VERZOEKSCHRIFT
Het Gerecht in Eerste Aanleg van Curaçao Xxxxxxxxxxxxxxx 0
Alhier
Xxxxxx verschijnen vrijwillig
Geven eerbiedig te kennen:
(i) De stichting Foundation Clean Air Everywhere, statutair gevestigd en kantoorhoudende aan BB 34 te Blauwbaai te Curaçao;
(ii) De xxxx Xxxxxxxx Xxxxxx xxx Xxxxx, wonende Xxxx Xxxxxxxxx 00 xx Xxxxxxx,
(iii) Mevrouw Xxxxxxx X. Xxxxxxxxxx, wonende Sucasa 58 te Curaçao,
(iv) De xxxx Xxxxxx Xxxxxxx, wonende Xxxx Xxxxxx 00 xx Xxxxxxx,
(x) Xxxxxxx Xxxxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxx, wonende Xxxx Xxxxxxxxx 00 xx Xxxxxxx,
(xx) De xxxx Xxxxx Xxxxxx, wonende Xxxx Xxxxxxxxx 00 xx Xxxxxxx,
(vii) Xxxxxxx Xxxxxxxxxx Xxxxxxx Xxxxxx, wonende Blue Bay Resort BR 43 te Curaçao,
(viii) De xxxx Xxxxxx Xxxxxx, wonende Mons. Kieckensweg 21 te Curaçao,
(ix) De heer Xxxxxxxxx X. Xxxxxx, wonende Sucasa 58 te Curaçao,
(x) De xxxx Xxxxx Xxxxxxxxxx xxx Xxxxxxx, wonende Bosweg 1 te Curaçao,
(xi) De xxxx Xxxxxx Xxxx Xxxxxx, wonende Blue Bay BO-5, te Curaçao,
(xii) Mevrouw Xxxxxxx X.X. Plaate, wonende Xxxx Xxxxxxxxx 00 te Curaçao,
(xiii) Mevrouw Xxxxx Xxxxxx Xxxxxxx, wonende Blue Bay BJ-05, te Curaçao;
(xiv) Xxxxxxx Xxxxxx Xxxxxxxx xxx Xxxxxxx, wonende Blue Bay BK4 te Curaçao,
(xv) De xxxx Xxxxxxxx Xxxxxxx Xxxxxxx, wonende Xxxxxx 00 te Curaçao,
(xvi) De xxxx Xxxxxxx Xxxxxxxxx, wonende Xxxx Xxxxxxxx 000 xx Xxxxxxx,
(xvii) De xxxx Xxxxxx Xxxxxx, wonende Wishi 331-1A te Curaçao
(xviii) Xxxxxxx Xxxxx Xxxxx, wonende Bosweg 1 te Curaçao,
(xix) Xxxxxxx Xxxxxxxxxx Xx’xxxxxxxxx, wonende Wishi 260 te Curaçao,
(xx) De xxxx Xxx Xxxxxxxxx, wonende te Xxxxxx 00 te Curaçao,
(xxi) Xxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxx, wonende Wishi 331-1B te Curaçao,
(xxii) Xxxxxxx Xxxxx Xxxxxxx, wonende Wishi 301 te Curaçao,
(xxiii) Mevrouw Xxxxxx Xxxxxxxx, wonende te Veeris 211 te Curaçao,
(xxiv) Mevrouw Xxxxxx Xxxxxxx Xxxxxx, wonende te Wishi 318 te Curaçao,
(xxv) De xxxx Xxxxx Xxxxxx, wonende te Blue Bay BO-10 te Curaçao,
(xxvi) Xxxxxxx Xxxxxxxxx X. Xxxxxxx, wonende te Wishi 150B te Curaçao,
(xxvii) Xxxxxxx Xxxxx X. Xxxxx Xxxxxxxx, wonende te Whishi 150B te Curaçao,
(xxviii) De xxxx Xxxxxxx Xxxxx, wonende te Xxxxxxxxxxx 00 te Curaçao,
(xxix) Mevrouw Xxxxxx Xxxxxxxx Xxxxxxxxx, wonende te Anzueweg 18 Boca Sami te Curaçao,
(xxx) Xxxxxxx Xxxxxxx Xxxxxx, wonende te Wishi 330 te Curaçao,
gezamenlijk te noemen “Eisers”, te dezer zake alhier domicilie kiezende aan de Schottegatweg Oost 191 ten kantore van Xxx xx Xxxxxxxxx & Associates, van wie Mrs. S.A. in ‘t Veld en P.E.A.L.M. van de Laarschot te dezen als gemachtigden worden gesteld, en meer in het bijzonder om dit verzoekschrift namens hen te ondertekenen en in te dienen, met het recht van substitutie;
Gedaagde te dezen is:
de openbare rechtspersoon het Land Curaçao, zetelende te Fort Amsterdam 17 te Curaçao, hierna te noemen: "het Land",
hierna ook te noemen: "de Overheid"
INHOUDSOPGAVE
1. INLEIDING EN VERZOEK TOT SPOEDIGE BEHANDELING VAN DE ONDERHAVIGE PROCEDURE 4
2. OPBOUW VAN DIT VERZOEKSCHRIFT 5
3. BESCHRIJVING OP HOOFDLIJNEN VAN DE RELEVANTE FEITEN 6
4. EISERS 9
4.1. Eisers 9
4.2. De schade die Eisers, andere inwoners en bezoekers lijden als gevolg
van de milieu(lucht)vervuiling 10
4.2.1. Materiële schade aan bezittingen van Eisers, andere inwoners en bezoekers 12
5. GEDAAGDE 13
6. REGELGEVEND KADER: DE GELDENDE MILIEUNORMEN 13
6.1. Hindervergunning 14
6.2. Internationale normstelling WHO 16
7. HET IS DOOR DESKUNDIGEN AANGETOOND DAT ER OP CURAÇAO SPRAKE IS VAN ERNSTIGE MILIEU(LUCHT)VERVUILING MET NADELIGE GEVOLGEN VOOR DE GEZONDHEID EN EIGENDOMMEN VAN EISERS, ANDERE BEWONERS EN
BEZOEKERS VAN CURACAO 16
7.1. Overzicht van deskundigenonderzoeken: periode 1979-2016 16
7.2. Er is sprake van milieu(lucht)vervuiling 16
7.3. Eisers, inwoners en bezoekers hebben geleden en lijden thans nog steeds gezondheidsschade en schade aan hun materiële bezittingen
als gevolg van de niet ter discussie staande milieu(lucht)vervuiling 22
8. DE OVERHEID IS OP GROND VAN FUNDAMENTELE MENSENRECHTEN ZOALS NEERGELEGD IN HET EVRM VERPLICHT HAAR BURGERS TE BESCHERMEN TEGEN MILIEU(LUCHT)VERVUILING EN DE NADELIGE (GEZONDHEIDS)GEVOLGEN DAARVAN, WAARONDER OOK BEGREPEN HET COMPENSEREN VOOR REEDS GELEDEN SCHADE 27
9. HET EVRM (EN DE STAATSREGELING) 30
10. CONCLUSIE 34
11. PRODUCTIEOVERZICHT 37
1. INLEIDING EN VERZOEK TOT SPOEDIGE BEHANDELING VAN DE ONDERHAVIGE PROCEDURE
(1) Onderhavige procedure heeft betrekking op de al decennialang durende milieu(lucht)vervuiling op Curaçao. Sinds 10 oktober 2010 is Curaçao een Land, dat deel uitmaakt van het Koninkrijk der Nederlanden. Het Land is verantwoordelijk voor een schoon milieu en heeft haar burgers te beschermen tegen (de gevolgen van) milieu(lucht)vervuiling.
(2) Er wordt reeds decennialang bestuursrechtelijk en civielrechtelijk geprocedeerd door burgers en organisatie op Curaçao over de ernstige gevolgen die zij ondervinden van de overmatige luchtvervuiling op het eiland (een overzicht van de procedures, waarin de ECLI- kenmerken van de procedures is genoemd, is toegevoegd als Productie 1). Deze procedures en overigens ook alle andere pogingen tot verbetering van het leefmilieu hebben geen effect (gehad): nog steeds is er sprake van – zo mogelijk nog ernstigere – milieuvervuiling en nog steeds onderneemt de overheid geen actie deze veroorzaker van schade aan lijf en leden en eigendommen weg te nemen en/of de gevolgen daarvan weg te nemen.
(3) Eisers starten daarom – opnieuw – de onderhavige civiele procedure waarin het laakbare nalatig handelen van de Overheid centraal staat, als zijnde een ultieme poging te komen tot een betere leefsituatie alsook tot vergoeding van de reeds geleden schade. Op grond van nationale en internationale regels is de Overheid gehouden haar burgers optimaal te beschermen tegen (de gevolgen van) milieuvervuiling, te meer wanneer het om aantasting van de gezondheid en eigendommen gaat. Tot de Overheid behoort in zoverre ook de rechterlijke macht, in die zin dat burgers en organisaties de mogelijkheid moeten krijgen om via het voeren van gerechtelijke procedures de Overheid te kunnen aanspreken. Tot op heden is dat nog niet gelukt.
(4) Het is aan de Overheid om aan te tonen dat zij de veroorzaker(s) van de – niet ter discussie staande – milieuvervuiling aanspreekt. Dat kan bijvoorbeeld, dus niet uitsluitend, via het strafrecht of het bestuursrecht en dat kan door (milieu)wet- en regelgeving en door handhaving van bestaande regels. Voor zover al niet de oorzaak van de schade kan worden weggenomen, hetgeen in casu zeker wel mogelijk is, is de Overheid gehouden om de gevolgen van de milieuvervuiling weg te nemen dan wel dat in ieder geval de burgers en organisaties op Curaçao geen hinder ondervinden van de milieuvervuiling. En inderdaad, gezien de aard van de schade en de gevolgen ervan, zijn er ingrijpende maatregelen nodig. Maar die komen ten laste van de Overheid en de aard ervan is bovendien geen reden om die maatregelen niet te hoeven nemen. Mogelijkheden zijn bijvoorbeeld (i) het sluiten van milieuvervuilende fabrieken op Curaçao of eisen dat er minder productie plaatsvindt, (ii) de inkoop en het gebruik van schone brandstof, (iii) het laten verhuizen van de personen die hinder ondervinden van de milieuvervuiling, (iv) toekenning van werkelijke compensatie voor beschadigde eigendommen, (v) het wekelijks reinigen van die eigendommen, etc.
(5) Gezien het voorgaande en al het eerdere dat al inzake het nalatig handelen van de Overheid naar voren is gebracht en is bepaald, vorderen Eisers Uw Gerecht primair te verklaren dat het Land Curaçao onrechtmatig jegens Eisers handelt, wegens schending van onder meer de mensenrechten als verankerd in het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens ("EVRM"), dat ook hier te lande van kracht is.
(6) Van belang is verder nog het volgende. De schade die Eisers, andere inwoners en bezoekers van Curaçao reeds hebben geleden en thans nog steeds lijden, wordt dus veroorzaakt door milieu(lucht)vervuiling. Het is aantoonbaar dat deze
milieu(lucht)vervuiling wordt veroorzaakt door de ISLA Raffinaderij en de bijbehorende energiecentrale BOO Raffinaderij (tezamen "Raffinaderij"), alsook overigens Aqualektra. Hoewel dit een belangrijk gegeven is, omdat de Overheid met deze (in vele deskundigenrapporten vastgelegde) kennis immers de oorzaak van de schade kan wegnemen, is het voor de onderhavige procedure minder van belang wat de oorzaak van de schade is. De Overheid dient namelijk – ongeacht de oorzaak van de schade – de genoemde mensenrechten van Eisers, andere inwoners en bezoekers te waarborgen. In het vervolg wordt wel ingegaan op de Raffinaderij als veroorzaker van de schade, maar dit kan worden beschouwd als een handreiking aan de Overheid om de oorzaak van de schade weg te nemen. Dat de schade wordt veroorzaakt door milieu(lucht)vervuiling van de Raffinaderij is in die zin geen noodzakelijk element om tot het oordeel te komen dat de Overheid onrechtmatig handelt. De feiten (i) dát er milieu(lucht)vervuiling is, (ii) dát deze milieu(lucht)vervuiling de oorzaak is van de door Eisers, andere inwoners en bezoekers geleden en nog steeds te lijden schade en daarmee in strijd met de hen toekomende mensenrechten wordt gehandeld en (iii) dát het Land niet de adequate acties onderneemt de (oorzaak van de) schade en deze strijdigheid met mensenrechten ongedaan te maken
c.q. te voorkomen, zijn de relevante elementen voor uw Gerecht om te komen tot het oordeel dat de Overheid onrechtmatig handelt.
(7) Eisers verzoeken uw Gerecht verder de onderhavige bodemprocedure met voortvarendheid te behandelen. De schendingen van de in het geding zijnde internationaal gewaarborgde mensenrechten dienen op de kortst mogelijke termijn beëindigd te worden. Te meer na het decennia lang (!) uitblijven van toezicht en handhaving van regelgeving en vergunning, het uitblijven van (juiste) informatie over gevaren en risico's aan de inwoners van Curaçao, het gebrek aan adequate (milieu)wetgeving in Curaçao onderstrepen het dringende karakter van deze procedure.
(8) Eisers menen, tot slot van deze inleiding, dat de grondslag van de onderhavige vorderingen voor hen allen dezelfde is, zodat slechts eenmaal griffierecht is verschuldigd. Verder menen Eisers dat de hoogte van het (eenmalige) griffierecht NAf 450,- bedraagt, omdat ervan moet worden uitgegaan dat de vorderingen een onbepaalde waarde vertegenwoordigen (artikel 20 lid 3 van het Landsbesluit tarieven in burgerlijke zaken).
2. OPBOUW VAN DIT VERZOEKSCHRIFT
(9) Dit verzoekschrift is als volgt opgebouwd.
(10) Hierna volgt eerst een beschrijving op hoofdlijnen van de relevante feiten (paragraaf 3). Gezien de lange voorgeschiedenis van de onderhavige mensenrechtenkwestie, is uw Gerecht hiermee reeds bekend. Daarna wordt een toelichting gegeven op wie Eisers in deze procedure zijn (paragraaf 4) en wordt stilgestaan bij de Overheid als gedaagde (paragraaf 5).
(11) Het vervolg van het verzoekschrift splitst zich uit in twee onderdelen.
(12) In paragrafen 6 en 7 lichten Eisers het toepasselijke (milieu)regelgevend kader toe, dat de toepasselijke regels aantoonbaar worden overschreden en dat Eisers, andere inwoners en bezoekers van Curaçao als gevolg hiervan forse (gezondheids)schade lijden. Verder lichten Eisers in deze paragrafen toe dat de Overheid – ten onrechte – niets (adequaats) onderneemt waardoor de overschrijdingen van (internationaal geaccepteerde) milieunormen worden weggenomen of op zijn minst in de toekomst worden voorkomen.
(13) In paragrafen 8 en 9 wordt vervolgens toegelicht dat die overschrijding van de milieunormen en het nalatig handelen van de Overheid haar verwijtbaar is op grond van
de geldende mensenrechten als het recht op leven, het recht op woongenot, het recht op informatie, etc.
(14) In paragraaf 10 volgt de conclusie van het onderhavige verzoekschrift, gevolgd met een overzicht van de bijgevoegde producties (paragraaf 11).
3. BESCHRIJVING OP HOOFDLIJNEN VAN DE RELEVANTE FEITEN
(15) Uw Gerecht is inmiddels goed bekend met de onderhavige kwestie, maar ter introductie daarop nog het volgende.
(16) Op Curaçao wonen circa 25.000 mensen die dagelijks hebben te kampen met forse gezondheidsklachten en een giftige, groengekleurde aanslag op hun eigendommen. Deze mensen wonen in het gebied ten (zuid)westen – 'benedenwinds' – van het industrieterrein dat is gelegen aan het Schottegat. Op dit industrieterrein is de Raffinaderij gelegen. De afbeeldingen hierna, ontleent van Google Maps, laten de ligging van de Raffinaderij zien (rood omcirkeld op de eerste afbeelding):
(17) Het is algemeen bekend, dus ook bij uw Gerecht, dat de Raffinaderij functioneert op basis van sterk verouderde installaties en technieken. Het is ook algemeen bekend dat de
Raffinaderij o.a. enorme hoeveelheden SO2 – zwaveldioxide – uitstoot, meer dan 40 miljoen kilo per jaar (meer dan alle raffinaderijen in Nederland bij elkaar). Onderstaande foto laat de uitstoot van de Raffinaderij zien. De foto is gemaakt op 8 oktober 2016 om 4 uur 's nachts (bron: website van xxxxxxxxxxxxx.xx).
(18) Het is ook algemeen bekend en als een vaststaand feit aan te merken dat er op Curaçao sprake is van ernstige milieuvervuiling: mens en natuur worden letterlijk en ernstig aangetast. Het is ook een vaststaand gegeven dat het Land haar inwoners alsook de aanwezige natuur heeft te beschermen. Het absolute recht op leven, het recht op lichamelijke integriteit, het recht op woongenot, het recht van burgers door de overheid adequaat te worden geïnformeerd over gevaren en risico's, het voorzorgsbeginsel heeft de Overheid jegens haar inwoners te waarborgen. Het is inmiddels ook een vaststaand gegeven dat als gevolg van de milieuvervuiling jaarlijks minstens achttien – en waarschijnlijk veel meer – vroegtijdige doden vallen, duizenden personen op Curaçao gezondheidsklachten ondergaan als gevolg van de milieuvervuiling en er een groene aanslag (vol zware metalen en zwavel) is op allerlei bezittingen, waarvan gevreesd wordt dat deze nadelige gezondheidsgevolgen veroorzaakt. Zie de navolgende tabel uit het rapport Economic Value for Strategic Options for Refinería di Korsou, Ecorys-NEI, Rotterdam 26 oktober 2005 (zie Productie 21 hieronder, pagina 89):
(19) Het is helaas ook een vaststaand feit dat de Overheid niets doet, althans zodanig weinig actie onderneemt dat de milieuvervuiling nog steeds doorgang kan vinden en zelfs ernstig toeneemt en de inwoners van Curaçao zich nog steeds dagelijks geconfronteerd zien met (gezondheids)schade. Door de jaren heen is er al een groot aantal rechterlijke procedures bij uw Gerecht en het Hof gevoerd met betrekking tot de Raffinaderij en/of het uitblijven van Overheidsmaatregelen tegen de aanwezige milieuvervuiling, geëntameerd door verschillende rechtspersonen en natuurlijke personen.1 Elke keer zegt de Overheid toe onderzoek te zullen doen c.q. (bepaalde) maatregelen te treffen en blijft daardoor vaak een adequaat vonnis achterwege. De toegezegde onderzoeken en/of maatregelen worden haast nimmer ten uitvoer gebracht. Het is dan ook ditmaal dat Eisers weliswaar opnieuw een procedure bij uw Gerecht starten, maar wel met het oog dat dit een finale procedure gaat worden die zo nodig tot en met het EHRM wordt doorgeprocedeerd. Voor zover er niet tussentijds door de Overheid wordt opgetreden – onder het beslag van een adequaat vonnis dat de spreekwoordelijke 'stok achter de deur' is – toont dat te meer aan dat het Koninkrijk op grond van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden dient in te grijpen.
(20) Overigens, de verwachting/mogelijkheid dat de Raffinaderij met ingang van 2019 in Chinees eigendom komt,2 ontslaat de Overheid niet van haar verplichting om op korte termijn de noodzakelijke maatregelen te nemen ter voorkoming van verdere (gezondheids)schade van Eisers en andere inwoners en bezoekers van Curaçao alsmede maatregelen te nemen de gericht zijn op redressering van reeds ontstane schade.
1 Foundation Clean Air Everywhere was procespartij in de procedure die is geëindigd met het vonnis d.d. 16 november 2015 van uw Gerecht, dat bij u bekend is onder het registratienummer KG 74136/2015.
2 Er is immers een Memorandum of Understanding gesloten tussen de Overheid en het Chinese staatsbedrijf Guangdong Zhenrong Energy. Zie onder meer het Financieel Dagblad 20 september 2016, 'Chinezen azen op raffinaderij op Curaçao'; Amigoe 21 september 2016, 'PdVSA heeft geen geld voor upgrading Isla'.
4. EISERS
4.1. Eisers
(21) Eisers zijn allen woonachtig respectievelijk gevestigd te Curaçao en meer specifiek in het gebied ten westen van het industrieterrein dat is gelegen aan het Schottegat.
(22) Eiseres Foundation Clean Air Everywhere is een belangenorganisatie op basis van het bepaalde in artikel 3:305a van het Burgerlijk Wetboek van Curaçao. Zij heeft als statutaire doelstelling (die tevens feitelijk ten uitvoer wordt gebracht) een bijdrage te leveren aan het oplossen, terugdringen en voorkómen van milieuproblemen te Curaçao, hetgeen onder meer betrekking heeft op de luchtkwaliteit in de meest ruime zin. In het bijzonder richt deze doelstelling zich tot het gebied benedenwinds van het industriegebied rond het Schottegat te Curaçao. Foundation Clean Air Everywhere trekt zich op dit punt de behartiging van de belangen van de bewoners en bezoekers van Curaçao aan. Als Productie 2 zijn de Statuten van de stichting opgenomen en Productie 3 het uittreksel van de inschrijving van de stichting bij de Kamer van Koophandel te Curaçao. Zij heeft sinds haar oprichting getracht door het voeren van overleg maar ook in rechte, het gevorderde te bewerkstelligen (zie ook voetnoot 2), tot op heden zonder resultaat.
(23) De overige Eisers zijn allemaal bewoners van het getroffen gebied onder de rook en slachtoffer van de milieuvervuiling die de Raffinaderij veroorzaakt. Zij hebben allen schade aan hun bezittingen als gevolg van voortdurende (groene en roet) aanslag, over het algemeen verminderde kwaliteit van leven, als gevolg van continue overlast van stank, roet, groene aanslag, lawaai, stress en zorgen over de wellicht onomkeerbare gevolgen van de luchtverontreiniging. Een bloemlezing is opgenomen in Productie 4.
(24) Eisers vertegenwoordigen een veel grotere groep inwoners van Curaçao die de overlast niet meer aan kunnen. Zij ondersteunen deze procedure nadrukkelijk.
Bron: xxxx://xxx.xxxxxxxxxx.xxx/xxxxxxxx/xxxx-xxx-xxxxxxxxx-xx-xxxxxxx
(25) Illustratief is het volgende blogbericht dat dateert van 13 september 2015, waarin wordt geschreven over een demonstratie van bewoners tegen de milieu(lucht)vervuiling (groene onderstreping door Xxxxxx):
(26) Eisers zijn overigens ontvankelijk in de onderhavige procedure. Het feit dat de Overheid niet alleen privaatrechtelijke invloed heeft op (het stoppen van) de milieu(lucht)vervuiling, maar ook publiekrechtelijke – bijvoorbeeld via de vergunningverlening – ontneemt Eisers niet de mogelijkheid (om ook daarover) civiel te procederen. De vorderingen in de onderhavige procedure zijn namelijk gebaseerd op het onrechtmatig handelen c.q. nalaten van de Overheid. Eisers verwijzen in dat kader ook naar de uitspraken van het Gemeenschappelijk Hof d.d. 30 oktober 2007, r.o. 3.2 (ECLI:NL:OGHNAA:2007:BJ7611) en Gemeenschappelijk Hof d.d. 12 januari 2010, r.o. 3.3 (ECLI:NL:OGHNAA:2010:BK9395).
4.2. De schade die Eisers, andere inwoners en bezoekers lijden als gevolg van de milieu(lucht)vervuiling
(27) Zoals is verwoord in de inleiding van dit verzoekschrift, ondervinden Xxxxxx, net als andere inwoners en bezoekers van het gebied benedenwinds van het industriegebied ernstige hinder, bestaande uit onder meer gezondheidsklachten en materiële schade. Al vele jaren proberen zij zonder succes op allerlei manieren aandacht voor hun penibele situatie te
krijgen opdat de Overheid daar een einde aan zal maken, zie bijvoorbeeld krantenberichten en andere publiciteit bijgevoegd als Productie 5.
(28) Zonder uitzondering hebben Eisers en de inwoners van het genoemde gebied onder meer klachten als hoofdpijn, rode en tranende ogen, hoest, schorre stem, keelpijn, benauwdheid en astma, als gevolg van de milieuvervuiling (zie Productie 4). Dit zijn dan alleen nog de (gemelde) klachten; in al oudere én in recente literatuur is uitvoerig beschreven welke (gezondheids)schade de groene aanslag en de inademing van de stoffen die door de uitstoot in hoge concentraties in de inademingslucht worden gebracht, op korte termijn maar ook op langere termijn aanrichten bij de inwoners van (en bezoekers aan) de benedenwindse zijde van het Schottegat: verhoogd risico op long gerelateerde aandoeningen waaronder kanker, hart- en vaataandoeningen, vroeggeboortes, geboorteafwijking etc. Dit wordt nader toegelicht in paragraaf 7.3 van dit verzoekschrift.
(29) In het bijzonder veroorzaakt ook de groene aanslag ernstige, voortdurende en blijvende gezondheidsklachten. De hierover inmiddels verschenen onderzoeksrapporten lichten Eisers nader toe in paragraaf 7 van dit verzoekschrift.
(30) De hoge concentratie metalen in de groene aanslag en de mate van fijnheid – de aanslag verspreidt zich door middel van minuscule druppeltjes – zorgen er namelijk voor dat Eisers en de bewoners de aanslag tot diep in de longen inademen. Uit onderzoek d.d. 17 augustus 2015, genaamd 'Bepaling van de elementsamenstelling van een groene aanslag aanwezig op vijftal locaties op Curaçao met behulp van elektronenmicroscopie en Röntgen microanalyse' van TNO, blijkt dat de groene aanslag giftige stoffen bevat (het rapport is als Productie 6 bijgevoegd, zie Hoofdstuk 5, discussie en conclusies):3
"Op basis van de aanwezigheid van de elementen vanadium, nikkel en zwavel en de bolvormige morfologie van sommige aangetroffen deeltjes lijkt de groene aanslag mogelijk afkomstig van industriële bronnen (bijvoorbeeld vliegas afkomstig van de verbranding van olie). Het verdient daarom de aanbeveling bij nabijgelegen industriële bronnen (bijvoorbeeld de BOO centrale en/of de ISLA raffinaderij) stof af te vangen en de samenstelling van dit stof te vergelijken met de resultaten verkregen uit dit onderzoek. (…)."
(31) De gevaren en kankerverwekkende eigenschappen van onder meer vanadium(pentoxide) en nikkel(oxiden) die in de huidige groene aanslag zijn aangetoond zijn in de literatuur gedetailleerd beschreven. Productie 7 bevat informatie over de schadelijke stoffen waaraan bewoners ‘onder de rook’ worden blootgesteld.
(32) Voorts hebben bewoners benedenwinds van de Raffinaderij overlast in de vorm van licht, lawaai en ernstige stank. Een onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek van Curacao in 2011 wees ondermeer uit dat van ondervraagde huishoudens te Wishi 83.1%, Habaai 75.8%, Piscadera 72.7 % stankoverlast ondervindt, hetgeen schril afsteekt tegen de gebieden ‘ boven de wind’ bijvoorbeeld Mahaai (6.4%) of Barber (4.4.%) zie Productie 8.
(33) Voor zover mogelijk verhuizen de inwoners van het gebied ten westen van de Raffinaderij dan ook naar een ander deel van het eiland. Dit blijkt onder meer uit een door de GGD in 2007 uitgevoerd onderzoek onder de bevolking benedenwinds van de raffinaderij; op de vraag of ze willen verhuizen antwoordt 65% van de ondervraagden positief, zie de samenvatting uit het Papiaments vertaald naar het Nederlands, bijgevoegd als Productie
9. Maar deze oplossing is slechts voor een klein deel van de getroffenen weggelegd. Deze
3 Uit dit onderzoek van TNO blijkt dat de groene aanslag rijk is aan vanadium(pentaoxide) een stof die longkanker kan veroorzaken.
mogelijkheid was bijvoorbeeld wel weggelegd voor Nederlandse militairen die werkzaam zijn te Curaçao en voorheen woonachtig waren in Julianadorp. Zij zijn dus inmiddels verhuisd met een financiële bijdrage van Nederland van circa € 6.000 per gezin. Uitsluitend en alleen vanwege de ernstige gezondheidsrisico's als gevolg van de uitstoot van de Raffinaderij heeft de huidige Nederlandse Minister Hennis-Plasschaert van Defensie in maart 2014 daartoe besloten:4
4.2.1. Materiële schade aan bezittingen van Eisers, andere inwoners en bezoekers
(34) Verder veroorzaakt de vervuiling van de Raffinaderij ook forse materiële schade aan de huizen, auto's, boten en andere bezittingen van Eisers en bewoners van en bezoekers aan het gebied ten westen van de Raffinaderij en aan de voor Curaçao zo belangrijke toeristenindustrie.
(35) In het bijzonder betreft de materiële schade een giftige, groene aanslag die al sinds enkele jaren wordt aangetroffen in alle wijken in het gehele gebied “onder de rook” van de Raffinaderij, van Wishi/Xxxxxxxx, Piscadera gebied tot aan Boca Sami en zelfs Coral Estate, zie Productie 10 waarin diverse foto’s zijn opgenomen en waarop deze schade, in de vorm van groene aanslag en roetaanslag goed zichtbaar is.
(36) De aanslag bestaat uit allergie- en kankerverwekkende nikkelverbindingen, maar vooral ook uit, eveneens kankerverwekkende (en mutagene) vanadiumverbindingen, zware metaalsoorten, zo is onderzocht en vastgesteld door onafhankelijke deskundigen van TNO, zie het TNO rapport “Bepaling van de elementssamenstelling van een groene aanslag aanwezig op een vijftal locaties op Curacao met behulp van elektronenmicroscopie en röntgen microanalyse van 17 augustus 2015 bijgevoegd als productie 6. In voornoemd rapport staat onder meer dat in de groene aanslag koolstof, vanadium, nikkel, zwavel, natrium, calcium, silicium en aluminium is aangetroffen. Als Productie 11 wordt bijgevoegd een memo met uitleg en nadere toelichting op het TNO rapport door de xxxx
X. Xxxxxx, petrotechnisch adviseur. De conclusie is “dat de stoffen die uitgestoten worden schadelijk zijn voor de gezondheid” en “dat de luchtverontreiniging die de groene aanslag geeft wordt veroorzaakt door verbranding van residuale olie bij Isla en BOO”.
(37) De kosten van het verwijderen van de groene aanslag zijn aanzienlijk en voor de meeste
4 Brief d.d. 17 maart 2014, met het kenmerk 2014D09683, van de minister van Defensie aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
bewoners onder de rook niet op te brengen. Zo kost het schoonmaken van een woning al snel NAf 1700 (zie bv Productie 12). Daarbij dient bedacht te worden dat verwijdering meestal iedere week (!) of soms zelf om de paar dagen dient plaats te vinden.
5. GEDAAGDE
(38) Het Land is gedaagde. In de eerste plaats is het Land gedaagde gelet op haar publieke entiteit en de verplichtingen die zij op grond van het nationale en internationale recht heeft om haar inwoners, waaronder Eisers, en bezoekers te beschermen.
(39) Het Land is bovendien ook vanuit privaatrechtelijk oogpunt gedaagde. Het Land is namelijk (middelijk) eigenaar van de Raffinaderij. Het Land houdt alle aandelen in Refineria di Korsow N.V. ("RdK") die eigenaar van de raffinaderij is. Het Land heeft tevens – via RdK – alle aandelen in eigendom van Curaçao Refinery Utilities N.V. ("CRU"). CRU is de operator van de BOO-centrale (waarover hierna meer) en heeft op zijn beurt de aandelen in eigendom van Curaçao Utilities Company N.V. ("CUC"). Kortom, het Land staat boven al deze bedrijven, niet alleen in publiekrechtelijke zin maar dus ook nadrukkelijk in privaatrechtelijke zin als eigenaar van de aandelen in RdK.
(40) CUC exploiteert op grond van een erfpachtovereenkomst een energiecentrale onder de naam “BOO-centrale” op het terrein van de raffinaderij. Deze centrale produceert stoom, elektriciteit, gedemineraliseerd water en (pers)lucht ten behoeve van de exploitatie van de raffinaderij en ten behoeve van lokaal gebruik. CRU is belast met de bedrijfsvoering en het onderhoud van de energiecentrale. De ISLA raffinaderij wordt geëxploiteerd door Refineria Isla (Curazao) S.A. ("Refineria Isla"), een vennootschap naar Venezolaans recht, met nevenvestiging te Emmastad, Curaçao, al dan niet middels haar 100% dochter Refineria Isla Curaçao B.V. De exploitatie van de Isla raffinaderij vindt plaats op huurbasis, meer specifiek op basis van een tussen RdK en de 100% aandeelhoudster van Refineria Isla, Petroleos de Venezuela S.A. ("PDVSA"), gesloten overeenkomst terzake de huur en exploitatie van de raffinaderij. Deze overeenkomst dateert van 1994 en eindigt in 2019. Een tweede relevante overeenkomst betreft de 'Governments Agreement' tussen de Nederlandse Antillen, het Eilandgebied Curaçao en PDVSA met betrekking tot de Raffinaderij. Kortom, het staat vast dat het Land ook in privaatrechtelijke zin grote invloed kan uitoefenen op de Raffinaderij en aldus op het voorkomen van milieu(lucht)vervuiling.
(41) Aan Refineria Isla en aan CUC zijn door de Overheid in de jaren negentig van de vorige eeuw hindervergunningen afgegeven en beiden zijn gehouden aan voorschriften van die hindervergunningen, hetgeen de Overheid kan afdwingen.
6. REGELGEVEND KADER: DE GELDENDE MILIEUNORMEN
(42) Kort en goed gelden er op Curaçao en voor de Raffinaderij twee soorten milieunormen, de normen op grond van de WHO die via de band van de jurisprudentie van het EHRM bindend zijn, en de normen op grond van de toepasselijke Hindervergunningen (zie de definitie hieronder). Deze normen worden hierna verder toegelicht, waarbij wordt begonnen met de norm die geldt op basis van de Hindervergunningen.
(43) Overigens is ook nog het vermelden waard dat het zogenaamde 'Klimaatakkoord' dat in 2015 in Parijs tot stand is gekomen, inmiddels is getekend door het Koninkrijk der Nederlanden. Dit gegeven illustreert het belang dat mondiaal wordt gehecht aan een schoon milieu. Het Land Curaçao (en ook het Koninkrijk der Nederlanden) handelt in zoverre in tegenovergestelde zin, door al decennialang de forse milieu(lucht)vervuiling op het eiland toe te staan.
6.1. Hindervergunning
(44) Op onder meer de activiteiten van Refineria Isla en CUC is de Hinderverordening Curaçao 1994 van toepassing. De Hinderverordening geeft de Overheid de plicht om in voorkomende gevallen te handhaven en geeft daartoe als sancties stopzetting van de verboden activiteiten (artikel 34 Hinderverordening), toepassing van bestuursdwang (artikel 36 Hinderverordening) en het opleggen van een dwangsom (artikel 37 Hinderverordening).
(45) Op basis van de Hinderverordening is in 1997 voor de duur van de huurovereenkomst aan Refineria Isla een Hindervergunning verleend, met daarbij een bijlage “Attachment F” (Productie 13). In die bijlage is milieuregelgeving geïncorporeerd in de vorm van voorschriften. Die voorschriften bevatten onder meer gedetailleerde grenswaarden van immissies op leefniveau. Voorts is op basis van de Hinderverordening in 1998 aan CUC een hindervergunning verleend, met eveneens een bijlage genaamd “Attachment F” (die identiek is aan die van Refineria Isla) (Productie 14).
(46) De hindervergunning van Refineria Isla en de hindervergunning van CUC worden hierna gezamenlijk aangeduid als de “Hindervergunningen”. De Hindervergunningen met de daarbij behorende annexen en bijlagen zijn opgenomen in de overheidswebsite xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx.
(47) De Hindervergunningen voorzien in thans zeer achterhaalde, en ook toentertijd al zeer coulante vereisten. Het concept van de Hindervergunningen voorzag bijvoorbeeld in veel stringentere voorschriften die echter onder druk van PDVSA door het toenmalige Bestuurscollege zijn geschrapt. In plaats daarvan zijn (nu nog steeds geldende) coulante eisen neergelegd in de Hindervergunningen, door Attachment F een bijlage daarvan te maken.
(48) Attachment F wordt in de Hindervergunningen gedefinieerd als:
“Milieuregelgeving zoals deze aan de vergunning is gehecht in de vorm van Attachment F, dat (sic) gezamenlijk ontwikkeld is teneinde zekerheid te hebben dat regelgeving op het milieugebied economisch realistisch is en past in de opzet van de raffinaderij. PDVSA stemt ermee in om zich te houden aan Attachment F.”
(49) De Hindervergunningen bepalen dat de inrichting alleen in werking mag zijn overeenkomstig (i) de beschrijving in de aanvraag, (ii) Attachment F, en (iii) de overige voorschriften van de Hindervergunning. De immissienormen van Attachment F zijn op grond van de Hindervergunningen bepalend voor het functioneren van Refineria Isla en CUC.
(50) Artikel 1.1 van de hindervergunning Refineria Isla bepaalt:
“Daar waar de beschrijving in de aanvraag of Attachment F en de voorschriften met elkaar in strijd zijn, is Attachment F bepalend, tenzij partijen krachtens de vergunning een strengere norm of standaard zijn overeengekomen.”
(51) Artikel 1.1 van de hindervergunning CUC bepaalt:
“Daar waar de beschrijving in de vergunning-aanvraag of Attachment F niet overeenkomt met de voorschriften, is Attachment F bepalend, tenzij partijen in de vergunning anderszins zijn overeengekomen”.
(52) Verder is van belang dat de hindervergunning voorschrijft dat de immissie bepalend is, anders dan waarop de Raffinaderij zich beroept, namelijk de emissie.
(53) Het Land, het Eilandgebied en RdK hebben op die wijze o.a. luchtkwaliteitseisen gesteld aan Refineria Isla en CUC, immers: “On the Island of Curaçao, the primary concern is to safeguard the public health” zoals het wordt uitgedrukt in Appendix D bij Regulation 1 van Attachment F, zie Producties 13 en 14. Refineria Isla en CUC zijn verplicht zich onder meer aan die luchtkwaliteitseisen, d.w.z. de immissienormen van Attachment F, te houden.
(54) De Overheid (middels de Dienst Maneho di Medio Ambiente i Naturalesa) is aldus verplicht, zoals onder meer is vastgelegd in het Handboek Werkwijze Hinderverordening Curaçao 1994, tot (i) het monitoren, (ii) het controleren en (iii) het zo nodig handhaven van de in Attachment F gestelde immissienormen en de in de Hindervergunningen vastgelegde meet-, rapportage-, en meldingsverplichtingen. De Overheid volgt deze verplichtingen echter niet op.
(55) Ingevolge Attachment F gelden derhalve grenswaarden voor immissies – "AAQS" ('Ambiënt Air Quality Standards') – voor SO2 (zwaveldioxide), TSP (Total Suspended Particles: verouderde standaard voor fijn stof) en voor koolmonoxide, ozon, stikstofdioxide en lood:
(1) SO2: het toegestane maximale jaargemiddelde is vastgesteld op 80 μg/m3 (Attachment F, pg.5, sub 6.3); het 24-uursgemiddelde mag maximaal 1 keer per jaar hoger dan 365 μg/m3 zijn (Attachment F, pg.5, sub 6.3).
(2) TSP: het toegestane maximale jaargemiddelde is vastgesteld op 75 μg/m3; het 24-uursgemiddelde mag maximaal 18 dagen (5% van een jaar) hoger dan 150 μg/m3 zijn.
(56) Deze bepalingen zijn opgenomen omdat, naast langdurige blootstelling aan geringere hoeveelheden zwaveldioxide, met name piekbelasting (kortdurende periodes met hogere concentraties) met zwaveldioxide oorzaak is van morbiditeit en mortaliteit, zo is uitgespeld in Appendix D bij Regulation 1 van Attachment F, Producties 13 en 14.
(57) De luchtkwaliteitsnormen (AAQS) als vastgesteld in Attachment F zijn (i) totaalwaarden (ii) die gelden voor alle bronnen van concentraties op leefniveau in het desbetreffende gebied
(iii) gezamenlijk. Op grond van het bepaalde in artikel 15.6 van Attachment F dienen, nu aan Refineria Isla én aan CUC hindervergunningen zijn verleend, de Hindervergunningen te worden aangepast teneinde de toegestane uitstoot van luchtverontreiniging te verdelen over de beide vergunninghouders, opdat de maximum toegestane immissienormen niet worden overschreden. Attachment F, artikel 15.6, Compliance Requirements, bepaalt namelijk:
“An owner or operator of the first source to be licensed in an area under this regulation shall not be allowed to consume the entire available AAQS. The ESC in negotiation with the owner shall determine the maximum allowable pollutant concentrations for such a source.”
(58) De Hindervergunning van Refineria Isla is verleend voor de duur van de huurovereenkomst tussen PDVSA en RdK, echter onder de voorwaarde dat om de vijf (5) jaar de voorschriften aan een evaluatie zouden worden onderworpen en worden gereviseerd (zie Artikel 1.2 van de Hindervergunning Refineria Isla). Hieraan is door de Overheid geen invulling gegeven. Tot op heden, bijna 20 jaar lang, is namelijk iedere revisie of aanpassing van de Hindervergunningen uitgebleven, waaronder met name de aanpassing van de
luchtkwaliteitstandaarden aan de geldende wetenschappelijke inzichten en het vereiste om de (totaal) te vergunnen immisiewaarden te verdelen over alle emittenten in het Schottegatgebied.
6.2. Internationale normstelling WHO
(59) De WHO hanteert ook, internationaal geldende, normen voor verschillende stoffen, waaronder fijnstof, ozon (O3), stikstofdioxide (NO2) en normen voor zwaveldioxide (SO2). Het EHRM betrekt WHO-normen in zijn beoordeling van de vraag of de in een zaak bestreden luchtkwaliteit in overeenstemming is met de hiervoor geschetste mensenrechten.
(60) De WHO hanteert voor SO2 als richtlijn een maximum van 500 µg/m3 voor een duur van 10 minuten (de "korte termijnblootstelling") en 20 µg/m3 voor een periode van 24 uur (de "lange termijnblootstelling"), zie Productie 7F.5
(61) Het Gemeenschappelijk Hof heeft deze normen reeds eerder betrokken in procedures over de milieuvervuiling op Curaçao.6 Ook het EHRM past de WHO-normen toe.7 De WHO- normen worden dus daadwerkelijk toegepast, althans de milieuvervuiling wordt langs de meetlat van de WHO-normen gelegd.8
7. HET IS DOOR DESKUNDIGEN AANGETOOND DAT ER OP CURAÇAO SPRAKE IS VAN ERNSTIGE MILIEU(LUCHT)VERVUILING MET NADELIGE GEVOLGEN VOOR DE GEZONDHEID EN EIGENDOMMEN VAN EISERS, ANDERE BEWONERS EN BEZOEKERS VAN CURACAO
(62) Het staat onmiskenbaar vast dat er op Curaçao sprake is van ernstige milieu(lucht)vervuiling én dat deze vervuiling nadelige gevolgen voor de gezondheid en eigendommen van Eisers, andere bewoners en bezoekers van Curaçao heeft. Een en ander volgt onlosmakelijk uit onderzoeken die zijn uitgevoerd door onafhankelijke deskundigen en die een groot tijdsbestek beslaan. Deze worden hierna – beknopt – toegelicht; immers, deze rapporten zijn ook al bekend bij uw Gerecht.
7.1. Overzicht van deskundigenonderzoeken: periode 1979-2016
(63) Productie 15 bevat een beknopt overzicht van onderzoeken en rapporten die in de loop der tijd zijn verschenen met betrekking tot de milieu(lucht)vervuiling op Curaçao. De reikwijdte en het tijdsbestek dat deze onderzoeken beslaat is groot. Het eerste overzicht dat in het onderzoek is genoemd, dateert al van 1979. Er is onderzoek gedaan naar de aard en omvang van de milieu(lucht)vervuiling zelf en naar de nadelige gevolgen daarvan voor mens en natuur.
(64) Het voert te ver om alle onderzoeken in dit verzoekschrift toe te lichten, te meer omdat uw Gerecht met het grootste deel van deze onderzoeken reeds bekend is. Waar relevant, worden de onderzoeken in de navolgende paragrafen aangehaald.
7.2. Er is sprake van milieu(lucht)vervuiling
5 WHO Air quality guidelines for particulate matter, ozone, nitrogen, dioxide and sulfur dioxide; Global update 2005.
6 OGHNAA 30 oktober 2007, ECLI:NL:OGHNAA:2007:BJ7611.
7 EHRM 20 mei 2010, AB 2011, 1, m.nt. T. Xxxxxxxxxx en X.X. xxx Xxxxxxx (Oluic t. Kroatië).
8 Zie bijv. ook Kamervragen d.d. 6 februari 2014; antwoorden d.d. 5 maart 2014 van minister Plasterk van BZK (Kamerstukken II 2013/14, nr. 1337): Over het vlamvatten van zwavelijzer in de Isla-raffinaderij antwoordt minister Xxxxxxxx op vragen dat "bij de uitstoot op zaterdag 1 februari na de brand de door de WHO gestelde norm [is] overschreden."
(65) Het staat niet ter discussie tussen partijen en andere betrokkenen dat er, ook op dit moment, op Curaçao al jarenlang en nu nog steeds sprake is van – ernstige – milieu(lucht)vervuiling. In een “Request for Proposals” d.d. juni 2016, in verband met de LPG aanbesteding namens de Overheid wordt het volgende gesteld:
“Refinery currently produces a heavy residual fuel oil which is used as fuel within the refinery and also by power plants in the refinery and externally. The combustion of this residual fuel oil is producing visible and significant particulate and acid gas pollution on the island. This is not compatible with the Government of Curacao's (“GoC’s”) promotion of Curacao as a premier tourist destination, nor is it beneficial to the health of the population on the island." (Zie Productie 16, pagina 3) [onderstrepingen door Xxxxxx]
(66) Voorts wordt de luchtkwaliteit continue door de Overheid gemeten op 2 plaatsen, Xxxx Xxxxx en Kas Chikitu, en deze metingen worden door de GGD te Amsterdam gecontroleerd en gevalideerd. Zij worden ook gepubliceerd op de website van de overheid xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx. Ook hieruit blijkt de continue overschrijding van de milieunormen.
(67) In 2004 is door de DCMR, in zijn rapport d.d. 6 december 2004, zonder kenmerk, genaamd 'Fact-finding missie Isla Raffinaderij Curaçao' – onder meer opgenomen (p. 4, samenvatting) (Productie 17):
"Er is om diverse redenen een gevoel van urgentie. Het gebied waar hinder optreedt is toegenomen na de inbedrijfname van een hoge schoorsteen op de nieuwe energiecentrale in 2003. Daarnaast hebben zich recent enkele incidenten voorgedaan bij de raffinaderij (uitstoot cat cracker stof, mei 2004) en de nieuwe centrale ('groene' neerslag, sept '03 tot heden) die tot veel commotie bij de bevolking hebben geleid, temeer daar de afhandeling door allerlei oorzaken niet optimaal was. Ook komt er meer en meer druk vanuit de milieubeweging en de toeristische sector om fundamentele maatregelen te nemen."
(68) Het voorgaande citaat is alweer twaalf jaren oud, maar de situatie is allerminst verbeterd. Sterker, de situatie is verder verergerd. De voornoemde uitstoot, de groene aanslag, de commotie onder de bevolking, de druk van de toeristische sector – het behoort allemaal, onverminderd, nog steeds tot de dagelijkse gang van zaken anno 2016.
(69) De DCMR is duidelijk – er worden luchtkwaliteitsnormen overschreden (p. 4, samenvatting):
"Er is en blijft voorlopig wel sprake van 'non attainment areas' waar luchtkwaliteitseisen worden overschreden. Derhalve wordt nadrukkelijk aanbevolen om in ieder geval het probleem niet te verergeren en – for the time being – een bouwverbod af te kondigen in de 'non attainment areas', althans voor woonbebouwing en voor voorzieningen met buitenactiviteiten met een hoog inspanningsniveau. Op lange termijn is het gewenst om te voldoen aan de internationale normen voor luchtkwaliteit." [onderstrepingen door Eisers]
De milieu(lucht)vervuiling houdt namelijk onder meer in, maar is niet beperkt tot, grote hoeveelheden zwaveldioxide en fijnstof, zware metalen – met name nikkel(oxide) en vanadium(pentoxide) –, vluchtige organische stoffen (VOS) en polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s, waarvan benz[a]pyreen de belangrijkste is). Op onderstaande afbeelding uit ‘Assessment of Public Health Risks Associated with Petrochemical Emissions Surrounding an Oil Refinery’ van Xxxx X. Xxxxxxx’ (zie Productie 28 hieronder, blz. 127) is inzichtelijk gemaakt wat de intensiteit van deze stoffen op diverse locaties in Curaçao is:
(70) De uitstoot van deze giftige stoffen resulteert mede in de groene aanslag en in gezondheidsklachten, waarover in paragraaf 7.3 hierna meer.
(71) De herkomst van de uitstoot van voornoemde en andere giftige stoffen staat onomstotelijk vast: ruwe olie, zoals verwerkt in de Raffinaderij (zie Productie 17). Andere bronnen bestaan er simpelweg niet, hetgeen onder meer blijkt uit het hiervoor genoemde rapport van DCMR:
"Over de "groene" depositie in de woonomgeving en het CUC/Isla bedrijfsterrein afkomstig van de nieuwe CUC schoonsteen heeft op 3 november 2004 overleg plaatsgevonden met CUOC N.V. De oorzaak blijkt een ontwerpfout van de centrale te zijn waardoor de uitlaattemperatuur van de rookgassen te laag is en condensatie van zwavelverbindingen met daarin vanadium en nikkelverbindingen optreedt. Inmiddels is het probleem volgens
D.K. Xxxx XX, Managing Director van CUOC N.V [de voorganger van CRU als operator van de BOO-centrale, toev. Eisers]., vrijwel geheel verholpen doordat men het verwarmend oppervlak van de zg. 'economizers' aan het verkleinen is. Hierdoor staan de rookgassen die afgevoerd worden minder warmte af waardoor de temperatuur boven het zg. dauwpunt komt en er geen condensatie meer optreedt (…)." [onderstreping door Eisers]
(72) Vervolgens formuleerde de DCMR een aantal concrete 'vervolgacties', zoals de plicht voor de Milieudienst Curaçao om de benodigde aanpassingen die in de uitvoering van de CUOC centrale zijn gedaan te controleren en zo nodig te handhaven, en het evalueren van de
zich voorgedane 'recente incidenten'. Aan deze en andere actiepunten is geen vervolg gegeven.
(73) In 2007 zijn opnieuw soortgelijke, zorgwekkende constateringen gedaan, ditmaal door TNO in haar rapport d.d. 3 augustus 2007, genaamd 'Samenwerkingsverband tussen Milieudienst Curaçao en TNO ter vergroting van expertise milieuonderzoek' (Productie 18) (vgl. het rapport dd. oktober 2015 van de Algemene Rekenkamer Curaçao, waarin wordt geconcludeerd dat de deskundigheid bij het Land met betrekking tot het milieubeleid nog steeds zeer laag is, Productie 30). Het TNO rapport is in opdracht van de Milieudienst Curaçao tot stand gebracht.
(74) In de samenvatting van bovengenoemd TNO rapport, p. 3 is bijvoorbeeld het volgende opgenomen over de milieuvervuiling:
"De uitkomsten van de meetcampagne benadrukken het belang van structureel milieuonderzoek. Op basis van de actuele situatie van de luchtkwaliteit, oppervlaktewaterkwaliteit en bodem- en grondwaterkwaliteit, moet geconcludeerd worden dat het op veel aspecten slecht gesteld is met het milieu op Curaçao. De normen voor luchtkwaliteit worden benedenwinds van het Schottegatgebied fors overschreden als gevolg van de onverminderde uitstoot van zwaveldioxide en de nog onvoldoende gereduceerde uitstoot van fijnstof. Het oppervlaktewater in het Schottegat is dermate ernstig verontreinigd met verschillende oliecomponenten, dat dit een bedreiging vormt voor de waterkwaliteit op andere plekken langs de kustzone. Met de grondwaterkwaliteit is het niet veel beter gesteld. Naast de grootschalige grondwaterverontreiniging op het terrein van de raffinaderij, is ook de kwaliteit van het grondwater in de waterputten van bewoners een punt van zorg." [onderstrepingen door Xxxxxx]
(75) Ook TNO doet in dit rapport concrete aanbevelingen en formuleert actiepunten voor de Overheid om de milieuvervuiling te doen beëindigen. Er zijn door TNO 'strategieën' opgesteld tot monitoring en het kunnen nemen van beslissingen "omtrent de doelmatige aanpak van de milieuproblemen." (p. 3, Samenvatting).
(76) In 2015 is TNO genoodzaakt om soortgelijke aanbevelingen te doen, omdat nog steeds sprake is van onverminderde milieuvervuiling. In haar rapport d.d. 17 augustus 2015 (zie Productie 6) constateert TNO bijvoorbeeld opnieuw dat giftige stoffen vanadium, nikkel en zwavel aanwezig zijn in de 'groene aanslag'. TNO constateert verder dat "de groene aanslag mogelijk afkomstig [lijkt] van industriële bronnen (bijvoorbeeld vliegas afkomstig van de verbranding van olie(…))." (p. 9).
(77) Het voorgaande rapport van TNO had deel moeten uitmaken van een groter onderzoek naar de milieuschade, maar dat is niet van de grond gekomen. De Overheid zou middels opdracht aan EcoVision naar aanleiding van de analyse van TNO nader onderzoek doen naar de exacte samenstelling en bevindingen van de groene aanslag, waarna TNO weer verder onderzoek zou doen. Aan ook dit onderzoek is vervolgens nimmer gevolg gegeven; de uitkomsten zijn niet bekend geraakt. Uw Gerecht is hiermee bekend. Immers, voorgaande onderzoeken vallen onder de reikwijdte van de in 2015 gestarte kortgedingprocedure door onder meer Stichting FCAE. Uw Gerecht heeft er in het vonnis
d.d. 16 november 2015 terzake, met het registratienummer KG 74136/2015, ten onrechte op vertrouwd dat het onderzoek adequaat zou worden opgepakt en dat er verder actie zou worden ondernomen en dat aldus eisers in die procedure geen procesbelang meer zouden hebben:
"Bij de behandeling ter zitting op 19 oktober 2015 is zijdens gedaagde te kennen gegeven dat zij in de uitkomsten van voormeld rapport aanleiding heeft gezien tot een aanvullend
onderzoek naar de verbindingen van de aangetroffen elementen. Het betreft een technisch complex onderzoek (…). (…). De verwachting is dat die beoordeling [door TNO, toev. Eisers] binnen twee weken plaats vindt, waarna het verzoek aan de Raad van Ministers zal worden voorgelegd, aldus gedaagde. Het vorenstaande is door eisers niet gemotiveerd betwist. Onder deze omstandigheden wordt binnen afzienbare termijn aan het verzoek van eisers tegemoet gekomen, zodat aan de hierop gerichte vorderingen het spoedeisend belang is komen te ontvallen." (r.o. 3.4). [onderstreping door Xxxxxx]
(78) Voor wat betreft de aan te vangen metingen van de luchtkwaliteit op 1 januari 2016 (r.o. 3.6), het uit te voeren gezondheidsonderzoek (r.o. 3.8) en het geven van voorlichting door de Overheid door verspreiding van een brochure aan alle inwoners (r.o. 3.10), de door de Overheid toegezegde inspectie op het terrein van de Raffinaderij (r.o. 3.13) en herstel van gebreken in de Raffinaderij zodat het affakkelen wordt beperkt (r.o. 3.14), is het procesbelang van de eisers in die procedure ook komen te vervallen, aldus uw Gerecht in het hiervoor genoemde vonnis. Aan geen van de door de Overheid gedane toezeggingen is vervolg gegeven; er heeft geen actie plaatsgevonden, in ieder geval geen actie die heeft geleid tot (substantiële) afname of voorkoming van verdere milieuvervuiling, met de bijbehorende (gezondheids)schade. Kortom, de rechterlijke kort gedingprocedure heeft de Overheid er niet toe gebracht haar onrechtmatig handelen – of eigenlijk: onrechtmatig nalaten – te beëindigen.
(79) Overigens, in het kader van diezelfde procedure is dus ook de GGD Amsterdam gevraagd een offerte op te stellen voor een 'haalbaarheidsstudie gezondheidsonderzoek Curaçao'. De offerte dateert van 20 augustus 2015, zonder kenmerk (Productie 19). Alleen al in de offerte stelt de GGD Amsterdam dat er zorgen zijn met betrekking tot de gezondheid:
"Luchtverontreiniging, onder andere de concentraties zwaveldioxide die zijn gemeten in de wijk Xxxxxxxx, met name in het eerste halfjaar van 2015 maar ook in eerdere jaren, geven aanleiding tot zorgen met betrekking tot de gezondheid. De internationale gezondheidskundige (WHO) normen worden overschreden." [onderstrepingen door Xxxxxx]
(80) Ondanks het feit dat het Hof in 2010 de hoeveelheid in de inademingslucht van 80 μg/m3 SO2 gemiddeld per jaar als schadelijkheids/onrechtmatigheidsgrens had vastgesteld (zie randnummer 55), moet de afgelopen jaren een verontrustende overtreding van dat maximum vastgesteld worden:
(1) 2013: de gevalideerde meetgegevens van GGD Amsterdam geven aan dat in 2013 bij het meetstation te Xxxx Xxxxx een totale jaargemiddelde concentratie van SO2 van 156 μg/m3 op leefniveau (immissie) is gemeten;
(2) 2014: de gevalideerde meetgegevens van GGD Amsterdam geven aan dat in 2014 bij het meetstation te Xxxx Xxxxx een totale jaargemiddelde concentratie van SO2 van 170 μg/m3 op leefniveau (immissie) is gemeten,
(3) 2015: De gevalideerde meetgegevens van GGD Amsterdam geven aan dat in 2015 bij het meetstation te Xxxx Xxxxx een totale jaargemiddelde concentratie van SO2 van 225 μg/m3 op leefniveau (immissie) is gemeten,
(4) 2016: de gevalideerde meetgegevens van de GGD Amsterdam geven aan dat in 2016 bij het meetstation te Xxxx Xxxxx over de periode januari – juni 2016 de gemiddelde concentratie van SO2 ca. 175 μg/m3 op leefniveau (immissie) bedraagt.
(81) Kortom, tussen partijen en betrokkenen kán niet ter discussie staan dat er op Curaçao en
dan met name benedenwinds het Schottegat sprake is van ernstige milieu(lucht)vervuiling. Voor zover dat nog ter discussie zou kunnen staan, dan blijkt dat hoe dan ook – nog los van al het voorgaande – in ieder geval uit de volgende statistieken.
(82) De hiernavolgende grafieken laten de door GGD Amsterdam gevalideerde luchtmetingen van SO2 in de periode 1 januari 2013- 11 september 2016 zien, afgezet tegen de normen die gelden op grond van de Hindervergunning en de WHO-normen. De mate van overschrijding van de milieunormen is schrikbarend groot. De luchtmetingen worden geregistreerd op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx (Productie 20).
Bron: xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx
(83) Ook in oktober 2016 zijn de resultaten van hetzelfde meetstation zorgwekkend. Dat laat de volgende grafiek zien, afkomstig van xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx. Het betreft hier de uurgemiddelden.
7.3. Eisers, inwoners en bezoekers hebben geleden en lijden thans nog steeds gezondheidsschade en schade aan hun materiële bezittingen als gevolg van de niet ter discussie staande milieu(lucht)vervuiling
(84) Het staat onmiskenbaar vast dat de hiervoor toegelichte milieu(lucht)vervuiling in het gebied benedenwinds van het Schottegat schade heeft veroorzaakt en thans nog steeds veroorzaakt. Ook ten aanzien hiervan zijn tal van 'bewijsstukken' te leveren zoals onderzoeksrapporten, resultaten van enquêtes, ervaringen van Xxxxxx, en mediaberichten.
(85) De GGD Amsterdam stelt in haar offerte d.d. 20 augustus 2015 vast dat "inademing van piekconcentraties zoals die gemeten zijn, (…) bij astmatici tot acute luchtwegklachten [kunnen] leiden. De frequent gemeten piekconcentraties in de afgelopen jaren kunnen
zorgen voor vernauwing van de luchtwegen, wat kan leiden tot moeilijkheden met ademen, een lagere longfunctie en een toename van astmatische klachten. Uit verschillende studies wereldwijd blijkt dat op dagen met verhoogde concentraties zwaveldioxide meer sterfgevallen worden geconstateerd. Op basis van de meetresultaten van zwaveldioxide en de wetenschappelijke gegevens over de gezondheidseffecten lijkt het aannemelijk dat er in de wijk Xxxxxxxx meer luchtwegklachten voorkomen dan in een wijk op een schone plek op Curaçao." (Productie 19).
(86) Ecorys-NEI heeft in 2005 geconstateerd dat er minstens achttien vroegtijdige doden per jaar zijn te betreuren als gevolg van de milieuvervuiling en dat duizenden mensen extra een beroep doen op de gezondheidszorg (zie ook Productie 21). Hierbij zij opgemerkt dat het Ecorys-NEI rapport bij de berekeningen uitgaat van de toentertijd gemeten veel lagere concentraties SO2 en fijnstof dan nu het geval is, en alleen van SO2 en TSP (fijnstof). Dit zou met zich brengen dat rekening gehouden moet worden met thans (of al jaren) een nog groter aantal vroegtijdige doden en zieken.
(87) In 2007 heeft de GGD Curaçao een enquête onder bewoners van Curaçao gehouden die onder de rook wonen (Productie 9). De uitkomsten van deze enquête zijn ondubbelzinnig: 85% van de bewoners wil een medische controle, 75% is van voor een ongeluk op de raffinaderij en maar liefst 65% wil verhuizen naar een andere locatie, waar geen last wordt ervaren van de milieuvervuiling.
(88) Uit een andere, recentere enquête van het Centraal Bureau voor de Statistiek (2011) blijkt dat de kwaliteit van leven van de omwonenden en bezoekers continue en ernstig wordt aangetast door het licht en lawaai en door de stank die door de Raffinaderij wordt veroorzaakt (zie Productie 8).
(89) De zichtbare (groene/zwarte) vervuiling (die al is geconstateerd in 2003, zie Productie 22) en de gemeten vervuiling verergeren per jaar en tasten daarmee dan ook steeds verder de gezondheid en het welzijn van de inwoners en ook hun bezittingen aan, zoals ook blijkt uit Productie 10 en bijvoorbeeld het krantenartikel aangehecht als Productie 23 dat de noodkreet van de mensen in Wishi weergeeft; “wij zijn mensen, geen dieren”.
(90) De milieu(lucht)vervuiling leidt dus onder meer tot de plakkerige, groene aanslag op hekwerk, tuinmuren, auto’s, airco’s, balustrades, huizen, boten en andere objecten. Na het (moeilijk) verwijderen c.q. oververven van die laag is de situatie na een korte periode weer precies hetzelfde. Uit de hierna volgende foto's en uit de foto's van objecten in bijvoorbeeld Xxxx Xxxx, Xxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxx, Xxxxx Xx. Xxxxxxx, Xxxxxxx en Julianadorp blijkt hoe ernstig de situatie is, zie Productie 10:
. De hoge concentratie metalen in de groene aanslag en de mate van fijnheid – de aanslag verspreidt zich door middel van minuscule druppeltjes – zorgen ervoor dat de bewoners de aanslag tot diep in de longen inademen. Een meer gedetailleerde beschrijving van de gevaren en kankerverwekkende eigenschappen van vanadium(pentoxide) en nikkel(oxiden) in de huidige groene aanslag treft u aan in
de “Toxfacts” van het ATSDR (Agency for Toxic Substances and Disease Registry)
en EPA (United States Environmental Protection Agency) (Producties 24).
(91) Zonder uitzondering hebben Eisers en andere inwoners van het getroffen gebied onder meer continue klachten als hoofdpijn, rode en tranende ogen, hoest, benauwdheid en astma. Dit zijn dan alleen nog de huidige (gemelde) klachten.
(92) Dat de uitstoot van stoffen als zwaveldioxide, vanadium, nikkel et cetera zeer gevaarlijk is, is al bekend sinds eind zeventiger/ tachtiger jaren van de vorige eeuw (zie Productie 25).9 Bekendheid met de schade is alsmaar toegenomen, in die zin dat de gevolgen nog ernstiger zijn dan oorspronkelijk werd gedacht (Productie 26). De Amerikaanse Environmental Protection Agency heeft mede daarom een Luchtkwaliteitsindex opgesteld. Op grond daarvan is het leven onder de rook te Curaçao als “hazardous” gekwalificeerd; het bijbehorende gezondheidsadvies luidt: binnenblijven, kinderen en astmatici in het bijzonder (Productie 27).10
(93) Uit een recent proefschrift van de Universiteit van Zuid-Florida, bijgevoegd als productie 28 , volgt dat Curaçao tot de wereldtop behoort van milieuvervuiling met kankerverwekkende stoffen (de bevindingen zijn gebaseerd op luchtmonsters die zijn genomen in 2011 en 2014). Op pagina 153 is de volgende conclusie van het proefschrift vermeld, waarin wordt bevestigd dat er forse milieuvervuiling op Curaçao is én de inwoners als gevolg daarvan ernstige gezondheidsrisico's lopen ( onderstrepingen door Xxxxxx).
9 Zie de voorlichtingssite van de Environmental Protection Agency over O2 : xxxxx://xxx.xxx.xxx/xx0- pollution/sulfur-dioxide-basics#effects
10xxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx/0000/00/xxx-xxxxxxx-xxxxx-xxxxx-xxxxx-xx-xxxx-xxx-xxxx-xx-xxxxxxxxx/.
(94) Ook al uit de Hindervergunningen ( Appendix D bij Regulation 1 van Attachment F) blijkt dat overschrijdingen van de grenswaarden gevaar voor de gezondheid opleveren. Daarbij wordt een causaal verband aangegeven tussen luchtverontreiniging met onder andere zwaveldioxide en fijnstof, enerzijds, en gezondheidsaandoeningen van verschillende aard, anderzijds:
Aandoeningen in verband met SO2:
“For concentrations of about 500 μg/m3 of sulfur dioxide (24-hour average) increased mortality rates may occur. For concentrations of about 300 μg/m3 to 500 μg/m3 of sulfur dioxide (24-hour average) increased hospital emissions of older persons for respiratory disease may occur (…). For concentrations ranging from 105 μg/m3 to 265 μg/m3 of sulfur dioxide (annual average) increased symptoms of respiratory and lung disease may occur. For concentrations ranging from 115 μg/m3 to 120 μg/m3 of sulfur dioxide (annual average) increased frequency and severity of respiratory diseases in school children may occur as well as increase in mortality from bronchitis and lung cancer”.
Aandoeningen in verband met TSP:
“For concentrations of 750 μg/m3 and higher of particulate matter (24-hour average) excess deaths and a considerable increase in illness may occur. Concentrations of 300 μg/m3 of particulate matter (24-hour average) may worsen acute symptoms for patients with chronic bronchitis. For concentrations ranging from 100 μg/m3 to 130 μg/m3 of particulate matter (annual mean) children will likely develop increased incidences of respiratory diseases, For concentrations above 100 μg/m3 of particulate matter (annual geometric mean) increased death rates for persons over 50 are likely”.
(95) Eisers en de andere inwoners lijden naast fysieke gezondheidsschade ook psychische gezondheidsschade, omdat ze in grote onzekerheid verkeren over de vraag tot welke gezondheidsschade de milieuvervuiling nu precies leidt. Mensen liggen 's nachts wakker, maken zich zorgen, ervaren stress, als gevolg van de milieuvervuiling, wetende dat de Overheid hen tot op heden niet heeft beschermd.
(96) Het Gemeenschappelijk Hof heeft een en ander in zijn uitspraak d.d. 30 oktober 1997 kort maar krachtig samengevat:
"Het belang van de bewoners benedenwinds van de raffinaderij bij de gevorderde (vrijwel) onmiddellijke staking van de gezondheidsschade die Isla hun op onrechtmatige wijze toebrengt, is evident."11
(97) In 2009 oordeelde uw Gerecht nog “dat de door Refineria Isla aangevoerde belangen dienen te wijken voor het belang van eisers en degenen wier belang zij behartigen, om van verdere (risico’s van) inbreuken op hun gezondheid gevrijwaard te blijven.”12
(98) Overigens heeft voorgaande uitspraak uiteindelijk geleid tot de uitspraak d.d. 12 januari 2010 van het Gemeenschappelijk Hof, waarin het Hof Isla heeft verboden om meer dan 80 µg/m3 jaargemiddelde bij te dragen aan de concentratie zwaveldioxide op leefniveau benedenwinds van de raffinaderij, op straffe van een dwangsom van NAF 75.000.000,-.13
(99) Tot slot, ter illustratie, zij nog als laatste gewezen op de alsmaar voortdurende evacuaties van scholen in Curaçao als gevolg van de rookontwikkeling,14 zoals de Xxxx Xxxxxx VSBO- school in Buena Vista.15 Het onderstaande krantenbericht duidt dat als gevolg van de forse rookontwikkeling personen binnen de Xxxx Xxxxxx VSBO-school onwel waren geraakt, moesten overgeven, last hadden van prikkelende ogen en/of een geïrriteerde keel hadden (bron: Amigoe):
11 OGHNAA 30 oktober 2007, ECLI:NL:OGHNAA:2007:BJ87611.
12 GvEA 28 mei 2009, ECLI:NL:OGEANA:2009:BI5904.
13 GHvJ 12 januari 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BK9395.
14 Alleen al de laatste paar maanden op 8 september 2016, 3 oktober 2016, 4 oktober 2016, 16 oktober 2016
en 17 oktober 2016.
15 Hierover zijn ook Kamervragen in Nederland gesteld aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties: Kamervragen II 2016/14 (d.d. 6 oktober 2016), 213.
8. DE OVERHEID IS OP GROND VAN FUNDAMENTELE MENSENRECHTEN ZOALS NEERGELEGD IN HET EVRM VERPLICHT HAAR BURGERS TE BESCHERMEN TEGEN MILIEU(LUCHT)VERVUILING EN DE NADELIGE (GEZONDHEIDS)GEVOLGEN DAARVAN,
WAARONDER OOK BEGREPEN HET COMPENSEREN VOOR REEDS GELEDEN SCHADE
(100) Tot nu toe is toegelicht dat (i) er sprake is van ernstige milieuvervuiling op Curaçao en (ii) dat Eisers, andere inwoners en bezoekers van Curaçao hierdoor schade in velerlei vorm lijden. Verder is van belang dat de Overheid ten aanzien daarvan nalatig handelt: de Overheid heeft de plicht Eisers, inwoners en bezoekers te beschermen tegen milieu(lucht)vervuiling. Aan die plicht geeft de Overheid geen invulling. Van deze plicht maakt nadrukkelijk ook uit Eisers en anderen te compenseren voor schade die zij reeds hebben geleden.
(101) Er worden door de Overheid allerlei toezeggingen gedaan, er wordt allerlei overleg gevoerd, maar relevante metingen blijven uit, relevant onderzoek wordt niet gedaan, door deskundigen geformuleerde vervolgacties worden niet opgepakt, beloofde voorlichting aan de bewoners wordt niet nagekomen. De rechter heeft de positie om ten aanzien van deze actiepunten de spreekwoordelijke 'stok achter de deur' te geven, maar laat dat na.
(102) Tot op heden heeft de Overheid dus geen enkele daadwerkelijke adequate maatregel getroffen, zelfs niet voor de meest prangende kwesties zoals de beteugeling van de hoge concentraties van SO2 en andere gevaarlijke stoffen in de inademingslucht (immissies), noch voor wat betreft het onderzoek naar samenstelling en daarmee de aard van de groene aanslag, die voortduurt en zelfs toeneemt. Wat het laatste betreft ondanks een toezegging daartoe in oktober 2015 ten overstaande van de rechter, zie r.o. 3.4 van KG 16 november 2015, 74136/2015 ECLI:NL:OGEAC:2015:24
“Bij de behandeling ter zitting op 19 oktober 2015 is zijdens gedaagde te kennen gegeven dat zij in de uitkomsten van voormeld rapport aanleiding heeft gezien tot een aanvullend onderzoek naar de verbindingen van de aangetroffen elementen. Het betreft een technisch complex onderzoek, zodat, alvorens de onderzoeksvragen richting TNO konden worden geformuleerd, verschillende stadia dienden te worden doorlopen, zoals het benaderen van diverse laboratoria. Op basis van de uiteindelijk gestelde onderzoeksvragen, heeft TNO een offerte uitgebracht, welke op 12 oktober 2015 door gedaagde is ontvangen. In die offerte is vermeld dat een onderzoek, als verzocht, omstreeks twee maanden in beslag zal nemen en dat de kosten daarvoor € 27.000,- bedragen. Vervolgens is gezocht naar middelen, waarmee deze kosten kunnen worden voldaan. Deze zijn gevonden en het financieringsverzoek is inmiddels voorgelegd aan de daartoe geëigende instantie om te beoordelen of voldaan wordt aan de comptabiliteitseisen. De verwachting is dat die beoordeling binnen twee weken plaats vindt, waarna het verzoek aan de Raad van Ministers zal worden voorgelegd, aldus gedaagde. Het vorenstaande is door Eiseres niet gemotiveerd betwist. Onder deze omstandigheden wordt binnen afzienbare termijn aan het verzoek van Xxxxxxx tegemoet gekomen, zodat aan de hierop gerichte vorderingen het spoedeisend belang is komen te ontvallen."
(103) Tot op heden, circa een jaar en na de zittingen die hebben geleid tot het hiervoor genoemde vonnis, is niet bekend wat de precieze samenstelling van de groene aanslag is, laat staan dat de gevolgen voor de gezondheid bekend zijn, noch zijn de andere toezeggingen die gedurende de procedure zijn gedaan nagekomen, zoals bijvoorbeeld (i) de reparatie van een reeds lang defecte compressor zou in januari 2016 afgerond zijn waardoor fakkelen en geluidsoverlast sterk zouden verminderen. Dit is nog steeds niet gelukt, (ii) de toegezegde voorlichtingsbrochure is nog steeds niet verschenen, (iii) er is nog geen begin gemaakt met gezondheidsonderzoek; het rapport van het haalbaarheidsonderzoek zou Januari 2016 klaar zijn; er is nooit meer iets van vernomen en
(iv) toegezegd werd een onderzoek naar PAK’s , VOS, zware metalen; de metingen die vanaf 1 januari 2016 zouden aanvangen zijn nog niet geïnitieerd.
(104) Bij de hiervoor genoemde uitspraak is in een uitgebreide noot “Perikelen rondom de raffinaderij” door Prof X.X.X. Xxxxxx en Xx X. Xxxxxxxx bekritiseerd. In Productie 29 is de annotatie opgenomen zoals die in het Caribisch Juristenblad 2016 is gepubliceerd.
(105) De Overheid gaat dus willens en wetens geheel voorbij aan haar plicht de bevolking te beschermen tegen milieuvervuiling en de negatieve (gezondheids)gevolgen daarvan. De Overheid treft geen (adequate) maatregelen om haar burgers te beschermen en in dat kader ontstane schade zoveel mogelijk te redresseren. Wetgeving, beleid vergunningverlening, toezicht en handhaving, kort gezegd, passende (al dan niet preventieve) maatregelen om de levens van de mensen onder de rook en hun recht op een ongestoord huiselijk en privé-leven te beschermen ontbreken, ondanks de duidelijke stellingname van uw Gerecht over de onderhavige materie, ten ene male waarbij als niet limitatieve voorbeelden kunnen worden gegeven:
• Wetgeving: de Hinderverordening Curaçao 1994 is zowel wat betreft systematiek als inhoudelijk gebaseerd op de Nederlandse Hinderwet (oud ) en is sindsdien niet aangepast. Zij reflecteert dus de inzichten van meer dan 20 jaar geleden!
De uitvoeringsbesluiten behorende bij de Hinderverordening Curaçao 1994 zijn er nog steeds niet;
• Vergunningverlening: de Hindervergunningen dateren uit 1997/1998; zij zijn gebaseerd op zeer verouderde Amerikaanse luchtkwaliteitsnormen uit 1979, en zijn nog steeds gebaseerd op immissies (hetgeen in alle andere geciviliseerde landen verlaten is) i.p.v. emissies. Ondanks de verplichting om iedere 5 jaar de vergunningen te reviseren, is dit nog nooit gebeurd – ook niet nadat daarom door diverse partijen nadrukkelijk is verzocht. Adviezen om emissievergunningen te verstrekken (o.a. door DCMR in 2004) zijn genegeerd.
• Toezicht en handhaving: de Overheid maakt op geen enkele manier gebruik van de toezichthoudende en handhavende bevoegdheden die ze heeft om haar burgers te beschermen. Toezichthouders (de Dienst Maneho di Medio Ambiente i Naturalesa) beschikken in de praktijk niet over enige bevoegdheid, noch (voldoende) kennis en deskundigheid, noch over het apparaat of de middelen om hun taken naar behoren te kunnen uitvoeren. Naast overtreding van de luchtkwaliteitsnormen worden ook diverse andere verplichtingen uit de Hindervergunningen niet nageleefd, zonder dat de Overheid in toezichthoudende of anderszins handhavende zin optreedt. Eisers wijzen uw Gerecht op het rapport
d.d. oktober 2015, genaamd 'Randvoorwaarden uitvoering milieu en natuurbeleid', van de Algemene Rekenkamer Curaçao (Productie 30). De conclusie van de Algemene Rekenkamer is duidelijk: "De Rekenkamer concludeert dat het ministerie milieu en natuurbeleid slechts op een laag ambitieniveau zal kunnen uitvoeren omdat de meest essentiële (onderdelen van de) randvoorwaarden voor het kunnen uitvoeren van milieubeleid niet zijn gerealiseerd."(p.5).
Overigens vindt er thans – zie het bericht d.d. 31 oktober 2016 in het AD – een inspectie plaats bij de Raffinaderij. Dat is echter een uitvloeisel van een motie d.d.
10 februari 2016 van de Tweede Kamer in Nederland, dus al bijna een jaar geleden. In die motie is de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gelast "zo snel mogelijk met de regering van Curaçao in overleg te treden en haar dringend te verzoeken alle in redelijkheid te nemen maatregelen te treffen om de uitstoot van schadelijke stoffen binnen drie maanden maximaal te verminderen en de Kamer te informeren over de resultaten van dit overleg."16 Er is dus niks
16 Kamerstukken II 2015/16, 34300 IV, nr. 38 (d.d. 10 februari 2016).
gebeurd binnen de genoemde drie maanden. Pas 10 maanden later vindt er een eerste aanzet tot inspectie plaats, laat staan dat de uitstoot van schadelijke stoffen is verminderd.
• Voorlichting en communicatie: van transparantie is geen sprake. Alleen onder druk van de rechter wordt soms enige informatie verschaft. Er wordt géén of onjuiste voorlichting gegeven, zelfs in situaties van calamiteiten, zoals bv de groene aanslag genoemd onder randnummer 15 en 16 van dit verzoekschrift;
• Veiligheid en procedures: Er zijn geen effectieve procedures voor het geval van calamiteiten. Scholen moeten regelmatig sluiten in verband met leraren en leerlingen die ziek zijn als gevolg van de luchtverontreiniging (zie ook randnummer 102 van dit verzoekschrift). Een (adequaat) evacuatieplan voor scholen is er niet. Een rampenplan in geval van niet ondenkbeeldige ontploffingen ontbreekt, laat staan dat er oefeningen worden gehouden.
(106) Ook de Nederlandse regering meent dat de Curaçaose Overheid de verantwoordelijkheid heeft en moet nemen om de situatie op Curaçao zoals hiervoor beschreven, aan te pakken. De ministers van Defensie en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties hebben in de afgelopen jaren de Overheid meermalen verzocht stappen te ondernemen tegen de uitstoot van de Raffinaderij (zoals in het hiervoor aangehaalde citaat van de minister van Defensie is te lezen). Ook de Tweede Kamer heeft zich, namens het Koninkrijk, uitgesproken door op 16 februari 2016 een motie aan te nemen, die als volgt luidt:
“spreekt uit dat dit een schending van fundamentele rechten van de burgers van Curaçao oplevert, wier levens in gevaar worden gebracht;
verzoekt de regering, zo snel mogelijk met de regering van Curaçao in overleg te treden en haar dringend te verzoeken alle in redelijkheid te nemen maatregelen te treffen om de uitstoot van schadelijke stoffen binnen drie maanden maximaal te verminderen en de Kamer te informeren over de resultaten van dit overleg,”17
(107) De Overheid heeft (als publieke entiteit) op grond van nationale en internationale normen de plicht haar inwoners, waaronder Eisers, en bezoekers aan Curaçao te beschermen tegen onder meer gezondheidsrisico's, te meer wanneer die levensbedreigend zijn. Het betreft hier niet de vraag of de Overheid haar burgers wil of kan beschermen, maar om een verplichting: de Overheid moet haar burgers tegen de hiervoor genoemde risico's beschermen. Deze verplichting volgt onder meer uit het EVRM, dat hierna in de volgende paragraaf verder wordt toegelicht.
9. HET EVRM (EN DE STAATSREGELING)
(108) De verplichting voor de Overheid om de bevolking te beschermen volgt in de eerste plaats uit de Staatsregeling van Curaçao. Artikel 24 van de Staatsregeling bepaalt namelijk het volgende: "De zorg van de overheid is gericht op de bewoonbaarheid van het land en de bescherming en verbetering van het leefmilieu." En het eerste lid van artikel 25 bepaalt: "De overheid treft maatregelen ter bevordering van de volksgezondheid."
(109) De verplichtingen tot bescherming en verbetering van het leefmilieu en tot bevordering van de volksgezondheid vloeien meer in het bijzonder voort uit de rechtstreeks werkende en daarmee juridisch hard afdwingbare bepalingen van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens ("EVRM"). Dit Verdrag heeft ook (rechtstreekse)
17 Kamerstukken II 2015/16, 34300 IV, nr. 38 (motie lid Xxx Xxxx c.s.).
werking in Curaçao.
(110) Voor het onderhavige verzoekschrift zijn van belang:
(i) artikel 2 EVRM: het absolute recht op leven en de daarmee gepaard gaande positieve verplichting voor de Overheid om haar burgers te beschermen,
(ii) artikel 8 EVRM: het recht op lichamelijke en geestelijke integriteit en het recht op eerbiediging van de woning en de daarmee gepaard gaande positieve verplichting van de Overheid om haar burgers te beschermen tegen milieu- en gezondheidsrisico's,
(iii) artikel 8 EVRM: de positieve verplichting met betrekking tot het recht op lichamelijke en geestelijke integriteit houdt ook het voorzorgsbeginsel in,
(iv) artikel 10 EVRM. Het recht op vrijheid van meningsuiting, waaronder mede wordt begrepen het recht van burgers om te worden geïnformeerd over milieugevaarlijke situaties.
(111) De Overheid schendt de verplichtingen van artikel 2 EVRM. Een ieder heeft het recht op leven. Dit betreft een absoluut recht in het kader waarvan de Overheid géén 'margin of appreciation' toekomt.
(112) Het recht op leven omvat de positieve verplichting voor de Overheid om het leven van burgers te beschermen in specifiek het domein van de volksgezondheid en ten aanzien van gevaarlijke activiteiten.18 Deze verplichting houdt minstens in dat de Overheid elementaire veiligheidsmaatregelen treft.19 Gelet op de fysieke, feitelijke status van de raffinaderij Isla en de BOO-centrale voldoen deze in het geheel niet aan de laatste stand van de techniek ter bescherming van burgers tegen milieuvervuiling. De Overheid heeft hierop als publieke entiteit alsook als private eigenaar directe invloed, maar grijpt die mogelijkheid niet aan om haar burgers te beschermen ten behoeve van het recht op leven.
(113) Ter vergelijking leggen Eisers uw Gerecht de volgende casus uit een uitspraak d.d. 28 februari 2012 van het EHRM voor, waarin een schending van het absolute recht op leven is aangenomen.20 Het betrof hier een overstroming in Rusland na het lozen van water uit het nabij gelegen reservoir. Naar aanleiding daarvan drong het water door in de appartementen van klagers en ternauwernood hun levens zijn gered. Bij het EHRM klagen zij dat artikel 2 EVRM is geschonden doordat de autoriteiten zonder voorafgaande waarschuwing water hebben geloosd en het kanaal niet hebben onderhouden. Het EHRM overweegt en oordeelt als volgt (naar het Nederlands vertaald):
"Hoewel de erbarmelijke staat van het kanaal en het onderhoudsprobleem ten minste twee jaar voor de overstroming onder de aandacht van de autoriteiten zijn gebracht, zijn de aanbevolen maatregelen niet uitgevoerd. In de omstandigheden van het geval mocht van de autoriteiten verwacht worden dat zij de bewoners op de hoogte zouden stellen van de risico's. Verzoekers zijn echter nooit gewaarschuwd dat zij in een overstromingsgebied wonen. Zelfs na de overstroming in augustus 2001 bleven maatregelen ten behoeve van
18 EHRM 1 maart 2005, no. 69869/01, AB 2006, 274, m.nt. T. Xxxxxxxxxx en X.X. xxx Xxxxxxx (Bone t. Frankrijk).
19 Vgl. EHRM 15 december 2009, nr. 4314/02, AB 2010, 292, m.nt. T. Xxxxxxxxxx en X.X. xxx Xxxxxxx (Kalender. t. Turkije).
20 EHRM 28 februari 2012, nr. 17423/05, 20534/05, 20678/05, 24283/05, 35673/05, AB 2012, 314, m.nt. T.
Xxxxxxxxxx en X.X. xxx Xxxxxxx (Kolyadenko e.a. t. Rusland).
het kanaal achterwege. Het Hof neemt aan dat de Russische overheid de in art. 2 besloten verplichting tot het beschermen van leven heeft geschonden."
(114) De betrokkenheid en inzet van de Russische overheid in de hiervoor beschreven casus is gelijk aan die van de Overheid in de nu in Curaçao voordoende situatie. Ook de Overheid is al meermalen gewaarschuwd noodzakelijke maatregelen te treffen om de milieu en gezondheidsproblemen te beperken. Sterker, de Overheid heeft reeds in april 2014 ( ruim 2 jaren geleden!)21 toegezegd ook maatregelen te zullen nemen voor wat betreft de groene aanslag – en erkent daarmee aldus de grote problemen – maar heeft die ten onrechte nog steeds niet genomen. Meer specifiek in de huidige situatie geeft de Overheid in het geheel niet thuis en informeert zij ook niet haar burgers, ondanks dat die burgers klagen over de nadelige gevolgen die zij van de milieuvervuiling ondervinden.
(115) Daarentegen ligt er een reeks van deskundigenrapporten waarin de grote gezondheidsrisico's als gevolg van de milieuvervuiling worden gesignaleerd en is in één van die rapporten geconstateerd dat die milieuvervuiling jaarlijks leidt tot minimaal achttien vroegtijdige doden (zie voor een nadere toelichting randnummers 31 en 32 van dit verzoekschrift);
(116) Naast wetgeving en bestuurlijke condities die de Overheid in het leven dient te roepen en dan ook na te leven, om bedreigingen van het recht op leven tegen te gaan, moet de Overheid ook preventieve operationele maatregelen nemen om personen te beschermen wier leven gevaar loopt door (criminele) daden van andere personen (EHRM 7 oktober 2010, Xxxx.xx. 00000/00, Xxxxxx x. Bulgarije en EHRM 11 april 2011, Xxxx.xx. 00000/00 Xxxxxxx t. Oekraïne). Aan geen van deze vereisten wordt voldaan, geen enkele preventieve noch repressieve maatregel is genomen.
(117) De Overheid schendt de waarborgen van artikel 8 EVRM jegens de inwoners van Curaçao het recht op lichamelijke en geestelijke integriteit en het recht op eerbiediging van de woning en de positieve verplichting van de Overheid om haar burgers te beschermen tegen milieu- en gezondheidsrisico's
(118) Een ieder heeft ook het recht op lichamelijke en geestelijke integriteit. Dit volgt uit artikel 8 EVRM. Hoewel de Overheid bij de toepassing van dit Verdragsartikel enige margin of appreciation toekomt, neemt de mate van die beoordelingsvrijheid sterk af wanneer de belangenaantasting groter is. Precies die situatie doet zich hier voor, zodat de Overheid zich niet op die beoordelingsvrijheid kan beroepen.
(119) Overigens, voor zover die vrijheid al aan de orde zou zijn, houdt die in de eerste plaats minstens in dat de Overheid een belangenafweging maakt en die ook kenbaar maakt. Tot op heden heeft de Overheid nog helemaal niets van zich laten horen en ook niets ondernomen.
(120) In de tweede plaats is er een reeks van uitspraken van het EHRM beschikbaar over soortgelijke milieuvervuilingszaken die gezondheidsrisico's en –problemen tot gevolg hebben, waarin het EHRM telkens tot het oordeel komt dat een eventueel economisch belang niet opweegt tegen het recht op eerbiediging van woning en het recht op eerbiediging van de lichamelijke en geestelijke integriteit. Een voorbeeld hiervan betreft een klaagster die woont in de nabijheid van een lood- en zink producerend bedrijf en
21 Toenmalig premier Asjes en Minister Xxxxxxxx bezochten de wijken Wishi en Xxxxxxxx na klachten van bewoners over groene smurrie en wekten de indruk het probleem op korte termijn te zullen oplossen. xxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxxxxx-xxxx/xxxxxxxxxx-xx/00000-xxxxxx-xxxxx
mede als gevolg daarvan vooral last heeft ademhalingsproblemen.22 Deze klachten doen zich nu ook bij Eisers en andere inwoners van Curaçao als gevolg van milieu(lucht)vervuiling voor.
(121) Uit artikel 8 EVRM volgt verder het recht op eerbiediging van de woning. Dit recht betreft niet alleen de fysieke ruimte, maar ook het recht op het rustig genot daarvan. Het EHRM heeft nadrukkelijk geoordeeld dat dit recht op wonen onder meer bescherming biedt tegen geluidsoverlast, stank of uitstoot van stoffen.23 Hiervoor is in dit verzoekschrift door Xxxxxx reeds toegelicht dat inwoners, waar mogelijk, gedwongen verhuizen vanwege de (lucht)vervuiling, hetgeen dé aanwijzing is dat de Overheid het recht op wonen door het tolereren van de milieuvervuiling ongeoorloofd aantast.
(122) Niet ter discussie staat dat de uitstoot van gevaarlijke stoffen (door de Raffinaderij) ver boven alle (gezondheids)normen uitstijgt. Het Gemeenschappelijk Hof heeft bij arrest van 12 januari 2010 de onrechtmatigheidgrens voor zwaveldioxide (SO2) vastgesteld op 80 µg/m3,24 en die grens is de afgelopen 3 jaren in toenemende mate overschreden (in 2013 en 2014 een factor 2 (170 µg/m3) en in 2015 zelfs bijna een factor 3 (225 µg/m3) overschreden!) en ook in 2016 geven de metingen waarden van gelijke hoogte als in 2015 aan. Men kan zich afvragen waarom de Overheid metingen verricht, als er vervolgens niet naar de uitkomsten wordt gehandeld.25
(123) De Overheid voldoet niet aan het voorzorgbeginsel: behalve dat artikel 8 EVRM het recht op lichamelijke en geestelijke integriteit van burgers waarborgt, impliceert dit verdragsartikel ook respect voor het voorzorgsbeginsel.
(124) Het voorzorgsbeginsel voorkomt dat de Overheid zich kan verschuilen achter de stelling dat zij niet weet in hoeverre de huidige groene aanslag en andere milieuvervuiling schadelijk is voor de gezondheid van de burgers. Het voorzorgsbeginsel houdt namelijk, met andere woorden, in dat (naar het Nederlands vertaald) "de afwezigheid van zekerheid over het intreden van milieuschade gelet op wetenschappelijke en technische kennis op een bepaald moment niet kan rechtvaardigen dat een staat effectieve en proportionele maatregelen nalaat die zijn gericht op het voorkomen van ernstige en onomkeerbare milieuschade."26 In dit citaat wordt verwezen naar milieuschade, maar het voorzorgsbeginsel is inmiddels een algemeen beginsel dat ook buiten het milieubeleid geldt en dat aldus ruimer wordt toegepast, ook op het terrein van de volksgezondheid.
(125) Bij de toepassing van het voorzorgsbeginsel spelen telkens drie kernelementen een rol, te weten (i) dreigende schade, (ii) onzekerheid en (iii) actie. Van slechts 'dreigende' schade is feitelijk al geen sprake meer; de schade uit zich daadwerkelijk al. Omdat Xxxxxx, andere inwoners en bezoekers niet door de Overheid zijn en worden geïnformeerd, bestaat er grote onzekerheid en angst. Actie blijft daarentegen ten onrechte uit. De mogelijke onwetendheid over wat de gevolgen van de huidige uitstoot precies kunnen zijn – voor zover de Overheid zich daar al achter zou kunnen verschuilen gelet op de hoeveelheid deskundigenrapporten die beschikbaar zijn over de uitstoot en de verontrustende conclusies die daarin zijn opgenomen – kan dus voor de Overheid geen argument zijn om dus niets te hoeven ondernemen. Zelfs al zou er onduidelijkheid zijn over de mogelijke
22 EHRM 30 maart 2010, nr. 19234/04 (Xxxxxx x. Roemenië).
23 EHRM 2 november 2006, nr. 59909/00, AB 2008, 23, m.nt. T. Xxxxxxxxxx en X.X. xxx Xxxxxxx (Xxxxxxxxxx
t. Italië), dat betrekking heeft op de milieuverontreiniging van een afvalverwerkingsfabriek.
24 GHvJ 12 januari 2010, ECLI:NL:OGHNAA:2010:BK9395.
25 xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx.
26 EHRM 27 januari 2009, nr. 67021/01, AB 2009, 285, m.nt. T. Xxxxxxxxxx en X.X. xxx Xxxxxxx (Tatar t. Roemenië).
negatieve gevolgen van de uitstoot, dan is er nog steeds alle reden om (preventieve) maatregelen te nemen. Artikel 8 EVRM verplicht daartoe.
(126) Het recht om door de Overheid te worden geïnformeerd over milieugevaarlijke situaties volgt niet alleen uit artikel 8 EVRM maar ook uit artikel 10 EVRM.27 Dit recht omvat niet alleen de vrijheid om een mening te koesteren maar ook de vrijheid om inlichtingen of denkbeelden te ontvangen of te verstrekken en het recht om door de overheid te worden geïnformeerd over milieugevaarlijke situaties (EHRM 19 februari 1998, Xxxx.xx. 000/0000/000/000, Xxxxxx. t. Italië). De Overheid schendt dit recht ten ene male omdat zij geen enkele informatie aan haar inwoners geeft over de overschrijding van luchtkwaliteitsnormen en over de oorzaak, samenstelling en gevolgen van de uitstoot van de Raffinaderij / Aqualectra. Het EHRM hanteert bij de beoordeling van de vraag of de luchtkwaliteit in overeenstemming is met de hiervoor geschetste mensenrechten voor de immissie van SO2 (wél regelmatig aan voortschrijdend inzicht aangepaste) richtlijnen van de WHO (Zie productie 7F).
(127) Eisers zijn van mening dat een adequaat en effectief systeem van normstelling, vergunningverlening, toezicht en handhaving, informatieverstrekking en rechtsbescherming ter voorkoming van de verwezenlijking van de risico's op levensbedreiging, zoals het EHRM vereist, op Curaçao niet bestaat; het toezicht en de handhaving van de Hindervergunningen, alsmede de informatieverstrekking aan de bevolking over de gevaarzetting zijn een farce. Nog daargelaten dat de milieuluchtvervuiling ook leidt tot aantasting van het eigendomsrecht van Eisers.
10. CONCLUSIE
(128) De recentelijk door de Overheid gemeten, door de Overheid gepubliceerde en dus bij de Overheid bekende concentraties zwaveldioxide (SO2) overschrijden iedere aanvaardbare (alarm)drempel. De inwoners van de wijken Wishi Xxxxxxxx, Buena Vista, Curasol, Julianadorp, St Michiel,Klein St Michiel etc. worden 24 uur per dag en vooral ook in de nacht geteisterd door ondraaglijke stank in de smaken olie, petroleum, verbrande lucifers (SO2), rotte eieren (H2S) en grote hoeveelheden roet en groengeel poeder/aanslag. De ernstige gevolgen op lange termijn laten zich niet moeilijk raden. Zij ervaren nog meer dan anders de korte termijn (gezondheids)gevolgen daarvan: ademhalingsproblemen, hoesten, hoofdpijn, branderige en tranende ogen, allergische (huid) reacties, slapeloze nachten. De inwoners zien zoals gezegd hun bezittingen groen worden, weten ook dat zij die zeer fijne stoffen inademen die diep in de longen ernstige zelfs kankerverwekkende schade kunnen aanrichten, maar weten verder niets. Een groot gevoel van radeloosheid en zelfs paniek maakt zich steeds meer meester van de bevolking., iets dat óók de gezondheid aantast!
(129) Uit het vorengaande blijkt dat door de verouderde wetgeving (Hinderverordening Curacao 1994!), de huidige verouderde Hindervergunningen (uit 1997/98 gebaseerd op luchtkwaliteitsnormen uit 1979!), het huidige verouderde vergunningenbeleid (nog steeds immissies ipv emissies als maatstaf), het ontbreken van toezicht en handhaving (geen adequaat apparaat en middelen bij de Dienst Maneho di Medio Ambiente i Naturalesa), geen onderzoek naar schadelijke stoffen, geen revisie van de Hindervergunningen maar ook geen handhaving van de coulante normen, geen rampenplan etc) en niet in de laatste plaats het gebrek aan transparantie, informatieverschaffing en voorlichting, de Overheid niet in de mogelijkheden voorziet om Eisers en de bevolking van Curaçao ook maar de meest elementaire bescherming te bieden waar zij op basis van het EVRM recht op hebben.
27 EHRM 18 februari 1998 (Guerra. t. Italië).
(130) Het moge ook duidelijk zijn dat er zich een acute (nood)situatie voordoet met betrekking tot de (volks)gezondheid van Xxxxxx en de inwoners van Curaçao, met name zij die benedenwinds van de Raffinaderij wonen. De fundamentele rechten van Eisers en vele anderen zijn in het geding en de Overheid onderneemt tot op heden ten onrechte niets ter voorkoming of (tenminste) vermindering van de schade.
(131) De Overheid is zich daarentegen wel degelijk bewust van en is bekend met de problemen, de reële en onmiddellijke gevaren die zich voordoen voor Eisers en duizenden andere mensen, en van de causale verbanden tussen de vastgestelde immissies en de schade aan gezondheid, milieu en goederen. De Overheid tolereert willens en wetens de huidige onrechtmatige schade toebrengende situatie. Zij heeft het in haar macht en zij is het zelfs verplicht, maar laat na maatregelen te nemen om aan de onrechtmatige en gevaarzettende situatie paal en perk te stellen. De Overheid doet niets.
(132) Voorts hebben Eisers schade geleden en lijden zij thans nog steeds schade aan hun bezittingen en moeten zij noodgedwongen kosten maken als gevolg van het handelen van de Overheid. Zij wensen hun rechten te bewaren om van het Land vergoeding van alle schade te vorderen die zij lijden als gevolg van het onrechtmatige handelen van de Overheid te vorderen, welke schade nader dient opgemaakt te worden bij staat, en te vermeerderen met de wettelijke rente.
(133) Kortom, de Overheid verzuimt haar plicht tot bescherming van fundamentele rechten van Eiseres en overige burgers en handelt daarmee onrechtmatig door na te laten haar plicht na te komen om maatregelen te nemen om aan de onrechtmatige normoverschrijding een einde te maken en de rechten van Eisers te beschermen, door na te laten van haar bevoegdheden gebruik te maken, al dan niet middels de Dienst Xxxxxx di Medio Ambiente i Naturalesa, tot handhaving van de Hindervergunningen, en door, al dan niet als aandeelhouder van Refineria di Korsou, na te laten de door haar met Refineria Isla en BOO contractueel overeengekomen milieuverplichtingen af te dwingen. Tevens handelt de Overheid nalatig door Eisers niet te compenseren voor de schade die zij reeds hebben geleden.
REDENEN WAAROM
Eisers zich tot Uw Gerecht wenden met het verzoek om bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
Primair
(i) voor zover vereist op de voet van artikel 3: 305 a BW, voor recht te verklaren dat het Land Curaçao onrechtmatig jegens Eisers handelt door, zowel voor wat betreft de in het lichaam van dit verzoekschrift genoemde en aangehaalde wet- en regelgeving, alsook voorschriften van de Hindervergunningen inzake de bescherming en verbetering van het leefmilieu en de volksgezondheid, als voor wat betreft de uitvoering en de handhaving van deze wet- en regelgeving en voorschriften van de Hindervergunningen, niet te voldoen aan de in het lichaam van dit verzoekschrift genoemde en aangehaalde dienaangaande geldende internationale normen, ter bescherming van de fundamentele rechten van de mens zoals vastgelegd in onder meer het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens, op basis waarvan de Overheid verder is verplicht tot het geven van tijdige en adequate voorlichting aan Eisers en andere ingezetenen van Curaçao, tot het wegnemen van reeds geleden schade, en tot het nemen van alle benodigde maatregelen om haar burgers te beschermen tegen milieu(lucht)vervuiling, in het bijzonder op grond van het recht op leven, het recht
op woongenot, het recht op lichamelijke en geestelijke integriteit en het recht adequaat te worden geïnformeerd over gevaren en risico's;
(ii) het Land Curaçao op te dragen om binnen 2 (twee) maanden na toezending van de uitspraak in deze, de hoeveelheid zwaveldioxide (SO2) en PM (fijnstof) gemeten door het meetstation te Xxxx Xxxxx zodanig te (doen) beperken dat wordt voldaan aan de luchtkwaliteitsnormen gehanteerd door de WHO als vermeld in productie 7F;
(iii) het Land Curaçao te bevelen alle inwoners van Curaçao zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen 1 (een) maanden na toezending van de uitspraak in dezen, getrouw en adequaat te informeren middels een paginagrote advertentie in de dagbladen Extra, NOBO, La Prensa, en Amigoe en Antilliaans Dagblad, en tevens als persbericht naar NTR/Caribisch netwerk, weergegeven in respectievelijk Papiaments en Nederlands, over de gevaren en risico's die de milieuvervuiling in het algemeen en in het bijzonder de door het meetstation te Xxxx Xxxxx gemeten en door de GGD Amsterdam gevalideerde SO2 en TSP met zich meebrengt, waarvan de voorlichtingstekst in samenspraak met Eisers tot stand wordt gebracht, óók wanneer reeds aan het voorgaande onder (ii) is voldaan omdat ook milieu(lucht)vervuiling uit het verleden reeds blijvende (gezondheids)schade kan hebben aangericht.
het bepaalde onder (ii) en (iii) aan te vangen en daarvan genoegzaam bewijs aan Xxxxxx over te leggen, binnen 2 (twee) weken na betekening van het in dezen te wijzen vonnis aan Gedaagde op straffe van verbeurte van een dwangsom van ANG. 100.000,-- voor iedere dag of ieder gedeelte van een dag dat zij met de nakoming van dit bevel- geheel of gedeeltelijk- in gebreke blijft, althans een dwangsom door Uw Gerecht in goede justitie vast te stellen;
en
(v) Voor zover vereist op de voet van artikel 3:305a BW, voor recht te verklaren dat het Land Curaçao aansprakelijk is voor alle schade die Eisers hebben geleden en nog zullen lijden als gevolg van het onrechtmatig handelen door het Land Curaçao ten aanzien van de milieu(lucht)vervuiling op Curaçao, als omschreven in randnummer i van deze vordering.
(vi) het Land Curaçao te veroordelen in de kosten van deze procedure, waaronder begrepen de kosten van rechtskundige bijstand en de verschuldigde griffierechten, onder bepaling dat, indien de kosten van het geding niet binnen tien dagen na de dag waarop het vonnis aan Gedaagde is betekend, zijn voldaan, daarover vanaf de tiende dag de wettelijke rente verschuldigd is.
Subsidiair:
(ii) Een zodanig vonnis te wijzen als Uw Gerecht in goede justitie zal vermenen te behoren;
en:
(iii) het Land Curaçao te veroordelen in de kosten van deze procedure, waaronder begrepen de kosten van rechtskundige bijstand en de verschuldigde griffierechten, onder bepaling dat, indien de kosten van het geding niet binnen tien dagen na de dag waarop het vonnis aan Gedaagde is betekend, zijn voldaan, daarover vanaf de
tiende dag de wettelijke rente verschuldigd is.
Curaçao, 10 november 2016
Gemachtigden,
S.A. in’t Veld P.E.A.L.M. van de Laarschot
11. PRODUCTIEOVERZICHT
Onderstaande producties zijn ook beschikbaar via de website van Clean Air Everywhere xxxx://xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx/xxxxxxxxxxxxxx
Productie 1: Overzicht van procedures die zijn gevoerd met betrekking tot de milieu(lucht)vervuiling en de Raffinaderij.
Productie 2: Statuten van de Stichting FCAE.
Productie 3: Uittreksel van inschrijving van Stichting FCAE in de Kamer van Koophandel te Curaçao.
Productie 4: Bloemlezing klachten eisers
Productie 5: Overzicht van mediaberichten met betrekking tot de milieu(lucht)vervuiling, de gevolgen daarvan voor de inwoners en anderen en het nalatig handelen van de Overheid terzake.
Productie 6: TNO, 'Bepaling van de elementsamenstelling van een groene aanslag aanwezig op vijftal locaties op Curaçao met behulp van elektronenmicroscopie en Röntgen microanalyse', d.d. 17 augustus 2015.
Productie 7: Overzicht en informatie schadelijke stoffen in de lucht onder de rook van de raffinaderij
Productie 8: Enquête CBS d.d. 2011 Household with Air pollution by Geozone, Census 2011
Productie 9: Enquête GGD d.d. 2007 Proyekto GGD molester ISLA
Productie 10: Foto's van de groene aanslag
Productie 11: Uitleg rapport TNO d.d. 17 augustus 2015 (productie 6) door P. Deelen, petrotechnisch adviseur TNO.
Productie 12: Proces-verbaal groene aanslag en factuur schoonmaakkosten
Productie 13: Hindervergunning Refineria Isla, met bijgevoegd 'Attachment F'.
Productie 14: Hindervergunning CUC, met bijgevoegd 'Attachment F'.
Productie 15: Beknopt overzicht van onderzoeken en deskundigenrapporten die in de loop der tijd zijn verschenen met betrekking tot de milieu(lucht)vervuiling.
Productie 16: REQUEST FOR PROPOSALS: LNG Import and Trans-shipment Terminal in Curaçao
Productie 17: DCMR, 'Fact-finding missie Isla Raffinaderij Curacao' d.d. 6 december 2004.
Productie 18: TNO, 'Samenwerkingsverband tussen Milieudienst Curaçao en TNO ter vergroting van expertise milieuonderzoek' d.d. 3 augustus 2007.
Productie 19: GGD Amsterdam, Offerte 'haalbaarheidsstudie gezondheidsonderzoek Curaçao' d.d.
20 augustus 2015
Productie 20: Luchtmetingen op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xxx
Productie 21: Ecorys 2005 – Economic Value for Strategic Options for Refineria di Korsou
Productie 22: Groene aanslag in 2003 uit DCMR, 'Fact-finding missie Isla Raffinaderij Curacao' d.d.
6 december 2004.
Productie 23: Amigoe | Wij zijn mensen, geen dieren
Productie 24: ATSDR Toxfacts Vanadium, EPA Nickle Compounds
Productie 25: Overzicht bekendheid in jaren 70/80 van de vorige eeuw met de gevaren van PAK's.
Productie 26: Journal of Exposure Science and Environmental Epidemiology (2016) 26, 270–276: The distance-to-source trend in vanadium and arsenic exposures for residents living near a petrochemical complex
Productie 27: EPA – Air Quality Index
Productie 28: E.L. Pulster, Assessment of Public Health Risks Associated with Petrochemical Emissions Surrounding an Oil Refinery - University of South Florida, januari 2015.
Productie 29: Annotatie L.J.J. Rogier en X. Xxxxxxxx, Caribisch Juristenblad 2016.
Productie 30: Algemene Rekenkamer Curaçao, 'Randvoorwaarden uitvoering milieu en natuurbeleid', d.d. oktober 2015.