LEVERINGSVOORWAARDEN VOOR OPDRACHTEN AAN
LEVERINGSVOORWAARDEN VOOR OPDRACHTEN AAN
EXPERTS EN TAXATEURS
Artikel 1 Algemeen
1. De onderhavige voorwaarden zijn, tenzij uitdrukkelijk schriftelijk anders is overeengekomen, van toepassing op alle aanbiedingen, aanvragen, opdrachten en overeenkomsten, alsmede op de uitvoering van opdrachten door het expertisebureau, alsmede op al hetgeen zich, naar aanleiding van of verband met die aanbiedingen en/of opdrachten, mocht voordoen.
2. Verwijst de opdrachtgever bij het sluiten van de overeenkomst naar zijn eigen algemene voorwaarden, dan wijst het expertisebureau deze nu voor alsdan van de hand, behoudens het geval waarin het expertisebureau schriftelijk uitdrukkelijk te kennen geeft deze voorwaarden te accepteren.
3. Waar in deze algemene voorwaarden sprake is van "de opdrachtgever", zijn daaronder mede begrepen alle opdrachtgevers, die tezamen één opdracht hebben gegeven, alsmede zijn of hun gemachtigden.
Artikel 2 Opdracht
Een opdracht heeft slechts betrekking op het daarbij aangegeven doel; er kan geen gevolg voor enig ander doel aan worden verbonden.
Artikel 3 Opdrachtbevestiging / Overeenkomst
1. De overeenkomst komt eerst tot stand door een schriftelijke bevestiging van de opdracht door het expertisebureau aan de opdrachtgever, met aan- duiding van het betreffende object of schadegeval, tenzij de opdrachtge- ver de opdracht voldoende duidelijk omschreven, schriftelijk heeft ver- strekt.
2. Wijzigingen in de overeenkomst zijn slechts bindend indien deze schrifte- lijk door het expertisebureau zijn bevestigd en/of akkoord bevonden.
Artikel 4 Verplichtingen van het expertisebureau
Het expertisebureau zal de door haar aanvaarde opdracht naar beste weten en kunnen vervullen, nauwgezet en onbevooroordeeld, zoals dat van een onpartijdig expert en vertrouwensman mag worden verwacht.
Artikel 5 Deskundigen
1. Indien en voor zover het expertisebureau dat nodig acht voor deugdelijke uitvoering van de opdracht, zal zij zich kunnen doen bijstaan door één of meer deskundigen.
2. Deze deskundigen zullen door het expertisebureau, voor zover gebruikelijk, slechts na overleg met en met schriftelijke toestemming van de opdracht- gever, worden aangewezen; de kosten van deze deskundigen komen voor rekening van de opdrachtgever.
Artikel 6 Geheimhouding
1. Het expertisebureau is verplicht tot geheimhouding jegens derden van al hetgeen haar, in het kader van de opdracht, ter kennis is gebracht of gekomen, alsmede van de inhoud van haar rapport aan de opdrachtgever; dit alles behoudens de noodzaak, tot behoorlijke uitvoering van de opdracht, tot de aanwijzing door het expertisebureau van één of meer deskundigen.
2. Indien het expertisebureau één of meer deskundigen heeft aangewezen, zal zij aan deze deskundige(n) een geheimhoudingsplicht, als genoemd in lid 1 van dit artikel, opleggen.
3. De opdrachtgever zal alle rapporten etc., die hij terzake van het expertise- bureau ontvangt, als strikt vertrouwelijk behandelen en er met de grootst mogelijke zorgvuldigheid mee omgaan.
Artikel 7 Condities voor uitvoering van opdracht
De opdrachtgever dient er voor zorg te dragen dat de opdracht onder zoda- nige condities kan geschieden, als de aard van de opdracht redelijkerwijs met zich meebrengt.
Artikel 8 Gegevens van opdrachtgever
1. Bij, of zo spoedig mogelijk na, het verlenen van de opdracht, verstrekt de opdrachtgever aan het expertisebureau al die gegevens en inlichtingen, die nodig zijn voor een behoorlijke uitvoering van de opdracht.
Met name dient de opdrachtgever, indien het expertisebureau dat verlangt en op de door het expertisebureau daartoe aangegeven wijze, schriftelijke informatie aan het expertisebureau te verstrekken.
2. Het expertisebureau moet er vanuit kunnen gaan, dat die gegevens cor- rect en volledig zijn. Mocht(en) het expertisebureau en/of door haar aan- gewezen deskundigen, als bedoeld in artikel 5, als gevolg van onjuistheid en/of onvolledigheid van die gegevens schade lijden, dan is de opdracht- gever gehouden die schade aan de benadeelde(n) te vergoeden.
Artikel 9 Tussentijdse beëindiging
1. Op grond van (een) voor haar dringende reden(en) zal het expertise- bureau de verdere uitvoering van de reeds aanvaarde opdracht mogen beëindigen zonder de verplichting tot vergoeding van schade, welke dien- tengevolge door de opdrachtgever mocht worden geleden, en onder het uitbrengen aan de opdrachtgever van een mondeling of schriftelijk- zulks ter keuze van het expertisebureau - verslag over de reeds verrichte werk- zaamheden.
2. De opdrachtgever zal aan het expertisebureau de reeds gemaakte kosten en werkzaamheden vergoeden, waarbij de bepalingen van art. 13 toepassing zullen vinden.
Artikel 10 Beëindiging en ontbinding
1. Het expertisebureau is gerechtigd om haar werkzaamheden onmiddellijk te beëindigen en de overeenkomst, voor het nog niet uitgevoerde gedeelte daarvan, te ontbinden, door een schriftelijke verklaring aan de opdrachtgever zonder dat enige rechterlijke tussenkomst is vereist, onverminderd haar recht op vergoeding van kosten, schaden en rente, indien de opdrachtgever:
a. in staat van faillissement is verklaard, tot boedelafstand overgaat, een verzoek tot surséance van betaling indient, danwel beslag op het geheel of een gedeelte van zijn eigendom wordt gelegd of overgaat tot gedeeltelijke of gehele liquidatie van zijn bedrijf;
b. komt te overlijden of onder curatele wordt gesteld, xxxxxx ingeval het een rechtspersoon betreft, een besluit tot ontbinding wordt genomen;
c. bij beslag van welke aard dan ook;
d. enige uit kracht der wet of van deze voorwaarden op hem rustende ver- plichting niet nakomt;
e. nalaat een factuurbedrag of een gedeelte daarvan binnen de daarvoor gestelde termijn te voldoen, danwel overigens één of meer van zijn ver- plichtingen jegens het expertisebureau niet nakomt;
f. overgaat tot staking of overdracht van zijn bedrijf of een belangrijk gedeelte daarvan, daaronder begrepen de inbreng van zijn bedrijf in een op te richten vennootschap, danwel overgaat tot wijziging in de doelstel- ling van zijn bedrijf;
g. in algemene zin in al die gevallen waarin, na het sluiten van de overeen- komst, aan het expertisebureau omstandigheden ter kennis komen die haar goede grond geven te vrezen dat de opdrachtgever zijn verplichtin- gen niet zal nakomen.
2. Indien de opdrachtgever, nadat één of meer van voornoemde gevallen zich heeft voorgedaan en het expertisebureau om die reden haar werk- zaamheden heeft beëindigd, alsnog zijn verplichtingen jegens het experti- sebureau nakomt, zal het expertisebureau slechts gehouden zijn monde- ling of schriftelijk - zulks te harer keuze - verslag te doen van de reeds verrichte werkzaamheden.
3. In de in lid 1 genoemde gevallen is het expertisebureau tevens gerech- tigd, te harer keuze, de nakoming van haar verplichtingen op te schorten totdat zij het verschuldigde bedrag, met eventuele rente en kosten, geheel heeft ontvangen.
Artikel 11 Rapport
1. Aan het slot van de uitvoering van de opdracht brengt het expertisebureau aan de opdrachtgever schriftelijk rapport uit van haar bevindingen en van de staat
c.q. de hoedanigheid van het object c.q. het doel waarvoor de opdracht heeft plaatsgevonden.
2. Telkens wanneer het expertisebureau dat nodig acht, dan wel partijen dat hebben afgesproken, brengt het expertisebureau tussenrapport aan de opdrachtgever uit.
Artikel 12 Beëindiging en bewaarplicht
1. De werkzaamheden van het expertisebureau eindigen (behoudens het geval van tussentijdse beëindiging als omschreven in art. 10) met de indiening van het eindrapport met betrekking tot de door haar aanvaarde opdracht.
2. Het expertisebureau zal alle gegevens, correspondentie, documenten en dergelijke stukken, die betrekking hebben op het aanvaarden en uitvoeren van de opdracht, gedurende een termijn van vijf jaren na de indiening van het rapport bewaren; overige materiële zaken, die betrekking hebben op het onderwerp van de opdracht, zullen door het expertisebureau niet lan- ger dan twaalf maanden na de indiening van het rapport behoeven te wor- den bewaard.
Artikel 13 Betaling
1. Tenzij schriftelijk anders overeengekomen, dient betaling plaats te vinden, zonder enige korting, middels storting of overmaking op een door het expertisebureau aangewezen (post)bankrekening, binnen 30 dagen na factuurdatum. De op het (post)bankrekeningafschrift aangegeven valuta- datum is bepalend en wordt derhalve als betalingsdag aangemerkt,
2. Het expertisebureau heeft het recht te allen tijde vooruitbetaling, contan- te betaling, danwel zekerheid voor de betaling te verlangen.
3. Iedere betaling van de opdrachtgever strekt primair ter voldoening van de door hem verschuldigde interest, alsmede van de door het expertise- bureau gemaakte invorderingskosten en/of administratiekosten en wordt daarna in mindering gebracht op de oudste openstaande vordering.
4. Indien zich één der in artikel 10 lid 1 genoemde omstandigheden voor- doet, is de opdrachtgever door het enkel plaatsgrijpen van één der voor- noemde omstandigheden, van rechtswege in verzuim. Alle vorderingen van het expertisebureau op de opdrachtgever worden in dat geval terstond opeisbaar.
Artikel 14 Rente en kosten
1. Indien de betalingstermijn wordt overschreden, is de opdrachtgever van rechtswege in verzuim en is het expertisebureau gerechtigd vanaf de fac- tuurdatum een rente van 1,5% per maand, danwel de wettelijke rente indien deze hoger is, aan de opdrachtgever in rekening te brengen, waar- bij een gedeelte van een maand voor een gehele maand wordt gerekend.
2. Bij niet, of niet tijdige betaling of niet nakoming van één van de andere verplichtingen van de opdrachtgever, is de opdrachtgever, buiten het factuur- bedrag en de rente, alle incassokosten, zowel de gerechtelijke als de buitengerechtelijke; die door de niet-betaling of niet-nakoming zijn veroorzaakt, aan het expertisebureau verschuldigd.
De buitengerechtelijke incassokosten bedragen tenminste 15% van het, met inbegrip van de vorengenoemde rente, door de opdrachtgever verschuldigde bedrag, met een minimum van ƒ 250,= en zijn verschuldigd in ieder geval waarin het expertisebureau zich voor de invordering van de hulp van een derde heeft verzekerd. Reeds door het inschakelen van een derde blijkt de grootte van en de gehoudenheid van betaling door de opdrachtgever van de buitengerechtelijke incassokosten, zonder dat het expertisebureau gehouden is aan te tonen dat zij deze kosten daadwerkelijk heeft gemaakt.
Artikel 15 Aansprakelijkheid
1. Het expertisebureau is jegens de opdrachtgever nimmer aansprakelijk, indien de opdracht voldoet aan het in artikel 2 alsmede aan het in artikel 4 bepaalde; zulks met inachtneming van het nader in dit artikel en in arti- kel 16 bepaalde.
2. Behoudens aansprakelijkheid van het expertisebureau krachtens dwin- gendrechtelijke bepalingen en algemeen geldende regels van redelijkheid
en billijkheid is het expertisebureau niet aansprakelijk voor en derhalve nimmer verplicht tot vergoeding van middellijk of onmiddellijk geleden schade van welke aard dan ook, direct of indirect, waaronder bedrijfsschade aan roerende of onroerende zaken, danwel aan personen zowel bij de opdrachtgever als bij derden ontstaan ten gevolge van:
a. ondeugdelijke condities, als bedoeld in artikel 7 en onjuiste en/of onvol- ledige gegevens, als bedoeld in artikel 8;
b. onjuiste en/of onvolledige gegevens, als bedoeld in artikel 8, meer speci- aal waar het betreft de door het expertisebureau verlangde gegevens, voor zover het expertisebureau de omstandigheden, ter verkrijging van zodani- ge gegevens, redelijkerwijs niet heeft kunnen waarnemen;
c. door het expertisebureau niet verrichte werkzaamheden, voor zover het expertisebureau die werkzaamheden, in het kader van het in artikel 2 als mede in artikel 4 bepaalde, redelijkerwijs niet behoefde te verrichten.
d. fouten en/of vertragingen, ontstaan door de incorrecte werking van apparatuur, die door het expertisebureau bij de uitvoering van de opdracht wordt gebruikt, tenzij de opdrachtgever aannemelijk maakt dat het exper- tisebureau in de zorg voor die apparatuur is tekort geschoten.
Deze uitsluiting geldt zowel in het geval de bedoelde incorrecte werking is veroorzaakt door het uitvallen of haperen in de stroomvoorziening en/of andere van buiten de apparatuur komende oorzaken, waarvan het expertisebureau de voorkoming niet in de hand heeft, als door gebreken van de apparatuur, inclusief eventuele software, zelf.
e. het niet of niet tijdig gereed komen van het rapport.
f. de verrichtingen en handelingen van de in het kader van artikel 5 van deze algemene voorwaarden aangewezen deskundigen.
3. Het expertisebureau is evenmin aansprakelijk voor schade veroorzaakt aan, door of vanwege de opdrachtgever ter beschikking gestelde appara- tuur en andere zaken.
4. De opdrachtgever vrijwaart het expertisebureau voor aanspraken van derden ter zake van schade aan, door of vanwege de opdrachtgever ter beschikking gestelde apparatuur en andere zaken voor de uitvoering van de werkzaamheden door het expertisebureau, alsook ter zake van schade aan te inspecteren zaken.
5. Voor indirecte schade is het expertisebureau nimmer aansprakelijk.
Artikel 16 Aansprakelijkheidsbeperking en verjaring
1 . Eventuele aansprakelijkheid van het expertisebureau is in alle gevallen beperkt tot het bedrag van de door het expertisebureau aan de opdracht- gever in rekening te brengen resp. gebrachte vacatie en onkosten; doch zal nimmer meer belopen dan het bedrag dat ingevolge de beroepsaan- sprakelijkheidsverzekering van het expertisebureau in het desbetreffende geval wordt uitgekeerd.
Eventuele samenloop van opdrachten wordt in dit verband als één geval aangemerkt.
2. ledere vordering tegen het expertisebureau verjaart één jaar na de datum van indiening van het rapport bij de opdrachtgever.
Artikel 17 Vrijwaring
De opdrachtgever vrijwaart het expertisebureau tegen alle aanspraken van derden, zowel ter zake van de uitvoering van de opdracht, als ter zake van het door het expertisebureau uitgebrachte rapport.
Artikel 18 Toepasselijk recht en geschillen
1. Op alle aanbiedingen, aanvragen, opdrachten en overeenkomsten van, alsmede op de uitvoering van opdrachten door het expertisebureau is het Nederlands recht van toepassing.
2. Alle geschillen, waaronder begrepen die welke slechts door één der par- tijen als zodanig beschouwd worden, voortvloeiende uit of verband hou- dende met de overeenkomst waarop deze voorwaarden van toepassing zijn, zowel van feitelijke als van juridische aard, zullen worden beslecht door middel van arbitrage, overeenkomstig de regels van het Nederlands Arbitrage Instituut.
3. Door deze arbitrale clausule wordt niet uitgesloten de bevoegdheid van partijen om zich, voor spoedeisende aangelegenheden, te wenden tot de President van de Arrondissementsrechtbank in kort geding, in welk ver- band slechts de President van de Arrondissementsrechtbank binnen het vestigingsgebied van het desbetreffende expertisebureau bevoegd is, en om over te gaan tot het nemen van conservatoire maatregelen en de middelen om die in stand te houden.
4. Door deze arbitrale clausule wordt evenmin uitgesloten de bevoegdheid van het expertisebureau om zich ter invordering van een factuur en de daarmee gerelateerde interest en incassokosten, in het geval dat ingevol- ge artikel 13 en 14 de betalingstermijn van een factuur wordt overschre- den, te wenden tot de bevoegde Burgerlijke Rechter in welk verband slechts de Burgerlijke Rechter binnen het vestigingsgebied van het desbe- treffende expertisebureau bevoegd is, voor zover de wettelijke bepalingen dit toestaan.
5. Het in lid 4 en lid 5 van dit artikel bepaalde laat onverlet het recht van het expertisebureau om het geschil voor te leggen aan de volgens de normale competentieregels bevoegde President van de Arrondissementsrecht- bank of Burgerlijke Rechter.
Artikel 19 Nederlandstalige en Engelstalige versie
1.Van deze voorwaarden bestaat zo wel een Nederlandstalige als een Engelstalige versie.
2. Bij discrepantie tussen deze versies is hetgeen de Nederlandstalige versie bepaalt doorslaggevend met terzijdestelling van het bepaalde in de Engelstalige versie.
Deze algemene voorwaarden zijn gedeponeerd ter griffie van de Arrondisse- mentsrechtbank te Amsterdam op 2 juli 1998 onder nummer 149/1998 en ter griffie van de Arrondissementsrechtbank te Rotterdam op 2 juli 1998 onder nummer 56/98.