Sectorconvenant 2023 - 2025 afgesloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector Bouw (PC 124)
Sectorconvenant 2023 - 2025 afgesloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de sector Bouw (PC 124)
Tussen de VLAAMSE REGERING,
hierbij vertegenwoordigd door:
De heer Xxx Xxxxx, Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand;
De xxxx Xx Xxxxxx, Vlaams minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw;
hierna de ‘Vlaamse Regering’ genoemd,
en de SOCIALE PARTNERS van de Sector Bouw,
met als vertegenwoordigers voor de werkgevers:
- De xxxx Xxxx Xxxxxxxx, Voorzitter Embuild Vlaanderen;
- De heer Xxxx-Xxxxxx Xxxxxxxx, Gedelegeerd Bestuurder Bouwunie;
- De heer Xxxxxx Xxx Xxx, Bestuurder, FeMa;
met als vertegenwoordigers voor de werknemers:
- De xxxx Xxxx Xxxxxxxx, Federaal Secretaris ACV-Bouw, Industrie & Energie;
- De xxxx Xxxxxx Xx Xxxxxxxx, Federaal Secretaris ABVV-AC;
- De xxxx Xxxxx Xxxxxxxx, Nationaal Sectoraal Verantwoordelijke ACLVB;
hierna “de sector” genoemd,
WORDT OVEREENGEKOMEN WAT VOLGT:
Verbintenissen van de Vlaamse Regering
Artikel 1. De Vlaamse Regering verbindt er zich toe in het kader van voorliggende overeenkomst tijdens de periode van 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2025 een maximale subsidie van 848.000,00 EUR uit te betalen aan Constructiv, Xxxxxxxxxxxxx 000 bus 1 te 0000 Xxxxxxx (ondernemingsnummer: 0406.466.622 - bankrekeningnummer: XX00 0000 0000 0000) ter financiering van 8 VTE sectorconsulenten.
Artikel 2. De in dit sectorconvenant opgenomen engagementen zijn inspanningsverbintenissen en resultaatsverbintenissen. Bij de afrekening wordt de verantwoording van de inspanningen én van de resultaten beoordeeld:
- 70% is de inspanningsfinanciering die wordt toegekend op basis van vooraf vastgelegde inspanningsverbintenissen;
- 30% is de resultaatsfinanciering die wordt toegekend op basis van vooraf vastgelegde resultaatsverbintenissen. Dertig procent van het in artikel 1 vermelde bedrag wordt uitbetaald in zoverre de resultaatsverbintenissen behaald zijn. Als een verbintenis niet wordt behaald, wordt de dertig procent a rato van het aantal behaalde resultaatsverbintenissen uitbetaald. Als minder dan de helft van de resultaatsverbintenissen wordt behaald, wordt geen resultaatsfinanciering uitbetaald.
Artikel 3. De storting van de subsidie en de uitvoeringsmodaliteiten worden geregeld via het Besluit van de Vlaamse Regering / het Ministerieel Besluit houdende de toekenning van subsidie aan bovenvermelde sector ter uitvoering van het sectorconvenant 2023-2025 afgesloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de bovenvermelde sector.
Verbintenissen van de sector
Artikel 4. De sector formuleert de hiernavolgende analyse, strategie en doelgerichte acties en resultaatsverbintenissen:
ANALYSE EN STRATEGIE
1. De sector algemeen
De bouwsector is een belangrijke tak van de economie en is alomtegenwoordig. Het omvat tal van activiteiten (residentiële woningbouw, industriebouw, infrastructuurwerken, wegenwerken en baggerwerken) uitgevoerd door verschillende statuten (arbeiders, uitzendkrachten, bedienden, zaakvoerders en bedrijfsleiders, vrije beroepen) in honderden verschillende functies (bv. metselaars, projectleiders en ingenieurs, maar ook vrachtwagenchauffeurs, dronepiloten, calculatoren en boekhouders). Volgens de cijfers van de Nationale bank stelt de bouwsector meer dan 138.000 werknemers tewerk (nbb, 2021). Inclusief zelfstandigen gaat het om 191.422 personen (Statistiek Vlaandereni, 2023).
Wanneer in dit document wordt verwezen naar de bouwsector, zoemen we specifiek in op de activiteiten, statuten en functies binnen het paritair comité 124. Dit omvat de bouwvakarbeiders van de sector. In december 2022 waren er 88.785 arbeiders in Vlaamse ondernemingen actief (Constructiv, december 2022).
Constructiv is een ondersteunende organisatie van en voor de bouwsector, dat wordt beheerd door de sociale partners van de bouwsector. Het is Constructiv die verantwoordelijk is voor de uitvoering van dit sectorconvenant.
2. Analyse – de sector in cijfers en trends
Arbeidsmarkt
De bouwsector stelt in Vlaanderen 88.785 bouwvakarbeiders tewerk (Constructiv, december 2022). De komende jaren verwachten analisten dat dit aantal zal aangroeien door de verhoogde aandacht voor renovatie, en door de hogere vervangingsgraad als gevolg van de vergrijzing. De renovatienood van ons verouderd gebouwenpark is hoog. De klimaatambities van de EU zorgen ervoor dat onze nationale en gewestelijke overheden beleidsmatig dwingender optreden en renovaties opleggen aan burgers en organisaties (cfr. de renovatieverplichting voor residentiële gebouwen vanaf 2023). Het is dus een logische redenering dat de bouwsector een groei verwacht, met een nog hogere vraag naar arbeidskrachten tot gevolg. Die zal versterkt worden door de pensioneringsgolf die we de komende jaren verwachten (zie verder). Beide verwachtingen leiden dus tot een grotere vraag naar arbeidskrachten.
Echter, we mogen niet blind zijn voor sterke prijsstijgingen van bouwmaterialen en de hoge inflatie die de economie momenteel teistert. Dit zorgt er mede voor dat gezinnen en ondernemingen hun (ver)bouwplannen inkrimpen, uitstellen of stopzetten. Op kortere termijn is de negatieve impact van de inflatie misschien sterker dan de positieve impact van de versterkte aandacht voor renovatie. Wat kan leiden tot een daling in het aantal vacatures, een daling van het arbeidersbestand, en een stijging in het aantal faillissementen. Zo gingen in het laatste kwartaal van 2022 een recordaantal bouwondernemingen in ons land failliet. Dat blijkt uit de recentste gegevens van het Belgische statistiekbureau Statbel.
Enerzijds verwacht men dus een extra vraag naar arbeidskrachten (renovatie en pensioneringsgolf), anderzijds waarschuwt men voor lege orderboekjes t.g.v. de huidige economische situatie. Ondertussen kent de bouwsector heel wat knelpuntberoepen: er zijn veel vacatures, maar er zijn weinig (onmiddellijk in te schakelen) werkzoekenden, dit terwijl de vergrijzing van het arbeidersbestand druk zet op de vervangingsbehoefte. De instroom uit onderwijs is klein en dalende. Dit alles resulteert in een daling van het aantal arbeiders dat tewerkgesteld wordt in Vlaamse bouwondernemingen: van 88.953 in januari 2022 naar 88.847 in december. T.o.v. december 2021 is de daling 0,7 %, t.o.v. december 2020 is dit 2 %. Daartegenover staat dat de andere statuten in de bouwsector een positieve evolutie kennen. Het aantal bedienden steeg tussen 2016 en 2021 met 20 %, het aantal zelfstandigen met 27 % tussen 2015 en 2020
(Constructiv, 2022).
In de vacaturecijfers is van een dalende trend weinig te merken. In geheel 2022 ontving VDAB 10.677 vacatures voor arbeidersberoepen in de bouwsector, een stijging met 7,7 % t.o.v. 2021. Ook in de maanden november en december steeg het aantal ontvangen vacatures nog (met respectievelijk 2,6 % en 28,5 %). Uit eerdere analyses van Maandelijks stonden er in 2022 gemiddeld 3.979 vacatures open bij VDAB, dat is meer dan in 2021 (3.157). In 2022 stonden er elke maand meer vacatures open dan in dezelfde maand van 2021. In november en december was dit verschil wel ‘slechts’ 5,5 %, t.o.v. 31,4 % tussen januari en oktober. Wat dat betreft is er wel een duidelijke daling. Of dit een trend wordt valt op te volgen in 2023. Uit eerdere analyse van Constructiv bleek dat VDAB 1/3e van alle instroom capteert in haar ontvangen vacatures. De analyse toonde ook aan dat de trend in vacatures en reële instroom elkaar wel volgen.
De VDAB-knelpuntberoepenlijst van 2023 telt maar liefst 31 bouwberoepen voor arbeiders. Er is dus een enorm tekort aan werkkrachten. Het aantal leerlingen in het bouwonderwijs kent een dalende trend, maar telt toch nog 7.967 leerlingen in de derde graad. Het aantal werkzoekenden met interesse in een bouwberoep daalde de afgelopen jaren sterk, tot 10.911 in december 2022. Dit geeft dus een theoretische spanningsgraad van 1 kandidaat per ontvangen vacature. In de helft van de openstaande vacatures van 2022 vragen de werkgevers minstens twee jaar ervaring. Dit terwijl 43% van de NWWZ aangeeft minstens 2 jaar ervaring te hebben. Over zij-instroom heeft Constructiv geen cijfergegevens.
Profiel van de bouwvakarbeiders en bouwondernemingen
Constructiv beschikt over heel wat informatie over de bouwondernemingen en hun bouwvakarbeiders. De sector is bij uitstek een KMO-sector, waarbij 75 % van de ondernemingen minder dan 6 arbeiders telt, en maar 1,0 % van de ondernemingen minstens 50 arbeiders telt. Er is in de bouwsector een intense samenwerking tussen de bouwondernemingen. Dit om in te spelen op de specialiteit, complexiteit en flexibiliteit van de bouwprojecten.
De inleiding omschreef de sector reeds als zeer divers. De grootste subsector is de algemene
xxxxxx ‘bouw van gebouwen’ dat goed is voor 22,1 % van de arbeiders. ‘Wegenwerken’ is met 13,8
% van de arbeiders de tweede grootste subsector. ‘Schrijnwerkerij’ is de derde grootste subsector met 12,6 % van de bouwvakarbeiders. ‘Installaties’ (11,5 %) en ‘Restauratie’ (8,5 %) vervolledigen de top 5. Kleinere subsectoren zijn baggerwerken (0,3 %), stucage (1,6 %) en ‘vloeren’ (2,5 %). Een belangrijke kanttekening is dat deze opdelingen niet absoluut zijn.
De geslachtverdeling in de populatie van de bouwvakarbeiders is quasi volledig mannelijk. Het aandeel vrouwen blijft structureel net boven de 1 % (in 2022 1.093 vrouwen t.o.v. 95.426 mannen). Het aandeel vrouwen bij de sectorintreders ligt met 3 % in 2022 iets hoger. De 5-jarige evolutie toont een lichte toename, zowel wat de arbeiderspopulatie als de sectorintreders betreft, maar het is duidelijk dat het aantal vrouwen in de bouwsector met een arbeidersstatuut zeer beperkt blijft.
Bovenstaande cijfers zijn geen verrassing. De situatie in Vlaanderen is ook niet uitzonderlijk t.o.v. andere regio’s in Europa en wereldwijd. De bouwsector is een bij uitstek mannelijke sector, dat heeft allerhande redenen. De bouwsector moet o.a. met dit convenant blijven stappen ondernemen om vastgeroeste ideeën de wereld uit te helpen door de realiteit van de geëvolueerde arbeidsmarkt
i.k.v. diversiteit en inclusie duidelijk aan te tonen en hen daarbij te ondersteunen.
Een belangrijke uitdaging voor de sector (en de arbeidsmarkt in het algemeen) is de vergrijzing van de arbeiderspopulatie. Het aandeel van de dertigers en veertigers bleef tussen 2013 en 2022 gelijk (elk 25 %), het aantal twintigers nam af met 7 %-punt (19 %), en het aantal vijftigers en zestigers stegen elk met ongeveer 4 % (met elk een aandeel van 24 % en 7 %). De prognose gemaakt in 2020 voor België stelde dat het aantal zestigplussers stijgt van 13.000 in 2020 naar 18.000 in 2022, naar 20.000 vanaf 2023, tot 24.000 vanaf 2025. Over een periode van 10 jaar betekent dit een vervangingsbehoefte van maar liefst 18.500 extra arbeiders (België).
Het opvangen van de generatiewissel vormt met andere woorden een belangrijke en prioritaire uitdaging in de sector. Deze uitdaging wordt bijkomend gecompliceerd door de nood aan langere loopbanen. Oudere werknemers worden hierdoor geconfronteerd met een aantal extra jaren in de eindeloopbaanfase. Belangrijk hierbij te melden is ook dat het aandeel van de jongeren in de uitstroom hoger ligt dan hun aandeel in de tewerkstelling. Extra inzetten op preventie en werkbaar werk wordt dus belangrijker. Participatie aan opleiding is daarvoor belangrijk, evenals het ondersteunen van de mentor in diens rol naar de mentee, het team en de onderneming.
De mentor is de geheime troef van een bouwbedrijf dat een competentiebeleid voert. Steeds meer bedrijven en werknemers ontdekken de troeven van een bewuste keuze voor de integratie van
mentorschap binnen het personeelsbeleid. De bouwsector is hier een sterke voorstander van en stimuleert mentorschap actief als stimulans en uitdaging van de eigen werknemers en als belangrijke troef voor groei en innovatie van een bouwbedrijf.
Het mentorschap wordt binnen de bouwsector als “verplichte” voorwaarde gesteld binnen de organisatie van Bedrijfsinterne opleidingen, BIB en MMT en duaal leren (vanuit Vlaamse regelgeving). Wat niet wegneemt dat het inzetten van een mentor bij elke vorm van werfplekleren (vb. IBO) een meerwaarde is.
Intussen is al veel ervaring rond mentorschap opgebouwd, en erkennen we de sterktes ervan:
- Stimuleren van beroepsfierheid en zelfvertrouwen (ervaring en kennis kunnen overbrengen)
- Kennisoverdracht/ nieuwe ideeën en denkwijzen :: leren van elkaar, zowel de mentor van de mentee als vice verse in bvb digitale technieken
- De bouwsector = traditioneel een sector waar ‘geleerd’ wordt ‘on-the-job’ :: een bouwbedrijf met een goede leercultuur is een aantrekkingspool voor mogelijke nieuwe kandidaten
De uitdaging in deze convenantperiode is een stap verder zetten in het mentorschap. De acties in dit convenant zijn de volgende stappen in deze richting.
De vergrijzing van het arbeidersbestand staat ook in directe lijn met een hoog percentage van jongeren die de sector verlaten. Tot en met de leeftijd van 37 jaar is de uitstroom hoger dan hun aandeel in de tewerkstelling. Constructiv heeft in 2021 via een grootschalige bevraging o.a. de sectorverlaters bevraagd. Voor arbeiders tussen de 20-29 jaar en 30-39 jaar staan volgende redenen bovenaan:
“Geen goed gevoel”. Daarom zetten we in dit convenant sterker in op de begeleiding van arbeiders (via mentorschap). En werken we met partners in projecten zoals ‘Building Your Mental Resilience’ en de intersectorale campagne werkbaar werk. Dankzij ons recent lidmaatschap bij de werkplekarchitecten kunnen we meer doorverwijzen naar hun aanbod.
“Geen waardering”. Om werkgevers te stimuleren hun waardering voor hun medewerkers uit te spreken, werkte Constructiv de complimentenstickeractie uit. Daarnaast werken we ook aan de externe waardering door het brede publiek voor de bouwsector (en zo ook aan de appreciatie voor de bouwvakarbeiders) met de imagocampagne ‘De bouw kijkt verder’ en met de via-via werking, die arbeiders versterkt in het positief in beeld brengen van hun job.
“Meer willen bijleren”. Competentieversterking is niet enkel iets dat beleidsmakers en werkgevers xxxxxx. Ook de arbeiders zelf hebben een honger naar nieuwe vaardigheden en kennis. De acties in het thema “LLL en competentiebeleid” zetten hierop in.
Het laatste werkbaarheidsprofiel dat voor de bouwsector werd uitgewerkt dateert van 2019 (Bron: Stia, 2020ii). Werkstress werd het vaakst als problematisch beschouwd (33,8 % duidde dit als problematisch aan), gevolgd door motivatie (22,2 %), werk-privébalans (11,8 %) en leermogelijkheden (12,5 %). Deze vier cijfers liggen (behalve voor motivatie) licht lager dan het Vlaamse gemiddelde. Binnen de bouwsector blijven de werkomstandigheden uiteraard een knelpunt. De sector doet heel wat inspanningen naar het welzijn en de veiligheid van de arbeiders toe, en zet deze onverminderd verder. Om het welzijn van de werknemers en de preventie van arbeidsongevallen en beroepsziekten in de bouw te bevorderen, beschikt Constructiv over een team (niet de sectorconsulenten) dat instaat voor de ontwikkeling van activiteiten rond thema's over welzijn. Zo werden in het opleidingsjaar 2021-2022 4.596 werfbezoeken uitgevoerd, en 1.442 bureelbezoeken. Van deze bezoeken waren er 298 expliciet gericht naar leerlingen duaal leren.
Over twee van de Vlaamse beleidsinstrumenten om werkbaar werk te versterken, hebben we cijfers. 7 % van alle uitgereikte VOP-premies in 2021 was voor een arbeider in de bouwsector (Bron: DWSEiii). Het ging om 885 premies. In 2022 zijn er 44 projecten geweest met werkbaarheidscheques in de bouwsector (Bron: DWSEiv). Dit is 6 % van het totaal. Het gebruik van deze instrumenten
door de bouwsector ligt niet hoog. De consulenten blijven hierover communiceren naar de werkgevers om hen de kortste weg naar deze ondersteuning te tonen.
Constructiv zet sterk in op het faciliteren van opleiding. In het opleidingsjaar 2021-2022 hebben 3.766 ondernemingen met bouwvakarbeiders opleiding gevolgd, d.i. 21,5 % van het totaal. Dit was goed voor 27.710 arbeiders, 25,7 % van het totaal. Bijna de helft van de gevolgde opleiding betrof opleidingen op de werkvloer. Dit is een belangrijk instrument om leren op de werkvloer zichtbaar te maken, en te koppelen aan kwaliteit verhogende punten, zoals een opgeleide mentor en een opleidingsplan. Daarboven zijn er de specifieke sectorale onboardingtools, zoals de Bouwingroeibaan (BIB), Meestermentortrajecten (MMT) om drempels naar werk zo laag mogelijk te houden, en duurzame tewerkstelling en competentieontwikkeling maximaal te faciliteren via advies, gezamenlijk opmaken opleidingstrajecten, mentorondersteuning, functioneringsgesprekken en financiële incentives naar het bouwbedrijf toe.
Invloed van maatschappelijke evoluties op competentiebehoeftes arbeidsmarkt
De Europese green deal duwt de verschillende sectoren naar een energietransitie en naar een circulaire economie. Daartussen verweven zit de vierde industriële revolutie, met een sterke digitaliseringsgolf als gevolg. De sector ondergaat niet louter deze transities, maar is een actieve deelnemer en trekker. Als sectorfonds is het onze taak om de ondernemingen en hun arbeiders hierin te ondersteunen. Voor het sectorconvenant is het belangrijk dat we deze transities meenemen in de acties. Zowel beleidsmatig (naar overheid en partners) als concreet (naar ondernemingen, arbeiders, werkzoekenden, onderwijs, enz.).
Energietransitie
De bouwsector heeft hierin twee grote rollen: het energiezuiniger maken van gebouwen enerzijds, en het energiezuiniger maken van het bouwproces anderzijds. Zodus gaat het vooral over de focus op renovaties en het gebruik van (ver)nieuw(d)e bouwmaterialen, -machines en -methodes.
De evolutie naar energiezuinig (ver)bouwen is niet nieuw. De sector heeft reeds heel wat inspanningen geleverd om dit concept te verspreiden. Toch is de groeimarge van het menselijk kapitaal binnen dit segment nog groot. Duurzame bouwmethodes zoals houtskeletbouw, lage- energiewoningen, bijna energie neutrale woningen en ecologisch bouwen zijn essentieel om antwoord te bieden aan de Europese Green Deal. Deze alternatieve bouwmethodes zijn niet enkel nuttig bij nieuwbouwprojecten, maar zijn essentieel bij renovatiebouw. Om de nodige energie labels te halen moeten woningen correct worden geïsoleerd en luchtdicht gemaakt. Het correct plaatsen, afstellen en onderhouden van de installaties is essentieel. De kennis van de uitvoerende arbeiders moet voldoende zijn om alles correct te laten verlopen.
Ten tweede is het zaak om het bouwproces zelf te verduurzamen. Los van het circulaire aspect (zie onder), gaat het eveneens om het elektrificeren van bouwmachines en het gebruik van natuurlijke materialen. Op deze manier werkt men aan emissievrije bouwplaatsen.
Dit heeft impact op de hele bouwketen, maar uiteraard is de impact op het ene bouwberoep groter dan op het andere. Het is echter niet mogelijk om dit in concrete aantallen uit te drukken. Het omgaan met de transitie zit geïntegreerd in verschillende acties.
Circulariteit
Als grootverbruiker van materialen, ruimte, water en energie heeft de bouwsector een grote impact op het milieu. Zeker met het huidige lineaire model van ontginnen, produceren, consumeren en elimineren als afval (Vlaiov, 2022). Daarom is de bouwsector een belangrijke partner in een circulaire economie (zie ook het beleidsprogramma 2022-2030 “Op weg naar circulair bouwen”).
De transitie naar een meer circulaire economie, en naar meer circulair bouwen heeft steeds vaker een impact op het uitvoerend werk van de arbeider. Het gaat om een ander manier waarop er met schaarse materialen, energie en water omgegaan wordt. Wat ook resulteert in werken met
andere materialen, het ontmantelen van gebouwen i.p.v. slopen, het monteren van prefab modules, enz.
Digitalisering
De bovengenoemde transities vragen om een andere, efficiëntere, innovatievere manier van samenwerken, waar digitalisering en automatisering een grote rol in spelen.
Digitalisering in de bouw optimaliseert het bedrijfsproces, en kan de snelheid, efficiëntie en de kwaliteit van bouwprocessen verbeteren. Automatisatie kan dan weer een deeloplossing zijn voor de krapte op de arbeidsmarkt, en voor een verbetering van de arbeidsomstandigheden. Digitalisering kan ook meebouwen aan een beter imago van de sector, vooral bij jongeren. 3D- printing, big data, Robotics, Artificial Intelligence en IoT zijn zaken die vooral door jongeren interessant gevonden worden.
Ook op het uitvoerende niveau doen digitalisering en automatisatie gaandeweg hun intrede. Dit vergt nieuwe competenties voor arbeiders die hier niet perse sterk in staan.
De bouwsector is een sector die vertrouwd is met innovatie, maar die ook vele valkuilen kent om deze digitale evolutie breed te verspreiden: het uitgesproken KMO-landschap, de gemiddeld lage scholing van de arbeiders, de nadruk op traditionele competenties (die uiteraard ook belangrijk blijven), een grote instroom van anderstaligen, enz.
Dus is het nodig dat de beroepskwalificaties, het opleidings- en onderwijsaanbod hier de nodige aandacht voor hebben.
Veiligheid
Werken in de bouwsector houdt xxxxxx’x in. Een derde van de arbeidsongevallen blijft zonder gevolg, wat betekent dat 68,1% leidt tot een of andere vorm van arbeidsongeschiktheid. Ten opzichte van 2019 zijn deze verhoudingen in de totale privésector onveranderd gebleven. In de bouwsector zijn
er lichte verschuivingen te noteren (Bron: Xxxxxxxx): minder ongevallen zonder arbeidsongeschiktheid (31,9% tegenover 33,8% in 2019), meer ongevallen met blijvende arbeidsongeschiktheid (15,1%, tegenover 14,7% in 2019), meer ongevallen met tijdelijke arbeidsongeschiktheid (52,9%, tegenover 51,5% in 2019). De sociale partners pakken deze uitdaging aan met de cao mei 2021 waarbij elke arbeider in het bezit moet zijn van een attest basisveiligheid. Eerstdaags wordt het KB gepubliceerd dat dit uitbreidt naar éénieder die actief is op een bouwplaats, vanuit de expliciete vraag vanuit onze sociale partners. Constructiv onderneemt de nodige communicatie over het werkgeversaanbod voor arbeiders en het VDAB-aanbod voor werkzoekenden. Constructiv voorziet ook het nodige aanbod voor onderwijs.
Rol Constructiv
Onze consulenten geven advies op maat, volgens de noden van de onderneming. Daarbij wordt vanuit de consultenten de nodige aandacht gevestigd op de nieuwe competenties en veiligheid. In enkele jaren tijd zijn bouwprojecten complexer geworden: nieuwe materialen, energieprestatienormen, processen, software, enz. hebben hoge verwachtingen maar kunnen slechts hun potentieel waarmaken wanneer zij correct en veilig worden toegepast. Alle actoren dienen hiervan op de hoogte te zijn en te blijven. Als sectorfonds hebben we impact op de arbeiders en hun bouwondernemingen. Hen willen wij aan boord houden en meenemen in deze talrijke evoluties. Het opleidingsaanbod moet actueel zijn en blijven.
Deze nieuwe en veiligheidscompetenties moeten niet enkel opgebouwd worden bij het bestaande, maar ook bij het toekomstige arbeiderskorps. Voor leerlingen en werkzoekenden heeft de sector impact via de actualisering van de beroepskwalificaties, het afsluiten van samenwerkingsakkoorden, het organiseren van opleidingen, …
Het profiel van de ondernemingen (klein) en de arbeiders (33 % is kortgeschooldvii) vertraagt de brede verspreiding van de innovaties en veiligheidscompetenties. Intermediaire organisaties zoals
Constructiv kunnen de handschoen opnemen om de ontwikkelingen op te volgen en de verspreiding ervan in de hand te werken. Onze acties zetten hierop in.
3. Strategie
Uit de analyse volgen dus drie grote uitdagingen:
a) Krapte arbeidsmarkt (minder instroom, uitstroom van jongeren, en toenemende vergrijzing) t.o.v. grote vraag naar arbeidskrachten t.g.v. renovatiebehoefte.
b) Transities (energietransitie, circulariteit, digitalisering) die druk zetten op de competentie die werkgevers van arbeiders vragen, t.o.v. een dalend aantal leerlingen in het bouwonderwijs, een dalend aantal onmiddellijk beschikbare werkzoekenden, en een stijgend aantal starters zonder ervaring in de sector.
c) De extra nadruk op veiligheid in de sector door de toepassing van de cao basisveiligheid 12/05/2022 en het toekomstige koninklijke besluit (voorzien april 2023), t.o.v. een grote werkdruk (want arbeidsmarktkrapte en wijzigende competentiebehoeftes) en stijgend aandeel anderstaligen in de sector.
Om deze aan te pakken, brachten de sociale partners van de bouwsector in 2020 de doelstelling 20-20-20 tegen 2030 naar voor. Dit houdt in dat we tegen 2030 als sector streven naar een
i. toename van 20 % van de instroom in het onderwijs en in basisopleidingen voor werkzoekenden
ii. een toename van 20 % van de doorstroom vanuit onderwijs en de basisopleidingen naar de sector
iii. een afname van 20 % in de uitstroom van de arbeiders.
Begin 2022 werd de grote sectorale imagocampagne ‘De bouw kijkt verder’ opgestart. In 2023 gaat deze campagne de activeringsfase in. Dit convenant zal dikwijls de link maken met De Bouw Kijkt Verder, en streeft deze sectorale doelstellingen dus na. We bouwen verder op wat de voorbije convenantperiodes succesvol was, en leggen hier en daar extra accenten.
Dit alles resulteert in 5 pijlers waar we de volgende jaren extra op willen inzetten
Uitdagingen | 20-20-20 | Thema’s convenant | |||||||||
a | b | c | i | ii | iii | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | |
Een vernieuwde samenwerking met onderwijs, waarbij meer aandacht gaat naar de competenties van de toekomst, veiligheid, en wederzijdse engagementen | x | x | x | X | |||||||
De concrete invulling van de samenwerking met VDAB | x | x | x | x | x | X | |||||
Het versterken van de begeleiding van arbeiders (mentorschap) | x | x | x | X | |||||||
Blijven inzetten op competentiebeleid met extra aandacht voor de competenties van de toekomst | x | x | x | x | X | ||||||
Een overkoepelende aandacht voor veiligheid en welzijn | x | x | x |
RESULTAATSVERBINTENISSEN
Resultaatsverbintenissen 2023-2025 | |
Resultaatsverbintenis 1 Bereiken van werkvloeren (en werknemers op die werkvloeren). | Er wordt een doelstelling bepaald voor het aantal bedrijfsbezoeken van de 8 sectorconsulenten. De doelstelling voor 2022-2023 is om minimaal 800 bezoeken te halen (excl. de bezoeken i.k.v. het addendum duaal leren). In 2023-2024 rekenen we op een 5 % toename. |
Deze bezoeken zijn voornamelijk gekoppeld aan volgende acties: Thema 2: Instroom, zij-instroom, doorstroom en retentie | |
• Prioriteit: vergroten instroom - Actie 2: Bereiken van het netwerk van de bouwvakarbeider a.d.h.v. de ‘via-via methodiek’ - Actie 6: Talentenwerf • Prioriteit: Ondernemingen versterken in onthaal, doorstroom en retentie - Actie 1: Inzetten op het onthaal en de ontwikkeling van arbeiders | |
Thema 3: levenslang leren en competentiebeleid | |
• Prioriteit: Levenslang leren op bedrijfs- en werknemersniveau - Actie 1: Iedereen leergretig maken | |
Resultaatsverbintenis 2 Intersectorale samenwerking. | Verspreiding van de STEM-check i.s.m. Volta en Woodwize: Schooljaar 2023-2024 • Verspreiding van 6000 flyers en posters type leerkrachten voor verzending naar alle lagere scholen/eerstegraadsscholen, Hogescholen met studieaanbod voor toekomstige leerkrachten Lager onderwijs en toekomstige leerkrachten, CLB’s voor klassieke verzending in het begin van het nieuwe schooljaar. Deze worden in schooljaar 2023-2024 éénmalig verspreid. • Verspreiding van 2500 flyers type leerlingen. Deze worden verspreid via de techniekacademies én door de drie sectorfondsen op diverse events waar deze doelgroep op aanwezig is. We voorzien de verspreiding van een 2500 flyers op schooljaarbasis. • We beogen 500 uitgevoerde online STEM-Checks (opvolging via de beheermodule van de STEM-Check) |
Schooljaar 2024-2025 • Uitvoeren van een mailing flyers en posters type leerkrachten naar alle lagere |
scholen/eerstegraadsscholen, Hogescholen met studieaanbod voor toekomstige leerkrachten Lager onderwijs en toekomstige leerkrachten, CLB’s schooljaar. Deze Mailing we een mailing voorzien naar dezelfde doelgroep om de flyer en poster nogmaals onder de aandacht brengen. • Verspreiding van 2500 flyers type leerlingen. Deze worden verspreid via de techniekacademies én door de drie sectorfondsen op diverse events waar deze doelgroep op aanwezig is. We voorzien de verspreiding van een 2500 flyers op schooljaarbasis. • We beogen 500 uitgevoerde online STEM-Checks (opvolging via de beheermodule van de STEM-Check) | |
Resultaatsverbintenis 3 Op basis van de analyse, op maat van de sector. | In het kader van de uitvoering van het addendum VDAB, en i.s.m. lokale overheden, worden per jaar minstens 7 activeringsacties (min 1 per provincie) met lokale overheden georganiseerd. Het gaat oa over het organiseren van een bouwsafari in elke provincie en de organisatie van een “Construction on the road” in Antwerpen en Gent. |
ACTIEPLAN
Thema 1: Afstemming tussen onderwijs en de arbeidsmarkt
Prioriteiten en acties
PRIORITEIT: Samenwerking met onderwijs
Actie 1: Naar een nieuwe en sterkere samenwerking met het onderwijs Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: De bouwsector wil de samenwerking met het onderwijs versterken om te kunnen inspelen op de vele huidige en toekomstige uitdagingen zoals het tekort aan gekwalificeerde arbeidskrachten, de technologische ontwikkelingen, digitalisering en de verbetering van het imago van de sector. Tijdens het Beheerscomité van Constructiv op 30 maart 2023 werd een nieuw kader voor een vernieuwde en versterkte samenwerking met het onderwijs gepresenteerd. Dit kader bestaat uit een federale sokkel die in de drie gemeenschappen van het land (Vlaamse Gemeenschap, Franse Gemeenschap en Duitstalige Gemeenschap) zal overgenomen worden en waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke en lokale realiteit van het onderwijs, de arbeidsmarkt en de betrokken overheidsinstanties. Het sectoraal kader beschrijft enerzijds de verbintenissen en voorstellen van de bouwsector en |
anderzijds de verbintenissen die van het onderwijs worden gevraagd. Drie algemene uitgangsprincipes worden opgenomen in de vernieuwde samenwerking met het onderwijs: • Waarborgen en bevorderen van de kwaliteit van de opleiding • Het promoten van de instroom in de bouwopleidingen • Het promoten van de doorstroming naar de bouwsector De bouwsector wil tevens in een specifieke financiële ondersteuning voorzien voor onderwijsinstellingen die zich in een excellentietraject met de bouwsector willen engageren. Dit traject moet het opleidingstraject versterken en leiden tot het engagement vanuit de onderwijsinstelling om de sectorale doelstellingen inzake verhoging van het aantal leerlingen in het onderwijs en de doorstroming naar de sector te realiseren. Het sectoraal kader dient een Vlaamse vertaling te kennen voor het Nederlandstalig bouwonderwijs, met eigen accenten en aandachtspunten en met groot belang voor het duaal onderwijs. Doel is om zo spoedig mogelijk in dialoog gaan met de voor onderwijs bevoegde Minister en de vertegenwoordigers van de verschillende onderwijsnetten om deze Vlaamse kaderovereenkomst te sluiten. Nadien wordt deze Vlaamse kaderovereenkomst vertaald in individuele overeenkomsten per school. De acties hier verder uitgewerkt in dit convenant, zijn acties die passen binnen deze vernieuwde samenwerking onderwijs. De verbintenissen rond duaal leren worden binnen het addendum duaal opgenomen. | |
Betrokken partners: Bouwsector, onderwijs, koepels, scholen,… | |
Inspanningsverbintenis(-sen): • Na afronden van de Vlaamse kaderovereenkomst, presenteren de consulenten dit aan de individuele scholen met als doel een individuele overeenkomst op te stellen, met wederzijdse verbintenissen. • Deze individuele overeenkomsten dienen tijdens deze convenantperiode afgerond te worden. |
Prioriteiten en acties
PRIORITEIT: Meer instroom in het bouwonderwijs
Actie 1: Sensibiliseren leerlingen LO en 1e en 2e graad SO Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: Er zijn organisaties actief die leerlingen LO en SO ondersteunen bij hun studie- en beroepskeuze. Het is op lokaal niveau dat onze regionale kantoren nagaan of samenwerking met deze organisaties opportuun is en past in onze visie en strategie. Voor instroom vanuit het lager onderwijs wordt de huidige werking (beroepenhuis, techniekacedemies,…) verder gezet. Constructiv zal al de lopende acties oplijsten, evalueren, en voor volgend schooljaar plan van aanpak voorstellen. Aandacht moet gaan op ondersteuning van duurzame initiatieven. Belangrijk is dat de initiatieven de bouwsector belichten, en nadruk leggen op renovatie, digitalisering, energietransitie, circulariteit, innovatie en veiligheid. Constructiv voorziet en ontwikkelt hiervoor materiaal dat afgestemd is op de doelgroep (bv. Binnen de STEM-check). Ook de VR-brillen en -content kunnen hiervoor worden ingezet. Net zoals de Construbus, onze simulatoren, enz. De doelgroep zijn leerlingen van het lager onderwijs, en de eerste en tweede graad van het SO. |
Betrokken partners: Lokale initiatieven zoals Technoboost, Beroepenhuis, Techniekacademies. Maar ook acties ism de sociale partners, Buildwise, scholen LO en SO, RTC, enz. | |
Inspanningsverbintenis(-sen): Lokale initiatieven die inzetten op studie- en beroepskeuze blijven we inhoudelijk en financieel ondersteunen. Dit wordt provinciaal punctueel aangevuld d.m.v. inhoudelijke / organisatorische / fysieke aanwezigheid bij acties: bv. helpen bij uitvoeren STEM-check, initiatie met simulator (torenkraan en graafmachine) en VR-brillen (kennismaken met nieuwe technieken zoals drones, virtueel werfbezoek,…). Momenteel zijn er samenwerkingen met het Beroepenhuis, Technoboost en de Techniekacademies. Evalueren van de initiatieven die we ondersteunen (doelgroep, bereik, inhoud, kostprijs, tijdsbesteding) en voorzien plan van aanpak daaropvolgend schooljaar. |
Actie 2: Verspreiding van de STEM-check Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☒ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Intersectoraal zetten we in op de verdere verspreiding van de bestaande intersectoraal ontwikkelde STEM- check en bekijken we manieren om de doelgroep uit te breiden. Voor de verdere disseminatie van de bestaande STEM- Check (gericht naar 5e en 6e leerjaar en oriëntatie naar eerste graad secundair) ondernemen we volgende acties: • Ontwikkeling van een nieuwe flyer en poster voor leerkrachten (en toekomstige leerkrachten) uit lagere scholen en eerstegraads scholen, CLB- centra, ... Het is een flyer waarin we de STEM- Check algemeen bekend maken én waarin ook de link naar de ontwikkelde online leermodule voor leerkrachten opgenomen wordt. In deze online leermodule leert de leerkracht hoe hij/zij de STEM-Check kan inzetten in zijn klasgebeuren en hoe hij/zij hiervoor ook gebruik kan maken van het ontwikkelde beheersysteem voor één of meerdere klassen. Daarnaast voorzien we tevens een poster dat kan opgehangen worden in het klaslokaal. • Ontwikkeling van een nieuwe flyer gericht naar leerlingen uit het 5e en 6e leerjaar Lager Onderwijs (en deelnemende jongeren aan de techniekacademies en/of andere initiatieven) waarin specifiek de link naar de tool, met directe toegang voor het uitvoeren van de STEM-Check , opgenomen wordt. Via deze link kan de jongere het deel A van de STEM-Check invullen en zijn/haar stem-profiel zelf ontdekken. Voor de uitbreiding van de STEM-Check naar de eerste graad secundair onderwijs (oriëntatie naar de tweede graad) willen we opnieuw samenwerken met CEGO, het Centrum Ervaringsgericht Onderwijs van de KU Leuven. Er zal onderzocht worden of het ombouwen van de bestaande STEM-check voor de nieuwe doelgroep relevant en haalbaar is. Constructiv neemt de trekkersrol in het partnerschap met Volta en Woodwize. |
Betrokken partners: Volta, Woodwize, Opleidingsverstrekkers basisonderwijs en 1e graad secundair onderwijs, CLB’s, STEM-academies, CEGO, Appwise | |
Inspanningsverbintenis(-sen): • We voorzien 6000 flyers en posters type leerkrachten voor verzending naar alle lagere |
scholen/eerstegraadsscholen, Hogescholen met studieaanbod voor toekomstige leerkrachten Lager onderwijs en toekomstige leerkrachten, CLB’s voor klassieke verzending in het begin van het nieuwe schooljaar. Deze worden in schooljaar 2023-2024 éénmalig verspreid. In het schooljaar 2024-2025 zullen we een mailing voorzien naar dezelfde doelgroep en de STEM-Check (en de flyer en poster) nogmaals onder de aandacht brengen. • We voorzien 5000 flyers type leerlingen. Deze worden verspreid via de techniekacademies én door de drie sectorfondsen op diverse events waar deze doelgroep op aanwezig is. We voorzien de verspreiding van een 2500 flyers op schooljaarbasis. Concreet worden volgende stappen voor bovenstaande acties ondernomen: o Voor het ontwerpen en drukken van de flyer doen we beroep op een communicatiebureau. o De drie sectorfondsen zorgen in co- creatie voor de inhoudelijke input voor de flyer o De verzending en mailing zal gebeuren door de logistieke dienst van Constructiv. o De flyers type leerlingen worden verspreid onder de medewerkers van de sectorfondsen die deze op beurzen, events, … verspreiden naar de doelgroep. Het effect van bovenstaande acties zal door Constructiv opgevolgd worden via de beheermodule van de online tool van de STEM-Check. Hierin kunnen we zien hoeveel leerlingen de STEM-Check gedaan hebben. Deze cijfers worden tweemaandelijks bijgehouden zodat we kunnen nagaan in welke mate onze acties effect hebben. Voor de uitbreiding van de STEM-Check naar de eerstegraad (oriëntatie voor de tweede graad) voeren we een haalbaarheidsstudie i.s.m. CEGO, het Centrum voor ervaringsgericht onderwijs en Appwise. Op basis van het resultaat van deze studie, wordt de concrete uitwerking voorzien in schooljaar 2024-2025. Concreet nemen we hiervoor in 2023-2024 nog de volgende stappen: • Cego onderzoekt of de bestaande wetenschappelijke format ( van de reeds bestaande online STEM-Check tool) kan gebruikt worden en tegen welke kostprijs deze op maat |
voor de oriëntering naar tweede graad kan uitgewerkt worden • Appwise maakt een offerte voor het maken van de nieuwe online tool en dit op basis van de input van Cego. • De drie sectorfondsen doen een uitgebreidere toetsing rond de bestaande noodzaak bij de toekomstige doelgroep van de tool • Op basis van bovenstaande zullen de drie sectorfondsen al dan niet het startschot geven voor het uitwerken van een STEM-Check voor de eerstegraad (oriëntatie naar de tweede graad). |
PRIORITEIT: Ondersteunen kwaliteit bouwonderwijs via samenwerking met het secundair onderwijs
Actie 1: Vergroten bekendheid van de digitale bibliotheek “Building Your Learning” Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: De consulenten vergroten de bekendheid van ‘Building your learning’. Dit door het instrument blijvend te promoten tijdens schoolbezoeken, sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, enz. Daarnaast willen we de relatie met KlasCement nieuw leven inblazen, om ook daar onze sectorale bibliotheek zichtbaarder te krijgen. De digitale bibliotheek “Building your learning” staat open voor het bouwonderwijs. Het verzamelt les- en opleidingsondersteunende inhouden, zoals: - Informatie over veiligheids- en welzijnsaspecten, ook specifiek naar leerlingen - De handboeken van Constructiv - Tools en lespakketten van leraars en andere opleiders die opleidingsmateriaal ter beschikking willen stellen - Presentaties gemaakt door het Constructiv, of aangeleverd door leraars en opleiders - Video's van objecten van fabrikanten - ConstruBooks (e-books): een interactieve leermethode om leerinhouden aan te bieden, met links naar technische en algemene vakken Ook leerkrachten kunnen zelf materiaal uploaden en elkaars bijdragen beoordelen. Bovendien is er op KlasCement een link naar Building Your Learning voorzien. In de convenantperiode willen we onze sectorpagina op KlasCement vernieuwen. |
Betrokken partners: Leerkrachten, KlasCement | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - De consulenten gebruiken elk contact met onderwijs om onze digitale bibliotheek meer bekendheid te geven (tijdens schoolbezoek, |
sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, via nieuwsbrieven, enz.) - Binnen de vernieuwde samenwerking onderwijs wordt extra ingezet op Building Your Learning.. - Heropnemen contact met KlasCement met als doel het zichtbaarder krijgen van de sector en haar digitale bibliotheek. |
Actie 2: Verspreiden van de ontwikkelde nieuwe leermiddelen Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: De sector zet in op de ontwikkeling van lesondersteunende leermiddelen (e-learning modules/VR/AR), dit voor alle doelgroepen: leerlingen, werkzoekenden en arbeiders. Enkele initiatieven worden samen met partners ontwikkeld (VDAB – elearningpakketten, onderwijsverstrekkers i.k.v. Innovet-middelen die worden aangevuld met sectorale middelen). Het ontwikkelde materiaal zal via een open platform worden verspreid naar de scholen. De consulenten vergroten de bekendheid van dit platform en deze leermiddelen. Dit door het blijvend te promoten tijdens schoolbezoeken, sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, enz. |
Betrokken partners: Onderwijspartners, Innovet, VDAB, RTC | |
Inspanningsverbintenis(-sen): De consulenten gebruiken elk contact met onderwijs om onze leermiddelen meer bekendheid te geven (tijdens schoolbezoek, sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, via nieuwsbrieven, enz.). Waar mogelijk samen met VDAB en RTC. |
Actie 3: Verspreiden van het gratis opleidingsaanbod aan leerlingen en leerkrachten van het bouwonderwijs Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: Om de kwaliteit van het bouwonderwijs te ondersteunen voorziet de sector gratis opleidingen voor leerlingen en leerkrachten via de samenwerkingsovereenkomst met het secundair onderwijs. In deze convenantperiode (en naar aanleiding van de nieuwe samenwerking met onderwijs) zal de inhoud van dit opleidingsaanbod focussen op de grote transformaties in de sector: digitalisering, energietransitie, circulariteit, renovatie en veiligheid: - Voor leerlingen zal het opleidingsaanbod gericht worden op die zaken die het leerplan extra kunnen versterken/aanvullen. - Daarnaast wordt voor leerkrachten extra ingezet op versterking van de technische competenties |
leerkracht, onder vorm van Train-the-trainer opleidingen. - Heel belangrijk blijft veiligheid en welzijn! • Elke leerling zal omwille van het KB (zie eerder) het attest CAO basisveiligheid moeten behalen voor start van zijn stage (idealiter, ten laatste op einde van de eerste stage) en/of start duale traject (idealiter, ten laatste op het einde van de eerste maand). De manier waarop (hetzij via sectorale opleiding, hetzij via een sectoraal erkend traject binnen onderwijs, hetzij via een mixvorm wordt bepaald tegen de start van het schooljaar 2023-24); • Voor leerkrachten worden extra veiligheidsopleidingen voorzien zodat ze hun leerlingen maximaal kunnen begeleiden. De consulenten vergroten de bekendheid van ons opleidingsaanbod. Dit door het blijvend te promoten tijdens schoolbezoeken, sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, enz. | |
Betrokken partners: Sociale partners, onderwijspartners, waar opportuun andere sectorfondsen, RTC | |
Inspanningsverbintenis(-sen): De consulenten gebruiken elk contact met het onderwijs om het opleidingsaanbod te promoten tijdens schoolbezoek, sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, via nieuwsbrieven, enz. |
Actie 4: Informeren over sectorale initiatieven ter verspreiding van de innovaties van de sector Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Leerlingen In samenwerking met Buildwise zet Constructiv verschillende ‘edutainers’ in (werkzaam bij Technopolis) om de ontwikkelingen in de bouwsector te tonen: digitaal opmeten, drones, 3D, AI, exoskelet, AR/VR, e.d. De edutainers verzorgen demonstraties en workshops. Deze dagen zijn enerzijds in te zetten door het provinciaal Constructiv-team (consulenten) voor events i.f.v het onderwijs (vb. technoboost, doorstroomdagen onderwijs,…) en anderzijds voor het organiseren van workshops binnen het onderwijs zelf. Scholen kunnen dit via Constructiv aanvragen en inboeken. Innovatie dag voor leerkrachten Met de innovatieve dag wil Constructiv de ontwikkelingen in technieken onder leerkrachten verspreiden: materialen en toepassingen die hun weg vinden naar de werf. Immers, het is belangrijk dat de |
leerkrachten bekend zijn met deze ontwikkelingen, zodat zij deze kunnen overbrengen. Er worden workshops en demo’s georganiseerd over hernieuwbare energie, duurzaam en circulair bouwen, exoskeletten, VR/AR, enz. De consulenten verspreiden de bekendheid van dit nieuwe aanbod door het te promoten tijdens schoolbezoeken, sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, enz. | |
Betrokken partners: - Buildwise, Technopolis - Afhankelijk van de gekozen thema’s binnen de innovatieve dagen, samenwerking met hogescholen, leveranciers en producenten van bouwmaterialen, RTC, sociale partners,… | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - De consulenten gebruiken elk contact met onderwijs om dit nieuwe aanbod bekendheid te geven (tijdens schoolbezoek, sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, via nieuwsbrieven, enz.). - Edutainers kunnen tot 90 mandagen per jaar ingezet worden (events/workshop/spel). - Het organiseren van minstens 1 innovatieve dag per schooljaar voor leerkrachten. |
PRIORITEIT: Warme overdracht onderwijs-arbeidsmarkt
Actie 1: Organiseren van doorstroom- dagen voor laatstejaarsleerlingen in het bouwonderwijs Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: Constructiv heeft ondertussen een mooie traditie om laatstejaarsleerlingen gedurende een dag onder te dompelen n in allerlei workshops. Inhoudelijk gaat dit om veiligheid, kleine graafmachines, brandbestrijding, attitude, samenwerken in teams, solliciteren, het leren kennen van administratieve documenten die je als arbeider krijgt, de inschrijving op de Bildr-app, mogelijkheden in het hoger onderwijs, enz. Dit wordt met lokale partners georganiseerd. Klassen die niet (kunnen) deelnemen aan de doorstroomdagen krijgen het aanbod om in tijdens een les op school dezelfde informatie te krijgen i.f.v. een eerste stage-ervaring of de warme overdracht. De inhoud is identiek als tijdens de doorstroomdagen. |
Betrokken partners: Sociale partners, ondernemingen, VDAB, RTC, Hoger onderwijs, … | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - In elke provincie organiseren van minstens één doorstroomdag per schooljaar |
- Informeren van de leerlingen over de bouwarbeidsmarkt en de sectorale onboardings- instrumenten (infosessies in de scholen zelf) - Actief inzetten van de BILDR-app |
Actie 2: Bildr inzetten om startersjobs en leerwerkplekken zichtbaar te maken Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Bildr is een applicatie die ontwikkeld werd door de sector (met middelen van de provincie Limburg) om werkzoekenden en ondernemingen met elkaar in contact te brengen. De werking van de app is gebouwd op basis van de gekende sollicitatiegewoontes binnen de bouwsector (meeste instroom gebeurt niet via de klassieke instroomkanalen), met accent op een laagdrempelige toegang en contact. We wensen Bildr versterkt aan te wenden om studentenjobs, leerwerkplekken en startersjobs zichtbaar te maken. Belangrijk blijft dat BILDR maximaal ingezet wordt als verbindingstool tussen de kandidaten en de onderneming, in aanvulling op de reguliere werking van VDAB. Beide systemen moeten elkaar aanvullen en versterken (1+1=3). |
Betrokken partners: Communicatiebureau, onderwijs, toeleiding- sorganisaties, sociale partners, … | |
Inspanningsverbintenis(-sen): Bildr extra inzetten om leerwerkplekken en startersjobs zichtbaar te maken (binnen de vernieuwde samenwerking onderwijs en i.s.m. toeleidingsorganisaties). |
PRIORITEIT: specifieke samenwerking i.k.v excellentietraject
Actie 4: specifieke samenwerking met onderwijsverstrekkers i.k.v excellentie- trajecten Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Scholen die via wederzijdse engagementen willen werken aan een toename van de instroom van leerlingen in hun bouwrichtingen, een versterking van de kwaliteit van hun bouwrichtingen en aan de doorstroom van hun leerlingen naar de bouwsector bieden wij een excellentietraject aan. Enkele mogelijkheden om op te nemen in een dergelijk traject: - verhogen instroom: eigen netwerk scholen lager onderwijs activeren, gebruik van de (inter)sectorale instrumenten (zoals de STEMcheck, VR-brillen), organiseren open ateliers; - versterken kwaliteit: contacten met werkgevers maximaliseren, aandacht voor veiligheid, accent op duaal leren; |
- verbeteren doorstroom naar de bouwsector: deelname aan de sectorale doorstroomdagen, organisatie of deelname aan jobevents. De consulenten verspreiden dit nieuwe aanbod door het te promoten tijdens schoolbezoeken, sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, enz. Zij informeren de scholen en communiceren met hun provinciaal management en Vlaamse directie over de afsluiting ervan. | |
Betrokken partners: Sociale partners, onderwijspartners | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - De consulenten gebruiken elk contact met onderwijs om dit nieuwe aanbod bekendheid te geven (tijdens schoolbezoek, sectorale infomomenten, (inter)sectorale lerende netwerken, via nieuwsbrieven, enz.). - Het informeren van scholen over dit nieuwe aanbod. - Streven naar minimum 1 excellentietraject per provincie, tijdens deze convenantperiode. |
Thema 2: Instroom, zijinstroom, doorstroom en retentie
Prioriteiten en acties
PRIORITEIT: Vergroten instroom
Actie 1: Acties i.k.v. ‘De bouw kijkt verder’ Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: ‘De bouw kijkt verder’ is de meerjarige en grootschalige imagocampagne die de sociale partners van de bouwsector hebben opgezet. In de periode van dit convenant belandt de campagne in de activeringsfase. Met acties uit dit convenant versterken we onze campagne, en vice versa. Het gaat zowel om het visueel versterken van acties (met de lay-out en boodschap van ‘de bouw kijkt verder’, als om het opzetten van specifieke acties. Deze specifieke acties worden georganiseerd i.s.m. VDAB, lokale overheden, het netwerk van toeleiders van niet-beroepsactieven, enz. De doelgroep verschilt per actie i.f.v. de boodschap: het algemene publiek, leerlingen, jongeren, toeleiders, werkzoekenden, arbeiders, enz. Met als doel dat zij de stap zetten naar de sector, met het oog op studie- en loopbaanmogelijkheden. |
Deze acties zijn gelinkt met resultaatsverbintenis 3 waarbij we activeringsacties met lokale overheden opzetten. Enkele voorbeelden: 1) promotie van de sector op 3 Belgische muziekfestivals (Vlaanderen → Suikerrock Tienen 2023) 2) actie naar jongeren, versterkt door de Construbus, waar ze o.a. samen met de Edutainer in contact komen met de nieuwe technologieën van de bouwsector 3) uitnodigen van niet-beroepsactieven op het marktplein van een stad, i.s.m. VDAB, toeleidingsorganisaties, versterkt door de Construbus, met informatie over de sector, registratie op Bildr, verwijzing naar opleidingen 4) uitnodigen toeleiders van niet-beroepsactieven op een infosessie over de bouwsector, al dan niet gevolgd door een werfbezoek. 5) Informeren van geïnteresseerde werkzoekenden (incl. inactieven) over de sector en hen kennis laten maken met verschillende facetten van de sector door hen gezamenlijk mee te nemen naar enkele bouwplaatsen (“bouwsafari” i.s.m. VDAB). | |
Betrokken partners: Lokale overheden, VDAB, onderwijs, ondernemingen, sociale partners, andere sectoren, … | |
Inspanningsverbintenis(-sen): Opzetten van lokale acties onder de vlag ‘De bouw kijkt verder’ met als hoofddoel de verschillende studie- en loopbaanmogelijkheden binnen de sector aan te bieden. Als nevendoel brengen deze acties de sector promotioneel in beeld. Gelinkt met resultaatsverbintenis 3. |
Actie 2: Vlaamse en provinciale relatie met VDAB Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: Constructiv en VDAB werken beleidsmatig en organisatorisch op Vlaams en op provinciaal niveau samen om de kansen van werkzoekenden te optimaliseren en het bereik van moeilijk bereikbare kandidaat-werknemers te verbeteren. De samenwerking wordt gebouwd rond 4 prioriteiten: 1. Gefundeerde en gedragen acties – concrete engagementen 2. Werkzoekenden maximaal en gericht informeren in functie van doorstroom naar de bouwsector (opleiding/werkplekleren/job) 3. Instroom moeilijk bereikbare kandidaat- werknemers mogelijk maken – A-Z benadering. 4. Afstemmen instrumentarium VDAB-Sector en warme overdracht |
Enkele voorbeelden van acties: - Constructiv voorziet tijd en organisatie om VDAB op te leiden over arbeidsmarktinfo, sectorale onboardingtools, sectorinfo, … O.a. voor instructeurs, bemiddelaars, IBO-consulenten, ... ; - Constructiv voorziet tijd en organisatie zodat VDAB Constructiv kan opleiden over instroom- en NWWZ-info, stagemogelijkheden, IBO, tewerkstellings-maatregelen, … voor de provinciale Constructiv-adviseurs; - Overleg tussen medewerkers VDAB en Constructiv i.k.v. een warme overdracht zodat trajecten van VDAB en de bouwsector naadloos een op-maat- vervolg kennen; - Overleg met als doelstelling om administratieve drempels zoveel mogelijk weg te werken (bijvoorbeeld i.k.v. de premie basisopleiding en de cao-verplichting basisopleiding veiligheid). • Gebruik van gemeenschappelijk jargon (competent) i.f.v. opmaak WZ- opleidingsplannen (cfr. BCP), bepalen knelpuntberoepen,… • I.k.v. attest CAO-basisveiligheid: erkennen als gelijkgesteld van het VDAB-opleidingstraject basisveiligheid. Onderzoek hoe deze binnen het register van de bouw kunnen opgenomen worden (ICT). | |
Betrokken partners: VDAB | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - Vertaling van het Vlaamse addendum VDAB- bouwsector in provinciale addenda (5) - Provinciale organisatie van minstens één afstemmingsmoment tussen Constructiv en VDAB - Tweejaarlijks overleg op provinciaal en Vlaams beleidsniveau over de afstemming van de trajecten en het verlagen van administratieve drempels. |
Actie 3: Kansen werkzoekenden optimaliseren d.m.v. infomomenten Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Constructiv en VDAB werken provinciaal samen om de kansen van werkzoekenden in de bouwsector te optimaliseren. Zo organiseren we samen - (digitale) infosessies aan schoolverlaters, werkzoekenden en moeilijk te bereiken doelgroepen; - Vacaturegerichte info’s (i.s.m werkgevers, aan werkzoekenden) - De opbouw van het netwerk van ondernemingen i.k.v. instroom na opleiding en i.k.v. (verkorte en |
inhoudelijk afgestemde) opleidingstrajecten. Concreet betekent dit dat we werkgevers samenbrengen rond hetzij een groep van werkzoekenden in opleiding, hetzij een groep zij- instroom i.f.v. een concrete vacaturebehoefte, ... en we zo streven naar een peterschap van werkzoekenden in opleiding. | |
Betrokken partners: VDAB, lokale overheden, bouwsector, bouwbedrijven | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - Provinciale organisatie van minstens één gezamenlijke (digitale) infosessie aan de doelgroep (vb. ism lokale overheden i.f.v. zij-instroom) - Provinciale organisatie van minstens één gezamenlijke vacature-info aan de doelgroep (vb. ikv de Grote Verbinding) - Provinciale organisatie van minstens één gezamenlijk netwerkevent voor de doelgroep (vb. Construction on the road in Gent en Antwerpen). Dit is gelinkt aan resultaatsverbintenis 3. |
Actie 4: instroom vergroten van moeilijk bereikbare kandidaat- werknemers Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Om werkgevers van voldoende kwalitatieve instroom te voorzien, willen we moeilijk bereikbare kandidaat- werknemers beter bereiken en willen we gezamenlijk drempels wegwerken die in de weg staan van het volgen van een opleiding of het starten bij een werkgever bouw. Bereiken doelgroep - Samenwerkingen opzetten op Vlaams en provinciaal niveau om moeilijk bereikbare kandidaat-werknemers te bereiken en te informeren en toe te leiden naar opleiding en werk in de sector (gerelateerd aan resultaatsindicator 3) - Bereiken en informeren van het toeleidingsnetwerk over tools en dienstverlening Constructiv en VDAB. Wegwerken drempels mobiliteit en taal - Mobiliteit: samenwerkingen opzetten om werkzoekenden tot in de opleidingscentra te krijgen en het voorzien van financiële tussenkomsten voor de opleiding rijbewijs B voor werkzoekenden i.k.v. een knelpuntberoep - Taal: informeren over taalcoaching op de werkvloer, taalopleidingen en uitrollen FACT-app met bouwjargon in verschillende talen en |
uitwerken van een digitaal beeldwoordenboek (intersectorale samenwerking) | |
Betrokken partners: VDAB, lokale overheden, toeleiders | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - In het kader van de uitvoering van het addendum VDAB, en i.s.m. lokale overheden, worden per jaar minstens 5 activeringsacties (1 per provincie) met lokale overheden georganiseerd (vb. Bouwsafari); - Verder uitwerken FACT-app, wanneer dit rond is (eind 2023) mee inzetten en verspreiden in het netwerk. - Uitwerken van een (digitaal) infopamflet met de al dan niet sectorale ondersteuningsmaatregelen voor doelgroepen werkzoekenden (die nu niet voldoende gekend zijn bij werkgevers)welke consulenten gemakkelijk kunnen hanteren tijdens hun bedrijfsbezoeken. |
Actie 5: Organisatie van een intersectoraal netwerkmomenten met intermediairs die kunnen ondersteunen in inclusief ondernemen Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☒ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: De sector werkt mee aan de organisatie van een intersectoraal netwerkmoment tussen sectorconsulenten en begeleiders van niet- beroepsactieven. Dit initiatief wordt afgestemd met VDAB. Tijdens dit netwerkmoment biedt de sector informatie aan over de (laagdrempelige) tewerkstellingsmogelijkheden binnen de sector, de vereiste competenties en de flexibiliteit van tewerkstelling. De sector tracht daarnaast inzicht te krijgen in de noden van niet-beroepsactieven en onderzoekt hoe de sector hieraan kan tegemoetkomen. We mikken hierbij op volgende intermediairs: • Cel deelname aan de samenleving Fedasil • OCMW trajectbegeleiders werk VVSG • ESF outreach en activering (WPA) |
Betrokken partners: Andere sectorfondsen, intersectorale werking SERV Mogelijke andere partners zijn: VDAB en partnerorganisaties, werkplekarchitecten (bv. Rentrée), dienst inburgering en integratie, dienst activering OCMW, projecten outreach en activering, Fedasil, Europa WSE 500 projecten |
Inspanningsverbintenis(-sen): De sector informeert begeleiders van niet- beroepsactieven over de tewerkstellingsmogelijkheden binnen de sector. Het sectorfonds onderzoekt met de partners hoe het kan bijdragen aan het verlagen van de drempels tot tewerkstelling binnen de sector op basis van de noden van niet-beroepsactieven. |
Actie 6: Bereiken van het netwerk van de bouwvakarbeider a.d.h.v. de ‘via-via methodiek’ Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Een actie om de (zij-)instroom te stimuleren is het bereiken van nieuwe doelgroepen. De ‘via-via methodiek’ die i.s.m. de Stad Gent onder een ESF- project is getest, wordt uitgerold over Vlaanderen. Deze methodiek wil bouwvakarbeiders een rol als ambassadeur geven zodat zij via hun eigen socials en netwerk hun werkgever, beroep en sector in een positief daglicht kunnen zetten. Het ESF-project in Gent toonde aan dat via het netwerk van de ambassadeurs een heel ander doelpubliek bereikt wordt dan via de officiële communicatie- en instroomkanalen. De actie heeft ook een belangrijk nevendoel: het versterken van de waardering voor de job van de arbeiders. Dit zowel vanuit de werkgever (je bent mee het uithangbord van de onderneming) en vanuit de familie- en vriendenkring (je brengt je bouwberoep fier in beeld). Aangezien het gebrek aan waardering één van de drie hoofdredenen is van (jongere) bouwvakarbeiders om de sector te verlaten, zal deze actie ook op retentie inwerken. Constructiv verspreidt de methodiek onder de bouwondernemingen en geïnteresseerden (zowel bouwbedrijf als arbeider-ambassadeur), en voorziet opleiding en begeleiding om deze rol op te nemen. Na één jaar werking, wordt VIA-VIA geëvalueerd en op basis van evaluatie verder gezet of uitgebreid naar andere doelgroepen (vb. jongeren, duale leerlingen, werkzoekenden in werfplekleren, …) |
Betrokken partners: Bouwondernemingen, sociale partners | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - Uitrol van de actie, ondersteunen en opleiden van de ambassadeurs in spe. Evaluatie en eventuele bijsturing na één jaar werking. - Organiseren van 5 opleidingen (één per provincie) en minstens twee ambassadeurs per provincie. |
Actie 7: Talentenwerf, jobs in de Grote Verbinding Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: Lantis (de organisatie die mobiliteitsprojecten van gewestelijk belang in de Antwerpse regio realiseert en beheert) krijgt van de overheid heel wat middelen om de Oosterweelverbinding te bouwen. Om hier ook een sociaal rendement aan te koppelen en een antwoord te bieden aan de grote nood aan technisch geschoold personeel, worden de aannemersconsortia verplicht om mee te werken aan opleidingen en stages met het oog op duurzame tewerkstelling. Dit gebeurt via het partnerschap ‘Jobs in de Grote verbinding’, samen met de Stad Antwerpen, VDAB, Talentenwerf, Constructiv en een heel netwerk van organisaties en scholen. Jobs in de Grote Verbinding wil jongeren en werkzoekenden warm maken voor en opleiden tot een job in de bouw. Voor dat laatste is een aanpak op de langere termijn nodig. De bouw van de Oosterweelverbinding biedt een enorme kans om mensen die werk zoeken te heroriënteren via opleiding en duurzaam tewerk te stellen op de werf. In dit grootse project komen alle facetten van de bouw tot uiting. Het partnerschap werkt niet alleen aan een lagere werkloosheid, maar ook aan een duurzame grotere talentenvijver voor de bouwsector. Talentenwerf en Constructiv zijn partner in het project, en zijn mee verantwoordelijk voor het promoten en organiseren van de werfbezoeken, stageweken en opleidingsweken. |
Betrokken partners: Sociale partners, ondernemingen, mentoren, arbeiders, Stad Antwerpen, Lantis, de aannemersconsortia van de Oosterweelwerven, VDAB, … | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - 41 werfbezoeken voor werkzoekenden en leerlingen - 135 stageweken voor arbeidersprofielen voor werkzoekenden en leerlingen (individuele trajecten) - 54 opleidingsweken op de werf voor werkzoekenden en leerlingen (groepstraject) |
PRIORITEIT: Ondernemingen versterken in onthaal, doorstroom en retentie
Actie 1: Inzetten op het onthaal, de ontwikkeling en retentie van arbeiders | Omschrijving: Xxxxx enkele jaren worden er extra inspanningen gedaan om de retentie van arbeiders te versterken. Daarom zetten we in op onthaal, en op de verdere |
Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | (competentie)ontwikkeling van de arbeiders, hetzij bij start van zijn loopbaan, hetzij bij heroriëntering en doorgroei binnen de job/onderneming). Dit werkt ook in op de retentie (cfr. bevraging redenen om de sector te verlaten: “meer willen bijleren”). (Het ondersteunen van en door de mentor wordt in een volgende actie opgenomen, maar hangt hier onlosmakelijk aan vast). De sector heeft een eigen onthaalbrochure die breed wordt verspreid en overlopen bij de ondernemingen. Het wordt ingezet bij de bouwingroeibaan, maar uiteraard ook bij het onthaal van arbeiders ouder dan 26, bij leerlingen duaal leren, enz. De bouwingroeibaan (BIB) is gericht op ondernemingen die een onervaren arbeider jonger dan 27 jaar aanwerven. Met deze ondersteuning helpt de sector de onderneming om de integratie van deze jongere vlot te laten verlopen. Indien de onderneming het traject doorloopt, ontvangt het een premie van € 1000. Het traject van BIB duurt 18 maanden. De sector heeft tevens aandacht voor de ontwikkeling van arbeiders, bijvoorbeeld als zij willen doorstromen naar een andere job in de onderneming. Voor hen (en voor startende arbeiders vanaf 27 jaar) biedt de bouwsector het Meester-mentortraject (MMT) aan, met een looptijd van 1 jaar. Ook hier is een premie van € 1000 voorzien voor de onderneming. Het typische aan een MMT is dat het een opleidingsprogramma tussen 80 en 140 opleidingsuren wordt opgenomen. Een collega (mentor) krijgt dan de taak om de opleiding op de werkvloer te voorzien. Het opleidingsplan wordt aangevuld met externe opleidingen. De consulent geeft inhoudelijke ondersteuning bij de opmaak van de BIB en het MMT. Tijdens de looptijd ondersteunt de consulent het engagement dat gevraagd wordt van de onderneming: aanstellen van een mentor, op maat opmaken van een opleidingsplan, en het organiseren van het functioneringsgesprek. |
Betrokken partners: Sociale partners, bouwondernemingen, mentoren | |
Inspanningsverbintenis(-sen): • Ondernemingen informeren, adviseren en ondersteunen bij het afsluiten van de bouwingroeibaan en het meester-mentor traject. |
Hieruit vloeien bedrijfsbezoeken die meehelpen aan de realisatie van resultaatsverbintenis 1. • Afsluiten van minstens 1500 BIB’s en MMT’s per opleidingsjaar • Breed verspreiden van de onthaalbrochure (bv. naar alle afgesloten BIB’s en MMT’s). |
Actie 2: Versterken mentor Xxxx aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☒ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: De uitdaging in de convenantperiode is een stap verder zetten in het mentorschap. Dit wordt in de komende tijd verder opgenomen en vertaald. De acties hieronder vermeld zijn de volgende stappen in deze richting: 1. Faciliteren van de formele mentoropleiding (Minimale opleidingsduur van 8u) 2. Ondersteunen van de mentor in het groeiproces: afhankelijk van de mentee (doelgroep, in welk traject zit deze) is een andere aanpak van een mentor nodig (vb. aanpak bij een duale jongere is anders dan het begeleiden van een ervaren collega- arbeider die een nieuwe functie moet aanleren. Zo moet de mentor bij de begeleiding van een werkzoekende (IBO-cursist) met migratieachtergrond ook vaardigheden ontwikkelen i.f.v omgaan met diversiteit. 3. Bedanken en enthousiasmeren: het samenbrengen van mentoren in een (inter)sectorale setting i.f.v. ervaringsuitwisseling gecombineerd met een teambuildingsactiviteit. In dit mentornetwerk kan men terecht bij vragen of nood aan een luisterend oor. Door de erkenning in de rol van mentor voelt men zich ook meer gewaardeerd in het opnemen van deze belangrijke taak. 4. Erkennen en formaliseren: Omdat on-the-job training een minder formele manier van leren is, is er nood aan het expliciet zichtbaar maken van de verschillende rollen op de opleidingslocatie. De mentor moet ondersteund worden voor het opnemen van functionerings- en/of evaluatiegesprekken, het voeren van feedbackgesprekken, enz. Dit formeel luik binnen het mentorschap is reeds opgenomen binnen de voorwaarden van BIB en MMT (verplicht functioneringsgesprek na 6 maanden traject), wat niet wegneemt dat extra acties en/of opleidingen tijdens de convenantperiode opgezet kunnen worden om de mentorrol hierin te versterken. Ter versterking van de mentor zet de sector in op twee aanvullende opleidingen: ‘mentor 2.0’ en ‘mentor+’. |
De opleiding mentor 2.0 hebben we binnen het ESF- project Build21Skills georganiseerd, en wensen we verder te zetten. De idee is om de mentor didactisch te versterken. De opleiding heeft aandacht voor ervaringen (via intervisie) van de mentoren, en geeft hen extra handvaten om te gaan met de uitdagingen waar zij mee geconfronteerd worden. De opleiding mentor+ zet diversiteit centraal. De (nog uit te werken met werkplekarchitect) opleiding versterkt de mentor met technieken om collega’s, leerlingen en werkzoekenden te begeleiden in een divers samengesteld team. Extra aandacht gaat naar meer kwetsbare medewerkers, zoals collega’s met beperktere leermogelijkheden, een andere culturele achtergrond, fysieke beperking, psychische kwetsbaarheid, en anderstalige medewerkers. Eventueel kan deze opleiding via intersectorale samenwerking georganiseerd worden. Deelnemende ondernemingen worden extra geïnformeerd over het aanbod i.k.v. job- en taalcoaching (als vervolgtraject op de opleiding). Beide opleidingen zijn een aanvulling op de basis- mentoropleiding. Het is niet ons engagement om elke mentor beide opleidingen aanvullend te laten volgen. Daarenboven zet de sector verder in op acties om de mentoren te activeren: • uitnodigen en informeren van ondernemingen die hun mentoren niet actief inzetten • uitnodigen van mentoren op een intervisiemoment • uitdelen van mentortruien | |
Betrokken partners: Opleidingspartners, VDAB, werkplekarchitecten, andere sectorfondsen, intersectorale adviseurs | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - faciliteren van het volgen van de basismentoropleiding; - ontwikkelen visienota bouw-mentorschap over de verschillende rollen en noden aan ondersteuning - organiseren van minstens 5 netwerkmomenten voor mentoren per jaar - Organiseren van minstens 2 vervolgopleidingen mentor i.s.m. de werkplekarchitecten en/of andere; |
Actie 3: Ondersteunen van ondernemingen in het waarderen van hun medewerkers via de complimentenactie Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Constructiv grijpt de nationale complimentendag (1 maart) aan door werkgevers aan te zetten hun waardering voor hun medewerkers zichtbaar te maken. Ze worden hiervan op de hoogte gesteld via sociale media, een nieuwsbrief en bedrijfsbezoeken. Constructiv bezorgt geïnteresseerde werkgevers gratis toffe complimentenstickers. Om hen hiertoe te stimuleren wordt er een wedstrijd aan gekoppeld, met een bezoek van een foodtruck als prijs. De wedstrijd houdt in dat ze het geven van de stickers moeten fotograferen en verspreiden via sociale media. Op die manier komt de actie breed in beeld. Deze ludieke actie heeft retentie als doel. Waardering krijgen is belangrijk: het staat in de top 3 van redenen voor (jonge) arbeiders om de sector te verlaten. |
Betrokken partners: Sociale partners bouw, ondernemingen | |
Inspanningsverbintenis(-sen): Jaarlijks herhalen van de complimentenactie.z |
Thema 3: Levenslang leren en competentiebeleid
Prioriteiten en acties
PRIORITEIT: Competentiebeheer op sectorniveau
Actie 1: Aanpassing van de beroepscompetentieprofielen n.a.v. digitalisering Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Om de opleidings- en onderwijsinhouden actueel te houden, is het belangrijk dat de basis – het beroepscompetentieprofiel – actueel is. In de convenantperiode zullen de BCP’s verbreed worden met digitaliseringscompetenties. Daarnaast hebben we het engagement om de beroepscompetentieprofielen te aligneren met Competent zodat de vertaling binnen de opleidingsplannen van VDAB eenvoudiger wordt. |
Betrokken partners: AHOVOKS, werkgevers die in de secties zetelen, sociale partners, onderwijspartners, VDAB | |
Inspanningsverbintenis(-sen): In deze convenantperiode nemen we het engagement om de beroepscompetentieprofielen - te verbreden met digitaliseringscompetenties; - te aligneren met Competent. |
Actie 2: Aandacht voor de competenties van de toekomst in het opleidingsaanbod Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Constructiv onderzoekt of het opleidingsaanbod voldoende aandacht heeft voor de nieuwe competenties van vandaag en van de toekomst (zie omgevingsanalyse). Voor opleidingen waarvoor er (nog) geen aanbod aanwezig is op de markt, hanteert Constructiv het principe van aanbodcreatie. Bij voorkeur via deelname aan ESF-projecten. De nieuwe leermiddelen die ook i.s.m. VDAB en onderwijs ontwikkeld worden (zie eerder), kunnen toegepast worden in opleidingen voor arbeiders (e- learning modules, VR en AR, …). |
Betrokken partners: Xxxxxxxxxxx XXX, Xxxxxxxxx, XXX, XXXX, andere sectorfondsen | |
Inspanningsverbintenis(-sen): | |
- Constructiv is vertegenwoordigd in de klankbordgroep “ESF opleidingen van de toekomst”. De consulenten organiseren testopleidingen bij de beoogde doelgroepen. - Constructiv werkt mee aan de ontwikkeling van nieuwe digitale leermodules, betrekt hierbij de partners waar nodig/mogelijk en zal deze delen over de doelgroepen (vb. VDAB: samen ontwikkelen e-leermodules voor doelgroep werkzoekenden, onderwijs, arbeiders, openzetten buildingyoursafetymodules (ontwikkeld voor onderwijs) naar arbeiders en werkzoekenden, …) |
PRIORITEIT: Levenslang leren op bedrijfs- en werknemersniveau
Actie 1: Iedereen leergretig maken Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Aanmoedigen van lerende organisaties Verder werken aan de ontwikkeling van de leercultuur bij alle stakeholders: werkgevers, arbeiders, hun vertegenwoordigers, … via de acties in dit convenant, uitgevoerd door de sectorconsulenten: - De juiste context creëren (verschillende opleidingsstelsels die inspelen op de noden, een compleet en up-to-date opleidingsaanbod, een klantgerichte service, …) - Sensibiliseren om opleidingen te volgen (uitsturen van gerichte nieuwsbrieven, uitvoeren telefoonacties, aanhalen van competentieversterking tijdens bedrijfsbezoeken die over een ander thema gaan, …) - Luisteren naar de opleidingsnoden en samen op zoek gaan naar opleidingskansen (a.d.h.v. bedrijfsbezoeken, afstemming noden en aanbod (incl. basisgeletterdheid, STEM, competenties van de toekomst)) |
- Sensibiliseren, informeren en adviseren over opleidingen op de werkvloer, helpen definiëren van de mentorrol - Ondernemingen informeren over versterken competenties van de toekomst in samenwerking met de werkgeversorganisaties - Informeren en sensibiliseren om als leerwerkplek op te treden (incl. contacten met VDAB en scholen) - Mentoropleidingen opvolgen (verplicht in stelsels i.f.v. leren op de werkvloer (zoals BouwIngroeiBaan en Meester-Mentortrajecten) en alternerend leren) - Opleidingsbeleid onderneming kaderen in langetermijnvisie onderneming (zie verder onder ‘Competentiechecks in Vlaamse ondernemingen’). Communiceren van opleidingsmogelijkheden Constructiv communiceert breed en continu over de verschillende opleidingsmogelijkheden en sectorale tussenkomsten, die vastgelegd werden in cao’s. Om over onze opleidingen te communiceren worden verschillende kanalen gebruikt. Omdat elke provincie andere noden heeft, wordt er per provincie een apart commercieel plan opgesteld. Deze focussen zich specifiek op het bereiken van KMO’s. Een kleine greep uit de acties: e-mails naar niet- klanten, samenwerking met beroepsverenigingen, infosessies, gerichte bedrijfsbezoeken, netwerken verbreden, opleidingsplannen op maat opstellen, versturen en opvolgen van de gedane engagementen, ontbijt- en lunchsessies, infoavonden, … Het belangrijkste middel om ondernemingen en bouwvakarbeiders warm te maken voor opleidingen is nog steeds het persoonlijk bezoek binnen de bouwonderneming. Deze bezoeken helpen mee aan het realiseren van resultaatsverbintenis 1. De federale arbeidsdeal In deze convenantperiode hebben we ook aandacht voor de federale arbeidsdeal. Die stelt dat ondernemingen met meer dan 20 werknemers verplicht een opleidingsplan moeten opstellen. Er werd binnen de bouwsector in het najaar 2022 een sectorale collectieve arbeidsovereenkomst (cao) afgesloten waarbij het sectoraal opleidingsplan “Plan Building on People” (hierna BoP-plan genoemd) gelijkgesteld wordt met het wettelijke opleidingsplan zoals voorzien in de arbeidsdeal. |
Hiervoor wordt het “Plan Building on People” nog aangepast conform de bepalingen van de arbeidsdeal. Er wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om te evolueren naar een digitaal opleidingsplan. De consulenten zullen actief ondernemingen ondersteunen in de opmaak van hun opleidingsplan en helpen realiseren van hun opleidingsintenties. | |
Betrokken partners: Onze sociale partners zijn essentiële partners in het verspreiden en communiceren van de opleidings- mogelijkheden voor de bouwondernemingen. Constructiv betrekt de beroepssecretarissen van de vakbonden en de vertegenwoordigers op het terrein van de werkgeversorganisaties in de sensibiliseringsacties zodat het gedachtegoed van levenslang leren tot bij de bedrijfsleiders en de werknemers geraakt. Andere belangrijke partners zijn VDAB, opleidingscentra, ondernemingen en hun zaakvoerders en bedrijfsleiders, mentoren, … | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - Sensibiliseren van ondernemingen over de noodzaak van competentieontwikkeling en het faciliteren van opleidingen voor hun werknemers; - Communiceren van de opleidingsmogelijkheden en financiële tussenkomsten via bedrijfsbezoeken, videocalls, telefonische acties, enz. - Adviseren van ondernemingen in hun competentiebeleid - Voldoende momenten voorzien om de eigen sectorconsulenten op de hoogte te brengen van nieuwe innovaties en de toepassing in de sector. - De BoP-opleidingsplannen aligneren aan de vereisten van de arbeidsdeal, en de ondernemingen ondersteunen in de opmaak ervan. - Met dit alles streven we een jaarlijkse toename van 5 % na van de participatie aan opleidingen van arbeiders en ondernemingen. - Uit deze acties vloeien bedrijfsbezoeken die meehelpen aan het realiseren van resultaatsverbintenis 1. |
Actie 2: Leren toegankelijk maken voor iedereen Duid aan (indien van toepassing): Dit is een | Omschrijving: Naar een digitaal aanbod voor alle burgers Samen met VDAB werken we e-learning modules voor alle burgers uit volgens de afspraken in het VDAB- addendum. |
☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Naar een digitale omkadering In 2021 werd de analyse opgestart om de papieren opleidingscatalogus te digitaliseren, en in 2022 werd dit project opgestart. De bedoeling is om dit voor het opleidingsjaar 2023-2024 (september 2023) klaar te hebben. Werkgevers zullen online het aanbod kunnen raadplegen en zich rechtstreeks kunnen inschrijven. Dit verloopt in een nauwe samenwerking met de primaire opleidingspartners van de bouw (Embuild, BouwUnie, Fema, VDAB en Syntra). Constructiv heeft een toepassing uitgewerkt om vlot aanwezigheden te registreren bij opleidingen. De omkadering wordt verder gedigitaliseerd. De sectorconsulenten informeren en begeleiden de werkgevers bij deze veranderingen. |
Betrokken partners: Sociale partners, VDAB, ondernemingen, opleidingscentra, … | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - Open stellen gedigitaliseerd opleidingsaanbod vanaf 1 september 2023. - Uitwerken integratie ConstruTraining met VeO (VDAB) - Opstarten gesprekken met Syntrum - Informeren en begeleiden van de werkgevers bij deze veranderingen. |
Actie 3: Aanbod en vraag afstemmen Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: Aandacht voor leemtes in het opleidingsaanbod Het aanbod wordt aan de markt overgelaten. Waar nodig benutten we kansen om nieuwe opleidingen in de markt te zetten (bv. via ESF-projecten). Bedrijfseigen opleidingsnoden in kaart brengen Bij het adviseren van de ondernemingen over hun opleidingsinspanningen gebruiken de consulenten de ‘Constructiv-scan’. De scan geeft informatie op ondernemingsniveau over de leeftijdsverdeling van de arbeiders, de participatie aan opleidingen, de in- en uitstroomgraad, enkele veiligheidsparameters, e.d. Hierbij is een vergelijking van de eigen onderneming t.o.v. bedrijven van eenzelfde subsector en/of grootte en/of locatie mogelijk. Dankzij deze scan kunnen de consulenten de onderneming gericht adviseren over welke opleidingen nuttig zijn voor de arbeiders. Bij de advisering en ondersteuning van ondernemingen in hun opleidingsbeleid zal er voldoende aandacht gaan naar de |
transformatieprocessen in de sector (digitalisering, energietransitie, circulariteit, veiligheid) en de impact hiervan op de aanwezige arbeiders opdat dergelijke transformaties in de onderneming mensgericht (met een positief effect op inzetbaarheid en werkbaar werk) en inclusief (met aandacht voor de kwetsbare profielen) aangepakt kunnen worden. De sectorconsulenten hebben niet enkel aandacht voor de opleidingsnoden van de werkgevers, maar zullen de werkgevers steeds meer laten reflecteren over de talenten van hun werknemers (link met de overheidsopdracht ‘Competentiechecks bij Vlaamse ondernemingen’, zie actie 4). Contact opleidingscentra Om up-to-date opleidingen te kunnen aanbieden, zijn goede partnerschappen met de opleidingscentra onontbeerlijk. Op basis van de noden van de onderneming, fungeren de consulenten als intermediair tussen het opleidingscentrum en de bouwonderneming, zodat zij samen de persoonlijke opleidingsnoden kunnen concretiseren. De consulenten geven daarnaast advies over de sectorale ondersteuningsmogelijkheden voor arbeiders- opleidingen (conform opleidingsstelsels CAO bouw). | |
Betrokken partners: Sociale partners, ondernemingen, arbeiders, … | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - Matchen van vraag en aanbod via persoonlijk advies, op basis van de Constructiv-scan, en het groeien van het bedrijf en zijn arbeiders zowel op gebied van verplichte opleidingen, aangewezen opleidingen, softskills, toekomstgerichte competenties, … Deze inspanningsverbintenis is gelinkt met resultaatsindicator 1 - Op maat werken: adviseren over opleidingsaanbod en de mogelijke financiële ondersteuning - Monitoring van de kwaliteit van de opleidingen via punctuele audits. |
Actie 4: Link tussen sectorconvenant en de overheidsopdracht ‘Competentie- checks in Vlaamse ondernemingen’ Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☒ intersectorale samenwerking | Omschrijving: De extra stap die ondernemingen kunnen zetten van ad hoc opleidingsacties naar een strategisch opleidingsbeleid zit vervat in de overheidsopdracht ‘Competentiechecks in Vlaamse ondernemingen’. Hiervoor werken we samen met Educam, Volta en Woodwize. Om ondernemingen te begeleiden in strategisch competentiebeleid werken we samen met onderaannemers Auxilios en Obelisk. |
☐ lokale samenwerking | |
Constructiv koppelt aan deze overheidsopdracht een | |
groeitraject voor de eigen consulenten – in | |
samenwerking met Obelisk – om ondernemingen te | |
adviseren. Dit om een duurzaam aanbod te kunnen | |
uitbouwen, dat verder gaat dan de twee | |
kalenderjaren van de overheidsopdracht. | |
Betrokken partners: | |
Departement Werk en Sociale Economie, Educam, | |
Volta, Woodwize en Obelisk | |
Inspanningsverbintenis(-sen): | |
De overheidsopdracht ‘Competentiechecks in | |
Vlaamse ondernemingen’ aangrijpen om onze | |
consulenten inhoudelijk te versterken om | |
ondernemingen te adviseren in hun strategisch | |
competentiebeleid. Dit via opleiding, een intern | |
lerend netwerk en intervisie. | |
In dit groeitraject richten de consulenten zich op | |
bedrijven met minder dan 20 arbeiders in dienst. |
Actie 5: Evaluatie, bijsturen en hernemen van intersectorale campagne iedereenkanbijleren Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☒ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: We evalueren de bestaande campagne “iedereen kan bijleren”, sturen bij en hernemen deze indien nuttig. Met deze campagne richten we ons expliciet op medewerkers en wijzen we op het belang en de meerwaarde om ook tijdens je loopbaan te blijven leren. We onderzoeken of aansluiten op de communicatie vanuit het partnerschap levenslang leren opportuun is. |
Betrokken partners: Communicatiebureau, andere sectorfondsen, SERV, partnerschap Xxxxxxxxxx Xxxxx | |
Inspanningsverbintenis(-sen): De sector organiseert mee een intersectorale campagne ter ondersteuning van levenslang leren. |
Thema 4: Werkbaar werk
Prioriteiten en acties
PRIORITEIT: Ondersteunen cao-opdrachten m.b.t. veiligheid en welzijn
Actie 1: Verschaffen van eerstelijnsinformatie m.b.t. welzijn en veiligheid Duid aan (indien van toepassing): Dit is een | Omschrijving: Zoals ook werd aangegeven in de omgevingsanalyse, beschikt Constructiv over een team van adviseurs dat ondernemingen informeert en begeleidt over de welzijns- en veiligheidssituatie op de bouwplaats. Ook de sectorconsulenten komen met dit thema in aanraking, omdat zij bij de bezoeken (bijvoorbeeld in |
☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | het kader van vacature gerichte ondersteuning of opleidingsbeleid) vragen krijgen over veiligheid en welzijn. Opdat zij eerstelijnsinformatie kunnen geven, volgt elke sectorconsulent bij Constructiv de opleiding preventieadviseur niveau 3 (incl. examen). Wanneer meer ondersteuning of gespecialiseerde informatie vereist is, verwijst de sectorconsulent door naar de collega’s die gespecialiseerd zijn in de materie. |
Betrokken partners: Ondernemingen, sectorconsulenten, collega’s die gespecialiseerd zijn in welzijn en veiligheid | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - Het opleiden van sectorconsulenten tot preventieadviseur niveau 3 - Het geven van eerstelijnsinformatie over welzijn- en veiligheidsmaterie op de bouwplaats door de sectorconsulten; - Doorverwijzen naar de gespecialiseerde collega’s voor verdere ondersteuning. |
Actie 2: cao basisveiligheid en kb Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Alle partners in en rond de sector werken continu aan de verbetering van de werkomstandigheden en veiligheidssituatie op de bouwwerven. Een belangrijke stap was de cao basisveiligheid die in mei 2022 werd afgesloten in het PC 124. Het verplicht alle bouwvakarbeiders met minder dan 5 jaar ervaring en zonder vrijstellingen (bijvoorbeeld een eerder veiligheidsopleiding of VCA-attest) om een erkende basisveiligheidsopleiding te volgen. Op vraag van de sociale partners bouw wordt dit uitgebreid naar alle personen die werkzaam zijn op tijdelijke en mobiele bouwplaatsen. Het KB daartoe is in laatste fase voor publicatie. In de convenantperiode wordt over de modaliteiten gecommuniceerd naar alle betrokkenen (incl. leerlingen, werkzoekenden). Constructiv voorziet de opleidingsinhoud van de basisopleiding, en de vertalingen (Oekraïens, Pools, …). Er zal een afdoende opleidingsaanbod voorzien worden om alle doelgroepen tijdig op te leiden (eventueel via train the trainer). • Hierbij wordt voldoende aanbod voorzien bij de structurele opleidingspartners van de bouw. • Het attest van WZ na het volgen van het VDAB- traject basisveiligheid werd erkend als gelijkgesteld als het attest CAO-basisveiligheid. |
• Voor het onderwijs voorziet Constructiv deze opleidingen (zie eerder onder samenwerking met onderwijs). | |
Betrokken partners: Onderwijs, opleidingscentra, VDAB | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - De nodige communicatie voeren naar alle betrokkenen over de reglementering. - Voorzien van afdoende opleidingsaanbod voor alle doelgroepen (WZ, onderwijs, arbeiders bouw). |
PRIORITEIT: Sensibiliseren, informeren en delen
Actie 1: bevordering van de veiligheid op de bouwplaatsen en het welzijn op het werk: opvolgen en verspreiden van innovaties Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: De wereld staat niet stil: verschillende innovaties hebben een positieve impact op de werkbaarheid, veiligheid en het welzijnsniveau in de sector. Als sectorfonds volgen we deze ontwikkelingen op via bedrijfsbezoeken en infosessies (bv. van fabrikanten en verdelers, expo’s, Buildwise, ...). We sensibiliseren en informeren werkgevers, arbeiders en partners (zoals VDAB, onderwijs) over deze innovaties. I.k.v. de psychosociale risico’s trekt Constructiv het project ‘Building your mental resilience’. Fiches worden opgemaakt en uitgetest bij een tiental ondernemingen. Binnen deze convenantperiode kunnen we het ontwikkelde materiaal verspreiden. De FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg heeft beslist om een Nudging-project te lanceren om de veiligheid en gezondheid op bouwplaatsen te verbeteren. Constructiv is lid van het opvolgcomité, en zal als partner mee zicht krijgen op de resultaten. Omdat het project nog moet opstarten hebben we nu geen concreet zicht wat de output zal zijn, maar wat kan overgedragen worden naar onze werking zal ons helpen deze actie uit te voeren. |
Betrokken partners: Fabrikanten, expo’s, Buildwise, sociale partners, Lantis, VDAB, onderwijs, Edutainers | |
Inspanningsverbintenis(-sen): - Impact innovatie op realiteit werf opvolgen (bijvoorbeeld exoskelet,…) - Informeren van werkgevers (bijvoorbeeld via infosessies, building your learning-platform, via werkgeversorganisaties,…) - Verspreiden fiches uit project Building your mental resilience - Bevindingen uit het Nudging-project van de FOD WASO toepassen in de eigen werking. |
Actie 2: Goede praktijken i.k.v. werkbaar werk in de kijker plaatsen Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☒ lokale samenwerking | Omschrijving: Vanuit dit project en vanuit het netwerk dat onze adviseurs en onze veiligheidsadviseurs hebben, wensen we enkele ondernemingen te selecteren om in deze thema’s vanuit hun eigen ervaring als voorbeeld naar voor gebracht te worden en zo concullega’s te stimuleren om verdere stappen te nemen. Dit kan gerealiseerd worden a.d.h.v. de ‘via- via methodiek’, maar kan ook resulteren in het maken van een video, het uitsturen van specifieke nieuwsbrieven, getuigenissen op infomomenten, enz. We willen onze kanalen (sociale media, publicaties, nieuwsbrieven, infosessies, bedrijfsbezoeken) en deze van de sociale partners gebruiken om deze voorbeeldondernemingen te vinden, en hun boodschap te verspreiden. |
Betrokken partners: Sociale partners, ondernemingen, lokale organisaties, VDAB, … | |
Inspanningsverbintenis(-sen): Verzamelen en verspreiden van goede praktijkvoorbeelden uit de bouwsector a.d.h.v. 2 nieuwsbrieven per jaar. |
Actie 3: Sectorconsulenten en werkgevers informeren over niet- sectoreigen initiatieven rond werkbaar werk en preventie van langdurige ziekte Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☐ nieuwe actie ☐ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: De Vlaamse overheid lanceert regelmatig initiatieven rond dit thema en verwacht dat de sectorfondsen via het sectorconvenant deze initiatieven mee communiceren. Ook is er een sterke intersectorale werking, waarover we onze eigen sectorconsulenten en de bouwondernemingen willen informeren. |
Betrokken partners: Vlaamse overheid, andere sectoren, VDAB, … | |
Inspanningsverbintenis(-sen): Ondernemingen informeren over: - Vlaamse initiatieven o Werkbaarheidscheque, KMO-portefeuille, campagnes, initiatieven VDAB, VOP-premie… - Intersectorale initiatieven o (evenementen, infomomenten, documenten, …). En dit op de meest aangewezen manier: nieuwsbrief, netwerkmoment, bedrijfsbezoek,… |
Actie 4: Evaluatie, feedback en acties op basis van campagne “werkbaarwint” 2023 Duid aan (indien van toepassing): Dit is een | Omschrijving: In de verlenging van 2023 ondernamen 30 sectoren samen een campagne rond werkbaar werk als preventie van langdurige ziekte waarin werd ingezet op contacten met ondernemingen en hen op weg zetten met een activerend aanbod. |
☐ nieuwe actie ☒ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Tijdens en volgend op deze campagne bevragen en beluisteren de sectorconsulenten de noden van ondernemingen om zo in beeld te krijgen welke vervolgacties nodig zijn. We peilen ook specifiek naar noden van bedrijven voor langdurigere trajecten, waarin een consulent rond het thema verschillende contactmomenten voorziet en gesprekken rond de volgende stappen aangaande werkbaar werk. Indien dit een nood blijkt te zijn, zetten we zo enkele experimenten op. |
Betrokken partners: Ondernemingen | |
Inspanningsverbintenis(-sen): De sector verspreidt de peiling naar bouwondernemingen en verwerkt samen de resultaten tot vervolgacties. |
Actie 5: Hernemen intersectorale campagne “werkbaar werk” Duid aan (indien van toepassing): Dit is een ☒ nieuwe actie ☒ intersectorale samenwerking ☐ lokale samenwerking | Omschrijving: Indien de evaluatie van de campagne positief is, willen we de campagne hernemen gedurende de looptijd van het convenant. Hierin zal expliciet ruimte zijn voor: - De bekendmaking en verspreiding van de nieuwe meting van de werkbaarheidsmonitor van Stichting Innovatie en Arbeid. - Opleidingsnoden die intersectoraal ingericht kunnen worden, zullen samen georganiseerd worden. |
Betrokken partners: Opleidingspartners, Stichting Innovatie en Arbeid, DWSE, andere intermediaire partners. | |
Inspanningsverbintenis(-sen): De sector organiseert mee de intersectorale campagne werkbaar werk en focust op bouwondernemingen. |
Thema 5: Diversiteit en inclusie
(vink aan:)
☒ De sector stelt een addendum ‘diversiteit en inclusie’ op en werkt dit thema verder uit in het addendum diversiteit en inclusie bij het sectorconvenant 2023-2025.
☐ De sector stelt geen addendum ‘diversiteit en inclusie’ op en werkt dit thema verder uit in het
sectorconvenant 2023-2025 met volgende prioriteiten en acties:
Artikel 5. Sectorconsulenten
De sector verbindt er zich toe de subsidie uitsluitend aan te wenden ter uitvoering van deze acties. Hiertoe worden effectief 8 VTE- sectorconsulenten ingezet. Zij zijn tewerkgesteld in een paritair beheerde organisatie en werken onder paritair toezicht.
De sectorconsulenten zijn belast met het geheel van coördinerende, rapporterende en ondersteunende taken ter uitvoering van het sectorconvenant.
De loon- en werkingskosten van deze sectorconsulenten komen in aanmerking als subsidiabele kosten voor zover zij betrekking hebben op de uitvoering van deze sectorspecifieke acties en voor zover ze uitgevoerd worden binnen de looptijd van het sectorconvenant. Bij ziekte of ongeval van de sectorconsulent komt de periode van arbeidsongeschiktheid die door het gewaarborgd loon wordt vergoed in aanmerking voor de subsidie. De subsidie wordt in mindering gebracht wanneer de werkgever de afwezige sectorconsulent niet vervangt na afloop van de periode die is gedekt door het gewaarborgde loon. Periodes van tijdskrediet, loopbaanonderbreking of moederschapsverlof komen niet in aanmerking voor financiering, tenzij wordt aangetoond dat de functie van de sectorconsulent(e) tijdelijk tijdens zijn of haar afwezigheid door een vervang(st)er afdoende wordt uitgeoefend.
De maximale subsidie wordt toegekend voor de inzet van 8 VTE op jaarbasis. Indien de sectorconsulent tijdens zijn of haar afwezigheid niet afdoende vervangen wordt voor het continueren van de inspanningen in het kader van het sectorconvenant, vermindert de maximale werkingssubsidie. De werkingssubsidie wordt dan berekend per consulent per dag van de looptijd. Dit bedrag wordt vermenigvuldigd met het aantal dagen waarop geen/te weinig consulenten tewerk gesteld waren en in mindering gebracht.
De sector zal de naam van de sectorconsulenten aan het departement Werk en Sociale Economie bezorgen en wijzigingen melden. De sector bezorgt de naam van de sectorconsulent, het INSZ- nummer en de DmfA-gegevens.
Artikel 6. Evaluatie
Ter verantwoording en ter evaluatie van deze overeenkomst bezorgt de sector ten laatste op 30 september 2024 een voortgangsrapport en ten laatste op 30 september 2025 een eindrapport aan het departement Werk en Sociale Economie. Het voortgangs- en eindrapport omvatten:
- de rapportering over de verschillende initiatieven ter realisering van het sectorconvenant;
- de toetsing van de realisaties aan de resultaatsverbintenissen en de doelstellingen vermeld in het sectorconvenant;
- de financiële verantwoording van de aanwending van de ontvangen subsidiebedragen (enkel voor het eindrapport).
Het departement Werk en Sociale Economie voorziet richtlijnen voor de inhoudelijke en financiële rapportage. Bij de opvolgingsmomenten en evaluaties wordt nagegaan of de aangegane verbintenissen ook effectief zijn bereikt.
Artikel 7. Beëindiging
Het sectorconvenant wordt afgesloten voor een periode van 2 jaar. Het sectorconvenant kan niet stilzwijgend worden verlengd.
Het sectorconvenant eindigt hetzij bij het verstrijken van de looptijd, hetzij bij onderlinge overeenkomst tussen de partijen, hetzij door opzegging. De partijen kunnen op elk moment het sectorconvenant opzeggen, mits ze een opzegtermijn van 6 maanden in acht nemen. De kennisgeving van de opzegging gebeurt per aangetekende brief. De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de eerste werkdag na de kennisgeving. Het sectorconvenant kan door de Vlaamse Regering worden beëindigd zonder inachtname van een opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding als het algemeen belang dat in buitengewone omstandigheden vereist. Als bij de evaluatie door het departement Werk en Sociale Economie
wordt vastgesteld dat de representatieve werkgevers- en werknemersorganisaties op ernstige wijze tekortschieten in de verwezenlijking van de beoogde doelstellingen, kan de Vlaamse Regering het sectorconvenant eenzijdig beëindigen zonder opzegtermijn en zonder dat het aanleiding kan geven tot de betaling van een vergoeding.
Artikel 8. Wijzigbaarheid
De Vlaamse Regering bepaalt na voorafgaand overleg met de sociale partners in het Vlaams Economisch Sociaal Overlegcomité de wijze waarop bijsturingen of wijzigingen van het actieplan of van de verbintenissen in het sectorconvenant tijdens de looptijd worden doorgevoerd.
Artikel 9. Controle en toezicht
De sociaalrechtelijke inspecteurs van de administratie zijn belast met het toezicht op de naleving van de bepalingen van het decreet op de sectorconvenants en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan in het geval van een vastgestelde inbreuk het sectorconvenant opschorten.
Opgemaakt in drie originele exemplaren waarvan elke partij een exemplaar ontvangt.
Namens de Vlaamse Regering,
Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand,
Xxx XXXXX
Vlaams minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw,
Xx XXXXXX
Namens de sociale partners van de sector Bouw (PC 124), met als vertegenwoordigers voor de werkgevers:
De xxxx Xxxx XXXXXXXX, Voorzitter Embuild Vlaanderen
De heer Xxxx-Xxxxxx XXXXXXXX, Gedelegeerd Bestuurder Bouwunie
De heer Xxxxxx XXX XXX, Bestuurder, FeMa
met als vertegenwoordigers voor de werknemers:
De xxxx Xxxx XXXXXXXX,
Federaal Secretaris ACV-Bouw, Industrie & Energie
De xxxx Xxxxxx XX XXXXXXXX, Federaal Secretaris ABVV-AC
De xxxx Xxxxx XXXXXXXX, Nationaal Sectoraal Verantwoordelijke ACLVB
i xxxxx://xxx.xxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxx-xxxxxxxxxx/xxxxx-xxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxxx
ii Werkbaarheidsprofiel in de bouwnijverheid 2019, Stichting Innovatie en arbeid
iii Verwerking Departement WSE “Aantal werknemers met VOP per 100”
iv DWSE, Bewerking door Departement WSE
v Circulariteit in de bouw: xxxxx://xxx.xxxxx.xx/xx/xxxxxxxxxxx-xxxxxx/xxxxxxxx/xxxxxxxxxx- economie/circulariteit-de-bouw
vi Jaarverslag Constructiv, 2021
vii Bron: SZ, Datawarehouse Arbeidsmarkt & Sociale Bescherming (bewerking Departement WSE