ONDERWIJS
119
Nr. 41.379
Provincieraadsbesluit van 26 november 2020 in verband met
de goedkeuring van de aanpassingen aan het reglement opleidingen van het Provinciaal Veiligheidsinstituut.
De provincieraad van Antwerpen,
Gelet op het Provinciedecreet van 9 december 2005, artikel 42-43; Op voorstel van de deputatie,
BESLUIT:
Enig artikel:
De provincieraad keurt het gewijzigde reglement voor open opleidingen van het PVI goed.
In opdracht:
De provinciegriffier, De voorzitter,
(w.g.) Xxxxx Xxxxxx (w.g.) Xxxx Xxxxxx
Reglement Open opleidingen Veiligheidsinstituut
Inhoudsopgave
Artikel 4 Evaluatieonderdelen 2
Artikel 5 Aan- en afwezigheid 3
Artikel 6 Inzagerecht en privacybeleid 3
Artikel 8 Attesten en getuigschriften 5
Artikel 9 Beroepsmogelijkheden 5
Artikel 11 – Aanpassingen op maat 7
Artikel 12 Goedkeuring Provincieraad 8
Annex Aanvullende vorming niveau II voor preventieadviseurs - Aanvulling Basismodule 9
Artikel 4 Evaluatieonderdelen 9
Annex Aanvullende vorming niveau II voor preventieadviseurs - Aanvulling Specialisatiemodule 12
Artikel 4 Evaluatieonderdelen 12
Annex Basiscursus veiligheidskunde (niveau III) 18
Artikel 4 Evaluatieonderdelen 18
Annex Upgrade-opleiding veiligheids- en gezondheidscoördinatoren op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen 20
Artikel 4 Evaluatieonderdelen 20
Artikel 1 Toepassingsgebied
Dit reglement is van toepassing op de cursisten die een van de volgende opleidingen volgen bij het Provinciaal Veiligheidsinstituut:
• Aanvullende vorming niveau II voor preventieadviseurs
• Basiscursus veiligheidskunde (niveau III)
• Upgrade-opleiding voor veiligheids- en gezondheidscoördinatoren op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen
Alle verwijzingen naar ‘de cursist’ en de hiernaar verwijzende woorden doelen op cursisten van elk geslacht.
Artikel 2 Structuur
Het reglement is opgebouwd uit een gemeenschappelijke stam, geldig voor de 3 bovenvermelde opleidingen, aangevuld met specificaties voor elk van de 3 opleidingen (zie annexen).
Artikel 3 Kennisgeving
Dit reglement wordt overhandigd aan elke cursist bij het begin van de opleiding. Daarnaast is het steeds te raadplegen via het cursistenplatform.
Als het reglement vóór afronding van de opleiding wijzigt, wordt de cursist hiervan via e-mail op de hoogte gebracht. Het standaardcommunicatiekanaal is daarbij het door de cursist opgegeven e-mailadres.
Artikel 4 Evaluatieonderdelen
Een evaluatieonderdeel = een toets om te evalueren in hoeverre de cursist de leerstof beheerst; evaluatie kan zowel op het einde van de opleiding als tussentijds.
Elk evaluatiemoment kan zowel mondelinge, schriftelijke als praktische onderdelen bevatten.
Elke opleiding heeft haar specifieke evaluatieonderdelen. Die zijn opgenomen in de annexen bij dit reglement.
Iedere cursist heeft voor elk evaluatieonderdeel recht op één herkansing.
Artikel 5 Aan- en afwezigheid
Aanwezigheid = een geregistreerde aanwezigheid per dagdeel (handtekening op de aanwezig- heidslijst) (1 cursusdag bestaat uit 2 dagdelen die samen 6 contacturen uitmaken). Het Veilig- heidsinstituut registreert de aanwezigheid d.m.v. een handtekenlijst die 2x per lesdag wordt aangeboden in het leslokaal.
Om te mogen deelnemen aan het examen mag je als cursist slechts beperkt afwezig zijn. Met name:
- tijdens de basismodule max 4 dagen
- tijdens de specialisatiemodule max 3 dagen
- tijdens de opleiding N3 max 1.5 dag
- tijdens de opleiding TMB max 1 dag
Wie zich inschrijft voor een opleiding engageert zich om die te volgen en kan enkel uitzonderlijk afwezig zijn. Dat geldt voor de volledige duur van de opleiding en lessen.
In het kader van Xxxxxxx Xxxxxxxxx Xxxxxx (voor opleiding gestart tem 31/08/2019) mag de cur- sist niet meer dan 10% ongewettigd afwezig zijn per 3 maanden en moet hij deelnemen aan de evaluatiemomenten. Documenten die de afwezigheden wettigen, worden altijd zo snel mogelijk aan de cursusbegeleider bezorgd.
In het kader van het Vlaams opleidingsverlof (voor opleidingen die starten vanaf 01/09/2019) is de cursist verplicht om de opleiding nauwgezet te volgen. Concreet betekent dit dat de cursist niet meer dan 10% ongewettigd afwezig mag zijn van de lessen en dat hij moet deelnemen aan de evaluatiemomenten. Documenten die de afwezigheden wettigen, worden door de cursist zelf ter beschikking gehouden van de bevoegde instanties.
Een cursist die fraude pleegt (bv. handtekent voor een andere deelnemer, een vervalst afwezig- heidsattest inlevert,…) kan de toegang tot de cursus ontzegd worden (zie ook Artikel 10 Fraude).
Artikel 6 Inzagerecht en privacybeleid
Inzage resultaat evaluatieonderdelen1
De scores van de verschillende evaluatieonderdelen worden meegedeeld van zodra ze bekend zijn bij de cursusbegeleiding. Cursisten kunnen feedback vragen m.b.t. deze scores binnen een periode van 10 kalenderdagen. Deze feedback wordt beschouwd als leermoment.
1 Evaluatieonderdelen zijn die onderdelen die een cursist verplicht aflegt om te slagen voor de opleiding/module die hij volgt. De evaluatieonderdelen staan per opleiding/module opgelijst in de annexen van dit reglement.
Het resultaat van de verschillende evaluatieonderdelen kan worden ingezien. Deze documenten worden niet gescand, gekopieerd, … Ze blijven eigendom van het Veiligheidsinstituut.
Indien de cursist bezwaar wil indienen tegen het resultaat, dient hij de regels beschreven in arti- kel 9 Beroepsmogelijkheden van dit reglement, te volgen.
Recht op inzage bestuursdocumenten2
Als provinciale instelling is het Veiligheidsinstituut onderworpen aan de openbaarheid van be- stuur. De cursist die gebruik wil maken van zijn recht op inzage, volgt hiervoor de procedure zo- als beschreven op de website van de provincie Antwerpen. Zie xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxx- xxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxx.xxxx
Privacy
Het privacybeleid van de provincie Antwerpen kan je nalezen op de website. Zie xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx/xxxx-xxxx-xxxxxxx/xxxxxxx.xxxx
Via de inschrijving geeft de cursist automatisch zijn toestemming aan het PVI om de verstrekte persoonsgegevens te verwerken binnen het kader van de gekozen opleiding.
Bij de start van elke opleiding vragen we onze cursisten expliciet toestemming voor het maken en gebruiken van foto’s en filmbeelden tijdens de opleiding.
Artikel 7 Auteursrecht
Eindwerk
Door een eindwerk in te dienen draagt de cursist, voor onbepaalde duur en zonder vergoeding, bepaalde auteursrechtelijke vermogensrechten aan het Veiligheidsinstituut over:
1. Mededeling aan het publiek en distributie: Het document wordt opgenomen in het Infor- matiecentrum van het Veiligheidsinstituut. De auteur kan te allen tijde met een schrifte- lijk verzoek vragen het document alsnog te verwijderen. Het Veiligheidsinstituut bewaart de eindwerken als beveiligd pdf-bestand op een interne server. Referenties als Auteur, Titel, Onderwerp en Samenvatting worden openbaar gemaakt via de nieuwsbrief en web- site van het Veiligheidsinstituut.
2. Verhuur en uitleen: De pdf-bestanden worden op vraag beschikbaar gesteld aan geïnte- resseerden. Dit gebeurt als bijlage van een mail, via een ftp-server of een digitaal uitwis- selplatform zoals Dropbox of We Transfer.
2 Een bestuursdocument is alle informatie in geschreven, visuele, auditieve of geautomatiseerde vorm waarover het pro- vinciebestuur beschikt. Volgens de principes van ‘Openbaarheid van bestuur’ kan iedereen elk bestuursdocument koste- loos elektronisch opvragen of ter plaatse inzien. Dat kan zonder dat je daarvoor een belang moet aantonen. Voor inzage in documenten van persoonlijke aard moet je wel een belang kunnen aantonen.
Cursusmateriaal
Cursusteksten en presentaties blijven eigendom van de auteurs. De cursist mag ze enkel gebrui- ken binnen het kader van de opleiding. Elk ander gebruik valt onder de beperkingen van het au- teursrecht.
Artikel 8 Attesten en getuigschriften
De cursist die minstens 50% heeft behaald op elk evaluatieonderdeel, krijgt een getuigschrift. Getuigschriften zijn persoonlijke eigendom van de cursist, en worden pas uitgereikt als het cur- susgeld volledig werd betaald.
Afhankelijk van de opleiding kunnen tussentijdse attesten gegeven worden.
Op het getuigschrift na afloop van de opleiding, staat de volgende vermelding bij een score van:
• 50 tot 67,9: ‘voldoening’
• 68 tot 76.9: ‘onderscheiding’
• 77 tot 84.9: ‘grote onderscheiding’
• 85 tot 89.9: ‘grootste onderscheiding’
• 90 of meer: ‘grootste onderscheiding en gelukwensen van de examencommissie’
Artikel 9 Beroepsmogelijkheden
Een cursist die het (na een dergelijk gesprek) oneens is/blijft met de evaluatie, kan dan in be- roep gaan. Dit beroep moet schriftelijk gebeuren, zowel via mail als via een aangetekende brief. De cursist verwijst in zijn/haar mail naar de aangetekende brief door middel van de zin “ook aangetekend verstuurd op datum x”.
De cursist verstuurt zijn bezwaar aangetekend naar het Provinciaal Veiligheidsinstituut t.a.v. de voorzitter van de beroepsinstantie (Boomgaardstraat 22, 2600 Antwerpen, binnen 15 kalender- dagen na bekendmaking van het resultaat (verzenddatum aangetekende zending telt).
De directie, of haar afgevaardigde, roept de beroepsinstantie samen. De indiener van het beroep kan eventueel gehoord worden, op uitnodiging van de beroepsinstantie. De beroepsinstantie re- ageert binnen 21 kalenderdagen na de uiterste inleverdatum van het beroep en doet uitspraak over:
• Ontvankelijkheid van het beroep: als het beroep ingediend is volgens de hierboven ver- melde voorschriften, is het ontvankelijk en zal het verder onderzocht worden.
• Gegrondheid van het beroep: de beroepsinstantie oordeelt over de argumenten die als motivering voor het beroep worden gebruikt.
De beroepsinstantie kan een van de volgende beslissingen nemen:
• Aanvaarding van het beroep. Bij vaststelling van ernstige onregelmatigheden waarbij de cursist, door opzettelijk of onopzettelijk toedoen van het Veiligheidsinstituut of juryleden aangesteld door het Veiligheidsinstituut, een onterechte behandeling of onterechte score heeft gekregen bij een evaluatieonderdeel, kan het beroepsorgaan
o het resultaat herroepen.
o een extra kans toestaan voor (delen van) het betrokken evaluatieonderdeel.
• Afwijzing van het beroep. In dat geval kan de beroepsinstantie het bezwaar doorgeven aan de dienst opleidingen van het Veiligheidsinstituut als een opmerking om zijn werking te kunnen verbeteren.
De uitspraak van de beroepsinstantie is bindend. Binnen het Veiligheidsinstituut/provinciebe- stuur en daartegen is er geen georganiseerd beroep meer voorzien binnen het Veiligheidsinsti- tuut/Provinciebestuur.
Tegen het besluit van de beroepsinstantie kan enkel een beroep tot nietigverklaring worden in- gesteld bij de Raad van State. Meer informatie vind je daarover op xxx.xxxxxxxxxxxx.xx.
Artikel 10 Fraude
§ 1 Definitie
Plagiaat = elke overname van het werk (ideeën, teksten, structuren, beelden, plannen, …) van zichzelf of van anderen, op identieke wijze of onder licht gewijzigde vorm en zonder adequate bronvermelding.
Plagiaat heeft verscheidene verschijningsvormen:
• het woordelijk of bijna woordelijk overnemen van andermans teksten (of onderdelen er- van) ongeacht het soort bron (ook digitale bronnen al dan niet via het internet) zonder het aangeven van een citaat (bv. via aanhalingstekens) en/of zonder adequate bronver- melding;
• het kopiëren van afbeeldingen, schema’s, grafieken, figuren, geluids- of beeldfragmenten
… zonder geschikte bronvermelding;
• het parafraseren van andermans redeneringen zonder geschikte bronvermelding;
• het vertalen van teksten zonder geschikte bronvermelding.
Mits inachtneming van enkele aandachtspunten en tips kan de cursist zelf plagiaat vermijden. Meer toelichting is opgenomen in de informatiebrochure, hoofdstuk 3 ‘Eindwerk’.
Plagiaat schaadt de kwaliteit van een werkstuk en kan dus geïnterpreteerd worden als fraude. Andere vormen van fraude leunen aan bij plagiaat en zijn evenmin tolereerbaar, bijvoorbeeld:
• het al dan niet tegen betaling verwerven of laten bewerken van werkstukken en dit laten doorgaan als eigen werk;
• het hergebruiken van eigen werk en het laten doorgaan voor een nieuw werkstuk;
• het zelf simuleren of vervalsen van onderzoeksgegevens;
• handtekenen voor een andere deelnemer;
• inleveren van een vervalst afwezigheidsattest;
• …
§ 2 Procedure
Wie fraude of plagiaat vermoedt of vaststelt, informeert zo snel mogelijk de cursusbegeleiding.
De cursusbegeleiding onderzoekt of er fraude of plagiaat is gepleegd, eventueel in overleg met de binnen het provinciebestuur aangewezen expert. Ze onderzoekt ook de ernst van de overtre- ding. De cursist kan gehoord worden vóór de beslissing over eventuele fraude of plagiaat
In afwachting van een uitspraak door de directie (of zijn afgevaardigde) mag de cursist deelne- men aan de verschillende evaluatieonderdelen. De bekendmaking van zijn resultaat wordt echter uitgesteld tot de beslissing i.v.m. fraude is genomen.
§ 3 Sancties bij fraude
Iedere vorm van fraude kan ertoe leiden dat de cursist
• een aangepast cijfer krijgt voor dat evaluatieonderdeel;
• een 0 krijgt;
• in het uiterste geval, uitgesloten wordt van de opleiding.
Artikel 11 – Aanpassingen op maat
Individuele aanpassingen zijn ondersteuningsmaatregelen die een cursist kan aanvragen omwille van specifieke persoonlijke noden. Aanpassingen kunnen voor cursisten:
• met een functiebeperking (bv. auditieve of visuele functiebeperking, leerstoornis (dyslexie, dyscalculie, …))
• met een ernstig medisch of psychisch probleem.
De cursist dient daartoe een gemotiveerd en volledig onderzoeksverslag in, afgeleverd door een erkend expertisecentrum. Dit verslag bevat de conclusies van het onderzoek, een anamnese, een overzicht van de afgenomen testen en de resultaten daarvan.
De aanvraag moet gebeuren ten laatste 1 maand na start van de opleiding. Na een gesprek tus- sen aanvrager en cursusbegeleiding worden de eventuele individuele aanpassingen afgesproken en neergeschreven in een contract.
Aanpassingen die tot de mogelijkheden behoren zijn bijvoorbeeld:
• extra examentijd zowel voor schriftelijke als voor mondelinge examens;
• voorlezen van examenvragen;
• gebruik van computer.
Artikel 12 Goedkeuring Provincieraad
Dit reglement werd goedgekeurd door de provincieraad van Provincie Antwerpen op datum van 26/11/2020. Het is geldig voor de in artikel 1 vermelde opleidingen die daarna starten.
Annex Aanvullende vorming niveau II voor preventie- adviseurs - Aanvulling Basismodule
Artikel 4 Evaluatieonderdelen
Tijdens de basismodule neemt de cursist deel aan een aantal evaluatieonderdelen waarop pun- ten te behalen zijn. Deze punten leiden uiteindelijk tot een totaalscore (zie tabel 1).
De basismodule vormt een afgerond geheel. Het behaalde puntentotaal van de basismodule wordt niet verrekend in de score van de specialisatiemodule.
Evaluatieon- derdeel | Bestaat uit | Duurtijd | Puntenverdeling | Geslaagd bij |
Aanwezigheid | Ganse module | Noodzakelijke voor- waarde | ≤ 4 dagen afwezig | |
Examen | Openboek-examen | 120 minuten | 15 punten | ≥50% |
VOL VCA-examen | 75 minuten | Noodzakelijke voor- waarde | ≥64.5% | |
Praktijk | Workshops | 6u/workshop | 15 punten | ≥50% |
Individuele op- dracht | Privétijd | Noodzakelijke voor- waarde | Inleveren | |
Totaal | 30 punten | ≥50% |
Tabel 1: puntenverdeling Basismodule
1. Examen
1.1. Openboek-examen
Het openboek-examen is een schriftelijk examen waarvoor de cursist gebruik mag maken van alle documenten die hij denkt nodig te hebben om te slagen voor het examen.
Digitale hulpbronnen (zoals tablets, portables, gsm’s of smartphones) mogen tijdens het examen niet gebruikt worden en moeten uitgeschakeld worden.
Het examen wordt verbeterd door de cursusbegeleider of zijn vervanger.
1.2 VOL-VCA-examen
Het VOL-VCA-examen is een beeldschermexamen (gesloten boek). Het bestaat uit 70 vragen die binnen 75 minuten moet worden beantwoord. De cursist moet minimaal 64.5% behalen om te slagen.
De cursist die een VOL-VCA attest van max. 5 jaar oud kan voorleggen, is vrijgesteld voor het VOL-VCA-examen.
1.2. Herkansing
Een cursist die onvoldoende scoort, kan deelnemen aan één schriftelijk herexamen. De datum van het herexamen wordt bepaald in overleg met de cursist(en). De duurtijd is dezelfde als bij het eerste examen. Bij een herkansing kan het Veiligheidsinstituut niet garanderen dat het VOL- VCA-examen en het openboek-examen op dezelfde dag doorgaan.
2. Praktijk
2.1 Workshops
In de basismodule werken cursisten in groep opdrachten uit tijdens workshops. Deze opdrachten zijn bedoeld om de theoretische begrippen/concepten (‘kennen’) uit de cursus in te oefenen in de praktijk (‘kunnen’).
Op het einde van elke workshop kennen de begeleidende docenten een groepsscore toe. Zij baseren zich hiervoor op volgende criteria:
o Hoe werkt de groep samen (efficiënt, effectief, constructief)3?
o Hoe reageert de groep op feedback van de docenten?
o Wat is de kwaliteit van het resultaat?
Wie afwezig is tijdens een workshop, scoort voor die workshop geen punten.
De groepsscores van de verschillende workshops worden door de cursusbegeleiding herrekend tot een eindscore ‘praktijk’ per cursist op 15 punten.
3 Omdat ‘samenwerken’ een essentieel onderdeel vormt van de job als preventieadviseur, hecht het Veiligheidsinstituut veel waarde aan het groepswerken en ieders rol hierin. Het Veiligheidsinstituut verwacht een eerlijke, evenwichtige in- breng van alle groepsleden: “samen”werken dus. Wij adviseren dat de groepsleden hier onderling duidelijke afspraken over maken van bij het begin. Bij een problematische groepswerking kan het Veiligheidsinstituut eventueel bemiddelen.
In uitzonderlijke gevallen kan het Veiligheidsinstituut beslissen om een groepslid uit te sluiten van de groep en een alter- natieve opdracht te geven.
2.2 Individuele opdracht
In de basismodule werkt iedere cursist een individuele opdracht uit. Er worden geen punten ge- geven op deze opdracht, maar het tijdig voltooien van deze opdracht is één van de voorwaarden om te mogen starten in de specialisatiemodule.
2.3 Herkansing
Een cursist die onvoldoende scoort op het praktijk-onderdeel ‘workshops’, heeft recht op 1 her- kansing. De herkansing bestaat uit een opdracht m.b.t. het thema van de workshop waarvoor de cursist een onvoldoende scoort. Deze opdracht wordt individueel gemaakt. De datum waarop de opdracht moet worden ingeleverd, wordt bepaald in overleg met de cursist(en).
Annex Aanvullende vorming niveau II voor preventie- adviseurs - Aanvulling Specialisatiemodule
Artikel 4 Evaluatieonderdelen
Tijdens de specialisatiemodule neemt de cursist deel aan een aantal evaluatieonderdelen waarop punten te behalen zijn. Deze punten leiden uiteindelijk tot een totaalscore (zie tabel 3).
De specialisatiemodule vormt een afgerond geheel. Het puntentotaal dat de cursist hier behaalt, wordt herrekend naar een percentage. Dit vormt de eindscore op het getuigschrift preventiead- viseur niveau II.
Evaluatieon- derdeel | Bestaat uit | Duurtijd | Puntenverdeling | Geslaagd bij |
Aanwezigheid | Ganse module | Noodzakelijke voorwaarde | ≤ 3 dagen afwezig | |
Examen | Openboek- examen | Zie infodocument m.b.t. examen | 20 punten | ≥ 50% |
Praktijk | Groepsop- dracht | 15u verspreid over 2 opeenvol- gende lesdagen | 10 punten – groepsscore – verspreid over voorbereiding, voorstel en presentatie | ≥ 50% |
Eindwerk | Privé-tijd | 30 punten – individuele score – verspreid over in- houd werk, presentatie en be- antwoorden vragen | ≥ 50% | |
Totaal | 60 punten | ≥ 50% |
Tabel 2: puntenverdeling Specialisatiemodule
1. Examen
Het openboekexamen is een mondeling examen met schriftelijke voorbereiding, waarvoor de cursist gebruik mag maken van alle documenten die hij denkt nodig te hebben om te slagen voor het examen.
Digitale hulpbronnen (zoals tablets, portables, gsm’s of smartphones) mogen tijdens het examen niet gebruikt worden en moeten uitgeschakeld worden.
Een cursist die onvoldoende scoort, kan deelnemen aan één schriftelijk herexamen. De datum van het herexamen wordt bepaald in overleg met de cursist(en). Voor een herexamen speciali- satiemodule is de maximale duur 120 minuten.
2. Praktijk
2.1 Groepsopdracht
In de specialisatiemodule werken cursisten in groep een opdracht uit. Deze opdracht is bedoeld om de theoretische begrippen/concepten (‘kennen’) uit de cursus in te oefenen in de praktijk (‘kunnen’).
Deze opdracht wordt in groep uitgewerkt en afgerond tijdens het 2-daags synthesemoment van de specialisatiemodule dat plaatsvindt in het Provinciaal Vormingscentrum in Malle.
De beoordeling tijdens het 2-daags synthesemoment in Malle gebeurt door iedere aanwezige er- varingsdeskundige op volgende momenten:
• de groepswerking tijdens dag 1 (samenwerking, reactie op feedback)4
• het resultaat van de opdracht op dag 2 in de voormiddag (kwaliteit)
• de presentatie van (een deel van) de opdracht op dag 2 in de namiddag (kwaliteit - vorm en inhoud)
Zij kennen telkens een groepsscore toe. De cursusbegeleiding herleidt deze scores tot een ge- middelde groepsscore op 10. Wie afwezig is tijdens het synthesemoment, scoort voor dit onder- deel geen punten.
2.2 Eindwerk
2.2.1 Terminologie
1e zittijd = 1e deelname van een cursist aan de eindwerkverdediging.
• 1e zittijd A: eerste keuzemogelijkheid om het eindwerk te verdedigen.
• 1e zittijd B: tweede (en laatste) keuzemogelijkheid om het eindwerk te verdedigen.
2e zittijd = herkansing bij niet slagen in de 1e zittijd.
4 Omdat ‘samenwerken’ een essentieel onderdeel vormt van de job als preventieadviseur, hechten we veel waarde aan het groepswerken en ieders rol hierin. Het Veiligheidsinstituut verwacht een eerlijke, evenwichtige inbreng van alle groepsleden: “samen”werken dus. Wij adviseren dat de groepsleden hier onderling duidelijke afspraken over maken van bij het begin. Bij een problematische groepswerking kan het Veiligheidsinstituut eventueel bemiddelen. In uitzonderlijke
gevallen kan het Veiligheidsinstituut beslissen om een groepslid uit te sluiten van de groep en een alternatieve opdracht te geven.
Inleveren = afleveren van het eindwerk op het Veiligheidsinstituut. Xxxx uiterlijk gebeuren op de inleverdatum.
2.2.2 Voorwaarden
Een cursist kan deelnemen aan de eindwerkverdediging op voorwaarde dat
1. hij geslaagd is voor de groepsopdracht en het examen van de specialisatiemodule EN
2. hij een eindwerk indient en verdedigt binnen de voorziene termijn (zie verder).
2.2.3 Termijn 1e zittijd
Voor het verdedigen van het eindwerk in 1e zittijd, heeft de cursist de vrije keuze uit 2 verdedi- gingsperiodes. Het Veiligheidsinstituut organiseert 2x per jaar een verdedigingsperiode, zowel in het voor- als in het najaar van ieder jaar (voorjaar = april; najaar = oktober).
Start cursus | Einde cursus | 1e zittijd A | 1e zittijd B |
Januari (jaar x) | Januari (jaar x+1) | Voorjaar jaar x+1 | Najaar jaar x+1 |
Maart (jaar x) | Maart (jaar x + 1) | Najaar jaar x+1 | Voorjaar jaar x+2 |
September (jaar x) | Juni (jaar x + 1) | Najaar jaar x+1 | Voorjaar jaar x+2 |
November (jaar x) | Oktober (jaar x +1) | Voorjaar jaar x+2 | Najaar jaar x+2 |
2.2.4 Termijnen 2e zittijd - Herkansing
Een cursist die onvoldoende scoort, kan deelnemen aan één herkansing voor zijn eindwerk. We noemen dit de 2e zittijd. Herkansen moet gebeuren in de volgende periode van eindwerkverde- diging die het Veiligheidsinstituut organiseert.
2.2.5 Inleveren eindwerk
Termijnen
Het inleveren van het eindwerk gebeurt als volgt:
• Deelname eindwerkverdediging voorjaar (apr): het eindwerk moet ten laatste op 1 maart* in ons bezit zijn.
• Deelname eindwerkverdediging najaar (okt): het eindwerk moet ten laatste op 1 sep- tember* in ons bezit zijn.
*Als deze datum in het weekend valt, xxxxx je het eindwerk binnen op de vrijdag ervoor. Het Veilig- heidsinstituut is open tot 17u.
Cursisten die in aanmerking komen om deel te nemen aan de eindwerkverdediging, ontvangen ten laatste 1 maand voordien een herinneringsmail.
Indien een cursist het eindwerk niet tijdig inlevert voor een eindwerkperiode, gaat het Veilig- heidsinstituut ervan uit dat hij niet deelneemt.
• Gaat het om 1e zittijd A, dan schuift de verdediging automatisch door naar 1e zittijd B.
• Gaat het om 1e zittijd B, dan wordt deze verdediging beschouwd als een deelname waar- voor de cursist een onvoldoende scoorde. De cursist kan deelnemen aan de 2e zittijd in de volgende verdedigingsperiode.
De cursist ontvangt schriftelijk binnen de 20 werkdagen na de inleverdatum zijn persoonlijke planning m.b.t. het verdedigen van het eindwerk.
Inleveren: hoe en waar?
De cursist levert het eindwerk in bij het informatiecentrum van het Veiligheidsinstituut en ont- vangt een bewijs van afgifte.
Iedere cursiste levert van het eindwerk 2 exemplaren op papier EN 1 digitaal exemplaar (wijze en vorm vrij te kiezen – versie bestemd voor het archief) in. De cursist bezorgt zelf een exem- plaar aan zijn eventuele promotor.
Als het eindwerk vertrouwelijke informatie bevat, of als het eindwerk omwille van een andere reden niet gepubliceerd mag worden, moet de cursist dit uitdrukkelijk vermelden op het titelblad én bij het inleveren van het eindwerk.
2.2.6 Beoordeling eindwerk
Een eindwerk wordt als volgt beoordeeld:
1. Een 2-koppige jury (promotor en lezer of 2 lezers) beoordeelt het werk.
2. Een 3-koppige jury (promotor, lezer en voorzitter OF 2 lezers en voorzitter) beoordeelt de presentatie en het beantwoorden van de vragen.
Het is de combinatie van alle scores die het eindresultaat bepaalt. De cursist dient minstens op 2 van de 3 onderdelen geslaagd te zijn om in z’n geheel te slagen.
De juryleden hebben een scoreblad als leidraad voor het toekennen van de scores. Een template van dit scoreblad is raadpleegbaar voor de cursisten via Smartschool.
De eindwerkjury wordt voorgezeten door een voorzitter. Hij of zij is verantwoordelijk voor het goede verloop van de eindwerkverdediging. De voorzitter van de jury verwerkt de resultaten van
de leden van de eindwerkjury en brengt ze samen op de beoordelingstabel. De evaluatiecom- missie5 beoordeelt en bekrachtigt de resultaten van de eindwerkverdediging.
2.2.7 Uitstel
Een eenmalig uitstel is mogelijk indien de cursist de maximale termijn voor zijn 1e zittijd niet kan naleven omwille van een gegronde reden. De aanvraag tot uitstel moet
• schriftelijk gebeuren t.a.v. de cursusbegeleider.
• vergezeld zijn van een motivatiebrief. Bij medische reden: attest van de behandelende arts.
• vergezeld zijn van een plan van aanpak, waaruit blijkt dat het eindwerk tegen de vol- gende inleverdatum wel klaar zal zijn.
• ons bereiken voor de inleverdatum van de eindwerkperiode waarvoor uitstel wordt ge- vraagd.
De cursusbegeleider overlegt met de teamleider opleidingen n.a.v. de vraag tot uitstel, en be- antwoordt de aanvraag binnen de 10 kalenderdagen na de datum van ontvangst.
Verlenging van het uitstel is enkel mogelijk op basis van een
• medisch attest (voor de cursist zelf)
• bewijs van verlof voor medische bijstand genomen door de cursist voor:
o gezinsleden
o bloedverwanten tot in de 2e graad
o aanverwanten tot in de 1e graad
2.2.8 Definitief onvoldoende
Voor wie ook in 2e zittijd een onvoldoende scoort op het eindwerk, is dit de definitieve score. Wil de deelnemer toch het getuigschrift behalen, kan hij zich opnieuw inschrijven voor de specialisa- tiemodule. Dit houdt in: de lessen regelmatig volgen (zie ‘aanwezigheden’) en alle evaluatieon- derdelen opnieuw doorlopen.
2.2.9 Aanwezigheid van derden bij de eindwerkverdediging
Het Veiligheidsinstituut stelt steeds haar eindwerkplanning ter beschikking van het departement Toezicht Welzijn op het Werk van de FOD WASO; zij kan steeds de verdediging(en) bijwonen.
5 Deze evaluatiecommissie bestaat uit de cursusbegeleider, de teamverantwoordelijke dienst opleidingen en/of de inge- nieur-directeur van het Veiligheidsinstituut. De commissie bestaat steeds uit ten minste twee personen.
Cursisten hebben de vrijheid om maximaal 2 personen uit te nodigen om de eindwerkverdedi- ging in stilte bij te wonen. Zij verlaten het lokaal vooraleer de jury start met de puntentoeken- ning. Wanneer de toeschouwers de eindwerkverdediging hinderen op welke wijze dan ook, kun- nen zij door de voorzitter uit het lokaal verwijderd worden.
Annex Basiscursus veiligheidskunde (niveau III)
Artikel 4 Evaluatieonderdelen
Evaluatieon- derdeel | Bestaat uit | Duurtijd | Puntenverdeling | Geslaagd bij |
Aanwezigheid | Ganse oplei- ding | Noodzakelijke voor- waarde | ≤ 1.5 dag afwezig | |
Examen | Openboek-examen | 90 minuten | Herleid naar score op 100 | ≥50% |
VOL VCA-examen | 75 minuten | Noodzakelijke voor- waarde | ≥64.5% |
Het examen volgt aansluitend op de cursus.
Het examen wordt verbeterd door de cursusbegeleider of zijn vervanger.
Openboek-examen
Voor het open boek examen mag de cursist gebruik maken van alle documenten die hij denkt nodig te hebben om te slagen voor het examen:
• het cursusboek Welzijn op het werk,
• cursusteksten van docenten,
• het preventiezakboekje,
• het boek VOL-VCA en
• de eigen notities van de cursist.
Digitale hulpbronnen (zoals tablets, portables, gsm’s of smartphones) mogen tijdens het examen niet gebruikt worden en moeten uitgeschakeld worden.
Naast detailvragen bevat het open boek examen synthesevragen die peilen naar de geïnte- greerde kennis van de cursist.
VOL-VCA-examen
Het VOL-VCA-examen is een beeldschermexamen met gesloten boek. Het bestaat uit 70 vragen die binnen 75 minuten moet worden beantwoord. De cursist moet minimaal 64.5% behalen om te slagen.
De cursist die een VOL-VCA attest van max. 5 jaar oud kan voorleggen, is vrijgesteld voor het VOL-VCA-examen.
Herkansing
Een cursist die onvoldoende scoort, kan deelnemen aan één schriftelijk herexamen. De datum van het herexamen wordt bepaald in overleg met de cursist(en). Voor een herexamen is de maximale duur 1,5 uur.
Annex Upgrade-opleiding veiligheids- en gezond- heidscoördinatoren op tijdelijke of mobiele bouw- plaatsen
Artikel 4 Evaluatieonderdelen
Evaluatie- onderdeel | Bestaat uit | Duurtijd | Puntenverdeling | Geslaagd bij |
Aanwezigheid | Ganse oplei- ding | Noodzakelijke voor- waarde | ≤ 1 dag af- wezig | |
Eindwerk | Eindwerk zelf | Privé-tijd | Noodzakelijke voor- waarde | |
Verdediging | 45 minuten | Herleid naar score op 100 | ≥50% |
De cursus wordt afgesloten met het uitwerken en verdedigen van een projectwerk. De scores van beide juryleden wordt opgeteld en herleid tot een percentage. Dit is de eindscore voor de cursus.
Om te slagen voor het projectwerk dient de cursist minstens 50% te behalen. Door het uitwer- ken van een project zal blijken of de cursist een probleem of een situatie m.b.t. veiligheidscoör- dinatie op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen (TMB) op een systematische en methodisch verant- woorde manier kan situeren, analyseren en synthetiseren. Dit komt enerzijds tot uiting via de inhoud van het ingediende projectwerk en anderzijds via de verdediging van dit projectwerk voor de jury.
Onderwerp
De cursist stelt zelf een project TMB voor. Dit project omvat een onderwerp, bouwtechnische in- formatie, afmetingen, volumes, materialen, … en andere informatie relevant voor de veiligheids- coördinator.
Xxxxxxxxxx de vooropleiding van de cursist kan hij kiezen voor een project niveau A of niveau B.
Inhoud
Het project omvat:
• het uitwerken van een TMB-project overeenkomstig de betreffende reglementering;
• het verdedigen van dit project t.o.v. een jury; tijdens de mondelinge verdediging wordt eveneens gepolst naar kennis en inzicht in de thematiek van TMB/Welzijn op het Werk.
Belangrijk is om het project te behandelen ‘als echt’, d.w.z. alsof het project echt aan de cursist- veiligheidscoördinator is toegewezen.
Opmerking
Cursisten die een project verwezenlijking hebben, ontvangen geen ontwerp-informatie: zij moe- ten m.a.w. een aantal stellingen innemen, die eventueel kunnen toegelicht worden bij de eind- werkverdediging.
Het is ten strengste verboden om de actoren van de projecten zoals de aannemer of architect te contacteren.
Indienen projectwerk
Tijdens de cursus spreekt de cursusbegeleiding met de cursisten een datum af waarop het pro- ject ingediend moet worden.
De cursist dient zijn projectwerk in 3-voud in bij het informatiecentrum van het Veiligheidsinsti- tuut. Hij krijgt hiervoor een ontvangstbewijs. Na het indienen ontvangt de cursist binnen de 20 werkdagen zijn persoonlijke planning m.b.t. het verdedigen van het project.
Indien de cursist geen project heeft ingediend op de inleverdatum, wordt hij niet meer toegela- ten tot de verdediging. Deze kans wordt wel beschouwd als een deelname (1e kans).
Projectverdediging
De projectverdediging vindt plaats op een datum en uur die door het Veiligheidsinstituut worden bepaald. Bij de verdediging is een jury aanwezig, die bestaat uit een voorzitter (medewerker van het Veiligheidsinstituut) en twee juryleden. Enkel de juryleden geven een score voor het eind- werk.
Het Veiligheidsinstituut stelt steeds haar planning ter beschikking van het departement Toezicht Welzijn op het Werk van de FOD WASO. Deze heeft het recht een afgevaardigde te sturen om de verdediging bij te wonen. Cursisten hebben de vrijheid om 1 of 2 personen uit te nodigen om aanwezig te zijn bij de eindwerkverdediging. Deze personen mogen geen vragen stellen of com- mentaar leveren tijdens de eindwerkverdediging. Zij verlaten het lokaal vooraleer de jury start met de puntentoekenning. Wanneer de toeschouwers de eindwerkverdediging hinderen op welke wijze dan ook, kunnen zij door de voorzitter uit het lokaal verwijderd worden.
Herkansing
Cursisten die willen gebruik maken van hun recht op herkansing moeten dat doen binnen het jaar na de 1e projectverdediging.
Beoordeling eindwerk
De eindscore is gebaseerd op 3 onderdelen:
1. de inhoud van het projectwerk;
2. de antwoorden op de vragen mbt het projectwerk;
3. de antwoorden op vragen mbt het ruimer reglementair kader