PROTOCOL BIJ DE OVEREENKOMST
PROTOCOL BIJ DE OVEREENKOMST
tussen de Europese Gemeenschap en het Koninkrijk Denemarken betreffende de criteria en instrumenten om te bepalen welke staat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat wordt ingediend in Denemarken of een andere lidstaat van de Europese Unie en "Eurodac" voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van de Overeenkomst van Dublin, wat betreft de toegang tot Eurodac voor rechtshandhavingsdoeleinden
DE EUROPESE UNIE, hierna "de Unie" genoemd, en
HET KONINKRIJK DENEMARKEN, hierna "Denemarken" genoemd, hierna gezamenlijk "de partijen" genoemd,
OVERWEGENDE dat op 10 maart 2005 de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en het Koninkrijk Denemarken betreffende de criteria en instrumenten om te bepalen welke staat verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat wordt ingediend in Denemarken of een andere lidstaat van de Europese Unie en "Eurodac" voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van de Overeenkomst van Dublin (1) (hierna de "overeenkomst van 10 maart 2005" genoemd) is ondertekend,
EROP WIJZENDE dat de Unie op 26 juni 2013 Verordening (EU) nr. 603/2013 van het Europees Parlement en van de Raad (2) heeft vastgesteld,
VERWIJZENDE naar Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), op grond waarvan Denemarken niet heeft deelgenomen aan de vaststelling van Verordening (EU) nr. 603/2013, die derhalve niet bindend is voor, noch van toepassing is in die lidstaat,
EROP WIJZENDE dat de procedures voor de vergelijking en verzending van gegevens voor rechtshandhavingsdoeleinden, zoals vastgesteld bij Verordening (EU) nr. 603/2013, geen wijziging van het Eurodac-acquis inhouden zoals bedoeld in de overeenkomst van 10 maart 2005, en derhalve buiten het toepassingsgebied van de overeenkomst van 10 maart 2005 vallen,
OVERWEGENDE dat er een protocol tussen de Unie en Denemarken dient te worden gesloten teneinde Denemarken in staat te stellen deel te nemen aan de rechtshandhavingsgerelateerde aspecten van Eurodac en daarmee de aangewezen rechtshandhavingsinstanties in Denemarken in staat te stellen verzoeken in te dienen om vergelijking met vingerafdruk gegevens die door andere deelnemende staten in het centrale systeem van Eurodac zijn ingevoerd,
OVERWEGENDE dat de toepassing van Verordening (EU) nr. 603/2013 voor rechtshandhavingsdoeleinden ten aanzien van Denemarken tevens de aangewezen rechtshandhavingsinstanties van de andere deelnemende staten en Europol in staat moet stellen verzoeken in te dienen om vergelijking met vingerafdrukgegevens die door Denemarken in het centrale systeem van Eurodac zijn ingevoerd,
OVERWEGENDE dat de verwerking van persoonsgegevens door de aangewezen rechtshandhavingsinstanties van de deelnemende staten met het oog op het voorkomen, het opsporen of het onderzoeken van terroristische misdrijven of andere ernstige strafbare feiten op grond van dit protocol dient te zijn onderworpen aan normen voor de bescherming van persoonsgegevens volgens nationaal recht die in overeenstemming zijn met Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad (3),
OVERWEGENDE dat Xxxxxxxxx (EU) 2016/680 een ontwikkeling inhoudt van de bepalingen van het Schengenacquis uit hoofde van titel V van deel drie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en dat Denemarken op
26 oktober 2016 overeenkomstig artikel 4 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken aan de Commissie te kennen heeft gegeven dat het die richtlijn in zijn nationale wetgeving zal omzetten. Denemarken moet die richtlijn en de nadere voorwaarden die bij Verordening (EU) nr. 603/2013 zijn vastgesteld met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door de aangewezen autoriteiten van Denemarken met het oog op het voorkomen, opsporen of onderzoeken van terroristische misdrijven of andere ernstige strafbare feiten bijgevolg toepassen,
(1) PB L 66 van 8.3.2006, blz. 38.
(2) Verordening (EU) nr. 603/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2013 betreffende de instelling van "Eurodac" voor de vergelijking van vingerafdrukken ten behoeve van een doeltreffende toepassing van Verordening (EU) nr. 604/2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend en betreffende verzoeken van rechtshandhavingsinstanties van de lidstaten en Europol om vergelijkingen van Eurodac-gegevens ten behoeve van rechtshandhaving, en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1077/2011 tot oprichting van een Europees Agentschap voor het operationeel beheer van grootschalige IT-systemen op het gebied van vrijheid, veiligheid en recht (PB L 180 van 29.6.2013, blz. 1).
(3) Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen
in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad (PB L 119 van 4.5.2016, blz. 89).
OVERWEGENDE dat de nadere voorwaarden die bij Verordening (EU) nr. 603/213 zijn vastgesteld met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens door de aangewezen autoriteiten van de deelnemende staten en door Europol met het oog op het voorkomen, opsporen of onderzoeken van terroristische misdrijven of andere ernstige strafbare feiten, eveneens van toepassing dienen te zijn,
OVERWEGENDE dat slechts toegang mag worden verleend aan de aangewezen autoriteiten van Denemarken op voorwaarde dat vergelijkingen met de nationale vingerafdrukgegevensbanken van de verzoekende staat en met de geauto matiseerde dactyloscopische identificatiesystemen van alle andere deelnemende staten uit hoofde van Besluit 2008/615/JBZ van de Raad (4) niet tot de vaststelling van de identiteit van de betrokkene hebben geleid. Bijgevolg dient de verzoekende staat vergelijkingen uit te voeren met de technisch beschikbare geautomatiseerde dactyloscopische identi ficatiesystemen van alle andere deelnemende staten uit hoofde van dat besluit, tenzij die verzoekende staat kan aantonen dat er gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat dit niet tot de vaststelling van de identiteit van de betrokkene zou leiden. Dergelijke gegronde redenen bestaan met name wanneer er in het specifieke geval geen enkele operationele of onderzoeksmatige aanknoping is met een bepaalde deelnemende staat. Bijgevolg dient de verzoekende staat, wat dactylo scopische gegevens betreft, eerst te hebben voorzien in de juridische en technische tenuitvoerlegging van dat besluit, aangezien er geen Eurodac-controles voor rechtshandhavingsdoeleinden mogen worden verricht wanneer de bovenge noemde stappen niet vooraf zijn genomen,
OVERWEGENDE dat, alvorens Eurodac te doorzoeken, de aangewezen autoriteiten van Denemarken ook, mits aan de voorwaarden voor een vergelijking is voldaan, het Visuminformatiesysteem moeten raadplegen uit hoofde van Besluit 2008/633/JBZ van de Raad (5),
OVERWEGENDE dat de mechanismen waarin de overeenkomst van 10 maart 2005 voorziet met het oog op wijzigingen, van toepassing moeten zijn op alle wijzigingen wat betreft de toegang tot Eurodac voor rechtshandhavingsdoeleinden,
OVERWEGENDE dat dit protocol deel uitmaakt van de overeenkomst van 10 maart 2005,
ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:
Artikel 1
1. Wat de vergelijking van vingerafdrukgegevens met de in het centrale systeem van Eurodac opgeslagen gegevens voor de in artikel 2, lid 1, onder i), van die verordening omschreven rechtshandhavingsdoeleinden betreft, wordt Verordening (EU) nr. 603/2013 door Denemarken uitgevoerd en is zij overeenkomstig internationaal recht van toepassing in het kader van de betrekkingen van Denemarken met de andere deelnemende staten.
2. De lidstaten van de Unie, met uitzondering van Denemarken, worden beschouwd als deelnemende staten in de zin van lid 1 van dit artikel. Zij passen de bepalingen van Verordening (EU) nr. 603/2013 die betrekking hebben op de toegang voor rechtshandhavingsdoeleinden toe ten aanzien van Denemarken.
3. IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland worden beschouwd als deelnemende staten in de zin van lid 1, voor zover tussen die staten en de Unie een met dit protocol vergelijkbare overeenkomst van kracht is dat Denemarken als een deelnemende staat erkent.
Artikel 2
1. Richtlijn (EU) 2016/680 is van toepassing ten aanzien van de verwerking van persoonsgegevens door Denemarken die uit de toepassing van dit protocol voortvloeit.
2. Naast lid 1 zijn ook de voorwaarden die bij Verordening (EU) nr. 603/2013 zijn vastgesteld met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens van toepassing op Denemarken in verband met de verwerking van persoonsgegevens door zijn aangewezen autoriteiten voor het in artikel 1, lid 2, van die verordening neergelegde doel.
Artikel 3
De bepalingen van de overeenkomst van 10 maart 2005 inzake wijzigingen zijn van toepassing op alle wijzigingen die betrekking hebben op de toegang tot Eurodac voor rechtshandhavingsdoeleinden.
(4) Besluit 2008/615/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit (PB L 210 van 6.8.2008, blz. 1).
(5) Besluit 2008/633/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 over de toegang tot het Visuminformatiesysteem (VIS) voor raadpleging door
aangewezen autoriteiten van de lidstaten en door Europol, met het oog op het voorkomen, opsporen en onderzoeken van terroristische misdrijven en andere ernstige strafbare feiten (PB L 218 van 13.8.2008, blz. 129).
Artikel 4
1. Dit protocol wordt door de partijen volgens hun eigen procedures bekrachtigd of goedgekeurd.
2. Dit protocol treedt in werking op de eerste dag van de maand volgende op de kennisgeving door de partijen van de beëindiging van hun respectieve daartoe vereiste procedures.
3. Dit protocol is niet van toepassing voordat hoofdstuk 6 van Besluit 2008/615/JBZ door Denemarken ten uitvoer is gelegd en de evaluatieprocedures uit hoofde van hoofdstuk 4 van de bijlage bij Besluit 2008/616/JBZ van de Raad (6) zijn voltooid wat betreft dactyloscopische gegevens in verband met Denemarken.
Artikel 5
1. Elke partij kan zich uit dit protocol terugtrekken door de andere partij daarvan in kennis te stellen. Die kennisgeving wordt zes maanden na de datum ervan van kracht.
2. Dit protocol is niet langer van kracht indien ofwel de Unie ofwel Denemarken zich terugtrekt.
3. Dit protocol is niet langer van kracht indien de overeenkomst van 10 maart 2005 niet langer van kracht is.
4. De terugtrekking uit dit protocol of de beëindiging ervan heeft geen gevolgen voor de verdere toepassing van de overeenkomst van 10 maart 2005.
Artikel 6
Dit protocol wordt opgesteld in tweevoud in de Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische en de Zweedse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.
Съставено в Брюксел на двадесет и седми март две хиляди и деветнадесета година. Hecho en Bruselas, el veintisiete de marzo de dos mil diecinueve.
V Bruselu dne dvacátého sedmého března dva tisíce devatenáct. Udfærdiget i Bruxelles den syvogtyvende marts to tusind og nitten.
Geschehen zu Brüssel am siebenundzwanzigsten März zweitausendneunzehn.
Kahe tuhande üheksateistkümnenda aasta märtsikuu kahekümne seitsmendal päeval Brüsselis. Έγινε στις Βρυξέλλες, στις είκοσι εφτά Μαρτίου δύο χιλιάδες δεκαεννέα.
Done at Brussels on the twenty‑seventh day of March in the year two thousand and nineteen. Fait à Bruxelles, le vingt‑sept mars deux mille dix-neuf.
Sastavljeno u Bruxellesu dvadeset sedmog ožujka godine dvije tisuće devetnaeste. Fatto a Bruxelles, addì ventisette marzo duemiladiciannove.
Briselē, divi tūkstoši deviņpadsmitā gada divdesmit septītajā martā.
Priimta du tūkstančiai devynioliktų metų kovo dvidešimt septintą dieną Briuselyje. Xxxx Xxxxxxxxxxx, a kétezer-tizenkilencedik év március havának huszonhetedik napján. Magħmul fi Brussell, fis-sebgħa u għoxrin jum ta’ Marzu fis-sena elfejn u dsatax.
Gedaan te Brussel, zevenentwintig maart tweeduizend negentien.
Sporządzono w Brukseli dnia dwudziestego siódmego marca roku dwa tysiące dziewiętnastego. Feito em Bruxelas, em vinte e sete de março de dois mil e dezanove.
Întocmit la Bruxelles la douăzeci și șapte martie două mii nouăsprezece. V Bruseli dvadsiateho siedmeho marca dvetisícdevätnásť.
V Bruslju, dne sedemindvajsetega marca leta dva tisoč devetnajst.
Tehty Brysselissä kahdentenakymmenentenäseitsemäntenä päivänä maaliskuuta vuonna kaksituhattayhdeksäntoista. Som skedde i Bryssel den tjugosjunde mars år tjugohundranitton.
(6) Besluit 2008/616/JBZ van de Raad van 23 juni 2008 betreffende de uitvoering van Besluit 2008/615/JBZ inzake de intensivering van de grensoverschrijdende samenwerking, in het bijzonder ter bestrijding van terrorisme en grensoverschrijdende criminaliteit (PB L 210 van 6.8.2008, blz. 12).
За Европейския съюз Рог la Unión Europea Za Evropskou unii
For Den Europæiske Union Für die Europäische Union Euroopa Liidu nimel
Για την Ευρωπαϊκή Ένωση For the European Union Pour l'Union européenne Za Europsku uniju
Per l'Unione europea Eiropas Savienības vārdā – Sąjungos vardu
Az Európai Unió részéről Għall-Unjoni Ewropea Voor de Europese Unie W imieniu Xxxx
Xxxx Xxxxx Xxxxxxxx Xxxxxx Xxxxxxx Xxxxxxxxx Xx Xxxxxxxx xxxx
Xx Evropsko unijo Euroopan unionin puolesta För Europeiska unionen
ЗаКралство Дания
Por el Xxxxx xx Xxxxxxxxx Za Dánské království
For Kongeriget Danmark
Für das Königreich Dänemark Taani Kuningriigi nimel
Για το Βασίλειο της Δανίας
For the Kingdom of Denmark Pour le Royaume de Danemark Za Kraljevinu Dansku
Per il Regno di Danimarca Dānijas Karalistes vārdā – Danijos Karalystės vardu A Dán Királyság részéről
Għar-Renju tad-Danimarka
Voor het Koninkrijk Denemarken W imieniu Królestwa Danii
Pelo Reino da Dinamarca Pentru Regatul Danemarcei Za Dánske kráľovstvo
Za Kraljevino Dansko
Tanskan kuningaskunnan puolesta På Konungariket Danmark