Stage Communicatiewetenschappen (vanaf het academiejaar 2015-2016)
FACULTEIT SOCIALE WETENSCHAPPEN
ONDERWIJS- EN STUDENTENADMINISTRATIE
XXXXXXXXXX 00 XXX 0000
0000 XXXXXX, XXXXXX
Stage Communicatiewetenschappen (vanaf het academiejaar 2015-2016)
1. Introductie
2. Voorwaarden
3. Begeleiding
4. Verloop
4.1 Infosessies stages
4.2 Een stageplaats zoeken
4.3 Contact opnemen met de geselecteerde stageplaatsen
4.4 Gesprek met de stageplaats
4.5 Administratieve processen
4.6 Evaluatie door de stageplaats
4.7 Evaluatie door de stagiair
4.8 Het stagerapport
5. Leerdoelen
6. Stagerapport
6.1 Omschrijving van de stageplaats
6.2 Omschrijving van de eigen functie
6.3 Omschrijving van de eigen taken
6.4 Essay
6.5 Evaluatie van de leerdoelen
6.6 Referentielijst
7. Contactgegevens
1. Introductie
Studenten Communicatiewetenschappen krijgen in de laatste fase van de bachelor de mogelijkheid om gedurende minstens dertig werkdagen stage te lopen. Deze ervaring laat je enerzijds toe om de kennis en vaardigheden die je tijdens de afgelopen jaren hebt verworven toe te passen in praktijksituaties en anderzijds om je praktische vaardigheden uit te breiden. Je krijgt bovendien de kans om nader kennis te maken met de communicatiesector, hetgeen je kan helpen om verdere keuzes tijdens je studie (bv. keuzevakken, masterproef) en met betrekking tot je loopbaan vorm te geven. Ten slotte biedt een stage je de gelegenheid een netwerk uit te bouwen en om jezelf op persoonlijk vlak te ontwikkelen. Dit alles zorgt ervoor dat een stage niet alleen een verrijking is voor je opleiding maar ook een onmiskenbare troef wanneer je de arbeidsmarkt betreedt.
Deze stage maakt deel uit van de academische opleiding Communicatiewetenschappen. Het is dan ook van belang dat je de inzichten die je reeds hebt aangeleerd tijdens de opleiding waar mogelijk in de praktijk toepast en dat je nieuwe inzichten kan linken aan de theorie. Voor het aanvangen van je stage formuleer je daarom de te realiseren doelstellingen onder de vorm van een aantal concrete leerdoelen. Na je stage breng je in een stagerapport verslag uit van de uitgevoerde activiteiten met de nodige zin voor zelfreflectie. Daarnaast moeten in dit verslag verbanden worden gelegd tussen de verworven academische kennis en de stage. In het verslag moet je dan ook duidelijk terugkoppelen naar de vooraf uitgewerkte leerdoelen, beschrijven welke activiteiten je hebt uitgevoerd, met de nodige zelfreflectie terugblikken op het verloop van de stage en ten slotte aangeven welke theoretische kennis relevant was voor die werkzaamheden.
2. Voorwaarden
Er worden stages georganiseerd in verschillende domeinen waaronder nieuwe communicatietechnologieën, mediaproductie, pers, reclame, marketing, interne en externe communicatie, public relations, ... Om te waarborgen dat je bij aanvang van de stage reeds beschikt over voldoende vakspecifieke bagage, mag je het keuzevak pas opnemen als je niet meer dan 80 studiepunten verwijderd bent van het bachelordiploma. Als je hiervoor kiest, loop je minstens dertig werkdagen stage gedurende het academiejaar of in de zomervakantie ervoor of erna. Zo beschik je over verschillende mogelijkheden om de stage te combineren met de rest van het opleidingsprogramma. Indien de stage wordt gelopen in de zomer na de laatste opleidingsfase, dan tellen de studiepunten voor deze stage echter wel mee voor de septemberzittijd.
De stages duren effectief minimaal 30 werkdagen. Eventuele verlofdagen en/of afwezigheden voor seminaries of andere opleidingsonderdelen moeten dus ingehaald worden en aan de stageperiode worden toegevoegd. Dergelijke afwezigheden voor seminaries of andere opleidingsonderdelen moeten
zeker besproken worden met de stagebegeleider tijdens het kennismakingsgesprek. Indien beide partijen, de stagiaire en de stagebegeleider, dat wensen mag langer stage gelopen worden. Eventueel kunnen stages ook gespreid worden over een langere periode (half of part time), maar steeds in overleg met de stageplaats. Wat verlofdagen betreft, hebben studenten die stage lopen dezelfde vaste verlofdagen als het personeel in het bedrijf. Dat betekent dat alle studentenvakanties vervallen. Heeft het bedrijf echter een collectieve vakantieperiode, zoals bijvoorbeeld met Kerstmis, dan geldt die vakantie uiteraard ook voor de stagiair.
3. Begeleiding
Gedurende het hele proces kom je voor de begeleiding in contact met vier concrete aanspreekpunten. De stagecoördinator, Xxxxx Xxxxx, vormt het eerste aanspreekpunt voor studenten die stage willen volgen. De stagecoördinator bespreekt, indien je dat wenst of vragen hebt, mogelijke stageplaatsen op basis van de door jou geformuleerde verwachtingen. Nadat je een stageplaats hebt gevonden en je taken en leerdoelen werden geformuleerd, zal je deze bovendien ter goedkeuring naar haar moeten mailen. Je kan ook tijdens het verdere verloop van de stage bij haar terecht voor vragen, problemen, opmerkingen enz. Indien er bij aanvang van de stage onduidelijkheden of problemen zijn, is het bovendien belangrijk hier tijdig met haar over te communiceren om zo een kwalitatieve stage te garanderen. Na afloop van je stage dien je bij haar tijdig je stagerapport, het evaluatierapport opgesteld door de stageplaats en je eigen evaluatie van de stageplaats in.
Ook de stageadministrator, Xxxxxxx Xxxxxxx, begeleidt je in de loop van je stage. Na goedkeuring van de stagecoördinator wordt de stageovereenkomst in drievoud en het bijhorende VGM-dossier in drievoud op papier ondertekend door de student-stagiair en de stagebegeleider. Het VGM-dossier is een document waarin veiligheid, gezondheid en milieu tijdens de stage worden gegarandeerd, je stagebegeleider vult dit document in drievoud in en ondertekent het. In een volgende stap dient de student de contracten in bij stageadministrator Xxxxxxx Xxxxxxx op de studentenadministratie. Als er eventuele wijzigingen zijn in je persoonlijke gegevens of gegevens van de stageplaats dien je ze aan de administrator mee te delen.
In de derde plaats kan je ook terecht bij de stagepromotor, prof. dr. An-Xxxxx Xxxxxx. De stagepromotor staat in voor de academische begeleiding van je stagerapport en voor de eindevaluatie. Je kunt steeds bij haar terecht voor meer uitleg en eventuele nuttige richtlijnen met betrekking tot het stagerapport. Dit kan via mail of persoonlijk na het maken van een afspraak. Je kunt, indien je dat wenst, ook een eerste versie van je rapport op voorhand door professor Xxxxxx laten nakijken.
De stagebegeleider ten slotte, is degene die je begeleidt op de stageplaats. Deze persoon wijst je taken toe en volgt je op. In de helft van je stage bezorgt deze persoon je een tussentijdse evaluatie. Na de
stage volgt een definitieve evaluatie. In sommige gevallen is het mogelijk dat je tijdens de stage ook opdrachten krijgt van ander(e) contactpers(o)n(en) dan je stagebegeleider. Het is dan aan de begeleider om je werk voor die personen op te volgen en te evalueren in samenspraak met die personen.
4. Verloop
4.1 Infosessies stages:
Studenten uit de tweede fase die graag een stage willen lopen in hun derde bachelor, worden via mail uitgenodigd om te komen luisteren op twee geplande infosessies. Tijdens een eerste verkennende infosessie wordt een algemene toelichting gegeven bij de stage. Deze sessie vindt plaats in de eerste helft van het tweede semester, het exacte tijdstip wordt tijdig via mail gecommuniceerd naar alle studenten uit de tweede fase. Gedurende de sessie zullen topics zoals de stageprocedure, deadlines en meer toelichting bij mogelijke sectoren aan bod komen. Vragen worden beantwoord en extra uitleg wordt gegeven. Tijdens een tweede meer specifieke sessie wordt aan de geïnteresseerde studenten concrete informatie gegeven over het solliciteren voor een stageplaats. Je krijgt dan tips voor het schrijven van een sollicitatiebrief, het voorbereiden van een gesprek, de valkuilen bij een sollicitatie enz.
4.2 Een stageplaats zoeken:
Na de infosessie ga je zelf aan de slag en ga je op zoek naar dé geschikte stageplaats. Concreet kan je kiezen voor een stage uit de databank van Communicatiewetenschappen, die beschikbaar is op de website, of opteren voor een zelf georganiseerde stage. Laat wel altijd eerst aan stagecoördinator Xxxxx Xxxxx weten voor welke stageplaatsen je gaat solliciteren, zodat ze een overzicht behoudt van de gecontacteerde bedrijven. Indien je zelf een stageplaats voorstelt, moet je deze keuze goed beargumenteren. In persoonlijk overleg met Xxxxx Xxxxx wordt nagegaan of deze stage voldoende aansluit bij de opleiding en of de begeleiding voldoende kan worden gegarandeerd. Hou bij het kiezen van een stageplaats niet alleen rekening met de organisatie zelf, maar ook met de jobinhoud en de mate waarin beide aansluiten bij je verwachtingen én je persoonlijkheid. Nieuwe stageplaatsen moeten aan twee basisvoorwaarden voldoen. In de eerste plaats moet de aard van de functie gericht zijn op communicatie gerelateerde taken en in de tweede plaats moet er voldoende begeleiding worden gegarandeerd. De student moet op de stageplaats begeleid kunnen worden door een communicatiemedewerker of iemand die reeds veel ervaring heeft binnen de communicatiesector. Enkel en alleen met de juiste begeleiding laat je stage toe om enerzijds je reeds verworven vaardigheden in de praktijk om te zetten en anderzijds ook nieuwe vaardigheden aan te leren.
Xxx je graag een stage lopen bij VRT? Surf dan naar xxxx://xxx.xxx.xx/xxxxxx-xxx-xxx/xxxxxx. VRT heeft een eigen databank met stage vacatures. De vacatureberichten worden opengesteld in de volgende periodes: van begin april tot en met eind juli: voor stageplaatsen tijdens het komende academiejaar en van september tot eind november: voor stageplaatsen tijdens datzelfde academiejaar, indien er nog
stageplaatsen zijn. Studenten kunnen dus heel gericht op een stage-vacaturebericht reageren. Als je je stage mag beginnen bij de VRT, moet je de werkpostfiche van de VRT invullen, afdrukken en door de stagecoördinator laten ondertekenen. Kom langs tijdens het spreekuur of maak een afspraak via mail met de coördinator. De VRT heeft dit document nodig alvorens je je stage er kan starten.
4.3 Contact opnemen met de geselecteerde stageplaatsen:
Vervolgens contacteer je zelf de geselecteerde stageplaatsen. Daarbij word je geacht de stageplaatsen per e-mail te contacteren. Deze mail omvat een motivatie voor je keuze en je CV wordt mee verzonden in bijlage. Maak voldoende tijd om te zorgen voor een kwalitatief CV. Xxxxxxxx dit als een oefening die bij aanvang van je loopbaan ongetwijfeld van pas zal komen. Vervolgens zal je door één of meerdere van de aangeschreven stageplaatsen worden uitgenodigd op gesprek. Hou er voldoende rekening mee dat veel stagebegeleiders drukbezet zijn en er voor sommige stageplaatsen veel gegadigden zijn. Zorg dus in de eerste plaats voor een verzorgd CV en een goede motivatie. Indien je geen reactie krijgt kan je altijd even bellen naar de stageplaatsen.
4.4 Gesprek met de stageplaats:
Tijdens je sollicitatiegesprek bij de stagebegeleider worden de wederzijdse verwachtingen geëxpliciteerd. Onderschat het belang van deze eerste kennismaking dan ook niet en bereid je voldoende voor. Verzamel voordien informatie over de stageplaats, de activiteiten en de mogelijke invulling van je stage. Xxxx vraagt een stagebegeleider je tijdens dit gesprek hoe je zelf de invulling van de stage ziet. De kwaliteit van je stage wordt dan ook in sterke mate bepaald door de afspraken die hier worden gemaakt. Je kan hier vaak mee kiezen welke functie(s) je zal uitoefenen en of je bij een beperkt aantal of net een verscheidenheid aan projecten betrokken wilt worden. Vaak is het voor een stage van 30 werkdagen leerrijker om in de diepte betrokken te zijn bij een beperkt aantal projecten dan dat je slechts oppervlakkig meewerkt aan een veelheid van activiteiten. Denk dan ook op voorhand goed na over welke taken bij je verwachtingen aansluiten en waaruit je het meeste kan leren. Tijdens dit gesprek moet je duidelijkheid krijgen over de stage, niet enkel inhoudelijk maar ook praktisch. Hou er rekening mee dat je zelf voor een groot deel de kwaliteit van deze ervaring in de hand hebt. Zorg dan ook dat duidelijk wordt of de stageplaats iets voor jou is, wat je inhoudelijk gaat doen, of je eventueel deeltijds stage kan lopen, of je afwezig mag zijn op bepaalde dagen om lessen of seminaries bij te wonen, of je de stageplaats kan bereiken, of je een rijbewijs nodig hebt, enz.
4.5 Administratieve processen:
Na een sollicitatie met positieve uitkomst komt het er in een volgende stap op aan om de stage te formaliseren. Voor het contractueel vastleggen van een stageovereenkomst gebruiken we steeds het modelcontract van de KU Leuven. Alvorens één van de partijen het contract ondertekent, vragen we om een draftversie (ingevuld) via e-mail door te sturen naar de stagecoördinator. Op die manier zijn we er
zeker van dat het takenpakket dat op de overeenkomst vermeld wordt, overeenstemt met de inhoudelijke verwachtingen die wij vanuit de Faculteit Sociale Wetenschappen hebben ten aanzien van een stage. Let op dat je de leerdoelen, die je tijdens de stage wilt bereiken en waarnaar je in het stagerapport dient terug te koppelen, ook toevoegt in het contract (zie punt 5). Dit ingevuld contract zal eerst door ons worden nagekeken om een kwalitatieve en leerrijke stage te garanderen.
Na goedkeuring van de draft wordt de stageovereenkomst en het bijhorende zelf in te vullen VGM- dossier in drievoud op papier ondertekend door de student-stagiair en de stagebegeleider. In een volgende stap dien je de contracten in bij stageadministrator Xxxxxxx Xxxxxxx op de studentenadministratie. De stageadministrator zorgt er vervolgens voor dat je binnen een redelijke termijn twee ondertekende exemplaren terugkrijgt. Eén exemplaar van het contract en het VGM-dossier dien je zelf bij te houden en één exemplaar moet je aan de stageplaats bezorgen.
Je dient dus ook het VGM-dossier ter ondertekening voor te leggen aan je stagebegeleider. Dit dossier maakt integraal deel uit van de totale overeenkomst. Het VGM-dossier bestaat uit een beschrijving van de risico’s en de VGM-opvolging die verbonden zijn aan je opleiding. Voor studenten van de Faculteit Sociale Wetenschappen zijn er geen specifieke risico’s geformuleerd. Indien uit de risicoanalyse van de werkplaats zelf blijkt dat er ook aan het uitvoeren van de stageactiviteiten geen bijkomende risico’s verbonden zijn, kan de stagebegeleider het VGM-dossier gewoon ondertekenen. Indien uit de risicoanalyse zou blijken dat er wel bijkomende VGM-risico’s voorkomen bij het uitvoeren van de activiteiten, dan moet de organisatie de KU Leuven hiervan op de hoogte brengen via aanduiding op het VGM-dossier. De organisatie vermeldt tevens op het VGM-dossier welke preventiemaatregelen worden georganiseerd voor deze bijkomende VGM-risico’s. Indien een bijkomend risico aanleiding geeft tot gezondheidstoezicht, wordt dit uitgevoerd door de onderwijsinstelling, tenzij anders aangeduid op het VGM-dossier. Als de organisatie nalaat het VGM-dossier te ondertekenen of terug te sturen, gaat de KU Leuven er vanuit dat er geen bijkomende risico’s voor jou aan de stage verbonden zijn. Indien medische opvolging vereist is, moet je bij aanvang van de stage over een formulier voor gezondheidsbeoordeling beschikken. Wanneer dit niet het geval is, kan de je de stage niet starten.
Zodra de stage aanvangt – dus niet vanaf het moment van ondertekening van het stagecontract – ben je verzekerd. Deze verzekering blijft lopen tot en met de laatst vermelde dag op het stagecontract. Xxxx zeker de reglementering rond die verzekering door de universiteit even na. Een link naar deze reglementering vind je terug op de website. Stages zijn altijd onbezoldigd. De stageaanbieder kan wel beslissen om bepaalde kosten te vergoeden. De verantwoordelijkheid ligt dan bij de jou, in overleg met de organisatie in kwestie. Wanneer je een trein- of busabonnement nodig hebt voor de duur van je stage, dien je dit aan te vragen op de studentenadministratie bij stageadministrator Xxxxxxx Xxxxxxx.
Elke stagiair dient bij aanvang van de stage ten slotte een evaluatierapport aan de stagebegeleider af te geven op papier. De student vult de gegevens op de eerste pagina zelf al in en drukt dit document dan af. De stagebegeleider vult dit dan tussentijds en bij afronding van de stage in en wordt geacht deze evaluatie telkens met jou te bespreken.
Stagiairs die ”een attest voor de NMBS/De Lijn”- nodig hebben voor de duur van hun stage dienen 2 attesten aan te vragen. Die twee documenten leg je dan voor aan een loket bij de NMBS om je abonnement te verkrijgen. Het eerste moet je aanvragen via deze site: xxxx://xxx.xxxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx/xxxxxxxxxxxxxx.xxxx. Het tweed vraag je vervolgens aan bij stage administrator Xxxxxxx Xxxxxxx. Je stuurt haar hiervoor een mailtje met de volgende informatie :
- Naam + voornaam student
- Studentnummer
- Opleiding
- Stageplaats
- Periode stage
- Thuisadres
- Kotadres
4.6 Evaluatie door de stageplaats:
Wanneer je stage ongeveer in de helft is, maakt de stagebegeleider een tussentijdse, formatieve evaluatie op in het evaluatierapport. Hierin kan de stagebegeleider een aantal werkpunten formuleren, hetgeen je toelaat daar in het verdere verloop van de stage aan te werken. De stagebegeleider wordt geacht deze tussentijdse evaluatie ook met jou te bespreken, zodat je weet wat je goed doet en waaraan nog kan worden gewerkt. Wanneer dit niet gebeurt, aarzel dan niet om hier zelf om te vragen. Neem ook los van het evaluatiedocument doorheen je stage voldoende initiatief om feedback te vragen of bezorgdheden te uiten. Stagebegeleiders in de communicatiesector zijn vaak drukbezet, aarzel dus niet om zelf op hen af te stappen wanneer nodig.
Na afloop zal de stagebegeleider het evaluatierapport definitief invullen. Dit eindrapport telt uiteindelijk mee voor 6 punten van de totale beoordeling. De stagebegeleider wordt geacht de finale evaluatie met jou te bespreken. Aarzel echter niet om hiernaar te vragen wanneer dergelijke evaluatie naar het einde van je stage nog niet heeft plaatsgevonden. Dit evaluatierapport wordt op het einde van de stageperiode zo snel mogelijk terugbezorgd aan de stagecoördinator. Het bedrijf kan de evaluatie ook per e-mail aanvragen en ingevuld terugmailen.
4.7 Evaluatie door de stagiair:
Zelf schrijf je ook een ‘evaluatierapport stagiair’, waarin jij de stageplaats zelf evalueert. Na afloop van de stage dien je ook deze eigen evaluatie met je persoonlijke indrukken van de stage per mail te bezorgen aan de stagecoördinator Xxxxx Xxxxx, samen met het door het stagebedrijf ingevulde evaluatierapport, als dit nog niet door het bedrijf rechtstreeks werd opgestuurd. Je bent zelf ten allen tijde verantwoordelijk voor het tijdig indienen van beide documenten.
4.8 Het stagerapport:
Na de stage krijg je de mogelijkheid om een eerste versie van het stagerapport door te mailen naar de academisch verantwoordelijke van de stage, prof. dr. An-Xxxxx Xxxxxx. Je kan feedback vragen op die eerste versie van je stagerapport. Dit is niet verplicht, maar indien je dit wenst kan je een voorlopige versie van het rapport doorsturen naar de stagepromotor, ten laatste twee weken voor de deadline. Op die manier is er voldoende tijd om het rapport na te kijken en je feedback te bezorgen.
Als sluitstuk dien je het finale stagerapport in. Hierin breng je verslag uit van de uitgevoerde activiteiten met de nodige zin voor zelfreflectie. Daarnaast moeten in dit verslag verbanden worden gelegd tussen de verworven academische kennis en de stage. Het stagerapport telt mee voor 14 van de 20 te behalen punten en wordt beoordeeld door de academisch verantwoordelijke van de stage, prof. dr. An-Xxxxx Xxxxxx. Dit finale rapport wordt uiterlijk tegen de meegedeelde datum ingeleverd bij stagecoördinator Xxxxx Xxxxx, op een verzorgde manier gebundeld. De deadlines voor het inleveren van het stagerapport vind je terug op de website.
5 Leerdoelen
Tijdens de stage wordt verwacht dat je een aantal doelstellingen realiseert, die worden leerdoelen genoemd. In wat volgt worden de vier leerdoelen geformuleerd die door elke student Communicatiewetenschappen tijdens het verloop van een stage dienen te worden bereikt. De leerdoelen worden hier algemeen geformuleerd, maar de invulling zal verschillen naargelang de stageplaats en de specifieke functie. Herformuleer voor de start van je stage de vier leerdoelen en pas ze meer concreet toe op je eigen stage. Je kan je hiervoor baseren op je sollicitatiegesprek met de stagebegeleider. Deze leerdoelen worden voor de stage toegevoegd aan het contract. Bij het indienen van de draftversie van het contract worden niet alleen je beoogde taken maar ook je zelf geformuleerde leerdoelen door ons nagekeken. Doordat je stagebegeleider het contract met daarin de leerdoelen ondertekent, bevestigt hij/zij dat de leerdoelen gelezen en goedgekeurd werden. Daarnaast worden ze ook opgenomen in het evaluatierapport dat wordt aangeboden aan de stagebegeleider. In het stagerapport zal je bovendien in één onderdeel expliciet naar elk van de vier leerdoelen terugkoppelen. Je herneemt daar de door jou geformuleerde leerdoelen en licht toe in welke mate je deze al dan niet hebt behaald.
De vier algemene leerdoelen die je herformuleert en expliciteert op basis van jouw specifieke stage, zijn de volgende:
Leerdoel 1: Het toepassen van verworven communicatiewetenschappelijke kennis in de praktijk. Dit gebeurt zowel bij het uitoefenen van de stage, het toepassen van academische kennis, als achteraf, door middel van een academische reflectie op de praktijkwerkzaamheden (uit welke vakken ga je kennis kunnen halen voor je stage?).
Leerdoel 2: Het uitbreiden van communicatiewetenschappelijke kennis, meer bepaald het verwerven van praktische vaardigheden (bv. mondeling en schriftelijk rapporteren, een communicatieplan opstellen).
Leerdoel 3: Het kritisch beoordelen van het eigen functioneren, van je collega’s en van de stageplaats. Wat het eigen functioneren betreft is het van belang dat de stagiaire naast het toelichten van eigen initiatieven en verwezenlijkingen ook door middel van zelfreflectie nagaat wat beter kon en waarom. Wat het functioneren van de stageplaats betreft is het bijvoorbeeld mogelijk om formele en informele beleidslijnen te benoemen en evalueren evenals organisatorische kenmerken, strategisch handelen en in – of externe communicatie.
Leerdoel 4: Het opbouwen van een communicatiewetenschappelijk netwerk, zowel binnen als buiten de stageplaats, dat bij de start van je loopbaan van belang kan zijn.
6 Het stagerapport
Het stagerapport dient te voldoen aan een aantal vormvereisten. Het rapport is tussen de 6000 en 7000 woorden, exclusief bibliografie en eventuele bijlagen. Het voorblad van het stagerapport dient het exacte woordenaantal te vermelden. De tekst moet worden opgesteld in een standaard lettertype (bijvoorbeeld Times New Roman 12), met anderhalve interlinie en met normale marges. Indien relevant kan de bijlage illustraties van het uitgevoerde werk omvatten (bv. een artikel dat werd geschreven tijdens de stage). In bijlage en in het rapport mogen indien je dat wenst ook foto’s van de stage. De deadlines voor het inleveren van het stagerapport zijn: uiterlijk woensdag 17 december 2014 (januarizittijd) - uiterlijk woensdag 20 mei 2015 (junizittijd) - uiterlijk donderdag 27 augustus 2015 (septemberzittijd). Het rapport omvat verplicht de onderstaande elementen:
6.1 Omschrijving van de stageplaats:
Omschrijf de activiteiten van je stageplaats en de marktpositie ten opzichte van gelijkaardige organisaties in termen van zowel de inhoudelijke activiteiten, doelgroep en concurrentiepositie.
6.2 Omschrijving van de eigen functie:
Geef een korte beschrijving van de interne structuur van de stageplaats, jou plaats in de structuur en je functie (bv. interne communicatie, redactie, productieassistent).
6.3 Omschrijving van de eigen taken:
Leg uit welke taken je tijdens de stage hebt uitgevoerd. Dit gebeurt niet aan de hand van een dagboek, al kan het voor deze opdracht nuttig zijn tijdens de stage een dagboek bij te houden. Hier is het echter de bedoeling dat je een opdeling maakt van het soort taken dat je diende uit te voeren (bv. sociale media van een organisatie updaten, de nieuwsbrief opstellen, …) of van verschillende projecten waaraan je hebt gewerkt (bv. verschillende events of tv-programma’s). Per soort taak beschrijf je dan hoe je die concreet hebt ingevuld. Een stage is een leerproces en de omschrijving van de taken moet dit leerproces voldoende reflecteren. Wat verliep goed, wat verliep minder goed, wat had je anders kunnen aanpakken, wat heb je geleerd, enz.? Xxxxxx hier dus niet louter wat je takenpakket was, maar reflecteer kritisch over je eigen inbreng.
6.4 Essay:
Hoewel je in de evaluatie van het eerste leerdoel de link moet leggen tussen de verschillende uitgevoerde taken en de opleiding, dien je daarnaast ook één case grondig wetenschappelijk uit te werken. Daar waar je bij de terugkoppeling naar het eerste leerdoel de volledige stage zal koppelen aan de verschillende opleidingsonderdelen en cursussen, moet je in dit luik één specifieke taak of één specifiek element van je stage aan de wetenschappelijke literatuur linken. Dit onderdeel van het stagerapport is minimum 1500 en maximum 2500 woorden lang. Het essay telt mee voor 5 van de 14 punten voor het stagerapport.
Stel dat je bijvoorbeeld tijdens je stage een boodschap moet aanpassen aan de doelgroepen van een organisatie, dan kan je deze specifieke case uit je stage verder uitdiepen door terug te koppelen naar de academische literatuur. Je kan je hiervoor baseren op zowel boeken uit de facultaire bibliotheek als op wetenschappelijke artikels. Dit kunnen boeken of artikels zijn waarnaar werd verwezen in de cursus, maar voor deze opdracht word je geacht (ook) zelf voldoende recente en relevante wetenschappelijke literatuur over dat onderwerp te raadplegen. Dit doe je zowel tijdens de stage om je beslissingen bij die taak te onderbouwen en te beargumenteren als naderhand om te reflecteren (Heb ik de literatuur in de uitvoering van mijn taak gevolgd; had dit het beoogde effect; waarom wel of niet?). Hiervoor ga je zelf op zoek naar wetenschappelijke literatuur die betrekking heeft op die specifieke taak of dat specifieke probleem waarmee je tijdens je stage werd geconfronteerd. In de tekst zelf en in de bibliografie op het einde van het stagerapport verwijs je naar de geraadpleegde wetenschappelijke literatuur volgens APA- referentiestijl. De keuze van de case is vrij, maar moet betrekking hebben op een communicatiewetenschappelijk issue.
Concreet kan het gaan over ofwel de uitvoering van een taak (bv. het opstellen van een communicatieplan, het gebruik van sociale media voor bedrijfscommunicatie, een reclamecampagne), maar bijvoorbeeld ook over problemen met betrekking tot de industrie waar je rechtstreeks mee in aanraking kwam voor de uitvoering van je stage (bv. de impact van marketing op journalistieke vrijheid, ethische kwesties waarmee je tijdens de stage werd geconfronteerd, het effect van tv-programma’s op het publiek, beeldvorming).
In je stagerapport baken je duidelijk de taak of het onderwerp waarop het essay betrekking heeft af en geef je aan a) wat over deze taak, opdracht, dit probleem, wordt geschreven in de wetenschappelijke literatuur, b) hoe je bij de uitvoering van die taak rekening hebt gehouden met de literatuur en c) hoe je het uiteindelijke resultaat van die uitvoering kan terugkoppelen naar de literatuur. Als het gaat om een breder probleem en niet zozeer om een uitgevoerde taak, dan a) geef je aan wat hierover al is geschreven en onderzocht in de wetenschappelijke literatuur, b) koppel je de literatuur aan je ervaring binnen de organisatie en c) reflecteer je op basis van die literatuur over mogelijke oplossingen en/of evoluties naar de toekomst toe. Het essay wordt beoordeeld op de mate waarin een gepast overzicht wordt gegeven van de relevante wetenschappelijke literatuur en de manier waarop deze literatuur werd toegepast op de eigen stage.
6.5 Evaluatie van de leerdoelen (cf. supra):
Evalueer kritisch tot op welke hoogte je elk van de vier vooraf opgestelde leerdoelen hebt behaald. Voor het eerste leerdoel beschrijf je hoe je de uitgeoefende taken en eventueel de stageplaats zelf kan linken aan de verschillende opleidingsonderdelen en aan de opleiding in zijn geheel. Verwijs hierbij naar de relevante cursussen die je al hebt gekregen en licht dit voldoende toe. Zeg dus niet louter welke aspecten van de stage je met welk opleidingsonderdeel kan linken, maar leg ook uit waarom en waar mogelijk hoe je bepaalde theorieën of modellen in de praktijk hebt gebracht. Wat het tweede leerdoel betreft, beschrijf je welke praktische vaardigheden, relevant voor je opleiding tot communicatiewetenschapper, je tijdens de stage hebt opgedaan. In de derde plaats evalueer je het eigen functioneren in de organisatie. Hier is het van belang voldoende zelfreflectie aan de dag te leggen. Ten slotte leg je uit hoe je getracht hebt tijdens de stage een netwerk op te bouwen waarop je in je verdere loopbaan zou kunnen terugvallen en op welke manier je dit netwerk in de nabije toekomst kan onderhouden of uitbreiden.
6.6 Referentielijst:
Wanneer je wetenschappelijke of andere bronnen vermeldt in de tekst, dien je hier correct (APA- referentiestijl) naar te verwijzen. In een bibliografie achteraan het stagerapport haal je opnieuw al deze bronnen aan. Verwijs niet alleen correct naar de wetenschappelijke bronnen aangehaald in het essay,
maar ook naar eventuele informatie (bv. websites) die je hebt geraadpleegd over de stageplaats en naar de cursussen.
7 Contactgegevens
Stagecoördinator Communicatiewetenschappen: Xxxxx Xxxxx
Faculteit Sociale Wetenschappen Xxxxxxxxxx 00 – xxx 0000
Xxxxxx 04.141 XX-0000 Xxxxxx Tel: 000 00 00 00
▪ Telefonisch of per mail te bereiken.
▪ Spreekuur: Donderdag 10.00-13.00 uur. In de kerstvakantie is er geen spreekuur, in de lesvrije week, paasvakantie en tijdens de zomermaanden is er wel spreekuur voorzien (tenzij anders meegedeeld via de website of via e-mail).
Stageadministrator Communicatiewetenschappen: Xxxxxxx Xxxxxxx
Faculteit Sociale Wetenschappen Xxxxxxxxxx 00 – xxx 0000
Xxxxxx 01.133 (studentenadministratie) XX-0000 Xxxxxx
Tel: 000 00 00 00
xxxxxxx.xxxxxxx@xxx.xxxxxxxx.xx
▪ Telefonisch of per mail te bereiken.
Stagepromotor Communicatiewetenschappen: Prof. dr. An-Xxxxx Xxxxxx
Faculteit Sociale Wetenschappen Xxxxxxxxxx 00 – xxx 0000
Xxxxxx 04.149 XX-0000 Xxxxxx
xxxxxxx.xxxxxx@xxx.xxxxxxxx.xx
▪ Voor meer info met betrekking tot het stagerapport kan je de stagepromotor bereiken via mail.
▪ Indien je een eerste versie van het stagerapport wenst te laten nalezen, kan je deze ten laatste twee weken voor de deadline via mail bezorgen.
▪ Een persoonlijke afspraak kan gemaakt worden via mail.