Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen
Dit document vormt slechts een documentatiehulpmiddel en verschijnt buiten de verantwoordelijkheid van de instellingen
►B OVEREENKOMST
tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat
(PB L 300 van 31.12.1972, blz. 189)
Gewijzigd bij: | |||
Publicatieblad | |||
nr. | blz. | datum | |
►M1 Besluit van het Gemengd Comité nr. 5/73 | L 160 | 65 | 18.6.1973 |
►M2 Besluit van het Gemengd Comité nr. 6/73 | L 160 | 67 | 18.6.1973 |
►M3 Besluit van het Gemengd Comité nr. 7/73 | L 160 | 72 | 18.6.1973 |
►M4 Besluit van het Gemengd Comité nr. 8/73 | L 160 | 73 | 18.6.1973 |
►M5 Besluit nr. 9/73 Van het Gemengd Comité | L 347 | 37 | 17.12.1973 |
►M6 Besluit nr. 10/73 Van het Gemengd Comité van 12 december 1973 | L 365 | 136 | 31.12.1973 |
►M7 Besluit nr. 11/73 Van het Gemengd Comité van 11 december 1973 | L 365 | 162 | 31.12.1973 |
►M8 Besluit nr. 11/73 Van het Gemengd Comité van 11 december 1973 | L 365 | 166 | 31.12.1973 |
►M9 Besluit nr. 1/74 Van het Gemengd Comité | L 224 | 17 | 13.8.1974 |
►M10 Besluit nr. 1/74 Van het Gemengd Comité | L 224 | 18 | 13.8.1974 |
►M11 Besluit nr. 3/74 Van het Gemengd Comité van 31 oktober 1974 | L 352 | 32 | 28.12.1974 |
►M12 Complementair protocol bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat | L 106 | 17 | 26.4.1975 |
►M13 Besluit nr. 1/75 Van het Gemengd Comité van 1 december 1975 | L 338 | 74 | 31.12.1975 |
►M14 Besluit nr. 2/75 Van het Gemengd Comité van 1 december 1975 | L 338 | 76 | 31.12.1975 |
►M15 Besluit nr. 1/76 Van het Gemengd Comité van 12 april 1976 | L 215 | 14 | 7.8.1976 |
►M16 Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tot wijziging van de tabellen I en II gehecht aan Protocol nr. 2 van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat | L 298 | 44 | 28.10.1976 |
►M17 Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tot wijziging van de Engelse versie van tabel II van Protocol nr. 2 van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat | L 328 | 58 | 26.11.1976 |
►M18 Besluit nr. 2/76 Van het Gemengd Comité | L 328 | 50 | 26.11.1976 |
►M19 Besluit nr. 3/76 Van het Gemengd Comité | L 328 | 56 | 26.11.1976 |
►M20 Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tot wijziging van | L 338 | 17 | 7.12.1976 |
bijlage A van Protocol nr. 1 van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat
►M21 | Besluit nr. 1/77 Van het Gemengd Comité van 14 december 1977 | L 342 | 28 | 29.12.1977 |
►M22 | Joint Committee Decision No 2/77 of 14 December 1977 | L 342 | 87 | 29.12.1977 |
►M23 | Verordening (EEG) nr. 2933/77 Van de raad van 20 december 1977 | L 342 | 27 | 29.12.1977 |
►M24 | Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling, tot wijziging van bijlage A van Protocol nr. 1 van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat | L 116 | 2 | 28.4.1978 |
►M25 | Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat | L 303 | 26 | 28.10.1978 |
►M26 | Besluit nr. 1/78 Van het Gemengd Comité van 5 december 1978 | L 376 | 20 | 30.12.1978 |
►M27 | Besluit nr. 1/80 Van het Gemengd Comité van 28 mei 1980 | L 257 | 20 | 1.10.1980 |
►M28 | Besluit nr. 2/80 Van het Gemengd Comité van 28 mei 1980 | L 257 | 41 | 1.10.1980 |
►M29 | Besluit nr. 3/80 Van het Gemengd Comité tot wijziging van Protocol nr. 3 betreffende de definitie van het begrip „produkten van oorsprong” en de methoden van administratieve samenwerking in verband met de toetreding van de Helleense Republiek tot de Gemeenschap | L 385 | 17 | 31.12.1980 |
►M30 | Besluit nr. 1/81 Van het Gemengd Comité van 1 juni 1981 | L 247 | 14 | 31.8.1981 |
►M31 | Besluit nr. 2/81 Van het Gemengd Comité van 1 juni 1981 | L 247 | 28 | 31.8.1981 |
►M32 | Besluit nr. 3/81 Van het Gemengd Comité van 1 juni 1981 | L 247 | 48 | 31.8.1981 |
►M33 | Besluit nr. 4/81 Van het Gemengd Comité van 1 juni 1981 | L 247 | 63 | 31.8.1981 |
►M34 | Besluit nr. 1/82 Van het Gemengd Comité van 17 september 1982 | L 382 | 24 | 31.12.1982 |
►M35 | Besluit nr. 2/82 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 8 december 1982 | L 385 | 68 | 31.12.1982 |
►M36 | Besluit nr. 2/82 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 8 december 1982 | L 385 | 68 | 31.12.1982 |
►M37 | Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling waarbij de tekst van Protocol nr. 3 bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat wordt gecodificeerd en gewijzigd | L 337 | 2 | 2.12.1983 |
►M38 | Overeenkomst in the form of an exchange of letters amending Table II annexed to Protocol 2 of the Agreement between the European Economic Community and the Swiss Confederation | L 323 | 313 | 11.12.1984 |
►M39 | Besluit nr. 1/85 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 21 mei 1985 | L 301 | 14 | 15.11.1985 |
►M40 | Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake de regeling van het handelsverkeer in soepen, sausen en kruiderijen | L 309 | 23 | 21.11.1985 |
►M41 | Besluit nr. 2/85 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 3 december 1985 | L 47 | 47 | 25.2.1986 |
►M42 | Besluit nr. 1/86 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 17 maart 1986 | L 134 | 27 | 21.5.1986 |
►M43 | Besluit nr. 2/86 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 28 mei 1986 | L 199 | 28 | 22.7.1986 |
►M44 | Besluit nr. 3/86 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 9 december 1986 | L 100 | 26 | 11.4.1987 |
►M45 | Besluit nr. 1/87 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 4 juni 1987 | L 236 | 12 | 20.8.1987 |
►M46 | Besluit nr. 2/87 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 23 oktober 1987 | L 388 | 39 | 31.12.1987 |
►M47 | Besluit nr. 3/87 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 14 december 1987 | L 100 | 14 | 19.4.1988 |
►M48 | Protocol Nr. 3 betreffende de definitie van het begrip „produkten van oorsprong” en de methoden van administratieve samenwerking | L 216 | 75 | 8.8.1988 |
►M49 | Besluit nr. 2/88 december 1988 | Van | het | Gemengd | Comité | EEG-Zwitserland | van | 6 | L 379 | 27 | 31.12.1988 |
►M50 | Besluit nr. 3/88 december 1988 | Van | het | Gemengd | Comité | EEG-Zwitserland | van | 6 | L 379 | 29 | 31.12.1988 |
►M51 | Besluit nr. 4/88 december 1988 | Van | het | Gemengd | Comité | EEG-Zwitserland | van | 6 | L 379 | 30 | 31.12.1988 |
►M52 | Besluit nr. 5/88 december 1988 | Van | het | Gemengd | Comité | EEG-Zwitserland | van | 6 | L 381 | 22 | 31.12.1988 |
►M53 | Besluit nr. 1/89 juni 1989 | Van | het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 26 | L 278 | 23 | 27.9.1989 | |||||
►M54 | Aanvullend protocol bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat betreffende de afschaffing van bestaande en het voorkomen van nieuwe kwantitatieve uitvoerbeperkingen of maatregelen van gelijke werking | L 295 | 29 | 13.10.1989 | |||||||
►M55 | Besluit nr. 1/90 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 2 mei 1990 | L 176 | 12 | 10.7.1990 | |||||||
►M56 | Besluit nr. 4/90 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 8 juni 1990 | L 210 | 36 | 8.8.1990 | |||||||
►M57 | Besluit nr. 1/91 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 27 september 1991 | L 311 | 17 | 12.11.1991 | |||||||
►M58 | Besluit nr. 2/91 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 27 september 1991 | L 311 | 18 | 12.11.1991 | |||||||
►M59 | Besluit nr. 3/91 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 13 december 1991 | L 42 | 45 | 18.2.1992 | |||||||
►M60 | Besluit nr. 3/92 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 18 november 1992 | L 85 | 21 | 6.4.1993 | |||||||
►M61 | Besluit nr. 1/93 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 5 april 1993 | L 283 | 37 | 18.11.1993 | |||||||
►M62 | Besluit nr. 2/93 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 28 april 1993 | L 52 | 11 | 23.2.1994 | |||||||
►M63 | Besluit nr. 3/93 Van het Gemengd Comité EEG-Zwitserland van 28 juni 1993 | L 52 | 23 | 23.2.1994 | |||||||
►M64 | Besluit nr. 1/94 Van het Gemengd Comité EG-Zwitserland van 6 april 1994 | L 204 | 150 | 6.8.1994 | |||||||
►M65 | Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat tot toevoeging van een aanvullend protocol inzake wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken bij de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat | L 169 | 77 | 27.6.1997 | |||||||
►M66 | Besluit nr. 1/96 Van het Gemengd Comité EG-Zwitserland van 19 december 1996 | L 195 | 1 | 23.7.1997 | |||||||
►M67 | Besluit nr. 1/1999 Van het Gemengd Comité EG-Zwitserland van 24 juni 1999 | L 249 | 25 | 22.9.1999 | |||||||
►M68 | Besluit nr. 2/1999 Van het Gemengd Comité EG-Zwitserland van 29 november 1999 | L 323 | 14 | 15.12.1999 | |||||||
►M69 | Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds, betreffende Protocol nr. 2 van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat | L 76 | 12 | 25.3.2000 | |||||||
►M70 | Besluit nr. 1/2000 van het Gemengd Comité EG-Zwitserland van 25 oktober 2000 | L 51 | 1 | 21.2.2001 | |||||||
►M71 | Besluit nr. 1/2001 van het Gemengd Comité EG-Zwitserland van 24 januari 2001 | L 51 | 40 | 21.2.2001 | |||||||
►M72 | Besluit nr. 801/2004 van het Gemengd Comité EG-Zwitserland van 28 april 2004 | L 352 | 18 | 27.11.2004 |
►M73 | Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse | L 23 | 19 | 26.1.2005 | |||||||
Bondsstaat tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese | |||||||||||
Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli | |||||||||||
1972, wat de bepalingen betreffende verwerkte landbouwproducten | |||||||||||
betreft | |||||||||||
►M74 | gewijzigd bij Besluit nr. 1/2014 van het Gemengd Comité EU-Zwitserland van 13 februari 2014 | L 54 | 19 | 22.2.2014 | |||||||
►M75 | Besluit nr. 2/2005 | van | het | Gemengd | Comité | EG-Zwitserland | van | 17 | L 101 | 17 | 21.4.2005 |
maart 2005 | |||||||||||
►M76 | Besluit nr. 3/2005 | van | het | Gemengd | Comité | EG-Zwitserland | van | 15 | L 45 | 1 | 15.2.2006 |
december 2005 | |||||||||||
►M77 | Besluit nr. 1/2006 | van | het | Gemengd | Comité | EG-Zwitserland | van | 31 | L 44 | 18 | 15.2.2006 |
januari 2006 | |||||||||||
►M78 | Besluit nr. 2/2006 | van | het | Gemengd | Comité | EG-Zwitserland | van | 31 | L 44 | 21 | 15.2.2006 |
januari 2006 | |||||||||||
►M79 | Besluit nr. 1/2007 | van | het | Gemengd | Comité | EG-Zwitserland | van | 31 | L 35 | 29 | 8.2.2007 |
januari 2007 | |||||||||||
►M80 | Besluit nr. 1/2008 | van | het | Gemengd | Comité | EG-Zwitserland | van | 22 | L 69 | 34 | 13.3.2008 |
februari 2008 | |||||||||||
►M81 | Besluit nr. 1/2009 | van | het | Gemengd | Comité | EG-Zwitserland | van | 14 | L 29 | 55 | 31.1.2009 |
januari 2009 | |||||||||||
►M82 | Besluit nr. 2/2009 | van | het | Gemengd | Comité | EG-Zwitserland | van | 13 | L 252 | 1 | 24.9.2009 |
juli 2009 | |||||||||||
►M83 | Besluit nr. 1/2010 | van | het | Gemengd | Comité | EU-Zwitserland | van | 28 | L 41 | 72 | 16.2.2010 |
januari 2010 | |||||||||||
►M84 | Besluit nr. 1/2011 | van | het | Gemengd | Comité | EU-Zwitserland | van | 14 | L 19 | 40 | 22.1.2011 |
januari 2011 | |||||||||||
►M85 | Besluit nr. 1/2012 | van | het | Gemengd | Comité | EU-Zwitserland | van | 15 | L 85 | 35 | 24.3.2012 |
maart 2012 | |||||||||||
►M86 | Besluit nr. 1/2013 | van | het | Gemengd | Comité | EU-Zwitserland | van | 18 | L 82 | 60 | 22.3.2013 |
maart 2013 | |||||||||||
►M87 | Besluit nr. 2/2015 van het Gemengd Comité EU-Zwitserland van 3 | L 23 | 79 | 29.1.2016 | |||||||
december 2015 |
Gerectificeerd bij:
►C1 Rectificatie PB L 33 van 10.2.2016, blz. 38 (2/2015)
▼B
▼M70
OVEREENKOMST
tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat
DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP,
enerzijds,
DE ZWITSERSE BONDSSTAAT,
anderzijds,
WENSENDE bij de uitbreiding van de Europese Economische Gemeenschap de tussen de Gemeenschap en Zwitserland bestaande economische betrekkingen te versterken en uit te breiden en een harmonische ontwikkeling van hun handel te verzekeren, met inachtneming van billijke mededingsvoorwaarden, ten einde bij te dragen tot de opbouw van Europa,
VASTBERADEN hiertoe geleidelijk de belemmeringen voor het voornaamste gedeelte van hun handelsverkeer op te heffen, zulks overeenkomstig de bepalin- gen van de Algemene Overeenkomst betreffende Tarieven en Handel inzake de totstandkoming van vrijhandelszones,
ZICH BEREID VERKLARENDE de mogelijkheid na te gaan tot het ontwikke- len en verdieper. van hun betrekkingen aan de hand van alle beoordelingsgege- vens, met name van de ontwikkeling van de Gemeenschap, wanneer het in het belang van hun economieën blijkt deze uit de breiden tot gebieden die niet onder deze Overeenkomst vallen,
HEBBEN BESLOTEN, ter verwezenlijking van deze doeleinden en overwegende dat geen det bepalingen van deze Overeenkomst zodanig kan worden uitgelegd dat de Overeenkomstsluitende Partijen daardoor worden ontslagen van de krach- tens andere internationale overeenkomsten op hen rustende verplichtingen,
DEZE OVEREENKOMST TE SLUITEN:
Artikel 1
Met deze Overeenkomst wordt beoogd:
a) de harmonische ontwikkeling van de economische betrekkingen tus- sen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bonds- staat te bevorderen door uitbreiding van het wederzijdse handelsver- keer en hierdoor in de Gemeenschap en in Zwitserland de ontplooi- ing van de economische bedrijvigheid, de verbetering van de levens- omstandigheden en arbeidsvoorwaarden, de vermeerdering van de produktiviteit en de financiële stabiliteit te bevorderen,
b) het handelsverkeer tussen de Partijen bij de Overeenkomst te ver- zekeren van billijke mededingingsvoorwaarden,
c) aldus, door opheffing van belemmeringen van het handelsverkeer, bij te dragen tot de harmonische ontwikkeling en de uitbreiding van de wereldhandel.
Artikel 2
De overeenkomst is van toepassing op producten van oorsprong uit de Gemeenschap en uit Zwitserland:
i) die vallen onder de hoofdstukken 25 tot en met 97 van het gehar- moniseerde systeem voor de omschrijving en de codering van goe- deren, met uitzondering van de in bijlage I vermelde producten;
ii) die in bijlage II zijn genoemd;
▼M70
▼B
iii) die in Protocol nr. 2 zijn genoemd, met inachtneming van de bij- zondere regels die in dit protocol zijn opgenomen.
Artikel 3
1. In het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Zwitserland wor- den geen nieuwe invoerrechten ingesteld.
2. De invoerrechten worden geleidelijk afgeschaft en wel in het vol- gende tempo:
— op 1 april 1973 wordt elk recht verlaagd tot 80 % van het basisrecht;
— de andere vier verlagingen, telkens met 20 %, vinden plaats op: 1 januari 1974,
1 januari 1975,
1 januari 1976,
1 juli 1977.
Artikel 4
1. De bepalingen die betrekking hebben op de geleidelijke afschaf- fing van de invoerrechten zijn ook van toepassing op fiscale dou- anerechten.
De Partijen bij de Overeenkomst kunnen een fiscaal douanerecht of het fiscale element van een douanerecht vervangen door een binnenlandse belasting.
2. Denemarken, Ierland ►M12 ◄ en het Verenigd
Koninkrijk kunnen tot 1 januari 1976 een fiscaal douanerecht of het fiscale element van een douanerecht handhaven in geval van toepassing van artikel 38 van de „Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden en
de aanpassing der Verdragen” ►M12 ◄.
▼M70
3. Zwitserland kan, met inachtneming van de voorwaarden van ar- tikel 18, rechten voor de in bijlage III genoemde producten die over- eenkomen met het in de invoerrechten begrepen fiscale element, tijdelijk handhaven.
▼B
Het in artikel 29 bedoelde Gemengd Comité gaat na of aan de toepas- singsvoorwaarden van de voorafgaande alinea is voldaan, met name in geval van wijziging van de hoogte van het fiscale element.
Het onderzoekt de situatie met het oog op de omzetting van deze rechten in binnenlandse belastingen vóór 1 januari 1980 of vóór enige andere datum die het Comité in verband met de omstandigheden mocht vaststellen.
Artikel 5
1. Voor elk produkt is het basisrecht waarop de in artikel 3 en in Protocol nr. 1 bedoelde achtereenvolgende verlagingen moeten worden toegepast, het recht dat op 1 januari 1972 werkelijk werd toegepast.
2. Indien na 1 januari 1972 rechten worden verlaagd ingevolge de tariefovereenkomsten die na beeindiging van de Handelsconferentie te Genève (1964/1967) zijn gesloten, komen die verlaagde rechten in de plaats van de in lid 1 bedoelde basisrechten.
3. De verlaagde rechten, berekend overeenkomstig artikel 3 en
►M12 de Protocollen nrs. 1 en 2 ◄, worden toegepast met afronding op de eerste decimaal.
Behoudens de uitvoering, door de Gemeenschap te geven aan artikel 39, lid 5, van de „Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden en de aan-
passing der Verdragen” ►M12 ◄, worden, wat de spe-
cifieke rechten of het specifieke gedeelte van de gemengde rechten van het Ierse douanetarief betreft, artikel 3 en ►M12 de Protocollen nrs. 1 en 2 ◄ toegepast met afronding op de vierde decimaal.
Artikel 6
1. In het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Zwitserland wor- den geen nieuwe heffingen van gelijke werking als invoerrechten in- gesteld.
2. De heffingen van gelijke werking als invoerrechten die in het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Zwitserland na 1 januari 1972 zijn ingesteld, worden bij de inwerkingtreding van de Overeen- komst afgeschaft.
Elke heffing van gelijke werking als een invoerrecht, die op 31 decem- ber 1972 hoger is dan die welke op 1 januari 1972 werkelijk werd toegepast, wordt bij de inwerkingtreding van de Overeenkomst tot de hoogte van laatstgenoemde heffing teruggebracht.
3. Heffingen van gelijke werking als invoerrechten worden gelei- delijk afgeschaft, en wel in het volgende tempo:
— elke heffing wordt uiterlijk 1 januari 1974 verlaagd tot 60 % van die welke op 1 januari 1972 werd toegepast;
— de andere drie verlagingen, telkens met 20 %, vinden plaats op: 1 januari 1975,
1 januari 1976,
1 juli 1977.
Artikel 7
▼M70
▼B
1. In het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Zwitserland wor- den geen uitvoerrechten noch heffingen van gelijke werking ingesteld.
De uitvoerrechten en heffingen van gelijke werking worden uiterlijk 1 januari 1974 afgeschaft.
2. De douanerechten bij uitvoer en de heffingen van gelijke werking ten aanzien van de in bijlage IV vermelde producten worden overeen- komstig de bepalingen van de genoemde bijlage ingetrokken.
Artikel 8
In Protocol nr. 1 zijn de tariefregeling en de regels voor bepaalde produkten vastgesteld.
Artikel 9
In Protocol nr. 2 zijn de tariefregeling en de regels voor bepaalde goederen, verkregen door de verwerking van landbouwprodukten, vast- gesteld.
Artikel 10
1. Indien ten gevolge van de tenuitvoerlegging van haar landbouw- beleid een specifieke regeling wordt ingesteld, of indien de bestaande regeling wordt gewijzigd, kan de betrokken Partij bij de Overeenkomst voor de betrokken produkten de regeling van de Overeenkomst aan- passen.
2. In die gevallen houdt de betrokken Partij bij de Overeenkomst naar behoren rekening met de belangen van de andere Partij. De Partijen bij de Overeenkomst kunnen daartoe in het Gemengd Comité overleg plegen.
Artikel 11
In Protocol nr. 3 zijn de regels betreffende de oorsprong vastgesteld.
Artikel 12
Een Partij bij de Overeenkomst die overweegt, het werkelijke nieveau van haar douanerechten of heffingen van gelijke werking die van toe- passing zijn op derde landen waarvoor de clausule van de meest begun- stigde natie geldt, te verlagen, of de toepassing daarvan te schorsen, stelt het Gemengd Comité, zo mogelijk, van deze verlaging of schorsing ten minste dertig dagen vóór de inwerkingtreding daarvan in kennis. Zij neemt nota van alle opmerkingen van de andere Partij met betrekking tot de distorsies die daaruit zouden kunnen voortvloeien.
▼M25
Artikel 12a
Wanneer de nomenclatuur van het douanetarief van een Partij of van beide Partijen bij de Overeenkomst ten aanzien van in de Overeenkomst genoemde produkten wordt gewijzigd, kan het Gemengd Comité, met inachtneming van het beginsel dat de uit de Overeenkomst voortvloei- ende voordelen in stand dienen te worden gehouden, de tariefnomen- clatuur van de Overeenkomst ten aanzien van de betrokken produkten aan deze wijzigingen aanpassen.
▼B
Artikel 13
1. In het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Zwitserland wor- den geen nieuwe kwantitatieve invoerbeperkingen noch maatregelen van gelijke werking ingesteld.
2. De kwantitatieve invoerbeperkingen worden per 1 januari 1973, en de maatregelen van gelijke werking als kwantitatieve invoerbeperkingen uiterlijk 1 januari 1975 afgeschaft.
▼M54
Artikel 13a
1. In het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Zwitserland wor- den geen nieuwe kwantitatieve uitvoerbeperkingen noch maatregelen van gelijke werking ingesteld.
▼M54
2. Kwantitatieve uitvoerbeperkingen en maatregelen van gelijke wer- king worden op 1 januari 1990 afgeschaft, behalve die welke op 1 januari 1989 werden toegepast op de in Protocol nr. 6 genoemde pro- dukten en overeenkomstig de bepalingen van dat Protocol worden af- geschaft.
Artikel 13b
Een partij bij de Overeenkomst die overweegt de regelingen die zij op de uitvoer naar derde landen toepast te wijzigen, stelt het Gemengd Comité zo mogelijk ten minste 30 dagen vóór de inwerkingtreding van de voorgenomen Wijziging daarvan in kennis. Zij neemt nota van de opmerkingen van de andere partij met betrekking tot de distorsies die daaruit zouden kunnen voortvloeien.
▼B
Artikel 14
▼M70
1. De Gemeenschap behoudt zich het recht voor de regeling voor aardolieproducten ingedeeld onder de posten 27.10, 27.11, ex 27.12 (met uitzondering van ozokeriet en montaanwas of turfwas) en 27.13 van het geharmoniseerde systeem inzake de omschrijving en de code- ring van goederen te wijzigen ter gelegenheid van besluiten in het kader van het gemeenschappelijke handelsbeleid ten aanzien van de betrokken goederen of bij de vaststelling van een gemeenschappelijk energiebeleid.
▼B
In dat geval houdt de Gemeenschap naar behoren rekening met de belangen van Zwitserland; zij stelt daartoe het Gemengd Comité in kennis, dat onder de voorwaarden van artikel 31 bijeenkomt.
2. Zwitserland behoudt zich het recht voor op gelijke wijze te han- delen, indien zich voor dit land vergelijkbare situaties voordoen.
3. Behoudens de leden 1 en 2 doet de Overeenkomst geen afbreuk aan de niet-tarifaire voorschriften die bij de invoer van de aardoliepro- dukten worden toegepast.
Artikel 15
1. De Partijen bij de Overeenkomst verklaren zich bereid om met inachtneming van hun landbouwbeleid de harmonische ontwikkeling te bevorderen van het handelsverkeer in landbouwprodukten waarop de Overeenkomst niet van toepassing is.
2. Op veterinair, sanitair en planteziektenkundig gebied passen de Partijen bij de Overeenkomst hun voorschriften op niet-discriminerende wijze toe en voeren zij geen nieuwe maatregelen in ten gevolge waarvan het handelsverkeer ten onrechte zou worden belemmerd.
3. De Partijen bij de Overeenkomst bestuderen onder de voorwaarden van artikel 31 de moeilijkheden die zich in hun handelsverkeer in land- bouwprodukten mochten voordoen, en trachten daarvoor oplossingen te vinden.
Artikel 16
Vanaf 1 juli 1977 mag voor produkten van oorsprong uit Zwitserland bij invoer in de Gemeenschap geen gunstiger behandeling gelden dan die tussen de Lid-Staten van de Gemeenschap onderling.
Artikel 17
De Overeenkomst vormt geen beletsel voor de handhaving of instelling van douane-unies, vrijhandelszones of regelingen voor grensverkeer, voor zover die niet ten gevolge hebben dat de in de Overeenkomst vastgestelde regeling voor het handelsverkeer, inzonderheid de bepalin- gen betreffende de regels van oorsprong, wordt gewijzigd.
Artikel 18
De Partijen bij de Overeenkomst onthouden zich van iedere maatregel of gedraging van intern fiscale aard die al dan niet rechtstreeks leidt tot discriminatie tussen de produkten van een Partij bij de Overeenkomst en de gelijksoortige produkten van oorsprong uit de andere Partij.
Voor produkten die naar het grondgebied van een van de Partijen bij de Overeenkomst worden uitgevoerd, mag geen hogere teruggave van bin- nenlandse belastingen plaatsvinden dan de direct of indirect daarop geheven belastingen.
Artikel 19
Betalingen die betrekking hebben op het goederenverkeer, alsmede de overmaking van de desbetreffende bedragen naar de Lid-Staat van de Gemeenschap waar de schuldeiser is gevestigd, dan wel naar Zwitser- land, zijn aan geen enkele beperking onderworpen.
De Partijen bij de Overeenkomst passen geen devie-zenbeperkingen of administratieve beperkingen toe aangaande de verlening, de terugbeta- ling en de aanvaarding van kredieten op korte en middellange termijn, die verband houden met handelstransacties waarbij een ingezetene be- trokken is.
Artikel 20
De Overeenkomst vormt geen beletsel voor verboden of beperkingen van invoer, uitvoer of doorvoer, die gerechtvaardigd zijn uit hoofde van de bescherming van de openbare zedelijkheid, de openbare orde, de openbare veiligheid, de gezondheid en het leven van personen en dieren of het behoud van planten, van de bescherming van het nationaal artis- tiek, historisch en archeologisch bezit of uit hoofde van de bescherming van de industriële en commerciële eigendom, noch voor regelingen op het gebied van goud en zilver. Deze verboden of beperkingen mogen echter geen middel tot willekeurige discriminatie noch een verkapte beperking van de handel tussen de Partijen bij de Overeenkomst vor- men.
Artikel 21
Geen enkele bepaling van de Overeenkomst belet een Partij bij de Overeenkomst maatregelen te treffen:
a) die zij nodig acht ter voorkoming van verspreiding van inlichtingen die indruist tegen de essentiële belangen op het gebied van haar veiligheid;
b) die betrekking hebben op de handel in wapens, munitie of oorlogs- materiaal, of op het onderzoek, de ontwikkeling of de produktie die onontbeerlijk zijn voor defensieve doeleinden, mits deze maatregelen de mededingingsvoorwaarden met betrekking tot produkten die niet voor specifiek militaire doeleinden zijn bestemd, niet nadelig beïn- vloeden;
c) die zij van essentieel belang acht voor haar veiligheid in oorlogstijd of bij ernstige internationale spanningen.
Artikel 22
1. De Partijen bij de Overeenkomst treffen geen maatregelen die de verwezenlijking van de doeleinden van de Overeenkomst in gevaar kunnen brengen.
2. Zij treffen alle algemene of bijzondere maatregelen waarmee de nakoming van de verplichtingen van de Overeenkomst kan worden gewaarborgd.
Indien een Partij bij de Overeenkomst van mening is dat de andere Partij een verplichting van de Overeenkomst niet is nagekomen, kan zij passende maatregelen nemen overeenkomstig de voorwaarden en procedures van artikel 27.
Artikel 23
1. Onverenigbaar met de goede werking van de Overeenkomst zijn, voor zover daardoor het handelsverkeer tussen de Gemeenschap en Zwitserland kan worden beïnvloed:
i) alle overeenkomsten tussen ondernemingen, alle besluiten van on- dernemersverenigingen en alle onderling afgestemde feitelijke ge- dragingen welke ertoe strekken of ten gevolge hebben dat de me- dedinging met betrekking tot de produktie en het goederenverkeer wordt verhinderd, beperkt of vervalst;
ii) het misbruik maken door een of meer ondernemingen van een machtspositie op het geheel van de grondgebieden van de Partijen bij de Overeenkomst of op een wezenlijk deel daarvan;
iii) alle steunmaatregelen van de overheid die de mededinging door begunstiging van bepaalde ondernemingen of bepaalde produkties vervalsen of dreigen te vervalsen.
2. Indien een Partij bij de Overeenkomst van mening is dat een bepaalde gedraging onverenigbaar is met dit artikel, kan zij passende maatregelen nemen overeenkomstig de voorwaarden en procedures van artikel 27.
Artikel 24
Wanneer de toename van de invoer van een bepaald produkt ernstig nadeel berokkent of dreigt te berokkenen aan een op het grondgebied van een der Partijen bij de Overeenkomst uitgeoefende produk-tieve bedrijvigheid, en indien deze toename te wijten is aan
— de in de Overeenkomst bedoelde gedeeltelijke of algehele verlaging van de douanerechten en heffingen van gelijke werking op dit pro- dukt, in de invoerende Partij bij de Overeenkomst,
— en het feit dat de rechten en heffingen van gelijke werking die door de uitvoerende Partij bij de Overeenkomst worden geheven bij in- voer van grondstoffen of halffabrikaten die voor de vervaardiging van het betrokken produkt worden gebruikt, aanzienlijk lager zijn dan de door de invoerende Partij geheven overeenkomstige rechten en belastingen,
kan de betrokken Partij passende maatregelen nemen overeenkom- stig de voorwaarden en procedures van artikel 27.
Article 24a
Wanneer de inachtneming van de bepalingen van de artikelen 7 en 13 A leidt tot:
1. wederuitvoer naar een derde land ten aanzien waarvan de uitvoe- rende partij bij de Overeenkomst voor het betrokken produkt kwan- titatieve uitvoerbeperkingen, uitvoerrechten of maatregelen van ge- lijke werking toepast, of tot
2. een ernstig tekort, of de dreiging van een ernstig tekort, aan een produkt dat voor de uitvoerende partij bij de Overeenkomst van essentieel belang is,
en wanneer bovenbedoelde situaties ernstige moeilijkheden voor de uitvoerende partij bij de Overeenkomst veroorzaken of dreigen te ver- oorzaken, mag die partij onder de voorwaarden en overeenkomstig de procedures van artikel 27 passende maatregelen nemen.
▼B
Artikel 25
Indien een der Partijen bij de Overeenkomst vaststelt dat in haar be- trekkingen met de andere Partij dumping wordt toegepast, kan zij, over- eenkomstig de Overeenkomst inzake de toepassing van artikel VI van de Algemene Overeenkomst betreffende Tarieven en Handel, passende maatregelen daartegen nemen overeenkomstig de voorwaarden en pro- cedures van artikel 27.
Artikel 26
In geval van ernstige verstoringen in een sector van het bedrijfsleven of van moeilijkheden die tot uiting kunnen komen in een ernstige verslech- tering van de economische situatie in een gebied, kan de betrokken Partij bij de Overeenkomst passende maatregelen nemen overeenkom- stig de voorwaarden en procedures van artikel 27.
▼M54
Artikel 27
1. Indien een partij bij de Overeenkomst de invoer of de uitvoer van produkten die dein de artikelen 24, 24A en 26 bedoelde moeilijkheden kan veroorzaken, onderwerpt aan een administratieve procedure die ten doel heeft snel inlichtingen omtrent de ontwikkeling van de handels- stromen te verstrekken, stelt zij de andere partij hiervan in kennis
2. De betrokken partij bij de Overeenkomst dient, in de gevallen bedoeld in de artikelen 22 tot en met 26, alvorens de daarin vermelde maatregelen te nemen, dan wel in de gevallen bedoeld in lid 3, onder e), zo spoedig mogelijk, het Gemengd Comité alle nodige gegevens voor een diepgaand onderzoek van de situatie te verstrekken, ten einde een voor de partijen bij de Overeenkomst aanvaardbare oplossing te zoeken. Bij voorrang dienen maatregelen te worden gekozen die de werking van de Overeenkomst zo weinig mogelijk verstoren.
De vrijwaringsmaatregelen worden onverwijld ter kennis gebracht van het Gemengd Comité, dat hierover periodiek overleg pleegt, in het bij- zonder met het oog op de opheffing daarvan zodra de omstandigheden zulks toelaten.
3. Voor de tenuitvoerlegging van lid 2 zijn de onder staande bepa- lingen van toepassing:
a) Wat betreft artikel 23, kan elke partij bij de Overeenkomst zich wenden tot het Gemengd Comité, indien zij van mening is dat een bepaalde handelwijze onverenigbaar is met de goede werking van de Overeenkomst in de zin van artikel 23, lid 1.
De partijen bij de Overeenkomst brengen alle dienstige inlichtingen ter kennis van het Gemengd Comité en verlenen dit Comité de nodige bijstand met het oog op de bestudering van het dossier en eventueel de opheffing van de aangevochten handelwijze.
Indien de betrokken partij bij de Overeenkomst binnen de door het Gemengd Comité vastgestelde termijn geen einde heeft gemaakt aan de aangevochten handelwijze, of indien in dit Comité binnen drie maanden vanaf de dag waarop het op de hoogte is gesteld, geen overeenstemming is bereikt, kan de betrokken partij de vrijwarings- maatregelen nemen die zij nodig acht om de door de bedoelde han- delwijze ontstane ernstige moeilijkheden te verhelpen, en met name tot intrekking van tariefconcessies overgaan.
b) Wat betreft artikel 24, worden de moeilijkheden veroorzaakt door de in dat artikel bedoelde situatie voor onderzoek ter kennis gebracht van het Gemengd Comité, dat elk dienstig besluit kan nemen om daaraan een einde te maken.
Indien het Gemengd Comité of de uitvoerende partij bij de Over- eenkomst binnen een termijn van 30 dagen na de kennisgeving geen besluit heeft genomen waardoor een einde aan de moeilijkheden wordt gemaakt, is de invoerende partij gerechtigd een compense- rende heffing op het ingevoerde produkt toe te passen.
Deze compenserende heffing wordt berekend naar gelang van de invloed van de voor de verwerkte grondstoffen of halffabrikaten geconstateerde tariefverschillen op de waarde van de betrokken goe- deren.
c) Wat betreft artikel 24 A, worden de moeilijkheden veroorzaakt door de in dat artikel bedoelde situaties voor onderzoek ter kennis ge- bracht van het Gemengd Comité. Wat betreft artikel 24 A, onder ii), dient de dreiging van een tekort naar behoren te worden gestaafd door passende hoeveelheids- en prijsindicatoren.
Het Gemengd Comité kan elk besluit nemen dat dienstig is om een einde aan de moeilijkheden te maken. Indien het Gemengd Comité binnen een termijn van 30 dagen na de kennisgeving geen besluit heeft genomen, is de uitvoerende partij bij de Overeenkomst gerech- tigd tijdelijk passende maatregelen op de uitvoer van het betrokken produkt toe te passen.
d) Wat betreft artikel 25, vindt overleg in het Gemengd Comité plaats alvorens de betrokken partij bij de Overeenkomst de passende maat- regelen neemt.
e) Indien uitzonderlijke omstandigheden die een onmiddellijk ingrijpen vereisen een voorafgaand onderzoek uitsluiten, kan de betrokken partij bij de Overeenkomst in de situatie bedoeld in de artikelen 24, 24 A, 25 en 26 alsmede in gevallen van steunmaatregelen bij uitvoer die een rechtstreekse en onmiddellijke invloed op het han- delsverkeer hebben, onverwijld de strikt noodzakelijke beschermende maatregelen nemen om de situatie te verhelpen.
Artikel 28
Indien zich met betrekking tot de betalingsbalans van een of meer Lid- Staten van de Gemeenschap of tot die van Zwitserland moeilijkheden voordoen of hiervoor ernstig gevaar bestaat, kan de betrokken Partij bij de Overeenkomst de noodzakelijke vrij-waringsmaatregelen treffen. Zij geeft hiervan onverwijld kennis aan de andere Partij.
Artikel 29
1. Er wordt een Gemengd Comité ingesteld, dat belast is met het beheer van de Overeenkomst en dat toeziet op de juiste uitvoering daarvan. Het Comité doet hiertoe aanbevelingen. Het neemt besluiten in de gevallen, bedoeld in de Overeenkomst. Deze besluiten worden door de Partijen bij de Overeenkomst volgens hun eigen voorschriften uitgevoerd.
2. Met het oog op de juiste uitvoering van de Overeenkomst wisselen de Partijen bij de Overeenkomst gegevens uit en plegen zij, indien één hunner daarom verzoekt, overleg in het Gemengd Comité.
3. Het Gemengd Comité stelt zijn reglement van orde vast.
Artikel 30
1. Het Gemengd Comité bestaat uit vertegenwoordigers van de Ge- meenschap, enerzijds, en vertegenwoordigers van Zwitserland, ander- zijds.
2. Het Gemengd Comité spreekt zich uit in onder-linge overeenstem- ming.
Artikel 31
1. Het voorzitterschap van het Gemengd Comité wordt bij toerbeurt door de Partijen bij de Overeenkomst waargenomen, volgens in zijn reglement van orde vast te leggen regels.
2. Het Gemengd Comité komt ten minste eenmaal per jaar op initia- tief van zijn voorzitter bijeen om de algemene werking van de Over- eenkomst te bestuderen.
Bovendien komt het telkens bijeen wanneer een bijzondere aanleiding zulks vereist, op verzoek van een der Partijen bij de Overeenkomst, en wel onder in het reglement van orde vast te stellen voorwaarden.
3. Het Gemengd Comité kan besluiten tot oprichting van iedere werkgroep die het in de vervulling van zijn taak kan bijstaan.
Artikel 32
1. Wanneer een Partij bij de Overeenkomst van mening is dat het in het belang van de economieën van de beide Partijen bij de Overeen- komst is, de bij de Overeenkomst tot stand gebrachte betrekkingen uit te breiden tot gebieden die niet onder de Overeenkomst vallen, legt zij aan de andere Partij een met redenen omkleed verzoek voor.
De Partijen bij de Overeenkomst kunnen de bestudering van dit verzoek en de eventuele formulering van aanbevelingen met het oog op het aanknopen van onderhandelingen aan het Gemengd Comité opdragen.
2. De overeenkomsten waartoe de in lid 1 bedoelde onderhandelin- gen leiden, worden onderworpen aan bekrachtiging of goedkeuring door de Partijen bij de Overeenkomst, en wel overeenkomstig hun eigen procedures.
Artikel 33
De bijlagen en de Protocollen bij de Overeenkomst maken daarvan een integrerend deel uit.
Artikel 34
Elke Partij bij de Overeenkomst kan de Overeenkomst door kennisge- ving aan de andere Partij opzeggen. De Overeenkomst houdt twaalf maanden na de datum van die kennisgeving op van kracht te zijn.
Artikel 35
De Overeenkomst is van toepassing op de grondgebieden waar het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap onder de daarin vermelde voorwaarden geldt, enerzijds, en op het grondgebied van de Zwitserse Bondsstaat anderzijds.
Artikel 36
Deze Overeenkomst is opgesteld in twee exemplaren in de Deense, de Duitse, de Engelse, de Franse, ►M12 de Italiaanse en de Nederlandse ◄ taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.
Deze Overeenkomst wordt door de Partijen bij de Overeenkomst goed- gekeurd volgens hun eigen procedures.
Zij treedt in werking op 1 januari 1973, mits de Partijen bij de Over- eenkomst elkaar vóór die datum kennis hebben gegeven van de vol- tooiing van de daartoe vereiste procedures.
Na die datum treedt deze Overeenkomst in werking op de eerste dag van de tweede maand volgende op deze kennisgeving. De uiterste da- tum voor deze kennisgeving is 30 november 1973.
De op 1 april 1973 geldende bepalingen worden toegepast bij de in- werkingtreding van deze Overeenkomst, indien deze na die datum plaatsheeft.
Udfærdiget i Bruxelles, den toogtyvende juli nitten hundrede og toog- halvfjerds.
Geschehen zu Brüssel am zweiundzwanzigsten Juli neunzehnhundert- zweiundsiebzig.
Done at Brussels on this twenty-second day of July in the year one thousand nine hundred and seventy-two.
Fait à Bruxelles, le vingt-deux juillet mil neuf cent soixante-douze. Fatto a Bruxelles, il ventidue luglio millenovecentosettantadue.
▼M12
Gedaan te Brussel, de tweeëntwintigste juli negentienhonderdtweeënze- ventig.
▼M12
På Rådet for De europæiske Fællesskabers vegne
Im Namen des Rates der Europäischen Gemeinschaften
In the name of the Council of the European Communities Au nom du Conseil des Communautés européennes
A nome del Consiglio delle Comunità europee Namens de Raad van de Europese Gemeenschappen
▼B
Für die Schwiezerische Eidenossenschaft Pour la Confédération Suisse
Per la Confederazione svizzera
▼M73
BIJLAGE 1
Lijst van de in artikel 2, onder i), van de Overeenkomst bedoelde producten:
GS-code | Omschrijving |
2905 43 2905 44 3501 3501 10 ex 3501 90 3502 3502 11 3502 19 3502 20 3505 3809 3809 10 3823 3823 11 3823 12 3823 19 3823 70 3824 60 5301 5302 | – – Mannitol – – D-glucitol (sorbitol) Caseïne, caseïnaten en andere derivaten van caseïne; lijm van caseïne: – caseïne – andere: – andere dan lijm van caseïne Albuminen (daaronder begrepen concentraten van twee of meer weiproteïnen, bevattende meer dan 80 gewichtspercen- ten weiproteïnen, berekend op de droge stof), albuminaten en andere derivaten van albuminen: – ovoalbumine: – – gedroogd – – andere – lactoalbumine, concentraten van twee of meer weiproteïnen daaronder begrepen Dextrine en ander gewijzigd zetmeel (bijvoorbeeld voorgege- latineerd of veresterd zetmeel); lijm op basis van zetmeel, van dextrine of van ander gewijzigd zetmeel Appreteermiddelen, middelen voor het versnellen van het verfproces of van het fixeren van kleurstoffen, alsmede an- dere producten en preparaten (bijvoorbeeld preparaten voor het beitsen), van de soort gebruikt in de textielindustrie, in de papierindustrie, in de lederindustrie of in dergelijke indu- strieën, elders genoemd noch elders onder begrepen: – op basis van zetmeel of van zetmeelhoudende stoffen Industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils; industriële vetalcoholen: – industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils: – – stearinezuur – – oliezuur – – andere – industriële vetalcoholen – sorbitol, andere dan die bedoeld bij onderverdeling 2905 44 Vlas, ruw of bewerkt, doch niet gesponnen; werk en afval (afval van garen en rafelingen daaronder begrepen), van vlas Hennep (Cannabis sativa L.) ruw of bewerkt, doch niet ge- sponnen; werk en afval (afval van xxxxx en rafelingen daar- onder begrepen), van hennep |
De in artikel 2, onder ii), van de overeenkomst bedoelde producten
GS-code
Omschrijving
1302.
Plantensappen en plantenextracten; pectinestoffen, pectinaten en pectaten; agar-agar en andere uit plantaardige producten verkre- gen plantenslijmen en bindmiddelen, ook indien gewijzigd:
— plantensappen en plantenextracten:
ex 1302.19 — — andere:
— — — vanille-oleohars
1404.
Plantaardige producten, elders genoemd noch elders onder be- grepen:
1404.20 — katoenlinters
1516.
Dierlijke en plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daar- van, geheel of gedeeltelijk gehydrogeneerd, veresterd, opnieuw veresterd of geëlaïdiniseerd, ook indien geraffineerd, doch niet verder bereid:
ex 1516.20 — plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan:
— gehydrogeneerde ricinusolie, zogenaamde „opal wax”
ex 1518.
Standolie en andere dierlijke of plantaardige oliën, alsmede frac- ties daarvan, gekookt, geoxideerd, gedehydreerd, gezwaveld, ge- blazen of op andere wijze chemisch gewijzigd, andere dan die bedoeld bij post 1516; mengsels en bereidingen van dierlijke of plantaardige vetten of oliën of van fracties van verschillende vetten en oliën bedoeld bij dit hoofdstuk, niet geschikt voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder be- grepen: linoxyne
De in artikel 4 van de overeenkomst bedoelde producten
Zwitserland heeft met ingang van 1 januari 1997 het fiscaal element dat begrepen was in de douanerechten bij invoer voor de in bijlage II van de overeenkomst van 1972 genoemde producten in een intern recht omgezet, zodat deze bijlage wordt ingetrokken.
▼M70
▼M54
BIJLAGE IV
Lijst van de in artikel 7 van de Overeenkomst bedoelde produkten
De douanerechten die Zwitserland op de uitvoer van de hierna genoemde pro- dukten naar de Gemeenschap toepast, worden overeenkomstig onderstaand tijd- schema afgeschaft.
Geharmoniseerd systeem Post | Omschrijving | Datum van afschaffing |
ex 26.20 | Assen en residuen, hoofdzakelijk | 1. 1. 1993 |
aluminium bevattend | ||
74.04 | Resten en afval van koper | 1. 1. 1993 |
76.02 | Resten en afval van aluminium | 1.1. 1993 |
▼B
PROTOCOL nr. 1
betreffende de regeling voor bepaalde produkten
AFDELING A
REGELING VOOR DE INVOER IN DE GEMEENSCHAP VAN BEPAALDE PRODUKTEN VAN OORSPRONG UIT ZWITSERLAND
Artikel 1
▼M25
1. De douanerechten bij invoer in de Gemeenschap in haar oorspron- kelijke samenstelling van produkten die onder de hoofdstukken 48 en 49 van het gemeenschappelijk douanetarief vallen, worden geleidelijk afgeschaft overeenkomstig het hierna volgende tijdschema:
Tijdschema | Produkten die vallen onder de ta- riefposten 48.01 C 11, 48.01 F, 48.07 C, 48.13 en 48.15 B Toe te passen percentages van de rechten | Andere produkten Toe te passen percen- tages van de basis- rechten |
1 januari 1978 | 8 | 65 |
1 januari 1979 | 6 | 50 |
1 januari 1980 | 6 | 50 |
1 januari 1981 | 4 | 35 |
1 januari 1982 | 4 | 35 |
1 januari 1983 | 2 | 20 |
1 januari 1984 | 0 | 0 |
2. De douanerechten bij invoer in Ierland van de in lid 1 bedoelde produkten worden geleidelijk afgeschaft overeenkomstig het hierna vol- gende tijdschema:
Tijdschema | Toe te passen percentages van de basisrechten |
1 januari 1978 | 20 |
1 januari 1979 | 15 |
1 januari 1980 | 15 |
1 januari 1981 | 10 |
1 januari 1982 | 10 |
1 januari 1983 | 5 |
1 januari 1984 | 0 |
3. In afwijking van artikel 3 van de Overeenkomst passen Denemarken en het Verenigd Koninkrijk bij invoer van de in lid 1 bedoelde produkten van oorsprong uit Zwitserland de onderstaande douanerechten toe:
Tijdschema | Produkten die vallen onder de ta- riefposten 48.01 C II, 48.01 F, 48.07 C, 48.13 en 48.15 B Toe te passen percentages van de rechten | Andere produkten Toe te passen percen- tages van de rechten van het gemeen- schappelijk douaneta- rief |
1 januari 1978 | 8 | 65 |
1 januari 1979 | 6 | 50 |
1 januari 1980 | 6 | 50 |
▼M25
Tijdschema | Produkten die vallen onder de ta- riefposten 48.01 C II, 48.01 F, 48.07 C, 48.13 en 48.15 B Toe te passen percentages van de rechten | Andere produkten Toe te passen percen- tages van de rechten van het gemeen- schappelijk douaneta- rief |
1 januari 1981 | 4 | 35 |
1 januari 1982 | 4 | 35 |
1 januari 1983 | 2 | 20 |
1 januari 1984 | 0 | 0 |
▼B
4. Van 1 januari 1974 tot en met 31 december 1983 kunnen De-
nemarken ►M12 ◄ en het Verenigd Koninkrijk jaarlijks
voor de invoer van produkten die van oorsprong uit Zwitserland zijn tariefcontingenten met vrijdom van recht openen, waarvan de omvang, die in bijlage A is vermeld voor 1974, gelijk is aan het gemiddelde van de invoer in de jaren 1968 tot en met 1971, cumulatief verhoogd met vier maal 5 %; vanaf 1 januari 1975 wordt de omvang van deze tarief- contingenten jaarlijks verhoogd met 5 %.
5. Met de uitdrukking „de Gemeenschap in haar oorspronkelijke sa- menstelling” wordt bedoeld: het Koninkrijk België, de Bondsrepubliek Duitsland, de Franse Republiek, de Italiaanse Republiek, het Groother- togdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden.
Artikel 2
1. De douanerechten bij invoer in de Gemeenschap in haar oorspron- kelijke samenstelling of in Ierland van de in lid 2 genoemde produkten worden geleidelijk, in onderstaand tempo, tot de hieronder genoemde niveaus teruggebracht:
Tijdschema | Toe te passen percentages van de basisrechten |
1 april 1973 | 95 90 85 75 60 40 met een maximumheffing van 3 % ad valo- rem (met uitzondering van de onderverdelin- gen 78.01 A II en 79.01 A) 20 0 |
1 januari 1974 | |
1 januari 1975 | |
1 januari 1976 | |
1 januari 1977 | |
1 januari 1978 | |
1 januari 1979 | |
1 januari 1980 |
Voor de in de tabel van lid 2 vermelde onderverdelingen 78.01 A II en
79.01 A vinden de tariefverlagingen ten aanzien van de Gemeenschap in haar oorspronkelijke samenstelling in afwijking van artikel 5, lid 3, van de Overeenkomst plaats met afronding op de tweede decimaal.
2. De in lid 1 bedoelde produkten zijn:
Nr. van het gemeenschap- pelijk douanetarief | Omschrijving |
ex 73.02 | Ferrolegeringen: met uitzondering van ferronikkel en onder het E.G.K.S.-Verdrag vallende produkten Ruw aluminium; resten en afvallen, van alumini- um: A. ruw aluminium Ruw lood (ook indien zilverhoudend); resten en afvallen, van lood: A. ruw lood: II. ander Ruw zink; resten en afvallen, van zink: A. xxx xxxx Xxxxxxx, ruw of bewerkt Molybdeen, ruw of bewerkt Tantalium, ruw of bewerkt Andere onedele metalen, ruw of bewerkt; cermets, ruw of bewerkt: B. Cadmium C. Kobalt: II. bewerkt ►M25 D. Chroom: I. ruw; resten en afvallen: b) ander II. bewerkt ◄ E. Germanium F. Hafnium (celtium) G. Xxxxxxx X. Niobium (columbium) IJ. Antimonium K. Titanium L. Vanadium M. Uranium waaruit U 235 is afgescheiden 0. Zirkonium P. Renium Q. Gallium, indium, thallium R. Cermets |
76.01 | |
78.01 | |
79.01 | |
81.01 | |
81.02 | |
81.03 | |
81.04 |
Artikel 3
Invoer van produkten waarop de tariefregeling als vermeld in de arti- kelen 1 en 2 van toepassing is, met uitzondering van ruw lood ander dan werklood van onderverdeling 78.01 A II van het gemeenschappelijk douanetarief, is onderworpen aan jaarlijkse indicatieve maxima waar- boven de ten opzichte van derde landen geldende douanerechten op- nieuw kunnen worden ingesteld overeenkomstig de volgende bepalin- gen:
a) Met inachtneming van de mogelijkheid voor de Gemeenschap om de toepassing van de maxima voor bepaalde produkten op te schorten, worden de voor 1973 vastgestelde maxima vermeld in bijlage B. Bij de berekening van deze maxima wordt ervan uitgegaan dat de Ge- meenschap in haar oorspronkelijke samenstelling en Ierland de eerste tariefverlaging op 1 april 1973 verrichten. Voor 1974 komen de maxima overeen met die van 1973, op jaarbasis aangepast voor de Gemeenschap en verhoogd met 5 %. Met ingang van 1 januari 1975 worden de maxima jaarlijks verhoogd met 5 %.
De Gemeenschap behoudt zich ten aanzien van de onder dit Protocol vallende produkten die niet in bijlage B zijn vermeld, de mogelijk- heid voor om maxima in te stellen waarvan de omvang gelijk zal zijn aan het gemiddelde van de invoer in de Gemeenschap gedurende de laatste vier jaren waarover statistieken beschikbaar zijn, verhoogd met 5 %; de volgende jaren worden deze maxima jaarlijks verhoogd met 5 %.
b) Indien de invoer van een produkt waarvoor een maximum geldt twee achtereenvolgende jaren minder bedraagt dan 90 % van de vast- gestelde omvang, schort de Gemeenschap de toepassing van dit maximum op.
c) In geval van conjuncturele moeilijkheden behoudt de Gemeenschap zich de mogelijkheid voor om na overleg in het Gemengd Comité de voor het lopende jaar vastgestelde omvang nog een jaar aan te houden.
d) De Gemeenschap stelt het Gemengd Comité op 1 december van elk jaar in kennis van de lijst van de produkten waarvoor het volgende jaar maxima gelden, alsmede van de omvang daarvan.
e) Invoer die heeft plaatsgevonden in het kader van de overeenkomstig artikel 1, lid 4, geopende tariefcontingenten wordt eveneens in min- dering gebracht op de voor dezelfde produkten vastgestelde maxima.
f) In afwijking van artikel 3 van de Overeenkomst en van de artikelen 1 en 2 van dit Protocol kan, zodra een maximum is bereikt dat voor de invoer van een onder genoemd Protocol vallend produkt is vast- gesteld, de heffing van de rechten van het gemeenschappelijk dou- anetarief bij invoer van het betrokken produkt tot het einde van het kalenderjaar opnieuw worden ingesteld.
In dat geval:
— herstellen Denemarken ►M12 ◄ en het Verenigd
Koninkrijk vóór 1 juli 1977 de heffing van de onderstaande douanerechten:
Jaar | Toe te passen percentages van de rechten van het ge- meenschappelijk douanetarief |
1973 | 0 |
1974 | 40 |
1975 | 60 |
1976 | 80 |
— herstelt Ierland vóór 1 juli 1977 de heffing van de voor derde landen geldende rechten.
De uit de artikelen 1 en 2 van dit Protocol voortvloeiende dou- anerechten worden telkens op 1 januari van het volgende jaar op- nieuw ingesteld.
g) Na 1 juli 1977 gaan de Partijen bij de Overeenkomst in het Ge- mengd Comité de mogelijkheid na om het percentage van de ver- hoging van de maxima te herzien, waarbij rekening wordt gehouden met de ontwikkeling van het verbruik en van de invoer in de Ge- meenschap, alsmede met de bij de toepassing van dit artikel opge- dane ervaring.
h) De maxima worden afgeschaft na afloop van de perioden voor de geleidelijke tariefafbraak als bedoeld in de artikelen 1 en 2 van dit Protocol.
Artikel 4
1. Tot en met 31 december 1975 handhaaft de Gemeenschap in haar oorspronkelijke samenstelling een minimumheffing van de douanerech- ten bij invoer van de volgende produkten:
Nr. van het gemeenschap- pelijk dou- anetarief | Omschrijving | Gehand- haafde mi- nimumhef- fing |
91.01 | Zakhorloges, polshorloges en dergelijke, stophorlo- ges daaronder begrepen Horlogeuurwerken, volledig gemonteerd: A. met van een spiraalveer voorziene onrust Andere delen en onderdelen, voor de uurwerkmake- rij: C. Horlogeuurwerken, niet volledig gemonteerd: I. met van een spiraalveer voorziene onrust | 0,35 R.E. per stuk |
91.07 | 0,28 R.E. per stuk | |
91.11 | 0,28 R.E. per stuk |
2. De in lid 1 bedoelde douanerechten worden in twee gelijke ge- deelten afgeschaft, en wel op 1 januari 1976 en op 1 juli 1977. In afwijking van artikel 5, lid 3, van de Overeenkomst worden de aldus verlaagde rechten toegepast met afronding op de tweede decimaal.
3. De Overeenkomst is van toepassing op de produkten van hoofd- stuk 91 van de Naamlijst van Brussel, voor zover Zwitserland de op 20 juli 1972 te Brussel ondertekende Aanvullende Overeenkomst op de
„Overeenkomst betreffende produkten van de uurwerkindustrie, tussen de Europese Economische Gemeenschap alsmede haar Lid-Staten en de Zwitserse Confederatie”, van 1967, toepast.
De in de Aanvullende Overeenkomst vastgestelde verplichtingen wor- den beschouwd als verplichtingen in de zin van artikel 22 van de onder- havige Overeenkomst.
AFDELING B
REGELING VOOR DE INVOER IN ZWITSERLAND VAN BEPAALDE PRODUKTEN VAN OORSPRONG UIT DE GEMEENSCHAP
Artikel 5
▼M25
1. Met ingang van 1 januari 1978 worden de douanerechten bij in- voer in Zwitserland van de in bijlage C van dit Protocol genoemde produkten die van oorsprong zijn uit de Gemeenschap in haar oorspron- kelijke samenstelling of uit Ierland geleidelijk opgeheven volgens het onderstaande tijdschema:
Tijdschema | Toe te passen percentages van de basisrechten |
1 januari 1978 | 65 |
1 januari 1979 | 50 |
1 januari 1980 | 50 |
1 januari 1981 | 35 |
1 januari 1982 | 35 |
1 januari 1983 | 20 |
1 januari 1984 | 0 |
2. De douanerechten bij invoer in Zwitserland van de onder post 4418 van de nomenclatuur van de Internationale Douaneraad vallende produkten die van oorsprong zijn uit de Gemeenschap in haar oorspron- kelijke samenstelling of uit Ierland, worden geleidelijk opgeheven vol- gens het onderstaande tijdschema:
Tijdschema | Toe te passen percentages van de basisrechten |
1 januari 1978 | 65 |
1 januari 1979 | 50 |
1 januari 1980 | 40 |
1 januari 1981 | 20 |
1 januari 1982 | 0 |
3. Met ingang van 1 januari 1978 behoudt Zwitserland, in afwijking van artikel 3 van de Overeenkomst, zich het recht voor, op grond van economische vereisten en administratieve overwegingen, bij invoer van de in bijlage C genoemde produkten die van oorsprong zijn uit Dene- marken of het Verenigd Koninkrijk de volgende douanerechten toe te passen:
Tijdschema | Toe te passen percentages van de basisrechten |
1 januari 1978 | 65 |
1 januari 1979 | 50 |
1 januari 1980 | 50 |
1 januari 1981 | 35 |
1 januari 1982 | 35 |
1 januari 1983 | 20 |
1 januari 1984 | 0 |
Artikel 6
▼M25
Voor de produkten van de posten 4418, 4801 en 4807 van de nomen- clatuur van de Internationale Douaneraad behoudt Zwitserland zich de mogelijkheid voor om in geval van ernstige moeilijkheden indicatieve maxima in te stellen volgens de in artikel 3 van dit Protocol vastgestelde regels. Bij invoer boven deze maxima kunnen daarvoor opnieuw dou- anerechten worden ingesteld die niet hoger zijn dan die welke ten opzichte van derde landen gelden.
BIJLAGE A
Lijst van tariefcontingenten voor 1974
DENEMARKEN►M12 ◄, VERENIGD KONINKRIJK
Nr. van het gemeen- schappelijk douaneta- rief | Omschrijving | Omvang | (in | tonnen) | |
Dene- mar- ken | ►M12 | ◄ | Verenigd Koninkrijk | ||
Hoofdstuk 48 | PAPIER EN KARTON; CELLULOSE-, PAPIER- | ||||
EN KARTONWAREN | |||||
►M25 48.01 ◄ | ►M25 Papier en karton, celluosewatten daaronder | ||||
begrepen, op rollen of in bladen: ◄ | |||||
C. Kraftpapier en kraftkarton: | |||||
ex II. ander, met uitzondering van kraftpapier | |||||
en kraftkarton voor bedekking, de zo- | |||||
genaamde „kraftliner”, en kraftpapier | |||||
voor zakken met een grote inhoud | — | ►M12 | ◄ | 145 | |
►M25 ex F. ander: ◄ | |||||
►M25 — Bijbelpapier, doorslag- | |||||
papier; ander druk- en | |||||
schrijfpapier, geen of | |||||
niet meer dan 5 ge- | |||||
wichtspercenten hout- | |||||
slijp bevattend ◄ | — | ►M12 | ◄ | 202 | |
►M25 — Grondpapier voor be- | |||||
hangselpapier ◄ | — | ►M12 | ◄ | 244 | |
48.03 | Perkamentpapier en perkamentkarton, alsmede imi- | ||||
taties daarvan, zogenaamd kristalpapier daaronder begrepen, op rollen of in bladen | ►M12 | ◄ | 126 | ||
►M25 48.07 ◄ | ►M25 Papier en karton, gestreken, voorzien van | ||||
een deklaag, geimpregneerd of aan het oppervlak | |||||
gekleurd (gemarmerd, geïndïenneerd en dergelijk) | |||||
of bedrukt (ander dan papier en karton bedoeld | |||||
bij een der posten van Hoofdstuk 49), op rollen | |||||
of in bladen: ◄ | |||||
►M25 C. ander: ◄ | |||||
►M25 — gestreken druk- of | |||||
schrijfpapier ◄ | |||||
— | ►M12 | ◄ | 152 | ||
►M25 — overig ◄ | — | ►M12 | ◄ | 586 |
Nr. van het gemeen- schappelijk douaneta- rief | Omschrijving | Omvang | (in | tonnen) | |
Dene- mar- ken | ►M12 | ◄ | Verenigd Koninkrijk | ||
►M25 48.16 ◄ | ►M25 Dozen, zakken en andere verpakkingsmid- | ||||
delen, van papier of van karton; kartonnagewerk | |||||
voor kantoorgebruik, voor winkelgebruik en voor | — | ►M12 | ◄ | ||
dergelijk gebruik: ◄ | |||||
►M25 A. Dozen, zakken en andere verpakkings- | |||||
middelen, van papier of van karton ◄ | |||||
— | 207 | ||||
►M25 48.21 ◄ | ►M25 Andere werken van papierstof, van papier, | ||||
van karton of van cellulosewatten: ◄ | |||||
►M25 B. Luiers en inlegluiers, opgemaakt voor | |||||
de verkoop in het klein ◄ | |||||
— | ►M12 | ◄ | |||
►M25 D. andere ◄ | — | ►M12 | ◄ | 147 | |
►M25 ex Hoo- | ►M25 Andere produkten van hoofdstuk 48, met | ||||
fdstuk 48 ◄ | uitzondering van de produkten van de onderver- | ||||
deling 48.01 A en van post 48.09 ◄ | 1 261 | ►M12 | ◄ | 522 | |
ex Hoofdstuk 49 | Artikelen van de boekhandel en produkten van de | ||||
grafische kunst die in het gemeenschappelijk dou- | |||||
anetarief zijn onderworpen aan douanerechten | |||||
(49.03, 49.05 A, 49.07 A, 49.07 C II, 49.08, 49.09, | 190 | ►M12 | ◄ | 756 918 (1) | |
49.10, 49.11 B) |
(1) In ponden sterling.
BIJLAGE B
Lijst van maxima voor 1973
Nr. van het ge- meenschappelijk douanetarief | Omschrijving | Omvang (in tonnen) |
73.02 | Ferrolegeringen: | |
C. Ferrosilicium | 6 617 | |
76.01 | Ruw aluminium; resten en afvallen, van alu- | |
minium: | ||
A. ruw aluminium | 9 824 |
Nr. van het Zwitsers douanetarief | Omschrijving |
4801. | Papier en karton, cellulosewatten daaronder begrepen, op |
rollen of in bladen | |
4803. | Perkamentpapier en perkamentkarton, alsmede imitaties |
daarvan, zogenaamd kristalpapier daaronder begrepen, op | |
rollen of in bladen: | |
20 | — ander |
4807. | Papier en karton, gestreken, voorzien van een deklaag, |
geïmpregneerd of aan het oppervlak gekleurd (gemarmerd, | |
geïndiënneerd of dergelijk) of bedrukt (ander dan papier | |
en karton bedoeld bij een der posten van Hoofdstuk 49), | |
op rollen of in bladen | |
4815. | Andere papier en karton, voor bepaalde doeleinden gesne- |
den: | |
22 | — ander |
4821. | Andere werken van papierstof, van papier, van karton of |
van cellulosewatten: | |
20 | — Tafellakens, servetten en zakdoeken |
▼M25
▼B
▼M25
▼B
BIJLAGE C
Lijst van produkten waarvoor Zwitserland zijn rechten ten opzichte van de Gemeenschap gedurende een verlengde overgangsperiode verlaagt
▼M73
PROTOCOL nr. 2
Betreffende bepaalde verwerkte landbouwproducten
Artikel 1
Algemene beginselen
1. De bepalingen van de overeenkomst zijn van toepassing op de in de tabellen I en II opgenomen producten, tenzij in dit protocol anders- zins wordt bepaald.
2. Met name mogen de overeenkomstsluitende partijen met betrek- king tot deze producten geen invoerrechten of heffingen van gelijke werking, zoals agrarische elementen, opleggen of uitvoerrestituties of andere algehele of gedeeltelijke terugbetaling of vrijstelling van dou- anerechten of heffingen van gelijke werking verlenen.
3. Totdat Protocol nr. 3 bij de Overeenkomst betreffende de Euro- pese Economische Ruimte van toepassing is op het Vorstendom Liech- tenstein, zijn de bepalingen van dit protocol eveneens van toepassing op het Vorstendom Liechtenstein.
Artikel 2
Toepassing van prijscompenserende maatregelen
1. Teneinde rekening te houden met kostenverschillen voor de agra- rische grondstoffen die voor de vervaardiging van de in tabel I ge- noemde producten zijn gebruikt, vormt de overeenkomst geen beletsel voor de toepassing van prijscompenserende maatregelen voor deze pro- ducten; dit betreft de heffing van agrarische elementen bij invoer en het verlenen van uitvoerrestituties of de algehele of gedeeltelijke terugbeta- ling of vrijstelling van douanerechten of heffingen van gelijke werking.
2. Indien een overeenkomstsluitende partij interne maatregelen toe- past die de prijs van de grondstoffen voor de verwerkende industrie verlagen, wordt bij de berekening van de prijscompenserende bedragen rekening gehouden met deze maatregelen.
Artikel 3
Prijscompenserende maatregelen bij invoer
1. De Zwitserse basisbedragen voor de agrarische grondstoffen die bij de berekening van de agrarische elementen bij invoer in aanmerking worden genomen, overschrijden noch het verschil tussen de Zwitserse binnenlandse referentieprijs en de binnenlandse referentieprijs van de Gemeenschap voor de desbetreffende agrarische grondstof, noch het Zwitserse invoerrecht dat thans wordt toegepast bij de invoer van de agrarische grondstof in onverwerkte staat.
2. De Zwitserse invoerregeling voor de in tabel I genoemde produc- ten is neergelegd in tabel IV.
3. Indien de Zwitserse binnenlandse referentieprijs lager is dan de binnenlandse referentieprijs van de Gemeenschap, mag de Gemeenschap overeenkomstig artikel 2 prijscompenserende maatregelen invoeren; dit betreft de heffing van agrarische elementen op invoer in overeenstem- ming met Verordening (EG) nr. 1460/96 en navolgende verordeningen.
▼M73
Artikel 4
Prijscompenserende maatregelen bij uitvoer
1. De Zwitserse uitvoerrestituties of de algehele of gedeeltelijke te- rugbetaling of vrijstelling van douanerechten of heffingen van gelijke werking die worden toegepast op de uitvoer van de in tabel I genoemde producten naar de Gemeenschap, overschrijden niet het verschil tussen de Zwitserse binnenlandse referentieprijs en de binnenlandse referentie- prijs van de Gemeenschap voor de agrarische grondstoffen die voor de vervaardiging van deze producten zijn gebruikt, vermenigvuldigd met de feitelijk gebruikte hoeveelheden. Indien de Zwitserse binnenlandse referentieprijs gelijk is aan of lager is dan de binnenlandse referentie- prijs van de Gemeenschap, bedraagt de Zwitserse uitvoerrestitutie of de algehele of gedeeltelijke terugbetaling of vrijstelling van douanerechten of heffingen van gelijke werking nul.
2. Indien de Zwitserse binnenlandse referentieprijs lager is dan de binnenlandse referentieprijs van de Gemeenschap, mag de Gemeenschap overeenkomstig artikel 2 prijscompenserende maatregelen invoeren; dit betreft het verlenen van uitvoerrestituties in overeenstemming met Ver- ordening (EG) nr. 1520/2000 en navolgende verordeningen of het ver- lenen van uitvoerrestituties of de algehele of gedeeltelijke terugbetaling of vrijstelling van douanerechten of heffingen van gelijke werking.
3. Voor suiker (GS-codes 1701, 1702 en 1703) die bij de vervaardi- ging van de in de tabellen I en II genoemde producten wordt gebruikt, mogen de overeenkomstsluitende partijen geen uitvoerrestituties ver- lenen, noch een algehele of gedeeltelijke terugbetaling of vrijstelling van douanerechten of heffingen van gelijke werking.
Artikel 5
Referentieprijzen
1. De binnenlandse referentieprijzen van de Gemeenschap en van Zwitserland voor de in de artikelen 3 en 4 bedoelde agrarische grond- stoffen zijn opgenomen in tabel III.
2. De overeenkomstsluitende partijen verstrekken het gemengd co- mité periodiek, en ten minste eenmaal per jaar, de binnenlandse refe- rentieprijzen van alle grondstoffen waarvoor prijscompenserende maat- regelen worden toegepast. De verstrekte binnenlandse referentieprijzen geven een beeld van de feitelijke prijssituatie op het grondgebied van de overeenkomstsluitende partij. Het gaat om de prijzen die gewoonlijk door de verwerkende industrie in de groothandels- of verwerkingsfase worden betaald. Indien een agrarische grondstof voor de verwerkende industrie of voor een deel daarvan beschikbaar is tegen een prijs die lager is dan die welke voor de rest van de binnenlandse markt geldt, worden de verstrekte binnenlandse referentieprijzen dienovereenkomstig aangepast.
3. Het gemengd comité stelt voor de in tabel III genoemde agrarische grondstoffen de binnenlandse referentieprijzen en de prijsverschillen vast op basis van de door de diensten van de Commissie en de Zwit- serse federale regering verstrekte informatie. Indien het voor het behoud van de relatieve preferentiemarges noodzakelijk is, worden de basis- bedragen voor de agrarische grondstoffen in tabel IV aangepast.
4. Het gemengd comité herziet de in de artikelen 3 en 4 bedoelde binnenlandse prijzen van agrarische grondstoffen, die zijn opgenomen in tabel III, voordat dit protocol wordt toegepast.
Artikel 6
Speciale bepaling over administratieve samenwerking
Speciale bepalingen over administratieve samenwerking zijn neergelegd in het aanhangsel van dit protocol.
▼M73
Artikel 7
Wijzigingen
Het gemengd comité kan besluiten de tabellen, de aanhangsels van de tabellen en het aanhangsel van dit protocol te wijzigen.
TABEL I
Producten waarvoor prijscompenserende maatregelen gelden
GS Post nr. | Omschrijving |
0403 | Karnemelk, gestremde melk en room, yoghurt, kefir en andere gegiste of aangezuurde melk en room, ook indien ingedikt, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacao: |
.10 | – yoghurt: |
ex .10 | – – gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacao |
.90 | – andere: |
ex .90 | – – gearomatiseerd of met toegevoegde vruchten of cacao |
0405 | Boter en andere van melk afkomstige vetstoffen; zuivel- pasta's: |
.20 | – zuivelpasta's: |
ex .20 | – – met een vetgehalte van 39 of meer gewichtspercenten doch minder dan 75 gewichtspercenten |
1517 | Xxxxxxxxx; mengsels en bereidingen, voor menselijke con- sumptie, van dierlijke of plantaardige vetten of oliën of van fracties van verschillende vetten en oliën bedoeld bij dit hoofdstuk, andere dan de vetten en oliën of fracties daarvan, bedoeld bij post 1516: |
.10 | – margarine, andere dan vloeibare margarine: |
ex .10 | – – met een gehalte aan van melk afkomstige vetstoffen van meer dan 10 doch niet meer dan 15 gewichts- percenten |
.90 | – andere: |
ex .90 | – – met een gehalte aan van melk afkomstige vetstoffen van meer dan 10 doch niet meer dan 15 gewichts- percenten |
1704 | Suikerwerk zonder cacao (witte chocolade daaronder be- grepen) |
1806 | Chocolade en andere bereidingen voor menselijke con- sumptie die cacao bevatten |
▼M73
GS Post nr. | Omschrijving |
1901 | Moutextract; bereidingen voor menselijke consumptie van meel, gries, griesmeel, zetmeel of moutextract, geen of minder dan 40 gewichtspercenten cacao bevattend, bere- kend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen; bereidingen voor menselijke con- sumptie van producten bedoeld bij de posten 0401 tot en met 0404, geen of minder dan 5 gewichtspercenten cacao bevattend, berekend op een geheel ontvette basis, elders genoemd noch elders onder begrepen |
1902 | Deegwaren, ook indien gekookt of gevuld (met vlees of andere zelfstandigheden) dan wel op andere wijze bereid, zoals spaghetti, macaroni, noedels, lasagne, gnocchi, ravi- oli en cannelloni; koeskoes, ook indien bereid |
1904 | Graanpreparaten verkregen door poffen of door roosteren (bijvoorbeeld cornflakes); granen (andere dan maïs) in de vorm van korrels of in de vorm van vlokken of van an- dere bewerkte korrels (met uitzondering van meel, gries en griesmeel), voorgekookt of op andere wijze bereid, elders genoemd noch elders onder begrepen |
1905 | Brood, gebak, biscuits en andere bakkerswaren, ook in- dien deze producten cacao bevatten; ouwel in bladen, hosties, ouwels voor geneesmiddelen, plakouwels en der- gelijke producten van meel of van zetmeel |
2004 | Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, bevroren, andere dan de produc- ten bedoeld bij post 2006: |
.10 | – aardappelen: |
ex .10 | – – in de vorm van meel, gries, griesmeel of vlokken |
2005 | Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, niet bevroren, andere dan de producten bedoeld bij post 2006: |
.20 | – aardappelen: |
ex .20 | – – in de vorm van meel, gries, griesmeel of vlokken |
2008 | Vruchten en andere eetbare plantendelen, op andere wijze bereid of verduurzaamd, ook indien met toegevoegde sui- ker, andere zoetstoffen of alcohol, elders genoemd noch elders onder begrepen: – noten, grondnoten en andere zaden, ook indien onder- ling vermengd: |
.11 | – – grondnoten: |
ex .11 | – – – pindakaas |
2101 | Extracten, essences en concentraten, van koffie, van thee of van maté en preparaten op basis van deze producten of op basis van koffie, van thee of van maté; gebrande ci- chorei en andere gebrande koffiesurrogaten, alsmede ex- tracten, essences en concentraten daarvan: – extracten, essences en concentraten, van koffie en pre- paraten op basis van deze producten of op basis van koffie: |
▼M73
▼M78
GS Post nr. | Omschrijving |
.12 | – – preparaten op basis van extracten, essences of con- centraten of op basis van xxxxxx: |
ex .12 | – – – bevattende 1,5 of meer gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, 2,5 of meer gewichtspercen- ten van melk afkomstige proteïnen, 5 of meer ge- wichtspercenten suiker of 5 of meer gewichtsper- centen zetmeel |
.20 | – extracten, essences en concentraten, van thee of van maté en preparaten op basis van deze producten of op basis van thee of van maté: |
ex .20 | – bevattende 1,5 of meer gewichtspercent van melk af- komstige vetstoffen, 2,5 of meer gewichtspercenten van melk afkomstige proteïnen, 5 of meer gewichtspercen- ten suiker of 5 of meer gewichtspercenten zetmeel |
2103 | Sausen en preparaten voor sausen; samengestelde kruide- rijen en dergelijke producten; mosterdmeel en bereide mosterd: |
.20 | – tomatenketchup en andere tomatensausen |
.90 | – andere: |
ex .90 | – – andere dan mangochutney, vloeibaar |
2104 | Preparaten voor soep of voor bouillon; bereide soep en bouillon; samengestelde gehomogeniseerde producten voor menselijke consumptie |
2105 | Consumptie-ijs, ook indien cacao bevattend |
2106 | Producten voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen: |
.10 | – proteïneconcentraten en getextureerde proteïnestoffen: |
ex .10 | – – bevattende meer dan 1 gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, meer dan 1 gewichtspercent andere vetstoffen of meer dan 5 gewichtspercenten suiker |
.90 | – andere |
2202 | Water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd, alsmede andere alcoholvrije dranken, an- dere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009 |
.90 | – andere: |
ex .90 | – – bevattende melkproducten als bedoeld bij de posten 0401 en 0402 |
2208 | Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcoholvolume- gehalte van minder dan 80 % vol; gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol be- vatten: |
GS Post nr. | Omschrijving |
.90 | – andere: |
ex .90 | – – andere dan geconcentreerd druivensap met toege- voegde alcohol |
3501 | Caseïne, caseïnaten en andere derivaten van caseïne; lijm van caseïne: |
.10 | – caseïne |
.90 | – andere: |
ex .90 | – – andere dan lijm van caseïne |
▼M78
▼M73
TABEL II
Vrijhandelsproducten
GS Post nr. | Omschrijving |
0501 | Mensenhaar, onbewerkt, ook indien gewassen of ontvet; afval van mensenhaar |
0502 | Haar van varkens of van wilde zwijnen; dassenhaar en ander dierlijk haar, voor borstelwerk; afval van dit haar |
0503 | Paardenhaar (crin) en afval van paardenhaar, ook indien in vliezen, al dan niet op een onderlaag |
0505 | Vogelhuiden en andere delen van vogels, met veren of dons bezet, veren en delen van veren (ook indien bij- gesneden) en dons, ruw, gereinigd, ontsmet of op andere wijze behandeld ter voorkoming van bederf, doch niet verder bewerkt; poeder en afval, van veren of van delen van veren: |
10 | – veren van de soorten die als opvulmateriaal worden gebruikt; dons |
ex 90 | – andere (andere dan voor voederdoeleinden) |
0506 | Beenderen en hoornpitten, ruw, ontvet of eenvoudig voor- behandeld (doch niet in vorm gesneden), met zuur behan- deld of ontdaan van gelatine; poeder en afval van deze stoffen |
0507 | Ivoor, schildpad, walvisbaarden (walvisbaardhaar daar- onder begrepen), horens, geweien, hoeven, nagels, klau- wen en snavels, ruw of eenvoudig voorbehandeld, doch niet in vorm gesneden; poeder en afval van deze stoffen |
0508 | Koraal en dergelijke stoffen, ruw of eenvoudig voorbehan- deld, doch niet verder bewerkt; schelpen en schalen, van schaaldieren, van weekdieren of van stekelhuidigen, als- mede rugplaten van inktvissen, ruw of eenvoudig voor- behandeld, doch niet in vorm gesneden, alsmede poeder en afval van deze stoffen: |
▼M73
GS Post nr. | Omschrijving |
ex 00 | – andere dan voor voederdoeleinden |
0509 | Echte sponsen |
0510 | Grijze amber, bevergeil, civet en muskus; Spaanse vlieg; gal, ook indien gedroogd; klieren en andere stoffen van dierlijke oorsprong, die worden gebruikt voor het bereiden van farmaceutische producten, vers, gekoeld, bevroren of anderszins voorlopig geconserveerd |
0710 | Groenten, ook indien gestoomd of in water gekookt, be- vroren |
40 | – suikermaïs (Zea mays var. saccharata) |
0711 | Groenten, voorlopig verduurzaamd (bijvoorbeeld door middel van zwaveldioxide of in water waaraan, voor het voorlopig verduurzamen, zout, zwavel of andere stoffen zijn toegevoegd), doch als zodanig niet geschikt voor da- delijke consumptie: |
90 | – andere groenten en mengsels van groenten: |
ex 90 | – – suikermaïs (Zea mays var. saccharata) |
0901 | Koffie, cafeïnevrije koffie daaronder begrepen, ook indien gebrand; bolsters en schillen, van koffie; koffiesurrogaten die koffie bevatten, ongeacht de mengverhouding |
0902 | Thee, ook indien gearomatiseerd |
0903 | Maté |
1212 | Sint-jansbrood, zeewier en andere algen, suikerbieten en suikerriet, vers, gekoeld, bevroren of gedroogd, ook indien in poedervorm; vruchtenpitten, ook indien in de steen en andere plantaardige producten (ongebrande cichoreiwor- tels van de variëteit „Cichorium intybus sativum” daar- onder begrepen) hoofdzakelijk gebruikt voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen: |
ex 20 | – zeewier en andere algen (andere dan voor voederdoel- einden) |
1302 | Plantensappen en plantenextracten; pectinestoffen, pectina- ten en pectaten; agar-agar en andere uit plantaardige pro- ducten verkregen plantenslijmen en bindmiddelen, ook indien gewijzigd |
1401 | Plantaardige stoffen van de soort hoofdzakelijk gebruikt in de mandenmakerij of voor vlechtwerk (bijvoorbeeld bam- boe, rotting, riet, bies, teen, raffia, lindebast, alsmede ge- zuiverd, gebleekt of geverfd stro van graangewassen) |
1402 | Plantaardige stoffen van de soort hoofdzakelijk gebruikt als opvulmateriaal (bijvoorbeeld kapok, plantenhaar („crin végétal”), zeegras), ook indien in vliezen, al dan niet be- vestigd op een onderlaag of tussen twee lagen, van andere stof |
1403 | Plantaardige stoffen van de soort hoofdzakelijk gebruikt voor het vervaardigen van bezems en van borstels (bij- voorbeeld sorghopluimen en -stro, piassava, hondsgras, istle), ook indien in wrongen of in bosjes |
1404 | Plantaardige producten, elders genoemd noch elders onder begrepen: |
▼M73
GS Post nr. | Omschrijving |
10 | – ruw plantaardig materiaal van de soort hoofdzakelijk gebruikt als verf- of looistof |
20 | – katoenlinters |
ex 90 | – andere (andere dan voor voederdoeleinden) |
1505 | Wolvet en daaruit verkregen vetstoffen, lanoline daaronder begrepen: |
ex 00 | – andere dan voor voederdoeleinden |
1516 | Dierlijke en plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, geheel of gedeeltelijk gehydrogeneerd, veresterd, opnieuw veresterd of geëlaïdiniseerd, ook indien geraffi- neerd, doch niet verder bereid: |
20 | – plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan: |
ex 20 | – – gehydrogeneerde ricinusolie, zogenaamde „opal wax” |
1517 | Xxxxxxxxx; mengsels en bereidingen, voor menselijke con- sumptie, van dierlijke of plantaardige vetten of oliën of van fracties van verschillende vetten en oliën bedoeld bij dit hoofdstuk, andere dan de vetten en oliën of fracties daarvan, bedoeld bij post 1516: |
90 | – andere: |
ex 90 | – – mengsels en bereidingen voor menselijke consumptie van de soorten gebruikt als preparaten voor het in- smeren van bakvormen |
1518 | Standolie en andere dierlijke of plantaardige oliën, als- mede fracties daarvan, gekookt, geoxideerd, gedehydreerd, gezwaveld, geblazen of op andere wijze chemisch gewij- zigd, andere dan die bedoeld bij post 1516; mengsels en bereidingen van dierlijke of plantaardige vetten of oliën of van fracties van verschillende vetten en oliën bedoeld bij dit hoofdstuk, niet geschikt voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen: |
ex 00 | – linoxyne |
1520 | Ruwe glycerol; glycerolwater en glycerollogen |
1521 | Plantaardige was (andere dan triglyceriden), bijenwas, was van andere insecten, alsmede walschot (spermaceti), ook indien geraffineerd of gekleurd |
1522 | Dégras; afvallen, afkomstig van de behandeling van vets- toffen of van dierlijke of plantaardige was |
1702 | Andere suiker, chemisch zuivere lactose, maltose, glucose en fructose (levulose) daaronder begrepen, in vaste vorm; suikerstroop, niet gearomatiseerd en zonder toegevoegde kleurstoffen; kunsthonig, ook indien met natuurhonig ver- mengd; karamel: |
50 | – chemisch zuivere fructose |
▼M73
GS Post nr. | Omschrijving |
90 | – andere, daaronder begrepen invertsuiker en andere sui- ker en suikerstropen die in droge toestand 50 gewichts- percenten fructose bevatten: |
ex 90 | – – chemisch zuivere maltose (andere dan voor voeder- doeleinden) |
1803 | Cacaopasta, ook indien ontvet |
1804 | Cacaoboter, cacaovet en cacao-olie |
1805 | Cacaopoeder, zonder toegevoegde suiker of andere zoet- stoffen |
1903 | Tapioca en soortgelijke producten bereid uit zetmeel, in de vorm van vlokken, korrels, parels en dergelijke |
2001 | Groenten, vruchten en andere eetbare plantendelen, bereid of verduurzaamd in azijn of azijnzuur: |
90 | – andere: |
ex 90 | – – suikermaïs (Zea mays var. saccharata); palmharten; broodwortelen, bataten (zoete aardappelen) en derge- lijke eetbare plantendelen bedoeld bij post 0714 |
2004 | Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, bevroren, andere dan de produc- ten bedoeld bij post 2006: |
90 | – andere groenten en mengsels van groenten: |
ex 90 | – – suikermaïs (Zea mays var. saccharata) |
2005 | Andere groenten, op andere wijze bereid of verduurzaamd dan in azijn of azijnzuur, niet bevroren, andere dan de producten bedoeld bij post 2006: |
80 | – suikermaïs (Zea mays var. saccharata) |
2006 | Groenten, vruchten, vruchtenschillen en andere plantende- len, gekonfijt met suiker (uitgedropen, geglaceerd of uit- gekristalliseerd): |
ex 00 | – suikermaïs (Zea mays var. saccharata) |
2007 | Jam, vruchtengelei, marmelade, vruchtenmoes en vruch- tenpasta, door koken of stoven verkregen, met of zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen |
2008 | Vruchten en andere eetbare plantendelen, op andere wijze bereid of verduurzaamd, ook indien met toegevoegde sui- ker, andere zoetstoffen of alcohol, elders genoemd noch elders onder begrepen: – noten, grondnoten en andere zaden, ook indien onder- ling vermengd: |
▼M73
GS Post nr. | Omschrijving |
11 | – – grondnoten: |
ex 11 | – – – grondnoten, gebrand – andere, mengsels, andere dan die bedoeld bij onderver- deling 2008 19, daaronder begrepen: |
91 | – – palmharten |
99 | – – andere: |
ex 99 | – – – maïs, andere dan suikermaïs (Zea mays var. sac charata) |
2101 | Extracten, essences en concentraten, van koffie, van thee of van maté en preparaten op basis van deze producten of op basis van koffie, van thee of van maté; gebrande ci- chorei en andere gebrande koffiesurrogaten, alsmede ex- tracten, essences en concentraten daarvan: – extracten, essences en concentraten, van koffie en pre- paraten op basis van deze producten of op basis van koffie: |
11 | – – extracten, essences of concentraten |
12 | – – preparaten op basis van extracten, essences of con- centraten of op basis van xxxxxx: |
ex 12 | – – – bevattende geen of minder dan 1,5 gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, geen of minder dan 2,5 gewichtspercenten van melk afkomstige proteï- nen, geen of minder dan 5 gewichtspercenten suiker of geen of minder dan 5 gewichtspercenten zetmeel |
20 | – extracten, essences en concentraten, van thee of van maté en preparaten op basis van deze producten of op basis van thee of van maté: |
ex 20 | – – bevattende geen of minder dan 1,5 gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, geen of minder dan 2,5 gewichtspercenten van melk afkomstige proteï- nen, geen of minder dan 5 gewichtspercenten suiker of geen of minder dan 5 gewichtspercenten zetmeel |
30 | – gebrande cichorei en andere gebrande koffiesurrogaten, alsmede extracten, essences en concentraten daarvan |
2102 | Gist, ook indien inactief; andere eencellige micro-organis- men, dood (andere dan de vaccins bedoeld bij post 3002); samengesteld bakpoeder: |
ex 10 | – levende gist (andere dan bakkersgist en andere dan voor voederdoeleinden) |
ex 20 | – inactieve gist; andere eencellige micro-organismen, dood (andere dan voor voederdoeleinden) |
30 | – samengesteld bakpoeder |
2103 | Sausen en preparaten voor sausen; samengestelde kruide- rijen en dergelijke producten; mosterdmeel en bereide mosterd: |
10 | – sojasaus |
GS Post nr. | Omschrijving |
30 | – mosterdmeel en bereide mosterd: |
ex 30 | – – mosterdmeel, andere dan voor voederdoeleinden; be- reide mosterd |
90 | – andere: |
ex 90 | – – mangochutney, vloeibaar |
2106 | Producten voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen: |
10 | – proteïneconcentraten en getextureerde proteïnestoffen: |
ex 10 | – – andere dan die welke meer dan 1 gewichtspercent van melk afkomstige vetstoffen, meer dan 1 gewichtsper- cent andere vetstoffen of meer dan 5 gewichtspercen- ten suiker bevatten |
2201 | Water, natuurlijk of kunstmatig mineraalwater en spuit- water daaronder begrepen, zonder toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, noch gearomatiseerd; ijs en sneeuw |
2202 | Water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd, alsmede andere alcoholvrije dranken, an- dere dan de vruchten- en groentesappen bedoeld bij post 2009 |
.10 | - water, mineraalwater en spuitwater daaronder begrepen, met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen, dan wel gearomatiseerd |
.90 | - andere: |
ex .90 | - - andere dan vruchten- of groentesappen verdund met water of met koolzuur verzadigd en andere dan die welke melkbestanddelen als bedoeld bij de posten 0401 en 0402 bevatten |
2203 | Bier van mout |
2205 | Vermout en andere wijn van verse druiven, bereid met aromatische planten of met aromatische stoffen |
2207 | Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcoholvolume- gehalte van 80 % vol of meer; ethylalcohol en gedistil- leerde dranken, gedenatureerd, ongeacht het gehalte: |
2208 | Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcoholvolume- gehalte van minder dan 80 % vol; gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol be- vatten: |
20 | – dranken, gedistilleerd uit wijn of druivenmoer |
30 | – whisky |
40 | – rum en tafia |
50 | – gin en jenever |
60 | – wodka |
70 | – likeuren |
2209 | Tafelazijn, natuurlijke of verkregen uit azijnzuur |
▼M73
▼M78
▼M73
▼M86
▼M74
▼M73
TABEL III
Binnenlandse referentieprijzen van de Europese Unie en Zwitserland
Agrarische grondstof | Binnenlandse referen- tieprijs Zwitserland | Binnenlandse referen- tieprijs EU | Artikel 4, lid 1 Toegepast door Zwitserland Verschil referentieprijs Zwitserland/EU | Artikel 3, lid 3 Toegepast door de EU Verschil referentieprijs Zwitserland/EU |
CHF per 100 kg nettogewicht | CHF per 100 kg nettogewicht | CHF per 100 kg nettogewicht | EUR per 100 kg nettogewicht | |
Xxxxxx xxxxx | 50,60 | 24,30 | 26,30 | 0,00 |
Harde tarwe | — | — | 1,20 | 0,00 |
Rogge | 42,20 | 18,95 | 23,25 | 0,00 |
Gerst | — | — | — | — |
Mais | — | — | — | — |
Meel van zachte tarwe | 94,60 | 46,65 | 47,95 | 0,00 |
Vollemelkpoeder | 634,10 | 463,85 | 170,25 | 0,00 |
Mageremelkpoeder | 421,15 | 401,20 | 19,95 | 0,00 |
Boter | 1 068,00 | 521,20 | 546,80 | 0,00 |
Witte suiker | — | — | — | — |
Eieren | — | — | 38,00 | 0,00 |
Verse aardappelen | 44,10 | 27,75 | 16,35 | 0,00 |
Plantaardig vet | — | — | 170,00 | 0,00 |
TABEL IV
Zwitserse invoerregeling
a) Het douanerecht voor de in het aanhangsel van deze tabel opgenomen pro- ducten is een agrarisch element dat wordt berekend op basis van het netto- gewicht. De standaardsamenstellingen worden in het aanhangsel gespecifi- ceerd.
▼M86
▼M74
b) Basisbedragen voor de agrarische grondstoffen die bij de berekening van de agrarische elementen in aanmerking worden genomen:
Agrarische grondstof | Door Zwitserland toegepast basisbedrag Artikel 3, lid 2 | Door de EU toegepast basisbedrag Artikel 4, lid 2 |
CHF per 100 kg nettogewicht | EUR per 100 kg nettogewicht | |
Zachte tarwe | 22,00 | 0,00 |
Harde tarwe | 1,00 | 0,00 |
Rogge | 20,00 | 0,00 |
▼M74
Agrarische grondstof | Door Zwitserland toegepast basisbedrag Artikel 3, lid 2 | Door de EU toegepast basisbedrag Artikel 4, lid 2 |
CHF per 100 kg nettogewicht | EUR per 100 kg nettogewicht | |
Gerst | — | — |
Mais | — | — |
Meel van zachte tar- we | 41,00 | 0,00 |
Vollemelkpoeder | 145,00 | 0,00 |
Mageremelkpoeder | 17,00 | 0,00 |
Boter | 465,00 | 0,00 |
Witte suiker | — | — |
Eieren | 32,00 | 0,00 |
Verse aardappelen | 14,00 | 0,00 |
Plantaardig vet | 145,00 | 0,00 |
▼M78
c) Voor de producten in onderstaande tabel bedraagt het douanerecht nul.
Zwitserse tariefpost | Toelichting |
1901.9099 | |
1904.9020 | |
1905.9040 | |
2103.2000 | |
ex 2103.9000 | andere dan mangochutney, vloeibaar |
2104.1000 | |
2106.9010 | |
2106.9024 | |
2106.9029 | |
2106.9030 | |
2106.9040 | |
2106.9099 | |
ex 2202.9090 | bevattende melkbestanddelen als bedoeld bij de pos- ten 0401 en 0402 |
2208.9010 | |
2208.9099 |
▼M73
d) Vanaf het moment dat dit protocol wordt toegepast, worden de douanerechten voor de in onderstaande tabel opgenomen producten in drie gelijke jaarlijkse stappen verlaagd tot nul.
Zwitserse tariefpost | Toegepast recht vanaf de inwerkingtreding | Toegepast recht een jaar na de inwerkingtreding | Toegepast recht twee jaar na de inwerkingtreding |
CHF per 100 kg brutogewicht | CHF per 100 kg brutogewicht | CHF per 100 kg brutogewicht | |
2208.9021 | 27,30 | 13,70 | 00,00 |
2208.9022 | 46,70 | 23,30 | 00,00 |
e) De tariefposten in deze tabel hebben betrekking op die welke op 1 januari 2002 in Zwitserland van toepassing waren. Niettegenstaande artikel 12 bis van de overeenkomst zijn eventuele wijzigingen in de tariefnomenclatuur niet van invloed op de bepalingen in deze tabel.
▼M78
Aanhangsel
Zwitserse tariefpost | Toelichting | Zachte tarwe | Harde tarwe | Rogge | Gerst | Maïs | Meel van zachte tarwe | Vollemelkpoeder | Mageremelkpoeder | Boter | Suiker | Eieren | Verse aardappelen | Plantaardig vet |
kg grondstof per 100 kg nettogewicht van het eindproduct | ||||||||||||||
1901.2099 | 90 | 20 |
▼M73
Aanhangsel van Protocol nr. 2
Bepalingen over administratieve samenwerking
1. De overeenkomstsluitende partijen zijn het erover eens dat administratieve samenwerking cruciaal is voor de tenuitvoerlegging van en het toezicht op de preferentiële behandeling die in het kader van dit protocol wordt verleend. Zij verbinden zich ertoe onregelmatigheden en fraude op het gebied van douane en daarmee verband houdende kwesties te bestrijden.
2. Indien een overeenkomstsluitende partij op grond van objectieve informatie en in het kader van dit protocol ontbrekende administratieve samenwerking en/of onregelmatigheden of fraude heeft vastgesteld, kan zij de preferentiële behan- deling van het betrokken product of de betrokken producten overeenkomstig deze bijlage tijdelijk schorsen.
3. Voor de toepassing van dit aanhangsel wordt onder ontbrekende admini- stratieve samenwerking onder meer verstaan:
a) herhaaldelijk de verplichte verificatie van de oorsprong van het betrokken product of de betrokken producten niet uitvoeren;
b) herhaaldelijk weigeren de controle achteraf van het bewijs van oorsprong uit te voeren en/of de resultaten hiervan mee te delen, dan wel dit herhaaldelijk met onnodige vertraging doen;
c) herhaaldelijk weigeren vergunning te geven om in het kader van de admini- stratieve samenwerking ter plaatse de authenticiteit van documenten of de juistheid van informatie, die voor het verlenen van een preferentiële behan- deling van belang zijn, te verifiëren, dan wel dit herhaaldelijk met onnodige vertraging doen.
In het kader van dit aanhangsel kunnen onregelmatigheden of fraude onder meer worden vastgesteld wanneer er sprake is van een snelle toename, zonder bevre- digende verklaring, van de invoer van goederen boven het gebruikelijke produc- tieniveau en de gebruikelijke uitvoercapaciteit van de andere overeenkomstslui- tende partij, terwijl er objectieve informatie over onregelmatigheden of fraude is.
4. Voor een tijdelijke schorsing moet aan de volgende voorwaarden zijn vol- daan:
a) de overeenkomstsluitende partij die op basis van objectieve informatie ont- brekende administratieve samenwerking en/of onregelmatigheden of fraude op het gebied van douane en daarmee verband houdende kwesties vaststelt, stelt het gemengd comité onverwijld in kennis van zijn bevindingen en van de objectieve informatie, en overlegt binnen het gemengd comité op basis van alle relevante informatie en objectieve bevindingen over een voor beide par- tijen aanvaardbare oplossing;
b) wanneer de overeenkomstsluitende partijen binnen het gemengd comité over- leg hebben gevoerd, maar binnen drie maanden na de kennisgeving nog geen overeenstemming hebben bereikt over een voor beide partijen aanvaardbare oplossing, kan de betrokken partij de preferentiële behandeling van het be- trokken product of de betrokken producten tijdelijk schorsen. Het gemengd comité wordt onverwijld in kennis gesteld van een tijdelijke schorsing;
c) tijdelijke schorsingen in het kader van dit aanhangsel mogen niet langer duren dan nodig is om de financiële belangen van de betrokken overeenkomstslui- tende partij te beschermen. Zij mogen een termijn van zes maanden niet overschrijden; verlenging is evenwel mogelijk. Wanneer tot een tijdelijke schorsing wordt besloten, wordt het gemengd comité hiervan onverwijld in kennis gesteld. In het gemengd comité vindt regelmatig overleg plaats, met name om ervoor te zorgen dat tijdelijke schorsingen worden beëindigd zodra niet langer aan de voorwaarden voor de schorsing wordt voldaan.
▼M73
5. Tegelijk met de kennisgeving aan het gemengd comité zoals bedoeld onder punt 4a) van dit aanhangsel neemt de betrokken partij in zijn publicatieblad een kennisgeving aan de importeurs op. Hierin wordt voor het desbetreffende product aangegeven dat op grond van objectieve informatie ontbrekende administratieve medewerking en/of onregelmatigheden of fraude zijn vastgesteld.
▼M87
PROTOCOL 3
betreffende de definitie van het begrip „producten van oorsprong” en methoden voor administratieve samenwerking
Artikel 1
Toepasselijke regels van oorsprong
Voor de toepassing van deze overeenkomst zijn aanhangsel I en de relevante bepalingen van aanhangsel II van de Regionale Conventie betreffende de pan-Euro-mediterrane preferentiële oorsprongsregels (1) („de conventie”) van toepassing.
Alle verwijzingen naar de „desbetreffende overeenkomst” in aanhangsel I en in de relevante bepalingen van aanhangsel II van de conventie gelden als verwijzingen naar deze overeenkomst.
Artikel 2
Geschillenregeling
Indien er een geschil ontstaat in verband met de controleprocedures in artikel 32 van aanhangsel I van de conventie dat niet kan worden opge- lost door de douaneautoriteit die de controle heeft aangevraagd en de douaneautoriteit die de controle moet uitvoeren, wordt het aan het Ge- mengd Comité voorgelegd.
In alle gevallen is de wetgeving van het land van invoer van toepassing op de regeling van geschillen tussen een importeur en de douaneauto- riteiten van het land van invoer.
Artikel 3
Wijzigingen van het protocol
Het Gemengd Comité kan besluiten bepalingen van dit protocol te wijzigen.
Artikel 4
Opzegging van de conventie
1. Indien ofwel de EU ofwel Zwitserland de depositaris van de con- ventie schriftelijk te kennen geeft de conventie op grond van artikel 9 te willen opzeggen, onderhandelen de EU en Zwitserland onmiddellijk over oorsprongsregels voor de toepassing van deze overeenkomst.
2. Tot de inwerkingtreding van deze nieuw overeengekomen oor- sprongsregels blijven op deze overeenkomst de op het moment van opzegging geldende oorsprongsregels in aanhangsel I en, in voor- komend geval, de relevante bepalingen van aanhangsel II van de con- ventie van toepassing. Vanaf de opzegging worden de oorsprongsregels in aanhangsel I en, in voorkomend geval, de relevante bepalingen van aanhangsel II van de conventie echter zo uitgelegd dat zij uitsluitend bilaterale cumulatie tussen de EU en Zwitserland toestaan.
Artikel 5
Overgangsbepalingen — cumulatie
Niettegenstaande artikel 16, lid 5, en artikel 21, lid 3, van aanhangsel I van de conventie, mag het bewijs van oorsprong een certificaat inzake goederenverkeer EUR.1 of een oorsprongsverklaring zijn indien bij de cumulatie alleen EVA-landen, de Faeröer, de EU, Turkije, de deel- nemers aan het stabilisatie- en associatieproces en de Republiek Mol- davië zijn betrokken.
(1) PB L 54 van 26.2.2013, blz. 4.
▼B
PROTOCOL Nr. 4
met betrekking tot enkele bijzondere bepalingen betreffende Ierland
In afwijking van artikel 13 van de Overeenkomst zijn de maatregelen, genoemd in Protocol nr. 6, paragrafen 1 en 2, en Protocol nr. 7, artikel 1, van de „Akte betreffende de toetredingsvoorwaarden en de aanpassing der Verdragen”
►M12 ◄, welke maatregelen respectievelijk betrekking hebben op be-
paalde kwantitatieve beperkingen die van belang zijn voor Ierland en op de invoer van motorvoertuigen en de motorvoertuigenassemblage-industrie in Ier- land, van toepassing op Zwitserland.
▼B
▼M70
PROTOCOL Nr. 5
betreffende de invoerregeling van Zwitserland voor bepaalde produkten die aan de regeling met betrekking tot de vorming van verplichte voorraden zijn onderworpen
Artikel 1
Zwitserland kan produkten die onontbeerlijk zijn voor het voortbestaan van de bevolking en van het leger in oorlogstijd, die in Zwitserland niet of in onvoldoende mate worden geproduceerd en waarvan de kenmer- ken en aard de vorming van voorraden toelaten, ana een regeling van verplichte voorraden onderwerpen.
Zwitserland past deze regeling toe op een wijze die generlei recht- streekse of indirecte discriminatie tussen uit de Gemeenschap inge- voerde produkten en gelijksoortige binnenlandse produkten meebrengt.
Artikel 2
Op de datum van ondertekening van deze Overeenkomst komen de volgende produkten onder de in artikel 1 omschreven regeling te vallen:
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
1516. | Dierlijke en plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan, geheel of gedeeltelijk gehydrogeneerd, veresterd, opnieuw veresterd of geëlaïdini- seerd, ook indien geraffineerd, doch niet verder bereid: — plantaardige vetten en oliën, alsmede fracties daarvan: — — andere: . gehydrogeneerde ricinusolie, zogenaamde „opal wax”., voor de vervaardiging van zeep of van organische tensio-actieve producten Suikerwerk zonder cacao (witte chocolade daaronder begrepen): — andere: — — witte chocolade, in verpakkingen met een inhoud van meer dan 1 kg Chocolade en andere bereidingen voor menselijke consumptie die cacao bevatten: — cacaopoeder, waaraan suiker of andere zoetstoffen zijn toegevoegd, in verpakkingen met een inhoud van meer dan 1 kg — andere bereidingen, hetzij in blokken of in staven, met een gewicht van meer dan 2 kg, hetzij in vloeibare toestand of in de vorm van pasta, poeder, korrels of dergelijke, in recipiënten of in andere verpakkingen, met een inhoud per onmiddellijke verpakking van meer dan 2 kg: — — andere — andere, in de vorm van tabletten, staven of repen, in recipiënten met een inhoud van meer dan 1 kg — andere, in recipiënten met een inhoud van meer dan 1 kg |
ex 2091/2099 | |
1704. | |
ex 9010 | |
1806. | |
ex 1010/1020 | |
2091/2099 | |
ex 3111/3290 | |
ex 9011/9029 |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
1905. | Brood, gebak, biscuits en andere bakkerswaren, ook indien deze producten cacao bevatten, ouwel in bladen, hosties, ouwels voor geneesmiddelen, plakouwels en dergelijke producten van meel of van zetmeel: — andere: — — brood en andere gewone bakkerswaren, zonder toevoeging van suiker of andere zoetstoffen, noch van honing, eieren, vetstoffen, kaas of noten of vruchten: — — — niet opgemaakt voor de verkoop in het klein: — — — — paneermeel: — — — — — voor diervoeding Natuurlijk calciumfosfaat, natuurlijk aluminiumcalciumfosfaat en gefosfa- teerd krijt: — natuurlijk fosfaat, als meststof gebruikt Olie en andere producten, verkregen bij het distilleren van hoge-tempera- tuur-steenkoolteer; soortgelijke producten waarin het gewicht van de aro- matische bestanddelen dat van de niet-aromatische overtreft: — bestemd om te worden gebezigd als motorbrandstof: — — benzol — — toluol — — xylol — — naftaleen — — andere mengsels van aromatische koolwaterstoffen die, distillatiever- liezen inbegrepen, voor 65% of meer van hun volume overdistilleren bij 250°C of lager, bepaald volgens de methode ASTM D 86 — — fenolen — — creosootolie — — andere — bestemd om te worden gebezigd voor verwarming: — — naftaleen — — andere mengsels van aromatische koolwaterstoffen die, distillatiever- liezen inbegrepen, voor 65% of meer van hun volume overdistilleren bij 250°C of lager, bepaald volgens de methode ASTM D 86 — — fenolen — — creosootolie — — andere Ruwe aardolie en ruwe olie uit bitumineuze metalen: — bestemd om te worden gebezigd als motorbrandstof |
9021 | |
2510. | |
ex 1000/2000 | |
2707. | |
1010 | |
2010 | |
3010 | |
4010 | |
5010 | |
6010 | |
9110 | |
9910 | |
ex 4090 | |
ex 5090 | |
ex 6090 | |
ex 9190 | |
ex 9990 | |
2709. | |
0010 |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
0090 | — andere Aardolie en olie uit bitumineuze mineralen, andere dan ruwe; preparaten die 70% of meer gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevatten en waarvan het karakter door deze olie wordt bepaald, elders genoemd noch elders onder begrepen: — bestemd om te worden gebezigd als motorbrandstof: — — benzine en fracties daarvan: — — — zonder toevoeging van lood en bestemd om als zodanig te worden gebezigd als motorbrandstof — — — andere — — white spirit — — dieselolie — — petroleum — — andere — bestemd voor ander gebruik: — — benzine en fracties daarvan: . voor de vervaardiging van gas en de petrochemische transformatie daarvan, alsmede voor industriële verwarming — — white spirit — — petroleum — — olie voor verwarmingsdoeleinden — — distillaten van minerale olie waarvan minder dan 20% vol onder 300°C tot distillatie overgaat, niet gemengd, met uitsluiting van vloeibare paraffine van farmaceutische kwaliteit — — distillaten van minerale olie waarvan minder dan 20% vol onder 300°C tot distillatie overgaat, gemengd — — minerale vetten voor smering — — andere distillaten en producten Difosforpentaoxide (fosforzuuranhydride); fosforzuur en polyfosforzuren: — fosforzuur en polyfosforzuren: . fosforzuur, als meststof gebruikt Ammoniak, watervrij of in waterige oplossing (ammonia): — ammoniak, watervrij, als meststof gebruikt — ammoniak in waterige oplossing (ammonia), als meststof gebruikt Chloriden, chlorideoxiden en chloridehydroxiden; bromiden en bromideo- xiden, iodiden en iodideoxiden: |
2710. | |
0011 | |
0012 | |
0013 | |
0014 | |
0015 | |
0019 | |
ex 0021 | |
0022 | |
0023 | |
0024 | |
ex 0025 | |
0026 | |
0027 | |
0029 | |
2809. | |
ex 2000 | |
2814. | |
ex 1000 | |
ex 2000 | |
2827. |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
ex 1000 | — ammoniumchloride, als meststof gebruikt Nitriten; nitraten: — nitraten: — — van kalium, als meststof gebruikt — — andere: . van magnesium en van calcium, als meststoffen gebruikt Fosfinaten (hypofosfiten), fosfonaten (fosfiten), fosfaten en polyfosfaten: — fosfaten: — — van kalium, als meststof gebruikt — — calciumwaterstoforthofosfaat („dicalciumfosfaat”.), als meststof ge- bruikt — — andere calciumfosfaten, als meststof gebruikt — — andere, als meststof gebruikt — polyfosfaten: — — andere, als meststof gebruikt Carbonaten; peroxocarbonaten (percarbonaten); ammoniumcarbamaathou- dend ammoniumcarbonaat in handelskwaliteit: — kaliumcarbonaten, als meststof gebruikt Andere anorganische zouten en peroxozouten, met uitzondering van aziden: — dubbelsilicaten en complexe silicaten — — andere: . dubbelzouten en complexe zouten (waterverzachter), voor de ver- vaardiging van afwasproducten — andere: — — andere: . dubbelzouten en complexe zouten (waterverzachter), voor de ver- vaardiging van afwasproducten Acyclische koolwaterstoffen: — verzadigde: — — andere dan gasvormig: — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — niet verzadigd: — — buta-1,3-dieen en isopreen: — — — isopreen: |
2834. | |
ex 2100 | |
ex 2900 | |
2835. | |
ex 2400 | |
ex 2500 | |
ex 2600 | |
ex 2900 | |
ex 3900 | |
2836. | |
ex 4000 | |
2842. | |
ex 1090 | |
ex 9090 | |
2901. | |
1091 |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
2421 | — — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— — andere: | |
— — — andere dan gasvormig: | |
2991 | — — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
2902. | Cyclische koolwaterstoffen: |
— cycloalkanen, cycloalkenen en cycloterpenen: | |
— — cyclohexaan: | |
1110 | — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— — andere: | |
1910 | — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— benzeen: | |
2010 | — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— tolueen: | |
3010 | — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— xylenen: | |
— — o-xyleen: | |
4110 | — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— — m-xyleen: | |
4210 | — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— — p-xyleen: | |
4310 | — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— — mengels van xyleenisomeren: | |
4410 | — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— ethylbenzeen: | |
6010 | — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— cumeen: | |
7010 | — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
— andere: | |
9010 | — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof |
2905. | Acyclische alcoholen, alsmede halogeen-, sulfo, nitro- en nitrosoderivaten |
daarvan: | |
— verzadigde eenwaardige alcoholen | |
— — methanol (methylalcohol): |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
1110 | — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — — propaan-1-ol (propylalcohol) en propaan-2-ol (isopropylalcohol): — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — — andere butanolen: — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — — pentanol (amylalcohol) en isomeren daarvan: — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — — octanol (octylalcohol) en isomeren daarvan: — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — — — andere: . vetalcoholen, voor de vervaardiging van zeep of van organische tensioactieve producten — — dodecaan-1-ol (laurylalcohol), hexadecaan-1-ol (cetylalcohol) en oc- tadecaan-1-ol (stearylalcohol): . vetalcoholen voor de vervaardiging van zeep of van organische tensioactieve producten — — andere: — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — — — andere: . vetalcoholen voor de vervaardiging van zeep of van organische tensioactieve producten — onverzadigde eenwaardige alcoholen: — — acyclische terpeenalcoholen: — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — — andere: — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — — — andere: — — — — andere: . vetalcoholen voor de vervaardiging van zeep of van organi- sche tensioactieve producten Fenolen; fenolalcoholen: — eenwaardige fenolen: — — octylfenol, nonylfenol, alsmede isomeren daarvan; zouten van deze producten, voor de vervaardiging van zeep of van organische tensio- actieve producten |
1210 | |
1410 | |
1510 | |
1610 | |
ex 1690 | |
ex 1700 | |
1910 | |
ex 1990 | |
2210 | |
2910 | |
ex 2999 | |
2907. | |
ex 1300 |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
ex 1500 | — — naftolen en zouten daarvan, voor de vervaardiging van zeep of van organische tensioactieve producten — — andere: — — — andere, voor de vervaardiging van zeep of van organische tensio- actieve producten — fenolalcoholen, voor de vervaardiging van zeep of van organische ten- sioactieve producten Ethers, etheralcoholen, etherfenolen, etherfenolalcoholen, alcoholperoxiden, etherperoxiden, cetonperoxiden (al dan niet chemisch welbepaald), alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan: — acyclische ethers en halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daar- van: — — andere: — — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — ethers van cycloalkanen, van cycloalkenen en van cycloterpenen, als- mede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan: — — bestemd om te worden gebruikt als motorbrandstof — aromatische ethers en halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daar- van: — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof — etheralcoholen en halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan: — — monomethylethers van ethyleenglycol of van diëthyleenglycol: — — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof — — monobutylethers van ethylglycol of van diëthyleenglycol: — — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof — — andere monoalkylethers van ethyleenglycol of van diëthyleenglycol: — — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof — — andere: — — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof — etherfenolen, etherfenolalcoholen, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan: — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof — alcoholperoxiden, etherperoxiden, cetonperoxiden, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan: — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof |
ex 1990 | |
ex 3000 | |
2909. | |
1910 | |
2010 | |
3010 | |
4210 | |
4310 | |
4410 | |
4910 | |
5010 | |
6010 |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
2910. | Epoxiden, epoxyalcoholen, epoxyfenolen en epoxyethers, met een drie- ringsysteem, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan: — oxiraan (ethyleenoxide), voor de vervaardiging van zeep van organische tensioactieve producten Verzadigde eenwaardige acyclische carbonzuren, daarvan afgeleide an- hydriden, halogeniden, peroxiden en peroxyzuren, alsmede halogeen-, sul- fo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan: — boterzuren en valeriaanzuren, alsmede zouten en esters daarvan: — — andere: . vetzuren, voor de vervaardiging van zeep of van organische tensio- actieve producten — palmitinezuur en stearinezuur, alsmede zouten en esters daarvan: — — andere: . vetzuren, voor de vervaardiging van zeep of van organische tensio- actieve producten — andere: — — andere: . vetzuren, voor de vervaardiging van zeep of van organische tensio- actieve producten . esters van eenwaardige carbonzuren voor de vervaardiging van synthetische smeermiddelen Onverzadigde eenwaardige acyclische carbonzuren en eenwaardige cycli- sche carbonzuren, daarvan afgeleide anhydriden, halogeniden, peroxiden en peroxyzuren, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosoderivaten daarvan: — onverzadigde acyclische eenwaardige carbonzuren, daarvan afgeleide anhydriden, halogeniden, peroxiden en peroxyzuren, alsmede derivaten daarvan: — — oliezuur, linolzuur en linoleenzuur, alsmede zouten en esters daarvan: — — — andere: . vetzuren, voor de vervaardiging van zeep of van organische tensioactieve producten — — andere: — — — andere: . vetzuren, voor de vervaardiging van zeep of van organische tensioactieve producten Meerwaardige carbonzuren, daarvan afgeleide anhydriden, halogeniden, peroxiden en peroxyzuren, alsmede halogeen-, sulfo-, nitro- en nitrosode- rivaten daarvan — meerwaardige acyclische carbonzuren, daarvan afgeleide anhydriden, halogeniden, peroxiden en peroxyzuren, alsmede derivaten daarvan: |
ex 1000 | |
2915. | |
ex 6090 | |
ex 7090 | |
ex 9090 | |
2916. | |
ex 1590 | |
ex 1990 | |
2917. |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
ex 1200 | — — adipinezuur en zouten en esters daarvan: . esters van adipinezuur voor de vervaardiging van synthetische smeermiddelen Aminoverbindingen met zuurstofhoudende groepen: — aminozuren en esters daarvan, andere dan die met zuurstofhoudende groepen van meer dan één soort; zouten van deze producten: — — andere: — — — andere: . nitrilo-triacetaten, voor de vervaardiging van afwasproducten Heterocyclische verbindingen met uitsluitend één of meer stikstofatomen als hetero-atoom: — verbindingen met een al dan niet gehydrogeneerde, chinoline of isochi- nolinering, niet verder geanelleerd (gecondenseerd): . stoffen met antibiotische werking — verbindingen met een al dan niet gehydrogeneerde pyrimidinering of met een piperazinering: — — andere: — — — producten van de lijsten in deel 1b: . stoffen met antibiotische werking — andere: — — producten van de lijsten in deel 1b: . stoffen met antibiotische werking Nucleïnezuren en zouten daarvan; andere heterocyclische verbindingen: — andere: — — producten van de lijsten in deel 1b: . stoffen met antibiotische werking Antibiotica Geneesmiddelen (andere dan producten bedoeld bij de posten 3002, 3005 en 3006), bestaande uit voor therapeutisch of profylactisch gebruik ver- mengde zelfstandigheden, niet in afgemeten hoeveelheden en niet opge- maakt voor de verkoop in het klein: — bevattende penicillinen of derivaten daarvan met een structuur van penicillaanzuur, dan wel streptomycinen of derivaten daarvan — bevattende andere antibiotica Geneesmiddelen (andere dan producten bedoeld bij de posten 3002, 3005 en 3006), bestaande uit al dan niet vermengde producten voor therapeutisch of profylactisch gebruik, in afgemeten hoeveelheden, dan wel opgemaakt voor de verkoop in het klein: |
2922. | |
ex 4990 | |
2933. | |
ex 4000 | |
ex 5910 | |
ex 9010 | |
2934. | |
ex 9020 | |
2941.1000/9000 | |
3003. | |
1000 | |
2000 | |
3004. |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
1000 | — bevattende penicillinen of derivaten daarvan, met een structuur van penicillaanzuur, dan wel streptomicynen of derivaten daarvan — bevattende andere antibiotica Minerale of chemische stikstofhoudende meststoffen Minerale of chemische fosfaatmeststoffen Minerale of chemische kaliummeststoffen Minerale of chemische meststoffen die twee of drie van de vruchtbaarma- kende elementen stikstof, fosfor en kalium bevatten; andere meststoffen; producten bedoeld bij dit hoofdstuk, in tabletten of in dergelijke vormen, dan wel in verpakkingen met een brutogewicht van niet meer dan 10 kg: — minerale of chemische meststoffen die de drie vruchtbaarmakende ele- menten stikstof, fosfor en kalium bevatten — diammoniumwaterstoforthofosfaat — ammoniumdiwaterstoforthofosfaat en mengsels daarvan met diammoni- umwaterstoforthofosfaat — andere minerale en chemische meststoffen die de twee vruchtbaarma- kende elementen stikstof en fosfor bevatten: — — bevattende nitraten en fosfaten — — andere — minerale of chemische meststoffen die de twee vruchtbaarmakende ele- menten fosfor en kalium bevatten — ander: . stikstof, fosforzuur of kalium bevattend Zeep; als zeep te gebruiken organische tensioactieve producten en organi- sche tensioactieve bereidingen, in de vorm van staven, broden, gestempelde stukken of gestempelde fantasievormen, ook indien zeep bevattend; papier, watten, vilt en gebonden textielvlies, geïmpregneerd of bedekt met zeep of met detergentia: — zeep, organische tensioactieve producten en organische tensioactieve bereidingen, in de vorm van staven, broden, gestempelde stukken of gestempelde fantasievormen, alsmede papier, watten, vilt en gebonden textielvlies, geïmpregneerd of bedekt met zeep of met detergentia: — — voor toiletdoeleinden (voor medicinale doeleinden daaronder begre- pen), met uitzondering van papier, watten, vilt en gebonden textiel- vlies, geïmpregneerd of bedekt met zeep of met detergentia — — andere: — — — gewone zeep |
2000 | |
3102.1000/9000 | |
3103.1000/9000 | |
3104.1000/9000 | |
3105. | |
2000 | |
3000 | |
4000 | |
5100 | |
5900 | |
6000 | |
ex 9000 | |
3401. | |
ex 1100 | |
1910 |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
ex 1990 | — — — andere, met uitzondering van papier, watten, vilt en gebonden textielvlies, geïmpregneerd of bedekt met zeep of met detergen- tia — zeep in andere vormen Organische tensioactieve producten (andere dan zeep); tensioactieve berei- dingen, wasmiddelen (hulppreparaten voor het wassen daaronder begrepen) en reinigingsmiddelen, ook indien zeep bevattend, andere dan die bedoeld bij post 3401: — organische tensioactieve producten, ook indien opgemaakt voor de ver- koop in het klein: — — anionische: — — — andere: . voor de vervaardiging van afwasproducten — — kationische: — — — andere: . voor de vervaardiging van afwasproducten — — niet-ionische: — — — andere: . voor de vervaardiging van afwasproducten — — andere: . voor de vervaardiging van afwasproducten — bereidingen, opgemaakt voor de verkoop in het klein: . afwasproducten, gebruiksklaar — andere: . voor de vervaardiging van afwasproducten . afwasproducten, gebruiksklaar Smeermiddelen (boor, snij- en draai-olie (koelolie), preparaten voor het losmaken van bouten en moeren, roest- en corrosiewerende preparaten en preparaten voor het insmeren van vormen, op basis van smeermiddelen, daaronder begrepen), alsmede preparaten van de soort gebruikt voor het smouten, vetten of oliën van textiel, van leder, van pelterijen of van andere stoffen, andere dan preparaten die 70 of meer gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevatten en waarvan het karakter door deze olie wordt bepaald: — bevattende aardolie of olie uit bitumineuze mineralen: — — andere: . synthetische smeermiddelen — andere: |
2000 | |
3402. | |
ex 1190 | |
ex 1290 | |
ex 1390 | |
ex 1900 | |
ex 2000 | |
ex 9000 | |
3403. | |
ex 1900 |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief | Omschrijving |
ex 9900 | — — andere: . synthetische smeermiddelen Dextrine en ander gewijzigd zetmeel (bijvoorbeeld voorgegelatineerd of veresterd zetmeel); lijm op basis van zetmeel, van dextrine of van ander gewijzigd zetmeel: — dextrine en ander gewijzigd zetmeel: — — voor diervoeding — lijm: — — voor diervoeding Houtteer; houtteerolie; creosootolie van hout; ruwe houtgeest; plantaardig pek; brouwerspek en dergelijke preparaten op basis van colofonium, van harszuren of van plantaardig pek: . voor verwarmingsdoeleinden Dopes (antiklopmiddelen, oxidatievertragers, peptisatiemiddelen, middelen ter verbetering van de viscositeit, corrosievertragers en dergelijke prepara- ten), voor minerale olie (benzine daaronder begrepen) of voor andere vloei- stoffen die voor dezelfde doeleinden worden gebruikt als minerale olie: — andere: — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof Organische oplosmiddelen en verdunners, van gemengde samenstelling, elders genoemd noch elders onder begrepen; preparaten voor het verwijde- ren van verf en vernis: — bestemd voor gebruik als motorbrandstof Alkylbenzenen en alkylnaftalenen, van gemengde samenstelling, andere dan die bedoeld bij post 2707 of 2902: — alkylbenzenen van gemengde samenstelling: — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof — — andere: . voor de vervaardiging van zeep of van organische tensioactieve producten — alkylnaftalenen van gemengde samenstelling: — — bestemd voor gebruik als motorbrandstof — — andere: . voor de vervaardiging van zeep of van organische tensioactieve producten Remvloeistoffen en andere vloeibare preparaten voor hydraulische kracht- overbrenging, die geen of minder dan 70 gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevatten |
3505. | |
1010 | |
2010 | |
ex 3807.0000 | |
3811. | |
9010 | |
3814. | |
0010 | |
3817. | |
1010 | |
ex 1090 | |
2010 | |
ex 2090 | |
3819.0000 |
▼M70
Nr. van het Zwitserse douanetarief
Omschrijving
3823. | Industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils; industri- | |
ex | 1300 | ële vetalcoholen: — industriële eenwaardige vetzuren; bij raffinage verkregen acid-oils: — — tallvetzuren |
3824.
9030
ex 9099
3902.
ex 9090
▼B
. voor de vervaardiging van zeep of van organische tensioactieve producten
Bereide bindmiddelen voor gietvormen of voor gietkernen; chemische pro- ducten en preparaten van de chemische of van aanverwante industrieën (mengsels van natuurlijke producten daaronder begrepen), elders genoemd noch elders onder begrepen; residuen van de chemische of van aanverwante industrieën, elders genoemd noch elders onder begrepen:
— andere:
— — producten voor gebruik als motorbrandstof
— — andere:
— — — andere:
. waterverzachters, bereid
Polymeren van propyleen of van andere olefinen, in primaire vormen:
— andere:
— — andere:
. polyalfaolefine (PAO), voor de vervaardiging van synthetische smeermiddelen
Artikel 3
Ingeval de lijst van produkten in artikel 2 wordt gewijzigd, wordt de regeling van artikel 1 toegepast op de gelijksoortige binnenlandse pro- dukten. Zwitserland wendt zich tot het Gemengd Comité, dat vooraf nagaat of aan de toepassingsvoorwaarden van artikel 1 wordt voldaan.
Artikel 4
Het Gemengd Comité ziet toe op de juiste werking van de in dit Protocol vastgestelde regeling.
▼M54
PROTOCOL Nr. 6
betreffende de afschaffing van bepaalde kwantitatieve uitvoerbeperkingen
De kwantitatieve beperkingen die de Gemeenschap op de uitvoer van onderstaande produkten naar Zwitserland toepast, worden uiterlijk op de hierna vermelde data afgeschaft.
Geharmoniseerd systeem Post | Omschrijving | Datum van af- schaffing |
74.04 | Resten en afval van koper Brandhout van naaldhout en schaafkrul- len van denne- en sparrehout Hout, onbewerkt, ook indien ontschorst of ruw, behakt of ontdaan van het spint: — ander, uitgezonderd populierehout Hout, enkel vierkant behakt of vierkant bezaagd: — ander, uitgezonderd populierehout Hout, enkel overlangs gezaagd of enkel gesneden of geschild, met een dikte van meer dan 6 mm: — van naaldhout, uitgezonderd plankjes voor het vervaardigen van dozen, ze- ven, zeef roosters en dergelijke Huiden en vellen van runderen met een gewicht van minder dan 6 kg per stuk Huiden en vellen van schapen Huiden en vellen van geiten Pelterijen van konijnen | 1.1.1993 |
ex 44.01 | 1.1.1993 | |
ex 44.03 | ||
1.1.1993 | ||
1.1.1993 | ||
ex 44.07 | ||
1.1.1993 | ||
ex 41.01 | 1.1.1992 | |
ex 41.02 | 1.1.1992 | |
ex 41.03 | 1.1.1992 | |
ex 43.01 | 1.1.1992 |
▼M65
AANVULLEND PROTOCOL
betreffende wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken
Artikel 1
Definities
Voor de toepassing van dit protocol wordt verstaan onder:
a) ‘goederen’: goederen die zijn ingedeeld onder de hoofdstukken 1 tot en met 97 van het geharmoniseerd systeem, onafhankelijk van het toepassingsgebied van de overeenkomst van 22 juli 1972;
b) ‘douanewetgeving’: de door de Europese Gemeenschap of de Zwit- serse Bondsstaat vastgestelde wettelijke en bestuursrechtelijke voor- schriften betreffende de invoer, de uitvoer en de doorvoer van goe- deren en de plaatsing van goederen onder een douaneregeling, met inbegrip van verboden, beperkingen en controlemaatregelen;
c) ‘verzoekende autoriteit’: een hiertoe door een overeenkomstsluitende partij aangewezen bevoegde administratieve autoriteit die een ver- zoek om administratieve bijstand in douanezaken indient;
d) ‘aangezochte autoriteit’: een hiertoe door een overeenkomstsluitende partij aangewezen bevoegde administratieve autoriteit die een ver- zoek om administratieve bijstand in douanezaken ontvangt;
e) ‘handelingen in strijd met de douanewetgeving’: elke schending van de douanewetgeving of elke poging tot schending van deze wetge- ving.
Artikel 2
Werkingssfeer
1. De overeenkomstsluitende partijen verlenen elkaar bijstand, op de onder hun bevoegdheid vallende gebieden, en op de wijze en onder de voorwaarden als in dit protocol vastgesteld, om ervoor te zorgen dat de douanewetgeving correct wordt toegepast, in het bijzonder bij de pre- ventie, de opsporing en het onderzoek van handelingen in strijd met deze wetgeving.
2. De bijstand in douanezaken waarin dit protocol voorziet, geldt voor elke administratieve autoriteit van de overeenkomstsluitende par- tijen die bevoegd is voor de toepassing van dit protocol. Deze bijstand doet geen afbreuk aan de regels betreffende de wederzijdse bijstand in strafzaken en geldt niet voor informatie die is verkregen krachtens bevoegdheden die op verzoek van de rechterlijke autoriteiten worden uitgeoefend, tenzij deze autoriteiten hiermee instemmen.
Artikel 3
Bijstand op verzoek
1. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit verschaft de aange- zochte autoriteit eerstgenoemde alle terzake dienende informatie die deze nodig heeft om erop toe te zien dat de douanewetgeving correct wordt toegepast, met inbegrip van informatie betreffende voorgenomen of vastgestelde handelingen die met deze wetgeving in strijd zijn of zouden kunnen zijn.
2. Op aanvraag van de verzoekende autoriteit deelt de aangezochte autoriteit haar mede of goederen die uit het grondgebied van een over- eenkomstsluitende partij zijn uitgevoerd op regelmatige wijze in de andere overeenkomstsluitende partij zijn ingevoerd, onder vermelding, in voorkomend geval, van de douaneregeling waaronder deze goederen zijn geplaatst.
▼M65
3. Op aanvraag van de verzoekende partij neemt de aangezochte autoriteit, in het kader van haar wetgeving, de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat toezicht wordt uitgeoefend op:
(a) natuurlijke personen of rechtspersonen van wie redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij handelingen verrichten of hebben verricht die met de douanewetgeving in strijd zijn;
(b) plaatsen waar goederen op zodanige wijze worden opgeslagen dat redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij bedoeld zijn om bij handelingen in strijd met de douanewetgeving te worden gebruikt;
(c) goederenbewegingen waarover is bericht dat zij aanleiding kunnen geven tot handelingen in strijd met de douanewetgeving;
(d) vervoermiddelen waarvan redelijkerwijze kan worden vermoed dat zij bij handelingen in strijd met de douanewetgeving worden ge- bruikt, werden gebruikt of kunnen worden gebruikt.
Artikel 4
Ongevraagde bijstand
De overeenkomstsluitende partijen verlenen elkaar ongevraagd bijstand overeenkomstig hun wetten, voorschriften en andere rechtsinstrumenten indien zij dit noodzakelijk achten voor de juiste toepassing van de douanewetgeving, in het bijzonder indien zij informatie hebben verkre- gen over:
— handelingen die met deze wetgeving in strijd zijn of lijken te zijn en die van belang kunnen zijn voor de andere overeenkomstsluitende partij;
— nieuwe middelen of methoden die bij dergelijke handelingen worden gebruikt;
— goederen die het voorwerp vormen van handelingen in strijd met de douanewetgeving;
— natuurlijke personen of rechtspersonen van wie redelijkerwijze ver- moed kan worden dat zij handelingen verrichten of hebben verricht die met de douanewetgeving in strijd zijn;
— middelen van vervoer waarvan redelijkerwijze vermoed kan worden dat zij gebruikt zijn of kunnen worden om handelingen te verrichten die met de douanewetgeving in strijd zijn.
Artikel 5
Afgifte van documenten/Kennisgeving van besluiten
Op aanvraag van de verzoekende autoriteit neemt de aangezochte au- toriteit, overeenkomstig haar wetgeving, alle maatregelen die nodig zijn voor:
— de afgifte van documenten,
— de kennisgeving van besluiten en alle andere relevante documenten die deel uitmaken van de desbetreffende procedure,
in verband met de toepassing van dit protocol aan een geadresseerde die op haar grondgebied verblijft of gevestigd is. In dergelijk geval is artikel 6, lid 3, op de aanvraag om afgifte of kennisgeving van toepas- sing.
▼M65
Artikel 6
Vorm en inhoud van verzoeken om bijstand
1. Verzoeken in het kader van dit protocol worden schriftelijk gedaan en gaan vergezeld van de bescheiden die voor de behandeling ervan noodzakelijk zijn. In spoedeisende gevallen kunnen verzoeken monde- ling worden gedaan, mits zij onmiddellijk schriftelijk worden bevestigd.
2. De overeenkomstig lid 1 ingediende verzoeken bevatten de hierna volgende gegevens:
a) de naam van de verzoekende autoriteit;
b) de gevraagde maatregel;
c) het voorwerp en de reden van het verzoek;
d) de desbetreffende wetten, voorschriften en andere rechtselementen;
e) zo nauwkeurige en volledig mogelijke informatie betreffende de na- tuurlijke personen of rechtspersonen waarop het onderzoek betrek- king heeft;
f) een overzicht van de relevante feiten en van het onderzoek dat reeds is uitgevoerd, behalve in de in artikel 5 bedoelde gevallen.
3. De verzoeken worden ingediend in een officiële taal van de aange- zochte autoriteit of in een voor deze autoriteit aanvaardbare taal.
4. Indien een verzoek niet in de juiste vorm wordt gedaan, kan om correctie of aanvulling worden verzocht. Er kunnen echter reeds voor- zorgsmaatregelen worden genomen.
Artikel 7
Behandeling van verzoeken
1. Om aan een verzoek om bijstand te voldoen handelt de aange- zochte autoriteit, binnen de perken van haar bevoegdheden en met de middelen waarover zij beschikt, alsof zij voor eigen rekening of in opdracht van een andere autoriteit van dezelfde overeenkomstsluitende partij handelt, door reeds beschikbare informatie te verstrekken en het nodige onderzoek te verrichten of te laten verrichten. Deze bepaling is eveneens van toepassing op de administratieve dienst waaraan de aange- zochte autoriteit het verzoek doorzendt indien deze autoriteit niet zelf- standig kan handelen.
2. Verzoeken om bijstand worden behandeld overeenkomstig de wet- ten, regels, bepalingen en andere rechtsinstrumenten van de aangezochte overeenkomstsluitende partij.
3. Daartoe gemachtigde ambtenaren van een overeenkomstsluitende partij kunnen met instemming van de andere overeenkomstsluitende partij en onder de door deze gestelde voorwaarden, in de kantoren van de aangezochte autoriteit of van een instantie die onder de aange- zochte autoriteit ressorteert, gegevens verzamelen over handelingen die met de douanewetgeving in strijd zijn of kunnen zijn en die de ver- zoekende autoriteit, in het kader van een onderzoek, voor de toepassing van dit protocol nodig heeft.
4. Ambtenaren van een overeenkomstsluitende partij kunnen, met instemming van de andere overeenkomstsluitende partij en op de door deze gestelde voorwaarden, aanwezig zijn bij onderzoek dat op het grondgebied van laatstgenoemde wordt verricht.
▼M65
Artikel 8
Vorm waarin de informatie dient te worden verstrekt
1. De aangezochte autoriteit deelt de uitslag van het ingestelde onder- zoek aan de verzoekende autoriteit mede in de vorm van documenten, voor echt gewaarmerkte afschriften van documenten, rapporten en der- gelijke.
2. De in lid 1 bedoelde documenten kunnen worden vervangen door gegevens die met behulp van systemen voor automatische gegevensver- werking in ongeacht welke vorm voor hetzelfde doel zijn verkregen.
Artikel 9
Gevallen waarin geen bijstand behoeft te worden verleend
1. De overeenkomstsluitende partijen behoeven de in dit protocol bedoelde bijstand niet te verlenen wanneer dit:
a) de soevereiniteit van de Zwitserse Bondsstaat of van een lidstaat van de Gemeenschap waaraan op grond van dit protocol om bijstand is gevraagd, zou kunnen aantasten; of
b) de openbare orde, de veiligheid of andere wezenlijke belangen van deze partijen in gevaar zou kunnen brengen, in het bijzonder in de in artikel 10, lid 2, bedoelde gevallen; of
c) de toepassing inhoudt van andere valuta- of belastingvoorschriften dan de douanewetgeving; of
d) de schening zou inhouden van een industrieel geheim, een handels- geheim of een beroepsgeheim.
2. Wannneer de verzoekende autoriteit om een vorm van bijstand verzoekt die zij desgevraagd zelf niet zou kunnen verlenen, vermeldt zij dit in haar verzoek. De aangezochte autoriteit is vrij te bepalen hoe zij op een dergelijk verzoek reageert.
3. Indien bijstand wordt geweigerd, dient dit besluit en de redenen ervan terstond aan de verzoekende autoriteit te worden medegedeeld.
Artikel 10
Geheimhoudingsplicht
1. Alle informatie die ter uitvoering van dit protocol in welke vorm dan ook wordt verstrekt, heeft een vertrouwelijk karakter. Zij valt onder de geheimhoudingsplicht en geniet de bescherming van de wetgeving terzake van de overeenkomstsluitende partij die ze heeft ontvangen en van de desbetreffende bepalingen die op de instellingen van de Ge- meenschap van toepassing zijn.
2. Persoonsgegevens, dat wil zeggen gegevens over een bepaalde of een te bepalen natuurlijke persoon, mogen uitsluitend worden doorge- geven indien de overeenkomstsluitende partij die deze ontvangt zich ertoe verbindt deze op een wijze te beschermen die ten minste gelijk- waardig is aan de wijze waarop de overeenkomstsluitende partij die deze gegevens verstrekt deze beschermt.
▼M65
Artikel 11
Gebruik van de informatie
1. De ontvangen informatie mag uitsluitend voor de in dit protocol omschreven doeleinden worden gebruikt. Een partij mag deze informatie slechts voor andere doeleinden gebruiken na schriftelijke toestemming van de autoriteit die ze heeft verstrekt. Voorts geldt voor dit gebruik de door deze autoriteit vastgestelde beperkingen.
2. Lid 1 vormt geen beletsel voor het gebruik van informatie in gerechtelijke of administratieve procedures die worden ingesteld wegens niet-naleving van de douanewetgeving. De bevoegde autoriteit die de informatie heeft verstrekt wordt terstond van een dergelijk gebruik in kennis gesteld.
3. De overeenkomstsluitende partijen kunnen de overeenkomstig dit protocol verkregen informatie en geraadpleegde documenten als bewijs- materiaal gebruiken in hun rapporten, getuigenverklaringen en in ge- rechtelijke procedures.
Artikel 12
Deskundigen en getuigen
Een onder een aangezochte autoriteit ressorterende ambtenaar kan wor- den gemachtigd, binnen de perken van de hem verleende machtiging, in het rechtsgebied van een andere overeenkomstsluitende partij als getuige of deskundige op te treden in gerechtelijke of administratieve procedu- res die betrekking hebben op aangelegenheden waarop dit protocol van toepassing is en daarbij de voor deze procedures noodzakelijke voor- werpen, bescheiden of voor echt gewaarmerkte afschriften van beschei- den voor te leggen. In de convocatie dient uitdrukkelijk te worden vermeld over welke aangelegenheid en in welke functie of hoedanigheid de betrokken ambtenaar zal worden ondervraagd.
Artikel 13
Kosten van de bijstand
Overeenkomstsluitende partijen brengen elkaar geen kosten in rekening voor uitgaven die ter uitvoering van dit protocol zijn gemaakt, met uitzondering, in voorko¬mend geval, van de uitgaven voor deskundigen, getuigen, tolken en vertalers die niet in overheidsdienst zijn.
Artikel 14
Tenuitvoerlegging
1. De douaneautoriteiten van de Zwitserse Bondsstaat, enerzijds, en de bevoegde diensten van de Commissie van de Europese Gemeen- schappen en, in voorkomend geval, de douaneautoriteiten van de lid- staten, anderzijds, zien toe op de tenuitvoerlegging van dit protocol. Ze stellen alle praktische maatregelen en regelingen voor de toepassing van dit protocol vast, rekening houdend met de voorschriften op het gebied van de gegevensbescherming.
2. De overeenkomstsluitende partijen raadplegen elkaar en stellen elkaar in kennis van alle uitvoeringsbepalingen die op grond van dit protocol worden vastgesteld. Zij delen elkaar met name de lijst mede van de instanties die ter uitvoering van dit protocol gemachtigd zijn op te treden.
GEMEENSCHAPPELIJKE VERKLARING
De partijen komen overeen dat het Gemengd Comité een werkgroep dient op te richten om het Comité bij te staan bij het beheer van het protocol betreffende de wederzijdse administratieve bijstand.
▼B
▼M12
SLOTAKTE
De vertegenwoordigers
VAN DE EUROPESE ECONOMISCHE GEMEENSCHAP,
en
VAN DE ZWITSERSE BONDSSTAAT,
bijeengekomen te Brussel de tweeëntwintigste juli negentienhon- derdtweeënzeventig,
ter ondertekening van de Overeenkomst tussen de Europese Economi- sche Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat,
hebben, bij de ondertekening van deze Overeenkomst,
— de volgende verklaringen bij deze akte aangenomen:
1. Gemeenschappelijke verklaring van de Partijen bij de Overeen- komst betreffende artikel 4, lid 3, van Protocol nr. 1,
2. Gemeenschappelijke verklaring van de Partijen bij de Overeen- komst betreffende de doorvoer van goederen,
3. Verklaring betreffende arbeidskrachten,
— kennis genomen van de volgende verklaringen bij deze akte:
1. Verklaring van de Europese Economische Gemeenschap betref- fende de regionale toepassing van sommige bepalingen van de Overeenkomst,
2. Verklaring van de Europese Economische Gemeenschap betref- fende artikel 23, lid 1, van de Overeenkomst.
Bovengenoemde Vertegenwoordigers en die
VAN HET VORSTENDOM LIECHTENSTEIN,
hebben de Aanvullende Overeenkomst betreffende de geldigheid voor het Vorstendom Liechtenstein van de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 22 juli 1972 ondertekend.
Udfærdiget i Bruxelles, den
toogtyvende juli nitten hundrede og tooghalvfjerds.
Geschehen zu Brüssel am
zweiundzwanzigsten Juli neunzehnhundertzweiundsiebzig.
Done at Brussels on this
twenty-second day of July in the year one thousand nine hundred and seventy-two.
Fait à Bruxelles, le
vingt-deux juillet mil neuf cent soixante-douze.
Fatto a Bruxelles, il
ventidue luglio millenovecentosettantadue.
Gedaan te Brussel, de
tweeëntwintigste juli negentienhonderdtweeënzeventig.
▼B
På Rådet for De europæiske Fællesskabers vegne
Im Namen des Rates der Europäischen Gemeinschaften
In the name of the Council of the European Communities Au nom du Conseil des Communautés européennes
A nome del Consiglio delle Comunità europee Namens de Raad van de Europese Gemeenschappen
▼M12
▼B
Für die Schweizerische Eidgenossenschaft Pour la Confédération suisse
Per la Confederazione svizzera
Für das Fürstentum Liechtenstein
▼B
VERKLARINGEN
Gemeenschappelijke verklaring van de Partijen bij de Overeenkomst betreffende artikel 4, lid 3, van Protocol nr. 1
De Partijen bij de Overeenkomst constateren dat de briefwisseling van 30 juni 1967 tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat met betrekking tot de Overeenkomst betreffende de produkten van de uurwerk- industrie van toepassing blijft, en dat men zich daarop kan beroepen indien de onderhavige Overeenkomst niet meer overeenkomstig artikel 4, lid 3, van Pro- tocol nr. 1 op de produkten van hoofdstuk 91 van de Naamlijst van Brussel van toepassing zou zijn.
Gemeenschappelijke verklaring van de Partijen bij de Overeenkomst betreffende de doorvoer van goederen
De Partijen bij de Overeenkomst achten het van gemeenschappelijk belang dat bij de doorvoer van goederen
— van herkomst uit en met bestemming naar de Gemeenschap, over het grond- gebied van Zwitserland,
— of van herkomst uit en met bestemming naar Zwitserland, over het grond- gebied van de Gemeenschap,
de prijzen en voorwaarden geen discriminaties of distorsies inhouden, gebaseerd op het land van herkomst of van bestemming van deze goederen, die een nega- tieve invloed kunnen uitoefenen op de goede werking van het vrije verkeer van deze goederen.
Verklaring betreffende arbeidskrachten
Daar de activiteiten in Zwitserland van arbeidskrachten die onderdanen zijn van de Lid-Staten der Gemeenschap in de betrekkingen tussen de Partijen bij de Overeenkomst van groot belang zijn, wijzen deze laatste erop dat zij de vraag- stukken betreffende arbeidskrachten van gemeenschappelijk belang achten. Zij nemen dan ook met voldoening kennis van de ondertekening te Rome op 22 juni 1972 van notulen waarin de resultaten van de besprekingen van de Zwitsers- Italiaanse Gemengde Commissie zijn neergelegd.
De Partijen bij de Overeenkomst hebben er nota van genomen dat tijdens deze besprekingen belangrijke beginselen naar voren zijn gebracht, waardoor, met inachtneming van het door de Zwitserse autoriteiten vastgelegde stabilisatiebe- leid, aanzienlijke vorderingen konden worden gemaakt; er zijn passende maat- regelen getroffen om zodra zulks mogelijk is verdere vooruitgang te kunnen boeken. Voorts hebben zij er nota van genomen dat deze stabilisatie gepaard gaat met de tenuitvoerlegging van een beleid dat gericht is op de geleidelijke totstandbrenging van een zo homogeen mogelijke arbeidsmarkt.
De Partijen bij de Overeenkomst hebben besloten om, elk voor zich, de ten- uitvoerlegging te bevorderen van de meest geschikte oplossingen voor deze vraagstukken van gemeenschappelijk belang. Zij verklaren zich bereid om even- tuele problemen betreffende hun arbeidskrachten gezamenlijk te bestuderen.
Verklaring van de Europese Economische Gemeenschap betreffende de regionale toepassing van sommige bepalingen van de Overeenkomst
De Europese Economische Gemeenschap verklaart dat de toepassing van de maatregelen die zij krachtens de artikelen 23, 24, 25 of 26 van de Overeenkomst volgens de procedure en bepalingen van artikel 27, dan wel krachtens artikel 28, kan treffen, op grond van haar eigen voorschriften kan worden beperkt tot een van haar gebieden.
▼B
Verklaring van de Europese Economische Gemeenschap betreffende artikel 23, lid 1, van de Overeenkomst
De Europese Economische Gemeenschap verklaart dat zij zich, in het kader van de door de Partijen bij de Overeenkomst aan artikel 23, lid 1, van de Over- eenkomst te geven autonome uitvoering, bij de beoordeling van de met dit artikel strijdige gedragingen zal baseren op de citeria die voortvloeien uit de toepassing van de voorschriften van de artikelen 85, 86, 90 en 92 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap.