GEZAMENLIJKE COVID- AFSPRAKEN MSZ 2022
GEZAMENLIJKE COVID- XXXXXXXXX XXX 0000
onder voorbehoud van mededingingstoetsing ACM
versie 1.1
26 april 2022
1
Inhoudsopgave
Overzicht inhoud
Reikwijdte en scope
Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ 2022 - introductie
Opbouw afspraken op hoofdlijnen
Technische uitwerking
Deel 1
1.1 | Reguliere zorg
1.2 | COVID-19 zorg Deel 2
2.1 | Generieke COVID-19 meerkostenvergoeding
2.2 | Vergoeding productie-uitval
2.3 | IC Deel 3
3.1 | Basis op orde
Bijlagen
2
Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ 2022 | Aanleiding: oplossen van onzekerheden die 2022 met zich meebrengt als gevolg van COVID-19
Scenario’s verloop COVID in 2022
Leid tot onzekerheden op:
COVID kosten Productie-uitval
Generieke meerkosten
Na golf lage belasting
seizoen patroon
2021
Voorafgaand aan 2021 zagen wij voor ons dat het een transitiejaar zou worden.
“Van de crisis in 2020 naar een 2022 waarin we streven naar een
COVID scenario's
Partijen overstijgende risico’s op:
‘genormaliseerd jaar’ waarin COVID-19 is gemitigeerd door vaccins of ‘normaal
onderdeel is van de zorg’”, schreven we in de inleiding van MSZ21.
De werkelijkheid heeft anders uitgepakt. De vaccins zorgden voor hoop en na de zomer begon de inhaalzorg op te starten. Helaas brak er toch een golf uit in het najaar die zich ontwikkelde tot een zware golf. De overbelaste zorgmedewerkers zagen zich opnieuw voor de taak gesteld om grote aantallen COVID-patiënten te behandelen. Dit terwijl er sprake is van een hoog verzuim door COVID en vermoeidheid. Het beroep dat de maatschappij doet op de professionals is erg hoog.
Aan de start van het contracteerseizoen 2022 leek de belofte op een enigszins normaal jaar nog haalbaar, inmiddels zien we dat de COVID ontwikkelingen een bijstelling van de aanpak heeft gevraagd in het eerste kwartaal van 2022. In 2020 en 2021 was er sprake van een generieke regeling. Met deze gezamenlijke afspraken is het gelukt om de continuïteit van zorg te borgen. Tegelijkertijd constateren we dat de generieke regelingen niet altijd recht deden aan de specifieke complexiteit en transformatie-opgave aan de lokale tafels enerzijds en de stimulans, die we samen wilden geven aan uitgestelde zorg en capaciteitsbeheersing, anderzijds. Vandaar dat er bilaterale onderhandelingen nodig zijn om meer maatwerk mogelijk te maken. De bilaterale onderhandelingen zijn dan ook de basis (geweest) voor 2022.
Van een aantal COVID gerelateerde risico’s kan niet verwacht worden dat die op te lossen zijn in bilaterale onderhandelingen. Met deze Gezamenlijke XXXXX-xxxxxxxxx XXX 0000 vangen we die risico's af. Hierdoor kunnen we zowel het benodigde maatwerk in bilaterale contractering met elkaar realiseren als de benodigde zekerheid bieden om te gaan met de COVID risico's.
• In 2022 realiseren we het benodigde maatwerk door bilaterale inkoop te combineren met comfort op die COVID risico’s, die naar verwachting via de bilaterale inkoop niet of heel moeilijk kunnen worden opgelost.
• De afspraken uit het HLA zijn de basis voor de afspraken tussen de ziekenhuizen en de verzekeraars, ondanks dat we ons realiseren dat de optelsom van reguliere zorg, meerkosten COVID-19 en uitgestelde zorg mogelijk boven het HLA uit kan komen. Gezien de uitdagende financiële vooruitzichten voor Nederland en de enorme druk op de, te krappe, capaciteit, willen partijen ondanks de onzekerheid vanwege COVID-19 zich maximaal inspannen om de afspraken in het HLA zoveel als mogelijk te respecteren.
• Ministerie van VWS heeft in haar brief aan de 2e kamer (Kamerbrief voortzetting financiële COVID-maatregelen zorg 2022, d.d. 10-12-20211) aangegeven dat het MBI niet van toepassing zal zijn in 2022 voor de meerkosten COVID. Partijen vinden dat het MBI überhaupt niet van toepassing zou moeten in 2022 en spreken af om gezamenlijk naar het Ministerie van VWS op te trekken om dit te realiseren. In overleg op 8 april 2022 heeft VWS toegezegd dat het MBI ook niet wordt ingezet bij overschrijding als gevolg van uitgestelde zorg.
• We herbevestigen de gemaakte afspraken uit het HLA m.b.t. OVA, specifiek in het kader van het kabinetsbesluit inzake de betere beloning voor zorgpersoneel (1,13%) en de
verwerking ervan conform HLA guidance.
• In 2022 maken we bilaterale afspraken over de reguliere zorg (incl. uitgestelde zorg) en landelijke afspraken rondom de COVID zorg zodanig dat verzekeraars aan hun zorgplicht kunnen voldoen. Uitgestelde zorg is onderdeel van individuele onderhandeling 2022, waarbij de intentie van partijen is om deze zorg te faciliteren. Indien noodzakelijk zal dit zal plaatsvinden via bilaterale afspraken.
• Met de gezamenlijke COVID-afspraken beogen partijen de regionale- en landelijke spreiding van COVID patiënten financieel te faciliteren.
• Tevens beogen de partijen de ingrijpende, onverwachte productie-uitval in het eerste kwartaal en optioneel april te compenseren dat ziekenhuizen in staat worden gesteld
om de doorlopende kosten (kosten die doorlopen en die niet door het ziekenhuis te beïnvloeden zijn op korte termijn zoals medewerkers in dienst, vaste kosten) te dragen.
• Partijen voeren een gezamenlijk gesprek rond 1 oktober ’22 over de (verwachte) werking van de afspraken en indien nodig voeren zij gezamenlijk een onderzoek uit naar de werking van de gezamenlijke COVID-afspraken. De uitkomsten van het onderzoek en de eventuele consequenties daarvan worden door partijen besproken.
1) xxxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxx/0000/00/00/xxxxxxxxxx-xxxx-xxxxxxxxxxx-xxxxxxxxxx-xxxxx-xxxxxxxxxxx-xxxx-0000-xxxxxxxxx- voorhang-verlengen-meerkostenprestatie
4
Gezamenlijke XXXXX-xxxxxxxxx XXX 0000 | Uitgangspunten (2/2)
• We zien dat een aantal ziekenhuizen voorafgaand aan de COVID crisis in een moeilijke financiële situatie zat. De COVID-crisis heeft deze moeilijkheden verder versterkt en er ontstonden daardoor weinig mogelijkheden om dit te verbeteren. De gezamenlijke COVID-afspraken MSZ ‘22 zijn gefocust op het oplossen van de COVID-risico’s die niet in bilaterale afspraken op te lossen zijn. Onderliggende problemen kunnen in deze gezamenlijke COVID-afspraken niet geadresseerd worden. Zorgverzekeraars voelen zich, en zijn mede, verantwoordelijk voor de continuïteit van de ziekenhuis-infrastructuur. Vanuit die basis lopen er gesprekken met verschillende ziekenhuizen en nemen zorgverzekeraars en ziekenhuizen gezamenlijk hun verantwoordelijkheid, elk vanuit de eigen rol.
• De landelijke gezamenlijke afspraken voor 2022 worden gemaakt op het moment dat er al contracten zijn gesloten. In deze contracten kunnen ook afspraken zijn opgenomen waarvoor ook in de landelijke afspraken rondom COVID zorg zijn opgenomen. We hebben de gezamenlijke verantwoordelijkheid dat hierdoor mogelijke dubbele bekostiging wordt voorkomen. Dit gaat dan om:
- Indien er in de individuele contracten 2022 afspraken zijn gemaakt over een vergoeding voor generieke meerkosten, dan worden deze geschoond uit de afspraken en de
gezamenlijke afspraak wordt toegevoegd.
- Indien er in de individuele contracten is vastgelegd welk niveau van IC dagen in het contract is verwerkt, dan wordt dit niveau gebruikt om vast te stellen of een extra vergoeding boven contract voor IC dagen vanwege Covid aangewezen is.
• Voor contracten met een pre-COVID meerjarige aanneemsom geldt dat, als er ten aanzien van de financiering boven de aanneemsom van generieke COVID meerkosten een onredelijke situatie in dit kader ontstaat, de intentie van algemene ziekenhuizen en umc’s is dat lokale gesprekken worden gevoerd over de redelijke wijze van verwerking.
• Partijen hebben geconstateerd dat door de landelijke spreiding er een risico is op grote verschuiving van marktaandelen van zorgverzekeraars binnen ziekenhuizen, die onvoldoende gecompenseerd wordt door de individuele contracten. Dit is met name een probleem van algemene ziekenhuizen en umc’s, die een netto-ontvanger zijn in de patiëntenspreiding. Dit mogelijke risico en oplossing worden in mei 2022 uitgewerkt.
5
Gezamenlijke XXXXX-xxxxxxxxx XXX 0000: “passende vergoeding van de risico’s tgv COVID-zorg”
Zorgverzekeraars beogen met de Gezamenlijke XXXXX-xxxxxxxxx XXX 0000 voor algemene ziekenhuizen en umc’s:
• De grootste risico’s rondom de COVID-zorg en de productie-uitval op te lossen, zodat de financiële risico’s door COVID overzienbaar zijn, waardoor er comfort ontstaat om de
bilaterale afspraken te kunnen maken. Deze grootste risico’s zijn: concurrentie op COVID-zorg door ongelijke tarieven en productie-uitval.
• Afspraken te maken die het uitvoeren van de landelijke en regionale afschalings- en opschalingsplannen faciliteren zodat er een evenredige regionale en landelijke spreiding
van de COVID zorg plaats kan vinden en die daarnaast ook stimuleren dat waar mogelijk uitgestelde zorg wordt ingehaald (flexibele af- en opschaling).
• Uitval van de reguliere zorg in het eerste kwartaal en optioneel april 2022 zodanig te compenseren dat ziekenhuizen in staat worden gesteld de doorlopende kosten (kosten die doorlopen en die niet door het ziekenhuis te beïnvloeden zijn op korte termijn zoals medewerkers in dienst, vaste kosten) te dragen.
• Daar waar sprake is van een totaal resultaat van een ziekenhuis onder nihil door onvoldoende compensatie voor COVID ten gevolge van een extreem hoog en ander COVID risico kan het ziekenhuis een beroep doen op het proces ‘basis op orde & hardheidsclausule’. Dit is een commitment van de gezamenlijke zorgverzekeraars waarbij de grootste twee zorgverzekeraars het voortouw nemen en andere zorgverzekeraars de eventuele afspraken die dan met het ziekenhuis worden gemaakt volgen.
• Daar waar een niet dekkende exploitatie andere oorzaken kent dan COVID-19, dan wel geen samenhang heeft met Zvw of AV zorg, voorzien deze Gezamenlijke COVID-
afspraken MSZ ‘22 niet in een compensatie.
6
Reikwijdte | Zvw en AV-zorg door ziekenhuizen en umc’s
De reikwijdte van de Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ 2022 omvat de Basisverzekering (BV) en Aanvullende verzekering (AV)
• Bij de algemene ziekenhuizen en umc’s is de zorg (vergoed vanuit de BV en AV) het grootste deel van de omzet. De zorgverzekeraars kunnen vanuit hun positie alleen de BV
en AV vergoede zorg in deze gezamenlijke COVID-afspraken meenemen.
• De zorgverzekeraars vergoeden vanuit de gezamenlijke COVID-afspraken de hoofdaannemer. In de afspraken wordt vastgelegd dat de hoofdaannemer daarmee een verantwoordelijkheid draagt voor de onderaannemer(s) en die ook moet invullen. Dit op gelijke wijze als de hierna uitgewerkte gezamenlijke COVID-afspraken.
• De scope van de gezamenlijke COVID-afspraken is beperkt tot algemene ziekenhuizen en umc’s die directe COVID-zorg verlenen.
• Indien een ziekenhuis met een of meer zorgverzekeraars geen contract heeft dan zijn de faciliteiten van deze regeling voor dat deel van de omzet niet van toepassing.
• De regeling is aanvullend op de bilaterale contractering. Partijen zijn zich ervan bewust dat deze regeling niet dwingend is. Als een ziekenhuis of een umc deelneemt aan de regeling dan neemt zij ook aan de totaliteit van deze regeling deel. Ziekenhuizen en umc’s kunnen besluiten om geen gebruik te maken van de regeling en ervoor kiezen om zelfstandig bilaterale afspraken te maken over COVID-zorg.
• Deelnemende algemene ziekenhuizen en umc’s: deze zijn vermeld in bijlage A.
• Deelnemende verzekeraars: alle zorgverzekeraars die lid zijn van ZN. Voor EUCARE geldt dat er een aantal berekeningswijzen anders moeten worden vormgegeven. Deze zijn vermeld in bijlage C.
7
Scope | Onderbouwing scope Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ 2022
- IN SCOPE -
Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ 2022
- IN SCOPE -
Separate afspraken
- BUITEN SCOPE2 -
Uitgangspunt
Behandeling COVID patiënten
Geen behandeling COVID patiënten, wel substantiële productie-uitval a.g.v. aantoonbaar minder tertiaire doorverwijzingen vanwege COVID door:
1. Wederzijdse ketenafhankelijkheid met ziekenhuizen
i.v.m. CVID of
2. vanwege aantoonbare afschaling verwijzers in de ziekenhuizen
Geen behandeling COVID patiënten en geen productie-uitval vanwege minder tertiaire doorverwijzingen
Toelichting op organisatie die op deze scope van toepassing zijn
• Dit geldt voor alle algemene ziekenhuizen en umc’s (inclusief alle Klinisch Genetische Centra en PAAZ/ PUK1)
• St Maartenskliniek
Zie bijlage A
1. Dit geldt voor:
• Medisch Specialistische Revalidatie4
• Ciro+4
• Audiologische centra4
• Kempenhaege5
Zie bijlage B
Dit geldt voor:
• Zelfstandige
dialysecentra
• ZG-instellingen
• Prinses Màxima Centrum
• OCON
• CBT’s
• Epilepsie centra
• AVL3
• PMC
• Oogziekenhuis
• Radiotherapie
• Maastro
• Instituut Verbeeten
• Protonencentra
Toepassings- gebied
Totale set afspraken
Omikron, Productie-uitval en Basis op orde & Hardheidsclausule
Geen onderdeel gezamenlijke COVID-afspraken
1) Voor PAAZ en PUK is de toepassing beperkt. De generieke meerkosten (onderdeel 2.1) worden via het ziekenhuis vergoed en voor het deel 3 “Basis op orde & hardheidsclausule” geldt dat zij een integraal onderdeel zijn van
het ziekenhuis. Dit zijn hiermee de enige twee onderdelen die voor hen gelden.
2) Daar waar categorale ziekenhuizen en instellingen die a.g.v. COVID te maken hebben met generieke meerkosten en/of productie-uitval gaan zorgverzekeraar en zorgaanbieder met elkaar in gesprek over het mitigeren van
deze risico’s in de lokale /bilaterale contractering.
3) Net als voor 2020 en 2021 loopt Xxxxxx xxx Xxxxxxxxxxx (AvL) ook in 2022 niet mee met de Gezamenlijk COVID-afspraken: de vergoeding generieke COVID-meerkosten zal door de representerende zorgverzekeraars met AvL worden afgesproken.
4) Voor Medisch Specialistische Revalidatie, Ciro+ en audiologische centra gelden een ander percentage voor grens en vergoeding van productie-uitval, dan geldt voor de algemene ziekenhuizen en umc’s. Dit is conform Xxxxxxxx XXX 0000: % variabele kosten bedraag 4,5% (MSR en Ciro+) en 3,6% (audiologische centra).
5) Kempenhaeghe treedt bij productie-uitval in overleg met de representerende zorgverzekeraars; voor de afweging worden dezelfde grenzen en vergoedingen gehanteerd als in de MSZ Regeling 2021 golden voor Epilepsie centra (5,4% variabele kosten).
8
Inhoudsopgave
Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ 2022 - introductie
Opbouw afspraken op hoofdlijnen
Reikwijdte en scope Overzicht inhoud
Technische uitwerking
Deel 1
1.1 | Reguliere zorg
1.2 | COVID-19 zorg Deel 2
2.1 | Generieke COVID-19 meerkostenvergoeding
2.2 | Vergoeding productie-uitval
2.3 | IC Deel 3
3.1 | Basis op orde
Bijlagen
9
Opbouw van de Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ 2022 op hoofdlijnen
3.1 Basis op orde en hardheidsclausule |
2.3 IC-opschaling |
2.2 Vergoeding productie- uitval |
2.1 Generieke meerkosten |
3.1 Bij een resultaat onder nihil door onvoldoende compensatie voor COVID ten gevolge van een extreem hoog en ander COVID risico gaan het ziekenhuis en de twee grootste zorgverzekeraars in gesprek. Bij een bovenmatig positief resultaat als gevolg van een sterke overcompensatie voor de effecten van COVID gaan ziekenhuis en de twee grootste zorgverzekeraars eveneens in gesprek.
Hardheidsclausule: een toetsing op het verloop van het gesprek en op techniek en werking van de gezamenlijke COVID-afspraken MSZ ‘22 van de
componenten 1.2 en 2. De werkwijze en samenstelling Hardheidsclausulecommissie is conform 2020.
Kwetsbare ziekenhuizen (onder meer bekend in EWS): bij ROAZ besluitvorming t.a.v. op-/ afschaling COVID-zorg toetst marktleider en ziekenhuis of het
ziekenhuis mee kan in de ROAZ afspraken
Deel 2: Aanvullende
COVID-19 afspraken
2.3 Een beschikbaarheidsvergoeding van 70% van de normatieve personeelskosten (grondslag subsidieregeling VWS 2021) voor geleverde beschikbaarheid van fase 1 en 1+ opschalingsbedden met verrekening van bekostiging boven het niveau 2019 IC dagen. Geleverde beschikbaarheid wordt vastgesteld op basis van LCPS cijfers. De beschikbaarheidsvergoeding is een vergoeding naast de individuele contractering.
2.2 Een passend compensatiemechanisme voor productie-uitval: De compensatieregeling wordt gebaseerd op de productie uitval per episode in de maanden januari tot en met maart met een opt-in mogelijkheid voor de maand april (ziekenhuis moet dit actief aangeven). Deze vergoeding wordt niet met productie buiten de betreffende episode verrekend om op die manier te stimuleren dat er weer opgeschaald wordt en waar mogelijk ook aandacht kan zijn voor uitgestelde zorg. De vergoeding voor productie-uitval is mede vulling van het contract.
1.2 COVID-19 zorg | |||
1.1 Reguliere zorg (incl. uitgestelde zorg) |
2.1 Vergoeding in een aparte afspraak naast de individuele contractering. Per kwartaal wordt vastgesteld welk percentage meerkosten van de referentie-omzet nodig is i.v.m. COVID-druk o.b.v. risiconiveaus Coronadashboard Rijksoverheid. We spreken deze percentages vooraf af per risiconiveau en op basis van de actuele situatie in het desbetreffende kwartaal wordt achteraf vastgesteld welk percentage geldt.1
Deel 1:
Vergoeding zorg
1.2 COVID-zorg wordt betaald op basis van de vastgestelde toeslag-tarieven voor IC- en kliniek dag (=punttarief, hoogte gelijk aan 2021 + index). We gebruiken hiervoor de facultatieve prestatie. Deze wordt eerst gebruikt om het afgesproken productieplafond of aanneemsom ‘22 te vullen. COVID-zorg boven het eventuele plafond of aanneemsom wordt vergoed tegen de add-on vergoeding. Als de IC zorg hoger is dan het niveau 2019, dan wordt over het meerdere ook de 'basisligdag IC' vergoed tenzij lokaal anders afgesproken.
1.1 Reguliere zorg wordt individueel afgesproken. Indien in plafonds worden overschreden gaan ziekenhuis en verzekeraar, indien nodig, zoals gebruikelijk met
elkaar in bilateraal overleg teneinde o.a. uitgestelde zorg te kunnen leveren.
‘Pandemie’-clausule
Indien de ontwikkelingen van COVID onverhoopt de ziekenhuiszorg veel ingrijpender ontregelen dan ten tijde van het opstellen van deze regeling is voorzien zullen partijen in overleg treden en waar nodig aanvullende passende landelijke afspraken maken. Daartoe zullen partijen regelmatig overleggen op geleide van de LCPS-cijfers en –prognoses.
1) In april 2022 is VWS gestopt met het rapporteren van de risiconiveaus in het Coronadashboard Rijksoverheid. De partijen zijn in overleg om hier een passend en gelijkwaardig alternatief voor af te spreken.
10
“Pandemie” clausule
Indien de ontwikkelingen van COVID onverhoopt de ziekenhuiszorg veel ingrijpender ontregelen dan ten tijde van het opstellen van deze regeling is voorzien zullen partijen in overleg treden en waar nodig aanvullende passende landelijke afspraken maken. Daartoe zullen partijen regelmatig overleggen op geleide van de LCPS-cijfers en –prognoses.
Partijen onderschrijven dat landelijke afspraken een uitzonderlijk instrument zijn voor uitzonderlijke situaties die niet binnen individuele contractering opgelost kunnen worden. Voor zorgverzekeraars vormt fase 2D zoals we die kennen in de huidige opschalingsplannen, het vertrekpunt van Covid-druk die de reguliere zorg ingrijpend ontregelt waarvoor landelijk afspraken met betrekking tot vergoeding productieuitval opportuun zijn. COVID is onderdeel geworden van de reguliere bedrijfsvoering in de zorg, hetgeen inhoudt dat er zo min mogelijk niet-COVID-zorg wordt afgeschaald. Ziekenhuizen houden de mogelijkheid open dat het uitsluitend hanteren van fase 2D te beperkend kan zijn wanneer er sprake is van substantiële productie-uitval als gevolg van toename van COVID-zorg zodat goede spreiding van COVID-patiënten kan worden belemmerd.
Vastgestelde tarieven voor toeslag COVID zorg gehanteerd (facultatieve prestaties)
Specifiek COVID zorg boven plafond wordt vergoed
Uitgangspunten
- COVID zorg wordt non-concurrentieel afgesproken zodat benodigde solidariteit tussen ziekenhuizen blijft bestaan
- In de gesprekken worden over alle te leveren zorg zo reëel mogelijk volume afspraken gemaakt
- We voorkomen dubbele bekostiging
- Voor COVID-medicatie is het uitgangspunt
dat deze, indien toegelaten, als add-
on gedeclareerd en op nacalculatiebasis vergoed wordt. Dit voorkomt ontmoediging van de opname van COVID patiënten op financiële gronden.
- Zie bijlage D voor rekenvoorbeelden
plafond
&
COVID
verpleegdag
COVID IC
Ook boven het plafond wordt COVID-zorg vergoed voor
De afgesproken facultatieve prestaties1
worden non-concurrentieel gehanteerd
zover het gaat om de facultatieve prestatie (toeslag COVID
zorg). Deze wordt eerst gebruikt om het afgesproken
productieplafond of aanneemsom ‘22 te vullen.
Voor IC dagen geldt dat als deze boven productie 2019 uitkomen2 worden deze volledig vergoed
1) Tarief voor de facultatieve prestaties is gelijk aan 2021 met indexring conform Factsheet MSZ2022
2) Indien in de individuele contracten ’22 is vastgelegd welk niveau van IC dagen in het contract is verwerkt, dan wordt dit niveau gebruikt om vast te stellen of een extra vergoeding boven contract voor IC dagen vanwege COVID aangewezen is. Indien in de individuele contracten niet is vastgelegd welk niveau van IC dagen in het contract is verwerkt en in 2019 sprake is van niet vergoede overproductie, dan wordt het referentie 2019 volume in de berekening van de vergoeding verlaagd met het percentage niet vergoede productie (geldt alleen voor ’22). Als voor 2022 de contracten al zijn gecorrigeerd voor volumina en daarmee al een deel van de overproductie geheel/gedeeltelijk hebt geïncludeerd in het reguliere contract, mag hiervoor worden gecorrigeerd.
Vergoeding per kwartaal bepaald
o.b.v. actueel risiconiveau in Nederland
Vergoeding op basis van % van de
referentieomzet
Vergoeding is non-concurrentieel
en naast het plafond
Risiconiveau | Vergoedingspercentage |
Endemische fase | 0% |
Waakzaam | 0,3% |
Zorgelijk | 0,7% |
Ernstig | 1,1% |
De vergoeding is per kwartaal
Generieke meerkosten in kwartaal = Referentie-omzet / 4 (voor definitie: zie p.24) X Vergoedings-%
De activiteiten in scope van deze generieke meerkostenvergoeding zijn gelijk aan de scope zoals bepaald voor de MSZ Regeling 2021 (zie toelichting p.23).
Zorg | Meerkosten | Plafond | Vergoed |
100 | 10 | 105 | 110 |
100 | 4 | 105 | 104 |
De vergoeding voor de generieke meerkosten schaalt
mee met het risiconiveau.
Op basis van de actuele situatie in het desbetreffende kwartaal wordt achteraf vastgesteld welke risiconiveau Coronadashboard Rijksoverheid1 het meeste (uitgedrukt in aantal weken) is voorgekomen.
Per risiconiveau geldt het volgende: vergoedings-% (zie toelichting p. 21):
De vergoeding van de generieke meerkosten geldt voor alle partijen in dit akkoord (non-concurrentieel)
De vergoeding staat ‘naast’ het plafond
Dus de generieke meerkosten worden altijd vergoed en zijn een aparte afspraak bij de individuele contractering2
We voorkomen dubbele bekostiging
1) xxxxx://xxxxxxxxxxxxxxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxx-xxxxxxxxxxxxx. In april 2022 is VWS gestopt met het rapporteren van de risiconiveaus in het Coronadashboard Rijksoverheid. De partijen zijn in overleg om hier een passend, gelijkwaardig alternatief voor af te spreken.
2) Voor contracten met een pre-COVID meerjarige aanneemsom geldt dat, als er ten aanzien van de financiering boven de aanneemsom van generieke COVID meerkosten een onredelijke situatie in dit kader ontstaat, de intentie van algemene ziekenhuizen en umc’s is dat lokale gesprekken worden gevoerd over de redelijke
Hoofdlijn
Voor de nadere invulling van de vergoeding productie-uitval is afgesproken om het eerste kwartaal ‘22 de Omikron-Productie-uitval compensatie te gebruiken. Daarbij wordt uitbreiding van deze periode met de maand april 2022 facultatief en laagdrempelig aangeboden. Om de onzekerheden rondom nieuwe COVID-ontwikkelingen op te vangen hebben we tevens een procesafspraak gemaakt voor de rest van 2022 (zie “pandemie” clausule p.10).
Vergoeding productie-uitval tot en met april 20222
De afspraken zijn als volgt:
• Voor de maanden januari, februari en maart 2022 is er een compensatie van productie-uitval voor alle ziekenhuizen en umc’s tegen een gedifferentieerd
vergoedingspercentage1,3 van 88%, dit is de “Omikron-Productie-uitval compensatie”.
• Voor de maand april is er een opt-in keuze: individuele ziekenhuizen en umc’s maken uiterlijk 11 april 2022 23.59u kenbaar of zij voor de maand april 2022 in aanmerking willen komen voor het verlengen van de Omikron Productie uitval compensatie. De ziekenhuizen en umc’s ontvangen een bevestiging van de keuze.
Indien het ziekenhuis of umc zich niet meldt dan gelden de bilaterale overeenkomsten. Voor de grootste COVID risico’s zijn de COVID afspraken MSZ 2022 van toepassing , waarbij er geen sprake is van compensatie voor zorguitval . Vanaf mei geldt dit voor alle instellingen vallend onder de afspraken MSZ 2022.
• Voor de maanden waarin de Omikron Productie-uitval compensatie geldt, geldt geen verrekening met de productie in de daarop volgende maanden.
Inzicht in productieontwikkeling
Aanvullend hierop zal in het lokaal overleg met de representerende zorgverzekeraars het ziekenhuis/umc inzicht in de productieontwikkeling bieden
1) Voor leden van de NVZ met een omzet kleiner dan € 300 miljoen geldt een percentage van 93%. Voor leden van de NVZ met een omzet groter dan € 300 miljoen
en de umc’s geldt een percentage van 86,25%.
2) Vergoeding van productie-uitval is niet van toepassing bij aanneemsom-contracten
3) Voor Medisch Specialistische Revalidatie, Ciro+, Kempenhaege en audiologische centra gelden een ander percentage voor grens en vergoeding van productie- uitval, dan geldt voor de algemene ziekenhuizen en umc’s. Dit is conform Xxxxxxxx XXX 0000: % variabele kosten bedraag 4,5% (MSR en Ciro+), 5,4%
14
2.3 IC-opschaling | Compensatie voor benodigde beschikbaarheid fase 1 opschaling IC
Beschikbaarheids- vergoeding
• Vergoeding van 70% van de normatieve personeelskosten (= 249.940 euro per IC fase 1/1+ opschalingsbed) voor zover de opschaling en beschikbaarheid daadwerkelijk gerealiseerd is. De beschikbaarheidsvergoeding is een vergoeding naast de individuele contractering.
• Verrekening van de declaratieopbrengsten die voor deze opschalings-IC bedden worden ontvangen met de beschikbaarheidsvergoeding om dubbele financiering te voorkomen. Zie pagina 28 en bijlage E.
• Indien na het jaar blijkt dat er voor fase 2 sprake is van overfinanciering vanuit de VWS subsidie (bijvoorbeeld omdat deze toch kan worden aangewend voor de beschikbaarheid in fase 1) dan wordt dit eveneens verrekend
Basis / uitgangspunten
• Vergoeding voor de opschaling en beschikbaarheid van 109 IC bedden in fase 1 en 33 IC bedden in fase 1+
• Personeelskosten die conform de normen van het LNAZ voor de bezetting per IC bed zijn vastgesteld op 357.056 per IC bed zoals ook gebruikt als basis voor de IC subsidie voor fase 2 van VWS zijn de basis voor de vergoeding.
Voorwaarden
• Voor daadwerkelijke vergoeding is de verantwoording o.b.v. geleverde beschikbaarheid (dit is inclusief BOSS-bedden) aangetoond middels LCPS cijfers over beschikbare IC bedden per dag per ziekenhuis1. Het betreft het (jaar)gemiddelde van de geleverde beschikbaarheid op basis van de LCPS data.
• Naleving van de voorwaarden zal middels een beperkt controleprotocol worden vastgesteld2
• Het betreft hier een eenmalige, gemaximeerde bijdrage over 2022.
• Aan de instemming met deze afspraken voor 2022 kunnen geen enkele rechten, of onderschrijving van uitgangspunten voor 2023 en verder worden ontleend.
• Vanaf 2023 zullen zorgverzekeraars weer alleen op basis van de geleverde zorg bekostigen, waarbij het uitgangspunt is dat in de tarieven rekening is gehouden met een normale bezettingsgraad. Bekostiging van beschikbaarheid die de normale bedrijfsvoering te boven gaat is een taak van VWS.
1) LCPS rapporteert ook over de BOSS-bedden; deze maken integraal onderdeel van de totale beschikbaarheid en zijn daarmee onderdeel van de opschalingsbedden onder fase 1/1+
2) Verondersteld wordt dat de personele inzet per opgeschaald bed, blijkend uit LCPS data, voldoet aan de afgesproken normen. Dit valt daarom buiten scope van het beperkt controleprotocol.
3.1 Basis op orde en hardheidsclausule | De sluitsteen voor de Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ ’22
voor monitoring kwetsbare ziekenhuizen en toetsing compensatie bij extreem hoog en ander COVID risico 15
Kwetsbare ziekenhuizen (onder meer bekend in EWS): bij ROAZ besluitvorming t.a.v. op- of afschaling COVID-zorg toetst marktleider en ziekenhuis of het ziekenhuis mee kan in de ROAZ afspraken.
kwartaal
Hardheidsclausule – stap 1: Bij een resultaat onder nihil1 door onvoldoende compensatie voor
COVID ten gevolge van een extreem hoog en ander COVID risico gaan het ziekenhuis en de twee grootste zorgverzekeraars in gesprek
Hardheidsclausule – stap 2: een toetsing op het verloop van stap 1 en op techniek en werking van de
gezamenlijke COVID-afspraken MSZ ’22 van de componenten 1.2 en deel 2. De werkwijze en
samenstelling Hardheidsclausulecommissie zijn conform 2020 en 2021.
Uitkomsten van de hardheidsprocedure of Hardheidsclausule-commissie m.b.t. 2020 en 2021 worden meegenomen in deze stappen.
Door de combinatie van bilaterale onderhandelingen en deze landelijke COVID afspraken is de scope van de Hardheidsclausule anders dan de MSZ-Regeling 2021. Zij heeft enkel betrekking op de COVID-afspraken.
1) Er is ook sprake van een positieve hardheidsclausule bij bovenmatig resultaat als gevolg van deze COVID afspraken
16
Inhoudsopgave
Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ 2022 - introductie
Reikwijdte en scope Overzicht inhoud
Opbouw afspraken op hoofdlijnen
Technische uitwerking
Deel 1
1.1 | Reguliere zorg
1.2 | COVID-19 zorg Deel 2
2.1 | Generieke COVID-19 meerkostenvergoeding
2.2 | Vergoeding productie-uitval
2.3 | IC Deel 3
3.1 | Basis op orde
Bijlagen
17
1.2 COVID-19 zorg | Tarieven COVID-zorg
Facultatieve prestatie
Onderstaande tarieven zijn gebaseerd op de tarieven 2021 plus de indexering conform Factsheet MSZ 2022 (en dit is gelijk aan BKZ ’22). Het tarief 2021 is derhalve met 3,71%
geïndexeerd, dit is inclusief nacalculatie 2020 en extra middelen. Het tarief is afgerond op hele euro’s.
Facultatieve prestatie | Tarief 2022 |
COVID IC dag | €1.277 |
COVID Verpleegdag | €559 |
Vergoeding nieuwe COVID geneesmiddelen
In 2022 komen er geneesmiddelen tegen COVID op de markt. Indien er geneesmiddelen als Add-on ter beschikking komen (en dus toegelaten zijn door Zorginstituut NL) dan worden deze via de regeling Dure Geneesmiddelen vergoed.
18
1.2 COVID-19 zorg | Overproductie die duidelijk het gevolg is van COVID wordt vergoed; voor andere overproductie kunnen partijen, net als in normaal jaar, in gesprek treden
Vergoeding vanuit afspraken?
Toelichting
Plafond
Productie
Nee
Non-IC COVID
productie
Facultatieve prestaties
IC COVID
productie
Reguliere
zorgproductie
Ja, voor het deel van IC- productie dat boven niveau van 2019 valt
Ja
Historische overproductie
• Effecten zijn niet te onderscheiden zonder beschouwing van de lokale situatie; ziekenhuis en verzekeraar kunnen hierover in gesprek gaan, net als in een normaal jaar
• COVID IC-zorg die wordt geleverd boven het normale IC-productieniveau (van 2019) is overproductie die duidelijk COVID-gerelateerd is. We voorkomen hierbij dubbele bekostiging.
• Facultatieve prestaties m.b.t. COVID verpleegdag en COVID IC dag die boven plafond worden geleverd betreffen overproductie die duidelijk COVID- gerelateerd is
19
1.2 COVID-19 zorg | Rekenvoorbeeld ter illustratie van de voorgestelde vergoeding van overproductie als gevolg van COVID
Rekenvoorbeeld vergoeding COVID-zorg boven plafond
Situatie: productieplafond 2022 = 100, IC productie 2019 = 10
Productie 2022 Vergoeding 2022
Reguliere zorg – niet-IC Reguliere zorg – IC COVID – niet-IC COVID – IC
COVID – fac. prestaties
TOTAAL
90
3
IC-productie 2022 = 11
IC-productie 2019 = 10
IC-overproductie = 1
2
8
2
105
Vergoeding tot aan plafond Vergoeding boven plafond:
- COVID – fac. prestaties
- COVID IC > niveau 2019
TOTAAL
Verschil kan worden verklaard door historische overproductie, of productie van reguliere of niet-IC COVID-zorg boven plafond. Hierover kunnen partijen met elkaar in gesprek treden, net als in een normaal jaar
100
2
1
103
20
1.2 COVID-19 zorg | COVID IC-zorg: referentiewaarde in geval van onredelijke situatie
In geval van de referentiewaarde 2019 voor het bepalen van de vergoeding van de basis COVID IC dagen leidt tot een onredelijke situatie (vanwege een stevige niet gefinancierde overproductie in 2019) wordt de referentiewaarde 2019 IC dagen op de volgende manier en in de volgende gevallen gecorrigeerd:
1. Is er sprake van niet-gefinancierde overproductie in 2019 en is er eveneens sprake van overproductie in 2022, veroorzaakt door COVID IC, zodanig dat het niet meenemen
leidt tot een onredelijke situatie in het kader van de landelijke COVID patiëntenspreiding?
2. Dan bepalen we voor die ziekenhuizen per ziekenhuis de verhouding IC ligdagen versus klinische ligdagen (op basis van de cijfers 2019). Deze verhouding is ook bepalend voor het COVID IC correctiegetal.
3. Het COVID IC correctiegetal bepalen we door: (IC dagen / de totale dagen)% X niet gefinancierde productie overschrijding 2019
4. Het COVID IC correctiegetal brengen we in mindering op de referentiewaarde 2019
Voorwaarden:
• Dit is een eenmalige afspraak voor 2022
• Geen precedentwerking voor 2023 en verder
• Gezien de fluctuaties tussen zorgverzekeraars is afgesproken dat een aantal voorbeelden wordt uitgewerkt zodat de afspraak goed werkt en niet dubbel wordt gefinancierd.
Voor rekenvoorbeelden: zie bijlage D.
21
2.1 Generieke COVID-19 meerkostenvergoeding | Vergoeding per niveau
Niveau1 | Omschrijving | Generieke meerkosten % per jaar van de referentie omzet | IC COVID opnames [7 daags gemiddelde] | Zkh COVID opnames [7 daags gemiddelde] |
Waakzaam | De druk op de zorg door COVID-19-patiënten is niet groot. Er gelden landelijke basismaatregelen. Het kabinet kan besluiten dat een coronatoegangsbewijs nodig is in bepaalde plaatsen waar meer besmettingen zijn. | 0,3% | <10 | <40 |
Zorgelijk | Het is behoorlijk druk in de zorg doordat er veel mensen met COVID-19 in het ziekenhuis en op de IC’s liggen. Het kabinet bekijkt of naast de basismaatregelen het coronatoegangsbewijs breder wordt ingezet. | 0,7% | 10-25 | 40-100 |
Ernstig | Het is erg druk in de zorg door patiënten met COVID-19. Het kabinet bekijkt of meer landelijke maatregelen nodig zijn, zoals een maximale groepsgrootte, beperking openingstijden, anderhalve meter afstand houden, thuiswerken en een coronatoegangsbewijs voor meer plekken waar mensen samen komen. | 1,1% | >25 | >100 |
• De activiteiten in scope van deze generieke meerkostenvergoeding zijn gelijk aan de scope zoals bepaald voor de MSZ Regeling 2021: zie pagina 28.
• De vergoeding wordt als een percentage berekend van de referentieomzet 2022.
• In de endemische fase is er geen vergoeding voor generieke meerkosten.
• De definitieve vaststelling van het vergoedingspercentage per kwartaal gebeurt in het gezamenlijke bestuurlijke overleg dat periodiek plaatsvindt tussen
NVZ, NFU en ZN in het kader van de gezamenlijke COVID-afspraken MSZ ‘22.
1) xxxxx://xxxxxxxxxxxxxxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxx-xxxxxxxxxxxxx. In april 2022 is VWS gestopt met het rapporteren van de risiconiveaus in het Coronadashboard Rijksoverheid. De partijen zijn in overleg om hier een passend, gelijkwaardig alternatief voor af te spreken.
22
2.1 Generieke COVID-19 meerkostenvergoeding | Risiconiveaus Coronadashboard Rijksoverheid1
De verschillende niveaus zeggen iets over hoe druk het is in de zorg door het coronavirus. In elk risiconiveau geldt dat we de verspreiding van het virus in de gaten blijven houden. Vaccinatie en (zelf)testen blijven belangrijk. Het kabinet bekijkt op basis van een OMT-advies welke maatregelen nodig zijn.
(1) Waakzaam
De druk op de zorg door COVID-19-patiënten is niet groot. Er gelden landelijke basismaatregelen. Het kabinet kan besluiten dat een coronatoegangsbewijs nodig is in bepaalde
plaatsen waar meer besmettingen zijn.
(2) Zorgelijk
Het is behoorlijk druk in de zorg doordat er veel mensen met COVID-19 in het ziekenhuis en op de IC’s liggen. Het kabinet bekijkt of naast de basismaatregelen het coronatoegangsbewijs breder wordt ingezet.
(3) Ernstig
Het is erg druk in de zorg door patiënten met COVID-19. Het kabinet bekijkt of meer landelijke maatregelen nodig zijn, zoals een maximale groepsgrootte, beperking
openingstijden, anderhalve meter afstand houden, thuiswerken en een coronatoegangsbewijs voor meer plekken waar mensen samen komen.
Als het coronavirus goed onder controle is, is de epidemie voorbij. We komen dan in de zogenaamde ‘endemische fase’. In de endemische fase wordt het coronavirus op dezelfde manier bestreden als andere infectieziektes. Er gelden dan geen risiconiveaus en in principe ook geen speciale coronamaatregelen meer. We kunnen het gewone leven dan weer oppakken.
In het plaatje hieronder staat welk risiconiveau bij een bepaald aantal ziekenhuisopnames of IC-opnames van patiënten met COVID-19 hoort. Het ernstigste cijfer bepaalt het risiconiveau.
1) xxxxx://xxxxxxxxxxxxxxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/xxxx-xxxxxxxxxxxxx . In april 2022 is VWS gestopt met het rapporteren van de risiconiveaus in het Coronadashboard Rijksoverheid. De partijen zijn in overleg om hier een passend, gelijkwaardig alternatief voor af te spreken.
23
2.1 Generieke COVID-19 meerkostenvergoeding | Scope
De scope van de generieke meerkosten is gelijk aan de scope in de MSZ Regeling 2021. Dit betreffen de kosten van:
Categorieën meerkosten | Specificatie |
1. Triage | Kosten voor triage, wachtkamerbegeleiding, beveiliging, facilitair/logistiek personeel |
2. PBM | Kosten voor persoonlijke bescherming welke niet opgenomen zijn in de (nieuwe) tarieven COVID-zorg |
3. Testen personeel | Kosten van testen van personeel |
4. Schoonmaak | Kosten van schoonmaak |
5. Meer inzet infectiepreventie | Kosten voor meerinzet afdeling infectiepreventie |
6. Testen patiënten | Kosten voor het testen van patiënten bij reguliere zorg |
7. Verhoogd verzuim | 1. Kosten voor de vervanging van verhoogd verzuim 2. Verhoogde kosten voor ARBO en verzuimbegeleiding 3. Kosten voor COVID-gerelateerde welzijnsbevordering van medewerkers 4. Kosten voor vervangen langdurig verzuim |
24
2.2 Technische uitwerking vergoeding productie-uitval: mechanisme
Mechanisme1
De compensatieregeling wordt voor het ziekenhuis als geheel bepaald o.b.v. Boekwaarde (OHW) van de episode met lokale tarieven. Als referentie voor de productie-uitval zal de productie conform dezelfde methodiek in een vergelijkbare episode 2019 worden gehanteerd. De financiële vertaling van deze productie-uitval wordt gebaseerd op de ‘100% vangnetwaarde uit de CB-regeling’ 2021 geïndexeerd conform factsheet MSZ 2022 (de referentieomzet).
Compensatie = referentieomzet * uitvalpercentage * vergoedingspercentage.
De referentieomzet fungeert als basisbedrag bij de berekening van de compensatie. De indexatie van de 100% vangnetwaarde 2021 om te komen tot de Referentieomzet
heeft geen enkele relatie met de af te spreken percentages voor indexatie in de bilaterale onderhandeling.
De vergoeding voor productie-uitval is onderdeel van de vulling van het contract.
25
2.2 Technische uitwerking vergoeding productie-uitval: berekening
1. Bepaal referentieomzet per ziekenhuis voor compensatie episode
2. Bepaal compensatie voor ziekenhuis o.b.v. productieuitval
3. Bepaal compensatiebedrag per verzekeraar3
Episode van compensatie
Bepaal over welke episode de productie-uitval compensatie wordt berekend:
Standaard: januari tot en met maart 2022
Opt-in: April 2022
De berekening wordt uitgevoerd over de totale episode:
januari 2022 tot en met maart
2022 of
januari 2022 tot en met april 2022.
De referentieomzet per ziekenhuis
voor 2022 wordt bepaald o.b.v. 100%-
CB-vangnetwaarde2021 2
A. De vangnetwaarde wordt vertaald naar 2022 op basis van:
• 100%-CB-vangnetwaarde2021
• Indexatie conform macrokader
(+3,71% voor umc’s, +3,62% voor
leden NVZ)
B. Het resulterende verwachte omzetbedrag per jaar wordt vertaald naar referentie-omzet voor de compensatieperiode: door één landelijke definitie te hanteren voor het verdelen van de referentieomzet over het schadejaar waarin schadejaarpatroon en seizoenspatroon zijn verwerkt.
Compensatie = referentieomzet x productie-uitval x
vergoedingsniveau, voor de gehele episode
A. Als referentieomzet wordt het bedrag gevonden in Stap 1 gehanteerd
B. Productie uitval wordt voor het ziekenhuis als geheel bepaald
o.b.v. Boekwaarde (OHW) van de episode met lokale tarieven.
• De boekwaarde van de productie in de compensatieperiode wordt bepaald voor zowel deze periode in 2019 als 2022.
• Alle productie met uitzondering van in de referentieomzet uitgesloten productie wordt meegenomen.
• IC add-ons worden dus ook meegenomen in deze bepaling
• Bij 2022 wordt waarde van geleverde COVID facultatieve
prestaties meegenomen.
• Uitvalpercentage = 100 - (boekwaarde productie 2022 / boekwaarde productie 2019)
C. Vergoedingsniveau is gedifferentieerd1,4 88%
Compensatie wordt verdeeld over zorgverzekeraars o.b.v. lokaal marktaandeel 2022, en loopt mee als reguliere, COVID declaratie in de verdere bilaterale contractafhandeling
Individuele contractafspraken bepalen de uiteindelijke netto vergoeding die het gevolg is van het bepaalde compensatiebedrag.
1) Voor leden van de NVZ met een omzet kleiner dan € 300 miljoen geldt een percentage van 93%. Voor leden van de NVZ met een omzet groter dan € 300 miljoen en de
umc’s geldt een percentage van 86,25%.
2) Voor EUCARE: zie bijlage C
3) Vergoeding van productie-uitval is niet van toepassing bij aanneemsom-contracten
4) Voor Medisch Specialistische Revalidatie, Ciro+, Kempenhaege en audiologische centra gelden een ander percentage voor grens en vergoeding van productie-uitval, dan geldt voor de algemene ziekenhuizen en umc’s. Dit is conform Xxxxxxxx XXX 0000: % variabele kosten bedraag 4,5% (MSR en Ciro+), 5,4% (Kempenhaege) en 3,6% (audiologische centra).
26
2.2 Technische uitwerking vergoeding productie-uitval: aanpak
Een landelijke TTP bepaalt het compensatiebedrag per verzekeraar; bilateraal wordt vervolgens de afrekening binnen contract
vastgesteld
Landelijk vastgesteld door TTP Bilateraal bepaald
1. Bepaal referentieomzet voor ziekenhuis
2. Bepaal compensatie
voor ziekenhuis
als geheel
3A. Verdeel compensatiebedrag over verzekeraars o.b.v. lokale marktaandelen 2022
3B. Stel totale declaraties ziekenhuis per verzekeraar en per kavel vast
3C. Bepaal totale vergoeding (reguliere declaraties + compensatie- bedrag) ziekenhuis binnen contract
Referentieomzet = 100%-CB-vangnet- waarde2021* index.
Zie details in afspraak
Compensatie = referentieomzet x productie-uitval x vergoedingsniveau
Zie details in afspraak
Compensatie wordt verdeeld over zorgverzekeraars o.b.v. lokaal marktaandeel 2022
Lokale marktaandelen worden bepaald
o.b.v. de verhouding in de referentieomzet (na verwerking van de verzekerden- mutaties 2022).
De referentieomzet van het ziekenhuis is de geïndexeerde 100%-vangnetwaarde 2021 van alle zorgverzekeraars samen.
Het compensatiebedrag is vulling van het contract. Immers deze betaling komt in plaats van niet-geleverde zorg.
Verzekeraar en ziekenhuis bepalen bilateraal hoe het compensatiebedrag wordt verdeeld over verschillende kavels. Dit kan verhoudingsgewijs naar contractwaarde worden verdeeld over verschillende kavels en opgeteld bij de reguliere declaraties in dat kavel, maar lokale bijzonderheden kunnen maken dat partijen bilateraal kiezen voor aanpassingen aan deze algemene toewijzingsmethodiek.
Als door de declaraties plus compensatie- bedragen een contract(kavel) wordt overschreden wordt conform contract(kavel) afgerekend.
De totale vergoeding per kavel wordt bepaald door eventuele afrekeneffecten door te rekenen.
Een situatie waarbij geen compensatie- bedrag wordt betaald ontstaat bijvoorbeeld voor een ziekenhuis met enkel aanneemsommen of wanneer een ziekenhuis binnen een plafondafspraak meer kan inhalen dan in de uitvalperiode wordt verloren.
27
Berekening en visualisatie
Het (jaar)gemiddelde van de geleverde beschikbaarheid betreft de som van het totaal aantal fase 1/1+ per dag, gedeeld door het aantal dagen.
Berekening gemiddelde fase 1/1+ bedden
▪ De totale IC-capaciteit per ziekenhuis wordt op dag-niveau opgevraagd.
▪ Per dag wordt het aantal fase 1 en fase 1+ geïsoleerd, door de beschikbare bedden die vallen onder de uitgangssituatie en fase 2 en 3 van de totale capaciteit af te trekken.
▪ Het (jaar)gemiddelde van de geleverde beschikbaarheid betreft de som van het totaal aantal fase 1/1+ per dag, gedeeld door het aantal dagen van de betreffende periode (voor heel 2022 dus 365).
▪ Zie hieronder en rechts deze uitwerking voor een voorbeeld ziekenhuis.
Tabel 1 – Gemiddeld aantal fase 1/1+ bedden | |
Meetperiode | Jan – mrt ‘22 |
Gemiddelde | 2.9 |
# cf. subsidieregeling | 4 |
Voorbeeld ziekenhuis XYZ, met aantal beschikbare bedden per fase
18
16
14
12
10
8
6
4
2
0
1-jan 8-jan 15-jan 22-jan 29-jan 5-feb 12-feb 19-feb 26-feb 5-mrt 12-mrt 19-mrt 26-mrt
Uitgangssituatie Fase 1/1+ Fase 2 en 3
𝐂𝐮𝐦𝐮𝐥𝐚𝐭𝐢𝐞𝐟 𝐠𝐞𝐦𝐢𝐝𝐝𝐞𝐥𝐝𝐞 = Som # fase 1/1+ bedden per dag)
# dagen jan − mrt ′22
= 264 / 90 = 2,9
Datum | # cf. subsidie VWS | 1/1 | 2/1 | 3/1 | 4/1 | 5/1 | 6/1 | 7/1 | 8/1 | … | 23/3 | 24/3 | 25/3 | 26/3 | 27/3 | 28/3 | 29/3 | 30/3 | 31/3 |
Uitgangssituatie | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | >> | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 |
Fase 1 en 1+ | 4 | 4 | 4 | 4 | 4 | 3 | 3 | 2 | 2 | 4 | 4 | 4 | 4 | 4 | 4 | 4 | 4 | 4 | |
Fase 2 en 3 | 3 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1 | 1 | 2 | 2 | 3 | 3 | 2 | 2 | |
Totaal | 17 | 14 | 14 | 14 | 13 | 12 | 11 | 10 | 9 | 14 | 15 | 15 | 16 | 16 | 17 | 17 | 16 | 16 |
28
2.3 IC-opschaling | Verrekening ontvangen declaratieopbrengsten IC bedden ter voorkoming van dubbele financiering: technische uitwerking
Verrekening ontvangen declaratieopbrengsten:
Aantal IC declaraties 2022
> IC declaraties 2019
nee
Geen verrekening
ja
• Extra aantal IC dagen ten opzichte van 2019 x COVID IC tarief (IC dag + facultatieve prestatie1) verrekenen met beschikbaarheidsvergoeding tot maximaal de beschikbaarheidsvergoeding.
Zie ook rekenvoorbeeld in bijlage E
29
3.1 Hardheidsclausule | Proces van hardheidsclausule
Ziekenhuis en 2 grootste ZV (marktleiders)
Ziekenhuis
+
2 grootste betrokken zorgverzekeraars
Voorzitter ZN
NFU
lid
ZN
lid
ZN
lid
NVZ
lid
Vaste deelnemers
Commissie HardheidsClausule1 Ziekenhuizen/umc’s
Vereist een overzicht van de begroting en realisaties behorende bij Deel
1.2 en Deel 2.
Op basis van de analyses gaan ziekenhuis en 2 grootste betrokken verzekeraars in gesprek.
Als gesprek geen oplossing biedt wordt de casus voorgelegd aan Commissie HardheidsClausule.
Zij doet een toetsing op het verloop het gesprek en toetsing van de techniek van de componenten 1.2 en deel 2 van Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ ‘22
30
Inhoudsopgave
Gezamenlijke COVID-afspraken MSZ 2022 - introductie
Reikwijdte en scope Overzicht inhoud
Opbouw afspraken op hoofdlijnen
Technische uitwerking
Deel 1
1.1 | Reguliere zorg
1.2 | COVID-19 zorg Deel 2
2.1 | Generieke COVID-19 meerkostenvergoeding
2.2 | Vergoeding productie-uitval
2.3 | IC Deel 3
3.1 | Basis op orde
Bijlagen
31
Bijlage A | Deelnemende ziekenhuizen en umc’s (1)
Onderstaande ziekenhuizen en umc’s komen in aanmerking voor de Gezamenlijke Xxxxxxxxx XXX 0000
Agb-code | naam | Naam ziekenhuis | Omvangsgroep |
6010901 | ADMIRAAL DE RUYTER ZIEKENHUIS B.V. | Admiraal Xx Xxxxxx Ziekenhuis | KLEIN |
6010859 | XXXXXX XXXXXXXXXX ZIEKENHUIS | Xxxxxx Xxxxxxxxxx Ziekenhuis | GROOT |
6010865 | STICHTING ALRIJNE ZORGGROEP | Alrijne Zorggroep | GROOT |
6020702 | ACADEMISCH MEDISCH CENTRUM | Academisch Medisch Centrum | UMC |
6011033 | AMPHIA ZIEKENHUIS | Amphia Ziekenhuis | GROOT |
6010704 | ZIEKENHUIS AMSTELLAND | Ziekenhuis Amstelland | KLEIN |
6010209 | XXXXXXXX ZIEKENHUIS | Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx | KLEIN |
6011032 | BERNHOVEN B.V. | Bernhoven | KLEIN |
6010753 | STICHTING BOVENIJ ZIEKENHUIS | Bovenij Ziekenhuis | KLEIN |
6011036 | STICHTING BRAVIS ZIEKENHUIS | Bravis Ziekenhuis | GROOT |
6011009 | XXXXXXXXX-ZIEKENHUIS | Xxxxxxxxx Xxxxxxxxxx | GROOT |
6010518 | CANISIUS-XXXXXXXXXX ZIEKENHUIS | Canisius-Xxxxxxxxxx Ziekenhuis | GROOT |
6010417 | STICHTING DEVENTER ZIEKENHUIS | Deventer Ziekenhuis | KLEIN |
6010618 | DIAKONESSENHUIS | Diakonessenhuis | KLEIN |
6010752 | STICHTING DIJKLANDER ZIEKENHUIS | Dijklander Ziekenhuis | GROOT |
6011026 | ELKERLIEK ZIEKENHUIS | Elkerliek Ziekenhuis | KLEIN |
6011037 | STICHTING XXXXXXXXX-TWEESTEDEN ZIEKENHUIS | Xxxxxxxxx-Xxxxxxxxxx Ziekenhuis | GROOT |
6011202 | STICHTING FLEVOZIEKENHUIS | Flevoziekenhuis | KLEIN |
6010867 | FRANCISCUS GASTHUIS (VLIETLAND GROEP) | Franciscus Gasthuis (Vlietland Groep) | GROOT |
6010534 | ZIEKENHUIS GELDERSE VALLEI | Ziekenhuis Gelderse Vallei | KLEIN |
6010536 | STICHTING GELRE ZIEKENHUIZEN | Gelre Ziekenhuizen | GROOT |
6010855 | GROENE HART ZIEKENHUIS | Groene Hart Ziekenhuis | KLEIN |
6010862 | HAGAZIEKENHUIS | Hagaziekenhuis | GROOT |
6010866 | STICHTING HAAGLANDEN MEDISCH CENTRUM | Haaglanden Medisch Centrum | GROOT |
6010852 | IJSSELLAND ZIEKENHUIS | IJsselland Ziekenhuis | KLEIN |
6010831 | STICHTING PROTESTANTS CHRISTELIJK ZIEKENHUIS IK | Ikazia Ziekenhuis | KLEIN |
6010420 | ISALAKLINIEKEN | Isalaklinieken | GROOT |
6011034 | STICHTING XXXXXX XXXXX ZIEKENHUIS | Xxxxxx Xxxxx Ziekenhuis | GROOT |
6010850 | STICHTING LANGELAND ZIEKENHUIS | Langeland Ziekenhuis | KLEIN |
6011108 | XXXXXXXXXX ZIEKENHUIS | Xxxxxxxxxx Xxxxxxxxxx | KLEIN |
6020801 | LEIDS UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM (LUMC) | Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) | UMC |
6010861 | MAASSTAD ZIEKENHUIS | Maasstad Ziekenhuis | GROOT |
6011002 | MAASZIEKENHUIS PANTEIN B.V. | Maasziekenhuis Pantein | KLEIN |
6010107 | MARTINI ZIEKENHUIS | Martini Ziekenhuis | GROOT |
6011035 | MAXIMA MEDISCH CENTRUM | Maxima Medisch Centrum | GROOT |
6010210 | MEDISCH CENTRUM LEEUWARDEN | Medisch Centrum Leeuwarden | GROOT |
Agb-code | naam | Naam ziekenhuis | Omvangsgroep |
6010619 | MEANDER MEDISCH CENTRUM | Meander Medisch Centrum | GROOT |
6010419 | MEDISCH SPECTRUM TWENTE | Medisch Spectrum Twente | GROOT |
6021101 | ACADEMISCH ZIEKENHUIS MAASTRICHT | Maastricht UMC+ | UMC |
6010202 | ZIEKENHUIS NIJ SMELLINGHE | Ziekenhuis Nij Smellinghe | KLEIN |
6010702 | STICHTING NOORDWEST ZIEKENHUISGROEP | Noordwest Ziekenhuisgroep | GROOT |
6010713 | STICHTING OLVG | OLVG | GROOT |
6010110 | OMMELANDER ZIEKENHUIS GRONINGEN B.V. | Ommelander Ziekenhuis Groningen | KLEIN |
6020502 | RADBOUD UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM | Radboudumc | UMC |
6010857 | STICHTING REINIER DE GRAAF GROEP | Reinier De Graaf Groep | GROOT |
6010535 | STICHTING RIJNSTATE ZIEKENHUIS | Ziekenhuis Rijnstate/Velp | GROOT |
6010848 | XXXXX ZORGGROEP - BEATRIXZIEKENHUIS | Xxxxx Zorggroep- Beatrixziekenhuis | KLEIN |
6010520 | ZIEKENHUIS RIVIERENLAND | Ziekenhuis Rivierenland | KLEIN |
6010755 | RODE KRUIS ZIEKENHUIS | Rode Kruis Ziekenhuis | KLEIN |
6010418 | SAXENBURGH MEDISCH CENTRUM | Röpcke-Zweers Ziekenhuis | KLEIN |
6010754 | STICHTING SPAARNE GASTHUIS | Spaarne Gasthuis | GROOT |
6011113 | SINT XXXX GASTHUIS | Sint Xxxx Gasthuis | KLEIN |
6010530 | STREEKZIEKENHUIS KONINGIN XXXXXXX | Streekziekenhuis Koningin Xxxxxxx | XXXXX |
6010509 | SLINGELANDZIEKENHUIS | Slingelandziekenhuis | KLEIN |
6011011 | SINT ANNAZIEKENHUIS | St. Xxxx Xxxxxxxxxx | KLEIN |
6010533 | ZIEKENHUIS ST. JANSDAL | Ziekenhuis St Jansdal | KLEIN |
6010620 | ST. XXXXXXXX ZIEKENHUIS | St. Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx | GROOT |
6010758 | STICHTING TERGOOI | Tergooi | KLEIN |
6010205 | ZIEKENHUIS TJONGERSCHANS B.V. | Ziekenhuis Tjongerschans | KLEIN |
6010304 | STICHTING TREANT ZIEKENHUISZORG | Treant Ziekenhuiszorg | GROOT |
6020101 | UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM GRONINGEN | Universitair Medisch Centrum Groningen | UMC |
6020602 | UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM UTRECHT | Universitair Medisch Centrum Utrecht | UMC |
6010805 | HET VAN WEEL-BETHESDA ZIEKENHUIS | Het Van Weel-Bethesda Ziekenhuis | KLEIN |
6011115 | VIECURI, MEDISCH CENTRUM VOOR NOORD-LIMBURG | VieCuri, Medisch Centrum Voor Noord-Limburg | KLEIN |
6020701 | STICHTING VUMC | VUMC | UMC |
6010301 | XXXXXXXXXX ZIEKENHUIS | Xxxxxxxxxx Ziekenhuis | KLEIN |
6010421 | STICHTING ZIEKENHUISGROEP TWENTE (MSZ) | Ziekenhuisgroep Twente | GROOT |
6010742 | ZAANS MEDISCH CENTRUM | Zaans Medisch Centrum | KLEIN |
6010916 | ZORGSAAM ZIEKENHUIS B.V. | Zorgsaam Ziekenhuis | KLEIN |
6011118 | STICHTING ZUYDERLAND MEDISCH CENTRUM | Zuyderland Medisch Centrum | GROOT |
6010863 | SPIJKENISSE M.C. | Spijkenisse Medisch Centrum | KLEIN |
6280501 | SINT MAARTENS KLINIEK | Sint Maartens Kliniek (SMK) | KLEIN |
32
Bijlage A | Deelnemende ziekenhuizen en umc’s (2)
Onderstaande instellingen zijn onderdeel van de ziekenhuizen op voorgaande pagina, zij worden echter met deze agb-codes apart gecontracteerd.
Agb-code | naam | Naam ziekenhuis |
51000976 | Stichting Klinisch-genetisch centrum Nijmegen eo | Stichting Klinisch-genetisch centrum Nijmegen eo |
54540039 | Sint Xxxx Ziekenhuis (Paaz) | Sint Xxxx Ziekenhuis (Paaz) |
54540010 | Antonius Ziekenhuis (Paaz) | Antonius Ziekenhuis (Paaz) |
54540034 | Stichting Bravis Ziekenhuis (Paaz) | Stichting Bravis Ziekenhuis (Paaz) |
54540028 | Stichting Dijklander Ziekenhuis (Paaz) | Stichting Dijklander Ziekenhuis (Paaz) |
54540056 | Stichting Xxxxxxxxx-Tweesteden Ziekenhuis (Paaz) | Stichting Elisabeth-Tweesteden Ziekenhuis (Paaz) |
54540042 | Sint Xxxxxxxxxx Ziekenhuis (Paaz) | Sint Xxxxxxxxxx Ziekenhuis (Paaz) |
54540011 | Medisch Centrum Leeuwarden (Paaz) | Medisch Centrum Leeuwarden (Paaz) |
54540049 | Rode Kruis Ziekenhuis (Pp) | Rode Kruis Ziekenhuis (Pp) |
54540003 | Universitaire Medisch Centrum Utrecht (Puk) | Universitaire Medisch Centrum Utrecht (Puk) |
54540035 | Amphia Ziekenhuis (Paaz) | Amphia Ziekenhuis (Paaz) |
54540007 | Academisch Ziekenhuis Maastricht (Puk) | Academisch Ziekenhuis Maastricht (Puk) |
54540001 | Universitaire Medisch Centrum Groningen (Puk) | Universitaire Medisch Centrum Groningen (Puk) |
54540031 | Xxxxxx Xxxxxxxxxx Ziekenhuis (Paaz) | Xxxxxx Xxxxxxxxxx Ziekenhuis (Paaz) |
54540017 | Medisch Spectrum Twente (Paaz) | Medisch Spectrum Twente (Paaz) |
54540027 | Stichting Spaarne Gasthuis (Paaz) | Stichting Spaarne Gasthuis (Paaz) |
54540024 | Stichting Sint Xxxxxxxx Ziekenhuis | Stichting Sint Xxxxxxxx Ziekenhuis |
54540019 | Stichting Ziekenhuis Rijnstate/Velp (Paaz) | Stichting Ziekenhuis Rijnstate/Velp (Paaz) |
54540004 | Academisch Medisch Centrum Amsterdam (Puk) | Academisch Medisch Centrum Amsterdam (Puk) |
54540050 | Bovenij Ziekenhuis (Pp) | Bovenij Ziekenhuis (Pp) |
54540020 | Canisius-Xxxxxxxxxx Ziekenhuis (Paaz) | Canisius-Xxxxxxxxxx Xxxxxxxxxx (Paaz) |
54540014 | Isala Klinieken (Paaz) | Isala Klinieken (Paaz) |
54540029 | Zaans Medisch Centrum (Paaz) | Zaans Medisch Centrum (Paaz) |
54540038 | Catharina Ziekenhuis (Paaz) | Catharina Ziekenhuis (Paaz) |
54540018 | Gelre Ziekenhuizen (Paaz) | Gelre Ziekenhuizen (Paaz) |
54540005 | Leids Universitaire Medisch Centrum (Puk) | Leids Universitaire Medisch Centrum (Puk) |
54540053 | PAAZ Martini | PAAZ Martini |
54540041 | Máxima Medisch Centrum (Paaz) | Máxima Medisch Centrum (Paaz) |
54540030 | Stichting Olvg (Paaz) | Stichting Olvg (Paaz) |
54540002 | Radboud (Puk) | Radboud (Puk) |
54540025 | Stichting Tergooi (Paaz) | Stichting Tergooi (Paaz) |
54540054 | Xxxxxxxxxx Xxxxxxxxxx Assen (Poli Psychiatrie En Mpu) | Xxxxxxxxxx Xxxxxxxxxx Assen (Poli Psychiatrie En Mpu) |
54540016 | Ziekenhuisgroep Twente (Paaz) | Ziekenhuisgroep Twente (Paaz) |
54540008 | Ziekenhuis Nij Smellingen (Paaz) | Ziekenhuis Nij Smellingen (Paaz) |
54540009 | Algemeen ziekenhuis de Tjongerschans (Paaz) | Algemeen ziekenhuis de Tjongerschans (Paaz) |
33
Bijlage B | Deelnemende MSR en instellingen met separate afspraken
Agb-code | Naam instelling | Categorie |
19009349 | Kentalis | Audiologische centra |
19009331 | Kentalis Zorg (AC Amsterdam) | Audiologische centra |
19009334 | Kentalis Zorg (AC Den Haag) | Audiologische centra |
19009353 | Kentalis Zorg (AC Arnhem) | Audiologische centra |
19009356 | Stichting Pento | Audiologische centra |
19009326 | Pento Audiologisch Centrum Friesland | Audiologische centra |
19009327 | Pento Audiologisch Centrum Twente | Audiologische centra |
19009328 | Pento Audiologisch Centrum Zwolle | Audiologische centra |
19009329 | Pento Audiologisch Centrum Amersfoort | Audiologische centra |
19009352 | Pento Audiologisch Centrum Drente | Audiologische centra |
19190000 | Pento Audiologisch Centrum Utrecht | Audiologische centra |
19009332 | Audiologisch Centrum Holland Noord / NSDSK | Audiologische centra |
19009337 | Stichting Libra Revalidatie & Audiologie (Tilburg) | Audiologische centra |
19009338 | Stichting Xxxxxxxx Xxxx (Ac Hoensbroek) | Audiologische centra |
19009354 | Stichting Xxxxxxxx Xxxx (Ac Venlo) | Audiologische centra |
19009351 | Stichting Zorg Koninklijke Auris Groep | Audiologische centra |
19009355 | Ac Hilversum | Audiologische centra |
06061002 | Epilepsiecentrum Kempenhaeghe | Epilepsiecentra |
34
Bijlage C | Afwijkende afspraken EUCARE
EUCARE neemt deel aan MSZ22. Omdat er voor EUCARE sprake was van een afwijkende regeling in voorgaande jaren zijn afwijkendeafspraken nodig waar in MSZ22
wordt terugverwezen of doorgebouwd op 2020 en 2021 mbt omzet referenties. Hiervoor gelden de volgende afspraken:
Bepalen vangnetwaarde
Voor EUCARE staat de '100% vangnetwaarde uit de CB-regeling 2021' gelijk aan de in 2021 overeengekomen '100% EUCARE contractwaarde 2021’.
Bepalen IC plafond
Voor 2019 wordt uitgegaan van het aantal IC-dagen van de uzovi’s 3360, 8956 en 3328 tezamen
Situatie 1: 2022 IC productie is boven 2019 referentie
Rekenvoorbeeld vergoeding COVID-zorg boven plafond
Situatie: productieplafond 2022 = 100, IC productie 2019 = 10
Productie 2022 Vergoeding 2022
Reguliere zorg – niet-IC Reguliere zorg – IC COVID – niet-IC COVID – IC
COVID – fac. prestaties
TOTAAL
90
3
IC-productie 2022 = 11
IC-productie 2019 = 10
IC-overproductie = 1
2
8
2
105
Vergoeding tot aan plafond Vergoeding boven plafond:
- COVID – fac. prestaties
- COVID IC > niveau 2019
TOTAAL
100
2
1
103
Situatie 2: 2022 IC productie is onder 2019 referentie, ziekenhuis overschrijdt
wel plafond in 2022 maar niet in 2019
Rekenvoorbeeld vergoeding COVID-zorg boven plafond
Situatie: productieplafond 2022 = 100, IC productie 2019 = 12, geen onbetaalde overproductie in 2019
Productie 2022 Vergoeding 2022
Reguliere zorg – niet-IC Reguliere zorg – IC COVID – niet-IC COVID – IC
COVID – fac. prestaties
TOTAAL
90
3
IC-productie 2022 = 11
IC-productie 2019 = 12
IC-overproductie = 0
2
8
2
105
Vergoeding tot aan plafond Vergoeding boven plafond:
- COVID – fac. prestaties
- COVID IC > niveau 2019
TOTAAL
100
2
0
102
Situatie 3: 2022 IC productie is onder 2019 EN ziekenhuis overschrijdt plafond
in 2019 maar IC productie 2022 is nog steeds lager dan referentieniveau
Rekenvoorbeeld vergoeding COVID-zorg boven plafond
Situatie: productieplafond 2022 = 100, IC productie 2019 = 12 waarvan 2 niet vergoed1 dus IC referentie = 12-2 = 10
Productie 2022 Vergoeding 2022
Reguliere zorg – niet-IC Reguliere zorg – IC COVID – niet-IC COVID – IC
COVID – fac. prestaties
TOTAAL
90
3
IC-productie 2022 = 9
IC-referentie 2019 = 10
IC-overproductie = 0
2
6
2
103
Vergoeding tot aan plafond Vergoeding boven plafond:
- COVID – fac. prestaties
- COVID IC > niveau 2019
TOTAAL
100
2
0
102
Productie 2022 Vergoeding 2022
Reguliere zorg – niet-IC Reguliere zorg – IC COVID – niet-IC COVID – IC
COVID – fac. prestaties
TOTAAL
90
3
IC-productie 2022 = 11
IC-referentie 2019 = 10
IC-overproductie = 1
2
8
2
105
Vergoeding tot aan plafond Vergoeding boven plafond:
- COVID – fac. prestaties
- COVID IC > referentie 2019
TOTAAL
100
2
1
103
39
Bijlage D | COVID IC-zorg: referentiewaarde in geval van onredelijke situatie
Situatie 5: 2022 IC productie is boven 2019 EN ziekenhuis overschrijdt plafond
in 2019; IC productie 2022 is daarmee hoger dan het referentieniveau
Rekenvoorbeeld vergoeding COVID-zorg boven plafond
Rekenvoorbeeld 5 ter illustratie van de voorgestelde vergoeding van overproductie als gevolg van COVID
Situatie: productieplafond 2022 = 100, IC productie 2019 = 10 waarvan 1 niet vergoed1 dus IC referentie = 10-1 = 9
Productie 2022 Vergoeding 2022
Reguliere zorg – niet-IC Reguliere zorg – IC COVID – niet-IC COVID – IC
COVID – fac. prestaties
TOTAAL
90
3
IC-productie 2022 = 11
IC-referentie 2019 = 9
IC-overproductie = 2
2
8
2
105
Vergoeding tot aan plafond Vergoeding boven plafond:
- COVID – fac. prestaties
- COVID IC > referentie 2019
TOTAAL
100
2
2
104
40
Bijlage D | COVID IC-zorg: referentiewaarde in geval van onredelijke situatie
Rekenvoorbeeld 6 ter illustratie van bepaling van de niet-vergoede IC-productie 2019
Rekenvoorbeeld bepaling niet-vergoede IC-productie 2019
Bruto declaraties 2019 | 110 | waarde van alle goedgekeurde declaraties | ||||
Netto vergoeding 2019 | 100 | na contractafrekening | ||||
(A) | Niet vergoede productie-overschrijding | 10 | ||||
IC dagen 2019 | 6,000 | |||||
Overige ligdagen 2019 | 80,000 | kliniek en dagbehandeling | ||||
Totaal ligdagen 2019 | 86,000 | |||||
(B) | Fractie IC dagen t.o.v. totaal ligdagen | 7.0% | = 6.000 / 86.000 | |||
Waarde van niet-vergoede IC productie 2019: | 0.70 | = (A) X (B) |
Bijlage E | Beschikbaarheidsvergoeding opschaling IC
Rekenvoorbeeld: verrekening declaratieopbrengst bij bepaling beschikbaarheidsvergoeding IC
Rekenvoorbeeld verrekening ontvangen declaratieopbrengsten IC bedden ter voorkoming van dubbele financiering 41
Basisgegevens:
Vergoede IC dagen 2019 : 1.000 NZa maxtarief IC dag 2022 €2.500
Tarief COVID – facultatieve prestatie: €1.200
Toegekende beschikbaarheidsvergoeding: 1 bed = €250.000
Productie 2022 Verrekening
Situatie 1: productie onder niveau 2019: Vergoede IC dagen 950
COVID – fac. prestaties 150
Situatie 2: productie boven niveau 2019:
Vergoede IC dagen 1050
COVID – fac. prestaties 200
Situatie 1: productie onder niveau 2019: Vergoede IC dagen >2019 0
COVID – fac. prestaties 0
Situatie 2: productie boven niveau 2019: Vergoede IC dagen >2019 50
COVID – fac. prestaties 50
Te verrekenen bedrag: 0
Te ontvangen beschikbaarheidsvergoeding: 250.000
Te verrekenen bedrag:
50 x 2.500 + 50 x 1.200 = 185.000
Te ontvangen beschikbaarheidsvergoeding: 250.000 – 185.000 = 65.000
Situatie 3: productie boven niveau 2019:
Situatie 3: productie boven niveau 2019:
Te verrekenen bedrag:
Vergoede IC dagen COVID – fac. prestaties
1075
70
Vergoede IC dagen > 2019 75
COVID – fac. prestaties 70
75 x 2.500 + 70 x 1.200 = 271.500
Te ontvangen beschikbaarheidsvergoeding: 250.000 – 271.500 = <0 = 0
1) De niet-vergoede IC-productie 2019 bepalen we door: (IC dagen / totaal ligdagen)% X niet gefinancieerde productie overschrijding 2019