STATUTEN KONINKLIJKE VOPAK N.V.
STATUTEN KONINKLIJKE VOPAK N.V.
(per 19 september 2016)
Naam. Zetel. Artikel 1.
De vennootschap draagt de naam: Koninklijke Vopak N.V. en is gevestigd te Rotterdam.
Doel. Artikel 2.
Het doel der vennootschap is het deelnemen in, het financieren van en het voeren van beheer over andere ondernemingen, van welke aard ook, het verlenen van diensten en het exploiteren van terreinen, gebouwen en inrichtingen, alles zowel voor eigen rekening als voor rekening van of met derden en overigens het verrichten van alle handelingen, welke met het vorenstaande in de ruimste zin genomen in verband staan of daaraan bevorderlijk kunnen zijn, dan wel voor de uitvoering ervan wenselijk of noodzakelijk kunnen zijn, alsmede het instaan voor schulden van anderen.
Kapitaal.
Artikel 3.
3.1. Het maatschappelijk kapitaal van de vennootschap bedraagt éénhonderdnegentig miljoen achthonderdduizend euro (EUR 190.800.000,--), verdeeld in:
- eenhonderd veertig miljoen (140.000.000) gewone aandelen, elk groot vijftig eurocent (EUR 0,50);
- eenhonderd negentig miljoen achthonderdduizend (190.800.000) cumulatief preferente aandelen, elk groot vijftig eurocent (EUR 0,50);
- vijftig miljoen achthonderdduizend (50.800.000) cumulatief financieringspreferente aandelen, elk groot vijftig eurocent (EUR 0,50).
3.2. Waar in deze statuten gesproken wordt van aandelen en aandeelhouders, zijn daaronder de gewone aandelen, de cumulatief financieringspreferente aandelen en de cumulatief preferente aandelen, respectievelijk de houders van gewone aandelen, de houders van cumulatief financieringspreferente aandelen en de houders van cumulatief preferente aandelen begrepen, tenzij het tegendeel uitdrukkelijk blijkt. De cumulatief preferente aandelen worden hierna aangeduid als beschermingspreferente aandelen. De cumulatief financieringspreferente aandelen worden hierna aangeduid als financieringspreferente aandelen.
Uitgifte van aandelen.
Artikel 4.
4.1. De algemene vergadering dan wel de raad van bestuur, indien hij daartoe door de algemene vergadering is aangewezen, besluit tot uitgifte van aandelen; een besluit tot uitgifte van aandelen kan slechts onder goedkeuring
van de raad van commissarissen worden genomen. Een besluit tot uitgifte kan slechts een zodanig aantal gewone aandelen betreffen dat, nadat die uitgifte tot stand is gekomen, het totale aantal op dat moment geplaatste gewone aandelen vermeerderd met het aantal gewone aandelen dat de vennootschap op grond van op het moment van zodanig besluit aan derden verleende rechten tot het nemen van gewone aandelen verplicht is te eniger tijd aan derden te leveren, niet hoger is dan het aantal gewone aandelen waarin het maatschappelijk kapitaal, nadat die uitgifte van gewone aandelen tot stand is gekomen, is verdeeld. Zolang de raad van bestuur is aangewezen als bevoegd om tot uitgifte van aandelen te besluiten, kan de algemene vergadering niet meer daartoe besluiten.
4.2. De algemene vergadering casu quo de raad van bestuur stelt onder gelijke goedkeuring van de raad van commissarissen de koers - welke, behoudens het bepaalde in artikel 2:80, lid 2, Burgerlijk Wetboek, niet beneden pari mag zijn - en de verdere voorwaarden van uitgifte vast, met inachtneming van het overigens daaromtrent in deze statuten bepaalde.
4.3. Voor de geldigheid van een besluit van de algemene vergadering tot uitgifte of tot aanwijzing van de raad van bestuur, als hiervoor bedoeld, is behalve de goedkeuring van de raad van commissarissen vereist een voorafgaand of gelijktijdig goedkeurend besluit van elke groep van houders van aandelen van een zelfde soort aan wier rechten de uitgifte afbreuk doet.
4.4. De voorgaande leden zijn van overeenkomstige toepassing op het verlenen van rechten tot het nemen van aandelen, maar zijn niet van toepassing op het uitgeven van aandelen aan iemand die een voordien reeds verkregen recht tot het nemen van aandelen uitoefent.
Storting. Artikel 5.
5.1. Gewone aandelen en financieringspreferente aandelen worden slechts tegen volstorting uitgegeven; beschermingspreferente aandelen kunnen tegen gedeeltelijke volstorting worden uitgegeven, met dien verstande, dat het verplicht te storten gedeelte van het nominaal bedrag voor elk preferent aandeel - ongeacht wanneer het is uitgegeven - gelijk moet zijn, en dat bij het nemen van het aandeel ten minste een/vierde van het nominale bedrag moet worden gestort.
5.2. Onder goedkeuring van de raad van commissarissen kan de raad van bestuur besluiten op welke dag en tot welk bedrag verdere storting op niet volgestorte beschermingspreferente aandelen moet zijn geschied. De raad van bestuur geeft van zodanig besluit onverwijld kennis aan de houders van beschermingspreferente aandelen; tussen die kennisgeving en de dag waarop de storting moet zijn geschied dienen ten minste dertig dagen te liggen.
5.3. De raad van bestuur is bevoegd zonder voorafgaande goedkeuring van de algemene vergadering doch niet dan onder goedkeuring van de raad van commissarissen rechtshandelingen te verrichten betreffende de inbreng op
aandelen anders dan in geld.
Voorkeursrecht.
Artikel 6.
6.1. Behoudens beperking of uitsluiting van het voorkeursrecht als bedoeld in artikel 2:96a, lid 6, Burgerlijk Wetboek heeft bij uitgifte van gewone en financieringspreferente aandelen iedere houder van gewone en iedere houder van financieringspreferente aandelen ten aanzien van de uit te geven aandelen een voorkeursrecht naar evenredigheid van het gezamenlijke bedrag van zijn gewone aandelen en financieringspreferente aandelen. Houders van beschermingspreferente aandelen hebben geen recht van voorkeur op uit te geven aandelen. Houders van gewone aandelen en houders van financieringspreferente aandelen hebben geen voorkeursrecht op uit te geven beschermingspreferente aandelen.
6.2. Bij uitgifte van gewone aandelen respectievelijk financieringspreferente aandelen bestaat geen voorkeursrecht op aandelen die worden uitgegeven tegen inbreng anders dan in geld.
6.3. Onverminderd het bepaalde in artikel 2:96a Burgerlijk Wetboek, bepaalt de algemene vergadering casu quo de raad van bestuur, onder goedkeuring van de raad van commissarissen bij het nemen van het besluit tot uitgifte, op welke wijze en binnen welk tijdvak het voorkeursrecht kan worden uitgeoefend.
6.4. De vennootschap kondigt de uitgifte met voorkeursrecht en het tijdvak waarin dat kan worden uitgeoefend, gelijktijdig aan in de Staatscourant en in een landelijk verspreid dagblad.
Het voorkeursrecht kan worden uitgeoefend gedurende ten minste twee weken nadat de aankondiging in de Staatscourant is geschied.
6.5. Beperking of uitsluiting van het voorkeursrecht geschiedt krachtens een besluit van de algemene vergadering, tenzij de raad van bestuur daartoe bevoegd is. Die bevoegdheid kan bij besluit van de algemene vergadering voor een bepaalde duur van ten hoogste achttien maanden aan de raad van bestuur worden verleend, doch een zodanige aanwijzing kan alleen indien de raad van bestuur tevens is of tegelijkertijd wordt aangewezen als het tot uitgifte bevoegde orgaan.
De aanwijzing kan telkens voor niet langer dan achttien maanden worden verlengd. De aanwijzing geldt slechts zolang de raad van bestuur het tot uitgifte bevoegde orgaan is.
Tenzij bij de aanwijzing anders is bepaald, kan zij niet worden ingetrokken.
6.6. Bij het verlenen van rechten tot het nemen van gewone aandelen hebben de houders van gewone aandelen respectievelijk financieringspreferente aandelen een voorkeursrecht; het hiervoor in dit artikel bepaalde is van overeenkomstige toepassing. Aandeelhouders hebben geen voorkeursrecht op aandelen die worden uitgegeven aan iemand die een voordien reeds verkregen recht tot het nemen van aandelen uitoefent.
Inkoop van eigen aandelen/pandrecht op eigen aandelen.
Artikel 7.
7.1. x. Xx xxxx van bestuur kan, met machtiging van de algemene vergadering en de raad van commissarissen en onverminderd het overigens in de artikelen 2:98 en 2:98d Burgerlijk Wetboek, bepaalde, de vennootschap volgestorte aandelen in haar eigen kapitaal onder bezwarende titel doen verkrijgen.
Zodanige verkrijging is evenwel slechts toegestaan indien:
(i) het eigen vermogen van de vennootschap, verminderd met de verkrijgingsprijs van de te verkrijgen aandelen, niet kleiner is dan het gestorte en opgevraagde deel van het kapitaal, vermeerderd met de reserves die eventueel krachtens de wet moeten worden aangehouden;
(ii) het nominale bedrag van de te verkrijgen aandelen en van de aandelen in haar kapitaal die de vennootschap zelf houdt of in pand houdt of die worden gehouden door een dochtermaatschappij niet meer dan een/tiende van het geplaatste kapitaal bedraagt.
Voor het vereiste, onder (i) bedoeld, is bepalend de grootte van het eigen vermogen volgens de laatst vastgestelde balans, verminderd met de verkrijgingsprijs voor aandelen in het kapitaal van de vennootschap, het bedrag van leningen als bedoeld in artikel 2:98c, lid 2, Burgerlijk Wetboek en uitkeringen uit winst of reserves aan anderen, die zij en haar dochtermaatschappijen na de balansdatum verschuldigd werden. Is een boekjaar meer dan zes maanden verstreken zonder dat de jaarrekening is vastgesteld, dan is verkrijging overeenkomstig het in dit lid bepaalde niet toegestaan.
b. Bij de machtiging, die voor ten hoogste achttien maanden geldt, moet de algemene vergadering bepalen hoeveel en welke soort aandelen mogen worden verkregen, hoe zij mogen worden verkregen en tussen welke grenzen de prijs moet liggen.
De hiervoor in dit lid bedoelde machtiging is niet vereist, voorzover de vennootschap eigen aandelen verkrijgt om krachtens een voor hen geldende regeling over te dragen aan werknemers in dienst van de vennootschap of van een rechtspersoon, waarmee zij in een groep is verbonden.
7.2. Besluiten tot vervreemding van de door de vennootschap verkregen aandelen in haar eigen kapitaal kan de raad van bestuur slechts nemen onder goedkeuring van de raad van commissarissen.
Ten aanzien van zodanige vervreemding zijn de artikelen 4, 5 en 6 overigens van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de vervreemding, ook beneden pari zal kunnen geschieden en dat de bevoegdheid tot beperking of uitsluiting van het voorkeursrecht toekomt aan de raad van bestuur onder goedkeuring van de raad van commissarissen.
7.3. Indien certificaten van aandelen in de vennootschap zijn uitgegeven, worden voor de toepassing van het in de vorige leden bepaalde zodanige certificaten
met aandelen gelijkgesteld.
7.4. De vennootschap kan aan aandelen in haar eigen kapitaal, die zij zelf houdt of waarvan haar het vruchtgebruik toekomt, geen recht op enige uitkering ontlenen; evenmin ontleent de vennootschap recht op enige uitkering aan aandelen in haar eigen kapitaal, indien zij de certificaten daarvan houdt of haar het vruchtgebruik van die certificaten toekomt.
Bij de berekening van de winstverdeling tellen de aandelen, waaraan de vennootschap ingevolge de vorige zin geen uitkering ontleent, niet mee.
7.5. Voor een aandeel dat toebehoort aan de vennootschap of aan een dochtermaatschappij kan in de algemene vergadering geen stem worden uitgebracht; evenmin voor een aandeel waarvan een van hen de certificaten houdt.
Vruchtgebruikers en pandhouders van aandelen die aan de vennootschap of een dochtermaatschappij toebehoren, zijn evenwel niet van hun stemrecht uitgesloten, indien het vruchtgebruik of het pandrecht was gevestigd voordat het aandeel aan de vennootschap of een dochtermaatschappij toebehoorde. De vennootschap of een dochtermaatschappij kan geen stem uitbrengen voor een aandeel waarop zij een recht van vruchtgebruik of een pandrecht heeft. Bij de vaststelling in hoeverre de aandeelhouders stemmen, aanwezig of vertegenwoordigd zijn, of in hoeverre het aandelenkapitaal verschaft wordt of vertegenwoordigd is, wordt geen rekening gehouden met aandelen waarvan door de wet of de statuten wordt bepaald dat daarvoor geen stem kan worden uitgebracht.
7.6. De vennootschap kan met inachtneming van het overigens daaromtrent in artikel 2:89a, lid 1, Burgerlijk Wetboek bepaalde slechts een pandrecht op eigen aandelen en/of certificaten daarvan verkrijgen voorzover het nominale bedrag van de in pand te nemen en de reeds gehouden of in pand gehouden eigen aandelen en/of certificaten daarvan niet meer dan een/tiende van het geplaatste kapitaal bedraagt.
Kapitaalvermindering. Artikel 8.
De algemene vergadering kan met inachtneming van het bepaalde in artikel 2:99 Burgerlijk Wetboek, besluiten tot vermindering van het geplaatste kapitaal door intrekking van aandelen of door het bedrag van de aandelen bij statutenwijziging te verminderen. In dit besluit moeten de aandelen waarop het besluit betrekking heeft, worden aangewezen en moet de uitvoering van het besluit zijn geregeld.
Intrekking met terugbetaling van aandelen dan wel gedeeltelijke terugbetaling op aandelen of ontheffing van de verplichting tot storting als bedoeld in artikel 2:99 Burgerlijk Wetboek, kan ook plaatsvinden uitsluitend ten aanzien van gewone aandelen, dan wel uitsluitend ten aanzien van beschermingspreferente aandelen, dan wel uitsluitend ten aanzien van financieringspreferente aandelen.
Een gedeeltelijke terugbetaling of ontheffing moet naar evenredigheid op alle betrokken aandelen geschieden.
Van het vereiste van evenredigheid mag worden afgeweken met instemming van alle
betrokken aandeelhouders.
Intrekking met terugbetaling van financieringspreferente aandelen geschiedt met inachtneming van het bepaalde in artikel 27, lid 18.
Aandeelhoudersregister/aandeelbewijzen. Artikel 9.
9.1. De financieringspreferente aandelen en de beschermingspreferente aandelen luiden op naam. De beschermingspreferente aandelen zijn doorlopend genummerd van P1 af. De financieringspreferente aandelen zijn doorlopend genummerd van FP1 af.
De gewone aandelen die behoren tot een girodepot of een verzameldepot als bedoeld in de Wet giraal effectenverkeer luiden aan toonder. De gewone aandelen die zijn ingeschreven in het register als bedoeld in lid 3 luiden op naam. De raad van bestuur bepaalt de nummering en andere aanduidingen van de gewone aandelen.
9.2. Voor aandelen op naam worden geen aandeelbewijzen uitgegeven.
9.3. De raad van bestuur houdt een register, waarin de namen en adressen van alle houders van aandelen op naam zijn opgenomen, met vermelding van het op ieder aandeel gestorte bedrag, alsmede de overige volgens de wet vereiste gegevens.
Daarin worden tevens de namen en adressen opgenomen van hen, die een recht van vruchtgebruik of een pandrecht op aandelen op naam hebben, met vermelding of aan hen aan de aandelen verbonden rechten overeenkomstig de leden 2, 3 en 4 van de artikelen 2:88 en 2:89 Burgerlijk Wetboek, toekomen en, zo ja, welke.
9.4. Het register wordt regelmatig bijgehouden; daarin wordt mede aangetekend elk verleend ontslag van aansprakelijkheid voor nog niet gedane stortingen. Iedere aantekening in het register wordt getekend door een lid van de raad van bestuur of door een daartoe door het bestuur schriftelijk gevolmachtigde.
9.5. De raad van bestuur verstrekt desgevraagd aan een houder van aandelen op naam, alsmede aan een ingeschreven vruchtgebruiker en pandhouder om niet een uittreksel uit het register met betrekking tot zijn recht op een aandeel op naam.
Rust op het aandeel een recht van vruchtgebruik of een pandrecht, dan vermeldt het uittreksel aan wie de in de leden 2, 3 en 4 van de artikelen 2:88 en 2:89 Burgerlijk Wetboek, bedoelde rechten toekomen.
9.6. De raad van bestuur legt het register ten kantore van de vennootschap ter inzage van de aandeelhouders, alsmede van de vruchtgebruikers en pandhouders, aan wie de in lid 4 van de artikelen 2:88 en 2:89 Burgerlijk Wetboek, bedoelde rechten toekomen.
De vorige zin is niet van toepassing op het gedeelte van het register dat buiten Nederland ter voldoening aan de aldaar geldende wetgeving of ingevolge beursvoorschriften wordt gehouden.
De gegevens van het register omtrent niet-volgestorte beschermingspreferente aandelen zijn ter inzage van een ieder; afschrift of uittreksel van deze gegevens wordt ten hoogste tegen kostprijs verstrekt.
9.7. Iedere houder van een aandeel op naam, zomede een ieder, die een recht van vruchtgebruik of pandrecht op aandelen op naam heeft, is verplicht aan de raad van bestuur zijn adres op te geven.
9.8. Alle kennisgevingen aan aandeelhouders respectievelijk degenen die een recht van vruchtgebruik of een pandrecht op aandelen hebben en die rechten kunnen doen gelden overeenkomstig de leden 2 tot en met 4 van de artikelen 2:88 en 2:89 Burgerlijk Wetboek, geschieden met inachtneming van de daarvoor geldende wettelijke voorschriften.
9.9. Tenzij de wet anders bepaalt, vereist de levering van aandelen op naam of de levering van een beperkt recht daarop een daartoe bestemde akte alsmede, behoudens in het geval dat de vennootschap zelf bij die rechtshandeling partij is, schriftelijke erkenning door de vennootschap van de levering. De erkenning geschiedt in de akte, of door een gedagtekende verklaring houdende de erkenning op de akte of op een notarieel of door de vervreemder gewaarmerkt afschrift of uittreksel daarvan. Met de erkenning staat gelijk de betekening van die akte of dat afschrift of uittreksel aan de vennootschap.
Betreft het de levering van niet volgestorte aandelen, dan kan de erkenning slechts geschieden wanneer de akte een vaste dagtekening draagt.
9.10. Het in lid 9 bepaalde vindt overeenkomstige toepassing op de vestiging en de afstand van een beperkt recht op aandelen op naam.
Definities en aandeelbewijs voor gewone aandelen aan toonder. Artikel 10.
10.1. De volgende begrippen hebben in dit artikel en overigens in deze statuten de hierna omschreven betekenis, tenzij uitdrukkelijk anders blijkt:
Aangesloten Instelling: een aangesloten instelling als bedoeld in de Wet giraal effectenverkeer;
Centraal Instituut: het centraal instituut als bedoeld in lid 4;
Deelgenoot: een deelgenoot in een verzameldepot als bedoeld in de Wet giraal effectenverkeer;
Intermediair: een intermediair als bedoeld in de Wet giraal effectenverkeer.
10.2. Alle gewone aandelen aan toonder worden belichaamd in één aandeelbewijs.
10.3. Bij de inschrijving op uit te geven gewone aandelen en bij de toekenning van gewone aandelen ontvangt degene die jegens de vennootschap recht op een gewoon aandeel verkrijgt een recht terzake van een gewoon aandeel aan toonder op de hierna bepaalde wijze.
10.4. De vennootschap doet het in lid 2 bedoelde aandeelbewijs voor de rechthebbende(n) bewaren door een centraal instituut als bedoeld in de Wet giraal effectenverkeer.
10.5. De vennootschap kent aan een rechthebbende een recht terzake van een gewoon aandeel toe doordat (a) het Centraal Instituut de vennootschap in
staat stelt een aandeel op het aandeelbewijs bij te (doen) schrijven en (b) de rechthebbende een Intermediair of het Centraal Instituut aanwijst die hem dienovereenkomstig als Deelgenoot in haar verzameldepot respectievelijk girodepot crediteert.
10.6. Het beheer over het aandeelbewijs is onherroepelijk aan het Centraal Instituut opgedragen en het Centraal Instituut is onherroepelijk gevolmachtigd namens de rechthebbende(n) ter zake van de desbetreffende aandelen al het nodige te doen, waaronder aanvaarden, leveren en medewerken aan bijschrijving op en afschrijving van het aandeelbewijs.
10.7. Uitlevering van gewone aandelen is slechts mogelijk in de gevallen bepaald in de Wet giraal effectenverkeer. De vennootschap mag de aandeelhouder die zijn aandelen op naam of aan toonder doet stellen op grond van het bepaalde in dit lid of in lid 8 niet meer dan de kosten daarvan in rekening brengen.
10.8. Een houder van een gewoon aandeel op naam kan dit te allen tijde aan toonder doen stellen hetgeen uitsluitend kan geschieden doordat (a) de rechthebbende dit aandeel bij akte aan een Intermediair levert, (b) een Aangesloten Instelling dit aandeel bij akte aan het Centraal Instituut levert, (c) de vennootschap de leveringen erkent, (d) het Centraal Instituut de vennootschap in staat stelt een aandeel op het aandeelbewijs bij te (doen) schrijven, (e) een door de rechthebbende aangewezen Intermediair de rechthebbende dienovereenkomstig als Deelgenoot in haar verzameldepot crediteert en (f) de vennootschap de rechthebbende als houder van het desbetreffende aandeel uit het aandeelhoudersregister uitschrijft/doet uitschrijven.
10.9. Het aandeelbewijs wordt eigenhandig getekend door een lid van de raad van bestuur.
10.10. Indien het aandeelbewijs in het ongerede is geraakt, kan daarvoor door de raad van bestuur een duplicaatbewijs worden uitgegeven, onder zodanige voorwaarden als de raad van bestuur daaraan zal verbinden.
Na uitgifte van dit stuk, dat het woord duplicaat zal dragen, is het oorspronkelijke stuk ten opzichte van de vennootschap waardeloos.
Verkrijging van financieringspreferente aandelen. Artikel 10A.
10A.1. Overdracht van financieringspreferente aandelen kan uitsluitend geschieden aan natuurlijke personen.
10A.2. Onverminderd het in het eerste lid van dit artikel bepaalde is overdracht van financieringspreferente aandelen niet mogelijk indien en voorzover de verkrijger alleen, dan wel op grond van een onderlinge regeling tot samenwerking tezamen met een of meer anderen, natuurlijke personen en/of rechtspersonen, rechtstreeks of - anders dan als houder van met medewerking van de vennootschap uitgegeven certificaten - middellijk:
A. houder is van een nominaal bedrag aan financieringspreferente aandelen van één procent of meer van het totale in de vorm van gewone aandelen en financieringspreferente aandelen geplaatste
kapitaal van de vennootschap; of
B. door zodanige overdracht meer dan één procent van het totale in de vorm van gewone aandelen en financieringspreferente aandelen geplaatste kapitaal aan financieringspreferente aandelen zou verkrijgen.
Onder het houden van aandelen respectievelijk het verkrijgen van aandelen wordt voor de toepassing van de vorige zin mede begrepen het hebben van een recht van vruchtgebruik of pandrecht, respectievelijk het verkrijgen van een recht van vruchtgebruik of pandrecht op aandelen, voorzover daarbij het stemrecht aan de vruchtgebruiker of pandhouder toekomt.
Voor de toepassing van dit artikel 10A worden door de vennootschap verkregen aandelen als geplaatst beschouwd, ongeacht of zij al dan niet zijn ingetrokken.
10A.3. Verkrijging van financieringspreferente aandelen door middel van een uitgifte
- al dan niet in de vorm van stockdividenden en/of bonusaandelen - wordt voor de toepassing van het bepaalde in het eerste en tweede lid van dit artikel met overdracht gelijkgesteld; daarbij worden voor de vaststelling van de grootte van het in de vorm van gewone en financieringspreferente aandelen geplaatste kapitaal de uit te geven financieringspreferente aandelen medegerekend.
Vorenbedoelde gelijkstelling geldt niet indien ten aanzien van zodanige uitgifte een voorkeursrecht als bedoeld in artikel 6, lid 1, wordt uitgeoefend.
10A.4. In afwijking van het bepaalde in lid 3, eerste zin, van dit artikel is toegestaan, dat een aandeelhouder die meer financieringspreferente aandelen houdt dan één procent van het in de vorm van gewone aandelen en financieringspreferente aandelen geplaatste kapitaal, door uitgifte van financieringspreferente aandelen meer financieringspreferente aandelen verkrijgt dan één procent van het totale na die uitgifte in de vorm van gewone aandelen en financieringspreferente aandelen geplaatste kapitaal, echter ten hoogste tot het in de volgende zin vermelde percentage genomen over het bedrag, waarmede het in de vorm van financieringspreferente aandelen geplaatste kapitaal door de uitgifte wordt verhoogd. Het in de vorige zin bedoelde percentage is gelijk aan het percentage van het in de vorm van gewone aandelen en financieringspreferente aandelen geplaatste kapitaal, dat die aandeelhouder voor die uitgifte aan financieringspreferente aandelen hield.
10A.5. Indien een rechtspersoon tengevolge van overgang anders dan door overdracht, financieringspreferente aandelen in het kapitaal van de vennootschap verkrijgt is hij verplicht die aandelen onverwijld te vervreemden. Zolang een zodanige vervreemding niet heeft plaatsgehad, kunnen door de aandeelhouder die tot vervreemding verplicht is, geen vergader- of stemrechten op die aandelen worden uitgeoefend en worden de hem toekomende rechten op dividend op die aandelen opgeschort.
10A.6. Indien een aandeelhouder-rechtspersoon, die op grond van het bepaalde in
lid 5 van dit artikel tot vervreemding verplicht is - hierna te noemen: de aanbieder - niet aan zijn verplichting voldoet binnen drie maanden nadat de raad van bestuur hem bij aangetekende brief op zijn verplichting heeft gewezen, is de vennootschap onherroepelijk gemachtigd en, indien de aanbieder zulks verzoekt, verplicht tot deze vervreemding over te gaan tegen een prijs, ten minste overeenkomend met de ten dage der vervreemding op de effectenbeurs Euronext Amsterdam N.V. te Amsterdam geldende koers van certificaten van financieringspreferente aandelen in de vennootschap en, bij gebreke van zodanige koers, tegen een prijs, te bepalen door de accountant, bedoeld in artikel 26. Vervreemding aan de vennootschap is alleen toegestaan met instemming van de aanbieder.
Indien de aanbieder in gebreke blijft binnen veertien dagen nadat de raad van bestuur hem bij aangetekende brief heeft kennis gegeven van de hiervoor bedoelde vervreemding, mede te werken aan de levering van de vervreemde aandelen, is de vennootschap onherroepelijk gemachtigd namens hem de akte van levering te tekenen.
De vennootschap zal er voor zorg dragen dat de aanbieder de koopprijs van de vervreemde aandelen onverwijld ontvangt.
10A.7. Het hiervoor in dit artikel bepaalde is niet van toepassing op:
a. overdracht of andere overgang van financieringspreferente aandelen aan of op de vennootschap zelf of aan een dochtermaatschappij van de vennootschap;
b. overdracht of andere overgang of uitgifte van financieringspreferente aandelen aan of op een rechtspersoonlijkheid bezittend administratiekantoor dan wel aan of op een andere rechtspersoon, indien en voorzover ten aanzien van zodanig administratiekantoor of zodanige andere rechtspersoon de raad van bestuur onder goedkeuring van de raad van commissarissen het in dit artikel bepaalde betreffende overdracht, andere overgang of uitgifte van financieringspreferente aandelen bij onherroepelijk besluit geheel of gedeeltelijk heeft opgeheven, waarbij aan zodanige opheffing voorwaarden kunnen worden verbonden; ten aanzien van een andere rechtspersoon, als hiervoor bedoeld, kan die begrenzing slechts worden opgeheven, voorzover zulks is vereist om die rechtspersoon de faciliteit van de deelnemingsvrijstelling, thans geregeld in artikel 13 Wet op de Vennootschapsbelasting 1969, deelachtig te doen worden;
c. overdracht door de vennootschap van door haar zelf verworven financieringspreferente aandelen of uitgifte door de vennootschap van financieringspreferente aandelen, indien zodanige overdracht of uitgifte geschiedt in het kader van hetzij een samenwerking met of een overname van een andere onderneming, hetzij een juridische fusie, hetzij verkrijging van een deelneming of uitbreiding hiervan, ten aanzien waarvan de raad van bestuur onder goedkeuring van de raad van commissarissen de begrenzing van de mogelijkheid tot overdracht
of uitgifte van aandelen bij onherroepelijk besluit geheel of gedeeltelijk heeft opgeheven, waarbij aan zodanige opheffing voorwaarden kunnen worden verbonden.
Blokkering beschermingspreferente aandelen. Artikel 11.
11.1. Voor elke overdracht van beschermingspreferente aandelen is goedkeuring vereist van de raad van bestuur. De goedkeuring wordt schriftelijk verzocht, waarbij de naam en het adres van de beoogde verkrijger, alsmede de prijs of andere tegenprestatie die de beoogde verkrijger bereid is te betalen of te geven, moet worden medegedeeld.
11.2. Indien de goedkeuring wordt geweigerd, is de raad van bestuur verplicht tegelijkertijd één of meer gegadigden aan te wijzen die bereid en in staat zijn al de aandelen, waarop het verzoek betrekking heeft, tegen contante betaling te kopen tegen een prijs, door de vervreemder en de raad van bestuur binnen twee maanden na die aanwijzing in onderling overleg vast te stellen.
11.3. Indien de vervreemder niet binnen drie maanden na ontvangst door de vennootschap van het verzoek tot goedkeuring van de voorgenomen overdracht van de vennootschap een schriftelijke mededeling daaromtrent heeft ontvangen danwel een tijdige schriftelijke weigering tot goedkeuring niet tegelijkertijd vergezeld is gegaan van de aanwijzing van één of meer gegadigden als in lid 2 bedoeld, wordt de goedkeuring tot overdracht na verloop van genoemde periode respectievelijk na ontvangst van het bericht van weigering geacht te zijn verleend.
11.4. Indien binnen twee maanden na de weigering der goedkeuring geen overeenstemming tussen de vervreemder en de raad van bestuur omtrent de in lid 2 bedoelde prijs is bereikt, zal deze prijs worden vastgesteld door een deskundige, aan te wijzen door de vervreemder en de raad van bestuur in onderling overleg of, bij gebreke van overeenstemming daaromtrent binnen drie maanden na de weigering der goedkeuring, door de voorzitter van de Kamer van Koophandel en Fabrieken van de plaats waar de vennootschap feitelijk is gevestigd, op verzoek van de meest gerede partij.
11.5. De vervreemder zal het recht hebben van de overdracht af te zien, mits hij binnen één maand, nadat zowel de naam van de aangewezen gegadigde(n) alsook de vastgestelde prijs te zijner kennis zijn gebracht, hiervan schriftelijk mededeling doet aan de raad van bestuur.
11.6. In geval van goedkeuring tot overdracht in de zin van lid 1 of lid 3 is de vervreemder gerechtigd gedurende een periode van drie maanden na deze goedkeuring alle aandelen waarop zijn verzoek betrekking had over te dragen aan de in het verzoek genoemde verkrijger, tegen de door hem genoemde prijs of tegenprestatie bedoeld in lid 1 van dit artikel.
11.7. De aan de overdracht voor de vennootschap verbonden kosten kunnen ten laste van de nieuwe verkrijger worden gebracht.
Raad van bestuur. Artikel 12.
12.1. De vennootschap wordt, onder toezicht van een raad van commissarissen, bestuurd door een raad van bestuur, bestaande uit een door de raad van commissarissen na overleg met de raad van bestuur te bepalen aantal van één of meer leden.
12.2. Indien de raad van bestuur uit twee of meer leden bestaat, kan de raad van commissarissen aan een van hen de titel van voorzitter en aan een van hen de titel van vice-voorzitter verlenen. De voorzitter zit alsdan de bestuursvergaderingen voor.
12.3. De raad van bestuur stelt, met inachtneming van deze statuten, een reglement op, waarin aangelegenheden, hem betreffende, worden geregeld. Voorts kunnen de leden van de raad van bestuur, al dan niet bij reglement, hun werkzaamheden onderling verdelen; deze verdeling behoeft de goedkeuring van de raad van commissarissen.
12.4. De raad van bestuur besluit met volstrekte meerderheid van stemmen; bij staking van stemmen heeft, mits deze persoon stemgerechtigd is en er meer dan twee stemgerechtigde leden van de raad van bestuur in functie zijn, degene, aan wie ingevolge het bepaalde in het tweede lid de titel van voorzitter is verleend, een beslissende stem. In alle andere gevallen wordt bij staking van stemmen het besluit genomen door de raad van commissarissen.
12.5. Indien de raad van commissarissen heeft vastgesteld dat een bestuurder een direct of indirect persoonlijk tegenstrijdig belang heeft met de vennootschap, neemt hij geen deel aan de beraadslaging en besluitvorming binnen het bestuur over het betreffende onderwerp. Het reglement als bedoeld in artikel 16, lid 11 kan nader specificeren wat als een tegenstrijdig belang, als bedoeld in de vorige zin kwalificeert. Indien geen bestuursbesluit kan worden genomen ten gevolge van het feit dat geen van de leden van de raad van bestuur kan deelnemen aan de beraadslaging en besluitvorming wegens een direct of indirect persoonlijk tegenstrijdig belang als bedoeld in de eerste zin van dit lid 5, dan wordt het besluit genomen door de raad van commissarissen.
12.6. De raad van bestuur is bevoegd tot het aanstellen van één of meer procuratiehouders, desgewenst met een zodanige titel als de raad van bestuur geraden zal achten. De raad van bestuur kan een dergelijke procuratie te allen tijde intrekken.
12.7. De raad van bestuur kan, indien hij daartoe door de algemene vergadering is aangewezen, een besluit tot beperking of uitsluiting van het in artikel 6 bedoelde voorkeursrecht slechts nemen onder goedkeuring van de raad van commissarissen.
12.8. De leden van de raad van bestuur worden benoemd door de algemene vergadering. De algemene vergadering kan hen te allen tijde schorsen of ontslaan.
Tenzij de algemene vergadering op voorstel van de raad van commissarissen bepaalt dat een lid van de raad van bestuur voor een langere periode wordt benoemd, wordt een lid van de raad van bestuur benoemd voor een periode
van maximaal vier jaar, met dien verstande dat tenzij dat lid van de raad van bestuur eerder aftreedt, zijn benoemingstermijn eindigt na afloop van de eerstvolgende algemene vergadering, te houden in het vierde jaar na het jaar van zijn benoeming. Een lid van de raad van bestuur kan worden herbenoemd, met inachtneming van het bepaalde in de vorige zin. De raad van commissarissen kan een rooster van aftreden voor de leden van de raad van bestuur vaststellen.
12.9. Indien moet worden overgegaan tot benoeming van een lid van de raad van bestuur, zal de raad van commissarissen een niet bindende voordracht opmaken, welke niet zodanig behoeft te zijn dat voor elke benoeming een keuze kan worden gemaakt uit ten minste twee personen.
12.10. In de oproeping tot de algemene vergadering, waarin de benoeming aan de orde wordt gesteld, wordt de voordracht opgenomen danwel medegedeeld dat de aandeelhouders en certificaathouders er ten kantore van de vennootschap kennis van kunnen nemen.
12.11. De raad van commissarissen is te allen tijde bevoegd een lid van de raad van bestuur te schorsen.
Xxxxxxx xxx xxxxxxxxx van een lid van de raad van bestuur is, indien niet binnen drie maanden na het besluit tot schorsing de raad van commissarissen overgaat tot verlenging der schorsing, hetgeen niet meer dan eenmaal en voor ten hoogste twee maanden kan geschieden, het desbetreffende lid in zijn functie hersteld.
12.12. Ingeval van belet of ontstentenis van één of meer leden van de raad van bestuur zijn de overblijvende leden van de raad van bestuur of is het enig overblijvende lid van de raad van bestuur met het gehele bestuur belast; ingeval van belet of ontstentenis van alle leden van de raad van bestuur of het enige lid van de raad van bestuur is de raad van commissarissen voorlopig met het bestuur belast, onverminderd zijn bevoegdheid om, mits uit zijn midden, iemand als tijdelijk bestuurder aan te wijzen en onder gehoudenheid, ingeval van ontstentenis, ten spoedigste in de vacature te voorzien.
12.13. Een lid van de raad van bestuur defungeert op het tijdstip van sluiting van de jaarlijkse algemene vergadering, die als eerste volgt op zijn tweeënzestigste verjaardag. Indien de omstandigheden daartoe aanleiding geven, kan door de raad van commissarissen met een lid van de raad van bestuur worden overeengekomen, dat hij defungeert op het tijdstip van sluiting van de jaarlijkse algemene vergadering, die als eerste volgt op zijn drieënzestigste, respectievelijk vierenzestigste verjaardag.
Iemand die ouder is dan tweeënzestig jaar kan niet tot lid van de raad van bestuur worden benoemd.
12.14. De raad van bestuur behoeft de goedkeuring van de raad van commissarissen en de algemene vergadering voor besluiten van de raad van bestuur omtrent een belangrijke verandering van de identiteit of het karakter van de vennootschap of de onderneming, waaronder in ieder geval:
a. de overdracht van de onderneming of vrijwel de gehele onderneming aan een derde;
b. het aangaan of verbreken van duurzame samenwerking van de vennootschap of een dochtermaatschappij met een andere rechtspersoon of vennootschap dan wel als volledig aansprakelijke vennote in een commanditaire vennootschap of vennootschap onder firma, indien deze samenwerking of verbreking van ingrijpende betekenis is voor de vennootschap;
c. het nemen of afstoten van een deelneming in het kapitaal van een vennootschap ter waarde van ten minste een derde van het bedrag van de activa volgens de geconsolideerde balans met toelichting volgens de laatst vastgestelde jaarrekening van de vennootschap, door haar of een dochtermaatschappij.
12.15. Onverminderd het elders in de statuten dienaangaande bepaalde zijn aan de goedkeuring van de raad van commissarissen onderworpen de besluiten van de raad van bestuur omtrent:
a. uitgifte en verkrijging van aandelen in en schuldbrieven ten laste van de vennootschap of van schuldbrieven ten laste van een commanditaire vennootschap of vennootschap onder firma waarvan de vennootschap volledig aansprakelijk vennote is;
b. medewerking aan de uitgifte en verkrijging van certificaten van aandelen;
c. aanvragen van notering of van intrekking der notering van de onder a en b bedoelde stukken in de prijscourant van enige beurs;
d. investeringen, welke een bedrag gelijk aan ten minste een/vierde gedeelte van het geplaatste kapitaal met de reserves der vennootschap volgens haar balans met toelichting vereisen;
e. een voorstel tot wijzing van de statuten;
f. een voorstel tot ontbinding van de vennootschap;
g. aangifte van faillissement en aanvraag van surséance van betaling;
h. beëindiging van de dienstbetrekking van een aanmerkelijk aantal werknemers van de vennootschap of van een afhankelijke maatschappij tegelijkertijd of binnen een kort tijdsbestek;
i. ingrijpende wijziging in de arbeidsomstandigheden van een aanmerkelijk aantal werknemers van de vennootschap of van een afhankelijke maatschappij;
j. een voorstel tot vermindering van het geplaatste kapitaal;
x. het verlenen van goedkeuring aan:
- een besluit van het bestuur van de stichting: Stichting Administratiekantoor Financieringspreferente Aandelen Vopak, statutair gevestigd te Rotterdam, met adres: Xxxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxxxxxxxx, tot het wijzigen van de statuten van die stichting, tot ontbinding van die stichting en/of het wijzigen van de administratievoorwaarden voor financieringspreferente
aandelen in het kapitaal van de vennootschap;
- een besluit van het bestuur van de stichting: Stichting Vopak, statutair gevestigd te Rotterdam, met adres: Xxxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxxxxxxxx, tot het wijzigen van de statuten en/of het ontbinden van die stichting;
- een besluit van het bestuur van de voornoemde Stichting Vopak tot het benoemen van een bestuurder van die stichting,
zulks met inachtneming van het bepaalde in de statuten van de respectieve stichtingen.
12.16. Het besluit tot goedkeuring van de raad van commissarissen wordt genomen met inachtneming van het hierna in artikel 16, lid 2, van deze statuten bepaalde.
12.17. De raad van commissarissen kan in zijn daartoe strekkend besluit duidelijk te omschrijven andere besluiten van de raad van bestuur aan zijn goedkeuring onderwerpen.
De raad van commissarissen deelt zodanig besluit onverwijld aan de raad van bestuur mede.
12.18. De raad van commissarissen kan besluiten dat een besluit van de raad van bestuur niet aan zijn goedkeuring onderworpen is, indien het daarmee gemoeide belang een door de raad van commissarissen bepaalde waarde en/of belang niet te boven gaat.
De raad van commissarissen deelt zodanig besluit onverwijld aan de raad van bestuur mede.
Artikel 13.
13.1. De vennootschap heeft een beleid op het terrein van bezoldiging van de leden van de raad van bestuur. Het beleid wordt vastgesteld door de algemene vergadering op voorstel van de raad van commissarissen. Indien de vennootschap krachtens wettelijke bepalingen een ondernemingsraad heeft ingesteld wordt het beloningsbeleid schriftelijk en gelijktijdig met de aanbieding aan de algemene vergadering ter kennisneming aan de ondernemingsraad aangeboden.
13.2. De bezoldiging van de leden van de raad van bestuur wordt met inachtneming van het beleid, bedoeld in het vorige lid, vastgesteld door de raad van commissarissen. De raad van commissarissen legt ter goedkeuring aan de algemene vergadering voor een voorstel ten aanzien van regelingen van bezoldigingen in de vorm van aandelen of rechten tot het nemen van aandelen. Dit voorstel bepaalt ten minste hoeveel aandelen of rechten tot het nemen van aandelen aan de leden van de raad van bestuur mogen worden toegekend en welke criteria gelden voor toekenning of wijziging.
13.3. Onverminderd het bepaalde in lid 4, verstrekt de vennootschap geen persoonlijke leningen en garanties aan haar leden van de raad van bestuur en raad van commissarissen.
13.4. Voor zover uit de wet niet anders voortvloeit, worden aan de leden van de raad van bestuur en de raad van commissarissen en aan voormalige leden
van de raad van bestuur en raad van commissarissen vergoed:
(i) de redelijke kosten van het voeren van verdediging tegen aanspraken wegens een handelen of nalaten in de uitoefening van hun functie of van een andere functie die zij op verzoek van de vennootschap vervullen of hebben vervuld;
(ii) eventuele schadevergoedingen of boetes die zij verschuldigd zijn wegens een hierboven onder (i) vermeld handelen of nalaten;
(iii) de redelijke kosten van het optreden in andere rechtsgedingen waarin zij als bestuurder of commissaris of als voormalige bestuurder of commissaris zijn betrokken met uitzondering van de gedingen waarin zij in hoofdzaak een eigen vordering geldend maken.
Een betrokkene heeft geen aanspraak op de vergoeding als hiervoor bedoeld indien en voor zover (i) door de Nederlandse rechter bij gewijsde is vastgesteld dat het handelen of nalaten van de betrokkene kan worden gekenschetst als opzettelijk, bewust roekeloos of ernstig verwijtbaar, tenzij uit de wet anders voortvloeit of zulks in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn of (ii) de kosten of het vermogensverlies van de betrokkene is gedekt door een verzekering en de verzekeraar deze kosten of dit vermogensverlies heeft uitbetaald. De vennootschap kan ten behoeve van de betrokkenen verzekeringen tegen aansprakelijkheid afsluiten. De raad van commissarissen kan ten aanzien van leden van de raad van bestuur en de raad van bestuur kan ten aanzien van leden van de raad van commissarissen bij overeenkomst nadere uitvoering geven aan het vorenstaande.
Vertegenwoordiging.
Artikel 14.
De raad van bestuur en ieder lid van de raad van bestuur afzonderlijk is bevoegd de vennootschap te vertegenwoordigen.
Raad van commissarissen. Artikel 15.
15.1. Het toezicht op het beleid van de raad van bestuur en op de algemene gang van zaken in de vennootschap en de met haar verbonden onderneming wordt uitgeoefend door een raad van commissarissen, bestaande uit natuurlijke personen; de raad van commissarissen stelt het aantal commissarissen, dat ten minste drie zal belopen, vast. De commissarissen worden benoemd door de algemene vergadering, met in achtneming van het daaromtrent overigens in deze statuten bepaalde. Tenzij de algemene vergadering op voorstel van de raad van commissarissen bepaalt dat een commissaris voor een langere periode wordt benoemd, wordt een commissaris benoemd voor een periode van maximaal vier jaar, met dien verstande dat tenzij een commissaris eerder aftreedt, zijn benoemingstermijn eindigt na afloop van de eerstvolgende algemene vergadering, te houden in het vierde jaar na het jaar van zijn benoeming. Een commissaris kan worden herbenoemd, met inachtneming van het bepaalde in de vorige zin. Een commissaris kan, al dan niet
onderbroken, maximaal twaalf jaar zitting hebben in de raad van commissarissen, tenzij de algemene vergadering anders besluit. De raad van commissarissen stelt een rooster van aftreden op voor de leden van de raad van commissarissen.
Een commissaris, benoemd ter vervulling van een tussentijds ontstane vacature, neemt voor wat betreft het tijdstip van aftreden de plaats van zijn voorganger in, tenzij de raad van commissarissen bij zijn benoeming anders bepaalt. De algemene vergadering kan hen te allen tijde schorsen of ontslaan, met inachtneming van het daaromtrent overigens in deze statuten bepaalde.
15.2. De raad van commissarissen zal een van zijn leden tot voorzitter benoemen. De raad van commissarissen wordt ondersteund door een secretaris. De secretaris wordt al dan niet op initiatief van de raad van commissarissen benoemd en ontslagen door de raad van bestuur na verkregen goedkeuring van de raad van commissarissen.
15.3. Indien moet worden overgegaan tot benoeming van een commissaris, kan de raad van commissarissen een niet bindende voordracht opmaken, welke niet zodanig behoeft te zijn dat voor elke benoeming een keuze kan worden gemaakt uit ten minste twee personen.
15.4. In de oproeping tot de algemene vergadering, waarin de benoeming aan de orde wordt gesteld, wordt, indien de raad van commissarissen een voordracht zoals bedoeld in artikel 15, lid 3 heeft gedaan, de voordracht opgenomen danwel medegedeeld dat de aandeelhouders en certificaathouders er ten kantore van de vennootschap kennis van kunnen nemen.
15.5. Xxxxxxx xxx xxxxxxxxx van een commissaris is, indien niet binnen drie maanden na het besluit tot schorsing de algemene vergadering overgaat tot verlenging der schorsing, hetgeen niet meer dan eenmaal en voor ten hoogste twee maanden kan geschieden, de desbetreffende commissaris in zijn functie hersteld.
15.6. De raad van bestuur verschaft de raad van commissarissen tijdig de voor de uitoefening van diens taak noodzakelijke gegevens. De raad van bestuur stelt ten minste een keer per jaar de raad van commissarissen schriftelijk op de hoogte van de hoofdlijnen van het strategisch beleid, de algemene en financiële risico's en het beheers- en controlesysteem van de vennootschap. De raad van bestuur zal alsdan ter goedkeuring voorleggen aan de raad van commissarissen:
a. de operationele en financiële doelstellingen van de vennootschap;
b. de strategie die moet leiden tot het realiseren van de doelstellingen; en
c. de randvoorwaarden die bij voormelde strategie worden gehanteerd.
15.7. De algemene vergadering bepaalt de vaste vergoeding van de leden van de raad van commissarissen. Aan een lid van de raad van commissarissen worden geen aandelen en/of rechten op aandelen bij wijze van bezoldiging toegekend. Door hen gemaakte kosten worden hun vergoed.
15.8. De raad van commissarissen kan uit zijn midden een commissaris als gedelegeerd commissaris aanwijzen, die in het bijzonder tot taak heeft de
raad van bestuur in de dagelijkse leiding bij te staan en hem van advies te dienen.
15.9. De raad van commissarissen kan uit zijn midden commissies instellen.
15.10. De raad van commissarissen stelt een profielschets voor zijn omvang en samenstelling vast, rekening houdend met de aard van de onderneming, haar activiteiten en de gewenste deskundigheid en achtergrond van de commissarissen.
Artikel 16.
16.1. De raad van commissarissen kan bepalen, dat één of meer zijner leden toegang zullen hebben tot alle bedrijfsruimten der vennootschap en bevoegd zullen zijn inzage te nemen van alle boeken, correspondentie en andere bescheiden, tot het controleren van de kas en verdere geldswaarden en tot het kennisnemen van alle plaatsgehad hebbende handelingen, dan wel een gedeelte van deze bevoegdheden zullen kunnen uitoefenen.
16.2. De raad van commissarissen vergadert, zo dikwijls één van zijn leden het verzoekt.
Hij besluit bij volstrekte meerderheid. Bij staking van stemmen komt geen besluit tot stand. Bij reglement als bedoeld in lid 11 kan worden bepaald dat besluiten van de raad van commissarissen slechts zijn genomen wanneer een of meer in functie aangeduide commissarissen daarvoor stemmen. Indien het reglement bepaalt dat de stem van een of meer in functie aangeduide commissarissen ten gunste van een voorstel moet zijn uitgebracht en de raad van commissarissen geen besluit kan nemen doordat een commissaris – wiens stem ten gunste van het voorstel nodig is – een tegenstrijdig belang heeft als bedoeld in lid 7, kan het reglement bepalen dat het besluit evenwel kan worden genomen met unanieme stemmen van alle andere stemgerechtigde leden van de raad van commissarissen.
Onverminderd het hiervoor in dit lid bepaalde, wordt een besluit tot goedkeuring aan de raad van bestuur omtrent een besluit van de raad van bestuur als bedoeld in artikel 12, lid 15, sub k, genomen met algemene stemmen, in een vergadering van de raad van commissarissen waarin alle leden van de raad van commissarissen aanwezig of vertegenwoordigd zijn, tenzij het betreft een besluit tot goedkeuring aan de raad van bestuur omtrent een besluit van de raad van bestuur tot het verlenen van goedkeuring aan een voorstel van het bestuur van Stichting Vopak, voornoemd, tot wijziging van de statuten van die stichting, indien en voorzover zodanige wijziging het gevolg is van het van kracht worden van één of meer dwingende wetsbepalingen. In zodanig geval zal een besluit tot goedkeuring door de raad van commissarissen worden genomen met een volstrekte meerderheid in een vergadering waarin alle leden van de raad van commissarissen aanwezig of vertegenwoordigd zijn.
16.3. De vergaderingen van de raad van commissarissen worden door de secretaris, namens de commissarissen die om de vergadering verzoeken, bijeengeroepen, onder vermelding van de te behandelen onderwerpen. De
voorzitter bereidt de agenda van de vergadering voor.
16.4. De vergaderingen van de raad van commissarissen worden geleid door de voorzitter of, bij zijn afwezigheid, door een door de raad van commissarissen aan te wijzen andere commissaris. Bij afwezigheid van de secretaris, wijst de desbetreffende vergadering zelf haar secretaris aan.
16.5. Van het verhandelde in de vergaderingen van de raad van commissarissen worden notulen opgemaakt, welke worden ondertekend door de voorzitter en de secretaris der desbetreffende vergadering.
16.6. Behoudens het in lid 8 bepaalde, kan de raad van commissarissen geen besluiten nemen, wanneer niet de meerderheid van de stemgerechtigde leden aanwezig of vertegenwoordigd is.
16.7. Indien de raad van commissarissen heeft vastgesteld dat een commissaris een direct of indirect persoonlijk tegenstrijdig belang heeft met de vennootschap, neemt hij geen deel aan de beraadslaging en besluitvorming binnen de raad van commissarissen over het betreffende onderwerp. Het reglement als bedoeld in lid 11 kan nader specificeren wat als een tegenstrijdig belang, als bedoeld in de vorige zin kwalificeert. Indien geen besluit van de raad van commissarissen kan worden genomen ten gevolge van het feit dat geen van de leden van de raad van commissarissen kan deelnemen aan de beraadslaging en besluitvorming wegens een direct of indirect persoonlijk tegenstrijdig belang als bedoeld in de eerste zin van dit lid 7, dan wordt het besluit genomen door de algemene vergadering.
16.8. De raad van commissarissen kan ook buiten vergadering besluiten nemen, mits dit schriftelijk of door middel van langs elektronische weg toegezonden leesbare en reproduceerbare berichten geschiedt en het desbetreffende voorstel aan alle stemgerechtigde commissarissen is voorgelegd, geen hunner zich tegen deze wijze van besluitvorming heeft verzet en, tenzij deze statuten of het reglement als bedoeld in lid 11 bepalen dat het betreffende besluit moet worden genomen met unanieme stemmen, ten minste alle stemgerechtigde commissarissen op één na zich ten gunste van het desbetreffende voorstel uitspreken.
Een aldus genomen besluit wordt aangetekend in het notulenregister van de raad van commissarissen, hetwelk door de secretaris van die raad wordt gehouden; de bescheiden, waaruit van het nemen van een zodanig besluit blijkt, worden bij het notulenregister bewaard. Het reglement als bedoeld in lid 11 kan besluitvorming buiten vergadering beperken of uitsluiten ten aanzien van besluitvorming over onderwerpen waarbij een of meer in functie aangeduide commissarissen een tegenstrijdig belang hebben als bedoeld in lid 7.
16.9. De vergaderingen van de raad van commissarissen worden bijgewoond door de leden van de raad van bestuur, tenzij de raad van commissarissen anders besluit.
16.10. De raad van commissarissen kan, op kosten der vennootschap, adviezen inwinnen van deskundigen op zodanige gebieden, als de raad van
commissarissen voor een juiste uitoefening van zijn taak wenselijk acht.
16.11. De overige (interne) werkwijze van de raad van commissarissen wordt geregeld in een reglement opgesteld en zonodig herzien door de raad van commissarissen.
Algemene vergaderingen. Artikel 17.
17.1. De algemene vergaderingen worden te Xxxxxxxxx, 'x-Xxxxxxxxxx of Rotterdam gehouden.
Aandeelhouders worden tot de algemene vergadering opgeroepen door het bestuur of de raad van commissarissen. De oproeping geschiedt door een langs elektronische weg openbaar gemaakte aankondiging. De oproeping zal tevens worden aangekondigd in ten minste één landelijk verspreid dagblad onder vermelding van het tijdstip en de plaats van de vergadering, het tijdstip waarop aanmelding voor de vergadering uiterlijk dient te geschieden, alsmede de plaats waar de stukken voor de vergadering verkrijgbaar zijn. De oproeping geschiedt met inachtneming van de wettelijke oproepingstermijn.
17.2. Een onderwerp, waarvan de behandeling schriftelijk is verzocht door een of meer aandeelhouders en certificaathouders die alleen of gezamenlijk ten minste een honderdste gedeelte van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigen, wordt opgenomen in de oproeping of op dezelfde wijze aangekondigd indien de vennootschap het met redenen omklede verzoek of een voorstel voor een besluit niet later dan op de zestigste dag voor die van de vergadering heeft ontvangen.
17.3. Schriftelijke verzoeken als bedoeld in lid 2 en artikel 2:110, lid 1, Burgerlijk Wetboek kunnen niet elektronisch worden vastgelegd.
Artikel 18.
Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld alsmede de overige krachtens de wet of deze statuten vereiste informatie.
Omtrent onderwerpen, ten aanzien waarvan niet is voldaan aan de vorige zin en waarvan de behandeling niet alsnog op overeenkomstige wijze en met inachtneming van de voor de oproeping gestelde termijn is aangekondigd, kunnen geen geldige besluiten worden genomen.
Artikel 19.
19.1. Jaarlijks wordt voor één juli ten minste één algemene vergadering gehouden.
19.2. In de jaarlijkse algemene vergadering:
a. wordt het door de raad van bestuur schriftelijk uitgebrachte bestuursverslag omtrent de zaken van de vennootschap en het gevoerde bestuur behandeld;
b. wordt de door de raad van bestuur opgemaakte jaarrekening aan de algemene vergadering ter vaststelling aangeboden en wordt met inachtneming van artikel 27 van deze statuten de winstbestemming vastgesteld;
c. worden voorstellen aan de orde gesteld tot decharge van de leden van de raad van bestuur voor het door hen gevoerde beleid;
d. worden voorstellen aan de orde gesteld tot decharge van de leden van de raad van commissarissen voor het door hen uitgeoefende toezicht;
e. wordt in eventuele vacatures voorzien;
f. wordt het reserverings- en dividendbeleid behandeld en verantwoord;
g. wordt, indien van toepassing, het voorstel tot uitkering van dividend behandeld;
h. wordt elke substantiële wijziging in de corporate governance structuur van de vennootschap besproken;
i. worden de onderwerpen behandeld, welke door de raad van bestuur en/of de raad van commissarissen, met inachtneming van de bepalingen van deze statuten, aan de orde zijn gesteld.
In de jaarlijkse algemene vergadering wordt voorts behandeld hetgeen met inachtneming van artikel 17 lid 2 op de agenda is geplaatst.
19.3. De raad van bestuur en raad van commissarissen verschaffen de algemene vergadering alle verlangde informatie, tenzij een zwaarwichtig belang van de vennootschap zich daartegen verzet. Indien door de raad van bestuur en de raad van commissarissen op een zwaarwichtig belang een beroep wordt gedaan, wordt dit beroep gemotiveerd toegelicht.
19.4. De raad van bestuur en de raad van commissarissen lichten de algemene vergadering door middel van een toelichting op de agenda in over alle feiten en omstandigheden die relevant zijn voor de voorstellen op de agenda. Deze toelichting op de agenda wordt op de website van de vennootschap geplaatst.
19.5. Buitengewone algemene vergaderingen worden gehouden, zo dikwijls zij krachtens besluit van de raad van bestuur of de raad van commissarissen worden bijeengeroepen.
Artikel 20.
20.1. De algemene vergaderingen worden voorgezeten door de voorzitter van de raad van commissarissen, tenzij de raad van commissarissen daartoe een ander aanwijst.
De voorzitter wijst de secretaris aan.
20.2. Alvorens tot een vergadering te worden toegelaten moet een vergadergerechtigde of zijn gevolmachtigde zich melden bij de registratiebalie. De vennootschap houdt van alle ter vergadering aanwezige of vertegenwoordigde vergadergerechtigden een presentielijst bij waarop van iedere vergadergerechtigde de naam en het aantal stemmen waartoe hij ter vergadering gerechtigd is, en indien het een gevolmachtigde betreft, tevens de naam (namen) van degene(n) voor wie de gevolmachtigde optreedt, worden vermeld.
20.3. Een vergadergerechtigde, dan wel zijn gevolmachtigde heeft slechts toegang tot de algemene vergadering, indien de vennootschap van zijn voornemen de vergadering bij te wonen schriftelijk bericht heeft ontvangen ter plaatse en uiterlijk op de dag, gelijk in de oproeping tot de vergadering vermeld.
20.4. Vergadergerechtigd zijn zij die op het registratietijdstip als bedoeld in artikel 2:119, lid 2 Burgerlijk Wetboek die rechten hebben en als zodanig zijn
ingeschreven in een door de raad van bestuur aangewezen register, ongeacht wie ten tijde van de algemene vergadering vergadergerechtigd zou zijn indien een registratietijdstip als bedoeld in dit lid niet zou zijn vastgesteld. Bij de oproeping voor de vergadering wordt het registratietijdstip vermeld alsmede de wijze waarop vergadergerechtigden zich kunnen laten registreren en de wijze waarop zij hun rechten kunnen uitoefenen.
20.5. Voor een aandeel kan slechts één persoon als gevolmachtigde worden aangewezen.
20.6. Zij die tot de algemene vergadering wensen te worden toegelaten, dienen zich desgevraagd te legitimeren.
20.7. Indien een of meer aandelen tot een gemeenschap behoren kunnen de deelgenoten tot die gemeenschap zich slechts tegenover de vennootschap doen vertegenwoordigen door één persoon, die zij daartoe gezamenlijk schriftelijk aanwijzen. Het bepaalde in de vorige zin is niet van toepassing op aandelen die behoren tot een gemeenschap als bedoeld in de Wet giraal effectenverkeer. De persoon die aangewezen is, heeft slechts toegang tot de algemene vergadering, indien de schriftelijke aanwijzing of een gewaarmerkte kopie daarvan uiterlijk op de in de oproeping tot de vergadering vermelde dag in het bezit van de vennootschap is. Voor de toepassing van de leden 2 en 3 geldt die persoon als gevolmachtigde.
Artikel 21.
21.1. Van het verhandelde in elke vergadering worden notulen gehouden, tenzij een notarieel proces-verbaal wordt opgemaakt.
De notulen worden vastgesteld en ten blijke daarvan getekend door de voorzitter en de secretaris.
In het proces-verbaal casu quo in de notulen wordt op basis van de in artikel 20, lid 2 bedoelde presentielijst het aantal ter vergadering vertegenwoordigde aandelen en het aantal uit te brengen stemmen vermeld; de in artikel 20, lid 2 bedoelde presentielijst maakt geen deel uit van het proces-verbaal casu quo de notulen en zal niet ter beschikking van een aandeelhouder worden gesteld, tenzij de aandeelhouder aantoont dat hij daarbij een redelijk belang heeft ter toetsing van een juist verloop van de desbetreffende vergadering.
21.2. De voorzitter der vergadering, de voorzitter van de raad van commissarissen en de voorzitter van de raad van bestuur kan ingeval van bijzondere omstandigheden opdracht geven tot het opmaken van een notarieel proces- verbaal op kosten der vennootschap.
21.3. De concept notulen van de algemene vergadering worden uiterlijk drie maanden na afloop van de vergadering aan aandeelhouders op verzoek ter beschikking gesteld, waarna aandeelhouders gedurende de daaropvolgende drie maanden de gelegenheid hebben om op de concept notulen te reageren. De notulen worden vervolgens vastgesteld op de wijze zoals in de eerste zin van dit lid omschreven.
Indien een notarieel proces-verbaal van het verhandelde in de vergadering wordt opgemaakt wordt het notarieel proces-verbaal uiterlijk drie maanden na
de afloop van de algemene vergadering op verzoek ter beschikking gesteld.
21.4. Een verklaring getekend door de voorzitter van de algemene vergadering waarin wordt bevestigd dat in de algemene vergadering een besluit genomen is geldt als bewijs ten opzichte van derden.
21.5. Alle kwesties omtrent de toelating tot de algemene vergadering, omtrent de uitoefening van het stemrecht en het houden van peilingen over het gevoelen van de vergadering omtrent aan de orde zijnde onderwerpen en omtrent de uitslag der stemmingen respectievelijk peilingen, zomede alle andere kwesties, welke verband houden met de gang van zaken in de vergadering, worden in hoogste ressort beslist door de voorzitter van de desbetreffende vergadering.
21.6. De voorzitter van de desbetreffende vergadering is bevoegd andere personen dan aandeelhouders en hun vertegenwoordigers tot de algemene vergadering toe te laten.
Artikel 22.
22.1. De besluiten van de algemene vergadering worden genomen met volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen, tenzij deze statuten of de wet een grotere meerderheid voorschrijven.
22.2. Elk aandeel, dat ter vergadering is vertegenwoordigd, geeft recht tot het uitbrengen van één stem.
22.3. Xxxxxx stemmen en ongeldige stemmen gelden als niet uitgebracht.
Artikel 23.
23.1. De stemmingen geschieden mondeling, dan wel, ingeval een stemgerechtigde bij een stemming over benoeming, schorsing of ontslag van personen dit verlangt respectievelijk indien de voorzitter van de vergadering zulks bepaalt, bij gesloten, ongetekende briefjes. Stemming op andere wijze, bijvoorbeeld bij acclamatie, is toegestaan, indien geen der stemgerechtigden zich daartegen verzet.
23.2. Mocht ten aanzien van de benoeming van personen bij eerste stemming geen volstrekte meerderheid worden verkregen, dan zal een nieuwe vrije stemming plaats hebben.
Indien ook dan geen volstrekte meerderheid verkregen wordt, zal een herstemming plaats hebben tussen de twee personen die de meeste stemmen op zich verenigden.
Bij gemelde herstemmingen - waaronder niet begrepen de tweede vrije stemming - wordt telkens gestemd tussen de personen op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon, op wie bij de voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij de voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan één persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht. Indien bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen.
23.3. Staken de stemmen bij een andere stemming dan een verkiezing van
personen, dan komt geen besluit tot stand.
Vergaderingen van houders van financieringspreferente aandelen en vergaderingen van houders van beschermingspreferente aandelen. Artikel 24.
24.1. Een vergadering van houders van beschermingspreferente aandelen respectievelijk van financieringspreferente aandelen zal worden bijeengeroepen, zo dikwijls de raad van bestuur en/of de raad van commissarissen zulks besluit(en) en zo dikwijls een besluit van die vergadering krachtens de statuten vereist is.
De vergaderingen van houders van beschermingspreferente aandelen respectievelijk van financieringspreferente aandelen worden gehouden te Amsterdam, te Rotterdam of te 's-Gravenhage.
24.2. De oproepingen voor de vergadering van houders van beschermingspreferente aandelen en de vergadering van houders van financieringspreferente aandelen geschieden schriftelijk aan de in artikel 9, lid 3 bedoelde adressen, dan wel langs elektronische weg toegezonden leesbare en reproduceerbare berichten aan de adressen die door de betreffende aandeelhouders voor dat doel aan de vennootschap bekend zijn gemaakt, alles met inachtneming van een oproepingstermijn van ten minste veertien dagen, de dag der oproeping en die der vergadering niet medegerekend.
De oproeping vermeldt de te behandelen onderwerpen.
De vergadering wordt gepresideerd door de voorzitter van de raad van commissarissen, tenzij deze of, bij diens afwezigheid, de raad van commissarissen daartoe een ander aanwijst.
De voorzitter wijst de secretaris aan.
24.3. Artikel 20, leden 2 en 3, artikel 21, artikel 22 en artikel 23, lid 1, vinden overeenkomstige toepassing.
24.4. In een vergadering, waarin het gehele in de vorm van beschermingspreferente aandelen respectievelijk het gehele in de vorm van financieringspreferente aandelen geplaatste kapitaal is vertegenwoordigd, kunnen, mits met algemene stemmen, geldige besluiten worden genomen, ook indien de voorschriften omtrent de plaats der vergadering, de wijze van oproeping, de termijn van oproeping en het bij de oproeping vermelden der te behandelen onderwerpen niet in acht zijn genomen.
24.5. Houders van beschermingspreferente aandelen respectievelijk van financieringspreferente aandelen kunnen alle besluiten, welke zij in een vergadering kunnen nemen, ook buiten vergadering nemen.
Buiten vergadering kan een besluit slechts worden genomen, indien het verzoek daartoe van een lid van de raad van bestuur of een commissaris uitgaat en alle houders van beschermingspreferente aandelen respectievelijk financieringspreferente aandelen zich schriftelijk of door middel van langs elektronische weg toegezonden leesbare en reproduceerbare berichten vóór het desbetreffende voorstel hebben uitgesproken. Van het besluit wordt door de voorzitter van de raad van commissarissen in het notulenregister der
vergadering van houders van beschermingspreferente aandelen respectievelijk financieringspreferente aandelen melding gemaakt, welke vermelding door hem wordt getekend en in de eerstvolgende vergadering van houders van beschermingspreferente aandelen respectievelijk financieringspreferente aandelen wordt voorgelezen; bovendien worden de bescheiden, waaruit het besluit blijkt, in het notulenregister bewaard.
Boekjaar. Jaarrekening. Artikel 25.
25.1. Het boekjaar is het kalenderjaar.
25.2. Jaarlijks binnen de daartoe bij of krachtens de wet gestelde termijn stelt de raad van bestuur algemeen verkrijgbaar: de jaarrekening, het bestuursverslag, de verklaring van de accountant alsmede de overige gegevens die bij of krachtens wettelijke verplichting tezamen met de jaarrekening algemeen verkrijgbaar moeten worden gesteld. De jaarrekening wordt ondertekend door alle leden van de raad van bestuur en alle commissarissen; ontbreekt de ondertekening van één of meer hunner, dan wordt daarvan onder opgaaf van de reden melding gemaakt.
Het bestuursverslag zal voldoen aan de bij algemene maatregel van bestuur gestelde nadere voorschriften als bedoeld in artikel 2:391, lid 5 Burgerlijk Wetboek.
25.3. De vennootschap zorgt dat de opgemaakte jaarrekening, het bestuursverslag en de in lid 2 bedoelde overige gegevens vanaf de dag der oproeping tot de algemene vergadering, bestemd tot hun behandeling, ten kantore van de vennootschap en verder op zodanige andere plaatsen als de raad van bestuur zal aanwijzen, waaronder in ieder geval een plaats in Amsterdam is
begrepen, aanwezig zijn.
De aandeelhouders kunnen die stukken aldaar inzien en daarvan kosteloos een afschrift verkrijgen.
De hiervoor in dit lid bedoelde stukken worden ter inzage van een ieder gelegd; van deze stukken kan een ieder ten hoogste tegen kostprijs een afschrift verkrijgen.
Accountant.
Artikel 26.
26.1. De algemene vergadering zal aan een registeraccountant of een andere deskundige, als bedoeld in artikel 2:393, eerste lid, Burgerlijk Wetboek, beiden hierna eveneens aan te duiden als: accountant, de opdracht verlenen om de door de raad van bestuur opgemaakte jaarrekening te onderzoeken overeenkomstig het bepaalde in artikel 2:393, lid 3, Burgerlijk Wetboek. Gaat de algemene vergadering daartoe niet over, dan is de raad van commissarissen verplicht de opdracht te verlenen. De accountant brengt omtrent zijn onderzoek verslag uit aan de raad van commissarissen en aan de raad van bestuur en geeft de uitslag van zijn onderzoek in een verklaring weer.
De algemene vergadering en degene die de opdracht heeft verleend kan de
aan de accountant verleende opdracht slechts om gegronde redenen met inachtneming van lid 2 van artikel 2:393 Burgerlijk Wetboek intrekken.
26.2. Zowel de raad van bestuur als de raad van commissarissen kan aan de in lid 1 bedoelde accountant of een andere accountant op kosten der vennootschap opdrachten verstrekken.
26.3. De registeraccountant of de andere daartoe overeenkomstig artikel 2:393 Burgerlijk Wetboek aangewezen deskundige kan over zijn verklaring omtrent de getrouwheid van de jaarrekening worden bevraagd door de algemene vergadering. De registeraccountant of de andere daartoe overeenkomstig artikel 2:393 Burgerlijk Wetboek aangewezen deskundige zal derhalve worden uitgenodigd deze vergadering bij te wonen en is daarin bevoegd het woord te voeren.
Winst en verlies.
Artikel 27.
27.1. De vennootschap kent naast eventuele overige reserves een dividendreserve financieringspreferente aandelen en een agioreserve financieringspreferente aandelen tot welke reserves slechts de financieringspreferente aandelen gerechtigd zijn. Indien de vennootschap (certificaten van) financieringspreferente aandelen verkrijgt, zal een bedrag ter grootte van het gedeelte van het aan die (certificaten van) financieringspreferente aandelen toe te rekenen saldo van de agioreserve financieringspreferente aandelen respectievelijk dividendreserve financieringspreferente aandelen ten laste worden gebracht van de agioreserve financieringspreferente aandelen respectievelijk dividendreserve financieringspreferente aandelen.
27.2. Uit de winst die in enig boekjaar is behaald, wordt allereerst, zo mogelijk, op de beschermingspreferente aandelen uitgekeerd het hierna te noemen percentage van het verplicht op die aandelen, per de aanvang van het boekjaar waarover de uitkering geschiedt, gestorte bedrag. Het hiervoor bedoelde percentage is gelijk aan het gemiddelde van de door de Europese Centrale Bank nader vastgestelde EURIBOR-percentages voor kasgeldleningen met een looptijd van twaalf maanden - gewogen naar het aantal dagen waarvoor deze percentages gelden - gedurende het boekjaar waarover de uitkering geschiedt, verhoogd met een bij de uitgifte door de raad van bestuur onder goedkeuring van de raad van commissarissen vast te stellen opslag van maximaal vierhonderd basispunten; onder EURIBOR wordt verstaan de Euro Interbank Offered Rate. Indien in het boekjaar waarover de hiervoor bedoelde uitkering plaatsvindt, het verplicht op de beschermingspreferente aandelen gestorte bedrag is verlaagd of, ingevolge een besluit tot verdere storting, is verhoogd, zal de uitkering worden verlaagd respectievelijk, zo mogelijk, worden verhoogd met een bedrag gelijk aan het hiervoor bedoelde percentage van het bedrag van de verlaging respectievelijk verhoging, berekend vanaf het tijdstip van de verlaging respectievelijk vanaf het tijdstip waarop de verdere storting verplicht is geworden. Indien in de loop van enig boekjaar uitgifte van beschermingspreferente aandelen heeft
plaatsgevonden, zal voor dat boekjaar het dividend op de beschermingspreferente aandelen naar rato tot de dag van uitgifte worden verminderd, waarbij een gedeelte van een maand voor een volle maand zal worden gerekend. Indien en voor zover de winst niet voldoende is om de hiervoor in dit lid bedoelde uitkering volledig te doen, zal het tekort worden uitgekeerd ten laste van de reserves, met uitzondering van de agioreserve financieringspreferente aandelen en de dividendreserve financieringspreferente aandelen.
27.3. In geval van intrekking met terugbetaling van beschermingspreferente aandelen wordt op de dag van terugbetaling een uitkering gedaan op de ingetrokken beschermingspreferente aandelen, welke uitkering berekend wordt zoveel mogelijk in overeenstemming met het bepaalde in lid 2 en lid 4 van dit artikel en wel naar tijdsgelang te berekenen over de periode vanaf de dag waarover voor het laatst een uitkering als bedoeld in lid 2 en lid 4 werd gedaan - dan wel indien de beschermingspreferente aandelen na een zodanige dag zijn geplaatst: vanaf de dag van plaatsing - tot aan de dag van terugbetaling, een en ander onverminderd het bepaalde in artikel 2:105, lid 4, Burgerlijk Wetboek.
27.4. Indien in enig boekjaar de in lid 2 bedoelde winst niet toereikend is om de hiervoor in dit artikel bedoelde uitkeringen te doen, en voorts geen uitkering of slechts ten dele een uitkering uit de reserves, als bedoeld in lid 2, geschiedt, zodanig dat het tekort niet of niet volledig is uitgekeerd, vindt in de daarop volgende boekjaren het hiervoor in dit artikel bepaalde eerst toepassing nadat het tekort is ingehaald.
27.5. Vervolgens is de raad van bestuur bevoegd zodanige bedragen van de winst die na toepassing van het in de leden 2, 3 en 4 bepaalde overblijft, te reserveren als de raad van bestuur onder goedkeuring van de raad van commissarissen zal bepalen. Indien en voor zover ten gevolge van de in de vorige zin bedoelde reservering de resterende winst niet voldoende is om de in lid 6 bedoelde toevoegingen respectievelijk uitkeringen en/of de in lid 9 bedoelde uitkering op de financieringspreferente aandelen te doen, zal het tekort ten laste van het te reserveren bedrag worden toegevoegd aan de dividendreserve financieringspreferente aandelen.
27.6. Van de na toepassing van het in de vorige leden bepaalde resterende winst wordt allereerst, zo mogelijk en zulks ter keuze van de raad van bestuur onder goedkeuring van de raad van commissarissen, ofwel aan de dividendreserve financieringspreferente aandelen een bedrag als primair dividend toegevoegd ofwel op de financieringspreferente aandelen een bedrag als primair dividend uitgekeerd. Het bedrag van deze toevoegingen respectievelijk uitkeringen is gelijk aan het dividend percentage als bedoeld in lid 9 berekend over het naar tijd gewogen gemiddelde saldo van de dividendreserve financieringspreferente aandelen gedurende dat boekjaar.
27.7. Indien in enig boekjaar de winst, of na de hiervoor in lid 5 bedoelde reservering resterende winst niet toereikend is om de hiervoor in lid 6
bedoelde toevoegingen respectievelijk uitkeringen te doen, vindt in de daarop volgende boekjaren het in lid 6 bepaalde eerst toepassing nadat het tekort is ingehaald, met dien verstande dat het tekort niet behoeft te worden ingehaald indien en voor zover een bedrag ter grootte van het tekort op grond van het in lid 5 laatste zin bepaalde reeds is toegevoegd aan de dividendreserve financieringspreferente aandelen .
27.8. De raad van bestuur is bevoegd onder goedkeuring van de raad van commissarissen te besluiten een bedrag gelijk aan het in het vorige lid bedoelde tekort uit te keren op de financieringspreferente aandelen respectievelijk toe te voegen aan de dividendreserve financieringspreferente aandelen ten laste van reserves, met uitzondering van de agioreserve financieringspreferente aandelen en de dividendreserve financieringspreferente aandelen.
27.9. Van de na toepassing van het in de vorige leden bepaalde resterende winst wordt, zo mogelijk, op de financieringspreferente aandelen een dividend uitgekeerd gelijk aan een percentage berekend over de som van het nominaal bedrag van de uitstaande financieringspreferente aandelen, vermeerderd met over het naar tijd gewogen gemiddelde saldo van de agioreserve financieringspreferente aandelen, en welk percentage gelijk is vastgesteld op zeven vijfenveertig/honderdste procent (7,45%).
Het dividendpercentage van de financieringspreferente aandelen zal per één januari tweeduizendvijftien en voorts telkenmale vijf (5) jaar nadien worden aangepast aan het rekenkundig gemiddelde te nemen van de vijf-jaars in euro gedenomineerde interest rate swap als door Reuters gepubliceerd op pagina "ISDAFIX2" op de laatste vijftien (15) werkdagen van het jaar voorafgaand aan de dividendherzieningsdatum, zulks per elf uur voor 's middags Centraal Europese Tijd, verhoogd met een opslag, als vast te stellen door de raad van bestuur onder goedkeuring van de raad van commissarissen met een minimum van vijftig (50) basispunten en een maximum van vijfhonderd (500) basispunten, afhankelijk van de marktomstandigheden geldend op dat moment.
In het geval de koersen op genoemde Reuters' pagina niet beschikbaar zijn en derhalve geen dividendpercentage kan worden berekend als hiervoor omschreven, zal het dividendpercentage worden vastgesteld door het rekenkundig gemiddelde te nemen van de vijf-jaars in euro gedenomineerde interest rate swap als door Xxxxxxxxx gepubliceerd op pagina "EUSA5
<CRNCY> HP <GO>" op de laatste vijftien (15) werkdagen van het jaar voorafgaand aan de dividendherzieningsdatum, zulks per zeven uur ’s avonds Centraal Europese Tijd, verhoogd met een opslag als hiervoor omschreven. In het geval noch de koersen op genoemde Reuters’ pagina, noch de koersen op genoemde Bloomberg pagina beschikbaar zijn en derhalve geen dividendpercentage kan worden berekend als hiervoor omschreven, zal het dividendpercentage worden vastgesteld door het rekenkundig gemiddelde te nemen van de midden renten van de vast euro gedenomineerde rente SWAP,
afgerond naar boven tot het meest naaste basispunt, welke worden afgegeven op de laatste vijftien (15) werkdagen van het jaar voorafgaand aan de dividendherzieningsdatum door drie banken, welke banken "quotes" afgeven tegen ontvangst van een variabel rentepercentage op basis van zes maands Euribor, verhoogd met een opslag als hiervoor omschreven. Voor de quotes wordt in principe verwezen naar publicaties van de hiervoor omschreven banken, te weten: (i) ABN AMRO Reuters' pagina "AABIRSEU01", (ii) UBS Reuters' pagina "WDREURSWAP1" en (iii) Barclays Bloomberg pagina "BXSW01", of andere pagina's van vergelijkbare Europese banken voor welke dergelijke quotes beschikbaar zijn. Indien een van de hiervoor vermelde pagina's niet beschikbaar is wordt om een directe quote voor de desbetreffende dag van de betrokken bank verzocht.
27.10. Indien in enig boekjaar de winst, of na de hiervoor in lid bedoelde lid 5 bedoelde reservering resterende winst niet toereikend is om de hiervoor in lid 9 bedoelde uitkeringen te doen, vindt in de daarop volgende boekjaren het in lid 9 bepaalde eerst toepassing nadat het tekort is ingehaald, met dien verstande dat het tekort niet behoeft te worden ingehaald indien en voor zover een bedrag ter grootte van het tekort op grond van het in lid 5 laatste zin bepaalde reeds is toegevoegd aan de dividendreserve financieringspreferente aandelen.
27.11. De raad van bestuur is bevoegd onder goedkeuring van de raad van commissarissen te besluiten een bedrag gelijk aan het in het vorige lid bedoelde tekort uit te keren ten laste van reserves, met uitzondering van de agioreserve financieringspreferente aandelen en de dividendreserve financieringspreferente aandelen.
27.12. De winst die na toepassing van het in de vorige leden bepaalde overblijft staat ter vrije beschikking van de algemene vergadering, met dien verstande dat geen dividenduitkering kan plaatsvinden zolang ten tijde van de dividenduitkering het saldo van de dividendreserve financieringspreferente aandelen positief is en voorts onder de voorwaarden dat op de beschermingspreferente aandelen en de financieringspreferente aandelen geen verdere dividenduitkering zal geschieden en ten behoeve van de financieringspreferente aandelen geen (nadere) reservering zal geschieden.
27.13. Dividenden worden betaalbaar gesteld uiterlijk vier weken na vaststelling, tenzij de algemene vergadering daartoe op voorstel van de raad van bestuur een andere datum bepaalt.
27.14. De algemene vergadering kan op een door de raad van bestuur gedaan voorstel onder goedkeuring van de raad van commissarissen en met inachtneming van artikel 2:105 Burgerlijk Wetboek, besluiten tot een uitkering aan houders van gewone aandelen ten laste van één of meer reserves die niet krachtens de wet moeten worden aangehouden, met uitzondering van de agioreserve financieringspreferente aandelen en de dividendreserve financieringspreferente aandelen.
27.15. De raad van bestuur kan met inachtneming van artikel 2:105 Burgerlijk
Wetboek en onder goedkeuring van de raad van commissarissen besluiten tot uitkering ten laste van de agio- en dividendreserve financieringspreferente aandelen.
27.16. De raad van bestuur kan met inachtneming van artikel 2:105 Burgerlijk Wetboek en onder goedkeuring van de raad van commissarissen een interimdividend uitkeren, indien en voorzover de winst dit toelaat. Interimdividend kan ook uitsluitend op een soort aandelen worden uitgekeerd. Interimdividend kan niet op de gewone aandelen worden uitgekeerd indien ten tijde van de dividenduitkering het saldo van de dividendreserve financieringspreferente aandelen positief is.
27.17. De algemene vergadering kan op een door de raad van commissarissen gedaan voorstel besluiten dividenden of reserves geheel of gedeeltelijk, in de plaats van in geld, uit te keren in de vorm van aandelen in het kapitaal van de vennootschap dan wel, indien het een uitkering op gewone aandelen betreft, in de vorm van aandelen in het kapitaal van vennootschappen, waarin de vennootschap een deelneming heeft.
27.18. In geval van intrekking met terugbetaling van financieringspreferente aandelen wordt naast de terugbetaling van het nominale bedrag en het gedeelte van het aan die aandelen toe te rekenen saldo van de agio- en dividendreserve financieringspreferente aandelen, een uitkering gedaan op de in te trekken financieringspreferente aandelen, welke uitkering berekend wordt zoveel mogelijk in overeenstemming met het bepaalde in de leden 6, 7, 9 en 10 van dit artikel, inclusief het bedrag van een tekort, en wel naar tijdsgelang te berekenen over de periode vanaf de dag waarover voor het laatst een uitkering van dividend dan wel toevoeging van dividend als bedoeld in de leden 6, 7, 9 respectievelijk 10 van dit artikel werd gedaan tot aan de dag van terugbetaling, een en ander onverminderd het bepaalde in artikel 2:105, lid 4, Burgerlijk Wetboek.
27.19. Het dividend of interimdividend wordt aangekondigd, zoals in artikel 9, lid 8, is geregeld.
27.20. Indien na afloop van een boekjaar blijkt dat de vennootschap in het betreffende boekjaar verlies heeft gemaakt, besluit de raad van bestuur in overleg met de raad van commissarissen over de verwerking van het verlies, met dien verstande dat verliezen niet ten laste kunnen worden gebracht van de agioreserve financieringspreferente aandelen en de dividendreserve financieringspreferente aandelen.
Statutenwijziging/Ontbinding. Artikel 28.
28.1. De algemene vergadering kan slechts op voorstel van de raad van bestuur en onder goedkeuring van de raad van commissarissen besluiten tot wijziging der statuten of tot ontbinding der vennootschap.
Een desbetreffend besluit behoeft een meerderheid van ten minste twee/derden der geldig uitgebrachte stemmen.
28.2. In de oproeping tot de algemene vergadering, waarin een voorstel tot
wijziging der statuten aan de orde wordt gesteld, moet hiervan worden melding gemaakt, terwijl een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgestelde wijzigingen woordelijk zijn opgenomen, van de dag van oproeping tot de afloop van de vergadering ten kantore van de vennootschap, alsmede op een door de raad van bestuur aan te wijzen plaats te Amsterdam voor de aandeelhouders ter inzage moet worden nedergelegd en aldaar voor hen kosteloos verkrijgbaar zal worden gesteld.
Vereffening. Artikel 29.
29.1. Bij ontbinding der vennootschap wordt zij vereffend met inachtneming van de wettelijke bepalingen.
29.2. De bepalingen dezer statuten blijven tijdens de vereffening zoveel mogelijk van kracht.
29.3. Xxxxxxx resteert van het vermogen van de vennootschap na betaling van alle schulden en de kosten van de vereffening wordt als volgt verdeeld:
a. allereerst wordt, zo veel mogelijk, aan de houders van beschermingspreferente aandelen het op hun beschermingspreferente aandelen nominaal gestorte bedrag uitgekeerd, vermeerderd met het ingevolge artikel 27 te weinig daarop uitgekeerde, en vermeerderd met een bedrag gelijk aan het in artikel 27 bedoelde percentage over het nominaal bedrag, berekend over de periode, die aanvangt op de eerste dag van het laatste volledig verstreken boekjaar voorafgaande aan de ontbinding en die eindigt op de dag van de in dit artikel bedoelde uitkering op beschermingspreferente aandelen, met dien verstande dat alle dividenden die over deze periode op de beschermingspreferente aandelen zijn betaald, in mindering komen op de uitkering ingevolge dit onderdeel;
b. vervolgens wordt zoveel mogelijk uitgekeerd aan de houders van financieringspreferente aandelen het nominale bedrag van hun financieringspreferente aandelen en het gedeelte van het aan die financieringspreferente aandelen toe te rekenen saldo van de agio- en dividendreserve financieringspreferente aandelen, vermeerderd met (i) een bedrag gelijk aan het ingevolge artikel 27 te weinig op de desbetreffende financieringspreferente aandelen uitgekeerde, (ii) een bedrag gelijk aan het in artikel 27 lid 6 bedoelde percentage over het aan die financieringspreferente aandelen toe te rekenen saldo van de dividendreserve financieringspreferente aandelen, berekend over de periode, die aanvangt op de eerste dag van het laatste volledig verstreken boekjaar voorafgaande aan de ontbinding en die eindigt op de dag van de in dit artikel bedoelde uitkering op de desbetreffende financieringspreferente aandelen en (iii) een bedrag gelijk aan het in artikel 27 lid 9 bedoelde percentage (zoals eventueel aangepast op grond van het bepaalde in dat lid) over de som van het nominaal bedrag vermeerderd met het aan die financieringspreferente aandelen
toe te rekenen saldo van de agioreserve financieringspreferente aandelen, berekend over de periode, die aanvangt op de eerste dag van het laatste volledig verstreken boekjaar voorafgaande aan de ontbinding en die eindigt op de dag van de in dit artikel bedoelde uitkering op de desbetreffende financieringspreferente aandelen, met dien verstande dat alle dividenden die over deze periode op de desbetreffende financieringspreferente aandelen zijn betaald, in mindering komen op de uitkering ingevolge dit onderdeel.
Indien hetgeen resteert niet voldoende is om de uitkeringen als bedoeld onder deze letter b, te doen, zullen die uitkeringen aan de houders van de financieringspreferente aandelen geschieden naar rato van de bedragen die zouden worden uitgekeerd indien het restant wel voldoende voor volledige uitkering zou zijn;
c. het dan resterende wordt uitgekeerd aan de houders van gewone aandelen, in evenredigheid met het aantal gewone aandelen dat ieder van hen bezit.
29.4. Gedurende zeven jaren nadat de vennootschap heeft opgehouden te bestaan blijven de boeken en bescheiden der vennootschap berusten onder degene, die daartoe door de vereffenaars is aangewezen.