Contract
VOORWAARDEN | Delta Xxxxx Xxxxxxxxxxxxxxxxx NV Amsterdam | |
MODEL | ||
TE 03.2.17 G | ||
INHOUD | ||
ALGEMEEN | Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 | Algemene informatie Begripsomschrijving Omvang van de dekking Algemene uitsluitingen en beperkingen Verplichtingen en verlies van rechten bij schade Premie Herziening van premie en voorwaarden Contracttermijn en opzegmogelijkheden |
AANSPRAKELIJKHEID | Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 | Verzekerden Omschrijving van de dekking Uitsluitingen Schade |
CASCO | Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 Artikel 4 | Verzekerden Omschrijving van de dekking Uitsluitingen en eigen risico Schade |
SCHADE BESTUURDER | Artikel 1 Artikel 2 Artikel 3 | Verzekerden Omvang van de dekking Uitsluitingen |
TE 03.2.17-0413
ALGEMEEN
ARTIKEL 1
ALGEMENE INFORMATIE
ARTIKEL 1.1
TOTSTANDKOMING VERZEKERING / RECHT VAN ANNULERING
De verzekering komt (definitief) tot stand nadat een termijn van 14 dagen na ontvangst van de polis en de bijbehorende voorwaarden is verstreken, zonder dat de verzekeringnemer gebruik heeft gemaakt van het recht op annulering.
Recht op annulering betekent dat de verzekeringnemer zonder dat premie is verschuldigd de verzekering kan annuleren door de maatschappij schriftelijk (of, indien de verzekering langs elektronische weg tot stand is gekomen en een email-adres is verstrekt: per email), onder vermelding van polisnummer te berichten dat op de verzekering geen prijs wordt gesteld.
De verzekering wordt vervolgens geannuleerd per ingangsdatum, zodat deze geen dekking biedt voor in die tussentijd gevallen schaden.
ARTIKEL 1.2
VERZEKERINGSMAATSCHAPPIJ DIE OPTREEDT ALS RISICODRAGER
De verzekering is afgesloten voor rekening en risico van Delta Lloyd Schadeverzekering NV, gevestigd te Xxxxxxxxx xxx xx Xxxxxxxxxx 0, Xxxxxxx 0000,
0000 XX Xxxxxxxxx (Handelsregister KvK Amsterdam 33052073).
Delta Lloyd Schadeverzekering NV staat als aanbieder van (schade)verzekeringen geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en heeft een vergunning van De Nederlandsche Bank NV (DNB) om het schadeverzekeringsbedrijf uit te oefenen.
ARTIKEL 1.3
ADRES
Kennisgevingen van de maatschappij aan de verzeke- ringnemer kunnen worden gedaan aan zijn laatste bij de maatschappij bekende adres, of aan het adres van de tussenpersoon via wiens bemiddeling deze verze- kering loopt.
ARTIKEL 1.4
PERSOONSGEGEVENS
Bij de aanvraag van een verzekering worden per- soonsgegevens gevraagd. Deze worden door Delta Lloyd verwerkt ten behoeve van het aangaan en uit- voeren van overeenkomsten, voor het uitvoeren van marketingactiviteiten, ten behoeve van het waarbor- gen van de veiligheid en integriteit van de financiële sector, voor statistische analyse en om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen.
In verband met een verantwoord acceptatiebeleid kunnen wij uw gegevens raadplegen bij de Stichting CIS te Zeist. In dit kader kunnen deelnemers van Stichting CIS ook onderling gegevens uitwisselen.
ARTIKEL 1.5
TOEPASSELIJK RECHT EN KLACHTENINSTANTIES
Op deze verzekering is Nederlands recht van toepassing.
Klachten over de uitvoering van de verzekeringsover- eenkomst kunnen aan de directie van Delta Lloyd Schadeverzekering NV, Xxxxxxxxxx 0, Xxxxxxx 0000, 0000 XX Xxxxxxxxx worden voorgelegd.
Wie geen gebruik wil maken van deze klachten- behandelingsmogelijkheid, of de behandeling niet bevredigend vindt, kan het geschil voorleggen aan de rechter.
ARTIKEL 2
BEGRIPSOMSCHRIJVING
ARTIKEL 2.1
WERKMATERIEEL
Het in de polis omschreven object en/of categorie van objecten, met inbegrip van de tot de standaard- uitrusting van het object behorende onderdelen en gereedschappen. De omschrijving wordt geacht overeenkomstig de opgave van of namens de verzekeringnemer te zijn. De maatschappij heeft het recht het werkmaterieel op enig moment gedurende de looptijd van de verzekering te (doen) inspecteren; verzekeringnemer is verplicht daaraan medewerking te verlenen.
ARTIKEL 2.2
MAATSCHAPPIJ
De verzekeringsmaatschappij die blijkens onderte- kening van het polisblad als risicodrager voor deze verzekering geldt, dan wel de gevolmachtigde die namens de verzekeringsmaatschappij heeft onder- tekend.
ARTIKEL 2.3
VERZEKERINGNEMER
De (natuurlijke) persoon of de rechtspersoonlijkheid bezittende onderneming/instantie die als zodanig in de polis is vermeld.
ARTIKEL 2.4
VERZEKERDE
Degene die bij de afzonderlijke onderdelen van deze voorwaarden als zodanig is omschreven.
ARTIKEL 2.5
TERRORISME
Onder terrorisme wordt verstaan:
– gewelddadige handelingen en/of gedragingen, in de vorm van een aanslag of een reeks van in
tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aan- slagen, alsmede
– het (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen
als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, bij mensen of dieren en/of schade aan zaken ontstaat, dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aannemelijk is dat deze aanslag
of reeks, respectievelijk het verspreiden van ziekte- kiemen en/of stoffen -al dan niet in enig organisato- risch verband- is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
ARTIKEL 2.6
PREVENTIEVE MAATREGELEN
Onder preventieve maatregelen worden verstaan: van overheidswege en/of door verzekerde(n) en/of door derde(n) getroffen maatregelen om het onmid- dellijk dreigend gevaar van terrorisme af te wenden of - indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt - de gevolgen daarvan te beperken.
ARTIKEL 3
OMVANG VAN DE DEKKING
ARTIKEL 3.1
GEDEKT RISICO / VERGOEDING VAN SCHADE EN KOSTEN
1 Algemeen
De verzekering heeft betrekking op schadegebeur- tenissen die verband houden met het bezit en het gebruik van het verzekerde object. Die gebeurte- nissen zijn nader omschreven in de voorwaarden die behoren bij de in de polis van toepassing verklaarde ‘dekking(en)’. In die voorwaarden wordt voorts omschreven in hoeverre de verze- kerde recht heeft op vergoeding van schade en kosten.
Als voorwaarde voor recht op vergoeding geldt in ieder geval dat de gebeurtenis waardoor schade en/of kosten zijn ontstaan zich tijdens de looptijd van de verzekering heeft voorgedaan.
Bovendien moet het ten tijde van het sluiten van de overeenkomst voor de verzekerde onzeker zijn geweest dat deze gebeurtenis zich zou voordoen. Als na het aangaan van de verzekering als wijzi- ging daarop de dekking voor een reeds verzekerd werkmaterieel wordt uitgebreid of een ander werkmaterieel wordt verzekerd, geldt voor de uitgebreide dekking respectievelijk het andere object de wijzigingsdatum als het moment waar- op de overeenkomst is gesloten.
2 Kosten ter voorkoming en vermindering van schade Bij alle dekkingen geldt recht op vergoeding van kosten van maatregelen die tijdens de geldig- heidsduur van de verzekering door of vanwege verzekeringnemer of een verzekerde worden getroffen en redelijkerwijs geboden zijn om het onmiddellijk dreigend gevaar van schade af te wenden waarvoor, als de schade zich zou hebben voorgedaan, de verzekering dekking biedt. Hetzelfde geldt voor kosten die zijn gemaakt om een zodanige schade te beperken.
Deze kosten worden vergoed tot maximaal het verzekerde bedrag dat van toepassing is op de schade waarvoor de kosten ter voorkoming of vermindering zijn gemaakt.
ARTIKEL 3.2
VERZEKERINGSGEBIED
De verzekering geldt voor gebeurtenissen die zich voordoen binnen Nederland, België, Luxemburg en Duitsland.
ARTIKEL 3.3
DEKKING VOOR VERVANGEND WERKMATERIEEL
Gedurende de tijd dat het verzekerde werkmaterieel in verband met reparatie of onderhoud wordt vervangen door een niet aan de verzekeringnemer toebehorend gelijkwaardig object, geldt de verzekering gedurende 30 dagen ook voor dit vervangende object.
Hierbij gelden de volgende bepalingen.
1 Ingangsdatum 30 dagen periode
De periode van 30 dagen gaat in op de dag dat het vervangende werkmaterieel aan de verze- keringnemer ter beschikking is gesteld. De verzekeringnemer dient aannemelijk te maken op welke datum de 30 dagen periode is ingegaan, bij voorbeeld aan de hand van een schriftelijke overeenkomst terzake van het (tijdelijk gebruik maken van) het vervangende object. Een langere dekkingstermijn voor het vervangende object is mogelijk mits de verzekeringnemer de behoefte daaraan tijdig, maar in ieder geval vóór het beëindigen van de 30 dagen periode, kenbaar heeft gemaakt.
De maatschappij zal dan de condities bepalen waaronder een langere dekkingstermijn voor het vervangende werkmaterieel kan worden geboden.
2 Beperking aansprakelijkheidsdekking
De aansprakelijkheidsdekking voor het vervan- gende object kan niet worden beschouwd als een verzekering die voldoet aan de door of krachtens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen gestelde eisen.
3 Geen (casco)dekking voor eigen gebrek
De dekking voor het vervangende object is gelijk aan de dekking voor het verzekerde werkmate- rieel met dien verstande dat voor het vervangende object nooit (casco)dekking bestaat voor schade door een eigen gebrek.
4 Beroep op een andere verzekering / Beroep op contractsbepaling
De maatschappij zal voor schade veroorzaakt door en/of aan het vervangende werkmaterieel pas een vergoeding verlenen nadat is aangetoond dat voor schadevergoeding door de verzekeringnemer en/of de eigenaar van het object geen beroep
kan worden gedaan op een andere verzekering. De hiervoor omschreven dekking is niet van toepassing voor zover onder een dergelijke andere verzekering -met voorbij gaan aan het bestaan van de onderhavige verzekering- recht op schade- vergoeding bestaat. Evenmin kan op de dekking een beroep worden gedaan bij schade die volgens de tussen de verzekeringnemer en de eigenaar van het vervangende object bestaande overeen- komst niet voor rekening of verantwoordelijkheid van de verzekeringnemer komt.
ARTIKEL 4
ALGEMENE UITSLUITINGEN EN BEPERKINGEN
ARTIKEL 4.1
OPZET
De verzekering biedt geen dekking voor gebeurte- nissen die voor de verzekerde het beoogde of zekere gevolg zijn van zijn handelen of nalaten.
ARTIKEL 4.2
ANDER GEBRUIK / VERHUUR / HEIWERKZAAMHEDEN
De verzekering biedt geen dekking gedurende de tijd dat het werkmaterieel wordt gebruikt voor een ander doel dan aan de maatschappij opgegeven en/of een ander doel dan wettelijk toegestaan of waarvoor het werkmaterieel is bestemd. In ieder geval bestaat er geen dekking gedurende de tijd dat het werkmate- rieel is verhuurd en/of wordt gebruikt voor hei- of funderingswerkzaamheden, tenzij uit het vermelde in de polis of daarbij behorende clausule anders blijkt. Van ‘verhuur’ is sprake wanneer het werkmaterieel op basis van een daartoe strekkende overeenkomst aan een ander -de huurder- ter beschikking wordt gesteld zonder een in dienst van de verzekeringnemer zijnde bestuurder.
ARTIKEL 4.3
XXXXXXXXX / LEEFTIJD BESTUURDER
De verzekering biedt geen dekking voor schade die is veroorzaakt door toedoen van de feitelijke bestuurder van het werkmaterieel, indien deze bestuurder op het moment van de schadegebeurtenis
– niet in het bezit is van een geldig, voor het werk- materieel wettelijke voorgeschreven rijbewijs,
– de rijbevoegdheid bij rechterlijk vonnis is ontzegd,
– de leeftijd van 16 jaar nog niet heeft bereikt.
ARTIKEL 4.4
ATOOMKERNREACTIES
De verzekering biedt geen dekking voor gebeurte- nissen veroorzaakt door, opgetreden bij of voortvloeiende uit atoomkernreacties, onverschillig hoe de reactie is ontstaan.
ARTIKEL 4.5
MOLEST
De verzekering geeft geen recht op vergoeding van schade die is ontstaan door of verband houdt met molest.
Onder molest wordt het volgende verstaan.
– Gewapend conflict: elk geval waarin staten of andere georganiseerde partijen elkaar, of althans de een de ander, gebruikmakend van militaire machtsmiddelen, bestrijden; hieronder wordt mede verstaan het gewapende optreden van
een Vredesmacht der Verenigde Naties.
– Burgeroorlog: een min of meer georganiseerde gewelddadige strijd tussen inwoners van een zelfde staat.
– Opstand: georganiseerd gewelddadig verzet binnen een staat gericht tegen het openbaar gezag.
– Binnenlandse onlusten: min of meer georgani- seerde gewelddadige handelingen, op verschil- lende plaatsen zich voordoend binnen een staat.
– Oproer: een min of meer georganiseerde plaatse- lijke beweging, gericht tegen het openbaar gezag.
– Muiterij: een min of meer georganiseerde gewelddadige beweging van leden van enig gewapende macht, gericht tegen het gezag waaronder zij gesteld zijn.
ARTIKEL 4.6
DEKKING JEGENS DE VERZEKERINGNEMER
De maatschappij zal op de uitsluitingen als vermeld onder 1 en 3 jegens de verzekeringnemer geen beroep doen, wanneer deze aantoont dat de daar omschreven omstandigheden zich buiten zijn weten of tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem daarvoor in redelijkheid geen verwijt treft.
ARTIKEL 4.7
BEPERKTE VERGOEDING BIJ TERRORISMESCHADE
De volgende bepalingen gelden ten aanzien van het ‘terrorismerisico’.
Beperkte schadevergoeding
Bij schade als gevolg van gebeurtenissen die (direct of indirect) verband houden met
– terrorisme of preventieve maatregelen
– handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme of preventieve maatregelen,
geldt dat de schadevergoeding door de maatschappij kan worden beperkt tot het bedrag van de uitkering die de maatschappij, overeenkomstig de toepassing van het Uitkeringsprotocol, ontvangt van de Neder- landse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorisme- schaden NV (NHT). De NHT beslist of er sprake is van een terrorismeschade. Op vergoeding kan niet eerder aanspraak worden gemaakt dan na deze beslissing en de bekendmaking van het bedrag van de vergoeding. De volledige tekst van het uitkeringsprotocol is te raadplegen op de site xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx.
ARTIKEL 4.8
EINDE DEKKING BIJ EIGENDOMSOVERDRACHT EN STALLING IN BUITENLAND
Bij eigendomsoverdracht (zoals bij verkoop), totaal verlies van het werkmaterieel en bij stalling in het buitenland eindigt de dekking voor het werkmaterieel met onmiddellijke ingang. Indien het intreden van een hier bedoelde omstandigheid binnen 8 dagen bij de maatschappij bekend is, is sprake van een tussen- tijdse beëindiging van de verzekering voor het betreffende werkmaterieel en kan er aanleiding zijn voor premierestitutie overeenkomstig artikel 6.2.
ARTIKEL 5
VERPLICHTINGEN EN VERLIES VAN RECHTEN BIJ SCHADE
ARTIKEL 5.1
VERPLICHTINGEN
1 Schademeldingsplicht
Zodra verzekeringnemer of de tot uitkering gerechtigde op de hoogte is of behoort te zijn van een gebeurtenis die voor de maatschappij tot een uitkeringsplicht kan leiden, is hij verplicht die gebeurtenis zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is te melden.
2 Schade-informatieplicht
Verzekeringnemer en de tot uitkering gerechtigde zijn verplicht binnen een redelijke termijn aan de maatschappij alle inlichtingen en bescheiden te verschaffen die voor de maatschappij van belang zijn om haar uitkeringsplicht te beoordelen.
3 Medewerkingsplicht / Plicht om schade te voorkomen en te verminderen
Verzekeringnemer en de tot uitkering gerechtigde zijn verplicht hun volle medewerking te verle- nen en alles na te laten wat de belangen van de maatschappij zou kunnen benadelen. Dit betekent voorts de plicht om bij de verwezenlijking van een gebeurtenis waarvoor de verzekering dekking biedt, of het ophanden zijn daarvan, binnen rede- lijke grenzen alle maatregelen te nemen die tot voorkoming of vermindering van schade kunnen leiden.
4 Aangifte bij de politie
Bij schade die het gevolg is van het onrechtmatig handelen van een of meer personen, geldt de verplichting daarvan aangifte te doen bij de politie. Onder onrechtmatig handelen wordt ook diefstal of een poging daartoe verstaan.
ARTIKEL 5.2
VERLIES VAN RECHTEN
1 Sanctie bij niet nakomen verplichtingen
Aan deze verzekering kunnen geen rechten wor- den ontleend indien verzekeringnemer of de tot uitkering gerechtigde een of meer van de hierbo- ven genoemde verplichtingen niet is nagekomen en daardoor de belangen van de maatschappij heeft benadeeld.
2 Sanctie bij opzet tot misleiding
Elk recht op uitkering komt te vervallen, indien de verzekeringnemer of de tot uitkering gerechtigde de schademeldings- en/of de schade-informatie- verplichting niet is nagekomen met het opzet de maatschappij te misleiden, tenzij de misleiding deze sanctie niet rechtvaardigt.
3 Niet-tijdige melding terrorismeschade
Bij schadegebeurtenissen die verband houden met terrorisme geldt dat elk recht op schadevergoeding vervalt als de melding niet is gedaan binnen twee jaar nadat de NHT heef beslist of er sprake is van een terrorismeschade (zie voorts artikel 2.5 en artikel 4.7).
ARTIKEL 6
PREMIE
ARTIKEL 6.1
PREMIEBETALING
1 Premie verschuldigd per premievervaldatum De premie, waarin begrepen de kosten en de assurantiebelasting, is bij vooruitbetaling op de premievervaldatum verschuldigd. Deze datum wordt altijd op het betalingsverzoek vermeld.
2 Gevolg van wanbetaling bij aanvangspremie Indien verzekeringnemer de aanvangspremie, dat is de eerste premie die na het sluiten van de ver- zekering verschuldigd wordt, niet uiterlijk op de dertigste dag na ontvangst van het betalingsver- zoek betaalt of weigert te betalen, wordt zonder dat een aanmaning door de maatschappij is ver- eist geen dekking verleend ten aanzien van alle gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden nadat 30 dagen sinds de ingangsdatum zijn verstreken. Onder aanvangspremie wordt mede verstaan de premie die de verzekeringnemer in verband met
een tussentijdse wijziging van de verzekering verschuldigd wordt.
3 Gevolg van wanbetaling bij volgende premies Indien verzekeringnemer de tweede en/of vol- gende premietermijnen, dan wel de vervolgpremie weigert te betalen, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die na de voor die premie geldende vervaldag hebben plaatsge- vonden.
Indien verzekeringnemer de tweede en/of vol- gende premietermijnen, dan wel de vervolgpremie niet tijdig betaalt, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die hebben plaats- gevonden vanaf de vijftiende dag nadat de maat- schappij de verzekeringnemer na de vervaldag schriftelijk heeft aangemaand en betaling is uit- gebleven.
Onder vervolgpremie wordt mede verstaan de premie die de verzekeringnemer bij stilzwijgende verlenging van de verzekering verschuldigd wordt.
4 Herstel dekking bij betaling achteraf
Ook al wordt de dekking wegens wanbetaling opgeschort of beëindigd, de verzekeringnemer blijft verplicht de premie te voldoen.
De dekking wordt weer van kracht voor gebeur- tenissen die hebben plaatsgevonden na de dag waarop hetgeen de verzekeringnemer verschul- digd is, voor het geheel, dus inclusief alle tot dan toe onbetaald gebleven opeisbare premietermij- nen, door de maatschappij is ontvangen.
ARTIKEL 6.2
PREMIERESTITUTIE
1 Premierestitutie bij tussentijdse beëindiging Behalve bij opzegging wegens opzet de maat- schappij te misleiden, wordt bij tussentijdse beëindiging restitutie verleend voor reeds betaalde premie die betrekking heeft op de periode na
de datum van beëindiging. De omvang van de premierestitutie wordt naar billijkheid vastgesteld.
BLAD
5/12 MODEL TE 03.2.17 G VOORWAARDEN VERZEKERING VAN WERKMATERIEEL
2 Premierestitutie bij verkoop of totaal verlies Als na verkoop van werkmaterieel of na totaal verlies (ook diefstal) niet wordt gekozen voor toepassing van de onder 3 omschreven schor- singsregeling, wordt de verzekering op verzoek
van verzekeringnemer (tussentijds) beëindigd als de verkoop of het totaal verlies naar het oordeel van de maatschappij voldoende is aangetoond. Er bestaat in dat geval recht op premierestitu- tie overeenkomstig het vorige artikelonderdeel. Wanneer de maatschappij naar aanleiding van totaal verlies een schadebedrag heeft uitgekeerd,
wordt de restitutie uitsluitend verleend in de vorm van verrekening met de premie die verschuldigd is voor het - binnen een jaar na de totaal verlies gebeurtenis - verzekeren van een ander werk- materieel op dezelfde polis.
3 Premierestitutie bij schorsing
De verzekering kan in overleg met de verzeke- ringnemer worden geschorst als sprake is van verkoop, totaal verlies of tijdelijke (minimaal drie maanden) buitengebruikstelling van het werkmaterieel. Schorsing betekent dat de reeds betaalde premie voor de periode na de ingangs- datum van de schorsing wordt verrekend met
de eerstvolgende in rekening te brengen premie, nadat de verzekering op verzoek van de verze- keringnemer weer in kracht is hersteld.
Bij schorsing vanwege tijdelijke buitengebruik- stelling heeft de premieverrekening uitsluitend betrekking op de premie voor de aansprakelijk- heidsdekking.
ARTIKEL 7
HERZIENING VAN PREMIE EN VOORWAARDEN
De maatschappij heeft het recht om de premie en/of voorwaarden voor verzekeringen van dezelfde soort als deze verzekering te herzien en deze verzekering tussentijds aan te passen aan de nieuwe premie en/of voorwaarden. De maatschappij zal verzekeringnemer van tevoren schriftelijk in kennis stellen van de aanpassing. Tot 30 dagen na de datum waarop de aanpassing is gaan gelden, heeft verzekeringnemer het recht deze schriftelijk te weigeren, indien de aanpassing leidt tot hogere premie of voorwaarden die voor hem nadeliger zijn.
Indien verzekeringnemer van dit recht gebruik maakt eindigt de verzekering op de datum waarop de aan- passing is gaan gelden.
Deze regeling geldt per verzekerd werkmaterieel. Dat betekent dat beëindiging na een aanpassing alleen mogelijk is voor het werkmaterieel waarbij de aanpassing de hiervoor omschreven nadelige gevolgen heeft.
ARTIKEL 8
CONTRACTERMIJN EN OPZEGMOGELIJKHEDEN
ARTIKEL 8.1
CONTRACTTERMIJN
De verzekering wordt afgesloten voor een bepaalde periode. Deze periode, aan te duiden als eerste contracttermijn, eindigt op de contractvervaldatum zoals vermeld in de polis die na het afsluiten van de verzekering is afgegeven.
Na afloop van de eerste contracttermijn wordt de verzekering, behoudens toepassing van een opzeg- mogelijkheid, telkens verlengd voor een periode
van 12 maanden. De einddatum van een verlengings- periode geldt als nieuwe contractvervaldatum.
ARTIKEL 8.2
OPZEGMOGELIJKHEDEN VOOR DE MAATSCHAPPIJ
De maatschappij kan de verzekering in de volgende gevallen beëindigen door een schriftelijke opzegging.
1 Opzegging per contractvervaldatum
Tegen het einde van een verstreken contract- termijn met inachtneming van een opzeggings- termijn van twee maanden.
2 Bij achterstand in premiebetaling
Indien de verzekeringnemer de verschuldigde premie weigert te betalen of niet tijdig betaalt. In geval van niet tijdige betaling van de vervolg- premie echter uitsluitend indien de maatschappij de verzekeringnemer na de premievervaldatum vruchteloos tot betaling heeft aangemaand.
De verzekering eindigt op de in de opzeggings- brief genoemde datum; die datum zal bij niet tijdige betaling van de vervolgpremie niet eerder zijn dan een datum die twee maanden na de dagtekening van de opzeggingsbrief ligt.
3 Bij misleidende informatie
Binnen twee maanden na de ontdekking dat de verzekeringnemer de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering niet is nagekomen en verzekeringnemer daarbij heeft gehandeld met het opzet de maatschappij te misleiden dan wel de maatschappij de verzekering bij kennis van de ware stand van zaken niet zou hebben gesloten. De verzekering eindigt op de in de opzeggings- brief genoemde datum.
4 Bij onjuiste informatie na schade
Indien in geval van schade opzettelijk onjuiste gegevens zijn verstrekt. De maatschappij hoeft bij een opzegging in deze situatie geen opzeg- termijn in acht te nemen.
5 Bij schademelding
Na een schademelding, indien
– de opzeggingsbrief is verzonden uiterlijk op de 30e dag nadat de maatschappij de verze- keringnemer schriftelijk een definitief stand- punt over de afwikkeling van de schade heeft laten weten, en
– de maatschappij eerder aan de verzekering- nemer een brief heeft gestuurd met een waarschuwing wegens een ongunstig schadeverloop.
De maatschappij zal hierbij een opzegtermijn van tenminste twee maanden in acht nemen.
ARTIKEL 8.3
OPZEGMOGELIJKHEDEN VOOR DE VERZEKERING- NEMER
De verzekeringnemer kan de verzekering in de volgende situaties beëindigen door een schriftelijke opzegging.
1 Opzegging bij einde eerste contracttermijn Tegen het einde van de eerste contracttermijn, met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste twee maanden. De verzekering eindigt in dat geval op de contractvervaldatum.
2 Opzegging na de eerste contracttermijn
Na het verstrijken van de eerste contracttermijn kan de verzekering ieder moment worden opge- zegd, met inachtneming van een opzegtermijn van tenminste één maand.
3 Bij wijziging van premie of voorwaarden
Binnen één maand na ontvangst van de medede- ling van de maatschappij houdende een wijziging van premie- en of voorwaarden ten nadele van verzekeringnemer en/of verzekerde. De verzeke- ring eindigt op de dag waarop de wijziging volgens de mededeling van de maatschappij ingaat, maar niet eerder dan een maand na de datum
van dagtekening van bedoelde mededeling.
4 Bij een beroep op onvoldoende informatie Binnen twee maanden nadat de maatschappij tegenover verzekeringnemer een beroep op de niet-nakoming van de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering heeft gedaan.
De verzekering eindigt op de datum die in de opzeggingsbrief is vermeld of bij gebreke daarvan op de datum van dagtekening van de opzeggings- brief.
5 Bij schademelding
Na een schademelding, indien
– de opzeggingsbrief is verzonden uiterlijk op
de 30e dag nadat de maatschappij de verzeke- ringnemer schriftelijk een definitief standpunt over de afwikkeling van de schade heeft
laten weten, en
– de maatschappij eerder aan de verzekering- nemer een brief heeft gestuurd met een waarschuwing wegens een ongunstig schade- verloop.
De verzekeringnemer dient hierbij een opzeg- termijn van tenminste twee maanden in acht nemen.
AANSPRAKELIJKHEID
ARTIKEL 1
VERZEKERDEN
De verzekerden zijn:
1 de verzekeringnemer
de verzekeringnemer in zijn hoedanigheid van eigenaar van het werkmaterieel;
2 de bestuurder
de bestuurder van het werkmaterieel (ook: degene die het werkmaterieel ‘bedient’), waaronder zowel te verstaan de tot het besturen/bedienen gemachtigde werknemer/ondergeschikte van verzekeringnemer, als de persoon die op basis
van een door de verzekeringnemer gesloten overeenkomst inzake het gebruik van het werk- materieel direct of indirect tot het besturen/ bedienen van het werkmaterieel is gerechtigd;
3 de passagiers
de passagiers van het werkmaterieel;
4 de werkgever
de werkgever van de onder 2 en 3 omschreven personen indien hij (de werkgever) op grond van artikel 6:170 van het Burgerlijk Wetboek aan- sprakelijk is voor de schade die door een van hen is veroorzaakt.
ARTIKEL 2
OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
Bij de dekking voor Aansprakelijkheid geldt onder- scheid naar twee dekkingsrubrieken. Uit het polisblad blijkt welke rubrieken zijn verzekerd.
ARTIKEL 2.1
AANSPRAKELIJKHEID / DEKKING RUBRIEK A
Als volgens de polis dekking bestaat overeenkomstig Rubriek A, geldt het volgende.
1 Schade met of door het werkmaterieel veroorzaakt De verzekering dekt de aansprakelijkheid van de verzekerden voor schade aan personen en zaken - met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade
- die met of door het werkmaterieel is veroorzaakt. Van de dekking is uitgesloten de aansprakelijkheid voor schade aan ondergrondse kabels, buizen, leidingen en andere ondergrondse zaken.
De aansprakelijkheid voor dergelijke schade valt onder de dekking van Rubriek B.
2 Schade veroorzaakt door de lading
De verzekering dekt tevens de aansprakelijkheid van de verzekerden voor schade veroorzaakt door zaken die zich bevinden op of (ge)vallen (zijn) van het werkmaterieel.
De aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door deze zaken tijdens laad-/loswerkzaamheden, is alleen gedekt indien en voor zover geen dekking bestaat, of zou hebben bestaan als de onderhavige werkmaterieelverzekering niet zou zijn afgesloten, op een andere verzekering.
3 Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen Deze verzekering voldoet aan de eisen van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen. Dat betekent onder andere dat het verzekerde bedrag voor schade aan personen veroorzaakt bij een schadegebeurtenis die onder de bedoelde wet valt, 6.000.000 euro bedraagt.
4 Aansprakelijkheid regiehouder
De verzekering dekt de aansprakelijkheid voor door of met het verzekerde werkmaterieel veroorzaakte schade overeenkomstig rubriek A en -indien meeverzekerd- rubriek B, wanneer een ander dan de in artikel 1 omschreven verzekerden voor de schade aansprakelijk is.
Deze dekking geldt uitsluitend ten behoeve van degene die op het moment van de schadever- oorzaking direct of indirect bevoegd is om te bepalen hoe de werkzaamheden met het werk- materieel worden uitgevoerd en de bestuurder dienovereenkomstige instructies te geven.
Bij de verdere toepassing van de verzekerings- voorwaarden geldt degene wiens aansprakelijkheid aldus is gedekt, als verzekerde.
De dekking als hiervoor omschreven geldt niet indien of voor zover de aansprakelijkheid van de verzekerde is gedekt op een andere polis, of daarop gedekt zou zijn wanneer de onderhavige werkmaterieelverzekering niet bestond.
5 Schade aan eigen zaken van verzekeringnemer Indien volgens de polis onder de aansprakelijk- heidsdekking ‘schade aan eigen zaken’ is meeverzekerd, geeft de verzekering tot maximaal
125.000 euro per gebeurtenis recht op vergoeding van de schade die bij een onder 1 of 2 omschreven schadesituatie is veroorzaakt aan andere zaken die:
BLAD
7/12 MODEL TE 03.2.17 G VOORWAARDEN VERZEKERING VAN WERKMATERIEEL
– de verzekeringnemer in eigendom toebehoren;
– de verzekeringnemer of de aansprakelijke verzekerde in gebruik heeft uit hoofde van een huur-, leen- of andere overeenkomst.
De eventuele bij de schadegebeurtenis ontstane bedrijfs- en/of gevolgschade valt niet onder deze dekking.
Evenmin geldt het recht op schadevergoeding voor:
– zaken die zich op het moment van de schadeveroorzaking op of in het werkmaterieel bevonden, dan wel daarop werden geladen of daarvan gelost,
– zaken die op het moment van de schade- veroorzaking aan het werkmaterieel waren gekoppeld of op andere wijze dan via koppeling door het werkmaterieel werden voortbewogen,
– schade die, als de onderhavige werkmaterieel- verzekering niet zou hebben bestaan, op een andere verzekering geheel of gedeeltelijk is gedekt.
ARTIKEL 2.2
AANSPRAKELIJKHEID / DEKKING RUBRIEK B
Als volgens de polis dekking bestaat overeenkomstig Rubriek B, geldt het volgende.
1 Schade aan ondergrondse zaken
De verzekering dekt de aansprakelijkheid van de verzekerden voor schade aan zaken - met inbe- grip van de daaruit voortvloeiende schade - die met of door het werkmaterieel is veroorzaakt aan ondergrondse kabels, buizen, leidingen en andere ondergrondse zaken.
2 Verplichte voorzorgsmaatregelen / Wet WION
Bij werkzaamheden binnen Nederland met gevaar voor schade aan zich onder de grond bevindende zaken (zoals kabels, buizen en leidingen) geldt
de Wet Informatieuitwisseling Ondergrondse Netten (WION). Deze wet legt op degene onder wiens verantwoordelijkheid of leiding de werk- zaamheden worden uitgevoerd, de zogenaamde ‘grondroerder’, de verplichting om voorafgaande aan de werkzaamheden informatie over de ligging van kabels/ leidingen op te vragen op de wijze die in het kader van deze wet is voorgeschreven.
3 Eigen risico bij niet-nakoming van de informatieverplichting
Bij een beroep op de dekking van deze rubriek is de verzekerde verplicht aan te tonen dat alle in het kader van de Wet WION vereiste voorzorgsmaat- regelen zijn getroffen om schade te voorkomen.
Als de verzekerde daarin naar het oordeel van de maatschappij niet is geslaagd wordt bij afwik- keling van de schade een eigen risico toegepast. Dit eigen risico bedraagt 10% van het schadebe- drag, met een minimum van 2500 euro en een maximum van 12.500 euro, en komt in de plaats van het op de polis vermelde eigen risico voor schade onder rubriek B.
ARTIKEL 2.3
VERZEKERD BEDRAG
1 Algemeen
De maatschappij keert per gebeurtenis voor alle verzekerden tezamen maximaal het in de polis vermelde bedrag uit dan wel een hoger bedrag wanneer dat overeenkomstig de Wet Aansprake- lijkheidsverzekering Motorrijtuigen is vereist.
2 Kosten van verweer
Zo nodig boven het verzekerde bedrag vergoedt de maatschappij naar aanleiding van een gedekte schadegebeurtenis:
– de kosten van verweer in een door de bena- deelde tegen de maatschappij aanhangig gemaakt burgerlijk proces;
– de kosten van verweer in een door de bena- deelde tegen een verzekerde aanhangig gemaakt gemaakt burgerlijk proces mits dit verweer wordt gevoerd onder leiding van de maatschappij;
– de kosten verbonden aan het verlenen van rechtsbijstand in een tegen de verzekerde aanhangig gemaakt strafproces, mits de maatschappij voorafgaande aan het strafproces goedkeuring voor die rechtsbijstandverlening heeft gegeven.
Er bestaat geen recht op vergoeding indien en voor zover deze kosten uit andere hoofde, bijvoorbeeld op grond van artikel 591 en 591 A Wetboek van Strafvordering, voor vergoeding in aanmerking
komen. Evenmin bestaat recht op vergoeding van een opgelegde boete, afkoopsom of met een strafproces samenhangende gerechtskosten.
ARTIKEL 2.4
ZEKERHEIDSSTELLING
Indien in verband met een gedekte schadegebeurtenis een zekerheidsstelling wordt verlangd ter waarbor- ging van de rechten van de benadeelde(n), zal de maatschappij deze voorschieten tot een bedrag van maximaal 50.000 euro per gebeurtenis. De verzekerde is verplicht alle medewerking te verlenen om terugbe- taling van het voorgeschoten bedrag te verkrijgen.
ARTIKEL 3
UITSLUITINGEN
ARTIKEL 3.1
UITSLUITINGEN
In aanvulling op de uitsluitingen zoals vermeld in artikel 4 van het onderdeel ‘Algemeen’ biedt de verzekering geen dekking voor:
1 het werkmaterieel / bepaalde zaken de aansprakelijkheid voor
– schade aan het werkmaterieel zelf,
– schade aan zaken die de verzekeringnemer of de aansprakelijke verzekerde in gebruik heeft uit hoofde van een huur-, leen- of soortgelijke overeenkomst,
– schade aan zich in het werkmaterieel bevinden- de of daarmee vervoerde zaken, waaronder ook te verstaan objecten die worden voort- bewogen door en/of gekoppeld zijn aan het werkmaterieel, tenzij voor deze schade recht op vergoeding bestaat uit hoofde van de (meeverzekerde) dekking ‘schade aan eigen zaken’ (zie dekking rubriek A);
2 aansprakelijkheid van niet-gemachtigde bestuurder de aansprakelijkheid van degene die niet door een daartoe bevoegde persoon is gemachtigd om het werkmaterieel te besturen/bedienen; als een niet- gemachtigde bestuurder geldt in ieder geval de persoon die zich door diefstal of geweldpleging de macht over het werkmaterieel heeft verschaft en tevens de persoon die, dit wetende, het werk- materieel zonder geldige reden gebruikt;
3 niet naleven van veiligheidsvoorschriften
de aansprakelijkheid jegens een werknemer/- ondergeschikte van verzekeringnemer, voor schade die mogelijk is geworden doordat van overheidswege - in het kader van arbeidsomstan- digheden - gegeven voorschriften terzake van onderhoud en veiligheid van het werkmaterieel niet zijn nagekomen;
4 gebruik van groei- of bestrijdingsmiddelen
de aansprakelijkheid voor schade die verband houdt met het gebruiken en/of verspreiden van chemische of biologische groei- of bestrijdingsmiddelen;
5 risicoverzwarende bedingen
de aansprakelijkheid die uitsluitend voortvloeit uit een boete-, schadevergoedings-, garantie-, vrijwarings- of enig ander contractueel beding.
ARTIKEL 3.2
EIGEN RISICO
Indien volgens de polis voor de dekking Aansprakelijk- heid een eigen risico geldt, vergoedt de maatschappij de vastgestelde schade verminderd met dat eigen risico bedrag, tenzij de schade op grond van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen zonder toepassing van een eigen risico rechtstreeks met
de benadeelde wordt geregeld. In dat geval is de verzekeringnemer verplicht dat eigen risico aan de maatschappij terug te betalen na een daartoe strek- kend verzoek.
ARTIKEL 4
SCHADE
ARTIKEL 4.1
SCHADEREGELING MET BENADEELDEN
De maatschappij heeft het recht de schade rechtstreeks met de benadeelde of anderszins rechthebbende persoon/ instantie af te wikkelen en met deze een schikking te treffen. De terzake door de maatschappij genomen beslissingen zijn bindend voor de verzekerde.
ARTIKEL 4.2
VERHAAL
Wanneer de maatschappij op grond van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen tot schadevergoeding is verplicht zonder dat er sprake is van een gedekte schadegebeurtenis, behoudt
de maatschappij zich het recht voor de gedane uitkering(en) terug te vorderen op de verzekering- nemer en de aansprakelijke verzekerde.
De maatschappij zal dit recht niet uitoefenen jegens de verzekerde die niet de verzekeringnemer is en te goeder trouw mocht aannemen dat zijn aansprakelijk- heid voor de schade is gedekt.
CASCO
ARTIKEL 1
VERZEKERDEN
Als verzekerde geldt de verzekeringnemer
ARTIKEL 2
OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
ARTIKEL 2.1
SCHADE AAN HET WERKMATERIEEL
De verzekering geeft de verzekerde recht op een vergoeding voor beschadiging of verlies (hierna tezamen ook aangeduid als ‘schade’) van het werkma- terieel indien veroorzaakt door een het werkmaterieel treffende gedekte gebeurtenis. Wanneer de schade (mede) betrekking heeft op in- aan of op het werk- materieel gemonteerde bijzondere voorzieningen en niet kan worden aangetoond dat die voorzieningen
in het verzekerde bedrag zijn begrepen, dan is de schade aan die voorzieningen alleen gedekt indien de aanwezigheid ervan redelijkerwijs in overeenstem- ming is met de door de verzekeringnemer gedane opgave over het (gebruik van het) werkmaterieel en de daarop gebaseerde omschrijving in de polis.
ARTIKEL 2.2
DEKKING ‘BEPERKT CASCO’
Als volgens de polis sprake is van dekking ‘Beperkt casco’ gelden als gedekte gebeurtenissen:
– brand, explosie, zelfontbranding en blikseminslag;
– diefstal, verduistering, joy-riding, alsmede het ontstaan van schade bij het plegen daarvan - waaronder mede te verstaan de poging daartoe
- of ontstaan gedurende de tijd dat het werkmate- reel als gevolg van één van deze gebeurtenissen aan de macht van de verzekerde was onttrokken;
– breuk van één of meer ruiten van het werkmate- xxxxx, voor zover de ruitbreuk niet het gevolg is van botsen, slippen, omslaan, van de weg of te water geraken;
– storm, zijnde een windsnelheid van tenminste 14 m per seconde (windkracht 7) waardoor het
werkmaterieel - in stilstand - omver waait of voor- werpen op/tegen het werkmaterieel terechtkomen;
– het neerstorten van een luchtvaartuig of onder- delen daarvan alsmede het vallen van voorwerpen uit een luchtvaartuig.
BLAD
9/12 MODEL TE 03.2.17 G VOORWAARDEN VERZEKERING VAN WERKMATERIEEL
ARTIKEL 2.3
DEKKING ‘CASCO’
1 Gedekte gebeurtenissen ‘Casco’
Als volgens de polis sprake is van dekking ‘Casco’ gelden als gedekte gebeurtenissen:
– iedere onder ‘Beperkt casco’ omschreven gebeurtenis;
– botsen, slippen, omslaan, van de weg of te water geraken, ook als dit het gevolg is van een eigen gebrek van het werkmaterieel;
– kwaadwillige beschadiging;
– onoordeelkundige/foutieve bediening;
– bevriezing, mits de bevriezing direct verband houdt met schade als gevolg van een hiervoor omschreven gebeurtenis;
– verzakking/verschuiving van grond, aard- beving, lawine, overstroming of andere natuurramp;
– enig (ander) onverwacht van buiten komend onheil.
2 Dekking ‘inclusief eigen gebrek’
Als volgens de polis sprake is van dekking ‘Casco inclusief eigen gebrek’ geldt als gedekte gebeurtenis tevens een eigen gebrek van het werkmaterieel, waaronder te verstaan: machine- breuk, materiaalmoeheid alsmede materiaal- en constructiefouten.
Schade als gevolg van een eigen gebrek wordt uitsluitend vergoed indien
– de schade is ontstaan vóór de in de polis vermelde einddatum van deze dekking, en
– de verzekerde aantoont dat hij op een wijze die onder de gegeven omstandigheden redelijkerwijs van hem kon worden verwacht, moeite heeft gedaan om de schade uit hoofde van garantie of coulance van de leverancier of fabrikant vergoed te krijgen.
ARTIKEL 2.4
VERGOEDING KOSTEN VERVANGEND WERK- MATERIEEL
De verzekering geeft recht op de hierna omschreven, daadwerkelijk door de verzekeringnemer gemaakte kosten verband houdende met het huren van vervan- gend werkmaterieel. Het recht op vergoeding geldt op voorwaarde dat het huren noodzakelijk is en verband houdt met uitval van het verzekerde werkmate-
xxxxx wegens een schadegebeurtenis naar aanleiding waarvan de maatschappij gehouden is tot vergoeding van de aan dat werkmaterieel ontstane schade. De voor vergoeding in aanmerking komende kosten zijn:
– kosten die verzekeringnemer verschuldigd is voor het huren van vervangend werkmaterieel, vergelijkbaar met het uitgevallen, verzekerde werkmaterieel;
– noodzakelijk gemaakte kosten om het vervan- gende werkmaterieel geschikt te maken voor de werkzaamheden waartoe het beschadigde, verze- kerde werkmaterieel wordt gebruikt;
– kosten verbonden aan het vervoer van het gehuurde object naar en van de locatie waar dit object ten behoeve van verzekeringnemer wordt gebruikt; deze vergoeding heeft geen betrekking op vervoerskosten die ook bij gebruik van het verzekerde werkmaterieel gemaakt zouden zijn.
Deze kosten worden vergoed tot maximaal 10 % van het voor het werkmaterieel verzekerde bedrag, maar nooit meer dan 10.000 euro.
ARTIKEL 2.5
SCHADE AAN GEREEDSCHAPPEN EN ANDERE ZAKEN
De verzekering geeft recht op een vergoeding van schade aan zich in of op het werkmaterieel bevin- dende gereedschappen, hulpstukken of uitrusting voor zover de schade het gevolg is van een schade- gebeurtenis naar aanleiding waarvan de maatschappij gehouden is tot vergoeding van aan dat werkmate- rieel ontstane schade. De vergoeding voor schade aan gereedschappen, hulpstukken of uitrusting bedraagt maximaal 500 euro.
ARTIKEL 3
UITSLUITINGEN EN EIGEN RISICO
ARTIKEL 3.1
UITSLUITINGEN
In aanvulling op de uitsluitingen zoals vermeld in artikel 4 van het onderdeel ‘Algemeen’ biedt de verzekering geen dekking voor:
1 gebruik bedwelmende, opwekkende middelen gebeurtenissen veroorzaakt door toedoen van de bestuurder die zodanig onder invloed van alcoholhoudende drank of enig opwekkend of
bedwelmend middel verkeert dat hij geacht moet worden niet in staat te zijn het werkmaterieel naar behoren te besturen/ bedienen; op deze uitsluiting zal de maatschappij echter geen beroep doen wanneer de verzekeringnemer aantoont dat deze omstandigheden zich buiten zijn weten of tegen zijn wil hebben voorgedaan en dat hem daarvoor in redelijkheid geen enkel verwijt treft;
2 onvoldoende zorg / onderhoud
gebeurtenissen die mogelijk zijn geworden omdat de verzekeringnemer ernstig tekort is geschoten in de redelijkerwijs van hem te verwachten zorg voor het werkmaterieel alsmede zorgvuldigheid met betrekking tot het onderhoud ervan;
3 onderhoudskosten, normale slijtage
kosten die betrekking hebben op onderhoud dan wel op herstel en/of vervanging van onderdelen voorzover dat uitsluitend gebeurt omdat die onderdelen aan normale slijtage onderhevig zijn;
4 schade door te bewerken/verwerken materiaal schade die tijdens de bewerking/verwerking van materiaal is veroorzaakt doordat er mate- riaal is ingevoerd waarvoor het werkmaterieel
niet is berekend; aldus heeft deze uitsluiting ook betrekking op schade door de invoer van te veel materiaal tegelijk en door invoer van verontreinigd of onjuist samengesteld materiaal.
ARTIKEL 3.2
EIGEN RISICO
Op de volgens artikel 4 vastgestelde vergoeding wordt het in de polis vermelde, voor de dekking ‘Beperkt casco’ of ‘Casco’ geldende eigen risico in mindering gebracht.
ARTIKEL 4
SCHADE
ARTIKEL 4.1
INSCHAKELING EXPERTS
De vaststelling van schade en/of kosten geschiedt in onderling overleg of door een door de maatschappij ingeschakelde expert. Indien een dergelijke afwikke- ling niet mogelijk is, heeft de verzekerde het recht ook zelf, voor eigen rekening, een expert in te schakelen. Wanneer op basis van de bevindingen van beide experts geen overeenstemming omtrent de schade- vaststelling - of over de toedracht - wordt bereikt, benoemen de betrokken experts een derde expert
die binnen de grenzen van de voorgaande taxaties een bindende uitspraak doet. De kosten verbonden aan het verkrijgen van een dergelijk bindend advies worden door de maatschappij gedragen.
ARTIKEL 4.2
SCHADEVASTSTELLING
Tot maximaal het in de polis vermelde verzekerde bedrag vergoedt de maatschappij:
1 reparatiekosten
de aan het herstel van de schade verbonden reparatiekosten, voor zover deze niet meer bedragen dan de waarde van het werkmaterieel direct vóór de schadegebeurtenis (dagwaarde);
2 schade op basis van totaal verlies
de dagwaarde van het werkmaterieel (zoals hiervoor omschreven) verminderd met de restant- waarde (de waarde van het werkmaterieel direct na de schadegebeurtenis) indien sprake is van totaal verlies; er wordt uitgekeerd op basis van totaal verlies indien reparatie niet mogelijk is (zoals bij diefstal en verduistering) of de daar- aan verbonden kosten meer bedragen dan de dagwaarde verminderd met de restantwaarde.
ARTIKEL 4.3
AFTREK VOOR VERVANGING VAN ONDERDELEN
De maatschappij behoudt zich het recht voor om bij schadevergoeding op basis van reparatie een redelijk aftrek ‘nieuw voor oud’ toe te passen voor vervanging van onderdelen die onderhevig zijn aan (normale) slijtage.
ARTIKEL 4.4
WAARDEGARANTIE
Indien binnen drie jaar na aanschaf door de verzeke- ringnemer als eerste eigenaar/gebruiker sprake is van een totaal verlies schade en naar aanleiding daarvan wordt overgegaan tot aanschaf van een vervan-
gend werkmaterieel waarvoor de verzekering wordt voortgezet, wordt als dagwaarde beschouwd: de aanschafwaarde van het werkmaterieel zoals vermeld op een (originele) aankoopnota.
Bij toepassing van deze regeling kan als schade- vergoeding maximaal 110% van het verzekerde bedrag worden uitgekeerd, met dien verstande dat de schadevergoeding nooit meer zal bedragen dan de aanschafwaarde van het vervangende werkmaterieel verminderd met de eventuele restantwaarde van het verzekerde werkmaterieel.
ARTIKEL 4.5
EIGENDOMSOVERDRACHT BIJ DIEFSTAL / VERDUISTERING
Het recht op schadevergoeding wegens diefstal/ verduistering ontstaat nadat
– een termijn van 30 dagen is verstreken zonder dat het werkmaterieel is teruggevonden en
– de verzekerde op verzoek van de maatschappij de eigendom ervan aan de maatschappij heeft overgedragen.
ARTIKEL 4.6
OVERIGE VERGOEDINGEN
Zo nodig boven het voor het werkmaterieel verze- kerde bedrag vergoedt de maatschappij:
1 bijdrage in averij grosse
de van de verzekeringnemer gevorderde bijdrage in averij-grosse bij vervoer te water;
2 kosten van vervoer naar reparatie-inrichting de kosten van vervoer naar de dichtstbijzijnde reparatieinrichting waar een gedekte schade -
zonodig bij wijze van noodreparatie - kan worden hersteld;
3 kosten verbonden aan voorlopige-/noodreparatie de kosten verbonden aan het (laten) uitvoeren van een voorlopige of noodreparatie, op voorwaarde dat een dergelijke reparatie bijdraagt aan het voorkomen of verminderen van gevolgschade voor de verzekeringnemer;
4 kosten van berging en opruiming
de kosten van berging en opruiming van het werkmaterieel - anders dan kosten verbonden aan grond-/watersanering - indien de verze- keringnemer naar aanleiding van een gedekte
schadegebeurtenis krachtens wet of overeenkomst tot berging/opruiming verplicht is; deze vergoe- ding wordt verleend tot maximaal het voor het werkmaterieel verzekerde bedrag.
ARTIKEL 4.7
AFSTAND VAN VERHAALSRECHT
De maatschappij zal haar verhaalsrechten inzake de betaalde vergoeding van schade en kosten niet uitoefenen jegens de persoon - of diens werkgever
- die direct of indirect door de verzekeringnemer gemachtigd is om het werkmaterieel te besturen/- bedienen of om daarvan als passagier gebruik te maken. Het voorgaande geldt niet indien sprake is van een uitsluiting die overeenkomstig deze voor- waarden niet tegen de verzekeringnemer kan worden ingeroepen omdat hem terzake van de uitgesloten omstandigheden geen verwijt treft.
SCHADE BESTUURDER
ARTIKEL 1
VERZEKERDEN
De verzekerde is de bestuurder van het verzekerde werkmaterieel, mits deze op het moment van een gedekte gebeurtenis een ondergeschikte van de verzekeringnemer is en tevens door de verzekering- nemer is gemachtigd het werkmaterieel te gebruiken.
BLAD
11/12 MODEL TE 03.2.17 G VOORWAARDEN VERZEKERING VAN WERKMATERIEEL
ARTIKEL 2
OMVANG VAN DE DEKKING
ARTIKEL 2.1
SCHADE
De verzekering geeft recht op vergoeding van de schade die de verzekerde lijdt als gevolge van een gedekte gebeurtenis. Onder schade wordt verstaan: schade ten gevolge van letsel of benadeling van
de gezondheid, al dan niet de dood ten gevolge hebbend.
ARTIKEL 2.2
GEDEKTE GEBEURTENIS
Als gedekte gebeurtenis gelden:
– een verkeersongeval, zijnde een botsing, aan- of overrijding waarbij het verzekerde werkmaterieel is betrokken;
– enig ander ongeval dat de verzekerde als bestuurder (ook: bij het in-/uitstappen) van het verzekerde werkmaterieel treft, voor zover dat ongeval is te beschouwen als een plotseling onver- wacht van buiten komend, op het lichaam van de verzekerde inwerkend geweld dat rechtstreeks een medisch vast te stellen letsel doet ontstaan.
ARTIKEL 3
UITSLUITINGEN
In aanvulling op artikel 3 van het onderdeel ‘Algemeen’ gelden de volgende uitsluitingen.
ARTIKEL 3.1
OPZET / GROVE SCHULD
De verzekering geeft geen recht op vergoeding indien de gebeurtenis is te wijten aan opzet of grove roeke- loosheid van de verzekerde; daarvan is in ieder geval sprake in de situatie dat de bestuurder ten tijde van de gebeurtenis onder zodanige invloed van alcohol- houdende drank of enig bedwelmend of opwekkend middel verkeerde, dat hij geacht moet worden niet in staat te zijn geweest het werkmaterieel naar behoren te besturen/bedienen.
ARTIKEL 3.2
BEROEP OP WA-VERZEKERING
De verzekering geeft geen recht op vergoeding indien de gebeurtenis de verzekerde de door hem geleden schade (zie artikel 2.1) kan vorderen bij de WA-verzekeraar van een andere, bij het ongeval betrokken partij. Bij een duurzaam verschil van
mening over de schuldvraag, zal de maatschappij tot afwikkeling overgaan, onder de voorwaarde dat de verzekerde desgevraagd zijn vorderingsrecht op die WA-verzekeraar(s) aan de maatschappij overdraagt.
ARTIKEL 4
SCHADE
ARTIKEL 4.1
VASTSTELLING VERGOEDING / RECHTHEBBENDE
De omvang van de vergoeding wordt vastgesteld overeenkomstig de daartoe strekkende bepalingen van het Burgerlijk Wetboek.
ls rechthebbende op de vergoeding krachtens deze verzekering gelden nooit anderen dan de rechtstreeks bij de schadegebeurtenis betrokken verzekerde of diens nagelaten betrekkingen.
ARTIKEL 4.2
BETEKENIS VERZEKERD BEDRAG
Het in de polis vermelde verzekerde bedrag geldt als maximum vergoeding per gebeurtenis.
ARTIKEL 4.3
BEPERKING BIJ NIET-NAKOMING OVERHEIDS- VOORSCHRIFTEN
De maatschappij behoudt zich het recht voor de vastgestelde schadevergoeding te verminderen overeenkomstig de mate waarin het ongeval de verze- keringnemer is te verwijten omdat deze als werkgever nalatig is geweest bij de nakoming van overheids- voorschriften inzake de arbeidsomstandigheden.