INHOUD ALGEMENE INFORMATIE ALGEMEEN
ALGEMENE VOORWAARDEN Delta Lloyd Schadeverzekering NV
Doorlopende Montageverzekering Amsterdam
MODEL ONDERDEEL
V 1016.MON/DRL Technische Verzekeringen
INHOUD ALGEMENE INFORMATIE ALGEMEEN
Artikel 1 Algemene begripsomschrijvingen Artikel 2 Verzekerde projecten
Artikel 3 Niet (automatisch) verzekerde projecten en heiwerken Artikel 4 Omvang van de dekking
Artikel 5 Verzekeringstermijn
Artikel 6 Einde van de contracttermijn Artikel 7 Verplichtingen
Artikel 8 Premiebetaling
Artikel 9 Berekening definitieve premie/Herziening voorlopige premie Artikel 10 Herziening van premie en voorwaarden
Artikel 11 Eigen risico
Artikel 12 Schadevaststelling
Artikel 13 Schaderegeling
Artikel 14 Schaderegeling terrorisme/Preventieve maatregelen Artikel 15 Algemene uitsluitingen
Artikel 16 Algemeen verhaalsrecht RUBRIEK I HET PROJECT
Artikel 17 Dekking tijdens de montagetermijn Artikel 18 Dekking tijdens testen/proefdraaien Artikel 19 Dekking tijdens de onderhoudstermijn Artikel 20 Verplichtingen
Artikel 21 Dekking na schade Artikel 22 Uitsluitingen
Artikel 23 Te vergoeden bedrag RUBRIEK II AANSPRAKELIJKHEID
Artikel 24 Begripsomschrijvingen
Artikel 25 Dekking tijdens de montagetermijn Artikel 26 Dekking tijdens de onderhoudstermijn Artikel 27 Extra dekking
Artikel 28 Uitsluitingen
Artikel 29 Verhaalsrecht
Artikel 30 Schaderegeling Artikel 31 Te vergoeden bedrag Artikel 32 Andere verzekeringen
XXXXXXX XXX BESTAANDE EIGENDOMMEN OPDRACHTGEVER
Artikel 33 Begripsomschrijving bestaande eigendommen opdrachtgever Artikel 34 Dekking
Artikel 35 Verplichtingen
Artikel 36 Uitsluitingen
z 03.2.54-1110
Artikel 37 Te vergoeden bedrag
RUBRIEK IV HULPMATERIAAL
Artikel 38 Begripsomschrijving hulpmateriaal Artikel 39 Dekking
Artikel 40 Verplichting
Artikel 41 Uitsluitingen
Artikel 42 Te vergoeden bedrag
RUBRIEK V EIGENDOMMEN MONTAGEDIRECTIE EN PERSONEEL
Artikel 43 Begripsomschrijvingen
Artikel 44 Dekking
Artikel 45 Uitsluitingen
Artikel 46 Te vergoeden bedrag RUBRIEK VI TRANSPORT
Artikel 47 Dekking
Artikel 48 Uitsluitingen
Artikel 49 Te vergoeden bedrag Artikel 50 Andere verzekeringen
ALGEMENE INFORMATIE
Inleiding
In deze voorwaarden is beschreven onder welke voor- waarden de in de polis en bijbehorende aanhangsels aangegeven verzekeringsdekking van kracht is en wat de rechten en plichten zijn van de partijen bij deze verzekering.
De bepalingen in de polis en de bijbehorende aanhangsels en mededelingen zijn specifiek toege- sneden op de verzekering die u hebt afgesloten en gaan bij onderlinge verschillen vΓ³Γ³r op hetgeen in deze voorwaarden vermeld staat.
Persoonsgegevens
Bij de aanvraag van een verzekering worden persoons- gegevens gevraagd. Deze worden door Xxxxx Xxxxx verwerkt ten behoeve van het aangaan en uitvoeren van overeenkomsten, voor het uitvoeren van marke- tingactiviteiten, ten behoeve van het waarborgen van de veiligheid en integriteit van de financiΓ«le sector, voor statistische analyse en om te kunnen voldoen aan wettelijke verplichtingen.
In verband met een verantwoord acceptatiebeleid kunnen wij uw gegevens raadplegen bij de Stichting CIS te Zeist. In dit kader kunnen deelnemers van Stichting CIS ook onderling gegevens uitwisselen. Doelstelling hiervan is risicoβs te beheersen en fraude tegen te gaan. Het privacyreglement van de Stichting CIS is van toepassing. Zie xxx.xxxxxxxxxxxx.xx.
Gegevens verzekeraar
De verzekering loopt bij Delta Lloyd Schadeverze- kering NV, verder aangeduid als βde maatschappijβ, gevestigd te Xxxxxxxxx xxx xx Xxxxxxxxxx 0, Xxxxxxx 0000, 0000 XX Xxxxxxxxx (Handelsregister KvK
Amsterdam 33052073).
De maatschappij staat als aanbieder van (schade) verzekeringen geregistreerd bij de Autoriteit FinanciΓ«le Markten (AFM) en heeft een vergunning van De Neder- landsche Bank NV om het schadeverzekeringsbedrijf uit te oefenen.
Communicatiemethoden
Mededelingen van de maatschappij aan verzekering- nemer kunnen rechtsgeldig geschieden aan diens laatste bij de maatschappij bekende adres. Alle mede- delingen van de maatschappij en verzekeringnemer aan elkaar kunnen ook rechtsgeldig geschieden aan de tussenpersoon via wiens bemiddeling deze verzekering loopt. Verzekeringnemer kan mededelingen ook langs elektronische weg doen via een uitdrukkelijk voor dat doel beschikbaar gesteld e-mailadres.
Klachten
Klachten over de uitvoering van de verzekeringsover- eenkomst kunnen worden voorgelegd aan de directie van Delta Lloyd Schadeverzekering NV, Xxxxxxxxxx 0, Xxxxxxx 0000, 0000 XX Xxxxxxxxx. Wie geen gebruik wil maken van deze klachtenbehandelingsmogelijk- heid, of de behandeling niet bevredigend vindt, kan het geschil voorleggen aan de rechter.
Geschillen
Op de verzekering is Nederlands recht van toepassing. Alle geschillen betreffende deze overeenkomst zijn onderworpen aan de uitspraak van de bevoegde
rechter te Amsterdam, tenzij de verzekerde en de maatschappij overeenkomen dat het geschil door arbitrage of op een andere wijze zal worden beslecht.
ALGEMEEN
ARTIKEL 1
ALGEMENE BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
In deze polis wordt - tenzij in de Rubrieksvoorwaarden (artikel 17 en verder) anders is omschreven - verstaan onder:
ARTIKEL 1.1
VERZEKERINGNEMER
De natuurlijke persoon of rechtspersoon die als zodanig in de polis is vermeld.
ARTIKEL 1.2
VERZEKERDE(N)
1 de verzekeringnemer
2 de opdrachtgever c.q. de montagedirectie
3 de hoofdaannemer(s)
4 de (onder)aannemer(s)
5 de architect(en), de constructeur(s), alsmede de adviseur(s)
ARTIKEL 1.3
VERZEKERINGSJAAR
De periode van de ingangsdatum van de verzekering tot de hoofdpremievervaldatum, alsmede elke aanslui- tende periode van 12 maanden. De periode vanaf de laatste hoofdpremievervaldatum tot de beΓ«indigings- datum van de polis geldt als verzekeringsjaar ook als deze korter is dan 12 maanden. Bij een geldigheids- duur korter dan 12 maanden is het verzekeringsjaar gelijk aan de geldigheidsduur.
ARTIKEL 1.4
HET PROJECT
1 Een object, in aanbouw en/of gereed, dat door of onder verantwoordelijkheid van verzekeringnemer is of wordt (op)geleverd;
2 de montagecomponenten die voor rekening en risico van verzekeringnemer op het montageterrein aanwezig zijn en bestemd zijn om blijvend in het project te worden verwerkt;
3 de kosten, niet zijnde de materiaalkosten, voor de hulpconstructies en hulpwerken zoals steigers, bekistingen, damwanden, die op het monta- geterrein in gebruik zijn om het object op de overeengekomen wijze te bouwen.
ARTIKEL 1.5
EINDWAARDE
Indien de verzekeringnemer de opdrachtgever is, is de eindwaarde de totale investering in het verzekerde project.
In alle andere gevallen is de eindwaarde de uiteinde- lijke aanneemsom van het verzekerde project, onder
verrekening van:
β de gerealiseerde en verrekende stijgingen in prijzen en lonen;
β het meer- en minder werk en werken buiten bestek.
Indien en voor zover met de maatschappij schriftelijk overeengekomen is dat onderstaande belangen zijn meeverzekerd en indien deze belangen niet reeds in de aanneemsom zijn inbegrepen, wordt dit bedrag vermeerderd met:
β de kosten van architecten, adviseurs en constructeurs;
β de kosten van toezicht en controle;
β de waarde van de door de opdrachtgever zelf uitgevoerde werkzaamheden;
β de waarde van de door de opdrachtgever gebruikte of beschikbaar gestelde montagecomponenten;
β de BTW.
ARTIKEL 1.6
OMZET
De som van de eindwaardes van alle verzekerde projecten.
ARTIKEL 1.7
GEBEURTENIS
Een voorval of een reeks met elkaar verband houdende voorvallen die één en dezelfde oorzaak hebben.
ARTIKEL 1.8
BESCHADIGING
Fysieke aantasting, die zich manifesteert in een blij- vende verandering van vorm en/of structuur.
ARTIKEL 1.9
DIEFSTAL
Het wegnemen van zaken die een ander toebehoren, met het oogmerk om deze zich wederrechtelijk toe te eigenen.
ARTIKEL 1.10
NORMALE ZORGVULDIGHEID
1 Kennis van de huidige stand der techniek ten behoeve van de uit te voeren projecten;
2 naleven van overheidsvoorschriften;
3 naleven van vergunningsvoorwaarden.
ARTIKEL 1.11
ONDERHOUDSTERMIJN
De termijn die in bestek, (aannemings)overeenkomst en/of opdracht is overeengekomen voor het opheffen van de bij oplevering vastgestelde tekortkomingen.
ARTIKEL 1.12
ONTDEKKINGSTERMIJN
Een termijn die aanvangt op de dag volgend op die waarop de verzekeringstermijn voor het betreffende project eindigt en waarbinnen schaden die binnen de verzekeringstermijn zijn ontstaan, maar eerst
daarna zijn ontdekt, bij de verzekeraar kunnen worden
aangemeld.
ARTIKEL 1.13
PREMIER RISQUE BEDRAG
Het bedrag dat, in geval van schade of verlies, maxi- maal wordt vergoed ongeacht de werkelijke waarde van het verzekerde belang.
ARTIKEL 1.14
BEREDDINGSKOSTEN
Alle kosten verbonden aan maatregelen die tijdens de geldigheidsduur van de verzekering door of vanwege een verzekerde worden getroffen, mits deze kosten gemaakt dienen te worden om het onmiddellijk dreigend gevaar van schade waarvoor deze verzeke- ring dekking biedt, af te wenden of om die schade te beperken.
Schade aan alle tot het project behorende zaken en aan alle tot het project behorende werkzaamheden die zijn uitgevoerd of opnieuw uitgevoerd zouden moeten worden, maken geen deel uit van de bereddingskosten.
ARTIKEL 1.15
OPRUIMINGSKOSTEN
De kosten voor afbraak, wegruimen en afvoeren van de verzekerde zaken, die niet reeds in de normale schadeopstelling zijn begrepen en die door verzekerde moeten worden gemaakt als noodzakelijk gevolg van een gedekte schade.
ARTIKEL 1.16
MILIEUAANTASTING
De uitstoot, lozing, doorsijpeling, loslating of ontsnap- ping van enige vloeibare, vaste of gasvormige stof, voor zover die een prikkelende, besmetting of bederf veroorzakende of een verontreinigende projecting heeft in of op de bodem, de lucht, het oppervlak- tewater of enig(e) al dan niet ondergronds(e) water(gang).
ARTIKEL 1.17
BRAND
Een door verbranding veroorzaakt en met vlammen gepaard gaand vuur buiten een haard, dat in staat is zich uit eigen kracht voort te planten.
Derhalve is onder andere géén brand:
β zengen, schroeien, smelten, verkolen, broeien;
β doorbranden van elektrische apparaten en motoren;
β oververhitten, doorbranden, doorbreken van ovens en ketels.
ARTIKEL 1.18
ONTPLOFFING
Onder schade door ontploffing wordt verstaan een gehele of gedeeltelijke vernieling onmiddellijk
veroorzaakt door een eensklaps verlopende hevige krachtsuiting van gassen of dampen, met inachtne- ming van het volgende:
1 indien de ontploffing ontstaan is binnen een - al dan niet gesloten - vat, dan moet:
β een opening in de wand van het vat ontstaan zijn door de druk van de zich daarin bevindende gassen of dampen en
β door die opening moet de druk binnen en buiten het vat plotseling aan elkaar gelijk geworden zijn.
Hoe de gassen of dampen ontstaan zijn respec- tievelijk of die al dan niet voor de ontploffing aanwezig waren, is niet relevant;
2 indien de ontploffing ontstaan is buiten een vat dan moet die krachtsuiting het onmiddellijke gevolg zijn van een scheikundige reactie.
Onder ontploffing wordt niet verstaan: implosie.
ARTIKEL 1.19
MOLEST
β Gewapend conflict: elk geval waarin staten of andere daarmee vergelijkbare partijen elkaar, of de één de ander, met militaire machtsmiddelen bestrijden. Het gewapend optreden van militaire eenheden onder de verantwoordelijkheid van inter- nationale organisaties zoals de Verenigde Naties, de Noord Atlantische Verdrags Organisatie of de West-Europese Unie wordt ook hieronder verstaan;
β burgeroorlog: een min of meer georganiseerde gewapende strijd tussen inwoners van dezelfde staat waarbij een belangrijk deel van de inwoners van die staat betrokken is;
β opstand: georganiseerd gewelddadig verzet binnen een staat, dat gericht is tegen het openbaar gezag;
β binnenlandse onlusten: min of meer georgani- seerde gewelddadige handelingen, die zich op verschillende plaatsen binnen een staat voordoen;
β oproer: een min of meer georganiseerde, plaatse- lijke gewelddadige beweging, die gericht is tegen het openbaar gezag;
β muiterij: een min of meer georganiseerde geweld- dadige beweging van leden van een gewapende macht, die gericht is tegen het gezag waaronder zij gesteld zijn.
ARTIKEL 1.20
ATOOMKERNREACTIE
Iedere kernreactie waarbij energie vrijkomt zoals kernfusie, kernsplijting, kunstmatige en natuurlijke radioactiviteit.
ARTIKEL 1.21
BOUW/MONTAGETERREIN
De locatie waar de (eind)montage plaatsvindt.
ARTIKEL 1.22
TESTEN/PROEFDRAAIEN
Onder testen/proefdraaien wordt verstaan het beproeven op functionaliteit van de gemonteerde machines en installaties en/of delen daarvan, dan wel het laten functioneren hiervan overeenkomstig het gebruik na oplevering.
ARTIKEL 2
VERZEKERDE PROJECTEN
1 Verzekerde projecten
De verzekering heeft betrekking op alle door of
in opdracht van verzekeringnemer uit te voeren projecten zoals omschreven op het polisblad mits:
1 de uitvoering van een project begint na de ingangsdatum volgens het polisblad;
2 de in het bestek, (aannemings)overeenkomst en/of opdracht voorgeschreven montageter- mijn, die ligt tussen het begin van een project en de oplevering, niet langer is dan de monta- getermijn volgens het polisblad;
3 de geschatte eindwaarde van een project het betreffende maximum zoals op het polisblad bij Rubriek I vermeld, niet te boven gaat.
2 Afmelden projecten
Projecten waarvoor een ander dan verzekering- nemer de verzekeringsplicht op zich heeft genomen en waarvoor verzekeringnemer geen dekking wenst, moeten vΓ³Γ³r de aanvang van de montage- werkzaamheden door verzekeringnemer schriftelijk bij de maatschappij worden afgemeld onder vermelding van een omschrijving van het project met de locatie, aanvangsdatum, montagetermijn en de aanneemsom/projectwaarde.
ARTIKEL 3
NIET (AUTOMATISCH) VERZEKERDE PROJECTEN EN HEIWERKEN
1 Niet automatisch meeverzekerd
Projecten die aan de navolgende criteria voldoen zijn niet automatisch meeverzekerd:
1 werkzaamheden aan gas- en stoomturbines;
2 offshore projecten;
3 projecten in de petrochemische industrie;
4 projecten waarbij bron- of diepwelbemaling wordt toegepast;
5 weg- en waterbouwkundige projecten, alsmede rioleringswerken;
6 projecten waarbij hei- en trillingswerkzaam- heden (funderingswerken en/of damwanden) worden verricht, met uitzondering van de in artikel 3.2 omschreven heiwerken;
7 projecten waarbij ontgraven wordt beneden aanlegniveau van bestaande fundering, en waarbij het ontgraven niet kan worden uitge- voerd onder natuurlijk talud;
8 projecten waarbij springstoffen worden toege- past anders dan voor het gebruik ten behoeve van schiethamers;
9 projecten die niet voldoen aan de op het polisblad vermelde projectomschrijving of niet voldoen aan de in artikel 2.1 genoemde eisen.
2 Heiwerken
Binnen het raam van de dekking van deze polis zijn wel automatisch meeverzekerd heiwerken waarbij zich geen bebouwing bevindt binnen een straal van 15 meter en heiwerken die:
β worden uitgevoerd binnen een straal van 15 meter vanaf onderheide en in goede staat verkerende belendingen en/of bestaande eigen- dommen van de opdrachtgever en
β waarbij er houten palen, of stalen buispalen met een schachtdiameter van maximaal 273 mm en een voetplaat met een diameter van maximaal 290 mm, of prefab betonpalen met een maximale doorsnede van 250 x 250 mm worden toegepast en
β waarbij er niet dieper wordt ingeheid dan het paalpuntniveau van de belendingen en/of bestaande eigendommen van de opdrachtgever zoals omschreven in artikel 33 en
β waarbij de afstand tussen de bestaande palen en de nieuw in te heien palen minimaal 3 x de diameter/doorsnede van de nieuw in te heien palen bedraagt.
Deze dekking geldt uitsluitend indien voldaan is aan de volgende voorwaarden:
β eventuele in de grond aanwezige obstakels dienen voor het heien te worden verwijderd;
β direct voorafgaand aan de heiwerkzaamheden dient een vooropname te worden gemaakt van de direct aangrenzende belendingen en/of
bestaande eigendommen van de opdrachtgever. In deze vooropname dient elk visueel waar- neembaar bouwtechnisch gebrek, zowel binnen als buiten, gedateerd te worden omschreven
en duidelijk op foto te worden vastgelegd. De vooropnames dienen te worden uitgevoerd conform de Richtlijn Bouwkundige Opname van het NIVRE.
3 Aanmelden projecten
Indien verzekeringnemer toch dekking wenst voor de in artikel 3.1 genoemde projecten en/of voor heiwerken die niet voldoen aan het gestelde in artikel 3.2, dient de melding hiervan uiterlijk 14 dagen voor aanvang van die projecten door de maatschappij te zijn ontvangen.
Indien de maatschappij het aangemelde project niet of niet op de normale poliscondities wenst te verzekeren deelt de maatschappij dit uiterlijk 10 dagen na ontvangst van de melding mede aan verzekeringnemer - voor zover van toepassing - onder vermelding van premie en voorwaarden.
ARTIKEL 4
OMVANG VAN DE DEKKING
De verzekering dekt de risicoβs van verzekerde(n) zoals omschreven in de rubrieken die op het polisblad van toepassing zijn verklaard, voor zover deze het gevolg zijn van een onzekere gebeurtenis. Dit bete- kent dat het voor verzekeringnemer onzeker moet zijn geweest dat de gebeurtenis zich zou voordoen
of dat hieruit schade zou ontstaan. De dekking is uitsluitend van toepassing indien de schade en/of de aansprakelijkheid voor schade is ontstaan tijdens de verzekeringstermijn van het betreffende project, en voor het einde van de ontdekkingstermijn bij de maatschappij is aangemeld. De ontdekkingstermijn bedraagt twaalf maanden.
ARTIKEL 5
VERZEKERINGSTERMIJN
1 De dekking voor de afzonderlijke verzekerde projecten eindigt:
1 ten aanzien van de montagetermijn: bij opleve- ring of technisch gereedkomen van het project, waarbij de verzekerde montagetermijn een maximum heeft zoals genoemd op het polis- blad. Indien op het polisblad een periode van testen/proefdraaien vermeld wordt, maakt deze deel uit van de (maximale) montagetermijn;
2 ten aanzien van de onderhoudstermijn, indien
meeverzekerd: op de dag nadat de voor het project overeengekomen onderhoudstermijn verstreken is. Indien de overeengekomen onderhoudstermijn langer is dan de maxi- male onderhoudstermijn die vermeld staat op het polisblad, dan eindigt de dekking op de dag nadat deze maximale onderhoudstermijn verstreken is.
Als aanvangsmoment van de onderhoudster- mijn geldt het moment van de oplevering of het technisch gereedkomen van het project;
3 wanneer het faillissement van verzekering- nemer wordt uitgesproken, met inachtneming van het volgende:
β gedurende een periode van maximaal 2 maanden blijft de verzekering van kracht uitsluitend ten behoeve van de overige genoemde verzekerden;
β tijdens deze periode heeft een verzekerde of een andere bij het project betrokken partij het recht een verzekering af te sluiten voor het betreffende project voor de resterende montagetermijn op nader overeen te komen premie en voorwaarden;
β de verzekering eindigt na 2 maanden of zoveel eerder als hierboven genoemde verzekering tot stand is gekomen.
Derhalve zijn uitgesloten schaden en/of aansprakelijkheid voor schaden die buiten de verzekeringstermijn(en) ontstaan zijn, ongeacht het tijdstip waarop zij worden veroorzaakt.
2 Indien van een project de maximale montage- termijn - zoals genoemd op het polisblad - wordt overschreden, dan heeft verzekeringnemer het recht de verzekering voor de montagetermijn van dat project te verlengen tegen nader overeen te komen premie en voorwaarden. Verzekeringnemer dient in dat geval vΓ³Γ³r de overschrijding van de op het polisblad genoemde termijn de maatschappij hiervan in kennis te stellen. Mocht ten aanzien van de bovengenoemde verlenging van de montage- termijn geen overeenstemming worden bereikt, dan vervalt de eventuele medeverzekering van de onderhoudstermijn voor dat project.
3 Indien delen van een project vΓ³Γ³r beΓ«indiging van de verzekerde montagetermijn worden opgele- verd, dan eindigt voor die delen op dat moment de montagetermijn en gaat de onderhoudstermijn in, indien meeverzekerd. Voor de opgeleverde delen geldt vanaf dat moment tot het einde van de in artikel 5.1 en 5.2 omschreven verzekeringstermijn tevens de polisdekking die hierna onder Xxxxxxx XXX is omschreven, tot een maximum van 100.000 euro per gebeurtenis (premier risque) voor alle deelopleveringen tezamen.
ARTIKEL 6
EINDE VAN DE CONTRACTTERMIJN
1 Het contract eindigt:
1 indien verzekeringnemer uiterlijk 2 maanden voor de contractvervaldatum schriftelijk aan de maatschappij het contract heeft opgezegd;
2 indien de maatschappij uiterlijk 2 maanden voor de contractvervaldatum schriftelijk heeft opgezegd;
3 volgens de bepalingen van artikel 5.1.3;
4 volgens de bepalingen van artikel 7.2;
5 volgens de bepalingen van artikel 8;
6 volgens de bepalingen van artikel 10.
2 Bij opzegging volgens artikelen 6.1.1, 6.1.2 en
6.1.6 bestaat de mogelijkheid de verzekering voor reeds begonnen projecten tegen nader overeen te komen premie en voorwaarden te verlengen tot het einde van de montagetermijn of de onderhouds- termijn. Verzekeringnemer dient in dat geval vΓ³Γ³r de beΓ«indigingsdatum hierover afspraken te maken met de maatschappij. De dekking vervalt indien niet binnen 14 dagen na de beΓ«indigingsdatum van het contract opgave is gedaan van de nog onder handen zijnde projecten, met per project vermel- ding van:
β een omschrijving van het project met de locatie;
β de nog te factureren bedragen vanaf de einddatum van het contract;
β de datum waarop het project zal worden opgeleverd.
ARTIKEL 7
VERPLICHTINGEN
ARTIKEL 7.1
ALGEMENE VERPLICHTINGEN
1 Verzekeringnemer en/of verzekerde(n) zijn verant- woordelijk voor het (laten) uitvoeren van alle in de polis genoemde verplichtingen;
2 verzekeringnemer is verplicht de maatschappij zo spoedig mogelijk, en in ieder geval binnen een maand te informeren:
β als hij bekend is met het aanvragen van zijn faillissement dan wel surseance van betaling;
β als hij anderszins het vrije beheer over zijn vermogen verliest;
β als zijn onderneming in liquidatie treedt.
ARTIKEL 7.2
VERPLICHTINGEN BIJ RISICOWIJZIGING
De verzekering is aangegaan op grond van de door verzekerden verstrekte inlichtingen. Verzekeringnemer dient de maatschappij zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte te stellen in geval van:
1 wijziging van de verzekerde hoedanigheid en/of de aard van de verzekerde werkzaamheden;
2 wijziging van de rechtsvorm waarbinnen het verze- kerde beroep of bedrijf wordt uitgeoefend;
3 levering en/of behandeling van zaken die niet valt binnen het kader van de verzekerde hoedanigheid;
4 het oprichten van vestigingen buiten Nederland;
5 andere gewijzigde omstandigheden.
Indien door een wijziging het risico voor de maat- schappij wijzigt heeft de maatschappij het recht de premie en/of voorwaarden met ingang van het tijdstip van de wijziging aan te passen of kan met ingang
van de wijziging de opzegging door de maatschappij plaatsvinden met inachtneming van een termijn van 2 maanden. Indien verzekeringnemer met de herzie-
ning van premie en/of voorwaarden niet akkoord gaat, heeft verzekeringnemer het recht de verzekering op te zeggen. De opzegging dient schriftelijk te geschieden binnen een maand na de mededeling van de voorge- stelde herziening.
ARTIKEL 7.3
VERPLICHTINGEN BIJ HET UITVOEREN VAN DE WERKZAAMHEDEN
1 Stutten en stempelen
Indien er werkzaamheden plaatsvinden aan dragende constructies, dienen deze afdoende te worden (door)gestempeld.
2 Brandgevaarlijke werkzaamheden
Bij het uitvoeren van werkzaamheden zoals lassen, snijden, slijpen, vlamsolderen, verfafbranden, dakdekken en dergelijke dienen er voldoende bedrijfsvaardige brandblusmiddelen binnen hand- bereik aanwezig te zijn. Indien wordt gewerkt
met of in de directe omgeving van brandbare materialen, zoals rieten daken, kunststof isolatie en dergelijke, is het noodzakelijk dat deze materi- alen op adequate wijze worden afgeschermd met bijvoorbeeld branddekens.
3 Kabels, leidingen en andere ondergrondse zaken Voor aanvang van werkzaamheden in de grond (o.a. heien, ontgraven) dient verzekeringnemer, conform de wettelijke verplichtingen, bij het Kadaster of andere daartoe bevoegde instanties of leidingbeheerders onderzoek te doen naar de ligging van kabels en leidingen. Daarnaast dient verzekeringnemer te onderzoeken of er binnen het montageterrein andere ondergrondse infra- structuren aanwezig zijn, zoals buizen, duikers, leidingschachten, kunstwerken en dergelijke.
Als blijkt of het vermoeden bestaat dat er zich dergelijke zaken in het montageterrein bevinden, dan dienen deze handmatig te worden vrij gegraven. Als dit laatste niet mogelijk is dan dient de exacte locatie te worden vastgesteld met behulp van daarvoor bestemde opsporings- en/of detectie- apparatuur.
Bij ont- en/of ondergraven van kabels, leidingen en dergelijke dienen deze voorzien te worden van deugdelijke ondersteuning en bescherming en bij het aanvullen van de ontgravingen dienen de aanwijzigingen van de betrokken kabel- en/of leidingbeheerder(s) te worden opgevolgd.
ARTIKEL 7.4
VERPLICHTINGEN BIJ SCHADE
In geval van schade respectievelijk een gebeur- tenis welke tot schade zou kunnen leiden, is (zijn) verzekerde(n) verplicht:
1 de maatschappij zo spoedig als redelijkerwijs mogelijk is, kennis te geven;
2 de maatschappij alle van belang zijnde gegevens te verstrekken;
3 alle stukken die op de schade betrekking hebben, zoals brieven, dagvaardingen, schikkingsvoor- stellen enz., aan de maatschappij door te zenden;
4 de maatschappij kennis te geven van alle andere verzekeringen die dekking bieden voor de geleden schade;
5 zich te onthouden van alles wat de belangen van de maatschappij kan benadelen, waaronder erken- ning van aansprakelijkheid;
6 alle beschadigde delen voor inspectie of expertise te bewaren, tenzij dit leidt tot vergroting van de eventueel te vergoeden schade;
7 alle redelijkerwijs te verlangen medewerking tot
regeling en vaststelling van de schade te verlenen en voorts aan de maatschappij of de door de maatschappij benoemde deskundige(n) op verzoek toegang te verschaffen tot montageterreinen, het project of enig onderdeel daarvan dat volgens mededeling beschadigd is;
8 aan de maatschappij over te laten: het regelen van schade, het voeren van een burgerlijk geding en het nemen van alle beslissingen die hieruit voort- vloeien of hiermede in verband staan;
9 alle aanwijzingen van de maatschappij of de door de maatschappij benoemde deskundige(n) op te volgen;
10 in geval van een (vermoeden van een) strafbaar feit: binnen 24 uur na constatering aangifte te doen bij de politie en andere daarvoor in aanmer- king komende instanties;
11 binnen redelijke grenzen alle maatregelen te nemen die tot voorkoming of vermindering van de schade kunnen leiden.
ARTIKEL 7.5
NIET NAKOMEN VAN VERPLICHTINGEN
Indien een verzekerde de verplichtingen genoemd in artikel 7.1, 7.2 en 7.4 of elders in de polis niet is nagekomen en daardoor de belangen van de maat- schappij heeft geschaad, kan de schade die de
maatschappij lijdt in mindering worden gebracht op de uitkering, of kan verzekerde zijn recht op schadever- goeding verliezen.
Indien een verzekerde de verplichtingen genoemd in artikel 7.3.1 en 7.3.2 niet is nagekomen, geldt voor schade die hiermee verband houdt een eigen risico van 10% van het schadebedrag, met een minimum van β¬ 2.500,00 en een maximum van β¬ 50.000,00 per gebeurtenis.
Voor schade die verband houdt met het niet nakomen van de verplichtingen genoemd in artikel 7.3.3 geldt een eigen risico van β¬ 12.500,00 per aanspraak en is het verzekerd bedrag beperkt tot maximaal
β¬ 125.000,00 per aanspraak.
De genoemde eigen risicoβs gelden boven de eigen risicoβs die in de polis genoemd worden.
ARTIKEL 8
PREMIEBETALING
1 Gevolg van wanbetaling bij aanvangspremie
De aanvangspremie, dat is de eerste premie die na het sluiten of na een tussentijdse wijziging van de verzekering verschuldigd wordt, daaronder begrepen de kosten en de assurantiebelasting, dient binnen dertig dagen door de maatschappij te zijn ontvangen. Indien verzekeringnemer
de aanvangspremie niet tijdig betaalt, wordt - zonder dat een aanmaning door de maatschappij is vereist - geen dekking verleend ten aanzien van alle gebeurtenissen die na gestelde termijn hebben plaatsgevonden en voor alle aanspraken
die voortvloeien uit een handelen of nalaten van na deze termijn. Bij weigeren van betaling vervalt de dekking per ingangsdatum.
2 Gevolg van wanbetaling bij vervolgpremie Verzekeringnemer dient de vervolgpremie, de premie die verzekeringnemer wegens vervolg- termijnen en bij stilzwijgende verlenging van
de verzekering verschuldigd wordt, daaronder begrepen de kosten en de assurantiebelasting, vooruit te betalen op de premievervaldatum. Indien verzekeringnemer de vervolgpremie niet tijdig betaalt, wordt geen dekking verleend ten aanzien van gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden
en voor aanspraken die voortvloeien uit een handelen of nalaten na de veertiende dag nadat de maatschappij verzekeringnemer schriftelijk heeft aangemaand en betaling voor de vervolgpremie is uitgebleven. Bij weigeren van betaling vervalt de dekking per premievervaldatum.
3 Herstel dekking bij betaling achteraf Verzekeringnemer blijft verplicht de premie te voldoen. De dekking wordt weer van kracht op de dag na de dag waarop hetgeen verzekeringnemer verschuldigd is, voor het geheel, dus inclusief alle tot dan toe onbetaald gebleven opeisbare premie- termijnen, door de maatschappij is ontvangen. Gebeurtenissen die hebben plaatsgevonden en handelen of nalaten dat heeft plaatsgevonden gedurende de periode waarin er geen dekking was, zijn niet verzekerd.
4 Premierestitutie bij opzegging
Behalve bij opzegging wegens opzet de maat- schappij te misleiden, wordt bij tussentijdse opzegging de lopende premie naar billijkheid verminderd.
ARTIKEL 9
BEREKENING DEFINITIEVE PREMIE / HERZIENING VOORLOPIGE PREMIE
1 Voorschotpremie
De premie die per premiebetalingstermijn in rekening wordt gebracht is de voorschotpremie. Deze voorschotpremie is gebaseerd op de voor het betreffende verzekeringsjaar te verwachten omzet.
2 Naverrekening en definitieve premie Verzekeringnemer is verplicht steeds binnen 3 maanden na het verstrijken van een verzekerings- jaar de omzet over het betreffende jaar aan de maatschappij op te geven en de maatschappij in de gelegenheid te stellen deze opgave te controleren.
Met inachtneming van het gestelde in artikel 1.6 en artikel 2.2 wordt de definitieve premie berekend over de omzet in het betreffende verzekeringsjaar. Naar gelang de definitieve premie hoger of lager is dan de betaalde (aangepaste) voorschotpremie, is verzekeringnemer verplicht bij te betalen of is de maatschappij verplicht premie terug te betalen.
De definitieve premie bedraagt ten minste 75% van de voorschotpremie.
Indien verzekeringnemer in gebreke blijft, heeft de maatschappij het recht de definitieve premie zelf vast te stellen met een minimum van 150% van de voorschotpremie.
3 Aanpassing voorschotpremie
De voorschotpremie van het lopende verzekerings- jaar wordt vastgesteld op basis van de opgave
van verzekeringnemer over de te verwachten omzet, of gelijkgesteld aan de definitieve premie van het afgelopen jaar, tenzij anders wordt overeengekomen.
Naar gelang de vastgestelde voorschotpremie hoger of lager is dan de betaalde voorschotpremie, is de verzekeringnemer verplicht bij te betalen of is de maatschappij verplicht premie terug te betalen.
ARTIKEL 10
HERZIENING VAN PREMIE EN VOORWAARDEN
1 Tussentijdse aanpassing
De maatschappij heeft het recht de premie en/ of voorwaarden voor verzekeringen van dezelfde soort als deze verzekering te herzien en deze
verzekering tussentijds aan de nieuwe premie en/ of voorwaarden aan te passen. De maatschappij zal verzekeringnemer van tevoren schriftelijk in kennis stellen van de aanpassing.
2 Recht om aanpassing te weigeren
Indien de aanpassing leidt tot een hogere premie of tot voorwaarden die voor de verzekeringnemer nadeliger zijn, dan heeft de verzekeringnemer het recht de aanpassing te weigeren. Indien verzeke- ringnemer van dit recht gebruik maakt, dient deze de verzekering voor de aanpassingsdatum, doch uiterlijk een maand na de datum van kennisgeving van de aanpassing, schriftelijk aan de maat- schappij op te zeggen met de aanpassingsdatum als beΓ«indigingsdatum. De verzekeringnemer heeft niet het recht om de aanpassing te weigeren als de wijziging van premie en/of voorwaarden voortvloeit uit wettelijke regelingen of bepalingen.
ARTIKEL 11
EIGEN RISICO
In geval van schade onder meerdere rubrieken als gevolg van één gebeurtenis, zal slechts eenmaal een eigen risico - en wel het hoogst toepasselijke - op het totale schadebedrag in mindering worden gebracht.
Dit eigen risico kan wel verhoogd worden met het in artikel 7.5 genoemde extra eigen risico, indien niet voldaan is aan de in dat artikel genoemde verplichtingen.
ARTIKEL 12
SCHADEVASTSTELLING
1 De schadevaststelling zal geschieden in onderling overleg tussen verzekeringnemer en de maat- schappij, of bij onderling goedvinden door één deskundige. Honorarium en kosten van de deskun- dige komen ten laste van de maatschappij;
2 indien verzekeringnemer en de maatschappij geen overeenstemming bereiken met betrekking tot
de benoeming van één deskundige, benoemen verzekeringnemer en de maatschappij elk een deskundige. Beide deskundigen dienen voor de aanvang van hun werkzaamheden een derde deskundige te benoemen, die in geval van gebrek aan overeenstemming over de oorzaak of omvang van de schade, binnen de grenzen van de beide rapportages, het schadebedrag heeft vast te stellen;
3 verzekeringnemer en de maatschappij dragen ieder de honoraria en kosten van de eigen deskundige; honoraria en kosten van de derde deskundige worden door beide partijen ieder voor de helft gedragen;
4 medewerking aan het voorafgaande houdt geen
erkenning in van aansprakelijkheid door de maatschappij. Een vaststellingsovereenkomst in de zin van artikel 7:900 e.v. BW, kan uitsluitend tot stand komen tussen verzekeringnemer en de maatschappij.
ARTIKEL 13
SCHADEREGELING
De schade zal worden geregeld met, en de scha- devergoeding zal worden uitgekeerd aan de verzekeringnemer. De verzekeringnemer wordt geacht daartoe door alle partijen onder deze polis onher- roepelijk gemachtigd te zijn. Deze machtiging eindigt indien aan verzekeringnemer (voorlopige) surseance van betaling wordt verleend, bij faillissement van de verzekeringnemer en wanneer de verzekeringnemer anderszins het vrije beheer over zijn vermogen verliest of zijn onderneming in liquidatie treedt.
ARTIKEL 14
SCHADEREGELING TERRORISME / PREVENTIEVE MAATREGELEN
1 Herverzekering bij NHT
De maatschappij heeft zich voor het terro- rismerisico herverzekerd bij de Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorisme- schade NV (NHT).
2 Begripsomschrijvingen
Onder terrorisme wordt verstaan:
β gewelddadige handelingen en/of gedragingen, in de vorm van een aanslag of een reeks van in tijd en oogmerk met elkaar samenhangende aanslagen, alsmede
β het (doen) verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen
als gevolg waarvan letsel en/of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood tengevolge hebbend, bij mensen of dieren en/of schade aan zaken ontstaat, dan wel anderszins economische belangen worden aangetast, waarbij aanneme- lijk is dat deze aanslag of reeks van aanslagen, respectievelijk het verspreiden van ziektekiemen en/of stoffen - al dan niet in enig organisatorisch verband - is beraamd en/of uitgevoerd met het oogmerk om bepaalde politieke en/of religieuze en/of ideologische doelen te verwezenlijken.
Onder preventieve maatregelen wordt in dit artikel verstaan: van overheidswege en/of door verzekerde(n) en/of derde(n) getroffen maatre- gelen om het onmiddellijk dreigend gevaar van terrorisme af te wenden of - indien dit gevaar zich heeft verwezenlijkt - de gevolgen daarvan te beperken.
3 Uitkeringsprotocol
Op de schaderegeling van een schade als gevolg van terrorisme is het βProtocol afwikkeling claimsβ van de NHT van toepassing. Een afschrift van de volledige tekst van het protocol is verkrijgbaar bij de maatschappij of te raadplegen op www.terroris- xxxxxxxxxxx.xx.
4 Beperking schadevergoedingsplicht
Bij schade als gevolg van gebeurtenissen die
(direct of indirect) verband houden met:
β terrorisme of preventieve maatregelen
β handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme of preventieve maatregelen
geldt dat de schadevergoeding door de maat- schappij kan worden beperkt tot het bedrag van de uitkering die de maatschappij, overeenkomstig de toepassing van het Uitkeringsprotocol, ontvangt van de NHT. De NHT beslist of er sprake is van een terrorismeschade. Op vergoeding kan niet eerder aanspraak worden gemaakt dan na deze beslis- sing en de bekendmaking van het bedrag van de vergoeding. Als de verzekering betrekking heeft op materiΓ«le schade aan onroerende zaken en/
of de inhoud daarvan, dan wel op gevolgschade van dergelijke schade, geldt dat door de NHT per verzekeringnemer per verzekerde locatie per jaar maximaal 75 miljoen euro zal worden uitgekeerd, ongeacht het aantal afgegeven polissen. Voor de toepassing hiervan geldt dat rechtspersonen en vennootschappen die zijn verbonden in een groep, tezamen worden aangemerkt als een verzeke- ringnemer. Onder verzekerde locatie wordt hierbij verstaan alle op het risicoadres aanwezige, door verzekeringnemer verzekerde objecten, alsmede daarbuiten gelegen objecten op minder dan vijftig meter afstand van elkaar gelegen en waarvan tenminste één op het risicoadres is gelegen.
5 Verlies van recht op uitkering
In afwijking van hetgeen elders in de polis is bepaald, vervalt elk recht op schadevergoeding of uitkering als de melding van de claim niet is gedaan binnen twee jaar nadat de NHT heeft beslist of er sprake is van een terrorismeschade.
ARTIKEL 15
ALGEMENE UITSLUITINGEN
De maatschappij is geen vergoeding verschuldigd:
1 in geval van schade veroorzaakt door of ontstaan uit molest, als vermeld in artikel 1.19;
2 in geval van schade veroorzaakt door, opgetreden bij of voortvloeiend uit atoomkernreacties, als vermeld in artikel 1.20, onverschillig hoe deze zijn ontstaan;
3 in geval van schade veroorzaakt door, of ontstaan uit confiscatie, naasting, rekwisitie of opvordering door enige militaire macht of burgerlijke autoriteit;
4 in geval van schade en/of aansprakelijkheid voor schade als direct of indirect gevolg van of enig verband houdend met asbest of asbesthoudende materialen in welke vorm of samenstelling ook. Deze uitsluiting is van toepassing indien en voor zover de schade of aansprakelijkheid voor schade voortvloeit uit de eigenschappen van asbest;
5 in geval van schade en/of verliezen (en/of aanspra- kelijkheid daarvoor) als gevolg van, veroorzaakt door, optredende bij of voortvloeiende uit:
β terrorisme of preventieve maatregelen als omschreven in artikel 14;
β handelingen of gedragingen ter voorbereiding van terrorisme of preventieve maatregelen.
Deze uitsluiting is alleen van toepassing indien en voor zover de verzekering betrekking heeft op niet in Nederland gelegen risicoβs, volgens de definitie in artikel 1.1 van de Wet op het financieel toezicht onder βstaat waar het risico is gelegenβ.
6 indien de verzekerde die de schade lijdt een verkeerde voorstelling van zaken heeft gegeven of een onware opgave heeft gedaan;
7 in geval van schade die ontstaat indien de (gevol- machtigde van de) directie van de verzekerde die de schade lijdt, bij de voorbereiding en uitvoering van de werkzaamheden niet de normale zorgvul- digheid zoals omschreven in artikel 1.10 heeft betracht.
ARTIKEL 16
ALGEMEEN VERHAALSRECHT
Als de maatschappij een schade onder de polis vergoedt, is de maatschappij gerechtigd deze schade te verhalen op de veroorzakende (mede)verzekerde partij die de normale zorgvuldigheid niet in acht heeft genomen of de verplichtingen uit de polis niet is nagekomen.
RUBRIEK I HET PROJECT
ARTIKEL 17
DEKKING TIJDENS DE MONTAGETERMIJN
Tijdens de montagetermijn dekt de verzekering de schade die een verzekerde lijdt als gevolg van:
1 beschadiging van het project, ongeacht door welke oorzaak. Uitdrukkelijk wordt bepaald dat schade veroorzaakt door de aard of een gebrek van de verzekerde zaak is meeverzekerd;
2 diefstal van montagecomponenten als onderdeel van het project.
De volgende belangen zijn alleen verzekerd indien dit met de maatschappij schriftelijk is overeengekomen:
β werkzaamheden die niet door of in opdracht van verzekeringnemer of diens onderaannemers worden uitgevoerd;
β montagecomponenten die niet voor rekening en risico van verzekeringnemer of diens onderaanne- mers op het bouwterrein aanwezig zijn.
ARTIKEL 18
DEKKING TIJDENS TESTEN/PROEFDRAAIEN
Indien op het polisblad een termijn voor testen/ proefdraaien vermeld is, is meeverzekerd gedu- rende maximaal deze termijn: beschadiging ontstaan als gevolg van het testen en/of beproeven zoals omschreven is in artikel 1.22.
Als aanvangsmoment voor het testen of beproeven wordt gezien:
β voor ketels: het moment waarop het eerste vuur ontstoken;
β voor machines: het moment waarop gestart wordt om daadwerkelijk productie te draaien.
ARTIKEL 19
DEKKING TIJDENS DE ONDERHOUDSTERMIJN
1 Tijdens de verzekerde onderhoudstermijn dekt de verzekering de schade die een verzekerde lijdt door beschadiging van het project:
β veroorzaakt door een verzekerde tijdens werkzaamheden uit hoofde van verplichtingen volgens de onderhoudsbepalingen van bestek,
(aannemings)overeenkomst en/of opdracht;
β waarvan de oorzaak ligt nΓ‘ aanvang van de montagewerkzaamheden en vΓ³Γ³r het begin van de onderhoudstermijn.
2 In afwijking van het bovenstaande geldt ten aanzien van werkzaamheden die nog als onder- deel van het project moeten worden uitgevoerd een dekking volgens artikel 17, echter met dien verstande dat:
β bedoelde werkzaamheden niet meer dan 10% van de eindwaarde van het project mogen omvatten, met een maximum van 25.000 euro;
β de uitsluiting in artikel 22.2 gehandhaafd blijft;
β het einde van de onderhoudstermijn hierdoor niet wordt beΓ―nvloed.
ARTIKEL 20
VERPLICHTINGEN
In aanvulling op de verplichtingen van artikel 7 geldt het volgende:
CV-ketels, radiatoren, sanitair, inbouwapparatuur, koper en andere diefstalgevoelige materialen dienen zich te bevinden in een opstal die deugdelijk is afge- sloten conform de richtlijnen van het Politiekeurmerk Veilig Wonen, of in een stalen container die is afge- sloten met inbraakwerend hang- en sluitwerk, voorzien van het SKG** of een gelijkwaardig keurmerk.
Indien niet aan deze verplichting is voldaan, of als er geen zichtbare sporen van braak aan de opstal of de stalen container zijn, is de daaruit voortvloeiende schade van dekking uitgesloten.
ARTIKEL 21
DEKKING NA SCHADE
1 Na het herstel van een gedekte schade tijdens de montagetermijn blijft de verzekering - ongeacht de uitbetaalde bedragen aan schade en/of kosten
- zonder bijbetaling van premie voor het volle verzekerde bedrag van kracht.
2 Als het herstel van een gedekte schade leidt tot een verlenging van de montagetermijn is deze verlenging zonder aanvullende premie meeverze- kerd. Dit geldt ook als de totale montagetermijn daardoor de maximale montagetermijn als vermeld op het polisblad overschrijdt. De verlenging van de verzekerde montagetermijn bedraagt maximaal het aantal dagen dat benodigd is voor het herstel van de gedekte schade.
3 Voor het herstel van gedekte schaden gedurende de verzekerde onderhoudstermijn biedt de verze- kering alleen dekking conform artikel 18 als de kosten van de herstelwerkzaamheden minder dan 10% van de eindwaarde van het project bedragen, met een maximum van 25.000 euro, en het einde van de onderhoudstermijn niet wordt beΓ―nvloed. De uitsluiting in artikel 22.2 blijft gehandhaafd.
4 Indien niet voldaan wordt aan de voorwaarden als omschreven in artikel 21.3, geldt dat de verzeke- ring ten aanzien van het herstel van een schade na afloop van de montagetermijn uitsluitend van kracht is nadat overeenstemming is bereikt over aanvullende premie en voorwaarden.
ARTIKEL 22
UITSLUITINGEN
Naast de algemene uitsluitingen zijn van de verzeke- ring uitgesloten:
1 beschadiging van het project of enig deel daarvan, dat vΓ³Γ³r de oplevering anders dan ten behoeve van de montagewerkzaamheden in gebruik wordt genomen, voor zover deze schade het gevolg is van zodanig gebruik;
2 beschadiging door brand en/of ontploffing tijdens de onderhoudstermijn van het project;
3 schade die niet bestaat uit reparatie- en/of vervangingskosten, zoals bedrijfsschade en andere vormen van niet-materiΓ«le schade;
4 kosten van verbetering en/of veranderingen van ontwerp, constructie of montagemethode;
5 extra kosten door het gebruik van componenten van een andere soort of kwaliteit dan de beschadigde;
6 extra kosten om vervanging of herstel te bespoedigen;
7 beschadiging toegebracht ten behoeve van de montagewerkzaamheden, tenzij deze dient tot herstel van een gedekte schade;
8 de materialen waaruit de hulpconstructies en hulpwerken als omschreven onder Xxxxxxx XX zijn opgebouwd, voor zover deze materialen niet
bestemd zijn om blijvend in het verzekerde project te worden verwerkt;
9 de kosten van herlevering van montagecompo- nenten die moeten worden vervangen omdat zij met een gebrek of tekortkoming op het montage- terrein zijn aangevoerd. Indien geen herlevering plaatsvindt, worden op de schadevergoeding in mindering gebracht de kosten die aan herlevering verbonden zouden zijn geweest;
10 beschadigingen die bestaan uit normale slijtage, corrosie, oxidatie of een andere normale geleide- lijke achteruitgang;
11 verdwijning van zaken, indien de verdwijning pas door middel van normale inventarisatie wordt geconstateerd;
12 schaden aan het montage object als gevolg van gehele of gedeeltelijke stilstand van de montage, tenzij deze stilstand een rechtstreeks gevolg is van een gedekte schade;
13 bedrijfsschade, alsmede kosten gemaakt ter voor- koming van bedrijfsschade, onverschillig van welke aard en hoe ook omschreven, waaronder begrepen de kosten voortvloeiende uit vertraging in de uitvoering van en onderhandeling over contracten;
14 schade aan (delen van) het werk die het recht- streekse gevolg is van een ondeugdelijk vormings-, vervaardigings- of bewerkingsproces, inclusief de voor- of nabehandeling, tenzij de oorzaak hiervan geheel buiten dat proces is gelegen en verzekerde hiermee in redelijkheid geen rekening kon of behoefde te houden;
15 bewerkingsfouten zoals: verkeerd boren, zagen, frezen, draaien, gieten en verkeerd nabehandelen van deze bewerkingen;
16 schaden of verergeringen van schaden aan gebruikte objecten door bestaande gebreken;
17 schaden aan drijvende objecten door aanvaringen, zinken, stranden, ijsgang, alsmede hierop volgende bergingskosten en bijdragen in βaverijgrosseβ;
18 schaden aan (ondergrondse) objecten of onder- delen daarvan zoals: tunnelboormachines, boorbuizen, boorstangen en beitels. Onder deze uitsluitingen zijn niet begrepen pijpleidingen welke (bijna) horizontaal gelegd worden, zoals riolen en (pijp)leidingen en soortgelijke objecten;
19 esthetische beschadigingen zoals krassen, schrammen, deuken, butsen, graffiti e.d. tenzij verzekerde kan aantonen dat de technische werking wordt beΓ―nvloed;
20 schade aan prototypen, experimentele en/of zoge- naamde design & development machines en/of installaties;
21 verminking of verlies van software, data of enige andere vorm van elektronische opgeslagen gege- vens, hoe ook veroorzaakt;
22 schaden die tijdens de test- en/of onderhoudspe- riode zijn voorgevallen:
1 aan (alsmede verlies van) grond- en hulpstoffen, half- en eindproducten en soortgelijke objecten;
2 ten gevolge van de aanwezigheid van productvreemde materialen in de grond- en hulpstoffen, half- en eindproducten en soortge- lijke objecten;
3 aan alle soorten verwisselbare gereedschappen, zoals boren, breekwerktuigen, vormen, matrijzen, messen, zaagbladen, stenen stem- pels alsmede kogels, slaghamers en slagplaten van molens, en soortgelijke objecten;
4 aan transportbanden, zeven, patroonwalsen, bepantsering en molens, kettingen (behalve kettingen van elevatoren en regelaars), slangen, filterdoeken, snaren, gordels, riemen, borstels, wielbanden, bekledingen van rubber, textiel en kunststof, en soortgelijke objecten;
5 aan metselwerk van ovens, verbrandingsin- stallaties en vaten alsmede roosterstaven en brandstofsproeiers van verbrandingsinstallaties, en soortgelijke objecten;
6 aan verbruiksgoederen zoals brandstoffen, chemicaliΓ«n, filtreer- en contactmassaβs, koel-, reiniging- en smeermiddelen, alsmede olie en katalysatoren, en soortgelijke objecten;
7 bestaande uit financiΓ«le schade voor opstart- kosten van machines en installaties;
23 beschadigingen die vallen onder een door leveran- ciers afgegeven garantie op toegepaste materialen en/of onderdelen.
ARTIKEL 23
TE VERGOEDEN BEDRAG
In geval van schade vergoedt de maatschappij per gebeurtenis:
1 ten hoogste de eindwaarde van het project, maar nooit meer dan 130% van het op het polisblad onder Rubriek I vermelde verzekerde bedrag geza- menlijk voor:
β reparatie- en/of vervangingskosten, of indien reparatie en/of vervanging niet plaatsvindt: een schadevergoeding naar redelijkheid en billijk- heid, met als maximum de reparatie- en/of vervangingskosten;
β bereddingskosten tot maximaal 50% van het verzekerde bedrag;
2 voor opruimingskosten maximaal 10% van het op het polisblad onder Rubriek I vermelde verzekerde bedrag;
3 de kosten van het vaststellen van de schade zoals bepaald in artikel 12.
RUBRIEK II AANSPRAKELIJKHEID
ARTIKEL 24
BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
In deze rubriek wordt verstaan onder:
ARTIKEL 24.1
VERZEKERDEN
In aanvulling op hetgeen is vermeld in artikel 1.2 gelden voor deze rubriek tevens als verzekerden:
6 de ondergeschikten van de onder artikel 1.2.1 t/m
1.2.5 genoemde verzekerden.
ARTIKEL 24.2
SCHADE TEN GEVOLGE VAN AANSPRAKELIJKHEID
1 Schade aan personen
Letsel of aantasting van de gezondheid van personen, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, met inbegrip van de daaruit voortvloei- ende schade.
2 Schade aan zaken
Beschadiging, waaronder vernietiging of vermis- sing, van zaken van derden en de hieruit voortvloeiende schade, mits de beschadiging zelf niet van polisdekking is uitgesloten.
ARTIKEL 25
DEKKING TIJDENS DE MONTAGETERMIJN
De maatschappij vergoedt de schade ten gevolge van de aansprakelijkheid van een verzekerde ter zake van schade ontstaan tijdens de verzekerde montagetermijn en veroorzaakt bij de uitvoering van het verzekerde project, met inachtneming van het bepaalde in artikel
21.2. De dekking is uitsluitend van toepassing indien een vordering tot schadevergoeding voor de eerste maal is ingesteld tijdens de verzekeringstermijn van het betreffende project of binnen een jaar na afloop hiervan.
ARTIKEL 26
DEKKING TIJDENS DE ONDERHOUDSTERMIJN
Tijdens de verzekerde onderhoudstermijn geldt dezelfde dekking als tijdens de verzekerde montage- termijn, doch uitsluitend voor schade, die:
1 rechtstreeks verband houdt met het uitvoeren van werkzaamheden uit hoofde van verplichtingen volgens de onderhoudsbepalingen van bestek, (aannemings)overeenkomst en/of opdracht;
2 voortvloeit uit werkzaamheden zoals genoemd in artikel 21.3.
ARTIKEL 27
EXTRA DEKKING
De verzekering dekt tevens, zo nodig boven het maxi- male verzekerde bedrag:
1 de kosten van verweer tegen al dan niet gegronde aanspraken van benadeelden, alsmede de uit een eventueel proces voortvloeiende proceskosten, tot
betaling waarvan een verzekerde mocht worden veroordeeld, mits de leiding van dit verweer, overeenkomstig artikel 7.4.8, bij de maatschappij berust;
2 de wettelijke rente voor zover deze loopt over het door de verzekering gedekte deel van de hoofdsom.
ARTIKEL 28
UITSLUITINGEN
Naast de algemene uitsluitingen is van de verzekering uitgesloten aansprakelijkheid voor:
1 schaden aan belangen zoals omschreven in artikel 1.4, 33, 38 en 43.2; het voor de overige rubrieken geldende eigen risico wordt niet vergoed;
2 schade die voortvloeit uit een verhaalsactie van de maatschappij uit hoofde van artikel 16;
3 schaden aan zaken, met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade, die een verzekerde toebe- horen of die hij, of een ander voor hem, op het moment van het toebrengen van de beschadiging om een of andere reden onder zich heeft;
4 schaden toegebracht met of door motorrijtuigen, (lucht)vaartuigen, hijskranen en werkmaterieel, hun aanhangers en de lading van deze voer- en werktuigen. Binnen het raam van de dekking onder deze rubriek is echter wel verzekerd:
1 ten aanzien van het verkeersrisico: het meerdere boven het krachtens de Wet Aanspra- kelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (W.A.M.) te verzekeren minimum bedrag, of zoveel meer als elders gedekt blijkt te zijn. Deze dekking geldt alleen voor mechanisch voortbewogen voertuigen of andere voorwerpen waarop de
W.A.M. van toepassing is;
2 ten aanzien van het werkrisico: schade toege- bracht door stationair opgesteld werkmaterieel tijdens de uitvoering van werkzaamheden, met inachtneming van hetgeen in artikel 32 wordt bepaald;
5 schaden bestaande uit winstderving en/of tijdverlet en/of bedrijfsschade van een verzekerde en/of van een toekomstig eigenaar en/of gebruiker van het project;
6 schaden voortvloeiende uit een boete-, schade- vergoedings-, garantie-, vrijwarings- of soortgelijk beding, behalve indien en voor zover er ook aansprakelijkheid zonder deze bedingen bestaan zou hebben;
7 schaden verband houdende met een milieuaantas- ting, tenzij deze milieuaantasting een plotselinge onzekere gebeurtenis is en deze gebeurtenis niet het rechtstreekse gevolg is van een langzaam (in) werkend proces;
8 letsel of aantasting van de gezondheid, al dan niet de dood ten gevolge hebbend, van personen die beroepsmatig bij de bouw betrokken zijn;
9 schaden voortvloeiende uit rechtmatige daad;
10 schade veroorzaakt door en/of voortvloeiende uit:
1 opzettelijk en tegen een persoon of zaak gericht wederrechtelijk handelen of nalaten, dit met terzijdestelling van het bepaalde in artikel 15.7;
2 gedragingen die onder de omschrijving onder artikel 28.10.1 vallen, gepleegd in groeps- verband, ook ingeval niet de verzekerde zelf zodanig heeft gehandeld of nagelaten.
Aan het opzettelijk karakter van dit wederrechtelijk handelen of nalaten doet niet af dat de verzekerde zodanig onder invloed van alcohol of andere stoffen verkeert, dat deze niet in staat is zijn/haar wil te bepalen;
11 zuivere vermogensschade;
12 schaden aan bestaande tuinen, tuininrichtingen, bomen, beplantingen, erfscheidingen, bestratingen, straatmeubilair en dergelijke.
Deze uitsluiting geldt niet indien er sprake is van een plotselinge en onvoorziene gebeurtenis.
ARTIKEL 29
VERHAALSRECHT
In tegenstelling tot het vermelde in artikel 16 is de maatschappij die een schade onder deze rubriek vergoedt, uitsluitend gerechtigd deze schade te verhalen op de veroorzakende (mede)verzekerde ingeval de schade voor de laatstgenoemde het beoogde of zekere gevolg is van diens handelen of nalaten.
ARTIKEL 30
SCHADEREGELING
In afwijking van artikel 13 geldt dat de maatschappij het recht heeft met benadeelde(n) schikkingen te treffen en het bedrag van de schadevergoeding recht- streeks aan de benadeelde(n) uit te betalen.
ARTIKEL 31
TE VERGOEDEN BEDRAG
In geval van schade vergoedt de maatschappij per gebeurtenis voor alle verzekerden tezamen:
1 ten hoogste het op het polisblad onder Rubriek II vermelde verzekerde bedrag;
2 het bepaalde in artikel 27;
3 de kosten van het vaststellen van de schade zoals bepaald in artikel 12.
ARTIKEL 32
ANDERE VERZEKERINGEN
1 Indien de schade op enige andere verzekering is gedekt, of zou zijn gedekt indien de onderhavige verzekering niet zou hebben bestaan, loopt de onderhavige verzekering als excedent van, respec- tievelijk als verschil in condities met hetgeen op de andere verzekering is gedekt. De maatschappij is in zodanig geval binnen het raam van deze dekking slechts aansprakelijk indien en voor zover de schade niet onder een andere verzekering is gedekt.
2 Een eigen risico van een onder een andere verze- kering gedekte schade wordt niet vergoed.
XXXXXXX XXX BESTAANDE EIGENDOMMEN OPDRACHTGEVER
ARTIKEL 33
BEGRIPSOMSCHRIJVING BESTAANDE EIGENDOMMEN OPDRACHTGEVER
Onder bestaande eigendommen opdrachtgever wordt verstaan: zaken die eigendom van de opdrachtgever
zijn of waarvoor deze krachtens overeenkomst verant- woordelijk is.
Hieronder zijn niet begrepen montagecomponenten die bij de uitvoering van het project in de onroerende zaak zijn of worden verwerkt en andere zaken die onder enige andere rubriek van deze polis verzekerd kunnen worden.
ARTIKEL 34
DEKKING
Tijdens de verzekerde montage- en onderhoudstermijn dekt deze rubriek de schade die de opdrachtgever lijdt voor zover dit een beschadiging betreft van bestaande eigendommen van de opdrachtgever, die rechtstreeks is veroorzaakt door de montagewerkzaamheden en die veroorzaakt is door of onder verantwoordelijkheid van een verzekerde.
Schade door brand of ontploffing is uitsluitend verzekerd indien de schade niet onder enige andere verzekering is gedekt, of zou zijn gedekt indien deze verzekering niet zou hebben bestaan. In geval van schade door brand of ontploffing zal maximaal het verzekerde bedrag voor rubriek III worden uitgekeerd, met een maximum van 100.000 euro per gebeurtenis.
ARTIKEL 35
VERPLICHTINGEN
In aanvulling op de verplichtingen van artikel 7 geldt het volgende:
1 stofgevoelige materialen dienen te worden verwij- derd en/of afdoende te worden afgeschermd en/of ingepakt;
2 tijdens werkzaamheden aan daken en/of gevels van bestaande eigendommen van de opdracht- gever dienen deze dagelijks na beΓ«indiging van
de werkzaamheden en/of bij onderbreking wegens slechte weersomstandigheden, waterdicht te worden afgedekt met dekzeilen en/of gelijkwaar- dige materialen. Deze afdekking(en) dient(en)
op adequate wijze te zijn geballast of vastgezet. Indien aan deze verplichtingen niet is voldaan, is de daaruit voortvloeiende schade van dekking uitgesloten.
ARTIKEL 37
UITSLUITINGEN
Naast de algemene uitsluitingen zijn van de verzeke- ring uitgesloten:
1 schade die niet bestaat uit reparatie- en/of vervangingskosten, zoals bedrijfsschade en andere vormen van niet-materiΓ«le schade;
2 schade ten gevolge van bestaande gebreken en/ of scheurvorming, alsmede het verergeren van bestaande gebreken en/of scheurvorming;
3 beschadiging van:
β motorrijtuigen en (lucht)vaartuigen;
β kranen, bulldozers, draglines en ander werkmaterieel;
β gereedschappen, machines en werktuigen;
β keten, loodsen en andere tijdelijke onderko- mens en hun inhoud, die ten behoeve van het project al dan niet daadwerkelijk worden gebruikt;
β hulpconstructies en/of hulpwerken (zoals steigers, bekistingen, damwanden);
4 geld en geldswaardige papieren;
5 extra kosten door het gebruik van zaken van een andere soort en/of kwaliteit dan de beschadigde;
6 extra kosten om vervanging en/of reparatie te bespoedigen;
7 beschadiging toegebracht ten behoeve van het project, tenzij deze dient tot herstel van een gedekte schade;
8 schaden verband houdende met een milieuaantas- ting, tenzij deze milieuaantasting een plotselinge onzekere gebeurtenis is en deze gebeurtenis niet het rechtstreeks gevolg is van een langzaam (in) werkend proces;
9 bestaande gebreken en/of verergering van bestaande gebreken;
10 esthetische beschadigingen zoals krassen, deuken, butsen, graffiti e.d. tenzij verzekerde aantoont dat de technische werking wordt beΓ―nvloed;
11 verminking of verlies van software, data of enige andere vorm van elektronische opgeslagen gege- vens, hoe ook veroorzaakt;
12 schade aan de uit de sloop afkomstige en te sparen materialen. In geval van te veel of te ver wegslopen van de te handhaven delen van de bestaande eigendommen wordt geen vergoeding verleend voor de hierdoor ontstane meerkosten;
13 schade aan bestaande tuinen, tuininrichtingen, bomen, beplantingen, erfscheidingen, bestratingen, straatmeubilair en dergelijke. Deze uitsluiting geldt niet indien er sprake is van een plotselinge en onvoorziene gebeurtenis.
ARTIKEL 37
TE VERGOEDEN BEDRAG
In geval van schade vergoedt de maatschappij per gebeurtenis voor alle verzekerden tezamen:
1 ten hoogste het op het polisblad onder Rubriek III vermelde verzekerde bedrag, waarbij de maat- schappij geen beroep doet op onderverzekering, gezamenlijk voor:
β de reparatiekosten, met dien verstande dat voor zaken die aan slijtage onderhevig zijn voor normale slijtage een redelijke aftrek nieuw voor oud wordt toegepast.
In geval van reparatie of vervanging van materialen met antiquiteits- of monumentale waarde wordt maximaal 150% vergoed van de reparatie- of vervangingskosten van nieuwe materialen die de beschadigde materialen in kwaliteit het meest benaderen.
Indien reparatie niet mogelijk is of de repa- ratiekosten c.q. de vervangingskosten méér bedragen dan het verschil tussen de waarde van het betrokken object onmiddellijk vóór en onmiddellijk nÑ de gebeurtenis, wordt uitsluitend het verschil tussen deze waarden vergoed;
β bereddingskosten tot maximaal 50% van het verzekerde bedrag;
2 voor opruimingskosten maximaal 10% van het op het polisblad onder Xxxxxxx XXX vermelde verze- kerde bedrag;
3 de kosten van het vaststellen van de schade zoals bepaald in artikel 12.
RUBRIEK IV HULPMATERIAAL
ARTIKEL 38
BEGRIPSOMSCHRIJVING HULPMATERIAAL
In deze rubriek wordt verstaan onder hulpmateriaal: de op het montageterrein aanwezige:
1 hulpconstructies en/of hulpwerken (zoals steigers, bekistingen, damwanden);
2 keten, loodsen en hun inhoud;
3 gereedschappen, machines en werktuigen.
ARTIKEL 39
DEKKING
Tijdens de verzekerde montage- en onderhoudster- mijn dekt de verzekering de schade aan hulpmateriaal in eigendom van verzekeringnemer of gehuurd door verzekeringnemer, voor zover het betreft:
1 beschadiging, ongeacht door welke oorzaak;
2 diefstal,
mits dit hulpmateriaal nodig is om het project uit te voeren op de wijze die is aangegeven in bestek, (aannemings)overeenkomst en/of opdracht of de daaruit voortvloeiende onderhoudsverplichtingen.
Gehuurd hulpmateriaal is uitsluitend verzekerd indien verzekeringnemer kan aantonen dat hij voor dit hulpmateriaal de verzekeringsplicht op zich heeft genomen.
ARTIKEL 40
VERPLICHTING
In aanvulling op de verplichtingen van artikel 7 geldt dat de verzekerde hulpmaterialen dagelijks na beΓ«indiging van de werkzaamheden, indien qua
omvang mogelijk, dienen te worden opgeslagen in een opstal die deugdelijk is afgesloten conform de richt- lijnen van het Politiekeurmerk Veilig Wonen of in een stalen container die is afgesloten met inbraakwerend hang- en sluitwerk, voorzien van het SKG** of een gelijkwaardig keurmerk.
Indien niet aan bovengenoemde verplichting is voldaan, of als er geen zichtbare sporen van braak aan de opstal of de stalen container zijn, is de daaruit voortvloeiende schade van dekking uitgesloten.
ARTIKEL 41
UITSLUITINGEN
Naast de algemene uitsluitingen zijn van deze verze- kering uitgesloten:
1 schade die niet bestaat uit reparatie- en/of vervangingskosten, zoals bedrijfsschade en andere vormen van niet-materiΓ«le schade;
2 schade aan varend en drijvend materieel, (lucht) vaartuigen, kranen, draglines, motorrijtuigen, bulldozers en ander mechanisch voortbewogen transport- of werkmaterieel;
3 schade aan belangen zoals omschreven in artikel
1.4 en 33;
4 schade veroorzaakt door de aard of een gebrek van de zaak;
5 geld en geldswaardige papieren;
6 extra kosten door het gebruik van zaken van een andere soort of kwaliteit dan de beschadigde;
7 extra kosten om vervanging of reparatie te bespoedigen.
ARTIKEL 42
TE VERGOEDEN BEDRAG
In geval van schade vergoedt de maatschappij per gebeurtenis:
1 ten hoogste het op het polisblad onder Rubriek IV vermelde verzekerde bedrag, waarbij de maat- schappij geen beroep doet op onderverzekering, gezamenlijk voor:
β de reparatiekosten, met dien verstande dat voor zaken die aan slijtage onderhevig zijn, voor normale slijtage een redelijke aftrek nieuw voor oud wordt toegepast.
Indien reparatie niet mogelijk is of de repa- ratiekosten c.q. de vervangingskosten méér bedragen dan het verschil tussen de waarde van het betrokken object onmiddellijk vóór en onmiddellijk nÑ de gebeurtenis, wordt uitslui- tend het verschil tussen deze waarden vergoed. In geval van diefstal wordt de waarde van het betrokken object onmiddellijk vóór de gebeur- tenis vergoed;
β bereddingskosten tot maximaal 50 % van het verzekerde bedrag;
2 voor opruimingskosten maximaal 10% van het op het polisblad onder Xxxxxxx XX vermelde ver- zekerde bedrag;
3 de kosten van het vaststellen van de schade zoals bepaald in artikel 12.
RUBRIEK V EIGENDOMMEN MONTAGEDIRECTIE EN PERSONEEL
ARTIKEL 43
BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
In deze rubriek wordt verstaan onder:
ARTIKEL 43.1
VERZEKERDEN
In aanvulling op hetgeen is vermeld in artikel 1.2 gelden voor deze rubriek tevens als verzekerden:
6 de ondergeschikten van de onder artikel 1.2.1 t/m
1.2.5 genoemde verzekerden.
ARTIKEL 43.2
EIGENDOMMEN MONTAGEDIRECTIE EN PERSONEEL
De op of nabij het project aanwezige persoonlijke eigendommen van een verzekerde die werkzaam is op het montageterrein.
ARTIKEL 44
DEKKING
Tijdens de verzekerde montage- en onderhoudstermijn dekt de verzekering de schade aan eigendommen van directie en personeel die een verzekerde lijdt voor zover dit betreft:
1 beschadiging, ongeacht door welke oorzaak;
2 diefstal, waarbij zichtbare sporen van braak aanwezig zijn aan de opstal of aan het voertuig waarin de eigendommen zich bevonden.
ARTIKEL 45
UITSLUITINGEN
Naast de algemene uitsluitingen zijn van deze verze- kering uitgesloten:
1 schade die niet bestaat uit reparatie- en/of vervangingskosten, zoals bedrijfsschade en andere vormen van niet-materiΓ«le schade;
2 motorrijtuigen en andere mechanisch voort- bewogen transportmiddelen;
3 geld en geldswaardige papieren;
4 schade veroorzaakt door de aard of een gebrek van de zaak.
ARTIKEL 46
TE VERGOEDEN BEDRAG
In geval van schade vergoedt de maatschappij per gebeurtenis:
1 ten hoogste het op het polisblad onder Rubriek V vermelde verzekerde bedrag, waarbij de maat- schappij geen beroep doet op onderverzekering, gezamenlijk voor:
β de reparatiekosten, met dien verstande dat voor zaken die aan slijtage onderhevig zijn voor normale slijtage een redelijke aftrek nieuw voor oud wordt toegepast.
Indien reparatie niet mogelijk is of de repa- ratiekosten c.q. de vervangingskosten méér bedragen dan het verschil tussen de waarde van het betrokken object onmiddellijk vóór en onmiddellijk nÑ de gebeurtenis, wordt uitslui- tend het verschil tussen deze waarden vergoed. In geval van diefstal wordt de waarde van het betrokken object onmiddellijk vóór de gebeur- tenis vergoed;
β bereddingskosten tot maximaal 50% van het verzekerde bedrag;
2 voor opruimingskosten maximaal 10% van het op het polisblad onder Rubriek V vermelde verzekerde bedrag;
3 de kosten van het vaststellen van de schade zoals bepaald in artikel 12.
RUBRIEK VI TRANSPORT
ARTIKEL 47
DEKKING
Tijdens de verzekerde montage- en onderhoudster- mijn dekt de verzekering de beschadiging of diefstal van componenten tijdens transport binnen het op het polisblad vermelde dekkingsgebied, voor zover dit landen betreft die liggen binnen de grenzen van de Europese Unie. Voorwaarde voor dekking is dat het transport voor rekening en risico van verzekering- nemer geschiedt en dat de plaats van afzending is gelegen binnen het hiervoor omschreven dekkings- gebied. De verzekering dekt tevens de bijdrage in averijgrosse, ook al wordt daardoor de maximale schadevergoeding volgens artikel 49 overschreden.
De dekking gaat in op het moment dat de compo- nenten worden opgenomen om het transport naar
het montageterrein aan te vangen, en eindigt zodra de componenten op het project zijn aangekomen, maar in elk geval binnen 30 dagen na aanvang van het risico.
ARTIKEL 48
UITSLUITINGEN
Naast de algemene uitsluitingen zijn van de verzeke- ring uitgesloten:
1 schade die gedekt is onder Rubriek I;
2 zeetransport;
3 schade veroorzaakt door de aard of een gebrek van de zaak;
4 diefstal van lading uit niet afgesloten (motor) voertuigen;
5 schade die niet bestaat uit reparatie- en/of vervangingskosten, zoals bedrijfsschade en andere vormen van niet-materiΓ«le schade;
6 extra kosten door het gebruik van zaken van een andere soort of kwaliteit dan de beschadigde;
7 extra kosten om vervanging of reparatie te bespoedigen;
8 beschadigingen die bestaan uit normale slijtage, corrosie, oxidatie of een andere normale geleide- lijke achteruitgang.
ARTIKEL 49
TE VERGOEDEN BEDRAG
In geval van schade vergoedt de maatschappij per gebeurtenis:
1 ten hoogste het op het polisblad onder Rubriek VI vermelde verzekerde bedrag, gezamenlijk voor:
β de reparatiekosten, met dien verstande dat voor zaken die aan slijtage onderhevig zijn, voor normale slijtage een redelijke aftrek nieuw voor oud wordt toegepast.
Indien reparatie niet mogelijk is of de repa- ratiekosten c.q. de vervangingskosten méér bedragen dan het verschil tussen de waarde van het betrokken object onmiddellijk vóór en onmiddellijk nÑ de gebeurtenis, wordt uitslui- tend het verschil tussen deze waarden vergoed. In geval van diefstal wordt de waarde van het betrokken object onmiddellijk vóór de gebeur- tenis vergoed;
β bereddingskosten tot ten hoogste 50% van het verzekerde bedrag;
2 voor opruimingskosten maximaal 10% van het op het polisblad onder Rubriek VI vermelde verze- kerde bedrag;
3 de kosten van het vaststellen van de schade zoals bepaald in artikel 12.
4 de bijdrage in averijgrosse zoals bepaald in artikel 47.
ARTIKEL 50
ANDERE VERZEKERINGEN
1 Indien de schade op enige andere verzekering is gedekt, of zou zijn gedekt indien de onderhavige verzekering niet zou hebben bestaan, loopt de onderhavige verzekering als excedent van, respec- tievelijk als verschil in condities met hetgeen op de andere verzekering is gedekt. De maatschappij is in zodanig geval binnen het raam van deze dekking slechts aansprakelijk indien en voor zover de schade niet onder een andere verzekering is gedekt.
2 Een eigen risico van een onder een andere verze- kering gedekte schade wordt niet vergoed.