worden gebruikt, voorzover door middel van met het blote oog waarneembare verschillen verwarring met het uni- forme visum uitgesloten wordt;
Overwegende dat, met het oog op de persoonsgegevens die overeenkomstig de bijlage bij deze verordening op het uni- forme visummodel moeten worden vermeld, gewaarborgd dient te worden dat de bepalingen van de lidstaten inzake de bescherming van gegevens alsmede het Gemeenschapsrecht in dezen worden nageleefd,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel l
De door de lidstaten afgegeven visa in de zin van artikel 5 worden vervaardigd in de vorm van een uniform visummodel (zelfklever). \ij moeten beantwoorden aan de in de bijlage ver- vatte specificaties.
Artikel 2
Bijkomende technische specificaties die het namaken en het vervalsen van het visum bemoeilijken, worden vastgesteld over- eenkomstig de procedure van artikel 6.
Artikel 3
1. De in artikel 2 bedoelde specificaties worden niet bekend- gemaakt en zijn geheim. \ij worden uitsluitend aan de door de lidstaten aangewezen organisaties die verantwoordelijk zijn voor het drukken, en aan door een lidstaat of de Commissie naar behoren gemachtigde personen verstrekt.
2. Elke lidstaat wijst één organisatie aan die voor het druk- ken van de visa van die lidstaat de verantwoordelijkheid draagt. De lidstaat deelt de naam van die organisatie mee aan de Com- missie en aan de andere lidstaten. Twee of meer lidstaten kun- nen daartoe één zelfde organisatie aanwijzen. Elke lidstaat heeft het recht om van organisatie te veranderen. Hij deelt dit aan de Commissie en aan de andere lidstaten mee.
Artikel 4
1. Onverminderd de relevante verdergaande bepalingen inzake gegevensbescherming hebben de personen aan wie een visum is afgegeven het recht de op het visum vermelde per- soonsgegevens te verifiëren en zo nodig te verzoeken dat deze worden gecorrigeerd dan wel geschrapt.
2. Het uniforme visummodel bevat geen machineleesbare informatie die niet eveneens voorkomt in de rubrieken welke in de punten 6 tot en met 12 van de bijlage bij deze verorde- ning zijn beschreven, of in het desbetreffende reisdocument.
Artikel J
Voor de doeleinden van deze verordening wordt onder „visum” verstaan een door een lidstaat verleende machtiging of geno- men besluit, vereist voor binnenkomst op zijn grondgebied met het oog op:
— een voorgenomen verblijf in de lidstaat of in verscheidene lidstaten van in totaal maximaal drie maanden;
— een doorreis over het grondgebied of via de transitzone van een luchthaven van die lidstaat of van verscheidene lid- staten.
Artikel 6
1. Indien naar de in dit artikel omschreven procedure wordt verwezen, gelden de hiernavolgende bepalingen.
2. De Commissie wordt bijgestaan door een comité bestaande uit vertegenwoordigers van de lidstaten en voorgeze- ten door de vertegenwoordiger van de Commissie.
De vertegenwoordiger van de Commissie legt het comité een ontwerp voor van de te nemen maatregelen. Het comité brengt advies uit over dit ontwerp binnen een termijn die de voorzit- ter kan vaststellen naar gelang van de urgentie van de materie. Het comité spreekt zich uit met de meerderheid van stemmen die in artikel 148, lid 2, van het Verdrag is voorgeschreven voor de aanneming van de besluiten die de Raad op voorstel van de Commissie dient te nemen. Bij stemming in het comité worden de stemmen van de vertegenwoordigers van de lidsta- ten gewogen overeenkomstig genoemd artikel. De voorzitter neemt niet aan de stemming deel.
3. a) De Commissie stelt de beoogde maatregelen vast wanneer zij in overeenstemming zijn met het advies van het comité.
b) Wanneer de beoogde maatregelen niet in overeen- stemming zijn met het advies van het comité of indien geen advies is uitgebracht, dient de Commis- sie onverwijld bij de Raad een voorstel in betref- fende de te nemen maatregelen. De Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid van stemmen.
Indien de Raad na verloop van twee maanden geen besluit heeft genomen, worden de voorgestelde maatregelen door de Commissie vastgesteld, behalve wanneer de Raad zich met gewone meerderheid van stemmen tegen genoemde maatregelen heeft uit- gesproken.
Artikel 7
Indien de lidstaten het uniforme visummodel ook voor andere dan de onder artikel 5 vallende doeleinden gebruiken, moeten zij er door middel van passende maatregelen voor zorgen dat verwarring met het in artikel 5 bedoelde visum uitgesloten is.
Artikel 8
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag vol- gende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Artikel 1 is van toepassing zes maanden na de aanneming van de in artikel 2 bedoelde maatregelen.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselyk in elke lidstaat. Gedaan te Xxxxxxx, 00 mei 1995.
Voor de Raad De voorzitter
X. XX XXXXXXXX
BIJ7AGE
Veiligheidskenmerken
1. In deze zone komt een waaiervormig teken dat bestaat uit negen ellipsen.
2. In deze zone komt een optisch variabel beeldmerk („kinegram” of soortgelijk beeldmerk). Afhankelijk van de gezichtshoek worden twaalf sterren, het „E”-teken en een aardbol zichtbaar in verschillende grootten en kleuren.
3. In deze zone komt het logo dat bestaat uit een letter of letters die de afgevende lidstaat (of „BNL” in het geval van de Benelux-staten, namelijk België, Luxemburg en Nederland) aanduiden met een latent beeldeffect. Dit logo is licht wanneer het horizontaal wordt gehouden en donker wanneer het 90o is gedraaid. De volgende logoIs worden gebruikt: A voor Oostenrijk, BNL voor de Benelux, D voor Duitsland, DK voor Denemarken, E voor Spanje, F voor Frankrijk, FIN voor Finland, GR voor Griekenland, I voor Italië, IRL voor Ierland, P voor Portugal, S voor \weden, UK voor het Verenigd Koninkrijk.
4. In het midden van deze zone komt het woord „visum” in hoofdletters in optisch variabele inkt. Afhankelijk van de gezichtshoek is de kleur groen of rood.
5. Deze rubriek bevat het visumnummer dat voorgedrukt is en begint met de letter of letters waarmee het afgevende land is aangeduid zoals is beschreven in punt 3. Er wordt een bijzonder karakter gebruikt.
In te vullen rubrieken
6. Deze rubriek begint met de woorden: „geldig voor”. De afgevende overheid geeft het grondgebied of de grondgebie- den aan waarvoor het visum geldig is.
7. Deze rubriek begint met het woord „van” en verder op de lijn komt het woord „tot”. De afgevende overheid dient hier de geldigheidsduur van het visum aan te geven.
8. Deze rubriek begint met de woorden „Aantal binnenkomsten” en verder op de lijn komt het woord „verblijfsduur” (d.w.z. door de aanvragers beoogde verblijfsduur) en nog verder op de lijn het woord „dagen”.
9. Deze rubriek begint met de woorden „Afgegeven te” en dient om de plaats van afgifte te vermelden.
10. Deze rubriek begint met het woord „op” (gevolgd door de datum van afgifte die door de afgevende overheid dient te worden ingevuld) en verder op de lijn komt het woord „Paspoortnummer” (gevolgd door het paspoortnummer van de houder).
11. Deze rubriek begint met de woorden „Type visum”. De afgevende overheid vermeldt de visumcategorie overeen- komstig het bepaalde in de artikelen 5 en 7.
12. Deze rubriek begint met de woorden „Opmerkingen”. \ij wordt door de afgevende overheid gebruikt voor bij- komende gegevens die zij noodzakelijk acht, mits beantwoordend aan het bepaalde in artikel 4 van deze verorde- ning. De volgende twee en een halve lijn worden voor dergelijke opmerkingen opengelaten.
13. Deze rubriek bevat relevante rnachineleesbare informatie om controles aan de buitengrenzen te vergemakkelijken.
Het papier is pastelgroen van kleur met rode en blauwe tekens.
De bewoordingen die de rubrieken aanduiden zijn in het Engels en in het Frans gesteld. De afgevende staat kan een derde officiële taal van de Gemeenschap daaraan toevoegen. Het woord „visum” op de bovenste lijn mag evenwel in eender welke officiële taal van de Gemeenschap voorkomen.
VERORDENING (EG) Nr. 334/2002 VAN DE RAAD
van 18 februari 2002
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1683/97 betreffende de invoering van een uniform visummodel
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeen- schap, en met name op artikel 62, lid 2, onder b), punt iii),
Gezien het voorstel van de Commissie (1),
Gezien het advies van het Europees Parlement (2), Overwegende hetgeen volgt:
(1) Bij Verordening (EG) nr. 1683/95 van de Raad (3) werd
een uniform visummodel vastgesteld.
(2) Maatregel 38 van het Actieplan van Wenen, aange- nomen door de Raad van ministers van Justitie en Bin- nenlandse \aken op 3 december 1998, bepaalt dat aan- dacht moet worden besteed aan nieuwe technische ont- wikkelingen om — in voorkomend geval — te zorgen voor een nog betere beveiliging van het uniforme visummodel.
(3) Conclusie 22 van de Europese Raad van Tampere van
15 en 16 oktober 1999 luidt dat een actief gemeen- schappelijk beleid inzake visa en valse documenten ver- der moet worden ontwikkeld.
(4) De vaststelling van een uniform visummodel is van essentieel belang voor de harmonisatie van het beleid inzake visa.
(5) Er moet worden voorzien in gemeenschappelijke nor- men inzake het gebruik van het visummodel, en met name moeten er gemeenschappelijke bepalingen worden vastgesteld ten aanzien van de technische methoden en normen voor de invulling van het formulier.
(6) Door de integratie van een volgens hoge veiligheidsnor- men vervaardigde foto wordt een begin gemaakt met het gebruik van elementen waarmee een duidelijker ver- band wordt gelegd tussen de houder en het visum en wordt er aanzienlijk toe bijgedragen dat het uniforme visummodel ook tegen frauduleus gebruik wordt bevei- ligd. Er zal rekening worden gehouden met de specifica- ties vervat in document nr. 9303 van de ICAO (Inter- nationale Burgerluchtvaartorganisatie) betreffende machineleesbare visa.
(1) PB C 180 E van 26.6.2001, blz. 310.
(2) Advies uitgebracht op 12 december 2001 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
(3) PB L 164 van 14.7.1995, blz. 1.
(7) Gemeenschappelijke normen betreffende de toepassing van het uniforme visummodel zijn onontbeerlijk voor het verwezenlijken van hoge technische normen en om de ontdekking van vervalste visumzelfklevers te ver- gemakkelijken.
(8) De bevoegdheid om deze gemeenschappelijke normen vast te stellen dient te worden verleend aan het bij arti- kel 6 van Verordening (EG) nr. 1683/95 ingestelde comité dat dient te worden aangepast met het oog op het bepaalde in Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uit- voeringsbevoegdheden (4).
(9) Derhalve dient Verordening (EG) nr. 1683/95 te worden gewijzigd.
(10) De maatregelen waarin deze verordening voorziet om het uniforme visummodel beter te beveiligen, laten de vigerende bepalingen inzake de erkenning van de geldig- heid van reisdocumenten onverlet.
(11) De voorwaarden van binnenkomst op het grondgebied van de lidstaten of van visumafgifte doen geen afbreuk aan de huidige regels inzake de erkenning van de geldig- heid van reisdocumenten.
(12) Wat de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen betreft, houdt deze verordening een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis. Die ontwikkeling valt onder het gebied als bedoeld in artikel 1, punt B, van Besluit 1999/437/EG van de Raad van 17 mei 1999 inzake bepaalde toepassingsbepalingen van de door de Raad van de Europese Unie, de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen gesloten overeenkomst inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis (5).
(13) Overeenkomstig artikel 3 van het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeen- schap is gehecht, heeft het Verenigd Koninkrijk met een schrijven van 4 december 2001 kennis gegeven van zijn wens deel te nemen aan de aanneming en toepassing van deze verordening.
(4) PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.
(5) PB L 176 van 10.7.1999, blz. 31.
(14) Overeenkomstig artikel 1 van het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie, neemt Ierland niet deel aan de aanneming van deze ver- ordening. Bijgevolg is deze verordening, onverminderd artikel 4 van dat protocol, niet van toepassing op Ier- land,
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel l
Verordening (EG) nr. 1683/95 wordt als volgt gewijzigd:
1. artikel 2 wordt vervangen door:
„Artikel 2
1. Overeenkomstig de in artikel 6, lid 2, bedoelde proce- dure worden aanvullende technische specificaties voor het uniforme visummodel vastgesteld voor:
a) aanvullende elementen en vereisten inzake beveiliging, met inbegrip van hogere normen ter bestrijding van vervalsing en namaak;
b) technische methoden en normen voor de invulling van het uniforme visum.
2. De kleuren van de visumzelfklever kunnen worden gewijzigd overeenkomstig de in artikel 6, lid 2, bedoelde procedure.”;
2. artikel 6 wordt vervangen door:
„Artikel 6
1. De Commissie wordt bijgestaan door een comité.
2. Wanneer naar dit lid wordt verwezen, zijn de artike- len 5 en 7 van Besluit 1999/468/EG van de Raad (*) van toepassing.
De in artikel 5, lid 6, van Besluit 0000/000/XX xxxxxxxx termijn wordt vastgesteld op twee maanden.
3. Het comité stelt zijn reglement van orde vast.
(*) PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.”;
3. aan artikel 8 wordt de volgende alinea toegevoegd:
„De integratie van de in punt 2, onder a), van de bijlage bedoelde foto vindt plaats ten laatste vijf jaar na de vaststel- ling van de in artikel 2 bedoelde technische maatregelen”;
4. in de bijlage wordt het volgende punt ingevoegd:
„2a. Er wordt een volgens hoge veiligheidsnormen ver- vaardigde foto geïntegreerd.”.
Artikel 2
De eerste zin van bijlage 8 van de definitieve versie van de Gemeenschappelijke Instructies en bijlage 6 van de definitieve versie van het Gemeenschappelijk Handboek zoals deze eruit zien ingevolge het besluit van het Uitvoerend Comité Schengen van 28 april 1999 (1), worden vervangen door:
„De technische en veiligheidskenmerken voor het visum- en visumzelfklevermodel zijn vervat in of worden vast- gesteld op basis van Verordening (EG) nr. 1683/95 van de Raad van 29 mei 1995 betreffende de invoering van een uniform visummodel (*), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 334/2002 (**).
(*) PB L 164 van 14.7.1995, blz. 1.
(**) PB L 53 van 23.2.2002, blz. 7.”.
Artikel 3
Deze verordening doet niets af aan de bevoegdheid van de lid- staten ten aanzien van de erkenning van staten en gebieds- delen, alsmede van de paspoorten, identiteitsbewijzen en reis- documenten die door de autoriteiten daarvan worden afgege- ven.
Artikel 4
Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag vol- gende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in de lidstaten over- eenkomstig het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap.
Gedaan te Brussel, 18 februari 2002.
Voor de Raad De voorzitter
J. PIQUÉ I CAMPS
(1) PB L 239 van 22.9.2000, blz. 317.
XXX0XXX 0x
Xxxxxxxxxxxx voor invulling van de visumsticker
(Paragraaf 3.1.2)
Deze bijlage komt voor wat betreft deel I overeen met deel VI, paragrafen l.l tot en met l.8, van de Gemeenschappelijke Visum- instructies en voor wat betreft deel II met bijlage l3 van de Gemeenschappelijke Visuminstructies
I. Invulling van de visumsticker
1. 2one 8: Gemeenschappelijke gegevens
1.1. Rubriek „geldig voor”
Met de rubriek „geldig voor” wordt het grondgebied aangeduid waarop de houder van het visum zich mag ophouden.
Slechts vier vermeldingen kunnen in de rubriek worden aangebracht:
a) „Schengenstaten”;
b) Schengenstaat(staten) tot welker grondgebied de geldigheid is beperkt (in dit geval worden de volgende lan- dencodes gebruikt: A voor Oostenrijk, F voor Frankrijk, D voor Duitsland, E voor Spanje, GR voor Grieken- land, P voor Portugal, I voor Italië, L voor Luxemburg, NL voor Nederland en B voor België);
c) „Benelux”;
d) Schengenstaat (aangeduid met de onder b) vermelde codes) die het nationale visum voor verblijf van lan- gere duur heeft afgegeven + „Schengenstaten” (1).
— Indien de visumsticker wordt gebruikt voor afgifte van hetzij het eenvormige visum zoals bedoeld in de artikelen 10 en 11 van de Schengenuitvoeringsovereenkomst, hetzij een visum waarvan de geldigheid niet is beperkt tot het grondgebied van de visumafgevende overeenkomstsluitende partij, wordt in de rubriek
„geldig voor” in de taal van de overeenkomstsluitende partij van afgifte „Schengenstaten” ingevuld.
— Indien de visumsticker wordt gebruikt voor afgifte van een visum op grond waarvan verblijf, alsmede in- en uitreis tot een bepaald grondgebied is beperkt, wordt in bedoelde rubriek, in de officiële landstaal, de naam vermeld van de desbetreffende overeenkomstsluitende partij, tot het grondgebied waarvan het verblijf alsmede de in- en uitreis van de houder zich dienen te beperken.
— Indien de visumsticker wordt gebruikt voor de afgifte van een nationaal visum voor verblijf van langere duur dat gedurende ten hoogste drie maanden, te rekenen vanaf de aanvankelijke geldigheidsdatum, tevens geldig is als eenvormig visum voor kort verblijf, wordt in deze rubriek eerst de lidstaat vermeld die het nationale visum voor verblijf van langere duur heeft afgegeven, gevolgd door de vermelding „Schengensta- ten” (1).
— In de gevallen bedoeld in artikel 14 van de Uitvoeringsovereenkomst mag de territoriale geldigheid tot het grondgebied van één of meer lidstaten worden beperkt; in dat geval en naar gelang van de in de rubriek aan te brengen codes van de lidstaten staan de volgende mogelijkheden open:
a) in de rubriek worden de codes van de betrokken lidstaten aangebracht;
b) in de rubriek wordt de vermelding „Schengenstaten” aangebracht in de taal van de lidstaat van afgifte, gevolgd door een tussen haakjes geplaatst minteken en de codes van de lidstaten voor het grondgebied waarvan het visum niet geldt.
(1) Tekst ingevoegd bij Beschikking 2001/420/EG van de Raad (PB L 150 van 6.6.2001, blz. 47). Van toepassing sinds 15 juni 2001.
Bedoelde beperkte territoriale geldigheid kan evenmin gelden voor een gebied dat kleiner is dan het grondgebied van één der overeenkomstsluitende partijen.
1.2. Rubriek „van … tot …”
De rubriek „van … tot …” vermeldt de periode gedurende welke de houder van het visum tot verblijf gerech- tigd is.
Na „van” wordt de datum aangeduid van de eerste dag waarop de houder van het visum het grondgebied mag binnenkomen waarvoor het visum geldig is; de vermelding van deze datum bestaat uit:
— twee cijfers ter aanduiding van het nummer van de dag; indien het nummer van de dag uit één cijfer bestaat, is het eerste cijfer een nul;
— een horizontaal streepje;
— twee cijfers ter aanduiding van de maand; indien het nummer van de maand uit één cijfer bestaat, is het eerste cijfer een nul;
— een horizontaal streepje;
— twee cijfers ter aanduiding van het jaar, welke de laatste twee cijfers van het nummer van het jaar zijn.
— Voorbeeld: 15-04-94 = 15 april 1994.
Na „tot” wordt de datum van de laatste dag van het toegestane verblijf aangeduid; de visumhouder dient het grondgebied waarvoor het visum geldig is, bedoelde dag vóór middernacht te verlaten.
Deze datum wordt op dezelfde wijze vermeld als die waarmee de eerste dag van het verblijf wordt aangeduid.
1.3. Rubriek „Aantal binnenkomsten”
Deze rubriek vermeldt het aantal malen dat de houder van het visum het grondgebied waarvoor het geldig is, mag binnenkomen; hiermee wordt met andere woorden het aantal verblijfsperioden aangeduid waarover de houder van het visum het aantal onder rubriek 1.4 aangeduide dagen kan spreiden.
Het aantal binnenkomsten kan één, twee of meer (onbepaald) bedragen; dit wordt op de rechterzijde van de visumsticker aangeduid, en wel respectievelijk met „01”, „02” of, indien de visumhouder tot meer dan twee bin- nenkomsten gerechtigd is, met het woord „MULT”.
Bij een doorreisvisum kan slechts toestemming voor één of twee binnenkomsten worden verleend; dit wordt respectievelijk met „01” of „02” aangeduid. Alleen in uitzonderingsgevallen kan eenzelfde visum recht geven op meer dan twee doorreizen, hetgeen wordt aangeduid met de afkorting „MULT”.
Indien de houder evenveel uitreizen heeft gemaakt als het aantal binnenkomsten waarop het visum recht geeft, verliest het visum zijn geldigheid, ook indien de houder niet alle dagen heeft gebruikt waarop het visum recht geeft.
1.4. Rubriek „Duur van het verblijf: … dagen”
De rubriek „Duur van het verblijf … dagen” vermeldt het aantal dagen gedurende welke de visumhouder tot verblijf gerechtigd is op het grondgebied waarvoor het visum geldig is, hetzij gedurende een ononderbroken periode, hetzij gedurende verscheidene verblijfsperioden, voorzover deze binnen de in rubriek 1.2 aangeduide data zijn gelegen en het aantal in rubriek 1.3 vermelde binnenkomsten niet wordt overschreden (1).
(1) In geval van een doorreisvisum mag het aantal in deze rubriek vermelde dagen ten hoogste vijf bedragen.
In de vrije ruimte tussen de woorden „Duur van het verblijf” en het woord „dagen” wordt met twee cijfers, waarvan het eerste een nul is indien het aantal dagen uit één cijfer bestaat, het aantal verblijfsdagen aangeduid waarop het visum recht geeft.
In deze rubriek mogen maximaal 90 dagen per zes maanden worden vermeld.
1.5. Rubriek „Afgegeven te … op …”
De rubriek „Afgegeven te … op …” vermeldt, in de taal van de overeenkomstsluitende partij van afgifte, de naam van de stad waar de diplomatieke of consulaire post van afgifte is gevestigd (de naam wordt tussen „te” en „op” geplaatst), alsmede, na „op”, de datum van afgifte.
De datum van afgifte wordt op dezelfde wijze vermeld als de in rubriek 1.2 bedoelde data.
De visumafgevende autoriteit kan worden afgeleid uit het in zone 4 aangebrachte stempel.
1.6. Rubriek „Paspoortnummer”
De rubriek „Paspoortnummer” vermeldt het nummer van het paspoort waarin de visumsticker wordt aange- bracht. Na het laatste cijfer van het paspoort wordt het aantal meereizende minderjarigen en, in voorkomend geval, de meereizende echtgenoot die in het paspoort van de houder zijn vermeld, als volgt aangebracht: een cijfer voor het aantal minderjarigen, gevolgd door een „X” (bij voorbeeld „1X” = één minderjarige, „3X” = drie minderjarigen) en een „Y” voor de echtgenoot.
Wanneer, wegens het niet erkennen van het reisdocument van de houder, het uniforme model voor een blad wordt gebruikt als visumdrager, kan de consulaire post van afgifte ervoor kiezen hetzelfde formulier te gebrui- ken om de geldigheid van het visum uit te breiden tot de echtgenoot en minderjarigen die ten laste komen van de houder van het blad en die hem vergezellen, dan wel afzonderlijke bladen verstrekken voor de houder, zijn echtgenoot en elk van de hem ten laste komende personen en het visum op ieder blad afzonderlijk aanbrengen.
Het paspoortnummer is het serienummer dat op alle of op de meeste bladzijden van het paspoort is gedrukt of door middel van een perforeerstempel is aangebracht.
Het nummer in deze rubriek, wanneer een visum moet worden aangebracht op het uniforme model voor een blad is, in plaats van het paspoortnummer, hetzelfde typografische nummer dat op het blad staat, samengesteld uit zes cijfers, eventueel aangevuld met de letter of letters toegekend aan de lidstaat of groep van lidstaten die het visum afgeeft (1).
1.7. Rubriek „Type visum”
Teneinde identificatie door de controleambtenaren te vergemakkelijken, wordt in de rubriek „Type visum” door middel van de letters A, B, C en D het type visum vermeld waarop de visumsticker betrekking heeft:
A: transitvisum voor luchthavens, B: doorreisvisum,
C: visum voor kort verblijf,
D: nationaal visum voor verblijf van langere duur,
D+C: nationaal visum voor verblijf van langere duur dat tevens als visum voor kort verblijf geldt (2).
(1) Tekst ingevoegd bij Beschikking 2002/586/EG van de Raad (PB L 187 van 16.7.2002, blz. 48). Van toepassing sinds 16 juli 2002.
(2) Tekst ingevoegd bij Beschikking 2001/420/EG van de Raad (PB L 150 van 6.6.2001, blz. 47). Van toepassing sinds 15 juni 2001.
Voor visa met territoriaal beperkte geldigheid en collectieve visa worden, afhankelijk van het van toepassing zijnde geval, de letters A, B of C gebruikt.
Aantekening: In beginsel mogen visa ten hoogste drie maanden vóór de datum van eerste gebruik worden afge- geven.
1.8. Rubriek „Naam en voornaam”
Het eerste woord van de rubriek „Naam”, en vervolgens het eerste woord van de rubriek „Voornaam”, zoals in het paspoort of reisdocument van de visumhouder vermeld, worden hier genoteerd. De diplomatieke of con- sulaire post controleert of de naam en voornaam die in het paspoort of reisdocument staan en die in zowel deze rubriek als de automatisch leesbare zone moeten worden genoteerd, identiek zijn aan die in de visumaan- vraag (1).
(1) Tekst ingevoegd bij Beschikking 2002/586/EG van de Raad (PB L 187 van 16.7.2002, blz. 48). Van toepassing sinds 16 juli 2002.
II. Invulling van de visumsticker TRANSITVISUM VOOR LUCHTHAVENS (TVL)
Een TVL is alleen voor onderdanen van bepaalde gevoelige staten (cf. bijlage 3) verplicht. De houder van een TVL kan
zich niet ophouden buiten de internationale zone van de luchthaven via welke zijn doorreis leidt.
Voorbeeld 1
GEWOON TVL
— Type visum: het TVL wordt aangegeven met de code A.
— Het TVL verleent per definitie slechts toegang tot één staat (in dit voorbeeld België of Nederland).
— De geldigheidsduur wordt berekend vanaf de datum van vertrek (bv. 01.03.00); aan de einddatum wordt een „mar- ge” van zeven dagen toegevoegd, voor het geval dat de houder van het visum zijn vertrek zou uitstellen.
— Het TVL geeft geen recht op verblijf; dientengevolge dient de rubriek „Verblijfsduur” met XXX te worden ingevuld.
Voorbeeld 2a
DUBBEL TVL
(Geldigheid: één staat)
— Een dubbel TVL geeft recht op doorreis via eenzelfde luchthaven bij aankomst en vertrek.
— De geldigheidsduur wordt berekend volgens de formule „terugreisdatum + zeven dagen” (in dit voorbeeld: terugreis- datum 15.03.00).
— Indien de doorreis via slechts één luchthaven geschiedt, wordt in de rubriek „geldig voor” de naam van de des- betreffende staat ingevuld (zie voorbeeld 2a). Indien de doorreis bij binnenkomst en vertrek bij wijze van uitzon- dering via twee verschillende Schengenstaten dient te geschieden, wordt „Schengenstaten” vermeld (zie voorbeeld 2b).
Voorbeeld 2b
DUBBEL TLV
(Geldigheid: meerdere staten)
— In de rubriek „geldig voor” wordt „Schengenstaten” vermeld; doorreis via twee in verschillende staten gelegen lucht- havens is toegestaan.
Voorbeeld 2
MEERVOUDIG TVL
(slechts in uitzonderingsgevallen af te geven)
— In geval van een meervoudig TVL (meerdere doorreizen) wordt de geldigheidsduur berekend volgens de formule
„datum eerste vertrek + drie maanden”.
— Voor de invulling van de rubriek „geldig voor” is dezelfde regel van toepassing als voor het dubbele TVL.
DOORREISVISUM (DV)
Voorbeeld 4
GEWOON DOORREISVISUM
— Type visum: het doorreisvisum wordt aangegeven met de code B. Het verdient aanbeveling, voluit „TRANSIT” toe te voegen.
— De geldigheidsduur wordt berekend vanaf de datum van vertrek (bv. 01.03.00), volgens de formule „datum van vertrek + (ten hoogste vijf dagen) + zeven dagen („marge” voor het geval dat de houder van het visum zijn vertrek zou uitstellen)”.
— De verblijfsduur mag niet meer dan vijf dagen bedragen.
Voorbeeld 5
DUBBEL DOORREISVISUM
— Geldigheidsduur: indien de datum van de diverse doorreizen niet bekend is — hetgeen doorgaans het geval is — wordt de geldigheidsduur berekend volgens de formule „datum van vertrek + zes maanden”.
— De verblijfsduur mag niet meer dan vijf dagen per doorreis bedragen.
Voorbeeld 6
MEERVOUDIG DOORREISVISUM
— De geldigheidsduur wordt op eendere wijze berekend als voor een dubbel doorreisvisum (voorbeeld 5).
— De verblijfsduur per doorreis mag niet meer dan 5 dagen bedragen.
VISUM VOOR KORT VERBLIJF (VKV)
Voorbeeld 7
GEWOON VISUM VOOR KORT VERBLIJF
— Type visum: het visum voor kort verblijf wordt aangegeven met de code C.
— De geldigheidsduur wordt berekend vanaf de datum van vertrek (bv. 01.03.00), volgens de formule „datum van vertrek + verblijfsduur + „marge” van 15 dagen”.
— De verblijfsduur mag niet méér dan 90 dagen per halfjaar bedragen (in het voorbeeld: 30 dagen).
Voorbeeld 8
MEERVOUDIG VISUM VOOR KORT VERBLIJF
— De geldigheidsduur wordt berekend vanaf de datum van vertrek + ten hoogste zes maanden naar gelang van de overgelegde bewijsstukken.
— De verblijfsduur mag niet méér dan 90 dagen per halfjaar bedragen (zie voorbeeld; kan echter korter zijn). De ver- blijfsduur wordt bepaald door optelling van de duur van de opeenvolgende verblijven, alsmede op basis van de overgelegde bewijsstukken.
Voorbeeld 9
CIRCULATIEVISUM VOOR KORT VERBLIJF
— Het betreft een visum voor kort verblijf met meerdere binnenkomsten, waarvan de geldigheidsduur méér dan zes maanden bedraagt: één, twee of drie jaar, en in uitzonderingsgevallen vijf jaar (V.I.P.). In het voorbeeld bedraagt de geldigheidsduur drie jaar.
— Voor de verblijfsduur gelden dezelfde regels als voor het meervoudig visum voor kort verblijf (ten hoogste 90 dagen).
VISUM MET TERRITORIAAL BEPERKTE GELDIGHEID (TBV)
Het TBV kan hetzij een visum voor kort verblijf hetzij een doorreisvisum zijn. De beperkte geldigheid kan gelden voor een of meer staten.
Voorbeeld 10
TBV VOOR KORT VERBLIJF GELDIG VOOR EEN STAAT
— In het voorbeeld beperkt de territoriale geldigheid zich tot slechts één staat (België) (Nederland).
— Het kort verblijf wordt aangegeven met de code C (evenals in voorbeeld 7)
Voorbeeld 11 (1)
TBV VOOR KORT VERBLIJF GELDIG VOOR MEERDERE STATEN
In dit geval worden in de rubriek „geldig voor”
— hetzij de codes aangebracht van de staten waarvoor het visum geldig is (België: B, Denemarken: DK, Duitsland: D, Griekenland: GR, Spanje: E, Frankrijk: F, Italië: I, Luxemburg: L, Nederland: NL, Oostenrijk: A, Portugal: P, Finland: FIN, \weden: S, IJsland: IS, Noorwegen: N. Voor de Benelux: BNL). In het voorbeeld is de territoriale geldigheid beperkt tot Frankrijk en Spanje,
(1) Tekst ingevoegd bij Beschikking 2001/329/EG van de Raad (PB L 116 van 26.4.2001, blz. 32). Van toepassing sinds 27 april 2001.
— hetzij de vermelding „Schengenstaten” aangebracht, gevolgd door een tussen haakjes geplaatst minteken en de codes van de lidstaten waarvoor het visum niet geldig is. In het voorbeeld is de geldigheid beperkt tot het grondgebied van alle lidstaten die het Schengenacquis toepassen, met uitzondering van dat van Frankrijk en Spanje.
Voorbeeld 12
DOORREISVISUM MET BEPERKTE TERRITORIALE GELDIGHEID VOOR ÉÉN STAAT
— Het doorreisvisum wordt in de rubriek „Type visum” met de code B aangegeven.
— In het voorbeeld is de territoriale geldigheid tot België (Nederland) beperkt.
VERGE2ELDE PERSONEN
Voorbeeld 12
— Het betreft het geval dat in het paspoort een of meer kinderen, dan wel (in uitzonderingsgevallen) de echtgenoot zijn vermeld.
— Indien het visum geldt voor één of meerdere in het reisdocument vermelde kinderen, wordt in de rubriek „Pas- poortnummer” na het nummer nX (n = aantal kinderen) + Y (indien een echtgenoot in het paspoort staat vermeld) toegevoegd.
In het voorbeeld (gewoon kort verblijf, verblijfsduur 30 dagen) wordt het visum afgegeven voor de houder van het paspoort, drie kinderen en zijn echtgenote).
VERTEGENWOORDIGING BIJ VISUMAFGIFTE
Voorbeeld 14
Het betreft het geval waarin een visum door een consulaire post van een Schengenstaat in vertegenwoordiging van een andere Schengenstaat wordt afgegeven.
In dat geval dient de rubriek „Opmerkingen” te worden gecompleteerd met de vermelding R, gevolgd door de code van het land waarvoor het visum is afgegeven.
De te gebruiken codes zijn (1):
België: B
Denemarken: DK
Duitsland: D
Griekenland: GR
Spanje: E
Frankrijk: F
Italië: I
Luxemburg: L
Nederland: NL
Oostenrijk: A
Portugal: P
Finland: FIN
\weden: S
IJsland: IS
Noorwegen: N.
Bovenstaand voorbeeld betreft een geval waarin de ambassade van België te Brazzaville in vertegenwoordiging van Spanje een visum heeft afgegeven.
(1) Tekst betreffende Denemarken, Finland, \weden, IJsland en Noorwegen ingevoegd bij Beschikking 2001/329/EG van de Raad ((PB L 116 van 26.4.2001, blz. 32). Van toepassing sinds 27 april 2001.
NATIONAAL VISUM VOOR VERBLIJF VAN LANGERE DUUR DAT TEVENS GELDT ALS VISUM VOOR KORT VERBLIJF (VDC) (1)
Voorbeeld 15
— In dit geval wordt in de rubriek „geldig voor” de code ingevuld van het land dat het visum voor verblijf van langere duur heeft afgegeven, gevolgd door de vermelding „Schengenstaten”.
— Bij dit voorbeeld gaat het om een door Frankrijk afgegeven nationaal visum voor verblijf van langere duur dat tevens geldt als eenvormig visum voor kort verblijf.
— Het visum voor verblijf van langere duur dat tevens geldt als visum voor kort verblijf wordt aangegeven met de code D+C.
SCHEMATISCH OVER2ICHT
„Geldig voor” | „Type” | „Aantal binnen- komsten” | „van … tot” | „maximale duur van ieder verblijf” (in dagen) | ||
Transitvisum voor lucht- havens | Nederland of Schengenstaten (bijvoorbeeld) | A | 01 | Datum van vertrek | Datum van vertrek + zeven dagen | XXX |
02 | Datum van vertrek | terugreisdatum + zeven dagen | ||||
MULT (1) | Datum eerste vertrek | Datum eerste vertrek + aantal toegestane maanden (maxi- maal drie maanden) | ||||
Transitvisum | Schengenstaten of Nederland (bijvoorbeeld) | B | 01 | Datum van vertrek | Datum van vertrek + verblijfsduur + zeven dagen | XXX of 1 t/m 5 |
02 | Datum eerste vertrek | Datum eerste vertrek + aantal toegestane maanden (maxi- maal zes maanden) | ||||
MULT (1) | Datum eerste vertrek | |||||
Visum voor kort verblijf | Schengenstaten of Nederland (bijvoorbeeld) | C | 01 | Datum van vertrek | Datum van vertrek + verblijfsduur + 15 dagen | 1 t/m 90 |
MULT (2) | Datum eerste vertrek | Datum eerste vertrek + aantal toegestane maanden (maxi- maal vijf jaar) | ||||
Nationaal visum voor verblijf van langere duur dat tevens geldt als visum voor kort verblijf | Frankrijk (bijvoorbeeld) + Schengenstaten | D + C |
(1) MULT betekent meerdere reizen dus meer dan twee binnenkomsten.
(2) MULT betekent meerdere reizen dus meer dan één binnenkomst.
(1) Tekst ingevoegd bij Beschikking 2001/420/EG van de Raad (PB L 150 van 6.6.2001, blz. 47). Van toepassing sinds 15 juni 2001.
BIJ7AGE 6b
Informatie waarvan de overeenkomstsluitende partijen eventueel melding maken in de zone „opmerkingen”
VERTROUWELIJK
BIJ7AGE 6c
Aanwijzingen voor het invullen van de optisch leesbare zone
VERTROUWELIJK
BIJ7AGE 7
Modellen van de visumsticker
(Paragraaf 3.1.3)
BENELUX bladzijde 192
DENEMARKEN bladzijde 193
DUITSLAND bladzijde 193
GRIEKENLAND bladzijde 194
SPANJE bladzijde 194
FRANKRIJK bladzijde 195
ITALIË bladzijde 195
OOSTENRIJK bladzijde 196
PORTUGAL bladzijde 196
FINLAND bladzijde 197
\wEDEN bladzijde 197
IJSLAND bladzijde 198
NOORwEGEN bladzijde 198
BENELUX
Joh. Enschedé
SECURITY CARDS AND DOCUMENTS
Schengen Visumsticker Benelux-landen
DENEMARKEN
BONDSREPUBLIEK DUITSLAND
GRIEKENLAND
SPANJE
FABRICA NACIONAL DE MONEDA Y TIMBRE
ETIQUETA ESPANOLA DEL VISADO SCHENGEN
MODELO ELABORADO EN PROCESO DE PRODUCCION INDUSTRIAL
FRANKRIJK
MINISTÈRE DES AFFAIRES ETRANGÈRES VIGNETTE VISA SCHENGEN
ITALIË