REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
ADVIES op eigen initiatief
(BRUGEL-ADVIES-20240319-382)
betreffende de uitrol, de plaatsing en het gebruik van slimme meters
Opgesteld op basis van artikel 30bis van de Elektriciteitsordonnantie
19/03/2024
Xxxxxxxxx 00 Avenue des Arts - X-0000 Xxxxxxx/Xxxxxxxxx T: 02/563.02.00 – xxxx@xxxxxx.xxxxxxxx – xxx.xxxxxx.xxxxxxxx
Inhoudsopgave
3 Wettelijke, reglementaire en tarifaire bepalingen 6
3.1 Elektriciteitsordonnantie 6
3.1.1 Plaatsing van slimme meters 6
3.1.2 Verzameling en gebruik van de gegevens van de slimme meter 7
3.1.3 Functies van de slimme meter 7
3.2.1 Plaatsing of vervanging van de slimme meter 8
3.2.2 Gebruik van de slimme meter door de DNB 10
3.2.3 Defect van de slimme meter of van de communicatie op afstand 13
3.2.4 Platformen voor de terbeschikkingstelling van de door de DNB beheerde gegevens 13
3.3.2 Stimulans voor de proactieve uitrol van slimme meters 14
3.3.3 Stimulans voor de uitrol van communicerende slimme meters 14
3.3.4 Nieuwe tariefstructuur 14
4.1 Belang van de slimme meters 16
4.2 Uitrol van de elf gevallen 17
4.4.1 Plaatsing van de slimme meter 19
4.4.2 Activering van de communicatiefunctie 21
4.4.3 Gebruik van de gegevens die door de slimme meter zijn verzameld 23
4.5 End-to-endcommunicatie, van de meter tot de markt 24
4.6 Tariefbenadering van de plaatsing van de slimme meters 25
4.7 Informatieverstrekking aan de DNG 27
4.8 Periodieke verslaggeving 29
4.9 Oplossing voor elektrogevoelige personen. 30
Lijst van de illustraties
Afbeelding 1 – Termijnen voor de plaatsing van slimme meters 9
Afbeelding 2 – Meetregimes en frequentie van de verzending van gegevens 12
Afbeelding 3 – Standaardmeetregimes 12
Afbeelding 4 – Door de DNB beheerde platformen 13
Afbeelding 5 – Gepland aantal SM's per jaar - Ontwikkelingsplan 2024-2028 van de DNB 17
Afbeelding 6 – Configuratie van een toegangspunt met meerdere SDP's een één enkele EAN-code 25
Afbeelding 7 – Configuratie van aansluiting van de toepassingen met twee toegangspunten 26
Lijst van de afkortingen
LS | Laagspanning |
SM | Slimme meter |
CMS | Central Market System |
EAN | European Article Numbering |
DNB | Distributienetbeheerder |
KPI | Key Performance Indicator |
MIG | Market Implementation Guide |
AVG | Algemene Verordening Gegevensbescherming |
TR | Technisch Reglement |
SDP | Service Delivery Point |
DNG | Distributienetgebruiker |
WACC | Weighted Average Cost of Capital |
1 Juridische grondslag
De ordonnantie van 19 juli 2001 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (hierna de 'Elektriciteitsordonnantie') bepaalt in artikel 30bis, § 2 het volgende:
"... XXXXXX wordt bekleed met een opdracht tot verlening van advies aan de overheid over de organisatie en de werking van de gewestelijke energiemarkt enerzijds, en met een algemene opdracht van toezicht op en controle van de toepassing van de hiermee verband houdende ordonnanties en besluiten anderzijds.
XXXXXX is belast met volgende opdrachten:
…
2° op eigen initiatief of op vraag van de minister of de regering, het uitvoeren van onderzoeken en studies of het geven van adviezen betreffende de elektriciteits- en gasmarkt;
…"
Dit advies is opgesteld op initiatief van BRUGEL.
2 Inleiding
De evolutie van de huidige methoden voor de productie, de distributie en het verbruik van elektriciteit richting een meer gedigitaliseerd en intelligent energiesysteem maakt integraal deel uit van de lopende energietransitie. De slimme meters zijn hier een belangrijk onderdeel van.
Het is in deze context dat BRUGEL dit initiatiefadvies heeft opgesteld, met een dubbel doel voor ogen: enerzijds de balans opmaken van de wettelijke, reglementaire en tarifaire bepalingen in verband met de slimme meter, en anderzijds een advies en aanbevelingen formuleren met betrekking tot de uitrol, de plaatsing en het gebruik ervan.
In eerste instantie geeft BRUGEL een overzicht van alle bepalingen:
• wettelijke bepalingen: bepalingen van de Elektriciteitsordonnantie met betrekking tot de plaatsing, de verzameling en het gebruik van de gegevens, en de functies van de slimme meters;
• reglementaire bepalingen: bepalingen van het Technisch Reglement die de operationele en technische aspecten van de uitrol en de exploitatie van de slimme meters en de door de meters verzamelde gegevens regelen;
• tarifaire bepalingen: bepalingen om de investeringen in de energietransitie te vergemakkelijken door rekening te houden met de extra kosten en door stimulansen in te voeren voor de proactieve uitrol van de slimme meters.
In tweede instantie brengt BRUGEL zijn advies en aanbevelingen uit betreffende:
• het belang van de slimme meters;
• de uitrol van de elf gevallen die in de Elektriciteitsordonnantie zijn geïdentificeerd;
• de plaatsingstermijnen;
• de toestemming van de DNG om de slimme meter te installeren, de communicatiefunctie te activeren en de door de slimme meter verzamelde gegevens te gebruiken;
• de end-to-end-communicatie;
• de tariefbenadering van de plaatsing van de slimme meters;
• de informatieverstrekking aan de DNG;
• de periodieke verslaggeving door de DNB;
• en de oplossing voor elektrogevoelige personen.
3 Wettelijke, reglementaire en tarifaire bepalingen
3.1 Elektriciteitsordonnantie
De Elektriciteitsordonnantie bevat wettelijke bepalingen met betrekking tot de plaatsing, de verzameling en het gebruik van de gegevens, en over de functies. Aangezien de Elektriciteitsordonnantie geen overgangsbepalingen bevat, treden deze bepalingen (hieronder opgesomd) onmiddellijk in werking1 en zijn ze dus a priori bindend vanaf 30 april 2022.
Een aantal wettelijke bepalingen is vandaag echter nog niet geïmplementeerd wegens technische uitvoeringsproblemen bij de DNB, met een reeks daaruit voortvloeiende gevolgen voor de markt en de DNG.
XXXXXX begrijpt dat de DNB tijd nodig heeft voor de tenuitvoerlegging op operationeel en digitaal vlak van de wettelijke vereisten, maar vindt wel dat die termijn redelijk moet blijven. BRUGEL moedigt de DNB dan ook sterk aan om de nodige inspanningen te leveren om de afnemers en de marktspelers zo snel mogelijk te laten profiteren van de verschillende functies waarin is voorzien in bijlage 62 en de bepalingen van de Elektriciteitsordonnantie die hierna worden geciteerd.
3.1.1 Plaatsing van slimme meters
In de Elektriciteitsordonnantie wordt het volgende gespecificeerd:
• De DNB installeert slimme meters in elf specifieke gevallen. De DNG mag de installatie of het onderhoud van de meter niet weigeren en mag niet vragen dat de meter wordt weggehaald, tenzij de DNG of een lid van zijn huishouden dat aan de elektromagnetische velden van de meter wordt of kan worden blootgesteld, verklaart dat deze blootstelling een risico voor zijn gezondheid vormt. De procedure en de specifieke maatregelen die de DNB in dergelijke gevallen moet nemen, worden vastgelegd door de Regering (art. 26octies, § 6);
• Als de slimme meter wordt geïnstalleerd na een verzoek van een DNG, installeert de DNB de slimme meter uiterlijk vier maanden na het verzoek (art. 26octies, § 1 en 2);
• De DNB stelt voor elk leveringspunt, systematisch of als de gelegenheid zich aanbiedt, de vervanging van de bestaande meter door een slimme meter voor. Hij doet zijn voorstel gepaard gaan met objectieve informatie, uitgedrukt in duidelijke en begrijpelijke taal, over de diensten waartoe de distributienetgebruiker toegang zou kunnen krijgen indien hij over een slimme meter zou beschikken. In dat geval moet hij de toestemming van de DNG verkrijgen voor deze plaatsing (art. 26octies, § 3);
1 Met uitzondering van de verplichting om binnen 24 uur van leverancier te kunnen veranderen.
2 Bijlage 6. Minimale functies van de slimme meters. Overeenkomstig artikel 26novies, § 2 moeten de slimme meters beschikken over alle functies die noodzakelijk zijn om aan de eisen van deze ordonnantie te voldoen. Ze zijn minstens in staat om: 1° elektriciteitsstromen te meten tegen het ritme van kwartuurperiodes; 2° de kwaliteit van de spanning te meten; 3° op afstand te communiceren met de distributienetbeheerder; 4° de toegang tot het distributienetwerk op afstand te deactiveren of te activeren; 5° het contractueel vermogen van de aansluiting op afstand te wijzigen; 6° de communicatie op afstand te beperken tot de communicatie van niet-persoonsgebonden gegevens; 7° te communiceren met toepassingen van andere marktspelers; 8° afzonderlijke elektriciteitsstromen te identificeren, zodat deze aan afzonderlijke leveringscontracten kunnen worden toegewezen; 9° de gegevens met betrekking tot de elektriciteitsstromen lokaal en veilig te exporteren tegen het kwartuurritme; 10° de piek van het verbruik te meten.
• Wanneer de slimme meter een elektromechanische meter vervangt die deel uitmaakt van een technisch ondeelbaar geheel van verschillende meters, kunnen alle meters die deel uitmaken van dit geheel, vervangen worden door slimme meters. De DNB publiceert de technische criteria in dit verband (art. 26octies, § 2, punt 3°).
3.1.2 Verzameling en gebruik van de gegevens van de slimme meter
In de Elektriciteitsordonnantie wordt het volgende gespecificeerd:
• De DNB moet toestemming krijgen van de DNG om de communicatiefunctie van de meter te activeren, zodat de persoonsgegevens op afstand kunnen worden verzameld. Hij informeert de DNG over deze mogelijkheid en over de kwaliteitsnormen van de slimme meter, het elektromagnetische stralingsvermogen van de meter, de diensten waartoe hij toegang krijgt en de bepalingen die de bescherming van de persoonlijke levenssfeer waarborgen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens.
De DNG kan de communicatiefunctie activeren zonder de voorafgaande toestemming van de DNG in de volgende gevallen: opladen van een elektrisch voertuig, deelname aan flexibiliteits- of aggregatiediensten, delen van elektriciteit, aankoop van elektriciteit door peer-to-peeruitwisseling of elke activiteit die de injectie van elektriciteit in het distributienet tot gevolg kan hebben (art. 26octies, § 4);
• De DNG's worden door de DNB vóór de uitvoering van de verwerking van de door de slimme meters verstrekte informatie op de hoogte gebracht van diverse inlichtingen met betrekking tot het gebruik van deze gegevens (art. 26duodecies, § 3);
• De slimme meter geeft de DNG onmiddellijk informatie over de elektriciteit die hij afneemt of injecteert. Deze informatie moet geëxporteerd kunnen worden naar een op de markt beschikbare IT-applicatie, zelfs als de communicatiefunctie niet geactiveerd is. De meter moet uitgerust zijn met de minimale functies zoals gespecificeerd in bijlage 6 (art. 26novies);
• Een DNG met een slimme meter is vrij om een van de meetregimes te kiezen die zijn gedefinieerd in het Technisch Reglement en die gebaseerd zijn op het werkelijke verbruik, tenzij de DNG een jaarlijkse factuur met betaling van voorschotten aanvraagt. Bovendien moet de Regering een standaardmeetregime en een standaardfactureringsfrequentie vastleggen, evenals een meetregime en een factureringsfrequentie die van toepassing zijn wanneer de DNB technisch gezien geen communicatie op afstand tot stand kan brengen zonder onredelijke investeringen (art. 26undecies);
• Wanneer eindafnemers zijn uitgerust met een slimme meter, moeten ze ten minste eenmaal per maand op de hoogte worden gebracht van hun werkelijke elektriciteitsverbruik en de bijbehorende kosten (art. 25quattuordecies, § 1, 6°) (op voorwaarde dat de communicatiefunctie van de SM geactiveerd is en dat de afnemer zich in het meetregime R1 of R3 bevindt, zie Figuur 2).
3.1.3 Functies van de slimme meter
In de Elektriciteitsordonnantie wordt het volgende gespecificeerd:
• De DNB informeert en adviseert de DNG over het gebruik van de slimme meter en de diensten die via deze meter toegankelijk zijn. Deze informatie en dit advies worden gratis verstrekt, via verschillende middelen, in duidelijke en begrijpelijke taal, met bijzondere aandacht voor kwetsbare afnemers (art. 26octies, § 3);
• De DNB kan de slimme meter van een DNG op afstand openen of sluiten en de meterstand aflezen tijdens deze openings- of sluitingsoperaties, op verzoek van de
DNG of op extern verzoek. De Regering bepaalt de andere handelingen die de DNB vanop afstand op de meter mag uitvoeren (art. 26decies);
• De tarieven die van toepassing zijn op een slimme meter (in het bijzonder met betrekking tot de functies van de slimme meter) moeten transparant, redelijk en evenredig zijn en moeten de toegang tot een slimme meter voor de huishoudens, inclusief de kwetsbare huishoudens, bevorderen (art. 9quinquies, eerste lid, 19°);
• Uiterlijk op 1 januari 2026 moet de technische procedure voor de verandering van leverancier voor elke eindafnemer met een slimme meter worden uitgevoerd binnen vierentwintig uur en worden verricht op om het even welke werkdag (art. 25duodecies, eerste lid, 1°).
3.2 Technisch Reglement
XXXXXX heeft op 21 februari 2024 het voorstel van de DNB voor het Technisch Reglement (hierna 'TR') voor het beheer van het elektriciteitsdistributienet in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en van de toegang ertoe goedgekeurd3. Dit document regelt de operationele en technische aspecten van de uitrol en de exploitatie van de slimme meters en de gegevens die ze verzamelen. Deze punten worden hierna uiteengezet.
3.2.1 Plaatsing of vervanging van de slimme meter
Het TR beschrijft de rechten en plichten van de DNB en de DNG voor de plaatsing of vervanging van de SM.
a) Procedure
De DNB installeert slimme meters in overeenstemming met artikel 26octies van de voornoemde Elektriciteitsordonnantie en in overeenstemming met de volgende vereisten:
1° De DNG vraagt de installatie van een slimme meter aan.4
De DNG moet zijn aanvraag richten aan de DNB. In zijn aanvraag verstrekt de DNG de relevante informatie om de interventie voor te bereiden: een beschrijving van het pand, foto's van de meter en, indien van toepassing, van de nabije meters, enz.
De DNB bevestigt de ontvangst en stuurt in voorkomend geval een offerte. Als de DNB op basis van de verstrekte informatie van mening is dat het wellicht om een complexe interventie zal gaan, spreekt hij af met de DNG om een technisch bezoek te plannen.
De DNB bevestigt de datum van de afspraak aan de DNG, met een herinnering aan de vereisten. De DNB moet handelen binnen de hieronder vermelde termijnen.
2° De DNB installeert een slimme meter op eigen initiatief.5
De DNB moet ten minste één maand van tevoren per brief of e-mail contact opnemen met de betrokken DNG. Hij moet:
• hem minstens twee weken van tevoren op de hoogte brengen van de details
3 Artikel 5.2 van het TR.
4 Artikel 5.37, § 2 van het TR.
5 Artikel 5.37, § 1 en § 2 van het TR.
van de interventie (datum, tijd, onderbrekingstijd enz.) en van de eventuele maatregelen die de DNG zelf moet nemen;
• nauwkeurige en toegankelijke informatie over de slimme meter verstrekken.
De DNB kan ook de slimme meters van de DNG's vervangen op opportunistische en systematische wijze, op basis van een vermoeden van stilzwijgende aanvaarding6. De DNB moet wel voorzien in eenvoudige procedures, zodat de DNB de plaatsing van de meter gemakkelijk kan betwisten.
b) Termijnen
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de belangrijkste punten met betrekking tot de termijnen zoals vermeld in artikel 5.35, § 2, van het TR:
Betrokken gevallen van de Elektriciteitsordonnantie | Maximale termijnen |
Elektrisch voertuig, warmtepomp, prosumer, opslag | 2 maanden na de aanvraag of nadat de DNB er kennis van heeft genomen |
Wijziging van aansluitingsvermogen, flexibiliteits- of aggregatiedienst, energiedelen | 2 maanden na de aanvraag |
Verouderde meter | 2 maanden na de vaststelling door de DNB |
Defecte meter | 7 dagen na de vaststelling door de DNB |
Nieuw gebouw of ingrijpende renovatie | Termijn te bepalen door de DNB in zijn offerte |
Afbeelding 1 – Termijnen voor de plaatsing van slimme meters
De DNB geeft voorrang aan de installatie van slimme meters in het geval van een aansluiting in een nieuw gebouw of een gebouw dat een ingrijpende renovatie ondergaat, een prosumer, energiedelen of wanneer een DNG deelneemt aan flexibiliteits- of aggregatiediensten7.
Als ten slotte een technische inspectie vereist is, worden de bovenstaande termijnen opgeschort tot de technische inspectie door de DNB8.
c) Dwangmiddelen van de DNB
Een DNG die onder een van de verplichte gevallen van de Elektriciteitsordonnantie valt, mag de plaatsing van een slimme meter niet weigeren (met uitzondering van elektrogevoelige personen). Als de situatie zich voordoet,
1° Moet de DNB9 aan de DNG of een de eigenaar van het pand een herinnering sturen per gewone en per aangetekende post;
2° Als hij niet binnen de gestelde termijn antwoordt, stuurt de DNB hem een eerste ingebrekestelling;
3° Als er geen antwoord komt op deze eerste ingebrekestelling, stuurt de DNB een tweede en laatste ingebrekestelling binnen een periode van minimaal drie maanden;
4° Als er geen antwoord komt of als de DNB zijn interventie niet heeft kunnen uitvoeren, kan de DNB alle mogelijke gerechtelijke stappen ondernemen, in het bijzonder door de zaak aanhangig te maken bij de bevoegde gerechtelijke instanties.
Deze stappen kunnen als volgt worden samengevat:
Xxxxxxxxxxx
0x xxxxxxxxxxxxxxx xx
0x xxxxxxxxxxxxxxx xx
Aanhangigmak ing bij de rechtbank
In elke mededeling aan de DNG moet de DNB:
• de aandacht vestigen op de gevolgen van het uitblijven van een reactie;
• wijzen op de toepassing van de goedgekeurde tarifering waardoor de DNG wordt aangemoedigd om de slimme meter te installeren.
Bovendien kan de DNB de nettoegang opschorten voor prosumers die zich niet aan de regels houden10.
3.2.2 Gebruik van de slimme meter door de DNB
3.2.2.1 Technisch onderhoud
De DNB heeft het recht om het technisch onderhoud op afstand uit te voeren, zoals het updaten van de klok en de software, zoals voorzien in het Technisch Reglement11.
3.2.2.2 Handelingen op afstand
Krachtens artikel 26decies van de Elektriciteitsordonnantie mag de DNB bepaalde handelingen op afstand uitvoeren, zoals het openen of sluiten van de slimme meter.
De artikelen 1.22 en 1.23 van het TR bepalen dat de DNB vanaf 1 januari 2026 in staat moet zijn om de handelingen inzake het openen en sluiten op afstand uit te voeren. Het betreft een resultaatsverbintenis voor de DNB.
Bovendien moet de slimme meter minstens over de functies beschikken die in bijlage 6 worden opgesomd. De DNB moet alle nodige middelen inzetten om ze operationeel te maken.
In dit stadium heeft de DNB BRUGEL echter meegedeeld dat hij niet in staat is om deze operationaliteit in de zeer nabije toekomst te garanderen. Volgens de DNB zullen sommige functies in 2024 beschikbaar zijn (met name het op afstand lezen van de meterstanden) en andere (openen, sluiten enz.) uiterlijk in 2028.
9 Artikel 1.7 van het TR.
10 Artikel 4.34, 10° van het TR.
XXXXXX is er echter van overtuigd dat de functies van een slimme meter enkel van belang zijn als ze kunnen worden gebruikt, en de DNB heeft in dit opzicht een bijzondere verantwoordelijkheid. BRUGEL zal dus de nodige waakzaamheid aan de dag leggen bij het toezicht op de naleving door de DNB van de voornoemde dwingende wettelijke en reglementaire termijnen.
3.2.2.3 Op afstand uitlezen van meetgegevens door de DNB
De persoonsgegevens van de geïnstalleerde slimme meter kunnen niet op afstand worden gelezen door de DNB, behalve in de gevallen waarin is voorzien in de ordonnantie (prosumer, energiedelen, opladen van elektrische voertuigen, flexibiliteits- en aggregatiediensten, of elke activiteit die elektriciteit in het net kan injecteren) en voor de toegangspunten die niet onder een energieleveringscontract vallen12. In andere gevallen moet de DNB beschikken over de toestemming van de afnemer om de gegevens op afstand uit te lezen. De slimme meter is daarom uitgerust met een van de volgende functionele statussen13:
Geactiveerde communicatiefunctie
De DNB heeft op afstand toegang tot de meetgegevens.
Niet-communicerend
De DNB heeft geen toegang tot de meetgegevens op afstand.
De DNG kan zijn functionele status wijzigen door contact op te nemen met de DNB of met zijn leverancier. In gevallen waarin het op afstand uitlezen van meetgegevens verplicht is, kan een intrekking van de toestemming echter tot gevolg hebben dat de toegang tot de in het eerste lid van dit punt bedoelde activiteiten wordt beëindigd.
Als de communicatiefunctie van de SM geactiveerd is, kan de DNB de gegevens dagelijks uitlezen, per elementaire periode14 (met andere woorden, elke 15 minuten).
Deze gegevens mogen door de DNB alleen worden gebruikt voor het uitvoeren van zijn wettelijke en reglementaire taken zoals bedoeld in de artikelen 7, 24, 24bis en hoofdstuk IVbis van de ordonnantie, en in het bijzonder voor het beheer van het distributienet, de prognose van overbelasting, het verzekeren van de operationele veiligheid of betrouwbaarheid van het net en het verbeteren van de kwaliteit van de aan de DNG's aangeboden diensten, met inbegrip van de toegang tot historische gegevens over het toegangspunt.
Wanneer de verzamelde gegevens echter worden gebruikt om ze naar de markt (bijvoorbeeld de leverancier van de afname) te sturen, worden de frequentie en het detailniveau waarmee ze worden verstuurd, bepaald door het meetregime15 dat de afnemer heeft gekozen of dat is opgelegd door een specifieke regelgeving. Bijgevolg:
12 Artikel 5.38, § 4 van het TR.
13 Artikel 5.38, § 1 van het TR.
14 Artikel 5.49 van het TR.
Meetregime | Frequentie van verzending | Detailniveau van de gegevens |
R0 | 1 keer per jaar | Meterstand daluren en piekuren Gevalideerde jaarvolumes |
R1 | 1 keer per maand | Meterstand daluren en piekuren Gevalideerde maandvolumes |
R3 | 1 keer per maand | Meterstand daluren en piekuren Gevalideerde maandvolumes Gevalideerde belastingcurve |
1 keer per dag | Belastingcurve gebaseerd op gegevens verzameld op D-1, per elementaire periode en niet gevalideerd |
Afbeelding 2 – Meetregimes en frequentie van de verzending van gegevens
Het TR voorziet, bij wijze van overgangsmaatregel en in afwachting van de goedkeuring van een regeringsbesluit16, in de verschillende standaardmeetregimes17:
Standaardregime | Toepassingsgebied |
R0 | SM's die niet op afstand communiceren. |
De SM's waarvoor de DNB geen communicatie tot stand kan brengen zonder dat hij daarvoor onredelijke investeringen hoeft te doen. | |
R1 | SM's die op afstand communiceren. |
R3 | SM's die op afstand communiceren en als de DNG deelneemt aan een dienst voor flexibiliteit, aggregatie of het delen van elektriciteit. |
Afbeelding 3 – Standaardmeetregimes
Zolang de DNB de meetregimes R1 en R3 niet heeft geïmplementeerd, is regime R0 het standaardmeetregime.
De DNB heeft aangekondigd dat R1 en R3 uiterlijk in januari 2025 in werking worden gesteld. BRUGEL zal de naleving van deze verbintenis door de DNB controleren.
Om van meetregime te veranderen, moet de DNG contact opnemen met zijn leverancier.
De regels voor het corrigeren en schatten van de gegevens die door de DNB voor de SM's worden verzameld, worden voorgesteld door de DNB en goedgekeurd door de regulator, in de vorm van technische voorschriften.
16 Artikel 5.61, § 1 van het TR.
3.2.3 Defect van de slimme meter of van de communicatie op afstand
Bij een defect van de slimme meter herstelt de DNB de storing binnen zeven dagen nadat de DNB de informatie heeft ontvangen van de DNG of via de vaststelling van de DNB18.
Als het defect de communicatiefunctie betreft, lost de DNB het probleem binnen maximaal 3 maanden op19. Op grond van artikel 5.25, § 2, van het TR moet hij wel:
• de nodige maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat gegevens beschikbaar worden gesteld overeenkomstig het meetregime van de DNG;
• voor slimme meters met meetregime R3 alles in het werk stellen om in te grijpen binnen een tijdspanne die korter is dan de geheugencapaciteit van de meetapparatuur.
In elk geval mag een DNG de communicatie van de DNB met de meter op geen enkele manier verstoren20.
3.2.4 Platformen voor de terbeschikkingstelling van de door de DNB beheerde gegevens
De volgende tabel geeft een overzicht van de verschillende platformen en tools die momenteel worden ontwikkeld of die moeten worden ingevoerd:
Actor | Informatie | Platform |
DNG | Gegevens verzameld door de SM (≥ 15 min.) | Webapplicatie op 1 april 2024 (art. 6.20) |
Geactiveerde services op het toegangspunt en de verschillende gegevens die worden doorgegeven aan de dienstverlener(s) | IT-tool op te zetten door de DNB | |
Markt | Gegevens verzameld door de SM (< 15 min.) | Door de regulator goed te keuren visie van de DNB |
Dienstverlener | Nog te bepalen | Door de regulator goed te keuren visie van de DNB Te ontwikkelen IT-platform |
Afbeelding 4 – Door de DNB beheerde platformen
Voor gegevens die met een frequentie van minder dan 15 minuten worden verzameld, moet een visienota worden ingediend door de DNB en goedgekeurd door de regulator.
3.3 Tariefmethodologie
De tariefmethodologie voor de regulatoire periode 2025-2029, gevalideerd op 28 november 2023, bevat een aantal bepalingen die van toepassing zijn op slimme meters en de uitrol ervan.
Het reguleringsmodel vergemakkelijkt zo de investeringen in de energietransitie en de innovatie door rekening te houden met extra kosten bovenop de zogenaamde 'business as usual'-kosten
18 Artikel 5.25, § 1 van het TR.
19 Artikel 5.38, § 5, van het TR.
(BAU-kosten) die met name van toepassing zijn op slimme meters, en door een stimuleringsmechanisme voor de brede uitrol van de slimme meters.
Daarnaast is de stimulans voor niet-financiële prestaties herzien, met name door de toevoeging van twee extra reeksen stimuleringsindicatoren, waaronder één specifiek voor de smart metering.
Bijkomende kosten van de DNB kunnen in aanmerking worden genomen in de maximale toegestane inkomsten ex ante door de netto bijkomende kosten van specifieke projecten te berekenen.
Deze verschillende bedragen worden ex ante geanalyseerd en gevalideerd door BRUGEL.
Het project voor de uitrol van slimme elektriciteitsmeters is een categorie die uitdrukkelijk is opgenomen in de tariefmethodologie. Deze investeringen genieten daarom een specifiek financieringsmechanisme.
3.3.2 Stimulans voor de proactieve uitrol van slimme meters22
Voor periode 2025-2029 bepaalt de methodologie een stimuleringsmaatregel voor de proactieve uitrol van slimme meters met de invoering van een verhoogde of een verlaagde WACC, van toepassing op intelligente meters die op de toegangspunten geplaatst worden voor het meten van de meetgegevens.
Concreet, op voorwaarde dat de DNB de doelstelling haalt die is vastgelegd in de door BRUGEL goedgekeurde business case, genieten de investeringen in slimme meters een hogere vergoeding dan de andere investeringen. Als deze doelstelling inzake de plaatsingen niet wordt gehaald, zullen de investeringen een verlaging van hun vergoeding ondergaan.
Dit mechanisme wordt ook aangevuld met een stimulans voor betere prestaties wat betreft de termijn voor het plaatsen van slimme meters in de verplichte gevallen (zie punt 12.2.4 van de tariefmethodologie).
3.3.3 Stimulans voor de uitrol van communicerende slimme meters
BRUGEL wenst de DNB ertoe aan te zetten om slimme meters uit te rollen, zoals hierboven gedefinieerd en in overeenstemming met de volumedoelstellingen die in de business case zijn vastgelegd, maar wenst de DNB ook aan te moedigen om ervoor te zorgen dat de gegevens van de slimme meters kunnen worden meegedeeld, zodat ze kunnen worden gebruikt door de markt en door de DNG's.
De uitdaging is immers te garanderen dat de uitgerolde slimme meters operationeel zijn en de bijbehorende diensten beschikbaar zijn als de DNG's hun toestemming geven of geacht worden gegeven te hebben voor de activering van de communicatie of van de diensten gekoppeld aan de slimme meters.
Het vermogen van de meters om met de markt te communiceren, wordt daarom gemeten aan de hand van een specifieke KPI, die gekoppeld is aan een bonus-malusbedrag.
De werkzaamheden aan de tariefmethodologie 2025-2029 hebben aangetoond dat er de komende jaren een nieuwe prijsstructuur moet worden aangenomen. Die geëvolueerde
21 Zie tariefmethodologie 2025-2029, in het bijzonder de punten 6.3.1 en 7.2.2.
22 Zie tariefmethodologie 2025-2029, met name punt 12.2
tarifering kan enkel effectief geïmplementeerd worden als er voldoende slimme meters worden geplaatst in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
BRUGEL beoogt vanaf 2028 een geëvolueerde tarifering23 voor de gebruikers van laagspanning (< 56 kVA) met een slimme teller en die hebben ingestemd met de mededeling van de gegevens
In die geëvolueerde tarifering zal een capaciteitsgedeelte op basis van het door de netgebruiker onderschreven vermogen van toepassing zijn. Het onderschreven vermogen wordt gedefinieerd als het maximale vermogen van de stroomonderbreker die is geïntegreerd in de slimme meter, die op afstand wordt geconfigureerd op verzoek van de DNG. Het komt daarom overeen met het maximale vermogen dat een DNG wenst te verkrijgen van het net.
Concreet komt dit erop neer dat een overschrijding van dit vermogen door de DNG zal leiden tot een onderbreking van de meter, en vervolgens zal de DNG de meter opnieuw manueel moeten inschakelen om opnieuw van stroom te worden voorzien. Natuurlijk zal het voor de gebruiker mogelijk zijn om dit onderschreven vermogen te laten verhogen of verlagen op eenvoudig verzoek aan de DNB en binnen de grenzen van het fysiek beschikbare vermogen. Hoe hoger het door de DNG onderschreven vermogen, hoe hoger het capaciteitsaandeel van het tarief zal zijn.
Er moeten nog besprekingen plaatsvinden over de operationele modaliteiten om het onderschreven vermogen tussen de DNB en de DNG vast te leggen en te wijzigen.
Voor het proportionele gedeelte zal het tarief worden verdeeld in drie tijdsblokken, bijvoorbeeld:
0 | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 | 11 | 12 | 13 | 14 | 15 | 16 | 17 | 18 | 19 | 20 | 21 | 22 | 23 | 24 |
heures de la journée
heures creuses
heures pleines
heures pointes
Het piektarief dat hoger is dan het dagtarief dat zelf hoger is dan het nachttarief. De positionering van de drie hierboven beschreven tijdsblokken kan nog veranderen op basis van overleg met alle marktspelers.
De prijspositionering van de blokken dag, piek en nacht van de geëvolueerde tarifering zal gedefinieerd moeten worden om de DNG's in staat te stellen hier hun voordeel mee te doen ten opzichte van het twee-urentarief, als de DNG's het beoogde verdienstelijke gedrag aannemen.
23 Zie Tariefmethodologie 2025-2029 - Deel 2 - Tariefstructuur, beschikbaar op de website van BRUGEL.
4 Standpunten van BRUGEL
4.1 Belang van de slimme meters
Zoals aangegeven in zijn vorige adviezen en studies, is BRUGEL van mening dat de slimme meters een van de belangrijke elementen van de energietransitie vormen:
• Enerzijds zullen ze het voor DNG's gemakkelijker maken om deel te nemen aan de energietransitie door te profiteren van nieuwe toepassingen (energiedelen, elektrische voertuigen enz.) en nieuwe diensten (dynamisch contract enz.). In het geval van het delen van energie maken slimme meters het mogelijk om elke 15 minuten de meterstand af te lezen, waardoor DNG's toegang krijgen tot betaalbare energie en tegelijkertijd een grotere prijsstabiliteit en lagere energierekeningen worden gegarandeerd;
• Ten tweede zullen ze de DNB in staat stellen om de elektriciteitsstromen beter te beheren en de hierboven vermelde nieuwe toepassingen in het net te integreren.
XXXXXX is dan ook van mening dat de invoering van slimme meters zal helpen de uitdagingen van de energietransitie aan te gaan en het mogelijk zal maken de elektrificatie van de samenleving beter te beheren, te voldoen aan de behoeften van de markt en vooral nieuwe diensten aan te bieden ten voordele van alle DNG's.
BRUGEL meent dat de huidige context van de energiemarkt meer dan ooit vereist om doeltreffende maatregelen te implementeren om van de energietransitie een succes te maken, teneinde diensten te kunnen verlenen die inspelen op de behoeften van de afnemers, onder meer door:
• een gemakkelijke integratie van de nieuwe gebruiken (opladen van elektrische voertuigen, flexibiliteitsdiensten enz.) mogelijk te maken;
• de marktspelers gedetailleerde, actuele en kwaliteitsvolle gegevens ter beschikking te stellen.
In dit kader is BRUGEL van mening dat voor het welslagen van de transitie het volgende is vereist:
• de DNG's informeren en ondersteunen bij deze transitie, onder meer door middel van gerichte communicatie. Deze communicatie zal de voordelen belichten die de DNG's kunnen halen uit de plaatsing van een slimme meter, waardoor ze 'consum-actoren' kunnen worden;
• het aantal geïnstalleerde slimme meters in de door de Elektriciteitsordonnantie voorziene gevallen maximaliseren;
• de installatietijd minimaliseren met het oog op meer efficiëntie en om de drempels voor toegang tot de diensten gekoppeld aan de slimme meters te verlagen;
• een proactieve zoektocht door de DNB naar de gevallen die door de Elektriciteitsordonnantie worden beoogd;
• totstandbrenging van end-to-endcommunicatie met de markt om alle mogelijke diensten te activeren.
BRUGEL wenst er ook aan te herinneren dat volgens zijn visie de DNB niet alleen zou moeten worden aangespoord om de kosten te optimaliseren, maar ook om de kwaliteit van zijn dienstverlening in deze drie componenten te verbeteren:
• nauwkeurigheid van de uitwisselingen: dit is een maatstaf voor de kwaliteit van de aan de markt verstrekte gegevens en de correcte uitvoering van de desbetreffende processen;
• reactiviteit van de DNB: dit betreft de naleving van de termijnen voor de uitvoering van de diensten in verband met slimme meters;
• volledigheid van de uit te voeren acties: dit is de maatstaf voor de volledigheid van de acties die de DNB uitvoert in het kader van zijn opdrachten in verband met slimme meters (geactiveerde diensten, verwerkte gegevens/processen enz.).
4.2 Uitrol van de elf gevallen
In overeenstemming met de Elektriciteitsordonnantie bevat het Technisch Reglement bepalingen om de DNB aan te moedigen slimme meters te installeren zodra hij kennis heeft van de aansluiting van de toepassingen die door de energietransitiemaatregelen worden bevorderd (laadstations, gedecentraliseerde productie enz.)24. Het Technisch Reglement legt de DNG's ook de verplichting op om de DNB te informeren wanneer ze zich bevinden in bepaalde van de elf gevallen waarin is voorzien in artikel 26octies van de Elektriciteitsordonnantie25.
BRUGEL is van mening dat het wet- en regelgevende kader de juiste voorwaarden schept voor de DNB om de slimme meters efficiënt te kunnen uitrollen en zou graag zien dat deze uitrol niet alleen reactief, maar ook proactief is.
Hieronder vindt u een tabel uit het ontwikkelingsplan 2024-2028 voor elektriciteit van de DNB met het geplande aantal slimme meters per jaar. We kunnen vaststellen dat de DNB van plan is om een aanzienlijk jaarlijks volume meters te installeren, wat overeenkomt met de plaatsing van een SM voor 80% van de DNG's in 2030.
Afbeelding 5 – Gepland aantal SM's per jaar - Ontwikkelingsplan 2024-2028 van de DNB
24 Artikel 2.5, § 3 van het TR.
25 Artikel 2.5, § 1 van het TR voor het opladen van elektrische voertuigen, een opslageenheid voor elektriciteit, een warmtepomp of een elektrische verwarmingsinstallatie en artikel 3.25 voor de gedecentraliseerde productie- installaties.
Zoals beschreven in punt 3.1 geeft de Elektriciteitsordonnantie de DNB de toestemming om proactief slimme meters te plaatsen. Buiten de elf gevallen waarin de Elektriciteitsordonnantie voorziet, kan de DNB op eigen initiatief de plaatsing van een slimme meter bij de DNG's voorstellen (art. 26octies, § 3). Bovendien, wanneer de DNB in een van de elf gevallen een meter vervangt die deel uitmaakt van een technisch ondeelbaar geheel van verschillende meters, kunnen alle meters die deel uitmaken van dit geheel, vervangen worden door slimme meters.
Als we kijken naar het volume meters waarin het OOP voorziet in de scenario's waarbij de DNB proactief optreedt (plaatsing op bestaande aansluitingen met verbruik > 6 MWh, ondeelbare installaties en proactieve campagnes buiten niches), zien we dat ze 18% van het volume vertegenwoordigen in 2024, en vervolgens ongeveer 60%26 voor de volgende 4 jaar. We stellen ook vast dat in verschillende gevallen (flexibiliteitsdiensten, elektriciteitsopslag, warmtepompen en (nieuw) aanzienlijk verbruik (> 6 MWh), de DNB het volume van de te installeren meters nog niet heeft gekwantificeerd. Het gaat om gebruikssituaties die worden bevorderd door de energietransitiemaatregelen.
Ondanks het relatief hoge percentage proactieve volumes heeft de DNB speelruimte om slimme meters te plaatsen in gevallen die door de maatregelen worden aangemoedigd. Hoewel het Technisch Reglement bepaalt dat de DNG's die zich in een van de elf gevallen bevinden, de DNB moeten waarschuwen, zou de DNB een proactieve rol moeten spelen bij het identificeren van deze situaties (bv. wat betreft het opladen van een elektrisch voertuig, de aanwezigheid van een elektriciteitsopslagfaciliteit of een warmtepomp).
BRUGEL is van mening dat de DNB concrete acties moet plannen en een inspanning moet leveren op prospectieniveau om de gevallen te identificeren waarin wordt voorzien door artikel 26octies, § 2 en § 3 van de Elektriciteitsordonnantie, en in het bijzonder de gevallen die worden gestimuleerd door de maatregelen inzake energietransitie. XXXXXX zal ook bijzondere aandacht besteden aan de inspanningen van de DNB met betrekking tot de verslaggeving zoals voorzien in artikel 26octies, § 8 van de Elektriciteitsordonnantie. Deze verslaggeving moet in het bijzonder informatie bevatten over de modaliteiten van de proactieve strategie van de DNB, zoals voorzien in artikel 26octies, § 3. XXXXXX nodigt de DNB dan ook met aandrang uit om de reglementaire maatregelen uit te voeren om zich sterker te kunnen toespitsen op de door de energietransitiemaatregelen bevorderde gevallen.
4.3 Plaatsingstermijnen
De Elektriciteitsordonnantie (zie punt 3.1 hierboven) voorziet in een plaatsingstermijn van vier maanden wanneer een slimme meter wordt geïnstalleerd op verzoek van de DNG. Om de energietransitie te ondersteunen, en in overleg met de DNB, voorziet het TR echter in een meer ambitieuze termijn van twee maanden, behoudens uitzonderingen (zie punt 3.2 hierboven).
BRUGEL zal waakzaamheid betrachten bij de toepassing per geval van die termijnen. Als deze termijnen niet zouden worden nageleefd, kan de vertraging worden bestraft met een schadevergoeding op basis van artikel 32quater, § 1, 1 van de Elektriciteitsordonnantie.
Onverminderd het bovenstaande voorziet de nieuwe tariefmethodologie in een stimuleringsmechanisme met een bonus/malus voor de plaatsing van meters binnen de reglementaire termijnen.
26 58% in 2025, 61% in 2026, 65% in 2027 en 62% in 2028.
4.4 Toestemming van de DNG
Er moet een onderscheid worden gemaakt tussen de toestemming van de DNG voor de plaatsing van de meter, voor de activering van de communicatiefunctie en voor het gebruik van de verzamelde gegevens.
BRUGEL is van mening dat het gepast zou zijn om artikel 26octies van de Elektriciteitsordonnantie betreffende de toestemming van de DNG te wijzigen, zowel voor de plaatsing van de slimme meter als voor de activering van de communicatiefunctie, om de redenen die hierna worden uiteengezet.
4.4.1 Plaatsing van de slimme meter
4.4.1.1 Huidig wetgevend kader
De Elektriciteitsordonnantie voorziet in twee scenario's voor de plaatsing van slimme meters. Wanneer de plaatsing gebeurt in een van de elf gevallen die zijn opgesomd in artikel 26octies, § 2 van de voornoemde ordonnantie, wordt niet verwezen naar de toestemming en gebeurt de plaatsing systematisch. De toestemming van de DNG is wel nog steeds vereist als de plaatsing deel uitmaakt van de systematische of opportunistische uitrol van de SM's op initiatief van de DNB. Merk wel op dat voor dit tweede scenario een systeem van stilzwijgende aanvaarding met de mogelijkheid van een opt-out is ingevoerd door het Technisch Reglement.
4.4.1.2 Gewestelijke benchmark
Uit een vergelijkende analyse van het regime dat van toepassing zijn op de plaatsing van SM's in de andere gewesten blijkt het volgende:
• In het Vlaams Gewest is de DNB verplicht om de slimme meter te plaatsen en is de DNG verplicht om de DNB toegang te geven tot de meter. De uitdrukkelijke toestemming van de verbruiker is niet langer xxxxxxx00. Deze verplichte plaatsing wordt gerechtvaardigd door het algemeen belang en gaat gepaard met een dwangprocedure met een eventuele procedure voor de rechter tegen de weerspannige DNG. Deze procedure voorziet ook in hoge tarieven voor de ingebrekestellingen;
• In het Waals Gewest is een regime van stilzwijgende toestemming met de mogelijkheid van opt-out van kracht. De DNB rolt de slimme meters uit, maar de DNG mag de installatie ervan weigeren, met uitzondering van prosumers met een productiefaciliteit met een vermogen van 10 kVA of minder.
4.4.1.3 Ontwikkelingen in de rechtspraak
De Belgische en de Europese rechtspraak verzetten zich niet tegen de verplichte plaatsing van slimme meters zonder toestemming van de DNG.
Op Belgisch niveau is de afdeling Wetgeving van de Raad van State (hierna de 'AWRvS') van oordeel dat de toestemming voorzien in artikel 26octies, § 3, tweede lid van de Elektriciteitsordonnantie gelijkstaat met een onvoorwaardelijk vetorecht voor de verbruiker om de installatie van een digitale meter te weigeren. De AWRvS is daarom van mening dat deze bepaling een belemmering vormt voor het bereiken van de doelstellingen van richtlijn
27 Artikel 4.1.22/2 van het decreet van de Vlaamse overheid van 8 mei 2009 houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid (Energiedecreet).
2019/944, in het bijzonder met betrekking tot de uitrol van de slimme meters28. Bijgevolg mag volgens de Raad van State de toestemming van de DNG niet langer worden beschouwd als een conditio sine qua non voor de plaatsing van de slimme meter29.
Het Grondwettelijk Hof verklaarde ook:"De zo uitgebreid mogelijke aanleg van slimme elektriciteitsmeters wordt opgelegd door het Unierecht en draagt bij tot de verwezenlijking van het energiebeleid van de Europese Unie."30 Het Hof is dan ook van oordeel dat het ter verwezenlijking van deze Europese doelstellingen van algemeen belang gerechtvaardigd is om de DNG niet toe te staan zich te verzetten tegen de plaatsing van de SM of te verzoeken de SM weg te halen31.
Op Europees niveau blijkt uit vaste rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie dat de lidstaten tijdens de omzettingstermijn van een richtlijn geen bepalingen mogen aannemen die de verwezenlijking van het door de richtlijn voorgeschreven resultaat ernstig kunnen ondermijnen32.
Tot slot heeft de Europese Commissie eerder verklaard dat het recht van een consument om de plaatsing van een slimme meter te accepteren of te weigeren, niet onder het Europese recht valt. Bijgevolg is het aan de lidstaten om te beslissen of de plaatsing van deze meters op hun grondgebied verplicht of vrijwillig is voor de DNG's, en of de mogelijkheid van een opt-out33 wordt opgenomen.
4.4.1.4 Aanbeveling van XXXXXX
Gelet op het voorgaande beveelt BRUGEL aan dat de DNB, met uitzondering van de elektrogevoelige personen, verplicht wordt om slimme meters uit te rollen zonder de toestemming van de DNG te vragen, aangezien de uitrol van slimme meters het mogelijk maakt om talrijke algemene belangen na te streven:
• sterkere integratie van hernieuwbare energie;
• integratie en beheer van nieuwe toepassingen (met name elektrische voertuigen en warmtepompen);
• aansporing tot energie-efficiëntie;
• beveiligd, slim en flexibel netbeheer;
• optimalisering van de uitrolkosten;
• nastreven van de Europese doelstellingen op het gebied van energietransitie.
28 De AWRvS stelt dat, volgens bijlage II van richtlijn (EU) 2019/944 van het Europees Parlement en de Raad van 5 juni 2019, 80% van de eindafnemers in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een slimme meter moet hebben tegen 31 december 2024. Tegen 1 juli 2029 moeten alle DNG's beschikken over een dergelijke meter.
29 Afdeling Wetgeving van de Raad van State, advies 69.836/1/V van 29 september 2021, punt 40.
30 GWH, arrest van 12 november 2020, nr. 144/2020, B.2.1.
31 Er wordt een uitzondering gemaakt voor mensen die lijden aan elektrogevoeligheid.
32 HvJ EU, 18 december 1997, Inter-Environnement Wallonie, C-129/96, ECLI:EU:C:1997:628, punt 50; HvJ EU, 8 mei 2003, Xxxxx, X-00/00, ECLI:EU:C:2003:265, punt 58; HvJ EU, 4 juli 2006, Xxxxxxxx, C-212/04,
ECLI:EU:C:2006:443, punt 121.
33 Parlementaire vraag E-004164/2019(ASW).
4.4.2 Activering van de communicatiefunctie
4.4.2.1 Huidig wetgevend kader
Wat betreft het op afstand uitlezen van de gegevens die door de slimme meter worden gegenereerd, voorziet het Brusselse rechtskader in twee scenario's:
• de toestemming van de DNG is niet vereist voor de volgende vijf gevallen: prosumers, het opladen van een elektrisch voertuig, deelname aan flexibiliteits- of aggregatiediensten, het delen van elektriciteit en de opslag van elektriciteit;
• in alle andere gevallen moet de DNB de uitdrukkelijke toestemming van de DNG krijgen om de communicatiefunctie te activeren.
4.4.2.2 Gewestelijke benchmark
Wat betreft het regime dat van toepassing is in Vlaanderen, impliceert de verplichte plaatsing van slimme meters de aanvaarding van alle voorwaarden en functies van de meter, evenals de activering ervan. Er worden verschillende redenen aangevoerd om de automatische communicatie van deze gegevens aan de DNB te rechtvaardigen, waaronder:
• de verbruikers informeren over hun energieverbruik;
• de DNG correct factureren;
• zorgen voor een doeltreffend beheer van het distributienet;
• de veiligheid van het net garanderen.
De Waalse wetgeving voorziet op haar beurt in een systeem van stilzwijgende toestemming door de DNG met de mogelijkheid van een opt-out.
4.4.2.3 Juridische ontwikkelingen
De Europese toezichthouder voor gegevensbescherming (European Data Protection Supervisor, hierna 'de EDPS') beveelt aan dat kosteloze, specifieke, geïnformeerde en uitdrukkelijke toestemming alleen vereist is voor verwerkingen die verder gaan dan de verwerking die nodig is voor: i) de levering van energie, ii) de facturering daarvan, iii) de opsporing van fraude in verband met onbetaald gebruik van de geleverde energie en iv) de voorbereiding van geaggregeerde gegevens die nodig zijn voor het energiezuinige onderhoud van het net34. De CEPD is van mening dat deze gegevens worden verzameld voor doeleinden van algemeen belang.
De Belgische gegevensbeschermingsautoriteit (Belgische GBA) is van haar kant van mening dat het aan de wetgever is om te beslissen of het op afstand uitlezen van de meter al dan niet is toegestaan35:
• Ofwel stelt de wet de activering van de communicatiefunctie verplicht op basis van artikel
6.1.a) van de AVG, met andere woorden als de verwerking noodzakelijk is om een wettelijke of reglementaire opdracht uit te voeren. In dit geval moet de ordonnantie de essentiële elementen van de gegevensverwerking vastleggen, namelijk: de categorieën van verzamelde gegevens, de ontvangers aan wie de gegevens worden meegedeeld, en het doel van de verwerking;
34 Opinion of the European Data Protection Supervisor on the Commission Recommendation on preparations for the roll-out of smart metering systems, p. 11.
35 Gegevensbeschermingsautoriteit, advies nr. 15/2021 van 5 februari 2021.
• Ofwel maakt de wet het mogelijk voor de DNG om bezwaar te maken tegen het op afstand uitlezen van de slimme meter. De DNG moet dus uitdrukkelijk zijn instemming met of weigering van het op afstand uitlezen van de slimme meter meedelen.
De AWRvS is ook van mening dat inmenging in het recht op privacy alleen kan plaatsvinden in strikte overeenstemming met het legaliteitsbeginsel. De wetgever moet daarom de essentiële elementen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens vaststellen, namelijk:
1) de soorten verwerkte gegevens;
2) de categorieën van betrokkenen van wie de persoonsgegevens worden verwerkt;
3) de specifieke doeleinden van de verwerking;
4) de categorieën van personen die toegang hebben tot de verwerkte gegevens; en
5) de maximale bewaringstermijn van de gegevens.
De doelstellingen van de verwerking moeten op een positieve en exhaustieve manier worden opgesomd. Bovendien moeten de gegevens toereikend zijn, ter zake dienend en beperkt tot wat noodzakelijk is voor de doeleinden (principe van 'minimale gegevensverwerking').
Het verzamelen van persoonsgegevens afkomstig van een slimme meter valt onder de definitie van 'verwerking' van artikel 4.2 van de AVG36. Bijgevolg moet deze juridische tekst worden geraadpleegd om de wettelijkheid van het op afstand uitlezen van een meter te beoordelen.
Artikel 6.1 van de Verordening voorziet in de mogelijkheid om dergelijke gegevens te verwerken zonder toestemming van de betrokkene, in de volgende gevallen:
• Wanneer de verwerking noodzakelijk is om te voldoen aan een wettelijke verplichting die op de verwerkingsverantwoordelijke rust;
• Wanneer de verwerking noodzakelijk is, voor de vervulling van een taak van openbaar belang;
• Wanneer de verwerking noodzakelijk is voor de behartiging van de gerechtvaardigde belangen van de verwerkingsverantwoordelijke.
Volgens de rechtspraak en het Europese wettelijke kader kunnen slimme meters vanop afstand worden uitgelezen zonder toestemming van de DNG.
4.4.2.4 Aanbeveling van XXXXXX
XXXXXX beveelt aan dat de DNB verplicht wordt om de communicatiefunctie van de meter te activeren zonder dat de toestemming van de DNG vereist is.
Dit regime is gerechtvaardigd gelet op:
1° de wettelijke verplichtingen van de DNB in het algemeen belang: zorgen voor een correcte facturering van de DNG, de efficiëntie van het beheer en de ontwikkeling van het distributienet verbeteren, energie-efficiëntie bevorderen, de afnemers informeren over hun werkelijke energieverbruik;
2° de nagestreefde rechtmatige belangen: energietransitie, digitalisering van het smart grid, ontwikkeling van de operationaliteit van de functies van de SM, meetregime op basis van het werkelijke verbruik, aanpassing van het verbruik en keuze van een contract volgens de eigen behoeften, vermindering van de kosten voor de gemeenschap, invoering van een geëvolueerde tarifering voor het gebruik van het net, opsporing van fraudegevallen.
36 Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG.
4.4.3 Gebruik van de gegevens die door de slimme meter zijn verzameld
Zoals reeds vermeld, kunnen de door slimme meters verzamelde gegevens voor meerdere doeleinden worden gebruikt, waaronder:
1° Gebruik van de gegevens door de DNB voor de uitvoering van zijn opdrachten en in het rechtmatige belang zoals bepaald door de wetgever: de gegevens van de slimme meter zijn noodzakelijke gegevens die de DNB in staat stellen zijn net optimaal en efficiënt te beheren en te plannen ten voordele van de gemeenschap. BRUGEL is dan ook van mening dat het passend zou zijn dat de DNB toegang heeft tot de gegevens zonder dat de DNG zich daartegen kan verzetten.
2° Het gebruik van slimme meters voor handelingen op afstand zoals het openen, sluiten of wijzigen van het contractuele vermogen: de Elektriciteitsordonnantie voorziet al in de handelingen op afstand die de DNB kan uitvoeren op een slimme meter: het openen, sluiten en uitlezen van de meterstand bij het openen of sluiten. XXXXXX zou graag zien dat deze handelingen kunnen worden uitgevoerd zonder toestemming van de DNG en met inachtneming van de vereisten van de ordonnantie. XXXXXX is van mening dat het gepast zou zijn om deze lijst uit te breiden tot de wijziging van het contractuele vermogen van de installatie.
3° Het gebruik van gegevens op de markt: de DNG kan kiezen tussen de verschillende frequentieregimes voor de communicatie van de gegevens door de DNB aan de leveranciers (R0, R1, R3: zie punt 3.2.2.3 hierboven). Om deze keuze te kunnen maken, zal het nodig zijn om:
- de afnemers te voorzien van nuttige informatie (zie punt 4.7 hieronder);
- de IT-hulpmiddelen die beschikbaar zijn om deze keuze te maken, zeer zorgvuldig en met het oog op maximale bescherming van de afnemers te onderzoeken. XXXXXX vraagt de DNB dan ook om in de verschillende mogelijke opties te onderzoeken of het mogelijk is dit instrument te laten beheren door de DNB, als neutrale speler.
Het is daarom belangrijk te benadrukken dat de afnemers die zich niet in een situatie bevinden waarin het meetregime R3 noodzakelijk is, op het vlak van de communicatie van de gegevens aan de markt kunnen kiezen voor het regime R0, d.w.z. voor het verzenden van jaarlijkse gegevens.
4.5 End-to-endcommunicatie, van de meter tot de markt
In zijn stappenplan voor de uitrol van slimme meters is de DNB van plan om alle interfaces die nodig zijn voor de end-to-endcommunicatie van de meter, of zelfs de uitwisselingsapplicatie DNG-DNB, naar de markt te brengen via het CMS van ATRIAS.
BRUGEL is van mening dat, om een goede end-to-endcommunicatie te garanderen, een slim metersysteem niet alleen de slimme meter zelf, maar ook de volgende elementen moet omvatten:
• communicatie-interfaces tussen DNG-DNB en tussen DNB-CMS;
• applicaties voor de gegevensverwerking tussen DNB-CMS en tussen DNB-DNG.
XXXXXX meent dat de DNB een aanzienlijke achterstand heeft opgelopen bij de implementatie van deze interfaces. Om dit te verhelpen, heeft BRUGEL in de nieuwe tariefmethodologie een aanmoedigingsmechanisme opgenomen om de DNB ertoe aan te zetten alle nodige interfaces te implementeren, met de nodige capaciteit in overeenstemming met het plaatsingstempo van de te installeren meters.
XXXXXX is van mening dat de communicatie van informatie met betrekking tot de uitwisselingen van de DNG's met het net en de impact op de portefeuilles van de commerciële spelers essentieel is voor de goede werking van de elektriciteitsmarkt. De end-to-endcommunicatie binnen de termijnen die in het reglementaire kader zijn vastgelegd, moet ook de implementatie van een reeks rechten die door het wettelijke kader (Europees en gewestelijk) aan de DNG's zijn toegekend, vergemakkelijken.
Daarom is het belangrijk dat de DNB, in zijn rol als marktfacilitator, de nodige stappen onderneemt om ervoor te zorgen dat essentiële informatie de juiste speler bereikt binnen de gepaste termijnen en/of in overeenstemming met het wettelijke en reglementaire kader. Bijgevolg nodigt BRUGEL de DNB uit om de noodzakelijke end-to- endcommunicatieketen uiterlijk op 1 januari 2026 op te zetten. Deze communicatieketen moet voldoende capaciteit hebben om de end-to-endcommunicatie te verzekeren voor alle slimme meters die geïnstalleerd zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
XXXXXX vestigt ook de aandacht op de uitvoeringsverordening (EU) 2023/1162 van de Europese Commissie inzake interoperabiliteitsvoorschriften en niet-discriminerende en transparante procedures voor toegang tot meter- en verbruiksgegevens37. De verordening voorziet in een referentiemodel voor de toegang tot de meet- en verbruiksgegevens voor elektriciteit door de eindafnemers en in aanmerking komende partijen, maakt een onderscheid tussen verschillende rollen (zoals meetgegevensbeheerder, meetpuntbeheerder, aanbieder van gegevenstoegang of toestemmingsbeheerder) en past er specifieke verantwoordelijkheden op toe.
XXXXXX interpreteert dat deze rollen in de meeste gevallen worden opgenomen door de DNB in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. In het kader van de aan BRUGEL toegekende bevoegdheden zal BRUGEL erop toezien dat de toepassing van deze uitvoeringsverordening wordt nageleefd.
37 Online beschikbaar: xxxxx://xxx-xxx.xxxxxx.xx/xxxxx-xxxxxxx/XX/XXX/XXXX/?xxxxXXXXX:00000X0000
4.6 Tariefbenadering van de plaatsing van de slimme meters
De tariefbenadering van BRUGEL met betrekking tot de niet-periodieke tarieven voor de plaatsing van slimme meters heeft tot doel de volgende behoeften met elkaar te verzoenen:
• belemmeringen voor de invoering van toepassingen die worden gestimuleerd door maatregelen in het kader van de energietransitie, zoals het opladen van elektrische voertuigen, opslageenheden, enz. voorkomen;
• de DNG's in staat stellen een echte keuze te maken tussen de aansluitingsmethoden waarin het Technisch Reglement voorziet, op basis van hun gebruiksvormen;
• richtsnoeren geven voor de DNB om niet-discriminerende, billijke tarieven aan te bieden die aangepast zijn aan de nieuwe configuraties van de toegangspunten waarin het Technisch Reglement voorziet;
• de buitenkanseffecten voor de DNB vermijden, gezien het vergoedingsmodel dat in de nieuwe tariefmethodologie is aangenomen.
Deze elementen zullen voor BRUGEL als basis dienen om het tariefvoorstel van de DNB te valideren.
Rekening houdend met de nieuwe bepalingen van het Technisch Reglement, kunnen de configuraties van de aansluitingen van de toepassingen op het LS-net worden geschematiseerd aan de hand van de onderstaande afbeeldingen:
1. Configuratie voor de aansluiting van de toepassingen met één enkel toegangspunt en meerdere servicepunten (primair punt en secundaire punten):
Afbeelding 6 – Configuratie van een toegangspunt met meerdere SDP's een één enkele EAN-code
(Bron: Technisch Reglement)
In deze configuratie zou het mogelijk zijn om, op hetzelfde toegangspunt:
• het toegangspunt te identificeren met één enkele EAN-code;
• in te tekenen op een primaire service voor de afnames op de hoofdmeter;
• in te tekenen op een aantal diensten, zoals injecties op de hoofdmeter, oplaaddiensten voor elektrische voertuigen, energieopslag of andere toepassingen;
• een andere DNG te registreren, bijvoorbeeld voor het opladen van elektrische voertuigen;
• één of meerdere actoren te registreren op het toegangspunt.
2. Configuratie van aansluiting van de toepassingen met twee toegangspunten:
Afbeelding 7 – Configuratie van aansluiting van de toepassingen met twee toegangspunten
(Bron: Technisch Reglement)
In deze configuratie zou het mogelijk zijn om, op dezelfde plaats van verbruik/injectie:
• het toegangspunt te identificeren met twee EAN-codes, die administratief gekoppeld kunnen worden;
• in te tekenen op een primaire service voor de afnames op elke hoofdmeter;
• in te tekenen op een aantal diensten, zoals injecties op de eerste hoofdmeter of voorzieningsdiensten voor de andere toepassingen.
Vanuit het oogpunt van technische en economische optimalisatie geeft BRUGEL de voorkeur aan de eerste configuratie, die het voor DNG's mogelijk maakt om over één enkel toegangspunt tot het net te beschikken, met de mogelijkheid om in te tekenen op de verschillende diensten bij verschillende spelers, maar is niet van plan om de tweede configuratie te verbieden. Dit betekent dat DNG's de configuratie kunnen kiezen die het best past bij hun behoeften.
Rekening houdend met deze beleidsoriëntatie is BRUGEL van oordeel dat het noodzakelijk is om plaatsingstarieven vast te leggen naargelang van de door de DNG's gekozen configuraties met betrekking tot hun gebruiksvormen.
Bijgevolg:
• In configuratie 1, wanneer een DNG een afzonderlijke meting vraagt voor een gebruik dat zich achter zijn hoofdmeter bevindt in overeenstemming met het Technisch Reglement, wordt een voorkeurstarief toegepast op de installatie van afzonderlijke meetapparatuur;
• In configuratie 2,
▪ wanneer een DNG een nieuwe hoofdmeter aanvraagt voor zijn hoofdinstallatie of om zijn laadpaal rechtstreeks op het net aan te sluiten, blijft een plaatsingstarief van toepassing;
▪ Wanneer de DNB vraagt om een laadpaal rechtstreeks op het net aan te sluiten, wordt een voorkeurstarief toegepast voor de installatie van de bijkomende meter;
• In alle gevallen is de vervanging van een bestaande klassieke of slimme meter gratis, inclusief de kosten van de kast en/of de eventuele saneringswerkzaamheden.
4.7 Informatieverstrekking aan de DNG
Slimme meters betekenen een grote technologische vooruitgang in het beheer van het elektriciteitsverbruik. Ze bieden een groot aantal functies waarmee de consumenten hun energieverbruik beter kunnen begrijpen en beheersen:
• Met de SM's kunnen de verbruikers hun elektriciteitsverbruik heel precies opvolgen. Met geavanceerde functies zoals realtime-visualisatie van de verbruiksgegevens bieden deze toestellen meer transparantie over de individuele energiegewoonten. Dankzij deze mogelijkheid om het verbruik op de voet te volgen, kunnen de gebruikers weloverwogen beslissingen nemen om hun verbruik aan te passen en hun elektriciteitskosten te optimaliseren;
• De SM's maken de weg vrij voor meer dynamische tariefmodellen, afgestemd op de specifieke behoeften van de consumenten. De dynamische tarieven moedigen de gebruikers aan om hun verbruik aan te passen aan perioden waarin de tarieven voordeliger zijn, en helpen zo de vraag naar elektriciteit tijdens de piekperioden te verminderen;
• Met de SM's kunnen zowel de consumenten als de producenten deelnemen aan het delen van energie. Dankzij de nauwkeurigheid van de gegevens kunnen ze de elektriciteitsstromen tussen de verschillende deelnemers doeltreffend coördineren. Ze maken het ook mogelijk om het gebruik van hernieuwbare energie op lokale schaal te optimaliseren.
In dit verband vindt BRUGEL het van cruciaal belang dat de DNB, maar ook de leveranciers, de klanten begeleiden door volledige en duidelijke informatie te verstrekken over deze innovatieve systemen:
1. Wat de DNB betreft, bepaalt artikel 26octies, § 5 van de Elektriciteitsordonnantie het volgende:
"De distributienetbeheerder informeert en adviseert de distributienetgebruikers over het gebruik van de slimme meter en de diensten die via deze meter toegankelijk zijn. Deze informatie en dit advies worden gratis verstrekt, verschillende middelen, in duidelijke en begrijpelijke taal, met bijzondere aandacht voor kwetsbare afnemers."
In toepassing van deze bepaling heeft de DNB al stappen ondernomen om de afnemers te informeren:
• Het opzetten van een specifieke webpagina over slimme meters (xxxxx://xxx.xxxxxxx.xx/xx/xxxxxxxxxxxxx-xxxxxx/xxxxxx-xxxxxx?_xxxxxxxxXX);
• Het opstellen van een verklarende brochure (xxxxx://xxx.xxxxxxx.xx/xxxxx/xxxx/00x0000x-0x00-00xx-0xxx-000000000xxx).
Hoewel de DNB nuttige informatie verstrekt over de slimme meters, is BRUGEL van mening dat het nodig is om nog verder te gaan in de uitleg. De verbruikers moeten volledig worden geïnformeerd over de functies die deze toestellen bieden, zodat ze die optimaal kunnen gebruiken.
Bij wijze van voorbeeld is BRUGEL van mening dat het nuttig zou zijn om in detail en op exhaustieve wijze uitleg te geven over:
• alle codes (register van de meterstanden), de weergegeven informatie en de beschrijving ervan;
• de impact van een netstoring of een storing op het interne net en, indien van toepassing, de stappen die de DNG moet nemen;
• de status van de schakelaar, de gebruikerspoorten en het netregister.
Het is absoluut noodzakelijk dat de DNB initiatieven neemt om de verbruikers uitgebreid te informeren over de slimme meters. Een grondig begrip van deze systemen zal de verbruikers in staat stellen hun energieverbruik beter te beheren, potentiële besparingen te realiseren en een doeltreffende bijdrage te leveren aan de energietransitie.
Bovendien moet de afnemer ondersteuning krijgen voor, tijdens en na de plaatsing van de slimme meter. XXXXXX stelt voor om bij de invoering van de voorlichtingsmaatregelen en -acties inspiratie te putten uit de ervaring van de andere gewesten, in het bijzonder Vlaanderen. In navolging van Xxxxxxx zou de DNB daarom kunnen overwegen om binnen zijn organisatie een eenheid op te richten die zich specifiek bezighoudt met de slimme meters, met opdrachten die verband houden met de bewustmaking en de voorlichting van de afnemers over de slimme meters.
2. Wat de leveranciers betreft38, is BRUGEL van mening dat ook voor hen een belangrijke rol is weggelegd bij de begeleiding van hun klanten. Daarom beveelt BRUGEL aan:
• de voorlichtingsverplichting van de leveranciers te verscherpen wanneer ze contracten afsluiten met klanten voor de levering van energie of diensten, wanneer deze diensten worden uitgevoerd en gefactureerd op basis van gegevens van de slimme meters. Wanneer een prosumer bijvoorbeeld een afzonderlijk injectiecontract aangaat, moet de leverancier die elektriciteit terugkoopt, op toegankelijke en nuttige wijze uitleggen dat de prosumer kan kiezen tussen R1 en R3, en welke gevolgen verbonden zijn aan die keuze;
• te zorgen voor duidelijke procedures voor het verkrijgen van de toestemming voor het gebruik van de gegevens. Ter illustratie: zodra informatie over de verschillende meetregimes is verstrekt, moet de leverancier een duidelijk voorgeschreven procedure volgen voor het verzamelen van de keuze van de prosumer.
Tot slot valt niet te ontkennen dat de verspreiding van informatie over het gebruik van slimme meters en over de diensten die via deze toestellen toegankelijk zijn, essentieel is voor een succesvolle energietransitie. XXXXXX zal hiertoe bijdragen in het kader van zijn algemene informatieopdracht, maar als BRUGEL een belangrijkere rol toevertrouwd zou krijgen, zou dit gepaard moeten gaan met de toewijzing van extra middelen.
38 Hieronder vallen zowel de energieleveranciers als de leveranciers van diensten of van flexibiliteit.
4.8 Periodieke verslaggeving
In overeenstemming met artikel 26octies, § 8 van de Elektriciteitsordonnantie geldt: "De distributienetbeheerder dient jaarlijks, uiterlijk op 30 oktober, bij Brugel en bij de Regering een verslag in over de stand van zaken met betrekking tot de uitrol van slimme meters, dat ten minste de in bijlage 5 vermelde informatie bevat."
Bijlage 5 geeft aan welke informatie minimaal in het verslag moet worden opgenomen:
1° het totale aantal geplaatste slimme meters per categorie gebruikers van het distributienet zoals bedoeld in artikel 26octies, § 2;
2° het aantal in de afgelopen twaalf maanden geplaatste slimme meters per categorie gebruikers van het distributienet zoals bedoeld in artikel 26octies, § 2;
3° het aantal gebruikers van het distributienet aan wie de distributienetbeheerder de plaatsing van een slimme meter heeft voorgesteld overeenkomstig artikel 26octies, § 3, het aantal gebruikers van het distributienet dat hun toestemming heeft gegeven; het aantal daadwerkelijk geplaatste slimme meters in de afgelopen twaalf maanden;
4° het aantal gebruikers van het distributienet dat zijn toestemming heeft gegeven om de communicatiefunctie van de slimme meter te activeren overeenkomstig artikel 26octies, § 4;
5° tarieven die de afgelopen twaalf maanden van toepassing waren op de plaatsing van slimme meters;
6° details van de proactieve uitrolstrategie die de distributienetbeheerder op grond van artikel 26octies, § 3 heeft uitgewerkt;
7° totale gedetailleerde begroting voor de uitrol van slimme meters, met inbegrip van alle informatica-ontwikkelingen en maatregelen met betrekking tot de informatie voor de gebruiker van het distributienet;
8° een gedetailleerde beschrijving van de beschikbare functies van de slimme meters en de bijbehorende diensten;
9° een gedetailleerde beschrijving van de uitgevoerde projecten, met name hun doel, de betrokken partners, de resultaten en het toegekende budget.
In het kader van zijn algemene opdracht om de toepassing van de ordonnanties op te volgen en te controleren, en naar het voorbeeld van de marktstatistieken die maandelijks op zijn website worden gepubliceerd, wenst BRUGEL:
• maandelijks te beschikken over, a minima, de gegevens die in de punten 1 tot en met 4 van bijlage 5 worden genoemd;
• dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen het huishoudelijke en het professionele segment;
• dat er een lijst wordt opgesteld van de geactiveerde diensten.
XXXXXX is ervan overtuigd dat de maandelijkse verslaggeving het mogelijk zal maken om de uitrol van de slimme meters beter op te volgen en eventuele vertragingen te identificeren. Er moet ook worden opgemerkt dat de meeste statistieken die door de DNB worden doorgestuurd, maandelijks zijn.
Zodra de aldus meegedeelde gegevens beschikbaar zijn, zal BRUGEL ze publiceren in een specifiek daarvoor bestemde en publiek toegankelijke boordtabel.
4.9 Oplossing voor elektrogevoelige personen
De Elektriciteitsordonnantie bepaalt dat de Regering de procedure en de specifieke maatregelen bepaalt die de distributienetbeheerder moet nemen wanneer de eindafnemer of een lid van zijn huishouden verklaart dat de blootstelling aan de elektromagnetische velden die worden uitgezonden door een slimme meter, een risico vormt voor zijn gezondheid of die van een lid van zijn huishouden.
De DNB moet daarom een of meer praktische en operationele alternatieve oplossingen bieden, die in overeenstemming moeten zijn met het Regeringsbesluit, voor de elektrogevoelige personen.
Tot op heden is dit besluit nog niet uitgevaardigd.
XXXXXX is ervan overtuigd dat dit besluit noodzakelijk is voor het goede verloop van de uitrol van de slimme meters.
Afhankelijk van de details die in dit besluit zullen worden bepaald, zal de DNB aan BRUGEL een tariefvoorstel ter goedkeuring moeten voorleggen voor de dienstverlening met betrekking tot de implementatie van deze alternatieve oplossing bij een elektrogevoelige DNG.
5 Lopende ontwikkelingen
Gezien de impact van de slimme meters op de goede werking van de markt en op het welslagen van de energietransitie, heeft BRUGEL een aantal acties geïmplementeerd om de positieve effecten die worden verwacht van de uitrol van de slimme meters, daadwerkelijk te realiseren. Een van deze acties bestaat erin dat BRUGEL in het Technisch Reglement meerdere bepalingen heeft opgenomen ter bevordering van de plaatsing en de toegang tot de gegevens die afkomstig zijn van de slimme meters.
In het kader van de nieuwe tariefmethodologie 2025-2029 heeft XXXXXX bovendien stimuleringsmechanismen ingevoerd voor de uitrol van slimme meters en slimme netten en voor de kwaliteit van de bijbehorende diensten.
Zoals eerder vermeld, zal er een nieuwe tariefstructuur worden ingevoerd, met specifieke tarieven die gekoppeld zijn aan de slimme meters. Andere acties die zich in het conceptuele stadium bevinden, zijn nog in uitvoering binnen BRUGEL, met name met betrekking tot de volgende thema's:
• het beheer van de gegevens voor perioden korter dan een kwartier op de energiemarkt: BRUGEL onderzoekt de mogelijke evolutie van de rol van de DNB, met name wat betreft het beheer van de meters die specifiek bestemd zijn voor het verzamelen van gegevens met een detailniveau van minder dan 15 minuten of het beheer van deze gegevens (toegang en validering) in de context van big data, waarvoor de invoering van een regeling ex post nodig is om de naleving van de geldende reglementering te waarborgen;
• het beheer van de processen inzake settlement (allocatie en reconciliatie): hierbij wordt de evolutie onderzocht van het huidige model (gebaseerd op de door MIG6 ondersteunde configuratie van het toegangspunt) naar een model dat beter geschikt is voor de komst van de nieuwe toepassingen, waardoor de technische haalbaarheid mogelijk wordt van het nieuwe basisconcept voor het toegangspunt dat door het nieuwe technische reglement wordt bevorderd (multi-services, multi-actoren en multi- DNG's). Ten tweede moet worden onderzocht hoe de gegevens die worden gebruikt in het settlementproces, kunnen worden verbeterd door het verzamelen van de belastingscurves en de tijdige terbeschikkingstelling ervan op de markt aan te moedigen. Als het huidige MIG6-model niet wordt aangepast, moeten de voordelen van grootschalig gebruik van gegevens van de slimme meters op de allocatie- en reconciliatieprocessen worden onderzocht in termen van kwaliteit en de termijnen die nodig zijn voor de beschikbaarstelling van reële verbruiks- of productiecijfers. In deze optiek moet ook de systematische plaatsing worden onderzocht van de slimme meters met het belastingscurveregime op de eenheden die een injectie van elektriciteit op het net toestaan;
• het beheer van de marktprocessen: met een verhoogde uitrol van slimme meters zou het mogelijk zijn om marktprocessen te verbeteren die de nieuwe diensten integreren (flexibiliteit, delen van energie enz.) en klanttrajecten zoals verhuizingen of supplier switches. Toegang op afstand voor DNG's tot de metergegevens en de mogelijkheid om meters te openen en te sluiten zouden de uitvoering van die procedures sneller, goedkoper en minder foutgevoelig moeten maken, met name in de context van de Europese vereisten om bijvoorbeeld de switches te realiseren binnen 24 uur vanaf 2026.
6 Conclusies
De uitrol van slimme meters is een cruciale stap in de modernisering en de transitie naar een efficiënter en duurzamer energiesysteem. In deze context speelt BRUGEL, als regulerende overheid, een belangrijke rol in het toezicht op dit proces en de regulering ervan.
Naast zijn advies over de voordelen van slimme meters, brengt BRUGEL zijn advies en een reeks aanbevelingen uit over de volgende onderwerpen:
• Uitrol van de elf gevallen die zijn vermeld in de Elektriciteitsordonnantie: BRUGEL is van mening dat de DNB concrete acties moet plannen en een inspanning moet leveren op prospectieniveau om de gevallen te identificeren waarin wordt voorzien in de Elektriciteitsordonnantie, en in het bijzonder de gevallen die worden gestimuleerd door de maatregelen inzake energietransitie;
• Plaatsingstermijnen: BRUGEL zal waakzaamheid betrachten bij de toepassing per geval van de plaatsingstermijnen waarin het TR en de Elektriciteitsordonnantie voorzien. Als deze termijnen niet zouden worden nageleefd, kan de vertraging worden bestraft met een vergoeding op basis van artikel 32quater, § 1, 1 van de Elektriciteitsordonnantie;
• Toestemming van de DNG: BRUGEL beveelt aan dat de DNB verplicht wordt om de slimme meters uit te rollen en de communicatiefunctie te activeren zonder dat de toestemming van de DNG vereist is. BRUGEL is van mening dat het ook gepast zou zijn dat de DNB toegang heeft tot de gegevens, voor zijn behoeften inzake netbeheer, zonder dat de DNG zich daartegen kan verzetten. Bij het verzenden van gegevens naar de markt behoudt de DNG de mogelijkheid om over te schakelen op een jaarlijks communicatieregime, tenzij hij zich in een situatie bevindt waarin kwartuurgegevens vereist zijn;
• End-to-endcommunicatie: BRUGEL is van mening dat de DNB de noodzakelijke end-to- endcommunicatieketen uiterlijk op 1 januari 2026 zou moeten opzetten. BRUGEL zal er ook op toezien dat de uitvoeringsverordening (EU) 2023/1162 van de Europese Commissie inzake interoperabiliteitsvoorschriften en niet-discriminerende en transparante procedures voor toegang tot meter- en verbruiksgegevens wordt nageleefd;
• Tariefbenadering voor de installatie van slimme meters: BRUGEL is van mening dat het noodzakelijk is om installatietarieven vast te stellen op basis van de configuraties die de DNG heeft gekozen voor de aansluiting van zijn toepassingen. In alle gevallen is de vervanging van een bestaande klassieke of slimme meter gratis, inclusief de kosten van de kast en/of de eventuele saneringswerkzaamheden.
• Informatieverstrekking aan de DNG: BRUGEL vindt het van cruciaal belang dat de DNB, maar ook de leveranciers, de klanten begeleiden door volledige en duidelijke informatie te verstrekken over de slimme meters. De afnemer moet ondersteuning krijgen voor, tijdens en na de plaatsing van de slimme meter;
• Periodieke verslaggeving: in het kader van zijn algemene opdracht van toezicht en controle op de toepassing van de ordonnanties, wenst BRUGEL maandelijks te beschikken over, a minima, de gegevens die in de punten 1 tot en met 4 van bijlage 5 van de Elektriciteitsordonnantie worden genoemd, dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen het huishoudelijke en het professionele segment en dat er een lijst wordt opgesteld van de geactiveerde diensten;
• Maatregel voor elektrogevoelige personen: BRUGEL vindt het met het oog op het goede verloop van de uitrol van de slimme meters belangrijk dat de Regering de procedure en de specifieke maatregelen bepaalt die de distributienetbeheerder moet nemen wanneer de eindafnemer (of een lid van zijn huishouden) verklaart dat de blootstelling aan de elektromagnetische velden die worden uitgezonden door een slimme meter, een risico vormt voor zijn gezondheid (of die van een lid van zijn huishouden).