CASS PERSBERICHT | Straatsburg 17 augustus 2018
XXXX XXXXXXXXXXX | Xxxxxxxxxxx 00 augustus 2018
ONDERTEKENING VAN DE AANVULLENDE OVEREENKOMST BIJ DE UITZONDERINGSOVEREENKOMST MET BETREKKING TOT LIECHTENSTEIN
Ref : CC/CP (18)09
Xxxxxxxxxxx, 00 augustus 2018 – Het Administratief Centrum voor de Sociale Zekerheid van de Rijnvarenden (CASS) is verheugd te kunnen aankondigen dat de Aanvullende Overeenkomst bij de Overeenkomst krachtens artikel 16, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de vaststelling van de op Rijnvarenden toepasselijke wetgeving (“Uitzonderingsovereenkomst”) met betrekking tot Liechtenstein is ondertekend door België, Duitsland, Frankrijk, Liechtenstein, Luxemburg en Nederland.
De Aanvullende Overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de maand nadat alle ondertekende exemplaren zijn ontvangen en de Uitzonderingsovereenkomst vindt toepassing op alle partijen bij de Aanvullende Overeenkomst met ingang van de dag van inwerkingtreding van de Aanvullende Overeenkomst. Aangezien de laatste ondertekening door het secretariaat is ontvangen op 7 augustus 2018, zal de Aanvullende Overeenkomst in werking treden op 1 september 2018 en de Uitzonderingsovereenkomst vanaf deze datum van toepassing zijn op alle ondertekenende partijen (België, Duitsland, Frankrijk, Liechtenstein, Luxemburg en Nederland).
OVER DE UITZONDERINGS- OVEREENKOMST
Het Verdrag inzake de sociale zekerheid van Rijnvarenden (“Rijnvarendenverdrag”) is op 27 juli 1950 aangenomen onder auspiciën van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) en het Internationaal Arbeidsbureau (IAB) en was het eerste Europese multilaterale instrument tot instelling van een systeem voor de coördinatie van de nationale socialezekerheidswetgevingen ten behoeve van het varend personeel, mobiele werknemers bij uitstek.
Dit Verdrag is op 30 november 1979 herzien om rekening te houden met de verbeteringen die intussen bij Verordening (EEG) nr. 1408/71 waren aangebracht. Verordening (EEG) nr. 1408/71 had tevens een clausule waarin de voorrang van het Rijnvarendenverdrag werd erkend. Voor de bepaling van de toepasselijke wetgeving werd gekozen voor een aanwijsregel “op basis van de exploitant”, zoals deze is neergelegd in het Rijnvarendenverdrag: de gehele bemanning van een schip is verzekerd in de lidstaat waar de exploitant is gevestigd.
Verordening (EG) nr. 883/2004, die op 1 mei 2010 in werking is getreden en Verordening (EEG) nr. 1408/71 vervangt, was bedoeld om het aantal specifieke regels voor de verschillende bedrijfstakken zoveel mogelijk te beperken en bevat dus noch een specifieke aanwijsregel voor de binnenvaart, noch een specifieke bepaling op grond waarvan het Rijnvarendenverdrag onverlet de Verordening toepassing vindt.
De sta ten die partij zijn bij he t Rijnvarendenverdrag en de sociale partners hebben het echter van essentieel belang geacht de aanwijsregel van de exploitant te kunnen blijven toepassen, die in hun ogen beter aangepast is aan de situatie van het varend personeel. Deze staten hebben daartoe een overeenkomst op basis van artikel 16 van Verordening (EG) nr. 883/2004 gesloten, de zogenaamde “Uitzonderingsovereenkomst”, en aldus de aanwijsregel van de exploitant geïntegreerd in het Europese regelgevingskader.
OVER LIECHTENSTEIN
Liechtenstein heeft sinds 2 juli 2015 de status van waarnemersstaat bij CASS.
OVER CASS
(xxxxx://xxx.xxx-xxx.xxx/00000000-xx.xxxx)
Het Administratief Centrum heeft tot taak alle vraagstukken te behandelen die verband houden met de interpretatie en de toepassing van het Verdrag betreffende de sociale zekerheid van Rijnvarenden (“Rijnvarendenverdrag”) en van de Overeenkomst krachtens artikel 16, eerste lid, van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de vaststelling van de op Rijnvarenden toepasselijke wetgeving (“Uitzonderingsovereenkomst”).
CASS
ADMINISTRATIEF CENTRUM
VOOR DE SOCIALE ZEKERHEID VAN RIJNVARENDEN
Centrale Commissie voor de Rijnvaart Xxxxxx xx Xxxx
0, xxxxx xx xx Xxxxxxxxxx - CS 10023 X - 00000 Xxxxxxxxxx Xxxxx
Xxx. x00 (0)0 00 00 00 10
xxxx@xxx-xxx.xxx xxx.xxx-xxx.xxx