Bestuursovereenkomst inzet Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) provincie Drenthe en waterschappen
1/8
Bestuursovereenkomst inzet Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) provincie Drenthe en waterschappen
Versie 22-07-2021 PARTIJEN,
Provincie Drenthe bij deze vertegenwoordigd door gedeputeerde de xxxx X. Xxxxxxx, handelende ter
uitvoering van een besluit van GS d.d. -2021
Waterschap Noorderzijlvest bij deze vertegenwoordigd door mevrouw X. xxx Xxxxx - Xxxxxx, handelende ter uitvoering van een besluit van DB d.d. 2021
Waterschap Hunze en Aa’s bij deze vertegenwoordigd door xxxxxxx X. Xxxxxxxx, handelende ter uitvoering van een besluit van AB d.d. 2021
Waterschap Drents Overijsselse Delta (WDO Delta) bij deze vertegenwoordigd door xxxxxxx X. Xxxxxxx, handelende ter uitvoering van een besluit van DB d.d. 2021
Waterschap Vechtstromen bij deze vertegenwoordigd door de xxxx X. Xxxxxxxx, handelende ter uitvoering van een besluit van DB d.d. 2021
OVERWEGENDE DAT:
1. Tussen de afgelopen programmaperiode POP3 (2014-2020) en de start van het nieuwe Gemeenschappelijke Landbouwbeleid (GLB) er sprake zal zijn van een transitieperiode van twee jaar (2021 en 2022).
2. Bij het opzetten van POP3 in de transitieperiode de opzet is het verlengen van het bestaande POP3, met focus op actuele maatschappelijke beleidsthema’s klimaat, biodiversiteit/bodem en kringlooplandbouw.
3. Tussen rijk en regio bestuurlijke afspraken zijn gemaakt over de contrafinanciering van maatregelen gedurende de transitieperiode voor de realisatie van internationale doelen in het kader van POP3 pijler 1 door middel van niet-productieve investeringen.
4. Het rijk besloten heeft om voor de twee transitiejaren middelen vanuit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid in te zetten voor deze internationale doelen. Hiermee komt € 3.280.000,-- beschikbaar om in de provincie Drenthe ingezet te worden.
5. Van de beschikbare middelen een bedrag van € 560.000,-- is gereserveerd voor het voortzetten van bestaande overeenkomsten voor blauwe diensten (Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb)). Voor de internationale waterdoelen resteert daarmee een bedrag van € 2.720.000,--.
6. Voor de periode 2022-2027 vanuit het Deltaprogramma Zoetwater (DPZ) middelen beschikbaar komen voor maatregelen op het boerenbedrijf gericht op bestrijding van de verdroging. Bedrijven zullen 60% bijdragen en vanuit DPZ komt er 25% beschikbaar. DAW en DPZ middelen worden samen ingezet zodat het subsidiepercentage van DPZ met 15% wordt verhoogd naar 40%. Dit verhoogt het effect van beide subsidies.
7. Om gezamenlijk regionaal invulling te geven aan de bestuurlijke afspraken, partijen het beschikbaar stellen en investeren van deze regionale middelen willen vastleggen, waarbij zoveel mogelijk aansluiting op de vorige bestuursovereenkomst is gezocht.
8. Partijen waarde hechten aan regionaal maatwerk gekoppeld aan de KRW, de Nitraatrichtlijn en het realiseren van de klimaatdoelen in samenwerking met de gebiedspartners. Naast noodzakelijke systeemmaatregelen biedt het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW), zoals opgesteld door LTO en omarmd door de minister, daarvoor een goed uitgangspunt. Hieronder vallen projecten waarbij agrariërs worden ondersteund bij investeringen en innovaties om bij te dragen aan de volgende (internationale) doelstellingen:
a) De oppervlaktewater- en grondwaterkwaliteit voldoen aan de doelen van de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn;
b) De zoetwatervoorziening voorziet in een maatschappelijk gewenst duurzaam voorzieningenniveau voor voldoende en schoon zoet (grond)water;
c) Robuuste watersystemen die zodanig ingericht zijn dat de risico’s op wateroverlast en watertekort (droogte) tot een maatschappelijk aanvaardbaar niveau beperkt blijven voor alle functies;
d) De landbouwsector anticipeert op de gevolgen van klimaatverandering door mitigatie en adaptatie;
e) De landbouwsector werkt aan een toekomstgerichte landbouw.
9. Het continueren van het DAW van belang is gezien de waterkwaliteitsopgave vanuit de KRW, de kwantiteitsopgave vanuit de klimaatdoelen en de kansen die het nieuwe GLB voor de landbouw kan hebben bij het verbeteren van de waterkwaliteit.
DEFINITIES
1) Contrafinanciering: budget dat regionale partijen beschikbaar stellen uit regionale middelen ter aanvulling op de Europese gelden in pijler 1 (directie inkomenssteun aan de landbouwers) die overgeheveld zijn naar het POP3 programma en die besteed worden aan DAW maatregelen en watersysteemmaatregelen.
2) Regionale regeling: Besluit van GS Drenthe en basis voor de subsidieverstrekking vanuit de beschikbaar gestelde middelen.
HOOFDSTUK A INHOUDELIJK
Artikel 1
Het doel van de Bestuursovereenkomst is de (her)inrichting/transformatie en beheer van het watersysteem voor landbouw(bodem), water en klimaatdoelen. Daarbij worden investeringen gestimuleerd die gericht zijn op verbetering van de waterkwaliteit- en kwantiteit om daarmee een bijdrage te leveren aan de doelstellingen uit de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn, aan het herstel van de natuurlijke toestand van watersystemen, aan het duurzaam optimaliseren van de waterhuishouding en aan het voorkomen en/of beperken van watertekorten.
Daartoe spreken partijen af:
1. Middelen beschikbaar te stellen als contrafinanciering van toegekend POP3 budget voor internationale waterdoelen (zie overweging 3);
2. Afspraken te maken over de mogelijke inzet van deze middelen;
3. Uitvoering te geven aan de eerdere bestuurlijke toezeggingen van de waterschappen (zie overweging 7);
4. Afspraken te maken over de cofinanciering van de DPZ middelen;
5. Procedurele afspraken te maken over opstelling en uitvoering van de regionale regeling.
HOOFDSTUK B FINANCIEEL
Artikel 2
Partijen stellen gedurende de transitieperiode gezamenlijk een bedrag van maximaal € 3.000.000,-- beschikbaar voor de regionale DAW regeling voor de periode 2021-2022.
Artikel 3
Van het bedrag genoemd onder artikel 2, stellen de vier waterschappen met beheergebied in Drenthe gezamenlijk minimaal 1/3 beschikbaar voor DAW projecten en 1/3 voor watersysteemmaatregelen. Tot een maximum van 1,5 mln euro zal de provincie de door de waterschappen beschikbaar gestelde middelen voor DAW projecten verdubbelen.
Artikel 4
Partijen streven ernaar om (per werkgebied van de waterschappen) vanuit de beschikbaar komende DAW middelen een deel beschikbaar te houden als cofinanciering voor DPZ (Hiermee wordt de Deltafondssubsidie voor LTO-maatregelen ter hoogte van 25% door partijen aangevuld tot 40%).
Doel hiervan is om de gevraagde regionale financiering beschikbaar te hebben wanneer de uitvoering van de DPZ maatregelen in beeld komt.
Artikel 5
De bijdrage van de waterschappen zoals genoemd in artikel 2 is gekoppeld aan de hoogte van de verleende POP3 middelen voor de transitieperiode 2021 - 2022 die de waterschappen zelf ontvangen voor projecten in het kader van ‘niet-productieve investeringen’ en ‘blauwe diensten’.
De waterschappen zullen voor elke euro Europese POP3 subsidie uit pijler 1 die zij verleend krijgen in het kader van ‘niet-productieve investeringen’, een bedrag ter hoogte van 1/3 euro bijdragen aan de regionale regeling voor maatregelen in het beheergebied van het betreffende waterschap in de provincie Drenthe. Daaraan toegevoegd wordt een bedrag gekoppeld aan beschikbaar gestelde middelen voor blauwe diensten (ter continuering van lopende contracten) ter hoogte van de ¼ dat bedrag.
De provincie Drenthe verdubbelt die totale bijdrage. Hierdoor ontstaat er een budget per beheersgebied.
Artikel 6
De waterschappen zullen daarnaast voor elke euro Europese POP3 subsidie uit pijler 1 die zij
verleend krijgen in het kader van ‘niet-productieve investeringen’, een bedrag ter hoogte van 1/3 euro investeren in watersysteemmaatregelen in het beheergebied van het betreffende waterschap in de provincie Drenthe.
Artikel 7
In afwijking van artikel 5 en 6 kan een waterschap er ook voor kiezen om voor elke euro Europese POP3 subsidie uit pijler 1 die het verleend krijgt in het kader van ‘niet-productieve investeringen’, een bedrag ter hoogte van minimaal 1/2 euro bijdragen aan de regionale regeling voor maatregelen in het beheergebied van het betreffende waterschap in de provincie Drenthe.
Daaraan toegevoegd wordt een bedrag gekoppeld aan beschikbaar gestelde middelen voor blauwe diensten (ter continuering van lopende contracten) ter hoogte van de ¼ dat bedrag.
De provincie Drenthe verdubbelt die totale bijdrage. Hierdoor ontstaat er een budget per beheersgebied.
Artikel 8
Betrokken partijen kunnen afspreken dat een deel van regionale middelen buiten de regionale regeling wordt ingezet gericht op het realiseren van de doelen zoals omschreven in deze bestuursovereenkomst. Het kan daarbij bijvoorbeeld gaan om projecten in de sfeer van pilots waarbij het wegzetten middels een losstaande opdracht efficiënter is. De toegezegde bijdrage van partijen aan deze projecten wordt in mindering gebracht op de aan de regionale regeling verwachte totale bijdrage (conform artikel 2 en 3) per partij.
Artikel 9
De waterschappen rapporteren jaarlijks aan het rijk over de wijze waarop de contrafinanciering is ingezet (inclusief de watersysteemmaatregelen) en sturen daarvan een afschrift naar de provincie.
HOOFDSTUK C REGIONALE REGELING
Artikel 10
Partijen bereiden gezamenlijk een regionale regeling voor ten behoeve van de uitvoering van deze Bestuursovereenkomst. De regionale regeling dient ter detaillering of regio-specifieke invulling van hetgeen in deze Bestuursovereenkomst is vastgelegd.
Artikel 11
De provincie stelt de regionale regeling vast na akkoord van de waterschappen en voert deze uit.
Artikel 12
Bij het opstellen van de regionale regeling en bij het verlenen van de subsidie zullen onder meer de regels voor staatssteun in acht worden genomen.
Artikel 13
Een subsidie uit hoofde van de regionale regeling wordt slechts verleend als hiervoor positief advies is gegeven namens de waterschappen in wier grondgebied het betrokken project is gelegen. De provincie stuurt een afschrift van de beschikking tot subsidieverlening aan het betreffende waterschap.
Artikel 14
De provincie kan een of meerdere voorschotten verstrekken aan de subsidieontvanger. Bij de verlening van de subsidie verstrekt de subsidieverlener een voorschot van 50%. Gedurende de looptijd van het project kan de initiatiefnemer een aanvullend voorschot van maximaal 30% aanvragen. De resterende 20% van de subsidie wordt uitgekeerd na de definitieve vaststelling. De definitieve vaststelling van de subsidie wordt verricht door de provincie aan het einde van een project en wordt voorzien van een inhoudelijke en financiële verantwoording. Provincie en waterschap maken een afspraak hoe de onderlinge afrekening van een project plaatsvindt.
Artikel 15
Indien een DAW aanvraag meerdere beheergebieden omvat wordt de bijdrage van de afzonderlijke waterschappen verdeeld naar rato van de kosten van het project dat in ieders beheergebied wordt uitgevoerd, tenzij anders afgesproken tussen de waterschappen.
Artikel 16
De regionale regeling kan alleen worden gewijzigd met instemming van alle partijen bij deze Bestuursovereenkomst. Partijen streven ernaar dat uiterlijk 31 december 2024 alle middelen zijn beschikt.
Artikel 17
Communicatie en publiciteit:
1. De provincie draagt zorg voor de communicatie op provinciaal niveau over de openstelling van de regionale regeling.
2. De waterschappen dragen zorg voor de communicatie over projecten op grond van de regionale regeling binnen het eigen beheergebied en voor zover vallend binnen de provincie Drenthe.
3. Partijen stemmen de communicatie vooraf onderling af.
Artikel 18
Bezwaar en beroep
1. De Provincie draagt zorg voor tijdige en procedureel correcte behandeling van bezwaar- en beroepsprocedures.
2. Bij de inhoudelijke behandeling van bezwaar- en beroepsprocedures zal de Provincie advies aan het betrokken waterschap vragen.
3. De Waterschappen verplichten zich er toe gevraagde adviezen tijdig af te geven en de Provincie waar nodig bij te staan in bezwaar- en beroepsprocedures.
HOOFDSTUK D SLOTBEPALINGEN
Artikel 19
Indien blijkt dat afspraken uit deze Bestuursovereenkomst niet uitvoerbaar zijn, dient onverwijld overleg tussen partijen te worden belegd, teneinde deze Bestuursovereenkomst zodanig te wijzigen, dat deze geen onuitvoerbare bepalingen meer bevat.
Artikel 20
Een partij die meent dat er een geschil bestaat over de uitvoering van deze Bestuursovereenkomst, deelt dat schriftelijk binnen vier weken aan de andere partij of partijen mee. De mededeling bevat een aanduiding van het geschil.
Artikel 21
Binnen vier weken na de in artikel 20 bedoelde schriftelijke mededeling overleggen partijen over een oplossing voor het geschil en trachten zij via minnelijke weg tot overeenstemming te komen met, indien partijen dit gezamenlijk wensen, de inschakeling van een mediator. De kosten voor een mediator worden gezamenlijk door partijen gedragen.
Artikel 22
Deze Bestuursovereenkomst kan alleen schriftelijk met instemming van alle partijen worden gewijzigd of opgezegd doch slechts nadat overeenstemming is bereikt over de gevolgen van de wijziging of opzegging.
Artikel 23
Deze Bestuursovereenkomst treedt in werking op de dag volgend op die waarop deze door alle partijen is ondertekend en eindigt zodra volledige uitvoering is gegeven aan de in deze Bestuursovereenkomst gemaakte afspraken.
Artikel 24
Na de beoordeling van de laatste subsidieaanvraag wordt vastgesteld hoeveel budget er per beheergebied is aangevraagd voor DAW projecten. Als blijkt dat het budget voor een beheergebied niet volledig is benut dan vervalt dit deel van het budget van het betrokken waterschap en de provincie.
Artikel 25
Wanneer onverkorte uitvoering van deze bestuursovereenkomst leidt tot onbedoelde onbillijkheden (of effecten), kan door de betrokken partijen in onderling overleg in afwijking van deze overeenkomst worden besloten.
Aldus overeengekomen en ondertekend
Datum van ondertekening: ............................................................................
De xxxx X. Xxxxxxx Gedeputeerde Provincie Drenthe | ........................................................................... |
Mevrouw X. xxx Xxxxx - Xxxxxx, Lid van het Dagelijks Bestuur van Waterschap Noorderzijlvest | ........................................................................... |
xxxxxxx X. Xxxxxxxx Lid van het Dagelijks Bestuur van Waterschap Hunze en Aa’s | ........................................................................... |
xxxxxxx X. Xxxxxxx Lid van het Dagelijks Bestuur van Waterschap Drents Overijsselse Delta | ........................................................................... |
de xxxx X. Xxxxxxxx Lid van het Dagelijks Bestuur van Waterschap Vechtstromen | ........................................................................... |