VGA C01)
Caravanverzekering
(VGA C01)
Inhoudsopgave
Artikel: Onderwerp: Pagina:
1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN 3
2 VERZEKERINGSGEBIED 3
3 OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING 3
4 VERPLICHTINGEN IN GEVAL VAN SCHADE 6
5 BEHANDELING VAN EEN SCHADEGEVAL 6
6 ANDERE VERZEKERINGEN 8
7 VERJARING 8
8 DE PREMIE 8
9 WIJZIGING VAN PREMIE EN/OF VOORWAARDEN 9
10 DUUR EN EINDE VAN DE VERZEKERING 9
11 ADRES 10
12 GESCHILLEN 10
13 PERSOONSREGISTRATIE 10
CARAVANVERZEKERING (VGA C01)
ALGEMENE VERZEKERINGSVOORWAARDEN
Deze overeenkomst beantwoordt aan het vereiste van onzekerheid als bedoeld in art. 7:925 BW, indien en voor zover de door verzekerde of een derde(n) gele- den schade op vergoeding waarvan jegens verzeke- raars respectievelijk een verzekerde aanspraak wordt gemaakt, het gevolg is van een gebeurtenis waarvan voor partijen ten tijde van het sluiten van de verzeke- ring onzeker was dat daaruit schade voor verzekerde respectievelijk de derde(n) was ontstaan dan wel
naar de normale loop van omstandigheden nog zou ontstaan. Het enige gevolg van het ontbreken van on- zekerheid is dat de betreffende schade niet is gedekt; de verzekering blijft onverminderd van kracht.
1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
1.1 Verzekeringnemer
Degene die de verzekering met de verzekeraars is aangegaan en de premie en kosten is verschuldigd.
1.2 Verzekerde
Verzekerden zijn:
- verzekeringnemer;
- degene(n) die door verzekeringnemer is/zijn gemachtigd van de caravan gebruik te maken.
1.3 Verzekeraar(s)
Hij die het verzekerde risico draagt of zij die geza- menlijk het verzekerde risico dragen, ieder voor het door of namens hem getekende aandeel. Gevol- machtigde namens verzekeraars is Xxxxxx & Brom.
1.4 Gebeurtenis
Een voorval of een reeks van met elkaar verband houdende voorvallen ten gevolge waarvan schade is ontstaan.
1.5 Caravan
De op het polisblad omschreven caravan, dienende tot recreatief gebruik, met standaarduitrusting zoals deze door de fabrikant/importeur is geleverd.
1.6 Accessoires
De toevoegingen aan de standaarduitrusting van de caravan zoals reservewiel, caravanmover, gasfles- sen, fietsenrek, satellietschotels, zonnepanelen en dergelijke.
1.7 Voortent
De aan de caravan gekoppelde en daarmee één ge- heel vormende voortent en tentluifel, evenals bij de caravan staande toilettent.
1.8 Inboedel
Bedden- en linnengoed, keukengerei, koelkast, kook- en verwarmingsapparatuur, gasflessen, (tuin)
meubilair, hand- en tuingereedschap, verlichtingsap- paratuur en sanitair, die zich bevinden in de caravan dan wel in de meeverzekerde voortent en toebeho- ren aan verzekeringnemer of zijn gezinsleden.
1.9 Kostbare zaken
Aan verzekeringnemer en/of zijn gezinsleden toebehorend(e)
- beeld- en geluidsapparatuur (zoals televisie, radio, foto-apparatuur, film - en video apparatuur);
- computerapparatuur (inclusief software)
1.10 Nieuwwaarde
De waarde die geldt onmiddellijk voor de schade ter verkrijging van nieuwe zaken van dezelfde soort en kwaliteit.
1.11 Dagwaarde
De nieuwwaarde vermindert met een bedrag we- gens veroudering en/of slijtage.
1.12 De hulpdienst
De met verzekeraars samenwerkende hulpverle- ningsorganisatie.
2 VERZEKERINGSGEBIED
- Gedurende het hele jaar in Nederland, België, Luxemburg en binnen 100 kilometers van de Neder- landse grens in Duitsland;
- gedurende een aaneengesloten periode van zes maanden in Europa, de Azoren, de Canarische Eilanden, Madeira en in de Aziatische en Afrikaanse landen die grenzen aan de Middellandse Zee.
De verzekering is eveneens van kracht tijdens het vervoer van de caravan tussen de landen die tot het verzekeringsgebied behoren.
3 OMSCHRIJVING VAN DE DEKKING
3.1 Caravan
3.1.1 Verzekerd is schade aan of verlies van de cara- van door een plotselinge en onvoorziene gebeurte- nis.
Ook wanneer een gebrek van de caravan de oorzaak is.
3.1.1.1 Constructie en materiaalfouten
Als de caravan niet ouder is dan 60 maanden zijn de herstelkosten van constructie en materiaalfouten verzekerd, tenzij verzekerde:
- bij het aangaan van de verzekering bekend was met de fout;
- de herstelkosten kan verhalen op de fabrikant of leverancier;
- vrijwillig afstand heeft gedaan van het recht van ver- haal op de fabrikant of leverancier.
3.1.2 Hagel
Indien op het polisblad is aangegeven dat hagel- schade meeverzekerd is, is schade aan of verlies van de caravan door hagel verzekerd.
3.2 Voortent
Indien de rubriek Voortent is meeverzekerd, is tot het op het polisblad vermelde verzekerde bedrag verzekerd schade aan of verlies van de voortent door een plotselinge en onvoorziene gebeurtenis.
3.3 Inboedel en accessoires
Indien de rubriek Inboedel en/of de rubriek Acces- soires is meeverzekerd, is tot het op het polisblad vermelde verzekerde bedrag voor inboedel en/of accessoires verzekerd schade aan of verlies van de inboedel en/of accessoires ontstaan door een plot- selinge en onvoorziene gebeurtenis.
3.4 Hulpverlening
Deze verzekering geeft aanspraak op hulpverlening en/ of kostenvergoeding zoals omschreven in artikel 3.4.1 t/m 3.4.4 voor zover deze in overleg met en na verkre- gen toestemming van de hulpdienst zijn gemaakt.
3.4.1 Uitvallen caravan
Indien de caravan binnen het verzekeringsgebied na een gedekte gebeurtenis verloren gaat of zodanig is beschadigd dat daarmee niet meer verantwoord gereden kan worden omvat de hulpverlening:
3.4.1.1 vergoeding van de kosten van berging, be- waking en vervoer van de caravan naar de dichtst- bijzijnde reparateur waar de schade kan worden beoordeeld en/of hersteld;
3.4.1.2 vergoeding van de kosten van vervoer van de caravan naar een door verzekerde te bepalen adres in Nederland indien vaststaat dat de caravan niet binnen twee dagen zodanig gerepareerd kan worden, eventueel door middel van een noodrepa- ratie, dat voortzetting van de (terug)reis mogelijk is. Indien de kosten van vervoer van de caravan hoger zijn dan de waarde van de caravan na de gebeurte- nis, worden de kosten van invoer en/of vernietiging van de caravan in het betreffende land vergoed.
3.4.2 Uitvallen bestuurder
Indien de bestuurder van het trekkend motorrijtuig buiten Nederland (maar binnen het verzekeringsge- bied) uitvalt door ziekte, ongeval of overlijden en geen van de inzittenden is bevoegd of in staat de besturing over te nemen bestaat er recht op vergoe- ding van de kosten van een vervangende bestuurder om de caravan naar Nederland terug te rijden.
3.4.3 Uitvallen motorrijtuig
Indien het motorrijtuig waarmee de caravan wordt getrokken buiten Nederland (maar binnen het ver- zekeringsgebied) door brand, diefstal of een andere van buitenkomende gebeurtenis, verloren gaat of
zodanig beschadigd is dat daarmee niet verder ge- reden kan worden omvat de hulpverlening:
3.4.3.1
vergoeding van de kosten van vervoer van de cara- van naar een door verzekerde te bepalen adres in Nederland, indien vaststaat dat het motorrijtuig niet binnen twee werkdagen zodanig kan worden gere- pareerd, eventueel door middel van een noodrepa- ratie, dat voortzetting van de (terug)reis mogelijk is.
3.4.4 Vervangende caravan
Indien de caravan tijdens het gebruik voor vakantiedoel- einden door een gedekte gebeurtenis verloren gaat of zodanig beschadigd is dat deze onbewoonbaar is:
3.4.4.1 vergoeding van de huurkosten van een ver- vangende caravan of ander vakantieverblijf, doch niet langer dan de duur van de oorspronkelijk voorgeno- men reis. Verzekeraars vergoeden deze kosten tot EUR 125,00 per dag respectievelijk tot een maximum van EUR 1.250,00
3.5 Aansprakelijkheid
Verzekerd is de wettelijke aansprakelijkheid van ver- zekerden voor schade toegebracht aan personen en/of zaken met of door de caravan, mits niet ge- koppeld en buiten het verkeer tot stilstand gekomen dan wel met of door de zich daarin bevindende inboedel of accessoires en wel voor alle verzeker- den tezamen tot ten hoogste het op het polisblad vermelde bedrag per gebeurtenis. Xxxxxx aan zaken die een verzekerde onder zich heeft is niet gedekt.
3.6 Uitsluitingen en beperkingen
3.6.1 Van de verzekering is uitgesloten schade:
3.6.1.1 veroorzaakt terwijl de caravan is verhuurd of het gebruik anders is dan voor recreatie;
3.6.1.2 veroorzaakt wanneer de bestuurder van het trekkende motorrijtuig ten tijde van het schadegeval onder zodanige invloed van alcoholhoudende drank of enig ander bedwelmend of opwekkend middel verkeerde, dat hij niet in staat moet worden geacht een motorrijtuig naar behoren te besturen;
3.6.1.3 veroorzaakt terwijl de feitelijke bestuurder van het trekkende motorrijtuig:
- niet in het bezit is van een geldig voor het besturen van een motorrijtuig voorgeschreven rijbewijs;
- op grond van een rechtelijke uitspraak niet tot het besturen van een motorrijtuig bevoegd is;
3.6.1.4 door onvoldoende onderhoud van het verzekerde. Hiervan is sprake, indien blijkt, dat de caravan in
technisch opzicht niet in goede staat verkeert en verzekerde heeft nagelaten zorg te (laten) dragen voor tijdig en effectief deskundig onderhoud van:
- het complete onderstel;
- de gasinstallatie;
- de elektrische bedrading;
- de aan- en afvoerleidingen voor water en de daarop aangesloten reservoirs en toestellen;
- het afdichtingsmateriaal;
- de dakbedekking;
3.6.1.5 aan banden, tenzij met de schade aan de band ook andere schade is ontstaan;
3.6.1.6 bestaande uit herstelkosten van slijtage;
3.6.1.7 als gevolg van hoge waterstand en over- stroming in Nederland, België en Luxemburg. In de overige landen binnen het verzekeringsgebied geldt deze uitsluiting indien verzekerde niet tijdig alle redelijkerwijs te verlangen maatregelen ter voorko- ming van een dergelijke schade heeft getroffen;
3.6.1.8 door onvoldoende zorg van verzekerde. Hieronder worden de volgende omstandigheden gerekend:
- het rijden van de caravan bij storm, waaronder wordt verstaan wind met een snelheid van 14 meter per seconde of meer;
- het niet of onvoldoende beschermen van de waterlei- ding en de daarop aangesloten reservoirs en toestel- len tegen bevriezing;
- het niet aanbrengen van goedgekeurde diefstalbeveiliging(en). In ieder geval dient/dienen de diefstalpreventieve voorziening(en) in werkvaardige toestand te zijn, gedurende de tijd dat de caravan zonder toezicht wordt achtergelaten.
Onder toezicht wordt verstaan dat verzekerde zoda- nig in of in de nabijheid - binnen handbereik en in het zicht - van de caravan aanwezig is, dat hij in redelijk- heid in staat is diefstal van de caravan te voorkomen;
- het achterlaten van kostbare zaken in de caravan zonder toezicht, dan wel gedurende de nacht in de voortent;
- het achterlaten van kostbare zaken in andere dan deugdelijke afgesloten ruimten.
Indien de caravan een oorspronkelijke cataloguswaar- de heeft van EUR 12.500,00 of hoger en niet ouder is dan 36 maanden op het moment van verzekeren, is verzekerde verplicht deze tegen diefstal te beveiligen door middel van een SCM goedgekeurd koppelings- slot en wielklem. In alle andere gevallen is een SCM goedgekeurd koppelingsslot of wielklem verplicht.
De bepaling ten aanzien van de wielklem en koppe- lingsslot vervalt als de caravan wordt achtergelaten in de (winter)stalling en volgens dwingende voor- schriften van de exploitant deze diefstalpreventieve
voorziening(en) niet mag/mogen worden aangebracht.
3.6.1.9 door langzaam inwerkende invloeden van milieu- of weer, zoals vocht en schimmel, roest en rotting;
3.6.1.10 door waardevermindering van het verzeker- de alsmede geldelijk nadeel wegens het niet kunnen gebruiken van het verzekerde. Het bepaalde in art
6.3.4.2 blijft onverkort van toepassing;
3.6.1.11 die voor verzekerde het beoogde of zekere gevolg is van zijn handelen of nalaten;
3.6.1.12 veroorzaakt door confiscatie, nationalisatie, inbeslagneming, vernieling of beschadiging door of op last van enige overheidsinstantie;
3.6.1.13 veroorzaakt door of ontstaan uit molest. Onder molest is/zijn te verstaan:
- gewapend conflict: elk geval waarin staten of andere georganiseerde partijen elkaar, of althans de een de ander, gebruikmakend van militaire machtsmiddelen, bestrijden. Onder gewapend conflict wordt mede verstaan het gewapend optreden van een Vredes- macht van de Verenigde Naties;
- burgeroorlog: een min of meer georganiseerde gewelddadige strijd tussen inwoners van een zelfde staat, waarbij een belangrijk deel van de inwoners van die staat betrokken is;
- opstand: georganiseerd gewelddadig verzet binnen een staat, gericht tegen het openbaar gezag;
- binnenlandse onlusten: min of meer georganiseerde plaatselijke gewelddadige handelingen, op verschil- lende plaatsen zich voordoend binnen een staat;
- oproer: een min of meer georganiseerde geweldda- dige beweging, gericht tegen het openbaar gezag;
- muiterij: een min of meer georganiseerde geweldda- dige beweging van leden van enige gewapende macht, gericht tegen het gezag waaronder zij gesteld zijn.
Deze nadere omschrijving vormt een onderdeel van de tekst die door het Verbond van verzekeraars
op 2 november 1981 ter griffie van de Arrondisse- mentsrechtbank te ’s-Gravenhage is gedeponeerd. Bij verschil tussen de tekst van dit artikel en de ge- deponeerde tekst zal alleen de gedeponeerde tekst van kracht zijn;
3.6.1.14 veroorzaakt door, opgetreden bij of voort- gevloeid uit atoomkernreacties, onverschillig hoe de reactie is ontstaan. Onder atoomkernreacties is te verstaan iedere kernreactie waarbij energie vrijkomt zoals kernfusie, kernsplijting, kunstmatige en natuur- lijke radioactiviteit.
De uitsluiting ter zake van atoomkernreacties geldt niet met betrekking tot radioactieve nucliden, die zich overeenkomstig hun bestemming buiten een kerninstallatie bevinden en gebruikt worden of be- stemd zijn om gebruikt te worden voor industriële, commerciële, landbouwkundige, medische, weten- schappelijke, onderwijskundige doeleinden of (niet militaire) beveiligingsdoeleinden mits er een door enige overheid afgegeven vergunning (voor zover vereist) voor vervaardiging, gebruik, opslag en het zich ontdoen van radioactieve stoffen van kracht is. Voor zover krachtens de wet een derde voor de geleden schade aansprakelijk is, blijft de uitsluiting van kracht. Onder “wet” is te verstaan de Wet Aan- sprakelijkheid Kernongevallen (Staatsblad 1979-225). Onder “kerninstallatie” wordt verstaan een kernin- stallatie in de zin van bedoelde wet, alsmede een kerninstallatie aan boord van een schip.
3.6.2 De uitsluitingen genoemd in art. 3.6.1.2 en
3.6.1.3 gelden niet voor verzekeringnemer indien hij/ zij aantoont dat de hierin bedoelde omstandigheden zich buiten zijn/haar weten of tegen zijn/haar wil
hebben voorgedaan en dat verzekeringnemer ter zake van deze omstandigheden geen verwijt treft.
3.6.3 Beperkingen
3.6.3.1 Diefstal van inboedel wordt uitsluitend ver- goed indien de afsluitingen van de caravan of voortent zijn verbroken; in geval van diefstal van kostbare zaken wordt uitsluitend uitkering verleend indien deze niet zichtbaar van buitenaf in de caravan zijn achtergelaten op het moment dat deze als vakantieverblijf in gebruik is en bovendien de caravan deugdelijk is afgesloten.
3.6.3.2 Voor schade en ongevallen als gevolg van terrorisme, kwaadwillige besmetting en/of preven- tieve maatregelen, en handelingen of gedragingen ter voorbereiding daarvan, hierna, zowel gezamen- lijk als afzonderlijk, te noemen het “terrorismeri- sico” is de schadevergoeding/dekking beperkt tot de uitkering zoals omschreven in het Clausuleblad terrorismedekking van de Nederlandse Herverzeke- ringsmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V.
De afwikkeling van een schademelding op grond van het terrorismerisico geschiedt overeenkomstig het Protocol afwikkeling claims van de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismescha- den N.V.
Het Clausuleblad terrorismedekking en het bijbe- horend Protocol afwikkeling claims, inclusief de toelichting zijn gedeponeerd bij de griffie van de Rechtbank te Amsterdam respectievelijk op 10 janu- ari 2007 onder nummer 3/2007 en op 12 juni 2003 onder nummer 79/2003.
4 VERPLICHTINGEN IN GEVAL VAN SCHADE
4.1 Algemene verplichtingen
Zodra verzekerde kennis draagt van een gebeurtenis die voor verzekeraars een uitkeringsverplichting
kan inhouden, of zodra een vordering daartoe bij verzekerde is ingediend, is hij verplicht:
4.1.1 zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is die gebeurtenis aan verzekeraars te melden;
4.1.2 binnen redelijke termijn alle gegevens te ver- strekken en bescheiden terstond aan verzekeraars te doen toekomen, waaronder aansprakelijkstellingen, dagvaardingen en stukken betreffende strafvervol- ging en zich te onthouden van iedere toezegging, verklaring of handeling waaruit erkenning van een verplichting tot schadevergoeding afgeleid zou kun- nen worden;
4.1.3 binnen redelijke termijn alle inlichtingen aan verzekeraars te geven (gevraagd of ongevraagd) die van belang kunnen zijn voor de beoordeling van de aansprakelijkheid;
4.1.4 desverlangd een schriftelijke en ondertekende verklaring omtrent de oorzaak, toedracht en omvang van de schade te overleggen;
4.1.5 zijn volle medewerking te verlenen aan de schaderegeling en alles na te laten wat de belangen van verzekeraars zou kunnen schaden;
4.1.6 in geval van diefstal of poging daartoe, braak, verduistering, joyriding, vandalisme, vermissing, gewelddadige beroving of afpersing, een aanrij- ding met letselschade, een aanzienlijke materiële schade of doorrijden na ongeval door tegenpartij direct aangifte te doen bij de politie of, zo dat niet mogelijk is, bij andere daarvoor in aanmerking ko- mende bevoegde autoriteiten en van deze aangifte een origineel schriftelijk bewijs aan verzekeraars te overleggen.
4.2 Niet-nakoming
De verzekering geeft geen dekking indien verze- kerde een of meer verplichtingen niet is nagekomen indien en voor zover daardoor de belangen van verzekeraars zijn geschaad. Elk recht op uitkering vervalt indien verzekerde een of meer verplichtingen niet is nagekomen met het opzet verzekeraars te misleiden, tenzij de misleiding het verval van recht niet rechtvaardigt.
5 BEHANDELING VAN EEN SCHADEGEVAL
5.1 Schaderegeling
5.1.1 Verzekeraars hebben het recht aanspraken van benadeelden naar eigen inzicht te behandelen. Aanspraken van benadeelden tot vergoeding van personenschade zullen worden behandeld en afgewikkeld met inachtneming van het bepaalde in artikel 7:954 van het Burgerlijk Wetboek.
5.1.2 Verzekeraars hebben het recht schade recht- streeks aan de benadeelden te vergoeden en met hen schikkingen te treffen.
5.2 Vaststelling van een schade
5.2.1 Verzekerde is verplicht verzekeraars in de gele- genheid te stellen de schade vast te stellen alvorens met de reparatie een aanvang wordt gemaakt. Ver- zekeraars kunnen hiertoe een of meer deskundigen benoemen. Verzekerde is echter bevoegd een nood- reparatie (waaronder wordt verstaan een tijdelijke eenvoudige voorziening) te laten verrichten tot een bedrag van EUR 250,00, mits verzekerde daarvan een gespecificeerde nota overlegt.
5.2.2 Bij verschil van mening over het schadebe- drag heeft verzekerde het recht om tegenover de deskundige van de verzekeraars op eigen kosten zelf een deskundige aan te wijzen. Indien beide deskun- digen geen overeenstemming kunnen bereiken over het schadebedrag benoemen zij samen een derde deskundige (de arbiter). Deze zal binnen de grenzen van beide taxaties het schadebedrag vaststellen. Zijn vaststelling zal bindend zijn. De kosten van de arbiter dragen verzekeraars en verzekerde ieder voor de helft.
5.3 De omvang van de schadevergoeding
5.3.1 Caravan
5.3.1.1 Verzekeraars vergoeden tot maximaal het verzekerde bedrag, tenzij toepassing van art. 6.3.1.2 tot overschrijding daarvan leidt:
- in geval van totaal verlies de waarde onmiddellijk voor de gebeurtenis verminderd met de waarde van de eventuele restanten;
- in geval van beschadiging, mits tot daadwerkelijk herstel wordt overgegaan, de herstelkosten tot maximaal het verschil in waarde van de caravan on- middellijk voor en na de gebeurtenis. Indien de herstelkosten meer bedragen dan 2/3 van de waarde onmiddellijk voor de gebeurtenis kan verzekerde aanspraak maken op vergoeding op basis van totaal verlies;
- in geval van beschadiging, zonder dat binnen drie maanden na schadevaststelling tot daadwerkelijk herstel wordt overgegaan, een percentage van de herstelkosten tot maximaal het verschil in waarde van de caravan onmiddellijk voor en na de gebeurtenis exclusief BTW, volgens onderstaande tabel:
ouderdom caravan percentage
tot en met 12 maanden 50%
13-24 maanden 47,5%
25-36 maanden 45%
37-48 maanden 42,5%
49-60 maanden 40%
61-72 maanden 37,5%
73-84 maanden 35%
85-96 maanden 32,5%
97-108 maanden 30%
109-120 maanden 27,5%
ouder dan 120 maanden 25%
Indien de herstelkosten inclusief BTW meer bedra- gen dan 2/3 van de waarde onmiddellijk voor en na de gebeurtenis kan verzekerde aanspraak maken op vergoeding op basis van totaal verlies.
In geval van kleine beschadigingen die de functiona- liteit van de caravan niet aantasten, een door de expert vast te stellen bedrag aan waardeverminde- ring tot maximaal het bedrag volgens bovenstaande tabel.
5.3.1.2 Waardevaststelling 2 jaar nieuwwaardedekking
De waarde van de caravan onmiddellijk voor de
gebeurtenis wordt als volgt bepaald:
- indien de caravan op het tijdstip van de gebeurte- nis niet langer dan 24 maanden tevoren nieuw werd afgeleverd: de nieuwwaarde tot maximaal 125% van het verzekerde bedrag;
- indien de caravan op het tijdstip van de gebeurte- nis langer dan 24 maanden, maar niet langer dan 60 maanden tevoren nieuw werd afgeleverd: de
nieuwwaarde tot maximaal 125% van het verzekerde bedrag verminderd met 1,5% voor elke geheel of gedeeltelijk verstreken maand dat de caravan langer dan 24 maanden tevoren nieuw werd afgeleverd, tot
niet minder dan de dagwaarde;
- indien de caravan op het tijdstip van de gebeurtenis langer dan 60 maanden tevoren nieuw werd afgele- verd: de dagwaarde.
5 jaar nieuwwaardedekking
Indien op het polisblad is aangegeven dat de 5 jaar nieuwwaardedekking van toepassing is, wordt de waarde van de caravan onmiddellijk voor de gebeur- tenis wordt als volgt bepaald:
- indien de caravan op het tijdstip van de gebeurte- nis niet langer dan 60 maanden tevoren nieuw werd afgeleverd: de nieuwwaarde tot maximaal 125% van het verzekerde bedrag;
- indien de caravan op het tijdstip van de gebeurte- nis langer dan 60 maanden, maar niet langer dan 84 maanden tevoren nieuw werd afgeleverd: de
nieuwwaarde tot maximaal 125% van het verzekerde bedrag verminderd met 1,5% voor elke geheel of gedeeltelijk verstreken maand dat de caravan langer dan 60 maanden tevoren nieuw werd afgeleverd, tot niet minder dan de dagwaarde;
- indien de caravan op het tijdstip van de gebeurtenis langer dan 84 maanden tevoren nieuw werd afgele- verd: de dagwaarde.
7 jaar nieuwwaardedekking
Indien op het polisblad is aangegeven dat de 7 jaar nieuwwaardedekking van toepassing is, wordt de waarde van de caravan onmiddellijk voor de gebeur- tenis als volgt bepaald:
- indien de caravan op het tijdstip van de gebeurte- nis niet langer dan 84 maanden tevoren nieuw werd afgeleverd: de nieuwwaarde tot maximaal 125% van het verzekerde bedrag;
- indien de caravan op het tijdstip van de gebeurte- nis langer dan 84 maanden, maar niet langer dan 120 maanden tevoren nieuw werd afgeleverd: de nieuwwaarde tot maximaal 125% van het verzekerde bedrag verminderd met 2% voor elke geheel of gedeeltelijk verstreken maand dat de caravan langer dan 84 maanden tevoren nieuw werd afgeleverd met een maximum van 20% per jaar tot niet minder dan de dagwaarde;
- indien de caravan op het tijdstip van de gebeurtenis langer dan 120 maanden tevoren nieuw werd afgele- verd: de dagwaarde.
5.3.1.3 Vergoeding na verlies, door diefstal, verduistering of vermissing.
In geval van diefstal, verduistering of vermissing van de caravan zijn verzekeraars eerst tot uitkering verplicht, indien:
- de caravan niet binnen 30 dagen na datum van aangifte bij de politie wordt teruggevonden en de eigendomsrechten van de caravan aan verzekeraars worden overgedragen.
- Indien de caravan binnen 30 dagen na datum van aangifte bij de politie wordt terugverkregen, vindt in geval van beschadiging vergoeding plaats overeen- komstig het bepaalde in artikel 5.3.1.1.
5.3.2 Voortent
5.3.2.1 Verzekeraars vergoeden tot maximaal het verzekerde bedrag:
- in geval van totaal verlies de waarde onmiddellijk voor de gebeurtenis verminderd met de waarde van de eventuele restanten;
- in geval van beschadiging de herstelkosten tot maxi- maal het verschil in de waarde van de voortent onmiddellijk voor en na de gebeurtenis.
5.3.2.2 Waardevaststelling
Als waarde van de voortent onmiddellijk voor de gebeurtenis wordt aangehouden de nieuwwaarde, tenzij de dagwaarde op het moment van de schade minder bedraagt dan 40% van de nieuwwaarde.
In dat geval wordt de waarde vastgesteld op de dagwaarde.
5.3.3 Inboedel en accessoires
5.3.3.1 Verzekeraars vergoeden tot maximaal het verzekerde bedrag:
- in geval van totaal verlies de waarde onmiddellijk voor de gebeurtenis verminderd met de waarde van de eventuele restanten;
- in geval van beschadiging de herstelkosten tot maxi- maal het verschil in de waarde onmiddellijk voor en na de gebeurtenis.
5.3.3.2 Waardevaststelling
Als waarde van de voortent onmiddellijk voor de gebeurtenis wordt aangehouden de nieuwwaarde, tenzij de dagwaarde op het moment van de schade minder bedraagt dan 40% van de nieuwwaarde.
In dat geval wordt de waarde vastgesteld op de dagwaarde.
5.3.3.3 In afwijking van het bepaalde in art. 5.3.3.1 vergoeden verzekeraars:
- voor kostbare zaken tezamen maximaal 50% van het voor inboedel verzekerde bedrag (na aftrek van het eigen risico);
- in geval van diefstal uit de voortent maximaal
EUR 500,00 per gebeurtenis (na aftrek van het eigen risico).
5.3.4 Vergoeding van extra kosten
5.3.4.1 Kosten en rente
Boven het op het polisblad vermelde verzekerde bedrag worden vergoed:
- de door of namens verzekerde gemaakte kosten voor het treffen van maatregelen om een dreigend gevaar waartegen verzekerd is te voorkomen of daarna gemaakt ter voorkoming of vermindering van schade aan verzekerde zaken. Onder gemaakte kosten wordt tevens verstaan schade aan zaken die bij het nemen van de hier bedoelde maatregelen worden ingezet;
- de kosten van verweer, voor zover met toestemming van verzekeraars gemaakt in een tegen verzekerde door een benadeelde aanhangig gemaakt proces, alsmede de proceskosten waartoe verzekerde veroor- deeld wordt;
- de wettelijke rente over het door deze verzekering gedekte deel van de hoofdsom.
5.3.5 Eigen risico
In geval van schade geldt een eigen risico van EUR 50,00 per gebeurtenis.
Indien op het polisblad is vermeld dat hagelschade is meeverzekerd geldt voor schade door hagel een eigen risico van EUR 150,00 per gebeurtenis.
6 ANDERE VERZEKERINGEN
6.1 Verzekeringnemer is in geval van schade ver- plicht op verzoek van verzekeraars alle overige hem bekende verzekeringen op te geven, waarop (een deel van) de verzekerde zaken onmiddellijk voor de gebeurtenis eveneens verzekerd waren.
6.2 Indien - zo deze verzekering niet bestond - aanspraak zou kunnen worden gemaakt op vergoe- ding van schade respectievelijk op grond van enige andere verzekering respectievelijk op grond van enige wet of andere voorziening, is deze verzekering eerst in de laatste plaats geldig; in zo’n geval zal uit- sluitend die schade voor vergoeding in aanmerking komen welke het bedrag te boven gaat waarop ver- zekerde elders aanspraak zou kunnen doen gelden.
7 VERJARING
7.1 Een vordering tot het doen van een uitkering verjaart indien de aanmelding niet plaatsvindt bin- nen drie jaar na het moment waarop verzekerde kennis kreeg of had kunnen krijgen van de gebeur- tenis die voor verzekeraars tot een verplichting tot uitkering kan leiden.
7.2 Wanneer vergoeding van een schade (of een deel ervan) schriftelijk door verzekeraars wordt afgewe- zen, verjaart de rechtsvordering van verzekerde op verzekeraars door verloop van één jaar te rekenen vanaf de dag volgende op de datum van afwijzing.
8 DE PREMIE
8.1 Premiebetaling
Verzekeringnemer dient de premie, daaronder be- grepen de kosten en de assurantiebelasting, vooruit te betalen op de premievervaldatum.
8.2 Wanbetaling
8.2.1 Indien verzekeringnemer de aanvangspremie niet uiterlijk op de dertigste dag na ontvangst van het betalingsverzoek betaalt of weigert te betalen, wordt zonder dat een nadere ingebrekestelling door verzekeraars is vereist geen dekking verleend ten aanzien van alle gebeurtenissen die nadien hebben plaatsgevonden.
8.2.2 Indien verzekeringnemer de vervolgpremie weigert te betalen, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die nadien hebben plaatsgevonden.
8.2.3 Indien verzekeringnemer de vervolgpremie niet tijdig betaalt, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die hebben plaatsge- vonden vanaf de vijftiende dag nadat verzekeraars verzekeringnemer na de vervaldag schriftelijk heb- ben aangemaand en betaling is uitgebleven.
8.2.4 Verzekeringnemer blijft gehouden de premie te voldoen.
8.2.5 De dekking wordt weer van kracht voor ge- beurtenissen die hebben plaatsgevonden na de dag waarop hetgeen verzekeringnemer verschuldigd is, voor het geheel door verzekeraars is ontvangen. In geval van overeengekomen termijnbetalingen geldt dat de dekking eerst in kracht wordt hersteld nadat alle onbetaald gebleven termijnen zijn voldaan.
8.2.6 Onder vervolgpremie wordt mede verstaan de premie die verzekeringnemer bij stilzwijgende verlenging van de verzekering verschuldigd wordt.
8.2.7 Onder aanvangspremie wordt mede verstaan de premie die verzekeringnemer in verband met een tussentijdse wijziging van de verzekering verschul- digd wordt.
8.3 Terugbetaling van premie
Bij tussentijdse opzegging van de verzekering an- ders dan wegens opzet verzekeraars te misleiden, wordt de lopende premie naar billijkheid vermin- derd.
9 WIJZIGING VAN PREMIE EN/OF VOORWAARDEN
Verzekeraars hebben het recht de premie en/of voorwaarden van bepaalde groepen verzekeringen en bloc te wijzigen. Behoort deze verzekering tot die groep, dan zijn verzekeraars gerechtigd de premie en/of voorwaarden van deze verzekering overeen- komstig die wijziging aan te passen en wel op een door hen te bepalen datum. Verzekeringnemer wordt van de wijziging in kennis gesteld en wordt geacht hiermee te hebben ingestemd tenzij hij binnen 30 dagen na ontvangst van de schriftelijke mededeling van verzekeraars de verzekering opzegt. De verzekering eindigt op de dag waarop de wijzi- ging volgens schriftelijke mededeling van verzeke- raars ingaat echter niet eerder dan 30 dagen na de dagtekening van bedoelde mededeling.
10 DUUR EN EINDE VAN DE VERZEKERING
10.1 De verzekering gaat in op de op het polisblad vermelde ingangsdatum en eindigt op de op het polisblad vermelde contractvervaldatum en wordt daarna indien op het polisblad een contractduur
is aangegeven telkens stilzwijgend voor deze duur verlengd tenzij opzegging heeft plaatsgevonden overeenkomstig art. 10.2.
10.2 Verzekeraars zijn bevoegd de verzekering per contractvervaldag schriftelijk aan de andere partij
op te zeggen, mits daarbij een opzegtermijn van ten minste twee maanden in acht wordt genomen.
Verzekeringnemer is bevoegd de verzekering op ieder tijdstip schriftelijk aan de andere partij op te zeggen, mits daarbij een opzegtermijn van ten min- ste een maand in acht wordt genomen.
10.3 De verzekering eindigt voorts:
10.3.1 door schriftelijke opzegging door verzeke- raars:
- binnen twee maanden na de ontdekking dat verze- keringnemer de mededelingsplicht bij het aangaan van de verzekering niet is nagekomen en verzeke- ringnemer daarbij heeft gehandeld met het opzet verzekeraars te misleiden dan wel verzekeraars de verzekering niet zouden hebben gesloten indien verzekeringnemer de juiste informatie had verstrekt. In deze gevallen eindigt de verzekering op de in de opzeggingsbrief vermelde datum;
- binnen een maand nadat een gebeurtenis die voor verzekeraars tot een uitkeringsverplichting kan leiden door verzekerde aan verzekeraars is gemeld of nadat verzekeraars een uitkering krachtens de verzekering hebben gedaan dan wel hebben afgewezen. De verzekering eindigt op de in de opzeggingsbrief ge- noemde datum maar niet eerder dan twee maanden na de dagtekening van de opzeggingsbrief behou- dens het geval dat de opzegging verband houdt
met het opzet van een verzekerde verzekeraars te misleiden;
- als verzekeringnemer de premie verschuldigd op de eerste premievervaldag niet tijdig betaalt of weigert te betalen alsmede indien verzekeringnemer de ver- volgpremie niet tijdig betaalt of weigert te betalen, in het laatste geval echter uitsluitend indien verzeke- raars verzekeringnemer vruchteloos tot betaling van de vervolgpremie hebben aangemaand.
De verzekering eindigt op de in de opzeggingsbrief genoemde datum, echter in geval van niet-tijdige betaling niet eerder dan twee maanden na de datum van dagtekening van de opzeggingsbrief;
10.3.2 zodra verzekeringnemer of zijn erfgenamen ophouden belang te hebben bij het verzekerde ob- ject en tevens de feitelijke macht daarover verliezen. Verzekeringnemer of zijn erfgenamen zijn verplicht verzekeraars hiervan zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is in kennis te stellen;
10.3.3 zodra verzekeringnemer en/of verzekerde ophoudt zijn woonplaats in Nederland te hebben of indien de caravan in de regel in het buitenland wordt gestald of een buitenlands kenteken gaat voeren. Verzekeringnemer en/of verzekerde zijn verplicht verzekeraars hiervan zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is in kennis te stellen;
10.3.4 zodra verzekeraars een schade op basis van totaal verlies hebben vergoed.
10.4 Het tijdstip waarop de verzekering eindigt op de opzegdatum is 00.00 uur.
11 ADRES
Kennisgevingen door verzekeraars aan verzekering- nemer geschieden rechtsgeldig aan diens laatst bij verzekeraars bekende adres of aan het adres van VGA Verzekeringen, door wiens bemiddeling deze verzekering loopt.
12 GESCHILLEN
12.1 Alle geschillen die uit deze overeenkomst mochten voortvloeien of daarmee verband hou- den, worden onderworpen aan de uitspraak van de bevoegde rechter.
12.2 Op deze overeenkomst is Nederlands recht van toepassing.
12.3 Eventuele klachten die verband houden met de verzekeringsovereenkomst kunnen schriftelijk worden
ingediend bij de:
- directie van VGA Verzekeringen Xxxxxxxxx Xxxxxxxxxxx 000
1012 GL Amsterdam en/of bij de:
- Klachteninstituut Financiële Dienstverlening, Postbus 93257, 2509 AN Den Haag.
13 PERSOONSREGISTRATIE
De bij de aanvraag of wijziging van een verzekering verstrekte persoonsgegevens worden door de verzekeraar en/of VGA Verzekeringen verwerkt ten behoeve van het aangaan en uitvoeren van verze- keringsovereenkomsten en/of financiële diensten en het beheren van daaruit voortvloeiende relaties, met inbegrip van de voorkoming en bestrijding van fraude en het uitvoeren van activiteiten gericht op de vergroting van het klantenbestand.